Interview FC Eindhoven-coach Mitchell van der Gaag

Page 1

interview

interview

Mitchell van der Gaag

Ik wil mijn leven niet door laten regeren

angst

FC Eindhoven-trainer Mitchell van der Gaag (43) is zuinig op zijn lijf en leven. Desondanks hing zijn leven in 2013 aan een zijden draad door een schok, als gevolg van hartrimtestoornissen, die hem bijna fataal werd. “Inmiddels is alles onder controle en kan ik er heel oud mee worden. Aan de andere kant is het wel bijzonder dat ik hier nog zit!” Een openhartig interview met de man die FC Eindhoven minimaal naar de play-off’s moet loodsen. TEKST: EDDY JANSEN | FOTO’S: KIM BALSTER

Je was niet de meest voor de hand liggende naam als nieuwe trainer van Eindhoven. “Daar kan ik mij wel iets bij voorstellen. Portugal is tenslotte al een groot aantal jaren mijn thuisbasis, dus ik was in Nederland niet echt vol in beeld. Daar heb ik ook geen moeite mee. Ik weet dat er in Nederland veel goeie trainers zijn die geen baan hebben. Er is een overschot. Ook in die zin is het misschien best wel opmerkelijk dat ze bij mij uitgekomen zijn.” Stond je er zelf verbaasd van dat ze bij jou kwamen? “Nee, want ik had het eigenlijk wel een beetje verwacht. Ik zou het misschien wel vreemd gevonden hebben als ze níet gekomen zouden zijn. Ik heb een jaar geleden een gesprek gehad met Hans Smulders. Gewoon ter kennismaking. Zijn werkwijze sprak mij aan en hij had blijkbaar ook plezierige herinneringen aan dat gesprek.” Wie heeft het initiatief genomen? Hoe ging dat? “Hans belde mij op. Toen had FC Eindhoven nog kans om te promoveren, maar bij ons eerste gesprek was al duidelijk dat FC Eindhoven niet naar de eredivisie zou gaan. Dus ik wist dat er minder kandidaten voor de trainerspost zouden zijn en ik wist ook dat veel bepalende spelers weg zouden gaan en dat FC Eindhoven in feite weer vanaf nul moest beginnen. Dat vond ik wel een uitdaging.” Je bent nu terug in Nederland na 15 jaar Portugal. Ben je al verPortugeest? “Ja, dat is ook logisch. Ik heb mooie jaren in

002

Portugal gehad. Ik heb veel gespeeld bij een mooie club, Maritimo Funchal, ik heb weinig blessures gehad. En de laatste jaren heb ik er als trainer gewerkt. Ik ben begonnen bij mijn oude club, Maritimo en daarna heb ik ook nog bij Belenenses gewerkt. Ik spreek de taal goed en hou van het leven daar.”

want het is daar vrijwel altijd mooi weer. Qua voetbal is men in Portugal minder mondig. Hier willen spelers nog wel eens de discussie met je aan. Is het vaak ‘ja maar…’. Een Portugese voetballer is in die zin volgzamer. Ik ben geneigd om harder, fysieker te trainen. Dat zijn ze hier niet gewend.”

Ben je bewust altijd in Portugal blijven wonen? Was er nooit eerder een mogelijkheid om terug te keren?

Ben je geschrokken van het voetbalniveau in Nederland? Want dat is de afgelopen vijftien jaar bepaald niet vooruit gegaan.

“Wij wisten al vrij snel dat onze toekomst in Portugal zou liggen. Niet zozeer op het eiland Madeira, maar wel op het vasteland, in de buurt van Lissabon. We waren helemaal niet bezig met een terugkeer naar Nederland. Ik ben natuurlijk zoals jij dat noemt verPortugeest. Qua voetbalbeleving ook, want dat is in Portugal veel meer resultaatgericht dan in Nederland. Als trainer weet je dat ook, want als je in de eerste vijf wedstrijden net presteert, lig je buiten. Zo simpel is dat. De voetbalcultuur is ook heel anders: je mag lelijk voetballen als je maar punten haalt, je mag verdedigend spelen, puur op resultaat spelen. Dat wordt daar allemaal moeiteloos geaccepteerd. Als je maar wint. Het staat echt allemaal haaks op het Nederlandse voetbaldenken. Dat is volstrekt anders dan bij ons in Portugal. Alles is gericht om op korte termijn resultaat te boeken.” Moet je na vijftien jaar Portugal weer wennen in Nederland? “Ja, zeker. Maar ik denk dat mensen ook aan míj moesten wennen. Dat werkt natuurlijk twee kanten op, want ik breng als trainer een werkwijze uit Portugal mee. Het is ánders. Qua leven is het allemaal wat relaxter in Portugal, ik ben rustiger geworden. Minder gehaast. Ik geniet wat meer van het weer,

“Ik vind dat in zoverre meevallen, omdat je in Portugal dezelfde trend ziet. Ook in Portugal gaan de beste spelers op steeds jongere leeftijd naar andere clubs toe, naar een grote buitenlandse competitie. Ook daar zie je een bepaalde nivellering. Portugal heeft het nadeel gehad dat er lange tijd geen tweede teams waren. De talentvolle jeugd van de grote clubs kwamen terecht op hoofdklasseniveau, zodat die laatste stap enorm groot was. Die vielen tussen wal en schip en gingen ook naar het buitenland: naar Roemenië, Cyprus, Griekenland. In Nederland zie je in wezen hetzelfde, waar de besten naar het buitenland gaan, maar ook de categorie daar onder. Als je de top drie in Portugal, Benfica, FC Porto en Sporting Lissabon vergelijkt met de Nederlandse top drie PSV, Ajax en Feyenoord. Wat zeg jij dan? [Denkt even na…] “Ik vind de top drie in Portugal beter dan in Nederland. Dat kun je ook zien aan de onderlinge resultaten van Nederlandse clubs tegen de Portugese. Zij zijn nog wel in staat om duurdere spelers te kopen. Porto koopt altijd goede Zuid Amerikaanse spelers. Dat heeft met geld en scouting te maken. Ik denk dat een speler bij de top

003


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.