OP&doek

Page 9

16

OP&dOek februari 2013 - Nr 1

OP&dOek februari 2013 - Nr 1

17

”Boeken op

tania Vanden bossche

Verhaaltje vertellen?

de planken”

Het achtergat van Vlaanderen. Een dorp. Een kleine straat. Een collectie oervlaamse mensen. Kleine stervelingen. Anoniem, onbenullig alledaags. ‘De Naamlozen’ van meester-verteller Filip Vanluchene werd door De Leiezonen in Drongen gebracht als een vertelling. Een blik achter de schermen van meerstemmig verteltheater.

verteltheater vooral leren statisch staan op scène, wat voor spelers niet makkelijk is. De lezenaars werden niet gebruikt om de brochures op te leggen. We wilden echt vertellen. Elke acteur gebruikte de lezenaar op zijn manier: bij de een lagen de tekstovergangen, bij de ander enkele kernwoorden.”

’DE NAAMLOZEN’ DE LEIEZONEN © DE LEIEZONEN

STRAFFER DAN WE DACHTEN Het publiek wist op voorhand “dat het iets anders zou zijn”. Het zou geen toneelvoorstelling worden met decor, beweging en verschillende personages. Of toch, het verhaal telt meer dan twintig personages, maar er zouden slechts drie acteurs en twee actrices op de scène staan. Meer dan twintig rollen verdelen over vijf acteurs, zou dat lukken? “Het was een gok, maar het werd straffer dan we verwacht hadden. Het was geen berekend risico, maar we verlegden onze grenzen en zijn blij dat we het hebben aangedurfd.” De toeschouwer komt binnen in een parochiezaal, de zaal waar de Leiezonen altijd spelen. De zaalverlichting is sfeervol, er is niet gekozen voor een andere locatie, maar de ruimte oogt intiem. Er staan vijf lezenaars op een rij op de scène en dicht bij het publiek. Het decor bestaat uit drie grote videoschermen: soms verschijnen er zinnen, soms detailfoto’s, het zijn de kapstokken voor de toeschouwer. De acteurs staan naast elkaar in het zwart gekleed en ze vertellen het hele verhaal. Het publiek werd in het programmaboekje ver-

wittigd dat de eerste tien minuten verwarrend konden overkomen: acteurs vertellen de mannenrollen en actrices de vrouwenrollen, maar ze wisselen wel van personage. En toch word je als publiek meegezogen in het verhaal. STATISCH STAAN “We durfden dit project aan door het vertrouwen in de regisseur. Anders begin je daar niet aan. ‘De Naamlozen’ is op het eerste zicht geen toneeltekst, het is een roman in 43 hoofdstukken. Er zijn geen aanduidingen voor de acteurs, geen regieaanwijzingen, het is eerder een doorlopende tekst. De regisseur verdeelde de tekst en deelde hem in. We hadden meer repetities nodig, dus we begonnen ook veel vroeger dan gewoonlijk aan dit project. We hielden audities. Iedereen die wou, mocht deelnemen. De regisseur koos op basis van coherentie een groep van vijf: drie mannen en twee vrouwen. Er waren niet alleen meer repetities, er werd ook lang gewerkt op de tekst en de interpretatie ervan. Als acteur moet je bij

“Met deze voorstelling nemen we bewust een risico.”

WAAR ZET IK MIJN DRINKBEKER? De regisseur Luc De Ruelle vult aan: ”De vertelmomenten zijn statisch en dat is voor acteurs moeilijk. Oorspronkelijk gingen we de verschillende personages in het verhaal louter op stem differentiëren. Later kozen we er toch voor om er kleine herkenbare gebaren bij te doen. Miniem, maar wel herkenbaar voor het publiek. Ik koos in de regie op de eerste plaats voor het sec vertellen. Dat maakte ook de dialogen sterker. De levendigheid bekom je door de houding. Ook via de projecties bieden we het publiek enkele handvaten om het verhaal te kunnen volgen. Ik plaatste drie schermen. Er moesten drie beamers en twee pc’s bediend worden. Er waren 130 lichtstanden. Ja, je hebt wel versterking nodig in de technische ploeg. Voor verteltheater heb je niet noodzakelijk een kleine ruimte nodig. Je kan elke zaal intiem maken. Ik bracht de vertellers dichter bij het publiek door de voorstelling naar voor te trekken. Door de schermen achteraan op scène alleen al, staan de vertellers meer naar voor. Je hebt sowieso een afstand te overbruggen, daarbij helpt de juiste techniek. Met deze voorstelling namen we een risico. Je wil toch iets visueels tonen, sfeer brengen. Dat is ten volle gelukt. De reacties waren positief. Wij wilden nu eens echt iets doen voor onszelf en bij de keuze ervan hebben we geen rekening gehouden met het publiek. Het is straffer geworden dan we zelf dachten. We hadden inderdaad schrik, maar we zijn er voor gegaan. En we zijn trots ook. Onze grootste bekommernis was waar we onze drinkbekers zouden zetten. Zelfs dat losten we op. De houders waarin wielrenners hun drinkbussen zetten op de fiets, zijn goed van pas gekomen!”

Elke maand laten we een bekende of minder bekende theatermens grasduinen door de uitgebreide collectie van de theaterbib van OPENDOEK, op zoek naar de toneelstukken die zijn of haar leven veranderden. Deze maand trapt acteur, auteur, regisseur en theatermaker tout court Peter De Graef af met zijn drie meest imposante theaterervaringen. Hier vertelt hij over hoe hij als kind overweldigd werd door ‘Romeo en Julia’. Op vrij jonge leeftijd, (voor mijn zestiende) dus echt in mijn groeiperiode, hebben toneelstukken echt mijn leven veranderd. Nadien leek het wel of ik niet meer van m'n sokken kon geblazen worden door toneelteksten. De eerste was ‘Romeo en Julia’ van Shakespeare. Ik was twaalf toen ik het voor het eerst zag en ik ben er dagen ziek van geweest omdat het zo slecht afliep tussen die twee. En dat het tegelijkertijd 'maar' een verhaal was. Niet echt gebeurd. Nooit! Dat het dus de bedoeling was van de schrijver. Dat hij het makkelijk ook goed had kunnen laten aflopen. Maar dat je dan niet zo'n mooi verhaal had. Het heeft me heel lang bezig gehouden. Verwondering, verbijstering, enzovoort. Ook de klassieker ‘Wachten op Godot’ en het absurde stuk ‘In volle zee’ van Slawomir Mrozek maakten indruk op de jonge De Graef. Hoe hij deze toneelstukken ervoer en waarom ze zo speciaal voor hem zijn, lees je in ‘Boeken op de planken’ te vinden op onze website. En heb je zin gekregen om deze toneelteksten te lezen? Klik dan door naar de online catalogus van de theaterbib www.theaterbib.be, waar je ze meteen ter ontlening kan opvragen.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.