40443 Persoonlijke zorg specifiek richten op behoefte kind

Page 1

.v

.

Training

C

op

yr

ig

ht

Ed

u’ Ac

tie

fb

Persoonlijke zorg specifiek richten op behoefte kind


Colofon

.v

.

Uitgeverij: Edu’Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl

Inhoudelijke redactie: Jo-Anne Schaaf Titel: Persoonlijke zorg, specifiek richten op behoefte kind

tie

ISBN: 978 90 3724 044 3

fb

Auteur: Inge Janssens

©

u’ Ac

Edu’Actief b.v. 2017 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Ed

Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.

C

op

yr

ig

ht

Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu’Actief, te vinden op www.edu-actief.nl.


Inhoud Over deze training

.

7

Aansluiten bij het kind tijdens de persoonlijke verzorging Ontwikkelingsgericht werken

13

18

23

tie

Interactievaardigheden toepassen tijdens de persoonlijke verzorging Veiligheid

9

fb

De ontwikkeling van een kind op het gebied van de persoonlijke verzorging

.v

OriĂŤntatie

4

30

u’ Ac

Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsgebieden en persoonlijke zorg Theoriebron Nieuwe vaardigheden bij de persoonlijke zorg

37

Theoriebron Ontwikkelingsgericht werken bij persoonlijke verzorging Theoriebron Signalen tijdens de persoonlijke verzorging Theoriebron Veiligheid

47

41

44

Theoriebron Communicatie en interactie tijdens de persoonlijke verzorging

49

C

op

yr

ig

ht

Ed

34

3


Over deze training

Over deze training

.

Inleiding

ig

ht

Ed

u’ Ac

tie

fb

.v

De ontwikkeling van een kind kent geen vastgestelde routes, maar verloopt voor elk kind op een unieke manier. Ontwikkelingsdoelen en gemiddelde leeftijden waarop kinderen een ontwikkelingsstap bereiken, zijn slechts stippen op een landkaart. Elk kind kiest zijn eigen weg van stip naar stip. Ook de volgorde waarin het de stippen aandoet, verschilt. Je kunt kinderen daarom nooit allemaal hetzelfde benaderen. Bij persoonlijke zorg betekent dit dat je goed observeert welk gedrag een kind laat zien. Je let ook op zijn aandacht en interesse. Een kind laat hiermee zien aan welke ontwikkelingsstap het toe is. De ontwikkeling gaat vanzelf, maar jij kan het kind hierbij wel ondersteunen. In deze training ga je aan de slag met de ontwikkeling die kinderen laten zien op het gebied van persoonlijke zorg. Je leert signalen van kinderen herkennen en interpreteren. Door gebruik te maken van gerichte, actieve communicatie en interactievaardigheden leer je een kind te ondersteunen bij zijn ontwikkeling.

Gezellig samen zindelijk worden.

yr

Leerdoelen

C

op

• • • • •

4

Je kent rekening houden met de cognitieve, motorische, sociale, emotionele, zintuiglijke, seksuele en creatieve ontwikkeling van een kind van nul tot dertien jaar bij het ondersteunen van de persoonlijke zorg. Je kunt ontwikkelingsgericht werken: signaleren, creëren en benutten van kansen op cognitief, motorisch, zintuiglijk en sociaal-emotioneel gebied. Je kunt reageren op signalen van het kind en een op de persoon toegesneden verzorging geven. Je kunt effectief communiceren bij de verzorging van kinderen. Je kunt het ‘vierogenprincipe’ toepassen. Je kunt de volgende interactievaardigheden toepassen: praten en uitleggen, respect voor autonomie en sensitieve responsiviteit.


Over deze training

Beoordeling Je wordt op verschillende punten beoordeeld. Deze punten kun je in het beoordelingsformulier terugvinden. De volgende punten zijn belangrijk bij de beoordeling: • Je doet actief mee aan de lessen. • Je voldoet aan de voorwaarden bij de oefeningen en bij de demonstratie: correcte kleding, goede persoonlijke verzorging, geen sieraden. • Je bent actief betrokken bij de uitvoering van de oefeningen. • Je past de geleerde kennis toe bij het uitwerken van de Demonstratie.

fb

.v

.

Beoordelings-formulier <

Planning

tie

Aan het einde van de training moet je een demonstratie uitvoeren. Plan deze demonstratie tijdig in. Lees eerst de demonstratie goed door en vul daarna het planningsformulier in. Neem ook de andere oefeningen van deze training op in je totale planning. Zo voorkom je dat je in tijdnood komt.

u’ Ac

Planningsformulier <

Demonstratie: Filmpje persoonlijke zorg richten op de specifieke behoeften van het kind

Ed

Casus

ht

Kindercentrum de Berenboot heeft een afdeling kinderopvang voor kinderen tussen 0 en 4 jaar en een buitenschoolse opvang voor kinderen tussen 4 en 12 jaar. Het kindercentrum gaat ervan uit dat elk kind een unieke ontwikkeling doormaakt. In de groepsgerichte opvang proberen ze om de zorg zo veel mogelijk af te stemmen op de individuele behoeften van de kinderen.

ig

Tijdens het laatste teamoverleg vroegen de medewerkers hoe ze dit in de praktijk moeten aanpakken. De teamleidster heeft afgesproken om een filmpje te maken dat laat zien wat de visie van het kindercentrum is en wat dit betekent in de praktijk.

C

op

yr

Samen met twee medestudenten ga jij dit filmpje maken. Jullie spelen drie verschillende kinderen die dezelfde leeftijd hebben. Jullie volgen deze kinderen tijdens verschillende momenten van persoonlijke verzorging. In het filmpje laat je zien hoe je sensitief reageert op signalen van elk kind. Maak hierbij gebruik van de interactievaardigheden (praten en uitleggen, respect voor de autonomie en responsieve sensibiliteit). Laat ook zien hoe je bij elk kind ontwikkelingsgericht werkt. Het filmpje neem je op met je telefoon of een ander opnameapparaat. Wissel voor iedere opname van rol zodat iedereen een keer de rol pedagogische medewerker, kind en filmer gehad heeft.

5


Over deze training

Voorbereiding •

fb

.v

.

• •

Lees de voorwaarden door bij het kopje Controle. Deze moet je kunnen terugvinden in je filmpje. Lees de theoriebronnen nog een keer door. Maak een draaiboek voor het filmpje. – Beschrijf de drie kinderen van de gekozen leeftijd (leeftijd, karakter, welke persoonlijke verzorging heeft het nodig, wat kan het zelf en wat met hulp). – Kies de momenten van persoonlijke zorg waarbij de pedagogisch medewerker het kind gaat ondersteunen. – Schrijf op wat je gaat vertellen, wat je wilt laten zien en hoe je dit wil laten zien. Oefen het filmpje. Kijk of er nog iets veranderd moet worden om aan de voorwaarden te voldoen.

tie

Controle

Plan voor jezelf een datum waarop je de demonstratie gaat uitvoeren. Vul deze datum in op je planningsformulier. Speel het filmpje en neem het op. Houd je aan het script en zorg dat je voldoet aan alle voorwaarden.

C

op

yr

ig

ht

Ed

Uitvoering

u’ Ac

Zorg ervoor dat jouw uitwerking voldoet aan de volgende voorwaarden: • Tijdens de persoonlijke verzorging creëer en benut je kansen om een kind op cognitief, motorisch, zintuiglijk en sociaal-emotioneel gebied te stimuleren, passend bij zijn ontwikkeling. • Je reageert sensitief op signalen van het kind. • Je geeft het kind een op de persoon toegesneden verzorging. • Je communiceert effectief bij de verzorging van kinderen. • Je respecteert de autonomie van het kind tijdens de persoonlijke verzorging. • Je praat met het kind en geeft uitleg aan het kind tijdens de persoonlijke verzorging.

6


Oriëntatie

Oriëntatie Oefening 1

Boodschappenlijstje

tie

fb

.v

.

Op het bord staat het onderwerp van deze les geschreven: Persoonlijke zorg specifiek richten op de behoeften van een kind. Iedereen krijgt een kladbladje. Schrijf het onderwerp boven aan het kladbladje. Zet er een streep onder. Onder de streep schijf je nu een woord of feit dat bij het onderwerp hoort. Geef dan je kladblaadje door naar links. Op het kladblaadje dat nu voor je ligt, schrijf je weer een woord of feit. Daarna geef je het kladblaadje weer door naar links. Dit gaat zo door tot je je eigen kladblaadje terug hebt of de docent vraagt om te stoppen. Er mogen geen dubbele woorden of feiten op de kladblaadjes komen te staan. Als je echt niks nieuws weet toe te voegen, zet je een kruisje op het kladblaadje. a. Wist je veel woorden of feiten bij het onderwerp te bedenken?

Oefening 2

Mijn mening is

u’ Ac

b. Welke nieuwe dingen heb je erbij geleerd?

Ed

Schrijf je mening over de volgende stellingen op.

ht

a. Kinderopvang en buitenschoolse opvang is opvang in groepen. Daarom is het niet mogelijk rekening te houden met de specifieke behoeften van een kind.

c. Als je rekening houdt met de specifieke behoefte van een kind, geef je een kind de grootst mogelijke ondersteuning bij zijn ontwikkeling.

C

op

yr

ig

b. De meeste kinderen ontwikkelen zich op dezelfde manier. Ze reageren daarom goed op dezelfde benadering.

7


Oriëntatie

Oefening 3

Als ik dit onderwerp hoor dan wil ik …

Dit wil ik leren

C

op

yr

ig

ht

Ed

u’ Ac

tie

fb

.v

Dit weet ik al

.

Schrijf het onderwerp van de training op een blaadje en maak daaronder twee kolommen. Boven de eerste kolom schrijf je ‘Dit weet ik al’, boven de tweede kolom schrijf je ‘Dit wil ik leren’.

8


De ontwikkeling van een kind op het gebied van de persoonlijke verzorging

.v

.

De ontwikkeling van een kind op het gebied van de persoonlijke verzorging

fb

Inleiding

ig

ht

Ed

u’ Ac

tie

Kinderen ontwikkelen zich op hun eigen manier, ook op het vlak van de persoonlijke verzorging. In de praktijk zijn er algemene ontwikkelingslijnen die je bij de meeste kinderen ziet terugkomen. Een kind leert eerst het uittrekken van zijn sok en daarna pas het aantrekken. Het kan al stukjes brood in zijn mond stoppen voor het zijn brood kan smeren. Hoe zien deze algemene ontwikkelingslijnen er nu uit? Dat ontdek je tijdens deze opdrachten.

C

op

yr

Met uiterste concentratie lukt het hem om zelf zijn brood te smeren.

Leerdoelen Je kunt: • de ontwikkelstappen toelichten bij het leren eten en drinken • de ontwikkelstappen toelichten bij het leren aan- en uitkleden • de ontwikkelstappen toelichten bij het leren handen wassen • de ontwikkelstappen toelichten bij het leren tandenpoetsen • de ontwikkelstappen toelichten bij het zindelijk worden/de toiletgang.

9


De ontwikkeling van een kind op het gebied van de persoonlijke verzorging

Oefening 1

Zoek op de Website YouTube korte filmpjes van kinderen die zitten te eten. Zoek een filmpje voor elke van de volgende leeftijden: • baby • dreumes • peuter • kleuter • schoolkind.

.v

.

Website YouTube <

Motorische ontwikkeling en eten

fb

Je kunt hiervoor de volgende trefwoorden gebruiken: eten baby, eten dreumes, eten peuter enzovoort. Beantwoord de volgende vragen voor elk filmpje.

Ed

u’ Ac

tie

a. Kijk naar de motoriek van het kind. Wat kan dit kind al? Gaat dat vloeiend?

b. Kijk naar de motoriek van het kind. Waar heeft het kind nog moeite mee?

Ontwikkeling bij aan- en uitkleden en bij zindelijk worden

ht

Oefening 2

ig

In hun jonge leven leren kinderen zichzelf aankleden en uitkleden. Eerst met hulp, later zelfstandig. Op het gebied van zindelijkheid maken ze ook een evolutie door.

yr

Maak een groepje met drie medestudenten. Twee van jullie verdiepen zich in de ontwikkelingsstappen bij aan- en uitkleden. De andere twee verdiepen zich in de ontwikkelingsstappen bij zindelijkheid voor plas en poep.

C

op

Zoek op internet op welke ontwikkelingsstappen een kind zet terwijl het leert om zichzelf aan en uit te kleden of bij de ontwikkeling van de zindelijkheid. Maak hiervan een overzicht: • Welke verschillende ontwikkelingsstappen zijn er? • Op welke leeftijd is het kind bezig met deze ontwikkelingsstap? Als jullie overzichten klaar zijn, vertel je aan het andere tweetal hoe de ontwikkeling van het kind op het door jullie onderzochte gebied verloopt.

10


De ontwikkeling van een kind op het gebied van de persoonlijke verzorging

Gebruik bij deze opdracht de Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsbieden en persoonlijke zorg.

.

a. Welke ontwikkelingsstappen zet een kind als het leert tandenpoetsen?

.v

Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsgebieden en persoonlijke zorg <

Ontwikkeling bij tandenpoetsen

fb

Oefening 3

b. Zijn tanden laten poetsen door een volwassene.

tie

Kijk op internet. Vanaf welke leeftijd laat je het kind oefenen met de volgende handelingen?

u’ Ac

c. Zelf de tanden poetsen, een volwassene poetst na.

d. Volledig zelfstandig de tanden poetsen.

Gebruik bij het maken van deze opdracht de Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsbieden en persoonlijke zorg. Voor je medestudenten maak je een filmpje waarin je de ontwikkeling van een kind laat zien op het gebied van handen wassen.

ig

Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsgebieden en persoonlijke zorg <

Opdracht Handen wassen

ht

Oefening 4

Ed

e. Hoe kun jij het kind ondersteunen bij deze ontwikkeling? Noem minstens vijf zaken.

C

op

yr

Voorbereiding • Kies drie medestudenten voor het maken van deze opdracht. • Maak een overzicht van de ontwikkelingsstappen op dit ontwikkelingsgebied. • Bespreek samen hoe je de ontwikkelingsstappen zichtbaar kunt maken in een filmpje. Welk gedrag laat het kind zien? Hoe kun je ondersteuning bieden als begeleider? Hoe kun je laten zien welke leeftijd het kind nu heeft? Uitvoering • Maak het filmpje. Dit mag met je mobiel of een ander opnameapparaat. • Bekijk de gemaakte filmpjes. Zie je duidelijk om welke ontwikkelingsstap het gaat en welke leeftijd hierbij hoort? • Maak indien nodig aanpassingen. • Als de filmpjes klaar zijn, laat je ze zien aan de andere studenten van je groep. Geef elkaar feedback op de gemaakte filmpjes: Wat vind je goed? Wat kan duidelijker?

11


De ontwikkeling van een kind op het gebied van de persoonlijke verzorging

.

Reflectie a. Wat vond je prettig in de samenwerking met je medestudenten?

Kies een of twee medestudenten voor het maken van deze opdracht.

Maak de ontwikkeling van een kind op het gebied van drinken zichtbaar in een PowerPointof Prezi-presentatie. Maak hierbij gebruik van tekst, foto’s en filmpjes. Zorg dat duidelijk is: • welke ontwikkelingsstappen het kind zet • op welke leeftijd • welke materialen het kind hierbij gebruikt • hoe je het kind kunt ondersteunen bij elke ontwikkelingsstap. Als je presentatie klaar is, presenteer je deze voor een ander groepje. Zij geven feedback op jullie werk. Ze geven aan wat goed is en wat anders kan.

C

op

yr

ig

ht

Ed

Website Prezi <

Gebruik bij deze opdracht de Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsbieden en persoonlijke zorg. Voor een kind zelfstandig uit een glas kan drinken, heeft het al een hele ontwikkeling doorgemaakt. Je gaat deze ontwikkeling zichtbaar maken in een PowerPoint- of Prezi-presentatie.

tie

Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsgebieden en persoonlijke zorg <

Ontwikkeling bij drinken

u’ Ac

Oefening 5

fb

.v

b. Wat vond je achteraf gezien van jullie eigen filmpje?

12


fb

Inleiding

.v

Aansluiten bij het kind tijdens de persoonlijke verzorging

.

Aansluiten bij het kind tijdens de persoonlijke verzorging

ht

Ed

u’ Ac

tie

Kinderen laten op duizenden verschillende manieren zien wat ze willen, wat ze nodig hebben en wat ze kunnen. Aandacht hebben voor deze signalen levert aanknopingspunten op voor het stimuleren van hun ontwikkeling. Het creëert ook momenten van echt contact. In dit onderdeel ontdek je hier meer over.

Zonder iets te zeggen laat dit meisje zien wat ze nodig heeft.

ig

Leerdoelen

C

op

yr

Je kunt: • signalen van kinderen oppikken die aangeven dat ze behoefte hebben aan persoonlijke zorg • signalen van kinderen oppikken die aangeven dat ze willen ontwikkelen op het gebied van persoonlijke zorg • signalen van kinderen oppikken die aangeven dat ze behoefte hebben aan privacy tijdens de persoonlijke zorg • rekening houden met diversiteit tussen kinderen bij de persoonlijke verzorging.

13


Aansluiten bij het kind tijdens de persoonlijke verzorging

Gebruik bij deze opdracht de Theoriebron Signalen tijdens de persoonlijke verzorging. Kinderen zenden signalen uit. Volwassenen pikken deze niet altijd op. Of ze vertalen de signalen verkeerd. Hiervan zie je voorbeelden in je dagelijkse leven. Je ziet bijvoorbeeld een kind dat graag iets wil oppakken. Moeder die haast heeft, trekt het kind mee. Het kind zet het op een huilen.

.

Theoriebron Signalen tijdens de persoonlijke verzorging <

Signalen oppikken

.v

Oefening 1

fb

Maak deze opdracht met twee of drie medestudenten.

Casus

u’ Ac

tie

Jelle steekt zijn armen uit. Hij wil de lepel zelf vasthouden tijdens het eten. Marlieke ziet dit niet. Ze kijkt naar een ander kind. Jelle maakt geluidjes en wipt op en neer. Zijn handjes reiken naar de lepel. Marlieke neemt een nieuwe schep eten, draait zich om en wil Jelle het eten geven. Hij draait zijn hoofd weg en reikt opnieuw naar de lepel. Marlieke duwt zijn armen omlaag en probeert hem de hap eten te geven. Jelle knijpt zijn lippen op elkaar en draait weg. Marlieke zegt: ‘Zo, jij hebt zo te zien geen honger meer.’ Ze ruimt het eten op. Jelle zit even stil te kijken, maakt dan geluidjes en zet het vervolgens op een krijsen. a. Welke signalen zendt Jelle uit?

Ed

b. Wat wil Jelle graag?

ht

c. Hoe vertaalt Marlieke de uitgestrekte armen van Jelle?

ig

d. Wat ervaart Jelle doordat Marlieke zijn signalen verkeerd begrijpt?

C

op

yr

e. Hoe zou Marlieke de situatie beter kunnen aanpakken? Noem verschillende mogelijkheden.

f. Zoek op internet een filmpje waarin een kind persoonlijke zorg krijgt. Kies hieruit een of twee fragmenten waarin het kind signalen uitzendt en je de reactie van de volwassene kunt zien. Beantwoord de volgende vragen: • Welke verbale signalen zendt het kind uit? • Welke non-verbale signalen zendt het kind uit? • Wat denk jij dat het kind bedoelt met deze signalen? • Hoe reageert de volwassene op de signalen? • Wat vind je goed aan deze reactie?

14


Aansluiten bij het kind tijdens de persoonlijke verzorging

• • •

.v

.

Wat zou jij anders doen? Hoe reageert het kind op de reactie van de volwassene? Vind jij dat de volwassene sensitief reageert op de signalen van het kind? Waarom wel of niet? Vind jij dat de volwassene respect toont voor de autonomie van het kind? Waarom wel of niet?

tie

fb

g. Beschrijf allemaal een situatie die je hebt gezien in je dagelijkse leven waarin de signalen van een kind niet of verkeerd opgepikt werden. • Wat zag je gebeuren? • Welke signalen gaf het kind? • Hoe reageerde de volwassene? • Wat was het gevolg van deze reactie? • Hoe had je volgens jou beter kunnen reageren in deze situatie?

Oefening 2

Privacy

Lees de Theoriebron Signalen tijdens de persoonlijke verzorging bij deze opdracht. Hoe ga je om met privacy in de volgende situaties? a. Een kind van drie jaar wil niet plassen samen met de rest van de groep. Hij wil op het toilet met de deur dicht en op slot.

Ed

Theoriebron Signalen tijdens de persoonlijke verzorging <

u’ Ac

Wissel je ervaringen uit met je medestudenten. Beantwoord bij elk verhaal de volgende vragen: • Ben jij het eens met de interpretatie? • Zou jij het op dezelfde manier aanpakken als je medestudent?

ht

b. Twee meisjes zijn elkaars haren aan het borstelen. Een derde meisje komt erbij staan. Ze wordt driftig weggewuifd door de andere twee.

C

op

yr

ig

c. Er moet een luier verschoond worden, terwijl er net ouders rondgeleid worden op een groep.

d. Tom van tien jaar zit aan tafel te spelen met zijn eten. Je vraagt hem om te beginnen met eten. Dit weigert hij. Het gedrag herhaalt zich de hele week. Je merkt dat Tom er steeds witter en stiller uitziet. Hij wil niet dat je zijn ouders vertelt dat hij niet eet.

e. Een kind krijgt dagelijks medicatie. Hij schaamt zich hiervoor.

15


Aansluiten bij het kind tijdens de persoonlijke verzorging

Remi is een stil kind. Als de kinderen zich uitkleden om naar bed te gaan, zit Remi in een hoek. Hij kijkt naar de andere kinderen. Dan probeert hij zijn broek naar beneden te krijgen. Het lukt niet goed. Hij kijkt naar de begeleider. Als er geen reactie komt, maakt hij zachte geluidjes. De begeleider is druk bezig met andere kinderen en reageert niet. Remi begint te huilen.

.v

Theoriebron Signalen tijdens de persoonlijke verzorging <

Diversiteit tussen kinderen

.

Oefening 3

fb

Jan is ook bezig met zich uitkleden. Jan is een doorzetter en erg aanwezig in de groep. Hij duwt een ander kind opzij en gaat op de grond zitten. Hij probeert zijn broek los te krijgen. Als dat niet lukt, gaat hij naar de begeleider. Hij trekt aan haar arm. In brabbeltaal vertelt hij dat zijn broek uit moet.

tie

Elk kind heeft zijn eigenheid. Jan is verlegen, Raoul is heel ondernemend, Nicky kijkt eerst de kat uit de boom. Deze verschillen tussen kinderen wordt diversiteit genoemd. Voorbereiding Lees de Theoriebron Signalen tijden de persoonlijke verzorging.

Ed

u’ Ac

Uitvoering Je schrijft twee casussen. De kinderen uit beide casussen hebben dezelfde leeftijd. Ze zijn allebei bezig met de ontwikkeling van een aspect van de persoonlijke verzorging. De specifieke eigenheid van de kinderen blijkt duidelijk uit je verhaal. Bij de casussen stel je drie vragen op. De vragen gaan over signalen die het kind uitzendt, de bedoeling die het hiermee heeft, de benadering die past bij de eigenheid van dit kind. Verzamel jouw antwoorden op de vragen in een apart document. Geef je casussen en de vragen aan een medestudent. Zelf los je de vragen op van een medestudent. Blijf de casussen doorschuiven tot de docent aangeeft dat het voldoende is.

ht

Reflectie a. Wat heb je geleerd over diversiteit?

yr

ig

b. Wat kun je hiermee in de praktijk?

Oefening 4

C

op

Filmpje WIJ doet ’t zo: luier verschonen bij je baby <

Dynamiek van jonge kinderen Bekijk voor deze opdracht het Filmpje WIJ doet ’t zo: luier verschonen bij je baby. Beantwoord daarna de vragen. a. De dame vertelt dat je ervoor moet zorgen dat alles bij de hand staat, zodat je het kind niet alleen op het aankleedkussen hoeft te laten liggen. Waarom is dit belangrijk?

b. Op welke manier houdt deze dame rekening met de privacy van het kind?

16


Aansluiten bij het kind tijdens de persoonlijke verzorging

c. Wat kun je vertellen over het contact dat de dame maakt met het kind?

fb

.v

.

d. Hoe zou je op een leuke manier lichaamscontact kunnen maken met dit kind tijdens het verschonen?

Oefening 5

tie

e. Als dit kind vier maanden ouder is, wordt het veel beweeglijker. Op welke manier houd je dan rekening met de dynamiek van het kind?

Wat vind jij?

u’ Ac

Niet alleen kinderen geven signalen af, als pedagogisch medewerker doe je dat ook. Als jij een slechte nacht hebt gehad en rondloopt met hoofdpijn, dan zien kinderen aan jouw gedrag dat je minder lekker in je vel zit. Als jij ongeduldig bent, zien kinderen dat aan jouw mimiek en aan je bewegingen die korter en sneller worden. Kinderen reageren op de signalen die jij uitzendt. Ben jij gespannen, dan gaan kinderen vaak klieren en tegendraads reageren. Ben jij relaxed en vrolijk, dan is de kans groot dat de kinderen blij en ontspannen zijn.

Ed

Lees de volgende stellingen. Schrijf op wat jouw mening is. Bedenk bij elke stelling een of twee voorbeelden die je in de praktijk hebt meegemaakt.

ht

a. Stelling 1: Met een kind waaraan je je irriteert, maak je op een andere manier lichaamscontact dan met een kind dat je erg leuk vindt.

C

op

yr

ig

b. Stelling 2: Bij baby’s is de manier waarop je lichaamscontact maakt nog niet belangrijk. Dit is pas het geval als een kind ouder wordt.

c. Stelling 3: Door zorgzaam en respectvol lichaamscontact te maken, bouw je aan jouw vertrouwensrelatie met het kind.

d. Als iedereen zijn antwoorden heeft opgeschreven, bespreek je de antwoorden en voorbeelden met de hele groep.

17


Ontwikkelingsgericht werken

.

Ontwikkelingsgericht werken

.v

Inleiding

yr

ig

ht

Ed

u’ Ac

tie

fb

Kinderen ontwikkelen zich van nature. Ze hebben een interne drive om nieuwe dingen te ontdekken en uit te proberen. In de praktijk kun je hierop aansluiten. Je observeert waarmee een kind bezig is en merkt kansen op om de ontwikkeling te stimuleren. En je creëert bewust situaties waarin het kind de kans heeft om zichzelf verder te ontwikkelen. Hoe je dat doet? Dat ontdek je tijdens deze opdrachten.

C

op

Al spelend ontdekt en oefent een kind.

18

Leerdoelen Je kunt ontwikkelingsgericht werken op het gebied van de persoonlijke verzorging door: • aan te sluiten op het spontane leren van kinderen • gebruik te maken van de zone van de naaste ontwikkeling • gebruik te maken van stimulerende communicatie • kansen te grijpen om de ontwikkeling op het gebied van de persoonlijke verzorging te stimuleren • kansen te creëren om de ontwikkeling op het gebied van de persoonlijke verzorging te stimuleren.


Ontwikkelingsgericht werken

Theoriebron Nieuwe vaardigheden bij de persoonlijke zorg <

.v

Samen met twee medestudenten speel je drie rollenspellen: • Tess van 2 jaar probeert haar T-shirt aan te trekken. • Sem van 2,5 jaar trekt zijn T-shirt en jas aan. • Yaimi van 3,5 jaar trekt zijn jas en veterschoenen aan.

.

Voorbereiding Gebruik bij deze opdracht de Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsgebieden en persoonlijke zorg en de Theoriebron Nieuwe vaardigheden bij de persoonlijke zorg. Lees het stukje over de cognitieve ontwikkeling en over aan- en uitkleden door.

fb

Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsgebieden en persoonlijke zorg <

Taal- en denkontwikkeling bij het aan- en uitkleden

Verdeel de rollen. Zorg dat iedereen bij elk rollenspel een andere rol heeft: • kind • begeleider • observator.

tie

Oefening 1

u’ Ac

Uitvoering • Schrijf voor elk kind op: – welke stappen er nodig zijn om de handeling uit te voeren – wat het kind zelf kan en waarbij het geholpen moet worden – welke woorden je het kind kunt leren – welk karakter het heeft (wil het graag zelf doen, laat het jou alles doen enzovoort)

Ed

Schrijf kort op hoe de begeleider het kind begeleidt en stimuleert. De nadruk ligt op het stimuleren van de denk- en taalontwikkeling. • Speel daarna het rollenspel. De observator kijkt naar de interactie tussen kind en begeleider. Na afloop van het rollenspel geeft de observator een tip en een top.

ht

Reflectie a. Wat heb je gedaan om de denk- en taalontwikkeling van het kind te stimuleren?

ig

b. Wat kun je hiermee in de praktijk?

Het spontane leren en stimulerende communicatie

yr

Oefening 2

C

op

Filmpje Roef wil niet eten <

Theoriebron Ontwikkelingsgericht werken bij persoonlijke verzorging <

Voorbereiding • Gebruik bij deze opdracht de Theoriebron Ontwikkelingsgericht werken bij persoonlijke verzorging. Lees de paragrafen over het spontane leren en stimulerende communicatie. • Maak een drietal. • Bekijk het Filmpje Roef wil niet eten. Uitvoering • Hoe zou het filmpje verder kunnen gaan? Bedenk samen een scenario waarin de begeleider gebruikmaakt van het spontane leren van de jongen. Ze versterkt het spontane leren door middel van stimulerende communicatie. • Verdeel de rollen: – Roef – begeleider – observator.

19


Ontwikkelingsgericht werken

• •

Speel het scenario dat jullie bedacht hebben. Bekijk achteraf wat goed liep en maak indien nodig aanpassingen. Wissel van rol en speel het scenario opnieuw.

Theoriebron Ontwikkelingsgericht werken bij de persoonlijke verzorging <

Maak een groepje met twee medestudenten. Bekijk het Filmpje Zelf de jas aan doen. Beantwoord daarna de vragen.

u’ Ac

Filmpje Zelf de jas aan doen <

Zelf de jas aandoen

a. Hoe zie je de zone van de naaste ontwikkeling terug bij deze kinderen?

b. Wat doet de begeleidster om de ontwikkeling van de kinderen te stimuleren?

Ed

Oefening 3

tie

b. Wat vind jij het voordeel van stimulerende communicatie?

fb

.v

.

Reflectie a. Vond je het moeilijk om te bedenken hoe je kunt aansluiten bij het spontane leren? Leg uit.

ht

c. Wat doet de begeleidster om de autonomie van het linkse meisje te respecteren?

yr

ig

d. Welke verbeterpunten zie je in deze situatie?

C

op

e. Lees het stukje over de zone van de naaste ontwikkeling door in de Theoriebron Ontwikkelingsgericht werken bij persoonlijke verzorging. Bedenk een casus over een kind waarbij er op het gebied van de persoonlijke verzorging iets is wat het al kan en iets wat nog net niet lukt, maar wel met hulp. Zorg ervoor dat dit duidelijk naar voor komt in je beschrijving. Geef je casus door aan de volgende student. Deze gaat een manier verzinnen om dit kind te helpen met het ontwikkelen waarbij ze rekening houdt met de zone van naaste ontwikkeling. Als je een manier verzonnen en opgeschreven hebt, geef je de casus door aan de volgende student. Je krijgt zelf een nieuwe casus waarbij al één manier van ondersteunen beschreven staat. Verzin zelf een tweede manier om het kind te helpen in zijn ontwikkeling. Schrijf deze op.

20


Ontwikkelingsgericht werken

Blijf dit herhalen tot je geen nieuwe zaken meer kan bedenken.

Oefening 4

.v

.

Als je de ontwikkeling van een kind wilt stimuleren, dienen zich daarvoor vanzelf kansen aan. Bekijk het Filmpje Zelluf doen (broek). Beantwoord daarna de vragen. a. Welke ontwikkelingskans vind je terug in dit filmpje?

fb

Filmpje Zelluf doen (broek) <

Kansen grijpen en kansen creĂŤren

tie

b. Wat doet de ouder om haar kind te stimuleren? Noem drie dingen.

Ed

u’ Ac

c. Tijdens de persoonlijke verzorging op je stage kom je ook momenten tegen waarop ontwikkelingskansen zich automatisch aandienen. Schrijf twee voorbeelden op. Beschrijf hierbij wat het kind aan het doen was, welke kans je zag, hoe je gereageerd hebt en hoe het kind vervolgens reageerde.

ht

d. Kijk terug op deze twee situaties. Wat zou je in je begeleiding van het kind, achteraf gezien, hetzelfde doen en wat zou je veranderen?

C

op

yr

ig

e. Je werkt afwisselend op een kinderdagverblijf en een buitenschoolse opvang. Je wilt de ontwikkeling van kinderen op het gebied van persoonlijk zorg stimuleren. Bedenk voor beide locaties vier manieren of activiteiten om dit te doen: vier voor het kinderdagverblijf, vier voor de buitenschoolse opvang. Kinderdagverblijf

Buitenschoolse opvang

1 2 3 4

Als je klaar bent, vergelijk je jouw uitwerking met die van een medestudent. f. Wat vind je achteraf gezien van jouw uitwerking?

21


Ontwikkelingsgericht werken

g. Wat kun je met jouw uitwerking doen in de praktijk?

. .v

Gebruik bij deze opdracht de Theoriebron Ontwikkelingsgericht werken bij persoonlijke verzorging.

Lees de volgende stellingen. Vorm je mening en schrijf deze op. Noteer argumenten waarmee je jouw standpunt kunt staven. Stelling 1: Een kind leert het meest als je het gerichte instructies geeft.

tie

Theoriebron Ontwikkelingsgericht werken bij persoonlijke verzorging <

Ontwikkeling stimuleren

fb

Oefening 5

u’ Ac

Stelling 2: Door de opvang in groepen heb je geen tijd om aan te sluiten op het spontane leren van de kinderen. Stelling 3: De zone van de naaste ontwikkeling is bedacht door iemand die niet met kinderen werkt. In de praktijk heb je er weinig aan.

Kindercentrum de Pallieter heeft een kinderdagverblijf met horizontale groepen en een buitenschoolse opvang. Het is de begeleiders opgevallen dat de eetmomenten bij de verschillende groepen een heel ander karakter hebben. Bij de groepen met jonge kinderen is het vaak stil, terwijl er op de bso gezellig gekletst wordt. De begeleiders vragen zich af of ze op de jonge groepen ook niet moeten zorgen dat de kinderen gezellig met elkaar gaan praten. Gebruik bij deze opdracht de Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsgebieden en persoonlijke zorg. Lees het stukje over de sociaal-emotionele ontwikkeling door. • Ga naar de Website Anababa. Maak een overzicht van de sociaal-emotionele ontwikkeling van de volgende leeftijdsgroepen: – dreumes – peuter – kleuter – 6-8 jaar – 8-12 jaar. • Beschrijf voor elke leeftijdsgroep welk sociaal of emotioneel gedrag je kunt verwachten tijdens de eetsituatie. • Stel een lijst op met tips voor de begeleiders: – Waarop kunnen ze letten tijdens de eetsituatie? – Hoe kunnen ze de kinderen van deze leeftijd ondersteunen in hun sociaal-emotionele ontwikkeling tijdens de eetsituatie? • Kies zes tips uit. Bedenk voor elke tip een situatie waarin je kunt laten zien hoe je deze tip in de praktijk kunt toepassen.

ig

Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsgebieden en persoonlijke zorg <

Sociaal-emotionele ontwikkeling en het eetmoment

ht

Oefening 6

Ed

Als iedereen zijn mening gevormd heeft, gaan de mensen met dezelfde mening bij elkaar staan. Beide groepen leggen hun argumenten aan elkaar voor. Kijk of iemand na afloop van mening is veranderd.

C

op

yr

Website Anababa <

22


.v

Interactievaardigheden toepassen tijdens de persoonlijke verzorging

.

Interactievaardigheden toepassen tijdens de persoonlijke verzorging

fb

Inleiding

ht

Ed

u’ Ac

tie

Persoonlijke verzorgingsmomenten zitten vol interactie en communicatie. Hoe kun je deze momenten aanwenden om de ontwikkeling van het kind te stimuleren? Zijn er vormen van communicatie die handiger zijn dan andere? Waarom is het belangrijk om rekening te houden met het tempo van het kind en zijn behoeften? En hoe doe je dat? In dit onderdeel zoek je dit uit.

ig

Voor het eten was je eerst je handen.

Leerdoelen

C

op

yr

Je kunt: • de autonomie van het kind respecteren tijdens de persoonlijke verzorging • sensitieve responsiviteit toepassen tijdens de persoonlijke verzorging • praten met het kind en uitleg geven tijdens de persoonlijke verzorging • de principes van stimulerende communicatie toepassen bij de verzorging van kinderen

23


Interactievaardigheden toepassen tijdens de persoonlijke verzorging

a. Beschrijf alle momenten uit het filmpje waarin moeder respect toont voor de autonomie van het jongetje.

fb

b. Beschrijf drie momenten waarop moeder de ontwikkeling van het jongetje stimuleert.

tie

Filmpje Zelf aankleden peuters <

Bekijk het Filmpje De gouden keutel – Hoe ga je samen naar de WC? Beantwoord daarna de vragen.

.v

Filmpje De gouden keutel – Hoe ga je samen naar de WC? <

Respect voor de autonomie

.

Oefening 1

ht

Ed

c. Wat zie je gebeuren?

u’ Ac

Bekijk het filmpje ‘Zelf aankleden peuters’ bij deze opdracht. Kijk vooral naar de interactie tussen de begeleidster met het blauwe shirt en het linkse jongetje.

yr

ig

d. Wat vind je goed in de handelwijze van de begeleidster?

C

op

e. Welke tip kun je deze begeleidster geven om meer respect te tonen voor de autonomie van het kind?

24


Interactievaardigheden toepassen tijdens de persoonlijke verzorging

Gebruik bij deze opdracht de Theoriebron Communicatie en interactie tijdens de persoonlijke verzorging.

.

Casus Kees is vijf jaar. Hij moet tijdens de opvang puffen in verband met zijn astma. Daarna moet hij zijn mond spoelen. Loes, de pedagogisch medewerker, ziet dat het tijd is voor zijn puf. Kees is vol vuur mee aan het spelen met een gezelschapsspel. Loes gaat Kees halen.

fb

Theoriebron Communicatie en interactie tijdens de persoonlijke verzorging <

Hoe doe jij dit in de praktijk?

.v

Oefening 2

tie

Voorbereiding Maak een groepje van drie studenten. Lees de Theoriebron Communicatie en interactie tijdens de persoonlijke verzorging door.

Ed

Verdeel daarna de rollen: • Kees • Loes • observator.

u’ Ac

Bedenk twee versies voor het vervolg van de casus. • In de eerste versie toont Loes geen respect voor de autonomie van Kees. Ze luistert niet goed naar hem en geeft geen uitleg. Ze heeft geen impulsen om zijn ontwikkeling te stimuleren. • In de tweede versie toont Loes wel respect voor de autonomie van Kees. Ze luistert, geeft uitleg, communiceert actief en creëert kansen voor het stimuleren van zijn ontwikkeling.

Uitvoering Speel de twee versies van de casus.

ig

ht

Bespreek de situatie na. • De observator vertelt na afloop welke verschillen hij zag. • Kees vertelt welk effect het gedrag van Loes op hem had in beide situaties. • Loes vertelt wat ze moeilijk vond aan het actief communiceren. Wissel van rol en speel de situatie nog een keer.

b. Wat vind je voor jezelf een aandachtspunt bij het rekening houden met de autonomie van een kind?

C

op

yr

Reflectie a. Wat vind je voor jezelf een aandachtspunt bij het communiceren met een kind?

25


Interactievaardigheden toepassen tijdens de persoonlijke verzorging

Oefening 3

Aandacht voor het kind Samen met twee medestudenten speel je een rollenspel. Lees de volgende casus.

.

Casus

fb

.v

Het is maandag. Wilma heeft een geweldig weekend gehad. Ze kan niet wachten om hierover te vertellen tegen haar collega Sandra. Ze gaan met de peuters naar buiten en trekken hun jasjes aan. Wilma trekt het jasje aan bij Yuno. Yuno helpt nog niet mee en is snel afgeleid. Situatie 1: Wilma neemt de tijd om Yuno’s jasje aan te trekken. Ze maakt contact met hem, praat met hem, stimuleert hem om mee te helpen.

tie

Situatie 2: Wilma kletst honderduit tegen Sandra over haar weekend. Tussendoor trekt ze het jasje aan bij Yuno. Ze maakt geen contact met hem en laat hem niet helpen.

u’ Ac

Voorbereiding Kies twee medestudenten voor het uitvoeren van deze opdracht. Verdeel de rollen: • Yuno (peuter) • Wilma (pedagogisch medewerker) • Sandra (collega).

ig

ht

Ed

Uitvoering • Speel situatie 1. Sandra observeert alleen. Beantwoord daarna de volgende vragen: – Welk gevoel krijgt Yuno tijdens het aantrekken van het jasje? – Werkt Yuno mee? – gevoel krijgt Sandra in deze situatie? • Speel situatie 2. Beantwoord daarna de volgende vragen: – Welk gevoel krijgt Yuno tijdens het aantrekken van het jasje? – Werkt Yuno mee? – Welk gevoel krijgt Sandra in deze situatie? • Wissel de rollen om en speel de situatie opnieuw.

C

op

yr

Reflectie a. Welk effect heeft het gedrag van Wilma op het gedrag van Yuno?

26

b. Wat haal je uit het rollenspel dat je ook kan gebruiken in de praktijk?


Interactievaardigheden toepassen tijdens de persoonlijke verzorging

Bekijk het Filmpje Ouders van Nu tandenpoetsen. Beantwoord daarna de vragen. a. Als Liesbeth voorstelt om tanden te poetsen, communiceert ze actief met Teun. Hoe doet ze dat?

fb

.v

Filmpje Ouders van Nu tandenpoetsen <

Stimulerend communiceren

.

Oefening 4

tie

b. Liesbeth luistert goed naar de verbale uitingen van Teun. Ze vertaalt deze in woorden. Geef hier twee voorbeelden van.

u’ Ac

c. Liesbeth nodigt Teun uit om te vertellen wat zijn wensen zijn. Geef hier twee voorbeelden van.

ht

Ed

d. Liesbeth houdt rekening met de wensen van Teun. Geef hier drie voorbeelden van.

C

op

yr

ig

e. Wat doet Liesbeth om de ontwikkeling van Teun te stimuleren? Benoem drie verschillende dingen.

27


Interactievaardigheden toepassen tijdens de persoonlijke verzorging

Gebruik bij deze opdracht de Theoriebron Communicatie en interactie tijdens de persoonlijke verzorging. Kies een of twee medestudenten voor het maken van deze opdracht.

.

Theoriebron Communicatie en interactie tijdens de persoonlijke verzorging <

Wat kan anders?

Bekijk het Filmpje Elize op de grote wc.

.v

Oefening 5

tie

a. Wat vind je goed in de communicatie en interactie van de moeder naar haar dochter?

b. Welke verbeterpunten zie je, specifiek met betrekking tot de communicatie maar ook in het algemeen?

u’ Ac

Filmpje Met het mes op tafel - Hoe voer je een constructief gesprek? <

fb

Maak samen een overzicht. Filmpje Elize op de grote wc. <

Casus 1

Ed

c. Hoe zou je de verbeterpunten in de praktijk kunnen gebruiken? Hoe zou jij het aanpakken?

ig

ht

Quinten is tweeĂŤnhalf jaar. Hij moet zijn handen wassen voor het eten. Hij wil zelf de kraan opendraaien en zeep pakken, maar begeleidster Caro weet dat hij hier in het verleden een knoeiboel van maakte. Bovendien kan hij niet inschatten dat het water te warm kan zijn.

C

op

yr

Casus 2 Farisha is negen jaar. Ze zit vreselijk verdrietig in een hoekje. Elke middag moet ze na het eten haar tanden poetsen. Haar ouders hebben dit speciaal gevraagd. Ze baalt hiervan, maar doet meestal wel wat haar gevraagd wordt. Deze keer willen haar vriendinnetjes niet op haar wachten en vertrekken vast naar het speelplein. Farisha wilde mee, maar mocht pas van de begeleider als ze haar tanden had gepoetst.

d. Lees de casussen hiervoor. Bedenk samen hoe jullie de principes van praten en luisteren kunnen toepassen in deze situaties.

Bekijk het Filmpje Met het mes op tafel - Hoe voer je een constructief gesprek? Maak samen een overzicht.

28


Interactievaardigheden toepassen tijdens de persoonlijke verzorging

e. Wat gaat er mis in de communicatie tussen het meisje en haar vader?

.v

.

f. Hoe reageert het meisje op de communicatie van haar vader?

tie

fb

g. Welke verbeterpunten zie je?

u’ Ac

h. Hoe zou je dit gesprek aanpakken als je het opnieuw mocht doen?

Speel de situatie opnieuw. Het kind begint met dezelfde boodschap. Vader reageert volgens de principes van stimulerende communicatie, luisteren en praten. Wat vond je anders aan het gesprek dat je opnieuw deed?

j.

Wat was het effect van de andere manier van communiceren?

C

op

yr

ig

ht

Ed

i.

29


Veiligheid

Veiligheid

.

Inleiding

fb

.v

Het vierogenprincipe is een maatregel die wil voorkomen dat er situaties zijn in de kinderopvang waar kinderen de kans lopen misbruikt of mishandeld te worden. Elke organisatie voor kinderopvang mag zelf bepalen hoe hij het vierogenprincipe toepast in de praktijk. In dit onderdeel ga je uitzoeken hoe ze dit gedaan hebben.

Je kent: • de aanleiding van het vierogenprincipe • de inhoud van het vierogenprincipe • de consequenties van het vierogenprincipe.

tie

Leerdoelen

Organisaties voor kinderopvang hebben het vierogenprincipe allemaal op hun eigen manier vormgegeven. In het Artikel Het vierogenprincipe in de dagelijkse praktijk vind je voor tien organisaties terug hoe ze dit hebben aangepakt. Maak een groepje met vier medestudenten. Elke student kiest één organisatie uit het Artikel Het vierogenprincipe in de dagelijkse praktijk. Lees de tekst over jouw organisatie door. Maak een overzicht van de verschillende manieren waarop de organisatie het vierogenprincipe in de praktijk brengt. Deel de verzamelde kennis met elkaar.

ig

ht

Artikel Het vierogenprincipe in de dagelijkse praktijk <

Hoe ziet het vierogenprincipe eruit in de praktijk

Ed

Oefening 1

u’ Ac

Je kunt: • uitleggen wat het vierogenprincipe inhoudt • het vierogenprincipe toepassen • ergonomische werken tijdens de persoonlijke zorg • op de veiligheid van kinderen letten tijdens de persoonlijke zorg.

Beantwoord daarna de vragen:

C

op

yr

a. Welke oplossing spreekt jou het meest aan? Leg uit waarom.

30

b. Wat vind je een minder geslaagde oplossing? Motiveer je antwoord.


Veiligheid

Oefening 2

Een opvang volgens het vierogenprincipe

Voorbereiding Kies twee medestudenten voor het maken van deze opdracht.

fb

.v

De houder van het kinderdagverblijf heeft twee eisen: • De vormgeving van de ruimtes moet zo zijn dat het vierogenprincipe toegepast kan worden met zo weinig mogelijk extra personeel. • Er moet zo weinig mogelijk gebruikgemaakt worden van camera’s.

.

Je bent gevraagd om een nieuw kinderdagverblijf te ontwerpen. In de opvang komen twee groepen voor kinderen tussen nul en vier jaar. Tussen de groepen ligt een verzorgingsruimte. Elke groep heeft een aangrenzend slaapvertrek.

tie

Uitvoering Bepaal samen hoe je de ruimtes vorm kunt geven om het vierogenprincipe toe te passen. Maak een tekening of een andere visuele voorstelling van jullie ontwerp.

u’ Ac

Als je klaar bent, vergelijk je jullie ontwerp met dat van andere groepjes. Reflectie a. Welke ideeën van de andere groepen vond je heel goed?

Oefening 3

Ed

b. Wat vond je achteraf gezien van jullie eigen ontwerp?

Veiligheid bij eten en drinken

ig

ht

In de kinderopvangorganisatie waar je werkt, zijn regelmatig stagiaires die ondersteunen. Om hen te helpen, maken de vaste krachten informatiebrochures. Een van deze brochures gaat over de veiligheid tijdens het eten en drinken. In de brochure staan risico’s en tips om deze risico’s te voorkomen.

C

op

yr

Vorm een groepje met drie medestudenten. Maak samen een overzicht van de risico’s die een kind loopt tijdens het eten en drinken. Verzamel er minstens tien. Bedenk daarna manieren om deze risico’s te vermijden, minstens twee voor elk risico.

Oefening 4

Als jullie overzicht klaar is, wissel je het uit met een andere groep. Kijk of zij nog andere risico’s of oplossingen bedacht hadden.

Veilig verschonen Voor je medestudenten maak je een filmpje. Je laat zien waar je op let bij het verschonen van een baby van zes maanden en een kind van 2 jaar om de veiligheid van het kind te garanderen. Voorbereiding Kies drie medestudenten voor het maken van deze opdracht.

31


Veiligheid

tie

Reflectie a. Welke ideeën van de andere groepen vond je heel goed?

fb

.v

.

Uitvoering • Maak een lijst met aandachtpunten: waarop let je bij het bij het verschonen van een baby van zes maanden en een kind van 2 jaar om de veiligheid van het kind te garanderen? • Bespreek samen hoe je dit zichtbaar kunt maken in een filmpje. • Maak vervolgens je filmpje. Dit mag met je mobiel of een ander opnameapparaat. • Bekijk de gemaakte filmpjes. Zie of hoor je in de filmpjes wat onveilig is en wat je doet om dit te voorkomen? • Maak indien nodig aanpassingen. • Als je filmpje klaar is, wissel je dit uit met een andere groep. Geef elkaar feedback op de gemaakte filmpjes: Wat vind je goed? Wat kan duidelijker?

Oefening 5

Gebruik bij deze opdracht de Theoriebron Veiligheid. Lees het onderdeel over ergonomisch werken. Bij het werken met kinderen belast je je lichaam voortdurend. Door ergonomisch verantwoord te werken, voorkom je veel ongemak. In deze opdracht ga je situaties ergonomisch verantwoord uitvoeren.

Ed

Theoriebron Veiligheid <

Ergonomisch werken

u’ Ac

b. Wat vond je achteraf gezien van jullie eigen filmpje?

ht

Voorbereiding Maak een groepje met twee medestudenten voor het maken van deze opdracht.

C

op

yr

ig

Uitvoering Twee studenten voeren de situaties uit. De derde student kijkt of ze dit ergonomisch verantwoord doen. • Situatie 1: Je wilt een kind optillen. Zet een zwaar voorwerp op de grond. Til het op. Ga bij het optillen eerst door de knieën. Houd hierbij je rug recht. Pak het voorwerp vast en breng het naar je toe. Dan sta je op, terwijl je je rug rechthoudt. • Situatie 2: Een kind is moe en wil door jou opgetild worden. Maar het is een vrij zwaar kind. Ga door de knieën en biedt het kind zo een manier aan om lichaamscontact met je te maken. • Situatie 3: Een kind van twee jaar wordt verschoond. Er is een verhoogd verschoonkussen en een trapje. Laat het kind zelf op tafel klimmen en er weer afkomen. Je tilt het niet op. • Situatie 4: Bedenk samen nog een situatie waarin je je lichaam belast tijdens het werken met kinderen. Speel daarna hoe je deze situatie ergonomisch verantwoord kunt oplossen. Reflectie a. Wat heb je geleerd over ergonomisch werken?

32


Veiligheid

C

op

yr

ig

ht

Ed

u’ Ac

tie

fb

.v

.

b. In welke situaties wil je dit toepassen?

33


Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsgebieden en persoonlijke zorg

fb

.v

.

Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsgebieden en persoonlijke zorg

tie

Inleiding

ig

ht

Ed

u’ Ac

De cognitieve, motorische, sociaal-emotionele, zintuiglijke, seksuele en creatieve ontwikkeling spelen allemaal een rol als je een kind ondersteunt bij persoonlijke zorg. Een kind is doorlopend bezig met het ontwikkelen van nieuwe vaardigheden, op alle ontwikkelingsgebieden. Als je aansluit op de behoeften van het kind, hou je hier rekening mee. Hoe kun je dit doen? En wat heeft elk ontwikkelingsgebied te maken met persoonlijke zorg? Je leest het in deze theoriebron.

C

op

yr

Een sterke zintuiglijke ervaring.

34

Cognitieve ontwikkeling De cognitieve ontwikkeling van het kind is kort gezegd de ontwikkeling van zijn verstandelijke vermogens. De hersenen van het kind rijpen. Je kunt het je voorstellen als een spinnenweb: Eerst zijn er alleen de basisverbindingen. Als het kind ouder wordt, komen er steeds meer draadjes bij, tot het web prachtig complex is. Pas als de nodige verbindingen (draadjes) er zijn, kan het kind zich op een specifiek gebied ontwikkelen. Denk maar aan zindelijkheid: Een kind van een jaar heeft geen enkel besef van zijn sluitspieren en van de plasdrang die een plasje aankondigt. Als zijn hersenen zich verder ontwikkelen, kan hij ineens voelen dat hij moet plassen. En nog later merkt hij dat hij zelf kan bepalen wanneer hij plast. Als de hersenen van een kind nog niet zover zijn, heeft het weinig zin om dit gedrag van het kind


Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsgebieden en persoonlijke zorg

te vragen. Dit ligt dan niet binnen zijn bereik. Zodra een kind interesse begint te tonen voor bepaalde handelingen, betekent dit dat zijn hersenen er rijp voor worden. Hij staat dan voor een nieuwe ontwikkelingsstap.

.v

.

Motorische ontwikkeling

u’ Ac

tie

fb

De verfijning van de bewegingen die een kind kan maken, hangt samen met zijn motorische ontwikkeling. Bij de persoonlijke verzorging zijn zowel de grove motoriek als de fijne motoriek belangrijk. De grove motoriek zie je bijvoorbeeld bij het aantrekken van een trui, de fijne motoriek bijvoorbeeld bij het dichtknopen van de broek. Wat een kind kan bij de persoonlijke verzorging is afhankelijk van zijn motorische ontwikkeling. Zo zie je bij het drinken een hele evolutie. Eerst kan een kind alleen zijn flesje vasthouden. Dan leert het om het flesje naar zijn mond te brengen. Dit verloopt aanvankelijk ongecontroleerd. Een afgesloten tuitbeker past dan beter, dan een open kopje. Als het kind meer controle krijgt over de beweging, kan het leren drinken uit een gewone beker. Die houdt hij met twee handen vast, later met één hand.

Sociaal-emotionele ontwikkeling

ht

Ed

De sociaal-emotionele ontwikkeling gaat over het ontdekken van wie je bent. ‘Ikke doen’ is de veelgehoorde uitspraak van een peuter die hoort bij de sociaal-emotionele ontwikkeling. Een kind bouwt aan zijn eigen identiteit en wil ontdekken en proberen. Ook bij de persoonlijke verzorging. Jouw rol is om situaties te creëren waarin kinderen op een veilige manier kunnen oefenen met gedrag. Zij kunnen namelijk risico’s en gevaren nog niet goed inschatten. Bij het handen wassen bijvoorbeeld regel jij de temperatuur van het water. In het begin pas jij ook de hoeveelheid zeep af. Het kind kan dan zijn handen onder het water houden en schoonwrijven. Jonge kinderen willen vaak dingen die ze nog niet kunnen of niet mogen. Ze kunnen heel erg boos worden als jij een grens aangeeft. Uitleg geven werkt meestal het best. Je vertelt bijvoorbeeld dat hij het mes niet mag vasthouden omdat het scherp is. Als hij zich prikt, doet het pijn. Je kunt ook afleiden door een alternatief aan te bieden.

ig

Zintuiglijke ontwikkeling

C

op

yr

Tijdens het opgroeien, ontwikkelt het kind zijn zintuigen: tast, reuk, gehoor, zicht en smaak. Hij ontdekt hiermee de wereld. Voor deze ontwikkeling heeft het ervaringen nodig. Momenten van persoonlijke verzorging zijn een natuurlijke bron van deze ervaringen. Bij het verschonen ben je bijvoorbeeld bezig met het stimuleren van de tastzin. Denk maar aan het gevoel van een kriebelende hand op de buik, een vochtig doekje aan de billen, een zacht hemdje op de huid. Het kind krijgt spontaan zintuiglijke ervaringen waarmee hij zichzelf en de omgeving beter leert kennen. Eetmomenten leveren dan weer geur- en smaakprikkels. Kinderen proeven duizenden smaken, ruiken het voedsel en ervaren de verschillende voedingsmiddelen in hun mond. Zo leren ze herkennen wat ze lekker vinden en wat niet.

35


Theoriebron De samenhang tussen ontwikkelingsgebieden en persoonlijke zorg

Seksuele ontwikkeling

tie

Creatieve ontwikkeling

fb

.v

.

Het ontdekken van je eigen lichaam, lekker in je vel zitten, knuffelen en de baas zijn over jouw lijf horen bij de seksualiteit van kinderen. De belangrijkste boodschappen die je kinderen kan meegeven zijn: jij bent de baas over jouw lichaam, je mag nee zeggen als iemand iets wil en jij niet, als iemand anders nee zegt dan respecteer je dit. Als kinderen gezamenlijk naar het toilet gaan, krijg je een moment waarbij de seksuele ontwikkeling spontaan aan bod komt. Jouw houding en uitleg bepalen hoe een kind met zijn lichaam en met het lichaam van anderen om zal gaan. Esim kijkt onderzoekend naar de piemel van Roan. Hij wil hem aanraken. Roan duwt zijn hand weg. Esim probeert het opnieuw en Roan protesteert. Wilma ziet dit en vertaalt: ‘Jij wilt de piemel van Roan aanraken.’ Esim knikt. ‘Roan vindt dit niet fijn.’ Dan leidt ze Esim af: ‘Kom je me helpen met de deur?’

C

op

yr

ig

ht

Ed

u’ Ac

Creativiteit is het vermogen om te creëren. Dit kunnen ook oplossingen zijn voor problemen waar je tegenaan loopt. Kinderen zijn van nature creatief. Ze kijken onbevangen naar de wereld en komen daardoor vaak tot oplossingen die jij niet snel zult bedenken. Bij de ontwikkeling van de persoonlijke zorg kun je een kind helpen om zijn eigen creativiteit te gebruiken. Als een peuter probeert zijn T-shirt over zijn hoofd te krijgen, kun je gelijk ingrijpen en helpen. Dan ontneem je het kind de kans om creatief met de situatie om te gaan. Je kunt ook even afwachten en kijken met welke oplossing het kind komt. Geduld hebben is hierbij belangrijk. Ook het stellen van vragen kan een kind ondersteunen: ‘Jij wilt je broek aantrekken. Wat ga je als eerste doen?’ Het kind wijst naar de grond en gaat zitten. ‘Geweldig!’

36


fb

Inleiding

.v

Theoriebron Nieuwe vaardigheden bij de persoonlijke zorg

.

Theoriebron Nieuwe vaardigheden bij de persoonlijke zorg

ht

Ed

u’ Ac

tie

In zijn jonge leven ontwikkelt een kind enorm veel nieuwe vaardigheden, ook op het gebied van de persoonlijke verzorging. Als baby is hij volledig afhankelijk van jouw zorg, maar dat verandert snel. Hoe ziet de ontwikkeling op verschillende gebieden van de persoonlijke verzorging eruit? Je leest het in deze theoriebron. Bedenk je wel dat elk kind zijn eigen ontwikkeling heeft. Er is geen vastgestelde volgorde en er zijn geen vastgestelde leeftijden. Wel zijn er trends te zien: een groot deel van de kinderen volgt eenzelfde patroon tijdens de ontwikkeling. Dit heeft onder meer te maken met de rijping van de hersenen. Als de hersenen van een kind gerijpt zijn, is een nieuwe ontwikkelingsstap mogelijk.

ig

Kijk! Wij kunnen zelf tandenpoetsen!

C

op

yr

Handen wassen Handen wassen is een ritueel dat dagelijks regelmatig terugkomt. Op dit gebied van de persoonlijke verzorging maakt een kind een grote ontwikkeling door. Bij een baby neem jij het handen wassen volledig over. Je vertelt wat je doet en laat het kind ervaren hoe het gaat. Een peuter wil zelf zijn handen wassen. Enthousiast houdt hij zijn handen onder de kraan of boent hij met een doekje over zijn handen. Jij begeleidt dit hele proces. Je observeert wat een kind zelf kan en laat hem dat doen. Je geeft het kind instructies of doet iets voor. En je voorkomt gevaarlijke situaties, bijvoorbeeld door de temperatuur van het kraanwater te controleren. Bij kleuters worden rituelen belangrijker: handen wassen voor en na het eten,

37


Theoriebron Nieuwe vaardigheden bij de persoonlijke zorg

handen wassen na het plassen, handen wassen na het buiten spelen. Zelf de handen wassen gaat steeds beter. Jij ondersteunt hen hierbij. Schoolkinderen kunnen hun handen meestal zelfstandig wassen. Jouw taak is om het kind hieraan te herinneren. droogt de eigen handen af kan de kraan open en dicht doen kan de eigen handen wassen en drogen.

3-4 jaar

.v

.

2-3 jaar

fb

Aan- en uitkleden

18 maanden

kan schoenen en sokken uittrekken

3-4 jaar 4-5 jaar

Ed

18 maanden-2 jaar 2-3 jaar

u’ Ac

tie

Kinderen beginnen al jong te helpen met aan- en uitkleden. Een spelletje dat baby’s leuk vinden tijdens het verschonen, is het uittrekken van de sokken. Hun eerste kennismaking met uitkleden. Peuters vinden het leuk om mee te helpen met uitkleden. Uitkleden is eenvoudiger dan aankleden, dus begin hiermee. Je kunt het gemakkelijker maken door het voor te doen. Geef complimentjes als het goed gaat. Help het kind als het even niet lukt en laat hem dan zelfstandig verder gaan. Leg kleding zo neer dat aantrekken eenvoudig is. Het aantrekken van een broek lukt beter als je eerst gaat zitten. Aandachtspunten bij schoolkinderen zijn het rechttrekken van kleding na het plassen, de gulp sluiten en het hemd in de broek stoppen. Ook bij het kiezen van kleding die past bij de weersomstandigheden kun je een schoolkind nog ondersteunen.

ht

5-6 jaar

kan eenvoudige kleding zonder knoopjes of ritsen zelf aantrekken kan jas losknopen, maar moeite met dichtdoen hulp nodig bij knopen, ritsen, veters en strakke kleding kan jas aantrekken en knopen dichtdoen kan zichzelf aankleden veters lukken nog niet kleding nog klaarleggen kan veters strikken.

ig

Zindelijkheid

C

op

yr

Een kind begrijpt zijn eigen plas- en poepgedrag steeds beter. Het leert herkennen dat de luier nat of vies is. Het gaat voelen dat het spieren gebruikt bij het plassen en poepen. Ook merkt het kind dat je vooraf kunt opmerken dat de plas of poep eraan komt. Je kunt het kind hierbij helpen door zijn gedrag te verwoorden. Als het zich in een hoekje terugtrekt, kun je vragen: ‘Elza, ga je poepen?’ Of als je een vieze luier ruikt: ‘Bas, ik ruik een poep in je broek.’ Het kind leert hierdoor zijn eigen signalen te herkennen. Als je merkt dat het kind geïnteresseerd is in plassen en poepen, kun je beginnen met zindelijkheidstraining. Als hun hersenontwikkeling hiervoor klaar is, merk je dat een kind langere tijd droog blijft, dat het zelf aangeeft wanneer het moet plassen en dat het zelf op het potje of de wc wil zitten. Het startmoment van de zindelijkheidstraining verschilt sterk bij kinderen. Meestal is dit niet voor hun tweede verjaardag.

38


Theoriebron Nieuwe vaardigheden bij de persoonlijke zorg

De ontwikkeling van de zindelijkheid verschilt sterk tussen kinderen. De leeftijden hieronder zijn daarom alleen bedoeld om een idee te krijgen van de ontwikkeling. legen van blaas gaat automatisch

Vanaf 18 maanden

begint te voelen dat hij moet plassen begint te merken dat hij nat wordt hij bij het plassen 43% van de jongens en 61% van de meisjes is overdag zindelijk voor urine 87% van de jongens en 92% van de meisjes is overdag zindelijk voor urine 50% van de kinderen is zindelijk voor ontlasting 96% van de jongens en 95% van de meisjes is overdag zindelijk voor urine 98% van de kinderen is zindelijk voor ontlasting.

.

0–18 maanden

.v

2 jaar

4 jaar 5 jaar

u’ Ac

Tandenpoetsen

tie

fb

3 jaar

Ed

Tandenpoetsen doe je twee keer per dag twee minuten. Voor kinderen tot een jaar is één keer per dag voldoende. Maak het motiveren van de kinderen zo leuk mogelijk. Je kunt een tweeminutenverhaaltje vertellen of een liedje zingen. Als je begint te poetsen bij een jong kind, maak er dan geen punt van als het niet goed lukt. Als een kind hieraan toe is, kun je het eerst zelf laten poetsen. Dan poets je voorzichtig na. Let op als er tanden doorkomen of een kind aan het wisselen is. In de mond zijn er dan gevoelige plekjes. Blijf wel poetsen, maar doe het voorzichtig. Ook gevoelig zijn het lipbandje onder de bovenlip en de kaak achter in de mond. Een tandenborstel met een kleine kop past het best in een kindermond. Doe niet te veel tandpasta op de borstel. De grootte van een erwt is vaak voldoende. Doorbreken eerste tandje

beginnen met poetsen

Tot 2 jaar

een keer per dag poetsen

ht

2-10 jaar

twee keer per dag poetsen, het kind poetst zelf en jij poetst na.

ig

Drinken

C

op

yr

Drinken leert een kind al doende. Als baby hoeft het alleen maar te slikken. Jij maakt het flesje melk klaar, checkt de temperatuur en houdt het vast. Als het kind motorisch verder ontwikkelt, wil het zelf zijn flesje vasthouden. De volgende stap is de tuitbeker: een beker met een tuit in het deksel waaruit het kind zonder te morsen kan drinken. De kans is groot dat het kind in het begin de beker ondersteboven houdt, net zoals het flesje. Maar het leert al snel dat je hem recht moet houden om te kunnen drinken. Nog later leert het kind drinken uit een open beker. Eerst help jij met het vasthouden van de beker, zodat het kind niet onbedoeld alles eruit gooit. Later snapt het beter hoe het werkt en leert hij het zelf doen.

39


Theoriebron Nieuwe vaardigheden bij de persoonlijke zorg

Eten

fb

.v

.

Volledig zelfstandig kunnen eten, vraagt een hele ontwikkeling. Als baby leert een kind slikken. Pas als het toe is aan vast voedsel leert het ook kauwen. Door het kind meerdere soorten voedsel aan te bieden, leert het verschillende smaken en texturen kennen. Vast voedsel, zoals brood of fruit, snij je eerst in kleine stukjes en voer je het kind. Als het motorisch verder ontwikkeld is, kan het kind de stukjes zelf oppakken en in zijn mond stoppen. Dit vraagt oefening. Het kind doet dit eerst met de handen, later met een lepel. In het begin wordt dit vaak een smeerboel. Na verloop van tijd kunnen kinderen steeds netter eten. Als ze drie tot vier jaar zijn, eten de meeste kinderen zonder knoeien. Tussen hun vierde en zesde leren ze een mes gebruiken om te snijden en leren ze hun broodje te smeren.

2-3 jaar

C

op

yr

ig

ht

4-6 jaar

Ed

3-4 jaar

40

u’ Ac

12-18 maanden

18-24 maanden

met de vingers eten zelfstandig een tuitbekertje vasthouden zelfstandig uit een kopje drinken en het kopje teruggeven vult de lepel, heeft moeite met in de mond stoppen, knoeit veel steeds beter alleen eten, maar wordt nog wel altijd vies bij het eten zelfstandig uit kopje drinken en kopje zelf terugzetten steeds netter eten, maar gebruikt nog geen mes speelt veel met eten, treuzelt of weigert te eten kan zelf drinken halen kan netjes eten, zonder knoeien heeft belangstelling voor tafeldekken een mes gebruiken om een boterham te smeren of vlees te snijden kan goed tafeldekken kan zelf opscheppen.

tie

9-12 maanden


fb

.v

Theoriebron Ontwikkelingsgericht werken bij persoonlijke verzorging

.

Theoriebron Ontwikkelingsgericht werken bij persoonlijke verzorging

tie

Inleiding

ig

ht

Ed

u’ Ac

Aansluiten bij het ontwikkelingsniveau van een kind en kansen creëren voor het ontwikkelen van nieuwe vaardigheden. Dat is de kern als je een kind wilt ondersteunen bij zijn ontwikkeling. Maar hoe weet je wat het ontwikkelingsniveau is van een kind? En hoe kun je kansen creëren? Dit komt aan bod in deze theoriebron.

C

op

yr

De aandacht van een kind laat zien voor welke ontwikkeling hij rijp is.

Het spontane leren van kinderen Vanuit zichzelf hebben kinderen de behoefte om te ontdekken en te ontwikkelen. Te veel sturing geven, kan dit interne proces verstoren. Wat kun je dan wel doen als pedagogisch medewerker? Je kunt het initiatief bij het kind laten. Leg bijvoorbeeld wat haarborstels binnen handbereik. Jonge kinderen die hieraan toe zijn, zullen deze spontaan ontdekken en gaan ermee experimenteren. Op hun eigen haar, op de pop, op de kast, op de begeleider enzovoort. Als een kind spontaan het initiatief neemt, sluit je hierop aan. Je zegt bijvoorbeeld: ‘Ga jij je haren borstelen? Wat ziet het er mooi uit!’. En kinderen die staan te kijken naar dit spel laat je lekker kijken. Dit is voor hen een manier om te leren. Ze doen nieuwe indrukken

41


Theoriebron Ontwikkelingsgericht werken bij persoonlijke verzorging

op en kijken hoe het gaat. Misschien willen ze het later ook proberen, maar is kijken op dat moment voldoende. Door het spontane leren van kinderen te respecteren en te volgen, geef je elk kind de kans om in zijn eigen tempo te ontwikkelen.

.v

.

Stimulerende communicatie

tie

fb

Stimulerende communicatie kun je gebruiken om het spontane leren te ondersteunen. Je sluit aan bij het initiatief van het kind. Door vragen te stellen of iets te benoemen, help je het kind om zelf te ontdekken. Je respecteert hierdoor zijn autonomie. Jan probeert zijn trui aan te trekken. Met beide handen trekt hij het kledingstuk strak en houdt het tegen zijn gezicht. Faissa vraagt: ‘Wil je je trui aantrekken?’ Jan knikt en reikt haar de trui aan. ‘Waar moet je hoofd in?’ vraagt Faissa. Jan kijkt naar de trui en draait hem om. Faissa wijst. Jan straalt en probeert zijn hoofd erin te krijgen. Faissa helpt hem een beetje en glimlacht breed als zijn tevreden gezicht verschijnt.

u’ Ac

Zone van de naaste ontwikkeling

Ed

De zone van de naaste ontwikkeling bevat alles wat een kind nog net niet zelfstandig kan, maar wel met hulp van een ander. Een kind kan bijvoorbeeld wel zelfstandig drinken uit een tuitbeker, maar drinken uit een gewone beker lukt alleen als de pedagogisch medewerker helpt met vasthouden. Of een kind kan prima zelfstandig plassen, maar moet nog herinnerd worden aan het doortrekken. De zone van de naaste ontwikkeling kun je gebruiken om het kind te helpen in zijn ontwikkeling. Je kijkt goed naar wat een kind begrijpt en wat hij probeert, maar nog niet zelfstandig kan. Dan ga je activiteiten aanbieden waarbij het kind met hulp kan oefenen. Helpen betekent samen doen, voordoen, uitleggen, het kind laten nadenken over wat hij moet doen enzovoort. Je kunt het kind ook laten helpen door een leeftijdsgenootje dat de activiteit al beheerst.

ig

ht

Aansluiten op de persoonlijke behoefte van het kind: kansen grijpen

C

op

yr

Pedagogisch medewerkers die de kinderen nauwgezet observeren, ontdekken snel waar ontwikkelingskansen liggen voor een individueel kind. Het gedrag van het kind laat dit automatisch zien. Kinderen die rijp zijn voor een ontwikkelingsaspect worden hierdoor aangetrokken. Ze komen kijken als andere kinderen de handeling uitvoeren. Soms willen ze het gelijk zelf proberen. Soms oefenen ze eerst in spelsituaties. Een kind dat nog niet toe is aan dit ontwikkelingsaspect toont geen of weinig interesse. Zijn aandacht gaat naar zaken die meer bij zijn ontwikkelingsbehoefte aansluiten. Jolien komt nieuwsgierig dichterbij als de negenjarigen vlechtjes in elkaars haren maken. Zij is een stuk jonger. Op een afstandje kijkt ze toe. Later die middag speelt ze met haar vriendinnetje in de poppenhoek. Ze borstelen de haren van de pop en proberen vlechten te maken. Mireille, de pedagogisch medewerker, gaat naar hen toe en vraagt of het lukt. Jolien laat het gedraaide haar zien. ‘Zal ik het een keer voordoen?’, vraagt Mireille. Jolien knikt enthousiast. Geboeid zit ze te kijken als Mireille het vlechten voordoet.

42


Theoriebron Ontwikkelingsgericht werken bij persoonlijke verzorging

Planmatig werken: kansen creëren

C

op

yr

ig

ht

Ed

u’ Ac

tie

fb

.v

.

Planmatig werken betekent doelgericht werken. Je stelt een doel voorop, onderzoekt welke stappen nodig zijn om dit doel te bereiken, voert de stappen uit en controleert dan of je het doel bereikt hebt. Ook bij de persoonlijke verzorging kun je planmatig werken, bijvoorbeeld als je een kind wilt leren om zelf zijn brood te smeren. Je bedenkt dan vooraf wat het kind hiervoor nodig heeft en welke stappen je achtereenvolgens wil aanleren. Hierdoor creëer je kansen voor de ontwikkeling van het kind. Blijf altijd kijken naar de individuele behoeften van een kind. Een plan kan goed werken, maar als je star vasthoudt aan een plan en het niet bijstuurt als de ontwikkeling van het kind dit vraagt, dan loop je het risico om het kind tekort te doen.

43


fb

Inleiding

.v

Theoriebron Signalen tijdens de persoonlijke verzorging

.

Theoriebron Signalen tijdens de persoonlijke verzorging

ht

Ed

u’ Ac

tie

Kinderen zenden signalen uit als ze persoonlijke zorg nodig hebben. Deze signalen zijn soms duidelijk, soms heel subtiel. Ieder kind doet dit op zijn eigen manier. Als pedagogisch medewerker leer je de kinderen kennen. De signalen die ze uitzenden begrijp je steeds beter. Dit hoofdstuk gaat over signalen van kinderen, de verschillen hierin en het interpreteren ervan.

ig

Non-verbale signalen kunnen heel duidelijk zijn.

C

op

yr

Verbale en non-verbale signalen begrijpen

44

Baby’s en kinderen maken verbaal en non-verbaal duidelijk dat ze persoonlijke zorg nodig hebben. Verbaal betekent dat ze gesproken taal gebruiken. Non-verbaal gebruiken ze gebaren, geluiden, lichaamshoudingen en gelaatsuitdrukkingen. Baby’s gebruiken vooral non-verbale signalen: huilen, kirren of lachen, enthousiast zwaaien met armen en benen of reiken naar iets. Een kind van zes jaar dat met hangende schouders, bezweet en naar adem snakkend bij de tafel staat, zendt ook non-verbale signalen uit. Non-verbale signalen kunnen meerdere betekenissen hebben. Het laatste kind bijvoorbeeld kan last hebben van ademnood en behoefte hebben aan een puf, maar het kan ook gewoon behoefte hebben aan rust na een loopwedstrijdje of aan troost na een heftig conflict. Als kinderen kunnen praten, lukt het hen steeds beter om verbaal aan te geven wat ze willen. Signalen benoemen en navragen wat het kind nodig heeft, lukt dan gemakkelijker.


Theoriebron Signalen tijdens de persoonlijke verzorging

Non-verbale signalen

Verbale signalen

tie

fb

.v

.

Iedereen kan communiceren zonder gebruik te maken van gesproken taal, dus non-verbaal. Denk maar aan gebaren, geluiden en gezichtsuitdrukkingen. Als een kind non-verbale signalen uitzendt, is het een uitdaging om de boodschap correct te interpreteren. Een baby die huilt, zendt een non-verbaal signaal uit. Het huilen kan betekenen dat het honger heeft, moe is, pijn heeft, overprikkeld is, iets wil zonder dat het lukt enzovoort. Non-verbale signalen zoals huilen, pikt iedereen op. Maar het vraagt aandacht en betrokkenheid om non-verbale signalen op te merken die veel subtieler zijn, bijvoorbeeld het verlangende staren van een kind dat kijkt naar de kinderen die de tafel dekken. Of het vertrekken van het gezicht van een kind dat eigenlijk nog moet plassen voor het buiten gaat spelen. Non-verbale signalen geven belangrijke informatie. Ze geven inzicht in hoe het kind zich voelt of wat het wil of juist niet wil.

u’ Ac

Verbale signalen zend je uit als je gebruikmaakt van gesproken taal. Dit kunnen vloeiende volzinnen zijn, maar ook een enkel woord kan een boodschap bevatten, bijvoorbeeld als een kind een sinaasappel wil die op de kast ligt en zegt: ‘Pak.’ Kinderen zijn onze taal aan het leren. De woorden die ze gebruiken, hebben niet altijd de betekenis die we gewend zijn. ‘Ba’ kan bal betekenen, maar ook dat iets vies is, of het kan zijn broertje zijn die Bart heet. Check daarom altijd of je het kind goed begrepen hebt.

Ed

Signalen die wijzen op een behoefte aan persoonlijke zorg

C

op

yr

ig

ht

Kinderen laten ons weten dat ze persoonlijke zorg nodig hebben, verbaal en non-verbaal. Aan ons de taak om deze boodschap op te pikken, te begrijpen én om er respectvol mee om te gaan. Respectvol betekent dat je het kind de zorg geeft die het nodig heeft en de ondersteuning die op dat moment bij het kind past. Een kind dat bezig is met zindelijkheidstraining kan plots naar zijn plasser grijpen. Jij vertaalt het signaal: ‘Leander, moet je plassen?’ Leander knikt. Je weet dat Leander zelf zijn broekje naar beneden krijgt, maar je ziet aan hem dat hij moe is. Zijn wangen vertonen blosjes en zijn ogen staan wat doffer (=non-verbale signalen!). Je begrijpt dat hij op dit moment minder aankan dan normaal. Daarom help je Leander met het broekje. Opgelucht gaat hij op het potje zitten.

Signalen die wijzen op een behoefte aan ontwikkeling In hun gedrag en taal laten kinderen zien wat ze willen ontwikkelen. Als je oplet waar de aandacht van een kind naar uitgaat, dan weet je snel wat hem bezighoudt. Bij zijn interesses liggen ook de aanknopingspunten voor zijn ontwikkeling. Als een peuter meerdere keren geboeid staat te kijken terwijl een ander kind op het potje gaat, dan is de kans groot dat het kind dit ook wil ontdekken. ‘Wil Sammie ook op het potje?’ Soms zal Sammie hierop ingaan, soms nog niet. Blijf altijd observeren en kansen aanbieden. Sammie zal spontaan uit je aanbod halen wat voor hem werkt. Op andere momenten geven kinderen duidelijk aan wat ze willen ontwikkelen. Jos reikt tijdens het eten naar het mes en de leverpastei: ‘Ikke brood smeren!’

45


Theoriebron Signalen tijdens de persoonlijke verzorging

Signalen die wijzen op een behoefte aan privacy

Rekening houden met diversiteit

fb

.v

.

Als kinderen ouder worden, groeit hun behoefte aan privacy. Denk maar aan de plasmomenten. Jonge kinderen vinden het fijn om dit samen te doen en naar elkaar te kijken. Ze leren hiervan. Oudere kinderen trekken zich terug en doen liever de deur op slot. Een pedagogisch medewerker houdt hier rekening mee. Probeer creatief met de behoeften van een kind om te gaan. Schat goed in wat het kind belangrijk vindt. Hoe ouder het kind wordt, hoe beter het dit zelf kan aangeven. Vraag er daarom naar.

u’ Ac

tie

Rekening houden met diversiteit betekent oog hebben voor de verschillen tussen kinderen ĂŠn je aanpak hierop afstemmen. Elsa en Karima zijn goede vriendinnen. Elsa werd in het verleden regelmatig opgenomen in het ziekenhuis. Ze was vaak moe. Afwassen hebben haar ouders haar nooit laten doen. Karima heeft thuis geleerd mee te helpen in het huishouden. In de opvang helpt iedereen om de beurt met de afwas. De pedagogisch medewerkers laten Elsa en Karima samen helpen. Karima legt Elsa uit wat ze moet doen. En als Elsa moe wordt, mag ze op een stoel zitten tijdens het afdrogen. Frits en Hassan zijn achttien maanden oud. De pedagogisch medewerker speelt kriebelspelletjes met Frits bij het verschonen. Bij Hassan zingt ze liedjes. Ze heeft namelijk ontdekt dat Hassan onrustig wordt van het gekriebel op zijn buik en dan begint te huilen. Zingen vindt hij prachtig.

Ed

Dynamiek van jonge kinderen

C

op

yr

ig

ht

Jonge kinderen zijn dynamisch. Ze reageren sterk op prikkels die voorbijkomen. De gevolgen van hun acties kunnen ze niet overzien. Hun hersenen maken deze vertaling nog niet. Daarom hou je hier rekening mee bij de persoonlijke verzorging. Je let op de signalen van de kinderen en werkt preventief. Zo voorkom je situaties die kinderen kunnen schaden. Je kunt er bijvoorbeeld voor zorgen dat een eenjarige geen te grote stukken brood in de mond stopt of je kunt handcontact houden met een kind tijdens het verschonen.

46


Theoriebron Veiligheid

Theoriebron Veiligheid

.

Inleiding

Ed

u’ Ac

tie

fb

.v

In de kinderopvang wordt op verschillende manieren aandacht besteed aan veiligheid. De begeleiders zorgen er tijdens de dagelijkse verzorging voor dat de kinderen geen onnodige risico’s lopen. Ze letten ook op hun eigen veiligheid door ergonomisch te werken. Zo belasten ze hun lichaam minder. Enkele jaren geleden heeft de overheid ook richtlijnen opgesteld om de veiligheid van kinderen in de opvang beter te waarborgen: het vierogenprincipe. Hoe je op deze verschillende manieren kunt bijdragen aan veiligheid lees je in deze theoriebron.

Een open gesprekscultuur voorkomt veel onduidelijkheid.

ht

Het vierogenprincipe

C

op

yr

ig

Het vierogenprincipe is een richtlijn die voorschrijft dat er altijd een volwassene moet kunnen meekijken of meeluisteren met een beroepskracht in een kinderdagverblijf of peuterspeelzaal. Het doel van het vierogenprincipe is het verminderen van risicosituaties voor kinderen, bijvoorbeeld het risico op kindermisbruik of kindermishandeling. De richtlijn is wettelijk vastgelegd. In de praktijk controleert de inspecteur kinderopvang of organisaties hun werking organiseren volgens het vierogenprincipe.

Het vierogenprincipe in de praktijk Organisaties geven op verschillende manieren vorm aan het vierogenprincipe. Soms zijn er doorkijkjes tussen de groepen. In bepaalde ruimtes kunnen camera’s hangen. Beroepskrachten worden samen met een stagiair of vrijwilliger ingepland op de groep. Het kan ook zijn dat een buurgroep een babyfoon heeft zodat ze altijd kunnen meeluisteren met wat er gebeurt op jouw groep. Daarnaast werken veel organisaties aan een open gesprekscultuur. Ze trainen hun medewerkers om elkaar aan te spreken als hun onderbuikgevoel zegt dat er iets niet klopt of als ze zien dat een collega een kind niet respectvol behandelt.

47


Theoriebron Veiligheid

Veiligheid tijdens het verschonen

tie

Veiligheid tijdens het eten

fb

.v

.

Tijdens het verschonen hou je de veiligheid van het kind in de gaten, omdat een jong kind gevaren niet kan inschatten. Het weet niet dat hij hoog op een verschoontafel ligt en dat vallen van deze hoogte pijn doet en zelfs gevaarlijk is. Om het kind te beschermen, hou je altijd met één hand contact. Je legt je hand op het buikje. Dan voel je onmiddellijk welke beweging het kind wil maken. Wil het onverwacht omrollen, dan kun je tijdig ingrijpen. Je let ook op dat het kind niets in de mond stopt dat onveilig is, bijvoorbeeld het deksel van een pot zalf of iets anders dat binnen handbereik ligt. Kinderen die groter zijn kunnen met een trapje zelf op het verschoonkussen klimmen. Ga hierbij achter het kind staan, zodat je direct kunt reageren als het kind misstapt of dreigt te vallen.

Ed

u’ Ac

Kinderen die leren eten, overzien de risico’s nog niet. Jij houdt ze in de gaten en maakt hen er bewust van. Je zorgt er bijvoorbeeld voor dat een kind niet te veel stukjes brood ineens in zijn mond stopt. Ook controleer je de temperatuur van het eten voor je het aan het kind geeft. Jonge kinderen geef je geen mes en als ze wat ouder zijn, krijgen ze een onscherp mes met een ronde punt. Als kinderen een lepel krijgen, let je op dat de lepel niet te ver in de mond gaat. Kinderen met een vork herinner je eraan om niet te zwaaien met de vork, maar alleen te prikken in hun eten. Je geeft een dreumes een plastic bord en beker. Als dit valt, kan dat geen kwaad. Omdat kinderen onderzoekend zijn, hou je ook in de gaten dat een kind het eten alleen in zijn mond stopt en niet in zijn neus of oren.

Veiligheid voor jezelf: ergonomisch verantwoord werken

C

op

yr

ig

ht

Ergonomisch werken betekent bewegen op een manier die je lichaam zo min mogelijk belast. Bij het tillen van kinderen let je op je rug. Ergonomisch verantwoord tillen betekent dat je door de knieën gaat met een rechte rug en het kind zo dicht mogelijk bij je lichaam houdt. Het betekent ook dat je soms tillen vermijdt. In plaats van het kind dat verdrietig is op te tillen, ga je door de knieën en praat je op ooghoogte met het kind. Je kunt het kind dan tegen je aan laten staan of hangen als het behoefte heeft aan lichamelijke troost. Bij ergonomisch verantwoord werken, maak je ook gebruik van hulpmiddelen om je lichaam te ontzien. Je laat een kind dat verschoond moet worden via een laddertje zelf naar het verschoonkussen klimmen of je laat kinderen op een trapje staan om hun handen te wassen.

48


Theoriebron Communicatie en interactie tijdens de persoonlijke verzorging

.v

.

Theoriebron Communicatie en interactie tijdens de persoonlijke verzorging

fb

Inleiding

ht

Ed

u’ Ac

tie

Persoonlijke verzorgingsmomenten zijn een bron van communicatie en interactie. Je kunt ze actief benutten om je contact met de kinderen te versterken en hun ontwikkeling te stimuleren. Actief communiceren, praten en uitleggen en oog hebben voor de autonomie van het kind zijn hierbij cruciaal. Je leest hierover in deze theoriebron.

ig

Oogcontact als een intense vorm van communicatie.

Actief communiceren

C

op

yr

Door actief te communiceren tijdens momenten van persoonlijke verzorging, benut je de ontwikkelingskansen die van nature aanwezig zijn in deze situaties. Actief communiceren betekent actief luisteren naar een kind en woorden geven aan de ervaringen van een kind. Het is ook uitleg geven zodat je een kind helpt om zelfstandiger te worden tijdens de persoonlijke verzorging. ‘Ik wil niet dat je mijn tanden poetst!’ zegt Jenna boos. Freek kijkt haar aan. ‘Ik zie dat je boos bent omdat ik je tanden wil poetsen.’ Jenna knikt. ‘Ik kan het al heel goed. Ik wil het zelf doen!’ zegt ze fel. ‘Weet je wat we doen?’ vraagt hij. ‘Ik blijf bij je zitten. Jij poetst je tanden en dan kijk ik achteraf of het nodig is om even na te poetsen.’ Jenna knikt. Zorgvuldig gaat ze aan het poetsen. ‘Geweldig!’ zegt Freek. ‘Denk je ook aan de binnenkant?’ Jenna knikt en poetst verder. ‘Ik zie dat je ook achter goed poetst. Knap van je!’

49


Theoriebron Communicatie en interactie tijdens de persoonlijke verzorging

Respect voor de autonomie

tie

Praten en uitleggen

fb

.v

.

Kinderen bouwen zelfvertrouwen op door zelf te ontdekken, keuzes te maken en te experimenteren. Zo krijgen ze het gevoel dat ze iets kunnen. Tijdens de persoonlijke verzorging kun je hierop inspelen. Je schat in wat een kind zelfstandig kan en wat het kan met hulp. Je herkent situaties waarin het kind kan oefenen of je creëert ze. Het moment waarop de kleuters gaan slapen, grijpt José altijd aan voor een gezellig oefenmoment. Ze gaat bij de kinderen zitten en neemt hier alle tijd voor. De kinderen proberen zichzelf uit te kleden. Als het lukt, prijst José hen enthousiast. Soms helpt ze een beetje. Kinderen die heel moe zijn, helpt ze wat meer. Ze observeert wat een kind kan én wat het op dat moment aankan.

Ed

u’ Ac

Praten en uitleg geven tijdens persoonlijke verzorging helpt het kind om steeds zelfstandiger te worden. De meeste begeleiders doen dit automatisch als kinderen zelf kunnen praten. Maar ook voor baby’s is het belangrijk. Het geeft hen veiligheid en helpt hen bij hun ontwikkeling. Bibi ligt te huilen in de box. Pauline loopt naar haar toe. ‘Ik ruik een poepluier. Jij wilt vast schone billen. Kom maar.’ Ze tilt Bibi uit de box en legt haar op het verschoonkussen. Bibi trappelt met haar beentjes. ‘Wat een mooie voetjes heb jij! Even de sokjes uit en je broekje.’ Door te praten creëert Pauline een gezellige sfeer. Ze maakt echt contact. Bibi bouwt vertrouwen op en leert spelenderwijs de taal kennen. Manouk gooit zijn boterham op de grond. Ali, zijn begeleidster ziet dat. ‘Heb je genoeg gegeten?’ vraagt ze. Manouk knikt. ‘Dan mag je je boterham op je bord laten liggen. Zeg maar ‘ik heb genoeg’.’ Ali pakt de boterham op en geeft hem aan Manouk. Hij legt het broodje op zijn bord. ‘Ikke genoeg’, zegt hij. Door te benoemen wat ze ziet, leert Ali Manouk woorden geven aan wat hij wil.

ht

Stimulerende communicatie

C

op

yr

ig

Aansluiten op de belangstelling van de kinderen en op hun leervermogen maakt je communicatie stimulerend. Karla observeert de kinderen. Ze ziet dat Fabian gefascineerd kijkt naar Milan die zich probeert uit te kleden. ‘Wil jij dat ook?’ Fabian knikt. Hij trekt aan zijn broek. Karla gaat naast hem zitten. Ze weet dat Fabian nog geen idee heeft van de volgorde. ‘Kom maar zitten. We trekken eerst je schoenen uit.’ Het lukt Fabian om één schoen uit te trekken. ‘Wat goed van jou! Zal ik je helpen met de andere?’ ‘Fabian zelf!’ Karla laat hem proberen en helpt met het maken van het begin. Als ook deze schoen op de grond ligt, kijkt Fabian haar stralend aan. Karla glimlacht en klapt in haar handen. ‘Goed zo!’ Karla sluit aan op de interesse van Fabian. Ze begrijpt welke stappen hij al zelfstandig kan zetten en waar hij hulp bij nodig heeft. Haar hulp en verbale ondersteuning stemt ze hierop af.

50


ht

ig

yr

op

C

fb

tie

u’ Ac

Ed

.

.v


ht

ig

yr

op

C

fb

tie

u’ Ac

Ed

.

.v


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.