Lieselot Depredomme & Sofie de Brabandere
Zie ginds komt …
Een interview met Sofie over haar masterproef Sofie De Brabandere was vijf jaar leiding bij KSA Nazareth, waarvan drie jaar groepsleiding. Daarna werd Sofie vrijwilliger bij KSA OostVlaanderen. Ze sloot zich aan bij werkgroep Vorming en rolde zo ook binnen bij werkgroep Taboe van KSA Nationaal. In teken van haar master Gender en Diversiteit – die ze dit jaar afrondde – schreef ze een masterproef over het zwartepietendebat binnen jeugdbewegingen. We interviewden Sofie over haar masterproef en geven je graag enkele tips waarmee je als KSA-groep aan de slag kan gaan.
Diversiteit
Het valt op dat bij veel plaatselijke groepen het zwartepietendebat nog niet aangehaald is geweest
12
Sofie de Brabandere
schreef een masterproef over het zwartepietendebat binnen jeugdbewegingen Hey Sofie! Je schreef een masterproef met de titel “P(r)ietpraat? Het Zwartepietendebat in de Vlaamse jeugdbewegingen”. Hoe ontstond het idee voor je masterproef? Sofie: “Ik ben vrijwilliger bij werkgroep Taboe van KSA Nationaal. Vorig jaar deelden we vanuit de werkgroep een socialemediapost naar aanleiding van het sinterklaasfeest. Die post werd wat moeizamer onthaald dan we verwacht hadden. Op dat moment ben ik beginnen reflecteren over het zwartepietendebat in mijn eigen jeugdbeweging en waarom daar het debat nooit echt gevoerd werd.” Hoe is je masterproef opgebouwd? Sofie: “Eerst schets ik allerhande theorieën over het zwartepietendebat en het sinterklaasfeest. Daarna leg ik verschillende theoretische concepten uit zoals polarisatie, dekolonisatie, privilege … en link ik die aan mijn onderwerp. Nadat het theoretische kader af was, interviewde ik zestien personen die verschillende posities bekleden over verschillende jeugdbewegingen heen. In mijn masterproef bespreek ik wat er in de interviews naar boven is gekomen. Dan ga ik over tot een kritische reflectie om zo op het einde tot aanbevelingen en conclusies te komen.”
Wat waren de opvallendste conclusies uit je masterproef? Sofie: “Het valt op dat veel plaatselijke groepen het zwartepietendebat nog niet voerden en zelfs niet aanhaalden. Aangezien het sinterklaasfeest maar één keer per jaar voorkomt, wordt het vaak niet serieus genoeg genomen om er een gesprek over aan te gaan. Veel respondenten wilden wel voor een roetpiet gaan, maar durven er niet voor uitkomen, ook al weten ze dat zwarte piet zijn oorsprong heeft in een koloniaal verleden. Het viel op dat na het afnemen van de interviews de geïnterviewden al kritischer keken naar het feest. Ze stonden ervoor open om het debat aan te gaan bij hun plaatselijke groep.” Welke uitdagingen heb je ondervonden doorheen je onderzoek? Sofie: “Het was vooral uitdagend omdat ik een thema aanhaal waar grote meningsverschillen over bestaan. Bovendien ben ik zelf ook nog altijd lid van KSA. Het is niet evident om tegen de winkel van je eigen jeugdbeweging te schrijven, maar daarom is het ook net nodig om zo’n thema’s aan te halen, te onderzoeken en te behandelen. Dit is niet enkel bij KSA zo, maar bij alle jeugdbewegingen.”