

EENBEETJETE
Leven in een woonzorgcentrum is even wennen, de aanpassing te groot. Z n onze dierbaren daarvoor een beetje te oud? Voelen ze zich een beetje te jong? Te goed in het vel? Of worden ze ver van alles een beetje te eenzaam?
Voor Wereldhumanismedag zet huisvandeMens verhalen van bewoners van een woonzorgcentrum in de k ker. Jee Kast, Hasselts woordkunstenaar, ging b hen op bezoek. Zowel verhalende verzen als gedichten vloeiden uit z n typemachine.
B een aantal teksten werden illustraties gemaakt.
Dank aan WZC Orelia Katharinadal, de bewoners die hun verhalen deelden, Jee Kast voor de treffende woorden en aan de illustratoren voor de prachtige werken.
VOORWOORD
Wat een eer om u kennis te laten maken met deze b zondere verzameling van gedichten van Jee Kast, geïnspireerd door z n gesprekken met bewoners in een woonzorgcentrum. Als professor in sociale gerontologie, gew d aan het begr pen van veroudering en de sociale context waarin w allen ouder worden, ben ik diep geraakt door de emotionele diepgang en het inzicht dat deze gedichten bieden.
In onze moderne samenleving, waarin de vergr zing toeneemt, is het van cruciaal belang om de mensel ke ervaringen van het ouder worden te begr pen en te waarderen De gedichten weerspiegelen niet alleen individuele ervaringen, maar werpen ook een breder licht op thema's als verlies, zorg, verbinding, vriendschap en het zoeken naar betekenis in een veranderende omgeving
Zingeving en gemeenschapsvorming, autonomie en verbondenheid, veerkracht en sociale inclusie, levenskwaliteit en intergenerationele relaties De poëzie van Jee Kast nodigt uit tot reflectie en verdieping, en biedt een waardevolle artistieke lens waardoor we de diversiteit van het ouder worden en het samenleven beter kunnen begr pen
Deze bundel vormt niet alleen een eerbetoon aan de bewoners van woonzorgcentra, maar draagt ook b aan een breder maatschappel k gesprek over de stemmen en perspectieven die doorgaans onderbelicht bl ven in onze samenleving.
Ik vertrouw erop dat deze gedichten ook u zullen raken en inspireren, en dat ze zullen b dragen aan een dialoog en engagement voor het bouwen aan een warme en zorgzame samenleving, waar iedereen meetelt
Tine Buffel, Professor of Sociologie en Sociale Gerontologie The University of Manchester
TE BEEN KRABBELEN
Het was te vroeg, teveel en verdriet kruipt als vocht in groeven van huizen.
Het was te laat, teveel te weinig m n deel te weinig m n weg, te snel in't echt.
Het was te mooi. Te glad, geslipt; te vroeg ten dans.
'k Was te jong, wat dof werd, en beslagen als brons.
Te over te weinig, te fel, te vuil.
't Bl ft hangen ... als modder op spatlappen, het ging te snel, teleurgesteld, als een brommer gevallen, het leven ingerold, het leek een tragedie 't hele leven, te klam, te vol.
LATER
Tot straks, zeit 'em,
meer hét 'em nie gezeg'
H ging het brood en de krant halen, kon ik me intussen klaarmaken
De markt. Dat deden we op dins- en vr dagen.
Tot straks, zeit 'em.
En, tot straks duurt soms te lang.
De markt wordt opgebouwd, afgebroken, opgebouwd, afgebroken, …
en het leven gaat zenne gang


ALS EEN SCHAT VAN EEN VROUW
IN ELKAAR STUIKT …
René,
't Waren moeil ke dagen. Het verzorgen ging vanzelf, opgesplitst, in dagel kse deeltaken
Het was nodig, het is wat het is.
Zorg dragen.
Wat moet, dat moet, kracht uit elk credo halend.
Als ge wat doet, doet het dan fatsoenl k.
Het aanpassen en meedragen, inzetten, 't beste er uit-, en b schaven.
Rust rest me nog om 't verleden op te halen.
Niemand hoeft voor m die keuze te maken, hoe moeil k het is, een huis vol achterlaten, hoe zwaar het was dit voor een moeder te bepalen, dat kon ik niet aan zoon of dochter vragen,
Een overweging van kortom twee maanden, om vier omwallende beschermende wanden
We vergaren indrukken, kunst, prularia, voor familie, een aanmeerhaven.
We z n b Besluit genomen. Trossen los. Ontknopen.
Zoveel meer laten op een plek waarvan men vertrekt. de grote oversteek door de stad een kleine afstand voor de mensheid, een grote overstap
We kunnen nog zelfstandig over die brug, er is geen weg ter


KAMER 1
Ze slaapt en ik kr g het niet over m n hart haar wakker te maken.
Ze slaapt het dilemma, storen of laten.
Hoe vredig ontroerend oude mensen in sluimerland verpozen.
Ze slaapt en ik kr g het niet over m n hart haar wakker te maken.
De verpleegkundige haalt z'n schouders op, “Daarvoor moet je het niet laten.”
“Die slaapt alt d.” Luid, “hallo” loeiend en boerend komt h de kamer binnen, “Zo.”
Zo zal ze wel ontwaken.
VOORZICHTIG
Als een stencil uitdraaien, hoe het sterkste, m n lichaam, als een kopie van zelf vervaagt,
het zwakste punt, elke schakel van het spierstelsel onderhouden niet uitgerangeerd, al bl ft die stencil van “jong geleerd ”
ben ik alt d goed gevallen tot nog toe, kan ik m'n vrouwke niet bl ven vragen me op te rapen.
Of m n lichaam 't luistert ook niet alt d evenwichtig
En zolang het me lukt, hou ik me stevig


CASSEROLMODEL.
De pot verw t de ketel en de ketel de kokkin, dat die er niet meer is, de kokkin verw t de t d die verdween en naar kokkerellen toe; het gemis
Klaar als een klontje, dat smelt, wegs pelt, als een grapje over een kok, net vergeten en net pas verteld.
Een veeg uit de pan naar de t d, een veeg naar mezelf, dat het koken niet meer kan, borrelt het nog steeds.
Het getrouwde leven is als f n gekruide tomatensoep met ballekes. Die trouw met m n man zaliger Die t d is mooi geweest Soms pruttelend als kon n met liefde en peperkoeken hart.
De kers verw t de taart. De pot verw t de t d, en de ketel de ballekes de kruiden de kokkin.
Het bindmiddel was samenz n, hoewel de fond, er niet meer is

DE ONGESTELDE VRAGEN, DE ANTWOORDEN
EN DE BEDACHTZAME STILTE ERTUSSEN.
Ik heb kanker. Prostaatkanker.
Ze komen me nog aankleden.
Nu zit ik hier.
Ik herken ze niet meer.
Er z n wat nieuw.
Dat is nog een pyjamabroek.
Soms ben ik wat helderder hoor.
Ze z n nog niet geweest.
M n goei broek hangt daar.
Ik weet niet of ik kanker heb.
Ze zeggen niks. Ik weet het niet.
Drie heb ik er.
Ze komen elke week.
Ik mag niet meer naar huis.
In m n pyjama over straat zeker?
Schei maar uit.
Ze z n nog niet geweest. Hier bl f ik m n hele leven.
Ik zit gebonden hier.
Niemand komt er op bezoek.
Niemand.

UITSPRAAK VAN DE DAG
Wat moet ik nu met ne rollator?
Kr g ik die niet eens opgehoffen om in de kast op te bergen.
De bejaarden?
Dat z n de anderen.
Zo ben ik niet.*
Ikke?
Tussen die ouw zeker.
Zal ik u eens iets laten zien.
Wacht, waar is m n bril?
* Een uitdrukking die zo herkenbaar is Mede door het nummer “Ces Gens-là” is een nummer van Jacques Brel uit 1965 waarin pietluttig pietluttige karakters worden beschreven Of om het met een andere uitspraak te zeggen: “Zolang uw hoofd marcheert, voelt ge u nog jong Geen achttien, hee, maar zesendertig, veertig Het lukt nog wel Laat maar ”
In het college, zaten we met 33 in de klas.
En vlak voor Pasen was er een bombardement en de helft zat erna nog maar in de schoolbanken
En achter de muur hadden de Pruisen de lokalen ingenomen, die oefenden daar, de SS-waffen, stond ik de koer te bosselen alsof er geen vuiltje aan de lucht was.
“Met dieje flauwerik ben ik getrouwd, dieje speelde niet mee ”
We hadden schrik.
Zouden de Duitsers de sas opblazen? De stad zou onder water komen te staan. We z n gevlucht. Ver z n we niet geraakt. “Wir machen nichts Gehen Sie zurück ”
We zaten in de kelder, tot het eind van de oorlog, ik was elf jaar, en de honger werd ons gespaard, de kou daarentegen, 's nachts veel bibberend gelegen.
Moeder smokkelde pottenvol, kon met de boeren marchanderen,. De Leuvense stoof aan, voldoende in ketels, voor familie om te eten
M n vader als beroeps in het leger, Na v f jaar kwam h terug en kon ik als kind er niet meer tegen, hoe ik nooit die man als m n vader hervond,
Terw l ik na d'oorlog met pa meeging, een mars voor vrede, den Duits en miserie overwonnen, en ik met een wrang gevoel, voor opvoeding b oma terecht kon.
En dieje flauwerik, die in de kelder niet meespeelde, achteraf, op een dag m n liefke was, en, terw l ik ook op de baan, h me toch geborgenheid en zekerheid gaf

IK WOU ZIJN
Ik kon dat niet.
En toch, wou ik dat proberen.
Dat hoeft niet.
Ben ik niet zomaar iemand.
Ben ik ook uniek?
Ik wou z n, zoals z waren
m n zonen waren gel k m n man, goed in alles.
Dat wou ik toen ook Dat kon niet
Het maakte me depressief.
Z n wou ik
En toch, wou ik toen z n, zoals z waren.
Tot ik het losliet
Nu ben ik.
FINISH GEMIST
Dat was vroeger een kasseienweg, een hobbelpad en ik was een goede klimmer, als ik in m ne goeie was
Als er sp t is van één ding een levenskeuze, opgedrongen door aanhang, fans, een café beginnen was het enigste wat we met al dat volk over de vloer konden aanvangen.
Populair in de koers, maar dat kalf was snel verdronken.
Dat kunt ge niet combineren met een café
Kon ik maar als een machine in revisie, het leven herbestemmen tot coureur onafhankel k, in divisie.
Door van het pad af te dwalen, kan ik het gelag betalen, Al b al met vallen en opstaan, als doorleefd koploper, terugblikken – met plezier – op pedalen.


NONDERWIJS
Toen we tramgew s inrolden in 't internaat en onderw s, we van non tot non verder konden. Studerend aan de Hogere Landbouwkunde zoals dat heette en we uiteindel k zelf huishoudkunde mochten geven,
was dit even –totdat ik van het katholiek instituut niet meer voor de klas mocht staan –de periode van m'n leven.
Indert d werd van de vrouw verwacht, – sterk op aangedrongen – om voor de ambitie van een goed huwel k te gaan en voor dit huishoudel k goed reilen en zeilen de loopbaan op te geven
Terw l kroost en liefde in het gezin was opengebloeid, mocht ik weer, ongemoeid, als leerkracht huishoudkunde in o.a. Meeuwen geven, omdat kennis overdracht toch een beetje me eigen en m n dada was.
--- --- ---
Slechts op 14 juni 1956 werd de 'Wet handelingsonbekwaamheid' afgeschaft. Getrouwde vrouwen mochten voortaan werken, een bankrekening openen en zonder toestemming van manlief op reis.
NON ACTIEF
In de t d dat nonnen nog ingenieurs waren, de kloosterzusters me leerden spiralen te dresseren en horloges te maken.
Om als eerste Limburgse horlogemaakster uit te komen, door een non, moederoverste, die van techniek en vliegtuigen droomde.
Van klokvaste chronographie tot verf nde motoriek, niet al wat goud is, blinkt, elk tandje b in een tandwiel gevulde herinnering
Horlogerie en sierraden graveren zorgt expertise en verworvenheden alt d voor n d? Gaat de t d als overvallers met goud aan de haal,
is er nog de zekerheid van wit goud en wat het geheugen onthoudt, zolang de tikker bl ft eindigt het r k z n aan momenten in schoonheid allemaal.
MIJNGANGEN
We kauwden, op gum, om stof uit onze longen te houden
We bakkeleiden, trokken niet alt d aan het zelfde zeel, er waren artiesten b , kantjesaflopers, die presteerden echt niet veel.
Beneden in de put.
We hadden elkaar rug, zodat we op blind vertrouwen konden stutten.
We wisten nog wat werken was.
Week of weekend elke dag werkendag, gevarenpremie, watergeld.
Wat goeds brengt sl k der aarde, zolang we elkaar in weer en wind niet kunnen verdragen, de grens van vergeving niet kunnen bepalen.
En elk vervloekt woord in de put verdwenen, na ëchoot, in dag- en nachtpost, me babbels aan het thuisfront en ook een huwel k heeft gekost.
Met bok en vuisten bouwden we kam'raderie, maar ergens hét het ook nog wel wat verkloot.
TERUG TERUG
We hebben het onderschat.
Kwamen we hier om te werken, om ons knoken af te draaien en terug te keren Zakken vol
En toen we teruggingen, konden we er gewoonweg niet bl ven.
De mentaliteit in het vaderland?
Gew zigd. De gang van zaken, de werkw ze, het systeem, … .
Daar kunt ge als buitenstaander niet omheen. Was na de teloorgang van de m n, Is die vr moedige terugkeer terecht geweest?
Het hartverwarmend hart van steenkool Thuis was ik hier nog het meest.

DE ACHTERPOORTJES
Veel valt er niet meer te veranderen. De t d om wat te kunnen regelen is voorb , of dat deuren opengingen, als er een naam uitgesproken werd.
Als we aan tafel schoven en met aanbestedingen werd overlegd. Als er niets meer werd genotuleerd en zonder minuten wat kon worden gezegd.
De t d is veranderd ge deed wat voor de mens, En als er ne klik was die kon ik verder vooruit vooruitgeholpen vooruit op de fiets vooruit*, dat ne pater hulp kwam vragen b ne ketter was omdat het nodig was, voor de mensen.
We deden dat niet voor niets.*°
* Ondanks dat dit een politiek gelinkt gedicht is, heeft vooruit hier niets met de part te maken En avance als stuwkracht
*° De oorspronkel ke l n was “Dat was niet voor niets ” Die duidt vooral op “in de loop van de geschiedenis had dit betekenis, het heeft de mensheid vooruitgeholpen Het dubbele aan de nieuwe zin kan zowel het vorig aangehaalde betekenen, en, “ we deden omdat het nodig was ” , als “ we kregen er wat voor terug” Uiteraard niet om goede bedoelingen in tw fel te trekken
KWA-OUDEREN.
Iets onbenulligs kleins, een oneffenheid, kan voor een schuifelend oudje een ongemak z n.
“Een toek op z'n bakkes ”
“Dat moet h toch gewoon niet vertellen.”
“Dat heeft h toch niet te zeggen. ”
Hun favoriete herkenbare hemdes bl ven kwajongensstreken.
Boos omdat een opmerking niet meer van de huid afgl dt.
Broos voor roddels, explosief kruitvatmagaz n. fragiel voor lont, vuurvattende zinsnede
Emoties opgelaaid, vlak achter het gelaat Zo echt, zo dicht. Frustratie rolt zo snel over tongen
“Hier zit nog wat in, seh” Oude patser w st op spieren
“Peper ik het er wel in. Dat ie opzouten moet ”
Oude knakkers worden wederom een jongen.

BOOMRINGEN
Als een b na honderdjarige...
Welke jaarringen tellen mee, terugblikken op vertakkingen en alles wat ik deed.
Om oud te worden, daar hoef je niet voor te doen, t d valt, als bladeren of seizoen na seizoen van ons af.
Dwarrelen herinneringen als kleinkinderen me na, wil ik hun op het hart drukken, houdt die momenten vast, hartje in m n bast,
is het voor inzetten op een fris bladerdek, verweven, verstrengeld, ring na ring, nooit echt te laat.
KRONKELMANS
Een spreuk waar een waarheid inzit.
Als mensen op leeft d, alles haspelend door elkaar wankel als tanden van een oud gebit.
Inzicht komt de meeste tanden z n verdwenen zoals discipline geen ruimte geeft om iedereen hun zeg te laten doen.
Als de regels van in het gareel stappen gekend z n, heeft niemand lange tenen, of discussiedrang,
zw gen en marcheren, aanpassen of peren zien als vreemde landen, want overal is het ook maar huizen, bomen, water, ...
't onderste uit de kan.
De boom herkent ge aan de vruchten, het karakter aan gebruiken, de kleren aan de man, sloddervos, kieverbek, aandachtstrekker, … Wat is vreemd? geen enkel levenspad is een rechte weg, het meandert, zelden voor de raap, koolrabi, bieten, wortelstomp, … Eet uw bord leeg, groenten op.
Waarderen van wat niet uw dada is. Dat inzicht komt na jaren. rechtuit gezegd


DE ONGESTELDE VRAGEN, DE ANTWOORDEN
EN DE BEDACHTZAME STILTE
ERTUSSEN. II
De verpleging?
Ze doen hun best hoor.
Hier.
Ik weet het niet.
Ze gaan nog komen.
M n broek ligt daar.
Op de stoel.
Drie heb ik er.
Twee zonen en …
Ik herken ze niet alt d meer. Meestal ben ik helderder.
De zon sch nt.
Dat is al een goed begin.
Schei maar uit.
ACHTERDOCHT
Wordt het aan de grote klok gehangen?
Wordt er kwaad gesproken?
Achter hun rug, messen getrokken?
Een luisterend oor, zomaar?
Schrap gezet, in algemeenheden gewenteld
Logischerw s, zichzelf beschermend, willen ze niet weten.
Wordt naam en toenaam vermeld?
Het is ook nooit goed.
Achterklap? Eruit geflapt
M n leven was niks speciaals. of zonder schroom ... Zal ik het zeggen?


SNOTKAT
Het klinkt als de eerste zin van een kinderboek.
M'n opa had een snotkat
Zwart als roet. Met een allergie en opgedroogde snotjes aan 'r neus.
Het leek alsof je alt d wel langs de kat moest om b opa te kunnen Ze was knorrig, want ze raakte nooit echt gewend aan hoe groot onze familie nu eigenl k was. Wel wou ze alt d in de buurt van mensen z n en gaf ze enkel kopjes aan de pastoor W mochten de deur open doen voor hare
Majestueuze Prinses Snotkat. Of het een mannetje of een vrouwtje was weet ik niet. Maar ik noemde ze poes wanneer ze sierl k was en kat als ze snot had, want we waren wat vies van elkaar Ik had ook allergieën en snoot m n neus op elk moment dat ze er van schrok.
Wanneer opa de kippen ging voederen, liep ze parmantig mee tot achter in de tuin. Er was onvoorwaardel ke liefde, achter in de tuin. We begrepen het niet als kind, w wilden naar het speeltuintje, wat verder achter het hek.
M'n opa's snotkat had een computeropa en een kruiswoordpuzzeloma
De mensheid was bedorven. Behalve oma en opa. Die waren anders
huisvandeMens
Overal in Vlaanderen en Brussel vind je een huisvandeMens in je buurt. Je kan er terecht voor vr zinnig humanistische plechtigheden, gesprekken over levensvragen, zingeving en zelfbeschikking, gemeenschapsvormende activiteiten en vr willigerswerk. Je vindt er ook informatie over waardig levenseinde en wilsverklaringen, levensbeschouwel ke onderwerpen, lentefeesten en feesten vr zinnige jeugd, en de waarden van het vr zinnig humanisme.
Elk huisvandeMens is een lokale draaisch f voor de vr zinnig humanistische gemeenschap en werkt samen met verenigingen, ontmoetingscentra en initiatieven die het vr zinnig humanisme mee vormgeven en helpen uitdragen. Zo functioneren de huizenvandeMens als een verbindend zorgnetwerk


