
3 minute read
7.5 Lintenlandschap
GROOTSCHALIG
LINTEN WATER
Advertisement
DIVERSITEIT
WOONBOS & RECREATIE CONSERVERING TOERISME & RECREATIE
INNOVATIE
7.5 Lintenlandschap
Oorspronkelijk landschap
Dit landschap vormt een combinatie van beekdalen, lage zandgronden en dekzandruggen. Dit zorgt voor een combinatie van natte en droge gronden in het gebied.
Ontwikkeling van het landschap
In dit gebied vond de bewoning plaats op de hogere delen van het landschap in de vorm van lintbebouwing. De lagere gedeelten waren de beemden. De ruimtelijke hoofdstructuur heeft vorm gekregen tijdens de middeleeuwen. Nu is het gebied in een zuidelijk en noordlijk deel gesplitst door het Wilhelminakanaal. De eerste bewoning in het noordelijke deel vond plaats op een hoogte op Heereind. Vanuit deze nederzetting verplaatste de bewoning naar andere hoger gelegen gebieden: de buurtschappen Ginderdoor (13/14de eeuws), Donkersvoort (14/15de eeuws), Karstraat (15de eeuws), Beemdkant en het Hool. De eerste bewoning in het zuidelijke deel is terug te vinden bij buurtschap ’t Hof, hier was in de 8ste eeuw al bewoning en werd later de eerste kerk van Lieshout gebouwd. Hier werd Lieshout gesticht. Het gehucht Deense Hoek dateert al uit de 11de eeuw. Het Achterbosch is een buurtschap dat voor het einde van de 17de eeuw is gesticht. Zowel de Deense hoek als ’t Hof zijn door het Wilhelminakanaal doorsneden.
Op de hogere gebieden zijn kampontginningen terug te vinden. Deze bestaan uit open akkers (bolle akkers) met onregelmatige verkaveling. De open akkers werden in de 19de eeuw aan de buitenzijde begrensd met een levende haag, eventueel op een wal. De interne verdeling bestond meestal uit een ondiepe greppel, of markering met stenen of dergelijke.
De broekontginningen in de lagere gebieden vonden plaats in de 19de eeuw. Tijdens de ruilverkaveling is het landschap in sterke mate veranderd. Het heeft zijn hoofdkarakteristiek echter nog grotendeels behouden.
In verband met de hoeveelheid agrarisch erfgoed wordt het gebied ook wel hoevelandschap genoemd.
LINTENLANDSCHAP
Hoofdthema LINTEN
Kenmerken
Beleving • open landschap met zicht op veel landmarks • linten als lanen, beken (Goorloop en Donkersvoortloop) en buurtschappen (Ginderdoor, Donkersvoort, Hereneind en Karstraat, Beemdkant) • combinatie van beekdalen, lage zandgronden, en dekzandruggen
• ’t Hof • kanalen • molens
Identiteit • wegen, paden en landschap • gehuchten • lintbebouwing • beken • Windenergie, tenzij ten noorden van de
Herendijk • Grootschalige landbouw • Teelt ondersteunende voorzieningen > 1,5 meter
• Huisvesting arbeidsmigranten • Kleinschalig zonne-energie • Alternatieve woonvormen • Natuurbegraafplaats • Plattelandswoning • Voedselbos
• Landschappelijke versterking • Beekdalversterking • Bedrijvigheid cat. 1 - 2 • Zorg • Reservering waterberging • Bescherming historische bebouwingsconcentraties • Alternatieve en kleinschalige landbouw / biologische voedselproductie • Verbrede landbouw • Stal van de Toekomst • Volkstuin (mits in de kernrand) • Kinderdagverblijf
Ontwikkelingsrichting
Het karakter van dit gebied wordt met name bepaald door de talrijke historische buurtschappen, linten en hoeven. Deze historische bebouwingsconcentraties zijn waardevol om de uitstraling van het authentieke boerenlandschap (zie de profielschets van Laarbeek in paragraaf 6.1) te kunnen handhaven en waarborgen. Een belangrijk speerpunt in de visie is dan ook de bescherming hiervan, onder andere door de opstelling van een beeldkwaliteitsplan.
Het heeft de voorkeur om de zichtlijnen van de grote infrastructurele assen niet te doorsnijden maar te begeleiden. De cultuurhistorisch waardevolle bolle akkers dienen gerespecteerd te worden. De hoek ten zuiden van de Herendijk tussen de kernen van Beek en Lieshout dient haar open karakter te behouden om zodoende de scheiding tussen beide kernen te bewaren. Grootschalige ontwikkelingen zijn hier in principe mogelijk, met uitzondering van het gebied ten zuiden van de Herendijk. Hier zijn deze niet passend, maar zou een project met een kleine landschappelijke impact overwogen kunnen worden (zoals een kleiner formaat zonnepark). Voor inpassing moet gedacht worden aan houtsingels of houtwallen, fruitteelt en waterloopjes, in lijn met de diversiteit aan kleinschalige landschapselementen en multifunctionele erven die dit landschap typeren. Voor meervoudig ruimtegebruik gaat de voorkeur uit naar agrarisch medegebruik, natuurontwikkeling en/of waterretentie.
In de kernrand van Lieshout zal door de gemeente de komst van een volkstuin worden gefaciliteerd, zodat ook de inwoners van dit dorp op korte afstand van deze gezonde activiteit gebruik kunnen maken.