41402 Organiseren van een multicultureel event

Page 1

fb .v

.

Project

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

Organiseren van een multicultureel event voor SCW


Auteur: Miriam de Heer Inhoudelijke redactie: Floortje Vissers

fb .v

Uitgeverij: Edu’Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl

.

Colofon

Titel: Project Organiseren van een multicultureel event voor SCW

tie

ISBN: 978 90 3724 140 2 ©

u' Ac

Edu’Actief b.v. 2018 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Ed

Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.

U

itg

ev

er

ij

Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu’Actief, te vinden op www.edu-actief.nl.


Vooronderzoek

7

Ontwerpfase

14

Voorbereidingsfase Realisatiefase Oplevering

16

17 19 20

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

Reflectie en evaluatie

fb .v

4

tie

Over dit project

.

Inhoudsopgave

3


Over dit project

Over dit project

.

Inleiding

er

ij

Ed

u' Ac

tie

fb .v

Als sociaal-cultureel werker werk je bij een organisatie die de inwoners van een buurt verbindt, activeert en ondersteunt. Je werkt in een buurthuis of wijkcentrum. Je werkgever is de gemeente, een stichting of vereniging. Veel buurten in Nederland zijn multicultureel; er wonen mensen met verschillende achtergronden. Er is een onderscheid in migratie-achtergrond; inwoners zijn eerste, tweede of derde generatie migranten of autochtone Nederlanders. Je kunt ook kijken naar de religieuze achtergrond; inwoners zijn moslim, christelijk, hindoe of atheïst. De inwoners van een buurt kun je ook op andere manieren indelen; op leeftijd (van jonge kinderen tot hoogbejaarden), gezinssituatie (van alleenstaanden tot samengestelde of grote gezinnen) of dagbesteding (van eenzame thuiszitters tot mensen met een hoge werkstress). Als buurtwerker ben je er voor alle inwoners van de wijk. Je moet op de hoogte zijn van wie er in jouw wijk woont en wat hun behoeften zijn. Je organiseert activiteiten die de inwoners helpen om hun dagelijkse leven op een prettige manier in te richten. In dit project ga je met medestudenten een event organiseren waar inwoners uit verschillende culturen aan kunnen deelnemen. Je gaat een draaiboek en een wervende poster of flyer maken om deelnemers te motiveren. In dit project vertegenwoordigt jouw docent de opdrachtgever.

ev

In de buurt wonen mensen van verschillende afkomst en leeftijd

U

itg

Leerdoelen

4

Je kunt: • een SMART geformuleerd doel opstellen voor een multicultureel event dat aansluit bij de doelgroep • activiteiten bedenken die aansluiten bij de doelgroep en de doelstelling • een draaiboek maken voor het multiculturele event • een wervingsmethode kiezen en toepassen om de betrokkenen te informeren over het multiculturele event • een activiteit uit het draaiboek uitvoeren in de klas.


Over dit project

Projectbeschrijving Casus

Opdrachtgever

u' Ac

tie

fb .v

.

Annet is sociaal werker in de Haagse Schilderswijk, een wijk in het centrum van Den Haag. In de Schilderswijk wonen mensen met verschillende culturele achtergronden. Ongeveer 9% van de bevolking van de Schilderswijk is van autochtone Nederlandse afkomst. Verder wonen er mensen met een Turkse achtergrond (26%), Marokkaanse achtergrond (23%), Surinaamse achtergrond (20%) en Antilliaanse achtergrond (4%). De laatste 18% hebben een andere westerse of niet-westerse allochtone achtergrond. Annet werkt bij het wijkcentrum als buurtregisseur. Dat betekent dat ze activiteiten moet organiseren die de inwoners verbinden. Voor de nationale burendag op de vierde zaterdag in september wil Annet een multicultureel event organiseren. Ze vraagt studenten van sociaal-cultureel werk om een programma te bedenken en een draaiboek te maken. Het is de bedoeling dat inwoners van (ten minste drie, waaronder de Nederlandse) verschillende religieuze en culturele achtergronden aan het event zullen deelnemen. De studenten moeten ook zorgen voor een wervende folder en poster.

Annet is de opdrachtgever. Je docent/begeleider vertegenwoordigt Annet en kan je informatie geven over haar vraag.

Ed

Omvang van de projectgroep

Je werkt in een groep van vier tot zes studenten.

ij

Projectopdracht

er

Je gaat samen met je groepsgenoten een draaiboek voor een multicultureel event voor inwoners van de Haagse Schilderswijk maken. Het is de bedoeling dat inwoners van verschillende religieuze en culturele achtergronden hieraan deelnemen. Jullie mogen zelf kiezen op welke (leeftijds)groep je je gaat richten.

U

itg

ev

Om het draaiboek te kunnen maken, gaan jullie eerst oefenen met het maken van een probleemanalyse en een SMART-doelstelling. Jullie gaan onderzoeken welk soort problemen er in een multiculturele wijk bestaan en welke groepen inwoners er zijn. Jullie gaan bedenken welke activiteiten passen bij de doelstelling en bij de doelgroep. Jullie gaan oefenen met het maken van een draaiboek en een wervende poster en/of flyer.

Projectproducten De projectproducten van dit project zijn een uitgewerkt draaiboek en een poster/flyer. In de klas ga je één uitgewerkte activiteit uit het draaiboek uitvoeren. In totaal maak je drie projectproducten: • draaiboek • poster/flyer • uitvoeren van een activiteit in de klas.

5


Over dit project

Producteisen

fb .v

.

Draaiboek • In het draaiboek staan de probleemanalyse en de SMART-doelstelling beschreven. • De activiteiten op het event passen bij de doelgroep(en) en bij de doelstelling van het event. • In het draaiboek staan alle stappen beschreven: voorbereiding, uitvoering, afsluiting. • De taken bij de stappen zijn duidelijk omschreven en realistisch verdeeld. • In het draaiboek is ook aandacht voor (het regelen van) de financiering van het event. • De tijdsplanning is realistisch en uitvoerbaar.

tie

Poster/flyer • Op de flyer/poster staat duidelijk: soort event, datum/tijd/plaats, doelgroep en eventuele voorwaarden (betaling, lidmaatschap, leeftijd enzovoort). • De flyer is goed leesbaar op A5-formaat. • De flyer/poster is aantrekkelijk opgemaakt, met passende kleuren en beeld. • Op de flyer/poster staat duidelijk voor welke bevolkingsgroepen hij (ten minste drie) gemaakt is, bijvoorbeeld door taal, beeld of soort activiteit.

Je voert de opdrachten uit in de fase Vooronderzoek en schrijft een verslag over de probleemanalyse, de doelstelling en het SMART formuleren. Je schrijft een verslag over activiteiten voor verschillende doelgroepen. Je doorloopt de opdrachten in de ontwerpfase en maakt ontwerpen. Je maakt het draaiboek met daarin alle stappen: voorbereiding, uitvoering, afsluiting. Je maakt een flyer/poster om mensen uit te nodigen voor het multiculturele event. Je voert een van de activiteiten uit het draaiboek uit in de klas.

er

ij

• • • • •

Ed

Processtappen

u' Ac

Uitvoeren activiteit in de klas • De gekozen activiteit past bij het doel van het event en bij de situatie (in de klas). • De activiteit wordt uitgevoerd volgens het vooraf besproken plan. • Alle studenten van de werkgroep hebben een rol bij de activiteit. • De klasgenoten en de docent worden actief betrokken bij de activiteit. • De activiteit wordt goed afgesloten en geëvalueerd met alle betrokkenen.

ev

Beoordeling

U

itg

Beoordelingsformulier <

6

Jullie worden beoordeeld op de uiteindelijke producten van de opdracht (het draaiboek en de poster/flyer), de uitvoering van de activiteit in de klas en de tussenstappen. Ook het groepsproces en jullie individuele bijdrage en reflectie zijn belangrijk! Op het beoordelingsformulier staat precies hoe je beoordeeld wordt.


Vooronderzoek

Vooronderzoek Vorm de projectgroep en maak een samenwerkingscontract. Gebruik hierbij Werkmodel Samenwerkingscontract. Voordat je het samenwerkingscontract maakt, bespreek je met elkaar: • Hoe denken jullie over samenwerken? • Moet iedereen hetzelfde doen, of doet iedereen waar hij het beste in is? • Hoe belangrijk vind je het om je aan afspraken te houden? • Hoe belangrijk vind je het dat de leraar precies weet wie hard gewerkt heeft en wie minder hard? Zorg dat je het samen eens bent (bereik consensus) over de afspraken in het samenwerkingscontract.

Opdracht 2

u' Ac

tie

Werkmodel Samenwerkingscontract <

Maak een samenwerkingscontract

fb .v

Opdracht 1

.

In de eerste fase van het project gaan jullie vooronderzoek doen. Je gaat je verdiepen in de onderwerpen en onderdelen van de producten die jullie moeten opleveren.

Probleemanalyse SMART-doelstelling

Bestudeer de volgende opdracht. Maak een takenlijst en een planning, voordat je de vragen beantwoordt: hoe gaan jullie de vragen beantwoorden en de opdracht uitvoeren? Gebruik hierbij Werkmodel Planning.

Werkmodel Planning <

Ed

Als sociaal werker werk je methodisch, dat betekent dat je doelgericht werkt volgens vaste stappen, die steeds herhaald worden. Je maakt eerst een probleemanalyse en je formuleert je doelstelling SMART. Beantwoord de volgende vragen:

er

ij

a. Waarom is het belangrijk een goede probleemanalyse te maken?

c. Wat is de relatie tussen de probleemanalyse en de doelstelling?

U

itg

ev

b. Welke vragen kun je stellen om een probleemanalyse te maken?

d. Wat betekent SMART en waarom zorg je dat een doelstelling SMART is?

7


Vooronderzoek

tie

fb .v

.

e. Maak elk een probleemanalyse en een SMART-doelstelling over je eigen situatie of een situatie die je verzint. Je vindt het bijvoorbeeld vervelend dat je winter- of zomerkleren van vorig jaar niet meer passen, of je kunt niet op vakantie omdat je niet genoeg geld hebt. Schrijf de analyse en de doelstelling op in Word. Gebruik maximaal 250 woorden (een half A4). f. Wissel je verslag uit met een medestudent. Beoordeel de analyse en de doelstelling die je van je medestudent gekregen hebt. Is de doelstelling SMART? Zo nee, hoe komt dat? Bespreek de analyse/doelstelling met de schrijver. Stel zo nodig vragen over het probleem en over de gewenste situatie. Welke feedback heb jij ontvangen op jouw verslag?

Ed

u' Ac

g. Verbeter je eigen probleemanalyse en doelstelling na het gesprek met je medestudent. Beschrijf de verbeteringen die je maakt en motiveer waarom je dit gedaan hebt. Doe dit in Word. Schrijf op: • je oorspronkelijke probleemanalyse en doelstelling • je verbeterde probleemanalyse en doelstelling • de motivatie voor de veranderingen Gebruik hierbij de antwoorden op de vragen a t/m d.

er

ij

Spreek af met je docent hoe je de uitkomst van deze vraag inlevert. Bespreek dit verslag met de docent.

Logboek

ev

Opdracht 3

U

itg

Werkmodel Logboek en evaluatie <

8

Begin met het schrijven van het logboek. Maak gebruik van het Werkmodel Logboek en evaluatie en beschrijf de samenwerking met je groepsgenoten tot zover. • Hoe is het samenwerken tot nu toe verlopen? • Wat ging goed en niet goed? • Wie heeft wat gedaan? Heeft iedereen een voldoende bijdrage geleverd? • Hebben jullie duidelijke afspraken gemaakt? Hoe is dit gegaan? Houd het logboek tijdens het project goed bij. De docent gebruikt het bij de beoordeling van het project.


Vooronderzoek

Opdracht 4

Wat is een multiculturele wijk? In dit project ga je een event organiseren voor een multiculturele wijk. Maar wat is dat eigenlijk?

b. Wat is een andere naam voor een multiculturele wijk?

fb .v

.

a. Zoek een definitie op internet van het begrip multiculturele wijk. Vermeld ook de bron.

u' Ac

tie

c. Waarom zouden mensen in een multiculturele wijk gaan wonen? Beschrijf vier redenen.

Opdracht 5

Problemen in een multiculturele wijk

ij

In deze opdracht ga je onderzoeken hoe het is om in een multiculturele wijk te wonen. Welke voordelen en welke problemen brengt dat met zich mee?

er

Werkmodel Planning <

Ed

d. Zoek drie multiculturele wijken in de omgeving van jouw woonplaats. Dit kan in je eigen dorp of stad zijn, of in een stad in de omgeving.

a. In wat voor soort wijk woon jij? Beschrijf je wijk. Wat voor soort huizen staan er, wat voor soort mensen wonen er. Zijn ze allemaal hetzelfde? Waarin verschillen ze?

ev

Website Gemeente Den Haag <

Maak groepjes van maximaal vier studenten. Bespreek met elkaar de volgende vragen. Zorg dat elke student aan de beurt komt.

b. Wat zijn volgens jou de voordelen van het wonen in een multiculturele wijk? Noem er ten minste drie.

U

itg

Artikel De Schilderswijk: slechte cijfers, maar wel veel veerkracht <

Rapport Een vijfgangenmenu voor gemeenten en instellingen <

9


Vooronderzoek

fb .v

.

c. Welke problemen kunnen er spelen in een multiculturele wijk, denk je? Noem er ten minste drie. Beantwoord deze vraag uit je eigen ervaring of algemene ontwikkeling.

tie

d. Ga op internet op zoek naar hoe de drie problemen in een multiculturele wijk, beschreven bij vraag c, kunnen worden opgelost. Welke instanties zijn erbij betrokken en hoe gaan zij te werk?

u' Ac

De groep komt weer bij elkaar. Bestudeer samen de volgende vraag. Maak eerst een takenlijst en een planning, voordat je de vragen beantwoordt: hoe gaan jullie de vraag beantwoorden? Gebruik hierbij Werkmodel Planning.

Ed

e. Welke problemen spelen in de Haagse Schilderswijk? Gebruik internet om dit te onderzoeken. Ook kun je in de bibliotheek tijdschriften en kranten gebruiken. Beschrijf ten minste drie problemen in elk 150 woorden en vermeld je bronnen.

U

itg

ev

er

ij

f. Er zijn verschillende methodieken om de leefbaarheid in een wijk of buurt te vergroten en om overlast te bestrijden. Bekijk het Rapport ‘Een vijfgangenmenu voor gemeenten en instellingen’ en kies drie methodieken die je zou kunnen gebruiken voor de Haagse Schilderswijk. Leg uit waarom deze geschikt zouden zijn.

10


Vooronderzoek

Opdracht 6

Activiteiten voor verschillende groepen Bestudeer de volgende opdracht. Maak een takenlijst en een planning, voordat je de vragen beantwoordt: wie onderzoekt wat? Hoe informeren jullie elkaar daarover? Gebruik hierbij Werkmodel Planning. Welke activiteiten zijn geschikt voor groepen bewoners die in de Schilderswijk wonen? Let op: het gaat in elk geval om multiculturele groepen. Denk dus niet aan de groep ‘inwoners van Turkse afkomst’ of ‘inwoners van niet-Nederlandse afkomst’ maar aan groepen met andere kenmerken, zoals leeftijd, gezinssamenstelling, dagbesteding enzovoort. Gebruik Werkmodel Brainstorm. Neem een flipover of een ander groot vel papier, gekleurde stiften.

.

Werkmodel Brainstormen <

fb .v

Werkmodel Planning <

u' Ac

tie

a. Beschrijf zo veel mogelijk verschillende groepen inwoners, die zich NIET onderscheiden door hun etnische achtergrond.

b. Kies ieder een doelgroep die je individueel gaat uitwerken.

Ed

c. Verzin activiteiten die passen bij de doelgroepen. Noem een concrete activiteit, dus niet ‘sporten’, maar ‘pilates’ en niet ‘muziek maken’ maar ‘kleuterliedjes zingen’. Elke student bedenkt voor een doelgroep ten minste twee activiteiten.

Spreek af met je docent hoe je het verslag inlevert. Bespreek het verslag met de docent.

U

itg

ev

er

ij

d. Bespreek met elkaar welk doel elke activiteit heeft voor deze doelgroep en of je dat doel geschikt vindt als buurtwerkactiviteit. Maak samen een verslag van deze bespreking in Word waarin jullie alle doelgroepen aan bod laten komen. Beschrijf ten minste twee activiteiten per doelgroep:

11


Vooronderzoek

Opdracht 7

Voor dit project ga je een draaiboek ontwikkelen. Maar wat is een draaiboek eigenlijk? a. Zoek een definitie van het begrip draaiboek. Vermeld ook de bron.

fb .v

.

Artikel Het opstellen van een draaiboek <

Wat is een draaiboek?

tie

b. In welke fase van het organiseren van een evenement is het hebben van een draaiboek vooral belangrijk? Tijdens de voorbereiding, uitvoering of na afloop van een evenement? Leg je antwoord uit.

u' Ac

Lees het Artikel Het opstellen van een draaiboek.

c. Wat komt er in het eerste hoofdstuk van een draaiboek te staan?

Ed

d. Wat komt er in het tweede hoofdstuk van een draaiboek te staan?

ev

er

ij

e. Wat komt er in het derde hoofdstuk van het draaiboek te staan?

U

itg

f. Welke zes tips worden er gegeven voor het schrijven van een goed draaiboek?

12


Vooronderzoek

Opdracht 8

Draaiboek voor een event Bestudeer de volgende opdracht. Maak een takenlijst en een planning, voordat je de vragen beantwoordt: wie onderzoekt wat? Hoe informeren jullie elkaar daarover? Gebruik hierbij Werkmodel Planning.

Werkmodel Planning <

fb .v

.

Wat komt er allemaal kijken bij het organiseren van een activiteit? Maak een overzicht van alles waar je vooraf aan moet denken.

tie

a. Zoek ten minste drie programma’s van activiteiten van een dagdeel tot een dag. Je kunt bijvoorbeeld denken aan een studiedag over een onderwerp dat past bij dit project, of een bijeenkomst die op jouw school of een vereniging waar je lid van bent is georganiseerd.

u' Ac

b. Schrijf alles op wat voor deze bijeenkomsten vooraf georganiseerd of geregeld is. Denk bijvoorbeeld aan: het regelen van een ruimte, uitnodigen van sprekers, catering.

Ed

c. Zoek uit waarin de drie bijeenkomsten overeenkomen en beschrijf dit op een neutrale manier. Je schrijft dus niet: ‘boeken van de Albert Einsteinhal’, maar ‘zoeken van een geschikte ruimte’ en ‘reserveren van de gekozen ruimte’.

U

itg

ev

er

ij

d. Sorteer de activiteiten van opdracht c in de volgorde waarin ze geregeld moeten worden. Zet erbij hoeveel tijd je ervoor nodig denkt te hebben. Noem de dag waarop de activiteit gehouden wordt dag 0. Het reserveren van de gekozen ruimte moet dan bijvoorbeeld gebeuren op - zes weken (dat wil zeggen: zes weken vóór dag 0).

Opdracht 9

Werkmodel Logboek en evaluatie <

e. Maak een overzicht van de activiteiten uit opdracht d. Je kunt dit op de computer doen, bijvoorbeeld in Word of Excel of op een groot vel papier. Bedenk zelf wat je de handigste manier vindt om later een draaiboek mee te maken. Spreek af met je docent hoe je het overzicht inlevert. Bespreek het verslag met de docent.

Werk het logboek bij Werk het logboek bij met behulp van het Werkmodel Logboek en evaluatie.

13


Ontwerpfase

Ontwerpfase Maak een probleemanalyse voor het event

fb .v

Opdracht 10

.

In deze fase van het project gaan jullie ontwerpen maken voor de op te leveren producten.

Jullie gaan nu beschrijven aan welk probleem in de Haagsche Schilderswijk jullie willen gaan werken met het multiculturele event. Kies een van de problemen die je hebt beschreven in de Opdracht Problemen in een multiculturele wijk, vraag e: Welke problemen spelen in de Haagse Schilderswijk? Beantwoord de volgende vragen over dit probleem:

tie

a. Beschrijf het probleem in ĂŠĂŠn zin.

u' Ac

b. Beschrijf de oorzaak van het probleem in Word in maximaal 250 woorden. c. Voor wie is het een probleem? Is het wel een probleem voor de inwoners van de wijk? Zo ja, waarom? Zo nee, kies dan een ander probleem en begin opnieuw bij a.

er

ij

Ed

d. Kies een doelgroep. Dit kunnen alle inwoners zijn voor wie het probleem speelt, of een deel van die inwoners. Beschrijf de doelgroep.

Opdracht 11

Formuleer een doelstelling voor het event

ev

Beschrijf wat de doelstelling van het event is. Jullie gaan een SMART-doel opstellen.

U

itg

a. Beschrijf de gewenste situatie, vanuit de doelgroep. Beschrijf de situatie in je eigen woorden of in de woorden van een vertegenwoordiger van de doelgroep.

14

b. Formuleer een SMART-doelstelling voor het multicultureel event.


Ontwerpfase

Opdracht 12

Kies de activiteiten

fb .v

.

Jullie gaan nu kiezen uit welke activiteiten het multiculturele event gaat bestaan. Maak het niet te groot, je hoeft geen weekprogramma te bedenken. Een dagdeel is genoeg. Bedenk hoeveel mensen je ongeveer verwacht. Je hebt het buurtcentrum tot je beschikking, daar is een ruimte met tafeltjes, een keuken, een speelzaal en er zijn enkele vergaderruimtes. Ook is er een buitenruimte met speeltoestellen en bankjes.

tie

a. Kies ten minste drie en maximaal vijf activiteiten voor de doelgroep die passen bij de doelstelling. Beschrijf de activiteiten en leg uit waarom ze passen bij het probleem, de doelstelling en de doelgroep.

Opdracht 13

Format draaiboek

u' Ac

b. Kies ĂŠĂŠn van de activiteiten om in de klas uit te voeren. Kies een activiteit die uitvoerbaar is in de klas en die voor je medestudenten aantrekkelijk is.

Jullie gaan een format maken voor een draaiboek. Wat moet er allemaal in komen? Ga je het in Word maken, gebruik je een ander programma of maak je het op papier? Gebruik het Werkmodel Draaiboek. Bestudeer de opdracht. Maak een takenlijst en een planning: wie beschrijft wat? Hoe informeren jullie elkaar daarover? Gebruik het Werkmodel Planning.

Werkmodel Planning <

Maak het format. Zorg dat alle activiteiten in het draaiboek zijn opgenomen. Je hoeft het draaiboek nog niet in te vullen. Spreek met je docent af hoe je het format inlevert. Bespreek het format met je docent.

er

ij

Ed

Werkmodel Draaiboek <

Opdracht 14

Ontwerp een flyer/poster

U

itg

ev

Om deelnemers te werven voor het event, ga je een poster en een flyer maken. Je maakt een ontwerp, dat groot afgedrukt een poster is en op A5-formaat een flyer die je in de wijk uit kunt delen. Jullie gaan de poster op de computer maken en op A5-formaat printen. Eerst maakt elke student een eigen ontwerp voor de poster.

Opdracht 15

Werkmodel Logboek en evaluatie <

Gebruik papier en kleurpotloden of stiften. Maak op een A4 een ontwerp. Houd rekening met de doelgroep (voor jonge kinderen maak je een ander ontwerp dan voor alleenstaande mannen) en zorg dat alle belangrijke informatie op het ontwerp staat.

Werk het logboek bij Werk het logboek bij met behulp van het Werkmodel Logboek en evaluatie.

15


Voorbereidingsfase

Voorbereidingsfase Afspraken maken

fb .v

Opdracht 16

.

Jullie zijn bijna aangekomen bij de uitvoeringsfase! Voordat je daaraan kunt beginnen moet je vaststellen welke voorbereidingen je nog moet doen voordat jullie kunnen beginnen.

Keuze ontwerp flyer/poster

u' Ac

Opdracht 17

tie

In de ontwerpfase hebben jullie enkele activiteiten gekozen voor in het draaiboek. Moet je bij de organisatie en uitvoering van deze activiteiten ook andere organisaties betrekken? Welke afspraken moeten er gemaakt worden voordat je het draaiboek kunt gaan maken?

In een vorige opdracht heeft elk groepslid een ontwerp voor de poster/flyer gemaakt. Jullie gaan een ontwerp kiezen. Je doet dat door te onderzoeken welke poster/flyer het meest uitnodigend is voor de doelgroep. Bestudeer de opdracht. Maak een takenlijst en een planning: wie beschrijft wat? Hoe informeren jullie elkaar daarover? Gebruik het Werkmodel Planning.

Werkmodel Planning <

ij

Ed

a. Kies een groepje van ten minste drie mensen die jouw doelgroep kunnen vertegenwoordigen. Kies bij voorkeur een groep mensen die dezelfde kenmerken heeft als jouw doelgroep. Het kunnen medestudenten zijn, mensen in een winkelstraat, een groep jongeren op een hangplek. Vraag deze mensen welke flyer hen zou motiveren om naar het event te komen. Vraag ook waarom ze juist die flyer gekozen hebben. b. Bespreek met elkaar de resultaten van het onderzoekje en maak een keuze.

er

c. Maak in Word een verslag van deze opdracht, waarin je beschrijft hoe jullie tot de keuze voor een ontwerp gekomen zijn. Spreek af met je docent hoe je het verslag inlevert. Bespreek het verslag met de docent.

Kies software voor de poster

ev

Opdracht 18

U

itg

Werkmodel Logboek en evaluatie <

Opdracht 19

Werkmodel Logboek en evaluatie <

16

Bespreek met elkaar wie de poster gaat maken. Dat kan degene zijn die het ontwerp heeft gemaakt, maar ook iemand die handig is met passende software. Eventueel kun je het ook met z’n tweeën doen. Kies software en oefen daarmee. In PowerPoint kun je het formaat van de dia aanpassen naar A4 en dan op één dia een mooie poster of flyer ontwerpen. Werk het logboek bij met behulp van het Werkmodel Logboek en evaluatie.

Werk het logboek bij Werk het logboek bij met behulp van het Werkmodel Logboek en evaluatie.


Realisatiefase

Realisatiefase Maak het draaiboek voor het multiculturele event

fb .v

Opdracht 20

.

Maak de projectproducten: het draaiboek en de poster/flyer voor het multicultureel event. Bestudeer de opdracht en verdeel de taken. Gebruik het Werkmodel Planning.

Je hebt een activiteit gekozen die je in de klas gaat uitvoeren. Bestudeer de opdracht. Maak een takenlijst en een planning: wie beschrijft wat? Hoe informeren jullie elkaar daarover? Gebruik het Werkmodel Planning.

Werkmodel Planning <

Opdracht 21

u' Ac

tie

Vul het draaiboek in voor het gehele multiculturele event. Loop in gedachten het hele event door en verdeel de taken. Je mag er zo nodig mensen bij verzinnen die een taak hebben. Misschien heb je vertegenwoordigers van de doelgroep nodig of schakel je Annet, de buurtregisseur in. Denk aan het werven van deelnemers, waar ga je de posters ophangen en leg je de flyers neer? Komt er een aankondiging in de wijkkrant? Wie schrijft de aankondiging? Wie nodigt de pers uit of misschien vooraanstaande wijkbewoners of gemeenteraadsleden?

Draaiboek en de activiteit in de klas

Je hebt een activiteit gekozen die je in de klas gaat uitvoeren.

Ed

Vul het format voor het draaiboek dat je eerder hebt gemaakt in voor de activiteit die je in de klas gaat uitvoeren. Spreek met elkaar de hele activiteit door en zorg dat alles in het draaiboek staat. Verdeel de taken en zorg dat elk groepslid duidelijke taken heeft. Zorg dat in het draaiboek ook een evaluatie met de deelnemers is opgenomen. Maak het draaiboek in Word of Excel. Spreek met de docent af hoe je het draaiboek inlevert. Bespreek het draaiboek met de docent.

er

Jullie hebben een keuze gemaakt voor een ontwerp voor de flyer/poster. Bestudeer de opdracht. Maak een takenlijst en een planning: wie beschrijft wat? Hoe informeren jullie elkaar daarover? Gebruik het Werkmodel Planning. a. Maak de poster/flyer voor het multicultureel event. Zorg dat in elk geval de volgende informatie op de flyer/folder staat: • de locatie • de tijd • de activiteiten • de doelgroep • eventuele kosten • of mensen zich moeten aanmelden en zo ja, wanneer en hoe • wie het event organiseert. Zorg ervoor dat het ontwerp aansluit bij de doelgroep. Gebruik de informatie die je in de opdracht Keuze ontwerp poster hebt verzameld. b. Print de poster op A4- of A5-formaat. Beantwoord de volgende vragen voor jezelf: • Is alle informatie nog leesbaar? • Is de poster geschikt voor dit formaat? c. Pas het ontwerp van de poster zo nodig aan. Spreek met de docent af hoe je de poster/flyer inlevert. Bespreek de poster met de docent.

U

itg

ev

Werkmodel Planning <

Maak de flyer/poster voor het multicultureel event

ij

Opdracht 22

17


Realisatiefase

Opdracht 24

Werk het logboek bij

Werk het logboek bij met behulp van het Werkmodel Logboek en evaluatie.

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

Werkmodel Logboek en evaluatie <

Jullie hebben een activiteit gekozen uit het draaiboek die jullie willen uitvoeren in de klas. Bereid de activiteit in de klas voor volgens het draaiboek. Gebruik het Werkmodel Voorbereiding activiteit.

.

Werkmodel Voorbereiding activiteit <

Bereid de activiteit in de klas voor

fb .v

Opdracht 23

18


Oplevering

Oplevering Oplevering draaiboek en flyer/poster

fb .v

Opdracht 25

.

Het moment is aangebroken, jullie gaan de producten opleveren!

Lever het draaiboek en de flyer/poster op zoals eerder is afgesproken met de docent.

Opdracht 26

Activiteit uitvoeren en evalueren in de klas Jullie gaan de gekozen activiteit uitvoeren in de klas.

Werk het logboek bij met behulp van het Werkmodel Logboek en evaluatie. Geef antwoord op de volgende vragen: 1. Verliep alles volgens het draaiboek? 2. Waren er onverwachte gebeurtenissen en hoe hebben jullie die opgepakt? 3. Zijn er aanpassingen aan het draaiboek nodig? 4. Hoe hebben de deelnemers de activiteit ervaren? (Gebruik de evaluatie.)

U

itg

ev

er

Werkmodel Logboek en evaluatie <

Werk het logboek bij

ij

Opdracht 27

Ed

u' Ac

tie

a. Voer de activiteit uit in de klas volgens het draaiboek. b. Je evalueert de activiteit in de klas met de betrokkenen (medestudenten en de docent). Je voert een groepsgesprek en stelt vragen aan de betrokkenen over het resultaat van de activiteit (product-evaluatie). Bespreek minstens drie van de onderstaande vragen. • Is het vooraf gestelde doel van het project bereikt? • Waren de (werk)doelen goed gekozen? • Waren de (werk)doelen haalbaar? • Waren de (werk)doelen zinvol? • Heb je de doelgroep bereikt die je wilde bereiken? • Heb je bij de deelnemer bereikt wat je wilde? • Waren de deelnemers tevreden? Een van jullie maakt aantekeningen tijdens het groepsgesprek. Deze aantekeningen kun je later gebruiken voor het bijwerken van het logboek.

19


Reflectie en evaluatie

Reflectie en evaluatie

Opdracht 29 Werkmodel STARRT-methode <

Evalueer met elkaar het hele project en doe hiervan verslag in het logboek met het Werkmodel Logboek en evaluatie. Besteed hierbij ook aandacht aan de uitkomsten van het samenwerkingscontract.

Reflecteren

tie

Werkmodel Logboek en evaluatie <

Evalueren

In deze opdracht ga je reflecteren over het project. Je verslag bestaat uit twee delen. 1. Bespreek in de groep hoe je het vond om een activiteit voor je klasgenoten te organiseren. Is het moeilijker of gemakkelijker dan voor cliĂŤnten? Beschrijf jouw eigen antwoorden op deze vragen in je reflectieverslag. 2. Bedenk een moment of situatie waarvan je vindt dat je het in het vervolg anders zou moeten aanpakken. Of kies een situatie of een moment waar je juist erg trots op bent en leg uit waarom je zo trots bent. Kijk terug en doe dit met het Werkmodel STARRT-methode.

u' Ac

Opdracht 28

fb .v

.

De producten zijn opgeleverd en het project is bijna afgerond. In deze laatste fase van het project gaan jullie evalueren hoe het project verlopen is. Ook gaan jullie eerst groepsgewijs en daarna individueel reflecteren.

U

itg

ev

er

ij

Ed

Lever het reflectieverslag in bij je docent.

20


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.