Inkijkexemplaar Flexx pb 3

Page 1

r

aa

Werken in de ICT

em

pl

vmbo Intersectoraal

Naam: ................................................................................................

In

kij

ke x

Klas: .................................................

Flexx_ICT_omslag_v2.indd 1

21-12-12 13:09


Colofon Uitgeverij: Edu’Actief b.v. Meppel Auteur: Jorinde Post Redactie: Edu’Actief b.v. Meppel Inhoudelijke redactie: Ingrid Koops en Arie Reijn Stramienontwerp: Herman ten Kate en Anniek Olsder Vormgeving: Tekst in Beeld Illustraties: Edu’Actief, Tekst in Beeld Drukwerk: ORO, Grafisch Projectmanagement, De Wijk

r

Met dank aan: Find You Consultancy, Nationale Politie en Simac Techniek NV Nederland

aa

Flexx Edu4all Werken in de ICT

pl

ISBN: 978 90 3720 744 6

kij

ke x

Copyright © 2013 Uitgeverij Edu‘Actief b.v. Postbus 1056 7940 KB Meppel Tel.: 0522 23 52 35 Fax: 0522 23 52 22 E-mail: info@edu-actief.nl Internet: www.edu-actief.nl

em

NUR: 100 Trefwoord: leermiddelen; vmbo Intersectoraal, WPS

Eerste druk/eerste oplage

In

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, microfilm, fotokopie of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means, without written permission from the publisher. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb. 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (Postbus 3060, 2130 KB) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912. De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.

flexx_casA-versie5_150113.indd 2

15-01-13 14:26


aa

r

3 em

pl

Werken in de ICT

ke x

Casus A

In

kij

Naam: .........................................................................................................

Klas: .................................................

flexx_casA-versie4_1812.indd 1

18-12-12 12:15


Colofon Uitgeverij: Edu’Actief b.v. Meppel Auteur: Jorinde Post Redactie: Edu’Actief b.v. Meppel Inhoudelijke redactie: Ingrid Koops en Arie Reijn Stramienontwerp: Herman ten Kate en Anniek Olsder Vormgeving: Tekst in Beeld Illustraties: Edu’Actief, Tekst in Beeld Drukwerk: ORO, Grafisch Projectmanagement, De Wijk

r

Met dank aan: Find You Consultancy, Nationale Politie en Simac Techniek NV Nederland

aa

Flexx Edu4all Werken in de ICT

pl

ISBN: 978 90 3720 744 6

kij

ke x

Copyright © 2013 Uitgeverij Edu‘Actief b.v. Postbus 1056 7940 KB Meppel Tel.: 0522 23 52 35 Fax: 0522 23 52 22 E-mail: info@edu-actief.nl Internet: www.edu-actief.nl

em

NUR: 100 Trefwoord: leermiddelen; vmbo Intersectoraal, WPS

Eerste druk/eerste oplage

In

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, microfilm, fotokopie of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means, without written permission from the publisher. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb. 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (Postbus 3060, 2130 KB) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912. De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.

flexx_casA-versie5_150113.indd 2

15-01-13 14:26


Inhoud Pictogrammen Vragen over de clip Eigen omgeving Vind ik belangrijk, kan ik, moet ik aan werken

Casus A Actie A1 Actie A2 Actie A3 Actie A4 Actie A5 Actie A6 Actie A7 Actie A8 Actie A9

Find You Consultancy Find You Consultancy Eigen ervaringen Website van Find You Zoekwoorden controleren Zoekwoorden bedenken Opslagmedia gebruiken Netwerk beheren Werken met HTML Even terugkijken

Casus B Actie B1 Actie B2 Actie B3 Actie B4 Actie B5 Actie B6 Actie B7 Actie B8 Actie B9 Actie B10 Actie B11

Nationale Politie Nationale Politie Eigen ervaringen Solliciteren bij de politie Sollicitatiegesprek voeren Meedoen aan een veiligheidsonderzoek Werken op de afdeling Functioneel beheer Telefonische vragen beantwoorden Vragen beantwoorden via de e-mail Mondelinge vragen beantwoorden BeĂŤdiging van nieuwe medewerkers Even terugkijken

Casus C Actie C1 Actie C2 Actie C3 Actie C4 Actie C5 Actie C6 Actie C7 Actie C8 Actie C9 Actie C10

Simac Techniek NV Simac Techniek NV Eigen ervaringen Eerste werkdag bij Simac Servidedesk Meeluisteren met een call Een call registeren Werken in een klantenteam E-mail beantwoorden Een call afronden Werkhouding verbeteren Even terugkijken

In

kij

ke x

em

pl

aa

r

Start 1 Start 2 Start 3

Reactie 1 Beroepen en opleidingen Reactie 2 Competenties Reactie 3 Afsluiting van het projectboek Begrippenlijst

flexx_casA-versie4_1812.indd 3

18-12-12 12:15


r aa pl em ke x kij In Gebruikersnaam en wachtwoord Bij dit projectboek hoort lesmateriaal dat je op de methodesite www.edu4all.nl kunt vinden. Om toegang tot deze site te krijgen, heb je een gebruikersnaam en een wachtwoord nodig. Vraag aan je docent welke dat zijn.

flexx_casA-versie4_1812.indd 4

18-12-12 12:15


Pictogrammen In dit projectboek komen de volgende pictogrammen voor:

Doe deze opdracht alleen.

Doe het rollenspel.

aa

r

Overleg met je docent.

pl

Laat het door je docent controleren.

em

Haal de opdrachten of de teksten op.

ke x

Kijk naar de clip.

kij

Lees de tip.

In

Gebruik het stappenplan.

Gebruik de minicursus.

Gebruik het stappenplan van een ander vak.

Gebruik de minicursus van een ander vak.

Zoek de betekenis op van de woorden die je niet kent. Ga daarvoor naar de Theek-iT.

flexx_casA-versie4_1812.indd 5

18-12-12 12:15


Start >> Werken in de ICT > Start 1 Vragen over de clip Als je werkt in de informatietechnologie (ICT), kun je bij heel veel verschillende bedrijven en instellingen werken. Bijvoorbeeld bij KPN, UPC en Tele2. Maar ook op scholen, bij uitgevers, de politie of bij een gemeente. Er is bijna geen beroep waar je niet met ICT te maken krijgt. Ook in het dagelijks leven hebben mensen elke dag met ICT te maken. Iedereen heeft daarom basiskennis nodig voor het gebruik van ICT. Maar er zijn ook beroepen waar je een speciale ICT-opleiding voor nodig hebt. Bijvoorbeeld voor het beroep van online marketing consultant, ICT-beheerder of netwerkbeheerder.

aa

r

1 Bekijk de clip ‘Werken in de ICT’.

pl

2 In de clip komen veel woorden voor die met ICT te maken hebben. Wat hoort bij elkaar? Trek een lijn tussen het woord en de juiste omschrijving. De eerste is al voorgedaan. Een apparaat dat gegevens via de telefoonlijn verzendt en ontvangt. Hierdoor kun je verbinding maken met internet.

programma

Een schijf die in de computer is ingebouwd en waarop je gegevens kunt opslaan. Je noemt dit ook wel de vaste schijf.

computer

Een machine waarmee je snel en gemakkelijk gegevens kunt verwerken.

file server

Een verbinding met internet. Instellingen in computerprogramma’s of apparatuur maken of wijzigen. Een computer binnen een netwerk die een dienst of informatie levert.

In

kij

configureren resetten

ke x

harde schijf

em

server

Een computer die bestanden volledig en zonder fouten naar een netwerk overbrengt.

modem

Een verzameling instructies die aangeeft wat een computer (de hardware) moet doen.

internetconnectie

De computer opnieuw opstarten als deze is vastgelopen en niet meer op toetsenbordaanslagen of muisklikken reageert.

3 In de clip zie je Ronald aan het werk bij een transportbedrijf. a Welke functie heeft Ronald?

b Op welk niveau heeft Ronald zijn mbo-opleiding gedaan?

S 1 van 8 flexx_casA-versie4_1812.indd 6

18-12-12 12:15


> Casus A

> Casus B

> Casus C

> Reactie

> Begrippenlijst

em

pl

aa

r

> Start

c Welke eigenschappen zijn voor een netwerkbeheerder belangrijk? Kruis de juiste antwoorden aan.

collegiaal zijn

servicegericht zijn

goed met elkaar omgaan

egocentrisch zijn

een 9-tot-5-mentaliteit hebben

oplossingsgericht zijn

ke x

kij

In

4 a Ronald vertelt over zijn werkzaamheden. Schrijf 3 werkzaamheden op die je in de clip hebt gehoord. 1 2 3

b Welke werkzaamheden lijken jou het leukst om te doen?

S 2 van 8 flexx_casA-versie4_1812.indd 7

18-12-12 12:15


Casus>> Start A >> Werken Werken in de in de ICTICT

5 Op welke manieren probeert Ronald problemen op te lossen? Kruis de juiste antwoorden aan.

beheer op afstand door het overnemen van de computer

beheer op afstand door naar de buitenlocatie te gaan

op een buitenlocatie een programma configureren

ter plaatse, op een buitenlocatie, het probleem oplossen

met een internetconnectie vanuit huis de server benaderen

aa

6 a Wat ziet Ronald als uitdagingen in zijn werk? Schrijf er 3 op. 1

3

4

Ja/nee, omdat

ke x

em

b Zou jij dat ook als uitdagingen zien?

pl

2

r

kij

7 Zoek de betekenis op van de woorden die je niet kent. Schrijf deze woorden en hun betekenis op in de begrippenlijst. De begrippenlijst vind je achter in dit projectboek.

In

> Start 2 Eigen omgeving

1 a Heb jij wel eens te maken gehad met een medewerker ICT? Bijvoorbeeld op school omdat je problemen met je computer had? Ja/nee Zo ja, wat voor probleem had je met je computer? Als je antwoord ‘nee’ is, ga dan naar opdracht 2.

b Vond je het interessant om te weten hoe de ICT’er het probleem oploste? Ja/nee Schrijf ook op waarom.

S 3 van 8 flexx_casA-versie4_1812.indd 8

18-12-12 12:15


pl

aa

r

Casus Start A >> Werken in de ICT

2 Werkzaamheden

kij

1 Bedrijf

ke x

em

2 Werk in tweetallen. Zoek 4 voorbeelden van ICT-bedrijven in de regio of provincie waar jullie school staat. Zoek bijvoorbeeld in de gemeentegids, het telefoonboek, de Gouden Gids en/of op internet. a Vul in de eerste kolom van het schema de naw-gegevens in. Het eerste voorbeeld hoef je alleen aan te vullen met de gegevens van een computerwinkel. b Bekijk de websites van de ICT-bedrijven. c Wat doet elk bedrijf precies? Vul dat in kolom 2 in. Geef een korte omschrijving van de werkzaamheden.

In

Computerwinkel

S 4 van 8 flexx_casA-versie4_1812.indd 9

18-12-12 12:15


Casus>> Start A >> Werken Werken in de in de ICTICT

3 a Vergelijk jouw antwoorden op vraag 2 met de antwoorden van het andere tweetal. Hebben jullie dezelfde of andere bedrijven gevonden? b Hebben jullie andere bedrijven gevonden? Vul jouw schema aan met de gegevens van het andere tweetal. 4 Bij welk bedrijf zou jij wel willen werken? omdat

aa

r

Bij

pl

ICT zorgt voor nieuwe banen, zoals netwerkbeheerder, maar het kan er ook voor zorgen dat banen verdwijnen.

In

kij

ke x

em

5 Welke banen verdwijnen er door de ICT? Schrijf er 3 op. Leg ook uit waarom die banen verdwijnen.

S 5 van 8 flexx_casA-versie4_1812.indd 10

18-12-12 12:15


Casus Start A >> Werken in de ICT

> Start 3 Vind ik belangrijk, kan ik, moet ik aan werken

In

kij

ke x

em

pl

aa

r

Als je in de ICT wilt werken, is kennis van computers en programma’s heel belangrijk. Voor het ene ICT-beroep heb je vooral kennis van de hardware nodig. Voor het andere ICT-beroep heb je vooral kennis van de software nodig. Soms is een combinatie van hardware- en softwarekennis noodzakelijk. Vaak heb je als ICT’er met klanten te maken. Die klanten kunnen interne klanten of externe klanten zijn. Dan is servicegerichtheid heel belangrijk. Collegialiteit en goed kunnen samenwerken horen daar ook bij. En als ICT’er moet je probleemoplossend kunnen werken. Een ICT’er heeft kennis nodig, je moet dingen kunnen en je moet een goede beroepshouding hebben. In het schema hierna staan punten die te maken hebben met de kennis, vaardigheden en beroepshouding die je nodig hebt om goed te kunnen werken als ICT’er.

S 6 van 8 flexx_casA-versie4_1812.indd 11

18-12-12 12:15


Casus>> Start A >> Werken Werken in de in de ICTICT

1 Welke punten vind jij belangrijk voor een ICT’er? Zet een kruisje in kolom 2. 2 Hebben jullie in je groep dezelfde antwoorden? Bespreek in je groep welke punten belangrijk zijn voor een ICT’er. 3 Welke punten kun jij zelf die belangrijk zijn voor dit werk? Zet een kruisje in kolom 3. 4 Aan welke punten zou jij nog moeten werken als jij dit werk wilt doen? Zet een kruisje in kolom 4.

r

5 Mijn persoonlijke doel is om tijdens dit projectboek de volgende 3 punten te verbeteren:

aa

1 2

pl

3

kij

ke x

em

6 Bekijk de opdrachten van Start. Heb je alle opdrachten gemaakt? Haal dan de antwoordbladen op en kijk je antwoorden na.

In

Kerncompetentiekaart Aan het eind van dit projectboek blik je terug op hoe de verbetering van de punten is gegaan. Ook bekijk je op welke punten jij je verder kunt ontwikkelen. Samen met je docent houd je dit op jouw kerncompetentiekaart bij. Die kaart kun je meenemen als je naar het mbo gaat. Zo ben je straks goed voorbereid op het competentiegericht onderwijs in het mbo.

S 7 van 8 flexx_casA-versie4_1812.indd 12

18-12-12 12:15


Casus Start A >> Werken in de ICT

1 Competenties

2 Vind ik belangrijk

3 Kan ik

4 Moet ik aan werken

Professionele vaardigheden Ik help anderen. Ik bedenk wat ik moet doen voordat ik ga beginnen. Ik maak het materiaal dat ik heb gebruikt schoon.

r

Ik werk met een goede lichaamshouding.

Ik ben zuinig met mijn eigen spullen en spullen uit het WPS-lokaal.

pl

Ik kan in correct Nederlands uitleggen wat ik gehoord of gelezen heb.

em

Ik kan hoofdrekenen. Ik pas me aan de groep aan.

aa

Ik scheid het afval.

Sociale en communicatieve vaardigheden

ke x

Ik vertel niets door als iemand mij in vertrouwen iets vertelt. Ik kan iets rustig en duidelijk vertellen.

kij

Ik toon begrip voor de situatie van een ander. Grondhouding

Ik toon inzet, ik doe mijn best.

In

Ik zorg ervoor dat mijn deel van het werk gedaan is. Ik geef mijn eigen mening als me dat gevraagd wordt. Ik kom op tijd. Ik help de klant zo goed mogelijk. Ik zoek de Theek-iT-woorden op die ik niet ken. ICT Ik weet welk computerprogramma ik bij opdrachten moet gebruiken. Ik zoek informatie op.

S 8 van 8 flexx_casA-versie4_1812.indd 13

Casus A >> 18-12-12 12:15


Casus A >> Werken in de ICT Mijn lesplanning bij Casus A 1 Bekijk Actie A1 tot en met Actie A9. Plan met je groep de acties in kolom 4.

Find You Consultancy

15

A2

Eigen ervaringen

10

A3

Website van Find You

70

A4

Zoekwoorden controleren

70

A5

Zoekwoorden bedenken

70

A6

Opslagmedia gebruiken

35 35

Back-up maken

20

Netwerk beheren

30

Werkplek opruimen

30

Gegevens in een grafiek zetten

30

Werken met HTML

In

40

Onderzoek naar social media

65

Even terugkijken

50

kij

A7

A8

6 Paraaf docent

ke x

Telefonisch hulp bieden

5 Af

aa

A1

4 Datum en lesuur

r

3 Richttijd in minuten

pl

2 Onderwerp

em

1 Actie

A9

2 Als je een actie af hebt, teken dan een vinkje

Of teken een streepje

in kolom 5.

als je de actie niet kon doen.

Je kunt een actie die je af hebt ook een kleur geven.

A 1 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 14

18-12-12 12:20


> Start

> Casus A

> Casus B

> Casus C

> Reactie

> Begrippenlijst

> Actie A1 Find You Consultancy Find You Consultancy is een jong bedrijf, opgericht in 2009. Het bedrijf is actief in de internetmarketing en social media. De diensten die Find You Consultancy de klanten levert, zijn gericht op:

In

kij

ke x

em

Find You Consultancy bevindt zich in een kantoorpand in Arnhem. In dat kantoorpand zitten meerdere bedrijven.

aa

r

het beter vindbaar maken van websites via zoekmachines het verhogen van het aantal bezoekers op een website het verhogen van de verkoop via internet een grotere naamsbekendheid.

pl

• • • •

Bij Find You Consultancy werken 4 mensen op kantoor: • Bonner Gibbs: Hij is de commercieel directeur van Find You Consultancy en het hoofd van de afdeling Sales. • Linda: Zij verzorgt support en beheer. Zij is een ervaren webdeveloper. • Ties: Hij is copywriter. • Debbie: Ook zij is copywriter. Verder werken er 4 mensen op de afdeling Sales. Zij leggen bezoeken af bij potentiële klanten. Deze verkopers zijn bijna nooit op kantoor. Zij zijn verkopers in de buitendienst.

A 2 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 15

18-12-12 12:20


pl

aa

r

Casus A >> Werken in de ICT

4

ke x

het netwerk beheren zoekwoorden controleren en bedenken klanten helpen gegevens ordenen websites ontwerpen.

kij

• • • • •

em

Jij loopt stage op het kantoor van Find You Consultancy. Je eerste stageweek zit erop. Je hebt met alle medewerkers een dag meegedraaid. Zo heb je het bedrijf een beetje leren kennen. Linda is jouw stagebegeleidster. De komende tijd ga je onder andere helpen bij de volgende taken:

In

1 Zoek de betekenis op van de woorden die je niet kent. Schrijf deze woorden en hun betekenis op in de begrippenlijst. De begrippenlijst vind je achter in dit projectboek. 2 a Op welke 2 terreinen is Find You Consultancy actief? 1 2

b Welke diensten levert Find You Consultancy? Schrijf er 2 op. 1 2

A 3 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 16

18-12-12 12:16


Casus A >> Werken in de ICT

3 Werk in tweetallen. a Vul het schema in. Wat zijn de functies van de personen die in kolom 1 staan? Noteer dat in kolom 2. b Schrijf in kolom 3 in je eigen woorden op wat voor functie dat is. c Zet in kolom 4 een kruisje achter de functie waar je een opleiding in de ICT voor nodig hebt. 2 Functie

3 Uitleg

4 ICT-opleiding voor nodig

Bonner Gibbs

• commercieel directeur • hoofd afdeling Sales.

• heeft de leiding over de commerciële activiteiten van een bedrijf • heeft de leiding over de afdeling Sales.

aa

r

1 Naam

pl

Linda

Debbie

In

kij

Verkopers in de buitendienst

ke x

em

Ties

4 a Wie is jouw stagebegeleidster? b Schrijf 3 taken op waarmee jij Find You gaat helpen. 1 2 3 Veel bedrijven hebben een lange naam. De werknemers maken die naam vaak korter. Dat geldt ook voor de mensen bij Find You Consultancy. Zij noemen het bedrijf gewoon Find You. Dat mag jij ook doen, maar niet in elke situatie.

A 4 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 17

18-12-12 12:16


Casus A >> Werken in de ICT

5 a In welke situaties mag je het best over Find You hebben? Kruis dat aan in kolom 2. b In welke situaties moet je de hele naam gebruiken? Kruis dat aan in kolom 3. 1 Situatie

2 Find You

Als je met collega’s over het bedrijf zit te praten

3 Find You Consultancy

X

Als je de telefoon van het bedrijf opneemt

r

Als je een brief namens het bedrijf schrijft

pl

> Actie A2 Eigen ervaringen

aa

Als je aan vrienden vertelt hoe het op het werk gaat

em

1 a Op school gebruik je regelmatig een zoekmachine. Welke gebruik jij het meest?

ke x

b Waarvoor gebruik jij die zoekmachine? Geef een voorbeeld.

kij

c Welke zoekmachines zijn er nog meer? Schrijf er 3 op. 1

In

2 3

d Wat zijn voorbeelden van Nederlandse zoekmachines? Schrijf er 3 op. 1 2 3

A 5 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 18

18-12-12 12:16


pl

aa

r

Casus A >> Werken in de ICT

kij

ke x

em

2 Stel, jij zoekt met een zoekmachine naar horloges. Een tijdje later kijk je op een website naar de weersverwachting. Ineens zie je dat er op die site een advertentie voor horloges staat. Dat is geen toeval. Dat gebeurt door cookies. Via cookies houden sommige bedrijven jouw gedrag op internet bij. a Wat vind jij ervan dat adverteerders cookies gebruiken om hun aanbod aan te passen aan jouw gedrag op internet?

In

b Vergelijk jouw antwoord met dat van je groepsleden. Brengt de mening van iemand anders jou op nieuwe ideeĂŤn? Schrijf die dan op.

Online marketing heeft als doel een product zo goed mogelijk via internet te verkopen. 3 a Heb jij of iemand die je kent wel eens iets op internet gekocht? Zo ja, wat was dat?

b Waarom kocht je dat product niet in een echte winkel?

A 6 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 19

18-12-12 12:16


Casus A >> Werken in de ICT

Voorbeelden van social media zijn Twitter, Hyves, Facebook en allerlei weblogs.

a

Maak jij gebruik van social media? Zo ja, welke?

b

Waarom gebruik jij social media?

a

Heb jij een eigen website of weblog? Zo ja, welke?

b

Waarom heb jij die website of weblog?

pl

em

ke x

5

aa

r

4

kij

> Actie A3 Website van Find You

In

Na jouw eerste stageweek heb je een gesprek met jouw stagebegeleidster. Linda vraagt jou wat je van de website van Find You vindt. Het gesprek komt op de vaktaal die je veel ziet op de site. Linda wil weten hoeveel kennis jij hebt van alle begrippen die met ICT te maken hebben. 1

a

Zoek de website van Find You Consultancy op. Wat is het webadres?

b

Omcirkel het deel van dit webadres dat de domeinnaam is.

A 7 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 20

18-12-12 12:16


em

pl

aa

r

Casus A >> Werken in de ICT

ke x

c De domeinnaam eindigt op .nl. Waar staat deze extensie voor? Kruis het juiste antwoord aan.

namelijk

Nederland

netwerklocatie

In

kij

national license

2 Welke diensten biedt Find You aan? Er zijn 8 antwoorden goed.

AdWords

marketingadvies

copywriting

social media

cursussen

webdesign

financieel advies

webhosting

linkbuilding

websiteoptimalisatie

A 8 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 21

18-12-12 12:31


Casus A >> Werken in de ICT

3 Bekijk de website van Find You. Welke indruk krijg jij van dit bedrijf? Licht je antwoord toe.

4 In de ICT kom je vaak de volgende begrippen tegen: • assembleren • installeren • systeemgebruikers.

aa

r

a Wat betekenen deze begrippen? Vul de juiste woorden in op de stippellijn. • mensen die werken achter de pc:

em

• programma’s toevoegen aan de pc:

pl

• losse hardwareonderdelen samenvoegen:

ke x

Bekijk het filmpje op www.edu4all.nl/ictmedewerker.

kij

b Als je na je opleiding bij een bedrijf wilt werken dat websites bouwt, kun je dan bij Find You terecht? Leg je antwoord uit.

In

5 a Elk bedrijf heeft een eigen logo. Zoek het logo van Find You op. Teken dit na.

b Bekijk het logo van Find You nog eens goed.

Waar lijkt het roze deel van het logo op?

A 9 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 22

18-12-12 12:23


Casus A >> Werken in de ICT

c Waarom heeft de ontwerper dit deel zo gemaakt, denk je?

d Hoe noem je dit symbool in het Nederlands?

@

e Welke Engelse term gebruik je vaak voor dit symbool? Geef ook de vertaling hiervan.

r

Engelse term:

aa

Vertaling:

em

pl

6 a Vergelijk jouw antwoorden met die van je groepsleden. Ziet iedereen hetzelfde in het logo? Ja/nee b Vinden jullie het een goed logo voor dit bedrijf? Licht je antwoord toe.

In

kij

ke x

7 Op de website van Find You staan allerlei Engelse woorden: home, linkbuilding, webdesign, website, copywriting, social media, blog, webshop, content, portfolio. a Maak 20 memorykaartjes. b Zet op 10 kaartjes de moeilijke woorden. c Zet op de andere 10 kaartjes de betekenis van deze woorden in het Nederlands: thuis, linkopbouw, ontwerpen van pagina’s voor internet, verzameling pagina’s op internet, schrijven van reclameteksten, sociale netwerken op internet, dagboek op internet, winkel op internet, inhoud, overzicht van iemands werk. d Schud de kaartjes en leg ze ondersteboven neer. Speel memory met je groepje. e Lukte het jou om kaartjes te verzamelen die bij elkaar horen?

Ja/nee, omdat

4 8 Zoek de betekenis op van de woorden die je niet kent. Schrijf deze woorden en hun betekenis op in de begrippenlijst. De begrippenlijst vind je achter in dit projectboek.

A 10 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 23

18-12-12 12:23


Casus A >> Werken in de ICT

> Actie A4 Zoekwoorden controleren

ke x

em

pl

aa

r

Op de website van Find You staat een portfolio. Daar zie je een aantal klanten van Find You.

In

kij

1 a Waarom zal er een portfolio op de website staan?

b Kijk op de website van Find You. Ga naar het portfolio. Welke klanten heeft Find You? Schrijf er 5 op. 1 2 3 4 5

A 11 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 24

18-12-12 12:26


Casus A >> Werken in de ICT

In het portfolio van Find You staat het bedrijf BMX Freestyle. Naast de afbeelding van de site van BMX Freestyle staat een schema. Boven in dat schema staan de woorden: zoekwoord, positie en URL. 2 a Wat is een zoekwoord?

b Wat is een ander woord voor ‘zoekwoord’? Schrijf een Nederlands en een Engels woord op.

aa

r

Nederlands: Engels:

• internet • Uniform Resource Locator • World Wide Web.

em

• adres • browser • www

pl

3 Maak de tekst af. Kies uit:

URL is een afkorting. Het staat voor

van een pagina of bestand op internet.

ke x

Een URL is het

Een voorbeeld van een URL is: www.edu4all.nl. De URL www.edu4all.nl begint met de afkorting

kij

De afkorting www betekent

Alle www-adressen vind je op

In

Een www-adres kun je bekijken in een

Linda wijst naar de pagina waar de klanten van Find You staan. Ze vertelt dat veel online marketing draait om Google. Google wordt het meest gebruikt om op internet te zoeken. Google open je in een browser. Find You gebruikt als browser meestal Mozilla Firefox. 4 a Wat is een browser? Omcirkel het juiste woord.

Een programma waarmee je webpagina’s kunt bekijken / maken.

b Wat is een zoekmachine? Omcirkel het juiste woord.

Een dienst op internet waarmee je webpagina’s kunt maken / zoeken.

A 12 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 25

18-12-12 12:26


Casus A >> Werken in de ICT

c Verbind de juiste woorden met de voorbeelden. Woord

Voorbeeld

browser

www.edu4all.nl

URL

Google

zoekmachine

Internet Explorer

Op welke plek in de lijst staat een pagina van BMX Freestyle?

em

pl

aa

5 a Ga naar www.google.nl. b Tik de zoekwoorden ‘BMX fiets’ in het zoekvenster van Google in. c Klik op de button ‘Google zoeken’. d Er verschijnt een hele lijst met zoekresultaten in Google.

r

Linda is bezig de website van Find You bij te werken. Ze vraagt jou om de tabel van BMX Freestyle te controleren.

ke x

e Klopt dit met de positie die op de website van Find You staat? Ja/nee f Controleer de andere posities die in de tabel van BMX Freestyle staan. Schrijf het resultaat op. De zoekwoorden ‘BMX winkel’ leveren de volgende positie op:

De zoekwoorden ‘BMX kopen’ leveren de volgende positie op:

In

kij

De zoekwoorden ‘BMX crossfiets’ leveren de volgende positie op:

6 Vind jij het nodig dat Linda de getallen op de website aanpast? Leg je antwoord uit.

Linda bedankt je voor de cijfers. Ze gaat het schema aanpassen met WordPress. Bij Find You zijn de medewerkers gespecialiseerd in werken met WordPress.

A 13 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 26

18-12-12 12:27


Casus A >> Werken in de ICT

7 a Omcirkel de juiste woorden.

WordPress is een content management systeem / asset management systeem.

Met WordPress kun je websites bouwen / e-mails bekijken.

WordPress is een voorbeeld van een social medium / webbased applicatie.

WordPress maakt deel uit van de hardware van je computer / een open

Cloud computing is wel / niet mogelijk met WordPress.

Cloud betekent: verzameling /wolk.

aa

r

source software.

afdruk

bladwijzer

favoriet

stempel

kij

ke x

em

pl

b Op internet staan veel afbeeldingen van cloud computing. Zoek een afbeelding die jij er goed bij vindt passen. c Maak een bookmark van de pagina waar die afbeelding staat. d Wat zijn 2 andere woorden voor een bookmark? Kruis de juiste antwoorden aan.

In

8 a Bekijk met je groep de afbeeldingen van cloud computing. b Kies samen de beste afbeelding. Teken deze afbeelding na in het kader.

Met een zoekmachine kun je teksten zoeken. Maar ook afbeeldingen. Daar kun je op klikken. Zo kom je op de webpagina waar die afbeelding staat.

A 14 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 27

18-12-12 12:27


Casus A >> Werken in de ICT

> Actie A5 Zoekwoorden bedenken Ties is 1 van de copywriters bij Find You. Hij schrijft teksten voor de websites van klanten. Die teksten moeten natuurlijk wel SEO zijn. Daarom is elke tekst die Ties schrijft nauwkeurig maatwerk. 1 Waar staat de afkorting SEO voor?

Search Engine Optimalisation

Selectief en Onderscheidend

Senior Executive Officer

Super Educatieve Onderwerpen

pl

ke x

em

Ties is bezig met een tekst voor een klant die ijskarretjes verhuurt. Deze klant, meneer Giacometti, heeft jarenlang zelf met ijskarretjes rondgereden. Dat wil hij niet meer. Hij wil zijn karretjes verhuren voor feesten, partijen en kinderfeestjes. De klant kan van tevoren 5 smaken Italiaans ijs uitkiezen. Meneer Giacometti brengt het karretje, gevuld met ijs. Na afloop haalt hij het karretje weer op. De klant kan zelf ijs scheppen. De naam van de onderneming is Festa Gelato.

aa

r

In

kij

Ties wil vandaag de tekst voor de website van meneer Giacometti schrijven. Om te beginnen heeft hij goede zoekwoorden nodig. Hij vraagt jou om mee te denken.

Gebruik het stappenplan: 59 Een woordweb maken.

2 a Maak op een A4 een woordweb rond de zin: ‘IJscokar met ijs te huur’.

A 15 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 28

18-12-12 12:28


Casus A >> Werken in de ICT

b Kies uit het woordweb 10 woorden waarmee jullie zouden zoeken naar een bedrijf dat ijscokarretjes met ijs verhuurt. 6

2

7

3

8

4

9

5

10

r

1

aa

Je hebt samen met Ties een heel stel zoekwoorden bedacht. Ties vraagt of jij wilt uitzoeken welke zoekwoorden het best scoren. Hij gaat ondertussen nadenken over een leuke slagzin voor Festa Gelato.

em

pl

Zoekwoorden kun je laten testen in Google AdWords. Find You heeft speciaal voor nieuwe medewerkers hiervoor een handleiding gemaakt.

ke x

Minicursus 25: Een handleiding lezen.

kij

Gebruik het stappenplan: 89 Bestand openen, opslaan en afsluiten in Excel.

In

3 a Haal het document ‘Handleiding AdWords’ op. b Werk in tweetallen. c Test de 10 zoekwoorden die je hebt bedacht bij de vorige opdracht. Volg hiervoor nauwkeurig de stappen in de handleiding. d Overleg met je docent waar je het gedownloade Excel-bestand mag opslaan. Sluit Google AdWords nog niet af.

Het Office-pakket heeft een aantal programma’s die heel geschikt zijn voor het werk op kantoor. Programma’s zoals Word (tekstverwerking), Excel (spreadsheets), PowerPoint (presentatieprogramma) en Outlook (e-mail) zijn standaardapplicaties waar heel veel mensen mee werken.

A 16 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 29

18-12-12 12:28


Casus A >> Werken in de ICT

4 a Open het Excel-bestand met de zoekwoorden. b Maak alle zoekwoorden vet die voldoen aan de volgende eisen: • De concurrentie is laag of normaal. • Het aantal lokale maandelijkse zoekopdrachten is hoger dan 50.000.

aa

r

In Excel kun je net als in Word letters vet maken. Dat doe je zo: • Selecteer de tekst die je vet wilt maken. • Klik op de dikke B in de werkbalk. De B staat voor bold. Het Engelse woord ‘bold’ betekent dik of vet.

5 a Kijk weer naar het resultaat op Google AdWords. Kies uit de lijst met ideeën voor zoekwoorden 5 zoekwoorden die aan deze 2 eisen voldoen:

pl

• De concurrentie is laag. • Het aantal lokale maandelijkse zoekopdrachten is hoger dan 50.000.

ke x

em

b Typ deze woorden onder de zoekwoorden die al in het Excel-bestand staan. Maak ook deze zoekwoorden vet. c Sla het Excel-bestand op. Zo heb je de veranderingen opgeslagen. d Sluit je browser af. e Laat je Excel-bestand door je docent controleren. f Sluit het Excel-bestand af.

In

kij

6 a Werk in tweetallen. b Leg elkaar in ongeveer 1 minuut uit waarom je deze zoekwoorden voor Ties hebt gemarkeerd en opgeschreven. Gebruik in je antwoord de woorden ‘concurrentie’ en ‘zoekopdrachten’. Schrijf je antwoord eerst op.

A 17 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 30

18-12-12 12:28


Casus A >> Werken in de ICT

Je vertelt Ties dat je het bestand met de zoekwoorden op de server hebt gezet. Ties kijkt wat ongeduldig. Hij zegt dat hij het bestand wil printen, maar dat printen sinds een uur niet meer lukt. Jij gaat uitzoeken wat er aan de hand is. Eerst probeer je zelf vanaf de computer van Ties te printen. Dan krijg je de melding dat de printer offline is. Je loopt naar de printer. Meteen zie je het probleem. De stekker zit niet goed in het stopcontact. 7 Waarom doet de printer het niet? De printer heeft geen verbinding met internet.

De printer krijgt geen stroom.

De printer kent geen Excel-bestanden.

De printer heeft geen inkt meer.

pl

aa

r

em

Je stopt de stekker in het stopcontact. Ties kan weer printen! 4

ke x

8 Zoek de betekenis op van de woorden die je niet kent. Schrijf deze woorden en hun betekenis op in de begrippenlijst. De begrippenlijst vind je achter in dit projectboek.

kij

> Actie A6 Opslagmedia gebruiken

In

Bij Find You is persoonlijk contact met de klanten belangrijk. Regelmatig bellen klanten op als ze vragen hebben. Meestal neemt Linda de telefoon op. Linda en jij zijn op kantoor. De telefoon gaat. Linda is druk en jij neemt op.

A 18 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 31

18-12-12 12:28


Casus A >> Werken in de ICT

1 Hoe neem jij de telefoon op? Schrijf op wat je zegt.

aa

r

De persoon aan de telefoon is een stagiair bij het bedrijf GoudWinst. GoudWinst is een klant van Find You en het bedrijf ligt vlak bij Find You in de buurt. De stagiair heet Bas. Bas zegt: ‘Ik heb foto’s gemaakt van sieraden. Volgens mijn collega gaan jullie die foto’s op onze site zetten. Hij heeft de foto’s op de computer gezet. Hoe krijg ik ze het best bij jullie?’

ke x

em

pl

Digitale foto’s maak je met een digitale camera. Ze komen op een geheugenkaartje. Je kunt de foto’s vanaf het geheugenkaartje op je computer zetten. Vanaf je computer kun je de foto’s op een ander geheugenkaartje zetten. Of op een ander digitaal opslagmedium.

kij

2 a Geheugenkaartjes gebruik je onder andere in een digitale camera. Om te weten welke soorten geheugenkaarten er zijn, kun je zoeken op internet. Gebruik hiervoor een zoekmachine. Welk zoekwoord toets je in?

In

b Wat is het Engelse woord voor geheugenkaart?

c Geef een voorbeeld van een ander soort apparaat dat met een geheugenkaartje werkt.

d Gebruik jij zelf een apparaat met een geheugenkaartje? Zo ja, welk apparaat is dat?

Jij vraagt aan Bas of er geheugenkaartjes op zijn werk liggen. Dat weet hij niet. Bas informeert bij een collega of er geheugenkaartjes zijn. Je hoort de collega roepen dat er USB-sticks liggen. Bas vraagt aan jou of een USB-stick goed is.

A 19 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 32

18-12-12 12:29


Casus A >> Werken in de ICT

3 Op welke foto staat een USB-stick? Zet een kruisje in het hokje bij de juiste foto.

pl

aa

r

Op een USB-stick kun je allerlei soorten bestandstypen zetten. Elke USB-stick heeft een bepaalde hoeveelheid geheugen. Bas kan zijn foto’s best op een USB-stick zetten. Maar eerst moet jij weten of de foto’s wel op de USB-stick passen. Want je kunt er niet eindeloos veel bestanden op zetten. Op een gegeven moment is het geheugen vol. Dat ga je uitrekenen.

em

Minicursus 69: Rekenen met kommagetallen.

kij

ke x

kB is de afkorting van kilobyte MB is de afkorting van megabyte GB is de afkorting van gigabyte 1.000 kB = 1 MB 1.000 MB = 1 GB

Jij vraagt aan Bas hoe groot de foto’s zijn. Bas vertelt dat hij 10 foto’s heeft gemaakt. Hij ziet in de Windows Verkenner dat elke foto 2.350 kB is.

In

4 a Hoeveel kB zijn deze 10 foto’s samen?

2.350 kB

23.500 kB

235.000 kB

kB. b Vul in: 1 MB = c De foto’s van Bas zijn samen 23.500 kB. Hoeveel MB is dat?

2,35 MB

23,5 MB

235,00 MB

A 20 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 33

18-12-12 12:29


Casus A >> Werken in de ICT

d Vul in: 1 GB = MB. e Wat is waar? Omcirkel het goede woord.

23,5 MB is meer / minder dan 1 GB.

f

Wat is waar? Omcirkel het goede woord.

23.500 kB is meer / minder dan 1 GB.

r

Je vraagt aan Bas of hij weet hoeveel GB de USB-stick heeft. Bas informeert bij zijn collega. Die roept dat er 4 GB op zit.

ke x

em

Jij vraagt Bas om de foto’s op de USB-stick te zetten. Dan kan hij de USB-stick zelf bij Find You afleveren. Jullie zullen de foto’s dan op de site van GoudWinst zetten. Bas weet niet hoe hij de foto’s op de USB-stick moet zetten. Hij vraagt of jij dat wilt uitleggen.

pl

aa

5 Passen de foto’s van Bas allemaal samen op de USB-stick van 4 GB? Leg je antwoord uit.

kij

6 Lees de zinnen en zet ze in de juiste volgorde. Doe dit door achter elke zin een nummer te plaatsen.

In

Ga naar de bestandsmap met de foto’s.

Doe de USB-stick in de goede poort.

Klik met de rechtermuisknop op de bestandsmap met de foto’s.

Klik met de rechtermuisknop op de bestandsmap: Verwisselbare schijf.

Kies voor: Plakken.

Open de Windows Verkenner.

Kies voor: Kopiëren.

Ga in de verkenner naar Deze computer of Computer.

A 21 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 34

18-12-12 12:29


Casus A >> Werken in de ICT

Telefonisch hulp bieden 7 a Haal een USB-stick. b Doe de USB-stick voorzichtig in de goede poort van de computer. c Overleg met je docent welke bestandsmap je mag kopiëren. d Kopieer dit bestand naar de USB-stick. Volg daarbij de stappen uit opdracht 6.

aa

r

Telefonisch hulp bieden

pl

Minicursus 54: Mondeling informatie geven. Minicursus 66: Telefoneren.

em

8 Oefen in tweetallen het gesprek met Bas. Het gesprek is klaar als Bas de bestandsmap op de USB-stick heeft gezet.

ke x

Leerling 1 is Bas. Bas weet niet hoe hij een bestandsmap naar een USB-stick moet kopiëren. Bas heeft een computer met een USB-stick in de goede poort. Leerling 2 is de stagiair bij Find You. Jij legt aan Bas uit hoe hij een bestandsmap naar een USB-stick moet kopiëren. Gebruik hiervoor de informatie uit opdracht 6.

kij

De andere leerlingen uit de groep observeren en vullen daarna observatieformulier 3.1 in. Wissel van rol. Zorg dat iedereen in de groep de rol van leerling 2 heeft geoefend.

In

Linda heeft gehoord dat jij aan Bas moest uitleggen welke poort voor een USB-stick is. Zij vertelt dat het eigenlijk jullie werk niet is, maar dat klanten wel vaker dit soort vragen stellen. De klanten krijgen dan meestal wel hulp of advies. 9 Vind jij dat de mensen van Find You hun klanten moeten helpen bij hun problemen met ICT? Bedenk met je groepje 2 argumenten vóór en 2 argumenten tegen. Voor: 1 2 Tegen: 1 2

A 22 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 35

18-12-12 12:29


Casus A >> Werken in de ICT

Hoe vind jij het om Bas te helpen? Omcirkel het juiste antwoord. Ik vind dat dit wel / niet bij mijn taken hoort. Hoe had Bas het anders kunnen aanpakken? Stuur jij wel eens digitale foto’s naar vrienden, familie of bedrijven? Ja/nee Zo ja, op welke manier doe jij dat?

aa

Weet je dat er ook sites zijn waarmee je grote bestanden online kunt versturen? Een voorbeeld hiervan is www.wetransfer.com. Met deze website kun je bestanden tot 2 GB versturen. Je hebt hiervoor dan geen USB-stick nodig, alleen een e-mailadres van de ontvanger.

r

10 a b c d

em

pl

Back-up maken Aan het eind van elke werkdag maakt een back-upprogramma automatisch een back-up van alle nieuwe bestanden op de server. Er gaat dan een kopie van de server naar een externe harddisk. 11 Waarom moet je regelmatig een back-up maken?

Zo gaat er geen werk verloren.

ke x

Zo kun je aan de opdrachtgevers laten zien hoelang je ergens aan werkte.

Zo kunnen anderen je werk overnemen als je ziek bent.

In

kij

Gegevens kunnen beschadigen of verloren gaan. Bijvoorbeeld door: • • • • • •

diefstal van een computer een pc-storing per ongeluk verwijderen van bestanden een virus een stroomstoring brand.

A 23 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 36

18-12-12 12:29


aa

r

Casus A >> Werken in de ICT

em

pl

12 Jij ziet dat Find You de gegevens goed beveiligt. Met antivirusprogramma’s, een firewall en de dagelijkse back-up. Toch zijn de gegevens nooit helemaal veilig. Jij vraagt Linda of ze ook een online back-up maken. a Bedenk 2 voordelen van een online back-up. 1 2

1 2

ke x

b Bedenk 2 nadelen van een online back-up.

In

kij

13 a Maak jij thuis wel eens een back-up van je gegevens? Ja/nee b Zo ja, welke gegevens zijn dat en hoe maak jij de back-up?

c Maak jij op school wel eens een back-up van je gegevens? Ja/nee d Zo ja, welke gegevens zijn dat en hoe maak jij de back-up?

e Zo nee, wie zorgt voor de back-up?

14 Bespreek de antwoorden met je groep. Misschien kun jij er nog wat van leren of kun je de anderen iets leren.

A 24 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 37

18-12-12 12:29


Casus A >> Werken in de ICT

> Actie A7 Netwerk beheren

ke x

em

pl

aa

r

Find You geeft regelmatig cursussen aan klanten en andere geïnteresseerden. De cursussen gaan over internetmarketing. Bijvoorbeeld over Google AdWords of over het inzetten van social media. Bonner Gibbs is degene die deze cursussen geeft.

kij

Er is een aparte ruimte voor de cursussen. Daar staan tafels en stoelen, een beamer en verschillende pc’s. Bonner geeft jou opdracht om alles in orde te maken voor de eerstvolgende cursus over social media. Bij de cursus van de vorige dag werkte internet ineens niet. Ook was 1 computer erg traag. Bonner wil dat jij de verbinding met internet controleert. En dat jij kijkt waarom die computer zo traag is. Hij geeft jou de tekening waarop staat hoe het netwerk in elkaar zit.

In

1 a Haal het document ‘Tekening netwerk’ op. b Geef de onderdelen een kleur: • • • •

Maak internet blauw. Maak het modem rood. Maak de router groen. Maak de vaste verbindingen (de doorgetrokken lijnen) paars. Dit zijn bekabelde verbindingen. • Maak de draadloze verbindingen (stippellijnen) geel. Dit zijn wifiverbindingen.

Jij gaat aan de slag in de cursusruimte. Eerst controleer je de aansluiting op internet. Je ziet dat het power-lampje van het modem brandt. Maar de lampjes die de internetverbinding aangeven branden niet. Er is dus geen verbinding. Daarom herstart jij het modem. Het werkt. De verbinding met internet werkt weer.

A 25 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 38

18-12-12 12:29


Casus A >> Werken in de ICT

2 Bekijk nogmaals het document Tekening netwerk. Waar zit het modem? tussen de router en de mobiele telefoon

tussen de router en de pc’s

tussen internet en de router

em

pl

aa

r

3 Op school heb je ook internet. Zoek uit hoe dat bij jou op school werkt. Omcirkel de juiste woorden. a Is er bij jou op school een netwerkbeheerder? Ja/nee b Heeft jouw school een vaste internetaansluiting? Ja/nee c Zo ja, wat is het voor soort aansluiting? ADSL / Kabel d Heeft jouw school wifi? Ja/nee e Heeft jouw school een patchkast? Ja/nee f Heeft jouw school een netwerkserver? Ja/nee g Heeft jouw school een router of een hub? Router / hub / geen van beide

ke x

Je onderzoekt ook de trage computer in de cursusruimte. Je ziet al snel wat er aan de hand is. Op deze computer zetten cursisten vaak zelf nieuwe software om mee te oefenen. Na de cursus halen ze de software er weer af. Maar daardoor blijven er altijd wat losse stukjes van bestanden op de computer achter. Jij gaat hem daarom opschonen. Met een speciaal programma is dit snel gebeurd.

kij

4 a Schoon jij thuis jouw computer wel eens op? Ja/nee b Zo ja, wat doe jij dan?

register opschonen met registry cleaner

harde schijf defragmenteren

In

oude software verwijderen

tijdelijke bestanden verwijderen

anders, namelijk:

c Doe jij dat alleen, of werk je dan samen?

A 26 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 39

18-12-12 12:30


Casus A >> Werken in de ICT

em

pl

aa

r

Werkplek opruimen Een computer lijkt wel wat op een bureau vol papieren, tijdschriften en dossiers. Op al die papieren staat informatie. Maar hoe vind je de goede informatie? Dat lukt je alleen als alles een eigen plek heeft. Dus moet je je bureau ordenen. Net als je computer moet je de informatie goed sorteren, soort bij soort. En wegdoen wat je niet meer nodig hebt. Ook schoonmaken hoort hierbij.

ke x

Bij Find You heeft iedereen 3 bakjes op zijn bureau:

kij

• Een bakje met ‘IN’. Hierin zit de post van vandaag. En je collega’s leggen er papieren in waar jij iets mee moet doen. • Een bakje met ‘Actie of doorlezen’. Dit zijn de papieren waar jij mee aan de slag gaat. En interessante artikelen en dergelijke die jij wilt lezen. • Een bakje met ‘Opbergen of wegdoen’. Hierin zitten de afgewerkte papieren. Spullen die je aan anderen moet geven, opruimen of weggooien.

In

5 a Werk in tweetallen. b Haal de bureaubakjes met de stapel bureaupapieren op. Zorg ervoor dat alle papieren in het bakje ‘IN’ zitten. c Sorteer de papieren over de 3 bakjes. d Laat het andere tweetal je bakjes controleren. e Wat zou je de volgende keer in een ander bakje stoppen? Licht je antwoord toe.

A 27 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 40

18-12-12 12:30


Casus A >> Werken in de ICT

Gegevens in een grafiek zetten Binnenkort geeft Bonner weer de cursus Google Analytics. Hierbij wil hij als voorbeeld de gegevens over de bezoekers van www.find-you.nl gebruiken. Bonner vraagt jou of jij van die gegevens grafieken wilt maken. Hij wil graag grafieken van de volgende gegevens:

ke x

em

pl

aa

r

• waar de bezoekers vandaan komen • de bezoekersaantallen per pagina van find-you.nl in de maand januari 2013 • de bezoektijd per pagina van find-you.nl in de maand januari 2013.

kij

Gebruik het stappenplan: 89 Bestand openen, opslaan en afsluiten in Excel 70 Een staafgrafiek maken in Excel.

In

6 a Haal het document ‘Overzicht bezoekers Find You’ op. b Open een leeg Excel-document.

c Overleg met je docent waar je het document mag opslaan. d Sla het op onder de naam: bezoekers-findyou-[jouwnaam].

7 a Kijk in het Overzicht bezoekers Find You bij ‘Bezoeken per bron’. b Klik met de rechtermuisknop onderaan in jouw Excel-document op Blad 1. Wijzig de naam hiervan in ‘Bezoeken per bron’. c Zet in kolom A de naam van de bron. Dus bijvoorbeeld: Direct of Google. d Zet in kolom B de percentages. Dus achter Direct zet je 29,48. e Sorteer alle cellen waarin je gegevens hebt gezet. f Klik op ‘Invoegen’ in de standaardwerkbalk. g Klik op Cirkel en kies ‘2D-cirkel’. Komt jouw grafiek overeen met de grafiek op het Overzicht bezoekers Find You? Dan heb je het goed gedaan. h Sla het bestand op. Sluit het niet af.

A 28 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 41

18-12-12 12:30


Casus A >> Werken in de ICT

8 a Klik in jouw Excel-document onderaan het werkblad op Blad 2. b Verander de naam van Blad 2 in ‘Bezoeken per pagina’. c Zet in kolom A de naam van de pagina. Bijvoorbeeld: ‘Contact’ of ‘Portfolio’. d Zet in kolom B de paginaweergaves. Bijvoorbeeld achter ‘Contact’ zet je ‘77’. e Maak van deze gegevens een staafgrafiek met cilinders. f Sla het bestand op. Sluit het niet af.

r

9 a Klik in jouw Excel-document onderaan het werkblad op Blad 3. b Verander de naam van Blad 3 in ‘Tijd per pagina’. c Zet in kolom A de namen van de pagina’s die je hebt genoteerd op Blad 2. d Zet in kolom B de gemiddelde tijd dat een bezoeker op die pagina is. e Maak van deze gegevens een kolomgrafiek met 3D-kolommen. f Sla het bestand op. Sluit het niet af.

pl

em

> Actie A8 Werken met HTML

aa

10 a Laat je docent het bestand controleren. b Sluit het bestand af.

ke x

Webdesign is 1 van de diensten van Find You. Find You ontwerpt en bouwt websites voor klanten die daarom vragen. Klanten kunnen hun huisstijl laten verwerken in een template of ze kiezen voor een heel nieuw ontwerp.

In

kij

1 a Ga naar www.edu4all.nl/webdesign. b Wat is goedkoper: een website met behulp van een template ontwikkelen of een website ontwerpen?

2 a Bekijk de website van Find You. Op welke social media kun je Find You volgen? Ga met je muis op de knopjes staan, zonder erop te klikken.

b Welke kleur heeft de knop van Twitter?

A 29 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 42

18-12-12 12:30


Casus A >> Werken in de ICT

Linda werkt aan een website voor een nieuwe klant. Ze denkt na over een heel aparte pagina waarop alleen het kleine Twitter-knopje centraal staat. Ze vraagt jou of jij de kleuren voor die pagina wilt bedenken. De echte knop kan er later in. De klant heeft voor deze pagina 2 voorwaarden gesteld: • De Twitter-knop moet in het midden staan en flink opvallen. • De pagina met de Twitter-knop moet vrolijke kleuren hebben. 3 a Haal het document ‘Werken met Kladblok of Teksteditor’ op. b Onderzoek op welke computer je werkt:

g

r

aa

c d e f

em

4 Ga naar www.edu4all.nl/kleurentabel.

pl

• Werk je op een Windows-computer? Open dan het programma Kladblok. • Werk je op een Apple-computer? Open dan het programma Teksteditor. Ga naar www.edu4all.nl/twitterpagina. Overleg met je docent waar je de Twitter-pagina mag opslaan. Sla de pagina op. Open de pagina die je hebt opgeslagen in het Kladblok of de Teksteditor. Je ziet nu de broncode van het HTML-bestand. Sla het bestand op. Sluit het niet af.

In

kij

ke x

5 a Open in je browser een nieuw tabblad. b Open in het tabblad de twitterpagina.htm die je net hebt opgeslagen. Als het goed is, zie je een blauwe tabel. In het middelste witte vak staat de tekst Twitter. In de buitenste vakken staan getallen. c Bekijk weer de broncode in het Kladblok of de Teksteditor. Daar zie je ook de getallen 1 t/m 7 staan. Vervang het getal 2 door het woord ‘test’. Sla de broncode op. d Ga naar je browser. Klik op de knop ‘Vernieuwen’. Bekijk wat er verandert. e Bekijk de broncode. Je ziet er de kleurcode #87CEEB een paar keer in staan. Die code staat voor hemelsblauw. f Neem de eerste keer dat je #87CEEB ziet staan. Vervang deze code door een code die je zelf uit de kleurtabel kiest. Sla de broncode op. g Ga naar je browser. Klik weer op de knop ‘Vernieuwen’. Bekijk wat er verandert. h Vervang de kleur van alle cellen door kleuren die je zelf mooi vindt. Sla steeds de veranderingen op en vernieuw de pagina daarna in je browser. Zo zie je wat je doet. i Ben je tevreden over je kleuren? Sla het bestand dan nog een keer op. j Sluit het Kladblok of de Teksteditor af. Je laat de vernieuwde pagina aan Linda zien. Zij vraagt je de broncode van een Twitter-knop toe te voegen aan het middelste vak.

A 30 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 43

18-12-12 12:30


Casus A >> Werken in de ICT

pl

aa

r

Onderzoek naar social media Steeds meer mensen gebruiken social media. Op de website van Find You staat:

em

Bonner is heel benieuwd naar het gebruik van social media bij jongeren tussen 12 en 16 jaar. Daar wil hij graag wat over vertellen in de cursus over social media. Jij gaat daarom op jouw school onderzoek doen. Je gaat 3 dingen onderzoeken:

In

kij

ke x

• hoeveel leerlingen social media gebruiken • wat de top 3 van social media is • waar je klasgenoten social media voor gebruiken.

Minicursus 44: Enquêteren. Minicursus 81: Rekenen met procenten.

A 31 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 44

18-12-12 12:30


Casus A >> Werken in de ICT

Gebruik de stappenplannen: 101 Een presentatie maken in PowerPoint 100 Een nieuwe dia invoegen in PowerPoint 102 Een presentatie bekijken in PowerPoint.

6 Je gaat met jouw groep minimaal 16 medeleerlingen interviewen. Die hoeven niet in jouw klas te zitten. Stel de vragen uit het schema op deze en de volgende bladzijde. Omcirkel de antwoorden.

aa

niemand dubbel interviewt duidelijk uitlegt dat je geen persoonlijke gegevens zult gebruiken uitlegt waarom je dit interview houdt achteraf bedankt voor de medewerking. Antwoord 12

Hoe oud ben je?

13

Turf hier de antwoorden

ke x

14

em

Vraag

pl

• • • •

r

Let erop dat je:

15 16

Twitter

In

kij

Welke social media gebruik je? Noem alle social media op die je wel eens gebruikt.

Facebook Hyves

LinkedIn Google+ Anders, namelijk:

A 32 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 45

18-12-12 12:30


Casus A >> Werken in de ICT

Vraag

Antwoord

Hoe vaak gebruik je social media?

Elke dag

Turf hier de antwoorden

Een paar keer per week 1 keer per week

aa

Kletsen Spullen uitzoeken Afspraken maken Spelletjes doen

pl

Waar gebruik je social media voor? Je mag meerdere antwoorden kiezen.

r

Anders, namelijk:

em

Foto’s en filmpjes uitwisselen

Op de hoogte blijven van het nieuws

kij

ke x

Anders, namelijk:

In

7 Maak van dit onderzoek een korte presentatie in PowerPoint. Zet daarin: • • • • • • • •

hoeveel leerlingen aan het onderzoek meededen wat de gemiddelde leeftijd van deze leerlingen is welke social media de leerlingen gebruiken welke social media het populairst zijn Maak een top 3. Welk sociaal medium is het populairst, welk tweede en welk derde? hoe vaak de leerlingen gebruikmaken van de social media waar de leerlingen de social media voor gebruiken waarvoor de leerlingen de social media het meest gebruiken Maak een top 3. wat de conclusie is van je onderzoek.

Je mag je presentatie ook in Prezi maken.

A 33 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 46

18-12-12 12:30


aa

r

Casus A >> Werken in de ICT

b Ik geef de presentatie aan:

pl

8 a Vraag aan je docent aan wie je de presentatie mag geven.

In

kij

ke x

em

c De beoordeling van de presentatie is: goed / niet zo goed. d Wat kun je een volgende keer verbeteren?

A 34 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 47

18-12-12 12:30


Casus A >> Werken in de ICT

> Actie A9 Even terugkijken 1 Bekijk de acties van deze casus. Heb je alle opdrachten gemaakt? Haal dan de antwoordbladen op en kijk je antwoorden na.

aa

Verbeter de antwoorden met een andere kleur. Zo zie je snel welke onderwerpen je moeilijk vindt. Deze onderwerpen moet je extra goed leren voor de toets of voor het examen.

r

2 Verbeter de antwoorden die niet goed zijn.

pl

3 Schrijf 2 theoretische punten op die je in deze casus hebt geleerd. Ik weet nu dat:

em

1 2

1 2

ke x

4 Schrijf 2 praktische vaardigheden op die je in deze casus hebt ontwikkeld. Ik kan nu:

In

kij

Haal Casus B op en voeg deze toe aan je map.

A 35 van 35 flexx_casA-versie4_1812.indd 48

Casus B >> 18-12-12 12:33


Casus A >> Werken in de ICT

aa

r

3

em

pl

Werken in de ICT

In

kij

ke x

Reactie

flexx_casA-versie4_1812.indd 49

18-12-12 12:32


Reactie >> Werken in de ICT > Reactie 1 Beroepen en opleidingen

em

pl

aa

r

ICT kom je tegen in bijna alle organisaties en in alle sectoren. Bijvoorbeeld bij transportbedrijven, bij technische bedrijven, bij telecombedrijven en bij de overheid. Ook kun je bij een ICT-bedrijf werken, zoals een internetbedrijf, of bij een ICT-dienstverlenend bedrijf. De meeste bedrijven hebben een ICTafdeling. Deze afdeling heeft vaak een ondersteunende taak voor de andere afdelingen in een bedrijf. Zo beheren de medewerkers op de ICT-afdeling het netwerk en lossen zij computerproblemen van collega’s op. Als je carrière wilt maken binnen de ICT, kun je misschien na de mbo-opleiding wel doorstromen. Bijvoorbeeld naar een hbo-opleiding. Voor veel ICT-beroepen is het nodig om interne bedrijfscursussen te volgen.

ke x

1 Maak een overzicht van ICT-beroepen met de bijbehorende mbo-opleidingen en toelatingseisen.

Beroepen

kij

Kijk op de websites van mbo-scholen en roc’s bij jou in de buurt.

In

Medewerker ICT

Mbo-opleiding

Toelatingseisen

Opleiding Medewerker ICT niveau 2

Diploma vmbo BBL

R 1 van 6 flexx_casA-versie4_1812.indd 50

18-12-12 12:16


> Start

> Casus A

> Casus B

> Reactie

> Casus C

> Begrippenlijst

aa

r

In de ICT zijn allerlei functies. Deze functies hebben verschillende namen. Toch is het takenpakket van die functies vaak hetzelfde. Op de site www.edu4all.nl/beroep vind je informatie over de mbo-functies en opleidingen. En informatie over de kans op een stageplaats en een baan. Niet overal in het land is snel werk te vinden in de ICT. Veel werkgevers vragen een hbo-diploma. Wel zijn er veel banen waarin je iets te maken hebt met ICT. Daarom werk je op het vmbo en mbo al vaak met een computer. Met ICT kun je ook nog een andere kant op: de kant van de grafimedia. Dan ben je meer bezig met de nieuwe media, webdesign en het ontwerpen van games. Ben je meer in deze kant van de ICT geïnteresseerd? Kijk dan op www.edu4all.nl/grafimedia.

em

pl

2 Welke opleiding lijkt jou leuk?

3 a Zou jij willen werken als ICT’er of in een beroep waarbij je veel met ICT te maken hebt? Ja/nee, omdat

ke x

kij

b Zou jij willen werken in een beroep waarbij je veel met Engelstalige vaktermen te maken hebt? Ja/nee, omdat

In

4 a Welke werkzaamheden in de ICT spreken jou het meest aan?

zoekwoorden controleren en bedenken

websites ontwerpen

problemen oplossen

advies en ondersteuning geven aan klanten

service verlenen aan klanten

ervoor zorgen dat computerprogramma’s goed werken

anders, namelijk:

R 2 van 6 flexx_casA-versie4_1812.indd 51

18-12-12 12:34


Reactie >> Werken in de ICT

b Welk beroep in de ICT spreekt jou het meest aan?

em

pl

aa

Misschien heb je straks (nog) niet de juiste vmbo-opleiding voor de opleiding die jij graag wilt doen. Bespreek dan met je docent via welke opleidingsweg je daar toch kunt komen.

r

c Misschien wil je niet in de ICT werken. Welk ander beroep vind jij goed bij jou passen? Licht je antwoord toe.

> Reactie 2 Competenties

ke x

Toen je aan dit projectboek begon, heb je bij Start 3 ingevuld aan welke punten jij zou moeten werken als je in de ICT aan de slag wilt. Deze punten horen bij competenties. Bijvoorbeeld ‘Ik bedenk wat ik moet doen voordat ik ga beginnen’ hoort bij de competentie ‘Plannen en organiseren’. ‘Ik help de klant zo goed mogelijk’ hoort bij de competentie ‘Servicebewust handelen’.

1

In

2

kij

1 Wat zijn de punten die je bij Start 3 hebt ingevuld?

3

2 Vind je dat je nu beter bent in deze punten? Ja/nee Licht je antwoord toe.

3 Hoe heb je gewerkt? Vul het schema in. Geef aan hoe goed je nu bent.

R 3 van 6 flexx_casA-versie4_1812.indd 52

18-12-12 12:16


>> Werken in de ICT Reactie >> WerkenReactie in de gehandicaptenzorg 1

Competenties = onvoldoende = matig = voldoende = goed = super goed

Naam: ...................................................................................... Leerjaar: ........................................... Ronde: 1/2/3/4/5/6/7/8 Datum: ............................................. Punten die horen bij de competenties

Competenties

r

Professionele vaardigheden

Hoe goed kun je dit?

Ik help anderen.

Plannen en organiseren

Ik bedenk wat ik moet doen voordat ik ga beginnen.

Hygiënisch werken

Ik maak het materiaal dat ik heb gebruikt schoon.

Veilig werken

Ik werk met een goede lichaamshouding.

Milieubewust werken

Ik scheid het afval.

em

pl

aa

Samenwerken en overleggen

kij

ke x

Doelmatig omgaan met Ik ben zuinig met mijn eigen spullen en spullen uit het WPSmaterialen en middelen lokaal. De Nederlandse taal functioneel Ik kan in correct Nederlands uitleggen wat ik gehoord of gebruiken gelezen heb. Basaal niveau rekenvaardigheid Ik kan hoofdrekenen. beheersen Zich aanpassen aan en inpassen in Ik pas me aan de groep aan. de bedrijfscultuur Sociale en communicatieve vaardigheden Omgaan met cliënten of klanten

Ik vertel niets door als iemand mij in vertrouwen iets vertelt.

Presenteren

Ik kan iets rustig en duidelijk vertellen.

In

Zich inleven in de ander

Ik toon begrip voor de situatie van een ander.

Grondhouding Werkhouding

Ik toon inzet, ik doe mijn best.

Verantwoordelijk zijn

Ik zorg ervoor dat mijn deel van het werk gedaan is.

Eerlijk zijn

Ik geef mijn eigen mening als me dat gevraagd wordt.

Omgaan met regels en afspraken

Ik kom op tijd.

Servicebewust handelen

Ik help de klant zo goed mogelijk.

Leren leren

Ik zoek de Theek-iT-woorden op die ik niet ken.

ICT Werken met relevante ICTtoepassingen

Ik weet welk computerprogramma ik bij opdrachten moet gebruiken.

Informatie zoeken en beoordelen

Ik zoek informatie op.

R 4 van 6 flexx_casA-versie4_1812.indd 53

18-12-12 12:16


Reactie >> Werken in de ICT

4 Tel op hoe vaak je ‘voldoende’ hebt ingevuld in kolom 3. Tel ook op hoe vaak je ‘goed’ of ‘super goed’ hebt ingevuld. Ik heb

voldoende.

Ik heb

goed of super goed.

ke x

em

6 Waar moet je nog aan werken?

pl

aa

r

5 Welke conclusie trek jij hieruit?

In

kij

7 Wat betekent dit voor jou als je in dit werkveld zou willen werken?

R 5 van 6 flexx_casA-versie4_1812.indd 54

18-12-12 12:16


>> Werken in de ICT Reactie >> WerkenReactie in de gehandicaptenzorg 1

> Reactie 3 Afsluiting van het projectboek 1 Bekijk de opdrachten van Reactie. Heb je alle opdrachten gemaakt? Haal dan de antwoordbladen op en kijk je antwoorden na. 2 Overleg met je docent welke opdracht(en) jullie voor het reactiedeel verder nog moeten doen. Laat met die opdrachten zien wat je geleerd hebt op deze werkplek. De opdrachten kunnen zijn:

r

een kennistoets een minicursus een praktijktoets een presentatie een prestatie.

aa

• • • • •

em

pl

Gebruik het stappenplan: 55 Leren voor een toets.

In

kij

ke x

Minicursus 35: Een presentatie voorbereiden. Minicursus 34: Een presentatie geven.

R 6 van 6 flexx_casA-versie4_1812.indd 55

Begrippenlijst >>

18-12-12 12:16


Begrippenlijst >> Betekenis

In

kij

ke x

em

pl

aa

r

Begrip

flexx_casA-versie4_1812.indd 56

18-12-12 12:16


> Start

> Casus A

> Casus C

> Reactie

> Begrippenlijst

Betekenis

In

kij

ke x

em

pl

aa

r

Begrip

> Casus B

flexx_casA-versie4_1812.indd 57

18-12-12 12:16


Begrippenlijst >> Werken in de ICT

Betekenis

In

kij

ke x

em

pl

aa

r

Begrip

flexx_casA-versie4_1812.indd 58

18-12-12 12:16


Begrippenlijst >> Werken in de ICT

Betekenis

In

kij

ke x

em

pl

aa

r

Begrip

flexx_casA-versie4_1812.indd 59

18-12-12 12:16


Begrippenlijst >> Werken in de ICT

Betekenis

In

kij

ke x

em

pl

aa

r

Begrip

Is je begrippenlijst vol? Haal dan extra begrippenlijsten op en voeg deze toe aan je map.

flexx_casA-versie4_1812.indd 60

18-12-12 12:16


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.