onderwijs
‘Af en toe een kwinkslag’ Door Dirk Wolthekker
Op 8 januari werd hij verkozen tot Docent van het Jaar: psycholoog Peter Starreveld. ‘Als ik een grafiek laat zien, vertel ik er altijd bij wat de x-as en wat de y-as is.’ Lesgeven heeft raakvlakken met cabaret, zegt Peter Starreveld. ‘Als ik naar Freek de Jonge kijk of naar Jan Jaap van der Wal vraag ik me geregeld af: “Waarom raakt mij dit? Wat doen jullie waardoor ik geboeid ben?” Dat heeft niet alleen met de inhoud te maken, maar met de hele performance: vertellen, spelen met pauzes, informatie laten bezinken, af en toe een kwinkslag maken. Dat activeert de hele zaal en houdt iedereen bij de les. Op een vergelijkbare manier kun je ook college geven: contact maken en opgaan in je verhaal. Al moet je ook niet te veel opgaan in je verhaal, want dan verlies je juist het contact.’
Psycholoog Peter Starreveld werd op 8 januari, tijdens de viering van de dies natalis, door een studentenjury verkozen tot Docent van het Jaar. ‘Dat ik op de longlist terecht was gekomen, verbaasde mij niet, want daar had ik al twee keer eerder op gestaan. Maar dat ik doordrong tot de shortlist, die wordt samengesteld door de studieverenigingen van de UvA, verbaasde mij wel. Misschien ben ik wel goed, maar ik denk ook dat de VSPA, de studievereniging van psychologie, een mooi voordrachtsrapport had gemaakt. Ik heb daar geen inzage in gehad, maar dat rapport speelt een grote rol bij de nominatie en uitverkiezing. Ik vind het goed dat zo’n jury bestaat uit louter studenten. Alleen zij kunnen echt beoordelen of ze iets leren, of de lesstof aansluit bij wat ze al weten en richting geeft aan waar ze heen willen. Dat de universiteit zo’n verkiezing juist bekendmaakt tijdens de viering van de dies natalis geeft zo’n gebeurtenis cachet. Het is een signaal dat onderwijs echt serieus wordt genomen. Door publicaties en het binnenhalen van subsidies staat onderzoek vaak in de spotlights. Dat is goed, maar onderwijs verdient dat ook.’ P utdeksel
‘Mijn moeder was huisvrouw en mijn vader was ijzergieter: hij maakte putdeksels. Als kind inspecteerde ik vaak putdeksels om te kijken of ze waren gemaakt door de ijzergieterij van mijn vader. Uit een onderwijsfamilie kom ik dus helemaal niet. Dat ik het onderwijs in rolde was eerder het gevolg van mijn promotieonderzoek. Lesgeven hoorde daarbij: ik assisteerde studenten bij dataverwerking met computers en met onderzoekspractica. Toen kwam ik erachter dat ik les geven heel leuk en inspirerend vind: je geeft veel, maar je krijgt ook veel terug. Ik moest op congressen wel eens praatje houden over
Foto: Fred van Diem
C achet
Docent van het Jaar 2009: Peter Starreveld
mijn onderzoek en steeds kreeg ik dan van andere promovendi positieve feedback.’ C olporteur
‘Het is belangrijk om onderwijs inzichtelijk en beeldend te brengen, het liefst met gebruikmaking van voorbeelden. Als ik bijvoorbeeld een grafiek laat zien, leg ik nog eens uit wat de x-as en wat de y-as is, ik maak geen gebruik van een aparte legenda, maar schrijf in de grafiek wat de verschillende lijnen voorstellen. Ik maak veel gebruik van wetenschappelijke nieuwtjes op nu.nl/wetenschap. Bijna iedereen komt op die site, dus dat is gelijk bekend voor studenten. Voorbeelden gebruiken is heel erg belangrijk, al moet je goed opletten wat voor voorbeelden je bij welke studenten gebruikt, want daar kan ook wel eens iets misgaan. Ik gaf een keer college over de “viermuren-techniek”, waarmee ik wilde laten zien hoe mensen worden overreed om iets aan te schaffen. In mijn voorbeeld liet ik een colporteur langs de deuren gaan met dvd’s van een cursus Engels voor kleuters. Studenten reageerden er nauwelijks op. Toen ik de dvd-verkoper verving door iemand die geld wilde inzamelen voor Greenpeace sloeg het opeens wel aan. De dvd-verkoper had ik achteraf als voorbeeld moeten gebruiken voor deeltijdstudenten, die
meestal wat ouder zijn en dat voorbeeld misschien beter hadden herkend. Een goed college is niet alleen afhankelijk van mij of de studenten. Goede onderwijsfaciliteiten helpen en daarover heb ik niet te klagen. Er kan natuurlijk altijd wat misgaan, zoals een beamer die het niet doet of een microfoon die steeds kraakt, maar collegezaal A is echt een fijne zaal en dat helpt. Die zaal heeft een theateropstelling. Zo’n opstelling creëert intimiteit, veel meer dan een rechthoekige zaal. Ik zet dan meestal de zaal vol in het licht, de plek waar ik zelf sta dim ik een beetje zodat studenten het scherm goed kunnen zien. Want om hen gaat het natuurlijk.’ l
Peter Starreveld (Aalten, 1963) 1985 - 1991: studie psychologie UvA 1991 - 1997: promotieonderzoek Universiteit Leiden 1997 - 1999: postdoc Universiteit Leiden 1999 - 2004: universitair docent vakgroep cognitieve psychologie VU 2005 - 2005: hoofddocent psychologie bij Hogeschool NTI, ontwikkeling psychologieopleiding 2005-heden: universitair hoofddocent programmagroep psychonomie UvA
Folia 18 | 17