Toucountouna & Merelbeke - een stevige band: elkaar versterken door samenwerking

Merelbeke zet actief in op internationale solidariteit en mondiaal beleid. Het lokaal bestuur heeft al negen jaar een stedenband met Toucountouna, een stad in het West-Afrikaanse land Benin. Kurt Petit, coördinator mondiaal beleid, trok van 5 tot 18 februari samen met algemeen directeur Bénédicte Buylen en schepen van Internationale samenwerking Isabelle Van De Steene op dienstreis naar Benin. Eerst namen ze er deel aan een conferentie van VVSG met alle stedenbanden in Benin. Daarna reisden ze door naar de eigen stedenbandpartner Toucountouna. Daar lopen programma’s rond de realisatie van goed bestuur, het stimuleren van lokale economie en burgerparticipatie. We spraken Kurt bij zijn thuiskomst.

Kurt Petit

© Foto Aktief

JE BENT PAS TERUG VAN HET WERKBEZOEK AAN TOUCOUNTOUNA. HOE IS DAT VERLOPEN?

Kurt Petit: Ik stond versteld van de ongelofelijke dynamiek die uitgaat van deze stedenband. In tegenstelling tot de traditionele ontwikkelingssamenwerking die veelal gebaseerd is op een eenzijdige transfert tussen gever en ontvanger, werkt een stedenband echt op mensenmaat. De resultaten zijn duidelijk, tast- en zichtbaar. Ik ben nog vrij nieuw als gemeentelijk coördinator mondiaal beleid, maar het ruime persoonlijke engagement van zoveel mensen vind ik bijzonder knap. Het lokaal bestuur Merelbeke neemt de stedenband echt ernstig, er is veel uitwisseling en men staat open voor verandering, verscheidenheid en diversiteit. De kernidee is voor mij ook dat iedereen dezelfde interesses (sport en cultuur om er maar een paar te noemen), dezelfde drijfveren (beter inkomen, werk, huis, gezin) en dezelfde problemen (gezondheid, dienstverlening, veiligheid, klimaatverandering) heeft. Die raakvlakken zorgen voor verrijkende en verreikende contacten tussen Merelbeke en Toucountouna, niet alleen via de gemeente maar ook via het middenveld en het onderwijs.

DE STEDENBAND BLAAST VOLGEND JAAR AL TIEN KAARSJES UIT. WAT IS ER IN DIE TIJD GEREALISEERD?

Kurt: Heel wat! Heel veel reizen werden georganiseerd van Merelbekenaars naar Toucountouna. Die leidden tot concrete initiatieven: de oprichting van een mutualiteit, het ondersteunen van het gezondheidscentrum, enz. In Merelbeke is er trouwens een organisatie opgericht, Sekou Na Tou, om initiatieven van het middenveld in Toucountouna te ondersteunen. Via gemeentelijke ondersteuning is de plaatselijke markt daar ook volledig vernieuwd. Er zijn nu afgebakende zones voor alle producten, nieuwe gebouwen om bij slecht weer de goederen droog te houden, er is ook sanitair en afvalverwerking. Een project rond geboorteverwerking werd uitgerold waarbij het de ambitie is om iedereen van een geboorteakte te voorzien. Zonnepanelen voorzien ondertussen in de stroomvoorziening van het gemeentehuis. In 2019 startte Toucountouna met een lokale jeugdraad die inmiddels 20 aangesloten jeugdverenigingen telt. Er vonden ook inleefreizen plaats met Merelbeekse jongeren. Werken aan wereldburgerschap op jonge leeftijd vinden we belangrijk. De vertrouwensband tussen onze beide gemeenten is door verschillende uitwisselingen inmiddels ook stevig opgebouwd.

WAAR ZETTEN JULLIE DE KOMENDE VIJF JAAR OP IN?

Kurt: We wensen vooral bestaande dynamieken, het persoonlijk engagement van zoveel mensen verder te versterken en het draagvlak zo verder uit te bouwen. We willen daarom de stedenband meer zichtbaar maken, vooral in Merelbeke want in Toucountouna leeft die echt. We doen dat door specifieke evenementen en getuigenissen in het algemeen, maar ook toegespitst op specifieke doelgroepen of sectoren. Binnenkort (10 juni) is er bijvoorbeeld een FairShare-Repair festival in het centrum van Merelbeke waarbij we duurzaamheid en mondiale samenwerking samenvoegen als thema. Binnen de gemeentelijke dienstverlening zetten we in op digitalisering en modernisering van de administratie, o.a. van de bevolkingsdienst. Ook milieuaspecten en het onderhoud van de publieke ruimte staan op de agenda. We hopen via de hogescholen (Odisee bijvoorbeeld) stages te realiseren binnen de gezondheids- of onderwijssector, daar worden beide partners beter van. Daarnaast willen we ook het middenveld en de jeugd ondersteunen. We maken een prioriteit van gendergelijkheid en de versterking van jongeren. Via muzieklessen door een lokale NGO besteden we ook aandacht aan cultuur en we wensen scholenbanden te versterken. Merelbeke doet dit trouwens niet alleen: dankzij het VVSG programma GloBe (2022-2026) is er een specifiek budget voorzien vanuit de federale overheid waarmee we projecten opzetten in Toucountouna rond lokale economie.

HET MOOIE ASPECT AAN EEN STEDENBAND IS DE WEDERKERIGHEID: DE KENNISDELING EN SAMENWERKING VERLOOPT IN TWEE RICHTINGEN. WAT BETEKENT DE SAMENWERKING CONCREET VOOR MERELBEKE?

Kurt: Merelbeke en Toucountouna zijn evenwaardige partners in de stedenband. We blijven zoeken naar raakvlakken en domeinen waarin we elkaar met onze kennis kunnen helpen en versterken. Niet alleen op het bestuurlijk niveau van de gemeente maar ook bij de bevolking. De gelijkwaardigheid willen we concreet maken door een fonds op te zetten waarbij zowel Toucountouna als Merelbeke bijdragen. Dat principe spraken we trouwens af tijdens het afgelopen terreinbezoek in februari 2023. Begin 2024 komt er immers een delegatie van Toucountouna op bezoek in Merelbeke om het 10-jarig bestaan van de stedenband te vieren. Dat wordt echt een moment om verder een duurzaam traject uit te stippelen, op mensenmaat, met veel ruimte voor langdurig engagement, spontaniteit en concrete realisaties.

Wist je dat het lokaal bestuur Merelbeke een jarenlange traditie heeft om diverse initiatieven en projecten rond internationale samenwerking, zowel van organisaties, verenigingen als van individuele personen te ondersteunen?

Subsidieaanvragen gebeuren online en dit voor 15 augustus