EB oktober 2025

Page 1


Discussiemiddag diversiteit en inclusie: ‘Bewustwording gaat langzaam’

AI: Nieuwe spelregels nodig voor muziekindustrie

K-Pop: ‘Je moet het omarmen’

Uitgave

iMediate

Arendstraat 49

1223 RE Hilversum

Telefoon: 035 - 646 58 00 redactie@entertainmentbusiness.nl

Uitgever

Joost Driessen

Platformmanager

Arnold le Fèbre

Redactie & medewerkers

Cas Spiertz, Jeroen van Trierum, Marcel Debets (eindredactie), Edgar Kruize, Ed Hoogeveen, Pierre Oitmann, Wally Cartigny

Exploitatie

Mitchel van der Heide & Tarik Lahri

Telefoon: 035 646 5810 mitchel.vanderheide@imediate.nl tarik.lahri@imediate.nl

Abonnementen

Vragen of meer informatie? Mail naar abonnees@imediate.nl

Als vakblad hanteren we de opzegre gels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan ervan uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwijgend met een halfjaar verlengd. Opzeggen kan per post, mail of telefoon. De opzegtermijn is 30 dagen voor het einde van de abonnementsperiode.

Jaarabonnement EB

Benelux, Nederlandse Antillen, Suriname: € 64,95

Elk volgend abonnement met hetzelfde fa ctuuradres: € 44,95 per jaar.

Jaarabonnement EB + EB Live Benelux, Nederlandse Antillen, Suriname: € 134,95

Elk volgend abonnement met hetzelfde fa ctuuradres: € 89,95 per jaar

Basis layout

Louis Bertrand

Vormgeving

Tim van den Berg

Drukkerij

Vellendrukkerij BDU bv, Barneveld © Copyright 2025

ISSN: 1875-2888

Houvast

Er is een tijd geweest dat Nederlandstalige muziek een voetnoot leek in de hitgeschiedenis. Wie nu terugbladert naar 2015, ziet zelfs weken waarin er geen énkel Nederlandstalig lied in de hitlijsten stond. Fast forward naar de zomer van 2025: vijftien Nederlandstalige nummers tegelijk in diezelfde lijst. Van smartlap tot TikTok-hit, van piratenzenderklassieker tot streamingknaller – het Hollandse repertoire is geen trend meer, het is de norm.

Succes kent vele vaders en moeders. Sociale media en streamingdiensten gaven artiesten als Yves Berendse en Marco Schuitmaker vleugels, labels als NRGY (zie pagina 6), Cornelis Music, Berk Music en Dino Music (pagina 59 en verder) bewijzen dat ‘volks’ en ‘pop’ moeiteloos in elkaar overvloeien, en zelfs de platenzaken (pagina 78) signaleren dat de vraag naar Nederlandstalig product groter is dan het aanbod. Wat ooit het domein was van de regionale zender of de kermis, is nu doorgedrongen tot de grote festivals, nationale radio en de grootste playlists.

Misschien is de aanhoudende populariteit van Nederlandstalige popmuziek wel heel simpel te verklaren: het is herkenbaar, meezingbaar en je hoeft er geen woordenboek bij te pakken. Maar er speelt meer. In een wereld die piept en kraakt onder geopolitieke spanningen, inflatie en klimaatstress, zoeken mensen naar houvast. Soms is een refrein in je eigen taal genoeg om even te vergeten dat de krant vol slecht nieuws staat. Die verschuiving werkt ook door achter de schermen. Waar voorheen Engelstalig repertoire de creatieve norm was, kiezen jonge schrijvers en producers nu bewust voor het Nederlands.

In dat licht krijgt de conferentie Buma NL meer dan een symbolische waarde (zie pagina 60). Wat vijftien jaar geleden begon als een poging om erkenning te forceren voor een ondergewaardeerd genre, is uitgegroeid tot hét jaarlijkse ontmoetingspunt van artiesten, componisten, labels en de industrie. Het is een plek waar makers elkaar inspireren, waar schrijvers in de spotlights worden gezet en waar een sector viert dat ze groter is dan ooit.

In een tijd waarin wereldpolitiek vooral draait om verdeeldheid, laat Buma NL zien dat het Nederlandstalige lied juist verbindt – niet door grote woorden, maar door iedereen dezelfde taal te laten spreken.

Ik wens je veel leesplezier! Zien we elkaar tijdens Buma NL op maandag 29 september in Poppodium 013?

ARNOLD LE FÈBRE

HOOFDREDACTEUR ENTERTAINMENT BUSINESS

Coverstory: NRGY Music

In een tijd waarin artiesten via sociale media en streamingdiensten zelf hun muziek kunnen uitbrengen, lijkt een platenlabel soms overbodig. Toch wijst de praktijk anders uit. Volgens NRGY Music blijkt dat veel doe­het­zelf artiesten moeite hebben om hun succes vast te houden.

Diversiteit & Inclusie

Eind augustus organiseerde Entertainment Business een Discussiemiddag over diversiteit & inclusie in de muziekindustrie. Onder moderatie van Katja Keersmaekers bleek dat de muziekindustrie, ondanks haar voorsprong op andere sectoren, nog altijd worstelt met diepgewortelde gewoontes.

NVER-directeur Esther Vollebregt

De afgelopen tien jaar was Esther Vollebregt de drijvende kracht achter RSD. In haar nieuwe rol als directeur van branchevereniging NVER wil zij een frisse wind laten waaien. “Onze achterban moet beter begrijpen wie we zijn en – belangrijker nog ­ wat wij voor hen kunnen betekenen.”

Hekman Muziek 100 jaar

In 1925 opende Eltjo Hekman een muziekspeciaalzaak in Winschoten. Honderd jaar later staat inmiddels de derde generatie Hekman aan het roer. Eigenares Trees Hekman: “We hebben alle veranderingen in geluidsdragers meegemaakt en maakten ons daar nooit zo druk om.”

Quotes

‘Ik geloof dat echt talent verder komt door ruimte, richting én een scherpe blik op kansen.’

Bo de Raa over zijn nieuwe managementbureau MADE. by Talent.

‘Door deze samenwerking staan we vooraan bij het ontdekken van hét nieuwe muziektalent van 2026.’

Raymond van Vliet president van Cloud 9 Music en ITV Studios Netherlands hebben een nieuwe samenwerking aangekondigd voor het komende seizoen van The Voice of Holland.

'Dit is zeg maar: in-je-string-over-deAlbert-Cuyp-eng. Je staat voor iedereen alles te geven. En het is gaaf, het ontstáát waar je bij bent.'

Trijntje Oosterhuis nam in het Haarlemse Artone een ‘direct-to-disc’ dubbel-lp op met muziek van Stevie Wonder.

'Ik vind het belangrijk dat een platenzaak zoals ik die hier nu heb, blijft voortbestaan. Mooi dat ’t Oor in 2025 eindelijk ook de 21ste eeuw binnenstapt.'

Platenzaak ’t Oor in Hilversum wordt overgenomen door Velvet Music, zo maakte eigenaar Gerard Kamer bekend.

‘Spannend.’

Demissionair minister Gouke Moes (BBB, Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) over het besluit van Avrotros om niet mee te doen aan het Songfestival als Israël welkom is.

70 jaar Concerto

Op 25 november 1955 opende Concerto voor de eerste keer zijn deuren in Amsterdam. Toen nog als speciaalzaak voor muziekinstrumenten. In de daaropvolgende jaren groeide Concerto uit tot een van de bekendste platenzaken ter wereld. Eigenaar Dick van Dijk maakt zich op voor het 70-jarige jubileum.

Wat maakt Concerto zo speciaal?

“We zijn de grootste platenwinkel in Nederland met verschillende afdelingen waar mensen werken die zelf ook gek zijn van muziek. Dankzij hun kennis kunnen ze op ieder moment de diepte induiken. Concerto is voor en door muziekliefhebbers. Uiteindelijk willen we een luilekkerland zijn voor de muziekfreak. We krijgen veel toeristen over de vloer, maar ook artiesten. Van Bruce Springsteen tot Phillip Glass, Red Hot Chili Peppers en zo goed als alle Nederlandse artiesten. Ook bekendheden als antropologe Jane Goodall en schrijver J.M. Coetzee weten Concerto te vinden. Een mooi compliment was dat Little Steven onze winkel tijdens een interview omschreef als de beste record store ter wereld. Daar zijn we natuurlijk erg trots op.”

Hoe gaan jullie het jubileum vieren?

“We organiseren door het jaar heen veel leuke momenten. Zo organiseren we op 4 en 5 oktober Concerto Fest, een festival in de winkel met optredens van bekende en nieuwe artiesten en bands. Daarnaast is er die dag een muziekbingo, zijn er mooie aanbiedingen en een platenmarkt

met bijzondere releases. Tijdens ADE hebben we nog een verrassing die later aangekondigd wordt. Daarnaast zijn er dit jaar nog boekpresentaties, leuke instores en krijgt burgemeester Femke Halsema de lp Amsterdam 750 uitgereikt, die we overigens zelf uitbrengen.”

Wat was je persoonlijke hoogtepunt?

“Dat is een moeilijke vraag, want dat waren er heel erg veel. Ryan Adams liet ons ooit twee uur wachten. Hij zou in Concerto optreden om zijn eerste plaat te promoten. De hele winkel was ramvol en de instore zou om vijf uur beginnen. Om zeven uur stond Ryan eindelijk op ons podium, maar hij speelde wel tot negen uur. Dat was uiteindelijk een legendarisch optreden.”

Wat weet men niet over Concerto?

“Dat we ooit zijn begonnen met de verkoop van tweedehands omdat we geen nieuwe platen mochten verkopen. Iets anders dat nog te weinig mensen weten is dat we ook boeken uitgeven. Naast muziek gerelateerde boeken hebben we inmiddels ook een mooi en breed fonds aan graphic novels uitgebracht.”

Entertainment Business online

Altijd op de hoogte zijn van het laatste businessnieuws uit muziekindustrie?

Kijk dan op www.entertainmentbusiness.nl.

Mag het gemakkelijker? Ontvang gratis en overzichtelijk het laatste nieuws middels de dagelijkse nieuwsbrief (zie rechtsboven op de homepage van de site).

En: like en volg ons op de sociale kanalen voor de laatste updates, opvallend nieuws en interessante ontwikkelingen uit de industrie.

Muziekreleases najaar 2025

De komende maanden verschijnen er weer veel nieuwe fysieke muziekreleases. We hebben de meest opvallende albums voor je uitgekozen. Let op: alle releasedata zijn onder voorbehoud.

Robbie Williams –Britpop (Columbia/ Sony Music)

Releasedatum:

10 oktober

The Last Dinner Party – From The Pyre (Island/Universal)

Releasedatum:

17 oktober

Kensington – First Rodeo (Universal)

Releasedatum:

28 november

3 oktober

Een ontmoeting met Richard Ashcroft zorgde er halverwege de jaren 90 voor dat Robbie Williams voor eeuwig verliefd werd op de Britpop van The Verve en andere Britse (hard)rockbands. Vandaar dit nieuwe album dat hij al had willen maken na zijn vertrek uit Take That in 1995. Dertig jaar later is het er dan eindelijk van gekomen. Op Britpop brengt Williams een eerbetoon aan al zijn Britse rockidolen. De Deluxe versie van het album bevat zes extra tracks.

Met een mix van theatrale glamrock en indiepop was The Last Dinner Party dit jaar één van de smaakmakers op de Europese festivals. Na het succes van het nummer 1-album Prelude To Ecstasy laat de Britse band op diens opvolger

From The Pyre in tien tracks een iets rauwer en donkerder geluid horen. Op 1 mei 2026 komt The Last Dinner Party terug naar Nederland voor een optreden in de AFAS Amsterdam.

Cijfers

Streamingdienst Deezer krijgt per dag ruim 30.000 nummers aangeleverd die volledig zijn gegenereerd door AI. Dat komt overeen met 28 procent van alle muziek die het platform krijgt aangeleverd.

28%

Met de nieuwe Amerikaanse zanger Jason Dowd als vervanger van de vertrokken Eloi Youssef probeert Kensington met First Rodeo de draad na drie jaar afwezigheid weer op te pakken. Of dat gaat lukken, blijft nog even de vraag. Op het samen met de Amerikaanse producer GGGarth (Nickelback, Bi y Clyro, RHCP) opgenomen First Rodeo klinkt Kensington in ieder geval als herboren. De band geeft op 3, 4 en 5 december drie concerten in de Ziggo Dome in Amsterdam.

Sophie Straat – Wie De Fak Is Sophie Straat? – Sophie Straat/Bertus (cd, lp)

Taylor Swift – The Life Of A Showgirl – Republic/Universal (cd, mc, lp)

Pommelien Thijs – Gedoe – Sony (cd, lp)

10 oktober

Jeangu Macrooy – Young Awkward & Lonely – Unexpected/[Integral] (cd, lp)

Ee e de Visser – Vlijmscherp – Sony (cd, lp)

Robbie Williams – Britpop – Columbia/Sony (cd, lp)

17 oktober

Ludovico Einaudi – Einaudi Vs Einaudi – Universal (cd, lp)

Chrissie Hynde – Duets Special – Parlophone/Warner (cd, lp)

The Last Dinner Party – From The Pyre – Island/Universal (cd, lp)

31 oktober

BZN – The Diamond Collection – Universal (3cd)

Florence + The Machine – Everybody Scream – Polydor/Universal (cd, lp)

Herman van veen – Plus – Universal (cd, lp)

1,5 miljard

AI-bedrijf Anthropic heeft ingestemd met een schikking van 1,5 miljard dollar in een collectieve rechtszaak aangespannen door een groep auteurs.

50

Pink Floyd viert het vijftigjarig bestaan van het album ‘Wish You Were Here’ met een jubileumuitgave die op 12 december verschijnt.

200 miljoen

BEAT Music Fund, het eerste investeringsfonds voor dancemuziek van Armada Music Group, heeft de volledige mastercatalogus van Mixmash Records overgenomen. De catalogus is goed voor meer dan 200 miljoen streams.

1 miljard

The Weeknd (Abel Makkonen Tesfaye) onderzoekt de mogelijkheid om circa 1 miljard dollar aan financiering op te halen, met zijn muziekcatalogus als onderpand.

24

Spotify introduceert Losslessaudio voor Premium-abonnees. Met Lossless kunnen nummers worden gestreamd in 24-bit/44.1 kHz FLAC-formaat.

9,2 miljoen

Sony Music heeft een rechtszaak aangespannen tegen streamingdienst Napster wegens het structureel niet betalen van royalty’s. Napster zou Sony ruim $9,2 miljoen aan achterstallige betalingen verschuldigd zijn.

‘We willen artiesten die ook actief zijn op social media’

social media’

overbodig.

DOOR: EDGAR KRUIZE

Wij werken gewoon graag met artiesten die samen met ons innovatief willen denken en steeds weer een stap vooruit willen zetten,” zegt Tom Peters. “Zodoende willen wij bij NRGY Music samen met de artiesten met wie we werken blijven zorgen dat Nederlandstalige muziek nooit in het hokje ‘nostalgisch’ terecht zal komen.” Het is deze manier van werken die de independent eind vorig jaar de STOMP Independent of the Year Award deed winnen. “Samen met zijn trouwe collega’s bij NRGY Music laat Tom nog steeds zien zijn vak als geen ander te verstaan. Het team van NRGY Music heeft zonder twijfel hart voor hun artiesten, het Hollandse genre én de independent muziekindustrie in Nederland,” zo viel te lezen in het juryrapport. De ‘trouwe collega’s in deze zijn Astrid Teunissen (marketing) en Colin Heikens (A&R). Peters stelt dat het een wisselwerking is. “Zonder de muziek van onze artiesten, zijn wij uiteraard helemaal nergens. De artiesten zijn de basis, maar wat we met NRGY Music wel willen blijven bewijzen is dat we als platenmaatschap-

In een tijd waarin artiesten via sociale media en streamingdiensten zelf hun muziek kunnen uitbrengen, lijkt een platenlabel soms overbodig. Toch wijst de praktijk anders uit. Volgens NRGY Music blijkt dat veel doe-het-zelf artiesten moeite hebben om hun succes vast te houden.

pij een meerwaarde hebben die ervoor zorgt dat ze zich kunnen blijven ontwikkelen en groeien.”

Eeuwigheidswaarde

Los van genoemde onderscheiding, is het afgelopen jaar hoe dan ook supersuccesvol voor NRGY Music, met talloze gouden, platina en diamanten awards. Waarbij vooral opvalt hoe lang de levensduur van diverse hits is. Zo werd de Outsiders-remix van de Frank van Ettenhit ‘Huisje Op Wielen’ goud (meer dan 10 miljoen streams) en behaalde de oorspronkelijke versie de diamanten status (meer dan 50 miljoen streams). Ook ‘Amalia’ van Wesly Bronkhorst behaalde die diamanten status.

'Het mooie is dat door samenwerkingen veel liedjes ook op playlists met poprepertoire terecht komen'
MARCO DE HOLLANDER
'Deze liedjes zullen vrijwel zeker na jaren nog steeds worden meegezongen'

“Geweldig die awards natuurlijk, maar voor ons is belangrijker dat ze het bewijs zijn dat zulke liedjes inmiddels eeuwigheidswaarde hebben,” zegt Colin Heikens. “Ze blijven maar doorgaan, deze hits blijven over langere tijd populair. Inmiddels kun je dan wel met enige zekerheid zeggen dat zulke liedjes over vele jaren nog steeds worden meegezongen.”

Genres versmelten

Dat laatste geldt met enige mate van waarschijnlijkheid ook voor hits die in korte tijd goud en/of platina zijn geworden, zoals ‘100%’ van Flemming en Mart Hoogkamer, ‘GAP’ van Wesly Bronkhorst met Bizzey, en ‘Van Brabant Naar Bordeaux’ van Frans Bauer met Kafke. “Bij uitstek voorbeelden van liedjes waarin genres en generaties versmelten,” zegt Peters. “Het bijzondere van deze tijd is dat ‘Nederlandstalig’ niet meer in één muzikale hoek vast te pinnen is. Het is volledig onderdeel geworden van de huidige popcultuur.” Heikens voegt toe dat de steeds bredere muzikale structuur van wat een hit is of kan worden zorgt voor een dynamiek die in de muziek geschiedenis nog

niet eerder op deze schaal is voorgekomen. “Je ziet het ook terug in de releases die wij doen, zoals genoemde Mart Hoogkamer met Flemming, maar eerder ook met Donnie bijvoorbeeld. Of Bizzey die een hit scoort met Wesly Bronkhorst en nu ook met René Froger.” Peters: “René Froger is hoe dan ook een artiest die enorm openstaat voor samenwerkingen met artiesten die je niet bij hem zou verwachten. Iemand als Frans Bauer kwam zelf met Kafke en weet op die manier ook weer een jonge generatie aan te spreken. Samenwerkingen zijn bijna een genre op zich aan het worden, onlangs waren acht van de liedjes in de Sterren NL Top 10 samenwerkingen, dat zegt wel wat. Maar het mooie is dat door samenwerkingen veel liedjes ook op playlists met poprepertoire terecht komen. Dat betekent dat wij als NRGY Music op een volledig nieuwe manier de strijd met concurrerende hits aan moeten gaan, omdat dit er ineens veel meer zijn.”

Nieuwe promo

Dat vaagt dus ook om en nieuwe manier van promo doen, vervolgt Peters. “De

TOM PETERS (RECHTS)

‘ouderwetse’ manier van promo doen werkt niet meer. Niet in het minst omdat veel van die promomogelijkheden aan het verdwijnen zijn. Radio en tv blijven belangrijk, maar de sociale media hebben die impact voor een enorm deel overgenomen en zijn in sommige gevallen zelfs veel effectiever. Het is daarom jammer dat er nog altijd artiesten zijn die zich niet helemaal happy voelen met het gebruik daarvan. Terwijl er zo veel te halen is, en wij ondersteunen onze artiesten daarin volop. Wil je hier niet actief in meegaan, dan wordt het opbouwen van een carrière van nieuwkomer tot een in Nederland bekend persoon gewoon heel moeilijk. Wij durven inmiddels zelfs te stellen dat een ar tiest die niet actief is of wil zijn op zijn sociale media, niet met NRGY Music moet willen samenwerken.”

Dagelijkse flyer

Binnen de strategie van NRGY Music zijn sociale media inmiddels uitgegroeid tot het centrale instrument waaromheen de carrière van een artiest wordt gevormd. Peters vergelijkt het met flyers die vroeger bij optredens in het land werden uitgedeeld. “Iedere dag is nu een soort van flyer. Door die steeds weer ‘uit te delen’ kun je als ar tiest iedere dag laten zien waar je mee bezig bent, waar je optreedt, hoe het publiek reageert en uiteraard ook steeds weer je muziek laten horen.” Colin Heikens voegt toe dat de artiesten uit de NRGY-stal over het algemeen echt heel goed bezig zijn op hun kanalen. “Je ziet dat nieuwkomers op deze manier veel sneller hun publiek kunnen bereiken en de fanschare kunnen laten groeien, je ziet hoe de berichten in

'Het is jammer dat er nog altijd artiesten zijn die zich niet helemaal happy voelen met het gebruik van social media'

het land worden ontvangen en hoe dat bij elk volgend optreden weer meer publiek trekt. Voor ons is het belangrijk om daarin te ondersteunen en strategisch mee te denken. Mensen als Noud Noutze, Marco de Hollander, Likke Pėhp en Raymon Hermans bijvoorbeeld, doen dat heel goed en voor ons is het heel fijn dat ze daarbij ook volledig vertrouwen op de adviezen die we als label geven.”

Zware dobber

Een regelmatig gehoorde opmerking van beginnende artiesten is dat het co ncept ‘platenlabel’ of zelfs ‘management’ voor hen niet relevant meer is. Naast sociale media geeft ook het zelf kunnen uploaden van muziek en clips op allerlei platforms veel ruimte om op eigen kracht een hit te scoren. Tom Peters bestrijdt die houding ten zeerste. “Wij denken dat een beginnende artiest die het allemaal zelf wel denkt te weten een zware dobber gaat krijgen om zich te blijven handhaven in de markt. Een ma nager kan bijvoorbeeld een positieve rol sp elen

COLIN HEIKENS, KEES VAN WEIJEN (STOMP). TOM PETERS EN ASTRID TEUNISSEN

door de artiest erop te wijzen dat de successen veelal door samenwerkingen tussen meerdere partijen tot stand komt. Pa rtijen zoals het management, een lab el, noem maar op. Een ‘standalone’ succes is misschien wel op eigen kracht te behalen, maar lastiger wordt het om het succes daarna vast te houden. Labels weten precies hoe je de doelgroep be reikt, welke media er voor bepaalde soorten artiesten toe doen, welke playlists belangrijk zijn, hoe je met de juiste rep ertoirekeuze kunt bouwen, et cetera. Het is een jarenlange ervaring die je zelf als beginnend artiest niet hebt en waar je zelfs als gevorderd artiest nog baat bij hebt. Wij zijn letterlijk dag in dag uit met de materie bezig, bezig met alle dynamiek die zich om de muziek heen afspeelt, zoals het steeds weer veranderende mediala ndschap, we weten goed welk soort liedjes op welke momenten werken en hebben natuurlijk in de loop der jaren een enorm relatienetwerk opgebouwd. Die relaties worden steeds belangrijker en als je die kunt combineren met ‘old

school promo’ als radio en televisie, ben je van enorme meerwaarde.”

Hedendaags geluid

Hulp bij repertoirekeuze blijft daarnaast uiteraard ook de meerwaarde van een label, zegt Heikens. “Je moet gewoon met de tijd mee. Vroeger durfden mensen alleen met een biertje op toe te geven dat ze van Nederlandstalig houden, nu is er geen enkele schaamte en dat hoeft natuurlijk ook helemaal niet. De kwaliteit van het materiaal is hoog en het geluid is op ieder gebied modern geworden. Het publiek verwacht dat nu ook en daarom zijn we als label ook continu bezig om mee te gaan met die wens en aan te sluiten op een hedendaags geluid. Wat Tom net terecht al zegt, Nederlandstalige muziek is het nostalgische voorbij. Het genre is modern, concurreert in veel gevallen al met popmuziek en is daadwerkelijk populairder dan ooit. Dan moeten we als NRGY Music juist een stapje extra zetten. Met onze kennis en expertise van zowel de markt als het genre willen we de basis leggen voor een nog gezonderde toekomst.” ◾

MART HOOGKAMER
RENÉ FROGER
NOUD NOUTZE

Tussen superwoke en oude witte mannen

Eind augustus organiseerde Entertainment Business een Discussiemiddag over diversiteit & inclusie in de muziekindustrie. Op de redactie in Hilversum discussieerden Eva de Vroome (NVPI), Marc Zwart (Blue Skies Publishing), Izla Kara (Avalon Music), Fidel Nina (BMG) en Kees van Weijen (STOMP) over een aantal prikkelende stellingen. Onder leiding van Katja Keersmaekers bleek dat de muziekindustrie, ondanks haar voorsprong op andere sectoren, nog altijd worstelt met diepgewortelde gewoontes.

DOOR: CAS SPIERTZ

Katja Keersmaekers werkte onder meer bij Agents After All en Friendly Fire, en is nu een van de twee drijvende krachten achter The Mental Crew. Ze weet dus hoe de muziekindustrie in elkaar zit. Keersmaekers trapt dan ook meteen af met de hamvraag: “Nou vertel maar eens, diversiteit en inclusie, hoe zit dat bij jullie?”

Izla Kara van Avalon Music wil de handschoen wel oppakken. “Gek genoeg maken we er intern wel eens een grapje over,” zegt ze. “Laten we uit diversiteitsoverwegingen eens een keer iemand aannemen die Nederlands is. Bij Avalon werken vooral mensen met diverse achtergronden. Bij ons ontstaat dat heel natuurlijk, mede dankzij ons divers artiestenroster.”

50-50

“BMG is superdivers,” vult Fidel Nina aan. “We hebben ongeveer 25 mensen in het team en ik denk dat het bijna 50-50 is, ‘zwart en wit’. Dat maakt het juist heel leuk. Er werken allerlei verschillende type mensen door elkaar.” Volgens Nina doen ze veel samen. “Met bijvoorbeeld Ramadan doen we met z’n allen een dag of langer mee, wat leuk maar ook uitdagend kan zijn. Dat is weer iets heel anders dan kerst of Sinterklaas. Uiteindelijk merk je dat de moti-

vatie ook groter wordt als er meer diversiteit in een team zit.” Nina is ervaringsdeskundige zo blijkt als hij vertelt over een vorige baan. “Hiervoor werkte ik met een team van twaalf à dertien mensen. Dat waren letterlijk dertien witte collega’s en ik. Ook dat voelde hecht hoor maar we hadden wel eens gesprekken over dingen als Sinterklaas rond november/december en hoe ik dat ervaarde. In eerste instantie denk je: waarom vragen ze dit aan mij? Maar aan de andere kant begreep ik ook wel dat ze gewoon nieuwsgierig waren naar mijn mening en ervaring en daar kun je ook weer van leren.”

Collectieve verantwoordelijkheid

Branchevereniging NVPI vindt diversiteit een collectieve verantwoordelijkheid, zegt Eva de Vroome. “Dat heeft ons bestuur ook gezegd. En dan is het ook logisch dat NVPI die neemt, omdat bij ons vrijwel alle labels zijn aangesloten. Uiteindelijk hangt het natuurlijk wel af van wat de leden en labels zelf willen en doen, maar wij kunnen goede voorbeelden uitlichten en bewustwording vergroten.”

Ook Kees van Weijen van STOMP vindt dat deze thema’s collectief moeten worden aangedragen. “De realiteit is dat bewustwording langzaam gaat, vooral binnen de platenmaatschappijen en als het gaat om het aannemen van mensen met een diverse achtergrond.”

Zichtbaarheid

Marc Zwart van Blue Skies Publishing ziet dat er in de afgelopen jaren meer bewustwording ontstaat rond inclusiviteit en diversiteit. “Soms lijkt het alsof bepaalde thema’s heel uitgesproken worden gevierd, bijvoorbeeld tijdens Pride. Toch denk ik dat juist die zichtbaarheid belangrijk is om als branche richting meer balans te bewegen. Zelf probeer ik vooral bewust mijn eigen onbewuste aannames te herkennen, zodat verandering vanuit mijzelf komt. Ik wil de beste mensen aannemen om wie ze zijn, maar daar moet je wel actief ruimte voor maken. Het helpt als er mensen zijn die dit gesprek blijven aanjagen, want dáár vindt vooruitgang plaats.”

'Uiteindelijk merk je dat de motivatie ook groter wordt als er meer diversiteit in een team zit'

Na een korte stilte gooit Keersmaekers er een nieuwe gedachte in: “Zou het helpen om echt een stap verder te gaan? Wat als we bij sollicitaties en wervingsprocedures vaste quota zouden hanteren om diversiteit en inclusie te bevorderen?”

Marc Zwart. “Voor mij draait het om de functie en om wie de meest geschikte persoon is. Ik ben niet voor het uitnodigen van kandidaten puur om cijfers te halen, maar ik zie wel dat de samenstelling van een team veel invloed kan hebben. Soms kan de toevoeging van één p ersoon met een andere achtergrond of invalshoek de hele groepsdynamiek positief veranderen. Dat effect moet je niet o nderschatten.”

Eva de Vroome wijst op een voorbeeld van een bedrijf in de filmsector, waarbij in eerste instantie juist helemaal niet meer gekeken wordt naar aspecten als afkomst, gender of leeftijd. “Daar legt HR kandidaten in de eerste ronde anoniem voor. De managers zien dan van een kandidaat alleen de relevante informatie zoals ervaring en competenties. Daarmee geven ze iedereen een gelijke kans.”

Zwart knikt. “Representativiteit maakt echt verschil. Toen ik bij Cloud 9 Music begon, was ik net uit de kast. Doordat er al een andere collega openlijk gay was, voelde het

voor mij meteen makkelijker om ook die stap te zetten. Dat laat zien hoe belangrijk herkenning is. Stel dat je kunt kiezen tussen twee bedrijven, en bij één van de twee werken meer mensen met wie jij je kunt identificeren, dan is de kans groot dat je je daar sneller thuis voelt. Hoe meer verschillende perspectieven er binnen een bedrijf ver tegenwoordigd zijn, hoe makkelijker het wordt om jezelf te zijn.”

Fidel Nina van BMG ziet dat effect in zijn eigen team. “Bij ons is de diversiteit groot, misschien voelen mensen zich daardoor juist aangetrokken tot ons bedrijf. Het kan zomaar zijn dat kandidaten bewust kiezen voor een omgeving waarin ze zichzelf herkennen.”

Identificatie

Izla Kara sluit daarop aan. “Dat herken ik. Als je in de muziekindustrie solliciteert, kijk je

eerst of je je kunt identificeren met de artiesten. Bij Avalon is het roster divers, met veel jonge artiesten uit allerlei achtergronden. Dat trekt automatisch ook een divers personeelsbestand aan. Uiteindelijk draait het erom dat iemands persoonlijkheid past bij het team en de artiesten. Diversiteit in het roster vertaalt zich dan bijna vanzelf naar diversiteit in het personeel.”

“Misschien moeten we quota dus vervangen door een ander woord,” stelt Zwart. “Bewustzijn bijvoorbeeld. Het gaat erom dat je er bewust mee bezig bent, niet dat je cijfertjes moet afvinken.”

De Vroome vult hem aan: “Ook de manier waarop je vacatures formuleert, kan verschil maken. Sommige teksten spreken telkens hetzelfde type kandidaat aan. Labels die in hun teksten varieerden, zagen een andere instroom. Dat laat zien dat taal ook een rol kan spelen in diversiteit.”

Keersmaekers: “Ik hoor vaak dat bedrijven inclusietrainingen aanbieden of interne taskforces oprichten om dit thema levend te houden. Is dat volgens jullie alleen maar winst, of zit er ook een keerzijde aan?”

Kees van Weijen haakt daarop in met een voorbeeld uit Europa. “Binnen IMPALA hebben we een document met talloze voorbeelden, waaronder een gratis inclusietraining die voor iedereen toegankelijk is. We delen dat ook met STOMP-leden, maar eerlijk gezegd valt het me tegen hoeveel mensen er gebruik van maken. Terwijl dit juist de manier is om de drempel te verlagen en kennis breed beschikbaar te maken.”

Standaard onderdeel

Zwart vindt dat je het zelfs verplicht zou mogen stellen. “Cursussen horen wat mij betreft gewoon bij het werkende leven. Waarom zou dit onderwerp daar geen standaard onderdeel van zijn? Door inclusietrainingen breed en van bovenaf aan te bieden, krijgen alle medewerkers dezelfde basis en kan het echt impact hebben op de cultuur van een bedrijf. Zo wordt bewustzijn niet iets voor een selecte groep, maar iets wat iedereen meeneemt in zijn of haar werk.”

Van Weijen nuanceert: “Kijk, grote bedrijven hebben daar meer mogelijkheden voor. Warner Music bijvoorbeeld heeft een spe -

'De realiteit is dat bewustwording langzaam gaat'

ciale taskforce met interne aanjagers. Maar de meeste Nederlandse labels hebben twintig of minder medewerkers, dan heb je simpelweg niet de capaciteit om iemand hier fulltime mee bezig te laten zijn.”

Eva de Vroome bevestigt dat. “Bij grotere bedrijven werken meer mensen en daardoor is er een grotere kans dat dit soort initiatieven ontstaan.”

Zwart wijst er nog op dat ook Sony een taskforce heeft, onder de naam Road to Equality. “Dat soort initiatieven helpen wel om het gesprek gaande te houden. Mijn hoop is dat we op een punt komen dat dit allemaal vanzelfsprekend wordt. Maar voor nu zijn die bewuste stappen nodig.”

Izla Kara benadrukt dat het ook op een informele manier kan. “Bij ons ontstaat veel vanzelf. We lunchen samen, praten uitgebreid en leren zo elkaars achtergronden beter kennen. Collega’s organiseren een iftar of een kerstdiner, en zo ontstaat nieuwsgierigheid en respect voor elkaars tradities. Uiteindelijk gaat het bij ons om passie voor het vak. Dat verbindt meer dan afkomst of identiteit.”

Met een glimlach maar scherpe ondertoon vraagt Keersmaekers: “Laten we eerlijk zijn: zolang de hoogste functies vooral bezet worden door oudere witte mannen, hoeveel ruimte is er dan écht voor verandering in de muziekindustrie?”

Van Weijen haalt een voorbeeld uit Noorwegen aan. “Daar is afgesproken dat bestuursleden maximaal twee jaar zitting hebben. Daarmee maken ze plaats voor nieuwe mensen. Dat idee hebben wij bij STOMP ook toegepast: het STOMP Development Team bestaat uit drie vrouwen en drie mannen. Zo stimuleer je doorstroming en geef je bewust ruimte aan nieuwe perspectieven.”

De Vroome kijkt vooral naar hoe organisaties omgaan met uitstroom. “Goede exitgesprekken zijn essentieel. Vertrekken mensen omdat ze zich er niet welkom voelden? Als je dat structureel onderzoekt, kun je er van leren. Bovendien zou het verfrissend zijn als meer mensen vanuit andere sectoren instromen in de muziek. Een frisse blik van buiten kan ook wat opleveren.”

Proces

Marc Zwart is iets voorzichtiger. “Ik denk dat we in de muziekindustrie al behoorlijk goed op weg zijn. Steeds vaker zie je vrouwen en mensen van kleur doorstromen naar director functies. Het is een proces dat volop gaande is en dat we ook moeten blijven stimuleren om de verandering verder door te zetten.”

Van Weijen besluit: “De vraag is ook: wat is de actuele situatie eigenlijk? Hebben we daar data over – hoeveel mensen werken er in bedrijven, wat zijn de verhoudingen? Alleen als we weten waar we nu staan, kunnen we over één, twee of vijf jaar echt monitoren of er verbetering is. Ik zie hoe verandering werkt: een bestuurslid van ons was aanvankelijk fel tegen, maar is inmiddels één van de grootste voorvechters, juist omdat hij de waarde is gaan inzien.”

Aan het einde van het gesprek legt Keersmaekers nog een laatste gedachte neer. “Muziekbedrijven hebben natuurlijk ook de verantwoordelijkheid om actief te investeren in nieuw talent. Maar doen we dat wel genoeg, zeker als het gaat om mensen uit groepen die nu nog ondervertegenwoordigd zijn?”

Van Weijen reageert nuchter. “Veel van onze leden geven aan dat het überhaupt al moeilijk is om nieuw talent te vinden, los van diversiteit.”

Izla Kara denkt dat er wel genoeg talent is, maar dat het lastig is om die te bereiken. “Vaak komen mensen in de muziekindustrie terecht via hun eigen netwerk of door het talent waarmee ze zijn opgegroeid. Wanneer we actief investeren in talent uit bredere en meer diverse groepen, stromen er vanzelf ook meer diverse medewerkers in. Dat kan volgens mij een belangrijke bijdrage leveren aan een gevarieerder personeelsbestand.”

Eva de Vroome ziet dat er zeker vooruitgang is, maar dat die nog niet gelijk verdeeld is. “Op de werkvloer zie je steeds meer diversiteit, in de top is dat minder, al is daar ook beweging gaande. Het lijkt erop dat het ini ieder geval meer tijd kost voordat die doorstroming naar de top echt zichtbaar wordt.” ◾

'Door inclusietrainingen breed en van bovenaf aan te bieden, krijgen alle medewerkers dezelfde basis en kan het echt impact hebben op de bedrijfscultuur'

De deelnemers

Katja Keersmaekers (moderator) biedt samen met Esther van der Poel als The Mental Crew psychosociale counseling, business consultancy, mental coaching en trainingen aan. Ze werkte eerder bij onder meer Agents After All, Caro Emerald en Friendly Fire.

Eva de Vroome is Hoofd Communicatie en Public A airs bij branchevereniging NVPI.

Marc Zwart is Head of Creative bij Blue Skies Publishing. Daarvoor werkte hij onder meer bij Cloud 9 Music Publishing.

Izla Kara is PR Manager bij Avalon Music. Eerder werkte ze onder meer als Marketingmanager bij ROQ 'N Rolla Music.

Fidel Nina werkt als International Project Manager bij BMG. Voorheen was hij werkzaam bij 8ball Music en Top Notch.

Kees van Weijen is bestuurslid, voormalig voorzitter en president van IMPALA en oprichter van STOMP.

YouTube als fundament in de short attention span economy

De meeste mensen weten inmiddels dat YouTube qua schermtijd op het grote scherm groter is dan Netflix. Wat de meesten níet weten, is hoe je YouTube strategisch inzet om niet alleen meer bereik, maar ook meer waarde en inkomsten te creëren. En juist op dat vlak kan Age Music van toegevoegde waarde zijn. We spreken hierover met Lara Lessing (Head of Age Music), Martijn Schaper (Creative & Strategist Age Media) en Je rey Pater (Distributie, Channel Manager & Rights Expert Age Media).

De muziekindustrie lijkt momenteel gedreven door hypes. Alles moet korter en sneller. Hoe kijken jullie daartegenaan?

Lara Lessing: “Korte video’s op platforms kunnen veel zichtbaarheid opleveren en een artiest relatief snel op de kaart zetten. Kijk je naar TikTok en YouTube, dan sluit het een het ander niet uit. Het interessante is dat YouTube zelf ook Shorts heeft die enorm succesvol zijn, maar dan binnen een veel breder kader van content: van vertical en longform video’s tot story telling, o ciële en user-generated content. Er ontstaat pas echt een duurzaam ecosysteem rond een artiest wanneer die aandacht wordt vastgehouden en omgezet in terugkerende betrokkenheid en inkomsten. Dat fundament ligt bij YouTube. Het is het enige platform dat al die vormen samenbrengt en daarmee het grootste tv-station ter wereld is, interactief en geschikt voor iedere doelgroep.”

Wat betekent dit voor creatorschap en makerschap?

Lara Lessing: “Labels lopen het risico hun rol als ontwikkelaar van artiesten te verliezen. Steeds vaker wordt er alleen nog gescout op wat trending is, vaak zelfs zonder de trend te begrijpen of daarop in te spelen. De kracht van een label zou juist moeten zijn om de markt te begrijpen en daarop in te spelen, terwijl de kracht van de muzikant of artiest ligt in het makerschap: het creëren van muziek, verhalen en beleving, niet in het najagen van data en algoritmes. Zo ontstaat er ruimte voor labels om te bouwen in plaats van alleen te tekenen, ook zonder hits, of júist zonder hits! Met de juiste kennis, strategie en technologie kan een artiest zich richten op creatie, terwijl wij het verdienmodel eronder leggen.”

Wat is jullie rol in dat speelveld?

Martijn Schaper: “Ons doel is het bouwen van nieuwe werelden binnen het YouTubeecosysteem. We willen meer waarde creëren voor het platform en diens gebruikers, variërend van een artiest en een label tot een niche-genre - die ook allemaal weer merken kunnen worden. Uiteindelijk draait

'Uiteindelijk draait het erom dat een kijker niet één keer kijkt, maar terugkomt als fan'
LARA LESSING
MARTIJN SCHAPER
JEFFREY PATER

het erom dat een kijker niet één keer kijkt, maar terugkomt als fan. Dat vraagt om formats, optimalisatie, herkenbaarheid en community. Daar helpen wij bij. We zoeken bovendien altijd eerst de doelgroep die resoneert met een bepaalde label, artiest, stijl of format. Daarna bouwen we door op de relatie voor de langere termijn.”

Wat zijn de eerste zaken waar jullie mee aan de slag gaan wanneer een rechthebbende zich bij jullie aansluit?

Jeffrey Pater: “Om te beginnen ervoor zorgen dat artiesten en rechtenhouders betaald krijgen voor elke view, elke stream, elk gebruik van hun muziek. Veel partijen laten nog altijd inkomsten liggen, wij gaan veel verder met een hands-on aanpak, met innovatieve monetization strategieën en tools. Wij kennen het systeem tot in detail. We optimaliseren kanalen, we herstellen content die onvindbaar is, en we maken zichtbaar waar geld gemist wordt.”

Jullie spreken vaak over de attention economy. Hoe ziet de toekomst eruit?

Lara Lessing: “De toekomst van de muziekindustrie ligt in het besef dat labels en rechthebbenden zelf mini-platforms creëren. Niet alleen distributeurs en traditionele marketeers van muziek, maar makers

van waarde in de breedste zin. Op YouTube en vergelijkbare kanalen kun je méér doen dan maar een track uploaden. Je kunt series, content formats en communities bouwen die (super)niches bedienen, nieuwe doelgroepen aanspreken en bestaande fans veel dieper betrekken. Ik geloof dat we toegaan naar een landschap waar labels en publishers betrokken gaan worden bij de mediamerken en omgevingen voor hun artiesten. Daarin bedienen ze creators, ook

zijn dat, omdat YouTube een fingerprintsysteem heeft, zomaar hun rechten automatisch herkend en toegewezen worden. Alleen al bij de juiste aanmelding van content gaat het vaak mis. Laat staan dat men bezig is met de enorme werelden op YouTube waar muziek onderdeel van kan zijn. Muziek is de rode draad van bijna alle content, maar een groot deel van de mogelijkheden blijft onbenut. Wij brengen die disciplines samen en zetten ze in om

'Muziek is de rode draad van bijna alle content, maar een groot deel van de mogelijkheden blijft onbenut'

micro-creators die passen bij specifieke niches en communities, en schalen ze ook door naar een wereldwijd publiek.”

Tot slot, waarom zouden artiesten of labels dit niet zelf kunnen?

Martijn Schaper: “Iedereen kan in een paar minuten een kanaal aanmaken. Maar daarmee heb je nog geen kennis, formats strategie, publiek en inkomsten. Ik spreek regelmatig labels die ervan overtuigd

artiesten en labels onafhankelijker te maken. Niet alleen door o ciële releases te distribueren, maar vooral door nieuwe, extra inkomsten te genereren bovenop wat er standaard binnenkomt.”

Lara Lessing: “We zien onszelf niet als een partij die kanalen runt en maakt, maar als een strategische partner die makerschap, technologie en ondernemerschap samenbrengt.”

‘Europese CMO’s moeten samenwerking verbeteren’

BumaStemra heeft in Nederland het alleenrecht om royalties voor auteursrechten op muziek te innen en uit te keren, maar hoe brengt onze auteursrechtenorganisatie het ervan af vergeleken met andere Europese CMO’s? Adviesbureau Berenschot zette alle cijfers op een rijtje en publiceerde de bevindingen in een whitepaper.

DOOR: PIERRE OITMANN | FOTO'S: FEMKE VAN DEN HEUVEL

Onder de titel Who Gets Paid When The Music Plays? publiceerde Berenschot een whitepaper die uiteenzet hoe Europese CMO’s (collective management organizations) royalties verzamelen, hoeveel zij uitkeren en welk aandeel van verzamelde royalties uit digitale kanalen afkomstig is.

“We hebben met Berenschot onlangs een opdracht gedaan voor BumaStemra en kwamen zo in de wereld van CMO’s terecht,” beschrijft Rachel Steenbrink, consultant Strategy & Operations bij Berenschot en ook een van de auteurs van deze whitepaper. Steenbrink raakte erdoor gefascineerd en ging met haar collega’s Jelle van Pijkeren en Meindert Flikkema op zoek naar beschikbare openbare data over Europese CMO’s.

“Meindert is hoogleraar aan de VU en heeft academische belangstelling voor de rol van intellectual property rights. Toen we in die data doken, kwamen er opvallende ver-

schillen naar boven en besloten we er iets over te schrijven. De digitale component, dus inkomsten door onder andere streaming, is eraan toegevoegd om inzicht te krijgen in hoe goed CMO’s inspelen op de groei van digitale muziekconsumptie. We hadden van tevoren niet verwacht dat de verschillen binnen Europa zo groot zouden zijn.”

Schaalvoordelen

Het rapport concludeert dat de samenwerkingen tussen de individuele CMO’s bevorderd kunnen worden. Dat wordt beaamd door Sam Branten, adviseur Kunst & Cultuur bij Berenschot. Zij maakt binnen de organisatie van ruim vijfhonderd adviseurs deel uit van het zeskoppige team Kunst & Cultuur en werkt vanuit die hoedanigheid onder meer aan het popmuziekbeleid van gemeenten en de exploitaties van poppodia. “Wat ik opvallend vond, is dat er dus nog relatief weinig wordt samengewerkt tussen de

CMO’s,” aldus Branten. “Volgens mij liggen daar kansen. Je zou verwachten dat op Europees niveau daar al meer stappen in zijn gezet. Ook met bijvoorbeeld EU-financiering, waarmee je pilots van samenwerkingen een financiële boost kunt geven.”

Steenbrink stelt dat structurele samenwerkingen tussen CMO’s de e ciëntie ten goede komen en kunnen resulteren in hogere uitbetalingen aan hun leden, bestaande uit songwriters en publishers. “Zo kun je schaalvoordelen creëren en kosten laag houden, maar dat vraagt een investering aan de voorkant.” Vooral de verschillen in de percentages van royalty-inkomsten vanuit online kanalen vallen op. “Dat verschilt aanzienlijk per land,” vertelt Steenbrink. “Het verbaast me dat het zo ver uit elkaar ligt.” BumaStemra heeft in 2024 in totaal 312 miljoen euro aan royalties geïnd, waarvan 25 procent afkomstig is uit digitale bronnen. Nederland bevindt zich, qua

RACHEL STEENBRINK

aandeel van online inkomsten in de totale royalty-opbrengst, in de middenmoot van de vijftien Europese landen die in het onderzoek zijn meegenomen, samen met landen als Duitsland en Finland. In Zwitserland (29,16 procent), Groot-Brittannië (33,58 procent), Denemarken (34,29 procent), Zweden (36,54 procent) en met name in Frankrijk (40,6 procent) ligt dat percentage aanzienlijk hoger.

Het onderzoek toont niet aan waar die sterk uiteenlopende percentages aan te wijten zijn, los van verklaringen met betrekking tot verschillen in licentiepraktijken, technologische infrastructuur en digitale adoptie.

“Daarvoor is vervolgonderzoek nodig en die stap hebben wij in deze analyse nog niet gezet,” licht Branten toe. “Daarvoor zouden we samen met de CMO’s moeten kijken naar hun bedrijfsvoering en andere, mogelijk ook externe, factoren.”

Investeren in cultuur

Een andere interessante statistiek uit de whitepaper van Berenschot over de Europese CMO’s is het percentage van de royalty-inkomsten dat wordt gealloceerd aan sociale en culturele fondsen die het maken van muziek bevorderen. In dat rijtje scoort Nederland eveneens middelmatig, met vier procent. Oostenrijk is koploper, met 10,2 procent. De Scandinavische landen scoren hier wederom bovengemiddeld.

“Zij besteden er vanuit de CMO’s veel meer

tijd en geld aan dan andere landen,” beargumenteert Steenbrink. “Als je al in een cultureel netwerk zit, vind je dat belangrijk om te promoten. De Nordics besteden structureel meer aan culturele stimulering, vaak in samenwerking met overheden, door middel van subsidies. Groot-Brittanië ligt wat dat betreft ver achter op de rest, met 0,2 procent van de inkomsten die vanuit PRS naar cultuurfondsen vloeit. Als er daar al veel makers zijn, is die behoefte er wellicht wat minder om de sector aan te moedigen.”

E ectief en e ciënt

In vrijwel alle bevindingen van Berenschot komen de Scandinavische rechtenorganisaties goed voor de dag. Gebaseerd op de hoge royalty-inning ten opzichte van het BBP van Denemarken wordt KODA bijvoorbeeld toegedicht ‘e ectief en e ciënt’ te werk te gaan. KODA wordt in die vergelijking als toonbeeld voor de andere Europese CMO’s neergezet. “Dat komt door die hoge distributiepercentages en de relatief lage kosten ten opzichte van wat ze innen,” legt Steenbrink uit over de werkwijze van KODA. “Volgens mij is het tweeledig,” vult Branten aan. “Er kunnen kansen liggen in het verbeteren van interne processen met een kostenreductie als gevolg, maar aan de andere kant kan er mogelijk ook meer geld binnengehaald worden door hogere uitbetalingen voor streaming of door betere contracten en licenties met platforms uit te onderhandelen.”

'Je zou verwachten dat er op Europees niveau al meer stappen zouden zijn gezet'

SACEM

De Franse rechtenorganisatie SACEM heeft in de 2024 het hoogste aantal royalties geïnd van alle Europese CMO’s, namelijk 1,6 miljard euro. Daarvan komt ruim veertig procent van online platforms als Spotify, Tidal en YouTube. SACEM heeft dan ook het hoogste ledenaantal, circa 237.800. Afgezet tegen de inkomsten heeft SACEM de laagste kosten.

De Duitse GEMA heeft procentueel gezien het laagste aantal leden van alle CMO’s en heeft, mede daardoor, de hoogste gemiddelde uitbetaling aan leden, namelijk 11.268 euro.

Inzichten

Er worden enkele uitdagingen voor CMO’s benoemd, specifiek (snellere) uitbetalingen van royalties aan leden, repartitiegelden, technologische infrastructuur, data-uitwisseling en het harmoniseren van online royalty- collectie. Hoewel er aanbevelingen in het verslag staan, benadrukken de consultants dat er verder onderzoek gedaan moet worden over hoe de verschillen overbrugd kunnen worden.

“Deze vergelijkende analyse biedt inzichten, maar nog niet alle antwoorden,” besluit Branten. “We hopen dat het bij de CMO’s prikkelt om naar hun bedrijfsvoering te kijken en voor de leden om hun CMO's daarop op te bevragen. Eerder hebben we in opdracht van Platform ACCT onderzoek gedaan naar inkomsten van artiesten uit optredens op de Nederlandse podia. Daar zagen we een grote kloof tussen de inzet die zij leveren en de inkomsten. Zelfs bij artiesten met een redelijke staat van dienst is dat gemiddeld niet meer dan een derde van het sociaal minimum. De inkomenspositie van artiesten staat onder druk. Een hogere uitbetaling van royalties kan ervoor zorgen dat ze in hun carrière blijven investeren. Het zou mooi zijn als mede door deze whitepaper de kansen om meer waarde te creëren voor muziekmakers nader worden onderzocht.”

SAM BRANTEN

Koos Zwaan is lector Innovation in the Music Industry en lab lead van het International Music Industry Lab aan Hogeschool Inholland. Zijn onderzoek richt zich op het helpen creëeren van een gezondere en duurzamere muziekindustrie. Hij behaalde zijn PhD met een proefschrift over de loopbaanontwikkeling van Nederlandse popmuzikanten.

COLUMN

Yes, it’s

f*cking political

“Yes it’s fucking political, everything’s political” schreeuwde Skin van Skunk Anansie ons toe in de jaren negentig. Die zin bleef rondzingen in mijn hoofd na een discussie in de appgroep van de VPRO-podcast De Machine, waarin iemand zich hardop afvroeg: zou het optreden van Rage Against the Machine op Pinkpop 2008 anno 2025 nog kunnen?

Wie erbij was, herinnert het zich: de band kwam op in Guantanamo Bay-overalls, met zwarte zakken over hun hoofden, geboeid, terwijl een loeiend luchtalarm over het terrein schalde. Een confronterend politiek statement, in lijn met hun DNA: luid, radicaal en maatschappijkritisch.

Vandaag de dag lijkt de ruimte voor dat soort protest onder druk te staan. Kijk naar het recente incident rond Douwe Bob, die weigerde op te treden bij een Joodse voetbalclub. Zijn besluit werd gevolgd door een onhandige tweet van een VVD-politica, doodsbedreigingen en uiteindelijk het onderduiken van de artiest. Internationaal was er ophef rond de optredens van Bob Vylan en Kneecap op Glastonbury, waar zij stelling namen tegen het geweld in Gaza. Paradiso werd bedreigd na het boeken van Kneecap, en ook Boom Chicago moest een show afzeggen van een Joods-Israëlische comedian vanwege veiligheidszorgen.

Ondertussen speelde er nog een andere, fundamentele discussie: de rol van grote investeerders in de festivalwereld. De Amerikaanse private equity-reus KKR kocht zich in bij tientallen Europese festivals, waaronder ook Nederlandse namen als Mysteryland, DGTL, de Zwarte Cross en Amsterdam Open Air. Tegelijkertijd investeert KKR ook in Israëlische bedrijven én in de wapenindustrie. Toen dit bekend werd, trokken diverse artiesten zich terug van deze festivals. De reacties waren voorspelbaar: verontwaardiging, cancelbeschuldigingen, moddergooien op social media.

En zo rijst opnieuw de vraag: waar ligt de grens? En wie bepaalt die?

'Vrijheid van meningsuiting is een grondrecht, maar geen absoluut recht'

Vrijheid van meningsuiting is een grondrecht, maar geen absoluut recht. Oproepen tot haat, discriminatie of geweld is verboden. Maar een kritische boodschap, een politiek geluid of een artistiek statement mag niet automatisch als ‘gevaarlijk’ worden bestempeld. Kunst is geen neutraal terrein. Popmuziek is altijd ook verzet, reflectie en activisme geweest –van punk tot hiphop, van folk tot rave.

Juist in tijden waarin economische belangen en politieke gevoeligheden steeds vaker leidend lijken, moeten we waakzaam blijven. De grens tussen voorzorg en zelfcensuur is flinterdun. Wanneer we artiesten beoordelen op politieke risico’s in plaats van op hun artistieke waarde, lopen we het gevaar de essentie van kunst geweld aan te doen.

Daarom is het essentieel dat we als sector pal blijven staan voor artistieke vrijheid. Dat we artiesten beschermen – ook als ze schuren, provoceren of ongemak veroorzaken. Want precies dat is wat kunst moet kunnen. En wat popmuziek, van oudsher, altijd al heeft gedaan.

Koos Zwaan

‘Emotie en variatie zijn onmisbaar’

Met talloze hits achter zijn naam is Hans Aalbers een ware kenner van het Nederlandstalige lied. De studio-eigenaar en producer ziet ook in de huidige markt volop kansen voor talentrijke artiesten, maar waarschuwt wel: “Zorg dat je het juiste gevoel overbrengt en koester traditionele genres.”

DOOR: WALLY CARTIGNY

Van André Hazes sr. tot Gerard Joling en Mart Hoogkamer, Hans Aalbers werkt als producer al decennia samen met de top van de Nederlandse muziek. Sinds bijna 35 jaar doet hij dat vanuit zijn studio Hans Aalbers Recordings in Nederhorst den Berg, in het koetshuis van Kasteel Nederhorst. Aalbers stond aan de wieg van talloze hits en succesalbums, die met instrumenten en muzikanten tot leven kwamen in de studio. Tegenwoordig werkt het door de rol van nieuwe technologie vaak anders.

Van bedenken naar corrigeren

“Artiesten komen vaker binnen met een door AI gemaakt liedje,” zegt Aalbers. “Dat klinkt meestal gelikt met alles erop en eraan, maar daarmee is het nog lang niet altijd een geschikt nummer. Als de melodielijnen bijvoorbeeld te hoog of te laag liggen voor een bepaalde zangstem, ga je er geen succes mee boeken. Voor producers betekent dit dat ze AI-producties moeten omvormen naar muziek die past bij de artiest. Daarbij moet ook worden geborgd dat een nummer live op het podium goed uitvoerbaar is. Want de optredens vormen vandaag de dag het belangrijkste verdienmodel van artiesten. Het studiowerk bestaat nog steeds uit het bedenken en maken van muziek, maar nu met AI als co-producer.

Menselijke magie

Aalbers ziet AI-tools niet als vervanging voor muzikanten, maar als hulpmiddelen die het studioproces versnellen. “Ze leggen het uiteindelijk af tegen de creativiteit en het vakmanschap van de mens. Simpelweg doordat AI kan geen gevoel kan overbrengen. Het kan uitstekend patronen herkennen en muziek fabriceren die lijkt op wat populair is, maar het kan niet inschatten of een liedje iemand zal raken. Dat laatste is een kwestie van magie op basis van mense -

lijke emotie. AI levert clichés. Het is aan mij en de artiesten om die te doorbreken en er authentieke muziek van te maken waar het publiek een goed gevoel van krijgt.”

Onderscheid koesteren

Aalbers zoekt altijd naar de beste liedjes voor de artiesten waarmee hij werkt. “Ik denk daarbij aan zaken als carrièreopbouw. Alleen met muziek die een artiest op het lijf is geschreven, zet je iemand langdurig in de markt.”

In die positionering van artiesten ziet de meermaals onderscheiden producer veel uitdaging voor de komende jaren, ondanks de grote populariteit die Nederlandstalige muziek momenteel geniet. “Er wordt

tegenwo ordig een breed publiek bereikt, mede doordat verschillende genres zich vernieuwen richting popmuziek. Dat is fantastisch, met wel met één ‘maar’: als alles op elkaar gaat lijken, vissen we ook allemaal in dezelfde vijver. In een competitieve markt waarin singles belangrijker zijn voor succes dan albums, is dat een valkuil. Ik pleit er dan ook voor om traditionele genres zoals het levenslied en piratenmuziek vooral te koesteren. Daar is een trouw publiek voor en er zit een hele cultuur omheen. Tezamen biedt dat mooie kansen voor getalenteerde artiesten om zich te onderscheiden en ik help ze graag om die te benutten.” ◾

HANS AALBERS

Van distributie naar totaaloplossing

De Nederlandse onafhankelijke muzieksector is volop in beweging. Artiesten kiezen steeds vaker voor een zelfstandige koers, waarbij ze hun creatieve en zakelijke vrijheid behouden. Tegelijkertijd groeit de behoefte aan professionele ondersteuning op het gebied van distributie, productie en marketing. Suburban Marketing & Distribution wil op die ontwikkeling inspelen met de introductie van een nieuwe divisie: Suburban Label Services.

De muziekindustrie heeft de afgelopen jaren een fundamentele verschuiving doorgemaakt. Waar voorheen een traditioneel platencontract de standaard was, zoeken steeds meer artiesten naar flexibele constructies die hen in staat stellen hun eigen koers te varen. Distributie, productie, logistiek en marketing vragen om specialistische kennis en een betrouwbaar netwerk. Precies op dat vlak positioneert Suburban zich met de nieuwe divisie Suburban Label Services. Deze divisie biedt een breed pakket aan diensten, waaronder de productie van vinyl, cd’s en andere geluidsdragers. Daarnaast verzorgt de divisie de fysieke en digitale distributie naar winkels en verkoopkanalen en streamingplatforms. Ook webshopfulfilment (inclusief opslag en verzending) en marketingondersteuning behoort tot de mogelijkheden.

Eigen koers

“Steeds meer artiesten kiezen hun eigen koers en zoeken naar partners die hen

Over Suburban Records

kunnen ontzorgen op logistiek en promotioneel vlak,” vertelt Ronald Drayer, CEO van Suburban. “Wat wij willen bieden, zijn verschillende labelservices waar een artiest behoefte aan kan hebben, zonder dat ze hun rechten hoeven weg te geven. Denk aan ondersteuning bij fysieke producties zoals vinyl en distributie. Vaak nemen wij de kosten voor onze rekening, zodat de artiest geen investering hoeft te doen. Zo worden we steeds meer een soort one-stop-shop voor independent artiesten.”

De eerste artiesten die gebruikmaken van (delen van) deze dienstverlening zijn onder anderen Mercy John, Tess Merlot, De Kraaien en Kraak & Smaak. Drayer: “Zij profiteren van een infrastructuur die niet alleen lokaal sterk is, maar ook internationaal zijn waarde heeft bewezen.”

Suburban Records helpt ook andere labels met dit soort services. “Voor Cloud 9 verzorgen wij bijvoorbeeld hun nieuwe vinylproducties en de distributie. Zo hebben we onlangs het nieuwe album van Jaap Reesema uitgebracht.”

Suburban Records werd ruim 28 jaar geleden opgericht door Ronald Drayer. Wat begon als een distributiebedrijf groeide al snel uit tot een veelzijdige speler binnen de muziekindustrie. Drayer startte zijn carrière bij het Engelse independent label Rough Trade. Toen dit label werd overgenomen door Zomba, koos hij voor een eigen pad. Hij richtte distributeur Suburban op, waarmee hij zich focuste op de hardere genres. Labels als Nuclear Blast en Century Media behoorden tot de eerste partners. In 1999 volgde de oprichting van een eigen label, waarop albums van onder meer Peter Pan Speedrock verschenen. In 2007 werd een jazzafdeling opgezet, wat leidde tot samenwerkingen met onder andere Motema Records. Later breidde Suburban verder uit naar andere genres. Zo bracht het bedrijf de eerste twee albums van Anderson.Paak uit en verzorgde het de distributie van releases van de K-popgroep BTS.

Bredere rol

De introductie van Label Services sluit naadloos aan bij Suburbans bredere rol in distributie en samenwerking met internationale en nationale labels. Zo verzorgt Suburban Distribution sinds kort de fysieke distributie in de Benelux van de onafhankelijke punklabels Hopeless Records en Fat Wreck Chords, twee iconische namen in de punkscene.

“We werken al jarenlang met veel plezier samen met Hopeless, en we zijn trots dat we nu de distributie van zowel Hopeless als Fat Wreck Chords in de Benelux mogen verzorgen,” aldus Santina Elena, Label Manager, Suburban Records / Distribution. “Beide labels zijn iconisch binnen de punkscene en delen een duidelijke visie waar Suburban zich ook helemaal in kan vinden.

FAT MIKE (FAT WRECK CHORDS), LOUIS POSEN (HOPELESS RECORDS) EN ERIN KELLY-BURKETT (FAT WRECK CHORDS)
RONALD DRAYER

We kijken dan ook vol enthousiasme uit naar wat er allemaal aankomt, te beginnen met een rarities album van NOFX!”

Voor Suburban betekent de samenwerking niet alleen een versterking van het portfolio, maar ook een bevestiging dat hun werkwijze aansluit bij een ‘artist first’-benadering. Zo neemt Hopeless Records de catalogus van Fat Wreck Chords over, waarbij alle nietterugverdiende voorschotten worden kwijtgescholden.

Lokale samenwerking

Naast internationale samenwerkingen blijft Suburban investeren in de Nederlandse muziekscene. Zo koos het Amsterdamse label Wap Shoo onlangs voor Suburban als partner voor de wereldwijde fysieke distributie van zijn catalogus, en incidenteel

'Voor Suburban betekent de samenwerking met andere labels een versterking van het portfolio'

ook de digitale distributie. “Suburban snapt hoe je muziek op de juiste plekken krijgt zonder dat je daar je ziel aan hoeft te verkopen,” zegt Gilian de Haas van Wap Shoo Wap. “We doen alles DIY, maar soms is het fijn als er iemand met je meedenkt.”

Ronald Drayer herkent die mentaliteit: “Wap Shoo Wap brengt bands uit die we zélf op vinyl zouden willen persen. We delen dezelfde roots, dezelfde drive. Deze samenwerking voelt volkomen logisch.”

De samenwerking gaat van start met de release van Pay No Mind, het nieuwe album van de Amsterdamse punkband The Covids.

Verschuiving naar totaaloplossing

Wat opvalt in de strategie van Suburban is de verschuiving van louter distributie naar

een totaaloplossing voor artiesten en labels. Met de combinatie van Label Services, internationale distributiedeals en lokale samenwerkingen presenteert het bedrijf zich als een veelzijdige speler die alle schakels in de keten kan bedienen.

Regie

“Voor artiesten betekent dit dat zij de voordelen van een professionele infrastructuur krijgen, zonder de verplichtingen die vaak bij een traditioneel platencontract horen. Ze behouden de regie, terwijl wij zorgen voor e ciëntie, bereik en zichtbaarheid,” zegt Drayer. “Voor labels biedt het de mogelijkheid om de eigen identiteit te behouden, maar tegelijkertijd toegang te krijgen tot een betrouwbaar netwerk en expertise.” ◾

AI dwingt de muziek wereld tot nieuwe spelregels

AI heeft de muziekwereld in fundamenteel veranderd.

De opkomst van AI-bands zoals Velvet Sundown, de overdaad aan generatieve muziek en het opschudden van royaltysystemen zetten alles op zijn kop. Wat zijn de bedreigingen voor de muziekindustrie? En zijn er ook kansen?

DOOR: MARCEL DEBETS

Wie een paar jaar geleden AI nog afdeed als een grappig dingetje, is inmiddels flink wakker geschud.

Het begon dit voorjaar met een plotseling opduikende band, Velvet Sundown. Binnen korte tijd waren er ruim een miljoen plays én discussie: wie zijn deze muzikanten eigenlijk?

Onder druk van media-aandacht en online speurwerk volgde de erkenning dat het project beeld, biografie en muziek met AI had gemaakt. Het verhaal raakte een zenuw: moeten luisteraars expliciet weten dat ze naar (gedeeltelijk) synthetische muziek luisteren? En wat betekent dit voor live-programmering, perswaarde en merkopbouw van artiesten? De a aire kreeg een staartje in de prijzenwereld: Velvet Sundown werd geweerd bij de Future Sound Awards, die ‘verantwoord AI-gebruik’ willen belonen. Daarmee rijst de vraag: wanneer is AI een artistieke methode en wanneer wordt het misleidend? Met de wetenschap van nu zouden we Velvet Sundown direct ontmaskeren als AI-gegenereerde muziek, maar een paar maanden geleden was er nog flink wat twijfel.

Bandcamp-hub

Aan de andere kant van het spectrum staat Unreal Rock Songs, een Bandcamp-hub die fungeert als creatief atelier. Hier verschijnen tientallen releases onder verschillende ‘artiest’-namen, van Violet Opal en Giant Stone tot Mirror Box en Heavy Queen. In de eigen profieltekst staat expliciet: ‘a blend of my creativity enhanced by the support of artificial intelligence.’ Het project brengt

in hoog tempo (vrijwel wekelijks) materiaal uit, vaak in rock-subgenres (psychedelisch/ prog, hardrock, metal).

Deze alias-strategie verandert het spel: niet één band die zich jaren opbouwt, maar meerdere identiteiten die als ‘skins’ over één productiestroom liggen. Dat is niet per se fraude, maar schuurt wél met aannames over auteurschap, branding en curatie. Voor redacties en distributeurs is dan de vraag: wie is ‘de maker’ hier en hoe consistent is het project over tijd? Boekers grijpen natuurlijk sowieso mis, want een liveoptreden zit er niet in.

Transparantie

Reacties van de muziekindustrie op de plotselinge toename van AI-muziek kon natuurlijk niet uitblijven. Ten eerste bij de streamingdiensten. Deezer labelt AIgegenereerde content, geeft gebruikers context in de speler en sluit volledig AIgegenereerde tracks uit van redactionele en algoritmische aanbevelingen. Het bedrijf stelt dat een groot deel van de streams op zulke 100% AI-tracks frauduleus is (want botfarms) en sluit die uit van uitbetaling. Spotify voerde per april 2024 de drempel in van 1000 streams per track per 12 maanden, om micro-uitkeringen en manipulatie tegen te gaan. Het doel is een extra hobbel voor hobby-releases en ‘bulk’ op te werpen, zodat de royalty-pot wordt gericht op muziek die daadwerkelijk publiek bereikt. Het is nog onduidelijk of dit veel zoden aan de dijk zet.

YouTube vereist dat makers realistische, synthetisch bewerkte content expliciet

UNREAL ROCK SONGS HEEFT TIENTALLEN AI-RELEASES UITGEBRACHT, ONDER DIVERSE ‘ARTIEST’-NAMEN.

PRODUCER NUVOLUXE HEEFT ZICH GESPECIALISEERD IN DE GENRES EXOTICA, SPACE AGE EN EASY LISTNING, EN BRENGT AAN DE LOPENDE BAND AI-ALBUMS UIT.

labelen; kijkers krijgen een melding in de speler. Het gaat dus niet om elke special effect of animatie, maar om content die je gemakkelijk voor ‘echt’ kunt aanzien. Het komt er kortom op neer dat vindbaarheid en te gelde maken van synthetische content strakker wordt gereguleerd. Dat moet de keten beschermen tegen ruis en fraude, en verhoogt de instapdrempel voor experimenten met AI.

Luisteraars voor de gek houden wordt trouwens steeds lastiger, omdat de verplichting om aan te geven dat iets met AI is

gemaakt overal wordt ingevoerd. In Europa hebben we de AI Act die transparantie en labeling voor synthetische media expliciet verplicht stelt en stapsgewijs regelt hoe aanbieders moeten informeren en labelen. Voor audio en muziekvideo’s betekent dit dat je duidelijk moet maken wanneer iets kunstmatig gegenereerd of ‘betekenisvol gemanipuleerd’ is.

Fraude

Ook aan de kant van de streams vindt regulatie plaats. Een bekende case is de zaak tegen Michael Smith, die volgens de Amerikaanse justitie met AI-tracks en geautomatiseerde streams miljoenen aan royalties zou hebben weggesluisd. Het is een gevolg van de opzet van het royalty-systeem van streamingdiensten, dat kwetsbaar blijkt voor massaproductie en manipulatie. IFPI rapporteert overigens al jaren over deze click- en botfarms. Dit jaar zijn in onder meer Brazilië strafzaken gevoerd tegen aanbieders van nepstreams en ‘volgers’.

Streamingdiensten draaien steeds vaker fraudedetectie op verkeers- en afspeelpatronen. Verdachte plays tellen niet mee voor royalty’s en kunnen leiden tot takedowns of accountblokkades.

Om ruis te beperken voeren platforms minimumdrempels in (bijvoorbeeld een ondergrens aan streams per track, zoals

die van Spotify) en ze scherpen regels aan tegen ‘functional audio’ en catalogusspam. AI-gegenereerde muziek krijgt een label en wordt geregeld uitgesloten van redactionele of algoritmische aanbevelingen, waardoor het bereik afneemt. Uploads lopen bij voorkeur via erkende distributeurs, die bij misbruik catalogi kunnen blokkeren en inkomsten tegenhouden. Daarnaast werken platforms met labels en brancheorganisaties aan gedragscodes en delen ze signalen met autoriteiten.

Muziekrechten

Ook aan de bron speelt zich het een en ander af, rond de training van de AImuziekgenerators. Aangezien wat eruit komt vaak op iets lijkt, moet de generator daar weet van hebben en er moet dus ooit bestaande muziek ingestopt zijn. Grote labels stellen dat Suno en Udio ‘op ongekende schaal’ op beschermde opnames zijn getraind want outputs lijken soms opvallend op specifieke muziek. De muziekgeneratoren beweren op hun beurt dat training transformatief is, wat betekent dat de diensten geen ‘luisteraar’ zijn, en de input alleen gebruikt wordt om iets nieuws te maken. Bovendien zeggen ze geen kopieën op te slaan en zou het gebruik van bestaande muziek juridisch onder fair use vallen (in elk geval in de VS). Ook is er nog geen makkelijke, grootscha-

lige manier om de rechten te regelen en af te rekenen. Dat er oplossingen mogelijk zijn laat de Zweedse auteursrechtenorganisatie STIM zien. Die lanceerde ’s werelds eerste collectieve AI-licentie (met tracking van modelinvloed) en sloot de eerste deal met Songfox. Dit model zou de uitweg kunnen bieden voor de impasse waarin de meeste rechthebbenden en muziekgeneratoren zich momenteel in bevinden.

Het debat verschuift hiermee van ‘mag het’ naar ‘onder welke voorwaarden’. Collectieve licenties kunnen zorgen voor schaalbare toestemming en vergoeding. Juridisch is het nog volop in beweging, maar de contouren van een werkbaar stelsel tekenen zich af.

Fragiele balans

Onder de druk van AI balanceert de muziekindustrie op een smal koord. AI opent creatieve deuren en maakt het eenvoudiger om nieuw repertoire te produceren, waarvan ook de labels zelf profiteren, maar legt kwetsbaarheden bloot in royaltysystemen, auteursrechten en de relatie met publiek. Labels, platforms en rechtenorganisaties zoeken naar een nieuw evenwicht met transparantie, licenties en fraudebestrijding als belangrijkste pijlers. AI is hoe dan ook een blijvende factor en alles hangt ervan af hoe snel de industrie duidelijke spelregels weet te ontwikkelen. ◾

DE AI-BAND VELVET SUNDOWN

Focus op distributie, TikTok en duurzame groei

Tribal Music Group groeit hard dankzij een nauwe samenwerking met TikTok en distributieplatform SoundOn. Met writerscamps, slimme marketing en een duidelijke focus op distributie en TikTok­strategie wist het jonge label in korte tijd internationale successen te boeken. Oprichter Stan Wittenberg: “Het gaat niet langer om ons eigen aantal volgers, maar om hoe effectief we anderen kunnen bereiken mede dankzij TikTok en influencer marketing.”

DOOR: CAS SPIERTZ

Voor Tribal Music Group draaide het afgelopen jaar om groei en het aangaan van nieuwe samenwerkingen. Een reeks virale zomerhits gaf het bedrijf een extra impuls, terwijl er werd geïnvesteerd in marketing en de ontwikkeling van interne software. “Je moet kapitaliseren op het moment, maar ook voorkomen dat je kostenstructuur te zwaar wordt,” legt Stan Wittenberg uit. Met slimme tools voor demo-inname, contractbeheer en influencer- deals wist het label de workflow te automatiseren en schaalbaar te blijven.

TikTok

Een cruciale stap dit jaar was de samenwerking met TikTok en het nieuwe distributieplatform SoundOn. Voor Tribal Music, waarvoor TikTok hét marketingkanaal is, betekende dit directe lijnen met het platform. De samenwerking kwam tot leven tijdens het writerscamp in Mykonos begin dit jaar, georganiseerd door Tribal Music in nauwe samenwerking met SoundOn. Wittenberg: “Een mooie samenwerking en een win-winsituatie voor beide partijen en de artiesten. SoundOn krijgt een pakket aan demo’s van de grootste artiesten binnen ons genre, en wij kunnen via deze samenwerking weer nieuwe artiesten aan ons binden.” Onder de aanwezige artiesten bevonden zich bekende namen als ATLXS, Ariis, MXZI, Yb Wasg’ood, Repsaj en Alfons, die samen goed zijn voor bijna 90 miljoen maandelijkse luisteraars op Spotify, aangevuld met een diverse groep internationale talenten uit de scene. Uiteindelijk hebben twintig artiesten uit verschillende genres een week samengewerkt. Het resultaat: veertig nieuwe tracks, waarvan er één al uitgroeide tot een wereldwijd succes. De track Accelerada van sma$her (NL) en MXZI (UK) belandde op nummer 26 in de Global Viral 50 en werd in twee maanden tijd in drie miljoen TikTok-video’s

gebruikt. “Dat is precies de kracht van zo’n camp: creatieve kruisbestuiving die leidt tot hits met wereldwijd bereik,” zegt Wittenberg.

Hoewel Tribal Music vooral naam heeft gemaakt met PHONK-artiesten, bood het writerscamp ook ruimte aan producers uit genres als hard techno, pluggnb en newjazz. “Juist die combinatie was superinteressant, en daar zijn ook kruisbestuivingen uit ontstaan. Zo hoor je in een technoplaat met Braziliaanse vocals van CLAESSENS duidelijk de invloed van PHONK, waar dergelijke vocals veel worden gebruikt.”

ADE en verder

De toekomstplannen zijn duidelijk. Tijdens Amsterdam Dance Event organiseert Tribal Music samen met SoundOn een industry mixer. Daarnaast staat er voor februari alweer een nieuw writerscamp gepland, ditmaal als wintereditie. Het doel is om structureel twee keer per jaar een grootschalig camp te organiseren: één in de zomer en één in de winter.

Hoewel TikTok de ruggengraat vormt van

Tribal’s marketingstrategie, kijkt Tribal Music Group ook naar verbreding. “We weten dat afhankelijkheid van één platform risico’s met zich meebrengt, maar op dit moment is TikTok simpelweg superieur in bereik en conversie,” legt Wittenberg uit. “Instagram en YouTube ontwikkelen zich, maar nog niet op hetzelfde niveau.”

Gestage groei

Tribal Music Group groeit gestaag door en kiest er bewust voor zich te concentreren op zijn kernactiviteiten: het uitbouwen van het label en het krachtig vermarkten van nieuwe releases, met TikTok als belangrijkste kanaal. Het afgelopen jaar leverde dat opnieuw meerdere virale successen op, waaronder drie tracks die de Billboard-lijsten haalden. “Onze rol als label verandert: het gaat niet langer om ons eigen aantal volgers, maar om hoe effectief we anderen kunnen bereiken mede dankzij TikTok en influencer marketing. Writerscamps en samenwerkingen met TikTok spelen daarin een belangrijke rol en helpen ons stap voor stap duurzame groei te realiseren.” ◾

STAN WITTENBERG

‘Je moet de K-Pop lifestyle omarmen’

Wie dacht dat K-Pop niets meer zou zijn dan een tijdelijke rage had het flink mis. Het genre heeft inmiddels ook in Nederland een heel grote en trouwe consumentengroep. Al is er wel een groot verschil met een paar jaar geleden. Als je K-Pop verkoopt, moet je all-in gaan. De fan wil namelijk alles en het liefste op een plek. “Een kastje neerzetten met wat K-Pop-releases heeft geen zin meer.”

DOOR: JEROEN VAN TRIERUM

Midden augustus kwam de K-Popsensatie Stray Kids met hun nieuwe album ‘Karma’. De verkoopcijfers waren fenomenaal. Zo gingen er op de release-dag wereldwijd meer dan twee miljoen cd’s en lp’s over de toonbank. Binnen een week stond de verkoopteller op drie miljoen verkochte units. Op Spotify was het nieuwe album van de Zuid-Koreaanse formatie goed voor meer dan 18,2 miljoen streams.

Ook binnen de Nederlandse retail was Karma een groot succes. Wilco de Bruin, eigenaar van Variaworld, spreekt van ‘de grootste investering die wij ooit deden voor een enkele artiest’. “Je praat over een bedrag van minimaal vijf getallen. Terugkijkend bleek dit een schot in de roos, want het was ook een van de meest suc-

cesvolle dagen in de geschiedenis van ons bedrijf.” De aantallen waren zo hoog dat De Bruin bij verschillende distributeurs moest aankloppen en zelfs rechtstreeks uit ZuidKorea platen haalde. “Het resultaat bij onze winkel in Zwolle was dat we bij de release Amsterdamse TikTok-rijen voor de winkel hadden.”

Extra service

Eva Bergsma van de K-Pop speciaalzaak Hey!Hallyu in Arnhem beaamt het succes van de Stray Kids-release. “Die deed het bij ons ook fantastisch goed. Dit was de grootste release die ons ooit was overkomen. Een verrassing was het overigens niet, want wij doen heel veel met pre-orders. Ons doel was om zoveel mogelijk configuraties van het album binnen te krijgen. Verschillende

releases met verschillende benefits. Ik heb het hier over de verzamelkaartjes van een bepaald bedrijf, die bijvoorbeeld alleen verkrijgbaar zijn in Zuid-Korea. Daar komen de fans massaal op af.”

Hey!Hallyu bood daarnaast een bijzondere service aan. Het bedrijf maakte een aantal platen open om er zo voor te zorgen dat fans het kaartje krijgen dat ze willen. “Wij sorteerden dan op de voorkeur die onze klanten aangaven. Een extra dienst die uitstekend past bij een speciaalzaak. Je moet ook niet vergeten dat die kaartjes voor de fans superbelangrijk zijn. Ik vergelijk het weleens met de huidige Labubu-rage. De reden achter de populariteit is volgens mij dat de dat de klant een mysterybox koopt en niet weet wat daarin zit. Dat kan een gouden Labubu zijn of een normale. Klanten gaan

die dingen verzamelen. Dat element zie je ook terug bij de K-Pop-verzamelkaartjes.”

Vol er ingaan

K-Pop is voor Variaworld al twee jaar een belangrijk onderdeel van de formule. De Bruin is blij dat hij er destijds ‘vol in is gegaan’. “Je komt er niet mee weg om alleen een kastje neerzetten met wat K-Pop-releases. Sterker, je moet een nieuwe winkel in de bestaande winkel creëren en dan niet alleen met cd’s of lp’s. De fans van dit genre zijn dol op zaken als verzamelkaartjes, sleutelhangers. Dat soort spullen moet je ook aanbieden. Daarnaast doen we er alles aan om die groep constant te verrassen. Zo mikken we erop om iedere maand releases van minstens 50 tot 100 nieuwe bands neer te zetten. Een reden waarvoor de fans de weg terug weten te vinden naar onze winkels. Ook organiseren we drie keer per jaar een K-Pop-dag. Een gezellige boel die in het teken staat van het genre. Bij de vorige heb -

ben we honderden klanten mogen ontvangen. Die krijgen dan overigens allemaal een fijne goodiebag met zich mee. K-Pop is een manier om jongere en nieuwe mensen over de vloer te krijgen en die willen we vasthouden. Misschien veranderd hun smaak over een paar jaar naar Taylor Swift en die weten dan Variaworld ook te vinden.”

Lifestyle

“Ons complete businessmodel draait om K-Pop. Iedereen die hier werkt zit er dus middenin,” stelt Bergsma. “Je werkt met een fan-community die heel trendgevoelig is en alles in de gaten houdt. Wij hebben het geluk dat iedereen in ons team zelf fans zijn van K-Pop en dus ook onderdeel van die community. Daar komt bij dat iedereen bij Hey!Hallyu een verschillende muziek sm aak binnen K-Pop heeft. Zo hebben we een breed blik op het gebied van releases en wat er gaande is. Op die kennis spelen we natuurlijk als bedrijf in. Dat doen

we groots want je bent immers speciaalzaak.”

Dat er retailers zijn die het genre bewust links laten liggen is begrijpelijk, vindt de Bruin. “Natuurlijk praat je over flinke investeringen die gedaan moeten worden. En dan heb ik het niet alleen over geld. Je moet jonger personeel hebben dat de taal spreekt van de fans en laten we marketing niet vergeten. K-Pop is een lifestyle en om alles eruit te halen moet je die omarmen.”

Concurrentie

De nieuwe releases van supergroepen als BLACKPINK en Stray Kids staan tegenwoordig ook in de reguliere platenzaak zij aan zij naast andere popreleases. Last van deze concurrentie heeft Bergsma niet. “Het is juist goed. Zo komen er nog meer mensen in contact met K-Pop. Als speciaalzaak moet je het natuurlijk ook hebben van dit soort grote releases. Onze onderscheidende factor is dat we altijd die speciale ZuidKoreaanse release in de winkel hebben staan. Een die je nergens anders kan krijgen met bijvoorbeeld een gelimiteerd kaartje.” Ook de Bruin ziet de grotere verkrijgbaarheid van K-Pop niet als concurrentie. “Er

K-POP SPECIAALZAAK HEY!HALLYU IN ARNHEM
STRAY KIDS

is een aantal winkels in Nederland dat zich inmiddels gespecialiseerd heeft. Dat is juist hartstikke goed voor de hele business. Samen zetten we dit genre op de kaart en zorgen ervoor dat iedere week nieuwe fans in aanraking komen met K-Pop. Dat is uiteindelijk voor iedereen goed want samen delen is samen vermenigvuldigen.”

Groter plaatje

Volgens Bergsma is het succes van K-Pop onderdeel van een groter plaatje. “Alles wat uit Zuid-Korea komt lijkt interessant te zijn voor een steeds grotere groep consumenten. Ze verdiepen zich in het land en de taal en worden nieuwsgierig naar alles daaromheen. Alles wordt ook steeds toegankelijker. Kijk naar de vele K-Drama’s op Netflix, maar ook de Zuid-Koreaanse restaurants die in Nederland opduiken. Je kunt zelfs in veel supermarkten Zuid-Koreaanse snacks en drankjes kopen. Met dat in het achterhoofd is het logisch dat de interesse in K-Pop ook steeds groter wordt.”

Bergsma benadrukt dat er een constante stroom is van nieuwe fans en tegelijkertijd erkent ze dat er fans afvallen. “Het is vergelijkbaar met andere muziekgenres. Op een bepaald moment verandert je smaak en laten we niet vergeten dat de muziek ook door de jaren heen anders is geworden. Wat we overigens wel zien is dat als artiesten of

groepen van een jaar of tien geleden met een nieuwe album of tour komen, je die oude klanten weer terug ziet komen.”

Kpop Demon Hunter

Een van de grootste K-succesverhalen van dit jaar is de Netflix-anime-film Kpop Demon Hunters. Op moment van schrijven is de animatiefilm, met 236 miljoen views, de best bekeken film ooit in de geschiedenis van Netflix. Daar hield het succes niet op, want ook de soundtrack verbrak records. Eind augustus stonden er vijf nummers in de top tien van meest beluisterde nummers wereldwijd op Spotify. Het populairst was de track Golden met meer dan 400 miljoen streams.

Ook in Nederland is de Kpop Demon Hunters-soundtrack succesvol en bereikte het album de eerste plaats binnen de GfK Dutch Album Charts. Hey!Hallyu verkoopt de cd al (voor de lp is er een pre-order) en

'Als er in het Westen ingezet wordt op speciale verpakkingen ga je meer cd's verkopen'

de verkopen zijn, volgens Bergsma, ‘goed maar nog niet fantastisch’. “Dat is volgens mij toe te schrijven aan het feit dat de cd is uitgebracht in een normale jewel case. Dat maakt het voor de liefhebbers toch net wat minder interessant. K-Pop fans zijn immers veel meer gewend bij een cd-release. Denk aan speciale verpakkingen en gelimiteerde verzamelkaartjes. Bij Kpop Demon Hunters moeten ze het doen met een simpel doosje. Desondanks gaan de verkopen best goed.”

De Bruin noemt de aandacht die besteed wordt aan de verpakkingen van iedere K-Pop-release ‘bijzonder’ “Ik maak dan ook een sierlijke buiging voor de Zuid Koreaanse muziekindustrie. Zij hebben het zo goed begrepen. Verzamelen zit in het bloed van fans. Als ze van een cd iets speciaals maken dan is de aantrekkingskracht om deze te kopen vele malen groter. In Zuid-Korea hebben ze dat uitstekend begrepen. De rest van de wereld kan daar een voorbeeld aan nemen. Hier kom je vaak niet verder dan een jewel case en als je geluk hebt een klein boekje. Ik weet zeker dat als, ook hier, meer ingezet wordt op speciale verpakkingen je meer cd’s gaat verkopen.” ◾

KPOP DEMON HUNTER
BLACKPINK

COLUMN

Onafhankelijkheid als ruggengraat

van de muzieksector

De onafhankelijke muziekindustrie is de geheime saus van de muzieksector. Als onze toegang tot de markt openblijft en er evenwicht is in het ecosysteem, gaat de muzieksector een zonnige toekomst tegemoet.

De overname van Downtown Music door Universal Music Group (UMG) wordt door laatstgenoemde gepresenteerd als een impuls voor de industrie. UMG vertelt er echter niet bij hoe dit de macht verder consolideert. De centrale kwestie die UMG in zijn commentaar steeds blijft ontwijken, is: wanneer wordt ‘groot’ té groot? Ook wordt voorbijgegaan aan het belang van infrastructuur voor het ecosysteem die niet in handen is van de grootste concurrent. Dit is van belang voor de hele industrie, niet alleen voor de independents.

Independents vormen de ruggengraat van de muziek. Zij maken 99% van de bedrijven uit, bieden werk aan 80% van de beroepsbevolking en brengen 80% van alle nieuwe muziek uit. Ze nemen risico’s, investeren in nieuw talent en ondersteunen uiteenlopende genres. Onafhankelijke opties zijn essentieel voor de markt: distributie, royalty-administratie en publishing-administratie.

Consolidatie bedreigt de neutraliteit van het ecosysteem. Dat verstikt culturele diversiteit en innovatie, terwijl independents juist lokale scenes stimuleren, waardoor muziek een levendige en voortdurend evoluerende kunstvorm blijft. Van aanbieder wisselen is kostbaar en tijdrovend, wat kleinere spelers feitelijk vastzet. Daar komt nog bij dat de markt een belangrijke concurrent verliest, een van de kernzorgen die door de Europese Commissie werd aangestipt bij de start van het Phase Two-onderzoek. UMG’s vermogen om de streamingmarkt vorm te geven is nu al duidelijk, met ‘Streaming 2.0’, dat in wezen neerkomt op massale ‘demonetisation’. Wat komt hierna? Hoe zal Streaming 3.0 eruitzien?

Investeringen zijn uiteraard belangrijk, daar gaat het niet om. De vraag voor toezichthouders is wanneer wordt dit gebruikt als rookgordijn om te veel macht naar zich toe te trekken. Gelooft UMG dat groot té groot kan worden? Als de focus uitsluitend op geld ligt, dan moeten we ons allemaal zorgen maken, want de kern van dit verhaal is: wie heeft uiteindelijk de macht, en hoe wordt die macht gebruikt?

Geen enkele investering, geen enkele databeschikbaarheid en zelfs geen enkele afsplitsing kan dat probleem ooit wegnemen. De vraag naar durfkapitaal of techfinanciering is uiteraard relevant, maar vormt geen rechtvaardiging voor de marktleider om nóg meer controle te krijgen en opnieuw een concurrent uit te schakelen. UMG zou simpelweg een onevenredige controle krijgen. De enige oplossing is om deze deal volledig te blokkeren.

Samenwerking op industrieel vlak blijft natuurlijk van cruciaal belang, waarbij de stem van de onafhankelijken onmisbaar is. Ongeacht hoe het onderzoek van de Europese Commissie verloopt, moet de muziekindustrie blijven samenwerken met beleidsmakers over onderwerpen als AI. Dat zijn we natuurlijk gewend; het gebeurt dagelijks, waarbij de belangrijkste brancheorganisaties samenwerken, niet alleen binnen de muziek, maar ook in de bredere culturele sectoren. Samenwerking, innovatie, concurrentie en diversiteit zijn de sleutel tot een markt die zowel ar tiesten als fans ten goede komt.

Kees van Weijen

Kees van Weijen werkt al meer dan vijftig jaar in de muziekindustrie, onder meer als Executive Vice President bij Universal Music Netherlands. Later zette hij diverse onafhankelijke ondernemingen op, waaronder Rough Trade (verkocht aan het onlangs overgenomen [PIAS]) en richtte hij de Nederlandse branchevereniging STOMP op. Als Board Member, voormalig Chairman en voormalig President van IMPALA is hij al lange tijd een voorvechter van culturele diversiteit en eerlijke concurrentie in de muziek.

‘Experimentele pop met ruimte voor allerlei invloeden’

Met een Nederlandse clubtour in het vooruitzicht en de recent verschenen

EP I Think We Should Move In Together is het een perfect moment om bij te praten met de van origine Turkse artiest Min Taka (echte naam Yasemin Koyuncu) over de door haar zelf bestempelde muziekstijl ‘pixie pop’.

DOOR: CAS SPIERTZ

Hoe ben je vanuit Istanboel in Nederland terechtgekomen om muziek te studeren?

Koyuncu: “Ik was op jonge leeftijd altijd al bezig met muziek, ik greep alles aan om muzikaal bezig te zijn. Na de middelbare school wilde ik graag in het buitenland studeren en het was mijn droom om muziek te studeren aan een conservatorium. Ik legde de lat meteen hoog en meldde mij aan bij Berklee College of Music in Boston, en tot mijn verbazing werd ik aangenomen. Maar na één semester brak in Turkije een economische crisis uit. De dollar steeg enorm en ondanks de beurs die ik ontving, kon ik het niet meer betalen. Toen kwam Nederland in beeld. Mijn zus studeerde hier al en ik kende een paar conservatoria. Ik ben toen koortsachtig gaan mailen of ik ergens terechtkon. Uiteindelijk mocht ik een late auditie doen en werd ik aangenomen bij Codarts in Rotterdam. Daar ben ik begonnen met de studie jazz vocals.”

Hoe beviel Codarts en de stad Rotterdam?

“Toen ik voor het eerst in Rotterdam kwam, vond ik het eerlijk gezegd helemaal niks. Inmiddels houd ik van de stad, maar in het begin was het lastig. Ik kwam uit een miljoenenstad, waar ik midden in het centrum was opgegroeid, en ineens bevond ik me op een plek die te klein leek

om een echte grote stad te zijn, maar ook te groot om een dorp te voelen. De jazzopleiding bleek bovendien een competitieve, mannelijke en soms vreemde omgeving. Als zangeres moest je je profileren alsof je een instrumentalist was. Technisch en theoretisch vond ik het allemaal interessant en leerzaam – als basis heb ik er veel aan gehad – maar de sfeer lag me totaal niet. Ik besloot na anderhalf jaar een pauze te nemen en terug te keren naar Istanbul, waar ik het project Min Taka startte. Daar bracht ik mijn eerste singles uit, speelde ik in verschillende bands en ontwikkelde ik mijn song writing, eerst vooral in het Turks. Na twee jaar keerde ik terug naar Nederland maar dit keer mét mijn eigen project. Alleen was de situatie totaal veranderd: al mijn vrienden waren inmiddels afgestudeerd en ik moest mezelf opnieuw introduceren in de Nederlandse muziekscene.”

Ben je toen doorgegaan met het spelen van Turkse muziek, of ben je juist nieuwe nummers gaan schrijven?

“Na mijn terugkomst ben ik begonnen met schrijven in het Engels. Dat vormde de basis voor de nummers die uiteindelijk op de EP verschenen. Ruim anderhalf jaar speelden we die songs al live, vaak in een set waarin Turks- en Engelstalig materiaal elkaar afwisselden. Nog vóór de eerste sin-

'De jazzopleiding bleek een competitieve, mannelijke en soms vreemde omgeving'

gles o cieel uit waren, richtte ik me volledig op promotie. Ik benaderde podia, programmeurs en promotors, overal met maar één doel: zoveel mogelijk optreden.”

Wat kreeg je als antwoord?

“Ik kreeg slechts vier reacties op ruim zestig mails, maar die leverden wel optredens op bij onder meer Hit The City in Eindhoven, het Paard in Den Haag en in RAUW en Rotown in Rotterdam. Van daaruit volgden steeds nieuwe shows.”

Hoe kwam de keuze tot stand om daarna deel te nemen aan Popronde?

“Dankzij Codarts hoorde ik voor het eerst over het Popronde-traject. Onze debuutshow vond bijna een jaar geleden plaats in een ko ezaak in Nijmegen, waar Ronald Keizer van EBB Music toevallig aanwezig was. Die avond bleek achteraf een keerpunt: het was niet alleen een geslaagd optreden, maar ik ontmoette ook mijn huidige manager en boeker. Tot die tijd regelde ik alles zelf, van optredens en promotie tot management. Dat leverde veel ervaring op, maar op een bepaald moment loop je als artiest tegen de grenzen aan van wat je alleen kunt bereiken. EBB Music sloot juist op dat cruciale moment aan; de muziek en de band stonden al, waardoor zij de volgende stappen konden zetten.”

'Eurosonic zou een geweldige stap zijn, dus ik hoop dat ik daar mag optreden'

Hoe zit het met een label? Heb je ergens een contract getekend of breng je je muziek zelfstandig uit?

“Mijn EP’s heb ik wel volledig in eigen beheer uitgebracht, in samenwerking met distributeur Lab Music. Voor mijn vorige EP heb ik zelf subsidies aangevraagd en gekregen, onder meer van Amarte en het Sena Performers Fonds, wat van grote waarde was voor de opnames. Tijdens mijn studie ontdekte ik hoe de Nederlandse muziekwereld in elkaar zit – met subsidies, promotors en netwerken – en ik ben er gewoon zelf in gedoken. Met Popronde en alles wat daarna volgde, viel alles mooi op zijn plek. Nu is het een enorme meerwaarde om een team met een manager en boeker te hebben, zodat ik me volledig kan richten op muziek maken, optreden en het schrijven van nieuwe nummers.”

Je muziek klinkt niet meteen alsof je een achtergrond in jazz hebt, behalve misschien in de technische uitvoering. Hoe heeft die muzikale ontwikkeling zich gevormd?

“Ik wilde weg van de jazz-mentaliteit en ik heb eigenlijk nooit het idee gehad: ik ga dit genre maken of ik ga die richting op. Daardoor hebben sommige nummers heel verschillende stijlen en kleuren. Op mijn laatste EP staat bijvoorbeeld een nummer dat naar indie-rock neigt en een gruiziger karakter heeft, een ander heeft duidelijke bossa nova-invloeden, maar er is ook een track die meer richting UK-garage gaat. Toch wilde ik er wel een eigen label aan hangen, en zo ontstond de term Pixie Pop. Voor mij past dat goed bij mijn muziek: speelse, experimentele pop die ruimte laat voor invloeden uit allerlei hoeken.”

Hoe ziet de toekomst eruit voor Min Taka?

“We beginnen binnenkort met een clubtour in Nederland, met shows in Leiden, Haarlem, Enschede, Nijmegen en Alkmaar. Daarnaast gaan we over een paar weken naar Engeland, voor optredens in Leeds, Bristol en Londen. Het wordt de eerste keer dat ik in het Verenigd Koninkrijk speel. In de toekomst zou ik graag vaker buiten Nederland optreden, mezelf meer introduceren in de Europese scene en hopelijk ook weer voet aan de grond krijgen in Turkije. Eurosonic zou een geweldige stap zijn om dat te bereiken, dus ik hoop echt dat ik daar mag optreden.” ◾

MIN TAKA

‘De centrale vraag is: wat verwacht onze achterban van ons?’

De afgelopen tien jaar was Esther Vollebregt de drijvende kracht achter Record Store Day. In haar nieuwe rol als directeur van branchevereniging NVER wil zij onder meer op het gebied van communicatie een frisse wind laten waaien. “Onze achterban moet beter begrijpen wie we zijn en – belangrijker nog - wat wij voor hen kunnen betekenen.”

DOOR: JEROEN VAN TRIERUM

Hoe ben je in de muziekbranche terechtgekomen?

Esther Vollebregt: “Tijdens mijn studie commerciële economie liep ik stage bij de distributeur Home Entertainment Services. Dat was het moment waarop het zaadje werd gepland. Mijn afstudeerscriptie had te maken met het muziektijdschrift Watt, dat werd uitgegeven door Entertainment Business-uitgever iMediate. Daar ben ik blijven werken en heb ik in de loop der jaren diverse projecten gedaan voor onder meer platenmaatschappijen. Vervolgens maakte ik de stap naar Sony Music als productmanager. In dat team werkte ik eerst met lokale artiesten en later met internationale rock- en alternatieve acts. Na drie jaar verliet ik de muziekindustrie en stapte ik over naar de tijdschriftenwereld. Eerst bij Bindinc, waar ik me bezighield met programmabladen, daarna ruim zeven jaar bij Weekblad Pers voor Psychologie Magazine en Yoga Magazine. Toen mijn kinderen er waren, koos ik ervoor om projectmatig te gaan werken. Via die weg kwam ik bij de NVER terecht voor een opdracht rondom Klassieke Zaken. Mijn collega Stephan van Peursem, destijds projectmanager van Record Store Day, werd ziek. Ik heb toen aan de bel getrokken en gezegd dat ik wel wilde helpen. Dat beviel, van beide kanten, zo goed dat de NVER mij vroeg of ik het event niet compleet op wilde oppakken. Alles viel toen op zijn plek en tien jaar later staat er een ervaren team en goed geoliede en succesvolle machine.”

Heb je ooit de ambitie gehad om NVERdirecteur te worden?

“Niet echt, eigenlijk. Al speelde op de achtergrond wel mee dat ik een volgende stap wilde maken. Ik had wel eens overwogen om iets met marketing in de goede doelensector te doen, maar vond het lastig om daarvoor volledig afscheid te nemen van Record Store Day. Toen deze mogelijkheid zich aandiende, heb ik die dan ook met beide handen aangegrepen. Hierdoor kan ik een schakel zijn in de nieuwe stappen die de NVER kan maken om nog meer te betekenen voor de leden. Tegelijkertijd kan ik ook mijn werk binnen Record Store Day voortzetten. Het past goed bij elkaar”

drijvende kracht achter de NVER. Record Store Day en NVER zijn hierdoor nog dichter naar elkaar gegroeid. Dat gezegd hebbende, het blijft natuurlijk wel een flinke uitdaging.”

Kun je na tien jaar RSD dingen makkelijk loslaten?

“Dat is heel moeilijk. We zijn bijvoorbeeld in

ik en Jesper van Rooijen voor

Hoe ga je het directeurschap combineren met je activiteiten voor RSD?

“Het is een uitdaging en best ambitieus om die twee rollen naast elkaar uit te voeren. Ik denk dat we inmiddels een goede manier hiervoor hebben gevonden. Zo ben ik iets meer uren gaan werken en Jesper van Rooijen die al de communicatie deed voor RSD, doet dat straks ook deels voor de NVER.

Daarnaast krijgen we administratieve ondersteuning van Henny Zonneveld, de

'Binnen de plannen die we aan het maken zijn staan de cadeaukaarten hoog op de agenda'

vaker de weg naar de platenzaak weten te vinden, de populariteit van relatief nieuwe genres als K-Pop en de steeds toenemende vraag naar vinyl iedereen hoopvol.”

Een van de belangrijkste services die NVER aanbiedt is de Platenbon. Hoe gaat het daarmee?

gesprek met iemand die waarschijnlijk een groot deel van sponsoring en partnerships gaat overnemen. Dat vond ik altijd een van de leukste onderdelen van mijn werk, dus helemaal loslaten blijft lastig. Tegelijkertijd is het goed te doen, juist omdat ik nu dichter bij het vuur zit en een belangrijke rol kan spelen in het vormgeven van een nieuw tijdperk voor de NVER. Dat is essentieel, want ook een branchevereniging moet met de tijd mee, hoe goed het de afgelopen jaren ook gegaan is.”

Wat zijn de belangrijkste NVERagendapunten voor de komende jaren?

“De leden staan bij ons centraal. Waar we op dit moment vooral mee bezig zijn, is om een voorzet te doen op nieuwe beleidsplannen. De centrale vraag is: wat verwacht onze achterban van ons? Het is op dit moment zo dat de betrokkenheid als het om Record Store Day gaat heel groot is. Bij de andere belangrijke NVER-zaken is

dat aanmerkelijk lager. Hoe dat komt? De NVER en de werkzaamheden die we doen zijn te weinig zichtbaar bij de winkels. Veel nieuwe leden die zich de afgelopen jaren aansloten deden dat voor RSD. Ik vraag mij af of zij bekend zijn met de voordelen van de branchevereniging. Dat kan opgelost worden door bijvoorbeeld beter en transparanter naar onze leden te communiceren. Zij moeten beter begrijpen wie we zijn en, belangrijker, wat wij voor hen kunnen betekenen.”

Hoeveel leden heeft de NVER?

“In totaal zijn dat er nog ruim 300. RSD was een aanjager voor de nieuwe aanwas en daar zijn we natuurlijk blij mee. Het is onmogelijk om in een kristallen bol te kijken en te voorspellen hoeveel er de komende jaren nog bij komen. Desondanks denk ik dat het overgrote deel van Nederlandse en Belgische muziekretailers werkt met een stabiele basis. Daarnaast stemt het feit dat jongeren steeds

“Heel goed en dat zonder noemenswaardige marketingacties. Afgelopen jaar zagen we weer een stijging van zo’n 20 procent. Binnen de plannen die we aan het maken zijn staan de cadeaukaarten hoog op de agenda. Ook hier is communicatie naar de achterban belangrijk. Er zijn nog altijd veel winkels die de Platenbon niet aanbieden, terwijl dit geen kosten met zich meebrengt, maar wel extra inkomsten kan opleveren. Bovendien biedt een cadeaukaart als de Platenbon volop nieuwe kansen. Denk aan gepersonaliseerde kaarten met de branding van een artiest of band, of een speciale editie die bij de aankoop van een bepaald merk als extraatje kan worden weggegeven in supermarkten.”

Als je over tien jaar terugkijkt, wanneer is je directeurschap dan geslaagd?

“Dat is een moeilijke. Ik zou heel tevreden zijn als er in 2035 nog steeds een sterke organisatie staat met tevreden leden, die volop meedraait in het muziekretaillandschap van dat moment. Daarnaast hoop ik dat iedereen die er dan werkt is meegegroeid met de voortdurende veranderingen in de sector, met trots kan terugkijken op het verleden én met vertrouwen vooruitkijkt naar de toekomst.” ◾

ESTHER VOLLEBREGT

Plato zorgt voor extra beleving met festivalwinkel

Het is inmiddels een vaste waarde op grote festivalterreinen: een winkel waar bezoekers direct na een optreden vinyl en cd’s van de artiest kunnen aanschaffen. Dick van Dijk, eigenaar van de Plato­groep: “De verkoop op festivals voegt een extra dimensie toe aan de beleving, iets dat je normaal gesproken alleen in onze winkels ervaart.”

DOOR: JEROEN VAN TRIERUM

Een plaat of cd kopen, direct nadat je de artiest live hebt gezien – de Platogroep maakte het deze zomer mogelijk op de festivals Pinkpop, Down the Rabbit Hole, Lowlands en Into the Great Wide Open.

“Dat waren een stuk minder festivals dan de jaren daarvoor”, vertelt eigenaar Dick van Dijk. “We hebben echter specifiek voor dit aantal gekozen. Deze vier zijn de vaste waarden, maar het kan ook zo zijn dat je ons bij andere mooie evenementen op ziet duiken.” Het opzetten, draaien en uiteindelijk weer afbreken van een festivalwinkel gebeurt dan ook niet zonder slag of stoot. Sterker, het is een uitgekiende operatie die begint en eindigt in de winkel. “Dit vraagt iedere keer weer een hoop van de mensen in ons team. Zonder hen is het niet te doen. Zij zijn het visitekaartje en een belangrijk onderdeel van de sfeer die we neer willen zetten.”

Goede boterham

Dick van Dijk is eigenaar van de Platogroep, die zes winkels omvat, waaronder het Amsterdamse Concerto. Samen met andere vestigingen vormt de groep een landelijke keten van in totaal twaalf

muziekwinkels. Het idee om ook op festivals te verkopen ontstond onverwachts, herinnert Van Dijk zich. “Lang geleden werden we door festivalorganisatoren benaderd. We zagen dat direct als een logische stap en hebben die kans gegrepen. Het bleek een schot in de roos: voor ons een ideale vorm van marketing en tegelijk een manier om een unieke sfeer aan het festivalterrein toe te voegen.”

Van Dijk glimlacht als de vraag op tafel komt of het ook financieel aantrekkelijk is. “Zo’n 25 jaar geleden stonden we op Lowlands in een circusachtige tent met drie balies en kassa’s. De rijen hielden nauwelijks op en het leverde enorm veel op. Dat is inmiddels geschiedenis. Destijds betaalden we bovendien flink om op festivals aanwezig te mogen zijn, iets wat nu niet meer aan de orde is. Begrijp me goed: ik klaag niet, ook tegenwoordig verdienen we er nog altijd een goede boterham mee.”

Van Dijk geeft geen cijfers, maar wil wel het aantal klanten delen. “Dat is natuurlijk afhankelijk van de festivalgrootte. Over het algemeen hebben we ieder event tussen de 700 en ruim 3.000 betalende klanten. We verdienen met alle kosten echt niet veel aan de festivals, soms draaien we net quitte. Maar het is, zoals ik al vertelde, erg goede marketing.”

Beleving

Met de Plato-winkel wil Van Dijk samen met organisatoren, platenmaatschappijen, managers en artiesten, iets extra’s toevoegen aan de festivalbeleving. Zo worden er signeersessies georganiseerd, waarbij fans hun favoriete artiest kunnen ontmoeten. “Dat is een ervaring die je alleen hier kunt meemaken,” zegt Van Dijk. “Bezoekers vinden het geweldig om even met de artiest te praten en een handtekening te krijgen, en ook de artiesten zelf genieten van die interactie.”

'Bezoekers willen een bijzonder souvenir hebben.

Hoe mooi is dat als dit niet alleen een festivalshirt is, maar ook een gesigneerde plaat?'

Naast signeersessies zoekt Plato naar andere vormen van beleving. Op Lowlands konden bezoekers bijvoorbeeld platen zoeken die verspreid lagen over het terrein om korting te verdienen. “Alles draait op een festival om sfeer, en daar willen wij actief aan bijdragen. Daarom hebben we een mobiele festivalwinkel ontwikkeld die dezelfde uitstraling heeft als onze winkels: veel hout, bijzondere posters aan de muur en natuurlijk een uitgebreide collectie vinyl.”

Assortiment

Het overgrote deel van het assortiment bestaat uit platen van optredende artiesten, maar er zijn ook tweedehands albums en klassiekers te vinden. “Als je naar de Lowlands-resultaten kijkt dan zie je dat er ontzettend breed wordt verkocht. Natuurlijk gaan de releases van optredende bands en artiesten hard, maar het publiek gaat ook voor oude platen van Led Zeppelin of The Doors.”

Om het de bezoeker zo makkelijk mogelijk te maken werkt de festivalwinkel met een zogeheten platen garderobe en een verzendservice. “Bezoekers hoeven niet met een plaat over het terrein te lopen om deze vervolgens in de tent op te bergen. Na de

'Als je merch met muziek combineert, heb je een gouden formule. Hierdoor ontstaat er een win-winsituatie voor iedere deelnemende partij'

aanschaf ontvangt de koper een nummertje en aan het einde van het festival kan de aankoop worden opgehaald. Ook is het mogelijk om voor vijf euro de plaat naar je thuisadres te laten sturen. Ik denk dat als we dit niet zouden doen dit hele concept niet zou werken.”

Merchandise

Van Dijk verwacht dat hij volgend jaar ook weer met een winkel aanwezig is tijdens Pinkpop, Down the Rabbit Hole, Lowlands en Into the Great Wide Open. Wel zou hij een uitbreiding van zijn assortiment fijn vinden en dan heeft hij niet alleen over muziek. De eerste stap hiervoor werd dit jaar al gemaakt. “Tijdens Down the Rabbit Hole verkochten we naast platen ook merchandise in onze winkel. De meeste festivals doen dit nog steeds zelf, maar combineer je merch met muziek dan heb je een gouden formule. Hierdoor ontstaat

er een win-winsituatie voor iedere deelne mende partij en maak je het ook nog eens makkelijk voor de bezoeker. We zagen bij Down the Rabbit Hole dat de verkopen van bandshirts en band-lp’s hand in hand gingen. Over de hele linie is er goed verkocht. Merchandise is en blijft dan ook heel belangrijk. Een van de meest bijzondere dingen die ik ieder jaar zie op Into the Great White Open is hoe druk de merchandisewinkel het heeft op de eerste dag. Bezoekers willen een bijzonder souvenir hebben. Hoe mooi is dat als dit niet alleen een festivalshirt is, maar ook een gesigneerde plaat? De verkoop van merchandise brengt soms ook de nodige uitdagingen met zich mee. Ik herinner me een band die dozen met shirts afleverde zonder te weten hoeveel erin zaten of wat de prijs was. In de drukte kan dat voor chaotische situaties zorgen, maar het maakt het tegelijkertijd ook wel weer leuk.” ◾

Drie generaties muziek in Winschoten

In 1925 opende Eltjo Hekman een muziekspeciaalzaak in Winschoten. Honderd jaar later staat inmiddels de derde generatie Hekman aan het roer. Eigenares Trees Hekman: “We hebben alle veranderingen in geluidsdragers meegemaakt en maakten ons daar nooit zo druk om.”

DOOR: JEROEN VAN TRIERUM

De eerste jaren richtte Hekman Muziek zich vooral op de verkoop en reparatie van muziekinstrumenten.

Oprichter Eltjo Hekman, toen 32 jaar, kocht in 1930 – vijf jaar na de start – het pand waar de winkel nog steeds gevestigd is. Hij was een echte duizendpoot: naast reparaties en verkopen hield hij zich ook bezig met de verkoop van feestartikelen, het uitgeven van toneelstukken en

zelfs het bouwen van schoorstenen. Dat laatste leverde gezondheidsproblemen op, waardoor hij zich uiteindelijk volledig toelegde op muziek. In 1956 nam zijn zoon Jelte Hekman de zaak over, waarmee de basis werd gelegd voor het huidige Hekman Muziek.

Constante factor

De huidige eigenaar, Trees Hekman, stond op vierjarige leeftijd al in de zaak. Als tiener begon ze op vrijdag en zaterdag mee te werken. 30 jaar later, in 1980, nam zij de zaak over met haar toenmalige partner. Een gouden tijd, memoreert Hekman. “We hebben alle veranderingen in geluidsdragers meegemaakt. Ik maakte mij daar, net zoals mijn vader en opa, nooit zo druk om. Op het moment dat in 1965 cassettebandjes verschenen kwamen alle Nederlandse muziekretailers bij elkaar en de algemene gedachtegang was ‘nu is het klaar’. Iedereen koopt die tapes en dat gaat ten koste van de platenverkoop. Dat bleek natuurlijk niet zo te zijn. Sterker, die cassettes bleken een mooi en populair product om te verkopen. Je zag dat doemdenken ook opduiken tijdens de komst van streamingdiensten. Natuurlijk heeft de branche mindere periodes gekend, maar toch wist de consument de fysieke muziekdrager altijd bij ons te vinden. Iedere nieuwe drager hebben we verkocht, van CD-i tot Minidisk en alles daartussenin. Door de jaren heen is er eigenlijk enkel maar een

constante factor: vinyl. Platen hebben we altijd verkocht. Ook in de tijd waarin cd’s niet aan te slepen waren.”

Meer winkels?

Voortdurend doorgaan, kansen grijpen en uitdagingen oplossen, dat typeert de filosofie van de familie Hekman. “We hebben de markt altijd scherp gevolgd. Zo zagen we in de jaren negentig mogelijkheden om verder te groeien en succesvoller te worden. Dat leidde tot gesprekken over de overname van een nabijgelegen Music Housewinkel. Uiteindelijk strandde dit op de hoge huurprijzen; het was onmogelijk daar een gezonde onderneming van te maken. Achteraf ben ik blij dat de deal niet doorging. Daardoor konden we ons volledig richten op onze eigen winkel, en dat heeft ons door de jaren heen veel opgeleverd.”

De heropleving van vinyl, zo’n tien jaar geleden, kwam voor Hekman niet onverwacht. De winkel was immers altijd platen blijven verkopen. “Binnen korte tijd nam het aantal klanten dat naar vinyl vroeg enorm toe. Dat was opvallend, want daarvoor ging het slechts om een klein groepje liefhebbers. Als lp-verzamelaar snapte ik die populari-

teit overigens wel en heb daar natuurlijk op ingespeeld. Door de jaren heen zag ik de voorraad en de verkopen groeien en dat is nu nog steeds zo.”

Klassiek

Binnen de provincie Groningen en ook daarbuiten is Hekman Muziek een begrip. De winkel wordt volgens de eigenaar bezocht door klanten uit heel Nederland en geroemd om de klantenservice en de uitgebreide collectie. Zo heeft de winkel nog steeds een van de grootste afdelingen klassieke muziek. Hekman betreurt wel dat het draagvlak rondom het genre steeds kleiner wordt. “Klassieke Zaken is weg en er zijn geen acties als Aangenaam Klassiek. Ook op het gebied van releases is het steeds magerder aan het worden. Dat is ontzettend jammer want er zijn nog steeds heel veel consumenten die klassieke muziek willen kopen. Ik probeer die groep zo goed mogelijk te bedienen. Tegelijkertijd zie je door de jaren heen de muzieksmaak en het type klant veranderen. Nu is bijvoorbeeld popmuziek heel groot en dat trekt ook jongere klanten de winkel in.” Hekman, die haar leeftijd liever niet noemt,

'Als verzamelaar van lp's snap ik de populariteit van vinyl heel goed'

is 'stokoud, noch piepjong'. Toch weet ze precies wat populair is en welke trends eraan komen. “Ik moet je wel eerlijk bekennen dat ik die kennis vooral van mijn klanten krijg. Ik mag graag praatjes maken en als een dame bijvoorbeeld een plaat van Sabrina Carpenter koopt dan vraag ik altijd: ‘Wat vind je nog meer leuk?’ Mijn vader deed dat in de jaren vijftig ook. Jazz was toen heel populair en mijn vader had daar destijds geen verstand van. Dat is later gekomen. Hij kreeg van een klant tips welke platen hij moest inkopen. Goed naar je klanten luisteren is het geheim van het succes. Zowel toen als nu. Om op de hoogte te blijven volg ik natuurlijk wat er speelt in de muziek en pluis ik de info die ik van Bertus krijg helemaal uit. Daarnaast blijven evergreens van Fleetwood Mac en Neil Young ook populair en daar weet ik natuurlijk alles van.”

Geen poespas

Hoewel Hekman duidelijk trots is dat de

winkel al 100 jaar bestaat, overheerst de Groningse nuchterheid. “Een groot feest komt er niet, maar later dit jaar vieren we het zeker, wel zonder al te veel poespas. We hebben al flink wat aandacht gekregen in de plaatselijke kranten en de burgermeester is zelfs langs geweest met een plakkaat en een oorkonde. Hartstikke leuk natuurlijk, maar uiteindelijk draait het om de klant. Die moet het hier plezierig vinden. En dat lukt nog uitstekend.”

De onvermijdelijke vraag is hoe lang Hekman nog wil doorgaan. Ze geeft lachend het antwoord. “Ik heb geen idee. Het helpt dat ik boven de zaak woon en mijn eigen tijd kan indelen. We zijn iedere werkdag en op zaterdag open. Ik zou echter ook de beslissing kunnen nemen om alleen ‘s middags de zaak open te gooien. Niet dat dit snel gaat gebeuren. Werken in de muziek is nog steeds heel erg leuk en iedere dag krijg je daar nieuwe energie van. Zolang ik gezond blijf, blijf ik doorgaan.” ◾

TREES HEKMAN

Cursus Music Industry biedt brede basis en praktijkinzichten

Om beter te begrijpen hoe de muziekindustrie opereert, is de cursus Music Industry in het leven geroepen. De cursus biedt niet alleen een stevige theoretische basis, maar behandelt ook vragen uit de dagelijkse praktijk. “Voor veel mensen is deze cursus echt een eyeopener.”

DOOR: PIERRE OITMANN

In oktober wordt weer gestart met de cursus Music Industry, een diepgaande driedaagse opleiding, opgezet door de Stichting Music Industry Academy (SMIA), een samenwerkingsverband tussen de NMUV en NVPI Muziek. De cursus in oktober is inmiddels volgeboekt, maar geïnteresseerden kunnen zich binnenkort weer inschrijven voor de volgende cursus in februari.

De cursus bouwt voort op het fundament van de cursus Muziekuitgever die de NMUV jarenlang verzorgde, aangevuld met een extra deel over platenmaatschappijen. Het primaire doel is om uitgebreide, praktische kennis te bieden over de complexe structuren, rechten en geldstromen binnen de muziekindustrie aan zowel veteranen als nieuwkomers in de sector.

Davo van Peursen, directeur van de NMUV: “Wij zouden graag zien dat iedereen die in de muziekindustrie werkt of wil werken een breed, allround kennisniveau heeft. Daarom heeft de NMUV bij NVPI aangeklopt om samen deze cursus naar een nieuw niveau te tillen.”

Voldoende onderlegd

Anne de Jong, directeur-bestuurder van NVPI, had hier wel oren naar. “We hebben dit idee meteen omarmd, omdat we het belangrijk vinden om kennis te delen over onze industrie en de rechten die daaraan ten grondslag liggen. Daarom hebben we de cursus ook beschikbaar gemaakt voor

aangeslotenen van BumaStemra en Sena, in plaats van alleen voor onze eigen leden. Schrijvers en artiesten kunnen op deze manier ook hun kennis uitbreiden”. Specialismen ontstaan toch vooral in de praktijk, benadrukt De Jong. “Je wordt aangenomen in een bepaalde functie en dan ga je aan de slag, waarbij je bepaalde aspecten tegenkomt, maar lang niet alles. Toen ik destijds begon met mijn eigen platenlabel heb ik ervaren dat er echt een hele wereld opengaat. De cursus Music Industry geeft

'Voor veel mensen is deze cursus echt een eyeopener'

je een brede basiskennis over auteursrecht, publishing en platenlabels, maar ook allerlei extra inzichten en relevante praktijkvoorbeelden.”

Eyeopener

De cursus legt niet alleen een stevige basis, maar behandelt ook vragen uit de dagelijkse praktijk, zoals geldstromen uit airplay en streaming, de productie van cd’s en vinyl, de werking van sync-deals en juridische kwesties rond covers, remixen en arrangementen. “Het is heel erg belangrijk dat professionals in de muziekindustrie de rechten

ANNE DE JONG
DAVO VAN PEURSEN
'Als je als label of publisher AI niet serieus neemt, mis je de boot'

waarmee ze werken begrijpen,” zegt Davo van Peursen. “Ik heb rechten, maar wat heb ik er precies aan? Wat kan ik ermee verdienen? Hoe werkt Spotify en hoe lopen die geldstromen? Dat is best ingewikkeld. Ik geef zelf muziek uit en wij krijgen regelmatig vragen over de rechten van geluidsopnames en sync. Daar proberen wij onze componisten bij te helpen. Het is daarom prettig wanneer onze medewerkers over een bredere kennis beschikken dan alleen hun eigen werkterrein. Voor veel mensen is deze cursus echt een eyeopener.”

Dynamisch speelveld

De afgelopen decennia is de muziekindustrie enorm veranderd, daarom groeit de cursus mee met nieuwe ontwikkelingen. Kunstmatige intelligentie is daar een actueel voorbeeld van. “Als je als label of publisher AI niet serieus neemt, mis je de boot,” vindt De Jong. “Dus dat soort technologische ontwikkelingen spelen, naast de theoretische basis, ook een rol in deze cursus. Je moet weten hoe het zit met wetgeving, wat de kansen en de bedreigingen zijn en wat je er in je dagelijkse werk mee kan.”

Lesmateriaal

De cursus neemt drie dagen in beslag, plus nog een dagdeel voor een examen waarbij een officieel certificaat te behalen valt. “Het certificaat is een garantie dat je de basis beheerst,” vertelt Van Peursen. Er wordt gestart met een lesdag volledig ge ­

De cursus Music Industry vindt plaats in People’s Place te Utrecht en is uitsluitend toegankelijk voor leden en werknemers van NVPI Muziek, NMUV, BumaStemra en Sena. De eerstvolgende cursusdata zijn in februari. Zie voor meer informatie: smia.nl/cursusmusicindustry

wijd aan auteursrechten. Dat is de basis van de hele muziekindustrie, dus niet meer dan logisch om daar ook mee te starten”. Op lesdag twee wordt ingezoomd op publishing en op de derde en laatste dag komt het reilen en zeilen van platenmaatschappijen aan bod. De docenten bestaan uit Guus Bleijerveld (muziekadvocaat), Prof. Dirk Visser (hoogleraar aan de Universiteit van Leiden), Willem Jan Keizer (veelzijdig muziekexpert), Frank Janssen (Striped Elephant en eerder werkzaam bij onder andere Sony Music en BumaStemra) en Frank Bruens (voorheen werkzaam bij BMG, Dureco en Strengholt).

Janssen en Bruens zijn ook verantwoordelijk voor het schrijven van het lesboek dat uitsluitend bij de cursus Music Industry uitgegeven wordt. “De cursus en het boek geven inzicht in de complexiteit en de diversiteit van de diverse functies en hoe ze met elkaar samenhangen,” zegt Van Peursen. “Dat kweekt begrip en creëert duidelijkheid.” ◾

FOTO: JOYCE VAN DOORN

‘Ik blijf altijd mixen tussen werelden’

Met haar eerste single Menak Wla Meni scoorde Ines Atili, beter bekend als Inez, in 2019 meteen een hit. Maar precies op het moment dat haar carrière op volle toeren leek te komen, gooide corona roet in het eten. Inmiddels is de pandemie voorbij, staat ze onder contract bij Avalon Music en werkt ze hard aan nieuwe muziek. Hoog tijd om met Inez in gesprek te gaan over haar jeugd, haar eerste stappen in de studio, de ups en downs van haar carrière en de dromen die nog voor haar liggen.

DOOR: CAS SPIERTZ

Kun je iets vertellen over je achtergrond?

Ines Atili: “Ik ben opgegroeid in Venlo, in een gezin met vier zusjes. Muziek speelde altijd een grote rol bij ons thuis. En in onze grote vrouwenfamilie werd er tijdens feestdagen of weekenden vaak samen gezongen. Als jongste keek ik altijd op tegen mijn oudere nichten en mijn oudere zus, maar rond mijn zestiende durfde ik zelf mee te zingen. Zij zeiden meteen: ‘Ines, jij hebt echt een goede stem!’ en grapten dat ze me zouden opgeven voor programma’s als Popstars. Vanaf dat moment begon het balletje te rollen: ik zong elke dag, wat soms tot wanhoop leidde bij mijn ouders. Rond mijn twintigste, eenentwintigste, dacht ik: ik wil toch een keer de studio in, gewoon om het uit te proberen. Mijn moeder heeft me toen in contact gebracht met een oude vriendin van haar, Daisy Dee, en zo zette ik mijn eerste stappen in de muziekwereld.”

Dacht je in die tijd ook aan een muziekopleiding, zoals het conservatorium?

“Ik vond het geweldig om in de studio te staan, al snapte ik er in het begin helemaal niks van. Het conservatorium is ook wel eens ter sprake gekomen, maar dat was geen optie. Mijn ouders waren heel

modern en goed geïntegreerd in Nederland, maar op kamers gaan wonen hoorde daar gewoon niet bij. En dat begrijp ik ook helemaal - ik ben er zelfs blij mee dat ze dat nooit hebben toegestaan. Toen dacht ik ook: heb ik die technieken nou echt nodig? Ik zong gewoon en het ging me aardig af, dus ik liet het erbij. Nu ik ouder ben besef ik wel dat techniek belangrijk is. Daarom zocht ik mijn eigen manier om me te ontwikkelen. Ik keek veel YouTube-video’s en ik kreeg zelfs zangles van de vader van Idols-winaar Jamai Loman, die bij ons in Venlo woonde en een prachtige zangstudio had in een dorpje vlakbij. Daar leerde ik voor het eerst wat over ademhaling en techniek. Dat was hard nodig, want mijn ademhaling sloeg nergens op. Ik was vaak al uitgeput halverwege een nummer. Maar dingen als noten lezen of ingewikkelde zangtheorie heb ik nooit echt geleerd.”

Hoe ontstond je eerste eigen nummer?

“Nadat ik een aantal keer in een studio ben geweest, ben ik uiteindelijk zelf gaan schrijven en ontstond mijn eerste nummer: Menak Wla Meni. Een nummer waarin ik in drie talen zing. In die periode luisterde ik veel naar Marokkaanse muziek, maar ik wilde ook iets Nederlands in het nummer

verwerken. Toevallig was toen net de cover van Verleden Tijd van Lil’ Kleine en Frenna uit, en dat paste er perfect in. Dus voegde ik die eraan toe. Tijdens het opnemen kwamen er ook nog andere invloeden bij, zoals een Frans nummer van Dadju en een Arabisch liedje van Saad Lamjarred. Uiteindelijk stond het nummer op een usb-stick ergens. En ik dacht: ik heb geen management, geen label, helemaal niks. Ik wist ook totaal niet hoe dat werkte. Independent artists waren er in Nederland toen nog nauwelijks. Dus ben ik gewoon

'Ik ben gewoon een MarokkaansNederlandse meid die in Nederland is opgegroeid'

gaan googelen: hoe breng je muziek uit zonder label of management? Zo kwam ik bij DistroKid terecht, en via die site heb ik mijn eerste nummer uitgebracht.”

Hoe was dat, je muziek zelf uitbrengen?

“Ik heb het nummer in een Facebook-groep gegooid, maar dat is de enige promotie die ik gedaan. Menak Wla Meni ging direct viraal. Dat was heel vreemd: je denkt, ik probeer gewoon eens een liedje uit te brengen, en dan gaat het helemaal los. Het voelt dan ook echt alsof ik met mijn ogen heb

geknipperd en ineens zijn we vijf jaar verder. Mensen vragen me vaak hoe het was om dat allemaal mee te maken, maar eerlijk gezegd ging het veel te snel om er echt bij stil te staan of van te genieten. Pas nu denk ik soms: wauw, ik heb het toch maar gedaan. Het was ook gewoon een heel gekke periode. Ik bracht mijn muziek net vóór corona uit. Terwijl mijn nummers viraal gingen en ik juist volop aanvragen kreeg, lag de wereld stil. Mijn tweede single My Love zorgde voor een enorme piek, maar toen was er lockdown en mocht er niets meer:

geen shows, geen gesprekken met labels, geen echte kansen om het succes uit te bouwen. Daardoor voelt het alsof ik er destijds nooit echt van heb kunnen genieten. Nu pas kan ik er een beetje bij stilstaan en besef ik: het is me wel gelukt, en dat in zo’n bizarre tijd.”

Hoe ben je daarna bij Avalon Music terechtgekomen?

“Ik had al langer wat contact met het team van Avalon, vooral met Anouar Ait Taleb. Maar dat was nog tijdens corona, en toen had ik ook een ander management. Toen corona voorbij was, kwam ik op een punt dat ik dacht: oké, wat wil ik nu? Ik wilde een goed team om me heen en via mijn oude manager kwam Avalon op mijn pad. En eigenlijk vond ik daar alles waar ik naar zocht in een label, maar vooral vertrouwen. Hun mening voelt oprecht en betrouwbaar, en dat is voor een artiest ontzettend belangrijk.”

Hoe zie je je plek in de muziekindustrie, tussen Nederlands en Arabisch?

“Ik maak natuurlijk Arabische muziek. Toen ik begon met Marokkaans-Nederlandse nummers vond ik dat wel lastig. Je probeert toch een plek te claimen binnen de Nederlandse muziekindustrie, en dat voelde voor mij moeilijker. Niet eens omdat ik een vrouw ben, maar gewoon omdat die markt minder toegankelijk leek. Daarom ben ik meer richting het Arabisch gegaan. In eerste instantie dacht ik: oké, dan luisteren alleen Marokkanen of Arabieren. Maar gaandeweg merkte ik dat Arabische muziek veel breder is, bijna een wereldtaal. Zelfs mensen die de taal niet begrijpen, voelen de muziek en zingen mee. Ik heb ook een volledig Nederlandse EP uitgebracht, maar de impact daarvan was toch anders dan bij mijn Arabische muziek. Tijdens de tour zag ik dat duidelijk: in Amsterdam stonden er rijen vol Nederlanders die geen woord Arabisch spraken, en tóch zongen ze alles luidkeels mee. Ik denk niet dat ik ooit definitief zou kiezen om alleen in het Arabisch te zingen. Het loopt nu toevallig zo dat mijn muziek vooral Arabisch is, omdat dat in de studio gewoon het beste voelt. Maar ik zal altijd Nederlands blijven mengen in mijn werk. Daar kan ik mijn gevoel ook in kwijt. Uiteindelijk blijf ik een MarokkaansNederlandse meid die in Nederland is opgegroeid.” ◾

Global publisher local touch

Handig tijdens een bezoek Aan ons kantoor in Brussel.

Amai

Muizenstrontjes Tas Microgolf Friet Croque-monsieur Hesp Koets

Goesting Voormiddag Bankcontact

Autostrade

Perte Totale

Remorque Schoonbroer

Stappen

Lopen

Verschieten

Curieus

Facteur

Ijskast Kot

Nonkel

Pull Zetel

Jeetje

Hagelslag

Kop

Magnetron

Patat

Tosti

Ham

Kinderwagen

Zin Ochtend Pinautomaat

Snelweg

Total Loss

Aanhangwagen Zwager

Lopen

Rennen Schrikken

Nieuwsgierig

Postbode

Koelkast

Studentenkamer

Oom

Trui Bank

REINEL BAKOLE LEEZ JEROEN

COLUMN

Plaatjes draaien

Eens per jaar ga ik met oude vrienden van mijn middelbare school een avondje plaatjes draaien. In onze tienerjaren deden wij dat vaker waarbij we elkaar trots, maar ook onzeker, onze nieuwste vinylaanwinsten lieten horen in de hoop dat die ieders goedkeuring konden wegdragen. Anders dan toen draaien we nu plaatjes aan de hand van een thema. Dit jaar was het thema ‘guilty pleasures’, plaatjes dus die volgens ons eigenlijk niet kunnen, maar die we stiekem toch wel heel erg leuk vinden of vonden.

Dat zorgde opnieuw voor een heerlijk avondje mooie ver halen, lekkere hapjes en drankjes en vooral veel hilarische muzikale verrassingen. Want naast liedjes van Vicky Leandros en Nana Mouskouri (‘Zij brengen me terug naar mijn ouderlijk huis’) klonk daar opeens ook Chirpy Chirpy Cheep Cheep van Middle Of The Road uit 1971. Ingebracht door nota bene een vriend die we uitsluitend kennen als groot liefhebber van het repertoire van Jimi Hendrix, Canned Heat en Black Sabbath. “Het waren de hotpants van die blonde zangeres die het voor mij deden. Dat liedje nam ik op de koop toe,” zo verklaarde hij zijn keuze.

Vanzelfsprekend moest ik ook met de billen bloot. Aarzelend begon ik met het liedje Ik Kan Blijven Kijken van de Amsterdamse zanger Peter Beense. Tja, ik kan het echt niet helpen maar als er in een ballad zo’n accordeon voorbijkomt, ben ik meteen verkocht.

Een van mijn andere guilty pleasures is Rock & Roll (I Gave You The Best Years Of My Life) van The Cats. En daar hoort natuurlijk een verhaal bij.

Met mijn ouders en broertje Tom ging ik vroeger regelmatig uit eten bij de chinees in Heemstede. Toen we daar een keertje naar binnen stapten, zaten The Cats daar. Niet verwonderlijk want de Bovemastudio zat er vrijwel om de hoek. Meteen zei mijn moeder: “Ga een handtekening vragen!” Nou waren wij in die tijd helemaal weg van Deep Purple, Led Zeppelin en Roxy Music, dus The Cats: no way! “Ga zelf maar een handtekening vragen!” beten we onze moeder toe, wat ze niet deed.

Jaren later, toen ik bijna alle leden van The Cats wel eens had geïnterviewd, vertelde ik dit verhaal aan Arnold Mühren. Hij moest er smakelijk om lachen en begreep het. Sindsdien word ik ieder jaar met mijn verjaardag door hem gefeliciteerd. Maar z’n handtekening heb ik nog steeds niet.

Ed Hoogeveen

Ed Hoogeveen is al jarenlang actief als freelance journalist binnen de muziekindustrie. Zo werkte hij voor onder anderen Rob de Nijs, André Hazes, BLØF, NPO Radio 3 en Radio 5 en interviewde veel (inter)nationale popartiesten. Al sinds jaar en dag schrijft hij voor Entertainment Business en EB Live.

'Ga zelf maar een handtekening vragen!’ beten we onze moeder toe

Wil je jouw nieuws onder de aandacht brengen van professionals in de entertainmentindustrie, dan is EB het aangewezen vakplatform.

EB 360° ONLINE – Het aanbod:

» Tot 1 januari 2026 een eigen online partnerprofiel;

» 4 weken bannering op www.entertainmentbusiness.nl of in de EB-nieuwsbrief;

» 1 week advertorial;

» Onbeperkte plaatsing van persberichten, vacatures en personalia;

» 1 week de EB Spotlight inclusief interview;

Totale mediawaarde tot 1-1-2026

1.950,-

ADVOCATUUR

Hopen op duidelijkheid rondom AI

In de muziekindustrie is de verdeling van rechten en inkomsten altijd een hot topic. Toch waren er niet eerder zoveel vragen als nu, die nog lang niet allemaal beantwoord kunnen worden. Dat komt doordat het gebruik van nieuwe technologie veel harder is toegenomen dan de vorming van juridische kaders daaromheen.

DOOR: WALLY CARTIGNY

Het zal voor niemand een verrassing zijn dat vooral AI de gemoederen in de muziekindustrie op juridisch gebied bezighoudt. “AI speelt een groeiende rol in geschillen binnen de entertainmentindustrie,” weet Bindu De Knock (Crosslink Legal). “Door AI gegenereerde muziek is in principe niet auteursrechtelijk beschermd, omdat de menselijke creatieve keuzes ontbreken. Je voert alleen een prompt in, de machine bepaalt de uitkomst. Dat roept allerlei vragen op over auteurschap, bescherming en de eerlijkheid van claims.”

tellectuele schepping is. Dat zou neerkomen op een transparantie- en/of een documentatieplicht en mogelijk zelfs een omkering van de bewijslast.”

Onvermijdelijke aanpassing

Menselijkheid aantonen

AI vormt volgens Gwen Klein Bluemink (Law Studio Bluem) een fundamentele uitdaging voor het auteursrecht. “In de EU en onder de Berner Conventie ontstaat auteursrecht van rechtswege, zolang een intellectuele schepping door een mens tot stand is gekomen, zonder registratie of formaliteiten. Maar hoe weten wij als maatschappij of een muziekwerk door een mens of door AI is gemaakt?

Vooral omdat makers daar niet altijd transparant over zullen zijn en je er vanuit kunt gaan dat er gevallen zijn waarbij onterecht auteursrechten worden geclaimd. Het is denkbaar dat we richting een systeem gaan waarin makers moeten aantonen dat hun werk, mogelijk gedeeltelijk, een menselijke in-

Volgens Klein Bluemink zou dit een radicale stap zijn, gezien de internationale verankering van het auteursrecht in de Berner Conventie, TRIPS en diverse EUrichtlijnen. “De vraag blijft: hoe bewijs je ‘menselijke schepping’? Dat vraagt om een uitwerking van creatieve keuzes, een uitdraai van iemands brein. Het objectiveren van die kennis is weer AI-gevoelig.”

Een andere gedachtegang is volgens Klein Bluemink om AI te erkennen als iets wat recht toekomt, maar het de status van naburig recht te geven. “Zo blijft er een scheiding tussen de menselijke intellectuele schepping, wat bekroond blijft worden door het auteursrecht. Hoe dit alles in de praktijk vorm krijgt, is onzeker. Maar dat het auteursrecht zich op mondiaal niveau zal moeten aanpassen, lijkt onvermijdelijk.”

AI-licenties

Syb Terpstra (Porterfield) wijst erop dat er al veel rechtszaken worden gevoerd rondom rechtenschendingen door AI in de entertainmentindustrie. “Bekend zijn de internationale rechtszaken tegen generatieve AI-muziekplatforms als Suno en Udio (zie kader). Op de achtergrond wordt gesproken over mogelijke licentieafspraken tussen die platforms en rechthebbenden; mijn inschatting is dat die licenties er uiteindelijk ook gaan komen.”

Naast afspraken die juridisch worden bevochten ontstaan er ook initiatieven die makers van muziek laten meeprofiteren bij het gebruik van hun muziek door AI-platforms. Terpstra: “Zo heeft de Zweedse collectieve beheersorganisatie STIM onlangs aangekondigd collectieve AI-licenties te gaan verlenen (zie kader). Daarbij ontvangen ‘echte’ makers die daarvoor hun goedkeuring hebben gegeven compensatie voor het gebruik van hun muziek in AI-context.”

De antwoorden op de vele vragen die het gebruik van AI in de muziekindustrie opwerpt, zijn nog lang niet allemaal voorhanden. Toch

'Het auteursrecht zal zich op mondiaal niveau moeten aanpassen'

ADVOCATUUR

komt er beetje bij beetje meer duidelijkheid, zien ook Nederlandse juristen. Stefan Blonk van Blonk.NU: “We zien steeds meer voorbeelden in dealmaking en contracting waar afspraken ten aanzien van hoe om te gaan met AI een rol spelen.”

Verharding en frustratie

Toch speelt er meer op juridisch gebied dan alleen kwesties rondom AI. De Knock: “Wat mij opvalt, is dat er maatschappelijk gezien een verharding merkbaar is, ook in juridische geschillen. Partijen schieten sneller in de verdediging, vergeten zich goed te informeren, en vinden soms dat alles maar moet kunnen en mogen, zoals het zonder licentie gebruiken van samples of syncs. Dat leidt tot conflicten die niet altijd onnodig zijn.”

Volgens De Knock escaleren conflicten in de entertainmentwereld vandaag de dag ook sneller dan voorheen. “De mentaliteit is veranderd: partijen zetten de zaak veel sneller op scherp, wat leidt tot meer procedures, hogere kosten en uiteindelijk vaak schikkingen waar partijen niet veel beter van worden. Die verharding komt mede doordat er weliswaar meer geld in de muziekindustrie omgaat, maar de verdeling door sommige partijen oneerlijker wordt gevonden. Exploitanten incasseren het grootste deel, terwijl makers steeds minder

Collectieve AI-licentie STIM

De Zweedse auteursrechtenorganisatie STIM introduceert ’s werelds eerste collectieve AI-licentie voor muziek. Deze licentie geldt alleen voor werken van makers die expliciet toestemming geven en garandeert eerlijke compensatie wanneer hun muziek wordt gebruikt voor AI-training en -toepassingen. Creators ontvangen royalties tijdens training, gebruik van de AI-dienst en bij gegenereerde muziek. Het pilotproject loopt met Songfox en Sureel, waarbij onafhankelijke attributietechnologie herkomst en inkomsten transparant maakt. STIM speelt hiermee in op de dreiging dat tegen 2028 tot 24% van muziekopbrengsten door AI wordt verdrongen. De licentie biedt een duurzaam kader waarin innovatie en auteursrecht hand in hand gaan.

Licenties SUNO en Udio

De grote platenmaatschappijen (UMG, Warner, Sony) onderhandelen met AI-muziekplatforms Suno en Udio over licenties voor het gebruik van hun catalogi. Deze afspraken zouden lopende rechtszaken wegens auteurs- en masterrechteninbreuk kunnen vervangen door een commercieel kader. Majors ontvangen compensatie en mogelijk aandelen, terwijl AI-platforms legitieme toegang tot data krijgen. Het idee is dat makers kunnen profi teren via royalty’s en meer transparantie. Ondertussen wint volledig met technologie gecreëerde muziek terrein. Muziek van bijvoorbeeld AI-band The Velvet Sundown is nauwelijks te onderscheiden van menselijke creatie en populair onder streamers. Voor makers vormen deze initiatieven vooralsnog een bedreiging voor hun inkomsten, de roep om compensatie voor het trainen van AI met bestaande werken klinkt alom.

MEDIADUB WEET WAAR HET OM DRAAIT.

Bij Mediadub draait alles om vinyl. Als onafhankelijke vinylproducent in de Benelux en trotse partner van GZ Media - de grootste vinylperserij ter wereld - combineren we lokale betrokkenheid met internationale slagkracht. Wij zijn dé specialist voor vinylpersingen in alle formaten: van 7-inch tot 12-inch, in kleur of klassiek zwart. Met oog voor detail, geluid en uitstraling begeleiden we het hele traject van eerste idee tot perfect geperste plaat.

Persoonlijke service Topkwaliteit platen Hoogwaardig drukwerk Scherpe tarieven

Mediadub is officieel partner van GZ Vinyl én Stemra. Zo zijn niet alleen je persingen professioneel geregeld, maar ook je muziekrechten – transparant en correct.

overhouden. Dat tast het verdienmodel van makers aan en voedt onder hen de frustratie.”

Veel discussie, weinig kennis

Groeiend onbegrip en frustraties van par tijen zijn onder meer terug te zien in kwesties rondom naburige rechten. “De terugkerende discussie rondom SENAinkomsten valt mij wel op,” zegt Blonk. “Daarbij wordt de vanzelfsprekendheid dat een label die kan claimen, door artiesten, of althans hun advocaten, steeds vaker ter discussie gesteld.” De Knock ziet ook veel onbegrip in discussies over met name masterrechten en de verdeling van naburige rechten. Veel geschillen komen volgens haar voort uit verkeerde interpretatie van techniek en juridische kaders. “Ik merk dat

rechters en advocaten vaak onvoldoende technische kennis hebben om de vertaalslag goed te maken, terwijl dat cruciaal is. Dat gebrek aan kennis leidt tot rechtsonzekerheid en casuïstische uitspraken, terwijl eigenlijk een bredere herziening van wet- en regelgeving nodig is, bij voorkeur op Europees niveau.”

'Rechters hebben vaak geen technische kennis om de vertaalslag te maken'

Ronnie Flex vs Top Notch

Rapper Ronnie Flex (Ronell Plasschaert) heeft (grotendeels) ongelijk gekregen in zijn rechtszaak tegen voormalig label Top Notch. Hij wilde zijn contract laten vernietigen vanwege conflicten over albums, royalty’s en muziekrechten, maar het hof oordeelde dat de afspraken duidelijk waren en hij destijds begeleiding had. Alleen over de einddatum van het contract kreeg hij deels gelijk: dit liep al in september 2019 af, achttien maanden na zijn album NORI, en niet in november 2020 zoals Top Notch stelde. De muziek blijft eigendom van het label. Ronnie Flex runt inmiddels zijn eigen label, ADF Ent.

Aandacht voor binnenlandse zaken

Naast factoren die in veel juridische kwesties binnen de industrie momenteel een rol spelen, zijn er enkele specifiek Nederlandse zaken over vergoedingen voor artiesten die in het oog sprongen. Zo was er de strijd tussen Ronnie Flex en Top Notch, over inkomsten en rechten, die Ronnie Flex heeft verloren (zie kader). Ook speelt een zaak tussen Henk Westbroek, Arriën Molema en Marinus de Goederen en platenmaatschappij Universal (zie kader) over de vraag of artiesten met platencontracten uit het verleden nu recht hebben op een hogere royalty voor streaming van hun muziek. De standpunten in laatstgenoemde zaak lagen ver uit elkaar. Een uitspraak kan mogelijk gevolgen hebben die de hele industrie aangaan. ◾

Westbroek, Molema en De Doederen vs Universal

Henk Westbroek, Arriën Molema en Marinus de Goederen hebben Universal voor de rechter gedaagd wegens een volgens hen oneerlijke verdeling van streaminginkomsten. De zaak draait om de vraag wat een marktconform en eerlijk royaltypercentage is in het streamingtijdperk. De artiesten stellen dat Universal vasthoudt aan verouderde royaltypercentages en die recent eenzijdig naar 20% verhoogde, terwijl zij 50% eisen. Hun contracten stammen uit 1999 en 2006, toen streaming nog geen rol speelde. Volgens hun advocaat misbruikt Universal een machtspositie. Universal noemt 20% gebruikelijk en de eis onterecht. Westbroek wil onderhandelen, Molema pleit voor herverdeling en De Goederen wil zijn contract beëindigen om zijn albums zelf te kunnen exploiteren.

‘ We zijn dealmakers, geen dealbreakers’

DOOR: JEROEN VAN TRIERUM

Leeway kijkt terug op het beste jaar in de relatief korte geschiedenis van het Amsterdamse advocatenkantoor.

“Ik doel daarbij niet alleen op de omzet, maar ook op de vele interessante vraagstukken en inspirerende mensen met wie we samenwerken,” zegt oprichter Michiel Odink. “We zijn voortdurend in ontwikkeling en actief in de volle breedte van intellectueel eigendom, technologie, media en entertainment. Ons entertainmentteam is de afgelopen jaren sterk gegroeid, wat noodzakelijk was door het toenemende aantal zaken. Steeds meer cliënten benaderen ons voor het begeleiden van entertainmentdeals, zoals de verkoop van muziekrechten, een festival, een uitgeverij of een heel label. Met onze aanpak, waarin we kennis, ervaring en de mens centraal zetten, willen we in elke zaak iets betekenen.”

De afgelopen acht jaar is het advocatenkantoor Leeway uitgegroeid tot de specialist op het gebied van media en entertainmentrecht. Het klantenbestand is breed en veelzijdig: van grote platenmaatschappijen tot muziekuitgevers, en van dj’s tot volkszangers. Michiel Odink, Marga Verwoert, Meredith Hom en Eric Keyzer over de kracht van Leeway, AI en het net even iets anders doen dan de concurrentie.

met technologische ontwikkelingen – sterker nog, we proberen daarin voorop te lopen. Wij zijn er zeker van dat hoe sneller de ontwikkelingen gaan, hoe belangrijker de menselijke maat wordt. Hierdoor kunnen we voor iedere client een aanpak op maat realiseren”

Partijen bij elkaar brengen

Menselijke maat

Eric Keyzer is het daarmee eens. “Nederland heeft een relatief kleine, maar zeer actieve entertainmentbranche. Daarin komt iedereen elkaar toch altijd weer tegen. Daar houden wij rekening mee, of het nou in transacties of in geschillen is. Ondanks alle technologische ontwikkelingen blijft dit toch een ‘people business’. Dat zie je ook in onze organisatie terug. Wij hechten veel waarde aan de mens achter de advocaat en willen ons kunnen verplaatsen in onze cliënten. Juist in deze branche maakt dat het verschil. Tegelijkertijd bewegen we mee

De manier van werken bij Leeway wijkt af van wat je doorgaans van een advocaat verwacht. Odink omschrijft het als: “We zijn dealmakers, geen dealbreakers. Dankzij onze kennis van de industrie kunnen we boven de traditionele rol van advocaat uitstijgen. Onze aanpak stelt ons in staat partijen met elkaar te verbinden. Meedenken met de klant is daar een belangrijk onderdeel van. Of we nu met een transactie of conflict bezig zijn, we zoeken altijd naar de deal. Uiteindelijk willen we partijen bij elkaar brengen. Hoe vreemd het ook klinkt, we procederen liever niet maar soms is het noodzakelijk en dan gaan wij er helemaal voor”

“Wij kijken altijd of procederen echt in het belang van de cliënt is en gaan niet procederen om het procederen,” benadrukt Meredith Hom. “De cliënten die wij helpen zijn heel divers en dat maakt het werk ook leuk. Er is geen aanpak die we op iedereen kunnen toepassen. We kijken liever naar wat de client wil en wat bij hem of haar het beste past. Een standaard advies of strategie is er niet.”

Keyzer: “Niemand bij Leeway werkt op de automatische piloot. Elke client is even belangrijk. Of je nu een nieuwe artiest bent die zijn eerste contract tekent of een gevestigde naam die zijn deal wil herzieniedereen krijgt bij ons de aandacht die hij of zij verdient.”

Kennisoverdracht

'In de rechtszaal en aan de onderhandelingstafel wint ervaring nog altijd van algoritmes'

In 2021 sloot Keyzer zich aan bij Leeway. Als een van de eerste advocaten in Nederland gespecialiseerd in de entertainmentindustrie brengt hij meer dan 40 jaar ervaring mee, die hij graag deelt met zijn kantoorgenoten. Keyzer: “Het samenwerken geeft energie, zowel voor de nieuwe generatie advocaten bij Leeway als voor de cliënten. Het is super om te zien hoe zij de wereld bekijken. De kans om kennis over te dragen is waardevol, en dat werkt bovendien twee kanten op. Er werken hier uitzonderlijk

LOTTE RUTGERS

talentvolle collega’s, en dat maakt het werk erg leuk.”

ADVOCATUUR

een beschermingslaag die voorkomt dat bepaalde vertrouwelijke content met de buitenwereld wordt gedeeld. Voor cliënten is het cruciaal dat hun documenten en zaken strikt vertrouwelijk blijven. Iets wat niet gegarandeerd is wanneer advocaten individueel een publieke tool als ChatGPT gebruiken. Met onze eigen oplossing willen we die vertrouwelijkheid borgen én onszelf technologisch slimmer maken door een tool te maken die specifiek goed werkt bij de ondersteuning van ons werk als advocaat. Een bijkomend voordeel is dat iedereen binnen Leeway aan dit project meewerkt en daarmee op een actieve manier bezig is met AI, in plaats van alleen ChatGPT te gebruiken.”

Toekomst

Hom vult aan: “Kennisoverdracht is enorm waardevol, juist omdat we vaak in teamverband werken. Verschillende ervaringsniveaus brengen uiteenlopende perspectieven met zich mee. Het is dan ook heel nuttig wanneer een collega meekijkt naar een advies: vanuit een andere achtergrond ontstaan nieuwe, frisse invalshoeken.

AI en advocatuur

Een van de meest recente disruptors binnen de entertainmentindustrie is AI. De positieve en negatieve gevolgen van deze technologie zijn in iedere tak van de branche voelbaar. Zo ook binnen de advocatuur. Datzelfde geldt voor de impact van AI op de entertainmentindustrie. Leeway volgt de ontwikkelingen en jurisprudentie in binnen- en buitenland op de voet. “Net

als bij de opkomst van de cd, downloads en streaming werd AI in eerste instantie alleen als bedreiging gezien, maar nu door veel spelers ook als een kans. Al is allesomvattend en tegenwoordig onderdeel van vrijwel ieder contract of advies.”

Voor de advocatuur is het ook een game changer. Hom: “AI helpt enorm om snel veel informatie te verwerken en een eerste beeld te schetsen. Dat is echter niet genoeg, bepaalde zaken moeten beter uitgezocht worden en er zit nu nog veel hallucinatie in. Ook in de advocatuur is AI een startpunt, maar nu nog geen vervanger voor onze werkzaamheden.”

Volgens Odink heeft Leeway dit jaar de eerste stappen gezet om AI en advocatuur op een veilige manier te integreren. “We werken samen met een tech-startup aan de ontwikkeling van een AI-tool die vertrouwelijkheid waarborgt. Denk daarbij aan

Het drietal is ervan overtuigd dat de toekomst van Leeway er positief uitziet. Met een glimlach benadrukt Odink dat het kantoor ‘een smaakmaker wil blijven’. “Onze combinatie van kennis, ervaring en een mensgerichte aanpak is uniek, denken we. De manier van werken zal in de advocatuur radicaal gaan veranderen door AI. Daarom is het van belang dat je AI omarmt en voorblijft. Bovendien hechten we veel waarde aan jonge instroom. Waar veel kantoren er nu al voor lijken te kiezen om steeds minder jonge advocaten aan te nemen, doen wij dat juist bewust wél om te waarborgen dat op er op termijn voldoende advocaten met ervaring aan boord zijn.”

Hom: “AI is een razendsnelle paralegal die kan voorbereiden, vergelijken en analyseren. De context, afweging van belangen en strategie blijven mensenwerk. Mijn kantoorgenoot Marga Verwoert vatte dat laatst als volgt samen: ‘In de rechtszaal en aan de onderhandelingstafel wint ervaring nog altijd van algoritmes’.”

MARGA VERWOERT, ERIC KEYZER, MICHIEL ODINK EN MEREDITH HOM
NINI BLOM

Bindu De Knock

Bindu De Knock is gespecialiseerd in auteursrecht, muziekauteursrecht, naburige rechten, merkenrecht, modellenrecht, handelsnaamrecht, oneerlijke mededinging, reclamerecht en commerciële contracten. Ze vertegenwoordigt cliënten in onder meer de muziek- en entertainmentindustrie, kunstwereld, creatieve industrie en consumentenartikelen. Bindu adviseert en procedeert op het gebied van intellectuele eigendom en contractenrecht, waaronder het onderhandelen en opstellen van contracten voor professionals in de creatieve industrie zoals artiesten, dj's, songwriters en producers. Bindu is auteur van de diverse boeken over onder meer muziekrecht.

COLUMN Tweedeling in de muziekindustrie

De muziekindustrie stevent af op een onvermijdelijke tweedeling: de traditionele commerciële mainstreamindustrie die muziek als content aanbiedt en de onafhankelijke artiesten die muziek als kunstvorm aanbieden. Illustratief daarvoor zijn aan de ene kant de AI-afspeellijsten en de AI-artiesten, die gretig omarmd worden door streamingsplatforms. Aan de andere kant bokst de onafhankelijke artiest steeds vaker op tegen de wisselende algoritmes van Spotify, waardoor die zich genoodzaakt ziet om andere tactieken te zoeken om een levensvatbare carrière te realiseren.

Die tweedeling is te verklaren vanuit een aantal factoren, waaronder:

1. AI-muziek vertegenwoordigt een derde van de beschikbare catalogus op streamingplatforms en wordt ook gepusht in afspeellijsten.

2. Spotify, als dominant platform, zet strategisch in op contentdistributie: kwantiteit over kwaliteit, waarbij het uitbetalen van royalty’s aan makers misschien stilaan een onwenselijke kostenpost is, ten nadele van de winstgevendheid.

3. Bij de grote marktpartijen heerst een acquisitie woede waardoor de echte onafhankelijke partijen steeds schaarser worden.

4. Er is meer geld aanwezig in de industrie, maar de verdeling tussen exploitanten en makers is in stijgende lijn onevenredig.

5. De massale opkoop van muziekrechten laat de focus van de industrie verschuiven naar het beheren van estates en legacy artiesten in plaats van investeren in nieuw talent.

De huidige versnelling van muziekconsumptie is een trend waarvan de geëiste tol stilaan duidelijk wordt. Steeds sneller opeenvolgende releases kannibaliseren de streaminginkomsten van artiesten waardoor zelfs grote releases niet langs meer de hoge toppen van honderden miljoenen streams scheren. Na een paar weken zonder pieken, verdwijnen uit gebrachte tracks naar de achtergrond. Zonder goede sociale media, zichtbaarheid en liveoptredens werken muziekreleases zelfs voor de top van het marktsegment onvoldoende als hefboom voor een langetermijncarrière. Streaming is overigens een probleem op zich waaraan aandacht zal moeten worden besteed, wil het hoe dan nog voor enige artiest een redelijke inkomstenbron zijn.

Subgenres en nieuwe genres ontstaan in de rafelranden van het muzieklandschap. De behoefte aan een ander geluid leeft kennelijk toch onder de consument. Opkomend talent en onafhankelijke artiesten passen vaak niet in de mal van de contentindustrie als de focus ligt op kortetermijnprofijt. Maar hoe bouwen onafhankelijke artiesten aan een inkomengenerende carrière buiten de globale infrastructuur van een grote marktpartij om?

De tweedeling in de muziekindustrie biedt kansen voor de onafhankelijke artiest. Een ar tiest die een kwaliteitsproduct wil uitbrengen op zijn of haar eigen voorwaarden kan zich wenden tot andere platforms, zoals YouTube, Patreon, een eigen website gedreven door een weldoordachte strategie om de fan connectie te cultiveren. Tegenwoordig zijn sociale media cruciaal voor het uitbouwen van robuuste artiestenprofielen. Dat geeft aan dat fans zowel de artiest als de méns achter de artiest willen zien. Fans die zich verbonden willen voelen met een artiest kijken naar het totaalpakket. Bepaalde vormen van co-creatie zijn gemakkelijker te realiseren als onafhankelijke partij, denk bijvoorbeeld samenwerkingen aangaan over muziekgenres of kunstdisciplines, gezamenlijke tours tussen artiesten die vaak een fanbasis delen, behind-the-scenes content…

Er is toekomst voor de independent die de ruimte durft te pakken en creatief en innovatief is. Het wordt nu tijd dat dienstverlenende partijen zoals PR & Marketing, distributeurs, A&R’s ook die onafhankelijke markt gaan bedienen. De artiest die erin slaag om een onafhankelijk eigen ecosysteem op te zetten, kan een succesvolle langetermijncarrière uitbouwen op zijn eigen voorwaarden.

ADVOCATUUR

Bescherming van artiestennamen en merken steeds belangrijker

In de muziekindustrie draait het niet alleen om creativiteit en optredens, maar ook om het opbouwen van een merk. Toch blijkt dat veel artiesten, muziekbedrijven en organisatoren hun merknaam niet of te laat juridisch vastleggen. Met soms verstrekkende gevolgen. Stefan Blonk startte daarom het merkenbureau Brandknights, een spin-o van zijn entertainment-juristenkantoor Blonk.NU.

DOOR: CAS SPIERTZ

Stefan Blonk merkte in zijn juridische praktijk vaak dat cliënten hun merken nog niet hadden vastgelegd, ondanks het feit dat zij hard werkten aan de opbouw van hun reputatie. “Het verbaast me hoe vaak artiesten en labels wel investeren in promotie en branding, maar vergeten hun naam juridisch te beschermen. Dat kan leiden tot vervelende situaties. Een andere partij kan bijvoorbeeld dezelfde naam registreren en het merk opeisen. Dat kan betekenen dat een artiest zijn naam moet aanpassen of aanzienlijke kosten moet maken om de rechten terug te krijgen.” Brandknights wil een toegankelijk en betaalbaar alternatief bieden voor de vaak kostbare trajecten bij grote merkenbureaus. Volgens oprichter en Europees merk gemachtigde Stefan Blonk worden artiesten en organisatoren regelmatig geconfronteerd met o ertes die oplopen tot duizenden euro’s, zelfs voor relatief eenvoudige registraties. “Ik schrik soms van de bedragen die in rekening worden gebracht,” zegt hij. “Voor veel artiesten is dat niet haalbaar en daardoor stellen ze het vastleggen van hun merknaam uit. Dat vergroot juist het risico op problemen.”

zijn die overeenkomen met de gewenste artiestennaam, evenementennaam of merchandise-lijn. “We onder zoeken altijd eerst welke merken er al bestaan waarmee een registratie kan conflicteren,” legt Blonk uit. “Zo kunnen we cliënten adviseren of registratie van hun merknaam juridisch haalbaar is, of dat het verstandiger is om in een vroeg stadium een andere naam te kiezen. Dat voorkomt teleurstellingen én dure juridische trajecten achteraf.”

Brandknights kiest daarom voor een pragmatische en resultaatgerichte aanpak, met tarieven die afgestemd zijn op de situatie en groeifase van de artiest of organisatie. Blonk vergelijkt het met een verzekering: “Je hoopt dat je het nooit nodig hebt, maar zonder bescherming kan de schade veel groter zijn.”

Merkenonderzoek als eerste stap

Een belangrijk onderdeel van het traject is het merkenonderzoek. Daarbij wordt nagegaan of er al bestaande registraties

Daarna bespreken Blonk en zijn team met de cliënt in welke klassen een merk het meest e ectief beschermd kan worden. Voor de muziekindustrie gaat het onder andere om klasse 41 (optredens en evenementen) en klasse 25 (merchandise). Afhankelijk van de ambities valt de keuze vervolgens op bescherming in de Benelux, de EU of een combinatie van de EU en andere belangrijke territoria. “Een beginnende artiest kan vaak volstaan met een Beneluxregistratie. Zodra een artiest de stap naar het buitenland zet, is bredere bescherming nodig in regio’s als Europa, de Verenigde Staten of Azië. In dat geval adviseren we natuurlijk daarbij over de best passende mogelijkheden.”

Merkbewaking

Naast registratie biedt Brandknights ook merkbewaking. Cliënten krijgen automatisch een melding als er nieuwe merkaanvragen verschijnen die mogelijk verwarring kunnen veroorzaken met hun eigen registratie. In samenwerking met een wereldwijd netwerk van lokale merkgemachtigden kan Brandknights vervolgens snel optreden, ook buiten Europa. “Door merkbewaking blijf je direct op de hoogte van inschrijvingen die op jouw merk lijken,” legt Blonk uit. “In de meeste gevallen is er

niets aan de hand, maar wanneer het wél verwarrend kan zijn, kunnen wij via ons internationale netwerk bezwaar maken.”

Strategisch instrument

Blonk benadrukt dat merkbescherming niet alleen een juridische noodzaak is, maar ook een strategisch instrument binnen de entertainmentindustrie. “Artiesten, labels en festivals bouwen merken die steeds meer commerciële waarde hebben, denk aan merchandise, samenwerkingen en internationale uitbreiding. Het niet beschermen van die merken is een risico dat eenvoudig te vermijden is. Met Brandknights willen we die drempel verlagen en de sector bewust maken van het belang van toegankelijke merkbescherming.”

STEFAN BLONK

Rock ‘n’ Recht

DOOR: PIERRE OITMANN

Syb Terpstra wilde twee decennia geleden, net als veel puberjongens, de wereld veroveren met een gitaar in zijn handen. Met zijn toenmalige bandje speelde hij in zalen als Paradiso, voorprogramma’s van bekende bands, op vele festivals en hij toerde door onder meer Roemenië. Toen die droom uiteindelijk strandde, timmerde hij nog een tijdje als dj en producer aan de weg. “Mijn plan A was om een bekende rockster te worden, maar helaas is dat mislukt,” lacht Terpstra, terugkijkend op zijn muzikale ambities. “Maar mijn plan B stond in ieder geval klaar met een rechtenstudie. Gaandeweg die studie kwam ik erachter dat ik het hele rechtsgebied van intellectueel eigendom, waaronder merkenrecht, auteursrechten, naburige rechten en portretrecht, heel erg boeiend vond. Daar ben ik me toen in gaan specialiseren.” Inmiddels is Terpstra een erkend expert op het gebied van intellectueel eigendom en muziekrecht in het bijzonder. Hij werkte voor partijen als Nike, PepsiCo, Pathé, Beverly Hills Polo Club, Spinnin’ Records, artiesten als Claude, Mau P, Yellow Claw en Dash Berlin en ook internationale labels, artiesten en publishers.

Rock-’n’-roll en advocatuur lijken in eerste instantie niet heel goed samen te gaan, maar media- en entertainmentadvocaat Syb Terpstra heeft die twee moeiteloos weten te verenigen bij advocatenkantoor Porterfield. “Dit is een branche waarin persoonlijke relaties erg belangrijk zijn. Dat past ook goed bij wie ik ben en bij hoe ik wil werken.”

Gesneden koek

Hoewel Terpstra zijn jeugddroom om een gevierd gitarist te worden lang geleden al heeft laten varen, komt zijn knowhow als voormalig praktiserend muzikant nog altijd van pas. “Ik heb op jonge leeftijd de branche leren kennen en ben al vroeg in aanraking gekomen met allerlei soorten muziekcontracten. Dat helpt enorm in mijn communicatie met cliënten, zeker als zij zelf muzikant zijn, omdat ik heel goed snap waar ze tegenaanlopen. Ik begrijp ook de technische aspecten van muziekproductie en songwriting. Dat is niet voor elke advocaat gesneden koek, maar het schept wel een band.” Hij ging studeren in Groningen, om vervolgens een masterspecialisatie te doen in Amsterdam en er volgde een studie

op het gebied van intellectuele eigendomsrechten in Australië. Bij terugkomst in Nederland kwam hij terecht op de Zuidas, bij De Brauw Blackstone Westbroek, waar hij vijf jaar werkte. “Echt corporate advocatuur, werken onder hoge druk en lange dagen, maar wel betrokken bij grote en belangrijke zaken. Enorm leerzaam. Ik heb daar echt de kneepjes van het vak geleerd, niet alleen op het gebied van de bescherming van intellectuele eigendomsrechten, maar bijvoorbeeld ook over transacties en alle documentatie die daarbij komt kijken.” Omdat de liefde voor muziek bleef kriebelen, stapte hij over naar bureau Brandeis, waar hij meer zaken op het vlak van media en entertainment kon doen en muziek in het bijzonder. “Ik miste de entertainmentbusiness gewoon enorm.”

Vertrouwensband

Na bij deze toonaangevende advocatenkantoren te hebben gewerkt, sloeg Terpstra zijn vleugels uit met Porterfield, met als heldere missie om partijen uit de muziek-, media- en entertainmentbranche bij te staan op een persoonlijke en familiaire manier. “Ik vind het fijn om met mijn klanten een informele, laagdrempelige band te hebben die dieper gaat dan puur het zakelijke,” legt hij uit. “Ik wil niet dat we elkaar alleen spreken wanneer er

iets aan de hand is en ‘de teller loopt’. Ik vind het belangrijk om mijn klanten niet alleen op zakelijk, maar ook op persoonlijk vlak te leren kennen. Dat komt voort uit een oprechte interesse in mensen. Ik wil mijn klanten echt ‘ontzorgen’. Dat geldt in alle zaken waarbij ik betrokken ben, maar misschien nog wel het meest in conflictsituaties. Dat raakt artiesten niet enkel zakelijk, maar vaak ook persoonlijk. Dat is heel begrijpelijk. Als er zo'n conflict dreigt of speelt, hebben ze iemand op wie ze kunnen terugvallen en van wie ze weten: ‘You’ve got my back. Daar kan ik altijd terecht. Hem kan ik altijd vragen stellen. Hij helpt mij, no matter what.’ Zo'n vertrouwensband is heel erg belangrijk. Dat geldt ook voor corporate cliënten.”

Baanbrekende procedure

Een dergelijke vertrouwensband heeft Terpstra bijvoorbeeld met één van de auteurs van de hits van Alice Deejay, waaronder de top 10-singles Better O Alone, Back In My Life en Will I Ever. Namens hem voerde Porterfield een rechtszaak tegen diens publisher, waarbij het hoofddoel was om de publishingrechten terug te krijgen die de songschrijver in 1998 al had weg getekend. Onder die overeenkomst vielen ook tracks die hij voor de Vengaboys maakte. Er bestond al rechtspraak van de Hoge

ADVOCATUUR

'Ik vind niks mooier dan mijzelf helemaal onder te dompelen in vraagstukken waarop geen simpel antwoord bestaat.'

Raad uit 2017 over het beëindigen van publishingovereenkomsten, naar aanleiding van een geschil tussen Golden Earring en Nanada, de muziekuitgeverij van Willem van Kooten. Daarin werd bepaald dat zo’n overeenkomst, waarin rechten voor onbepaalde tijd zijn overgedragen, na een dergelijke lange periode zonder zwaarwegende gronden kan worden opgezegd, wanneer investeringen door de publisher kunnen zijn terugverdiend. Sindsdien is die regel nog nooit toegepast in een rechtszaak, tot de zaak van Terpstra. “Een baanbrekende procedure,” noemt hij het. “Juridisch gezien is het iets anders dan ontbinding, dat mogelijk is wanneer een uitgever een verplichting niet of onvoldoende nakomt. Ze hebben allebei grofweg hetzelfde resultaat, namelijk dat een overeenkomst beëindigd wordt. Mijn cliënt heeft nu weer honderd procent zeggenschap over de door hem geschreven liedjes. Voor hem een persoonlijke overwinning en voor mij een prachtig resultaat.”

Pionieren

Naast muziek helpt Porterfield ook cliënten op het gebied van fashion, film, media en tech. Zo behaalde Terpsta onlangs namens online bank bunq een belangrijke overwinning in een merkenrechtelijke procedure tegen easyGroup, de moedermaat schappij van de Britse luchtvaartmaatschappij easyJet. Nieuwe uitdagingen die eraan zitten te komen betre ende generatieve AI en de daarbij komende rechtskwesties ziet Terpstra reikhalzend tegemoet. “Dat is nu precies waar mijn hart sneller van gaat kloppen; dit soort vraagstukken die nog niet zijn uitgekristalliseerd, maar die wel heel complex zijn, zowel vanuit juridisch als technisch oogpunt. Daar mag je me voor wakker maken. Hier komt ook mijn ervaring in de corporate advocatuur goed van pas. Ik vind niks mooier dan mijzelf helemaal onder te dompelen in vraagstukken waarop geen simpel antwoord bestaat. Juridisch pionierswerk; dat vind ik schitterend.” ◾

GEEF JOUW NIEUWS DE EXTRA AANDACHT

Als professional in de entertainmentsector weet je hoeveel nieuws er iedere dag uitkomt. Releases, persberichten, een doorlopende stroom van informatie.

Je weet ook dat veel van die informatie een korte levensduur heeft en snel vergeten wordt als die niet herhaald of verdiept wordt. Wil je dat jouw nieuws de extra aandacht krijgt die het verdient, dan is EB Spotlight iets voor jou.

EB Spotlight – de propositie

» Een week lang zichtbaar op een prominente plek op de homepage van Entertainment Business

» Een artikel van 300 - 400 woorden geschreven door onze redactie

» Een weeklang aandacht in de nieuwsbrief van Entertainment Business

» Een post op de LinkedIn-pagina van Entertainment Business met een link naar het artikel

» Interviewtekst ook beschikbaar voor eigen website en socials

ADVOCATUUR

‘Jongeren hebben toegankelijk advies nodig’

DOOR: WALLY CARTIGNY

KLaw Studio Bluem is een nieuw juridisch kantoor met focus op de entertainmentindustrie. Met ervaring aan meerdere kanten van de branche positioneert oprichter Gwen Klein Bluemink zich als een toegankelijk juridisch adviseur voor ondernemers, boutique labels/publishers en vooral jonge makers. “Ik wil de stap naar juridische hulp minder intimiderend maken.”

lein Bluemink kent de entertainmentwereld vanuit zowel de creatieve als de juridische kant. Als zangeres kreeg ze de eerste contracten onder ogen waarover ze nu anderen adviseert. Na haar rechtenstudie en een stage bij BumaStemra werkte ze voor Cloud 9 Music, juridisch kantoor Blonk.NU en Superstruct Entertainment (ID&T). “Werken voor een label, publisher, artiest én festivalorganisator heeft mij een 360-gradenbegrip van de industrie opgeleverd. Het begrijpen en kunnen uitleggen of weerleggen van verschillende percepties helpt om partijen op een prettige manier, sneller tot consensus te brengen.”

Laagdrempelig en begrijpelijk

Termen als ‘toegankelijk’ en ‘begrip’ wegen zwaar voor Klein Bluemink. Zij wil zich nadrukkelijk onderscheiden van de clichés van de traditionele advocatuur. “Er bestaat soms afstand tussen juristen en artiesten, door formele taal, hoge drempels en stevige tarieven. Ik geloof dat juridisch advies juist laagdrempelig en

Ondersteuning van jonge artiesten

AI en menselijke maat

'Met

de komst van AI wordt de menselijke maat juist belangrijker'

toegankelijk moet zijn, zeker in de creatieve industrie. In plaats van stijve brieven vol jargon streef ik naar begrijpelijke uitleg die een gelijkwaardig gesprek mogelijk maakt. Cliënten kunnen mij appen en mijn tarieven zijn niet te vergelijken met die van grote kantoren. Wel de puntjes op de i, niet de prijzen door het dak.”

Law Studio Bluem werkt voor alle spelers binnen de entertainmentindustrie, met een frisse benadering richting jonge artiesten. Klein Bluemink: “Zij staan vaak voor beslissingen met grote gevolgen. Een eerste platencontract of publishing deal kan jarenlang bepalend zijn voor artistieke vrijheid en inkomsten. Veel nieuwkomers hebben geen idee van naburige rechten, mechanische rechten of de kleine lettertjes rond voorschotten, termijnen en contractopties. Juist zij mogen juridische ondersteuning niet als drempel ervaren.”

Content op TikTok

Om jonge artiesten bewust te maken van het belang van juridische hulp, benadert Klein Bluemink ze op hun eigen terrein. “Ik post visuele, korte en begrijpelijke content op TikTok en Instagram over contractonderwerpen en rechtenkwesties. Zo laat ik zien dat een jurist niet sto g hoeft te zijn, maar meedenkt en praktische adviezen geeft.”

Passend bij de moderne aanpak speelt nieuwe technologie een rol binnen Law Studio Bluem. “AI-tools kunnen documenten scannen, beoordelen en samenvatten. Met een partner werk ik aan een applicatie die cliënten snel inzicht geeft in hun contracten. Het is een hulpmiddel, geen vervanging van juridisch advies. AI kent regels, maar begrijpt sociale verhoudingen beperkt en reageert alleen op input. Specifi eke omstandigheden en de mogelijke visie van de wederpartij worden vaak niet goed meegenomen waardoor een onvolledig of incorrect juridisch advies kan volgen. Onderhandelen gaat uiteindelijk over mensen, gevoel en momentum: op het juiste moment geven én nemen. Met de komst van AI wordt de menselijke maat juist belangrijker: luisteren, emoties duiden, belangen wegen en werkzame oplossingen voor beide partijen vinden. Dat is de kern van mijn werk en de behoefte daaraan blijft.”

GWEN KLEIN BLUEMINK

‘Het Nederlandstalige repertoire is gewoon dominant’

Poppodium 013 in Tilburg is op maandag 29 september hét centrum voor componisten, artiesten en muziekindustrieprofessionals in het Hollandse muziekgenre. Dan vindt namelijk het evenement Buma NL plaats.

DOOR: ARNOLD LE FÈBRE

Frank Helmink, directeur van Buma Cultuur: “Het volkse repertoire beleeft hoogtijdagen. Dat zei ik vorig jaar in aanloop naar Buma NL. Maar eigenlijk doe ik het genre daarmee tekort, want het zijn inmiddels jaren en bovendien hebben we onlangs bij de Buma Awards gezien dat het Nederlandstalige repertoire gewoon dominant is. Meer dan de helft van Top 20 Nationaal werd daar door ‘pop in je moerstaal’ bezet.”

Positief en bijzonder

De komende editie van Buma NL belooft volgens Helmink een positieve en bijzondere bijeenkomst te worden. “Dit jaar zetten we nadrukkelijk de schrijversteams en

Buma NL Awards 2024

componisten in het zonnetje. Er is een hele nieuwe lichting makers die zich aandient, waaronder verschillende uit de huidige top 10 die nog nooit een prijs hebben gewonnen.”

De Top 10 ziet er – in willekeurige volgorde – als volgt uit:

» Van Brabant naar Bordeaux – Frans Bauer & Zanger Kafke

» Echte Liefde Is Te Koop – Samuel Welten

» Zij Is Van Mij – André Hazes & Mart Hoogkamer

» Spijt Is Voor Later – Martin Morero

» Alleen Met Jou – Yves Berendse & Emma Heesters

» (Die Man Is) Verliefd – Jan Smit & 3JS

» Vannacht Slaap Jij Bij Mij – Afro Bros, John West, Monq & Billy Dans

» Blikkendag – Sven Versteeg feat. Likke Pêhp

» Voor Je ’t Weet – Tino Martin & Anouk

» 100% – Flemming & Mart Hoogkamer

De Buma NL Awards zijn gebaseerd op gegevens van GfK, Soundaware en de Stichting Nederlandse Top 40. Aan de hand van een kwantitatieve analyse van verkoopcijfers (tracks en albums) en airplaycijfers (tracks) over de periode van 1 mei 2024 tot en met 30 april 2025 zijn dit de tien winnaars van de Buma NL Awards.

Volgens Helmink is er de afgelopen jaren veel veranderd in de perceptie van Nederlandstalige muziek. “Het stigma is er voor een groot deel vanaf. Natuurlijk zijn er altijd nog critici die deze stroming minder waarderen, maar zij bepalen niet meer wat mensen thuis willen draaien. Zeker jongere generaties hebben dat probleem nooit gehad. Zij groeien op met streamingplatforms en hebben toegang tot alle muziek. Dat geeft Nederlandstalige muziek de kans om zich breed te ontwikkelen.”

Groei in de breedte

Naast de feestelijke kant blijft Buma NL ook inhoudelijk richting geven. Het conferentiegedeelte blijft belangrijk, benadrukt Helmink. “We moeten niet achteroverleunen en denken dat het alleen feest is. Er is nog veel ruimte voor groei, vooral in de breedte. Andere genres lopen soms vast doordat een paar grootheden de top domineren. In het Nederlandstalige repertoire zie je dat er nog plek is voor nieuwe sterren, mede dankzij de schrijversteams die volop in beweging zijn. Ik verwacht dat er de ko-

FRANK HELMINK (LINKS)
'Uiteindelijk is Buma NL uitgegroeid tot een evenement waar je alleen maar vrolijke gezichten ziet - en dat is precies de bedoeling'

Het programma

Merel Westrik presenteert de conferentie die wordt gekarakteriseerd door interactieve panels, discussies en masterclasses. Het inhoudelijke programma wordt gevormd door vier paneldiscussies waarin actuele thema’s centraal staan.

mende jaren meerdere grote namen zullen doorbreken, en dat men elkaar dat succes ook gunt. Deze muziekstroming is voorlopig de populairste. Ik zie het niet instorten, zelfs niet als het hoogtepunt voorbij is. Er zijn veel mensen die goed kunnen zingen en bereid zijn hard te werken. Ook zouden meer vrouwelijke sterren het genre volgens mij zeker kunnen versterken.”

Vrolijke gezichten

Met de toenemende populariteit groeit ook de omvang van Buma NL. “Voorlopig zitten we nog in 013, maar op termijn moeten we nadenken over uitbreiding. Het succes zorgt ervoor dat we tegen de grenzen van de capaciteit aanlopen. Je wilt eigenlijk dat iedereen die naar binnen wil, ook naar binnen kan.”

Panel 1: AI in de studio – kunstmatige intelligentie in het productieproces van muziek Kunstmatige intelligentie is een hot topic in vrijwel elke sector, en de muziekwereld vormt daarop geen uitzondering. Dit panel verkent de rol van AI in de studio: hoe beïnvloedt dit het werk van componisten, tekstschrijvers en producers? En welke kansen en uitdagingen levert dit op voor labels, publishers en artiesten? De discussie gaat in op zowel de creatieve als de juridische en ethische kanten van AI in muziekproductie.

Panel 2: De popmuziek van vandaag is Hollands

Het Hollandse lied beleeft een ongekende populariteit. Waar eerder genres als house, happy hardcore, nederpop en hiphop de toon zetten, domineren nu artiesten als Mart Hoogkamer, Flemming en Django Wagner de hitlijsten. Dit panel onderzoekt hoe het Hollandse repertoire zich tot de rest van de Nederlandse popmuziek verhoudt en welke factoren bijdragen aan het succes. Ook wordt besproken hoe dit succes de positie van songwriters en producers beïnvloedt.

Zelf kijkt de Bula Cultuur-directeur vooral uit naar de awardavond. “We zetten de schijnwerpers op een breed palet aan auteurs,. Uiteindelijk is Buma NL uitgegroeid tot een evenement waar je alleen maar vrolijke gezichten ziet - en dat is precies de bedoeling.” ◾

Panel 3: Van personal brand naar brandexperience

Steeds meer artiesten zien hun carrière als een merk dat verder gaat dan muziek alleen. Tijdens Buma NL 2024 lag de nadruk op het belang van een duidelijke merkidentiteit; dit jaar staat de koppeling met consumentenmerken centraal. Hoe kan een artiest zijn of haar ‘brand’ laten uitgroeien tot een volwaardige merkbeleving, in samenwerking met commerciële partners? Het panel belicht de kansen, risico’s en best practices van deze ontwikkeling.

Panel 4: #ikbensongwriter

Het succes van de huidige Hollandse muziek is mede te danken aan een sterke infrastructuur van songwriters, producers, labels en uitgevers. Dit panel zet de makers zelf in de schijnwerpers. Hoe ziet de dagelijkse praktijk van de liedjesschrijver eruit, welke waardering krijgen zij in het huidige ecosysteem en wat is er nodig om het vak ook in de toekomst aantrekkelijk en duurzaam te houden?

Aan het einde van de middag, neemt Kees Tol de microfoon over voor de presentatie van de awardshow, waar de rangschikking van de Buma NL Awards bekend wordt gemaakt. Daarnaast zijn er prijzen voor de Beste Producer en Hollandse Meester (oeuvreprijs), en wordt de Industry Award (industrieprijs) uitgereikt. Ook wordt in samenwerking met Xenox de Meest Succesvolle Kroeghit bekendgemaakt.

‘De ochtendshow laat zien waar je voor staat’

DOOR: EDGAR KRUIZE

Marcel de Vries is al bijna twee decennia professioneel werkzaam op de radio en Nederlandstalig repertoire heeft zijn voorkeur. Sinds 2023 is hij elke werkdag tussen 6 en 10 uur te horen op NPO Sterren NL met zijn ochtendshow ‘Marcel in de Morgen’, waarvoor hij dagelijks van Dokkum naar Hilversum rijdt. “Mijn eigen ‘drive time’ is daardoor anders dan die van de luisteraars,” lacht hij. Om eraan toe te voegen hoe belangrijk de ‘drive time’ uren zijn voor radiozenders. “Tijdens de kantooruren dan wordt de radio vaak wat zachter gezet en is wat wordt uitgezonden voor veel luisteraars soms letterlijk achtergrondmuziek. Maar in de vroege ochtend is er een andere dynamiek. Mensen luisteren met frisse oren, ze beginnen vol goede moed aan de dag en gaan onderweg naar werk of school. Die luisteraars hebben veel meer een éénop-één-relatie met de luidsprekers, alles wat de presentator zegt en alle muziek die ze horen wordt aandachtig beluisterd. Het is echt geweldig mooi om op dat tijdstip radio te maken.”

zich volledig richt op Nederlands(talig) product. “En alleen daarom al bij uitstek een publieke zender en geen commerciële zender,” zegt De Vries. Dit ondanks het feit dat Nederlandstalige muziek de afgelopen jaren een enorme vlucht heeft genomen en ook door commerciële zenders is omarmd. “Deze zender heeft zich, ook in tijden dat Nederlandstalige muziek de wind zacht gezegd niet mee had, ingezet voor wat wij zien als Nederlands cultuurgoed. Je zag

Voor elke radiozender geldt dat de ochtendshow een vlaggenschip is. Voor NPO Sterren NL helemaal, aangezien de zender binnen het Nederlandse medialandschap een uniek profiel heeft. “Een goede ochtendshow heet luisteraars welkom en houdt ze als je het goed doet voor de rest van de dag vast,” zegt Marcel de Vries, presentator van ochtendshow ‘Marcel in de Morgen’.

Enorme vlucht

NPO Sterren NL vierde eerder dit jaar het 15-jarig bestaan. NPO Sterren NL is een digitale radiozender van de NPO, die door AVROTROS wordt verzorgd en online en via DAB+ te ontvangen is. Het is de enige zender binnen de publieke omroep die

Sterren NL dat hij dag in, dag uit alleen maar Nederlandstalige muziek krijgt. Daar schakelt men voor in. Maar wat we met Sterren NL doen gaat verder dan alleen Nederlandstalig draaien, het gaat om het verhaal van de muziek en de artiesten. De ochtendshow laat zien waar je als zender voor staat. Dus er is in mijn programma altijd ruimte voor een belletje met een artiest of een interview in de studio. Op vrijdag hebben we altijd live muziek en

'Nederlandstalig is ‘booming’ sinds er muzikaal de zwaai naar popmuziek is gemaakt'

dat Nederlandstalige muziek jaren terug, toen Jan Smit zijn reallife soap had, al een eerste opleving maakte. Maar dat valt in het niet bij wat er nu gebeurt. Nederlandstalig is echt ‘booming’ sinds er muzikaal ook meer de zwaai naar popmuziek is gemaakt. Daar profiteren wij als zender uiteraard ook van, afgelopen maand had NPO Sterren NL het hoogste marktaandeel ooit. Maar belangrijker is dat de Nederlandse artiesten er profijt van hebben.”

Artiesten ondersteunen

De Vries noemt daarbij de ochtendshow die hij presenteert als een visitekaartje. “De luisteraar weet bij NPO

je ziet dat als een artiest op een goede manier laat horen wat deze in huis heeft, het direct e ect heeft op de boekingen. Het is mooi om Nederlandse artiesten zo te kunnen ondersteunen. Ik verkeer in de gelukkige omstandigheid dat ik muziek waar ik zelf in geloof mag toevoegen aan de muziek op de playlist. Vooropgesteld, de playlist van NPO Sterren NL is geweldig, dat zeg ik niet omdat ik er nu werk, dat zei ik ook al voor ik hier de ochtendshow deed. Maar toen AVROTROS me daarvoor vroeg, heb ik gezegd dat ik de vrijheid wou hebben om af en toe dingen te draaien die ik zelf te gek vind. Ik ben dol op Piratenmuziek bijvoorbeeld en op oude klassiekers, maar ik

ben ook altijd op zoek naar nieuwe liedjes waarvan ik denk dat die de potentie hebben om een hit te worden. Zo stond in maart ‘Baila De Gasolina’ van E e Serieus nog niet op de playlist bijvoorbeeld. Nu zeg ik niet dat het een hit werd omdat ik het ben gaan draaien, daar is wel meer voor nodig. Maar het toont wel de kracht van die één-op-één-relatie met de luisteraar als je daarna allemaal berichtjes krijgt van mensen die het leuk vinden. Je kunt in de ochtendshow écht iets laten horen.”

Publieke taak

Volgens Marcel de Vries is de sleutel tot het maken van een sterk radioprogramma het tussen de oren goed snappen waarom de luisteraars iets leuk vinden. “Je maakt de show voor hen. Je draait iets omdat je weet dat je luisteraars een voorliefde hebben voor bepaalde muziek. We willen

'We moeten de muziek van eigen bodem goed blijven ondersteunen. Dat is onze publieke taak'

de gezelligste en meest interactieve ochtendshow van Nederland zijn en dat lukt behoorlijk als we zien hoe mensen reageren, welke energie ze eruit halen en hoe vaak we horen dat men er blij van wordt. En het is ook goed om te zien wat het e ect is van onze zender – echt niet alleen de ochtendshow – voor de artiesten waar we aandacht aan besteden. Dus het mes snijdt aan twee kanten. Je ziet dat onze zender de afgelopen jaren steeds meer serieus wordt genomen en meer aandacht krijgt. Mijn programma is afgelopen jaar bij de RadioRing-verkiezingen in twee categorieen genomineerd, dus we vallen op. Hopelijk is het daadwerkelijk winnen iets voor de

toekomst. NPO Sterren NL heeft absoluut potentie om groter te worden en op termijn hoop ik dat we ook het team dat de ochtendshow maakt uit kunnen bouwen. Maar we moeten nooit uit het oog verliezen waarom we er zijn als NPO Sterren NL. Onze publieke waarde blijft het meest belangrijk. Zoals NPO Radio 1 er is als nieuwszender, zijn wij er om het Nederlandstalige muzikale erfgoed te beschermen en te cultiveren. Nederlandstalige muziek heeft de wind volledig mee op dit moment, maar we moeten niet op onze lauweren gaan rusten. We moeten de muziek van eigen bodem goed blijven ondersteunen en onderhouden. Dat is onze publieke taak.” ◾

MARCEL DE VRIES

‘Onze ambitie is om continu door te groeien’

Cornelis Music is de afgelopen twaalf jaar uitgegroeid tot een vaste waarde binnen het

Nederlandstalige repertoire. Met artiesten als John West, Billy Dans en Wolter Kroes heeft het label bewezen hoe je hits maakt. Maar stilzitten staat niet in het woordenboek van General Manager Michael Hartkamp: “Onze ambitie is om continu door te groeien en de toekomst van ons repertoire veilig te stellen.”

DOOR: JEROEN VAN TRIERUM

Sinds januari versterkt Tommy Hendriks het Cornelis Music-team als A&R Manager. Met zijn achtergrond als songwriter en zijn oor voor potentieel, jaagt hij voortdurend op nieuwe muziek, vertelt Michael Hartkamp. Hendriks organiseert writing camps en studiosessies en brengt via zijn netwerk steeds frisse energie binnen. Een belangrijke stap is ook de opening van een eigen studio aan het hoofdkantoor. “Hiermee hebben we de ideale plek waar artiesten en auteurs samen kunnen werken,” vertelt Hartkamp. “Het geeft ons de vrijheid om dag en nacht muziek te maken en snel in te spelen op nieuwe ideeën. Zo houden we onze catalogus fris en relevant. Daarnaast zijn we onder de vlag van Cornelis Music Robocop Publishing gestart, met gerenommeerde auteurs als Manfred Jongenelis en Carlo Rijsdijk, maar ook jonge schrijvers zoals Daniel Bos. Daarmee versterken we onze creatieve basis én creeren we kansen voor de makers van de toekomst.”

Succesvolle samenwerking met producers

De vernieuwing gaat hand in hand met bewezen succes. In 2021 startte Cornelis Music een samenwerking met producer John Dirne. Die samenwerking wierp al snel zijn vruchten af: de track ‘Vannacht Slaap Jij Bij Mij’ van Afro Bros, John West, Billy Dans en Monq werd bekroond met een platina award. Hartkamp: “Dat soort successen laten zien wat er mogelijk is wanneer je de juiste mensen bij elkaar brengt. We zijn trots dat we naast geves-

tigde namen ook ruimte geven aan nieuwe makers en artiesten die het verschil kunnen maken.”

Vooruitkijken

Met sterke artiesten, een groeiend netwerk van schrijvers en producers en nieuwe faciliteiten in eigen huis is Cornelis Music klaar voor de volgende fase. “We bouwen niet alleen aan hits, maar werken vooral aan duurzame carrières. Dat vraagt tegenwoordig meer dan muziek alleen. Content en zichtbaarheid op social media zijn essentieel om artiesten groot te maken.

'We bouwen niet alleen aan hits, maar werken vooral aan duurzame carrières'

Wij investeren daarom continu in nieuwe ontwikkelingen en gebruiken data als kompas om keuzes te sturen en kansen te herkennen. Een goed voorbeeld is Robert van Hemert. Na het succes van ‘Zoet, Zout, Zuur’ wist hij opnieuw te scoren met ‘Mona Lisa’. Daarmee bewees hij geen eendagsvlieg te zijn. Het bouwen aan zijn carrière werpt duidelijk vruchten af en laat zien hoe wij stap voor stap investeren in artiesten op de lange termijn. Daarnaast blijven we investeren in nieuw talent, de sterren van de toekomst. De combinatie van gevestigde namen en jonge artiesten met frisse ideeën houdt ons relevant en vernieuwend. Die mix van creativiteit, visie en ondernemerschap maakt dat we ook de komende jaren een leidende rol willen spelen in de Nederlandstalige muziek.”

MICHAEL HARTKAMP
‘Een Buma NL-nominatie is een de kroon op je werk’

John West en Cornelis Music werken sinds 2016 met elkaar. De samenwerking zorgde voor heel veel hits, awards, gouden en zelfs platina platen. De zanger is anno 2025 een van de populairste en meest geboekte en gestreamde Nederlandstalige artiesten. “Ik heb in mijn carrière alleen maar een stijgende lijn meegemaakt.”

Volgend jaar viert John West zijn 20-jarig artiestenjubileum. Van enkele optredens naar een carrière waarin continuïteit allesbepalend was. “Ik heb altijd heel kleine stapjes gemaakt,” vertelt John West. “Mijn opa zei altijd: hardlopers zijn doodlopers. Doe wat je doet op je eigen tempo en je komt er wel. Hij had gelijk. Ik was 18 toen ik voor het eerst op het podium stond en de jaren daarna regelde ik alles zelf. Dat ging goed, maar ik merkte dat ik toch steeds vaker voor dichte deuren kwam te staan. In 2016 tekende ik een contract met Cornelis Music en iets later een management en boekings contract met Rocket. Samen met mijn manager Benno de Leeuw en de platenmaatschappij vormen we een hecht team en hebben we samen nog meer en grotere stappen kunnen zetten. Het leuke is dat veel van die gesloten deuren toen wél open zijn gegaan. We krijgen uitnodigingen voor diverse tv-programma’s, hebben gastoptredens gedaan bij de Toppers in de ArenA, in 2024 hebben we een uit verkocht soloconcert in Ahoy mogen doen en we hebben enorm succes met een project met de AfroBros en Billy Dans. Het is al jaren een stijgende lijn en daar ben ik heel dankbaar voor. Het einde is nog lang niet in zicht”.

Corona

festivals met meerdere podia ook een stage voor Nederlandstalige artiesten hadden. Die pandemie was afschuwelijk, maar die periode heeft het genre wel een enorme push gegeven. Na corona wilde iedereen feesten en dat heeft ook de Nederlandstalige muziek goed gedaan. Onze muziek kreeg er ineens een nieuw en jonger publiek bij.”

Buma NL

West kijkt uit naar de komende editie van Buma NL. Een event dat hij ‘belangrijk en heel erg leuk’ noemt. “Als je genomineerd wordt is dat een bekroning op je werk. Vorig jaar werd ik genomineerd voor een Edison. Jammer genoeg won ik die niet, maar het voelde als een hele eer. Als ik eerlijk ben is een Buma NL-nominatie misschien nog wel belangrijker. Ook dit jaar heb ik een nominatie te pakken. Ik ben erbij en hoop dat ik het podium op mag.”

Omgekeerde wereld

West begon als dj en merkte dat naast urban en dance ook Nederlandstalige muziek erg geliefd was. “Je praat over een jaartje of 20 geleden. In de daaropvolgende jaren is de populariteit van het Hollandse genre alleen maar gegroeid. Vóór corona zag je dat veel

De toekomst van het Nederlandstalige lied ziet er volgens West goed uit. “Op de radio komt ‘ons genre’ steeds vaker voorbij. Dat mag natuurlijk altijd meer, maar we zijn op de goede weg. Daarnaast is social media heel belangrijk om een breder draagvlak voor dit soort muziek te maken. Ik zie het als de omgekeerde wereld. Vroeger werd je bekend via de radio en kreeg je een hit. Tegenwoordig moet je eerst een hit of een viral hebben via socials, waarna de radiozenders het oppakken. Alles wat viraal gaat is nog belangrijker.” ◾

Digitale Distributie Voor Iedereen

Al 30 jaar biedt The Source een compleet scala aan diensten voor artiesten en labels, waarbij wij sinds de opkomst van iTunes marktleider en voorloper zijn op het gebied van digitale distributie in Nederland en daarbuiten.

Met een eigen platform, eigen directe deals met de DSP's en een robuust en gebruiksvriendelijk CMS met diverse tools voor royaltyberekening en -analyse, bieden we alles wat je nodig hebt om je muziek snel en gemakkelijk online te krijgen tegen gunstige voorwaarden.

Van simpelweg je muziek op Spotify en rechtenbeheer op diverse videoplatformen en sociale media via Content ID, tot hulp bij het promoten en pitchen van je muziek d.m.v. een persoonlijk advies: voor de artiest hebben we een toegangkelijk en aantrekkelijk pakket aan diensten.

Voor labels kunnen we snel schakelen met het online brengen van de nieuwste hits. Met het digitaliseren van analoge media en verrijking van de metadata wekken we oude muziekarchieven tot nieuw leven. Ook kan ons veelzijdige platform ingezet worden voor eigen catalogusbeheer of het opzetten van een eigen kleine white-label distributiedienst.

Meer info? Ga naar www.the-source.eu of bel 0180-481426

Setlijsten onmisbaar voor eerlijke verdeling muziekrechten

Voor BumaStemra zijn set- en speellijsten een essentieel instrument om componisten, tekstschrijvers en uitgevers eerlijk te kunnen belonen voor het gebruik van hun muziek.

DOOR: ARNOLD LE FÈBRE

Een setlijst lijkt misschien een simpel overzicht van gespeelde nummers, maar voor ons is het de sleutel om te zorgen dat de makers en rechthebbenden worden betaald voor hun werk,” legt Lilian Rozenberg uit. Omdat BumaStemra vanzelfsprekend niet aanwezig kan zijn bij de duizenden optredens die jaarlijks in Nederland plaatsvinden, zijn de aangeleverde gegevens cruciaal. “Als uitvoerend artiest profiteer je direct als je je eigen werk speelt, want dan ontvang je zelf ook een vergoeding. Maar voer je vooral muziek van anderen uit, dan is het net zo belangrijk dat jouw collegamakers eerlijk beloond worden. Zonder setlijsten weten wij simpelweg niet welke werken zijn gebruikt, en dus ook niet hoe we de licentievergoedingen correct kunnen verdelen.”

Groeiend bewustzijn

Volgens Rozenberg groeit het bewustzijn onder artiesten, maar is er nog steeds winst te behalen. “Muzikanten zijn vooral bezig met het creatieve proces. Administratieve zaken voelen vaak als bijzaak. Toch kan het echt om serieuze bedragen gaan, zeker bij grote evenementen. Data zijn voor ons cruciaal om geld eerlijk en correct te verdelen. Daarnaast is het ook belangrijk dat makers nieuwe werken bij ons aanmelden, zodat we weten wie precies bij een nummer betrokken is. Dat maakt de verdeling van vergoedingen transparant en correct.”

stellen, omdat dj’s verschillende muziekwerken mixen en bestaande werken in nieuwe vormen verwerken.

Lilian Rozenberg, Manager Licensing bij BumaStemra: “Voor ons vormen ze dé sleutel om vergoedingen correct te verdelen.”

bijvoorbeeld wanneer een artiest grotendeels dezelfde hits speelt, aangevuld met enkele nieuwe nummers.

Verschillen tussen genres

Het indienen van setlijsten verschilt per genre. In dance is het bijvoorbeeld vaak niet werkbaar om handmatig een lijst op te

“Daar zetten we Music Recognition Technology (MRT) in”, legt Rozenberg uit.

“Door sets te fingerprinten zien we precies welke werken zijn gebruikt en hoe lang. Voor grote dance-events is een traditionele setlijst dus vaak niet meer nodig.”

Minder administratie, meer gemak

BumaStemra werkt continu aan het gebruiksvriendelijker maken van het proces. Via het portaal Mijn BumaStemra kunnen leden en niet-leden eenvoudig setlijsten indienen. Dat kan handmatig, via een Excel-upload of door een koppeling met Spotify, waarbij nummers direct aan de lijst kunnen worden toegevoegd. Ook is er een kopieerfunctie waarmee bestaande setlijsten kunnen worden hergebruikt,

“Niet alleen leden, maar ook organisatoren en boekingskantoren kunnen setlijsten indienen. We proberen de hele keten te betrekken, zodat zoveel mogelijk data beschikbaar komt.”

Toekomst: eenvoudiger en sneller

Rozenberg benadrukt dat BumaStemra zich inzet om het proces voor makers en gebruikers zo eenvoudig mogelijk te maken.

“Onze ambitie is simpel: we willen dat vergoedingen zo snel en correct mogelijk bij de muziekmakers terechtkomen. Tegelijkertijd willen we de administratieve last voor zowel artiesten als organisatoren minimaliseren, zodat zij zich kunnen focussen op wat het belangrijkst is: het maken en uitvoeren van muziek.” ◾

LILIAN ROZENBERG

‘Liefde en verdriet zijn dankbare onderwerpen om over te schrijven’

Van veelbelovend voetbaltalent tot artiest en uiteindelijk een van de meest succesvolle liedjesschrijvers van Nederland. De carrière van Emile Hartkamp is niet alledaags. Als jongen had hij een passie: voetbal en dat kon hij goed. Verschillende professionele clubs toonden interesse. Vlak voor zijn 17e verjaardag sloeg het noodlot toe in de vorm van een ernstige kruisbandblessure.

“Een droom spatte uit elkaar,” blikt Hartkamp terug. “Tijdens het sporten zong ik altijd onder de douche en onder het mom ‘je moet toch wat’, heb ik me een paar jaar later opgegeven voor een talentenjacht georganiseerd door het bureau van Jan Jochems en Ronny Tober. En verdomd, die won ik. Een betere manier om een nieuwe passie te ontdekken was er niet. Het smaakte naar meer en ik schreef me in voor meerdere talentenjachten en trad hier en daar ook een beetje op. In

Emile Hartkamp schreef in 37 jaar meer dan 2200 liedjes waarvan een groot deel inmiddels tot evergreens van het Nederlandse volkse genre behoren. Ondanks deze mijlpaal denkt hij nog niet aan stoppen. “Ik wil ooit nog eens een hit schrijven voor de Duitse markt. Ik weet niet wanneer dat gaat gebeuren, maar gebeuren gaat dat zeker.”

weleens kriebelde. “Ik weet dat ik geen herkenbaar stemgeluid heb. Natuurlijk kon ik zingen, maar op de bühne was ik meer een entertainer. Je kan beter een 20 procent mindere zanger zijn met een herkenbare stem dan een goede zanger. Daar zijn er namelijk veel van. Bovendien zou het ten koste kunnen gaan van het andere waar ik succesvol in was.”

1983 kreeg ik de kans om deel te nemen aan de oudejaarsshow van de Showbizz Quiz. Ik zong daar een liedje met niemand minder dan André Hazes. Dat heeft uiteindelijk veel optredens opgeleverd en ik kon ook mijn eerste single opnemen. In de studio werd me gevraagd of ik teksten kon schrijven. Ik heb een dictafoon, een tafelpiano en wat akkoordenschemaboeken gekocht en ben aan de slag gegaan. Ergens in 1986 liet ik aan platenmaatschappij Polydor mijn demo’s horen en zij waren zo enthousiast dat ik een album mocht maken met mijn eigen liedjes. Echte hits heb ik nooit gehad, maar ik was wel veel op de radio te beluisteren. Ik had twee nummers geschreven en die heb ik naar Hazes gestuurd en hij heeft ze opgenomen. Daarna ging het snel en schreef ik liedjes voor onder anderen Frans Bauer en Marianne Weber.”

2200 liedjes

Het zingen mist Hartkamp niet. Al bekent hij dat het zelf in de spotlight staan toch

BUMA NL

Vorig jaar won Emile Hartkamp tijdens de BUMA NL Awards de oeuvreprijs Hollandse Meester. De tekstschrijver draagt het event al lange tijd een warm hart toe. “Nederlandstalige muziek is altijd belangrijk geweest. Ik denk dat de toenemende populariteit ervoor heeft gezorgd dat er sinds een paar jaar weer ouderwets wordt uitgepakt. Een event als dit, inclusief de gala-insteek, is goed voor de artiesten maar ook voor de business zelf. Dit genre is belangrijk voor heel Nederland.”

'De Nederlandstalige nummer komen rechtstreeks je hart binnen'

En succesvol was en is Hartkamp. In zijn 37-jarige carrière schreef hij minstens 2200 nummers. De rode draad binnen al deze teksten? Liefde en verdriet. “Liefde is het mooiste dat je kan overkomen en verdriet het ergste. Het zijn dankbare onderwerpen om over te schrijven, maar ik maak ook nummers in het spectrum daartussen. Het zijn onderwerpen die mensen aanspreken. Mijn inspiratie haal ik uit mijn liefde voor de muziek. Ik hoef er niet heel veel moeite voor te doen. Iedere keer begin ik weer opnieuw. Door de jaren heen leerde ik wat het publiek wil horen. Wat ook helpt is dat ik zelf nog steeds fan ben van dit soort muziek. Niet alleen van de nummers die ik heb geschreven, maar ook van liedjes als Engelbewaarder en Je Krijgt Die Lach Niet Van Mijn Gezicht en alles wat ertussen zit.”

Je hart laten spreken

Waar je Emile Hartkamp nooit tegen zal komen is op een writers camp. “Muziek is voor mij emotie. Als iemand mij belt met de vraag: wil je op donderdagmiddag om twee uur samen met andere schrijvers liedjes maken? Dan is mijn antwoord altijd nee. Hoe kan ik weten of ik die dag wel zin heb om te schrijven of dat de inspiratie er is? Liedjes gemaakt op een writers camp worden niet uit passie en liefde geboren, maar omdat je een afspraak hebt gemaakt. Dergelijke liedjes kunnen natuurlijk mooi zijn, maar voor mij werkt dit niet. Laat je hart spreken op het moment en plan dat niet. Terwijl ik dit zeg, realiseer ik mij ook dat het natuurlijk een ‘ouwe lullen denkwijze’ is. Ik ben immers niets anders gewend. Dus als het voor de nieuwe generatie werkt, zou ik zeggen: ga zo door.”

Dromen

Hartkamp is trots op de nummers die hij de afgelopen bijna vier decennia schreef. Begrijpelijk, want het is bijzonder dat een hit als Heb Je Even Voor Mij 23 jaar na de release, nog steeds op de radio en in de kroegen te horen is. “Dat is het mooiste compliment dat je kunt krijgen. Het terughoren van je muziek, vooral als je het niet verwacht, blijft een kick geven. Bij concerten van Frans en Jannes worden die oude hits nog steeds luidkeels meegezongen. Wat het extra bijzonder maakt, is dat de hits ook opgepakt worden door de jeugd. Zij hebben het volkse genre groots omarmd. Of ik een verklaring heb waarom ons soort muziek het weer goed doet de afgelopen jaren? Na corona stond men te popelen om het leven weer te vieren - ondanks de economische uitdagingen en de andere

problemen in de wereld. Hoe kun je dat beter uiten dan met Nederlandse muziek? Door de taal komen die nummers rechtstreeks je hart binnen. Het is een vorm van trots zijn op je landje zonder een nationalistisch insteek.”

Bucketlist

De liedjesschrijver is een dankbaar, maar ook een bescheiden man met nog steeds de nodige dromen. “Ik heb altijd gezegd dat ik minstens één hit in Duitsland wil hebben. Toch heb ik door de jaren heen nooit alle muren geslecht om die droom echt te verwezenlijken. Met Frans hebben we in Duitsland natuurlijk wel mooie dingen gedaan. Ik kan je één ding verklappen: die wens staat nog steeds op mijn bucketlist.”Ik weet niet wanneer dat gaat gebeuren, maar gebeuren gaat het zeker.” ◾

EMILE EN SIENEKE
EMILE EN FRANS BAUER
V.L.N.R.: NORUS PADIDAR, RAYMOND VAN VLIET, JOHN DIRNE, EMILE HARTKAMP EN MARC ZWART

We willen nieuwe stemmen de ruimte geven

DOOR: EDGAR KRUIZE

Samen naar een groter podium’, zo luidt de tagline van Studio BMP en dat is ook precies wat men met het platform voor ogen heeft. Het is een plek waar artiesten zich kunnen ontwikkelen, gesteund door het Berk Music team. Het label richt zich op een nieuwe generatie makers met een eigentijdse sound. “Met ruimte voor artistieke groei en het ontdekken van nieuwe muzikale richtingen,” zegt Adrie van den Berk, directeur van Berk Music Productions. “Het doel is tweeledig, want los van de ontwikkeling van artiesten, geeft het ons ook ruimte om hen op de juiste manier te lanceren. Op het reguliere Berk Music zijn de verwachtingen al direct hooggespannen, maar nieuwe artiesten kunnen uiteraard nog niet op tegen de gevestigde namen. Op YouTube kan er bijvoorbeeld maar één artiest op de voorpagina staan en dat maakt het voor nieuwe artiesten lastiger als ze tegelijkertijd uitkomen met

Roy van Nuland

Met Studio BMP is Berk Music Productions eerder dit jaar een nieuw label gestart waarop nieuw en opkomend talent een plek wordt gegeven. Doel van Studio BMP is om een platform te zijn waarop nieuwe Nederlandstalige artiesten zich kunnen ontwikkelen en hun stem kunnen vinden.

bijvoorbeeld een nieuwe Django Wagner of Snollebollekes. Met Studio BPM creëren we een platform ernaast waarop zij wel de juiste focus kunnen krijgen zonder dat de ‘grote namen’ hen in de weg zitten.”

Commitment

Productmanager Thomas Rutten benadrukt dat Studio BMP volop inzet op kwaliteit en ontwikkeling en noemt het ontstaan ervan een luxepositie. “Het gaat goed met Nederlandstalige muziek en dat maakt dat het aanbod ook steeds groter wordt. In het verleden hebben we weleens artiesten laten schieten omdat

De Brabantse zanger Roy van Nuland groeide op met muziek. Zijn vader bracht hem de liefde voor het levenslied bij en gaf hem zijn eerste lessen op accordeon en mondharmonica. In oktober 2024 verscheen zijn debuutsingle ‘Als je opgeeft’. Niet lang daarna volgde ‘Bij Jou Zijn’, een bewerking van het legendarische rocknummer ‘Great Balls Of Fire’ van Jerry Lee Lewis. De single werd uitgebracht op het nieuwe label Studio BMP. ‘Bij jou zijn’ kreeg meteen veel aandacht en groeide op TikTok uit tot een viraal succes, met duizenden views en honderden video’s van fans die de track gebruikten.

ROY VAN NULAND

we hen bij Berk Music niet de juiste aandacht konden geven. Dat is zonde en van sommige artiesten hebben we echt spijt, dat we die niet de ruimte konden geven die ze verdienden. De lancering van Studio BMP is een strategische stap, om aan beide kanten meer focus te creëren. De meer gevestigde namen bij Berk Music, met alle specifieke ondersteuning die daarbij hoort, en nieuw talent bij Studio BMP. Talent dat dezelfde commitment, maar een net iets andere focus nodig heeft en wij hebben nu de ruimte om hen dat te geven.”

Organische wisselwerking

Adrie van den Berk benadrukt dat ook hier een focus op talent wordt behouden. “We tekenen zeker niet

Over Berk Music

In de zomer van 1997 richtte Adrie van den Berk zijn eigen platenlabel Berk Music op. Wat begon met een carnavalsgroep en enkele houseplaten onder licentie, groeide in een kwart eeuw uit tot hét label voor Nederlandstalige feestmuziek. “De rest is een beetje uit de hand gelopen eigenlijk,” blikt Van den Berk terug.

De basis voor Berk Music werd gelegd door vader Jan, die in de jaren zestig actief was in het carnavalsleven en in de jaren zeventig platenzaken opende in Best en Eindhoven. Zijn zoons Adrie en John namen de zaken over en Adrie raakte betrokken bij het produceren van muziek. Na successen met onder meer Double Vision besloot hij in 1997 het heft in eigen hand te nemen.

Aanvankelijk bracht Berk Music buitenlandse licenties uit, maar al snel verschoof de focus naar eigen producties. Hits van acts als Gebroeders Ko, Zware Jongens en Altijd Lazerus! markeerden de omslag naar Nederlandstalige feestmuziek. “In het begin lachten ze ons uit. Het was not done om een beat onder een Nederlandstalige plaat te zetten. Maar wij merkten dat ze in kroegen toch iets meer gas erop wilden hebben.”

alles. Artiesten moeten een bepaalde potentie hebben en soms heb je twee of drie singles nodig om daar te komen. Studio BMP creëert voor artiesten de ruimte om zich te ontwikkelen. Dat betekent echter niet dat Studio BMP een vrijblijvende insteek krijgt en dat we wel zien waar het schip strandt. We werken ook hier alleen met artiesten waarin we geloven. Berk is een van de weinige partijen die nog 360-graden modellen aanbiedt en dus niet alleen muziek uitbrengt, maar bijvoorbeeld ook management en boekingen doet. Op die manier willen we ook werken met de artiesten op Studio BMP en dat betekent dat we ook op zoek zijn naar artiesten die zelf ook hard willen werken.” “Het is een organische wisselwerking tussen label en artiest,” voegt Conny Hommes toe, promotor bij Berk

Rond de eeuwwisseling werden après-ski en feesthits een vast onderdeel van de Nederlandse uitgaanscultuur. Snollebollekes groeide uit tot het grootste succesverhaal van het label, maar ook artiesten als Django Wagner, John de Bever, Marianne Weber en Monique Smit vonden er hun thuis. Voor Van den Berk staat kwaliteit altijd voorop: “Als een feestplaat van ons opgezet wordt, kan die concurreren met de Tiësto’s. Dat lijkt simpel, maar dat is het niet.” Berk Music ontwikkelde zich gaandeweg tot een totaalbedrijf met ook management, publishing en boekingen. Voor Van den Berk blijft persoonlijk contact leidend. “Ik vind contracten nog steeds niet belangrijk. Het gaat erom welk gevoel je bij elkaar hebt.”

Music Productions. “Wij kunnen vanuit die 360-graden positie goed inschatten waar bepaalde singles leven, je ziet dat terug in airplay en boekingen. En we weten ook waar promo gedaan moet worden. Dan is het fijn als je artiesten hebt die op onze expertise vertrouwen en voor een paar minuten lokale radio naar de andere kant van het land willen rijden. Een carrière is een puzzel die je samen legt.”

'We willen dat het talent en de potentie van een artiest leidend wordt, met de creatieve begeleiding van onze kant'

Eigen geluid

Hommes noemt Roy van Nuland zo’n artiest, de eerste die op Studio BMP een release had. “Een goed voorbeeld van een artiest die nog opkomend is, een eigen geluid aan het ontwikkelen is en die hard werkt om zichzelf en zijn muziek op te bouwen. Daar hebben we er inmiddels meer van getekend, die namen worden binnenkort bekend gemaakt.” Adrie van den Berk

ADRIE VAN DEN BERK

stelt dat die ontwikkeling iets is waar Berk Music actief aan bijdraagt en over meedenkt. “Dat wordt nog weleens vergeten, maar dat is een meerwaarde die wij als organisatie bieden. Dat doen we voor al onze artiesten, óók op het Berk Music label. Van geen enkele artiest staat het eigen geluid op dag één al. Samen ontwikkel je iets wat een artiest uniek maakt. Wij hebben bijvoorbeeld veel feestartiesten, maar elk heeft een onmiskenbaar eigen karakter. Het is allemaal feest, maar je hoort altijd meteen wie het is. Ik moet eerlijk zeggen dat ik bij veel nieuwe artiesten dat unieke

'We willen dat het talent en de potentie van een artiest leidend wordt, met de creatieve begeleiding van onze kant'

een beetje mis. Nu Nederlandstalige muziek zo populair is geworden, ook op radiozenders die het eerst niet wilden draaien, doen veel nieuwe artiesten precies hetzelfde in de hoop dat het ook een succes wordt. Wij willen juist werken met mensen die wel al een eigen karakter hebben, zodat

we samen kunnen werken aan dat ‘eigen’ geluid. Naar zulke artiesten zijn we ook op zoek bij Studio BMP.”

Fundament voor de toekomst

Studio BMP heeft geen targets wat betreft het aantal artiesten dat men in de komende maanden wil tekenen. “Bewust niet,” zegt Rutten. “We willen dat het talent en de potentie van een artiest leidend wordt, met aan onze kant de ruimte om zo’n artist creatief te begeleiden. Sommige daarvan zullen dan op termijn de overstap maken naar Berk Music, anderen zijn misschien beter af als ze op Studio BMP blijven groeien en doorontwikkelen. We willen dat per artiest bekijken.” Van den Berk: “Met Studio BMP hebben we nu een plek gecreëerd waar niet alleen artiesten zich kunnen ontwikkelen en hun eigen stem kunnen vormgeven, maar ook een plek waar wij de ruimte hebben om die artiesten met de juiste focus te begeleiden. Zo kunnen we een nieuwe generatie artiesten de ruimte geven en een fundament leggen voor de toekomst van de Nederlandstalige muziek.” ◾

CONNY HOMMES
THOMAS RUTTEN

‘Het genre is ontploft en blijft groeien’

DOOR: ARNOLD LE FÈBRE

Uit data van onder meer Spotify blijkt dat Nederlandstalige muziek inmiddels het belangrijkste genre is,” vertelt Floris Janssen. “Dat zie je terug in streamingcijfers, optredens en evenementen. Ook al is het nog steeds een uitdaging om je single op nationale radio te krijgen, het genre wordt steeds serieuzer genomen in de media en de samenleving.”

Binnen het label Dino Music zag Janssen verschillende hoogtepunten het afgelopen jaar. “Eigenlijk draait de hele stal goed. Zangers als Yves Berendse en Marco Schuitmaker blijven belangrijke namen, maar daarnaast scoorde onder andere Sven Versteeg met Blikkendag een enorme hit. Ook hebben we met Manuel een nieuw talent aan ons gebonden. Tot slot heeft Monique Smit zich bij ons gevoegd. Zij bouwt op haar eigen manier verder aan succes.”

Waardevolle ontmoetingsplek

Met Buma NL in aantocht ziet Janssen de conferentie als een waardevolle ontmoetingsplek. “Het is zinvol én gezellig. Het genre bloeit, en dan is het belangrijk om dat samen te vieren en te bespreken wat de trends, kansen en uitdagingen zijn. Nederlandstalige muziek is momenteel enorm populair, maar ik kan me niet voorstellen dat dit altijd zo zal blijven. Net als bij urban en andere genres zie je dat de populariteit op en neer beweegt.

Voor de Nederlandse muziekindustrie, en in het bijzonder voor het Nederlandstalige repertoire, was het afgelopen jaar opnieuw zeer succesvol. Floris Janssen, general manager van zowel Dino Music als moederbedrijf 8Ball Music: “Het is gewoon niet normaal hoe het genre is ontploft en vervolgens nóg verder gegroeid is.”

Dat Nederlandstalige muziek op Spotify het populairste genre is, onderstreept echter de behoefte aan vrolijkheid, feest en vieren. Waar het vroeger meer om smartlappen ging, is er nu duidelijk vraag naar luchtige, positieve muziek. Gezien de wereld om ons heen geloof ik dat die behoefte nog wel even blijft.”

succes van Sven Versteeg. Daarnaast blijf ik ervan overtuigd – ik heb het al vaker gezegd - dat een vrouwelijke artiest op doorbreken staat. Dat kan tijd kosten – Yves was ook niet van de ene op de andere dag een succes – maar met geloof, geduld en de juiste hits gebeurt het.”

Prioriteiten en ambities

Voor de komende periode liggen de prioriteiten bij de verdere uitbouw van carrières en het ontwikkelen van nieuw talent. “We gaan door met artiesten als Senna en Monique Smit, en bouwen verder aan het

Naast de artiesten legt Dino Music veel nadruk op evenementen en liveconcepten. “We bouwen al jaren aan Muziekfeest en zijn met nieuwe initiatieven gestart, zoals het Dikste Café aan de Haven in Rotterdam Ahoy. Zulke evenementen zijn cruciaal om artiesten te laten groeien. We blijven bestaande concepten uitbreiden én zoeken naar nieuwe formats.”

Een opvallende ontwikkeling is volgens Janssen het steeds bredere publiek voor Nederlandstalige muziek. “Alle leeftijden doen mee, jongeren zeker, maar ook alle lagen van de bevolking. Waar het ooit vooral als volksmuziek werd gezien, is het nu voor iedereen. Zowel de advocaat als de bouwvakker zingt tegenwoordig mee.”

HET DIKSTE CAFÉ AAN DE HAVEN “
MONIQUE

Platinum voor jubileumhit

Dit jaar is het 25 jaar geleden dat Wolter Kroes een enorme hit scoorde met ‘Ik heb de hele nacht liggen dromen’. Tijdens het praatprogramma De Oranjezomer kreeg hij een Platinum Award uitgereikt voor de hitklassieker, die alleen op Spotify meer dan 23 miljoen keer is gestreamd. Op het kantoor van Pythagoras Music Fund in Hilversum werden Kroes en producer Giovanni Caminita nog eens extra in het zonnetje gezet. “Ik vind het nog steeds allemaal even leuk en ik ben ongelooflijk dankbaar.”

DOOR: ARNOLD LE FÈBRE

Het went nooit,” zei Wolter Kroes, toen hij de award kreeg overhandigd.

“We hebben natuurlijk in al die jaren veel prijzen in ontvangst mogen nemen, maar het blijft bijzonder. Vooral met dit nummer: het betekende echt mijn doorbraak. Ik maakte het samen met mijn allerbeste vriend Jacques van Eijck, die helaas is overleden. Vanaf het moment dat dit liedje uitkwam, kwam alles op gang: tv-optredens, opnames, slapeloze nachten en een enorme reeks optredens. En nu, 25 jaar later, voelt het nog steeds speciaal.”

Caminita, al decennia nauw betrokken bij Kroes, is blij verrast. “Iedere award voelt bijzonder. In de tijd met Wolter hebben we zoveel mooie momenten meegemaakt. Zodra hij begon in te zingen, voelden we al dat er weer een hit aan zat te komen.”

Ook muzikant en producer Giovanni

De van oorsprong Italiaanse Caminita werkte in zijn geboorteland samen met grote namen als Alessandro Safina en schreef zelfs nummers voor Andrea Bocelli. “Helaas zijn die niet allemaal op de plaat gekomen, er was simpelweg te veel materiaal. Maar ik heb veel producties voor Italiaanse arties-

ten gedaan. Toch ligt mijn belangrijkste werk in Nederland.” In de jaren negentig werd hij juist vanwege zijn achtergrond gevraagd om Nederlandse producties een mediterrane warmte mee te geven. “Er kwamen destijds veel liedjes uit Italië die in het Nederlands werden vertaald. Met Marco Borsato heb ik 22 jaar gewerkt, als bassist en muzikaal leider. Dat Italiaanse gevoel gaf de nummers een extra dimensie die in Nederland aansloeg.”

Enthousiasme en passie Kroes debuteerde in 1989 met zijn eerste

'Veel artiesten raken hun plezier kwijt of worden nep, maar bij Wolter is het altijd echt'

single ‘Ik mis je elke dag een beetje meer’. Kroes: “Als ik daarop terugkijk, denk ik vaak: waar is de tijd gebleven? Het is voorbijgevlogen. Maar het mooie is dat we het nog steeds doen, met net zoveel enthousiasme en passie als dertig jaar geleden.”

Hoewel Kroes tegenwoordig vooral bekendstaat om zijn vrolijke, dansbare repertoire, lag zijn eerste succes juist in ballads, blikt Caminita terug. “Zijn doorbraaksingle ‘Laat me los’ uit 1995 was een ballad en zijn eerste grote hit. Toen ik het voor het eerst op de radio hoorde, wist ik meteen dat dit bijzonder was. Vanaf dat moment ging het snel. Wolter speelde eerst nog in kleine cafés in Amsterdam, Zaandam en Krommenie, maar daarna groeide het uit tot honderden optredens per jaar.”

Relativering

Dat de inmiddels 56-jarige zanger nog altijd volle zalen trekt, is niet alleen te danken aan zijn muziek, maar ook aan zijn persoonlijkheid. Nederlanders zijn nuchter, maar als artiest moet je wel de gunfactor hebben.

Kroes beaamt dat. “Jong, oud, dik, dun, rijk of arm, we treden voor iedereen op. Je moet zorgen dat je een jongen van het volk blijft, en dat ben ik altijd gebleven. Als je verandert, kun je net zo goed stoppen. Ik zie veel jonge artiesten die na één hit naast hun schoenen gaan lopen, arrogant worden. Uiteindelijk leren ze wel dat alles relatief is. Je moet gewoon met beide benen op de grond blijven.”

Die houding gaat samen met een groot respect voor zijn publiek. “Zonder fans zijn we nergens. Dan is er geen publiek, zijn er geen optredens. Dat realiseer ik me elk weekend weer, of ik nu voor 90 of 100 man speel op een privéfeest, of voor 10.000, 20.000 of 30.000 mensen. Ik denk dat mensen aan mij zien dat ik het zelf ontzettend leuk vind om te doen. Dat is de kracht. Dat je altijd laat merken: dit is jullie feestje. En ik vind het oprecht nog steeds heel leuk.”

Volgens Caminita is dat enthousiasme de sleutel tot Kroes’ blijvende succes. “Wolter is altijd zichzelf gebleven. Hij houdt van zijn vak, van optreden, en dat straalt hij uit. Ik

ken hem dertig jaar en hij is nog steeds net zo enthousiast als toen we begonnen. Veel artiesten raken hun plezier kwijt of worden nep, maar bij hem is het altijd echt. Dat voelen mensen, en daarom blijft zijn fanbase hem trouw.”

Dankbaarheid

Onlangs verscheen Kroes’ nieuwe single ‘Zo ben ik altijd geweest’, waarin hij op een persoonlijke manier beschrijft hoe hij in het leven staat: open, positief en direct. Kroes noemt het “een liedje dat dicht bij mezelf ligt”. “Ik zing over wie ik ben, zonder opsmuk. Gewoon zoals ik altijd ben geweest. Die titel klopt gewoon helemaal. Vanaf het moment dat ik voor 50 gulden op een kratje stond te zingen bij de V&D, tot waar we nu zijn, ben ik niet veranderd. Ik vind het nog steeds allemaal even leuk en ik ben ongelooflijk dankbaar. Want dát is het allerbelangrijkste in dit vak: dankbaarheid. Blij zijn met wat je hebt. Je weet niet wat morgen brengt, dus haal alles uit het leven en geniet van elk moment.” ◾

VAN LINKS NAAR RECHTS GIOVANNI CAMINITA, REMCO DE RUITER, WOLTER KROES EN RIA VAN EIJCK - HOLTHUIJSEN EN DOCHTER JACQUELINE.

‘Je moet geen genres op vinyl uitsluiten’

Nederlandstalige muziek kent vele subgenres, elk met een eigen publiek. Van pop tot volksmuziek: de verkopen zijn sterk, al speelt de regio daarin een belangrijke rol. Entertainment Business vroeg zes retailers naar hun visie op deze markt en waar volgens hen nog verbeterpunten liggen. “Als er een markt voor piratenmuziek is, waarom zou je het dan niet uitbrengen?”

DOOR: JEROEN VAN TRIERUM

Ron Bulters

Pop-Eye/Velvet Music Alkmaar

“Wij verkopen alles, dus ook Nederlandstalig. Een groot deel van ons assortiment is het overigens niet. Je praat over uiteenlopende artiesten als Jan Smit en Marco Schuitmaker, maar natuurlijk ook de Suzan en Freeks, Froukje’s en S10’s van deze wereld. Het is een kwalijke zaak dat platenmaatschappijen niet meer inzetten op Nederlandstalige muziek en dan vooral op het gebied van oude releases. Klassiekers van grote namen als Ramses Sha y, Frank Boeijen, Rob de Nijs, Boudewijn de Groot en Het Goede Doel zijn, op een verzamelaar hier en daar na, niet meer te bestellen. Terwijl daar nog best veel vraag naar is. En dan is daar natuurlijk nog de piratenmuziek. De belangstelling daarvoor is volgens mij sterk regiogebonden. Piratensingles verwisselen op Discogs overigens voor hoge bedragen van eigenaar. Als ik een platenmaatschappij had, zou ik daar zeker op inspelen.”

Bart Hasselbekke

Vinylparadijs in Geesteren

Patricia van Dam

Free Music in Gouda

“Nederlandstalig bestaat uit twee varianten: pop en piraat. Daarnaast zijn er een hele hoop verwante genres. Er is, zeker bij ons, heel veel interesse in zogeheten piratenplaten. Op cd zijn die releases vaak goed verkrijgbaar, maar ik zou zo graag zien dat de maatschappijen die ook op vinyl uitbrengen. En ik ben niet de enige, want de vraag is groot. Afgelopen Record Store Day werd bijvoorbeeld de single van Lola, Het Was Lente in September, uitgebracht. Het origineel verscheen in 1968. Dat was een van hardlopers op RSD. Er gingen er zo’n 300 stuks over de toonbank die dag. Een paar jaar geleden was piratenmuziek nog streekgevoelig. De pieken waren te zien in onder andere Twente, Groningen en Friesland. Tegenwoordig zie je de muziek ook steeds vaker opduiken in het westen. Het publiek is heel divers. We zien steeds vaker dat ook de jongere klant zich interesseert in piratenmuziek. Dat komt natuurlijk ook door de piratenzendercultuur hier. Ik ben blij dat de releases in de lift zitten, maar wil wel alle platenmaatschappijen oproepen om geen genres op vinyl uit te sluiten. Als er een markt voor piratenmuziek is, waarom zou je het dan niet uitbrengen?”

“Om de waarheid te zeggen, wij doen zo goed als niets binnen het Nederlandstalige genre. In onze relatief kleine winkel hebben wat platen van Sha y, Hazes en Boeijen staan, maar dat is het. Free Music zet meer in op alternatieve muziek. Daarnaast is er bij ons nagenoeg geen vraag naar platen binnen dit genre. Natuurlijk komt er weleens een klant voorbij die een nieuwe Nederlandstalige release wil hebben. Die bestellen we dan wel. In de winkel kom je die echter niet veel tegen. Of daar verandering in komt nu je zegt dat Nederlandstalige muziek steeds populairder wordt? Dat denk

ik niet. Ik vind het heel tof als andere winkels dat verkopen, maar wij blijven toch bij onze insteek van vooral alternatieve platen.”

'Bij ons is er nagenoeg geen vraag naar platen binnen dit genre'
'Er zijn nog volop kansen voor Nederlandstalige muziek op cd'

Klaas Prent

CD-Hal in Ruinen

“We staan bekend als verkoper van het volkse repertoire. Van Jannes tot Frans Bauer en alles wat daartussen zit. De afgelopen jaren is er echter veel te weinig uitgekomen. Artiesten maken natuurlijk nog steeds nieuwe liedjes, maar die droppen ze dan bij Radio NL, zetten het op Spotify en denken dat het daarmee klaar is. Dus niet. Veel klanten willen gewoon nog een cd’tje kopen met die bepaalde hit. Kijk naar Het Is Me Gelukt van Marco Schuitmaker. Deze cd kwam pas een paar jaar na het succes van Engelbewaarder uit. Ondanks dat gingen deze nog steeds als warme broodjes over de toonbank. Ik denk dat ik er inmiddels meer dan 400 heb verkocht. Een beter voorbeeld dat de consumenteninteresse in volkse muziek tijdloos is, is er volgens mij niet. Er zijn dus nog volop kansen voor Nederlandstalige muziek op cd.”

Eric Bruggink

Wim’s Muziekkelder in Doetinchem

“Het popgenre zoals Suzan & Freek doet het hier heel goed. Ook klassiekers als Normaal, André Hazes en BLØF. Als je praat over de meer volkse artiesten, zoals Django Wagner, Tino Martin of Marco Schuitmaker, dan zien we dat daar wat minder van verkocht wordt. Natuurlijk kopen we het in, maar telkens blijft de vraag wat en in welke aantallen je moet bestellen een uitdaging. Overigens doet het Nederlandstalige piratengenre het wel heel goed in de winkel. Fans weten hiervoor Wim’s Muziekkelder te vinden. Daarnaast laten we ons in de winkel vaak leiden door de hitlijsten en de vraag naar bepaalde artiesten. Het is dus niet vreemd dat ook nieuwe Nederlandse artiesten als S10, Claude of Hannah Mae, bij ons uitstekend verkopen.”

Henk Visser

“Ik merk al een aantal jaar dat we aan de vraag van onze klanten naar fysiek Nederlandstalig product vaak niet kunnen voldoen. Zowel met nieuwe releases die enkel op streaming verkrijgbaar zijn tot re-releases van klassiekers die er al lange tijd simpelweg niet zijn. Vooral dat laatste is een gemiste kans. Je ziet namelijk dat jongeren jaren 80-muziek ook hebben ontdekt en daar best een plaatje of cd’tje van willen kopen. Dan is daar natuurlijk ook het volkse, piraten- en feestgenre. Er zijn verschillende verzamelreleases met dat soort muziek verkrijgbaar en die verkopen in onze winkel wel redelijk goed. Ik denk dat als er meer verkrijgbaar is, de vraag alleen maar groter zal worden. Ik denk dat er veel te weinig ingespeeld wordt op de vraag naar en het enthousiasme voor ieder Nederlandstalig genre.”

'We kunnen vaak niet voldoen aan de vraag naar fysiek Nederlandstalig product'

Op het kruispunt van drie muziekmarkten

CTM Belgium is in korte tijd uitgegroeid tot de grootste Belgische onafhankelijke muziekuitgever. Managing director Stefaan Moriau over het succes, de aantrekkingskracht en de uitdagingen van de publisher. “We willen niet alleen beheren, maar ook actief meebouwen aan de toekomst van artiesten en catalogi.”

DOOR: JEROEN VAN TRIERUM

Publisher CTM Belgium is onderdeel van de internationale CTMfamilie, geleid door Jitze en André de Raa . De start van het kantoor was een strategische keuze, aldus managing director Stefaan Moriau. “Natuurlijk is het altijd goed om een lokaal persoon te hebben die de taal spreekt en de markt tot in de puntjes kent, maar er was ook iets anders dat belangrijk was. We zagen dat door de jaren de publishingtakken van alle majors België hadden verlaten. Een uitgever zou dus een goede aanvulling zijn op de muziekindustrie. De beslissing van Jitze en André om CTM België op te richten bleek de juiste te zijn. Vanaf de start gaat het namelijk heel erg goed.”

Werken in België brengt echter ook de nodige uitdagingen met zich mee en die hebben vooral te maken met taal en cultuur. “Het werk is soms een beetje uitdagend, maar vooral boeiend door de vele talen die hier gesproken worden en de verschillende subculturen en stijlen die smaken beïnvloeden. Je hebt Vlaanderen waar vooral

Roster

het Nederlandstalige en Engelse repertoire populair zijn, de Franstalige markt van Brussel en Wallonië die zich toch meer richt op Frankrijk én laten we de Duitstalige gemeenschap niet vergeten. Daar ligt de focus weer op het populaire genre. Om succesvol te zijn en te blijven moet je met veel zaken rekening houden. In Frankrijk is hiphop en traditionele muziek heel populair. Datzelfde zie je dan weer terug in Brussel en Wallonië. In Vlaanderen kijkt men vooral naar liedjes en artiesten uit Engeland en Nederland. Een goed voorbeeld daarvan is de populariteit en het belang van Nederlandstalige pop. Grappig genoeg zie je de afgelopen jaren dat die interesse ook omgekeerd is en niet alleen in de hitlijsten. Veel Nederlandse producers werken namelijk mee aan de Vlaamse nummer-1-hits.”

Strategisch meedenken

CTM Belgium mag zich de grootste Belgische onafhankelijke muziekuitgever noemen. Moriau is trots op het werk dat de afgelopen jaren is neergezet. “We

CTM Belgium combineert een lokale verankering met een wereldwijde reikwijdte. Het roster omvat werken en catalogi van Oscar and the Wolf, Dressed Like Boys, Portland, Amber Broos, Metejoor, IIII, Freddie Konings, Zap Mama, Stromae, Joyhauser, Reinel Bakole, Loïc Nottet, Salvatore Adamo, Darrell Cole, Aaron Blommaert, Niels Destadsbader, Bart Peeters, Fleddy Melcully en Pommelien Thijs. Vanuit Nederland versterken onder anderen Meau, Merol, Maan, Kensington, Ee e De Visser, Ronnie Flex, Chef’Special en De Staat het aanbod, naast iconische backcatalogi van Ramses Sha y, Boudewijn de Groot en Rob de Nijs. Op mastervlak vertegenwoordigt CTM tracks van artiesten als Adamo, Lost Frequencies, Regi en Armin van Buuren.

zijn geëvolueerd van een voornamelijk sub-publisher naar een volwaardige rechtenorganisatie die naast publishing ook masterrechten vertegenwoordigt. CTM Belgium is weliswaar de grootste independent uitgever van België, maar we hebben wel die uitgesproken onafhankelijke attitude behouden. In 2008 zijn we gestart met een heel brede internationale catalogus. Hierdoor was er een vliegende start. In de loop van de jaren is ons marktaandeel alleen maar verder doorgegroeid.”

De managing director noemt de huidige catalogus van CTM Belgium ‘divers’. “Die bestaat uit zowel internationaal repertoire als lokale auteurs, producers en artiesten. Je moet denken aan uiteenlopende namen: van Adamo tot Zap Mama en van Metejoor tot Oscar and the Wolf. Dat zijn natuurlijk mooie namen, maar het doel is om uiteindelijk onze partners optimaal te kunnen bedienen. Dat doen we met een duidelijke administratie en een correcte, transparante afrekening. Maar ook zijn we erbij als er gevraagd wordt om creatieve A&R input of om strategisch mee te denken.”

Transparant

en direct

De onderscheidende factor van CTM Belgium is volgens Moriau de transparantie en directheid. “We hebben een online royalty-systeem dat laagdrempelig en volledig inzichtelijk is. Daarnaast onderhouden we nauw contact met onze auteurs, artiesten en partners. Er is dus geen ivoren toren. Iedereen die bij CTM Belgium werkt

is bereikbaar en betrokken. Dat is misschien ook wel de reden waarom zoveel makers zich hier thuis voelen. Op het gebied van financiële administratie rekenen we vier keer per jaar af en al na 60 dagen. Zoals je begrijpt is dat heel belangrijk voor onze songwriters.”

Moriau moet lachen als hij hoort dat er in Nederland vaak gedacht wordt dat directheid door Belgen wordt gezien als een typische Nederlandse eigenschap. “Dat klopt ook wel, maar we zien dat dit de laatste jaren steeds meer aan het veranderen is. Op een duidelijke en directe stijl communiceren, maar dan wel op onze manier,

wordt ook hier in België steeds beter gewaardeerd. Daar komt bij dat we best trots mogen zijn op de dingen die we hier neerzetten.”

Synch

Een belangrijke pijler binnen CTM Belgium is de syncafdeling, die zich richt op film, reclame en games. “Voor veel artiesten en schrijvers is synch een essentieel onderdeel van hun carrière geworden. Dankzij ons internationale netwerk kunnen we Belgisch repertoire wereldwijd aanbieden en zorgen we tegelijk dat internationale catalogi ook de weg kunnen vinden naar lokale producties.”

Daarnaast werkt CTM Belgium ook mee aan de investeringsactiviteiten van CTM. Via CTM Outlander worden rechten en muziek-IP gekocht en beheerd. “Ik denk dat de trend van artiesten die de rechten tot hun catalogus verkopen in de toekomst nog verder doorgezet wordt. CTM wil daar een belangrijke partner voor zijn. Dat past perfect in onze bredere visie. We willen niet alleen beheren, maar ook actief meebouwen aan de toekomst van artiesten en catalogi. Dit alles zorgt ervoor dat CTM België ook gestaag door blijft groeien.”

'We zijn geëvolueerd van een voornamelijk sub-publisher naar een volwaardige rechtenorganisatie'

Over de toekomst maakt de managing director zich ‘beslist geen zorgen’. “We blijven stappen maken en de manier waarop we dat doen wordt gewaardeerd door onze achterban. CTM Belgium is een onafhankelijke, transparante en betrokken muziek- en publishing maatschappij die het hart dicht bij de makers houdt en altijd de blik op vooruit heeft.” ◾

VAN LINKS NAAR RECHTS : JITZE DE RAAFF, SALVATORE ADAMO EN STEFAAN MORIAU

‘ We willen fans bereiken met het verhaal áchter de artiest’

DOOR: JEROEN VAN TRIERUM

Het Nederlandstalige repertoire, met name het volkse genre, wint aan populariteit. Platenmaatschappijen spelen hierop in met nieuwe initiatieven. Zo sloten Sony Music Benelux en Nina Smit eind vorig jaar een overeenkomst voor de oprichting van het label Vonk Music. Ondanks haar relatief korte loopbaan binnen de Nederlandse muziekindustrie heeft Smit al een breed palet aan ervaring opgebouwd. Zij werkte eerder als A&Rmanager Nederlandstalige muziek bij BMG, organiseerde het driedaagse festival Live at Haven Lake, en beheerde het management van zanger Wesly Bronkhorst – met wie zij tevens het label Bronks Music oprichtte.

Hoe ben je terechtgekomen in de muziekindustrie?

“Ik kom uit een horecafamilie en heb de Hogere hotelschool gedaan. Ik was altijd vaak te vinden in de kroeg en op feesten en partijen, waar artiesten als Wolter Kroes, Quincy en Robert Leroy optraden. Ik vond die muziek te gek en dat is nooit overgegaan. Als ik op stap ga, zoek ik nog altijd dit soort cafés op. In 2020 begon ik bij BMG als A&R-manager Nederlandstalige muziek en zo is het balletje gaan rollen. Ik had vijf jaar geleden niet kunnen verzinnen wat ik nu doe met labels, management en evenementen. Alle kennis die ik in mijn leven heb

Nina Smit (Vonk Music) heeft zich in vijf jaar tijd ontwikkeld tot een veelzijdige professional binnen de muziekindustrie. Met ervaring in management, labels en evenementen voelt zij zich op alle fronten thuis. “Ik had vijf jaar geleden niet kunnen verzinnen wat ik nu doe.”

vergaard, komt nu samen op één plek. Ik vind het heel bijzonder en ben iedere dag dankbaar dat ik zoveel mag doen binnen het volkse genre. Het is een druk bestaan, maar ik haal hier zoveel energie uit. Wat alles extra bijzonder maakt, is dat ik ondertussen ook moeder ben van twee zonen van anderhalf en vijf jaar. Zij geven mij die extra drijfveer om van dit alles iets moois te maken.”

Hoe is Vonk Music begonnen?

“Wesly en ik hebben vorig jaar het label Bronks Music in het leven geroepen waar we ons richtten op jong talent. Een paar maanden later belde Sony met de vraag of ik langs wilde komen om te praten. Zij wilden een Nederlandstalig label in de markt zetten met de focus op het volkse genre. Ze zochten iemand met ervaring in die markt en kwamen bij mij terecht. Ik moest me een aantal keer op mijn hoofd krabben, want dit was natuurlijk een mooie kans. Ik kon mijn managementwerkzaamheden en activiteiten voor Bronks Music gewoon blijven uitoefenen en had ineens een partnershipdeal met Sony Music Benelux.”

Nederlandse naam, maar na lang zoeken konden we niet iets passends vinden waar iedereen het over eens was. Een collega kwam met Vonk en dat sloeg bij iedereen aan.”

Wat maakt jullie aanpak bijzonder?

“Voor alle werkzaamheden geldt dat we niet bezig zijn om zoveel mogelijk artiesten te contracteren, maar om te onderzoeken wie het beste waar past, waar de grootste kansen liggen en met wie we samen nieuwe stappen kunnen zetten. Het complete plaatje moet kloppen. We kijken verder dan het liedje en onderzoeken ook de branding en de manier waarop we een artiest het beste in de markt kunnen zetten. We willen fans bereiken met het verhaal áchter de artiest. We hebben een langetermijnvisie voor ogen waarmee we fans nog beter aan ons kunnen binden en vasthouden. Wat bij Vonk Music helpt, is dat we kunnen profiteren van de slagkracht, kennis en knowhow van Sony Music Benelux.”

Waar staat Vonk voor?

“Jammer genoeg is hier geen romantische anekdote aan verbonden. ‘Vonk’ slaat op de vonk die nodig is voor vuur. We wilden een

Wat is de focus van al je labels?

Streaming of fysiek product?

“In eerste instantie zetten we in op streaming. Ik denk dat consumenten die platen kopen echte verzamelaars zijn. Dat zijn de meeste liefhebbers van het volkse genre volgens mij niet. Het is overigens niet

'We hebben een langetermijnvisie voor ogen waarmee we fans nog beter aan ons kunnen binden en vasthouden'

zo dat we het helemaal uitsluiten dat er ooit een fysieke cd of vinyl op Vonk Music verschijnt. Als er vraag vanuit de consument of retail is dan spelen we daar natuurlijk op in.”

Hoe verklaar je het recente succes van het volkse genre?

“Na de coronaperiode was de behoefte aan feest en samenkomst groot, en volksmuziek bleek daar uitstekend op aan te sluiten. In de afgelopen vijf jaar heeft dit genre een duidelijke ontwikkeling doorgemaakt. Het is allang niet meer uitsluitend populair onder ouderen of in bepaalde gedeeltes van het land. Steeds meer artiesten weten juist een jong en breed publiek te bereiken. Zo vullen zangers als Yves Berendse en Tino Martin moeiteloos de Ziggo Dome, waarmee zij voor veel fans een brug hebben geslagen naar de meer traditionele volksmuziek. Daarnaast is er geen schaamte meer als je zegt dat je fan bent van Nederlandstalige muziek, in welk genre dan ook. Verder helpt het natuurlijk dat dit soort muziek ook op de grote radiozenders te beluisteren is. De toekomst ziet er fantastisch uit. Zeker als je bedenkt dat Nederlandstalige hits van decennia geleden nog steeds in talrijke playlists zijn te vinden. Er worden tegenwoordig veel meer Nederlandstalige hits gescoord, dus de lijsten zullen er over twintig jaar nóg rijker en diverser uitzien.”

NINA SMIT

De Nederlandstalige renaissance is voltooid

DOOR: EDGAR KRUIZE

Nederlandstalige muziek ‘de norm’ noemen is verre van een understatement. In de Nederlandse hitgeschiedenis is ‘pop in je moerstaal’ nooit eerder zo dominant geweest, met een voorlopige piek die zich in de zomermaanden van 2025 afspeelde. Voor het eerst in de zestigjarige geschiedenis van de Nederlandse Top 40 stonden er tegelijk veertien Nederlandstalige nummers in de lijst. Vijftien zelfs, als ook de Spaans-Nederlandse onzinmengelmoes wordt meegeteld die ‘Baila De Gasolina’ van E e Serieus is. En het is geen piek die uit het niets komt. Het eerdere record stond sinds 2023 op dertien en dat is sinds die tijd enkele malen geëvenaard. De lat ligt sinds juli van dit jaar weer hoger en het heeft er alle schijn van dat het hitrecord binnen afzienbare tijd wederom wordt gebroken.

Breed zichtbaar

Het gaat wat ver om dat succes volledig toe te schrijven aan de Buma NL-conferentie, dit jaar op maandag 29 september in het Tilburgse 013, en de daaraan gekoppelde awards. Maar het feit dat er zelfs nog in 2015 een periode was dat er helemaal geen Nederlandstalige muziek in ’s lands bekendste hitlijst te vinden was, toont wel dat het genre in de beginjaren van de conferentie alle steun nog echt nodig had. Waarna het in relatief korte tijd uit een diep dal omhoog is gekropen. En niet alleen in de hitlijsten, het e ect is over de volledige linie merkbaar. Waar veel andere festivals het afgelopen zomer lastig hadden en waar het soortgelijke event Puur Hollands op dezelfde locatie enkele jaren terug nog moest stoppen wegens teruglopende belangstelling, verkocht De Hollandse Zomer in het Nijmeegse Go ertpark met gemak 5.000 extra kaarten bovenop de

Tijdens de eerste editie van Buma NL liet organisator Buma Cultuur weten drie doelstellingen te hebben met de conferentie: het bereik van de Nederlandstalige/ Hollandse sector groter maken, een erkenning op brede schaal realiseren en het genre versterken. 15 jaar later hangt de vlag er totaal anders bij. Nederlandstalig is in de popmuziek niet eens meer een trend te noemen, het is de norm geworden.

oorspronkelijke 15.000. Ook in de ‘high brow’ wereld is Nederlandstalige muziek inmiddels volledig ingeburgerd. Denk aan het Boekenbal, dat dit jaar ‘Je Moerstaal’ als thema had. En waar ooit de Buma NL Awards specifiek in het leven zijn geroepen voor Nederlandstalig repertoire, waren in juni dertien van de twintig reguliere Buma Award-winnaars óók al Nederlandstalig.

Nederlandstalige generatie

De bron van het succes is lastig aan te wijzen. Of tenminste, één bron. Het lijkt erop dat wat er nu gebeurt een soort ‘perfect storm’ is die Nederlandstalige muziek de wind in de zeilen geeft. Een storm die jaren terug al kwam opzetten. In 2013 vertelde Jeroen Pel van Wim Pel Productions aan Entertainment Business dat de markt voor nasynchronisaties aan het verschuiven was door de verandering in het kijkgedrag van de Nederlandse jeugd. “In het verleden merkten we dat nasynchronisatie bij kinderproduct veelal tot een leeftijdscategorie van ongeveer 9 jaar werd

gewenst. Daarna schakelden de kijkers over op ondertitels. Tegenwoordig is de leeftijdscategorie waarvoor nasynchronisaties gevraagd worden tot ruwweg 12 jaar gegroeid. Niet omdat de jeugd de ondertitels niet kan lezen, maar omdat hun kijkgedrag is veranderd. Ze doen meerdere dingen tijdens het kijken. Op de telefoon, of op de computer. Een serie of film is beter te volgen als deze is nagesynchroniseerd omdat de blik dan niet altijd op het scherm gericht hoeft te zijn.” Extrapoleer het veranderende mediagedrag van de jeugd van toen naar het nu en je hebt anno 2025 een hele generatie jongvolwassenen voor wie ‘Engelstalig’ helemaal niet zo vanzelfsprekend meer is. Omdat ze er simpelweg niet mee zijn opgegroeid. Dat geldt zowel voor de hele nieuwe generatie Nederlandstalige artiesten die is opgekomen, als de fanschare daarvan.

Saamhorigheidsgevoel

Een andere factor is de onzekerheid die heerst in de wereld. Zorgen om potentiële

oorlogen, dreiging van een financiële crisis, inflatie, het wordt er allemaal niet gezelliger op. En het zit in de menselijke natuur om in tijden van stress terug te vallen op wat je kent en waar je jezelf fijn bij voelt. “In een tijd vol onzekerheden, of het nu klimaat, oorlog of de economie is, willen mensen hun gedachten verzetten met feesten en partijen en de Hollandse muziek sluit daar uitstekend bij aan. Het draagt bij aan het saamhorigheidsgevoel waar mensen in deze tijd meer behoefte aan hebben,” zo stelde 8ball’s Tony van de Berkt al eens in Entertainment Business en dat slaat de spijker op z'n kop.

Sociale media

'De nieuwe generatie artiesten en producers gebruikt het volkse repertoire als startpunt om er iets nieuws mee te doen'

Elders in deze editie van Entertainment Business stelt Tom Peters van NRGY Music dat sociale media ook voor een belangrijk deel hebben bijgedragen aan de renaissance van het Nederlandstalige product. Dat is ontegenzeggelijk waar. De grote en vooral langdurige successen van onder

meer Yves Berendse, Marco Schuitmaker, Wesly Bronkhorst en Robert van Hemert zijn voor een heel groot deel te herleiden naar TikTok-filmpjes en Instagram-reels waarin ze soms wel anderhalf tot twee jaar terugkwamen voor de radio het oppikte. “Yves Berendse komt niet uit de lucht vallen, hij treedt al jaren op voor duizenden mensen. Misschien een niche, maar wel een flinke niche, die via TikTok en Spotify het grote publiek bereikt,” zegt Nils Brokerhof, music director bij 100%NL, over dit fenomeen. “Het laat ons als radiomakers over de schutting kijken om te zien of daar nog wat leuks te halen valt.”

Kwaliteit

De belangrijkste reden voor het succes is echter vooral de kwaliteit van het materiaal. Lange tijd is Nederlandstalig en Hollands repertoire blijven hangen in de steeds muffer wordende erfenis van (hit)repertoire en smartlappen uit de jaren zeventig en vroege jaren tachtig. De nieuwe generatie artiesten

en producers gebruikt het volkse repertoire niet als heilig cultuurgoed dat onaangetast moet blijven, maar als startpunt om er iets nieuws mee te doen en het naar een nieuwe generatie en richting genres overstijgende cross-overs te trekken. Je ziet het heel goed in de lijst met winnaars van de Buma NL Awards zoals die eerder dit jaar al bekend is gemaakt. Op een enkel individu na (Samuel Welten) zijn vrijwel alle winnende liedjes samenwerkingen. Samenwerkingen tussen verschillende generaties (Frans Bauer met Zanger Kafke), samenwerkingen van karakters die je in eerste instantie niet bij elkaar zou verwachten (Tino Martin met Anouk), samenwerkingen die volks en pop fuseren (Flemming en Mart Hoogkamer), dan wel latin/urban met volkse muziek (Afro Bros, John West, Monq en Billy Dans). Daardoor zou je zelfs kunnen stellen dat de renaissance die zich de afgelopen jaren heeft voltrokken voltooid is en de volgende ontwikkeling zich inmiddels lang en breed heeft aangediend. ◾

HET LAATSTE WOORD

Entertainment Business staat vol met interviews met professionals die (meestal) over hun werk praten. In Het Laatste Woord zetten we de spotlights op het persoonlijke leven van die prominenten. In deze editie is dat Mark van Schaick, Genre Manager Classical, Jazz & World bij Buma Cultuur.

Wat is het leukste aan je baan?

“Het directe contact met componisten en muzikanten in ‘mijn’ genres. Horen wat ze drijft en uitvissen waar ik eventueel van dienst kan zijn.”

Ben je een ochtend- of een avondmens?

“Ik ben vier dagen in de week ochtendmens, drie dagen avondmens.”

Wat wilde je vroeger worden?

“Iets met muziek. Toen ik begon met drummen schreef ik ook mijn eerste stukjes over muziek (in de schoolkrant). Met schrijven was ik uiteindelijk fanatieker.”

Welk concert blijft je voor altijd bij?

“Queen in Ahoy, mei 1977. Ik was 14. Mijn eerste grote concert, de tribunekaart met beperkt zicht kostte 17,50 gulden. A Day at the Races was een half jaar uit. Ik zong zo hard

mee dat mensen om mij heen begonnen te lachen (yep, awkward). Ik was met mijn schoolvriend René, zijn vader reed ons van Hilversum naar Rotterdam en weer terug, waarvoor nogmaals dank. We zaten niet bij elkaar, maar vonden elkaar na afloop gewoon weer terug in de drukte. Ik kocht een officieel fotoboekje van de tour en (buiten de zaal) een onofficieel sjaaltje. De band reed in twee limousines vlak langs ons heen de nacht in.”

Welke artiest zou je graag nog live willen zien?

“Cold Chisel.”

Wat is de belangrijkste les die je hebt geleerd in de afgelopen jaren?

“Dat je dankbaar moet zijn als je af en toe een klik hebt met de mensen met wie je werkt, maar dat je vooral op je gemak moet zijn met jezelf.”

Wat is buiten je werk je grootste passie?

“Nieuwe dingen ontdekken die mij werkelijk raken en inspireren. Er is zo veel.”

Welk boek ligt er op je nachtkastje?

“Underland van Robert McFarlane.”

Wat stel je het vaakst uit?

“Geen idee. Eat the frog, every day again.”

Wat weten de meeste professionals niet over jou?

“Dat ik vroeger hilarisch was.”

Naam: Mark van Schaick

Geboortedatum: 12 februari 1963

Functie: Genre Manager Classical, Jazz, World bij Buma Cultuur

MARK VAN SCHAICK

LOLA YOUNG

I’M ONLY F***ING MYSELF 16/9

OLIVIA DEAN

THE ART OF LOVING 26/9

NEW MUSIC FROM THE UK

THE LAST DINNER PARTY

FROM THE PYRE 17/10

FLORENCE + THE MACHINE

EVERYBODY SCREAM 31/10

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.