2 minute read

Pareltjes Cornelis Springer

Next Article
Toen Gaslek 1984

Toen Gaslek 1984

Pareltjes van het Noord-Hollands Archief Cornelis Springer in Haarlem

Gezicht in de Jansstraat met het portaal de Janskerk, compositietekening, houtskool, 25x20 cm, 26 september 1863

Advertisement

Fraaie bladen met gezichten op de Grote Markt

Een kunstenaar die behoort tot de absolute top van de laatromantische school, zowel in zijn tijd als vandaag de dag, is Cornelis Springer (1817-1891). Dat blijkt wel uit de werken die van hem te zien zijn in museale collecties, de grote vraag naar zijn schilderijen bij verzamelaars en de prijzen die geboden worden voor zijn werk op de kunstmarkt.

Springers sfeervolle zomerse schilderijen Stadsgezichten, gestoffeerd met allerlei anekdotische figuurtjes, zijn fantastisch om te zien en bij weg te dromen. Zijn talenten waren gescherpt door zijn twee leermeesters: de schilders Hendrik Gerrit ten Cate en Kaspar Karsen, allebei grootheden uit de negentiende-eeuwse Romantische school. Niet alleen was Springer een begenadigd schilder, hij was ook een talentvol tekenaar. Dat is te zien aan de hand van de maar liefst 45 tekeningen die het Noord-Hollands Archief beheert. 31 hiervan hebben betrekking op Haarlem, de stad die hij op zijn vele reizen door Nederland het meest heeft getekend, samen met Enkhuizen en Amsterdam.

MOOIE DWARSDOORSNEDE

De 45 tekeningen zijn vrijwel allemaal door Springer uitgebreid voorzien van dateringen, plaatsaanduidingen en straatnamen, en bestrijken de jaren tussen 1850 en 1882. Ze geven een mooie, representatieve dwarsdoorsnede van de functies en stilistische ontwikkeling van zijn getekende oeuvre uit deze periode. Deze collectie tekeningen bevat onder meer zogenaamde reisschetsen, zoals het gezicht op de Burgwal bij de Hagebrug en de Kleine Houtpoort. Later gebruikte hij elementen uit deze tekeningen voor uitgewerkte compositietekeningen ten behoeve van een schilderij.

HOOGTEPUNTEN

Van deze compositietekeningen, die de absolute hoogtepunten zijn van de collectie, heeft het archief maar liefst zes bladen in haar collectie. Zoals de fraaie bladen met gezichten op de Grote Markt, kijkend naar het stadhuis (1855), en de Waag (1862). Het gezicht op de Grote Markt is nog eens extra boeiend, omdat daar ook het oorspronkelijk zeventiende-eeuwse eerste standbeeld van Laurens Coster op te zien is, ontworpen en gemaakt door Romeyn de Hooghe. Dit beeld staat nu in de tuin van het Prinsenhof bij het Stedelijk Gymnasium.

GROOT HISTORISCH BELANG

Van een andere allure vanwege het kleurgebruik, is de aquarel (over een potloodtekening) van het stadhuis, die behoort tot een groepje van drie bladen met het stadhuis als onderwerp. De zes bladen geven een goed beeld van hoe Haarlem er in de tweede helft van de negentiende eeuw uit heeft gezien. En precies daarin schuilt het grote historische belang van deze tekeningen .

Gezicht in de Burgwal, reisschets, penseel in grijs over potlood, 26 x 35,5 cm, ca. 1857. De Kleine Houtpoort, reisschets, potloodtekening, 33 x 33 cm, ca. 1860.

Gezicht over het Spaarne op de Waag en omgeving, compositietekening, houtskool, 48,5 x 70,5 cm, 15 oktober 1862.

This article is from: