40535 Activiteitenprogramma

Page 1

fb .v

.

Project

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

Activiteitenprogramma


Auteur: Anne Haselberg Inhoudelijke redactie: Napona Smid Titel: Project Activiteitenprogramma

tie

ISBN: 978 90 3724 053 5

fb .v

Uitgeverij: Edu’Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl

.

Colofon

©

u' Ac

Edu’Actief b.v. 2018 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Ed

Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.

U

itg

ev

er

ij

Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu’Actief, te vinden op www.edu-actief.nl.


4

Vooronderzoek

8

Ontwerpfase

11

Voorbereidingsfase Realisatiefase

15 16

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

Oplevering

14

fb .v

Over dit Project

.

Inhoud

3


Over dit Project

Over dit Project

.

Inleiding

Ed

u' Ac

tie

fb .v

Ontwerp een activiteitenprogramma dat aansluit op het VVE-programma van een kinderdagverblijf of peuterzaal. Tijdens het ontwerpen van het activiteitenprogramma laat je kinderen actief meedenken door middel van kinderparticipatie. Ook inventariseer je wat de wensen van de pedagogisch medewerkers zijn. Laat het activiteitenprogramma aansluiten bij de belevingswereld, de ontwikkeling en de wensen van de kinderen en de organisatie.

ij

Neem in jullie programma activiteiten op die de ontwikkeling van kinderen stimuleren.

er

Leerdoelen

U

itg

ev

Je kunt: • een VVE-programma kort inhoudelijk beschrijven • verschillende manieren benoemen van kinderparticipatie binnen de kinderopvang • kinderen en pedagogisch medewerkers actief betrekken tijdens het ontwerpen van activiteiten • op een passende manier communiceren naar kinderen en pedagogisch medewerkers toe • een activiteitenprogramma ontwikkelen dat aansluit bij een VVE-programma • een activiteitenprogramma ontwikkelen dat aansluit bij de ontwikkeling en behoeften van kinderen • pedagogisch medewerkers informeren over het project door middel van een filmpje of diapresentatie • een presentatie geven over het activiteitenprogramma aan pedagogisch medewerkers.

4


Over dit Project

Projectbeschrijving Casus

fb .v

.

Voor deze opdracht ga je aan de slag voor een echte opdrachtgever. Je gaat een activiteitenprogramma maken dat in de praktijk door pedagogisch medewerkers gebruikt gaat worden. Met deze opdracht kun je echt een visitekaartje aan de praktijk afgeven. Dus wees creatief en lever een inhoudelijk goed en verzorgd product af.

tie

VVE-programma’s hebben vaak een belangrijke plek binnen een kinderdagverblijf of peuterzaal. VVE-programma’s zijn erop gericht om kinderen met een taalachterstand te ondersteunen en te stimuleren. Maar er wordt ook verder gekeken. In het programma komen verschillende ontwikkelingsgebieden aan bod. Benader in overleg met je docent een kinderdagverblijf of peuterzaal waar ze werken met een VVE-programma. Voor de organisatie ga je een activiteitenprogramma ontwerpen dat aansluit bij een thema van het VVE-programma dat zij gebruiken.

u' Ac

Het ontwerpen van een activiteitenprogramma voor kinderen vergt soms best wat inspanning. Tijdens het ontwerpen kijk je naar het thema, de leeftijd van de kinderen, de ontwikkeling van de kinderen en hun belevingswereld. Maar kijk jij als je activiteiten ontwerpt ook naar de wensen van de kinderen? En de wensen van je collega’s, betrek je die ook bij het ontwikkelen van activiteiten? Het betrekken van de wensen van kinderen en pedagogisch medewerkers zorgt ervoor dat het eindproduct een beetje van iedereen wordt.

Ed

Het kinderdagverblijf of peuterspeelzaal is jullie opdrachtgever. Zorg dus dat je goed op de hoogte bent van de wensen van de opdrachtgever en de pedagogisch medewerkers. Door zo goed mogelijk aan te sluiten bij de wensen en visie van de organisatie maak jij een product waar in de praktijk met plezier mee gewerkt gaat worden.

er

ij

Kinderen betrekken bij het ontwerpen en bedenken van activiteiten is waardevol. Zij kunnen hun stem laten horen en het is goed voor hun zelfvertrouwen en communicatievaardigheden. Daarnaast krijg je een beeld van de wensen van kinderen. Jij als pedagogisch medewerker kan daar veel waardevolle informatie uit halen. Kinderen van 2 – 4 jaar, jullie doelgroep, zijn nog relatief jong. Maar ook bij hen kun je al heel goed gebruikmaken van kinderparticipatie.

U

itg

ev

Opdrachtgever Voor dit project gaan jullie een kinderdagverblijf of peuterzaal benaderen. Het eindproduct moet aan een aantal producteisen voldoen. Omdat het echt een product voor de praktijk wordt, kan de organisatie natuurlijk ook met een aantal andere of extra wensen komen. Wees hierin flexibel en overleg met de docent wat de mogelijkheden zijn. Inventariseer de wensen van de opdrachtgever, de pedagogisch medewerkers en de kinderen op de groep(en). Zorg dat het activiteitenprogramma aansluit bij het VVE-programma en de wensen die jullie hebben geïnventariseerd. Projectopdracht Deze opdracht doe je samen met twee medestudenten. In overleg met je docent benader je een kinderdagverblijf of peuterzaal die werkt met een erkend VVE-programma. Voordat jullie de opdrachtgever benaderen, verdiepen jullie je eerst in de organisatie. Deze voorkennis over de opdrachtgever kan je helpen tijdens het kennismakingsgesprek dat je met de opdrachtgever hebt. In dit gesprek bespreek je de opdracht en verzamel je informatie over de wensen van de kinderopvangorganisatie. Ook verken je de mogelijkheden voor het doen van het praktijkonderzoek.

5


Over dit Project

Jullie activiteitenprogramma moet aansluiten bij de ontwikkeling van de kinderen. Zoek informatie over de ontwikkeling van de groep kinderen waarvoor jullie de activiteiten gaan ontwikkelen. Zorg dat de verschillende ontwikkelingsgebieden in het verslag aan bod komen.

fb .v

.

De activiteiten moeten aansluiten bij de wensen van de pedagogisch medewerkers en de kinderen. Dat vraagt om een praktijkonderzoek. Voor deze opdracht gaan jullie de wensen inventariseren tijdens een praktijkonderzoek. Het wordt opgedeeld in ‘wensen van de pedagogisch medewerkers’ en ‘wensen van de kinderen’. De manier waarop je gaat inventariseren kies je zorgvuldig. Zorg dat je voldoende informatie verzamelt over de wensen van de pedagogisch medewerkers. Betrek de kinderen bij het ontwerpen van de activiteiten door middel van kinderparticipatie.

tie

Aan de hand van de verzamelde informatie ontwerpen jullie een activiteitenprogramma dat aansluit bij het VVE-programma. De pedagogisch medewerkers moeten gelijk met het programma aan de slag kunnen, dus zorg voor een compleet eindproduct. Het activiteitenprogramma presenteren jullie voor de pedagogisch medewerkers op het kinderdagverblijf of peuterzaal. Doe dit op zo’n manier dat de pedagogisch medewerkers geïnformeerd en geënthousiasmeerd worden over de activiteiten. Dit doe je onder meer door middel van een informatief filmpje of diapresentatie die jullie presentatie ondersteunt.

u' Ac

Projectproduct De volgende deelproducten moeten worden ingeleverd bij de docent.

ij

Ed

• Een kort verslag over de organisatie, het VVE-programma en het thema Jullie geven belangrijke informatie over de organisatie, het VVE-programma en het gekozen thema. De volgende elementen moeten naar voren komen in dit verslag: • een korte beschrijving van de organisatie • een korte beschrijving van het VVE-programma • belangrijke punten uit het VVE-programma • punten waar je rekening mee moet houden uit het VVE-programma Denk hierbij aan doelen/visie/werkwijze enzovoort. • punten waar je rekening mee moet houden uit de organisatie Denk hierbij aan doelen/visie/werkwijze enzovoort. • het thema waarvoor er een activiteitenprogramma moet worden gemaakt • oriëntatie van het thema: woordspin maken/informatie opzoeken.

U

itg

ev

er

• Een theoretisch kader over de ontwikkeling van jullie doelgroep. Jullie beschrijven in een theoretisch kader de ontwikkeling van kinderen waarvoor jullie het activiteitenprogramma gaan maken. De volgende vijf ontwikkelingsgebieden moeten in het verslag beschreven staan: • lichamelijke ontwikkeling • cognitieve ontwikkeling • sociaal-emotionele ontwikkeling • expressieve en spelontwikkeling • morele ontwikkeling.

6

• Een verslag over hoe de wensen van de organisatie zijn geïnventariseerd. Jullie beschrijven op welke manier de wensen van de pedagogisch medewerkers en de kinderen zijn geïnventariseerd. Ook de ervaringen en de uitkomsten worden beschreven. Elementen die voor beide doelgroepen terug moeten komen in het verslag: • Beschrijf de manieren die er zijn om wensen te inventariseren? Welke methode kiezen de studenten? Motivatie van de keuze. • Beschrijf op welke manier de wensen geïnventariseerd zijn. Foto’s van bewijs of gebruikt materiaal toevoegen.


Over dit Project

• •

Beschrijving van de ervaringen van de studenten om op deze manier pedagogisch medewerkers en kinderen te betrekken bij een ontwerpproces. Beschrijf de uitkomst/de wensen die naar voren zijn gekomen uit jullie onderzoek.

u' Ac

tie

fb .v

.

• Een activiteitenprogramma voor een project dat aansluit bij een VVE-programma • Maak een activiteitenprogramma dat aansluit bij het VVE-programma van de organisatie. • De activiteiten en het uitje zijn uitgewerkt volgens het Werkmodel Activiteitenplan. • Het activiteitenprogramma bevat: a. één uitje Een activiteit in de (nabije) omgeving van het kinderdagverblijf of peuterzaal. b. een lijst met tips voor boeken, liedjes en educatieve filmpjes c. een kort verslag van de studenten over hoe zij bij het ontwerpen rekening hebben gehouden met de wensen van pedagogisch medewerkers en kinderen d. minimaal tien gevarieerde uitgewerkte activiteiten die passen in het programma van een groep: – De activiteiten sluiten aan bij de wensen van de kinderen en de pedagogisch medewerkers. De activiteiten stimuleren de ontwikkeling van de kinderen en sluiten aan bij hun belevingswereld. – Per activiteit worden minimaal twee verschillende ontwikkelingsgebieden gestimuleerd. Dit wordt per activiteit aangegeven en kort toegelicht. – Pedagogisch medewerkers moeten direct met het programma aan de slag kunnen. Dus voorbeelden, kopieerbladen, muziek enzovoort moeten aanwezig zijn.

Ed

• Een presentatie bij de opdrachtgever met een informatief filmpje of diapresentatie over het project Jullie kunnen pedagogisch medewerkers informeren over het activiteitenprogramma. Tijdens de presentatie gebruiken jullie een filmpje/diapresentatie die jullie mondeling toelichten. Het filmpje/diapresentatie: • laat de wensen uit de praktijk zien • is informatief en geeft korte verwijzingen naar de ontwikkeling van kinderen • geeft de inhoud weer van het programma • is aantrekkelijk om te bekijken.

ij

Beoordeling

er

Zie het Beoordelingsformulier.

U

itg

ev

Beoordelingsformulier <

7


Vooronderzoek

Vooronderzoek

tie

Werkmodel Planning <

a. Stel de projectgroep samen en maak een samenwerkingscontract. Bepaal wat jullie moeten weten voordat je aan het project begint. b. Maak een takenlijst en een planning: wie onderzoekt wat? Hoe informeren jullie elkaar daarover? c. Voer de afspraken uit. d. Maak een verslag van het vooronderzoek en leg dit voor aan je docent. e. Neem dit verslag op in je projectplan.

.

Werkmodel samenwerkingscontract <

Vooronderzoek

fb .v

Opdracht 1

Opdracht 2

u' Ac

Werkmodel Takenlijst <

Het verzamelen van informatie

ev

er

ij

Ed

a. Verzamel informatie over je opdrachtgever. Voor je in gesprek gaat met een organisatie is het goed om alvast op de hoogte te zijn van belangrijke onderwerpen. Tijdens het vooronderzoek gaan jullie informatie verzamelen over het kinderdagverblijf of de peuterzaal. Zoek informatie over hun visie, werkwijze en VVE-programma. Ga vervolgens in gesprek met de opdrachtgever om te kijken wat de mogelijkheden zijn voor deze opdracht. Zorg dat je goed kunt uitleggen wat de opdracht inhoudt. Overleg of zij als organisatie nog wensen en eisen hebben. Vraag ook alvast wat de mogelijkheden zijn voor het praktijkonderzoek naar de wensen van pedagogisch medewerkers en kinderen. b. Schrijf een verslag over de organisatie, het VVE-programma en het thema. Nu je een gesprek hebt gehad met de organisatie is het belangrijk om alle informatie op te schrijven in een verslag. Geef een korte beschrijving van de organisatie en beschrijf met welke dingen uit de organisatie je rekening moet houden. Denk aan: wensen/doelen/visie/werkwijze enzovoort. Doe ditzelfde voor het VVE-programma waar de organisatie mee werkt. Beschrijf ook voor welk thema je een activiteitenprogramma gaat maken en oriënteer je op het thema door een woordspin te maken en informatie in boeken en op internet op te zoeken. c. Schrijf een theoretisch kader over de ontwikkeling van de doelgroep waarvoor je een activiteitenprogramma maakt. Zorg dat de volgende ontwikkelingsgebieden aan bod komen: de lichamelijke ontwikkeling, de cognitieve ontwikkeling, de sociaal-emotionele ontwikkeling, de expressie- en spelontwikkeling en de morele ontwikkeling.

U

itg

Opdracht 3

8

Onderzoek naar mogelijkheden om wensen te inventariseren. 1. Wensen van pedagogisch medewerkers – Je gaat een praktijkonderzoek doen om de wensen van pedagogisch medewerkers in kaart te brengen. Onderzoek welke methodes er zijn om onderzoek te doen en kijk naar de voor- en nadelen van de verschillende methodes. Kies een methode en motiveer je antwoord. – De manier waarop je vragen stelt is ook erg belangrijk. Maak een goede afweging over de vraagstelling die jullie gebruiken. Zorg dat je vragen stelt die je op één manier kunt interpreteren. Stel je open of gesloten vragen? Bekijk het verschil tussen open en gesloten vragen en bekijk de voor- en nadelen. 2. Wensen van de kinderen: kinderparticipatie Er zijn verschillende manieren waarop je kinderen kunt betrekken via kinderparticipatie.


Vooronderzoek

Jullie hebben te maken met een jonge doelgroep. Dat betekent dat jullie een methode moeten kiezen die daarbij past. Hieronder staat een aantal methodes beschreven. Je mag hier uiteraard ook een andere manier bedenken. Het is belangrijk dat je de keuze goed kunt motiveren. Kies een methode en motiveer je antwoord.

fb .v

.

Tips en manieren om jonge kinderen hun wensen kenbaar te laten maken. Als kinderen kunnen praten kun je met de kinderen in gesprek gaan om te horen wat hun wensen zijn. Je kunt kiezen om met een kind in gesprek te gaan waarin je bijvoorbeeld vraagt: ‘Nou, wat zou jij graag een keertje willen doen?’ Maar je kunt het natuurlijk ook wat creatiever aanpakken. Hieronder staan een paar voorbeelden maar je mag uiteraard ook zelf een creatieve manier bedenken, want er zijn natuurlijk genoeg andere manieren en methodes te bedenken.

u' Ac

tie

• De droomvraag Zet een ‘droommuziekje’ op waar je samen met de kinderen op gaat bewegen/dansen. Ga vervolgens in gesprek: Wat is eigenlijk een droom? ’s Nachts droom je in je bed, maar je kunt ook iets heel graag willen en dan noemen wij ook een droom. Vraag de kinderen waar ze echt van dromen. Wat zij nog heel graag een keer willen doen op het kinderdagverblijf of de peuterzaal. Schrijf alle wensen in droomwolkjes en hang ze op in de groep.

Ed

• De ideeënbus Neem een lege kartonnen doos en tover hem samen met de kinderen om tot een echte postbus. Ga met de kinderen in gesprek of zij nog wensen en ideeën hebben. Schrijf samen met de kinderen hun wens of idee op een kaart en laat de kinderen de kaart versieren en zelf posten in de ideeënbus. Je kunt de kaart ook meegeven naar huis zodat je ouders/verzorgers ook bij het project betrekt. Thuis kunnen zij dan activiteiten op de kaart schrijven en de volgende keer dat zij komen kunnen de kinderen hun kaart posten.

er

ij

• ‘Als ik de baas zou zijn …’ Ga met een groepje kinderen bij elkaar zitten. Zeg dat je iets heel bijzonders hebt meegenomen. Namelijk de kroon van de koning van ‘Discodipland’. Als je een koning bent, dan ben je wel een beetje de baas. En als je de baas bent dan mag JIJ bepalen wat wij gaan doen. Als je de baas zou zijn of de koning van het kinderdagverblijf, wat zou je dan willen? Kinderen mogen om de beurt de kroon opzetten en vertellen: Als ik de baas zou zijn dan… Schrijf alle wensen op een groot vel papier.

U

itg

ev

• Een muur vol wensen Maak met schildertape een grote lijst op de muur. De kinderen mogen een tekening of schilderij van hun wens maken voor in de lijst. Wat willen de kinderen graag nog een keer doen? Het is goed de wens er in het klein bij te schrijven op de tekening. Dit geeft je gelijk de mogelijkheid om met de kinderen in gesprek te gaan over hun wens en eventueel ook door te vragen. Wanneer kinderen (nog) niet of nauwelijks kunnen praten zijn er andere manieren om hun wensen kenbaar te laten maken. Dit vergt soms iets meer inspanning van de pedagogisch medewerkster. • Observeren Door goed naar de kinderen te kijken kun je zien waar zij plezier aan beleven en wat zij graag willen. Soms kun je direct ingaan op de wensen of behoeftes van kinderen, maar dit is niet altijd mogelijk. Het is goed om tijdens een dag eens op te schrijven wat je ziet gebeuren en waar je wat mee zou kunnen doen.

9


Vooronderzoek

fb .v

.

• De bak met plaatjes Verzamel plaatjes van activiteiten en spelmateriaal. Met wat oudere kinderen kun je ‘in gesprek’ gaan door middel van plaatjes. Stel vragen over wat zij leuk vinden of graag willen doen. Kinderen kunnen het dan aangeven door de plaatjes te laten zien. Dit is ook een leuke manier om vlak voor een activiteit te doen. Je hebt bijvoorbeeld drie activiteiten voorbereid en je vraagt een kind wat hij graag wil doen door het kind te laten kiezen uit de plaatjes.

• Gebarentaal Binnen sommige kinderdagverblijven en peuterzalen maken ze gebruik van (baby)gebarentaal. Als kinderen niet kunnen spreken, kunnen zij vaak wel dingen aangeven door middel van gebaren.

tie

Begin met het schrijven van het logboek door de samenwerking tot zover te beschrijven. • Hoe is het samenwerken tot nu toe verlopen? • Wat ging goed en niet goed? • Wie heeft wat gedaan? Heeft iedereen een voldoende bijdrage geleverd? • Hebben jullie duidelijke afspraken gemaakt? Hoe is dit gegaan? Houd het logboek tijdens het project goed bij. De docent gebruikt het bij de beoordeling van het project.

U

itg

ev

er

ij

Ed

Werkmodel Logboek en Evaluatie <

Logboek

u' Ac

Opdracht 4

10


Ontwerpfase

Ontwerpfase A. Het inventariseren van de wensen. Je hebt een keuze gemaakt op welke manier jullie de wensen van de pedagogisch medewerkers en de kinderen gaan inventariseren. In de ontwerpfase ga je deze twee manieren uitwerken in een ontwerp. Na goedkeuring van de docent gaan jullie de wensen bij de organisatie inventariseren zodat jullie een duidelijk beeld krijgen van de wensen die leven bij jullie opdrachtgever.

.

Werkmodel Logboek en Evaluatie <

Ontwerpfase

fb .v

Opdracht 5

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

1. Het ontwerp Jullie maken een opzet voor het inventariseren van de wensen van de pedagogisch medewerkers en het inventariseren van de wensen van de kinderen door kinderparticipatie. • Beschrijf op welke wijze jullie dit gaan doen en voeg concrete materialen als vragenlijsten en dergelijke toe. Laat het ontwerp goedkeuren door de docent voor je er in de praktijk mee aan de slag gaat. 2. Het praktijkonderzoek Als het ontwerp is goedgekeurd kun je in de praktijk aan de slag met het inventariseren van de wensen. Maak van tevoren een afspraak met de opdrachtgever wanneer jullie het praktijkonderzoek gaan doen. Zorg dat iedereen in de projectgroep betrokken is bij de twee verschillende manieren van data verzamelen. • Beschrijf het proces van het inventariseren van de wensen van de pedagogisch medewerkers. Wat ging goed? Waren er knelpunten of uitdagingen? • Beschrijf het proces van het inventariseren van de wensen van de kinderen. Wat ging goed? Waren er knelpunten of uitdagingen? 3. De uitkomst Nu jullie alle wensen verzameld hebben, is het goed deze onder elkaar te zetten. Wat valt jullie op? Welke wensen zijn goed te realiseren? Welke wensen zijn minder goed realiseerbaar? Kun je er op een creatieve manier toch voor zorgen dat je iets met een wens kan doen? 4. Schrijf een verslag over het ontwerp, het onderzoek en de uitkomsten. Na afronding van het verslag maak je voor beide doelgroepen een verslag over de ontwerpfase van de methode, de onderzoeksfase en de uitkomsten van het onderzoek. De volgende onderdelen moeten in het verslag terugkomen: • de verschillende methodes Welke methode kiezen jullie? En motiveer je keuze. • de manier waarop de wensen geïnventariseerd zijn, foto’s van bewijs of gebruikt materiaal toevoegen • jullie eigen ervaringen om op deze manier pedagogisch medewerkers en kinderen te betrekken bij een ontwerpproces • de uitkomst van het onderzoek. B. Ontwerpfase activiteitenprogramma. In de ontwerpfase is het belangrijk dat je op een rijtje gaat zetten waar de activiteiten aan moeten voldoen. Het activiteitenprogramma moet aansluiten bij: • het VVE-programma • het thema • de organisatie • de ontwikkeling van kinderen • de wensen van de pedagogisch medewerkers • de wensen van de kinderen. Daarom is het belangrijk dat je per punt gaat kijken waar je rekening mee moet houden.

11


Ontwerpfase

fb .v

.

a. Belangrijke punten over het VVE-programma Moet je bijvoorbeeld rekening houden met de visie, doelen of een bepaalde werkwijze? Wordt er gebruikgemaakt van steeds terugkerende handpoppen en/of liedjes. Met welke belangrijke punten gaan jullie rekening houden?

u' Ac

tie

b. Belangrijke punten van het thema Hoe laat je bijvoorbeeld het thema aansluiten bij de belevingswereld? Welke onderwerpen moeten zeker aan bod komen? Met welke belangrijke punten gaan jullie rekening houden?

er

ij

Ed

c. Belangrijke punten van de organisatie Heeft de organisatie bijvoorbeeld een bepaalde visie waar je bij moet aansluiten? Werken zij op een bepaalde manier? Hoe ziet het dagprogramma eruit? Met welke belangrijke punten gaan jullie rekening houden?

U

itg

ev

d. Belangrijke punten over de ontwikkeling van kinderen Welke ontwikkelingsgebieden gaan jullie stimuleren? Met welke belangrijke ontwikkelingsfases gaan jullie rekening houden? Met welke belangrijke punten gaan jullie rekening houden?

12

e. Belangrijke punten wensen van de pedagogisch medewerkers Welke wensen komen het meest voor? Welke is erg origineel en wil je graag gebruiken? Welke zijn goed haalbaar? Met welke belangrijke punten gaan jullie rekening houden?


Ontwerpfase

tie

fb .v

.

f. Belangrijke punten wensen van de kinderen Welke wensen komen het meest voor? Welke is erg origineel en wil je graag gebruiken? Welke zijn goed haalbaar? Met welke belangrijke punten gaan jullie rekening houden?

Ed

u' Ac

g. Belangrijke punten van jullie zelf Natuurlijk wordt het ook een product van jullie zelf. Wat vinden jullie zelf belangrijk in het ontwerpen van een activiteitenprogramma? Met welke belangrijke punten gaan jullie rekening houden?

C. Laat het ontwerp goedkeuren door de docent en de opdrachtgever en neem het op in je projectplan.

U

itg

ev

er

ij

D. Werk vervolgens het logboek bij.

13


Voorbereidingsfase

Voorbereidingsfase Opdracht 6

Takenlijst

.

Het is nu bijna tijd om te gaan starten met het uitwerken van het activiteitenprogramma. Maak een duidelijke takenlijst: Wie gaat wat doen? Maak gebruik van het Werkmodel Takenlijst.

fb .v

Werkmodel Takenlijst <

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

Bespreek de planning/takenlijst met de docent en verbeter deze als het nodig is. Vul daarbij ook je logboek in. Daarna kunnen jullie met de uitvoering starten.

14


Realisatiefase

Realisatiefase Nu alle informatie verzameld is kunnen jullie aan de slag met het uitwerken van het activiteitenprogramma. Gebruik bij het uitwerken van de activiteiten het Werkmodel Activiteitenplan. Gebruik dit model voor het uitwerken van: • tien gevarieerde activiteiten • een uitje in de (nabije) omgeving van het kinderdagverblijf of peuterzaal.

.

Werkmodel Activiteitenplan <

Maak een activiteitenprogramma

fb .v

Opdracht 7

tie

Maak het activiteitenprogramma compleet met: • een lijst met tips voor boeken, liedjes en educatieve filmpjes • een kort verslag hoe jullie de wensen van de pedagogisch medewerkers en kinderen verwerkt hebben.

Mocht je afwijken van bovenstaande eisen omdat de opdrachtgever andere of extra wensen heeft bespreek dit dan altijd met je docent.

Opdracht 8

u' Ac

Het activiteitenprogramma moet er verzorgd en aantrekkelijk uitzien. Zorg voor een leuke manier van presenteren waardoor pedagogisch medewerkers nieuwsgierig worden naar wat jullie gemaakt hebben. Het activiteitenprogramma moet een tastbaar product zijn waar pedagogisch medewerkers direct mee aan de slag kunnen. Dus zorg dat het een compleet product is.

Maak een informatieve film of diapresentatie

er

ij

Ed

Jullie gaan het activiteitenprogramma presenteren aan de opdrachtgever. Voor deze presentatie maak je een diapresentatie of film die de pedagogisch medewerker moet informeren over de activiteiten en moet enthousiasmeren om ermee aan de slag te gaan. Zorg dat het filmpje of diapresentatie jullie presentatie echt ondersteunt. Laat de film of presentatie eerst goedkeuren door je docent voordat het gebruikt wordt tijdens de presentatie. De film/diapresentatie: • laat de wensen uit de praktijk zien • is informatief en geeft korte verwijzingen naar de ontwikkeling van kinderen • geeft de inhoud weer van het programma • is aantrekkelijk om te bekijken.

Werk het logboek bij

ev

Opdracht 9

U

itg

Werk het logboek bij.

15


Oplevering

Oplevering Opdracht 10

fb .v

De datum is in overleg met de opdrachtgever.

.

Het activiteitenprogramma wordt opgeleverd tijdens een presentatie bij de opdrachtgever. Tijdens de presentatie wordt het activiteitenprogramma aangeboden en de film/diapresentatie getoond.

Presenteer het activiteitenprogramma aan de opdrachtgever

Na alle inspanningen hebben jullie een product voor de praktijk neergezet. Presenteer het activiteitenprogramma aan de opdrachtgever. Dit doen jullie aan de hand van de informatieve film/diapresentatie die jullie presentatie ondersteunt.

Werkmodel Logboek en Evaluatie <

Opdracht 12

Evalueer met elkaar het project en doe hiervan verslag in het logboek.

Reflecteren

Bedenk een moment of situatie tijdens het werken aan het project waarvan je nu vindt dat je het in het vervolg anders zou moeten aanpakken. Kijk terug en doe dit met behulp van de STARRT-methode. Lever het reflectieverslag in bij je docent.

U

itg

ev

er

ij

Werkmodel STARRT-methode <

Evaluatie

Ed

Opdracht 11

u' Ac

tie

Reflecteer op de presentatie: • Hoe was het om jullie product te presenteren? • Hoe ging de presentatie? Geef jezelf een aantal tips en tops. • Hoe waren de reacties van de opdrachtgever?

16


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.