Wie zou het soms niet willen? Op de drempel van het nieuwe jaar even over de afrastering kijken. Met de rug naar de vluchtelingenkampen, naar de oorlogen, naar de wereldwijde wanorde die soms lukraak op de pagina’s van de krant lijkt gesmeten, in koude, zakelijke letters, in kleine stukjes op pagina zoveel, linksonderin. Is er een beetje licht in zicht? De blik van deze Syrische jongen, een vluchteling in Turkije, is vol oudjaar. Er lopen rebellen in rond en om zich heen schietende regeringssoldaten. Er liggen neergeschoten burgers in. Ach, wat weten wij er ook van? Onze blik registreerde slechts de kale feiten op papier. Feiten om moe van te worden, om over te slaan. Vluchtelingen zijn we allemaal. Het einde van het jaar grijpt ons nog even in de kraag en draait onze hoofden om naar het geluk en ongeluk van 2012. Het doet ons op de tenen staan om over de afrastering van ons beperkte gezichtsveld te kijken. De vorig jaar overleden Willem Barnard dichtte diepe woorden voor aan de horizon: Gods goedheid is te groot voor het geluk alleen; zij gaat in alle nood, door heel het leven heen. Dat is de beschutting voor vluchtelingen die hongeren en dorsten naar gerechtigheid.
eindejaarsbijlage vrijdag 28 december 2012 42e jaargang nr. 227