Met meer kennis van de onderwaterbiologie kijk je anders naar de dieren die voorbij zwemmen en vind je dat minuscule slakje eerder.
Zeedruif.
Biologische werkgroep bestaat halve eeuw
Door een microscoop staren naar slakken en garnalen Heb je bij je vorige duik ook zo genoten van de groene wierslak met eiersnoer? En daarna de zeepokken gezien, op de mossel vlakbij de mosdiertjes? Ik wel en bijna iedere duik in Zeeland hiervoor zag ik ze ook, al wist ik het toen nog niet. Al vijftien jaar duik ik, maar mijn kennis van de Zeeuwse onderwaterwereld bleef toch een beetje beperkt tot kreeft, krab, oester, mossel en platvis. Het was tijd om daar verandering in te brengen. De biologische werkgroep van de NOB bestaat in 2017 een halve eeuw, op zich al een goede reden voor deelname aan hun jaarlijkse cursusweekend. Verder organiseert de werkgroep lezingen, organiseert ze duikweekenden, en verzamelt en bestudeert ze materiaal om onze kennis van het onderwaterleven te vergroten. Bij binnenkomst in de lesruimte in Renesse zie ik twee aquaria. Ze zijn nog leeg. Aan de
ONDERWATERSPORT
|
OKTOBER / NOVEMBER 2017
zijkant een tafel met daarop twee microscopen en aan de andere kant een tafel afgeladen met biologieboeken. Aan de biologiecursus doen ongeveer dertig mensen mee, een select gezelschap. Ik verwacht vooral aspirantbiologen die al met de neus in diverse biologieboeken hebben gezeten, maar dat valt mee. Het zijn vooral nieuwsgierigen zoals ik, NOB-duikers en niet NOB-duikers door elkaar en van verschillende duikniveaus. Ieder jaar is er een wachtlijst voor deelname aan deze leerzame cursus. Fotograaf Ron Offermans trapt de cursus af en blijkt stiekem ook biologenbloed in zich te hebben. Aan de hand van foto’s vertelt hij gedetailleerd en enthousiast over de soortenrijkdom van zout water en zoet water en de ontwikkeling van planten en dieren. Zo is de zeeanjelier in de Grevelingen kleiner dan die in de Oosterschelde omdat er minder voedsel langs stroomt. Voor andere anemonen is dit weer niet het geval.
Âť
23