what’s next
Eigenwijs Next , dé complete bron voor kunst en cultuur in de klas
Kinderboekenweek 2024
Kunst en basisvaardigheden gaan hand in hand
Interview kinderboekenschrijver
Ted van Lieshout
Eigenwijs Next , dé complete bron voor kunst en cultuur in de klas
Kinderboekenweek 2024
Kunst en basisvaardigheden gaan hand in hand
Interview kinderboekenschrijver
Ted van Lieshout
Dit is de allereerste editie van ons nieuwe magazine What’s Next. We hebben dit magazine helemaal gericht op de 70ste Kinderboekenweek! Dit jaar is het thema Lekker eigenwijs!
Voor ons als bekende kunst en cultuurmethode met de naam EigenwijsNext is dit natuurlijk een uitgelezen kans om hier aandacht aan te besteden. We hebben in dit magazine lessen uit onze digitale lesmethode gekoppeld aan ‘eigenwijze’ kinderboeken. Hiermee hebben we een mooie collectie kunstlessen samengesteld voor groep 1 t/m 8 tijdens en na de Kinderboekenweek 2024. Met als extraatje voor groep 7 en 8 een door Kevin Zwinkels speciaal voor de Kinderboekenweek gecomponeerd lied ‘Lekker Eigenwijs!’.
Ook in dit magazine een exclusief interview met de bekende kinderboekenschrijver Ted van Lieshout en hogeschoolhoofddocent Erna van Koeven. Ze delen hun inzichten, inspiratiebronnen en hun visie op kinderboeken. Daarnaast vertellen we iets meer over onszelf en waarom wij dé complete bron voor kunst en cultuur in de klas zijn. Bovendien houden we je op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen binnen onze methode, zoals de integratie van basisvaardigheden in de kunstlessen.
Deze eerste editie van het What’s Next magazine helpt leraren om het meeste uit de Kinderboekenweek 2024 te halen. Sluit je aan bij de vele scholen die al gebruik maken van onze methode en ontdek hoe kunst en cultuur het verschil kan maken in het klaslokaal! Bekijk en lees en vooral …… Vier met ons het eigenwijs zijn!
Dit magazine is interactief. Je kunt de liedjes en lessen bekijken via de aangegeven links
De lessen zijn speciaal ontworpen voor een groot scherm, zoals een digibord of computer en komen daar het beste tot hun recht. Het is niet mogelijk om de lessen via je mobiel te bekijken.
Alle lessen en liedjes in dit magazine zijn gratis toegankelijk tot 1 januari 2025. Wil je daarna nog steeds gebruikmaken van onze content of ben je nieuwsgierig naar de andere lessen? Ga dan naar eigenwijsnext.nl/bestellen en neem geheel vrijblijvend een gratis proefabonnement.
EigenwijsNext is dé complete kunst- en cultuurmethode voor kinderen van 4 t/m 12 jaar. Je vindt er honderden digitale lessen voor muziek, dans, drama en beeldende vorming. Het materiaal is geschikt voor alle groepen van de basisschool.
Onze werkvormen, leerinhouden en didactische principes worden al vele jaren gebruikt en getoetst in de praktijk. Zo zijn alle materialen in langdurige samenwerking met leraren basisonderwijs, vakleerkrachten en Pabo-docenten uitgewerkt. Op die manier is er een breed landelijk draagvlak voor de inhouden en didactische concepten ontstaan. De lessen en liedjes worden regelmatig vernieuwd en aangevuld. Zo blijven we een actuele methode voor kunst- en cultuuronderwijs voor alle leeftijden.
De methode gaat uit van langlopende leerlijnen en de nieuwste methodische inzichten. De lessen van elke kunstdiscipline zijn gebaseerd op het leerplankader kunstzinnige oriëntatie van de SLO. Daarin staat het creatieve model centraal. De lessen volgen consequent dezelfde route. De creativiteit van de kinderen wordt gestimuleerd via de fasen van oriënteren, onderzoeken, uitvoeren en evalueren. In de lessen maken de kinderen kennis met de wereld om zich heen. Ze voeren hun eigen kunstzinnige ideeën uit en presenteren deze aan elkaar.
De leerkracht coacht, organiseert en helpt de kinderen hierbij.
EigenwijsNext maakt het eenvoudig om kunstdisciplines zelfstandig of in samenhang aan te bieden, zodat leerlingen een brede kijk op kunst en cultuur ontwikkelen. De thema’s en inhouden zijn eenvoudig te koppelen aan andere vakken of thema’s die spelen binnen de onderwijspraktijk. Met jarenlange ervaring in het onderwijs begrijpen we de specifieke uitdagingen en kansen die zich in de klas voordoen. De lessen zijn ontworpen voor het digibord en zijn heel makkelijk te gebruiken door elke leraar. Stapsgewijs wordt de groep door de inhoud geleid. Werkbladen en andere materialen zijn eenvoudig af te drukken of te presenteren op het digitale schoolbord. Het lesmateriaal kan dienen als basis voor weekthema’s, projecten of
herhalingen gedurende de week. Bijna alle lessen bevatten extra’s of verdiepingen die later kunnen worden uitgevoerd.
Het digitale programma is bedoeld voor kinderen. Dat betekent dat ook de vormgeving afgestemd is op deze doelgroep. Kleurgebruik, afbeeldingen, notenvoorbeelden, grafische notaties: het staat allemaal klaar om kinderen te motiveren om aan de slag te gaan met het aangeboden materiaal.
EigenwijsNext bestaat uit
5 onderdelen:
• Muziekwijs met 144 lessen
• Zingwijs met 500 liedjes
• Danswijs: 40 lessen
• Dramawijs: 40 lessen
• Beeldwijs: circa 230 lessen
1 | 2
Iedereen is weleens lekker eigenwijs of doet met opzet iets wat niet mag.
Dit soort momenten kunnen leerzaam en leuk zijn, vooral als ze in een muzikale context worden geplaatst. In de muziekles ‘Wie niet lopen wil’ ontdekken kinderen op een speelse manier hoe ze met de tegenstelling ‘wel muziek - geen muziek’ kunnen omgaan. De les begint met een verhaal over Wesley die stiekem Sophie’s chocoladekoekje opeet. Wanneer Sophie dit ontdekt, blijft ze uit protest stilstaan. Wesley probeert het goed te maken met een nieuw koekje, maar Sophie blijft boos. Dan gebeurt er iets waardoor Sophie niet anders kan dan glimlachen en bewegen …
Bewegen op de maat van muziek staat in deze les centraal. Kinderen reageren met beweging op de afwisseling tussen muziek en stilte. Ze zingen het lied ‘Wie niet lopen wil’ en gebruiken ritmestokjes om de tegenstelling muzikaal uit te drukken. Deze interactieve les bevordert het maatgevoel en het muzikaal voorstellingsvermogen. Door de combinatie van verhaal, muziek en beweging worden de kinderen volledig betrokken. Zo wordt leren leuk!
muziekwijs groep 1
muziekwijs groep 2
Thematisch werken? Zo makkelijk is dat!
Kinderen ervaren de wereld als een geheel. Het ligt dus voor de hand om de leerstof op school in samenhang aan te bieden. Thematisch werken heeft ook grote voordelen. Het vergroot de betrokkenheid bij de kinderen, het leidt tot betekenisvoller leren en diepgaander begrip. Ook zorgt het voor meer zelfstandigheid in het leerproces en het geeft de mogelijkheid de stof van diverse kanten te benaderen. Zo krijgen
de kinderen meer kans hun talenten te laten zien.
In EigenwijsNext is het heel eenvoudig lessen en liedjes rond een thema te zoeken. We hebben er een speciale zoekmachine voor ontworpen. Je kunt er zelf lessen vinden via een zoekbalk of selecteren uit een lijst. Ook kun je makkelijk filteren op groep of vakgebied. In onze nieuwe planningstool kun je lessen en
liedjes kiezen en vastleggen in een eigen werkschema.
EigenwijsNext biedt werkbare thema’s aan die dicht bij de belevingswereld van kinderen liggen zoals seizoenen, feesten en dieren. Ook worden abstractere of samenhangende thema’s aangeboden zoals natuur, mensen en cultuur. Voor de verschillende kunstdisciplines is het mogelijk te filteren op vakmatige inhouden zoals de domeinen (muziek) of beeldaspecten (beeldend).
groep 1 | 2
Heb je zin om jezelf helemaal te buiten te gaan op een eigenwijze mopperdag? Dat mag! Want soms moet je gewoon ‘echt’ even mopperen. Mopperen op je vriendje dat telkens vooraan staat. Mopperen op je juf omdat je alle spullen ‘nu’ in je kastje moet opruimen. Er is nog veel meer te mopperen. We hebben er een liedje over. Zing en stampvoet met de kinderen mee. Dat lucht vast op. Want is het mopperen voorbij? Dan is iedereen weer blij!
zingwijs groep 1 | 2
In deze beeldende les onderzoeken de kinderen eieren van allerlei soorten dieren. Ze knippen hun eigen ei uit een vel papier en tekenen het dier dat erin zit. Tot slot bekijken ze elkaars eieren en vertellen over hun dier. De les sluit heel goed aan bij het boek ‘Het eigenwijze ei’ van Milja Praagman waarin een ei op zoek gaat naar zijn moeder. De kinderen worden uitgedaagd creatief na te denken: Hoe zou dat ei eruitzien? En wat zit er in dat ei?
beeldwijs groep 1 | 2
Ga je mee naar de markt? In zelfgemaakte toneelstukjes kruipen de kinderen in de huid van een koper of verkoper. In ieder toneelstuk gebeurt iets eigenzinnigs! Hoe gedragen mensen zich op de markt? Hoe ziet een markt eruit? Wat kun je er eigenlijk kopen?
dramawijs groep 2
Ken je het Zwanenmeer al? In deze dansles ontdekken kinderen het beroemde ballet door als watervogels te bewegen en improvisatieoefeningen te doen. Ze verkennen de bewegingen van zwanen en brengen het Zwanenmeer tot leven door zelf te dansen als de sierlijke zwanen uit het verhaal.
danswijs groep 2
Door: Ted van Lieshout Illustraties: Philip Hopman
Boer Boris wil naar de markt om de oogst te verkopen. Maar elke keer komt hij een verkeersbord tegen waarop staat dat hij niet verder mag. Hij blijft het eigenwijs proberen, maar mag niet te voet, niet met de fiets, niet met de auto, niet met de raket. Hoe komt hij dan op de markt?
inkijkexemplaar
Door: Milja Praagman
Ei rolt uit zijn nest en botst tegen een steen. Boink. Krak! Hij gaat op zoek naar zijn moeder en komt onderweg allerlei jonge dieren tegen. Dan ziet hij een kip met eieren. Zou de kip zijn mama zijn?
Maar die zegt: ‘Ja, je bent een ei… maar niet van mij!’ Bij wie hoort Ei dan wel?
inkijkexemplaar
Enkele maanden geleden was ik op een school in gesprek met juf Francien. Haar team gebruikte geen kunstmethode, maar was zich aan het oriënteren op de verschillende mogelijkheden. Francien daagde mij als schooladviseur uit om kort en krachtig te vertellen waarin EigenwijsNext zich onderscheidde van andere methoden. ‘Waarom zouden wij voor deze methode moeten kiezen’?
Op zo’n directe vraag was ik niet voorbereid, maar ik beëindigde mijn flitsende PowerPointpresentatie en begon:
Francien, als jullie team kiest voor EigenwijsNext, dan krijgen jullie een methodiek voor alle kunstvakken die zich op minstens vijf punten onderscheidt van de andere methodes.
1. De leerkracht organiseert, presenteert, leidt en begeleidt. De leerkracht heeft de relatie met de kinderen en niet het digibord. Het materiaal ondersteunt de leerkracht daarbij zo goed mogelijk.
2. De leerstof, de werkvormen, de vormgeving: alles is onderwijskundig relevant en aantrekkelijk.
3. De opbouw van de lesstof vanuit leerlijnen is belangrijk. Om thematisch werken te ondersteunen is de ‘Schoolpagina’ ontwikkeld. De leerkracht kan hierin eigen lessen plannen en aangeven welke lessen en liedjes afgerond zijn.
4. Onderwijskundige ontwikkelingen leiden steeds tot aanpassingen. Komend jaar worden de lessen verrijkt met materiaal voor taal, burgerschap, rekenen en digitale geletterdheid.
5. Altijd is de leefwereld van de kinderen het vertrekpunt van de lessen.
Enkele maanden na invoering van het abonnement op EigenwijsNext, stuurde juf Francien me een verslag van de teambespreking waarin de lessen geëvalueerd werden.
Beste John,
Ons team vindt EigenwijsNext muziekpedagogisch heel aantrekkelijk. Dat hebben de collega’s uitgesproken tijdens een evaluatievergadering. Ik heb meerdere opmerkingen genoteerd:
Iedereen herkent de doelstellingen in de lessen. Ze zien dat die doelstellingen in veel (soms kleine) stappen worden bereikt. Het is ook duidelijk waarom die stappen nodig zijn. De meeste collega’s vinden het kenniselement prettig: veel lessen leveren een bijdrage aan de ontwikkeling van algemene muziekkennis (instrumentenkennis, geschiedenis, muziekstijlen). Zowel de onderbouw als bovenbouw is positief over de liedjes. Gewoon leuk! Vooral waardering voor de mooie arrangementen: elk lied krijgt daardoor een eigen, unieke sfeer. Het repertoire heeft ook een mooie mix van nieuw en bekend. Goed dat de kinderen ook geconfronteerd worden met het notenschrift. Ze vinden het meestal erg interessant (als het maar niet te lang duurt!). Het volgen van het notenschrift gaat spelenderwijs met de liedjes. Zo maken ze op heel eenvoudig niveau kennis met muzieknotatie.
De meeste collega’s herkennen de didactisch zorgvuldige opbouw. De opdrachten zijn realistisch voor de leeftijd waar ze voor bedoeld zijn. Onze vakleraar heeft in elke les voldoende aanknopingspunten voor een muzikale verdieping.
We gaan de komende maanden EigenwijsNext uitbreiden met dans, drama en beeldende vorming. Zal ik je dan ook weer het evaluatieverslag toesturen?
Met vriendelijke groet, Francien
3 | 4
Eigenwijze dieren zijn er in huis genoeg te vinden. Een kat die niet van de bank wil. Een hond die op de deurmat blijft liggen. Een parkiet die meepraat met een telefoongesprek.
Maar ook in het wild zijn dieren heel eigenaardig. Ze zien er soms bijzonder uit met een eigenzinnige vetkuif of een felgekleurde haarlijn. In deze beeldende les vergelijken de kinderen de huid van verschillende dieren. Sommige dieren willen daarmee lekker opvallen. Andere dieren willen zich juist verschuilen. De kinderen bespreken waarom dieren dat doen … maar ook fantaseren ze erover hoe leuk het is om een lekker eigenwijs dier te mogen zijn. Wat zou er gebeuren als kinderen een dier mogen tekenen dat helemaal anders is? Dan gaan ze natuurlijk helemaal los. Ze tekenen vlekken, schubben, stippen of strepen waar een dier ze normaal niet heeft. Het helpt hen de grenzen van de eigen fantasie voorbij te gaan en ook om te fantaseren hoe het is om opvallend te mogen zijn.
beeldwijs groep 3
Gelijk hebben en gelijk krijgen dat zijn natuurlijk twee dingen. Soms heb je echt gelijk, maar krijg je het niet. Dat voelt heel onrechtvaardig. Daarom gooien kinderen al hun energie in de strijd. Ze schreeuwen op het plein … welles tegen nietes, hoog tegen laag of hard tegen zacht. Dit lied is geschikt voor
zingwijs groep 3 | 4
groep 3 en 4. Niet alleen om te zingen. Want na het zingen is de tekst ook heel goed te gebruiken voor een klassengesprek of om na te spelen in een drama-oefening. En om daarna samen met de kinderen in gesprek te gaan. Want wie heeft er nou gelijk? Soms helemaal niemand.
Zet je conducteursmuts op, blaas op een fluit en laat je muzikale treinreis beginnen! Deze les bewijst dat muziek echt overal is, zelfs in de meest onverwachte hoekjes van ons dagelijks leven.
Muziek is overal om ons heen, ook op plekken waar je het misschien niet helemaal verwacht. Heb je ooit gedacht dat je muziek kunt maken met het aanschuiven van je stoel? Of dat je de mooiste ritmes kunt ontdekken in het kletteren van regendruppels op je paraplu, of in het
Elk diertje heeft zijn eigen maniertje, maar heeft het ook zijn eigen dansje? In deze dansles onderzoeken de kinderen verschillende dieren. Hoe zien ze eruit?
Hoe bewegen ze? Dan bekijken ze enkele heel eigenzinnige dieren, ze ontdekken dat de manier waarop de dieren bewegen bijna dansbewegingen
Daarna bekijken ze de vertaling van die beweging in een dans. Door de voorbeelden worden de kinderen geïnspireerd en komen ze op een andere manier in beweging. Ze oefenen in groepjes hun eigen dans en voeren die uit. Als afsluiting imiteren de kinderen enkele komische rek- en strekoefeningen van
bonkende geluid van een langsrijdende trein? In deze muziekles ontdekken de kinderen precies dat laatste! De les begint met een simpele vraag: ‘Kun je een trein nadoen?’ Deze opdracht leidt al snel tot een klinkend orkest van stoomfluitgeluiden, ritmisch geratel van wielen en het ‘tsjoek-tsjoek’ geluid van een oude locomotief. De kinderen hebben de grootste lol wanneer ze hun treingeluiden aan elkaar laten horen.
Klinkt als een feestje, toch? En dat is het ook! Met behulp van grafische klanktekens worden de geluiden gekoppeld aan muzikale begrippen, zoals tempo (hoe snel of langzaam de trein gaat) en dynamiek (hoe hard of zacht de trein klinkt). Zo krijgen de leerlingen een dieper begrip van muziek. Wanneer de grafische afbeeldingen daarna door de leerlingen worden verklankt met schoolinstrumenten leren ze niet alleen te luisteren, maar ook muziek te ontwerpen en te spelen. Met de creativiteit op volle toeren, bewegen de leerlingen als treinen door het lokaal. Tot slot stellen de leerlingen hun eigen unieke treinmenu samen. Van een razendsnelle hogesnelheids-puree tot een langzaam puffende pannenkoek – alles kan en alles mag! Het resultaat is een symfonie van geluiden die zelfs de grootste treinliefhebber zal doen glimlachen.
muziekwijs groep 4
Spekkie en Sproet
Complot in de trein
Door: Vivian den Hollander
Illustraties: Juliette de Wit
Spekkie en Sproet gaan met politieneef Nelson naar Duitsland. In de trein krijgt Nelson een telefoontje: hij moet voor een belangrijke zaak meteen door naar Wenen. Spekkie vindt het prima, nu kan ze lekker speuren! De nachttrein zit namelijk vol mensen die zich eigenzinnig gedragen…
inkijkexemplaar
Acteurs klaar? Dromen maar! Beleef de wildste dromen in deze toffe dramales! De leerlingen worden royalty’s, ridders of superhelden en ontdekken hoe deze karakters zich in een droomscenario gedragen. Ze creëren eigenzinnige verhalen en tableaus. Zet je oogmasker af en slaap met je ogen open.
dramawijs groep 4
Word nooit groot
Door: Roald Dahl
Illustraties: Quentin Blake
Wat zou er gebeuren als je altijd kind bleef en nooit volwassen werd? Dan hoefde je in ieder geval niet al die vreselijk verantwoorde grotemensendingen te doen. Het is gewoon sneu met hoeveel saaiheid volwassenen hun dagen vullen. Maar het kán ook anders…!
Dit boek is een ode aan fantasie en vindingrijkheid.
inkijkexemplaar
Boer Boris
Ouders en leerkrachten kennen Ted van Lieshout misschien wel het best van zijn
Boer Boris-boeken over een kleuter die een boerderij runt en op fijne grote machines rondrijdt.
Het eerste deel verscheen twaalf jaar geleden en onlangs verscheen het negentiende deel, Boer Boris en de dino. Maar niet enkel Boer Boris (waarvoor Philip Hopman de illustraties maakt) is typerend voor het oeuvre van Ted. Hij werkte aanvankelijk als illustrator en ging gaandeweg het maken van illustraties combineren met het schrijven van teksten voor kinderen. Hij maakt kinderpoëziebundels, bedoeld voor wie ze maar wil lezen, met prachtige titels als
Begin een torentje van niks, Mijn botjes zijn bekleed met deftig vel of Mama, waar heb je het geluk gelaten? Hij heeft jeugdliteratuur gepubliceerd over kunst en jeugdliteratuur met kunst zoals zijn verrassende beeldsonnetten met spruitjes, bloemen, dobbelstenen, schelpen of kauwgummetjes.
En hij schrijft romans die – net als de gedichten – vaak autobiografische elementen bevatten.
Als ik arriveer op de zolderetage van Ted van Lieshout vlakbij de Zeedijk, krijg ik onmiddellijk iets heerlijks en vooral ook heel groots met amandelspijs aangeboden met daarbij de bezorgde vraag of ik misschien niet allergisch ben voor een van de ingrediënten. Gelukkig niet, maar het is niet eenvoudig om vragen te stellen en tegelijkertijd te eten. Toch lukt het om me voor te stellen. Ik vertel over mijn ervaring als lerarenopleider Nederlands en over de Rijke- taalboeken waarmee mijn collega en ik proberen het taalen leesonderwijs te verbeteren en jeugdliteratuur op de kaart te zetten. Vanmiddag gaan we het hebben over lezen en kunst, over hoe je kinderen, pabo-studenten en leraren kunt motiveren voor lezen en waarom dat in de praktijk zo slecht lukt.
Een interview met Ted van Lieshout
Erna van Koeven
Dit artikel is voor een magazine over kunst, dus laten we starten met de vraag of je boeken kunt gebruiken om over kunst te leren. Jeugdliteratuur is kunst. Nou ja, je hebt jeugdlectuur en jeugdliteratuur. Jeugdliteratuur is kunst. Voor volwassenen is kinderlectuur niet boeiend, maar literatuur is gelaagd, je ziet er altijd iets extra’s in. Dat maakt dat jeugdliteratuur ook voor volwassenen interessant is om te lezen of voor te lezen. Het doet er niet toe of een kind die lagen ontdekt. Als je literatuur maakt, zoals ik bijvoorbeeld bij Boer Boris doe, zorg ik ervoor dat een boek niet alleen voor kinderen, maar ook voor volwassenen boeiend is. Zo kun je het steeds opnieuw voorlezen en ontdek je telkens iets anders. In ons nieuwe Boer Boris-boek vinden
ze dino-botten en bellen ze ‘met Naturalis met een man die kaal is’. Kleuters zullen er niet van opkijken dat dat rijmt, maar ouders zien de humor er wel van
in. Als jeugdboekenauteur maak je jeugdliteratuur die niet alleen geschikt is voor kinderen, maar ook voor de omgeving van die kinderen.
En de boeken over kunst die je hebt gemaakt? Mij valt het op dat die niet belerend zijn, dat ze eerder gaan over goed kijken dan dat je precies leert hoe een schilder heet en welke werken hij of zij heeft geschilderd.
Ja, ik heb een boek gemaakt dat Wat is kunst? heet. Daarin komt een meisje het boek binnen en vraagt zich af wat kunst is. ‘Nou,’ zeg ik als schrijver van dat boek: ‘Vind dat zelf maar uit. Stel je voor dat je wakker wordt op een eiland, je bent aangespoeld, er is helemaal niks en je moet daar een week blijven.’ Als je op zo’n eiland bent, ontstaat kunst vanzelf. Je kijkt eerst of er water is en iets te eten, of je kleren kunt vinden. Maar als dat er allemaal is en verder niets, ga je dood van verveling.
Het motto van dat boek is: Kunst is alles wat je doet om niet dood te gaan van verveling. Kunst is een soort nagel waarmee je aan je kop krabt. Als je maar lang genoeg krabt, ontstaat er een gaatje en komt er licht in je hoofd. Kunst verruimt je geest, verruimt je denken en alles wat ik schrijf staat in het kader daarvan. Bij kunst heb je je eigen gedachten. Kunst gaat om vrijheid, vrijheid om te vertellen wat er in je opkomt. De opzet van dat boek is niet om kinderen iets te leren over kunst, maar om bij kinderen belangstelling te wekken voor kunst. Mijn tip aan leraren is ook
om een bezoek aan een museum altijd voor te bereiden. Je gaat eerst zelf, je koopt een paar ansichtkaarten en die bespreek je in de klas. Welke zou jij kiezen?
Welke zou jij naast elkaar willen
hangen? En eenmaal in het museum gaan kinderen meteen naar de werken die ze inmiddels kennen. Ze komen niet in een vreemde omgeving, maar in eentje die toch al enigszins vertrouwd aanvoelt.
Je maakt heel vaak gebruik van vergelijken in je boeken. Ja, vergelijken = beter kijken. Ik bied kinderen graag twéé dingen aan in plaats van slechts één. Twee schilderijen of twee gedichten bijvoorbeeld. Door werken in elkaars context te plaatsen, wordt het veel makkelijker om er iets over te zeggen. Bijvoorbeeld: ‘ik vind het ene mooier dan het andere omdat er een paard op staat en ik houd erg van paarden’. Dat is het begin van kunstbeschouwing, zonder dat een kind het in de gaten heeft.
(Voor)gelezen boeken verzamelen
Zelf maak ik ook vaak gebruik van dat vergelijken, als ik het verschil tussen kwalitatief goede en minder goede boeken wil laten zien. Je hoeft ze maar naast elkaar te laten zien en studenten beginnen meteen overeenkomsten en verschillen te benoemen.
Dat is precies wat ik bedoel. Ik ben een groot voorstander van leesdagboeken. Wat je zou moeten doen, is kinderen vanaf groep 1 een leesdagboek bij laten houden. Eerst schrijven ouders of leraren de titels van voorleesboeken op en vragen ze kinderen te vertellen wat ze van zo’n boek vinden. Dat schrijven ze dan ook op. Later doen kinderen dat met wat ze zelf lezen. Zo bouwen ze een verzameling boeken op, een boekenkapitaal.
Ze kunnen dan steeds opschrijven wat ze van een boek vinden in vergelijking met een ander boek. Als ze een leesdagboek hebben, hoeven ze niet langer te zeggen: dat boek is leuk, dat boek is niet leuk. Ze kunnen dan elk nieuw boek bespreken in de context van
de boeken die eerder al gelezen zijn. Zo van: ‘Ik vind dit boek niet zo mooi als het vorige, want ik vind de zinnen te lang.’
Ik zou willen dat ze hun hele schooltijd zo’n leesdagboek bijhouden. Mijn wens zou dan zijn dat je het aan het einde van de middelbare school laat zien.
Je toont je leesgeschiedenis: ‘Kijk, dit heb ik allemaal gelezen.’ Dat is veel mooier dan wanneer je ineens, als je veertien bent, vier boeken moet lezen. In je leesdagboek mag ook een stripboek van Suske en Wiske staan. Het is helemaal niet zo gemakkelijk om op te schrijven wat je van Suske en Wiske vindt. Ook stripboeken horen in je boekgeschiedenis. Als kinderen alleen maar strips lezen, kun je als leraar stellen dat de leerling ook andersoortige boeken tot zich moet nemen. En dan aanbevelingen doen voor een boek dat geschikt zou kunnen zijn.
Wil je het hele interview lezen? Klik dan hier
In dit magazine is Erna van Koeven in gesprek met kinderboekenschrijver Ted van Lieshout. Zelf is Erna al jaren bezig met een zoektocht naar goed taal- en leesonderwijs in het primair onderwijs, maar ook in het voortgezet onderwijs en het mbo.
Over haar gedrevenheid voor goed taal- en leesonderwijs zegt ze: ‘Ik werk al jaren in het opleidingsonderwijs. Ik praat veel met studenten en leraren en kom regelmatig op scholen. Het viel me steeds meer op dat het is alsof lezen en literatuur niets met taal- en leesonderwijs te maken hebben. Taal leek alleen maar te gaan over methodes en oefeningen op stippellijntjes, over ‘teaching to the test’. Leerlingen zijn meestal niet gemotiveerd voor die methodes en zeker de zwakkere leerlingen profiteren er te weinig van.
Het werd me steeds duidelijker dat taal en lezen alles met kansenongelijkheid te maken
hebben: als je niet leest word je laaggeletterd en red je je niet in de digitale maatschappij. Maar ook jeugdliteratuur maakt deel uit van taal- en leesonderwijs en aardrijkskunde, geschiedenis, natuur, beeldende kunst, muziek, drama of dans. Als je elke dag voorleest uit mooie jeugdboeken over die vakken geef je kinderen de kans taal te bouwen. Laat ze ook iedere dag zelf lezen.
Natuurlijk mogen ze hun eigen boeken kiezen, maar zorg daarnaast voor boeken over dat ene interessante vakthema. En voor mooie opdrachten waarbij kinderen worden uitgedaagd om te denken, bijvoorbeeld beeldende opdrachten of opdrachten op het gebied van dans of muziek.’
‘Lezen hoort bij alle vakken en het is een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van ons allemaal dat kinderen in aanraking komen met mooie boeken. Ik hoop dat de ideeën in het interview met Ted van Lieshout heel veel leraren zullen inspireren.’
Erna van Koeven is docent bij de Master Educational Needs en onderzoeker bij het lectoraat Onderwijsinnovatie en ICT van Hogeschool Windesheim. Ze is medeauteur van de boeken Rijke taal. Taaldidactiek voor het basisonderwijs en Rijke taal (v)mbo. Taaldidactiek voor het (voorbereidend) middelbaar beroepsonderwijs In de veelgelezen blog geletterdheidenschoolsucces.blogspot.com doet ze regelmatig verslag van haar werk. In het begin van 2025 komt er een nieuw boek (samen met Femke Ganzeman en Herman Verschuren). Dat gaat over jeugdliteratuur bij de basisschoolvakken.
Groene voetafdruk
We hebben één aarde, maar zoals we er nu op leven hebben we er eigenlijk wel drie nodig. Als je echt eigenwijs bent, dan help je de wereld te verbeteren. Bij Achmed thuis liggen zonnepanelen op het dak. Sterre gooit al het afval – ook de kleine snippers – in de prullenbak. Mirthe koopt alleen
muziekwijs groep 6
maar tweedehands kleren en Jim wil echt niet meer vliegen. Hij gaat in Nederland op vakantie. Hoe groen is jouw voetafdruk en hoe kun je die voetafdruk kleiner maken? Je er kunt in deze muziekles natuurlijk over praten, maar het is veel leuker er over te zingen en jezelf te begeleiden met boomwhackers.
Als je eigenwijs bent, dan doe je graag heel veel dingen net even anders dan anderen. Als de een gaat springen, dan ga jij toch zeker slenteren?
Als de ene zacht praat, dan ga jij hard schreeuwen (of andersom). Als je een vriendje of vriendinnetje hebt die altijd precies hetzelfde doet als jij, dan begint dat snel te vervelen! Weet je nog enkele tegenstellingen te bedenken? In de dansles ‘Water en vuur’ gaan de kinderen aan de slag met tegenstellingen in bewegingen. Ze leren hun bewegingen te ordenen in tijd, kracht en ruimte. Ze passen dit toe in allerlei dansvormen en ze leren hun bewegingen af te stemmen op de muziek.
We maken veel gebruik van video-opnames in de danslessen. De kinderen bekijken allerlei voorbeelden als inspiratiebron voor hun eigen ideeën. Zo bekijken ze in deze les verschillende vormen van klassieke dans en hiphop. Daarop dansen ze zelf in de sfeer van water of vuur. Ze ervaren dat het zoeken van tegenstellingen tot mooie verschillen kan leiden. En natuurlijk dat iemand die heel anders is, ook heel leuk kan zijn. Eigenlijk kun je zeggen: hoe eigenwijzer, hoe leuker!
danswijs groep 5
Durf jij lekker eigenwijs te griezelen?
Voor wie niet snel bang is, bieden wij een spannende dramawijs les vol griezelplezier.
In deze creatieve les ontdekken kinderen wat een verhaal griezelig maakt en hoe je dit het beste kunt uitbeelden. De les begint met een verkenning van bestaande griezelverhalen. Samen bespreken de leerlingen wat een verhaal eng maakt. Is het de setting, zijn het de personages of de onverwachte wendingen? Vervolgens bedenken ze in groepjes hun eigen griezelverhaal. Hierbij maken ze gebruik van pantomime en verteltechnieken om het publiek echt te laten sidderen van angst.
Experimenteren staat centraal in deze les. De leerlingen proberen zowel verbaal als non-verbaal hun verhaal over te brengen. Door de
In de Kinderboekenweek lezen de kinderen over dwarse figuren in boeken. Dat kan ook door dwarse liedjes te zingen. Dit is zo’n liedje. Het is tekstueel een grap. Een grote grap! Kinderen voelen zelf heel goed aan dat deze tekst overdreven is. Natuurlijk mogen kinderen zelf iets zeggen. Natuurlijk mogen kinderen ook iets vragen. Alhoewel het ook weleens heel erg handig kan zijn dat ze soms even
zingwijs groep 5 | 6
techniek ‘slow motion’ toe te passen, maken ze de spannendste momenten extra duidelijk. Deze techniek helpt hen om de intensiteit van het griezelverhaal visueel over te brengen op hun publiek. Na het spelen van de verhalen bespreken de leerlingen hun prestaties en die van hun klasgenoten. Ze benoemen de spannendste momenten en spelen deze klassikaal nog eens in slow motion na. Deze interactieve aanpak bevordert hun expressieve vaardigheden en maakt leren vooral heel leuk!
dramawijs groep 5
Kinderen zien in deze les beeldend inspirerende voorbeelden van kunstwerken gemaakt van afvalmateriaal tot eigenwijze fantasiedieren. Ze gaan zelf aan de slag met afval als basismateriaal en leren bevestigingstechnieken zoals lijmen, nieten en knopen. Zo worden creativiteit en milieubewustzijn op een speelse manier gecombineerd!.
beeldwijs groep 5
Door:Paul van Loon
Illustraties:Caren Limpens
Hoe word je een weerwolf? Wat is zombiepoeder? Wat doe je als je een vampier tegenkomt? Niemand weet dat beter dan Paul van Loon. Op verzoek van zijn fans schreef hij een handboek vol griezelige weetjes. Zo weet jij precies wat te doen als je juf ineens spitse hoektanden krijgt!
inkijkexemplaar
Door: Marc ter Horst
Illustraties: Tom Schoonooghe
Dit boek vertelt je alles wat je moet weten over huisdieren in de breedste zin van het woord. Welk dier eet zijn eigen keutels op? Wat is het verschil tussen een lama en een alpaca? Welk huisdier is non-binair? Hoe vinden duiven de weg naar huis? Hoe goed kunnen paarden tellen? Welk boerderijdier is verwant aan de T.rex?
inkijkexemplaar
Alarm! Het gaat niet goed met de basisvaardigheden van kinderen in het basisonderwijs. De probleemgebieden zijn met name: taal, rekenen, burgerschap en digitale geletterdheid. Als ontwikkelaars van EigenwijsNext vragen we ons af: wat kunnen wij doen om basisscholen te helpen deze basisvaardigheden op het gewenste niveau te krijgen?
Kunst als katalysator voor basisvaardigheden
Onze digitale methode biedt een unieke kans om basisvaardigheden te integreren in kunstlessen. Impliciet gebeurt dat al: taal speelt altijd een rol in onze lessen, burgerschapsthema’s komen vaak aan de orde en digitalisering krijgt steeds meer een plek binnen EigenwijsNext. Rekenen is misschien nog wel het lastigst, afgezien van liedjes over de tafels en tellen. Door nu veel gerichter, veel explicieter te werk te gaan, kunnen we onze lessen verrijken met waardevolle elementen uit de basisvaardigheden.
Gerichte verrijking van lessen Elke kunstles krijgt een extra onderdeel waarin één of meerdere basisvaardigheden
worden toegevoegd:
• Taal: fragmenten jeugdliteratuur, gedichten, leesteksten en schrijfopdrachten.
• Rekenen: betekenisvolle suggesties voor aanvullende rekenopdrachten.
• Burgerschap: leren discussiëren, kennis over de inrichting van Nederland, gespreksvormen en respectvol met elkaar omgaan.
• Digitale geletterdheid: De computer en internet inzetten om kennis te maken met andere culturen en cultuuruitingen, digitale werkvormen, muziek monteren onder films en digitaal muziek maken.
Vakoverstijgend en tijdbesparend werken
Een veelgehoord bezwaar is dat verrijkte lessen meer tijd vragen.
Wij zien deze stap echter als een kans om vakoverstijgend te werken. Door kunst- en cultuuronderwijs te koppelen aan basisvaardigheden, ontstaat er samenhang binnen het onderwijs en besparen we tijd. Bovendien wordt de betrokkenheid van kinderen bij hun leerproces vergroot..
Geen nieuwe methodiek, wel waardevolle verrijking
Laat er geen misverstand ontstaan: we creëren geen nieuwe methodieken voor taal, rekenen, burgerschap en ICT. De verrijkingen zijn te incidenteel en niet dekkend voor de verschillende leerlijnen. Wat we wel bieden, is waardevol materiaal waarmee leerkrachten binnen de kunstvakken expliciet aandacht kunnen schenken aan basisvaardigheden.
Samenwerken met leerkrachten Hoewel wij als auteurs van kunstzinnige lessen niet gespecialiseerd zijn in de basisvaardigheden, willen we graag samenwerken met leerkrachten uit het basisonderwijs. Ben jij bijzonder betrokken bij taal, rekenen, burgerschap of digitale geletterdheid? En lijkt het je een uitdaging om met ons te werken aan een sterker onderwijsaanbod? Meld je dan bij info@eigenwijsnext.nl aan om ons te helpen deze verrijkingslessen te ontwikkelen. We ontwikkelen momenteel in een testfase de verrijkingen voor groep 5 en starten vanaf 1 januari 2025 met vier ontwikkelgroepjes om verrijkingsvormen voor andere groepen te vinden.
Doe Mee en Maak een verschil
Dit project belooft erg zinvol en inspirerend te worden.
We nodigen alle leerkrachten uit om mee te doen en samen met ons te werken aan het verrijken van het kunstonderwijs met belangrijke basisvaardigheden. Samen maken we een verschil! Doe je mee?
7 | 8
‘Wat zie je er leuk uit vandaag.’ Soms hoor je dat iemand heel iets anders bedoelt dan dat hij zegt.
Waar hoor je dat aan? Het is de toon waarop iemand iets zegt, dát maakt het verschil. C’est le ton qui fait la musique zeggen de Fransen. In de les ‘Hetzelfde maar toch anders’ leren de kinderen dat de manier waarop iets gezegd wordt, bepalend is voor de boodschap. Maar dat is niet het enige. ‘Wat zie je er leuk uit’ tijdens carnaval betekent heel iets anders dan wanneer het gezegd wordt op een bankje bij maanlicht of wanneer iemand net uit een regenbui komt. Met behulp van de vijf W’s – wie, wat, waar, wanneer en waarom – spelen de kinderen dezelfde tekst met verschillende emoties en op verschillende manieren. Daarbij denken ze na over personages in verschillende situaties.
Herkennen wat de ander bedoelt, betekent dat je je kunt inleven in iemand anders. Ook dat is een belangrijke opbrengst van kunstonderwijs.
dramawijs groep 7
Marte Jongbloed
Als kinderboekenschrijfster, dramadocent en als docent taaldidactiek en jeugdliteratuur aan de Hogeschool Leiden ziet Marte Jongbloed literatuur als een essentiële component binnen de kunstvakken op de basisschool.
‘Het gaat niet zo goed met de taalvaardigheid van kinderen in Nederland. Onderzoek wijst uit
dat we het tij kunnen keren door van elke les een taalles te maken. Zo kunnen we meer bereiken dan door het aanbieden van ‘begrijpend lezen’ als apart vak. We weten ook dat ‘kennis van de wereld’ en ‘woordenschatkennis’ heel belangrijk zijn voor het leesbegrip.
Binnen EigenwijsNext voorzie ik leerkrachten van praktische suggesties om taal en literatuur in hun kunstlessen te integreren. Ik moedig hen aan om thematisch
te werken, waarbij vakken samenkomen rondom een centraal thema. Hierdoor wordt er tijdens de kunstlessen ook gewerkt aan die belangrijke ‘kennis van de wereld’. Dit samenspel stimuleert kinderen om creatief en diepgaand na te denken over verschillende thema’s, over de wereld, over zichzelf en elkaar. Het aanbieden van lesdoelen van vakken in samenhang maakt het onderwijs veel betekenisvoller en effectiever
en is gunstig voor het vaak al te drukke lesrooster. Door het lezen van verhalen en gedichten leren kinderen zich in te leven in andere situaties en perspectieven, wat een cruciale vaardigheid is.
Mijn advies aan leerkrachten?
‘Lees zelf ook veel jeugdliteratuur en neem deel aan een gezellige leesclub, bijvoorbeeld binnen je school, om zo een breed repertoire op te bouwen dat je in de klas kunt inzetten.’
Soms lijkt het alsof je ook echt niets meer mag. Zit je net lekker te rappen op een strakke beat van Spotify, kloppen de buren tegen de muren en roepen ‘Hé, wat een geluid, stop en zet die rapper uit!’
Dat kan natuurlijk niet… Rap hoort hard te zijn. En daar zomaar mee stoppen past echt niet in de eigenwijze boekweekwereld waarin drie maal drie zes is, waar je niet naar je ouders hoeft te luisteren en waar je de hele dag ijs kunt eten. In dit lied zijn er voor kinderen even geen grenzen. Pop, rock and roll, rappen, jazz! Alles mag klinken en dan ook nog eens zo hard als je zelf wilt.
zingwijs groep 7 | 8
Ben jij daar ook zo jaloers op? Op die kids die op een beat over de grond kronkelen, op hun rug draaien met hun benen in de lucht?
Breakdance ziet er heel ingewikkeld uit, maar een paar eenvoudige moves kan iedereen leren. Probeer het in deze dansles zelf eens en
danswijs groep 8
Hoe lekker is het om je soms af te zetten tegen je omgeving en je eigen keuzes te maken? Dit thema voor groep 7-8 staat centraal in de muziekles ‘Lekker Eigenwijs!’ die speciaal is geschreven voor de Kinderboekenweek 2024. De leerlingen zingen over de vrijheid om hun eigen plan te trekken, zonder zich er druk over te maken wat anderen ervan vinden. Waarom zou je brood eten als ontbijt? Toetjes zijn veel lekkerder! Een experimentenlab opstellen in de keuken? Lekker doen!
Soms leer je meer wanneer je van het gebaande pad afwijkt. In deze les worden kinderboeken en muziek gecombineerd. De leerlingen lezen verschillende passages uit het spannende boek ‘Offline’ van Marco Kunst. Bij de passages kiezen ze geschikte achtergrondmuziek en maken een eigen klankverhaal. Als extraatje lezen de leerlingen een deel van het boek als een echt toneelstuk.
In deze les komen muziekonderwijs en lezen op een inspirerende manier samen.
muziekwijs groep 8
Hoe zie je of een bankbiljet echt is? De kinderen bestuderen briefgeld om te begrijpen hoe deze zijn vormgegeven en beveiligd. In groepjes ontwerpen ze een serie realistische bankbiljetten. Deze les beeldend combineert creativiteit, kennis en technische vaardigheden, om spelenderwijs te leren over geld en ontwerp.
Door: Marco Kunst
Illustraties: Yannick Pellegrin
Het verhaal uit dit boek speelt zich af in het jaar 2037. Mike verhuist naar Nieuw Babylon, een stad waar iedereen altijd online is. De grens tussen de virtuele wereld en de echte wereld vervaagt steeds meer. Het lijkt bijna te mooi om waar te zijn, totdat Mike een onheilspellende waarschuwing krijgt...
inkijkexemplaar
Hotel bonbien
Door: Enne Koens
Illustraties: Katrien Holland
Een boek over een eigenwijs meisje, Siri, dat met haar ouders in Frankrijk woont. Siri vindt het de mooiste plek op aarde en wil er nooit meer weg. Haar ouders ruziën vaak over geldproblemen. Alleen een wonder kan hen nog redden. Dat wonder komt er, alleen anders dan Siri had gedacht… inkijkexemplaar
beeldwijs groep 8
Dit eerste magazine van EigenwijsNext is nog maar het begin. In de toekomst zullen er meer edities van het What’s Next Magazine verschijnen. Hierin bespreken we niet alleen de ontwikkelingen binnen EigenwijsNext, maar ook nieuwe trends en innovaties in het kunstonderwijs.
Ben je al nieuwsgierig? We laten je snel weten wanneer de volgende editie verschijnt.
Heb je nog vragen?
Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen. We staan altijd klaar om al je vragen te beantwoorden.
Tot de volgende editie!
Met vriendelijke groet, Team EigenwijsNext www.eigenwijsnext.nl
Redactie
Team EigenwijsNext
Grafisch Ontwerp
Mariëtte Haverkort, Criterium, Arnhem
Drukwerk
Graphius, Gent
Oplage 7.200 stuks
Datum van publicatie
September 2024
Contactgegevens
+31 (0)85 104 70 92 info@eigenwijsnext.nl
Meesters in Muziek Voskuilerdijk 28a 8094 PW, Hattemerbroek
In EigenwijsNext vind je honderden inspirerende digitale lessen en liedjes voor muziek, dans, drama en beeldende vorming. Het materiaal is geschikt voor alle groepen van de basisschool. De lessen en liedjes worden regelmatig vernieuwd. Zo blijven ze actueel voor kunst en cultuuronderwijs voor alle leeftijden. Iedere kunstdiscipline in EigenwijsNext heeft een lessenreeks die is gebaseerd op de doorlopende leerlijn van de SLO.
Ja hoor, dat kan! Geniet twee maanden lang van alle mogelijkheden van EigenwijsNext. Zonder verplichtingen en helemaal vrijblijvend. Vraag nu een gratis proefabonnement aan via eigenwijsnext.nl/ bestellen.