Power + NL 11 - 2025

Page 1


Informatieblad Techlink voor installatiebedrijven speciale technieken • Driemaandelijks vakblad

Niko Home Control

Het slimme brein van elke hedendaagse woning

Eenvoudige integratie

Niko Home Control werkt samen met meer dan 100 topmerken zoals SMA, Duco, Atlantic en Easee, Alfen, Blitzpower.

Deze brede compatibiliteit maakt het systeem uiterst flexibel – klaar voor elk type woning en elk project.

Slim energiebeheer

Met Niko Home Control wordt je woning energiezuiniger, zonder in te boeten aan comfort:

• Gebruik je eigen zonnestroom optimaal dankzij slimme zelfconsumptie.

• Stem verbruik af op daluren via dynamische energietarieven.

• Vermijd piekverbruik met automatische sturing (peak shaving).

• Laat grote verbruikers samenwerken: warmtepomp, laadpaal, witgoed.

Je hoeft zelf niets te doen – het systeem regelt alles automatisch. Handig, efficiënt en perfect afgestemd op jouw energiefactuur.

Veiligheid en comfort

Niko Home Control zorgt voor rust en controle, ook op vlak van veiligheid:

• Alles-uitknop bij vertrek.

• Aanwezigheidssimulatie bij afwezigheid.

• Meldingen op je smartphone.

• Sferen zoals “Date Night” of “Filmavond” met één druk geactiveerd.

Je woning doet wat jij wil – automatisch of met één eenvoudige klik.

Meer info over Niko Home Control

Duurzaamheid vormt de rode draad binnen de installatiesector

Techlink Linking Techniques

Onze sector staat voor grote en belangrijke uitdagingen. Meer dan ooit is het van belang om elkaar te vinden in een sterk netwerk, om kennis te delen en samen oplossingen uit te bouwen. Onze beurs Install Day (zie pagina 6) bood hiervoor de ideale gelegenheid. Op vrijdag 17 oktober kwam opnieuw ons volledige Ecosysteem rond multifunctionele installaties samen op de beursvloer. Naast installateurs waren ook fabrikanten, distributeurs en bedrijven gespecialiseerd in onderhoud en energiebeheer aanwezig.

Duurzaamheid stond meer dan ooit centraal op de beurs. Wat ooit werd gezien als een opkomende trend, is inmiddels uitgegroeid tot een onvermijdelijke noodzaak. De installatiesector beseft dat er geen tijd meer te verliezen is en schakelt versneld over op duurzame oplossingen. Exposanten worden uitgedaagd om een compleet en toekomstgericht aanbod aan technische innovaties te bieden die bijdragen aan de energietransitie. Tegelijk moeten installateurs hun kennis en vaardigheden voortdurend aanscherpen om deze nieuwe technieken correct en efficiënt te kunnen toepassen.

Maar daarmee rijst ook een andere prangende vraag: hoe zorgen we voor voldoende vakmensen om al deze technologieën in het (installatie)veld te realiseren? Techlink neemt haar rol op om jongeren zo vroeg mogelijk te enthousiasmeren voor de installatiesector via de online campagne Install Tomorrow. Dit jaar organiseerden we ook een fysiek event: Install Tomorrow Experience Day in Walibi waar we zo’n 2000 studenten en hun leerkrachten hebben verwelkomd om op een interactieve en inspirerende manier te laten kennismaken met onze attractieve sector. In 2026 willen we onze ambitie verdubbelen en verwelkomen we 2000 Franstalige studenten op donderdag 23 april en 2000 Nederlandstalige op vrijdag 24 april 2026.

Via ons magazine blijft Techlink haar leden informeren over de nieuwste duurzame technieken en sectorontwikkelingen. Ook volgend jaar blijven we inzetten op het delen van praktische informatie, trends en inzichten die u als professional helpen om niet alleen te blijven meedraaien in een veeleisende markt, maar er ook het verschil in te maken.

Veel leesplezier.

23 & 24 april 2026 Walibi

WORD PARTNER

en geef jong technisch talent een duwtje in de rug!

Verhoogde zichtbaarheid

Versterk uw imago

Presenteer uw innovaties

Networking

INFO & PARTNERSHIPS: installtomorrow.be/nl/experience-day

Zij volgen ons al in het 2026 avontuur... En u?

6 ● Install Day

Install Day 2025 was opnieuw een groot succes. Het rechtstreekse contact tussen alle actoren – installateurs, fabrikanten en groothandels – uit ons Ecosysteem van multifunctionele installaties werd duidelijk gesmaakt. We danken alle exposanten en bezoekers voor deze geslaagde editie en zien u graag terug in 2026 voor een nieuwe editie.

3 ● Edito: Duurzaamheid vormt de rode draad binnen de installatiesector

6 ● Install Day: Achtste editie

12 ● Actualiteit: Techlink Data Portal

14 ● Ledenwerking: Energieconcepten

16 ● Wetgeving: EPC NR verplicht voor alle grote niet-residentiële gebouwen

20 ● Slim Laden

De elektrificatie van voertuigen (EV’s) groeit exponentieel. Eén van de grootste uitdagingen hierbij is het realiseren van een robuuste en efficiënte laadinfrastructuur. In Vlaanderen is deze uitdaging extra relevant. Dit artikel onderzoekt de uitdagingen en kansen van laadinfrastructuur – zowel AC als DC – per type parking in Vlaanderen.

18 ● Wetgeving: E-facturatie via Peppol

20 ● SE-MoRE: De uitdaging van Slim Laden

24 ● Onderwijs: De rol van de RTC’s

26 ● ECOFLEX-project

28 ● Noodverlichting Sinds eind 2024 gelden er nieuwe versies van de normen NBN EN 1838:2024 en NBN EN 50172:2024. Voor veel installateurs lijkt dat op het eerste zicht 'weer wat papierwerk', maar in de praktijk hebben deze wijzigingen directe gevolgen voor hoe je noodverlichting plaatst, instelt en controleert.

Verlichting

28 ● Nieuwe normen voor noodverlichting

32 ● Niet elk LED-oplossing is even duurzaam

36 ● Duurzaamheid van artistieke verlichtingsproducten

40 ● DALI for DUMMIES

42 ● Lid in de kijker: 10 jaar Bureau 9000

44 ● Het Mobiliteitsbudget

45 ● Productnews

Proofreading

Embuild

Kunstlaan 20, 1000 Brussel embuild.be

Verantwoordelijke Uitgever

Dirk De Wolf dirk.dewolf@techlink.be

Techlink vzw

Excelsiorlaan 91, 1930 Zaventem T. +32 2 720 40 80 info@techlink.be • www.techlink.be

Managing Director

Kris Van Dingenen kris.vandingenen@techlink.be

Publiciteit

Inge De Ridder T. +32 53 80 87 47 inge.deridder@techlink.be

Periodiciteit • Oplage 4x per jaar • 3000 Nederlandstalig, 2000 Franstalig

Sofie Lapière sofie.lapiere@techlink.be

Vertaling

André Verkaeren, Metaphrasis bvba

Vormgeving Nikka Cuypers nikka.cuypers@embuild.be

Drukwerk

Graphius

Install Day: Multitechnische expertise én duurzaamheid

De achtste editie van Install Day vond op 17 oktober jongstleden plaats in Brussels Gate. Deze “hoogmis voor de installateur”, een initiatief van Techlink en praktisch mogelijk gemaakt door Embuild, blijft een niet te missen afspraak voor iedereen die iets met installatietechnieken in België te maken heeft. De resultaten spreken voor zich: er waren dit jaar ruim 5000 professionals.

Foto’s van ©Aurore Delsoir

De beurs brengt naar goede gewoonte installateurs, fabrikanten en groothandels samen en biedt een unieke gelegenheid om kennis te maken met de nieuwste producten, technieken, innovaties en software.

Grootste vakbeurs voor de installatiesector in België

Install Day 2025 verwelkomde dit jaar meer dan 5000 professionals en is daarmee nog altijd de grootste beurs voor onze sector in België. De blik is gericht op de duurzame en energiebesparende oplossingen. De meest recente oplossingen op het vlak van elektrotechniek, sanitair, verwarming, ventilatie, verlichting,

airconditioning, batterijen en meeten regeltechniek, maar ook energiemonitoring- en energiemanagementsystemen: ze vielen allemaal te ontdekken bij de 230 exposanten op de 15.000 m 2 grote vakbeurs.

Multitechniek

Op de beursvloer merken we dat de beroepen van elektricien en HVAC door de energietransitie steeds meer naar elkaar toe groeien. Wie kijkt naar de hedendaagse oplossingen bij groothandels en fabrikanten, ziet die evolutie bevestigd: door de overstap naar hernieuwbare energie raken de vakgebieden elektriciteit en HVAC steeds nauwer met elkaar verweven. Een warmtepomp is daar een duidelijk voorbeeld van: zowel de elektricien als

"Het is duidelijk dat duurzaamheid niet langer een trend is, maar een vaste waarde. Mooi om te zien hoe fabrikanten en groothandels daarop inspelen."
ERIC PIERS, CEO VAN TECHLINK

de HVAC-installateur komt ermee in aanraking.

Steeds meer installateurs ontwikkelen zich dan ook tot multitechnici, met kennis van zowel warmtepompen als andere HVAC-oplossingen, die bovendien geïntegreerd moeten worden in energiemanagementsystemen. Tegelijk bewandelen traditionele verwarmingsinstallateurs en koeltechnici de omgekeerde weg: ook zij moeten zich verdiepen in elektriciteit en technische sturingen. Doen ze dat niet, dan dreigen ze aansluiting met de markt te verliezen.

Gebouwinstallaties worden steeds vaker multitechnisch. Denk aan de integratie van zonnepanelen, batterijen en laadpunten voor elektrische voertuigen. Ook systemen voor toegangscontrole, camerabewaking en inbraakbeveiliging groeien steeds meer naar elkaar toe. Die toenemende verwevenheid zorgt ervoor dat de nood aan onderlinge afstemming en interactie tussen installaties alsmaar groter wordt.

‘Wij geloven dan ook sterk in een Ecosysteem waarin fabrikanten, distributeurs, installateurs, onder-

Het Member Affairs Team (Bruno Van der Stappen, Dirk Baetens en Rudo Bonni) was verantwoordelijk voor het aanspreken van potentiële nieuwe leden aan de Techlink stand en het ondersteunen van onze bestaande leden. De Techlink folder over de ledenvoordelen werd geüpdatet.

houdsbedrijven en bedrijven actief in energieprestatiecontracten (EPC) samenwerken’, zegt CEO ERIC PIERS. ‘Samen kunnen zij de eindklant een totaaladvies bieden en zo bijdragen aan de installaties van morgen – installaties die multifunctioneel zijn en maximaal inzetten op hernieuwbare energie.’

Sterkere

installatiebedrijven dankzij kennis, gericht advies en een netwerk dat je vooruithelpt

Dankzij het unieke duo-lidmaatschap met Embuild sta je er nooit alleen voor. Je krijgt directe toegang tot advies, praktische tools, opleidingen en een netwerk dat deuren opent. Of je nu een zelfstandige bent, een KMO runt of een groter bouw- of installatiebedrijf leidt: Wij helpen je slimmer, sterker en met meer vertrouwen ondernemen.

Techlink: installeren doe je niet alleen! Je maakt deel uit van een krachtig Ecosysteem van multifunctionele installaties.

Dit jaar was er een actie met een krantje, waarin getuigenissen

Dirk De Wolf en Sofie Lapière (MarCom) toonden het Techlink krantje dat op Install Day werd uitgedeeld.

van Techlink leden – Vincent Vanderkimpen (VincEnergy), Grégory Valard (VALARD ELEC), Michiel Mentens (Energieconcepten) en Michel Verstraelen (IBS) – staan over de ledenvoordelen.

Innovatie en duurzaamheid

Duurzaamheid vormde opnieuw de groene draad doorheen het beursaanbod. ‘De vraag naar duurzame energie was nooit groter. Juist daarom is het cruciaal dat de installateur mee evolueert met dit verhaal’, zegt CAROLE METZMACKER, Marketing en Communication Manager bij Techlink.

‘Deze professionele beursdag gaf installateurs opnieuw de kans om zich in één dag tijd een duidelijk beeld te vormen van de nieuwste ontwikkelingen binnen de installatiesector’, vult

INGE DE RIDDER , Commercial Account Manager bij Techlink, aan. ‘Daarnaast bood het ook de ideale gelegenheid om bij te praten met collega’s en nieuwe contacten te leggen binnen de sector. Voor de exposanten was het dan weer een uitgelezen moment om zowel bestaande relaties te versterken als potentiële klanten te ontmoeten.’

Duurzaamheid is dé drijvende kracht achter de nieuwste innovaties in de HVAC-sector. Van baanbrekende warmtepomptechnologieën tot slimme ventilatiesystemen – elk product en elke oplossing was ontworpen met het oog op een groenere toekomst. Het was bijzonder inspirerend om te zien hoe de sector actief bijdraagt aan de energietransitie, met een sterke focus op het verlagen van de ecologische voetafdruk en het verhogen van de energie-efficiëntie in gebouwen.

‘De gesprekken die ik als redacteur voerde en de innovaties die ik zag op Install Day onderstreepten één duidelijke boodschap: de nood om te blijven investeren in duurzame, energie-efficiënte oplossingen is urgenter dan ooit. Oplossingen die niet alleen inspelen op de technische uitdagingen van vandaag, maar ook bijdragen aan een leefbare toekomst voor onze planeet en haar bewoners. Voor installateurs was dit hét moment om oplossingen van verschillende fabrikanten naast elkaar te vergelijken en zo de juiste keuzes te maken voor hun klanten’, zegt DIRK DE WOLF.

Hierna lichten we er enkele uit die onze aandacht trokken.

Kenniscentra waren aanwezig

Buildwise & Volta werden met een afgescheiden ruimte geïntegreerd in de Techlink stand.

BUILDWISE

Op de stand van Buildwise kon men vooral hun nieuwste technische demonstraties ontdekken:

Volta was verheugd om opnieuw deel te nemen en hun kennis te delen met de aanwezige elektriciens.

1Hydraulische ontkoppeling voor warmtepompen

Bij renovaties kan de aansluiting van een warmtepomp complex zijn, omdat deze niet werkt met dezelfde temperatuur- en debietregimes als oudere ketels. De demonstratieopstelling toont een doeltreffende oplossing: hydraulische ontkoppeling, die de integratie van warmtepompen in bestaande installaties vergemakkelijkt, terwijl hun prestaties en duurzaamheid behouden blijven. Dit concept, samen met andere mogelijke alternatieven, werd gepresenteerd en toegelicht door de adviseurs van Buildwise om de beste praktijken in renovatie in de verf te zetten.

2

Innovatieve filtratie voor ventilatie

Hoe behoud je een goede filtratie-efficiëntie, zelfs bij een hoge stofbelasting? Is het mogelijk om de vervangingsfrequentie van filters te verminderen, zonder in te boeten op deeltjesretentie en zonder een significante impact op het energieverbruik?

VOLTA

Op de beurs demonstreerde Volta “MaakjeMeterSlim.be”, een praktische website die toont hoe innovatieve producten samenwerken met de hoofdmeter van je elektrische installatie, ook wel EMS genaamd. EMS is de afkorting van “Energie Management Systeem” of “energiebeheersysteem”. Het is een app of een toestel dat u – in de meeste gevallen – aan een digitale meter aansluit. Een EMS denkt slim met u mee. Het kan observeren, analyseren en sturen. Met deze oplossingen kan je het elektriciteitsgebruik rationeler beheren, verbruik slimmer aansturen en de kosten voor jezelf of je klanten verminderen. Tijdens de beursprojectie konden de bezoekers de website zelf uitproberen. De adviseurs van Volta stonden klaar om vragen te beantwoorden en om de meerwaarde voor jouw dagelijkse praktijk toe te lichten. Install Day is de ideale gelegenheid om kennis te maken met toekomstgerichte oplossingen die je helpen het verschil te maken in efficiënt energiebeheer.

Install Tomorrow

Meer dan ooit zullen jongeren de toekomst bepalen en vormgeven. Deze jongere generatie werd in de kijker gezet door onze campagne Install Tomorrow – gericht op jongeren en hun ouders, om de technische be-

roepen meer onder de aandacht te brengen – op de Techlink stand.

In de digitale campagne Install Tomorrow brengen we inspirerende verhalen en anekdotes tot leven via boeiende interviews, grappige quotes en sfeervolle foto’s recht vanop het terrein. Met deze campagne doen we twee belangrijke oproepen. Enerzijds hebben we dringend nood aan jong talent om de enorme renovatiegolf van de komende jaren waar te maken – het tekort aan arbeidskrachten is vandaag al voelbaar. Anderzijds willen we benadrukken dat onze sector letterlijk en figuurlijk de toekomst installeert. Denk aan warmtepompen, zonnepanelen, ventilatiesystemen en laadpalen: de technologie van morgen is er vandaag al.

We nodigen iedereen uit de campagne te volgen op Instagram en Tik Tok via @installtomorrow!

www.installday.be

APART EVENT VOOR SCHOLEN: INSTALL TOMORROW EXPERIENCE DAY

De “grijpmachine” zoals in een lunapark bevatte gepersonaliseerde gadgets: muts, onderbroek, bekers,

Net zoals vorig jaar was er geen apart programma voor scholen. Echter, dit jaar organiseerden we Install Tomorrow Experience Day in Walibi waar we zo’n 2000 studenten en hun leerkrachten hebben verwelkomd om op een interactieve en inspirerende manier te laten kennismaken met onze attractieve sector. In 2026 willen we onze ambitie verdubbelen en maar liefst 4000 studenten verwelkomen: 2000 Franstalige studenten op donderdag 23 april en 2000 Nederlandstalige op vrijdag 24 april 2026.

installtomorrow.be/nl/experience-day/

Het Techlinkteam kijkt nu al uit naar de volgende editie!
multitool, … .

ACTIE VERLENGD TOT 31/12/2025

DUURZAAMHEIDS SPECIAL

DIGITAL LIFESTYLES SOLUTIONS

DATA SOLUTIONS

ENERGY TRANSITION SOLUTIONS

ELECTRICAL INFRASTRUCTURES SOLUTIONS

Techlink Data Portal: de digitale snelweg voor betrouwbare productdata

Stel u voor dat u nooit meer tijd hoeft te verliezen met het zoeken naar de juiste productfiches of technische specificaties. Stel u voor dat groothandels en installateurs altijd toegang hebben tot actuele en betrouwbare data, rechtstreeks bij de fabrikant. Met het nieuwe Techlink Data Portal wordt dit geen verre droom, maar dagelijkse realiteit.

De elektrosector is volop in digitale transitie. Terwijl technologieën als slimme gebouwen, hernieuwbare energie en laadinfrastructuur steeds meer geïntegreerd raken, loopt de sector nog vaak vast op iets banaals: data. Productinformatie is versnipperd, vaak enkel beschikbaar in pdf’s of op websites, en zelden in een formaat dat rechtstreeks bruikbaar is in calculaties, offertes of bestekken. Het resultaat? Dubbel werk, fouten en inefficiëntie.

Het Techlink Data Portal wil die vicieuze cirkel doorbreken. Het is geen klassieke centrale databank, maar een gedistribueerde infrastructuur die werkt volgens de principes van da-

taspaces. Fabrikanten ontsluiten hun data in een eigen Suite, rechtstreeks vanuit hun PIM of ERP-systeem. Van daaruit stroomt de informatie automatisch naar de gebruikers in de keten: studiebureaus, installateurs, groothandels en aannemers. Zo blijft de fabrikant eigenaar van zijn data, maar wordt die wél op een gestandaardiseerde en bruikbare manier beschikbaar gesteld.

“Met onze Suite in het Techlink Data Portal ontsluiten we onze productdata volgens het principe van dataspaces,” vertelt LUCAS VAN ARDENNE , CEO bij Nedelko. “Zo behouden we de controle, terwijl onze data toch op een veilige en toekomstgerichte manier beschikbaar komt voor alle spelers in de keten. Dit verlaagt de werkdruk én opent deuren naar innovatieve toepassingen.”

Voor fabrikanten is dit een dubbele win. Enerzijds krijgen ze via het portaal een veel groter bereik: hun data belandt rechtstreeks in de software die de sector dagelijks gebruikt. Anderzijds bereidt het hen voor op de

toekomst. Europese wetgeving zoals de Ecodesign for Sustainable Products Regulation (ESPR) en de Construction Products Regulation (CPR) verplicht fabrikanten binnenkort om digitale Productpaspoorten te voorzien. Via het Techlink Data Portal kunnen zij daar vandaag al op inspelen.

Voor groothandels en installateurs betekent dit vooral betrouwbaarheid en efficiëntie. Nooit meer tijd verspillen aan het zoeken of dubbel invoeren van productdata. Calculaties worden sneller en correcter, offertes transparanter en bestellingen efficiënter. Ook voor compliance en duurzaamheid is dit een gamechanger: EPB-gegevens, EPD’s en certificaten zijn direct beschikbaar, zonder omwegen.

De elektrotechnische sector staat bovendien steeds meer onder druk om circulair en duurzaam te werken. Dat vergt een goede datastroom, niet alleen van technische en commerciële informatie, maar ook van circulaire en milieudata. Precies daarom maakt het portaal ook de koppeling met TechBiM, het standaardisatie-initiatief van Techlink voor BIM-content. Samen zorgen ze voor een digitale laag die alle soorten data – van geometrische info tot duurzaamheidsdata – toegankelijk en bruikbaar maakt in de dagelijkse praktijk.

'Niko, de Belgische marktleider in schakelmateriaal en smart home-oplossingen, ziet het Techlink Data Portaal als een belangrijke stap om zijn productdata up-to-date, kwaliteitsvol

en consistent te kunnen aanbieden. Door onze data centraal en betrouwbaar beschikbaar te maken, zorgen we ervoor dat onze partners steeds vlot toegang hebben tot de juiste en

complete informatie. Dit sluit naadloos aan bij de digitale evoluties in de bouwsector, waarin wij als marktleider mee richting geven en onze partners ondersteunen met efficiënte en toekomstgerichte oplossingen', zegt DÉSIRÉE DE MAESSCHALCK , Marketing Director bij Niko.

Belangrijk is ook dat dit geen alleenstaand initiatief is. In België kadert het Techlink Data Portal in het project rond datapublicatie dat we lopen samen met Athumi, waarin afspraken en standaarden worden uitgewerkt voor de hele bouwsector. Op Europees niveau sluit het aan bij de bredere da-

tastrategie en het kader voor dataspaces.

Dat het portaal nu al tractie heeft, bewijzen de cijfers. Meer dan dertig fabrikanten hebben zich geëngageerd, en nieuwe aansluitingen volgen snel. De oproep is duidelijk: sluit u aan, als fabrikant of als gebruiker, en bouw mee aan een efficiëntere, slimmere en duurzamere toekomst.

MEER INFO? www.techlinkportal.be/ en data.techlinkportal.be

COMPACT - KRACHTIG - VOORDELIG

De nieuwe NSP serie is de opvolger van Mean Well’s vertrouwde RSP serie en biedt:

Betere isolatie

Compacter formaat

Hogere efficiency

Lagere kosten

-40°C tot +85°C

75, 100, 150, 200 en 320 Watt

Scan hier voor meer informatie of een gratis sample:

Via Techlink bouwen leden actief mee aan een krachtig netwerk van professionals

Ons Member Affairs team wil graag de leden onderling dichterbij elkaar brengen en zo ook de betrokkenheid verhogen. Het eerste aanspreekpunt daarbij is onze Account Manager Dirk Baetens voor Vlaanderen en Brussel. Power+ ging samen met Dirk bij lidbedrijf Energieconcepten –installeert o.a. zonnepanelen, thuisbatterijen, warmtepompen, laadpalen, ventilatiesystemen, … zowel als losse technieken als totaalconcept – langs om door middel van een ledeninterview een beter inzicht te krijgen in de behoeften van onze leden, wat ons helpt om onze diensten te optimaliseren en te verbeteren.

Account Manager
Dirk Baetens ontmoet Michiel Mentens.

Bij Energieconcepten installeren ze o.a. laadoplossingen op maat – zowel bij particulieren als bedrijven.

Energieconcepten is sinds kort vertegenwoordigd in de het bestuur van Techlink Antwerpen. Via Techlink bouwen ze actief mee aan een krachtig netwerk van professionals. ‘We willen mensen blijven informeren en inspireren om voor duurzame energie te kiezen. Innovatie, opleiding en bewustmaking vormen de sleutelwoorden. De missie van Energieconcepten is glashelder: op een slimme manier gebruikmaken van de kracht van de natuur als energiebron. Groene energie is de toekomst’, benadrukt algemeen directeur MICHIEL MENTENS

Energieconcepten werd opgericht in 2005 in Arendonk en telt meer dan 20 medewerkers. Sinds 2017 is het bedrijf onderdeel van Groep Vanhout, wat garant staat voor stabiliteit en betrouwbaarheid. ‘Betrouwbaarheid is voor ons dan ook essentieel’, zegt Michiel Mentens. ‘We willen een partner zijn waarop klanten kunnen bouwen. Met innovatieve oplossingen en jarenlange technische expertise leveren we telkens weer maatwerk van hoge kwaliteit. Die dienstverlening breiden we graag verder uit, ook richting Zuid-Nederland. Zo hopen we nog meer mensen te inspireren om de stap te zetten naar duurzame energie.’

Kan u kort omschrijven wat jullie precies doen?

Onze studiedienst levert oplossingen voor elk (ver)bouwproject, zowel voor particulieren als kmo’s. Dat gaat van warmtepompen, airco’s en zonneboi-

“Maak als lid optimaal gebruik van ons sterk netwerk van professionals.”
DIRK BAETENS

lers tot thuisbatterijen, slimme sturingen en elektrische laadpalen. We realiseren onze projecten van losse technieken tot totaaloplossingen vaak in samenwerking met architecten, aannemers en projectontwikkelaars. De samenwerking met deze professionals willen we in de toekomst verder versterken.

Op welk recent project bent u trots?

Recent hebben we een koppel zestigers ondersteund bij een totaalrenovatie en het energiezuiniger maken van hun woning. Door onze kennis en ervaring konden we hen totaal ontzorgen. Wij regelen immers van A tot Z de installatie van alle technieken. Met alle voordelen voor de klant: hij/zij heeft één aanspreekpunt, alles wordt netjes gecoördineerd, de timings voor de installatie van de technieken worden goed perfect op elkaar afgestemd… Als de klant dan tevreden is met het resultaat en de manier waarop we daar gekomen zijn, dan geeft dat zeer veel voldoening.

Waarom bent u lid geworden van Techlink?

“Via Techlink stimuleren we kennisdeling en zetten we in op innovatie, opleiding en bewustmaking.”
MICHIEL MENTENS

Energieconcepten was al lid van Techlink voordat ik eind 2024 de rol van algemeen directeur op mij nam. Sinds mijn aanstelling heb ik een duidelijk overzicht over alle partners waarmee we samenwerken. Ik wil de banden met organisaties zoals Embuild en Techlink weer versterken en de samenwerking actief nieuw leven inblazen.

Voorheen was ik actief in de zorgsector, waar federaties een belangrijke rol spelen. Netwerken en het opbouwen van waardevolle contacten stonden daar centraal. Dat is iets wat ik ook nu in onze installatiesector als essentieel beschouw.

Wat verwacht u van Techlink? Wat zijn uw noden? Nu de klimaatproblemen steeds duidelijker worden, wil ik samen met

Tom Teunkens, een pionier in groene energie en de drijvende kracht binnen Energieconcepten, en ons enthousiaste team een verschil maken. We willen mensen blijven informeren en inspireren om voor duurzame energie te kiezen. Als actief lid van de technische sector willen we via dit engagement bijdragen aan de verdere groei van hernieuwbare energie in Vlaanderen.

Het is belangrijk dat ook Techlink haar installateurs verder actief ondersteunt in de overstap naar hernieuwbare energie. We kunnen dat doen door in te zetten op kennisdeling, opleiding en sterke netwerkevents.

Tot slot wil ik benadrukken dat de leden zelf ook een actieve rol kunnen spelen in het promoten van initiatieven. Denk maar aan de Install Tomorrow Experience Day, door deze onder de aandacht te brengen bij scholen in onze buurt.

Onze conclusie

Een sterk netwerk dat installateurs verbindt, versterkt en vooruithelpt, biedt veel meerwaarde voor alle partijen van ons Ecosysteem.

Vanaf 1 januari 2026: EPC NR verplicht voor alle grote niet-residentiële gebouwen

De Vlaamse overheid zet in op het verduurzamen van het Vlaamse gebouwenpatrimonium. Voor niet-residentiële gebouwen betekent dat koolstofneutraliteit tegen 2050. Dat betekent dat al het energiegebruik van deze gebouwen gedekt is door hernieuwbare energie of restwarmte. Voor u als installateur betekent dit dat u misschien ook nog een EPC NR moet laten opmaken voor gebouwen in uw eigendom.

Wat is een niet-residentieel gebouw?

Niet-residentiële gebouwen zijn onder andere scholen, ziekenhuizen en sportinfrastructuur, maar ook kantoorgebouwen. Ook het kantoor van uw bedrijf kan dus onder deze regelgeving vallen, afhankelijk van de grootte. Industrie- en landbouwgebouwen zijn uitgesloten van de EPC NR-verplichting. Voor kleine niet-residentiële gebouwen, zoals een bakkerij, tandartsenpraktijk of een kleine showroom, kan de eigenaar kiezen: de opmaak van een EPC voor niet-residentieel gebouw (EPC NR) of een EPC voor een klein niet-residentieel gebouw (EPC kNR).

EPC NR: Wat verandert er?

Sinds 2023 is het EPC NR al verplicht bij verkoop (en andere notariële overdrachten) en verhuur van grote niet-residentiële gebouwen. Ook publieke en overheidsgebouwen vallen al langer onder deze verplichting.

Sinds 1 januari 2025 moeten grote niet-residentiële gebouwen, met de samengetelde vloeroppervlakte van de verschillende verdiepingen groter dan 1000 m² al over een EPC NR beschikken, ongeacht of er een overdracht of verhuur plaatsvindt.

Vanaf 1 januari 2026 breidt deze verplichting uit naar alle grote niet-residentiële gebouwen. Dit betekent dat ook kleinere kantoorgebouwen en commerciële panden binnen de installatiesector onder deze regelgeving vallen.

Wat houdt het EPC NR in?

Het EPC NR wordt opgemaakt door een energiedeskundige type D en is vijf jaar geldig. Het bevat:

● Een energielabel van A (koolstofneutraal) tot G (geen hernieuwbare energie of restwarmte)

● Een energiescore: gebaseerd op een theoretische berekening, dat de energieprestatie van het gebouw zelf, los van de gebruiker

● Aanbevelingen om het gebouw energiezuiniger te maken

Het energielabel op het EPC NR is gebaseerd op het werkelijke energiegebruik. Dit in tegenstelling tot het EPC voor residentiële gebouwen. Daarom moeten meterstanden en gegevens van zowel energiegebruik als hernieuwbare energieproductie geregistreerd worden. Bij gebrek aan meetgegevens krijgt het gebouw het label ‘X’.

De EPC NR-verplichting is niet enkel een administratieve vereiste, maar een hefboom naar een duurzamer gebouwenbestand. Installateurs spelen hierin een sleutelrol.

Klein of groot niet-residentieel?

Kleine niet-residentiële eenheid

Een kleine niet-residentiële eenheid is een gebouweenheid:

● waarvan de hoofdbestemming niet-residentieel is,

● met een bruikbare vloeroppervlakte van maximaal 500 m²,

● Het maakt geen deel uit van een groot niet-residentieel geheel. Het aangesloten geheel van niet-residentiële gebouweenheden heeft:

• een totale bruikbare vloeroppervlakte ≤ 1000 m², én

• geen enkele niet-residentiële eenheid > 500 m² bevat.

Grote niet-residentiële eenheid

Alle niet-residentiële eenheden die niet aan de definitie van een kleine niet-residentiële eenheid voldoen. Ook een eenheid kleiner dan 500 m² kan een 'grote' niet-residentiële eenheid zijn. Denk bijvoorbeeld aan een kleinere winkel in een groot winkelcomplex.

EPC-wegwijzer

Niet duidelijk of en welk EPC u moet laten opmaken? Het VEKA-ontwikkelde de handige EPC-wegwijzer. U beantwoordt een reeks vragen en krijgt meteen het resultaat. Of u een of meerdere EPC’s nodig heeft en welk EPC dan. Zie: https://apps.energiesparen.be/epc-wegwijzer.

Met dank aan: Het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA)

MEER INFO? www.vlaanderen.be/epc-nr

Van regelgeving naar realisatie: Hoe voldoen aan BACS en EPC-NR in Vlaanderen?

Webinar | 10 december

Samen met experten van Agoria en Schneider Electric ontdekt u praktische oplossingen om BACS en EPC-NR slim toe te passen.

Inschrijving via de QR-code

E-invoicing via Peppol vanaf 1 januari 2026

Wanneer u dit leest, glijden we langzaam maar zeker af naar de eindejaarsperiode en onvermijdelijk ook de jaarwisseling. Een belangrijk keerpunt voor heel wat bedrijven, zeker wat facturatie betreft. Vanaf 1 januari 2026 wordt e-invoicing via het Europese Peppol-netwerk namelijk verplicht voor alle btw-plichtige Belgische bedrijven, zowel voor facturen die ze versturen als ontvangen. Dit geldt voor transacties tussen bedrijven (B2B). Dus, alle ondernemingen die goederen of diensten leveren aan andere bedrijven, moeten e-factureren via Peppol. Ook voor de installatiesector betekent dit een belangrijke verandering in de manier van factureren. Geen pdf meer via e-mail, geen papieren facturen per post, maar gestructureerde digitale facturen die rechtstreeks via een beveiligd netwerk worden uitgewisseld.

Vanaf 1 januari 2026 moeten alle btw-plichtige ondernemingen gestructureerde elektronische facturen gebruiken voor hun B2B-transacties. Dit betekent dat facturen rechtstreeks tussen de software van beide ondernemingen worden uitgewisseld. Een pdf-factuur versturen via e-mail of een platform volstaat niet langer.

Concreet:

● Lever je als installateur aan een overheidsinstelling? Dan móét je vanaf 2026 factureren via Peppol.

● Werk je als onderaannemer voor een hoofdaannemer die levert aan de overheid? Dan moet ook jij digitaal factureren.

● Werk je enkel voor particuliere klanten? Voor de uitgaande facturen aan die particuliere klanten geldt deze verplichting dan niet, maar het gebruik van e-invoicing wordt wel sterk aangemoedigd. Maar je moet wel de e-facturen van je leveranciers kunnen ontvangen. Daarom moet je dus ook geregistreerd zijn op het Peppol netwerk.

Wat is Peppol?

In ons digitale tijdperk verandert de manier waarop bedrijven communiceren en transacties uitvoeren razend-

snel. Een belangrijke motor achter deze verandering is Peppol (Pan-European Public Procurement Online), een netwerk dat de veilige en gestandaardiseerde elektronische uitwisseling van documenten mogelijk maakt, met name facturen. Wat ooit begon als een initiatief van de Europese Commissie en 18 regeringen (2008-2012), is inmiddels uitgegroeid tot een internationaal platform dat bedrijven helpt eenvoudig en efficiënt met elkaar te communiceren, zonder ingewikkelde datavertalingen of systeemaanpassingen. Inmiddels maken 38 landen, waaronder België, Duitsland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Singapore en Australië, gebruik van Peppol. Dankzij uniforme standaarden en protocollen groeit Peppol uit tot de wereldwijde norm voor elektronische facturatie en documentuitwisseling.

Zo werkt het:

1Je maakt een factuur aan in je boekhoudsoftware.

2

Je software stuurt de factuur via een gecertificeerde "Peppol Access Point".

3

De ontvanger ontvangt de factuur in zijn systeem, volledig automatisch en zonder manuele tussenkomst.

4

Je hebt dus geen e-mail, pdf of papier meer nodig. Alles verloopt digitaal en gestructureerd.

Voordelen van Peppol

Voor veel installateurs lijkt dit op het eerste gezicht een administratieve last. Maar e-invoicing via Peppol biedt ook duidelijke voordelen:

● Snellere betaling: Elektronische facturen worden sneller verwerkt.

● Minder fouten: Geen manuele invoer meer betekent minder kans op fouten.

● Tijdsbesparing: Geen enveloppen, postzegels of e-mails meer.

● Beter overzicht: Je boekhoudsysteem houdt automatisch bij welke facturen zijn verstuurd en ontvangen.

Wat is een elektronische factuur (e-invoice)?

Een elektronische factuur is géén pdf, Word-document of gescand formulier.

Het gaat om een gestructureerd gegevensbestand (meestal in UBL-formaat), dat automatisch door boekhoudsoftware kan worden gelezen en verwerkt.

Dit maakt het verschil:

● Een pdf moet nog manueel worden ingevoerd.

● Een e-invoice wordt automatisch herkend, geboekt en klaargezet voor betaling.

Welke software heb je nodig?

Om via Peppol te kunnen factureren heb je een boekhoudpakket nodig dat is aangesloten op het Peppol-netwerk. Let hierop bij je keuze:

● Ondersteuning voor e-invoicing/ UBL-formaat.

● Peppol-integratie of koppeling met een Access Point.

● Gebruiksgemak en ondersteuning voor kleine aannemers.

Neem contact op met je boekhouder of softwareleverancier om te checken of je klaar bent voor Peppol. Veel populaire boekhoudsoftware paketten ondersteunen dit al maar Embuild, de federatie van de Belgische bouwsector, werkt nauw samen met Billtobox om bouwbedrijven te ondersteunen bij de overstap naar elektronische facturatie.

Via deze samenwerking krijgen leden toegang tot een gebruiksvriendelijk platform waarmee ze facturen digitaal kunnen aanmaken, versturen, ontvangen en archiveren, volledig conform de Belgische en Europese normen, zoals Peppol. Dit helpt niet alleen om efficiënter te werken en fouten te vermijden, maar ook om tijdig te voldoen aan de wettelijke verplichtingen inzake e-invoicing, zoals bij overheidsopdrachten en de aankomende B2B-verplichting. Om bedrijven daarbij te begeleiden, organiseren Embuild en Billtobox regelmatig praktische webinars en opleidingen. Deze sessies, die meestal kort en interactief zijn, leggen uit hoe het platform werkt, welke regelgeving van kracht is en hoe je als installatiebedrijf de overstap naar digitale facturatie slim en stapsgewijs aanpakt. Dankzij deze gezamenlijke inspanningen wordt de administratieve last verlicht en zetten steeds meer installatiebedrijven een belangrijke stap richting digitale toekomst.

Tegemoetkoming in de kosten

Als tegemoetkoming voor de kosten die bedrijven hiervoor zullen moeten maken werden twee ondersteunende fiscale maatregelen ingevoerd. Vanaf 1 januari 2025 werd de investeringsaftrek voor digitale investeringen verhoogd tot 20%. Daarnaast kunnen kleine kmo's en zelfstandigen die abonnementsformules gebruiken in de belastbare tijdperken 2024-2027 een verhoogde kostenaftrek van 120% toepassen voor factureringspaketten.

Wat als je niet op tijd in orde bent?

Vanaf 2026 wordt de Peppol-verplichting gecontroleerd. Wie niet correct factureert, loopt het risico dat facturen worden geweigerd of betalingen vertraging oplopen. In sommige gevallen kunnen ook sancties volgen, zeker bij overheidsopdrachten. Begin dus op tijd met de overstap en test de nieuwe manier van factureren nog dit najaar. Zo voorkom je verrassingen en kun je eventuele problemen op voorhand oplossen.

Tips voor installateurs

1

Maak gebruik van de diensten, opleidingen en webinars van Embuild. Dankzij het duo-lidmaatschap hebben jullie er toegang toe!

2

Bespreek het met je boekhouder!

3

Controleer je software. Is je huidige pakket klaar voor Peppol?

4

Informeer je klanten. Vooral als je B2B werkt, is het handig om afspraken te maken over het nieuwe facturatieproces.

5

Maak de overstap geleidelijk. Begin met een paar facturen om ervaring op te doen.

De uitdaging van Slim Laden: Een belangrijke schakel voor een Emissievrije

Toekomst in Vlaanderen

De elektrificatie van voertuigen (EV’s) groeit exponentieel. Laadinfrastructuur in combinatie met hernieuwbare energiebronnen vormen een essentiële bouwsteen voor de energietransitie. De ontwikkeling van deze infrastructuur is onmisbaar voor elektrisch rijden. Eén van de grootste uitdagingen hierbij is het realiseren van een robuuste en efficiënte laadinfrastructuur. In Vlaanderen is deze uitdaging extra relevant. De infrastructuur moet niet alleen voldoen aan de huidige behoeften, maar ook voorbereid zijn op toekomstige ontwikkelingen. Dit artikel onderzoekt de uitdagingen en kansen van laadinfrastructuur – zowel AC als DC – per type parking in Vlaanderen.

Verschillende types parkings

Om deze uitdagingen en opportuniteiten van laadinfrastructuur in kaart te brengen is het belangrijk een onderscheid te maken tussen de verschillende types parkings. Als eerste zijn er publieke parkings, die voor iedereen toegankelijk zijn. Denk hierbij aan parkeerplaatsen in stadscentra, langs snelwegen of bij openbare gebouwen. Daarnaast zijn er semipublieke parkings, die toegankelijk zijn voor een specifieke groep, zoals werknemers, klanten of bewoners. Voorbeelden hiervan zijn bedrijfsparkings, parkings van winkels en parkeergarages. Tot slot zijn er private parkings, die uitsluitend bestemd zijn voor de eigenaar of een specifieke gebruiker, zoals een parking bij een woning of een gesloten bedrijfsterrein (meer specifiek depot laden).

Publieke

laadinfrastructuur

Publieke laadpunten, die overal vrij toegankelijk zijn, van langs openbare wegen tot snelladers bij tankstations, zijn onmisbaar voor de transitie naar

elektrisch rijden. Ze bedienen zowel korte als lange afstanden en kunnen daarmee de integratie van EV’s significant versnellen. De efficiëntie van deze infrastructuur wordt verhoogd door initiatieven zoals deelmobiliteit en overnight charging, wat het comfort vergroot voor bijvoorbeeld bewoners zonder eigen oprit of vrachtwagens die lange afstanden afleggen.

Cijfers illustreren de schaal: in Vlaanderen zijn er momenteel ruim 17.650 publieke laadpunten, waarvan ongeveer 12% snellaadpunten (>23 kW). Ongeveer 40% van alle laadpunten staan in stedelijk gebied waar de nood het hoogst is, terwijl landelijke gemeenten achterblijven in aanbod. De gemiddelde benuttingsgraad van DC-snellaadpunten blijft nog onder 15%, wat aangeeft dat locatiekeuze en effectieve vraag niet altijd optimaal op elkaar zijn afgestemd.

De implementatie van deze infrastructuur brengt echter serieuze uitdagingen met zich mee. Allereerst is er de noodzaak van zorgvuldige ruimtelijke planning, aangezien het installeren van laadstations moeilijk kan zijn in dichtbevolkte stadscentra, bij openbare gebouwen en op industrieterreinen. Bovendien is het opstellen van een evenwichtige en eerlijke tariefstructuur ingewikkeld. De enorme vraag naar hoge vermogens bij snelladers stelt hoge eisen aan de netcapaciteit en vereist aanzienlijke investeringen. Verder leidt de diversiteit aan voertuigtypen tot technische beperkingen bij slim laden. Zo kunnen bijvoorbeeld bij bepaalde merken personenvoertuigen de laadsessies slechts een beperkt aantal keren per laadbeurt worden gestart en gestopt, en vereist elk voertuig een minimale laadstroom van 6 ampère per fase voordat laden überhaupt mogelijk is. Andere merken kennen soortgelijke restricties, waarbij laadmanagement alleen werkt binnen set limieten, of voertuigen in slaapstand gaan en handmatig moeten worden gewekt om het laden te hervatten. Deze variaties bemoeilijken de uitrol van flexibele laadoplossingen en slimme netsturing. Ten slotte vraagt de diversiteit aan voertuigtypen (Vrachtwagen, bus, personenwagen en bestelwagen) en standaarden (IEC / ISO / OCPP 1.6 / 2.1) om flexibele oplossingen voor slim laden, terwijl vandalisme, de eis voor constante beschikbaarheid en het beheer van piekmomenten cruciale operationele aandachtspunten vormen voor beheerders van de laadinfrastructuur.

Semipublieke laadpunten

Semipublieke laadpunten, die bijvoorbeeld aangelegd zijn bij bedrijven, supermarkten en gedeelde wooncomplexen met beperkte openingstijden, brengen andere voordelen en uitdagingen met zich mee. Doordat klanten, werknemers of bewoners hun voertuig tijdens bezoek laden, vergroten ze hun aantrekkelijkheid. Dankzij

een vaak beter voorspelbaar gebruikspatroon (dan bij publiek laden) kan slimme laadsoftware worden ingezet voor load management die het vermogen optimaal verdeelt en rekening houdt met het aantal gebruikers, de bezettingsgraad en het (actuele) energietarief. Hoe scherper de prijs, hoe aantrekkelijker het laden. In Vlaanderen waren er eind 2024 41.587 semipublieke laadpunten.

Het dynamische load management bij wisselende bezettingsgraden blijft echter complex. Tijdens piekuren is het beheer van verdeling en wachtrijlogica uitdagend. Transparante tarieflijsten, facturatie en betrouwbare authenticatie via CPO-platformen zijn essentieel om eindgebruikersvertrouwen te behouden. Daarnaast zijn schaalbaarheid en gebruiksgemak met een zo goed mogelijke belangrijke factoren voor uitbreidbare installaties, zeker bij bedrijven met groeiende elektrische vloten.

In appartementsgebouwen of gedeelde kantoorgebouwen vormt de kostverdeling en het beheer van de laadinfrastructuur een structureel struikelblok. Hier zijn duidelijke afspraken over wie de elektriciteitskosten draagt en hoe verbruik wordt gemeten onmisbaar.

Private depotlaadinfrastructuur

Private laadpunten of ook meer specifiek depotlaadpunten (woningen buiten beschouwing), specifiek ontworpen voor de elektrische vloten van bedrijven (bussen, vrachtwagens, bestelwagens) op private terreinen vormen een aparte wereld binnen de laadinfrastructuur. Deze installaties worden ondersteund door geavanceerde Depot Management Systemen (DMS), die het laden centraal aansturen, plannen en optimaliseren. Zo kan de beschikbare netaansluiting zeer efficiënt gebruikt worden, waardoor kostbare onderschatting of opschaling vaak wordt voorkomen.

Ook hier vormt de verscheidenheid aan voertuigtypen en laders een uitdaging bij het aansturen. De uitdagingen verschillen per voertuigtype. Elektrische bussen hebben een voorspelbaar laadschema en kunnen ’s nachts vaak via AC-laden (22–43 kW) efficiënt worden opgeladen. De laadtijd biedt mogelijkheden voor slimme planning. Elektrische vrachtwagens zijn afhankelijk van DC-snel laders (150–400 kW+ aan 500 -1000V DC); hun grote baterijen vragen om een uitgebalanceerd netwerk, zeker als diverse voertuigen gelijktijdig laden. Elektrische bestelwagens worden meestal zowel overdag via DC als ’s nachts via AC geladen; flexibiliteit en beperkte parkeerruimte zijn hier een extra uitdaging.

Brandveiligheid is vooral bij grote vloten en zware voertuigen (bussen, vrachtwagens) een prioritair aandachtspunt. Specifieke voorzieningen zoals brandwerende zones, detectiesystemen en gespecialiseerde verzekeringen zijn vereist om de risico’s tot warmteontwikkeling in cellen te beperken. Bij personenauto’s en bestelwagens liggen deze risico’s doorgaans lager. Verder zorgen soms incompatibiliteiten tussen verschillende laadtypes en merken, zoals oudere voertuigen of laders met andere versies van het OCPP-protocol, voor operationele moeilijkheden. De specifieke DC spanningsverwachtingen van de voertuigen spelen hier ook een rol (bv de 1000 VDC spanningen bij trucks).

Overkoepelende uitdagingen

Naast de technische uitdagingen rondom slim laden en de laadinfrastructuur, zijn er ook cruciale, overkoepelende aandachtspunten die een slimme uitrol hinderen. Dit met onder andere een onduidelijke tariefstructuur, waarbij laadpashouders gecon-

fronteerd kunnen worden met onverwachte of onduidelijke extra kosten. Ook is het operationeel management van de laadpalen een blijvende uitdaging: het waarborgen van de continue werking en het snel oplossen van storingen zijn essentieel. Een ander, vaak over het hoofd gezien punt, is de duidelijke aanduiding van bereikbaarheid voor hogere of langere voertuigen, zoals bestelwagens, auto’s met aanhangers en vrachtwagens, om te zorgen dat ook zij veilig en efficiënt kunnen laden in combinatie met het gebruik van de standaardisatie waar momenteel hoofdzakelijk nog het verouderde OCPP protocol wordt gebruikt. Al deze factoren, van tarieven tot management en veiligheid, moeten structureel aangepakt worden om het potentieel van slim laden volledig te benutten.

Slim laden als hefboom voor Vlaanderen

Onderzoeksprojecten zoals COOCK SE-MoRE (Smart Charging: E-Mobility meets Renewable Energy) tonen aan hoe cruciaal slimme laadoplossingen zijn voor de energietransitie in Vlaanderen. SE-MoRE onderzoekt de mogelijkheden van slim laden in verschillende contexten, zowel bij publieke, semi-publieke als private laadpleinen, diverse voertuigtypes (auto’s, vans, bussen en trucks), diverse types laders (AC, DC ,V2G, ... ) en verschillende energiecontracten. Dit project zorgt, via meerdere generische cases en diverse haalbaarheidsstudies, dat bestaande en toekomstige technologie over slim laden wijd verspreid wordt bij de verschillende doelgroepen: Vlaamse fabrikanten, elektro-installateurs, studieburelen, energieadviseurs, charge point operators, ... . Bovendien speelt slim laden een grote rol in het beperken van de investeringskosten van Fluvius in het distributienet.

MET MEDEWERKING VAN:

Bjorn Delarue, Energie Team Howest, en de partners verbonden aan het COOCK SE-MoRE project.

BRONNEN:

● Resultaten Coock+ SE-MoRE Project

● https://www.egear.be/aantallaadpalen-2025/

● https://e-mobilityconsult.be/laadpunten/

● https://www.autogids.be/autonieuws/ mobiliteit/snelladen-vlaanderen.html

● https://fimih.com/nieuws/wat-zijn-de-driesoorten-laadsystemen-voor-elektrischevoertuigen/

● https://www.certipower.be/nl/over-ons/blog/ de-groei-van-snelladers-belgie

● https://dadaoenergy.com/nl/blog/evcharging-systems/

● https://www.lydiapeeters.be/nieuws/almeer-dan-41000-laadequivalenten-cpedoelstelling-voor-2025-nu-al-behaald/

● https://docs.vlaamsparlement.be/ pfile?id=2033869

● https://autofans.be/nl/nieuws/varia/54495laadpalen-in-kaart-zo-verhoudt-belgiezich-tot-de-buurlanden-2024

● https://omgeving.vlaanderen.be/nl/laadpalen

● https://www.autonieuws.be/nieuws/hetaantal-publieke-laadpalen-in-vlaanderensteeg-in-2024-met-81-naar-59-239

● https://www.kbc.be/particulieren/nl/ thema/mymobility/artikels/zijn-er-genoeglaadpalen-in-vlaanderen.html

● https://www.vlaanderen.be/statistiekvlaanderen/mobiliteit/publieke-en-semipublieke-laadpunten-voor-elektrischewagens

● https://multimedia.tijd.be/mijngeld/ laadpalen/

● https://multimedia.tijd.be/laadpalen2024/

● https://www.vvsg.be/Leden/Omgeving/ Mobiliteit/Conceptnota%20-%20Aanpak%20 uitrol%20laadinfrastructuur%202021-2025. pdf

● https://docs.vlaamsparlement.be/ pfile?id=2101568

● MOW – Stephane Jacobs ‘DE WEG NAAR ‘ZERO EMISSIE VRACHT- EN BUSVERVOER’ IN VLAANDEREN’ pptx

● https://www.tijd.be/ondernemen/logistiek/ elektrificatie-van-vrachtvervoerraakt-maar-moeizaam-voorbij-detestfase/10620343.html

● https://www.knack.be/nieuws/auto/ na-de-ev-komt-de-e-truck-europa-wilvrachtwagens-aan-de-laadpaal/

● https://www.rtl.nl/nieuws/economie/ artikel/5481595/meer-elektrischevrachtwagens-problemen-op-stroomnetnog

● https://www.ampcontrol.io/nl/post/a-casestudy-how-to-charge-100-electric-buses

● https://www.sciencedirect.com/science/ article/pii/S0928765525000168

● https://www.sciencedirect.com/science/ article/pii/S0968090X2500186X

● https://www.sciencedirect.com/science/ article/pii/S136655452300073X

● https://www.sciencedirect.com/science/ article/abs/pii/S0306261925011742

Slimmer laden

De transitie naar elektrische mobiliteit is volop aan de gang en Hager hoopt u te mogen verrassen met zijn nieuw gamma laadpalen. Zowel voor residentiële projecten, als andere laadpaalprojecten, denkt Hager met u mee.

Laadpalen van Hager

• Een grote bedradingsruimte

• Kunnen langs boven, onder en achteraan gevoed worden

• Lichtgewicht montageplaat en een eenvoudige inclipsbare behuizing.

• Eenvoudig te configureren d.m.v. de applicatie Hager Charge

• Versie met vaste kabel of stopcontact

• Mogelijkheid tot verlengde garantie

• Wedstrijd tot eind 2025

De rol van de Regionale Technologische Centra (RTC’s) in het onderwijs

De technologische evolutie in sectoren als elektro en HVAC verloopt razendsnel. Nieuwe technieken, digitalisering en energie-efficiëntie stellen steeds hogere eisen aan vakmensen en opleidingscentra. In die context spelen de Regionale Technologische Centra (RTC’s) een sleutelrol. Ze vormen de brug tussen onderwijs en bedrijfsleven, en zorgen ervoor dat technologische kennis actueel blijft en leerlingen en leerkrachten toegang krijgen tot moderne infrastructuur en expertise.

maar met een gemeenschappelijke doelstelling: het stimuleren van samenwerking tussen scholen en bedrijven. Ze opereren als neutrale partners die onderwijs en bedrijfsleven samenbrengen rond één centrale vraag: Hoe bereiden we jongeren optimaal voor op de technologische beroepen van morgen?

Hoe werken de RTC’s?

De RTC’s werken projectmatig en vraaggestuurd. Ze analyseren noden in hun regio, zoeken partnerschappen met bedrijven en kenniscentra, en vertalen die samenwerking naar concrete initiatieven:

● technologische opleidingen en bijscholingen,

● toegang tot moderne apparatuur en labo’s,

● organisatie van workshops en demodagen,

● ondersteuning van stages, leerkansen en loopbaanoriëntatie.

bedrijven om die evoluties te volgen via vier pijlers:

1

TOEGANG TOT TECHNOLOGIE EN INFRASTRUCTUUR

Veel scholen beschikken niet over de nieuwste installaties voor bijvoorbeeld domotica, laadpalen, zonne-energie of warmtepompen. RTC’s werken met bedrijven samen om zulke installaties beschikbaar te stellen of te delen.

Een concreet voorbeeld: RTC OostVlaanderen werkte met bedrijven samen om scholen te laten oefenen met de nieuwste meetinstrumenten voor PV-installaties en HVAC-regelingen. Zo krijgen leerlingen toegang tot technologie die anders financieel onhaalbaar zou zijn.

2

OPLEIDINGEN EN BIJSCHOLING

VAN LEERKRACHTEN

Wat zijn RTC’s en waarom bestaan ze?

De RTC’s zijn in het leven geroepen door de Vlaamse overheid om het secundair technisch en beroepsonderwijs beter te ondersteunen met technologie en knowhow uit het werkveld. Hun missie is helder: jongeren, leerkrachten en scholen versterken door hen toegang te geven tot hedendaagse technologie en praktijkgerichte innovatie.

Elke Vlaamse provincie telt een RTC, ieder met een eigen regionale focus,

De financiering komt deels van de Vlaamse overheid en deels uit samenwerkingen met bedrijven, sectorfondsen en lokale partners. Hun werking is complementair aan bestaande initiatieven zoals Syntra, VDAB, technologische federaties (Agoria, Techlink, Volta), en sectorale opleidingsfondsen.

RTC’s en de elektro- en HVAC-sector

Binnen de elektro- en HVAC-sector zijn de RTC’s bijzonder actief, omdat deze sectoren sterk evolueren onder invloed van digitalisering, domotica, duurzame energie en innovatieve technieken. RTC’s helpen scholen en

Technologie evolueert sneller dan leerplannen. Daarom organiseren RTC’s regelmatig bijscholingen voor leerkrachten in samenwerking met sectororganisaties of fabrikanten.

Bijvoorbeeld:

● RTC Limburg organiseert samen met Techlink en Volta opleidingen rond slimme elektriciteitsnetten en laadpaalinfrastructuur.

● RTC West-Vlaanderen werkt met HVAC-fabrikanten om hands-on trainingen te bieden over warmtepomptechnologie en ventilatiesystemen volgens de laatste normen.

Deze opleidingen zorgen ervoor dat leerkrachten mee zijn met de nieuwste technieken en die kennis recht-

streeks kunnen overbrengen aan hun leerlingen.

3

BRUG TUSSEN ONDERWIJS EN BEDRIJFSLEVEN

RTC’s helpen scholen en bedrijven elkaar vinden. Via stageprojecten, gastlessen, bedrijfsbezoeken en demodagen worden leerlingen en leerkrachten geconfronteerd met reële werkomgevingen. In de elektro- en HVAC-sector zijn zulke ervaringen onmisbaar: ze laten jongeren zien hoe theorie zich vertaalt naar de praktijk, en tonen bedrijven het potentieel van toekomstige vakmensen.

Een mooi voorbeeld is het project “Techniek in de praktijk” van RTC Antwerpen, waarin bedrijven hun infrastructuur openstellen voor leerlingen die meewerken aan reële installaties, een win-winsituatie voor beide partijen.

4

DUURZAAMHEID EN INNOVATIE STIMULEREN

RTC’s zetten sterk in op duurzame technologie en de energietransitie. In samenwerking met bedrijven en kennisinstellingen ondersteunen ze projecten rond hernieuwbare energie, circulaire technieken en slimme sturing.

Zo werkte RTC Vlaams-Brabant samen met lokale ondernemingen aan een proefopstelling waar leerlingen HVAC-systemen met IoT-sensoren konden monitoren en optimaliseren. Zulke initiatieven tonen jongeren hoe techniek en duurzaamheid hand in hand gaan.

Voorbeelden van RTCprojecten in de praktijk

Om de impact tastbaar te maken, enkele voorbeelden van RTC-initiatieven in Vlaanderen:

● RTC Oost-Vlaanderen: opleidingen “Slimme elektriciteitskasten” en

“HVAC-regeling in de praktijk” in samenwerking met leveranciers en sectorfondsen.

● RTC Antwerpen: “Techno Trailer”, een mobiele leeromgeving waarmee scholen toegang krijgen tot meeten regeltechniekapparatuur zonder grote investeringen.

● RTC West-Vlaanderen: samenwerking met Embuild en Techlink in de scholenwedstrijd verwarming en sanitair “Install Skills”.

● RTC Limburg: project “EnergieCampus” in Genk, waar scholen en bedrijven samen werken aan energiebeheer en smart grid-toepassingen.

Deze projecten illustreren hoe RTC’s fungeren als versnellers van innovatie binnen het technisch onderwijs.

Hoe bedrijven kunnen bijdragen

De RTC’s kunnen hun werking alleen versterken als het bedrijfsleven actief meewerkt. De samenwerking kan verschillende vormen aannemen:

1. MATERIËLE ONDERSTEUNING: bedrijven kunnen installaties, gereedschap of demomateriaal ter beschikking stellen. Zo blijft het onderwijs actueel en krijgen leerlingen toegang tot moderne technologie.

2. EXPERTISE DELEN: technici kunnen als gastspreker of opleider optreden. Dat versterkt niet alleen het onderwijs, maar ook het imago van het bedrijf als innovatieve werkgever.

3. STAGES EN PROJECTEN AANBIEDEN: RTC’s kunnen bemiddelen bij stages, bedrijfsbezoeken of gezamenlijke innovatieprojecten. Zo leren leerlingen de praktijk kennen en bouwen bedrijven aan toekomstige instroom.

4. MEEHELPEN BIJ CURRICULUMONTWIKKELING: via overlegplatformen

met RTC’s kunnen bedrijven mee aangeven welke competenties cruciaal zijn in hun sector.

Samenwerking met RTC’s biedt bedrijven bovendien directe voordelen: ze blijven zichtbaar bij scholen, versterken hun netwerk, en helpen de instroom van goed opgeleide technici veiligstellen, een belangrijke uitdaging in de elektro- en HVAC-markt.

De meerwaarde voor de sector

De toegevoegde waarde van RTC’s gaat verder dan louter logistieke of organisatorische ondersteuning. Ze zorgen voor:

● Kennisverspreiding en professionalisering in het onderwijs,

● Snellere adaptatie aan technologische innovaties,

● Meer aansluiting tussen opleidingen en bedrijfsnoden,

● En uiteindelijk: een sterkere instroom van goed opgeleide technici.

In een tijd waarin de elektro- en HVAC-sector kampt met een tekort aan geschoolde vakmensen, is die rol cruciaal. RTC’s vormen zo een hefboom voor toekomstgerichte tewerkstelling en duurzame groei.

Slot

De Regionale Technologische Centra zijn de stille motor achter een moderner technisch onderwijs in Vlaanderen. Hun kracht ligt in samenwerking, tussen scholen, bedrijven en sectororganisaties.

Voor de elektro- en HVAC-sector, waar innovatie en energie-efficiëntie centraal staan, zijn RTC’s onmisbaar om jongeren én leerkrachten klaar te stomen voor de uitdagingen van morgen.

Door actief samen te werken met RTC’s investeren bedrijven niet enkel in onderwijs, maar ook in hun eigen toekomst, want de technici van morgen leren vandaag in de klas én op de werkvloer dankzij deze bruggenbouwers.

ECOFLEX-project

Op 11 september vond het slotevenement van het ECOFLEX-project plaats in de BeClimate Hub in Brussel. Er werd teruggeblikt op drie jaar onderzoek, testen en samenwerking rond de rol van decentrale energie-assets in een slim en veerkrachtig energiesysteem. Met de steun van de FOD Economie onderzocht het project een centrale vraag in de energietransitie: hoe kunnen decentrale activa –elektrische voertuigen (EV’s), warmtepompen, batterijen, energiegemeenschappen – bijdragen aan een duurzamer, slimmer en veerkrachtiger netwerk?

Op het event kwamen we TIM GOOSSENS (Volta) tegen die zijn belangrijkste take-aways met ons wou delen: ‘Residentiële flexibiliteit, rendabel energiedelen en EV’s laden op onbalans, dat waren voor mij de drie opstekers van dit project. De resultaten waren niet onverwacht, wel dat ze bevestigd werden door enkele pragmatische en praktijkgerichte projecten in samenwerking met de netbeheerders over de taalgrenzen heen’, aldus Tim.

Dit project bevatte voor Techlink ook nuttige en bruikbare inzichten om onze installateurs en adviezen de juiste richting op te sturen.

Samenvatting

Enkele belangrijke inzichten die uit de presentaties en discussies naar voor kwamen:

● Hoewel het een andere perceptie draagt, blijkt energiedelen toch een heel positief effect op het net

te kunnen hebben, zolang we het maar met voldoende energie doen.

● De technologie evolueert snel, standaardisatie en interoperabiliteit van data zijn onmisbaar om het gebruik van verschillende systemen voor slim assetbeheer te vergemakkelijken, toch zijn er nu al interessante toepassingen beschikbaar en blijkt flexibel assetbeheer sowieso een nuttige stap voor de toekomst.

● De toenemende juridische en regelgevende complexiteit laat nog veel ruimte voor aanpassing en innovatie.

● De economische modellen moeten verder worden versterkt om de rendabiliteit voor alle actoren te garanderen en individuele energiediensten beter combineerbaar te maken, zoals bv. dynamische tarieven, onbalansvergoedingen en het capaciteitstarief

● Ondanks het onvoorspelbare gedrag van gebruikers (bv. bestuurders van elektrische voertuigen), zijn er steeds meer creatieve oplossingen beschikbaar om hun betrokkenheid en responsiviteit op marktsignalen te vergroten.

MEER INFO?

http://ecoflex-project.be/

Een boeiende discussie over technologie, regelgeving, economie én gebruikersgedrag die moeten samenkomen om flexibiliteit echt schaalbaar te maken.

PV CYCLE Belgium vzw is het beheersorganisme voor fotovoltaïsche zonnepanelen.

Wij nemen jouw producentenverantwoordelijkheid op ons, volgens de geldende wetgeving.

Inzameling en verwerking aan het einde van de levensduur?

Daar zorgen wij voor! Neem contact met ons op voor gemoedsrust en naleving van de regelgeving.

www.pvcycle.be

Nieuwe normen voor noodverlichting: wat installateurs écht

moeten weten

Sinds eind 2024 gelden er nieuwe versies van de normen NBN EN 1838:2024 en NBN EN 50172:2024. Voor veel installateurs lijkt dat op het eerste zicht 'weer wat papierwerk', maar in de praktijk hebben deze wijzigingen directe gevolgen voor hoe je noodverlichting plaatst, instelt en controleert.

”Specifieke zone verlichting” is een nieuwe toevoeging aan NBN EN 1838 sinds 2024. Dit is noodverlichting voor mensen die tijdens een spanningsonderbreking niet evacueren, maar in het pand blijven. In sommige gevallen is het onpraktisch en misschien zelfs gevaarlijk om te evacueren.

Een voorbeeld is een bejaardenhuis, waar men niet bewoners voor een onbekende tijd naar buiten wil brengen. Een ander voorbeeld kan een winkel

Figuur 1: Minstens 1 lux op de vloer van de vluchtweg (volledige breedte, behalve randzones).

zijn, waar het personeel de klanten meteen zal evacueren, maar zelf aanwezig zal blijven na evacuatie, om te kunnen heropenen wanneer de spanning terugkeert.

De vereiste lichtniveaus moeten bepaald worden door een risicoanalyse, maar moeten op zijn minst dezelfde zijn als vluchtwegverlichting: 1 lux. De minimum autonomie van de lokale verlichting mag niet minder zijn

Tabel 1: Overzicht noodverlichting

Nood-evacuatieverlichting

Vluchtroute verlichting Anti-paniek verlichting

NOODVERLICHTING

Verlichting werkplekken verhoogd risico

NIEUW

dan de autonomie van de bijhorende vluchtwegverlichting. In dit artikel bundelen we de belangrijkste praktische aandachtspunten – zodat u meteen weet waar u bij installatie en controle op moet letten.

Vluchtwegverlichting: meer dan 1 lux

Op de vluchtwegen naar de nooduitgang is 1 lux nodig. Dat gold voorheen alleen voor de centrale as van de

Specifieke zone-verlichting

Vervangingsverlichting

vluchtweg en is nu uitgebreid naar de volledige breedte, met uitzondering van een randzone van 0,5 m (of ¼ van de vluchtweg bij een vluchtweg smaller dan 2 m).

In een gebied kleiner dan 8m², als één armatuur het vereiste lichtniveau geeft, mag een intern verlicht signalisatiearmatuur gebruikt worden als tweede toestel. In zo’n klein gebied is het dus niet juist om enkel een vluchtweg armatuur en een extern verlicht pictogram te gebruiken.

Antipaniekverlichting

EN 1838 vraagt het volgende voor antipaniekverlichting: Om te bepalen of op andere plekken antipaniekverlichting noodzakelijk is, wordt een risicoanalyse aanbevolen;

● ruimtes > 60m²; ● complexe ruimtes: met veel aanwe-

zigen of risico voor struikelen;

● toiletruimtes en kleedkamers: zie volgende paragraaf

Vereisten:

● In nood minstens 0,5 lux. Een randzone van 0,5 m mag uitgesloten worden.

● Minimale autonomie: 1h

● de verlichtingssterkte voor antipaniekverlichting moet voldoende uniform zijn: de verhouding tussen de maximale en minimale verlichtingssterkte moet voldoen aan Emax/Emin ≤ 40/1

ANTIPANIEKVERLICHTING: OOK IN TOILETTEN EN KLEEDKAMERS

De nieuwe versie van NBN EN 1838:2024 besteedt bijzondere aandacht aan sanitaire ruimtes, inclusief toiletten en andersvalidentoiletten. Figuur 3 toont hoe de verschillende zones volgens de norm moeten worden uitgerust:

● Toiletvoorzieningen (blauw): ruimtes groter dan 8 m² moeten voorzien zijn van antipaniekverlichting. Minimaal 0,5 lux op de vloer, behalve in de randzone van 0,5 m.

● Rolstoeltoilet of doucheruimte (grijs): hier is minstens 1 lux vereist op de vloer. Voor noodsignalisatie en alarmknoppen geldt de extra eis van 5 lux verticaal, zodat deze altijd goed zichtbaar en bereikbaar blijven.

● Toiletportaal (geel): dit behoort tot de vluchtweg en moet daarom voldoen aan de vereisten van vluchtwegverlichting: minstens 1 lux op de vloer, geleverd door minimaal twee armaturen.

● Gang (oranje): ook deel van de vluchtweg en dus dezelfde eisen: 1 lux, met minstens twee armaturen.

Belangrijk: de tekeningen maken duidelijk dat elk type ruimte zijn eigen verlichtingsniveau heeft. Dit zorgt ervoor dat gebruikers, ook in noodsituaties, veilig de weg vinden en dat

Figuur 2: Het gebruik van armaturen en verlichte pictogrammen
Figuur 3: Toepassing van noodverlichting in verschillende ruimtes

Tabel 2: Controleverplichtingen noodverlichting

Initiëel

Rondgang

Autonomietest

Lichtmetingen

Dagelijks

Check centrale batterij indicatieleds

kritieke punten (zoals alarmknoppen) altijd goed verlicht zijn.

Overzicht test- en controleverplichtingen

De verantwoordelijke persoon (zie tabel 2) zorgt ervoor dat onderstaande verificaties op regelmatige basis uitgevoerd worden, zoals beschreven in NBN EN 50172.

Wie is dan verantwoordelijk voor de correcte werking van de noodverlichtingsinstallatie?

● Volgens de Codex Welzijn op het Werk is de werkgever verantwoordelijk om veiligheidsverlichting en signalisatie te voorzien.

● Volgens het KB Basisnormen Brand is de bouwheer, eigenaar of uitbater van een gebouw verantwoordelijk.

In de praktijk is het logisch dat de partij die verantwoordelijk is voor de goede werking van de verlichting van een gebouw, ook verantwoordelijk is voor de noodverlichting.

Meten in de praktijk

Waar moeten we nu mee rekening houden als we de metingen gaan doen in de praktijk?

CONTROLE IN DE DUISTERNIS

● Metingen gebeuren bij voorkeur ’s avonds of ’s ochtends, zonder daglicht.

● Strooilicht vermijden (gordijnen sluiten, storende lichtbronnen afschermen).

● Indien strooilicht niet te vermijden is: apart meten met de noodverlichting uit, en het resultaat aftrekken van de gemeten waarde.

● Als het minder is dan 5% van het

Maandelijks

Functietest

Jaarlijks

Rondgang

Autonomietest

vereiste niveau (0,05 lux) mag het genegeerd worden.

MEETTOESTELLEN

● Luxmeter: Class 2 (CIE TR 231:2019) of Class B (DIN 5032-7:2017), resolutie 0,01 lux, jaarlijks gekalibreerd.

● Loskoppelbare meetcel verplicht → vermijdt schaduw van de operator.

● Luminantiemeter enkel bij betwisting, resolutie 0,1 cd/m².

HOE METEN?

● Normale verlichting uitschakelen.

● Indicatieve meting: snelle check met luxmeter.

● Controlemeting: luxmeter op vloer of oppervlak plaatsen, operator neemt afstand.

● Minstens 10% van de armaturen meten, met een minimum van 2 per compartiment en 2 per bouwlaag.

● Resultaten van controlemetingen moeten in het verslag, indicatieve metingen niet.

VERTICALE METINGEN (5 LUX)

● Luxmeter verticaal tegen object: brandhaspel, handmelder, evacuatieplan of pictogram.

● Waarde geldt zodra ergens op het oppervlak 5 lux wordt gehaald.

OVERZICHT: WAT IS ER ÉCHT NIEUW

IN DE NORMEN?

● Lokale noodverlichting (local area lighting) toegevoegd: voor zones waar mensen niet evacueren bij stroomuitval, bv. woonzorgcentra.

● 1 lux nu over de volledige breedte van de vluchtweg, niet langer enkel de centrale as.

● Extern verlichte pictogrammen: verplicht minimaal 5 lux verticaal.

● Nieuwe eisen voor specifieke ruimtes: generatorruimtes, toiletruim-

5-Jaarlijks

Rondgang

Autonomietest

Lichtmetingen

tes, doucheruimtes, zwembaden.

● Verplichte 5-jaarlijkse luxmetingen als onderdeel van beheer.

● Door toevoeging van NBN EN 50172 zijn de onderhouds- en beheerseisen strenger geworden.

VANAF WANNEER GELDEN

DE NIEUWE NORMEN?

● NBN EN 1838:2024: van kracht sinds 17 oktober 2024, oude versie ingetrokken.

● NBN EN 50172:2024: overgangsperiode van 3 jaar, oude versie vervalt op 27 mei 2027. Het is aanbevolen nu al de nieuwe versie toe te passen.

Conclusie

De herziening van de noodverlichtingsnormen maakt de praktijk duidelijker én strenger. Voor installateurs betekent dit meer aandacht voor specifieke ruimtes, correcte luxmetingen, en een strikt onderhoudsschema. Wie de nieuwe regels volgt, voorkomt discussie bij keuringen en verzekert dat mensen veilig hun weg vinden in een noodsituatie.

AUTEUR: Wouter Wissink, Technologisch adviseur bij VOLTA

MET DANK AAN Adriaan Van Nuffel (ETAP Lighting International) voor zijn waardevolle toelichting en bijdragen bij het opstellen van dit overzicht. Ook dank aan Fireforum vzw voor de beschikbaar gestelde documentatie in de Regel van Goed Vakmanschap Noodverlichting 2025. Tot slot ook een welgemeend dankwoord aan IBE-BIV voor hun ondersteuning.

Deze op Zigbee 3.0 gebaseerde oplossing is ontwikkeld voor installateurs en lichtprofessionals. Dit maakt het mogelijk om tot 40 armaturen per zone te beheren, zonder dat een gateway, cloud-verbinding of IT-ondersteuning nodig is. Het volstaat om via Bluetooth verbinding te maken, je voorkeuren in te stellen en klaar. Scan de QR-code en bekijk de video.

Niet elke LED-oplossing is even duurzaam

Wereldwijde bezorgdheden over CO2-uitstoot en het gebruik van schadelijke grondstoffen hebben als katalysator gewerkt voor de ontwikkeling van LED als dé standaard in algemene verlichting. Daarnaast zorgen Europese richtlijnen rond de uitfasering van verouderde technologieën voor een bijkomende versnelling in deze evolutie. Duurzame LED-oplossingen benaderen duurzaamheid in de volle breedte — met positieve effecten op het energieverbruik, de ecologische voetafdruk én de lokale economie.

Eerste decennia

In de eerste decennia van mijn carrière in de verlichtingssector lag de nadruk op oplossingen met echte meerwaarde: hoogwaardige lichtkwaliteit, visueel comfort, beperking van verblinding, en doordacht ontwerp. De markt werd toen nog gedomineerd door grote Europese en Amerikaanse fabrikanten, waarbij de combinatie van lamp en armatuur vanzelfsprekend was en vaak als één geheel werd beschouwd.

De groothandel speelde een cruciale

rol als "middleman" binnen de keten — niet enkel als logistieke schakel, maar ook als betrouwbare partner voor kennisoverdracht en toegankelijkheid van producten. Voor zowel installateurs als fabrikanten was dit een essentieel onderdeel van het ecosysteem.

Huidige context

De afgelopen jaren wordt de markt gedomineerd door LED als verlichting. De vraag naar verlichtingsoplos-

singen wordt vandaag voornamelijk gestuurd door drie factoren: 1. lager energieverbruik, 2. langere levensduur, en 3. een steeds scherpere prijs.

Onder deze druk is er wereldwijd – en in het bijzonder in Azië – een explosieve groei van verlichtingsproducenten ontstaan. Deze evolutie creeert een typische “red ocean”-markt: zwaar competitief, prijsgericht en met weinig ruimte voor differentiatie.

In zulke omstandigheden verschuift de focus van alle betrokkenen in de verlichtingsmarkt vaak weg van lichtkwaliteit, visueel comfort, beperking van lichtvervuiling en productdesign. In plaats daarvan worden volume en prijs de bepalende factoren. Daardoor lijken veel armaturen sterk op elkaar, en wordt het voor de eindgebruiker steeds moeilijker om een geinformeerde keuze te maken – tenzij er voldoende kennis en vertrouwen aanwezig is.

Ook de rol van de groothandel verandert: die evolueert steeds meer naar een logistieke partner die mikt op efficiëntie, doorlooptijd en de onder druk staande marges.

De impact op de Europese verlichtingsfabrikanten is groot. Onder druk van de markt verplaatsen velen hun productie naar Azië, of gaan ze partnerships aan met Aziatische spelers om concurrentieel te blijven.

Laat er geen misverstand over bestaan: er zijn zeker Aziatische fabrikanten met diepgaande expertise, een sterke productiecapaciteit en eerlijke, kwalitatieve producten die terecht hun plaats op onze markt verdienen. Tegelijkertijd mogen we de bredere geopolitieke context niet negeren. In een wereld waar economische spanningen en handelsmaatregelen tussen grootmachten toenemen, is het essentieel dat we als Europa werk maken van het versterken van onze eigen maakindustrie.

De verlichtingssector vormt daarin geen uitzondering. Het is hoog tijd om opnieuw werk te maken van een gezonde balans tussen Europese en Aziatische productie, met oog voor duurzaamheid, innovatie en strategische onafhankelijkheid.

Duurzaamheid

Duurzaamheid is vandaag een fundamentele drijfveer in de verlichtingssector. De focus ligt al lang niet meer alleen op energie-efficiëntie, maar steeds meer op het verlagen van de volledige ecologische voetafdruk. Op dat vlak hebben Europese fabrikanten een duidelijke troef in handen tegenover veel Aziatische spelers. Denk aan:

● het gebruik van lokale, niet-fossiele energiebronnen,

● kortere transportketens,

● duurzame en recycleerbare verpakkingen,

● terugname en herstel van gebruikte producten,

● hergebruik van restmaterialen, en

● strikt gecontroleerde productieprocessen binnen Europa.

Deze evolutie biedt een unieke kans voor de groothandel om opnieuw een centrale rol op te nemen. Waar de focus de voorbije jaren sterk verschoof naar energietransitie en nieuwe technieken, raakte het lichtadvies en productkennis in veel verlichtingsafdelingen wat op de achtergrond.

Toch blijft de groothandel hét aanspreekpunt voor installateurs die op zoek zijn naar oplossingen en expertise. Door actief samen te werken met Europese verlichtingsproducenten, kunnen groothandels opnieuw het verschil maken — met duurzame, kwaliteitsvolle en herstelbare LED-oplossingen die niet alleen economisch maar ook ecologisch verantwoord zijn.

Het resultaat? Een echte win-winwin: voor de installateur, de klant én het klimaat.

Win-win-win

De eerste ‘win’ ligt bij de groothandel, die zich sterk kan positioneren binnen de opkomende trends van circulariteit en duurzaamheid. Dankzij hun logistieke expertise zijn groothandels uitstekend geplaatst om een actieve rol te spelen in de circulaire stroom van terugkerende armaturen en onderdelen, in nauwe samenwerking met fabrikanten.

Ook het stockeren en flexibel leveren van vervangingsonderdelen voor renovatieprojecten, evenals het aanbieden van een totaaloplossing van kabel via stopcontact naar verlichting, sluit perfect aan bij deze evolutie.

Een cruciale factor in dit verhaal is investeren in kennis en opleiding van medewerkers. Door samen te werken met Europese fabrikanten — die dankzij hun nabijheid snel kunnen schakelen — kan de groothandel zijn rol als expert en adviseur

opnieuw versterken. Technische kennis wordt een doorslaggevende meerwaarde waarmee groothandels zich kunnen onderscheiden in een steeds competitievere markt.

Daarnaast brengt het kiezen voor Europese productie concrete voordelen met zich mee:

● minder afhankelijkheid van invoerheffingen, ● stabielere wisselkoersen, ● en lagere transportkosten.

Kortom, er is veel te winnen: minder CO2-uitstoot, meer duurzaamheid, en een versterkte marktpositie voor groothandels die bereid zijn te innoveren en vooruit te denken.

De tweede 'win' ligt bij de installateur. Die wordt vandaag meer dan ooit geconfronteerd met kritische en goed geïnformeerde klanten – zowel in de particuliere als in de professionele markt.

Voor zakelijke klanten spelen bovendien steeds strengere wet- en regelgeving rond duurzaamheid en welzijn een toenemende rol. Daardoor volstaat het niet langer om enkel op energieverbruik te focussen. De vraag verschuift naar toekomstgerichte verlichtingsoplossingen die ook circulair en onderhoudsvriendelijk zijn. Denk aan armaturen die eenvoudig te saneren zijn, waarvan onderdelen hergebruikt kunnen worden, of die tegen lage kosten vervangen kunnen worden – zonder dat het hele toestel buiten gebruik raakt.

Europese fabrikanten, met productie dichtbij huis, zijn perfect gepositioneerd om hier snel en flexibel op in te spelen. Zij kunnen vervangonderdelen efficiënt aanleveren via de groothandel, wat de installateur toelaat om zijn klanten sneller én duurzamer te bedienen.

Door actief te kiezen voor producten met een sterk ‘Made in EU’-label, kiest de installateur niet alleen voor kwaliteit, maar ook voor betrouwbare ondersteuning na verkoop, korte levertermijnen en de garantie van een producent die meedenkt op lange termijn.

De derde ‘win’ situeert zich bij de Europese fabrikanten. Dankzij hun nabijheid tot de markt en hun klanten zijn zij uitstekend geplaatst om snel en flexibel in te spelen op evoluties. De samenwerking met de groothandel wordt door hen niet alleen gewaardeerd, maar ook gezien als een strategisch partnerschap.

Door met de groothandel actief samen te werken, versterken fabrikanten hun positie in de keten: groothandels worden immers gebruikers, adviseurs én ambassadeurs van hun producten. Gezamenlijke investeringen in kennisontwikkeling, dienstverlening, marketing en voorraadbeheer zorgen voor duurzame relaties, waarbij de meerwaarde van het product verder reikt dan de prijs alleen.

Bovendien stimuleren de Europese regelgeving en duurzaamheidsdoelstellingen fabrikanten om hun pro-

ductieprocessen te verduurzamen: ● decarbonisatie, ● afvalreductie, ● circulariteit, en ● respect voor sociale arbeidsomstandigheden worden structureel ingebed in het industriële beleid.

Kortom, Europese fabrikanten versterken niet alleen hun marktpositie, maar dragen actief bij aan een duurzamer en verantwoordelijker productie-ecosysteem.

Tot slot

Tot slot – en zeker niet onbelangrijk – wil ik benadrukken dat het ondersteunen van de Europese verlichtingsindustrie in ieders belang is. Voor alle stakeholders in de keten – van fabrikant tot groothandel, van installateur tot eindklant – is een sterke en toekomstgerichte industrie van groot belang. De industrie zelf is immers een essentiële afnemer van installatiewerken en verlichtingsoplossingen, en dus een belangrijke klant voor zowel de groothandel als de installateur.

Een goed functionerende, lokale industrie betekent ook een robuuste economie. Economische groei stimuleert investeringen in infrastructuur, gebouwen, technologie en duurzaamheid – wat uiteindelijk ten goede komt aan alle schakels in de waardeketen.

AUTEUR:

An Moors, zaakvoerder van PANEL bv. Contact: anmoors.panel@proximus.be

OBO WDK

Hét HVAC installatiekanaal

Ideaal voor HVAC-installaties, Wallbox en Airco’s

■ UV-bestendig

■ weersbestendig

■ DIN en ISO 4892-2 approved voor buitentoepassingen

De OBO WDK wand- en plafondgoten (RAL9010) zijn UV-en weersbestendig, getest volgens DIN en ISO 4892-2 én goedgekeurd voor buitentoepassingen. Ideaal voor o.a. HVAC-installaties en voeden van kleinere systemen zoals Wallbox en Airco’s.

Duurzaamheid van artistieke verlichtingsproducten

Op 16 september organiseerden KU Leuven en Cluster Groen Licht Vlaanderen de eerste internationale masterclass binnen het SHAPE-THE-LIGHTproject. Deze sessie stond in het teken van het integreren van duurzaamheidsprincipes in het ontwerp van (artistieke) verlichtingsproducten. De deelnemers kregen de kans om te ontdekken hoe Ecodesign-regelgeving toegepast kan worden ter ondersteuning van circulaire businessmodellen, in lijn met de Europese Green Deal en de New European Bauhausinitiatieven (dat inzet op duurzame, inclusieve én mooie leefomgevingen).

SHAPE-THE-LIGHT

SHAPE-THE-LIGHT is een Europees project met als doel de kloof tussen de kunst-, ontwerp- en verlichtingsindustrie te overbruggen.

CATHERINE LOOTENS: ‘Het project is vorig jaar van start gegaan. Samen met drie andere partijen, Rete di Imprese Luce in Veneto (IT), CICAT Lighting Cluster (ES) en Cluster Lumiére (FR), zet KU Leuven/Groen Licht

Catherine Lootens, Cluster Manager en bestuurder voor Groen Licht Vlaanderen vzw, gaf de introductie.
Teresa Selvaggio, Director of Public Affairs bij Lighting Europe, benaderde dit onderwerp in haar presentatie vanuit het perspectief van circulariteit.

info@belgium. messefrankfurt.com

Tel. +32 (0)2 880 95 88 Transformation in buildings. Impact on the world.

Gebouwen worden slimmer, systemen meedenkend, energie intelligent aangestuurd. Kijk op de Light + Building 2026 hoe deze ommekeer allengs vorm krijgt.

Wereldvakbeurs voor Licht en Gebouwentechniek

Beleef de toekomst nu zelf live – kijkt u hier maar.

ONTDEK EEN NIEUWE SMART HOME WERELD!

‘De verlichting van morgen is circulair’, lichtte Greet Verhoeven, R&D Manager bij Etap Lighting International, toe tijdens het showcase moment binnen de opleiding.

Vlaanderen haar vleugels onder het project. Elke partij is ook lid van ELCA, European Lighting Cluster Alliance.’

Huidige en toekomstige Ecodesign- en etiketteringsregels voor verlichting

TERESA SELVAGGIO: ‘Ecodesign richt zich op het vaststellen van minimumnormen voor de milieueffecten van producten. De vorige richtlijn richtte zich voornamelijk op energieverbruik en stond daarom bekend als de ErP-richtlijn (Energiegerelateerde Producten). De nieuwe verordening breidt de focus uit naar het verbruik van hulpbronnen, samen met facto-

ren zoals duurzaamheid en reparatiegemak. In de toekomst zal de ecodesignverordening alle bedrijven verplichten om de duurzaamheid van hun producten te documenteren volgens gedefinieerde normen - waarschijnlijk via een digitaal productpaspoort (Digital Product Passport, DPP), een herstelbaarheidsindex en, waar nodig, een uitgebreid productlabel.’

Omschakeling naar volledige circulariteit

GREET VERHOEVEN: ‘De komende jaren zullen we alle producten hertekenen volgens een circulair design en ons volledig toeleggen op C-LaaS, wat staat voor Circular Light as a Service. Steeds meer klanten rekenen immers op ETAP om hun lichtvoorziening te garanderen in plaats van armaturen of een verlichtingssys-

teem aan te kopen. Duurzaamheid zit al decennialang in het DNA van ons bedrijf. Zo zijn we toonaangevend in uiterst energiezuinige ledoplossingen met een lange levensduur zowel in nieuwbouw als bij renovatie en/of re-

STANDPUNT TECHLINK

furbisch. Dat is de eerste stap in een energiebewuste, circulaire samenleving: ervoor zorgen dat verlichting minder snel vervangen moet worden en dat er dus minder grondstoffen nodig zijn.’

Als Techlink erkennen we het groeiende belang van duurzaamheid in alle sectoren. We moedigen fabrikanten en ontwerpers van artistieke verlichting aan om duurzame praktijken te integreren in elke fase van de productlevenscyclus – van materiaalkeuze en energie-efficiëntie tot modulariteit, herstelbaarheid en recycleerbaarheid aan het einde van de levensduur. Vanuit het perspectief van de installateur moet duurzame artistieke verlichting bovendien veilig zijn, voldoen aan de regelgeving en ontworpen zijn met het oog op een vlotte installatie en eenvoudig onderhoud.

DALI for dummies DALI for dummies

Hier brandt de lamp!

Alles wat je moet weten over het DALI-systeem en waarom elektrotechnici er zo zot van zijn!

WAT IS HET?

DALI = DIGITAL ADRESSABLE LIGHTING INTERFACE.

Het is een slim systeem dat lichtbronnen en apparaten zoals schakelaars, dimmers en displays met elkaar laat communiceren. Met DALI heb je de controle over het hele verlichtingssysteem. Je kan lampen aanen uitzetten, dimmen, de kleurtemperatuur aanpassen en nog veel meer.

HOE WERKT HET?

Elke lamp in het DALI-systeem heeft een uniek digitaal adres. De DALI-controller stuurt signalen naar deze lampen, die dan de opdrachten uitvoeren. Simpel gezegd: je geeft een commando en de lampen reageren erop.

DE PROS

a ENERGIEBESPARING

Lampen kunnen automatisch dimmen wanneer er genoeg daglicht is of wanneer er niemand in de kamer is. Zo bespaar je energie!

a FLEXIBEL

Je kan elke lamp apart instellen en bedienen, zodat elke ruimte de sfeer heeft die jij eraan wil geven.

a COMPATIBEL MET ANDERE SYSTEMEN

DALI werkt goed samen met andere energiebeheersystemen in gebouwen voor bijvoorbeeld beveiliging of HVAC. Je kan de verschillende systemen dus met elkaar integreren.

a ONDERHOUD EN PROBLEEMOPLOSSING WORDT MAKKELIJKER

Problemen kan je per lamp opsporen en snel oplossen, wat onderhoud makkelijker maakt.

DE CONS

a WERKELIJKE BEPERKING LIGT BIJ HET

DALI-NETWERK ZELF

Dat maximaal 250 mA stuurstroom kan verwerken. Bovendien kan je, indien nodig, meerdere DALI-netwerken koppelen waardoor dit in de praktijk zelden een probleem vormt.

WAAR WORDT

HET VAAK

GEBRUIKT?

a Kantoorverlichting

a Schoolverlichting

a Winkelverlichting

a Industriële verlichting

10 jaar Bureau 9000

Op donderdag 25 september vierde Bureau 9000, het studie- en energieadviesbureau, zijn 10-jarig bestaan in het MIAT – Industriemuseum in Gent. Bestuurder Jozef Mees nam het publiek mee op een inspirerende terugblik op tien jaar groei en realisaties, en gaf tegelijk een blik op een toekomst vol verrassingen en ambitie. Wat namen we mee uit deze bijzondere avond?

Keynotes

PROF. DR. IR. JAN DESMET – die ons leerde dat hernieuwbare energie vandaag maar 40% van onze totale energiebehoefte dekt, én dat je als particulier beter niet over investeert in te grote zonne-installaties en batterijsystemen. Hernieuwbare energie brengt ons ver, maar zal nooit volledig dekkend zijn. Een robuuste energietoekomst vraagt ook kernenergie.

PROF. DR. ELKE GERAERTS – die ons eraan herinnerde dat focus het nieuwe goud is. Een mooi pleidooi om in een wereld van smartphones, AI en druk druk druk, eerst naar de olifanten (prioriteiten) te kijken en dan pas naar de konijnen (waan van de dag).

Om ons brein ook te gebruiken voor diepgang, weg van de begane paden van onze automatische piloot. En ook hier was de link connectiviteit. Want als energie efficiënt besteed wordt,

komt kostbare tijd vrij voor wat echt télt: connectie met familie, vrienden en collega’s.

Next step

Een avond die niet alleen in het teken stond van terugblikken, maar vooral van vooruitkijken. Het meest verras-

sende nieuws van de avond kwam echter van Jozef Mees zelf: Bureau9000 is overgenomen door het Deense RelyOn, wereldwijd marktleider in veiligheidstrainingen. Vanaf 1 januari 2026 verdwijnt de naam Bureau 9000 en gaan ze verder onder de naam RelyOn Belgium.

Jozef Mees (Bureau 9000) en Lars Brenne (RelyOn) schudden elkaar de hand.
Prof. dr. ir. Jan Desmet

‘Dit opent nieuwe perspectieven voor klanten én medewerkers. Het verhaal van Bureau 9000 krijgt een internationale dimensie’, zegt Jozef Mees.

‘De elektrificatie van de samenleving doet de vraag naar kwalitatieve veiligheidsopleidingen rond elektriciteit sterk stijgen. We wilden onze positie

in België op dat vlak versterken, dus de overname van Bureau 9000 was een logische stap’, zegt Lars Brenne, managing director RelyOn Central Europe.

Vanuit Techlink wensen we Jozef Mees en het hele team van Bureau 9000 van harte proficiat met dit knappe par-

cours. We kijken vol vertrouwen uit naar het volgende hoofdstuk in jullie verhaal – veel succes!

Techlink aanwezig op het Visiemoment van Embuild Vlaanderen

“Samen voor een sterke bouw in een weerbaar Vlaanderen” was het centrale thema van het Visiemoment en ging dit jaar door op 7 oktober in Dockx Dome Brussels. Heel wat leden van Techlink waren aanwezig o.a. voorzitter Karl Neyrinck (EEG Group),

Vera Desauw (Desauw NV), Els Smet (Elektro Kamiel Smet), … .

De installatiesector vormt de ruggengraat van een moderne, duurzame en energie-efficiënte bouw. Met Techlink staan we klaar om met inno -

vatieve technieken op vlak van energie, klimaatregeling, sanitair, ventilatie en digitalisering te integreren, bij te dragen aan het realiseren van toekomstbestendige gebouwen. In een weerbaar Vlaanderen — dat inzet op duurzaamheid, klimaatadaptatie en technologische vooruitgang — is de rol van installateurs essentieel om woningen, bedrijven en infrastructuur veerkrachtig, veilig en comfortabel te maken.

Aan het einde van de avond werden de prijzen uitgereikt aan Jonge Vlaamse aannemers.

Proficiat aan Lucas Robberechts en Wiet Vande Velde van lidbedrijf EnergyKing! Ze bouwen aan slimme energieoplossingen die echt een verschil maken voor gezinnen en bedrijven.

De visienota 2025 van Embuild Vlaanderen is te lezen op: https://weerbarebouw.vlaanderen/

Techlink (Vincent Vancaeyzeele, Dirk De Wolf en Sofie Lapière) feliciteerde Jozef Mees.
Prof. dr. Elke Geraerts

Wat verandert er vanaf 1 januari 2026?

Het mobiliteitsbudget is een systeem dat sinds 2019 bestaat waarmee werknemers hun (recht op een) bedrijfswagen kunnen omruilen voor een mobiliteitsbudget dat ze vervolgens kunnen besteden aan verschillende mobiliteitsoplossingen en gelijkgestelde voordelen. Tot nu toe was het invoeren van zo’n budget een vrijwillige keuze van de werkgever. Maar vanaf 1 januari 2026 zal het mobiliteitsbudget naar alle waarschijnlijkheid verplicht worden voor (veel) werkgevers.

Hoe werkt het mobiliteitsbudget?

Werknemers die op basis van hun functie recht hebben op een bedrijfswagen, kunnen vrijwillig toetreden tot het mobiliteitsbudget. Het recht hebben op een bedrijfswagen op basis van de functie is echter een stuk ruimer dan het nodig hebben van de bedrijfswagen voor de uitoefening van de functie.

Het mobiliteitsbudget van een werknemer komt overeen met de totale jaarlijkse kost (TCO) van de bedrijfswagen en kan naar keuze besteed worden binnen drie pijlers:

1 Een milieuvriendelijke bedrijfswagen (vanaf 2026: enkel nog volledig elektrisch).

2

Duurzame vervoersmiddelen (zoals fiets, openbaar vervoer, deelauto’s) en huisvestingskosten (bv. huur of hypotheekaflossingen (incl. interest) voor een woning dicht bij het

werk; soms zelfs als men intensief thuiswerkt).

3

Het resterende bedrag wordt jaarlijks in cash uitbetaald na aftrek van een bijzondere bijdrage van 38,07%.

Wat verandert er vanaf 1 januari 2026?

Als het bedrijfswagenbeleid (lees: de car policy) van de werkgever voorziet dat bepaalde functies recht hebben op een bedrijfswagen, dan zullen deze werknemers vanaf 2026 ook voor het mobiliteitsbudget moeten kunnen kiezen. Toetreding blijft vrijwillig. Werknemers kunnen dus ook nog steeds voor een klassieke bedrijfswagen blijven kiezen.

Een aantal wijzigingen aan de inhoud van het mobiliteitsbudget zelf worden momenteel onderhandeld. Zo denkt men over het invoeren van de verplichting om minstens de binnen de onderneming reeds (buiten het mobiliteitsbudget) toegekende voordelen, ook aan te bieden binnen het mobiliteitsbudget. Dit om te vermijden dat werkgevers het systeem enkel ‘op papier’ invoeren door het onaantrekkelijk te maken. Momenteel is men namelijk slechts verplicht 1 voordeel binnen de 2e pijler aan te bieden. Een eerste pijler moet niet aangeboden worden (hier zou men in principe niet aan raken). Een uitbetaling van het saldo in de derde pijler moet hoe dan ook voorzien zijn.

Ook wordt er nagedacht over een mogelijke beperking van het deel van het mobiliteitsbudget dat aan huisvestingskosten mag worden besteed (bijvoorbeeld tot 50% van het totale budget).

Aan de mogelijkheid om de toetreding tot het mobiliteitsbudget uit te sluiten tijdens een lopende lease zou men niet komen. Ook zal de werkgever kunnen vermijden dat werknemers die de wa-

gen nodig hebben voor de uitoefening van hun functie, plots zonder bedrijfswagen zouden komen zitten.

Verder denkt men ook na over een gefaseerde invoering. Voornamelijk door te voorzien in een uitstel van de verplichting (tot bv. 1 juli 2026) of door de ingangsdatum te koppelen aan de grootte van de onderneming en/of het wagenpark.

De verwachting is dat deze punten snel uitgeklaard worden.

Conclusie

Het mobiliteitsbudget wordt op korte termijn een vaste keuzemogelijkheid in het Belgische loonpakket voor wie op basis van de functie recht heeft op een bedrijfswagen. Alhoewel de effectieve datum van inwerkingtreding nog niet helemaal zeker is, doen werkgevers er hoe dan ook goed aan om hun car policy en mobiliteitsbeleid nu al kritisch te bekijken en zich voor te bereiden.

AUTEUR:

Jan Lein, Advocaat – Senior Associate bij Claeys & Engels

Light + building 2026 van 8 tot 13 maart

Van 8 tot 13 maart 2026 vindt in Frankfurt am Main in Duitsland 's werelds toonaangevende vakbeurs voor verlichtingen gebouwentechniek plaats. Exposanten uit de hele wereld zullen een breed scala aan producten en oplossingen presenteren. Decarbonisatie, digitalisering, nieuwe energiebronnen en veranderende eisen aan hoe we leven, werken en bouwen zorgen voor heel wat uitdagingen. De drie hoofdthema's van Light + Building 2026 – Duurzame Transformatie, Slimme Connectiviteit en Levend Licht –bieden houvast in een dynamische markt. Ze weerspiegelen de trends en ontwikkelingen die de bouw- en installatiesector vandaag vormgeven en deze morgen zullen beïnvloeden. Jullie beroepsfederatie Techlink zal naar goede gewoonte de beurs bezoeken. light-building.messefrankfurt.com/frankfurt/en.html

LEDVANCE lanceert Direct Easy – het draadloze lichtmanagementsysteem voor snelle en slimme installatie

LEDVANCE, leverancier van verlichtingsoplossingen, introduceert Direct Easy: het nieuwe, draadloze lichtmanagementsysteem dat speciaal is ontworpen voor eenvoud, flexibiliteit en schaalbaarheid. Voor installateurs biedt Direct Easy een bijzonder snelle en intuïtieve manier om slimme verlichtingsprojecten te realiseren – zonder centrale besturingseenheid, IT-infrastructuur of complexe configuratie. Installateurs hoeven enkel een smartphone te gebruiken – zonder gateway, cloudverbinding of registratie. Dankzij de intuïtieve configuratie (via Bluetooth) is de leercurve minimaal en is de oplevering sneller dan ooit. Direct Easy ondersteunt tot 40 Zigbee 3.0-gecertificeerde armaturen en apparaten per zone. Het systeem kan eenvoudig worden uitgebreid naar een gateway-gebaseerd lichtmanagementsysteem, zonder vervanging van bestaande armaturen of apparaten. Direct Easy biedt hiermee een toekomstbestendige basis voor verdere digitalisering van gebouwen. www.benelux. ledvance.com

Kopuur stond op CleanTech Xpo

Op woensdag 8 oktober en donderdag 9 oktober stond Kopuur op CleanTech Xpo, een nieuw vakevent dat bedrijven ondersteunt in hun transitie naar een duurzamer bedrijfsmodel, in Kortrijk. ‘Tijdens deze beurs bieden wij de kans om meer te weten te komen over ons kabelrecyclageproces, waarbij we oude kabels omzetten in waardevolle grondstoffen. Ook presenteren we onze gratis containerservice. Deze dienst maakt het voor bedrijven eenvoudig om hun gebruikte kabels efficiënt en duurzaam te recycleren, zonder extra kosten voor transport of verwerking. Daarnaast geven we graag meer informatie over onze prijzen voor solar kabel. Als specialist in kabelrecyclage, streven wij ernaar om transparante en competitieve prijzen aan te bieden voor het recycleren van solar kabels, wat niet alleen voordelig is voor uw bedrijf, maar ook bijdraagt aan een duurzamere toekomst’, zegt Wout Debacker, zaakvoerder van Kopuur. www.kopuur.be

Intercable i-persing: Superieure verbindingen, maximale efficiëntie

Voor professionele installaties biedt Intercable’s i-persingstechnologie een ongeëvenaarde combinatie van betrouwbaarheid, eenvoud en besparing. Deze innovatieve techniek maakt het mogelijk om standaard kabelschoenen te gebruiken voor zowel klasse 2-, 5- als 6-kabels — inclusief gecompacteerde varianten. Minder variatie in kabelschoenen betekent minder voorraad, minder fouten en lagere kosten. Dankzij een robuuste verbinding, getest volgens DIN 46228, biedt i-persing 20–50% hogere trekkrachten en maximale betrouwbaarheid onder zware omstandigheden, zoals trillingen in industriële of spoorwegtoepassingen. De i-persmatrijzen zijn compatibel met gangbare hydraulische krimptangen, wat de overstap eenvoudig en kostenefficiënt maakt. Intercable i-persing is dé keuze voor wie inzet op duurzame, veilige en kosteneffectieve elektrische verbindingen. Onze technische experts staan klaar om u te adviseren over de optimale toepassing voor uw specifieke projectvereisten. www.intercable-tools.be

Redacteur Dirk De Wolf en Tess Debacker

Voor residentiële toepassingen biedt Hager witty plus, verkrijgbaar met stopcontact of vaste kabel in de zwarte kleur

witty plus is een communicerende laadpaal en maakt interactie met een CPO mogelijk. De communicatie kan gebeuren via LAN (Ethernet), WLAN (Wi-Fi) en 4G (LTE). Hij is voorzien van een RFID-lezer en een bluetoothmodule. Via deze bluetooth kunnen de configuraties door de installateur en het beheer van laadsessies uitgevoerd worden met behulp van de gebruiksvriendelijke Hager Charge-app. Via de verbinding tussen de laadpaal en de digitale meter kan een dynamische load balancing gerealiseerd worden. Tegelijkertijd kan er optimaal ingezet worden op laden d.m.v. zonne-energie. Via de app bepalen beslist de klant in welke mate het laden moet gebeuren met zonne-energie of netstroom. Deze laadpaal biedt een groot installatiegemak voor de installateur door de grote aansluitruimte. De voeding kan via de rug, langs de boven- of onderzijde. Eenmaal gemonteerd is de laadpaal beschermd tegen alle weersinvloeden (IP55, IK10), ongedierte en aanraking van componenten onder spanning. Dankzij de geïntegreerde 6mA DC-foutstroomdetectie volstaat een differentieel type A van 30 mA in de zekeringskast. www.hager.be

Schneider Electric Schneider Electric benadrukt innovatie in 800 VDCenergiesystemen ter ondersteuning van NVIDIA’s volgende generatie GPU’s Schneider Electric, leider in de digitale transformatie van energiemanagement en automatisering versterkt de inzet om de overgang van de sector naar 800 VDCenergiearchitecturen te ondersteunen. Deze architecturen zijn cruciaal voor de opkomende high-density racksystemen die zullen worden toegepast in de volgende generatie datacenters. Nu de sector versneld toewerkt naar hogere vermogensdichtheden en een grotere efficiëntie, innoveert Schneider Electric om aan deze behoeften te voldoen met een allesomvattende systeemaanpak die energieconversie, bescherming en bemetering integreert. Deze aanpak zorgt ervoor dat energiesystemen niet alleen efficiënt zijn, maar

ook veilig, robuust en schaalbaar. Als onderdeel van het NVIDIA-ecosysteem sluit Schneider Electric zich aan bij de bredere beweging in de industrie richting de volgende generatie architecturen die een geavanceerdere energieinfrastructuur vereisen. www.se.com/be/nl/

PV Cycle stond op Solar Solutions Kortrijk

PV CYCLE Belgium is een nonprofit ledenorganisatie die collectieve en op maat gemaakte diensten aanbiedt op het gebied van afvalbeheer en naleving van wettelijke voorschriften voor bedrijven en houders van afval over de hele wereld. Opgericht in 2007 door en voor de PV-industrie, heeft PV CYCLE Belgium vandaag de dag een breed scala aan afvalproducten in haar portfolio. ‘We ontmoeten spelers uit de sector, rond de groeiende uitdagingen van recycling en hergebruik van zonnepanelen.

Country Manager Belgium Johan Goossens en redacteur Dirk De Wolf

Alle actoren dienen samen te werken om een duurzame toekomst voor de zonne-energiesector te garanderen’, zegt Johan Goossens, Country Manager Belgium bij PV Cycle. pvcycle.be/nl

Integreer EV-laders van Smappee in Niko Home Control

Niko werkt samen met betrouwbare merken, zoals Smappee, zodat je alle belangrijke systemen in je woning naadloos kan bedienen. Door Niko Home Control en de EV-lader van Smappee te verbinden, kan je je elektrische wagen optimaal opladen op het beste moment van de dag en op de meest energiezuinige manier. Niko Home Control is rechtstreeks verbonden met de lader via de connected controller voor busbekabeling of via de draadloze smart hub voor traditionele bekabeling. Hierdoor zorgt de geïntegreerde routine voor het slim opladen van elektrische voertuigen ervoor dat het voertuig automatisch op het beste en meest energiezuinige moment van de dag wordt opgeladen. Manueel ingrijpen is niet nodig. Het systeem houdt automatisch rekening met het energieverbruik van andere toestellen in de woning. Dit leidt tot lagere gebruikspieken en een verhoogd gebruik van zelfgeproduceerde zonne-energie. Het resultaat? Minder energiekosten zonder aan comfort in te boeten. www.niko.eu

Proper koper

Zoek je een permanente, tijdelijke of eenmalige oplossing voor al je kabelafval?

Als specialist in het inzamelen en recycleren van elektrische kabels staan we klaar voor iedereen die van service houdt en graag correct betaald wil worden.

Bij ons geen nattevingerwerk qua tarieven, maar een wiskundige formule die de prijzen op de Internationale markten nauwlettend volgt. Onze prijzen zijn overigens vrij beschikbaar op onze website.

www.kopuur.be

Puur comfort dankzij onze

Geen huurgeld, waarborg of contracten

Vanaf 300kg/jaar (= ca 1m³ kabel)

Transparante prijzen

Persoonlijke aanpak

Conform OVAM

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.