
4 minute read
IN MEMORIAM CAROLINE PAUWELS

23 juni 1964 – 5 augustus 2022
Advertisement
De reacties op het overlijden van Caroline waren overweldigend. In die eerste dagen lieten letterlijk duizenden mensen berichtjes na op de sociale media of in de diverse rouwregisters. Mensen deelden herinneringen aan Caroline, deelden foto’s of citaten, vertelden over hun verdriet. Er werden kranteneditorialen aan haar gewijd; de VRT wijzigde de programmatie om de uitzending van Alleen Elvis met Caroline opnieuw te tonen. Prominenten uit de academische wereld, uit de wereld van de cultuur, uit de politiek, spraken hun medeleven uit. Opvallend was dat ook heel veel mensen die Caroline nooit hadden gekend, eraan hielden een boodschap te delen, te vertellen wat Caroline voor hen had betekend, hoe ze hen had geïnspireerd, hoe ze een voorbeeld was voor ons allemaal. Wat verklaart die overweldigende stroom van reacties?
In De Tijd gaf Isabel Albers een verklaring die me interessant en wellicht ook juist lijkt: eigenlijk, schreef Albers, willen we allemaal een beetje zoals Caroline zijn. Ik denk dat daar iets van aan is. Caroline stond in het leven op een manier zoals we eigenlijk allemaal in het leven zouden willen staan: optimistisch, empathisch, energiek. In alles wat Caroline deed was schoonheid, was wijsheid, was de kracht van zachtheid, van mededogen, van nuance, van menselijkheid.
Zo zouden we allemaal in het leven willen staan, maar meestal lukt het ons niet. En dan verschuilen we ons achter excuses als ‘dat je nu eenmaal realistisch moet zijn’, ‘dat het een harde wereld is waar je je beter tegen wapent’, ‘dat de dingen nu eenmaal zijn zoals ze zijn’. Caroline verschool zich nooit achter excuses. Caroline durfde dromen en bracht zo dingen in beweging, verschoof grenzen, sloopte muren, bouwde bruggen, maakte mogelijk wat eerst onmogelijk leek.
Ik denk dat mensen ook voelden dat de manier waarop Caroline in het leven stond authentiek was. Ik werkte zes jaar zeer intens met haar samen – en geloof me, samenwerken met Caroline was intens: je begon om zes uur ’s morgens en je eindigde om elf uur ’s avonds. Ik heb in die zes jaar Caroline nooit een rol zien spelen. Caroline was wie ze was, met wie ze ook te maken had. Caroline behandelde een bezoekende rector of minister niet anders dan de poetsman die ’s morgens de lokalen kwam reinigen. Studenten, onderzoekers, professoren, mensen uit de administratie of de technische diensten: Caroline was oprecht geïnteresseerd in de mensen die ze tegenkwam. Als je met haar over de campus liep, deed je gemakkelijk een half uur over tweehonderd meter: altijd was er wel iemand met wie ze een praatje maakte. Zo’n spontaan gesprek liep, tot wanhoop van wie zoals ik haar agenda probeerde te bewaken, in regel ook uit: ieders verhaal was het immers waard om te worden gehoord.
De manier waarop Caroline in het leven stond getuigde van een doorleefd humanisme. Ik zou het zelfs willen formuleren als: Caroline belichaamde als het ware een authentieke humanistische levenskunst. In alles wat ze deed, probeerde ze de betere wereld te belichamen waar ze naar streefde: elke handeling die ze stelde, elke beslissing die ze nam, was weloverwogen. En daarbij hanteerde Caroline voor zichzelf heel hoge standaarden. Ik heb haar meegemaakt in dossiers waar ze vond dat onze fundamentele waarden op het spel stonden: geloof me, dan kon ze uitermate vasthoudend en vooral bijzonder principieel zijn. Caroline week nooit af van de morele koers die ze zichzelf voorhield.

Caroline hield zichzelf de hele tijd de spiegel voor. Heel vaak vond ze dat ze tekortschoot, dat ze meer had kunnen doen, moeten doen. Toen in de zomer van 2021 overstromingen grote schade aanrichtten in Wallonië was Caroline erg getroffen door de spontane solidariteit vanuit Vlaanderen. Ze verweet zichzelf dat ze niet ter plekke was kunnen gaan om te helpen. Het gegeven dat ze ziek was en op dat moment al haar energie nodig had om zelf op de been te blijven, was voor haar geen excuus: je kunt altijd iets doen, op ieder van ons komt het aan.
Caroline zorgde waar ze kwam voor verbinding. Caroline had een bijzonder grote en bonte vriendenkring, die zeer verscheiden was, maar die ze samenbracht, onder meer aan de lange tafels waar ze zo van hield. Uit die verscheidenheid groeiden weer nieuwe vriendschappen, initiatieven en projecten. Dat verbinden deed ze uiteraard ook als rector van de VUB: het herstellen van de banden met de ULB, het opnieuw aansluiting zoeken bij de stad, en vooral, met die mensen die anders nooit in contact zouden zijn gekomen met de universiteit.
Caroline belichaamde in alles wat ze deed schoonheid, wijsheid en de kracht van menselijkheid. Ik denk dat het dat is wat zovelen, binnen en buiten onze instelling, in haar herkenden. Ik denk dat ze daarom zovelen heeft geraakt.
Op 20 juli 2022 vertelde ze me dat er geen hoop meer was en dat de tijd die haar restte kort was. Het is misschien vreemd om te zeggen: maar die laatste tweeënhalve weken zijn mooi en goed geweest. We konden elkaar de dingen zeggen die we moesten en wilden zeggen. We hebben samen veel gelachen, af en toe geweend ook. En Caroline zou Caroline niet zijn als ze in die laatste dagen ook niet bezig bleef: de geplande verbouwingen in haar huis, dingen die we zeker niet mochten vergeten op de VUB, de voorbereiding van haar eigen afscheidsplechtigheid. Ook die was, zoals alles wat Caroline deed, schoon en wijs en krachtig.
Caroline leefde erg graag. Ook voor ze ziek werd was ze er zich altijd van bewust dat het leven kort is en dat je er dus het maximale uit moet halen, dat je, waar je kunt, het verschil moet maken. Caroline begreep niet hoe mensen hun tijd kunnen verdoen met ruziemaken, met wrokkig of jaloers zijn, met zurig zijn. Als de tijd die je is toegemeten kort is, kan je je niet veroorloven die aan dergelijke prutsen te vergooien. Het is een les die ik meeneem. Die ik mezelf dagelijks voorhoud. In de woorden van Caroline: ‘zaag niet, wees niet jaloers, lach veel, en bovenal zie elkaar graag, en steeds liever’.
Ik heb nooit een mooier mens gekend dan Caroline. Ik prijs me gelukkig dat ik haar op een stuk van haar parcours heb mogen vergezellen.
Patrick Stouthuysen werkte tijdens het rectoraat van Caroline Pauwels nauw met haar samen als adviseur academisch beleid. Deze tekst schreef hij voor de afscheidszitting voor Caroline op de VUB op 22 september 2022.