Allerliefste Nabilla, met pijn in het hart zie ik u eenzaam zitten op uw kabinet
Allerliefste Nabilla Met pijn in het hart zie ik u eenzaam zitten op uw kabinet, omringd door uw ploegje ideologen en notarissen. U die uzelf ziet als licht en liefde, alleen maar bemind door het volk dat u mag besturen – medewerkers van kindercrèches, vuilnismannen, stadsdichters en kunstenaars. Nu vliegen het onbegrip, de afkeer en de haat in het rond. Hoe bent u in godsnaam hier terecht gekomen? Iedereen die een hart heeft voor cultuur is boos op u, misschien met uitzondering van een paar ambtenarenbazen op den Bell die overleven op een dieet van Excel tabbladen. Weg is dat zorgvuldig gecoiffeerde beeld van een vrouw die door iedereen graag gezien wordt. Wat was ik graag in gesprek gegaan met u op zondag 16 oktober op ATV. Zoals u consequent al tien jaar doet – u geeft niet thuis voor een openbaar gesprek dat pijnlijk zou kunnen uitdraaien voor u. ByungChul Han schrijft het treffend: “Een relatie zonder pijn is geen relatie.” Wij van de cultuur zijn van goede wil en willen niets liever dan een mooie relatie met onze baas. En u weet ook dat elke goede relatie soms schuurt en wringt, maar ook dat een goed gesprek en het erkennen van fouten de stap is naar verdieping, naar oprechte verbinding. Liefde bestaat uit oprechte aandacht, zegt mijn lief altijd. Onze aandacht hebt u. Zullen we samen een keer door de begrotingen gaan om alvast één maatregel ongedaan te maken – die van het schrappen van de ondersteuning van kleinschalige projecten en jonge kunstenaars? Dat kadert in wat het bestuur BRUISENDE STAD noemt. In die pot zat aan het begin van uw bestuursperiode 880.000 €. Zullen we daarmee beginnen – om dat terug te installeren voor de komende drie jaar?