8 minute read

Leerlingen leren leren dankzij Level Up

Campus ’t Forum die leerlingen voorbereidt op het hoger onderwijs, startte dit schooljaar met Level Up. Het doel is om stapsgewijs en doordacht over te gaan tot enkele innovatieve leerpleinen, aangepast aan de onderwijsvernieuwing, de verschillende vakken en de leerplandoelen van de richtingen die voorbereiden op hogere studies. Onder de naam Level Up zal het team dit schooljaar nog meer leerlinggericht te werk gaan waarbij de leerlingen, stap per stap en onder begeleiding, meer eigenaarschap en verantwoordelijkheid krijgen om zich op eigen tempo bepaalde leerinhouden meester te maken. Leerkracht Naomi Francus en leerkracht / adjunct-directeur Kim Aerts geven enthousiast meer duiding.

Wat is Level Up?

Advertisement

Naomi Francus: “Tijdens een blok Level Up staan er verschillende vakleerkrachten samen voor de klas, waardoor je gemakkelijker kan inspelen op de noden van élke leerling. Diegene die heel sterk is in een bepaald vak kan de nodige uitdaging krijgen van leerkracht A en een leerling die problemen heeft met een bepaald onderdeel kan extra uitleg krijgen van leerkracht B.”

Kim Aerts: “Het is een manier van lesgeven waarbij de verschillende vakken niet meer standaard vijftig minuten onderricht worden. De leerlingen zitten met verschillende klassen samen en hebben een blok van meerdere lesuren waarin ze, aan de hand van een weekplanning, aan meerdere vakken kunnen werken. Een leerling die heel sterk is in een bepaald vak of onderdeel kan zo minder tijd besteden aan die leerstof en méér leerminuten investeren in het stuk dat minder goed gaat. ”

Waarom startte campus ‘t Forum met Level Up?

Kim Aerts: “Het onderwijs staat niet stil. Veel lagere scholen gaven al niet meer klassiek les en leerden hun kinderen werken en studeren aan de hand van weekplanningen. Wanneer die kinderen bij ons in het secundair onderwijs kwamen, namen we hun zelfstandigheid opnieuw een beetje af. Aan de hand van Level Up bekijken we hoe we hen hun autonomie kunnen laten behouden en élke leerling op maat verder kunnen begeleiden.”

Naomi Francus: “We kozen daarom bewust voor de naam Level Up, omdat we onze leerlingen een stapje hoger willen krijgen. Hun zelfstandigheid moet verder opgebouwd worden.”

Is die autonomie niet moeilijk voor een leerling?

Kim Aerts: “We zijn in oktober stapsgewijs met Level Up gestart, maar vanaf volgend schooljaar willen we hen vanaf begin september nog meer coachen in ‘hoe te starten in Level Up’: hoe ziet onze weekplanning eruit? Hoe ga je te werk? ... Maar ook nu, doorheen het jaar, leren we ze leren en sturen we hen voortdurend bij.”

Naomi Francus: “Je moet de leerlingen ook begeleiden in hun autonomie. Zelfstandigheid is een vaardigheid die je hen als leerkracht mee moet aanleren.”

Kim Aerts: “In het klassieke systeem leerden de leerlingen pas leren in de periode nét voor hun examens. Dankzij deze structuur, waarin ze meer autonomie krijgen, leren ze doorheen het schooljaar leren. Na elk blok Level Up moeten de jongeren hun weekplanning uploaden, zodat wij als leerkrachten kunnen volgen waar iedereen in z’n planning zit. Als we bij een leerling zien dat een taak pas na twee lesuren is afgewerkt, dan weten we dat we hem of haar extra moeten opvolgen. We hechten heel veel belang aan die begeleiding.”

Naomi Francus: “Ook voor ons is Level Up een constant leerproces. Leerlingen hebben het soms moeilijk om hun tijd af te bakenen en wij als leerkracht moeten hen daarbij begeleiden. Alleen kan het zijn dat de twintig minuten die jij als leerkracht dacht nodig te hebben voor die oefening, voor heel de groep leerlingen te kort of te lang blijkt. Ook wij sturen dus voortdurend bij.”

Is Level Up het begin van iets groter?

Kim Aerts: “Level Up is een opstapje naar een volledige leerpleinwerking waarbij zoveel mogelijk vakken van de basisvorming in die leerpleinen zitten. Maar… we doen dit zeer doordacht en stapsgewijs. In de eerste graad zijn er dit schooljaar tien uren Level Up, verdeeld over blokken van twee lesuren, en in de tweede graad vier uren.”

Naomi Francus: “In die verschillende blokken zijn bepaalde vakken aan elkaar gekoppeld. Zo zitten in de eerste graad bijvoorbeeld de leerkrachten Frans en Nederlands samen en in een ander blok de leerkrachten STEM-Wetenschappen, Frans en Engels.

Ouders maken zich vaak zorgen over de grote klasgroepen. Is dat een terechte ongerustheid?

Kim Aerts: “In de eerste graad zitten een 36-tal leerlingen uit de A-stroom samen en in de tweede graad zijn het kleinere groepen, omdat er dan meerdere keuzes zijn qua richting. Maar… de grootte van de groep maakt eigenlijk niet uit, want het is steeds rustig in de ruimte. De leerlingen weten wanneer het muisstil moet zijn en ze houden zich hier ook aan.”

Heel wat leerlingen kennen leerpleinen en weekplanningen uit de lagere school, maar daar bakent men meestal af wanneer men aan welk onderwerp werkt. Bij ons is er meer vrijheid en mogen ze aan verschillende vakken werken. Ze moeten alleen rekening houden met de momenten waarop de vakleerkrachten aanwezig zijn om vragen aan te stellen. Elke leerkracht begeleidt, maar voor vakspecifieke vragen, moeten ze bij de vakleerkracht zijn. Zo leren de leerlingen zelfstandig zijn en hun vragen verzamelen tot het juiste moment in de week.”

Komt dat omdat ze zélf voortdurend aan de slag moeten?

Naomi Francus: “Je kan je als leerling niet meer verbergen. De jongeren die in de klas enkel noteerden wat op het bord kwam … die zullen nu uit hun pijp moeten komen. Ik heb leerlingen die me zeggen: ‘mevrouw, we hebben véél meer werk dan vorig jaar’. Dat is niet waar. De leerstof en het bijhorende werk blijven hetzelfde, maar ze moeten nu zélf actief aan de slag. Ze kunnen niet rustig luisteren naar de leerkracht vooraan en meesurfen op die drie leerlingen die steeds hun hand opsteken. Ze moeten overdag op school zélf meer doen en, ze beseffen dat niet altijd, maar ze zijn op dat moment wel al hun leerstof aan het instuderen.”

Kim Aerts: “En ze leren ook ‘hoe’ te studeren. Sommige leerlingen willen muziek beluisteren terwijl ze een taak maken, maar merken dan dat ze, in tegenstelling tot hun klasgenoot naast hen, heel veel tijd verliezen in het kiezen van hun muziek. Ook daar leren ze uit.”

Naomi Francus: “En we zien bij sommige jongeren al evolutie. Leerlingen die in het begin in paniek riepen ‘help, ik geraak er niet met mijn weekplanning’, zonderen zich nu in stilte af en werken rustig al hun taken af.”

Bestaan huiswerk en toetsen nog in Level Up?

Kim Aerts: “Ja, de leerlingen hebben zowel taken als toetsen. De taken zitten wel verwerkt in de weekplanning. De afspraak is dat alles wat niet af is op vrijdag tegen maandag moet afgewerkt worden. Ze hebben dit zelf in de hand en wij begeleiden hen hierbij. Zo leren ze stap per stap om eigenaar te worden van hun leerproces.”

"Soms moet je durven toegeven: ‘Oei, dit was niet mijn beste les of opdracht. Dat gaan we anders aanpakken.'”

Geven jullie ook instructielessen aan heel de klas?

Kim Aerts: “Ja. Als er een moeilijk onderdeel in de leerstof zit dat je als leerkracht éérst extra wil duiden, dan kan je aan het begin een klassikale instructie geven.”

Naomi Francus: “Of je geeft nog een extra instructiemoment als je merkt dat een onderdeel van je leerstof nog niet duidelijk is. Je kan die extra instructieles geven aan heel de klas of aan een aantal leerlingen die hieraan nood hebben. Hierdoor zal je ook met de timide leerlingen in je klas een betere band hebben. Deze jongeren kunnen in stilte werken, maar je kan hen meer op maat begeleiden en met hen een een-op-een moment hebben.”

Kim Aerts: “Leerlingen geven ook aan elkaar uitleg. Ze zien sneller wie in wat goed is en ze durven elkaar vragen stellen. Ook aan ons worden vaak gerichtere vragen gesteld. De vragen zijn to the point, omdat de leerlingen meteen zien welk deel van de leerstof ze niet begrijpen.”

"In het klassieke systeem ontdekte ik vaak pas na een toets welk deel van mijn les de leerlingen niet begrepen hadden. Nu kan ik veel sneller de vinger op de wonde leggen en ook mezelf bijsturen.”

Naomi Francus: “Dat is ook voor mij als leerkracht een troef. In het klassieke systeem ontdekte ik vaak pas na een toets welk deel van mijn les de leerlingen niet begrepen hadden. Ik kan nu veel sneller de vinger op de wonde leggen en ook mezelf bijsturen.”

Wat is voor de leerkrachten de grootste verandering?

Kim Aerts: “Je zit niet meer op je eigen eiland. Je werkt samen met je collega’s en je leert heel veel van elkaar.”

Durf je tips geven aan collega’s?

Naomi Francus: “Ja, ik vind dat belangrijk. Zo houd je elkaar scherp. In het systeem van leerpleinen moet je goede afspraken maken en van elkaar leren. Soms moet je aan jezelf en je collega’s durven toegeven: ‘Oei, dit was niet mijn beste les of opdracht. Dat gaan we de volgende keer anders aanpakken.’”

Kim Aerts: “Omdat we tijdens Level Up ook de leerlingen ondersteunen bij de andere vakken, kunnen we met een frisse blik naar de leerstof van de collega’s kijken. Ik ben leerkracht Frans, maar als leerlingen een vraag hebben over een taak van Nederlands kan ik wel samen met hen de opdracht lezen. Dat doet voor hen al heel veel. Je zit tussen de leerlingen en je bent samen met hen aan het leren. Ook je leerlingen zitten niet meer op een eilandje apart.”

Voor ouders is dit een heel andere manier van lesgeven dan vroeger. Houden jullie contact met hen?

Naomi Francus: “We vinden een goede samenwerking tussen de leerkrachten, de leerlingen en de ouders zeer belangrijk, zeker in deze beginfase. We willen weten wat loopt en wat beter kan. Daarom houden we op regelmatige tijdstippen bevragingen, zodat we kort op de bal kunnen spelen.”

Kim Aerts: “Tijdens onze opendeurdag in maart en tijdens onze infomomenten doorheen het jaar willen we onze werking aan ouders tonen en de bijhorende troeven verder in kaart brengen.”

Naomi Francus: “We vinden het ook belangrijk dat ouders alles mee kunnen opvolgen. Zo kunnen ze op Smartschool de weekplanning met de bijpassende instructiefilmpjes, stappenplannen, de verbetersleutels, … bekijken en opvolgen.”

Kim Aerts: “Leerlingen moeten na elke blok Level Up digitaal aangeven waaraan ze hebben gewerkt. Zo kunnen wij, maar ook de ouders, alles meevolgen. Thuis ziet men zo hoeveel tijd er al aan een bepaalde taak in de klas is besteed en hoeveel de leerling in het weekend nog moet werken.”

Naomi Francus: “Leerlingen kunnen na een blok Level Up ook zelf opmerkingen geven. Als ze bijvoorbeeld heel veel tijd moesten steken in een bepaalde taak en hierdoor minder tijd hadden voor iets anders, kunnen ze dat aangeven. Zo kunnen ook wij bijsturen.”

Leerlingen moeten in de klas meer de handen uit de mouwen steken. Doen jullie als leerkracht dan minder?

Kim Aerts: “(lacht) Ik heb nu veel meer werk dan vroeger. In het klassieke systeem bereidde ik één les voor met één pakket oefeningen. Nu werk ik op maat van élke leerling en bereid ik verschillende werkmethodes voor én op verschillende niveaus. Dat gaat van instructiefilmpjes, over stappenplannen en oefeningen tot remediëringslessen.”

Naomi Francus: “We vinden dat niet erg, omdat we enorm geloven in deze manier van lesgeven. In onze samenleving is men steeds op zoek naar mensen die zelfstandig werken, zélf de handen uit de mouwen steken, flexibel zijn en probleemoplossend kunnen denken, … In het onderwijs daarentegen waren we nog gewend om naar één iemand te luisteren en over te nemen wat die persoon doceerde.”

Meer foto's?

This article is from: