April
1979
Negentiende-eeuwse kerkbouw in Friesland Op verzoek van de redaktie zorgde de Stichting Moderne Architectuur Friesland (adres: Gysbert Japicxstraat 9, Leeuwarden) voor de samenstelling van dit artikel. De verschillende hoofdstukken werden geschreven door drs. Gert Elzinga, Don Hoffman, Peter Karstkarel, Rienk Terpstra en R. J. Wielinga.
DE BOUWKUNSTIGE VERZUILING
ln de
behandeling van kerken
in
overwegingen
zijn van
liturgische,
brede overzichten van architectuurgeschiedenis wordt wel eens voorbijgegaan aan de symbolische Íunctie van
practische, maar toch ook van symbolische aard. De kerken kregen zo immers een kruisvorm? Zo zijn kerktorens niet slechts opgetrokken ter wille van
woonten zullen bij de oplossing van de
het gebruik - klokketorens - maar werden tevens naar God verwijzende
deze gebouwen. Traditie en stijlge-
vormproblemen de doorslag hebben gegeven; toch bezitten verschillende ruimtelijke schema's en decoratiesystemen meer dan constructieve en versierende Íuncties. ln een beschrijving van 19de-eeuwse kerken mag de symboolÍunctie niet ontbreken, omdat na een periode van onduidelijkheid de (neo)stijlen per kerkgenootschap verdeeld lijken. Sinds ongeveer 1870 zou een hervormde oÍ doopsgezinde kerkganger nauwelijks een neo-gotisch gebouw binnenstappen, evenmin als een
tekens.
Een belangrijke ruimtelijke variant in de kerkenbouw werd de centraalbouw,
die, stammend van de baptisteria, mausolea en martyria, na aarzelende experimenten tijdens de renaissance
sinds de barok verzelfstandigen kan tot kerkruimte. Het Íraaie constructieve model van de koepelkerk had eveneens
sche of neo-renaissancistische
symbolische pretenties: het zegde de ideale gemeenschap van gelovigen uit. ln Friesland zijn enkele fraaie centraalbouw-kerken te vinden. Te St. Annaparochie werd in 1682 een achtzijdi-
Symbool en stiil
koepeltje gebouwd. Wons kreeg in 1728 een stijlverwant kerkje, dat ondanks zijn bescheiden omvang een belangrijk accent voor het dorp bete-
rooms-katholiek
een
neo-klassicistikerk zou betreden. ln Friesland is deze stijlverzuiling vrij duidelijk, hoewel er enige merkwaardige uitzonderingen op zijn.
Er zijn verschillende ruimtelijke voor kerken. Sinds het
schema's
vroeg-christelijke tijdperk
is de
basili-
ca-vorm uit puur practische overwegingen het meest toegepaste systeem.
ln de vroege middeleeuwen worden dwarsbeuken en koorpartijen aan de schuurachtige ruimten toegevoegd. De
ge kerk met tentdak en
bekronend
kent. ln Berlikum werd in de 17de eeuw
al een plan voor een soortgelijk bouwwerk gemaakt; de achtzijdige kerk met de door hoekpilasters gedragen, opmerkelijk zware koepel en wederom een bekronende lantaarn werd pas van
1777
tot
1779 opgetrokken. Het
is
moeilijk te zeggen oÍ in het laatst van il-1 05