2025 1 Haak special

Page 1


HAAK

INHOUD

1. Inleiding

2. Huidige organisatie

3. Cultuur

4. Toekomstbestendigheid

5. Wat presteren wij als Hengelsport verenigingen?

6. Landelijk Verenigingsoverleg

7. Tekeningen

8. Regiobijeenkomsten versus LVO

9. NOC/NSF

10. Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersoon

11. Kwaliteit van toekomstige Ledenraad

12. Federatief vermogen naar de hsv’n

13. Digitale Vispas

14. Beheer Visplanner

15. Betekenis en ontstaan “droge” hsv’n

16. Oneerlijke concurrentie

17. Mogelijke oplossingen

18. Zijn er dan ook visrechthebbende “natte” verenigingen?

19. Eén landelijke Vispas voor alle wateren

20. Inbreng viswater

21. Geen gedwongen inbreng

22. Kamer voor de Binnenvisserij

23. Rechtbankuitspraak

24. Niet aangesloten verenigingen

25. Conclusie

26. Einde aan Federatieve visrechten?

27. Klopt de basis van de Vispas?

28. Schriftelijke toestemming

29. Is de Vispas een geldige schriftelijke toestemming?

30. Is SVN bevoegd?

31. Verenigingsvergunningen

32. Jeugdvergunningen

33. Huurovereenkomsten van Federaties

34. Controles

35. Hoe gaan we beter functioneren?

36. Toekomstige noodzakelijke verbeteringen hsv’n

37. Dienstenportfolio

38. Gewenste cultuur

39. Nieuwe organisatie

40. Samenvatting

41. Tot slot

1. Inleiding

Wij hebben als hengelsportvereniging gemeend deze bijzondere bijlage te moeten maken om al onze leden te informeren wat er op dit moment gaande is bij Sportvisserij Nederland (SVN) en de zeven nu nog zelfstandige Federaties. Deze overkoepelende organisaties willen opgaan in één organisatie. Die overgang naar één organisatie wordt ook wel Transitie genoemd. Er zullen hierdoor een aantal zaken gaan veranderen. De transitie biedt ook aan de hengelsportverenigingen (hsv’n)

zelf bij uitstek de kans om noodzakelijk of wenselijk geachte verbeterpunten aan te dragen. In dit bijzondere nummer leest u hoe over de Transitie en de verbeterpunten wordt gedacht door de hsv’n die aangesloten zijn bij het Landelijk Verenigings Overleg (LVO). Deze bijlage is een uitwerking van de input die de aangesloten hsv’n hebben gegeven in het kader van het 10e LVO dat op 23 november 2024 in Amersfoort werd gehouden.

2. Huidige organisatie

Sportvisserij Nederland te Bilthoven vormt samen met zeven zelfstandige Federaties een overkoepelende organisatie die de belangen van de hengelsport behartigt. Deze structuur is achterhaald. Iedereen is het er wel over eens dat deze organisatievorm verbetering behoeft en slagvaardiger moet worden. In totaal werken binnen de huidige organisatievorm 133 medewerkers, die vijf jaar geleden bij de start van de reorganisatie

werkgarantie toegezegd hebben gekregen. Ondanks die toezegging is het verloop bij zowel SVN als de Federaties hoog. Daardoor gaat ook voortdurend aanwezige kennis en ervaring verloren. De beoogde ingangsdatum van de nieuwe organisatie is op 1 januari 2026 gepland.

den. Er is behoefte aan aanzienlijk meer servicegerichtheid, transparantie en een proactieve houding. Te vaak worden de hengelsportverenigingen aan het lijntje gehouden of komt er nooit een antwoord op een hulpvraag!

4. Toekomstbestendigheid

Onze hengelsport ligt onder een vergrootglas. Het zal niemand ontgaan zijn dat er een politieke beweging is die onze sport graag beperkt of zelfs helemaal verboden wil zien worden. Maar dat is zeker niet de enige bedreiging. Daarom is een sterke belangenbehartiging van een overkoepelende organisatie die de hengelsport in binnen- en buitenland vertegenwoordigt nu belangrijker dan ooit!

3. Cultuur

Volgens de hsv’n is alleen de samenvoeging van de zeven Federaties met SVN niet voldoende om toekomstbestendig te zijn. Ook de cultuur binnen de overkoepelende organisatie dient verbeterd te wor-

5. Wat presteren

wij als hengel-

Vanaf 2017 is het Dagelijks Bestuur

H SPECIAL

van hsv Groot Rotterdam regelmatig op bezoek geweest bij andere hsv’n. In o.a. Maastricht, Kampen, Leeuwarden en Hollands Kroon hebben wij ons hard gemaakt voor noodzakelijke verbeteringen. Productverbeteringen bij de Vispas en verbeteringen in de voorwaarden bij inbreng van viswater in de Gezamenlijke Landelijke Lijst (GLL) waren onderwerpen die bij deze bezoeken aan de orde kwamen. Opmerkelijk is het grote aantal hsv’n dat ontevreden blijkt te zijn over hoe hun belangen en wensen van de hsv’n worden behartigd. Deze al jarenlange onvrede zal moeten worden weggenomen door SVN. We staan met diverse onderwerpen niet naast maar tegenover elkaar. Dat maakt ons als organisatie kwetsbaar. De wijze waarop er op hsv’n druk wordt uitgeoefend om verenigingsviswater in de Gezamenlijke Landelijke Lijst in te moeten brengen is ronduit zorgwekkend. Wat ons ook kwetsbaar maakt is dat wij als bestuurders, en ook vrijwilligers, te weinig tijd, te weinig kennis of bezieling hebben om verder te kijken dan je eigen vereniging. Er zijn voldoende hsv’n die het allemaal wel best (moeten) vinden, maar gelet de complexe problematiek die er thans is, kan dit niet! Deze opstelling heeft er wellicht toe geleid dat de overkoepelende organisaties zoals de Federaties en SVN - met alle goede bedoelingen - steeds zelfstandiger (“voor eigen parochie”) zijn gaan acteren.

6. Landelijk

Verenigings

Overleg (LVO)

De afgelopen jaren is er op initiatief van onze vereniging een landelijk verenigingsoverleg ontstaan. Tijdens deze

bijeenkomsten kunnen de deelnemende hsv’n successen en bedreigingen met elkaar delen. De hsv’n wisselen ervaringen uit waardoor alle uiteindelijk op een gelijk kennisniveau uitkomen. Duidelijk is dat Waterschappen, Federaties enz. allemaal een eigen koers varen. Regelmatig wordt er een gastspreker uitgenodigd om een onderwerp verder uit te kunnen diepen. Joop Bongers (directeur Sportvisserij Nederland), Anton Maas (lid Transitieteam en directeur Sportvisserij Zuid West Nederland), Nienke Straatsma (beleidsmedewerkster Sportvisserij Nederland) en Marjan Olfers (hoogleraar Sport en Recht) zijn hier voorbeelden van. Dit overleg - dat ooit met zeven hsv’n startte - heeft inmiddels 23 aangesloten hsv’n. Hans Hermsen completeert als advocaat het geheel. Wij als hsv Groot Rotterdam organiseren dit Landelijk Verenigings Overleg.

Het 10e LVO van 23 november jl. werd mede gehouden op verzoek van Anton

Maas en had slechts één agendapunt: de stand van zaken van de Transitie SVN. Alle deelnemende hsv’n hadden vooraf vier vragen ontvangen. Zij moesten deze met hun bestuur bespreken en beantwoorden voorafgaande aan het LVO.

Vraag 1: wat wil je beslist niet meer in de nieuwe organisatie terugzien?

Vraag 2: wat zou prettig zijn als het zou verbeteren?

Vraag 3: wat moet beslist niet veranderen, dus op huidige niveau blijven?

Vraag 4: welke vraag wil je beantwoord zien?

Alle aanwezige hsv’n hebben hun antwoorden toegelicht. Overduidelijk bleek daaruit dat er vele gelijkwaardige ervaringen bestaan. Die ervaringen zijn allemaal met elkaar gedeeld. Zoals gezegd in

de inleiding: de bevindingen en de, naar onze inzichten, beste oplossingen zijn in deze bijzondere bijlage onderbouwd uiteengezet. Hierin leest u dus hoe er over de Transitie wordt gedacht door de hsv’n die aangesloten zijn bij het LVO. Anders gezegd: deze bijlage is dus een uitwerking van de input van al die aangesloten hsv’n. Deze hsv’s bedienen meer dan 20% van de Nederlandse sportvissers.

7. Tekeningen

Om het 10de LVO een bijzonder tintje te geven hadden wij Hans Klaver van Comic House ingehuurd. Hans weet tijdens het behandelen van de onderwerpen deze op een leuke en duidelijke wijze te illustre-

ren. Zijn tekeningen markeren dit toch bijzondere tiende overleg.

8. Regiobijeenkomsten versus LVO

Hsv’n worden door Federaties uitgenodigd voor Regio-bijeenkomsten, dit om alle verenigingsbestuurders bij te praten over de voortgang van de Transitie SVN. Met name op dit punt gaat het naar de mening van onze vereniging echt mis! Het is namelijk weinigen gegeven om in een volle zaal met medebestuurders en betaalde krachten van Federaties en

SVN naar de microfoon te lopen en in het openbaar je mening te geven. Het wordt nog lastiger wanneer een voorgesteld besluit met een onvoldoende of zwakke onderbouwing positiever wordt voorgespiegeld dan het verdient. Je denkt dan wel twee keer na voordat je naar die microfoon loopt. De echte reacties op de ontvangen informatie kun je het beste horen op het toilet tijdens de plaspauze of tijdens de borrel na het overleg. Statutair gaat het geheel volgens de regels, maar SVN krijgt niet de info die zij nodig heeft. Integendeel: door het geringe aantal opmerkingen ontstaat bij SVN het valse beeld dat de organisatie op de goede weg is. Daardoor ontstaat ook het risico dat op de SVN-vergaderingen wordt ingestemd met onwenselijke opvattingen en standpunten! HSV Groot Rotterdam is ervan overtuigd dat de hsv’n op het tiende LVO van 23 november j.l. met elkaar wél de informatie hebben gedeeld waar SVN verder mee zou moeten. De opzet en dynamiek van het LVO nodigt iedereen uit om te spreken en er wordt naar elkaar geluisterd!

9. NOC*NSF

Tot 2024 had Sportvisserij Nederland (SVN) statutair slechts tien leden, namelijk zeven Federaties en drie landelijke specialistische verenigingen KSN, VNV en VRF. Hierdoor voldeed SVN niet aan alle door NOC*NSF gestelde lidmaatschapsvoorwaarden. Conform de statuten van NOC*NSF moet een individuele Vispashouder niet alleen lid zijn van een hsv maar is ook een tweede lidmaatschap bij SVN noodzakelijk. Door het tweede lidmaatschap in 2024 in te voeren zijn alle sportvissers die een Vispas hebben nu automatisch ook lid van SVN. Daarmee voldoet SVN nu aan alle eisen van NOC*NSF. Dit was voor SVN een belang-

rijk succes, omdat door te voldoen aan de bedoelde eisen SVN jaarlijks ruim € 1,2 miljoen subsidie veilig heeft gesteld!

10. Wet Bestuur en Toezicht

Rechtspersoon (WBTR)

Op 1 juli 2021 is de Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersoon ingegaan voor alle verenigingen, stichtingen, grote beroepsorganisaties, goede doelen, lokale sportverenigingen en kleine hobbyclubs. Deze wet dient o.a. te voorkomen dat vrijwilligers met een ‘dubbele pet’ op bestuursfuncties vervullen. Bijvoorbeeld: de vrijwilliger is voorzitter van een hsv, bestuurslid bij een Federatie, bestuurslid bij SVN en heeft zitting in de Kamer voor de Binnenvisserij! Dat zijn vier petten

en dat is na invoering van de WBTR niet meer toegestaan. Je ziet ook vaak een dubbelfunctie binnen de hsv: voorzitter en tevens secretaris en/of penningmeester. Ook dat is ongewenst en na een overgangsperiode uiteindelijk niet meer mogelijk. Met het in werking treden van de nieuwe wet is het dus voor bestuurders van de SVN of van een hsv niet meer mogelijk om binnen de sportvisserijorganisatie verschillende bestuursfuncties te bekleden.

Zoals gezegd in de inleiding: het is de bedoeling dat de nieuwe organisatie vanaf 1 januari 2026 operationeel moet zijn. Er zal onder meer een nieuwe naam bedacht moeten worden. Gelet op alle opmerkingen tijdens het LVO leek onze tekenaar deze wel gepast: Service Voor Onze Leden.

11. Kwaliteit van toekomstige Ledenraad

De hsv’n zijn het erover eens dat de bezetting van de ledenraad die namens de hsv´n besluiten gaat nemen van een goed niveau zal moeten zijn. Het genoemde verbod op belangenverstrengeling (de ‘dubbele petten’) kan hierbij belemmerend werken. Er is duidelijk door SVN gecommuniceerd dat huidige bestuursleden van hsv’n niet in de Ledenraad plaats kunnen nemen en laat juist daar de meeste kennis zitten. De hsv´n maken zich grote zorgen over het kennisniveau van de Ledenraad SVN. De kennis is bij vele besturen van hsv’n mogelijk zelfs van een beter niveau! Dit is op het laatstgehouden LVO uitvoerig aan de orde geweest. Er is tijdens de discussie toegezegd dat het geen beletsel zal zijn wanneer een bestuurslid van een hsv zich verkiesbaar stelt. Naast de zeggenschap maken de hsv’n zich ook zorgen om een eerlijke stemverhouding.

12. Federatieve

vermogen naar de hsv’n?

De Federaties hebben alle een vermogen opgebouwd, van erg veel tot nauwelijks. De hsv´n zijn van mening dat dit terug moet vloeien naar de verenigingen. Tijdens de behandeling van dit onderwerp op het LVO werd door Anton Maas, als transitie teamlid van SVN, uiteengezet dat dit niet zal gaan gebeuren. Hij wist de aanwezige bestuursleden te overtuigen dat het vermogen op een juridisch juiste wijze verdeeld gaat worden. Het transitieteam heeft doen besluiten dat de tegoeden worden toegewezen aan verschillende doelen. Wat er na de toewijzing eventueel nog resteert mag door de Fe-

deratie die het vermogen had opgebouwd zelf worden uitgegeven. Jammer dat we hier geen landelijke pot van hebben gemaakt. De vraag rijst hier wie het van de Federaties het best heeft gedaan: degene die het laagste of het hoogste tegoed heeft. Wij ervaren dit als een gemiste kans. Het legt op pijnlijke wijze één van de grote gevoeligheden bloot, namelijk landelijk denken en acteren versus de macht van de huidige Federaties!

13. Digitale

Vispas

SVN gaat een inhaalslag maken voor wat betreft het digitaliseren van de Vispas. Binnenkort is het mogelijk om de Vispas

digitaal te kunnen ontvangen en laten we eerlijk zijn, dat werd tijd ook. Als SVN de sportvisser verder tegemoet wil komen zou het helemaal mooi zijn als de Vispas 12 maanden geldig gaat worden. Menig telefoontje aan het einde van het jaar gaat hierover, zoals: “Moet ik nog steeds het volle bedrag betalen?” Men wil gaan vissen maar wacht totdat het jaar zo goed als voorbij is en dat is geen reclame voor onze hengelsport. Invoering van een 12 maanden geldige toestemming is ten opzichte van sportvissers veel eerlijker en maakt de hengelsport toegankelijker. Tegenwoordig is hiervoor een softwareprogramma om ook de penningmeester ondersteunen bij het maken van zijn jaarafrekening. Ook voor SVN heeft dit bij de digitale versie voordelen, omdat de werkdruk, die nu jaarlijks aan het einde ontstaat met de daarbij behorende extra

fouten, tot het verleden zal gaan horen. Dit bespaart ook loonkosten!

14. Beheer

Visplanner

De GLL is van fysiek naar digitaal gegaan. De hsv’n zijn verantwoordelijk voor de juiste data voor zowel viswater als de voorwaarden. De ervaring leert dat het inbrengen van viswater in de Visplanner niet tot problemen leidt, dit in tegenstelling tot het verwerken van opdrachten om viswater uit de GLL te laten verwijderen. Dit laatste kan zomaar twee jaar duren. Daar zijn verschillende voorbeelden van bij verschillende Federaties. Hetzelfde geldt voor de voorwaarden waar SVN

niet achter kan staan. Zonder communicatie is dit ver na invoering hiervan niet in de Visplanner verwerkt. Het beheer hiervan zou op een heel andere wijze geregeld kunnen worden door bijvoorbeeld een landelijke pool vanuit hsv’n te formeren, waarbij deze pool verantwoordelijk is voor de actualiteit en juistheid. Hierdoor verhoog je de kwaliteit door plaatselijke aanwezige kennis en verleg je de verantwoordelijkheid naar waar de betrokkenheid hoort en het hoogst is.

15. Betekenis en ontstaan ‘droge’ hsv’n

Een belangrijk onderdeel van het Transitieoverleg gaat over de positie van de zogenaamde ‘droge’ hengelsportverenigingen. Een droge hengelsportvereniging is een vereniging zonder eigen viswater.

De droge hsv’n zijn onder te verdelen in vier categorieën:

Categorie A

Er zijn hengelsportverenigingen aangesloten bij de Federaties Groningen

Drenthe, en Fryslân die - al dan niet onder druk of dreiging van royering van desbetreffende Federatie - al hun huurovereenkomsten hebben afgestaan aan de Federatie. Deze wateren konden daarna in de Gezamenlijke Landelijke

Lijst worden inbracht. Ook dit zijn droge hsv’n, maar wel met een heel andere oorsprong: zij zijn van natte vereniging getransformeerd in een droge vereniging.

Categorie B

Er zijn in (zuidelijk) Nederland hengelsportverenigingen die geen viswater bezitten, aangesloten zijn bij een Federatie en de Vispas als bewijs van lidmaatschap

uitgeven. Zij danken hun bestaan aan de gretigheid waarmee SVN in 2007 de Vispas heeft ingevoerd. Als gevolg daarvan kon de situatie ontstaan dat HSV Limburg - opgericht in 2021 met ondersteuning van de Federatie Limburg - op een beurs de Vispas voor € 50 staat te verkopen zonder dat zij zelf een druppel viswater bezitten. Credo van deze droge vereniging is dat zij iedere ontvangen euro uitgeven aan het uitzetten van vis. Dat is raar: geen visrechten, maar

tie en geven de Vispas als bewijs van lidmaatschap uit. De volgende Belgische verenigingen zijn met behulp en toestemming van Federatie SZWN lid geworden: EVCM, de Goudkarper, hsv het Botje te Antwerpen en Het Loze Vissertje te Arendonk. Deze Belgische hsv’n brengen – uiteraard – geen Nederlands viswater in. Hoe droog wil je ze hebben? Er is één keer een gesprek geweest met een Belgische verenigingsvoorzitter. Uit dat gesprek bleek dat het ging om een zoute

wel uitzetten? Deze verder zeer actieve hsv staat het door ons en vele andere hsv’n ingebracht viswater te verkopen! Twee stands verderop staat HSV Groot Rotterdam - met het meeste viswater van Nederland - de vispas voor € 35,50 te verkopen.

Categorie C

De Belgische droge hsv’n: ook deze hsv’n zijn aangesloten bij een Federa-

vereniging en dat de hele begroting van zijn vereniging voor alle activiteiten berustte op de inkomsten van de verkoop van de Vispas!

Categorie D

Zoute hengelsportverenigingen zijn in principe ook droge hsv´n. Voor vissen in zout water is geen schriftelijk document nodig en dit gedraagt zich dus als 100% ingebracht water. Voor het steken van

aas en deelname aan Federatieve viswedstrijden is wel de Vispas vereist. In totaal bestaan er – verdeeld over de groepen A en B - zo´n 250 droge hsv´n in Nederland.

16 Oneerlijke concurrentie

Droge verenigingen hebben geen kosten en in de huidige opzet ontbreekt het aan wederkerigheid; zij hebben namelijk geen eigen viswater dat in de GLL kan worden ingebracht. Zij hebben wel conform verenigingsrecht stemrecht op de ALV. Door het gebrek aan structurele kosten en het massaal inbrengen van verenigingswater in de Gezamenlijke Landelijke Lijst door deze bij Sportvisserij Nederland aangesloten hengelsportverenigingen, hebben deze droge verenigingen zich in de loop der tijd tot prijsvechters kunnen ontwikkelen. Met name hsv’n die zijn aangesloten bij de Federatie MidWest, ZuidWestNederland en Limburg ondervinden het meeste last van deze oneerlijke concurrentie. Het leidt aanwijsbaar tot ledenverlies bij natte hsv’n die bij dezelfde Federatie zijn aangesloten. Wanneer immers de natte hsv’n hun viswater voor 90% inbrengen in de GLL, wordt een Vispas voor € 27,50 bij droge verenigingen wel erg interessant! Een sportvisser kiest dan niet meer, zoals voorheen, op basis van het viswater (dat is namelijk al ingebracht) maar op basis van de hoogte van de contributie. Het effect voor een natte hsv is dan dat zij de contributie verder moeten verhogen omdat door terugval in het aantal leden de inkomsten anders lager zullen uitvallen en de verenigingsbegroting niet meer kostendekkend zal zijn. Van één hsv is bekend dat zij de contributie enkele jaren achter elkaar heeft moeten verlagen om

verdere leegloop te voorkomen! Dit negatieve effect wordt categorisch door SVN ontkend en het negatieve effect wordt gemaskeerd door de groei van de uitgifte van Vispassen. Het ledental zal bij natte hsv’n die meer viswater in de GLL gaan inbrengen, leiden tot een daling van het aantal leden, omdat aanschaf van een extra Vispas steeds minder noodzakelijk wordt.

17. Mogelijke oplossingen

Categorie A

l De droge hsv’n die oorspronkelijk visrechten hadden, zouden hun beheersrol weer kunnen gaan vervullen die zij in het verleden hadden. Overdracht van Federatie van huurovereenkomsten

van het oorspronkelijk viswater is dan vereist.

l Onder de huidige voorwaarden doorgaan, waarbij uitgifte vanaf 2025 voor 2026 van de Vispas ongewijzigd blijft. Invoering van een advies of vastgestelde minimumprijs voor de Vispas kan tot een afwijkende hogere afdracht leiden.

Categorie B

l Deze droge hsv’n zouden van de

Federatie viswater aangeboden moeten krijgen

l De actieve droge hsv’n zullen dit zeker in dank aanvaarden

l Indien viswater niet wordt aangeboden of niet wordt geaccepteerd, dan kan de hsv wel een andersoortige Vispas gaan uitgeven. De geel-oranje gekleurde Vispas is hier zeker geschikt voor. De lijst met viswateren is gelijk aan die van de Kleine Vispas en de afdracht is gelijk aan die van visrechthebbende hsv’n.

l Als droge hsv kunnen zij zich als aparte afdeling aansluiten bij een natte hsv.

l Gewoon doorgaan als de jaren ervoor maar zonder uitgifte van Vispassen SVN.

Categorie C

l De droge hsv’n uit België zouden hun lidmaatschap op 1 jan 2026 moeten beëindigen, uitgifte van Vispassen SVN vanaf het jaar 2026 is dan niet meer mogelijk.

Categorie D

l Het open zoute water dat van iedereen is, laat perfect zien hoe wij het op het zoete water niet moeten regelen! De eisen om voor wedstrijden een Vispas te moeten bezitten, kunnen vervallen.

l Ook hier zou de geel-oranje gekleurde Vispas een oplossing kunnen zijn, maar zonder afdracht! 18. Zijn er dan

worden door zo’n natte vereniging d.m.v. een vergunning aan haar leden aangeboden.

Er bestaan zo´n 550 natte hsv´n. Deze verenigingen hebben eigen visrechten omdat zij viswater in eigendom hebben ofwel omdat zijn kunnen beschikken over viswater op basis van een huurovereenkomst met een looptijd van meestal zes jaar. Deze 550 hsv´n brengen veel viswater in de Gezamenlijke Landelijke Lijst in. Deze visrechthebbende hsv’n zijn de kurk waar de gehele structuur van SVN, inclusief het verdienmodel Vispas, op drijft!

Er wordt door Federaties en bestuur SVN grote druk uitgeoefend om de hsv’n hun viswater maximaal in de Gezamenlijke Landelijke Lijst in te laten inbrengen. Hoe meer gezamenlijk viswater in deze

lijst, des te aantrekkelijker dit wordt voor de droge verenigingen (en als exportproduct voor onze buitenlandse sportvisser). Hier bestaat bij de meeste natte hsv’n grote ergernis over. De Vispas wordt steeds meer een exportproduct en de vraag is of de hsv’n dat moeten willen. Zij maken immers hoge kosten die door droge verenigingen niet worden gemaakt, zoals: huur en onderhoud viswater, overleggen met waterschappen, gemeenten, Visstandbeheerscommissies, Staatsbosbeheer, Zuid-Hollands Landschap, Rijkswater enz., controleapparaat, monitoring viswater, onderhoud en plaatsen van vissteigers, uitzetten van vis, onderhoud clubhuis, enzovoort.

Het kenmerk van een natte hengelsportvereniging is dat de vereniging eigen visrechten bezit. De wateren waarin die visrechten mogen worden uitgeoefend

19. Eén landelijke vispas voor alle wateren?

SVN heeft er alles voor over om tot één landelijke Vispas voor alle Nederlandse binnenwateren te komen. De organisatie schuwt geen middel om de sportvisser te laten denken dat dit in haar persoonlijk belang is en dat het ook mogelijk is. Vanaf 2019 had het bestuur van SVN bedacht dat hsv’n die te weinig of geen viswater inbrachten een geel-oranje Vispas ontvingen i.p.v. de gebruikelijke blauw

gekleurde Vispas. Met de geel-oranje Vispas konden de leden van desbetreffende hsv’n alleen in eigen viswater vissen. De regeling was juridisch helemaal niet mogelijk, omdat alleen de Federaties lid waren van SVN en niet de hsv’n. Niet alleen laat dit duidelijk de drang en de handelswijze van SVN zien maar ook het gebrek aan kennis en kwaliteit in het bestuur. Zonder enige vorm van communicatie is deze onjuiste voorwaarde/eis uit de GLL verwijderd.

Maar de door SVN opgedrongen overtuiging is om meerdere redenen onjuist. Ten eerste hebben niet alle hsv’n zich aangesloten bij SVN. Het viswater van

al die niet-aangesloten verenigingen zal dus niet in de GLL terug te vinden zijn. Verder is er particulier viswater waarvoor hetzelfde geldt. Daarnaast wil en kan een bij SVN aangesloten vereniging zoals HSV Groot Rotterdam – naast het wel ingebrachte viswater - niet altijd al haar viswater inbrengen. Zo beschikt HSV Groot Rotterdam bijvoorbeeld over viswater op machtiging. Het visrecht op zo’n machtigingswater kan per definitie niet worden ingebracht omdat met een machtiging geen visrecht wordt overgedragen. Soms is ook sprake van een huurovereenkomst waarin door de verhuurder een verbod op inbreng is opgenomen. Verder beschikt de vereniging als Groot Rotterdam ook over prachtig polderwater dat soms erg kwetsbaar is. Het openstellen van zulke wateren voor iedere Vispashouder kan ertoe leiden dat de verhuurder de visrechten beëindigt. Hetzelfde geldt voor de zogenaamde ‘hotspots’. Een vereniging kan d.m.v. email, website of kwartaalblad zijn eigen leden informeren over problemen en gewijzigde voorwaarden. Maar bij ingebracht viswater wordt zo’n vereniging genoodzaakt om alle 665.000 sportvissers,waarvan 550.000 in Nederland en 115.000 daarbuiten te informeren.

20. Inbreng

viswater

Samengevat is hieronder een overzicht weergegeven van welk viswater door een hsv wel of niet in de Gezamenlijke Landelijke Lijst (GLL) kan worden ingebracht.

1. Eigendom van viswater: eigen viswater van de hsv kan ingebracht worden.

2. Eigendom van oud-zakelijke visrechten zoals heerlijk visrechten: bij

deze vorm behoort het viswater niet in eigendom toe aan de hsv, maar wel de (voor 1838 afgescheiden) visrechten in dat water. Zulke visrechten kunnen in de GLL worden ingebracht.

3. Viswater op basis van een huurovereenkomst: de hsv heeft hier als visrechthebbend huurder de zorg voor de visstand, monitoring, visuitzet en controle, en is bevoegd om het viswater in de GLL te brengen.

4. Viswater op basis van een huurovereenkomst waarin specifiek is opgenomen dat het water niet in de GLL mag worden ingebracht: de hsv heeft hier als visrechthebbend huurder weliswaar de zorg voor de visstand, monitoring, visuitzet en controle maar is niet bevoegd om het viswater in de GLL te brengen.

5. Viswater op basis van een machtiging: bij deze vorm blijft het visrecht toehoren aan de verlener van de machtiging. De gemachtigde hsv mag het water dan alleen opnemen in haar lijst met viswateren voor haar leden, maar kan dit niet inbrengen.

6. Naast deze verschillende contractvormen zal een hsv nooit kwetsbaar viswater in de GLL brengen, zoals bijvoorbeeld polderwater als de Krimpenerwaard. Het is al moeilijk genoeg om de eigen leden te informeren over genomen maatregelen en indien het ingebracht water zou zijn, is dit zelfs onmogelijk! Groot Rotterdam heeft al enkele jaren viswater niet in haar viswaterlijst opgenomen, waarvan zij de penningen betalen om de rechten niet definitief kwijt te raken. Dit is onder andere het geval bij de Krimpenerwaard. 7. Hotspots waar sprake is van ernstige overbevissing en overlast voor omwonenden. In de winter in havens vissen is erg succesvol, maar leidt door gedrag van sportvissers in sommige gevallen tot intrekking van huurovereenkomsten!

21. Geen gedwongen inbreng

Al langer dan 15 jaar wordt er bij de

Inbreng viswater

hsv’n aangedrongen op inbreng van meer viswater. HSV Groot Rotterdam brengt zeker de nodige wateren in: zowel in de Kleine Vispas als in de Vispas. Maar het principiële standpunt is nog steeds hetzelfde: inbreng behoort zeker tot de mogelijkheden, maar er moet eerst een oplossing komen voor de droge hsv’n. Dat was ook het standpunt van het LVO. Gedwongen inbreng behoeft niet te worden geaccepteerd, sterker nog: het is juridisch niet haalbaar!

22. Kamer voor de

Binnenvisserij

Dit laatste standpunt wordt gedeeld door de Kamer voor de Binnenvisserij en door de rechtbank. Groot Rotterdam weet dit sinds de Federatie ZWN enkele jaren geleden een waterschap ertoe wist te bewegen om een verplichte inbreng in nieuwe huurovereenkomsten op te laten nemen. In 2019 werden SVBD en HSV Groot Rotterdam door het waterschap geconfronteerd met zo’n opgelegde inbrengplicht. Ook de niet bij SVN aangesloten

HSV AZHB kreeg met eenzelfde inbrengplicht te maken. Acht maanden voor de einddatum van de lopende overeenkomsten (van zes jaar) zegde het waterschap als verhuurder de huurovereenkomst met ieder van deze drie hsv’n op. Dat gebeurde op 16 april 2019 per brief. Gelijk met die brief stuurde het waterschap een nieuwe huurovereenkomst mee waarin zonder overleg een inbrengverplichting voor het opnieuw te verhuren viswater was opgenomen. Bij HSV Groot Rotterdam ging het om het viswater in de Rotte. Als hurende hsv heb je in zo’n geval twee maanden de tijd om protest bij de Kamer voor Binnenvisserij in te dienen. Groot Rotterdam heeft dat toen gedaan, evenals de twee andere hsv’n. De Kamer voor de Binnenvisserij heeft dat protest gehonoreerd. Na een afweging van alle belangen heeft de Kamer in alle drie gevallen de opgelegde inbrengverplichting afgewezen en de oude huurovereenkomsten ongewijzigd voor opnieuw zes jaar verlengd zónder de inbrengverplichting.

23. Rechtbankuitspraak

Het betreffende waterschap is tegen de beslissingen van de Kamer in beroep gegaan bij de Bestuursrechter van de Rechtbank te Rotterdam. Dat heeft geleid tot een belangrijke uitspraak over de vraag of een verhuurder/eigenaar van visrecht, in dit geval het waterschap, de huurder kan verplichten dat visrecht in te brengen in de Gezamenlijke Lijst van Nederlandse Viswateren. Bij uitspraak van 23 december 2022 heeft de Rechtbank beslist dat zo’n inbreng niet kan worden afgedwongen en dat de door het waterschap verlangde inbrengverplichting terecht door de Kamer voor de Binnenvisserij is afgewezen.

De rechtbank heeft die uitspraak gebaseerd op vijf overwegingen:

Ten eerste heeft de Rechtbank overwogen dat het aannemelijk is dat een inbrengverplichting voor een (natte) hengelsportvereniging als Groot Rotterdam leidt tot ledenverlies. Het ligt immers voor de hand dat de leden van zo’n vereniging zich in zo’n geval zullen aanmelden als lid van een ‘droge’ vereniging die - zonder eigen water - geen beheers- en onderhoudskosten heeft en dus haar leden een (veel) lagere contributieprijs kan aanbieden.

Ten tweede heeft de Rechtbank vastgesteld dat een inbrengverplichting leidt tot verminderde zeggenschap van de hurende vereniging over het door haar beheerde en onderhouden viswater.

Ten derde heeft de Rechtbank ingezien dat een inbrengverplichting leidt tot problemen op het gebied van toezicht en handhaving.

Ten vierde heeft de Rechtbank overwogen dat de eigenaar van een viswater die het visrecht op dat water in huur uitgeeft er bewust voor kiest zijn eigendomsrecht in te perken.

Bij dit alles heeft ook nog meegewogen dat Groot Rotterdam het gehuurde visrecht op de Rotte - samen met al haar andere viswateren – al onder eigen voorwaarden openstelt voor een breed medegebruik.

24. Nietaangesloten verenigingen

De Rechtbank heeft op 23 december 2022 ook korte metten gemaakt met de inbrengverplichting die het waterschap verlangde van de twee andere hengelsportverenigingen.

De ene hengelsportvereniging SVBD was - evenals Groot Rotterdam - een bij Sportvisserij Nederland aangesloten vereniging. In de zaak van die vereniging hanteerde de rechtbank daarom exact dezelfde overwegingen als zojuist genoemd.

De andere hengelsportvereniging (AZHB) was - zoals gezegd - een niet bij Sportvisserij Nederland aangesloten vereniging. De leden van zo’n vereniging genieten dus ook niet het voordeel van het Vispassysteem. In de zaak van die vereniging hanteerde de Rechtbank daarom nog een extra overweging van principiële aard. De Rechtbank overwoog dat bij zo’n niet-aangesloten vereniging van wederkerigheid geen sprake is omdat een inbrengplicht voor een niet-aangesloten vereniging meebrengt dat 650.000 Vispashouders in het water van die vereniging mogen vissen en dat de leden van zo’n vereniging omgekeerd niet in de wateren van de Gezamenlijke Lijst mogen vissen. Ook bij droge hsv’n ontbreekt dezelfde wederkerigheid!

25. Conclusie

Geconcludeerd kan worden dat de uitspraak van de Rotterdamse Rechtbank van tamelijk principiële aard is en actuele betekenis heeft voor de Nederlandse hengelsportorganisatie. In rechte is vastgesteld dat het inbrengen van visrechten in de Gezamenlijke Lijst in principe niet kan worden afgedwongen omdat dit in het huidige Vispas-systeem kan leiden tot onevenredige gevolgen voor de vereniging die het visrecht huurt. De uitspraak is onherroepelijk: er is geen hoger beroep tegen ingesteld.

26 Einde aan Federatieve visrechten? Met deze uitspraak is ook paal en perk gesteld aan de praktijk van Federa-

ties om zelf visrechten te verwerven. Federaties zijn scherp op het verkrijgen van viswater en hebben daar tot voor kort niet al te sportieve middelen voor gebruikt. Het doel heiligde daarbij de middelen. Hiermee hebben de Federaties tegelijk ook hun bestaansrecht als belangenbehartiger voor de hsv’n sterk ondermijnd. De Federaties zijn zich als concurrerende hsv’n gaan gedragen, gefinancierd door de hsv’n! Leg dat maar eens aan je leden bij de hsv’n uit. Een beproefde strategie van de Federaties hierbij is om alle waterschappen ervan te overtuigen dat één gesprekspartner voor de waterschappen veel handiger zou zijn. Veel huurovereenkomsten met bijhorende visrechten zijn op basis van deze argumentatie in handen gevallen van de Federaties. Met deze strategie zijn oude uitwisselingen tussen hsv’n ten gronde gericht. De Federaties - ooit ontstaan uit hsv’n met het doel de belangen van de hsv’n te behartigen - maken op deze manier structureel misbruik van het vertrouwen gegeven door de hsv’n. De Federaties en SVN nemen de belangen van de droge hsv’n zeer serieus en doen er alles aan om vrijgekomen viswater te huren. Zij gedragen zich op dat moment als een hsv; de natte hsv’n financieren ondertussen hun eigen ondergang d.m.v. de afdracht! Om u een beeld van de hoogte van de afdracht 2024 van HSV Groot Rotterdam te geven: dit zal dit jaar de € 500.000,- overschrijden.

27. Klopt de basis van de Vispas?

Het huidige Vispassysteem laat dus volgens de rechter niet toe dat een hurende hsv door haar verhuurder wordt gedwongen om haar gehuurde viswater in te brengen in de Gezamenlijke Lijst. Maar dit is niet alles. Ook valt te betwijfelen of het hele Vispassysteem wel past in het systeem van de Visserijwet. Volgens deze wet mag alleen de eigenaar of de huurder van een water vissen in dat water. Hij is de zogenaamde rechthebbende van het visrecht in dat water. Daarom staat in de Visserijwet dat het verboden is te vissen in een water als je geen rechthebbende bent van het visrecht in dat water. Anders gezegd: als je geen eigenaar of huurder van een water bent is het verboden om in dat water te vissen. Dat verbod vormt natuurlijk een enorme beperking voor het uitoefenen van de (sport)visserij. Niet elke sportvisser is immers eigenaar of huurder van een viswater.

28. Schriftelijke

toestemming

Daarom is in de Visserijwet geregeld dat het visverbod niet geldt als de visrechthebbende eigenaar of huurder aan een individuele (sport- of beroeps)visser een schriftelijke toestemming geeft om in zijn water te vissen. In de sportvisserijwereld noemen we zo’n schriftelijke toestemming ook wel ‘machtiging’. De huidige Vispas is bedoeld als zo’n schriftelijke toestemming. De pas is uitgevonden om te dienen als een schriftelijke toestemming van de visrechthebbende eigenaar of huurder van een water aan een individuele sportvisser om in dat water te vissen.

29. Is de Vispas een geldige schriftelijke toestemming?

Het is de vraag of het systeem van de Vispas juridisch wel klopt. Anders gezegd: het is de vraag of de Vispas daadwerkelijk kan gelden als een ‘schriftelijke toestemming’ zoals de Visserijwet voorschrijft. Zoals deze wet voorschrijft kan de schriftelijke toestemming om te vissen in een water alleen worden verleend door de eigenaar of huurder van het visrecht in dat water. Welnu: in het Vispassysteem wordt de Vispas uitgegeven door SVN. Maar deze vereniging is geen eigenaar of huurder van enig visrecht. SVN kan dus volgens de Visserijwet ook geen schriftelijke toestemming verlenen aan een individuele sportvisser.

30. Is SVN bevoegd?

SVN kan zo’n schriftelijke toestemming alleen rechtsgeldig uitgeven namens de eigenaar of huurder van een visrecht. Dat is alleen mogelijk als SVN bevoegd is om de Vispas als een schriftelijke toestemming van de visrechthebbende eigenaar of huurder uit te geven. Op dit moment is onduidelijk of SVN zo’n bevoegdheid heeft of welke regeling rechtsgeldig voorziet in zo’n bevoegdheid. Daarmee rijst ook de vraag naar de geldigheid van de Vispas als verdienmodel. De Vispas is namelijk een fors verdienmodel. Voorbeelden hiervan zijn: het afdrachtsysteem, de nachtsticker, de derde hengel sticker, enzovoort. Daar-

bij komt dat SVN ook de voorwaarden voor het gebruik van de Vispas bepaalt. Naar onze mening is dat juridisch niet mogelijk: alleen degene die de visrechten heeft bepaalt de voorwaarden. Het lijkt ons dan ook zeer wenselijk dat het hele Vispas-systeem juridisch wordt onderzocht nu in het kader van de Transitie de hele boel toch op de schop moet.

31. Verenigingsvergunningen

Bij dit alles komt nog iets anders. Het huishoudelijk reglement van SVN schrijft voor dat een ‘aangesloten’ hsv’n als eigen visdocument uitsluitend mag uitgeven: een dagvergunning, een weekvergunning en een jeugdvergunning (onder voorwaarden). Dat betekent dat een hsv volgens het huishoudelijk reglement niet

het recht heeft om een jaarvergunning of ‘Extra Vispas’ uit te geven. Dat recht is volgens het reglement (artikel 3 lid 3 en 5) exclusief voorbehouden aan SVN. Dat is zacht gezegd opmerkelijk. De jaarvergunning of Extra Vispas is namelijk simpelweg een schriftelijke toestemming of verenigingslidpas waarmee een sportvisser van buiten de vereniging één jaar lang – als verenigingslid voor één jaar - kan vissen in verenigingswater dat niet is ingebracht. Het is opmerkelijk dat zo’n

specifieke verenigingspas voor eigen verenigingswater niet door de visrechthebbende vereniging zelf zou mogen worden uitgegeven maar alleen door SVN. Het is de vraag of het huishoudelijk reglement op dit punt tegenover een ‘aangesloten’ hsv bindende werking heeft. Dat geldt nog te meer omdat een ‘aangesloten’ hsv volgens de statuten van SVN helemaal geen lid is van SVN.

32. Jeugd-

vergunningen

Een soortgelijk vraagteken kan worden gesteld bij de regeling over de jeugdvergunningen voor jeugd tot 14 jaar. Volgens het huishoudelijk reglement van SVN is die jeugdvergunning een eigen visdocument van de vereniging. Niettemin schrijft het SVN-reglement voor dat de houder van zo’n jeugdvergunning het eigen water van de hengelsportvereniging alleen mag bevissen op de voorwaarden van SVN: d.w.z. met één hengel en met beperkte aassoorten. Ook op dit

punt kan sterk worden betwijfeld of het reglement van SVN bindend is: het lijkt heel wat logischer dat de hengelsportvereniging zelf de voorwaarden bepaalt waaronder met een jeugdvergunning mag worden gevist in haar eigen verenigingswater.

33. Huurovereenkomsten van Federaties

Zoals hiervoor al aangeroerd: in de afgelopen jaren zijn de Federaties erg actief geweest om viswater te verwerven. De hsv´s zijn van mening dat dit vanaf 1 januari 2026 weer terug moet naar de (droge) hsv´n, het is per slot van rekening het bestaansrecht van de hsv´n. Het is zeker de moeite waard om dit als eerste aan de droge hsv’n aan te bieden, zodat zij de Vispas ook in de toekomst kunnen blijven uitgeven!

Bij één Federatie is er tijdens de ALV een verhoging van de afdracht voor aankoop van viswater goedgekeurd, dit is echt ‘de wereld op zijn kop’. Ook hierbij speelde een rol dat de hsv´n tijdens zo´n bijeenkomst niet naar de microfoon durven te lopen om aan te geven dat dit toch niet de bedoeling is. Ook bij de besturen van hsv´n is er op dit punt werk aan de winkel!

34. Controles

De noodzaak van uitbreiding van het controleapparaat wordt door alle hsv’n als noodzakelijk gezien. Er wordt veel hinder ervaren van sportvissers die zich niet weten te gedragen. Hoewel er nadrukkelijk naar sportvissers uit het buitenland wordt gewezen, zijn er ook veel overtreders met de Nederlandse

nationaliteit. Er zijn specifieke plekken waar groepen Oost-Europeanen, met name in het weekend, voor overlast zorgen. Jammer genoeg worden de Boa’s juist bij de betrokken Federatie uitsluitend doordeweeks ingezet, omdat zij in het weekend de handboeien niet mogen dragen - dat wordt althans als reden opgegeven. De hsv’n zouden het controlebeleid voor zowel zoet als zout, uitgebreid, aangescherpt en verder geprofessionaliseerd willen zien. In de poging om tot een berekening van de nieuwe afdracht te komen moet hier rekening mee gehouden worden.

35. Hoe gaan

we beter functioneren?

Als wij als hsv’n naar de problemen binnen de organisatie kijken zien wij in hoofdlijnen het volgende:

1. SVN en de sportvissers willen verschrikkelijk graag zo veel mogelijk en liefst al het beschikbare viswater in de GLL;

2. De hsv’n willen dat de oneerlijke concurrentie verdwijnt en de jarenlange onvrede hierdoor stopt;

3. Het verlies aan zeggenschap over je verenigingswater, ook al breng je helemaal niets in, doet nogal ‘Noord-Koreaans’ aan, dus SVN maak dit mogelijk, waardoor het voor de sportvisser die uitsluitend een enkele keer dicht bij huis vist goedkoper!

4. De sportvisser wil een betaalbaar, eenvoudig systeem, waarbij hij keuze heeft tussen twee soorten lidmaatschappen: één met toegang tot landelijk viswater of één voor uitsluitend verenigingswater.

Wij zijn er van overtuigd dat dit een unieke kans is om de sportvisser, de hsv’n en SVN zeer tevreden te stellen!

a) Uitsluitend uitgifte blauwe Vispas door visrechthebbende hsv’n en droge hsv categorie A

b) Uitgifte verenigingsvergunning formeel toestaan en/of juridisch toetsen (aanpassing ‘Noord-Koreaans’ Huishoudelijk Reglement)

c) Vispas digitaal en fysiek verstrekken

d) Kalenderjaar voor digitale Vispas vervalt, wordt 12 maanden geldend

e) Inbreng viswater op basis van formele toestemming van eigenaar of huurder

f) Voorwaarden ingebracht water worden uitsluitend door eigenaar of huurder vastgesteld

g) Standaardisatie landelijke voorwaarden, daar waar juridisch mogelijk

h) Heldere beschreven afspraken over inbrengen of uithalen bij Visplanner van viswater uit de GLL (ISO normen) i) Vervallen nachtvissticker ad € 25,door SVN

j) Vervallen derde hengel sticker ad € 10,- door SVN

k) Vervallen van Vispas voor zout (voor pieren steken en wedstrijden) of vervangen door geel-oranje Vispas

l) Vervallen gratis meevisvergunning. In de praktijk leidt dit tot veel extra werk bij verenigingscontroleurs door overtredingen op verenigingswater.

m) Vervallen extra Vispas (op termijn), hier komt de verenigingspas voor in de plaats

n) Aanschaf Kleine Vispas ontmoedigen, waarvan alle inkomsten naar SVN gaan. Lijst met viswater reduceren.

o) Invoering minimale verkoopprijs/ adviesprijs van bijv. € 40,- voor de Vispas om het prijsvechten te voorkomen.

p) Restitutie dubbele afdracht vervalt (€ 550.000)

Indien de noodzakelijke verbeteringen

worden ingevoerd inclusief het vervallen van de Federaties, zal er een nieuwe afdracht door SVN worden voorgesteld. Daarbij zal de Transitie ook besparingen opleveren, de reductie van ruim € 550.000 aan verzendkosten door digitalisatie, de uitbreiding en professionalisering van het controleapparaat, de inkomstenderving door de vereenvoudigingen derde hengel en nachtvissen en professionalisering van het controleapparaat, en de jaarlijkse subsidie van NOC*NSF van ruim 1,2 miljoen in de berekening mee moeten worden genomen. Deze nieuwe landelijke afdracht is tevens het moment voor de hsv’n om een betere balans tussen afdracht en contributie te bewerkstelligen.

37. Diensten portfolio

Dienstenportfolio

nationale en internationale belangenbehartiging landelijke promotie

visplanner incl. voorwaarden controles zoet

controles zout relatiebeheer

jaarlijkse organisatie van jeugdactiviteit organiseren van viswedstrijd(en)

afdracht

Als het bestuur van een hengelsportvereniging zowel kwantitatief als kwalitatief goed op orde is, zal de desbetreffende hsv nauwelijks tot geen ondersteuning aan SVN vragen, dit in tegenstelling tot een hsv die dit niet heeft. Beide hsv’n betalen in dit voorbeeld dezelfde afdracht aan SVN. De onbalans die hierdoor is ontstaan willen wij graag oplossen door de intrede van een aanzienlijk eerlijker systeem, namelijk een ‘diensten portfolio’. Alle hsv’n betalen een basisafdracht en afhankelijk van wat de hsv daarnaast extra inhuurt, zal de afdracht hoger worden. Een voorbeeld hoe dit eruit zou kunnen zien leest u hieronder.

38. Gewenste cultuur

Volgens de hsv’n is alleen de samenvoeging van de zeven Federaties met SVN bij lange na niet voldoende om toekomstbestendig te zijn. Ook de cultuur zal anders moeten worden. Er is behoefte aan aanzienlijk meer service gerichtheid en een transparante Sportvisserij Nederland. Zeker zo belangrijker is de al jaren heersende ontevredenheid (zachtjes uitgedrukt) bij de besturen van ‘natte’ hsv’n. Het doel om tot een toekomstbestendige hengelportorganisatie te komen kan worden gerealiseerd indien de juiste noten worden gekraakt. (lees: verbeterpunten):

a) de hsv’n worden blij als er eindelijk ‘bottom-up’ info wordt opgehaald waar naar gehandeld gaat worden; b) indien de basis van de inbreng juridisch juist is, zal er inbreng van aanzienlijk meer viswater door hsv’n plaatsvinden;

c) wanneer alle hsv’n en SVN naast elkaar komen te staan in plaats van tegenover elkaar

d) als de sportvisser aanzienlijk meer viswater in de GLL aantreft en nog steeds voor een relatief laag bedrag zijn hobby kan blijven uitoefenen e) als het systeem sterk vereenvoudigd wordt, waar zowel sportvisser als SVN gemak van hebben f) Hsv’n hebben de wens uitgesproken voor een pro-actieve SVN in plaats van een reactieve organisatie; één die met verborgen agenda’s werkt.

39 Nieuwe organisatie

Bij de besturen van de hsv’n is men benieuwd welke gevolgen de nieuwe structuur voor het management heeft. Blijft iedereen in zijn huidige functie werkzaam of komen er voor sommige managementfuncties sollicitatieprocedures? Alle medewerkers hebben in ieder geval werkgarantie!

40 Samenvatting

Om een verbeterde toekomstbestendigheid te bereiken is het samengaan van de zeven Federaties en SVN tot één vereniging zeker niet toereikend. De hsv’n hebben een aantal direct in te voeren en haalbare verbeteringen voor ogen die nodig zijn om in de buurt van het gewenste doel te komen. Samengevat zijn dat:

l Vereenvoudiging van het systeem door afschaffing vergoeding voor nachtvis- en derde hengel sticker.

l Bescherming van kwetsbaar viswater door duidelijke afspraken

l Uitbreiding en professionalisering van controle en handhaving

l Cultuurverandering binnen SVN ge-

richt op betere samenwerking en service

l Invoeren van lidmaatschap met of zonder gebruik GLL en invoering van 12-maand geldigheid

l Invoeren verplichte minimale verkoopprijs lidmaatschap met landelijke dekking

l Professionaliseren d.m.v. beheer pool Visplanner

l In drie jaar volledige uitsluiting van droge hsv’n, met inbreng van veel viswater door ‘natte’ hsv’n in GLL tot gevolg

41 Tot slot

Wij staan met zijn allen voor belangrijke beslissingen, die weloverwogen genomen dienen te worden. Het beste laat zich dit omschrijven als een T-splitsing in het verkeer: je kunt aleen naar links of rechts. rechtdoor is niet mogelijk. de enige juiste afslag is die waarbij de nieuwe overkoepelende organisatie de visrechthebbende hsv’n centraal stellen. De kurk waar de gehele hengelsport op is gebaseerd, inclusief GLL, Vispas en het daarbij behorende verdienmodel!

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.