.unst 19

Page 1

BLAD VAN DE HKU nr 19: juni 2010

.unst


roem

Konik Voor Maria Dabrowski is fotografie de meest

. inhoudsopgave

directe manier om haar visie uit te beelden. ‘Ik ontdekte aan het eind van de middelbare school dat ik daarmee zonder omwegen kon vertellen wat ik wilde en goed op iemands gevoel kon inspelen.’ De cover van deze .unst komt uit Animals, een

4 Roem is net zoiets als macht

serie die Maria vorig jaar maakte tijdens een kort blok autonome fotografie. ‘Ik ben gaan experimen­teren met het uitgangspunt Zo hond, zo baas. Het samenvloeien van mens en dier is een metafoor

6 Een handleiding voor roem 2.0

voor de gelijkenissen tussen de twee. Dit heb ik letterlijk verbeeld door beide dubbel te belichten.’ Op pagina 8 en 9 presenteert Maria haar eindexamenwerk Konik. ‘Hierin wil

8 Maria Dabrowski: Konik

ik laten zien hoe wij over exoten en ecologie denken. In Nederland zijn op ver­schillende plekken konik-paarden uitgezet om natuur te begrazen. Natuurorganisaties willen de konik weer terugkruisen naar zijn oervader, de tarpan. Dit doen ze met een streng verwilderingsproces, waarin ook paarden

10 Je moet waken voor een te groot ego

worden uitgeselecteerd als ze bijvoorbeeld niet aan de raskenmerken voldoen.

Oud-profvoetballer van FC Utrecht Jean-Paul de Jong (39) vergaarde roem met drie bekerfinales, won de Supercup en (opvolger van Supercup) Johan Cruijf Schaal en was lange tijd recordhouder gele kaarten. Sinds 2004 zet hij zijn bekendheid in voor een sociaal-maatschappelijk doel: zijn stichting Klein Galgenwaard maakt sportbeoefening voor met name achtergestelde groepen in de regio Utrecht toegankelijker.

Een knuffel betekent meer dan voetbal tekst Marcella Das fotografie Pet van de Luijtgaarden

Ik vind het interessant dat wij in Nederland denken dat natuur te maken valt, terwijl de essentie van natuur is dat je het zijn gang laat gaan. Enerzijds heb je het utopische plaatje van die wilde paarden in de natuur, en aan de andere kant de

11 Ik besta pas als jij me ziet

controle die daarachter zit. Elk paard draagt namelijk een chip en heeft een naam, waarmee ze eigenlijk een nummer zijn. Dit contrast heb ik willen weergeven.’ ‘Het mooie aan het eindexamenjaar is het toewerken naar je presentatie aan de buitenwereld. Helaas vliegt het jaar voorbij, terwijl je wel het idee hebt dat je nu je

13 Haar privéleven wordt tweede keus

beste werk moet maken. Door de tijdsdruk is dat lastig, waardoor ik het gevoel heb dat ik niet alles kan laten zien. Ik besef gelukkig ook dat dit maar een tijdsopname is. Hierna begint het pas echt.’

. portfolio

16 Natuurlijk herken je me van tv

. redactioneel Iets te drinken, Henk? Na een dolle rit met de gehandicaptenbus arriveren we tegen negenen op de Mariaplaats, alwaar ik het voertuig vakkundig de achterkant van een Ascona in parkeer. Het is een gekke maand, waarin we minimaal drie keer per week optreden. Ik bevind mij in het schemergebied tussen hoogmoed, waanzin en weerzin. Slaapgebrek en overvloedig alcoholgebruik eisen hun tol. Hoe dan ook, vanavond staat de Poort van Kleef op het programma. Hoewel de tent vol zit en serveersters zich met zichtbare moeite door de gangpaden laveren, mogen wij per omgaande onze apparatuur binnenrollen. Ik zet mijn Peavey op een van de antieke tafels en het moet gezegd: het geluid klinkt afgrijselijker dan ooit, niet in het minst door de onfrisse brom die de inpandige stopcontacten met ijzige regelmaat produceren. Uit mijn gitaarkoffer de geur van gisteravond. Bier, friet, asbak. De Poort van Kleef staat ook al aardig blauw. We pakken uit. Rondom mij voltrekt zich voor de zoveelste keer het ritueel: in een wirwar van kabels probeert elk bandlid op het te kleine podium een eigen stekkie te bemachtigen, onderwijl vergeefs contact zoekend met de voor de toiletingang geposteerde geluids­man van het huis. Ook vanavond weer iemand die niets van geluid weet maar toch ergens halfdoof van is geworden. Door het rookgordijn monster ik het publiek. Veel studenten, en dus speel ik de riff van Play that funky music bij de soundcheck. Herkenning alom, een paar meeknikkende hoofden. Inkoppertje. Nonchalant laat ik het nummer van Wild Cherry overgaan in Lenny Kravitz’ Always on the run. Bewonderende blikken vanaf de zijkant nu, enkele barhangers draaien ook richting podium. Zodra ik de aandacht van de meeste bezoekers heb, gaat mijn volumeknop weer dicht. Is het mijn verbeelding of hoor ik daar een zucht van teleurstelling in het publiek?

We laten ze wachten. Niet te kort, niet te lang. Na twintig minuten kruipt Ricardo achter zijn kit. Applausje vanaf de bar. We tellen af, slaan aan. De bak herrie die de zaal wordt ingestuurd, bevat blijkbaar een essentie van onze nummers. Binnen een kwartier hebben we de hele Poort op de knieën. Na het optreden vieren we aan de bar onze zegetocht. Iemand tikt krachtig op mijn schouder. Een bekende kop met een bril. ‘Goed optreden joh, lekker gitaartje man.’ Of ik nog een cd-tje voor hem heb, dan kan ie volgende week iets draaien op 3FM. En of ik het hoesje meteen ff wil signeren. Triomfantelijk zet ik een protserige krul onder onze bandnaam. Dan schiet me een anekdote van Bono te binnen. Die zag ik in een docu ooit vertellen dat Anton Corbijn hem was bijgebleven door het rondje dat hij de hele band gaf vooraf aan de fotosessie. Ik volg Antons voorbeeld. ‘Iets te drinken, Henk?’ Edwin Verhoeven

COLOFON

Hoofd- en eindredactie Edwin Verhoeven

Fotografie Pet van de Luijtgaarden

Advertenties Bureau van Vliet, Postbus 20,

.unst is een uitgave van de Hogeschool voor de Kunsten

Redactie Marcella Das, Johan Kuhlmann, Rick Steggerda,

Illustraties Leon Martakis, Joost Stokhoff

2040 AA, Zandvoort, T (023) 571 47 45

Utrecht. Het blad verschijnt vier keer per jaar en wordt

Elfie Tromp, Tim Veenstra

Ontwerp Studio Vrijdag

Reacties Postbus 1520, 3500 BM Utrecht, T 030 233 22 56

gratis verspreid onder studenten, medewerkers en relaties

Verder werkten mee Yassin Amartib, Annet Bremen,

Druk Printec Offset, Kassel

edwin.verhoeven@central.hku.nl

van de HKU.

Jeroen Callaars, Hanneke Hendrix, Lambertha Souman,

Oplage 4000 ex.

www.hku.nl/unst

Stéphanie Tillieux

Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder

Cover/beeldspread Maria Dabrowski

voorafgaande toestemming van de HKU.

Recordhouder met 83 gele kaarten in de Nederlandse eredivisie. Die titel ben je nu kwijt aan NEC-speler Patrick Pothuizen. Jammer? Nee, ik ging niet bewust voor die kaarten. Ik speelde altijd op de grens. Als je dan veertien seizoenen voor FC Utrecht speelt, ga je daar wel eens overheen. Als middenvelder moest ik veel corrigeren en de balans bewaken, wat ook extra kaarten met zich meebracht. Het lag besloten in mijn spel. Vroeger een boefje en nu een verantwoordelijk man? Zo zie ik het zelf niet. Ik heb altijd verantwoordelijkheidsgevoel gehad en ben ook erg sociaal ingesteld. Vaak – zeker in het begin van mijn carrière – werden die kaarten benadrukt. Maar daarnaast stond ik wel in drie bekerfinales en Europese wedstrijden, won ik de Supercup en speelde ik veertien seizoenen voor dezelfde club. Dat is voor mij natuurlijk veel belangrijker. Ik zie het niet als boefjesgedrag, maar als absolute wil om te winnen en daarin was ik nogal fanatiek. Hoe ontstond het idee voor stichting Klein Galgenwaard? Sociaal ingesteld was ik altijd al. Ik had veel aandacht voor supporters, deed mee aan projecten en was altijd bereid om een handtekening te zetten of een praatje te houden. Zo krijg je een bijzondere band met de stad en bepaalde mensen en ontstond het idee voor een eigen stichting. Het motto is dat sport voor iedereen is. We proberen niet alleen iedereen in beweging te krijgen, maar ook het nut van gezonde voeding en sportief gedrag over te brengen. Wat betekent roem voor jou? Ik zag toevallig net Hans van Breukelen lopen. Hem heb ik als kleine jongen een keer op school mogen ontmoeten. Die impact is heel groot. Iedereen wil profvoetballer worden, dus je bent een rolmodel. Het is goed om vanuit die rol mensen iets terug te geven. Ik was vroeger te verlegen om een handtekening te vragen; daarom stap ik nu zelf sneller naar mensen toe zodat zij die drempel niet over hoeven.

Heb je iets met kunst? Ik heb vooral iets met spelletjes en met kinderen. Voetbal is voor mij geen kunst maar een uitlaatklep en een manier om van mijn hobby mijn beroep te maken. Dat geldt ook voor de stichting. Mijn enige associatie met kunst is dat mijn vader me wel eens hielp met het vak tekenen op school. Hij had een schildersbedrijf en als ik mijn tekening mee naar huis nam, zorgde hij ervoor dat ik toch nog een voldoende kon halen.

Zie je het als verplichting om je bekendheid in te zetten voor een goed doel? Nee, want je moet het ook leuk vinden. Het komt echt van binnenuit, je kunt het niet spelen. Het is iets wat ik van huis uit heb meegekregen. Met de stichting geven we bijvoorbeeld trainingen aan dak-en thuislozen die meedoen aan de Dutch Homeless Cup. We kunnen mensen er niet mee veranderen, maar we kunnen ze wel iets meegeven en ze hun zorgen even laten vergeten.

Hoe ervaar jij jouw roem? Ongestoord ergens naartoe gaan rondom Utrecht is er niet bij, maar dat heeft ook zijn voordelen. Het is altijd leuk om even een praatje te maken met mensen, ik heb er nooit een probleem van gemaakt. Mijn gezin weet niet beter en gaat daar ook prima mee om. Het is gewoon een onderdeel van mijn baan, zo zie ik het. Bovendien kan ik nu door heel kleine dingetjes te doen anderen heel veel plezier bezorgen. Als ik zie hoe ik een gehandicapte met een knuffel iets bijzonders kan geven, ben ik daar erg dankbaar voor. Dat betekent nog meer dan voetbal.

Wat zijn de meest typerende momenten rondom jouw roem? Het mooiste moment uit mijn voetbalcarrière was om als aanvoerder van FC Utrecht de Johan Cruijf Schaal uit diens handen te ontvangen. Daarnaast heeft het project ‘Van hangjongeren tot sportjongeren’ van mijn stichting in 2008 het Appeltje van Oranje gewonnen. Die prijs kreeg ik van Prinses Máxima, om vervolgens een kwartier thee te drinken met de Koningin die me prees voor mijn betrokkenheid. Voor dat kwartiertje was ik veel nerveuzer dan voor een wedstrijd met 40.000 supporters. Het meest moeilijke moment vond ik de speech in het stadion voor David di Tomasso (speler van FC Utrecht die overleed aan een acute hartstilstand). Ik werd als aanvoerder daarvoor gevraagd en wilde het ook heel graag doen, maar voelde me heel erg kwetsbaar en keek in de ogen van zijn vrouw die nog veel kwetsbaarder was dan ik. Het moeilijkste moment uit mijn carrière.

3


er

mee

Wat is jouw definitie van roem? Roemen betekent iemand eren om zijn werk. Dat maakt het gevaarlijk. Roem is net zoiets als macht: mensen kunnen er moeilijk mee omgaan. Als je iemand beroemd noemt, geef je gelijk zoveel eer aan een persoon. Ik weet niet of ik daar wel achter sta. Ben je succesvol als je beroemd bent? Nee, want ik denk dat heel veel mensen succesvol zijn maar niet beroemd. En dat niet iedereen die beroemd is, succesvol is. Sommige mensen noemen Paris Hilton beroemd, maar ik vind haar niet echt succesvol. Je studeert bijna af. In het kort: je toekomstplannen. Na mijn afstuderen wil ik het liefst een aantal maanden gaan reizen, ter verrijking van mezelf. Dingen zien en meemaken die ik later kan inzetten bij mijn werk. Daarna hoop ik freelancer te worden en heel veel verschillende projecten te doen. Het liefst begin ik met een groepje vrienden een projectbedrijfje, waarin we onze krachten bundelen om te ontdekken wat we kunnen bereiken. Hoe word je beroemd in jouw vakgebied? Voor mijn gevoel kun je daarin niet beroemd worden. Een event manager is bij uitstek iemand die achter de schermen werkt. De grote massa zal bijvoorbeeld nooit weten wie de Olympische Spelen organiseert. Binnen de sector kun je wel bekend zijn. Je hebt een aantal prijzen voor de beste evenementen en event managers, zoals de Gouden Giraffe. De winnaars hebben niet zomaar iets georganiseerd: dat moet een bijzonder succesvol, opvallend of uniek evenement zijn. Zelf vind ik het heel bijzonder als je iets weet te veranderen bij je publiek, vooral als je op maatschappelijk vlak bijdraagt aan gedragsverandering bij mensen. Wil je beroemd worden? Ik streef er niet naar, maar het is leuk als het me overkomt. Juist die bekendheid geeft me meer mogelijkheden om de sociale en maatschappelijke kwesties waar ik mee bezig ben sneller aan het licht te brengen. Zo gebruik je roem als middel om je visie te verspreiden. Ik hoop dan dat ik er goed mee om kan gaan en er niet egoïstisch van word. Stelling: Iemand die kiest voor een kunstopleiding en daarmee voor een podium voor zichzelf, vindt zichzelf verheven boven de rest van de wereld en wil dus beroemd worden. Event Management is natuurlijk niet echt een kunstopleiding. Bovendien sta je niet in de schijnwerpers. Een evenement is er echt om andere mensen iets te laten beleven. Als manager zorg je dat het er is, dat het er staat. Jijzelf bent daar ondergeschikt aan.

kunnen

‘Ik kan niet zeggen dat we het ergens over succes of roem hebben’

Chris Van Wassenhove, afstuderend bij Fine Art

‘Het woord smaakt vies’ Wat is jouw definitie van roem? Het woord smaakt vies. Ten aanzien van mijn werk zie ik het als gezien worden en inspireren. Ik hoop dat mensen in mijn werk een schriftuur of een thematiek ontdekken die henzelf ook verder brengt. Kunst drukt zich vaak in heel veel geld uit, maar het gaat om de intrinsieke waarde ervan. En niet om wat mensen ervoor willen betalen. Ben je succesvol als je beroemd bent? Nee. Succesvol is in het teken van mijn werk dat ik iets teweegbreng in het kunstlandschap. Beroemdheid heeft eerder te maken met de persoon erachter. Natuurlijk staan werk en kunstenaar niet los van elkaar, maar uiteindelijk moet het werk het doen. Want anders draait het om ego, en dat komt het werk niet ten goede. Je studeert bijna af. In het kort: je toekomstplannen. Ik wens een groot draagvlak om verder te gaan met mijn onderzoek. Ik ben bezig met het zichtbaar maken van ‘stilte’ en ‘leegte’. Als je denkt aan een kunstenaar, denk je aan materie. De uitdaging is voor mij juist om zo weinig mogelijk materie aan te raken. Ik vind heel oprecht dat de wereld al min of meer vol zit van objecten en ik heb niet de drang om daar iets aan toe te voegen. Hoe word je beroemd in jouw vakgebied? Eerst moet je een positie binnen het kunstlandschap krijgen, door te netwerken. Dat is de belangrijkste factor, die puur zakelijk is en de helft van het kunstenaarschap beslaat. Dat doe je als persoon, maar je kunst moet goed genoeg zijn om het verder alleen te doen. Er zijn veel kunstenaars met werk dat ‘mwah’ is, maar die het toch maken door een heel daadkrachtig zakeninstinct. Het ego stijgt dan boven het werk uit, waardoor de charme ervan afneemt. Dat is een methode waar ik mijn twijfels bij heb. Stelling: Iemand die kiest voor een kunstopleiding en daarmee voor een podium voor zichzelf, vindt zichzelf verheven boven de rest van de wereld en wil dus beroemd worden. Absoluut niet. Ik leef in de overtuiging dat je kunstenaar bent vanuit een noodzaak. Het is mijn werk dat mij verder brengt, niet ik die mijn werk verder brengt. Beroemd worden mag nooit de hoofdmotivatie zijn. Essentieel is de vraag: Wat wil ik als kunstenaar? Uiteindelijk is het belangrijk om heel dicht bij jezelf te blijven en te voelen wat jou voedt, als mens. De één heeft een weekend nodig om alleen te gaan vissen in de natuur en ik heb het nodig om in mijn atelier bezig te zijn met een bepaalde thematiek en om iets uit te diepen.

moeilijk

Wat is jouw definitie van roem? Ik vraag wel eens aan mensen die niet in de theaterwereld zitten of ze iemand kennen van onze opleiding. Hun vraag is altijd: In welke serie spelen ze? Kennelijk ben je pas bekend bij een groot publiek als je twee keer per week met je hoofd op tv komt. Tja, wat is roem? Je kunt ook genoegen nemen met faam in een klein circuit. Als je dat niet wil, moet je er heel veel moeite voor doen om bijvoorbeeld een Barry Atsma te worden. Die en in Toneelgroep Amsterdam zit en soms weken had dat ie in drie films tegelijk de hoofdrol speelde. Dat is wel uniek hoor. Hoe vergaar je als beginnend acteur roem? Door al voor je afstuderen een plan te maken voor de komende vier jaar. Je moet weten in welk circuit je verder wil, maar normaal gesproken wordt dat al tijdens je opleiding en stage duidelijk. Tegenwoordig is dat circuit niet beperkt tot één beroepsveld; als je niet bereid bent in minimaal vier beroepsvelden te opereren, kun je er sowieso niet van bestaan. Je moet als acteur ongelooflijk onder­ nemend zijn en je netwerk tijdens je opleiding al opbouwen. Veel mensen aanspreken, veel zien, veel regisseurs spreken, vragen of je stage bij ze mag je lopen. Als je die zelfstandigheid en ondernemingsdrift niet hebt, moet je hier nooit aan beginnen. Het is ook essentieel om breder te kijken dan het spelen alleen. Neem een Edo Brunner, die ook veel presenteert en vaak in een of andere quiz zit. Dan ben je pas een bekende Nederlander. Stimuleren jullie studenten om succesvol te zijn? Succesvol is voor iedereen een ander begrip. Dat moet je er niet te dik bovenop leggen. Als iemand echt bij Toneelgroep Amsterdam wil bijvoorbeeld, zal hij alles in het werk stellen om daar te komen. Maar het is net als tegen een kind zeggen: ‘Ga je nou eens douchen’ - dan gaan ze vooral niet douchen. Dat moet echt van binnenuit komen. Merk je aan studenten dat ze beroemd willen worden? Ik moet zeggen dat dat niet zo speelt. Dat komt vaak pas later. De opleiding is te zwaar om daar al mee bezig te zijn. Zou je jezelf succesvol noemen? Ik ben nooit bezig geweest om in mijn eentje succes te hebben. Het gaat mij altijd om het product. Ik heb het heel fijn gevonden dat ik vanaf het begin bij de Acteurs­ opleiding betrokken was en mee kon helpen met het ontwikkelen van het leerplan.

‘Je moet verder kijken dan het spelen alleen’

Marja Vinkenburg, docent Acting

‘Roem is net zoiets als macht’

Wat is jouw definitie van roem? Ik zou roem definiëren als het percentage van de bevolking dat jouw artistieke denken herkent en erkent. Dat heb je bij Van Gogh, Freek de Jonge, Armando. Er zijn grote delen van de bevolking die hun werk kennen. Als mensen jouw werk kunnen citeren of benoemen, dan is er wel sprake van roem. Maar je weet nooit hoe blijvend die is. Zou Vincent van Gogh verwacht hebben dat er later een prachtig museum voor hem gebouwd zou worden? Hoe kan een afgestudeerde in Fine Art roem verwerven? Gaan samenwerken in wat wij het kunstenaarsinitiatief noemen: een aantal studenten dat in groepsverband gaat opereren, bijvoorbeeld een bureau waarmee ze gemeenschappelijk opdrachten aangaan. Dat kan tot inkomsten en tot aandacht leiden. Tegenwoordig moet het wel zo, want in het galerie- en museumwezen heerst natuurlijk niet meer de situatie van vijftien jaar geleden. Toen namen musea kunstenaars op in tentoonstellingen en waren galeries geneigd kunstenaars te lanceren. Dat gebeurt tegenwoordig nog maar met een enkeling per academie. Stimuleren jullie studenten om succesvol te zijn? Nee, want we richten ons op het didactisch benaderen van onze studenten en toekomstige collega’s. Het streven naar roem kan het bepalen van de inhoudelijke betekenis in de weg staan. Ik kan niet zeggen dat we het ergens over geld, succes of roem hebben. Geen enkele docent hier manifesteert zich zo dat zijn staat van dienst of roem een grote rol speelt. Merk je aan studenten dat ze beroemd willen worden? Nooit. Er zitten wel zeer gedreven studenten bij. Bij Fine Art is een flink aantal doorgestroomd naar vervolgopleidingen. Daarvan was in het eerste en tweede jaar al duidelijk dat zij een enorme drive hadden om hun kunst te ontwikkelen. Zie je jezelf als beroemd? Nee, helemaal niet. Misschien was ik wel bezig beroemd te worden toen ik 30 was. Er zat toen echt vaart in, ik wilde Europa wel bestormen. Een kunstenaar worden die voor projecten van stad naar stad reisde. Ik had het geluk aan een aantal mooie tentoonstellingen mee te doen. Dat is voorbij en daar heb ik vrede mee. Het lesgeven is een heel mooie compensatie ten aanzien van vroeger, want kennisoverdracht is van groot belang.

Titus Nolte, docent Fine Art

‘Als je blijft leren, komt die roem vanzelf’

Gabriëlle Kuiper, hoofddocent Event Management

4

Wat is jouw definitie van roem? Dat je een brede maatschappelijke impact hebt op een bepaald moment. Tegenwoordig is roem behoorlijk aan erosie onderhevig; door media als YouTube kun je het ook drie seconden hebben. Naar mijn idee moet roem langer duren en maatschappelijk nut hebben doordat je voor langere tijd een cultureel product achterlaat. Hoe vergaart een Event Manager roem? Dat kan op verschillende plekken. Algemeen publiekelijk: iets doen om de maatschappij te veranderen. Of meer binnen het werkveld: zo’n expert worden dat je daarvoor bijzonder wordt gewaardeerd. Het werkveld vergeeft een aantal prestigieuze prijzen, waarvan de Gouden Giraffe een van de voornaamste is. Als een van mijn studenten die later zou winnen, zou ik heel trots zijn dat die uit onze stal komt. Stimuleren jullie studenten om succesvol te zijn? We sporen ze heel erg aan om zich inhoudelijk te ontwikkelen en altijd interesse te blijven houden in de dingen om hun heen. Als je blijft leren, geloof ik dat je vanzelf roem vergaart omdat je dan heel goed wordt in je vak. Dat gaat niet om 15 minutes of fame, maar om mensen die aan het eind van hun loopbaan hun sporen hebben verdiend. Merk je aan studenten dat ze beroemd willen worden? Het aantal dat nu al bezig is met roem vergaren, is heel gering. Die studenten doorlopen de studie op een veel hoger niveau, omdat ze al heel duidelijk hun doel voor ogen hebben. Voor de meesten is het vooral een spannende periode van hun leven waarin ze zich tot volwassene ontwikkelen... en daar komt meer bij kijken dan alleen een studie. Wat niet wegneemt dat bijna alle studenten enorm serieus met hun opleiding bezig zijn. Had jij beroemd willen zijn? Ik moet er niet aan denken! Ik heb wel een soort Napoleon-complex in de zin dat ik de maatschappij iets wil nalaten. Napoleon was een verschrikkelijke dictator, maar zijn erfenis is interessant. Dankzij hem hebben we bijvoorbeeld achternamen. Hopelijk heb ik aan het eind van mijn leven ook iets waardevols bijgedragen. En ben ik dat nu al een beetje aan het doen met mijn studenten.

Elise Vonk, afstuderend bij Event Management

tekst Annet Bremen & Edwin Verhoeven fotografie Pet van de Luijtgaarden

Wilhelmer van Efferink, afstuderend acteur-theatermaker

mensen

‘Volgens mij is het ook een soort mond-totmondreclame’ Wat is jouw definitie van roem? In ieder geval niet dat je bekend bent. Het is een blijk van waardering voor je werk, en dan met name van de mensen waarvan je dat ook zou willen. Voor mij hoeft dat niet het publiek te zijn, want dat is niet altijd een goede graad­ meter. Het lijkt mij te gek als hier over twintig jaar een student zit die zegt: Ik wil bij Wilhelmer van Efferink stage lopen. Misschien is dat voor mij wel het toppunt van roem. Ben je succesvol als je beroemd bent? Het is maar hoe je succesvol definieert. Je bent succesvol als je bereikt wat je nastreeft. En als ik beroemd word door mijn bedoelingen, dan vind ik dat succesvol. Maar ik hoef niet beroemd te worden om het beroemd zijn. Je studeert bijna af. In het kort: je toekomstplannen. Ik ben een stichting aan het oprichten met afstuderend schrijver Michiel Lieuwma. Nog heel prematuur, maar we willen er onder andere voorstellingen mee gaan maken. Hoe word je beroemd in jouw vakgebied? Hele goede voorstellingen maken. Iets te vertellen hebben, dicht bij jezelf blijven. Daar begint het mee. ‘Kom maar kijken,’ zeg ik dan, ‘en bepaal zelf of je het goed vindt.’ Volgens mij is het ook een soort mond-tot-mondreclame. Hopelijk gaan mensen mijn naam noemen, omdat ze onder de indruk zijn van mijn werk. Wil je beroemd worden? Het is niet iets wat ik nastreef, maar soms overkomt het je en kun je er niet onderuit. Ik vind het prima als dat door talent gebeurt. Als je ineens veel gevraagd wordt voor interviews ben je ook een sukkel als je nee zegt. Ik wil straks van theater kunnen leven en niet bij de bakker een halfje bruin en een halfje wit staan te verkopen. Daarvoor moeten mensen me wel kennen. Als ik mezelf moet promoten om mijn werk te promoten, dan doe ik dat. Stelling: Iemand die kiest voor een kunstopleiding en daarmee voor een podium voor zichzelf, vindt zichzelf verheven boven de rest van de wereld en wil dus beroemd worden. Daar ben ik het helemaal mee eens, tot aan ‘en wil dus beroemd worden’. Ik denk dat ik een kijk op de wereld heb die niet iedereen heeft. Hopelijk heb ik iets gevonden wat bijzonder is, waarvan het belangrijk is dat het gezien wordt. Dan heb ik iets te vertellen, maar dat is niet om beroemd te worden. Ik wil dat iedereen dat weet, wat ik te vertellen heb. Dat ík het zeg is onbelangrijk: de inhoud moet op zichzelf staan.

omgaan

5


Wat stel jij morgen voor

Vraagt u het aan de computer. Ik vraag het ook aan de computer. Iedereen vraagt het aan de computer, zo gaat dat! (p.57 Roem, Daniel Kehlman)

Een handleiding voor roem 2.0

Niemand van ons is vies van aandacht, waardering en erkenning. Of dat nu in de echte, virtuele of gedachtenwereld is; geef ons een vinger en we pakken de hele hand. Wie jaagt er nu niet in meer of mindere mate roem na? Een gelauwerde openbare status voorbehouden aan slechts enkelen… Een benijdenswaardige publieke positie weggelegd voor de meest uitzonderlijke en bijzondere figuren… Roem spreekt tot ieders verbeelding. En niet in de laatste plaats tot de verbeelding van kunstenaars. Roem als kroon op je oeuvre of als erkenning van je kunstenaarschap. Welke kunstenaar wil dat nou niet? Roem komt alleen niet zomaar aanwaaien. Je moet er je handen voor uit de mouwen steken… Het geluk aan je zijde hebben… Maar stel dat je nu een chronische pechvogel bent of het liefst magnetronroem lust, wat staat jou dan te doen om toch uit te stijgen boven de kleurloze middelmaat en op handen te worden gedragen? De sleutel ligt in jezelf roemrijk voorstellen en voorstellen. De weg van de verbeelding is opmerkelijk en tegenstrijdig genoeg de meest praktische! Steek je hand uit en (be)reik!

We zitten altijd in verhalen. Verhalen in verhalen in verhalen. Je weet nooit waar het ene eindigt en een ander begint! In feite vloeien ze allemaal in elkaar over. Alleen in boeken zijn ze keurig gescheiden. (p.191 Roem, Daniel Kehlman)

6

tekst Stéphanie Tillieux

als jij je vandaag niet voorstelt?

Je bent al twintig jaar een gevierd acteur in een soap. Jouw personage maakt een onwaarschijnlijke opeen­ hoping van goede en slechte tijden mee, waar je eigen leven maar flets bij afsteekt. Dan word je van de ene dag op de andere uit de serie geschreven. De verteltijd van een soap en de werkelijke tijd zijn, omdat ze vrijwel synchroon lopen, haast inwisselbaar. De kans is dus groot dat jij je bent gaan identificeren met je alter ego, terwijl je had moeten inzien dat jouw leven in de soap net als je echte leven eindig is. Jouw taak is nu ervoor te zorgen dat je echte leven op een soap gaat lijken, zodat je niet meer hoeft te rouwen als je een volgende keer afgeschreven wordt. Pak je agenda er bij en verdeel je tijd over een scala aan buitenechtelijke geliefden of begeef je op het internationale criminele pad en overtuig justitie, eenmaal gearresteerd, dat je met hen samen wilt werken in ruil voor een nieuwe identiteit. Je moet te allen tijde op je fictief overlijden voorbereid zijn. Kortom, roem is een kwestie van virtuele dan wel zelf geënsceneerde eeuwigheid.

Je bent een ontzettende internetadept die geobsedeerd is door een fictieve heldin. Kom dan niet achter je computer vandaan om op zoek te gaan naar de schepper van die fictieve heldin met het idee dat zij één en dezelfde persoon zijn. Niemand is een ander zijn vervanger en de realiteit zal niet overeenkomen met je virtuele ideaal. De kans is zelfs groot dat je onbeholpen zult overkomen, omdat je natuurlijke habitat niet het echte leven is maar het virtuele universum dat je gewoonlijk via je computer toetreedt. Dat wil niet zeggen dat je jezelf op je meest vertrouwde plek volledig in een isolement moet werken. Eenmaal in isolement is er namelijk geen weg meer vooruit of terug. Wek dus de illusie dat niemand in jouw plaats kan komen te staan, maar vergeet niet dat anderen van jou en wat je doet op de hoogte moeten kunnen blijven. Verkas dus niet naar een eiland in de zon met het excuus dat je rust nodig hebt om je creativiteit op gang te houden. Houd ook altijd minstens één geladen mobiele telefoon bij de hand. Meer dan één is zelfs overzichtelijker, dan kun je immers je verschillende bezigheden gescheiden houden. Zorg ook altijd voor een internetverbinding, zodat je op elk moment waar dan ook jezelf online kunt melden. Je online status is het nieuwe zijn! Geef, waar je ook naar toe gaat, altijd je naam door. Of het nu je echte naam is, jouw pseudoniem of je nickname. Je zou voor een ander aangezien kunnen worden, zonder dat je daar zelf voor kiest. Kortom, roem is een kwestie van toegankelijke bereikbaarheid.

at vreemd dat de techniek ons in een wereld W zonder plaatsen terecht heeft laten komen. Je praat vanuit nergens, je kunt overal zijn, en omdat niets geverifieerd kan worden, is de voorstelling die je van iets hebt in principe ook waar. Als niemand mij kan aantonen waar ik ben, ja, als ik dat zelf niet eens helemaal zeker weet, waar is dan de instantie die daarover beslist? Echte en gefixeerde plekken in de ruimte, die waren er voordat we kleine toestelletjes hadden en brieven schreven die op het moment van versturen al hun doel hebben bereikt.

Je bent een bestsellerschrijver in een bepaald genre. Je lezers weten wat ze van jouw pen kunnen verwachten. En jij weet hoe aan hun verwachting te voldoen. Hetzelfde verhaal in een ander jasje. Je ambieert uit nieuwsgierigheid een nieuwe weg in te slaan. Het experimentele pad. Daarin kun je slagen als je je niet alleen concentreert op dat wat je wilt maken, maar ook in de gaten houdt voor wie je dat wilt maken. Het is helemaal niet zo’n commerciële instelling daar rekening mee te willen houden, maar juist een zelfbewuste houding ten opzichte van je werk. Het is niet zo dat je alleen van een roemrijke plek aan de top kunt genieten door zo banaal en oppervlakkig mogelijk werk af te leveren. Kunst valt wel degelijk te rijmen met roem. Allebei hebben ze een bovenburgerlijk karakter en een anarchistische oorsprong. Je nieuwe boek komt uit. Een verhaal zonder hoofd­ personage, zonder vaste held. Het wordt lauw ontvangen door je oorspronkelijke publiek, maar het heeft zijn weg gevonden naar een ander segment van de bevolking. Roem is niet iets wat iedereen hoeft te erkennen, als de juiste mensen het maar erkennen. Zorg dat je dus de verwachtingen van een deel van je publiek bevestigt en verras het andere deel. Kortom, roem is een kwestie van onverwacht voldoen aan de verwachting.

(p.164 Roem, Daniel Kehlman)

Je bent een new age goeroe. Je schrijft succesvolle zelfhulpboeken. Je denkt de wereld te kunnen vatten en laat je lezers in de waan dat ze dat ook zouden kunnen. Deze fundamentele leugen kan je de kop kosten. Niet omdat anderen zich tegen jou zullen keren, maar omdat het voor jezelf ondraaglijk wordt om te blijven geloven in de onzin die je verkoopt. Je kunt beter niet op zoek gaan naar de waarheid of menen dat je die in pacht hebt. Je hoort de waarheid juist op afstand te houden om geloofwaardig over te komen en eerlijk tegen jezelf te blijven. Zorg er eerder voor dat je het spel van de leugen onder de knie krijgt. Kunstenaars zijn immers de grootste veinzers. Kortom, roem is een kwestie van in alle eerlijkheid liegen (spelen dat je speelt). Stel je hebt een derderangs ambtenarenbaantje. Op een dag word je met een absurd hoog salaris naar een nieuwe functie gelokt. Die is nog erg vaag omschreven maar heeft meer allure en aanzien, zo wordt jou beloofd. Meestal stinkt het zaakje dan. Bovendien ligt het niet voor de hand dat je er je draai in vindt. Het malafide klimaat zal jou als brave burger waarschijnlijk binnen de kortste keren terug doen vluchten naar je oorspronkelijke bestaan. Verspilde moeite. Gedeukte eigenwaarde. Mocht je er echter wel in slagen om op de troon van het sterrendom te blijven zitten, onthoud dan goed dat de sociale symptomen van roem (herkend worden op straat of besproken worden op internetfora) zich uiteindelijk nooit werkelijk laten uitdrukken of compenseren door middel van geld. Er staat niets dan het grote zwarte gat tegenover het lumineuze sterrendom. Als je niet wilt degraderen tot een schaduw van wat je was of had kunnen zijn, kun je je ofwel blijvend tevreden stellen met dat wat je al of niet hebt, ofwel je kansen ‘economischer’ spreiden dan wel verschillende ballen tegelijk in de lucht houden. Kortom, roem is een kwestie van investeren in duurzaamheid dan wel wedden op meer dan één paard.

Mocht je bijkans toch van roem willen afzien, is dat natuurlijk ook een optie. Je kunt je immers afvragen of we ons bestaansrecht, onze legitimiteit als kunstenaar ontlenen aan dat wat we bovengemiddeld afleveren en of roem van ons nou werkelijk betere, geslaagdere, succesvollere kunstenaars maakt. Roem zou voor het­ zelfde geld een utopische bestemming kunnen zijn, die we via de vluchtstrook proberen te bereiken om vooral te ontsnappen aan de harde realiteit. Toch blijft het ook in de harde realiteit van belang dat je je voorstelt, want ook al is roem niet (meer) voorstelbaar, de magnetische kracht van de vergetelheid blijft heersen. Sterker dan het najagen van roem is immers de drang om niet in het zwarte gat te vallen.

. column

Mijn goede vriend Leon Verdonschot

Ooit, in een ver en bruin verleden, was ik bevriend met Leon Verdonschot. Jazeker, die man met de zachte ‘ch’ die ‘s Neerlands muzikale geweten met verve rein houdt. Heel trots was ik en slechts één handdruk ver­ wijderd van the rich and famous, al kon ik toen nog niet bevroeden hoe koelbloedig Leon onze gekoesterde vriendschap zou afkappen. Ik weet nog goed hoe het begon. In de Lowlands­ editie van NRC Next schreef Leon dat we op Lowlands 2008 de soft-satanische band HIM zeker niet mochten missen. Vreemd, want HIM

is natuurlijk een schijtband, ware het niet dat hij zelf het volgende schreef: “Verbijsterend slechte band, misschien wel de beroerdste die ooit op Lowlands stond. De zanger is een onsympathieke, vals zingende zak hooi. Voor het podium staan hysterische pubermeisjes die onophoudelijk gillen en krijsen, alsof ze iets (en iemand) heel anders zien en horen dan wij.” De held! Ach, wat een zoete tijd was dat, toen we allemaal nog Hyveden en blogden en bekende

Nederlanders alleen vanaf een afstandje te bewon­ deren waren. Leon en ik raakten pas een paar jaar later bevriend. Ik kwam thuis na een avond barhangen en zapte langs MTV, alwaar HIM optrad. Live. En inderdaad: op het podium stond een mom­ pelende zanger met voor zich op het veld een horde nog net niet ovulerende meiden die gilden als speenvarkens in een Beierse slachterij. Leon! schoot er door mijn hoofd. We schreven ondertussen 2010, het jaar waarin zelfs de ChristenUnie op zondag twittert, dus ik besloot de daad bij de tijdgeest te voegen en Leon via Twitter te verwittigen van

het feit dat zijn lievelingsband op MTV ’m een potje ongeïnteresseerd van jetje stond te geven. ‘Je lievelingsband speelt staat live op MTV in je microfoon te mummelen,’ typte ik met dubbele tong. De zinsconstructie weerhield Leon er niet van om me te gaan volgen. Leon Verdonschot! Míj volgen. Ik was de eerste ná Georgina Verbaan! En als een kind zo blij. Mijn eerste A-list BFF! Volgende stap was op de rode loper. Tja. Uiteindelijk weet ik niet wat hem heeft afgeschrikt. Hadden we meer tijd moeten steken

in onze relatie? Misschien eens naar elkaar moeten twitteren? Wat ik wel weet is dat de rode loper als een tapijt onder me werd uitgetrokken toen mijn TwUnfollowApp me meldde dat @leonverdonschot me na zes maanden no longer followde on Twitter. Ik was terug bij af. Ik heb hem vervolgens ook maar unfollowed. Zal ‘m leren.

Hanneke Hendrix

7


Naam:

Giza van de Stadswaard

Naam:

Gorilis van de Stadswaard

Lijn:

XII

Lijn:

2b

Sociale groep:

Harem E

Sociale groep:

Harem E

Haaruitslag:

X N

Haaruitslag:

V J

Registratie:

AG 09 13 528210002450081

Registratie:

AG 08 18 528210002253966

m/v:

merrie

m/v:

hengst

Moeder:

Gegawa van het Duin

Moeder:

Gegawa van het Duin

Vader:

Gonar van Ark

Vader:

Gonar van Ark

10-03-2009

Geb. Datum:

27-03-2008

Geb. Datum:

Kleur en kenmerken: Lichtmuis. Kruin boven ooglijn,

Kleur en kenmerken: Muis met donker hoofd en benen. Kruin

iets rechts van neuslijn. Normale aal.

boven ooglijn, iets rechts van neuslijn.

Voor zebra, achter iets.

Normale/brede aal. Voor zebra, achter iets. Geen kruin in manenkam.


HIER LIGGEN GEEN LAUWEREN

tekst Timen Jan Veenstra illustratie Joost Stokhoff

U vraagt, wij draaien?

Wie makkelijk roem wil vergaren, moet iets gaan doen in de game-industrie. Die conclusie zou een buitenstaander makkelijk kunnen trekken. De oprichters van Ronimo Games maakten al voor hun afstuderen internationaal naam met ‘de Blob’ en Monobanda, dat pas anderhalf jaar bestaat, wordt in de pers omschreven als een ‘grootgrutter in prijzen en toegewezen subsidies’. Is het echt zo simpel?

tekst Lambertha Souman fotografie Pet van de Luijtgaarden

10

De zoektocht naar de link tussen roem en games begint bij Jan-Pieter van Seventer, strategisch directeur van de Dutch Game Garden (DGG). ‘Roem helpt. Roem maakt je zichtbaar. En door zichtbaarheid kun je succesvol zijn. “de Blob” heeft veel deuren geopend voor Ronimo Games. Evenals Monobanda neemt het bedrijf deel aan het incubatorprogamma dat DGG heeft om starters en kleine bedrijven te coachen en begeleiden. We stellen een ruimte beschikbaar in een pand met allemaal gamebedrijven en helpen met concrete dingen en bedrijfskundige vragen. Zo brachten we on­langs een van de bedrijfjes in contact met een goede Amerikaanse jurist voor een deal met een wereldwijde uitgever. Je moet ze dan helpen begrijpen dat een jurist eerst geld kost, maar uiteindelijk geld oplevert en veel ellende voorkomt. Als je in het begin een paar slechte manoeuvres maakt, kom je daar niet snel vanaf. Of een bedrijf succes­vol zal zijn kun je al zien aan de teamgeest, de verdeling van de verschillende taken binnen de groep en de manier waarop er wordt samengewerkt. Het grootste gevaar van snel succes is volgens mij dat de verwachting die wordt geschapen groter is dan je volgende stap. Probeer niet van etage naar etage te springen, maar ga via de trap en zorg dat de treden haalbaar zijn met jouw benen. Dus niet van Tetris naar de Xbox. Wanneer je de top in de gamewereld eenmaal bereikt hebt, kun je daar maar het beste niet te veel mee bezig zijn. Je moet het plezier in het maken van games vasthouden en blijven kijken naar de passie die eraan ten grondslag ligt.’

persoonlijke stadsgids. Via een hoofdtelefoon en gsm krijg je informatie over de plek waar je bent. In één klap beroemd zou je denken, in ieder geval in Utrecht. Niki: ‘Monobanda is als woord bekend. Zelf voel ik me niet beroemd. Dat zal ik me pas voelen als ik één keer in de De Wereld Draait Door ben geweest. Dat is een grapje met mezelf dat alleen voor mij geldt. Ik erken dat we als Monobanda verwend zijn. Toch liggen hier geen lauweren.’ Rusten op die spreekwoordelijke lauweren zit er dus nog niet in. Sjoerd: ‘Het gevaar van snel succes is de wet van de remmende voorsprong. Roem heeft ook een nare duistere kant. Je moet waken voor een te groot ego van één individu, wat je nog wel eens ziet bij voetbal of in bandjes. Voetbal is een teamsport en een bandje is nergens zonder de drummer. De kracht van Monobanda is niet dat we de nieuwste, de eerste of de beste zijn. Er komen altijd weer andere nieuwsten, eersten of besten. De kracht van Monobanda zijn wij. Wij met z’n vijven.’

DWDD Passie. Het woord ligt bij Monobanda letterlijk op tafel: op de cover van een tijdschrift. Sjoerd Wennekes, Mathijs Konings, Liselore Goedhart, Simon van der Linden en Niki Smit, alle vijf afgestudeerd in Design for Virtual Theatre and Games, hebben net de Stimuleringsprijs voor de Utrechtse Economie (g 50.000) gewonnen in de categorie Young Professional, met hun applicatie iWhisper. Het is een tool waarmee je door Utrecht kunt wandelen in het gezelschap van je

Simon: ‘Ik ben er trots op als mensen met ons willen samenwerken om iets te maken dat ze alleen niet kunnen realiseren.’ Mathijs: ‘We zijn er nog niet. Ik vind dit een heel groot avontuur en ik wil dat het niet ophoudt. Aan bewuste image building doen we niet. Dat gaat uit de losse pols. Als je dingen met passie doet, komt het image vanzelf. Soms dichten mensen je een image toe dat niet leuk is. Zoals: Jullie businessmodel is prijzen winnen. Liselore: ‘En dan vragen ze: Hebben jullie ook iets gedáán? Alleen de successen halen het nieuws. Maar we doen natuurlijk heel veel. We maken onze werkwijze heel toegankelijk. Erkenning voor ons werk vind ik belang­ rijker dan roem. Ik blijf liever op de achtergrond en verras graag. De toekomst van games zie ik in kleine groepen mensen die met heel originele dingen komen.’

‘waar­­de­ring van fans is veel meer waard dan geld’

Fabian Akker is de PR representative van Ronimo Games. Net als zijn zes collega’s en medeoprichters is hij afgestudeerd in Game Design and Development. Nadat hun concept voor “de Blob” werd aangekocht door de mondiale game­ publisher THQ inc. besloten ze de succesvolle samenwerking na hun studie voort te zetten in een bedrijf. Fabian: ‘Bekendheid maakt dingen absoluut makkelijker. Roem in de gamewereld betekent vooral dat je de naam van je bedrijf – niet die van jezelf – onder de aandacht brengt via websites, mond-tot-mondreclame en fora. Elke mogelijkheid om met de pers te praten benutten we en ik probeer met alle fans een beetje contact te houden. Hier komen vaak jongens van dertien over de vloer die geïnteresseerd zijn in games. We proberen heel open te zijn en een aangename sfeer uit te stralen. Ik geloof niet dat de populariteit van games een hype is. Het is een medium, net als televisie. Ondanks de aandacht en prijzen voor onze eerste game “Swords & Soldiers” vinden we onszelf niet beroemd. Dat gebeurt pas bij gigantische verkoopcijfers denk ik. De waardering die je krijgt van fans is veel meer waard dan geld. We doen het echt voor de lol. Als geld je belangrijkste drijfveer wordt, bestaat de kans dat je je idealen makkelijk overboord gooit. De goede balans, daar gaat het om. Ik heb niet het idee dat we al aan de top zijn. Er moet altijd weer iets beters, groters, mooiers.’

www.ronimo-games.com www.dutchgamegarden.nl www.monobanda.nl

Ik besta pas als jij me ziet. Zo kun je kort de gedachtegang van de filosoof Hegel samenvatten. Hij stelde dat wij onze identiteit bouwen rondom ons verlangen naar erkenning van anderen. Modern gezegd: ons verlangen naar roem. Deze stelling houdt mij als kunstenaar vaak bezig. Roem lijkt immers iets wat je krijgt nadat je talent door het publiek wordt gezien en gewaar­ deerd. Toch zijn er ook mensen (denk Paris Hilton) die heel beroemd zijn zonder dat ze een specifiek talent hebben. Hoe kun je als kunstenaar met dat verlangen tot erkenning omgaan? In de eerste twee jaar van mijn studie aan de HKU werd ons vaak het volgende beeld van de kunstenaar voorgehouden: de kunstenaar vindt iets, en maakt van dit vinden een kunstwerk. Hij heeft dus inderdaad een

verlangen, en zet dat in om een uitspraak te doen over zichzelf en de wereld. Daarna hoopt hij dat datgene wat hij zegt zo interessant is voor anderen, dat zij zijn werk als kunst definiëren. Het verlangen van de

kunstenaar is dus een intrinsieke gebeurtenis (hij voelt iets heel sterk). Daarna stuurt hij actief en bewust dit verlangen vanuit zichzelf de wereld in (door middel van zijn kunst). Neem bijvoorbeeld De Kus van Rodin. Hij

maakte dit beeld samen met zijn geheime geliefde Camille Claudel. De Kus wordt over het algemeen beschouwd als een van zijn meest expressieve en sensuele beelden. Kort door de bocht: de liefde en de gevoelens die Rodin en Claudel voor elkaar koesterden, gaven zij samen vorm in een beeldhouwwerk. Dit beeldhouwwerk werd door anderen erkend als kunst, waarmee het verlangen van Rodin en Claudel vervuld werd. Zo bezien begint kunst bij de kunstenaar. Tegen het eind van mijn studie kregen wij een nieuw beeld voorgeschoteld. Wij zouden ons niet zozeer als kunstenaars, maar vooral als cultureel ondernemers moeten opstellen. Het vergaren van erkenning, een netwerk en geld, werd belangrijk geacht. Niet alleen het maken van kunst, maar ook het presenteren en aan de man brengen daarvan kwam centraal te staan. Als kunstenaar moest je jouw verlangen tot het maken verschuiven naar het verdienen van geld en daar succesvol in zijn. Een strategie om (veel) geld te verdienen werd het goed in de markt zetten van jouw kunst. Bijvoorbeeld door een maatschappijkritisch kunstwerk te maken, of een multicultureel kunstwerk, of een multidisciplinair kunstwerk. Kunstwerken waar van tevoren van verwacht kan worden dat mensen ze graag willen hebben en/of zien. Hierdoor kon je jezelf introduceren als speler in de markt en van jouw eigen naam een merk maken. Met dit merk kon je weer een treetje hoger, totdat het landelijk danwel internationaal bekendheid kreeg.

‘Zorg eerst voor roem, en daarna voor een product’

Conclusie: zorg eerst voor roem, dan voor een product. Je stelt jouw kunst in dienst van de markt. Je moet wel, want er moet brood op de plank. Deze visie kom ik steeds vaker tegen. Wanneer ik subsidie aanvraag bijvoorbeeld, wordt van mij verwacht dat ik aangeef hoe ik mijn publiek bereik, en wat ik doe dat mijn kunst überhaupt publiek aantrekt. Kunst wordt zo afhankelijk gemaakt van het (verwachte) verlangen van het publiek. Vindt het publiek bepaalde kunst belangrijk, of niet? Als ik roem heb vergaard, krijg ik eerder subsidie omdat ik een publiek aan mij heb gebonden. Als dit ontbreekt, zal ik vanuit een marktvisie moeten kunnen verantwoorden hoe ik een publiek denk te trekken. Nu, na mijn afstuderen, merk ik dat er in mij een tweestrijd woedt. Ben ik ondernemer of kunstenaar? Wanneer ik mij opstel als cultureel ondernemer, verschuift ook mijn eigen verlangen. Van het verlangen tot delen naar het verlangen naar roem en beroemdheid. Als ik dat heb vergaard, wordt mijn product vaker gekocht en krijg ik als persoon erkenning die weer leidt tot het vaker verkopen van mijn product. Anderzijds zorgt het er ook voor dat ik veel meer bezig ben met het bepalen of mijn product in de markt past, dan met de vraag of het iets zal toevoegen aan het (culturele) leven. Laat staan mijn leven. Want ik ben deep down toch wel een aanhanger van Rodin: kunst maken omdat jouw hart dat dicteert.

11


Op weg naar roem?

Drie afstuderende HKU’ers hebben een toekomst­ droom. Hoe voelt het om concrete zaken op te geven voor een droom die misschien niet uitkomt? Matthias Louwen, Anne Fé de Boer en Wineke van Lammeren hebben ieder zo hun ideeën over wat ze nu willen inleveren voor een succesvolle carrière. ‘Mijn vrienden begrijpen dat ik heb gevonden wat ik wil.’

tekst Yassin Amartib fotografie Pet van de Luijtgaarden

Eens, in het oude Griekenland, werd ‘s nachts in een van de tempels een standbeeld van Zeus vernield. Onrust brak uit onder de bewoners van de stad; zij vreesden de toorn van de goden. Een week later werd de dader gepakt. Gevraagd naar het waarom van zijn misdaad, antwoordde de man: ‘Mijn hele leven ben ik niemand geweest. Ik wist dat ik nooit iets zou doen om mijzelf te onderscheiden. Ik wil dat de mensen mij opmerken, en mij herinneren.’ Even was het stil. ‘Alleen mensen die worden vergeten, sterven. Ik denk dat de dood een kleine prijs is voor eeuwige roem.’ Eeuwige roem, wie wil het niet? Gelukkig kun je hier als kunstenaar naar streven door mooi werk te maken in plaats van te verwoesten. Sterven voor eeuwige roem gaat nogal ver, maar onherroepelijk zul je er flinke offers voor moeten brengen. Hoe ver willen HKU-studenten gaan? tweede keus ‘Ik wil alles opgeven om mijn kleding bekend te maken’, zegt modeontwerper Matthias Louwen, ‘en ben bereid om er desnoods 24 uur per dag voor te werken.’ Vier jaar geleden verhuisde hij van Duitsland naar Nederland om aan de HKU Fashion Design te studeren. ‘Misschien ga ik na mijn afstuderen wel een paar jaar voor een groot modehuis in Parijs werken. Dat is heftig - je maakt lange dagen en verdient weinig - maar krijgt wel dé kans om veel contacten te leggen en nieuwe dingen te leren.’

Ook volgens actrice Anne Fé de Boer kom je er in de kunsten niet met een 9-tot-5mentaliteit. ‘Ik heb nu repetities voor de rol van Antigone in een regie van Jos Thie. Die zijn soms van 10 uur ’s ochtends tot 23 uur ‘s avonds. Spelen, spelen, spelen. Doordeweeks verdwijn ik, dan bestaat mijn sociale leven niet.’ Ook Matthias vindt het moeilijk om zijn sociale contacten te onderhouden. ‘Je privéleven wordt tweede keus. Dat is gewoon zo. Ik probeer alles zo goed mogelijk te plannen, zodat ik af en toe tijd heb om mijn vrienden te zien. Zij begrijpen dat ik in de mode heb gevonden wat ik wil. Ik geef er veel dingen voor op, maar krijg er ook veel voor terug omdat mode mijn passie is. En gelukkig kan ik tegenwoordig via internet makkelijk contact met ze houden.’ ‘Vriendschappen zijn heel belangrijk, die zou ik nooit opgeven,’ zegt Anne Fé, ‘maar ik ben soms bang dat andere mensen mij opgeven omdat ik er niet ben als ik in een project zit.’

Anne Fé speelt haar solovoorstelling Grofgebekt maar niet te letterlijk op het ITs Festival, 27 juni om 16.45 uur.

12

13

balans Zangeres Wineke van Lammeren denkt dat je juist succesvol kunt worden als je je privéleven in balans hebt. ‘Je moet je goed voelen bij de dingen die je doet. Dat geeft je meer kans om succes te hebben. Je sociale leven speelt hierbij een belang­ rijke rol.’ Wineke bereid zich voor op een toekomst als zangeres door zo goed mogelijk in conditie te blijven. ‘Er komt voor iedereen een kans. Op dat moment moet je in perfecte conditie zijn en het repertoire goed kennen, zodat je je daarmee kunt onderscheiden. Ik heb geen last van mijn stem en kan gelukkig doen wat ik wil. Ik ken wel collega’s die om hun stem te sparen weinig praten en veel dingen moeten opgeven, zoals uitgaan en drinken.’ ‘Voor mij is voorbereiding: op een integere manier in het werk staan,’ zegt Anne Fé. ‘Het voelt soms als iets onmogelijks, maar als ik eenmaal in zo’n proces zit, kan ik me er helemaal in onderdompelen. Aan het eind heb ik vaak zelfs een gevoel van verlies; dat ik het bijna weer ga missen.’

Matthias’ show Ode an die Schattenzweigen is op 16 juni te zien tijdens de modeshow in De Winkel van Sinkel, 17.00, 19.00 en 21.00 uur.

Wineke zingt de Unholy Sonnets van Philip Wilby op 10 juli in Gemeenschapshuis de Elzenhof in Sambeek.

celebrity sell-out Matthias: ‘In de modewereld draait het steeds meer om branding, waarbij je naam en persoon een onderdeel worden van het merk. Ik bewonder de ontwerper Martin Marghiela, omdat hij zich aan de publieke arena onttrekt en zelfs geen labels met zijn naam aan zijn collecties hecht. Het liefst zou ik willen dat alleen mijn kleding beroemd wordt, niet mijn persoon. Ik ben niet bereid om een celebrity sell-out te worden: opeens overal een mening over hebben en op alle feestjes verschijnen. Dan gaat het alleen nog om mijn persoon­ lijkheid.’ Voor Wineke betekent succes vooral het kunnen kiezen van de rollen die ze graag zou willen zingen, zoals die van Ophélia, Zerbinetta en Gilda. ‘Ik wil het liefst de operawereld in, maar in Nederland is eigenlijk weinig werk. Opera is in Duitsland of Frankrijk veel groter, dus het zou kunnen dat ik een bepaalde tijd naar het buitenland ga. Je vergroot je kans van slagen in Nederland als je eerst ervaring opdoet in het buitenland.’ proces De ware kunstenaar heeft niet als einddoel om er succes mee te behalen. Als kunstenaar wil je jezelf voortdurend ontwikkelen en betekenisvol werk maken. Een proces dat nooit ophoudt. ‘Het is eigen aan een kunstenaar om nooit tevreden te zijn,’ legt Anne Fé uit. ‘Je bent nooit klaar, dat is typerend voor het kunstenaarsbestaan.’


we love creatief utrecht Inspirerende verhalen over creatief ondernemerschap

Utrecht heeft volop creatieve talenten die hun ideeën en concepten omzetten in vernieuwende producten en diensten. Xpert CMKB vroeg een aantal van deze pro­ fessionals waar zij van dromen, wat hen beweegt, inspireert en welke tips ze hebben voor andere creatieven. Zestien creatieve ondernemers, waaronder Kars Alfrink (Hubbub), Cindy Dekkers (Robbie Networks), Ellen Deckwitz, Pitto en Rob Hornstra vertellen in We love Creatief Utrecht over hun drive om ideeën tot uitvoering te brengen.

We love Creatief Utrecht verschijnt op 3 juni. Meer info? www.xpertcmkb.nl Xpert CMKB is een initiatief van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht. De HKU wil met dit project onder­ nemerschap, innovatie en netwerkvorming stimuleren. Een belangrijk middel daartoe is het bieden van inspi­ratie, zoals bovenstaande publicatie.

FACULTEIT THEATER 25 mei t/m 24 juni Nogal Onverwacht – de nieuwe lichting theatermakers van de Faculteit Theater. Tijdens het eindexamenfestival presenteren acteurs, schrijvers, docerend theater­ makers, docenten theater, theatervormgevers, digitale theatermakers en ontwerpers van games hun werk. Kom het werk bekijken en beleven! Meer info en reserveren op www.hku.nl/onverwacht

Exposure 2010: eindexamenwerk van de HKU. Net afgestudeerde kunstenaars van de HKU laten de komende maanden hun werk zien of horen. Maak kennis met het kersverse talent van 2010! Alle theatervoorstellingen, presentaties, concerten, exposities zijn openbaar en (behalve de modeshow) gratis te bezoeken. Kijk voor actuele gegevens op www.hku.nl/exposure

FACULTEIT BEELDENDE KUNST EN VORMGEVING

11 mei t/m 10 juli

Herman Scholten | Vierkant rood wit | 1974 wol en sisal 178 x 178 cm | Collectie Centraal Museum Utrecht; schenking collectie Benno Premsela en Friso Broeksma | Image & copyrights CMU/ foto Edgar van Riessen

Towards Spatial Identity Tweejarige masteropleiding interieur­architectuur in september van start

met muziek van: met

Shiyani Ngcobo + Lebombo

Casuarina + Batucada e Samba Football’s Fantastic Roadshow ft. De Jongens Driest verder afterparty’s, voetbalbeelden, documentaires en heel veel meer!

RASA RASA Pauwstraat 13a 13a - Utrecht Pauwstraat www.rasa.nl www.rasa.nl

Met een modeshow en twee eindexamenexposities presenteert deze faculteit het werk van ruim 200 afstuderende talenten. Studenten van de afdelingen Design, Fine Art en Education tonen hun werk van 24 t/m 27 juni, de afgestudeerde masterstudenten exposeren van 27 augustus t/m 12 september tijdens DARE #5. Lees meer over DARE #5 op www.mahku.nl

Beluister de eindconcerten van zo’n 90 eindexamenstudenten. Zij sluiten het laatste jaar van hun opleiding af met een openbaar eindtentamen in de vorm van een concert. De meeste uitvoeringen vinden plaats op een van de podia van het Utrechts Conservatorium.

Kortegracht 11 Amersfoort | www.mondriaanhuis.nl

s ingg bboorrddeerrs crosssin ’s J D : ty r a p e Global danc

re!! moore uunnggee aanndd m lo , ls a lo u , is ls v a e u , liv vis treecchhtt aaaatt 1133aa,, UUtr sstr w u tr a Special guests P w , u A a S P A , R SA t: month aat: RAtober 99,, 22001100 theerr m E ry ooth Evveery c O y to a c rday O ber turd Saatu ition: S N Neexxtt eeddition:.rasa.nll w.rasa.n ww ww C heecckk:: w Ch

Afgelopen lente is de gewijzigde Wet op de architectentitel (WAT) aangenomen. Daarmee is vastgesteld dat interieurarchitecten binnenkort zowel een bachelor- als masterdiploma nodig hebben om zich interieurarchitect te mogen noemen. Binnen de Faculteit BKV is daarom een tweejarige praktijk­gerichte hbo-masteropleiding ontwikkeld die in september 2010 van start gaat. De master richt zich op het opleiden van een nieuwe generatie interieur­ architecten, die in staat is vanuit onderzoek en in dialoog met gebruikers oplossingen aan te dragen voor complexe interieurarchitectonische vraagstukken. Het programma is praktijkgericht en bestaat uit zes integrale ontwerp­opgaven in de publieke en marktgerichte sector. Thema’s als wonen, werken, zorg, onderwijs, winkelen en tentoonstellen worden uitvoerig behandeld. Hoofd van de opleiding Arlette Kerkhof: ‘Studenten leren vanuit een interieurarchitectonisch kader te reflecteren op sociaal-maatschappelijke kwesties en maken co-creatie – het samen met gebruikers tot oplossingen komen – onderdeel van hun ontwerpproces. Het uiteindelijke doel is om meer te maken dan een goed ontwerp, namelijk een ruimte met een duidelijke identiteit.’

De creatieve ondernemers van Das Bilt

FACULTEIT KUNST, MEDIA & TECHNOLOGIE 10 en 11 september

16 t/m 27 juni & 27 aug. t/m 12 sept.

UTRECHTS CONSERVATORIUM

hoofdsponsor

foto: Pet van de Luijtgaarden

Tom Claassen, 5 Olifanten, 2000, beton, 5 sculpturen: elk 690 x 1100 x 690 cm, in opdracht van Rijkswaterstaat

08 06 2010 — 26 09 2010

F E I T C PE S O R RET

Xpert CMKB wil hiermee de vernieuwende kracht van deze groep mensen laten zien, (nieuwe) netwerken ontvouwen en inspireren tot creatief ondernemerschap. Mede dankzij de door Ingmar Heytze geformuleerde vragen is We love Creatief Utrecht een rijke uiteen­zetting geworden van verschillende visies, ervaringen en praktische tips.

.kort

Tom Claassen / 15 Mei – 29 Aug 2010 Kunsthal in Amersfoort / www.kunsthalkade.nl

.kort

Herman Scholten ruimte voor textiel

.kort

De nieuwe lichting afgestudeerden van deze faculteit zorgt voor een groot aanbod aan verrassend eindexamenwerk op het gebied van games en interactie, animatie, muziek en geluid, crossmediaproducties en documentaires.

15

.kort

DE KUNST VAN HET PROJECT­MATIG WERKEN

HKU’ERS EXPOSEREN IN DE BIJENKORF

HKU-docenten schrijven verhelderend boek

Talentvolle HKU’ers van diverse afstudeerrichtingen exposeren tot en met 13 juni in de Bijenkorf aan de Lange Viestraat. De (oud-)studenten van onder andere Photography, Fine Art, Graphic Design, Game Design en 3D Design krijgen hiermee een mooie kans zich aan een breed publiek te presenteren.

Het project is ongetwijfeld de meest voorkomende manier van werken in de creatieve sector. Projecten zijn er in alle gedaanten, maar hebben met elkaar gemeen dat een onvergetelijke en transformerende beleving wordt gerealiseerd. HKU-docenten Johan Kolsteeg en Nicoline Mulder geven in dit boek handvatten voor het coördineren van een project waarin creativiteit centraal staat. Zij werden de afgelopen jaren bestookt met vragen van studenten Kunst en Economie over het managen van projecten. Het boek is mede dankzij die vragen tot stand gekomen. Daarnaast maakt De kunst van het projectmatig werken inzichtelijk hoe je tijdens een project de kwaliteit of je creatieve vrijheid kunt bewaken.

Het werk is ook te zien op www.hku.nl/bijenkorf

Een greep uit de expositie:

Paper cakes – Game Design Studenten Machiel van Hooren, Bas Teunisse en Lex van den Berg ontwikkelden Paper cakes samen met studenten van de University of Southern California. Hun game werd vervolgens genomineerd voor de student game showcase van het Independent Games Festival, de competitie voor onafhankelijke gameontwikkelaars.

Dear Diary – 3D Design Marlies Romberg is vorig jaar afgestudeerd aan de HKU en becommentarieert in haar kunstwerken de deprivatisering veroorzaakt door het gebruik van internet.

Ga naar www.creatieve-projecten.nl om je ervaringen over dit

En ze leefden nog lang en gelukkig – Graphic Design

onderwerp te delen of het boek te bestellen

Dit kunstwerk van Brigiet van den Berg is een verzameling laatste zinnen. De 1558 slotzinnen van Nederlandse romans selecteerde zij tijdens een onderzoek van vijf maanden in de Centrale Bibliotheek Utrecht.

Ben je nieuwsgierig naar de opleiding of wil je graag een informatie­

Mustaches – Photography

bijeenkomst bijwonen? Kijk op www.hku.nl/masterinterieurarchitectuur voor het laatste nieuws over het onderwijsprogramma, de informatie­ avonden en hoe je je kunt aanmelden voor de toelating. Volg ook het blog: http://interieurarchitectuur.hku.nl

.kort

Werk uit de serie Mustaches van Kees Muizelaar

Kees Muizelaar portretteerde op sobere wijze de snordracht van vier mannen. Muizelaar maakte gebruik van een zwart-wit contrast, waardoor de lichtgrijze snorren goed naar voren komen.


Ik weet niet... In mijn eigen bed slapen. Mijn kind vaker dan één keer per week zien... Soms denk ik wel eens Zal ik een moord begaan om minder populair te worden? Maar waar moet ik mijn geld dan mee verdienen? Geen idee. Vergeet niet hè, mijn nieuwe film komt in juni uit!

16

tekst Jeroen Callaars illustratie Edwin Verhoeven

Roxy: Nooit beroemd geweest. Ik wacht al jaren op die ene grote rol. In een film van anderhalf uur spelen. Die jurk van Chanel die ik zal dragen op de première. De champagne zal rijkelijk vloeien. Mensen zullen foto’s van me uit hun tassen halen als ik langsloop ‘Oh Roxy! Handtekening! Ik ben je grootste fan!’ En uiteraard, voor iedereen tijd maken. Laatst werd ik gevraagd voor een commercial. Moet je je voorstellen! Ik wil een film van anderhalf uur, niet een commercial van een seconde of dertig. En dan zeker herkend worden op straat als die mevrouw met het stralend witte gebit, dankzij Oral B. Rot op. Soms denk ik wel eens Zal ik een moord begaan om beroemd te worden?

Sally: Volgende week beginnen de opnames voor mijn nieuwe film. Morgen een rodeloper-feestje, ik heb van Viktor & Rolf een jurk gekregen. Ik vind het niet erg hoor. Gek genoeg verdien ik er geld mee. Soms word ik er wel gek van. Altijd mensen om me heen. Flits, flits! Kutcamera’s, overal paparazzi. Vier interviews deze week, als ik de tabloids moet geloven heb ik zes minnaars. Ik blijk zwanger te zijn als ik een trainingspak draag overdag, Man, ik heb er niet eens één! Ja had, maar die heeft me verlaten omdat ik nooit thuis ben. Maakt niet uit hoor, het gaat best. Ik heb mezelf en mijn kind... één keer per week. Wil je een handtekening? Waarom sta je er dan nog? Wat? Je herkent me van tv? Natuurlijk herken je me van tv. Weet je wel wie ik ben? Jezus...

Ja. The name on everybody’s lips is gonna be… Roxy.

Dat heb ik dus elke dag hè? Maar maakt niet uit hoor. Ik ben nu wel gewend dat ik nooit alleen ben. Maar soms wil ik wel eens gewoon...

Norma: Er was een tijd dat ik het snoepje van de wereld was. Het publiek vond me geweldig, maar dat was niet goed genoeg voor ze! Nee, ze wilden niet één snoepje, ze wilden de hele doos! En dus deden ze die doos open en wat viel eruit? Hubbabubbakauwgom die na een halve minuut al niet meer smaakt en waar je kaken pijn van gaan doen. Massaproductie-sterren. Lopende band-celebrities. Ik ben al out of the picture sinds een jaar of tien. Maar als ze denken dat ik er niet meer ben, hebben ze het mis. Het draaien van de camera’s mag misschien ophouden, de ster vergaat nooit. Ik zal ze laten zien wie de ster hier is. Dat ben ik! IK! Ik zat in A-films, wat zeg ik? AA-films! Knoerten van klassiekers! Ik had droomhuwelijken. Ik had een prachtcarrière. Ik had de mooiste jurken ooit gemaakt. Ik had alles wat ik wilde. Ik had. En nu? Nu speel ik in alle mogelijke reclames die er maar zijn. Dreft, Cillit Bang... volgende week staat Tell Sell voor de deur. Toch denk ik niet dat ze me écht vergeten zijn. Ik zal terugkomen op dat grote scherm. Niet met een afwasborstel in mijn hand, maar met een glas champagne in de ene en een lekkere man in de andere. Soms denk ik wel eens Zal ik een moord begaan om terug te komen? Ja. And I promise you I'll never desert you again


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.