Duurzaam Gebouwd Magazine 31

Page 1

Van toegevoegde waarde in elk bouwproces

BOUWSOFTWARE VAN ONTWERP TOT OPLEVERING Duurzaam Gebouwd # 31 | september 2015

4D Uittrekken

Begroten

Plannen

Ontwerpen

BIM

Detailleren

5D Combineren

Controleren

Peter Vermaat: ‘De energiemarkt krijgt andere vormen’

Communiceren

Produceren

# 31 | september 2015 Construsoft ondersteunt al 20 jaar de bouw en GWW met oplossingen voor engineering, calculeren, planning, productie en uitvoering. We zijn experts in software voor virtueel bouwen en ondersteunen als partner van Trimble Buildings aannemers, ingenieurs en onderaannemers bij de implementatie van CAD en BIM. Onze expertise hebben we opgedaan in de vakgebieden van staal, hout (HSB) en (prefab)beton. Kijk op construsoft.com of bel 0316 200 000 voor meer info.

Gebouwschil

Maatschappelijk vastgoed

Met onder meer een artikel over biobased front ‘Duurzame gebouwschil flinke stap dichterbij’ en het interview ‘Nieuwe kozijnenreeks mengt duurzaamheid met esthetiek’.

Met onder meer een rondetafelgesprek over de winnaar van de Gouden Kikker Award 2014 ‘Duurzaamheid slaat ook op leefbaarheid’ en het projectartikel ‘Venlo’s pronkstuk inspireert internationaal’.

De nachtrust van Groningers ‘Gezocht: de moderne Jules Verne’ Met leasegevels naar een volledig circulaire economie


solid-air.nl

De hoogste standaard in goed geklimatiseerde ruimtes

Klimaatplafonds van Solid Air Solid Air ontwikkelt en produceert klimaatplafonds in haar eigen fabriek en biedt daarmee onbegrensde mogelijkheden bij het ontwerpen van uw klimaatplafonds. Met klimaatplafonds van Solid Air kunt u oneindig variëren in samenstelling. Naast de integratie in standaard systemen, zoals bijvoorbeeld een bandraster- of een cassettesysteem, kan het metaalplafondsysteem worden toegepast in o.a. plafondeilanden, een ‘trapezium’ en/of ‘gewelfd’ plafond.

Ook verticale en schuine toepassingen zijn mogelijk en combinaties met andere plafondtypes geven nieuwe mogelijkheden in kleur, materiaal en kosten. Belangrijkste eigenschappen: Uitstekende koel- en verwarmingscapaciteit Hoogste comfort klasse A conform EN 7730 Koelend vermogen: 55-90 W/m2 Verwarmend vermogen: 80-140 W/m2 Energiezuinig Flexibel in ontwerp Gunstige EPN

Solid Air® maakt deel uit van de Nijburg Industry Group. De groep omvat een internationaal actieve organisatie die bestaat uit de bedrijven Solid Air® (luchtbehandeling, luchtverdeeltechniek, brandwerende producten en klimaatplafonds) , Velu® Klimaattechnische Groothandel, Nijburg® Klimaattechniek (engineering, installatie en montage) en Nijburg® Products (productie/fabricage).

Tel +31 20 696 69 95 mail@solid-air.nl


Duurzaam Gebouwd

Groot interview: Peter Vermaat

10

Voorheen afkomstig uit één bron is energie iets geworden dat overal vandaan kan komen. Enexis-CEO Peter Vermaat ziet zich geplaatst voor vele vragen naar toekomstvaste antwoorden voor het transporteren van energie. Om grip te krijgen en te houden op die toekomst participeert Enexis in veel proeftuinen.

Thema: Gebouwschil • Algemeen: Duurzame gebouwschil flinke stap dichterbij • Interview: ‘Nieuwe kozijnenreeks mengt duurzaamheid met esthetiek’ • Project: Gevel van klinkers en krabpleister • Thematisch nieuws

17 Thema: Maatschappelijk vastgoed • Rondetafelgesprek: ‘Duurzaamheid slaat ook op leefbaarheid’ • Algemeen: ‘Maatschappelijk cultureel vastgoed: tijdloos, flexibel en degelijk’ • Project: Energiezuinigste zwembad van Nederland • Project: Venlo’s pronkstuk inspireert internationaal

113

• Algemeen: Solide basis voor Saxion Stadscampus • Thematisch nieuws

duurzaam gebouwd | september 2015

3


Duurzaam Gebouwd neemt Building Holland over Kennisplatform Duurzaam Gebouwd en beursorganisator RAI Amsterdam hebben de afgelopen twee jaar met succes de vakbeurs Building Holland getransformeerd tot hét integrale kennis- en netwerkevent voor de bouwsector. Om het event verder te laten groeien, hebben de organisaties besloten om hun samenwerking te verlengen in een nieuwe vorm. Duurzaam Gebouwd neemt sinds half juni de volledige organisatie van Building Holland op zich, terwijl

RAI Amsterdam als faciliterend partner optreedt. Duurzaam Gebouwd-directeur Wietse Walinga is blij met de langdurige overeenkomst. “We kijken uit naar een succesvolle toekomst. In 2015 was er een sterke groei in bezoekers van maar liefst 24 procent ten opzichte van het jaar ervoor. In 2016 groeien we naar 150 partners en blijft de focus op een integrale doelgroep, waarbij we de aspecten ‘horen’ en ‘ontmoeten’ behouden. Komende editie voegen we daar ‘het zien en beleven’ van innovaties en concepten aan toe.”

Building Holland 2016

Ondertekening langdurige samenwerkingsvorm Building Holland: links Duurzaam Gebouwd-directeur Wietse Walinga, rechts Marieke Visser, directeur nationale beurzen en marketing RAI Amsterdam.

Building Holland is hét integrale event voor de bouwsector in Nederland waarbij alle schakels in de keten samengebracht worden voor kennisdeling, conceptontwikkeling en samenwerking: architecten, aannemers, installateurs, woningbouwcorporaties, vastgoedontwikkelaars, adviseurs en toeleveranciers. De volgende editie staat gepland van 22 tot en met 24 maart 2016 in RAI Amsterdam. Wilt u meer informatie over Building Holland 2016, neem dan contact op met Richard Klein (klein@duurzaamgebouwd.nl) of Wietse Walinga (walinga@duurzaamgebouwd.nl) via 085-273 59 70.

Nieuwe medewerkers Duurzaam Gebouwd In augustus en september zijn respectievelijk Bibianne Kerkhoff en Dave Refoealoe bij Duurzaam Gebouwd aan de slag gegaan. Bibianne Kerkhoff (28) is na haar studie Media en Entertainment Management werkzaam geweest in diverse HR-functies, maar haar hart is toch verknocht aan de media. De afgelopen 2,5 jaar is ze projectmanager geweest bij een reclamebureau. “Ik heb een brede interesse voor enerzijds marketing, media en design en anderzijds organiseren, coördinatie en strategisch adviseren. Wanneer ik kennis en ervaring mag delen met collega’s en klanten waaruit mooie resultaten komen, geeft me dat energie en enthousiasme om nog meer uit mezelf en de omgeving te halen. Daarom vind ik het leuk om marketingactiviteiten van begin tot eind te begeleiden, daarin te adviseren en met de inzet van de juiste onlinemarketingmiddelen de klanten te verrassen.” Ze gaat aan de slag als marketeer voor Duurzaam Gebouwd en het driedaagse evenement Building Holland, waarvan Duurzaam Gebouwd dit jaar de volledige organisatie op zich

4

september 2015 | duurzaam gebouwd

heeft genomen. “Ik kijk ernaar uit om Building Holland op de kaart te zetten en samen met het team uit te bouwen tot de grootste en bekendste integrale beurs voor de bouwen vastgoedsector.” Bibianne is te bereiken via kerkhoff@ duurzaamgebouwd.nl en 06-15362410 Dave Refoealoe is als senior adviseur aan de slag gegaan bij Duurzaam Gebouwd. Hij heeft ruim twaalf jaar vakkennis en commerciële ervaring opgedaan bij toonaangevende bedrijven in de professionele evenementenbranche, zoals Libéma Exhibitions en VNU Exhibitions Europe. “Eindelijk mag ik mijn expertise voortzetten voor Duurzaam Gebouwd. Het realiseren van waardevolle en winstgevende ontmoetingen tussen mensen is mijn hobby en passie”, vertelt hij. “Daarom ben ik trots om het salesteam te mogen versterken. Daarnaast wil ik graag Building Holland – (Re)Building the Future, hét integrale event voor de bouw- en vastgoedsector, nog verder uitbouwen tot een event met allure.” Dave is bereikbaar via refoealoe@ duurzaamgebouwd.nl en 06-46133665.


Duurzaam Gebouwd

Coalitie Gezonde Gebouwen komt met Governance Code Op 12 november 2014 startte Unica Groep-CMO Laurens de Lange de Coalitie Gezonde Gebouwen. Inmiddels is de koplopersgroep van de coalitie uitgegroeid tot meer dan 35 organisaties, met organisaties zoals ING Bank, AKD, BASF, Nieman en DWA. En ambassadeurs zoals Claudia Reiner, Babette van Loon en Laurens de Lange. Met een Governance Code willen ze het collectieve gedrag verbeteren. Hierin leggen betrokkenen de gezamenlijke uitgangspunten en kernwaarden vast op het gebied van gezonde gebouwen. Lees meer over de Governance Code en andere actualiteiten rond de Coalitie Gezonde Gebouwen op pagina 49.

Samen bouwen aan duurzaam Groningen Op donderdag 12 november 2015 komen directieleden, managers en senior professionals uit de brede bouw- en vastgoedsector naar MartiniPlaza in Groningen. Hier vindt dan de zevende editie van het Duurzaam Gebouwd Congres plaats. Dit jaar is het thema ‘Samen bouwen aan Duurzaam Groningen’, gericht op de enorme bouwopgave in provincie Groningen. Lees meer over dit congres op de pagina’s 145 en 147.

Seminars over zorgvastgoed Seminars Zorgvastgoed maandag 12 oktober

PEP-meeting in The Edge Woensdag 7 oktober is ’s werelds duurzaamste pand, The Edge in Amsterdam (zie foto), het toneel van de PEP-meeting. Tijdens dit evenement, dat exclusief toegankelijk is voor leden en partners van Duurzaam Gebouwd, gaan Onno Dwars van VolkerWessels, Jan-Willem van de Groep van Platform31 en bestuurder Margaret Zeeman van woningcorporatie Jutphaas Wonen in debat. Daarna volgt een rondleiding door The Edge, waarna alle aanwezigen – onder het genot van een 3-gangendiner – aan tien tafels met elkaar in discussie kunnen gaan over onderwerpen rond het thema ‘(Re)Building the Future’. De PEP-meeting is exclusief toegankelijk voor leden en partners van Duurzaam Gebouwd. U kunt zich inschrijven via DuurzaamGebouwdConnect.nl.

De Schaapskooi, Delft

dinsdag 13 oktober

Windesheim, Zwolle

woensdag 14 oktober

De Spreeuwelse Heide, Westelbeers

donderdag 15 oktober

Het Oude Slot, Heemstede

Na de seminars over woningen en scholen organiseert Duurzaam Gebouwd dit najaar de seminars over zorgvastgoed. Deze vinden plaats in oktober. Tijdens deze seminars komen professionals bijeen om kennis te delen, kennis te vergaren en inspiratie op te doen. Naast het bijwonen van de interactieve presentaties is het voor deelnemers mogelijk om met elkaar en met de sprekers te sparren. De bijeenkomsten, met een maximum aantal van tachtig deelnemers per bijeenkomst, vinden plaats in Delft, Zwolle, Westelbeers en Heemstede. U kunt zich inschrijven via DuurzaamGebouwd.nl/ DGzorgvastgoed.

Duurzaam Gebouwd op locatie Duurzaam Gebouwd Op Locatie Datum

Thema

Vrijdag 9 oktober

Industrieel bouwen

Dinsdag 24 november

Gezonde gebouwen

Duurzaam Gebouwd organiseert dit najaar nog twee thematische bijeenkomsten onder de naam ‘Duurzaam Gebouwd Op Locatie’. Deze bijeenkomsten met maximaal honderd deelnemers vinden plaats op locaties die goed passen bij het betreffende thema. Kijk voor meer informatie op DuurzaamGebouwd.nl/Duurzaam-Gebouwd-Op-Locatie.

duurzaam gebouwd | september 2015

5


EEN GEZOND BINNENKLIMAAT 200 TOT 300% RENDEMENT OP UW INVESTERING

4

maart 2015 | building holland T 078 - 615 00 00

E INFO@ALKLIMA.NL

I WWW.ALKLIMA.NL


WIJ OPENEN DEUREN VOOR U. ASSA ABLOY ENTRANCE SYSTEMS

088 0595 500 | www.assaabloyentrance.nl

24/7 bewegen medewerkers, bezoekers en goederen zich door uw pand. Dat vereist een snelle en efficiënte doorstroom. Want hoe zorgt u er voor dat de juiste mensen toegang tot de juiste ruimtes krijgen? Afdelingen steriel en op de gewenste temperatuur blijven? Medewerkers beschermd zijn tegen tocht? En het gebouw veilig is bij een calamiteit?

Die meerwaarde ziet u terug in ons uitgebreide productgamma Besam automatische deuren, Crawford en Megadoor industriële deuren en laad- en lossystemen en Albany snelroldeuren. Voor elk type deur in uw gebouw hebben we een doordachte toegangsoplossing. Gebruiksvriendelijk, kostenefficiënt en duurzaam voor mensen en goederen.

Als ontwikkelaar en leverancier van automatische deursystemen beschikken we over jarenlange ervaring, ook specifiek in uw branche. Daardoor begrijpen we met welke uitdagingen u dagelijks te maken heeft.

Onze expertise en toewijding ervaart u ook bij installatie, service en onderhoud. En als het moet, zijn we binnen 2 uur op locatie. Zie ons daarom als de praktijkgerichte one-stop-shop die deuren opent voor u.


Efficiënt en duurzaam bouwen Bouwen met CRH Structural betekent werken met een ervaren partij die u met constructieve bouwelementen volledig kan bedienen: van vloer-, wand-, tot complete prefab cascosystemen. Verantwoord ondernemen is hierbij altijd onze basis. Zo streven wij ernaar de milieu-impact van onze producten te minimaliseren door grondstofgebruik te beperken, het energieverbruik en afval in onze productieprocessen terug te dringen en leveren wij producten die bijdragen aan een laag energieverbruik van uw bouwproject. Ook Jorritsma Bouw heeft voor de realisatie van een kantoor en magazijn CRH Structural Einsteinstraat 5 3846 BH Harderwijk T +31 (0) 341 464 000

op het door ECOstyle ontwikkelde ECOmunitypark voor onze holle wand, kalkzandsteen, kanaal- en breedplaatvloeren gekozen. Zowel het kantoor als magazijn zullen een BREEAM outstanding ***** certificaat krijgen.

E info@crhstructural.nl I www.crhstructural.nl

Meer weten? Kijk op www.crhstructural.nl.


Inhoud 10

Groot interview: Peter Vermaat

Thema: Gebouwschil 18

23 26 31

Algemeen Duurzame gebouwschil flinke stap dichterbij Interview Nieuwe kozijnenreeks mengt duurzaamheid met esthetiek Project Gevel van klinkers en krabpleister Thematisch nieuws

34

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland biedt ondersteuning bij de verduurzaming van gebouwen 38 GPR sorteert voor op circulair bouwen 42 Energiesprong Regelgeving, innovatie, meer nieuwe banen, industrialisering en een dosis lef 46 Beton Bewust Betoncentrale als co-maker Wooncollectie 49 Gezonde Gebouwen Coalitie Gezonde Gebouwen komt met Governance Code 52 Partner uitgelicht Rijke geschiedenis als fundament voor conceptontwikkeling 58 Rondetafelgesprek ‘De bouwsector van binnenuit veranderen’ 64 Algemeen De nachtrust van Groningers 68 Project Houtskeletbouw als duurzame oplossing 73 Interview ‘Urgentie maakt keuze duurzaam hout vanzelfsprekend’ 79 Building Holland 2016 95 Interview Rifkin: De derde industriële revolutie 98 Project Klooster Mariënbosch: slim rekenen en ontwerpen 102 Project Zeldzame mix zorgt voor ultieme duurzaamheid 105 Interview ‘Prestatie-eisen dagen markt uit voor circulaire oplossingen’ 109 Algemeen ‘Onzichtbare faalkosten omzetten in klantwaarde

Thema: Maatschappelijk vastgoed

114 Gouden Kikker Award 2014 ‘Duurzaamheid slaat ook op leefbaarheid’ 118 Algemeen Maatschappelijk cultureel vastgoed: tijdloos, flexibel en degelijk 124 Project Energiezuinigste zwembad van Nederland 128 Project Venlo’s pronkstuk inspireert internationaal 132 Algemeen Solide basis voor Saxion Stadscampus 137 Thematisch nieuws 140 Duurzaam Gebouwd Op Locatie, Seminars en PEP-meeting 145 Duurzaam Gebouwd Congres Samen bouwen aan Duurzaam Groningen 148 Marktvisie Gezocht: de moderne Jules Verne 150 Algemeen Met composiet leasegevels naar een volledig circulaire economie 154 Interview Naoorlogse scholen hebben de toekomst 158 Algemeen ‘Eerste stap naar The Internet of Everything’ 161 Nieuws

Editorial ‘Heilig Hartkerk heeft weer belangrijke positie’ Maatschappelijk vastgoed is een verzamelnaam voor gebouwen met een publieke functie op het gebied van onder andere onderwijs en sport. Aan de hand van het project rond de Heilig Hartkerk in Breda wil ik u de diverse mooie kanten van maatschappelijk vastgoed laten zien. De Heilig Hartkerk staat aan de statige historische Baronielaan in Breda. Deze kerk met bijbehorende pastorie is ruim dertig jaar geleden aan de eredienst onttrokken en door het bisdom Breda verkocht voor het symbolische bedrag van 1 gulden met de voorwaarde dat de kerk en pastorie gesloopt dienden te worden. Voor velen nam de kerk een belangrijke plek in de samenleving in. De gedachte dat de kerk gesloopt zouden worden, zorgde voor heftige reacties. Al vrij snel werd de kerk gekraakt en vochten de ‘Vrienden van de Heilig Hartkerk’ voor het behoud van de kerk. In de 28 jaar dat de kerk gekraakt is geweest, is de status van Rijksmonument bereikt. Zo zijn de kerk en pastorie behoed voor sloop. De krakers zijn vertrokken toen woningcorporatie Woonzorg Nederland begon met de restauratie van de toren en het eerste travee van de kerk. Deze corporatie wilde de rest van de kerk en de pastorie slopen om er zorgappartementen te realiseren. Hiermee zou een nieuwe maatschappelijke functie gerealiseerd worden achter een historische façade. Omdat daarmee alsnog een belangrijk deel van de kerk en de pastorie zouden worden gesloopt – ondanks de status van Rijksmonument – besloot de gemeente Breda een marktconsultatie uit te schrijven met als belangrijkste opgave behoud en restauratie van kerk en pastorie. DimensieVier bleek van de tien inzenders het beste concept te hebben, ging de uitdaging aan en ontwikkelde een plan om de kerk en pastorie te behouden en een nieuwe bestemming te geven. Omdat de kerk zo’n belangrijke plek in de samenleving inneemt, hebben we een concept bedacht waarbij de kerk opnieuw het middelpunt wordt voor de groep, die zo hard gestreden heeft voor het behoud van de kerk. Na de restauratie en de herinrichting komen in de kerk een restaurant, van sterkok Henk Savelberg, een healthclub en kantoorruimten. In de kerk worden de doopvont en Mariakapel behouden en voor het publiek toegankelijk. Diverse ruimten waaronder het koor zijn beschikbaar voor kunstexposities, lezingen en muziekuitvoeringen. De pastorie is in zijn geheel verhuurd aan CompaNanny kinderopvang. Met deze invulling krijgt de Heilig Hartkerk weer een belangrijke positie in de Bredase gemeenschap en is daarmee een goed voorbeeld van een geslaagd maatschappelijk vastgoedproject. Paul Dielissen is directeur van adviesbureau DimensieVier en is expert van Duurzaam Gebouwd. Daarnaast is hij sinds 2011 BREEAM-NL-expert en –assessor en lid van de Adviesgroep Nieuwbouw en College van Deskundigen van Dutch Green Building Council. Verder is hij initiatiefnemer, medeoprichter en bestuurslid van Green Business Club Breda.

duurzaam gebouwd | september 2015

9


‘We beseffen dat er urgentie is voor energiebesparing’

Peter Vermaat


Groot interview

Energiek op zoek naar toekomstvaste structuren Voorheen afkomstig uit één bron is energie iets geworden dat overal vandaan kan komen. Enexis-CEO Peter Vermaat ziet zich geplaatst voor vele vragen naar toekomstvaste antwoorden voor het transporteren van energie. Om grip te krijgen en te houden op die toekomst participeert Enexis in veel proeftuinen. Tekst: Tom de Hoog, Foto: Robert Tjalondo

Waar komt uw passie voor infrastructuur vandaan? “Eigenlijk werk ik mijn hele loopbaan al in de infrastructuur. Eerst voor wegen en railinfrastructuur, daarna in waterleidingen en nu dus in gas en elektra. In die wereld van de infrastructuur voel ik me thuis. Het is ook een wereld van bestaande en nieuwe installaties. Ik vind het zelf heel erg leuk en een mooie uitdaging om juist over de vernieuwing van het bestaande na te denken. Kijk naar wat er te winnen valt bij het energiezuinig maken van zeven miljoen bestaande woningen! Bij initiatieven als Stroomversnelling, waar we als Enexis samen met woningcorporaties hele gebieden proberen aan te pakken, wordt veel ingebracht - een isolatiepakket, een andere warmtevoorziening of zonnecellen - zodat je echt een ‘nul-op-de-meter’ krijgt. Dat zijn heel mooie initiatieven.”

Is duurzaamheid iets wat u persoonlijk heel erg boeit of raakt? ‘Dat is de laatste jaren gegroeid. Een jaar of tien geleden deed ik mijn eerste echte verduurzamingsproject. Het ging erom de CO2 van Shell in Pernis te gebruiken voor de tuinbouwkassen in het Westland. In een concern van VolkerWessels en Linde-Gas namen we een grote pijplijn over om die CO2 van Shell bij de tuinders te brengen. Zuivere CO2 is kunstmest voor de plantjes en die groeien daardoor beter. Het probleem was dat tuinders in de zomer aardgas stookten en CO2 uit de rookgasafvoer in de kas leidden. We zorgden ervoor dat die verwarming werd uitgezet en dat de toch al door Shell geproduceerde CO2 rechtstreeks in de kassen kwam. Zo boekten we een enorme hoeveelheid duurzame winst. Het was voor mij het eerste concrete project, waarbij ik betrokken was vanuit duurzaamheid. Vanaf dat moment heb ik op

het grensvlak van publiek en privaat in combinatie met duurzaamheid mijn denkwereld verder ontwikkeld. Eerst in de waterwereld bij Evides en sinds vorig jaar bij Enexis. De duurzaamheidswinst die gevonden kan worden in de energiewereld, is nog weer groter dan die in de waterketen.”

Netbeheerder Enexis is er toch gewoon voor om te zorgen dat de energie komt waar die moet zijn? “In de visie van Enexis is er voor iedereen altijd en overal energie. Daar voeg ik dan aan toe: nu en morgen. Ik ben daar niet zo pessimistisch over, want ik heb de overtuiging dat de bewustwording bij mensen groeit. Dat merk je ook aan de manier, waarop het energieakkoord tot stand is gekomen. Daarnaast merken we dat aan de manier waarop mensen zich bij ons melden met vragen als ‘kunnen jullie ons helpen met energiebesparing?’ Zo wekken bijvoorbeeld circa 100.000 klanten in het voorzieningsgebied van Enexis al zelf energie op, bijvoorbeeld met zonnecellen. Dat steunen wij onder andere door het initiatief van ‘Hier Opgewekt’. En je ziet ook in de samenleving als geheel dat we met elkaar beginnen te beseffen dat er urgentie is. Nou, die urgentie moet dan nog wel omgezet worden in ander gedrag en dat zal zich ook wel ontwikkelen, denk ik, met de technologische mogelijkheden.”

Dus techniek is de sleutel om dat gedrag te veranderen? “Het is de wisselwerking tussen techniek en gedrag, denk ik. Techniek maakt bepaald gedrag mogelijk, maar gedrag moet je stimuleren door bewustwording. Daar dragen wij een steentje aan bij door voorlichting en informatie te verschaffen en door dingen mogelijk te maken.”

duurzaam gebouwd | september 2015

11


‘Netbeheerders moeten de ontwikkeling naar tweeweg-energie accommoderen’ Herdefinieert dat de rol van Enexis in de energietransitie? “Een rol is nog steeds om rechttoe-rechtaan energie bij huishoudens en bedrijven te brengen. De tweede rol is om dat te doen op zo’n manier dat er een gelijk speelveld is voor alle spelers in de markt. Daarmee zeg ik eigenlijk dat we ook de markt mogelijk – moeten – maken. Anders gezegd is het de uitvoerende taak om 24 uur per dag zeven dagen per week stroom en gas en soms ook warmte bij onze klanten te brengen. Daarnaast zorgen we ervoor dat alle ‘spelers’ op dat netwerk kunnen. En, de gegevens krijgen om af te rekenen voor energielevering of huishoudens en bedrijven aan of af te sluiten. De derde richting die er steeds meer bij komt, is dat wij niet alleen gas en elektriciteit bij klanten brengen, maar dat wij ook de energiemarkt van morgen mede mogelijk moeten maken met andere energievormen. Daarin zijn wij niet de enigen, want dat moet in de hele energieketen gebeuren. Als

12

september 2015 | duurzaam gebouwd

Enexis moeten we er wel voor zorgen dat onze netwerken in een vorm blijven die het mogelijk maakt om niet alleen nu, maar ook over dertig jaar nog energie te brengen waar die nodig is. Op een manier die dan gevraagd wordt in de maatschappij.”

Dat wordt wel beïnvloed door politieke keuzes. Onze politieke constellatie kan betekenen dat er straks weer een compleet nieuwe ploeg zit met heel andere ideeën over energievoorziening en -opwekking… “We hebben inderdaad te maken met allerlei politieke afwegingen, bijvoorbeeld rondom het energieakkoord. Daarnaast met technologische ontwikkelingen: wat kan er wel en niet? En dan zijn er de marktontwikkelingen, dus diensten die wel of niet worden aangeboden. Waar netbeheerders zoals wij goed in zijn, is het afwegen van alternatieven met een langetermijnperspectief. Als dingen


Groot interview

Profiel Na zijn studie aan TU Delft en RSM Erasmus Universiteit start Peter Vermaat zijn loopbaan in 1991 bij bouwconcern VolkerWessels. Daar vervult hij uiteindelijk diverse directiefuncties en is nauw betrokken bij initiatieven op het gebied van infrastructuur. Het is ook daar dat hij de klik met ‘duurzaam’ ontwikkelt door een project waarbij CO2-uitstoot van Shell wordt geleverd aan tuinders in het Westland. Vanaf 2008 is Vermaat CEO van Waterbedrijf Evides tot hij in 2014 de overstap maakt naar Enexis in eenzelfde functie. Zowel nationaal als internationaal heeft Vermaat veel ervaring opgedaan met het bedrijfsmatig managen van de publieke infrastructuur voor transport, energie en de waterketen, met speciale aandacht voor duurzaamheid en publiek-private samenwerking (PPS).

nieuw zijn, bijvoorbeeld zonnecellen of windmolens, dan moeten wij goed nadenken over de richtlijnen die we ontwikkelen voor zo’n vraagstuk. Bij windmolens denk ik dat het al goed gaat en bij zonnecellen is dat in ontwikkeling. Maar laadpalen voor elektrische voertuigen nemen een enorm vermogen af in ons netwerk. Dat is wel even puzzelen hoeveel laadpalen we op welke plekken kunnen accommoderen en aansluiten. Wij doen dat steeds met de afweging tussen nu en morgen en met de maatschappelijk meest optimale oplossing voor ogen. Anders geformuleerd: netbeheerders moeten een wereld accommoderen die van eenweg- naar tweeweg-energie en -data gaat. En het mooiste is natuurlijk als we het zo sturen dat door marktwerking of met techniek overbelasting van het net voorkomen wordt. Als dat niet lukt, moet je het netwerk verzwaren en dat is een dure maatregel.”

Gaat dit ook over lokale opslag? “Opslag gaat natuurlijk een belangrijke rol spelen. Zodra dat zich goed ontwikkelt, kunnen we daar ook goed gebruik van maken. In Etten-Leur loopt voor twee jaar een proef met een buurtbatterij. Daar is te midden van een groep woningen met zonnecellen een batterij geïnstalleerd, die op het moment dat er meer productie dan verbruik is deze stroom opslaat en daarna, als er vraag is, distribueert in de wijk. Er zijn ook andere oplossingen. Zo zijn we bij Enexis bezig met een proef rondom wat wij het smart charging protocol noemen. Een getallenvoorbeeld maakt duidelijk wat dat inhoudt. Zo gebruikt een gemiddelde gezinswoning ongeveer 3.500 KWh op jaarbasis aan elektrische energie. Voeg je daar een elektrische auto als een Tesla aan toe, dan komt er 4.000 kWh bij. Zoiets kan op één wooneenheid in een straat, maar niet in de hele straat tegelijk. Stel dat iedereen ’s avonds om 18:00 uur thuis komt en dan de oplader inschakelt, dan trek je het net

‘Met een smart charging protocol voorkom je overbelasting’ direct omver. Wat we kunnen doen, is zorgen dat iedereen aangeeft wanneer hij weer wil vertrekken en het dan zo regelen dat het opladen van die auto’s in een geplande volgorde gebeurt. In het project ‘Smart Grid in Balans’ is dat samen met een aantal marktpartijen onderzocht en recent zijn daarvan de resultaten gepresenteerd.”

Dat zou fijnmazige afspraken met gebruikers inhouden. Is dat haalbaar? “Technisch gezien is het met ons smart charging protocol mogelijk om die volgordelijkheid erin te brengen, maar het vraagt natuurlijk ook wat van de gebruiker. Bij proefnemingen, onder meer in Breda, hebben we gemerkt dat mensen graag informatie willen verschaffen om energiestromen zo goed mogelijk te sturen. Het is dus iets wat je met elkaar als netbeheerder, energieleverancier en consument moet verkennen. Daarom nemen we ook zo’n proef met smart charging. Dan zien we in de praktijk of en

duurzaam gebouwd | september 2015

13


‘De Groen gas Booster kan een stad van zo’n 50.000 inwoners jaarlijks van groen gas voorzien’ 14

september 2015 | duurzaam gebouwd

hoe het werkt en wat nog meer nodig is om het echt goed te kunnen laten werken. Nu werkt het technisch, maar dan komt de factor gedrag erbij. Dat gedrag moet je kennen of protocolleren of op welke manier dan ook inschakelen.”

Zijn er meer voorbeelden van duurzaam? “Ik wil bij duurzaam eigenlijk ook weer twee dingen onderscheiden. Eén is het mogelijk maken van de energietransitie, dus naar nieuwe manieren van energiedistributie of opslag gaan kijken. De andere manier van duurzaam is dat wij zelf ook proberen duurzaam te zijn of duurzaamheid te bevorderen, bijvoorbeeld door onze energieverliezen duurzaam in te kopen, door onze CO2uitstoot als bedrijf te beperken en door mensen te helpen energie te besparen. Dat laatste doen we onder andere in programma’s als Buurkracht. Daarbij hebben we inmiddels in tachtig wijken de mensen bij elkaar gebracht om ze te helpen energiebesparende keuzes te maken. Dat kan zijn zonnecellen aanschaffen, dat kan zijn isoleren en het is vooral ook onderling kijken en vergelijken. We merken dat dat heel erg goed werkt: wat heeft de een en wat heeft de ander aan energieverbruik? Men gaat vergelijken en elkaar uitdagen om het goedkoper, slimmer, enzovoorts te doen. Onze ambassadeurs begeleiden dit programma en helpen de mensen ook met het aanvragen van een gratis


Groot interview

Duurzaam Gebouwd Congres Peter Vermaat is een van de keynote-sprekers tijdens het Duurzaam Gebouwd Congres, dat 12 november plaatsvindt in MartiniPlaza in Groningen. Kijk voor meer informatie op de pagina’s 145 en 147 van dit Duurzaam Gebouwd Magazine of op DuurzaamGebouwdCongres.nl.

slimme meter. Die slimme meter is nodig om ook in de toekomst de gegevens te hebben om te kunnen besparen. De energieleveranciers kunnen dan diensten aanbieden in een thermostaat als Toon of andere dingen waarmee de consument energieverbruik inzichtelijk kan maken voor zichzelf.”

U bent er echt heel enthousiast over… “Ja, en dat komt omdat het zich echt concentreert op de bestaande omgeving. Veel transitie-initiatieven gaan over nieuwe woonwijken of allerlei nieuwe technieken die je niet in een bestaande omgeving zomaar toepast. Daarnaast is er de bestaande omgeving met zeven miljoen woningen, die ook allemaal geïsoleerd kunnen worden of van een slimmere energiebron voorzien of die zonnecellen kunnen krijgen of wat ook. Dus dat vind ik het mooie aan initiatieven als Buurkracht, dat het echt over bestaande buurten gaat.”

Dan gaat het over Stroomversnelling? “Waar het in Stroomversnelling om gaat, is dat de energievoorziening van woningen op twee manieren wordt aangepakt. Het verbruik brengen we terug en we veranderen de energiebron om uiteindelijk te komen tot wat we ‘Nul-op-de-Meter’ noemen. De raakpunten met ons als netbeheerders zijn er te over. Zo betekent het installeren van zonnecellen dat er teruggeleverd gaat worden. Dat moeten wij in ons net toetsen of we dat kunnen accommoderen of dat aanpassingen nodig zijn. Een andere vorm die ook nog weleens wat spannend gevonden wordt, is dat in een deel van de Stroomversnellingswoningen misschien geen aardgasaansluiting meer is. Onze uitdaging is vooral de afweging maken tussen de meest duurzame en meest kostengunstige oplossing. De ene keer houdt dat misschien in dat we het netwerk gaan verzwaren. Soms heeft een andere oplossing de voorkeur en laat je het netwerk voor wat het is. Daar ligt ook onze adviesrol. Best spannend en ingewikkeld, maar ook heel erg leuk om te doen.”

Dat was ook de aanleiding om vorig jaar Econexis Limburg te lanceren? “Dat komt ook weer terug op het thema nieuwbouw of bestaande situaties. In Zwolle bouwden we het Econexishuis met allerlei technieken om te laten zien

hoe je met energie kan omgaan, energie kan besparen, verschillende energiebronnen kan toepassen, enzovoorts. Wat we in Limburg willen laten zien, is hoe je een bestaande woning kan ombouwen naar een energiezuinige woning. Dat doen we middels een twee-onder-eenkapwoning in een voor- en na-situatie. Door het verschil te laten zien inspireren we mensen. Dit past bij onze rol: voorlichting geven en informatie verschaffen over hoe je als consument zuiniger omgaat met energie. En dat hoort dus allemaal weer bij duurzaamheid.”

Dat verklaart ook de samenwerking met de Gasunie in Groningen? “Dat heeft puur een duurzame achtergrond. Gasunie Transport Services is de landelijke transporteur van het gasnet. Wat speelt in veel situaties waar we biogas willen invoeren, is dat in de zomer de vraag vaak minder is dan het aanbod. En om dat te kunnen accommoderen en in de winter juist ook te benutten, wordt de Groen gas Booster gebouwd bij de productielocatie van afvalverwerker Attero in Drenthe. (Hierover heeft ook een artikel gestaan op DuurzaamGebouwd.nl, red.) De booster is zo ingericht dat in de winter al het groen gas ter plekke wordt gebruikt. Het overschot in de zomer wordt gecomprimeerd en onder hoge druk in het landelijke net ingevoerd. Het komt zo beschikbaar voor andere gebieden waar voldoende vraag is. Dus biogasaanvoer in de eigen regio als dat kan en bovenregionaal als het moet. Dit project is de eerste keer dat we als Enexis een seizoenspatroon accommoderen. Aardig om te weten is dat deze Groen gas Booster jaarlijks een stad ter grootte van Hoogeveen (zo’n 50.000 inwoners, red) helemaal van groen gas kan voorzien.”

Samenwerking zoeken is zeer belangrijk voor Enexis? “Voor uitvoering van onze publieke taak zoeken we de samenwerking met stakeholders als provincies en gemeentes, die tevens onze aandeelhouders zijn. Bijvoorbeeld Buurkracht is heel vaak een gemeentelijke activiteit, maar in Stroomversnelling werken we samen met bijvoorbeeld de provincie Brabant. En in Groningen werken we samen met de provincie en gemeente Groningen om een groot windmolenpark aan te sluiten. Dit illustreert dat we niet alleen in de energieketen, maar ook met de aanpalende stakeholders – zoals onze aandeelhouders provincie en gemeentes – samen ontwikkelen.”

Enexis is klaar voor de toekomst? “Wij kunnen de toekomst niet voorspellen, maar er wel naartoe groeien door proeven te doen en te verkennen wat er wel en niet mogelijk is. Tegelijkertijd zijn er marktontwikkelingen, waarop wij proberen in te spelen. Dat proberen we ook te accommoderen, zodat dat die markt ook kan ontstaan.”

duurzaam gebouwd | september 2015

15


Kapitaal genereren door na-isoleren U wilt uw pand energiezuiniger maken? Voldoen aan de steeds strengere EPC-norm? Kies dan voor slimme thermische na-isolatie. Zonder bouwkundige ingrepen. Zonder ingrijpende overlast. En desgewenst zelfs zonder de (monumentale) muur te raken. Onze vele na-isolatiewanden bieden maximale thermische isolatie, bij een minimale dikte. Ook op lastige plekken: extra hoog, schuin, vochtig ‌ Na-isoleren met Faay-wanden biedt meer comfort bij een lager energieverbruik. Dat is goed voor u. Goed voor het milieu. En goed voor uw portemonnee! Bel (0347) 37 66 24 of kijk op faay.nl.

onuitputtelijke grondstoffen

brandwerend

snel te monteren

geluidwerend

schroefvast

thermisch isolerend

dubo


Thema

Gebouwschil 18 Algemeen Duurzame gebouwschil flinke stap dichterbij

23 Interview ‘Nieuwe kozijnenreeks mengt duurzaamheid met esthetiek’

26 Project Gevel van klinkers en krabpleister

31 Thematisch nieuws

Bron: VEKA


‘Front’ met zo veel mogelijk natuurlijke, recyclebare materialen

Duurzame gebouwschil flinke stap dichterbij Een samenwerking tussen twaalf bouwbedrijven en de Nederlandse Branchevereniging voor de Timmerindustrie (NBvT) resulteerde eerder dit jaar in maar liefst vijftien prefabelementen van zo veel mogelijk natuurlijke, hernieuwbare en recyclebare biobased materialen. Onder de naam ‘Front’ geven ze zo een impuls aan vergroening van de bouw. Tekst: Wilma Schreiber

Drywood Coatings ontwikkelde een watergedragen, grotendeels biobased beits.

De kennis en ervaring van de twaalf koplopers werden gebundeld in het Innovatieve Prestatie Contract (IPC) project Biobased Gebouwschil, dat partijen tekenden met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Hiervoor kregen ze twee jaar subsidie om gezamenlijk tot innovaties te komen voor de bouwwereld. De producten van Front lopen uiteen van gevels, kozijnen en deuren, hang- en sluitwerk tot coating en hout.

18

september 2015 | duurzaam gebouwd

Vacuüm verhitting De eerste innovatie betreft biobased verduurzaamd hout uit de Afrikaanse bossen, in samenwerking met FSC. Om overbelasting van populaire tropische hardhoutsoorten te voorkomen, ontwikkelde Lignius voor laagwaardige Afrikaanse houtsoorten specifieke Smartheat-processen. Hiermee krijgen diverse houtsoorten de eigenschappen van het hardhout dankzij vacuüm verhitting.


Gebouwschil

De mechanische kozijnverbinding voor onbehandeld geveltimmerwerk van Kreunen Kunststoffen.

“Het mooie is dat we zo deze secundaire houtsoorten kunnen upgraden voor hoogwaardige toepassingen. Dit resulteert in homogeen, stabiel, zeer duurzaam en perfect reproduceerbaar nieuw hout, dat we Savrame noemen”, legt Lignius-directeur Bob van Swaay uit. “Bijkomend voordeel is dat de exploitatie in die landen op gang blijft: dat is goed voor de lokale economie. En als een bos meer oplevert, verlaagt dit voor de exploitant wellicht de drempel naar FSC.” Stabiliteit in hout is van groot belang voor toepassing in kozijnen, deuren en ramen. “Het krimp- en zwelgedrag dient idealiter zo laag mogelijk te zijn. Daarnaast willen we de ratio tussen tangentiale en radiale krimp zo dicht mogelijk bij 1 hebben. Dat lukt met Savrame. Het betekent minder belasting op de lijmvoeg en de verflaag en daardoor een verbetering voor de duurzaamheid”, verklaart Van Swaay. “Doordat we nu veel houtsoorten kunnen selecteren op milieu, eigenschappen, prijs en dergelijke, zijn we in staat voor iedere toepassing hout op maat te maken. Dat is precies wat de industrie wil.”

Noviteiten Met de timmerbedrijven in het project - Doornenbal, Hebo, Helwig, Mevo, Jongbloed, Bos en Veerman De Rijp – werd overlegd over het ideale materiaal voor elk product.

Deze bundeling van expertise leidde tot vier noviteiten: het Savrame-kozijn, het slanke H’Outside-raamkozijn (met constructief verlijmd glas voor meer daglicht), het Eco Plus Kozijn (scherp geprijsd dankzij de combinatie met vurenhout) en het blankhout kozijn (schildervrij dankzij natuurlijke vergrijzing). Daarnaast kwam met het Smartheat-hout ook een stapeldorpeldeur tot stand met optimale isolatie, een sterke en slijtvrije onderdorpel en verder een onderhoudsvrije, vormvaste biobased all-in-one deur. Deze kent tevens een hoge isolatiewaarde. De Savrame-gevelbekleding zorgt voor optimale bescherming en een natuurlijke uitstraling. Vervolgens ontwikkelde de firma Drywood Coatings twee typen verven. Allereerst de duurzame, zo veel mogelijk biobased watergedragen coatings voor houten gevelelementen (ramen, deuren, kozijnen en geveltimmerwerk) binnen het Drywood Concept X10 -D (extended), gericht op verlengde onderhoudsintervallen. “Het IPC-project was voor ons een mooie aanleiding om biobased toepassingen verder te ontwikkelen. Dus niet alleen gericht op levensduur, maar ook op ecologische duurzaamheid. Het samenwerken met veel partijen versnelt de ontwikkeling”, vertelt Drywoord Coatingsproductmanager Johan Nienhuis.

duurzaam gebouwd | september 2015

19


Voor elk type gebouw bieden wij u een oplossing OTIS Elevator Company is al meer dan 160 jaar specialist op het gebied van liften, roltrappen en rolpaden en werkt continue aan innovatie. Innovatie op productniveau, door energiezuinige constructies, mooi in balans met veiligheid en esthetiek en straks weer prachtig vertegenwoordigd in de nieuwe Porsche-lijn. Maar ook door innovatie op service door continue aandacht voor veiligheid en klantgevoel. Of uw lift zich in een ultra modern high rise gebouw bevindt of in een appartementencomplex met drie stopplaatsen, OTIS levert altijd kwaliteit in zijn meest duurzame vorm. Interesse? T 033 – 750 21 00, www.otis.com/site/nl

OTIS Elevator Company is onderdeel van UTC Building & Industrial Systems. Wereldwijd de grootste leverancier van gebouwgebonden installaties.


Gebouwschil

De biobased damp-open HSB-gevel vormt het raamwerk voor alle producten uit het IPC-project.

Gebruik van de coating betekent dat er tien tot vijftien jaar niet geschilderd hoeft te worden. “De coating beschermt tegen uv-licht, vocht en weersinvloeden. Met elke klant werken we de samenstelling opnieuw uit, toegespitst op het gebouw, de gebruikte houtsoorten en de gewenste kleur.” Daarnaast kwam Drywood Coatings met een watergedragen beits, Drywood Dioleum, voor zeventig procent biobased, specifiek voor houten gevelbekleding, tuinhout en vlonders. Dit product is ook als een laag op egaal te vergrijzen geveltimmerwerk toe te passen. “De vraag naar biobased producten wordt steeds groter, maar het gaat niet heel snel omdat ze duurder zijn. Wij vinden dat biobased producten even goed moeten zijn als de huidige producten, of beter. Daarin zijn wij afhankelijk van onze grondstofleveranciers”, licht Nienhuis toe.

Slimmere gevel Een samenwerking met Kreunen Kunststoffen leidde verder tot een mechanische kozijnverbinding voor onbehandeld geveltimmerwerk. Hierbij wordt het kozijn met behulp van een plug voorgemonteerd, waardoor het stevigheid krijgt. Vervolgens wordt de verbinding afgemaakt met schroeven en lijm voor de eindsterkte en om te voorkomen dat er vocht in het hout trekt. De reacties uit de markt zijn enthousiast, zegt Kreunen-innovatiemanager Gijs Kreunen. “De ene timmerfabriek ziet het als oplossing voor kozijnen met schuine hoeken, de andere gebruikt het voor grote zware kozijnen en een derde schroeft de kleinere kozijnen naast de opsluitbank in elkaar.” Groot praktisch voordeel van de mechanische verbinding is dat de wachttijd voor het uitharden van de lijm tot het verleden behoort. Daarmee is de tussentijdse opslag minimaal. “Het kozijn is meteen op sterkte en direct in het opvolgende timmerproces te gebruiken, wat de gehele

kozijnfabricage versnelt. De verbinding is blijvend droog, een belangrijk gegeven in het kader van duurzaamheid, kozijnbehoud en onderhoud”, legt Kreunen uit.

Damp-open gevel Geheel biobased hang- en sluitwerk is niet haalbaar, vanwege de prestatie-eisen voor deze producten. Met oog voor de optimale combinatie tussen prijs, kwaliteit en duurzaamheid wist Themans met biologisch afbreekbare kunststof afdekplaatjes toch een bijdrage te leveren op dit vlak. Warmteplan participeerde in het project als leverancier en kennisbron van biobased isolatiematerialen. “Dankzij de mooie eigenschappen van cellulose en houtvezel is het mogelijk zonder dampremmende folies te bouwen. Die kennis ontbreekt in een groot deel van de bouwkolom, waar men gewend is te werken met een damprem in de constructie. Maar dan woon je als het ware in een plastic zak: dat willen we niet en dat is mogelijk met biobased isolatiematerialen”, zegt Themans-commercieel directeur Bas Verboom. Alle producten met elkaar gecombineerd vormen een volledige biobased damp-open houtskeletbouw (HSB) gevel, die Jongbloed en Warmteplan hebben ontwikkeld. “Uitgangspunt was om met een marktconforme prijs te eindigen. Biobased materialen zijn duurder maar door integraal te kijken, hebben we de constructie van de gevel slimmer weten te maken”, stelt Verboom. “Detailwerk maakt het duur. Met behulp van techniek voor het inblazen van cellulose hebben we het werk vereenvoudigd en betere isolatiewaarden gerealiseerd. Daar pak je dan voordeel.”

Wilt u meer informatie? Neem dan een kijkje op Biobasedfront.nl.

duurzaam gebouwd | september 2015

21


Knap als je ervaring hebt en toch groen denkt.

Management Advies Automatisering Bouw Huisvesting Vastgoed

Brink Groep staat voor grip op kwaliteit, proces en eindresultaat in bouw, huisvesting en vastgoed. Ons motto is: de goede dingen goed doen. We zijn altijd op zoek naar de werkelijke behoefte van onze klanten (de goede dingen) en de meest pragmatische oplossing van vraagstukken (goed doen). We zijn overtuigd van de waarde van samenwerking en brengen partijen, kennis en kunde samen voor een duidelijk resultaat.

brinkgroep.nl/duurzaam

knap werk


Gebouwschil

Nieuwe kozijnenreeks mengt duurzaamheid met esthetiek Het besef dringt door dat een goede thermische kwaliteit essentieel is, in de opmars naar een energieneutraal 2020. “De markt ontwikkelt zich sneller in de vraag naar goed geïsoleerde kozijnsystemen, dan we een aantal jaar geleden konden inschatten.” Tekst: Marvin van Kempen

Het kozijn is opgebouwd uit verschillende profielen met als resultaat een dynamisch gevelbeeld.

Met noodzaak komen maatregelen, weet de bouw- en vastgoedsector. Ambities van opdrachtgevers worden, al dan niet gedwongen, verhoogd door de aanscherping van

U-waarde De U-waarde drukt de hoeveelheid warmte uit die per seconde, per m2 en per graad temperatuurverschil tussen de ene en de andere zijde van een wand doorgelaten wordt. Dit wordt ook wel warmtedoorgangscoëfficiënt genoemd. Een hoge waarde betekent een thermisch slecht isolerende wand, een lage betekent een thermisch goed geïsoleerde wand. (via Wikipedia.org/wiki/U-waarde)

de EPC-eisen en de must van energieneutrale nieuwbouw. Goed nieuws voor leveranciers en producenten die zich toespitsen op duurzame en energiezuinige oplossingen voor de gebouwschil. VEKA regio manager Adriaan Hakkert ziet dat de markt voor goed geïsoleerde kozijnsystemen alsmaar groter wordt. “Vooral in het professionele segment. Bij zowel nieuwbouw als renovatie zie je de winst van een goed kozijn. Als dit onderdeel namelijk niet in orde is, dan veroorzaakt dit het grootste luchtlek.” Daarom benadrukt hij het belang om kozijnen te nemen, die goed aansluiten bij een nieuwbouw of renovatie met goede isolatie. De internationaal opererende profielleverancier nam de keuze om een kozijnsysteem

duurzaam gebouwd | september 2015

23


Energiemanagement en gebouwbeheersysteem in één!

Bespaart energie!

Qanteon is de nieuwe definitie van energiemanagement en gebouwbeheer en is ontwikkeld voor technische installaties in kleine en middelgrote gebouwen. Qanteon is een aanvulling op het bestaande Neutrino gebouwbeheersysteem en rekent af met complexe en dure gebouwbeheersystemen. Bovendien, waar voorheen twee systemen voor nodig waren, maar ook twee scholingen, twee in bedrijfstellingen, et cetera, volstaat nu één “Building & Energy Management System”.

Vakbeurs Energie: 6 t/m 8 oktober, hal 5, stand A026.

Technologie voor gebouwautomatisering Kieback&Peter Nederland B.V. (0341) 27 80 20 info@kieback-peter.nl www.kieback-peter.nl


Gebouwschil

een situatie dat er weinig bekend was over recycling.” Dankzij de investering in recycling kan VEKA nu als enige productiebedrijf in de wereld opperen dat zij een gesloten recycle systeem aanbiedt aan haar afnemers. “Zelfs als je kunststof vijfmaal recyclet, behoudt het de technische specificaties en heeft het zo een zeer lange levensduur.” Het bedrijf zit niet stil en ontwikkelt nieuwe profielen om aan de marktvraag te voldoen. Daarom is een nieuwe reeks verkrijgbaar, met als belangrijke kenmerken een inbouwdiepte van 116 millimeter, speciaal voor triple beglazing en meerkamertechnologie voor hoge energieefficiëntie. VEKA verwacht de nieuwe profielen, onder de noemer SOFTLINE 82 NL, terug te zien in vele projecten.

Nederland gestart met triple beglazing

te ontwikkelen op basis van staalversterkingen, zonder andere stoffen. “Op deze manier kunnen we de beste milieubalans waarborgen in de komende jaren.”

“In 2014 hebben wij ervaring opgedaan met de toepassing van kunststof kozijnen in passiefhuisomgevingen en energieneutrale omgevingen. We concludeerden dat Nederland serieus is gestart met de toepassing van triple beglazing, passend in de bestaande systemen.” Daarmee diende zich tegelijkertijd een probleem aan, verduidelijkt Hakkert. “Als je triple glas toepast en dit combineert met veiligheidsglas of geluidwerend glas, dan past dat niet in een sponning van bestaande kunststof kozijnsystemen.” Een branchebreed probleem, dat VEKA liefst zo snel mogelijk wilde aanpakken. Ook op esthetisch vlak wilde de organisatie doorontwikkelen. “Daarom maakten we een nieuwe profielserie om op beide gebieden stappen te zetten. Eind 2014 hebben we deze nieuwe reeks in productie genomen. De grootste verwerkers hebben hun productiesysteem aangepast om deze nieuwe serie te kunnen verwerken.”

Van begin tot eind verantwoordelijk

Eerste wapenfeiten

Hakkert noemt het een belangrijk uitgangsprincipe om je als producent verantwoordelijk te maken voor de volledige levenscyclus van de producten die je in de markt zet. “In het begin van de jaren 90 hebben we een milieubeleid gemaakt binnen onze organisatie. Toen besloten we om de verantwoordelijkheid te nemen. We zaten nog in

De nieuwe reeks speelt volgens Hakkert niet alleen in op duurzaamheidsambities, maar ook op esthetische wensen. “Natuurlijk is de inbouwdiepte van 116 millimeter een belangrijke eigenschap. We kunnen ook melden dat de U-waarde van thermische isolatie tot onder 0,80 W/(m2K) loopt. De nieuwe serie speelt in op de wens om kozijnen te maken die een rechthoekige uitstraling hebben. Dat heeft ertoe geleid dat we in de nieuwe serie twee versies hebben, een afgeschuinde en een rechte versie.” Aanvankelijk was de verwachting om de reeks vooral in nieuwbouwprojecten toe te passen, maar ook in de bestaande bouw zijn de eerste toepassingen een feit. “We bedachten het systeem voor nieuwbouw, maar inmiddels is het ook in gerenoveerde woningen gebruikt.” In Limburg en in Doetinchem worden de eerste projecten met SOFTLINE 82 NL, door verwerkers Munsterman en Weneko uit respectievelijk Echt en Dinxperlo gerealiseerd. “Een project in Limburg krijgt 28 energiezuinige woningen en in Doetinchem leveren we de kozijnen voor 177 gerenoveerde woningen, een project dat anderhalf jaar zal lopen. Uit de eerste reacties bij architecten blijkt overduidelijk dat de markt de nieuwe reeks omarmt en we samen bouwen aan een energieneutraal Nederland.”

Adriaan Hakkert, regiomanager Nederland bij VEKA: "Nederland is serieus gestart met de toepassing van triple beglazing."

Video: gesloten kringloopsysteem voor vervaardiging profielsystemen Bekijk op Duurzaamgebouwd.nl in het bericht ‘Gesloten kringloopsysteem voor vervaardiging profielsystemen’ een video over een recyclingfabriek van VEKA Umwelttechnik, waar oude kunststofkozijnen worden verwerkt tot hoogwaardig granulaat. Sinds de start in 1993 werkt de organisatie aan het perfectioneren van dit proces. In totaal wordt er per jaar meer dan 50.000 ton granulaat geproduceerd. Meer informatie op DuurzaamGebouwd.nl. U vindt de video door de zoekfunctie te gebruiken en op ‘Gesloten kringloopsysteem voor vervaardiging profielsystemen’ te zoeken of het profiel van VEKA te raadplegen, bij ‘Partners’.

duurzaam gebouwd | september 2015

25


Focus op gezondheid en duurzaamheid

Gevel van klinkers en krabpleister In Hoensbroek is een brede maatschappelijke voorziening gerealiseerd in het nieuwe Aldenhofpark, dat het middelpunt van herstructurering vormt in de gemeente Heerlen. Toekomstige gebruikers werden betrokken bij het ontwerp en noemden gezondheid als belangrijkste speerpunt voor het nieuwe Aldenhof. Tekst: Marvin van Kempen, Beeld: Ronald Auée

“Daar hebben we ons ontwerp ook naar gevormd”, vertelt projectleider en technisch planontwerper Dennis Schuurkes van DAT Architecten. Voordat hij ingaat op hoe de vertaling naar gezondheid plaatsvond, stelt hij de omvang van de voorziening voor. Omringd door groen, speelelementen en ontmoetingsplekken in het Aldenhofpark kregen onder andere een school, een kinderdagopvang en een sociale werkvoorziening ruimte in één gebouw van in totaal 3.780 m2 bruto oppervlakte.

Interactie met het park “Hier stonden enkele flats, die zijn gesloopt om dit gebouw gestalte te geven. Uiteindelijk wilden we ervoor zorgen dat het gebouw meer interactie met het park krijgt. Dat is onder andere bereikt door het gebouw op te nemen in het op locatie aanwezige talud. We hebben de gebruikers en de opdrachtgever betrokken bij de ontwerpopgave en bevraagd aan de hand van een GPRlijst, om samen de ambitie voor het plan vast te stellen. Alle gebruikers noemden gezondheid als gewenste focus. Voor de opdrachtgever gemeente Heerlen was daarnaast toekomstbestendigheid belangrijk.” Naast gezondheid en toekomstbestendigheid vormde het realiseren van meer kwaliteit door de sloop van flats een belangrijke doelstelling. Een gezond gebouw bevat in ieder geval genoeg daglicht en frisse ruimtes. Die vertaalslag is gemaakt, met lichte ruimtes, kwalitatief goede luchtverversing en zonwering. De klaslokalen hebben centraal gestuurde screens en

26

september 2015 | duurzaam gebouwd

boven de gevelramen bevinden zich metalen luifels. “De school is een Frisse School klasse B, met leslokalen die minstens vier te openen geveldelen hebben van een vierkante meter”, verduidelijkt Schuurkes. Andere duurzaamheidsmaatregelen zijn een luchtgekoelde tapwater warmtepompinstallatie, led-verlichting en duurzame energie in de vorm van pv-panelen. “Daarnaast zorgen we voor hoge R-waardes en hebben behoorlijk wat eisen gesteld op het gebied van akoestiek. Geluiden mogen maximaal één seconde nagalmen en de Gyprocwanden zorgen voor geluidsisolatie tussen de verschillende ruimtes.”

Gezicht van het gebouw Terwijl de EPC-eis voor het verzamelgebouw op 1,0 ligt vanuit het Bouwbesluit, was de werkelijke ambitie voor Aldenhof 0,5 of lager. Een ander doel binnen het project was om gebouwen en park in elkaar over te laten gaan. Daarom dacht DAT Architecten, in samenspraak met landschapsarchitecten Bureau B+B en B, goed na over de gebouwschil, het gezicht van het gebouw. Als plint en geveldelen werden straatbaksteen aangehouden, samen met een minerale krabpleister. Accountmanager Projecten Corné Mol van Strikolith weet meer over dit systeem. “Het Strikotherm COMFORT Krabpleister Systeem is zelfreinigend en niet onderhevig aan technische degradatie. Dat is belangrijk, omdat


Gebouwschil

‘Alle gebruikers vroegen gezondheid als gewenste focus’ het gebouw zich bevindt in een natuurrijke omgeving. Natuurelementen hebben dankzij dit systeem geen effect op de gebouwschil en daardoor is frequent onderhoud niet nodig.” Het systeem is opgebouwd uit isolatieplaten van 200 millimeter dik, een mortelweefsellaag en is afgewerkt met krabpleister. “Het eindresultaat wordt verkregen door het uitkrabben van de mortel met krabborstels. Dit project is mede tot stand gekomen dankzij de prettige samenwerking met een van onze partnerverwerkers, M. van der Looy Afbouw B.V. uit Bergeijk. Dit stukadoors-

bedrijf staat bekend om zijn professionaliteit en nauwkeurigheid met het verwerken van krabpleisters”, zegt Mol. De draagconstructie bestaat hoofdzakelijk uit een skelet van staal. “Met kolommen waardoor je een vloer en verdiepingsvloer hebt en je een grote indelingsvrijheid bereikt. Tussen de scheidingswanden zijn plafonds gemaakt. Stel dat er over twintig jaar een nieuwe functie vereist is, dan kunnen we – met behoud van de draagconstructie – de wanden eruit halen. Hierdoor behouden we een mate van flexibiliteit”, aldus Schuurkes.

Social return is vijf procent van opdrachtwaarde Bij veel projecten is social return, het inzetten van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, tegenwoordig een feit. Ook hier is dat het geval. De sociale werkvoorziening ‘Radar’, gebruikt het gebouw van de Aldenhof en vult

duurzaam gebouwd | september 2015

27


Luchtdicht met Ubbink! Verbetert het bi

nnenklimaat

Ver b

ete

rt Q

vw aar de

rkt fgewe

Luch t voodichte r do afsl orvo uitin eren g

a Netjes

g

Energiebesparin

Voo (ho rkom utr t vo ot/ ch sch tsc imm had el) e

raf chte sen a k Oo te pas toe

Sluit uw doorvoer luchtdicht af met het Luchtdicht Manchet van Ubbink! De Luchtdichte Doorvoer Manchetten van Ubbink vormen een luchtdichte afsluiting van dak- en muurdoorvoeren en realiseren energiebesparing, voorkomen vochtschade en verbeteren het binnenklimaat. Ze zijn gemakkelijk te verwerken en u hoeft niet met PUR en kit in de weer. Het LDD Manchet garandeert een luchtdichte en nette afwerking en is ook achteraf toe te passen.

Aansluiting dakdoorvoer

Aansluiting doorvoer

Ubbink, dat werkt wel zo makkelijk! www.ubbink.nl/luchtdichtmanchet

Aansluiting kabel- en leidingdoorvoer


Gebouwschil

de betrekkingen in die samenhangen met de social return. “Zij hielpen met de sloop van de flats, onder begeleiding van professionals”, verduidelijkt Schuurkes. “Vijf procent van de opdrachtwaarde moest hieraan worden gespendeerd. Dat is een behoorlijk percentage. We gebruikten de materialen uit de sloop niet om het hele gebouw te vormen, maar wel als inrichtingselementen van gebouw en park. Het ontwerp is aangepast op de materialen die we voorhanden hadden.” De focus op gezondheid en duurzaamheid in het project Aldenhof is duidelijk. Toch zijn we nog benieuwd over de mate waarin duurzaamheid een leidraad vormt in projecten voor Schuurkes. Hij ziet deze eis steeds vaker terugkomen, maar met een kanttekening. “Je bent wel afhankelijk van de ambitie en de financiële situatie waarin

‘Vijf procent van de opdrachtwaarde aan social return’

de opdrachtgever verkeert. Over het algemeen staan opdrachtgevers open voor gebouwen die levensbestendig en gezond zijn. Vaak krijg je ze ook wel meegenomen. Maar niet altijd is je opdrachtgever bouwtechnisch onderlegd. Soms moet je ze overtuigen dat investeren in duurzaamheid uiterst waardevol is. Dat lukt nagenoeg altijd.”

duurzaam gebouwd | september 2015

29


JAAR 50

MARKTLEIDER IN DUURZAME

TIJ

E

T

PR

AK

DA

K

EPDM DAKSYSTEMEN

K ER

VA R I N G O

PH

WWW.RESITRIX.COM

WWW.HERTALAN.NL

solid-air.nl

Luchtverdeling essentieel voor een gezond binnenklimaat Een goed binnenklimaat verbetert de prestaties

regelkeppen en andere luchttechnische

van de gebruikers van een ruimte. Essentieel is

producten. Door eigen productie- en test-

hoe de lucht wordt verdeeld. Solid Air is specia-

faciliteiten biedt Solid Air een hoge mate

list in luchtverdeeltechniek. Wij ontwikkelen en

van flexibiliteit.

leveren een groot assortiment hoogwaardige koelconvectoren, roosters, volumeregelaars,

BIM READY!

Tel +31 20 696 69 95 mail@solid-air-nl

•Luchtbehandeling • Luchtverdeeltechniek • Brandwerende producten •Koelconvectoren •Klimaatplafonds


Gebouwschil

Onbegrensde ontwerpvrijheid met kleurrijke panelen Het nieuwe assortiment Rockpanel Brilliant omvat zestien designs waarmee onbegrensde ontwerpvrijheid wordt geboden, om een gebouw te laten opgaan in de omgeving of juist een krachtig accent te zetten. Het brede kleurenspectrum van Rockpanel Brilliant gaat van natuurlijke bruin-, aubergine- of groentinten over naar koelere kleuren zoals grijs of blauw tot zelfs een krachtig rood of oranje, die allemaal inspiratie bieden en innovatieve ontwerpconcepten ondersteunen. Zonlicht of gerichte lichtspots versterken de uitstraling van een gebouw bekleed met deze kleurige en glanzende gevelpanelen. Zelfreinigend en onderhoudsvriendelijk Alle Rockpanel gevelpanelen zijn weer- en temperatuurbestendig en dus zeer onderhoudsvriendelijk. Rockpanel Brilliant is standaard voorzien van een ProtectPlus beschermlaag. Deze transparante coating maakt de platen zelfreinigend, waarbij vuil gemakkelijk wordt weggespoeld door regenwater. Bovendien verbetert de coating de uv-bestendigheid van de plaat, waardoor

de duur van de kleurechtheid nog verder wordt verlengd. Hardnekkig vuil of zelfs graffiti kan van gevelpanelen met een ProtectPlus beschermlaag eenvoudig verwijderd worden met terpentine of met de speciale Rockpanel Graffiti Cleaner. Meer informatie: www.rockpanel.nl

NIEUWE, REGIONALE VAKBEURS!

BOUWVISIE

BOUW s INSTALLATIE s ENERGIE BESPARING s MONUMENT

3, 4 en 5 november 2015 | Venray Want in bouwen van nu ĂŠn de toekomst staan ketensamenwerkingen centraal!

MEER INFORMATIE: WWW.EVENEMENTENHAL.NL/BOUWVISIE



Xxxxxxxxxx

Een licht, transparant, ruim en duurzaam gebouw

De renovatie van het a.s.r. hoofdkantoor werd onlangs bekroond met de titel ‘Beste Kantoorgebouw 2014’. DGMR adviseerde over comfort (daglicht en klimaat), brandveiligheid en duurzaamheid.

Adviseurs in bouwfysica, geveltechniek, akoestiek, duurzaamheid, (brand)veiligheid en klimaatbeheersing

Arnhem | Den Haag | Drachten | Sittard

www.dgmr.nl duurzaam gebouwd | december 2014

55


RVO.nl biedt ondersteuning bij de verduurzaming van gebouwen

Leidraad helpt gemeenten bij selecteren en gunnen In samenwerking met Boot Advocaten en ESCoNetwerk.nl heeft RVO.nl de Leidraad Aanbesteden Prestatiecontracten gemaakt, om het aanbesteden van een energieprestatiecontract te vereenvoudigen. Daarnaast is deze leidraad bedoeld om aanbestedende diensten te helpen met de inkoopprocedure van energieprestatiecontracten. Aanbestedende partijen vinden in de leidraad een stappenplan dat stapsgewijs beschrijft hoe energieprestatiecontracten worden aanbesteed en opgesteld. Daarnaast bevat de leidraad voorbeelden van selectie- en gunningscriteria. Ook staan er voor- en nadelen van de aanbestedende procedure in, zoals de concurrentiegerichte dialoog of de onderhandelingsprocedure. Energieprestatiecontracten bevatten prestaties die een opdrachtgever en een uitvoerende partij zijn overeengekomen. De laatstgenoemde garandeert een bepaalde energiebesparing, waarmee dit soort contracten een effectief middel zijn om energiebesparende maatregelen uit te voeren. Deze partij kan een installateur, een Energy Service Company (ESCo) of een PPS-consortium zijn. “De complexiteit weerhoudt veel organisaties ervan om met ESCo’s en Energieprestatiecontracten te werken”, legt Boot Advocaten-directeur Alexandra Boot uit. “Wil je als publieke partij een complex proces integraal aanpakken,

dan heb je vooraf veel informatie nodig uit alle relevante disciplines. Alleen dan kunnen marktpartijen adequaat reageren. De Leidraad is een soort routeplanner voor een effectief integraal inkoopproces van complexe projecten.” Het stappenplan is bedoeld voor organisaties die een EPC willen aanbesteden, maar ook voor opdrachtnemers en consultants. Kijk voor meer informatie op www.rvo.nl/ sites/default/files/2015/03/Leidraad_A4_ Brochure%202015.pdf en op www.rvo.nl/esco.

Energieplein20: het adres voor energiebesparing in bestaande (woning)bouw! In haar blog ‘Brillen verwisselen’ op DuurzaamGebouwd.nl noemde Anke van Hal energieplein20.nl. TU Delft-hoogleraar en Duurzaam Gebouwd-expert Anke van Hal is medeoprichter van HomeMates.nl. Deze site is gericht op kennisdeling over de derde en onderbelichte succesfactor van energievriendelijk renoveren: het samen-aspect. Sinds enkele maanden onderhoudt HomeMates.nl op energieplein20.nl een groep waar haar lezers met elkaar in gesprek gaan en kennis uitwisselen. En juist dat is het doel van energieplein20: het naar boven halen van alle kennis, die in de ervaringen van professionals besloten ligt. Op deze site komen mensen samen, die zich bezig houden met energiebesparing in de bestaande (woon)

34

september 2015 | duurzaam gebouwd

omgeving. Het is een plek om te netwerken, discussiëren, samenwerken en bouwen aan nieuwe kennis. Iedereen kan lid worden van het plein, informatie en documentatie delen en ervaringen en meningen uitwisselen. Minister Stef Blok van Wonen en Rijksdienst en VNGvoorzitter Annemarie Jorritsma hebben energieplein20.nl gelanceerd. RVO.nl beheert deze site. Onder de leden bevinden zich energieambassadeurs, professionals uit de bouw- en installatiewereld, adviesbureaus, energiecorporaties en overheden. Ook interessant voor u? Kijk voor meer informatie op www.energieplein20.nl.


Energiestuur: hulpmiddel voor corporaties In opdracht van RVO.nl heeft W/E adviseurs een digitaal hulpmiddel voor corporaties ontwikkeld, waarmee ze nadrukkelijker kunnen sturen op het thema ‘Energie’: Het Energiestuur. Corporaties hebben zo’n 2,4 miljoen woningen in beheer en spelen daarmee een belangrijke rol in de gewenste verduurzaming van de bestaande woningvoorraad in Nederland. Het energieakkoord, het sectorconvenant en de lokale prestatieafspraken geven weliswaar richtinggevende kaders aan, maar het daadwerkelijk regisseren van de energiebesparing ligt primair bij de corporaties. In het ontwikkelproces van ‘Het Energiestuur’ heeft een klankbordgroep van experts uit de corporatiesector hierop ingezoomd. Als een van de belangrijkste oorzaken wijst ze op het ontbreken van juiste data over het vastgoed. Daarnaast is verduurzaming nog te vaak een separate bezigheid van enkelingen in plaats van een integraal onderdeel van de primaire processen. Dat werd dan ook het uitgangspunt van Het Energiestuur: energie als integraal onderdeel van portefeuillemanagement oftewel strategisch voorraadbeleid. Het Energiestuur verdeelt het integratieproces in zes overzichtelijke fases: Definieer, Analyseer, Ambieer, Simuleer, Implementeer en Evalueer. Per fase geeft het Energiestuur achtergrondinformatie en concrete

Het Energiebestuur START

Definieer

Evalueer

Analyseer DATA

Implementeer

Ambieer

Simuleer

aanknopingspunten voor uitvoering in de praktijk. Het hulpmiddel geeft state-of-the-art kennis en verwijzingen naar documenten en voorbeelden, zowel inhoudelijk als procesmatig. Het Energiestuur is kosteloos voor corporaties en verkrijgbaar bij RVO. Stuur hiervoor een mail naar constan.custers@rvo.nl. Dit najaar worden regionale workshops aangeboden.

Airconditioning Airconditioningsystemen in gebouwen met een koelvermogen van 12-45 kW die tien jaar of ouder zijn, moeten vóór 31 december 2014 zijn gekeurd. Nederland voldoet hiermee aan de Europese regelgeving (EPBD) . Sinds 1 december 2013 is de verplichte EPBD-keuring voor airconditioningsystemen van kracht. Eens in de vijf jaar moet keuring plaatsvinden. De verplichting geldt voor systemen met een totaal koelvermogen van meer dan 12 kW. Niet alle airconditioningsystemen hoeven in één keer gekeurd te worden. Dit hangt af van de klasse en het tijdstip van ingebruikname van het betreffende systeem. Met de maatregel wordt de energieprestatie van gebouwen verbeterd. Een goed afgesteld airconditioningsysteem bespaart energiekosten. In eerste instantie is de eigenaar van het gebouw verantwoordelijk voor het laten keuren van het airconditioningsysteem. Alleen als in de huurovereenkomst schriftelijk is afgesproken dat de huurder verantwoordelijk is voor het onderhoud en beheer van het airconditioningsysteem, is de huurder verantwoordelijk voor het laten keuren van het airconditioningsysteem. Gebouweigenaren (of huurders) zijn verplicht voor de aircokeuring een gediplomeerde deskundige in te schakelen. De Inspectie

Leefomgeving en Transport (ILT) is verantwoordelijk voor de handhaving van de verplichte keuringen. Gebouweigenaren (of huurders) die niet voldoen aan de keuringsplicht van hun airconditioningsysteem riskeren een dwangsom. Meer info vindt u op: www.rvo.nl/actueel/nieuws/2015-verplichte-keuringen -airconditioningsystemen-gebouwen

Voor integrale en transparante kennis over de duurzaam gebouwde omgeving kunt u terecht bij RVO.nl. Hiermee vervullen we een gidsfunctie voor Ondernemend Nederland, waarmee we het verduurzamen van de gebouwde omgeving bevorderen. Meer informatie? Website: www.rvo.nl/gebouwen Telefoon: 088-0424242 Voorbeelden energiezuinig bouwen? Kijk ter inspiratie op onze database: www.rvo.nl/energiezuiniggebouwd.

duurzaam gebouwd | september 2015

35


Remmers: partner in duurzaam bouwen Q van kelder tot dak Q van advies tot onderhoud

Gevelbescherming

Kunstharsvloeren

Houtbescherming

Remmers Bouwchemie B.V. Stephensonstraat 9 7903 AS Hoogeveen Telefoon 0528 229 333 info@remmersbouwchemie.nl www.remmersbouwchemie.nl


Zelf duurzaamheid meten, verbeteren en monitoren? CFP heeft CSR Manager ontwikkeld, software dat de duurzaamheidsprestaties van uw organisatie in één overzicht laat zien. De software is ook ontwikkeld om besparingsmogelijkheden in uw gebouw te identificeren. CSR Manager laat diverse maatregelen zien waarmee u grote besparingen in uw gebouwen kunt realiseren. Dus bent u op zoek naar een manier om zelf uw totale duurzaamheidsprestatie te meten, verbeteren en monitoren? www.csr-manager.nl

Kennismaken met CSR Manager? Bekijk de demo via: www.csr-manager.nl Gebruikersnaam: demo Wachtwoord: demo Of bel 055 – 355 51 99 of neem een kijkje op onze website www.cfp.nl voor meer informatie.


GPR sorteert voor op circulair bouwen GPR Gebouw is twintig jaar geleden ontstaan als hulpmiddel voor duurzaam bouwen en sindsdien geëvolueerd op inhoud en vorm. Van begin af aan zijn eenvoud en gebruiksgemak de uitgangspunten geweest. Nadrukkelijk streven naar betekenis geven, herkenbaarheid en ruimte bieden voor creativiteit en innovatie. Tekst: John Mak, W/E adviseurs

De ontwikkeling van inhoud en vorm van GPR Gebouw gebeurt voor een groot deel op input van gebruikers. Inmiddels zijn zo’n 10.000 gebruikers geregistreerd; zij zijn een waardevolle bron voor het verbeteren van de software, waarvan we dankbaar gebruikmaken. Daarnaast wil W/E een schakel zijn tussen wetenschap en praktijk, bijvoorbeeld door relevante kennis toegankelijk te maken. Dat kan door onszelf ontwikkelde kennis, maar het gaat vaak ook om kennis en inzichten van andere organisaties. Via GPR Gebouw ontsluiten we die kennis voor praktijkgebruikers. Het toekomstperspectief is niet langer alleen bijna energieneutraal in 2020, het gaat nu een stap verder. De circulaire economie is het nieuwe ideaalbeeld. Circulair bouwen/circulaire gebouwen dragen voor een groot deel bij aan dit toekomstbeeld.

Wat zijn circulaire gebouwen? Onder de noemer circulariteit is er eindelijk weer aandacht voor hoe wij met grondstoffen omgaan. ‘Het zo omgaan met grondstoffen en producten dat we de natuurlijke hulpbronnen niet uitputten en tegelijk waarde creëren voor mens, natuur en economie.’ Dat kan door gebruik

van hernieuwbare grondstoffen en door hoogwaardig hergebruik van eindige grondstoffen. Zo besteedt de Green Deal Circulaire Gebouwen aandacht aan circulariteit in de gebouwde omgeving. Daarnaast publiceerde de Europese Unie in maart 2015 een rapport, dat onder andere de ontwikkeling van een gebouwpaspoort noemt. Gebouwen zijn in feite massale opslagplaatsen van grondstoffen, ongeveer 2.000 kilo per m2 vloeroppervlak.

Hoe zit dat in GPR? Vanaf de eerste versie zijn materialen en afval onderwerpen in GPR Gebouw. In de loop der jaren is dat doorontwikkeld vanuit de pragmatische methode milieuvoorkeur naar de levenscyclusbenadering met een wetenschappelijke basis. Het gaat om de gehele levenscyclus van het gebouw, een beschouwing van grondstoffenwinning tot en met afdanking of recycling. De Nederlandse ‘Bepalingsmethode Milieuprestatie Gebouwen en GWW-werken’ is hiervoor de afgesproken standaard en wordt gebruikt in combinatie met de Nationale Milieudatabase (NMD), ook in GPR voor het thema Materialen. De waardering van circulariteit in de Bepalingsmethode is onderwerp van discussie en onderzoek. Het is wenselijk dat slimme circulaire oplossingen gewaardeerd worden en dat is nog niet altijd mogelijk binnen de huidige rekenregels. Binnen GPR Gebouw lossen we dat voorlopig op met een subthema ‘Milieuprestatie aanvullend’, waarin herkomst van grondstoffen en gebruikte bouwmethodiek criteria zijn. De NMD is inmiddels toe aan versie 1.7. Een belangrijk deel van de toeleverende industrie spant zich in om verbeterde data aan te leveren en dat gaat continu door. Bijvoorbeeld omdat productieprocessen geoptimaliseerd worden. Dit stimuleren we graag door in GPR minder milieubelastende producten zichtbaar te maken voor een bewuste materiaalkeuze door de gebruiker.

DGP = MPG + EPG Afbeelding 1: Resultaat van Lichtenbergs HoTT-woning op de vijf GPR-thema’s.

38

september 2015 | duurzaam gebouwd

Iedereen in de bouw is vertrouwd met de energieprestatienorm en inmiddels ook het energielabel. In het streven naar


energiezuinigere tot en met energieleverende woningen zien we in GPR het principe van de communicerende vaten optreden: een hoge score op Energie (EPG) veroorzaakt een lagere score op Milieu (MPG). In het TKI-KIEM project hebben de makers van GPR (W/E) met een groot aantal partijen gewerkt aan een methode, die beide onderwerpen integraal beoordeelt. Het resultaat is voorlopig de Duurzaamheidsprestatie Gebouwen (DPG) genoemd: één score voor energie en materialen. Hoe ziet dat eruit voor de HoTT-woning, die TU/e-hoogleraar Jos Lichtenberg heeft gerealiseerd? Een woning waar vanuit de principes van Slimbouwen is nagedacht over alle onderwerpen die in GPR zijn terug te vinden. Met een ambitie om op alle thema’s richting een 10 te scoren. Na oplevering van de woning is het resultaat te zien in afbeelding 1. De grafiek laat zien dat die ambitie werkelijkheid is geworden op vier van de vijf thema’s, met scores rond de 9 en zelfs een 10 op Energie. De woning is in de praktijk zelfs energieleverend (10.000 MJ per jaar), wat eigenlijk een ruime 11 voor Energie zou zijn. De toepassing van pvpanelen voor elektriciteitsopwekking, maar ook het gebruik van drievoudig glas en extra isolatiemateriaal brengt een milieubelasting met zich mee. Dat heeft bij het thema Milieu een fors negatieve invloed met een 4,9 als resultaat.

Wethouder van de gemeente Krimpen aan den IJssel Marco Oosterwijk (links) en inkoopcoördinator Johan Baars.

Martens Bouw naar een ontwerp van Diederendirrix. De gemeente had als ondergrens een score van 7,5 opgenomen in de prestatiegerichte uitvraag. Met hogere scores op dit prestatiecriterium konden inschrijvende consortia vijftig procent van de te vergeven punten scoren. Martens Bouw beloofde aanzienlijk meer en heeft dit waargemaakt. Dat is niet alleen door het hergebruik van bestaande gebouwdelen bereikt, maar ook door een consequente keuze voor producten van hernieuwbare grondstoffen voor onder meer de gevelopbouw en -afwerking. Op alle thema’s scoort dit vernieuwde gebouw rond de 9, ook op Milieu. De opdrachtgever is een zeer tevreden en trotse gebruiker. Afbeelding 2: GPR Duurzaamheidslabel van het raadhuis van Krimpen aan den IJssel.

Als we dan volgens de DPG-methode kijken naar het gecombineerde resultaat van energie- en materiaalgebruik, dan blijkt HoTT voorbeeldig: de winst op energie compenseert de extra milieubelasting ruimschoots!

Slim hergebruik Een ander voorbeeldig project is de gerealiseerde vernieuwing van het raadhuis en bankgebouw in Krimpen aan den IJssel. In 2013 organiseerde deze gemeente een succesvol DBM-gunningstraject met hoge GPR-ambities voor duurzaam inkopen. De halfverdiepte kelder is volledig gehandhaafd bij de renovatie, wat vanuit kosten en milieu een verstandige keuze is. Met lichte constructies en materialen is daarop een nieuw gebouw gerealiseerd door

Gerecyclede petflessen “Door vanaf het begin duurzaamheid voorop te stellen, hoopten we de partijen te prikkelen tot een strijd waarbij ze het beste naar boven zouden halen”, vertelt wethouder Marco Oosterwijk van de gemeente Krimpen aan den IJssel. “Dan tekenen ze er aan het einde niet nog even een zonnepaneeltje bij, maar zijn ze direct bezig met mogelijkheden om energie te besparen, alternatieve energiebronnen te benutten en milieuvriendelijke materialen te gebruiken.” Volgens inkoopcoördinator Johan Baars van de ZuidHollandse gemeente bleek op het gebied van duurzaamheid heel veel mogelijk. “De ontwikkelingen op dit vlak gaan steeds door. Zo dachten we voor de zonwering in de raadzaal aan materiaal van gerecyclede petflessen. Dat was het meest duurzaam. Inmiddels bestaan er ook zonweringen van plantaardig materiaal, afval uit de tuinbouw. Daarvoor hebben we gekozen, want dat is nog milieuvriendelijker.”

duurzaam gebouwd | september 2015

39

Schaduwprijs op energie- en materiaalgebruik van HoTT (in €/


VAN WEER EN WIND TOT HITTEGOLF

EXTREEM BESCHERMEND • 10 jaar bescherming tegen UV en weersinvloeden • Op basis van duurzame STAR technologie • Optimaal glans- en kleurbehoud • Kijk voor meer informatie op sikkens.nl


Een voorbeeld van Attema’s vernieuwende ideeën voor ’n veranderende wereld. www.attema.com

Het besluit Sinds de publicatie van het Bouwbesluit 2012 gelden er met het oog op de brandveiligheid nóg strengere regels. Overal waar brand-

werendheid is vereist, moet voortaan brandwerend materiaal worden toegepast. Attema ontwikkelt al langer elektrotechnisch installatiemateriaal om de risico’s bij brand te reduceren.

De vernieuwing Inspelend op de groeiende aandacht voor meer brandveiligheid, heeft Attema de afgelopen jaren voortdurend nieuwe brandwerende producten ontwikkeld, zoals de twee inbouwdozen voor de holle wand (UHW50-BW en HWD50L-BW), de brandwerende duodoos (DUO-UHW50-BW) en de brandwerende koppeldoos (UWH50wde KS-BW) voor de holle wand. Vorig jaar is daar de vernieuwde brandwerende centraaldoos (CH75R-BW) bij gekomen en met de oor introductie van de HDKB-BW, de brandwerende doorvoer voor ties kabel en buis is een belangrijke volgende stap gezet om installaties oper en dus gebouwen en woningen sneller, eenvoudiger en goedkoper brandveilig te maken.

Volg de discussiegroep “Brandwerend installeren volgens Attema” op LinkedIn. Scan de code of kijk op goo.gl/5ttGw

ATT 15014 Adv 210x297.indd 1

13-07-15 13:10


De ingrediënten voor Nul op de Meter Nederland

Een Nul op de Meter woning in Tilburg.

Regelgeving, innovatie, meer nieuwe banen, industrialisering en een dosis lef Comfortabel wonen, toekomstbestendig en onafhankelijk van gas en fluctuerende energieprijzen tegen dezelfde woonlasten. Dat is Nul op de Meter, de realiteit van vandaag en de toekomst. Wat houdt dat in? Innovatie, gunstige regelgeving, industrialisering, nieuwe banen en een dosis lef. Tekst: Hans Ouwerkerk en Marieke Buijs

Samen met Jan Willem van de Groep, winnaar van ‘Duurzame 50 Vastgoed NL’ en ‘HIER Klimaatpenning’, programmaregisseur Energiesprong en Greenspirator, kijken we naar de benodigde ingrediënten voor Nul op de Meter Nederland.

Energieprestatievergoeding Een Nul op de Meter woning wekt evenveel energie op als het verbruik van een gemiddeld gezin. De investering voor een Nul op de Meter renovatie komt van de oude energierekening. In het geval van een woningcorporatie

42

september 2015 | duurzaam gebouwd

betalen bewoners na de renovatie eenzelfde bedrag als hun oude energierekening aan de corporatie. Dit heet de Energieprestatievergoeding (EPV), het eerste ingrediënt voor Nul op de Meter. Hiermee betaalt de corporatie de upgrade. Bewoners hebben na de upgrade een comfortabeler huis zonder energierekening voor dezelfde woonlasten en de corporatie heeft een toekomstbestendige woningvoorraad. Een perfecte deal dus. “Voor het innen van de EPV, die overigens wordt geint naast de huur en dus niet de huurtoeslag beïnvloedt, moet de wet worden aangepast”, zegt Van de Groep. “Het wetsvoorstel


hiervoor ging begin juli naar de kamer ter goedkeuring en zal als alles meezit half november zijn goedgekeurd. De businesscase Nul op de Meter wordt met de Energieprestatievergoeding een stuk rendabeler.”

One-stop-shopgevels Naast een gunstige (financiële) regelgeving is voor het Nul op de Meter Nederland van vandaag en morgen een innovatieve markt een belangrijk ingrediënt. De innovatieve spelers in de markt leveren namelijk de Nul op de Meter concepten van de toekomst. Dit gebeurt al in Stroomversnelling Huur en Koop. Binnen deze deals worden de komende jaren respectievelijk 111.000 huurwoningen en een slordige 100.000 koopwoningen Nul op de Meter gemaakt. “De impact van de Stroomversnelling op de markt is groot. Je ziet dat partijen die met productontwikkeling bezig zijn nu echt toegang krijgen tot de toeleverende industrie. We ontwikkelen Original Equipment Manufacturers (OEM’s, red.). Dat zijn nieuwe spelers, die een complete renovatie als een onestop-shopproduct ontwikkelen en voor dat product ook de garantie afgeven. In andere sectoren zoals de auto- en ICT-industrie is dat een gebruikelijk fenomeen, in de bouw nog niet.”

Naar betaalbare producten Hij voorziet een flinke industrialisatie, die de komende jaren vorm krijgt in grote fabrieken. Maar ook een opkomend fenomeen als de smart-micro-factory is kansrijk voor de bouwindustrie. In die industriële omgevingen worden componenten gemaakt, zoals complete gevels, daken en energiemodules, die vervolgens op de ‘bouwplaats’ in korte tijd in elkaar worden gezet. Voor woningcorporaties is het dan nog slechts een kwestie van one-stop-shoppen naar het juiste concept, voor de juiste prijs. Dit soort innovatie naar industrialisering is een vereiste om Nul op de Meer betaalbaar te maken. “Zestig procent van de bouwproductie produceren we industrieel. Waarom? Ten eerste omdat we op een andere manier moeten bouwen als we aan de aanscherpende normen en regels willen voldoen. Het wordt onbetaalbaar als we dat op de traditionele manier doen en elke woning daarbij als een uniek project benaderen. Daarnaast kan het domweg met de nieuwe technologieën die nu worden ontwikkeld. Als laatste moeten we dit willen om de doelstellingen te halen rondom het verduurzamen van de woningvoorraad”, legt Van de Groep uit.

Meer banen, ander soort werk Een veranderende markt in een nieuw Nul op de Meter Nederland vraagt om nieuwe banen. Van de Groep voorspelt een opdeling van de bouwsector waarbij grote aanbiedende partijen ontstaan en partijen die de producten afnemen en ze voor de klant in elkaar zetten. Deze veranderingen hebben een positief effect op de

Nul op de Meter woningen in de wijk Rijswijk-Buiten.

Een Nul op de Meter woning in het Friese Gorredijk.

werkgelegenheid in de bouw. Het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) berekende nog niet zo lang geleden dat ‘De Stroomversnelling Huur’ de sector tot 2020 alleen al 9.000 extra banen oplevert. “Als het gaat om het verduurzamen in zowel huur als koop, neemt de werkgelegenheid met 20.000 structurele en aanvullende banen toe.” De aard van dit nieuwe werk verandert als fabrieken straks totaalproducten maken. “Dat betekent namelijk dat de mensen die straks op de bouwplaats assembleren - de geprefabriceerde elementen in elkaar zetten - op zich niet zo veel meer hoeven te weten van duurzaam bouwen. Wat ze wel moeten weten, is hoe je dat product goed in elkaar zet en wat de kritische punten zijn waarop je moeten letten als je hiermee bezig bent.”

Pionieren met lef Binnen de Stroomversnelling zijn de eerste aantallen Nul op de Meter woningen al gerealiseerd en de eerste monitoringsresultaten laten zien dat Nul op de Meter werkt. Ook de eerste particulieren kiezen voor een Nul op de Meter renovatie. Deze mensen met lef binnen woningcorporaties, gemeentes, de bouw en woningeigenaren zijn de pioniers, die de weg openen. Zij investeren hun tijd, geld en kennis en maken zo de weg vrij voor wat straks de standaard is: Nul op de Meter. Wilt u ook betrokken zijn en bijdragen aan de transitie, kijk dan eens wat u kunt betekenen in uw regio.

duurzaam gebouwd | september 2015

43


Isolatieoplossingen van Termokomfort

Milieubewust en innovatief! Door alle aandacht voor energiebesparing en milieu in de media is het isoleren van woningen en gebouwen ‘hotter’ dan ooit. Bij Termokomfort is de isolatie van gebouwen pas echt in ‘groene’ handen. Dat komt onder andere omdat we recyclebare en biologisch afbreekbare grondstoffen voor onze isolatieproducten én -systemen gebruiken die zorgen voor een minimale belasting van het milieu. BioFoamPearls bijvoorbeeld is 100% plantaardig, cradle-to-cradle gecertifi ceerd en biedt de allerhoogste isolatiewaarde in de markt.

100% natuurlijk product Gecertificeerd energiezuinig Hoogste isolatiewaarden in de markt 100% veilig voor mens en milieu Flexibel in de verwerking Inzetbaar voor vele vormen van isolatie

dakisolatie

spouwisolatie

kruipruimteisolatie

Bel vandaag nog voor een vrijblijvend gesprek en wij vertellen u graag hoe Termokomfort de beste ‘groene’ isolatieoplossingen in de markt kan bieden! akoestische isolatie

(036) 538 75 58 www.termokomfort.nl

maakt het behaaglijk


BITUMEN V LO E I B A A R

KU N S T S TO F

Vakmensen werken met Troelstra & de Vries

Troelstra & de Vries geeft u het juiste antwoord. juiste keuze te maken, introduceren wij Roof Consulting. Een nieuwe dienst om u van A tot Z te begeleiden tijdens uw bouwproject. Van begeleiding bij het schrijven van bestekteksten tot technische begeleiding tijdens de uitvoering.

Neem contact op met onze Roof Consultant Arno van den Bosch. Bel (0)515 53 30 00 of mail naar info@troelstra-devries.nl

B I J ZO N D E R E DAKEN

Groendaken, witte warmte reflecterende daken, daken met een hoge isolatiewaarde, daken met zonnepanelen, architectonisch fraaie daken‌ Opgeteld hebben we ruim 40.000 (dak)oplossingen voor de bescherming van een gebouw. Om daarin de


Het eindresultaat.

Betoncentrale als co-maker Wooncollectie De bouw zit sinds dit jaar stevig in de lift. In de eerste vijf maanden van 2015 steeg de bouwproductie met 7,2 procent. Vooral de woningbouw groeit harder dan verwacht en de nieuwbouw van woningen beleeft een groeispurt. Dat merkt ook BAM woningbouw, dat in oktober start met een vijfde bouwstroom van de Wooncollectie. Tekst: Remco Kerkhoven (VOBN)

Met deze wooncollectie speelt het bouwbedrijf in op actuele en toekomstige behoeften van de consument en zijn opdrachtgevers. De BAM Wooncollectie voor nieuwbouw is het resultaat van vier jaar intensief onderzoek en is gebaseerd op de drie populairste architectuurstijlen: oud-Hollands, jaren dertig en modern. Binnen elke architectuurstijl bestaan acht woningtypen en binnen elk woningtype is volop variatie mogelijk. Zo is deze collectie geschikt voor iedere doelgroep.

Kijken naar de binnenkant De prijs van de woningen varieert van € 65.000 tot € 160.000 aan bouwkosten. “Deze woningen zijn goedkoper dan een Audi A6”, lacht Jan Radder, coördinerend uitvoerder van BAM Woningbouw W&R. Hij zit samen met directeur Jos van der Velden van de Betoncentrale Gorkum aan tafel. “Het bouwproces is erop gericht dat wij veel meer naar de binnenkant van de woning kijken. We hebben een collectie modellen, variërend van

46

september 2015 | duurzaam gebouwd

starterswoningen tot aan vrijstaande huizen, met een zeer hoog afwerkingsniveau. Daar bovenop bieden we aan het huis helemaal in te richten naar de wensen van de bewoner en willen wij tot een zo’n laat mogelijk stadium flexibel blijven. Dat begint al in de ruwbouwfase. Kopers kunnen een uur voor het storten van wanden en vloeren een leiding laten omleggen. Daarin gaan wij heel ver”, vertelt Radder. “Wanden, vloeren, trap, binnendeuren, keuken en badkamer worden volledig in stijl afgewerkt. De tijd die wij voorheen staken in de voorbereiding van de bouw van de woningen, steken we nu in de afwerking. Naar de wens van de bewoners.”

Efficiënt bouwsysteem in beton De kern van het Woonconcept is een gestandaardiseerd en geoptimaliseerd bouwproces. De basis hiervoor is gietbouw: het ter plaatse storten van beton met tunnelbekisting. BAM Woningbouw heeft een ruime gietbouwervaring en eigen materieel. In een markt waarin de projectomvang kleiner wordt, is een hoge bezettingsgraad van dit materieel een


zijn er voordelen in productkwaliteit. Op het gebied van veiligheid wordt er veel van co-makers gevraagd, zoals de verwachting dat ze meedenken en -ontwikkelen. De tunnelbekistingen worden per project aangepast op de gewenste beukmaat. Binnen de set van vier tunnels kunnen verschillende beukmaten worden gekozen, zodat variatie in woningtypen kan worden uitgevoerd of zelfs tweebeukige woningen, met een brede en een smalle beuk. Een verdergaande industrialisatie maakt individualisering van de woning mogelijk. “Wij kunnen het nieuwe huis compleet afgewerkt opleveren. In de Wooncollectie zit de optie Victor&Wonen. Een complete keuken, een luxere badkamer en toiletruimte, maar ook wandkleuren en vloeren brengen we naar wens aan.”

Betoncentrale als co-maker

De kern van het Woonconcept is een gestandaardiseerd en geoptimaliseerd bouwproces. De basis hiervoor is gietbouw: het ter plaatse storten van beton met tunnelbekisting.

eerste vereiste om projecten concurrerend uit te voeren. Het koppelen van projecten tot één bouwstroom voorkomt kostbare stilstand. “Met zeven man onderverdeeld in een kraanmachinist, vier tunnellaars en twee vlechters worden in Gorinchem in 25 stortdagen veertig betoncasco’s gerealiseerd. Het project Fort Hinderdam bestaat uit vijf blokken van zes woningen en twee blokken van vijf woningen. Is een blok klaar dan volgen de co-makers, eerst de elektricien, daarna worden de gevelelementen geleverd. De tunnels gaan hierna naar Reeuwwijk. Binnen honderd dagen zijn de woningen opgeleverd.”

Flexibel bouwsysteem Het gietbouwsysteem is onderdeel van het woonproduct. Ook de co-makers zijn daar onderdeel van. Dat BAM met vaste toeleveranciers en onderaannemers werkt, heeft voordelen. In de eerste plaats het kostenvoordeel. Er kan op basis van jaarcontracten worden gewerkt, met een gegarandeerd productievolume. Vervolgens

Jos van der Linden van Betonmortelcentrale Gorkum (links) en Jan Radder van BAM Woningbouw.

Betoncentrale Gorkum levert het beton voor het project Fort Hinderdam. “We leveren op samenstelling, ook verschillende mengsels”, vertelt Van der Velden. “De begane grondvloer bestaat uit een XC1, C20/25, de kimmen voor de tunnelbekisting bestaan uit een XC1, C20/25 en de wanden en de vloeren worden gestort in een C20/25.” Radder vult aan: “Het verschil in de mengsels zit in het toe te passen grind. Voor het vullen van de naden van de begane grondvloeren (Ribcasettevloer) hebben we een soepel mengsel met fijn grind (Spramix) gebruikt. Dit mengsel gebruiken wij ook voor de tunnels bij de kopgevels met raamsparingen. In de overige wanden en vloeren passen wij een mengsel met korrelgroep 0-32 grind toe.” Een rijpheidscomputer controleert de sterkteontwikkeling van het beton. “Dit gaat altijd goed, ook bij zo’n 6 ˚C”, vertelt Van der Velden. “De gister gestorte wanden hebben nog een reactietemperatuur ontwikkeld van 40 ˚C, terwijl de buitentemperatuur van vanmorgen -1 ˚C was.” Een van de belangrijkste aspecten bij dit woonproduct vormt de optimale logistiek. Het nauwgezette samenspel tussen planning, betonlevering en uitvoering tijdens het storten is cruciaal voor probleemloos en efficiënt bouwen. Radder maakt zich daarover zorgen. “‘Beton Bewust’keurmerkhouders leveren op dit moment een zeer hoge kwaliteit en optimale logistiek. Binnen BAM woningbouw zien wij de vraag naar woningen sterk toenemen. Onze zorg is of de betoncentrales bij een aantrekkende markt dit blijven leveren.” Ook Van der Velden vindt dit geen punt van zorg. “Het gietbouwsysteem als onderdeel van de wooncollectie wordt door ons omarmd en heeft veel voordelen. Woningen kunnen snel en efficiënt gebouwd worden. Wij blijven investeren om hiervoor de optimale logistiek te garanderen. Centrales aangesloten bij de Vereniging van Ondernemingen van Betonmortelfabrikanten in Nederland die in het bezit zijn van het keurmerk onderscheiden zich op dit punt. In een snel groeiende woningmarkt zijn deze bedrijven van toegevoegde waarde. Ze denken met de klant mee, zijn flexibel, produceren duurzaam en leveren direct een hoge kwaliteit beton op maat.”

duurzaam gebouwd | september 2015

47


ENERGIE BESPAREN ZONDER DAT HET U ENERGIE KOST U wilt uw gebouw duurzamer maken? EnergyInsight van Croon en Wolter & Dros helpt. Van de eerste analyse tot de implementatie. Wij laten zien hoe u energieprestaties kunt verbeteren zonder hoge kosten. We meten al uw installaties en apparaten door en rekenen precies uit hoeveel u kunt besparen. We brengen zelfs de fiscale voordelen en subsidies in kaart. Zo laten we uw gebouw optimaal functioneren en zorgen we voor een comfortabele (werk)omgeving. Een gegarandeerde besparing, zonder dat het u energie kost.


Gezonde Gebouwen

Coalitie Gezonde Gebouwen komt met Governance Code Met de woorden 'Kom naar voren en doe mee' startte Laurens de Lange, CMO van Unica Groep de Coalitie Gezonde Gebouwen tijdens het Duurzaam Gebouwd Congresdiner op 12 november 2014. In een razend tempo vulde het podium zich met beslissers die zich verbinden aan dit initiatief, waarmee ongezonde gebouwen verleden tijd moeten worden. Wat is een gezond gebouw en hoe kun je dat waarderen? Natuurlijk wil iedereen wonen, werken, verblijven, recreëren in een gezond gebouw. Daarover is geen discussie. Sterker nog, gebruikers moeten erop kunnen vertrouwen dat een gebouw een bijdrage levert aan hun welzijn. Maar hoe weet je dat een gebouw een positief effect heeft op jouw welzijn? Wat is een gezond gebouw en hoe kun je dat waarderen? Er is in de keten veel kennis op het gebied van alle onderdelen die bijdragen aan een gezond gebouw, maar toch lukt het vaak niet om hiermee een integraal gezond gebouw te maken. De Coalitie Gezonde Gebouwen, bestaande uit een breed front aan koplopers, stelt zich ten doel om de ontbrekende schakel te maken: een onderbouwde definitie van het begrip ‘Gezond Gebouw’ wordt hiervoor de basis. De definitie dient zodanig te zijn dat instituten en marktpartijen zich hiermee vereenzelvigen.

Verantwoordelijkheid nemen met Governance code Een Governance Code ‘Gezonde Gebouwen’ helpt om het collectieve gedrag te verbeteren. In deze Governance Code leggen betrokkenen de gezamenlijke uitgangspunten en kernwaarden vast op het gebied van gezonde gebouwen. Partijen die deze code ondertekenen, nemen ieder voor zich en/of gezamenlijk hun verantwoordelijkheid voor het creëren van een gezond gebouw.

Kernteam Coalitie • • • • • •

Laurens de Lange, CMO bij Unica Martin Koppenhol, algemeen directeur bij Huis & Milieu Claudia Reiner, directeur bij Installatiebedrijf Caris & Reiner Jelle Otten, advocaat en partner bij AKD Advocaten Erik van Heuveln, algemeen directeur bij Zehnder Harm Valk, senior adviseur energie en Duurzaamheid bij Nieman Raadgevende Ingenieurs • Jaap Dijkgraaf, algemeen directeur bij DWA • Wietse Walinga, directeur bij Duurzaam Gebouwd

Koplopersgroep en ambassadeurs De koplopersgroep is gegroeid tot meer dan 35 organisaties, met ambassadeurs als Babette van Loon (Alklima) “Een gezond gebouw is pas een duurzaam gebouw!”, Claudia Reiner (Caris & Reiner) en Harm Valk (Nieman Raadgevende Ingenieurs). Valk: “Een duurzaam gebouw moet altijd ook een gezond gebouw zijn. Want we bouwen voor mensen en we brengen als mensen nu eenmaal de meeste tijd van ons leven binnen gebouwen door. Maar ik ben geen voorstander van meer regels om gezonde gebouwen mogelijk te maken. Dat is haast onmogelijk door de diversiteit tussen mensen. Gezonde gebouwen vragen om visie en heldere keuzes. Het is aan ons om die te maken.”

Objectieve systematiek voor taxatiewaarde gezonde gebouwen Het in kaart brengen van de waarde die wordt gecreëerd gebeurt langs twee lijnen. Allereerst via de Happy Building Index kunnen gebruikers online hun beoordeling over concrete gebouwen geven, waarbij het vooral om de beleving draait. Daarnaast wordt een meer objectieve systematiek ontwikkeld voor de taxatiewaarde van gezonde gebouwen op basis van een gegarandeerde performance, die aansluit bij de valuecase van de gebruikers. Daarnaast wordt dit model geaccepteerd door de instituten, banken en beleggers.

Meer informatie over Gezonde Gebouwen Lees meer informatie over de Coalitie Gezonde Gebouwen en actuele ontwikkelingen op GezondeGebouwen.nu. Hier vindt u onder meer praktijkvoorbeelden en de mogelijkheid om in te schrijven als deelnemer voor Gezonde Gebouwen.

duurzaam gebouwd | september 2015

49


EEN

NIEUWE DIMENSIE

MET DAGLICHT

FAKRO platdakramen voorzien ruimtes van daglicht, bieden natuurlijke ventilatie en combineren een hoog gebruiksgemak met uitstekende thermo-isolerende eigenschappen. CreĂŤer een nieuwe dimensie onder het platte dak met de daglichtproducten van FAKRO.

HET PLATDAKRAAM COMBINEERT EEN UNIEK DESIGN MET UITSTEKENDE PRODUCTEIGENSCHAPPEN: t 5PU NFFS OBUVVSMJKL EBHMJDIU dankzij de unieke constructie met vlakke glasplaat. t )PHF JTPMBUJF tot wel Uw=0.76 W/m2K*, waardoor het product geschikt is voor passiefbouw. t 4UFSLF HFMVJETXFSJOH voor de onderliggende ruimte van 34dB. t ;PSHWVMEJH HFTFMFDUFFSEF NBUFSJBMFO zorgen voor een lange levensduur en een minimale belasting van het milieu. * voor type D_F DU8 volgens EN 12567-2

Lees meer op: www.fakro.nl


ZERO ENERGY HOME De Green Igloo totaaloplossing voor uw energieneutrale woning Buiten koud of warm, altijd een comfortabel binnenklimaat Lage energierekening: goed voor uw portemonnee! 100% hernieuwbaar: goed voor het milieu!

A

C

B

D

A | Ventilatie met warmteterugwinning en CO2 -sensor B | Verwarming, koeling en warm tapwater via warmtepomp C | Warm tapwater via zonneboiler D | Electriciteit uit zonnepanelen

Alles weten over onze totaaloplossingen? Bezoek onze Green Igloo themabijeenkomst. Mail naar info@greenigloo.nl voor de data.

www.greenigloo.nl

| tel. +31 (0)318 54 46 70 | info@greenigloo.nl


Rijke geschiedenis als fundament voor conceptontwikkeling Als fabrikant en leverancier van afbouwoplossingen als sierpleisters en gevelisolatiesystemen staat Strikolith sinds 1971 stevig in de markt. De Raamsdonksveerse organisatie komt met enkele nieuwe concepten, die verschillende soorten verduurzamingsvraagstukken invullen. Tekst: Marvin van Kempen

In deze duinvilla heeft Strikolith Spachtelpleister gecombineerd met Geopietra Natuursteenstrips.

Het bedrijf staat onder andere bekend om zijn sierpleisters, die stukadoors over heel Nederland verwerken. Ooit kwam de productie van deze pleisters tot stand met een omgebouwde bakkersdeegmolen. “Jo van Strien stond 44 jaar geleden aan de wieg van deze destijds innovatieve manier van ontwikkelen. In de nacht draaide de machine en er werd overdag gesmeerd”, vertelt marketingmedewerker Quincy Lagarde. “Vanaf de start wilde Van Strien een complete producent en leverancier voor de professionele afbouwwereld zijn, die de vakman ondersteunde. De focus die vroeger op persoonlijk contact lag is gebleven, maar

52

september 2015 | duurzaam gebouwd

we zijn nieuwe ontwikkelingen niet uit de weg gegaan”, aldus Lagarde. Het resultaat van innovatie en productontwikkeling is drie verschillende merken en specialisaties voor verduurzaming van de gebouwschil. Strikolith is het merk voor stucmaterialen voor binnen en buiten, terwijl Strikotherm gevelisolatiesystemen en -afwerkingen levert. Ten slotte is er Bofimex, dat een brede variatie aan restauratieproducten kent. “In de afgelopen jaren hebben we houtvezelplaten in ons assortiment opgenomen”, legt Strikolith-directeur Hans Mascini uit. “Daarnaast hebben we kurk als isolatiemateriaal


Partner uitgelicht

Woningen in het Brabantse Lieshout zijn voorzien van Strikotherm Spachtelpleister Pearl met afparelende en zelfreinigende eigenschappen.

toegevoegd. We hebben een aantal specifieke duurzame pleisters in ons programma en een assortiment vol nieuwe producten, zoals gereconstrueerde natuurstenen, die in combinatie met pleisters en gevelisolatie gebouwen mooi en duurzaam maken.”

In beweging met training en R&D Voor al deze producten geldt dat een juiste verwerking een belangrijke eis is, anders kan Strikolith een goede werking en lange levensduur niet garanderen. “Daarom werken we met partnerverwerkers, die allemaal KOMO-gecertificeerd zijn en door ons getraind worden. Trainen doen we vaak in samenwerking met de professionele bouwhandel, maar we geven ook trainingen in onze eigen ruimte in de productiehal. Verder hebben we een lab waarin we nieuwe producten ontwikkelen, een Research & Development (R&D) centrum. Elk jaar lanceren we nieuwe producten en concepten.” Binnen dat centrum worden de pijlen op dit moment vooral op afwerkingen van sierpleisters gericht. Zo werd een pearlcoat voor verf in het leven geroepen. “Als het regent, parelt deze af en neemt deze het vuil af. Zo blijft je gevel gedurende tien jaar beschermd en schoon. Vaak horen we het vooroordeel dat sommige gevelafwerkingen onderhoudsrijk zijn, maar dat nemen we weg door onze klanten goed te informeren over dergelijke innovaties”, vertelt Lagarde. Ook is er op het gebied van garantie wat veranderd, want de organisatie geeft niet alleen op geïsoleerde systemen tien jaar garantie. “We onderscheiden ons door ook op ongeïsoleerde systemen een garantie te geven. Dat doen we met Strikocem, een volledig pakket minerale mortels en pleistersystemen voor zowel nieuwbouw, renovatie als restauratie. Het concept daarin is Strikocem garant, waarmee we met vaste gecertificeerde partners een

verzekerde garantie op systemen geven”, vertelt Lagarde. Afgezien van de nieuwe producten en garanties zijn er verschillende concepten waar de afbouwleverancier op inzet. Zo is de organisatie betrokken bij het renovatieconcept Renolution, waaraan ook andere Duurzaam Gebouwd-partners als Nieman Raadgevende Ingenieurs, Zehnder, Deceuninck, Alklima en Velux meewerken. “We gaan mee in het industriële bouwproces. Daar is Renolution een mooi voorbeeld van, met een prefab geïsoleerde staalframeconstructie compleet met gevel en dak”, weet Mascini. Andere kenmerken van de renovatiemethodiek zijn de geschiktheid voor portieken galerijhoogbouw, bouwkundige realisatie tot Nul-opde-Meter en de mogelijkheid voor bewoners om thuis te blijven tijdens de werkzaamheden.

Stukadoor blijft onvervangbaar “Ook in andere prefab-concepten zetten we meer dan goede stappen. Het aanbrengen van de gevelisolatie in de fabriek in plaats van op de bouwplaats heeft verschillende voordelen, waaronder een hogere efficiency en een geconditioneerde omgeving, onafhankelijk van natuurelementen”, aldus Mascini. Het robotmatig verwerken van sierpleisters staat volgens de heren van Strikolith echter nog in de kinderschoenen. Geautomatiseerd afbouwen tegen kaarsrechte muren en deuren is mogelijk, maar andere architectonische vormen zijn op dit moment nog lastig te bewerken. “Er komt ook veel bij kijken. We zijn specialist in details en dat maakt wat ons betreft het verschil. Een robot vult die details niet zomaar in”, verduidelijkt Lagarde. Een ander concept richt zich specifiek op de bouwopgave in Groningen, om huizen aardbevingsbestendig te maken. “Daarvoor werken we samen met een Zwitserse partner, dr. Günther Kast. Binnenkort verzorgen we

duurzaam gebouwd | september 2015

53


Glasvezel geeft een nieuwe dimensie aan ‘duurzaam’ Comelit, marktleider op het gebied van deurintercom, besteedt steeds meer tijd aan haar eigen ViP-systeem in een open IPglasvezelstructuur. De vraag neemt toe. Onze systemen zijn eenvoudig te integreren met bestaande IP-infrastructuur en te combineren met televisie, internet, telefonie en huisautomatisering. Toekomstbestendige woningen en bedrijven moeten enorme hoeveelheden data kunnen ontsluiten. Er is maar één infrastructuur die in de nabije en verre toekomst niet wordt ingehaald door beperkingen: die van glasvezel. Comelit maakt daar waar zij kan en mag al gebruik van de glasvezel infrastructuur van gebouwen. Een deurintercom- en veiligheidsinstallatie vereist bijna geen capaciteit, daar kunnen we dus gebruik van maken.

VIP-SYSTEEM, een techniek die volledig aansluit op de toenemende zorgvraag

VISIE VAN COMELIT IS HELDER ALS GLAS www.comelitgroup.com

Passion.Technology.Design.


Partner uitgelicht

‘Robotmatig verwerken van sierpleisters staat nog in de kinderschoenen’ een eerste pilotproject in het getroffen gebied”, vertelt Mascini. Het concept is gebaseerd op een combinatie van een mortelweefsellaag en een gevelisolatie, waarbij de weefsellaag in drie verschillende richtingen flexibel is: horizontaal, verticaal en diagonaal. “Nu worden muren vaak star gemaakt. Star is sterk, maar als het misgaat, barst het. Wanneer je gaat voor flexibiliteit, dan kan je

Duurzaam Gebouwd Congres De bouwopgave in Groningen is enorm te noemen, met zo’n € 800 miljoen per jaar. Deze opgave staat in de schijnwerpers gedurende het Duurzaam Gebouwd Congres, waarvan Strikolith een van de partners is, op 12 november aanstaande in MartiniPlaza te Groningen. Dit congres besteedt aandacht aan aardbevingsbestendig en duurzaam bouwen. Meer informatie en de mogelijkheid tot inschrijven vindt u op de officiële congreswebsite op DuurzaamGebouwdCongres.nl. Ook leest u hier de terugblik naar het Duurzaam Gebouwd Congres 2014 en treft u onder andere een deelnemerslijst, fotografie, films en artikelen aan.

In deze villa gaan moderne en traditionele elementen hand-in-hand.

dit niet overkomen. Het weefsel kanaliseert de krachten, maar het is natuurlijk geen honderd procent garantie dat je gebouw niet beschadigt. Zie het als een airbag. Als het huis beschadigt, kun je het snel herstellen en de verwerking is rechttoe-rechtaan.” Bij dit concept, net als bij andere producten en systemen van Strikolith is de overtuiging dat duurzaamheid niet haaks hoeft te staan op esthetiek. “Wij denken dat alle gevels en wanden mooier kunnen, met onze spullen en materialen. Gelukkig krijgt Nederland steeds meer voorbeelden van hoe je esthetiek op de juiste manier mengt met duurzaamheid en mogen wij hieraan bijdragen”, sluit Mascini af.

solid-air.nl

Oplossingen voor een gezond binnenklimaat Solid Air levert alles op het gebied van

Producten van Solid Air onderscheiden zich

klimaatbeheersing en luchttechniek, van roos-

door efficiënt warmte-/koudetransport, lage

ters en luchtbehandelingskasten tot en met

temperatuurverwarming, hoogste lekdicht-

koelconvectoren en klimaat plafonds.

heidsklasses en het gebruik van duurzame materialen.

BIM READY!

Tel +31 20 696 69 95 mail@solid-air-nl

•Luchtbehandeling • Luchtverdeeltechniek • Brandwerende producten •Koelconvectoren •Klimaatplafonds


U wilt de hoogste EPC-reducties. Wij bieden het BUVA Vital Air System. BUVA’s Q-Stream en SmartStream Lux woonhuisventilatoren zijn voorzien van nieuwe gelijkwaardigheidsverklaringen. Met deze verklaringen realiseert BUVA gegarandeerd de hoogste EPC-reducties op ventilatie in de markt, met de laagste investering per EPC-punt. De Q-Stream Time is voorzien van extra intelligentie waardoor deze zelfs beter presteert dan een CO2-gestuurd systeem en ook nog eens een gegarandeerde luchtkwaliteit biedt voor de bewoner! Voor meer informatie, ga naar buva.nl


Fotograaf: Hennie Raaymakers

TOGETHER FOR BETTER ramen, deuren, vliesgevels en zonwering

Reynaers ontwikkelt aluminium raam-, deur- en vliesgevelsystemen in nauwe samenwerking met opdrachtgevers, architecten en gevelbouwers. Een voorbeeld hiervan is de renovatie van congrescentrum World Forum in Den Haag, een ontwerp van Braaksma & Roos Architectenbureau, gerealiseerd door gevelbouwer De Groot & Visser. Het oorspronkelijke ontwerp van J.J.P. Oud is met respect voor de oude architectuur gerenoveerd met nieuwe aluminium ramen en deuren die voldoen aan de huidige energetische eisen. De kozijnen zijn weliswaar dieper en er zit driedubbel glas, maar de uitstraling van de gevel bleef in tact. Interesse voor een proÔlering op maat? Neem contact op met de adviseurs van Reynaers.

Kijk op www.reynaers.nl of bel +31 (0)492 – 56 10 20


‘De bouwsector van binnenuit veranderen’ Zo’n anderhalf jaar geleden deed Energiesprong – Kantoor vol Energie een oproep in de markt om een team te vormen, dat de transitie naar energieneutrale kantoren een boost kan geven. In februari 2014 won het team !MPULS deze pitch om Excellent Expertteam (EET) te worden. Een jaar later heeft dit team samen met Kantoor vol Energie gezorgd voor een tool om de toegevoegde waarde van een Kantoor vol Energie inzichtelijk te maken: de ValueCase. Tekst: Tim van Dorsten, Beeld: Yorick Meijdam

Een Kantoor vol Energie (KVE) is een kantoor dat gezond, comfortabel en energieneutraal is. Geen kostenpost, maar een bedrijfsmiddel. Het zorgt ervoor dat mensen die er werken, fris en vitaal blijven. Daarnaast voldoet het aan de moderne behoeften en voorwaarden en heeft geen energierekening. Het draagt bij aan een beter milieu. Een KVE is in alle opzichten een duurzame belegging: de meerwaarde van goede huisvesting overstijgt de kosten. Kantoren vol Energie zijn de kantoren van de toekomst.

Transitie naar Kantoren vol Energie Tijdens het interview merkt Alba Concepts-partner Jim Teunizen, voormalig senior consultant bij Brink Groep, op. “Waarom doen we dit eigenlijk? Wat is het doel van het interview? Wat willen we hiermee bereiken?” In zijn ogen gaat de transitie naar Kantoren vol Energie te traag. “Als ik voor een groep van zo’n vijftig man sta, reageren maximaal drie personen. De rest denkt: ‘Het zal wel.’” Hij is een van de leden van het Excellent Expertteam (EET). Volgens mede-EET-teamlid Machiel Karels van DWA is deze reactie typerend voor de hele groep: “Het gaat om de intrinsieke motivatie en die is vaak ver te zoeken.”

Verandering van binnenuit We zitten met acht personen in het hoofdkantoor van Ballast Nedam, in Nieuwegein. Naast de twee bovengenoemde heren bestaat het EET verder uit de voormalige Brink Groep-medewerker Woud Jansen die tegenwoordig ook voor Alba Concepts werkt, Tristan Kunen van Brink Groep, Jan-Jaap Blüm van Ballast Nedam en voormalig Rudy Uytenhaak Architectenbureau-medewerker Saskia Oranje

58

september 2015 | duurzaam gebouwd

(tegenwoordig werkzaam bij Door Architecten). Volgens de laatstgenoemde is deze combinatie van bedrijven en personen erg belangrijk. “De bouw en bouwbedrijven moeten van binnenuit veranderen. Wij zitten er midden in en kunnen stappen maken met deze ValueCase.” Ook Eelco Ouwerkerk en Wytze Kuijper van Energiesprong zijn aanwezig. Zij hebben destijds de oproep gedaan om het EET te selecteren. Op die oproep van destijds reageerden 19 consortia, waarvan 6 teams de finale haalden. De winnende groep – !MPULS – won hierin met overmacht. “Dat kwam door hun willenschap”, legt Kuijper uit. “Zij toonden de meeste energie en waren het meest vernieuwend, terwijl ze wel realistisch bleven.” Dat vernieuwende aspect vindt Ouwerkerk belangrijk. “We zoeken niet naar optimalisatie, want daarmee loop je vast. We willen een transitie; de kantorenmarkt heeft behoefte aan radicale veranderingen. Daarnaast sprak ons aan dat dit team bereid is de verbinding te zoeken, transparant te zijn en de krachten te bundelen met iedereen die wil werken aan Kantoren vol Energie. Dat sluit naadloos aan bij de visie van Energiesprong – Kantoor vol Energie.”

Van producten naar oplossingen “Als we vanuit het aanbod een KVE willen aanbieden, is een proactieve ontwikkeling en innovatiekracht nodig”, vertelt Kuijper. “Eenvoudig is dat niet. Veel bedrijven zien het belang hiervan nog niet in en kunnen dat niet.” Volgens Ouwerkerk komt dat omdat de bouw- en vastgoedsector reactief is en de werkelijke behoefte van de eindgebruikers niet herkent. “Daarom moeten we de latente vraag inzichtelijk maken”, legt Kuijper uit.


Rondetafelgesprek

Van links naar rechts: Eelco Ouwerkerk, Saskia Oranje, Tristan Kunen, Woud Jansen, Wytze Kuijper, Machiel Karels, Jan-Jaap Blüm en Jim Teunizen.

En dat valt nog niet mee. Tijdens het interview discussiëren de aanwezigen hoe die vraag er dan uit moet zien. “De vastgoedsector is nog altijd een productvragende sector”, legt Ouwerkerk uit. “Het liefst specificeren bedrijven zo veel mogelijk in techniek en vooraf bedachte oplossingen. Dat laat geen ruimte over voor echte innovaties. Want hoe kun je naar iets vragen, waarvan je het bestaan niet kent?” Door na te denken over welke vraag een eindgebruiker het best kan stellen, hebben de EET-leden ook nagedacht waarom ze juist díe vraag gesteld willen krijgen. “Dit leidt uiteindelijk naar de kwestie waarom een bedrijf bestaat: wat doet een bedrijf en hoe draagt een KVE daaraan bij?”, legt Oranje uit. “In de ValueCase staan de primaire organisatiedoelen en de kernwaarden van de eindgebruiker centraal.”

Procesaanpak voor Kantoor vol Energie Na de winst van de pitch hebben het EET en Energiesprong – Kantoor vol Energie gezamenlijk een jaar aan tools gewerkt, die ondersteunen bij het realiseren van een KVE. Een van die tools is de ValueCase. “Dit is een procesaanpak om te

komen tot energieneutrale huisvesting aan de hand van kernwaarden, kritieke prestatie-indicatoren en bijbehorende toegevoegde waarde”, legt Jansen uit. Volgens Oranje laat deze tool zien wat een KVE voor een organisatie betekent. “Het zorgt voor een koppeling tussen wat bedrijven belangrijk vinden, wat geld oplevert en wat de mogelijkheden zijn om bestaand vastgoed energieneutraal te maken.” “De motivatie kan per persoon verschillen om voor een KVE te kiezen”, legt Karels uit. “Meestal staan hierbij bewijslast en intrinsieke motivatie tegenover elkaar. Deze tool omvat beide argumenten en dat is nieuw aan de ValueCase.” “Een van de belangrijkste opgeleverde tools is de ValueCase”, licht Jansen toe. “De ValueCase is geen platte rekenmodule, maar een hulpmiddel met een procesaanpak om op basis van kernwaarden, kritieke prestatieindicatoren en de bijbehorende toegevoegde waarde tot een KVE te komen.” De ValueCase geeft de eindgebruiker inzicht in de opbrengsten voor de organisatie wanneer de huisvesting

duurzaam gebouwd | september 2015

59


‘Wij maken duurzaamheid werkend!’ Wij praten niet alleen vrijblijvend over duurzaamheid, maar wij zorgen er voor dat daadwerkelijk aantoonbaar duurzame oplossingen gerealiseerd worden op het gebied YDQ HQHUJLH HIĀFL­QWLH HQ ]RUJ YRRU KHW PLOLHX 'LW LV ]RZHO HHQ EHORIWH DOV HHQ XLWGDJLQJ Met ‘werkend’ bedoelen we dat wij staan voor HHQ G\QDPLVFKH EHQDGHULQJ YDQ GXXU]DDPKHLGVvraagstukken, waarbij we 24/7 ontwikkelingen PRQLWRUHQ HQ UHVXOWDWHQ NXQQHQ DDQWRQHQ

Scheuten leverde de complete glasoplossing voor de restauratie van de voormalige suikerfabriek De Zeeland in Bergen op Zoom

Het klimaat verbeteren, buiten én binnen Veel natuurlijk licht, airconditioning en duurzaamheid zijn essentiële kenmerken van een modern gebouw. De innovatieve glasoplossingen van Scheuten zorgen gedurende het hele jaar door voor een comfortabel binnenklimaat. Ons systeem zorgt voor optimale passieve klimaatregeling door zonlicht binnen te laten, maar opwarming te beperken. Deze oplossing is energieneutraal en daarmee zeer rendabel op de lange termijn. Het is beter voor mens én milieu.

www.scheuten.com

see it. feel it


Rondetafelgesprek

getransformeerd wordt naar een Kantoor vol Energie. Zo laat deze tool snel zien wat een KVE voor een bedrijf of organisatie betekent. “Dit gebeurt aan de hand van drie stappen”, legt Blüm uit. “‘Inzicht & Bewustwording’, ‘Uitvraag & Matchmaking’ en ‘Samenwerking en Evaluatie’. Direct bij de eerste stap bewijst de ValueCase zijn waarde.” Jansen beaamt dit: “Hier ontstaat over de volledige breedte van de organisatie een sterk besef en overtuiging dat een KVE een bedrijfsmiddel is om de business op veel fronten te versterken.”

'Een Kantoor vol Energie heeft innovatiekracht nodig' Inspiratie, indicatie en calculatie Oranje vertelt hoe deze tool steun geeft bij het verkrijgen van inzicht en bewustwording. “In de experimenten met Energiesprong – Kantoor vol Energie hebben we samen met eindgebruikers de ValueCase ontwikkeld. De ervaringen met de MVO-koplopers PWC, BDO, ANWB, Atos, USG People, TNO en Vebego en andere kennis- en benchmarkgegevens en ideeën hebben geleid tot een tool die iedere gebruiker zelf kan voeden met zijn eigen informatie en behoeftes.” Dit heeft geresulteerd in de ‘Inzicht & Bewustwording’-fase, die drie onderdelen kent: inspiratie, indicatie en calculatie. “De inspiratiefase vertaalt de ambities en doelstellingen van de organisatie in kwalitatieve kernwaarden, met de bijbehorende invloed op de toekomstige huisvesting”, vertelt Kunen. “Dit gebeurt in een workshop van een halve dag aan de hand van associatiekaarten. Hierop staan vragen als ‘Welke waarden zijn belangrijk?’ en ‘Hoe verhouden uw persoonlijke kernwaarden zich met die van de organisatie?’ Met deze vragen maakt de ValueCase de waarde van de huisvesting voor de bedrijfsvoering inzichtelijk. Men wordt zich bewust van de relatie, die de werkomgeving heeft met deze waarden en krijgt inzicht in welke indicatoren van belang zijn om deze waarden in de nieuwe werkomgeving naar voren te laten komen.”

Kwalitatieve baten Volgens Oranje moet de hele organisatie de relevantie van een KVE dragen. “Hiervoor hebben we het baten- en baathoudersmodel ontwikkeld. Dit helpt bij het inzichtelijk maken, wie de baathouders van de organisatie zijn en tot welke kwalitatieve opbrengsten een KVE leidt.” Daarna volgt de indicatiefase, met een online survey. “Op basis van dertig stellingen krijgt de eindgebruiker gedetailleerd inzicht hoe de verschillende waarden, die men aan kantoorhuisvesting koppelt, zich ten opzichte van elkaar verhouden. Spindiagrammen laten zien hoe de organisatie en het directieteam die waarden waarderen

en geeft het verschil tussen de huidige en de gewenste situatie weer. Zo weet iedereen waar de focus ligt om later een gerichte initiële uitvraag aan de markt te kunnen stellen in de fase ‘Uitvraag & Matchmaking’.” De derde fase van ‘Inzicht & Bewustwording’ is de calculatiefase. Hier gaat het niet om de traditionele vastgoedrekensom, maar om de waardering van de toegevoegde waarde van een KVE.

Ander beeld dan alleen rekensom “Deze verschillende fases zorgen per gebruiker voor maatwerk. Het resultaat is echt een ander beeld, afgestemd op de individuele gebruiker en niet op basis van de traditionele rekensom”, legt ze uit. Zo kan de terugverdientijd van een energieneutrale renovatie teruggaan van twintig naar drie jaar. “Dat komt omdat je kijkt naar aspecten als imagoverbetering, het vergroten van productiviteit of meer flexibiliteit in de organisatie. Dat is een veel beter startpunt voor een dialoog dan de traditionele polariserende belangen van verhuurders en huurders.” Karels vindt deze verschillende aspecten belangrijk. “Waar de een getallen en bewijslast van doorslaggevend belang vindt, ziet de ander ambities, organisatiedoelen en intrinsieke motivatie als belangrijkste argumenten. Deze tool geeft beide zienswijzen een houvast.” Volgens Kuijper worden kantoorgebruikers zich zo steeds meer bewust van de opvattingen over hun werkomgeving, met betrekking tot het wel of niet ondersteunen van de kernwaarden. “Met andere woorden: wat is het voornaamste doel van het bedrijf en wat kan een KVE hieraan bijdragen? Door de kwalitatieve baten te benoemen en deze ook echt te kwalificeren in de calculatiefase, leidt deze aanpak tot interessante inzichten en discussies. Het daagt partijen uit om na te denken over onconventionele oplossingen en businessmodellen.”

Extra investeringsruimte Naast de kwalitatieve en kwantitatieve benadering van de kernwaarden geeft de ValueCase ook indicatief inzicht in de potentiële investeringsruimte om te komen tot een KVE. “De gekozen aanpak heeft ervoor gezorgd dat de additionele opbrengsten zichtbaar worden”, zegt Karels. “Denk bijvoorbeeld aan het terugdringen van het ziekteverzuim door het klimaat en het comfort in een bestaand kantoorgebouw aan te pakken, imagoverbetering, flexibiliteit en risicobeheersing. Deze opbrengsten worden normaal niet meegenomen in de overwegingen en besluitvorming, terwijl ze er wel degelijk zijn.” De ValueCase wordt op dit moment ingezet binnen de experimenten van Energiesprong – Kantoor vol Energie. De EET-leden gebruiken de tools ook in hun dagelijkse praktijk. “In het begin was energieneutraal het startpunt en lastig te begrijpen”, laat Jansen weten. “Inmiddels is dit een logische randvoorwaarde voor een KVE, maar ook nog steeds een uitdagende opdracht. Daarom gebruiken wij de tools graag om ook onze klanten een stap verder te helpen bij de realisatie van hun organisatiedoelen.”

duurzaam gebouwd | september 2015

61


Lastig kiezen hè? Dat vonden wij ook. Nu niet meer, met de nieuwe bestekservice. Scan de QR Code of ga naar tools.alcoa-architectuursystemen.nl/bestek om de nieuwe Productselector voor ramen en deuren met bestekservice te bekijken. Hiermee kunt u op basis van vormgeving functionaliteit en prestaties het systeem kiezen dat bij uw wensen aansluit. Zo kunt ú zich richten op datgene waar u goed in bent: schitterende leefomgevingen creëren! Zoals het duurzaamste gebouw ter wereld, The Edge. Duurzaam, mede dankzij de gevelsystemen van Alcoa.

aijer architectuur

rdam

The Edge | Amste

e Ltd en OeverZa | PLP Architectur

G Real Estate

en stedebouw | OV

Alcoa Architectuursystemen Archimedesstraat 9 3846 CT, Harderwijk Telefoon: 0341 - 464 611 E-mail: aas@alcoa.com www.alcoa-architectuursystemen.nl


Amsterdam - Arnhem - Assen - Nieuwegein

Foto Bart van Hoek

abcnova.nl 088 - 0 215 315 info@ abcnova.nl

Foto Roos Aldershoff

ABC Nova is een integraal adviesbureau op het gebied van ruimtelijke en bouwkundige projecten. 2Q]H SURMHFW HQ SURFHVPDQDJHUV YHUVWDDQ GH NXQVW RP KHW JHKHOH SURFHV YDQ LQLWLDWLHI GH¿QLWLH en ontwerpfase tot en met realisatie en nazorg in beweging te krijgen en te houden. Ondersteund door eigen specialisten op het gebied van planning, risicomanagement, bouwbegeleiding, onderhoud, kosten, juridische zaken en duurzaamheid. Dat doen we altijd met de belangen van vandaag en morgen op ons netvlies. We zijn bevlogen en solide experts voor onze opdrachtgevers en stakeholders. Met zo’n 60 medewerkers opereren wij landelijk vanuit Amsterdam, Arnhem, Assen en Nieuwegein. -

Commercieel vastgoed Zorgvastgoed Gebiedsontwikkeling Woningen en woongebouwen

-

Publieke gebouwen Onderwijshuisvesting Infra Sport- en recreatiecomplexen

De Gouden Kikker Award 2015 ABC Nova staat voor een duurzaam gebouwde omgeving. Dit betekent dat wij blijven zoeken naar nieuwe en betere toepassingen en processen om wonen, werken, zorgen en onderwijs duurzaam WH RQWZLNNHOHQ PHW DOV GRHO ZDDUGHFUHDWLH YRRU RQ]H RSGUDFKWJHYHU 'H]H ¿ORVR¿H GUDJHQ ZLM DOV organisatie graag uit. Om de ontwikkeling van duurzaam bouwen te stimuleren reiken wij jaarlijks De Gouden Kikker Award uit. De prijs wordt toegekend aan bouwprojecten die voorop lopen op het gebied van duurzaamheid en innovatie. De Award wordt uitgereikt tijdens het Duurzaam Gebouwd Congres in Groningen. Kijk voor meer inormatie of aanmelden op www.degoudenkikker.nl


De nachtrust van Groningers Wat zeven jaar geleden begon als doel om in Enschede 50.000 woningen te verduurzamen, heeft inmiddels geresulteerd in een aanpak om woningen in (Noordoost-)Groningen te verduurzamen en aardbevingsbestendig te maken. “We willen de Groningers hun nachtrust weer teruggeven.” Tekst: Tim van Dorsten

Eigenlijk is De Bouwer en Partners een marketingen communicatiebedrijf voor ondernemingen in de bouwsector. Eigenaar Syto Goslinga was dan ook verbaasd dat hij de vraag kreeg om aan een pitch mee te doen, samen met 83 andere bedrijven. De winnaar kreeg van de gemeente Enschede de opdracht om 50.000 woningen te verduurzamen. “We kennen het pitch-spel wel, maar normaal gesproken zijn we hierbij voor een van de deelnemers achter de schermen actief.” Desondanks ging dit Muidense bedrijf de uitdaging aan. “Het ging om een enorme klus, maar deze Twentse gemeente kwam er niet uit. Eerst heeft ze vijf jaar gezocht naar de juiste bouwtechnische manieren, daarna nog twee jaar naar de geschikte financieringsconstructie.” Uiteindelijk bleek Goslinga’s bedachte concept zo sterk, dat hij de laatste drie haalde. “We misten de opdracht op een haar”, kijkt hij terug. “Maar we hebben wel voor een sterk concept gezorgd. Het voordeel hiervan is dat de vraag van de gemeente Enschede niet uniek is. In Nederland staan miljoenen huizen uit de jaren zestig en zeventig, die verduurzaamd moeten worden.”

‘8 plus’-ervaring

Het marketingplan ‘De Rustfebriek’.

‘De opgave ligt niet op stads-, wijk-, straat- of huisniveau, maar tussen de oren van de bewoners’

64

september 2015 | duurzaam gebouwd

Zijn bedachte (bespaar-)concept heet Save, waarin de bewoners centraal staan. “De techniek en de financieringsmogelijkheden zijn ruimschoots aanwezig, daaraan ligt het niet. De opgave ligt niet op stads-, wijk-, straat- of huisniveau, maar tussen de oren van de bewoners. Daarom is het onze bedoeling om het vertrouwen van mensen te winnen.” Hij geeft direct toe dat dit een proces van jaren is. “We willen dat bewoners een ‘8 plus’-ervaring’ krijgen en spontaan hierover vertellen tegen hun kennissen, vrienden en familieleden. Bewoners moeten hiervoor eerst begrip en waardering krijgen, voordat ze vertrouwen krijgen. Daarna bevelen ze een methode aan en zijn ze ambassadeurs.” Daarom speelt volgens hem een lokaal Save-loket een belangrijke rol in dit concept. “Dit is een informatiewinkel, waar bewoners terecht kunnen met al hun vragen en waar we samen met hen een plan van aanpak voor hun specifieke situatie ontwikkelen.”


Samen werken aan Duurzaam Groningen

Syto Goslinga: “We willen dat bewoners een ‘8 plus’-ervaring’ krijgen.”

Plan voor aardbevingsgebied De Save-methode werkt niet alleen om woningen te verduurzamen, maar ook om ze aardbevingsbestendig te maken. Zo luidde althans de overtuiging van Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) en nodigde Goslinga eind 2013 daarom uit voor een presentatie. Hierbij betrok hij ook adviesbureau Draaijer+partners (zie kader). “Gezamenlijk hebben we een jaar intensief gewerkt om de NAM te helpen bij het ontwikkelen van een plan van aanpak voor het aardbevingsgebied.”

Save Groningen Acht bedrijven werken samen aan Save Groningen: • De Bouwer & Partners • Draaijer+partners • W/E adviseurs • Pieters Bouwtechniek • Advocaten- en juristenkantoor Houtzager Strijker • Bevingsschade Piet Mous • Dion Vastgoed Support • Nieuwenhuis Bouwmanagement

Dit resulteerde in een diepgaande regioanalyse van Noordoost-Groningen en het strategische marketingplan ‘De Rustfebriek’. “Febriek is Gronings voor fabriek”, legt hij uit. “Hierin staat centraal: hoe zorg je voor nachtrust? Hierover vertel ik ook meer tijdens mijn presentatie op het Duurzaam Gebouwd Congres, op 12 november in Groningen.”

Geen dwang, wel verleiden Een tipje van de sluier wil hij wel oplichten. “In mijn ogen is het onnodig dat Groningers wakker liggen van en door de aardbevingen. Daarom is het goed dat minister Henk Kamp van Economische Zaken heeft besloten om de gaswinning te verminderen”, vindt Goslinga. “In 2012 had de beving in Huizinge een zwaarte van 3,6 op de schaal van Richter. Dat was de eerste gamechanger: toen viel het besef dat een zwaarte van 5 ook mogelijk was.” De tweede vond plaats in september 2014: de beving in Ten Boer met een zwaarte van 2,8. Deze beving was ook voelbaar in de raadszaal van de provincie Groningen, die toevallig toen ook vergaderde. “Die schudde de stad wakker.” Volgens Goslinga kunnen gedupeerde Groningers niet gedwongen worden om hun huizen te herstellen, versterken en verduurzamen. “Dwang werkt niet. Je moet goed luisteren en kijken hoe je ze kunt verleiden.”

duurzaam gebouwd | september 2015

65


Wat is een gezond binnenklimaat?

Een gezond binnenklimaat is een klimaat dat past bij de functie van een gebouw. VBI bouwt daarom mee aan duurzame, flexibele en comfortabele woon- en werkomgevingen die steeds aan te passen zijn aan de wensen van de eindgebruiker. Of het nu gaat om geluid, licht, temperatuur of luchtkwaliteit. Flexibel comfort noemen we dat. Meer weten? Bel +31 (0)26 379 79 79 of volg ons via @flexibelcomfort

www.vbi.nl


Samen werken aan Duurzaam Groningen

'We zoeken naar vooruitstrevende bedrijven'

‘Makkersgedrag’ In Enschede had De Bouwer & Partners voor Save samenwerkingsverbanden met de woningcorporaties De Woonplaats en Domijn en met de bouwbedrijven BAM, Janssen de Jong, Vastbouw, Van Dijk Bouw, Reparaad en KlaassenGroep. In Groningen wil Goslinga dit ook voor elkaar krijgen. “Het liefst met lokale bedrijven. Onze filosofie is dan ook om ‘makkersgedrag’ in de praktijk te brengen.” Zijn voornaamste doel met Save is om tot ambassadeurs te komen. Om dit bereiken wil hij bronnen van wantrouwen en faalkosten wegnemen. “Daarom zoeken we naar vooruitstrevende bedrijven en speelt klanttevredenheid een belangrijke rol. We gaan de prestaties van alle partijen continu meten. Als klanten een bouwer een 7 geven als waardering, is dat onvoldoende en sturen we de betreffende medewerkers naar de Saveschool om hieraan te werken. En de bouwers met de hoogste waardering op het gebied van klanttevredenheid krijgen het meeste werk.”

Save Nederland De Bouwer & Partners en Draaijer+partners kennen een lange gezamenlijke voorgeschiedenis. Zo zijn beide bedrijven zo’n twintig jaar geleden voortgekomen uit het ingenieursbureau Starke Diekstra. Sindsdien komen ze elkaar geregeld tegen en trekken ze dan samen op. Dit is dus ook het geval voor Save. “De Bouwer & Partners doet de beloftes”, legt Goslinga uit. “En Draaijer+partners maakt ze waar.”

'Klanttevredenheid speelt een belangrijke rol' duurzaam gebouwd | september 2015

67


Voor aardbevingsbestendige woningen

Houtskeletbouw als duurzame oplossing Als reactie op de Nieuwbouw Innovatie Regeling van de NAM is in een samenwerking tussen verschillende bedrijven en organisaties een plan geschreven, waarin houtskeletbouw een hoofdrol speelt. Dit type bouw is namelijk geschikt voor het realiseren van aardbevingbestendige woningen en de moeite waard om door te ontwikkelen. Tekst: ing. Marjolein de Wit – Blok

Het plan omvat de toepassing van een innovatieve trapunit, die als stabiele kern de gewenste sterkte en stabiliteit aan een woning geeft. Op basis van dit plan is inmiddels geld voor nader onderzoek toegezegd. Het toepassen van een houten draagconstructie in een

gebouw – oftewel houtskeletbouw – wordt van oudsher toegepast in landen waar veel hout beschikbaar is of steenachtige bouwmaterialen ontbreken. Bijvoorbeeld in Scandinavië en Canada, maar ook in Midden-Europa. Ook in Nederland wordt houtskeletbouw toegepast,

In Enschede heeft De Groot Vroomshoop in het project Velve Lindenhof gezorgd voor 211 houtskeletbouwwoningen.

68

september 2015 | duurzaam gebouwd


Samen werken aan Duurzaam Groningen

onder andere omdat het lage eigengewicht de realisatie van gebouwen in bijvoorbeeld gebieden met een zachte bodem mogelijk maakt.

Aardbevingen door gaswinning De mogelijkheden zijn bovendien sinds een aantal jaren uitgebreid. Dit als gevolg van de gaswinning van de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) in Groningen dat aardbevingen veroorzaakt en een aanslag doet op de bebouwde omgeving. De methode biedt geen soelaas voor woningen die reeds beschadigd zijn, maar geeft wel mogelijkheden voor nieuwbouw. Algemeen directeur Gerard Beltman van bouwbedrijf De Groot Vroomshop Groep: “Ons bedrijf houdt zich al bijna een eeuw bezig met houtskeletbouw. We hebben ons de afgelopen jaren gericht op de ontwikkeling van een speciale houten unit, die een gebouw de gewenste stabiliteit en een hoge mate aan flexibiliteit geeft. Precies de eigenschappen die een gebouw in aardbevingsgebieden nodig heeft. Rond de tijd dat een eerste prototype is gemaakt, schreef NAM een verzoek uit om met ideeën en oplossingen te komen om het probleem van beschadigde woningen als gevolg van aardbevingen op te lossen.” Beltman geeft aan dat zijn bedrijf niet de enige was, die mogelijkheden zag voor houtskeletbouw. “Daarom zijn we een samenwerking aangegaan met verschillende bedrijven en organisaties (zie onderstaand kader, red). Hierbij heeft ieder zijn eigen expertise en mogelijkheden ingebracht. Dit leidde tot een voorstel dat we bij de NAM hebben

De initiatiefnemers • De Nederlandse Branchevereniging voor de Timmerindustrie (NBvT) droeg in het project bij met coördinatie, communicatie en het zorgdragen voor een branchebrede betrokkenheid en voldoende draagvlak. • VDM Woningen bracht zijn kennis in met betrekking tot techniek, materialisatie, uitvoerbaarheid (prefabricage en bouwen), bouwkosten, woningontwerpen en -plattegronden, haalbaarheid en de realisatie van de pilotwoningen. • SKH zorgde voor het onderbrengen van het ontwerp onder KOMO-certificering houtskeletbouw. • De Groot Vroomshop investeerde in techniek, materialisatie, uitvoerbaarheid/haalbaarheid en industrialisatie. • Toeck: als architect verantwoordelijk voor het esthetische ontwerp van de woning en tevens adviserende partij. • SHR: betrokken als adviseur en hield zich tevens bezig met de constructieve aspecten, technieken en materialen en het uitvoeren van onderzoeken. • TU Eindhoven leverde onder meer een bijdrage als adviseur ten aanzien van de NPR 9998.

De trapunit geeft als stabiele kern de gewenste sterkte en stabiliteit aan een woning.

ingediend en dat uiteindelijk beloond is met een flink subsidiebedrag. Dit betekent dat er nu geld beschikbaar is om het idee van de stabiele 3D-trapunit uit te ontwikkelen en te optimaliseren voor industriële productie.”

Uitgangspunten Bij het ontwikkelen van het voorstel voor de pilot van de NAM zijn de partijen niet alleen uitgegaan van de technische eigenschappen van de woning en de normen in de NPR 9998, maar is tevens bewust ontwikkeld met het oog op toepasbaarheid voor verschillende doelgroepen. Zo is het integrale ontwerp geschikt voor zowel rijwoningen, twee-onder-één-kapwoningen en vrijstaande woningen. Woningen die bovendien esthetisch moeten passen in het Groningse landschap en geschikt moeten zijn voor gebieden waar geen aardbevingsgevaar heerst. Tevens moet de indeling van de woningen logisch en praktisch zijn, zodat zij optimaal aansluiten op de marktvraag.

Biobased economy Een ander belangrijk uitgangspunt bij het schrijven van het plan is duurzaamheid. Het ontwerp is dan ook gebaseerd op de visie van Cradle to Cradle en biobased

duurzaam gebouwd | september 2015

69


Foto: Corbis / Hollandse Hoogte

Het klimaat voor optimale prestaties Slimme oplossingen voor frisse scholen

De ‘Frisse School’ is een term die steeds vaker opduikt. Terecht, want uit onderzoek blijkt dat er veel te verbeteren is aan het binnenklimaat én de energieprestaties van scholen. Bovendien zijn scholen vanaf heden zelf verantwoordelijk voor een goed binnenklimaat en dat heeft voordelen! Want door slimme toepassingen wordt het binnenklimaat veel gezonder en comfortabeler en kunnen de energiekosten fors omlaag. Zo heeft u de investering snel terugverdiend. ABB, specialist in gebouwsysteemtechniek, levert slimme oplossingen voor scholen. Omgevingen waar verwarming, verlichting, ventilatie en veiligheidsvoorzieningen en andere functies zich automatisch voegen naar de gebruiker. Dat betekent dat leerlingen én medewerkers zich kunnen concentreren op studie en werk. Maak kennis met onze oplossingen. www.abb.nl/lowvoltage

ABB b.v. Frankeneng 15, NL-6716 AA Ede Tel. +31 (0)318 66 93 00, Fax +31 (0)318 63 17 18 E-mail: info.lowvoltage@nl.abb.com


Samen werken aan Duurzaam Groningen

en de bijbehorende verbindingen dragen in belangrijke mate bij aan het overbrengen van de belasting naar de stabiele kern. De integratie van functies in de verbindingen en de ductiliteit van de verbindingsmiddelen zorgen ervoor, dat niet alleen statische belastingen (zoals wind) maar ook dynamische belastingen als gevolg van aardbevingen worden opgenomen, overgedragen en geabsorbeerd. Dit kan omdat de bevestigingsmethode plastisch is uitgevoerd en de dimensionering van de verbindingen is gebaseerd op het taai bezwijken ervan. In combinatie met het relatief lage gewicht van de woning verkleint dit de kans op bros bezwijken.

Lichte elementen

De totstandkoming van het project Velve Lindenhof in Enschede, met prefab-elementen.

economy. Dit komt niet alleen naar voren in het feit dat gebruik wordt gemaakt van de hernieuwbare grondstof hout (uit duurzaam beheerde bossen), maar ook door het toepassen van de Trias Energetica. Het ontwerp is voorzien van een goed isolerende en luchtdichte schil, gecombineerd met de mogelijkheid om duurzame energiebronnen toe te passen. Hierdoor is het uiteindelijk mogelijk een energieneutrale woning is te realiseren. Zo is de dakhelling geschikt voor het plaatsen van geïntegreerde pv-panelen. Daarbij zijn de verschillende energiesystemen zodanig geïntegreerd, dat het mogelijk is de woningen eventueel uit te voeren zonder gasaansluiting. Tot slot hanteerde het samenwerkingsverband het uitgangspunt dat de toegepaste materialen en het gebruik van de woning moeten leiden tot een lage carbon footprint. Het afval tijdens de productie en uitvoering worden bovendien tot een minimum gereduceerd door te werken met geprefabriceerde modules.

Prefab levering op bouwplaats Het ontwerp van de ‘houten unit’ bestaat uit een 3D-trapunit die – evenals de andere (2D) constructieve elementen – volledig geprefabriceerd op de bouwplaats wordt aangeleverd. Deze unit loopt door van de begane grond tot en met de eerste verdieping en levert de benodigde stabiliteit en veiligheid: onder meer door toepassing van grote houten platen uit een stuk, die zijn bevestigd op een houtskeletbouwframe. Deze componenten gecombineerd met 2D-prefab vloeren

Omdat het stabiliserende deel van de woning is ondergebracht in de trapunit, kunnen de gevels worden voorzien van veel daglicht en zijn uitbreidingen constructief eenvoudig uit te voeren. Hierbij bestaat een grote ontwerpvrijheid met lichte elementen. Op basis van dit ontwerp heeft architectenbureau Toeck een esthetisch verantwoord ontwerp gemaakt, dat past in de Groningse omgeving en is afgestemd op de behoeften van de huidige koper.

Toekomstbestendig VDM woningen-technisch directeur Jan Hoekstra: “Het ontwerp is zodanig dat het niet alleen aardbevingsmaar ook toekomstbestendig is. Zo biedt het modulaire karakter de mogelijkheid om eenvoudig aanpassingen en uitbreidingen door te voeren. Door te werken met geprefabriceerde modules besparen we bovendien veel tijd op de bouwplaats, verminderen het afval ter plaatse en in de productie en leveren we een bijdrage aan de reductie van CO2-emissie. Geautomatiseerde productie in de prefabricage verkleint bovendien de kans op fouten, verlaagt de arbeidskosten en verhoogt de productiesnelheid. Uiteindelijk leidt dit tot kostenverlagingen en hiermee tot een betaalbare woning. Daarnaast zijn nog vele andere voordelen van het innovatieve concept te noemen. Zo is eventuele esthetische schade door de toegepaste materialen eenvoudig te herstellen en voldoet de bouwtechniek aan de NPR 9998.” Met het geld dat de NAM beschikbaar heeft gesteld, kunnen specifieke onderzoeken worden gefinancierd die de introductie van het concept op de markt versnellen. Dit geldt onder meer voor onderzoek naar verbindingen en verankeringen van de elementen onderling en aan de fundering. Een onderzoek naar de q-factor moet uitwijzen tegen welke aardbevingen basis-houtskeletbouwwoningen bestand zijn.

duurzaam gebouwd | september 2015

71



Interview Inspanningen van bouwbedrijven gemeten in Forest 50

‘Urgentie maakt keuze duurzaam hout vanzelfsprekend’ De verantwoording voor het gebruik van uitsluitend duurzame materialen wordt steeds belangrijker, vooral voor materialen als tropisch hout. “Daarom moet de ranglijst van de vijftig grootste bouwbedrijven over de toepassing van duurzaam hout, Forest 50, een impuls geven aan de bouwsector om actief en transparant te communiceren over het gebruik van deze grondstof.” Tekst: Marvin van Kempen, Beeld: Robert Tjalondo

Het ideaal is een situatie waarin het gebruik van duurzaam hout de normaalste zaak van de wereld is. “In de praktijk zijn we er nog niet, zeker wanneer het gaat om tropisch hout”, weet FSC-netwerk manager Roel Nozeman. “De top van de bouwsector doet het goed, terwijl de achterblijvers het óf heel slecht doen, óf onvoldoende transparant zijn over hun inkoop.”

De conclusie luidt dan ook dat het tijd is voor een heldere weergave hiervan. Daarom introduceert FSC Nederland de eerste Forest 50 ranking. “Bouwbedrijven worden gerangschikt aan de hand van hun transparante communicatie over duurzaam houtgebruik”, vertelt FSC Nederland-directeur Liesbeth Gort. “Dit gaat koplopers verder stimuleren om de hoogste positie te veroveren. Achterblijvers krijgen hierdoor een zetje in de rug, zodat ze meer van zichzelf laten zien.” De winnaars van de 2015-editie van Forest 50, VolkerWessels en Heijmans, voelen al jaren de noodzaak voor verantwoording. Directeur strategie en innovatie Robert Koolen van Heijmans ziet vooral dat beursgenoteerde bouwbedrijven aandacht hebben voor duurzaamheidsverslagen en MVO-communicatie in het algemeen. “Publieke stakeholders vragen om die informatie, terwijl kleinere bouwbedrijven in familiehanden zijn en niet de drang meekrijgen.”

Winnaars van de toekomst Toch blijkt hoofdzakelijk de intrinsieke motivatie om duurzaam te opereren voor Koolen doorslaggevend. Diezelfde filosofie heeft manager corporate social responsibility Lars van der Meulen van VolkerWessels. “Iets doen omdat het moet heeft geen zin. Wij focussen op duurzaamheid omdat we ervan overtuigd zijn dat de bedrijven die zich op dit gebied inzetten de winnaars van de toekomst zijn.”

Vlnr: Liesbeth Gort, Robert Koolen, Lars van der Meulen, Roel Nozeman.

Het tweetal vindt dat er nog slagkracht nodig is om kritieke massa te genereren, voor duurzaam bouwen in het algemeen en voor het gebruik van duurzaam hout in het bijzonder. Juist de groepen die blijven hangen moeten mee worden getrokken door de koplopers. “Eigenlijk is het vreemd dat er groepen achterblijven, terwijl je als bouwbedrijf al snel tot de conclusie komt dat 70 tot 80

duurzaam gebouwd | september 2015

73


One-stop installatie shop De One-stop installatie shop is een nieuwe online tool van Zehnder. De tool laat op eenvoudige wijze zien hoe ventilatie- en verwarmingssystemen bijdragen aan energiebesparing van grondgebonden woningen. De tool biedt u de mogelijkheid om een offerte aan te vragen, bestekteksten te downloaden en een afdruk te maken van de scores en prijsindicatie. Bereken en bestel eenvoudig uw EPC, EI en NOM pakketten. Ga naar installatieshop.zehnder.nl


Interview

procent van wat je omzet, je ooit een keer hebt ingekocht. Een van de belangrijkste grondstoffen die wij inkopen is hout. De keuze voor een duurzame variant van deze grondstof is vanzelfsprekend, want het is urgenter dan andere materialen. Als je het verkeerde hout gebruikt, dan gaat het bos eraan, zo simpel is het”, vindt Koolen. Volgens hem is hier dan ook een sterkere noodzaak te proeven dan voor andere materialen. “Daarnaast is de waarde van hout groot. Als je het integraal benadert en ook aspecten als biodiversiteit meeneemt, dan is hout bijna onverslaanbaar als grondstof”, besluit hij.

‘De gedachte dat het veel geld kost om voor duurzaam tropisch hout te kiezen, is een illusie’

Extra moeite loont De gedachte dat het veel geld kost om voor duurzaam tropisch hout te kiezen, is een illusie. Wanneer het inkoopproces op de juiste manier wordt aangepakt, dan kost het een bescheiden hoeveelheid geld. “Goede afspraken maken in de keten, op tijd inkopen en voorschrijven op basis van kwaliteit zijn drie kernwaarden die je hiervoor moet aanhouden. Wanneer je het op deze manier aanpakt, is de financiële impact helemaal niet zo groot als velen denken”, vindt Koolen. Naast de geldelijke investering is er nog het aspect tijd, waarbij vooral de inrichting van de monitoringssystematiek enige moeite vergt. “Natuurlijk is dit een extra inspanning”, weet Van der Meulen, “maar dit betaalt zich terug. Daarom is de ranking ook zo interessant, je ziet wat het resultaat van je inspanning is.”

Signaal naar buiten Toch staan er niet voor niets achterlopende bouwbedrijven op de ranking. De realiteit is dat kleinere bouwbedrijven vaak één vraag stellen: “Scoor ik met duurzaam hout meer opdrachten?” Die link is volgens Koolen niet altijd te leggen. “Er is een indirecte link met een toenemend aantal opdrachten. Het is natuurlijk wel mogelijk dat er expliciet om gevraagd wordt. Dit moet je ook doen omdat je vindt dat de manier waarop je je geld verdient niet ten koste mag gaan van de bossen.” De winnaars van deze eerste ranking zien de onderscheiding als een mooi signaal naar buiten. Ook intern vieren ze de winst. “Ik weet zeker dat mensen binnen mijn organisatie de hoge positie op deze ranking een mooie kers op de taart vinden”, aldus Van der Meulen. De voorschrijvende kant van de sector kent de grootst mogelijke verbetermogelijkheden en daarom voert FSC Nederland een onderzoek uit onder opdrachtgevers. “Om erachter te komen of deze organisaties duurzaam hout voorschrijven. En als ze het voorschrijven, is de controle en het toezicht dan wel aanwezig?”, aldus Gort. Het onderzoek wordt aangeboden aan de overheid, zodat zij aan de hand van uitslagen actie kan ondernemen. Diezelfde overheid stelt als doelstelling om honderd procent duurzaam in te kopen in 2015, maar waar staat het begrip ‘duurzaam inkopen’ eigenlijk voor? Van der Meulen denkt dat een overheid bij een aanbesteding

ook moet kijken naar andere duurzaamheidsaspecten, zoals levenskwaliteit van bewoners. “Daarom vind ik het interessant om te kijken naar de impact van het materiaal op de maatschappij. We willen ook steeds vaker gaan werken met een grondstoffenpaspoort, zoals we in het project Liander hebben gedaan. Hier is meer dan tachtig procent materiaal gebruikt dat op een later tijdstip opnieuw bruikbaar is. Ik vind het interessant om na te denken over hoe je met partijen achteraan de keten kunt nadenken over dit hergebruik.”

Duurzaam inkopen heeft strategisch voordeel Dat wordt alsmaar belangrijker, totdat – in de toekomst – hoogwaardig hergebruik wordt meegenomen in het besluitvormingsproces en de uitvraag. “In de sector zien we al een verschuiving naar meer Cradle to Cradle of biobased bouwen. De gemiddelde ‘woning van de toekomst’ bestaat naar mijn idee ook niet, maar wel bijvoorbeeld een biobased woning of een volledig circulaire woning. Consumenten zullen de beschikking krijgen over verschillende concepten”, vertelt Koolen. Van der Meulen stemt in. “Steeds belangrijk wordt ook de functie, in plaats van eigendom. We hebben niet langer een auto voor de deur staan, maar vier Tesla's voor een hele wijk.” Onafhankelijk van wat er in de toekomst wordt ontwikkeld zijn de taken voor bouwbedrijven en opdrachtgevers helder. Transparante communicatie over het duurzaam inkopen van hout is noodzakelijk om de bouw- en vastgoedsector naar een volgend niveau te helpen. Het peloton dat nu achterloopt moet een extra tandje bijzetten om de competitie bij te benen. “Duurzaam inkopen heeft een strategisch voordeel, tegen een geringe financiële inspanning. Met dit in het achterhoofd kun je volgens mij niet tot een andere conclusie komen dan hiermee aan de slag te gaan”, besluit Koolen.

De ranglijst Forest 50 staat op de volgende twee pagina's. Voor meer informatie over de ranking kijk op www.fsc.nl/forest50

duurzaam gebouwd | september 2015

75


RANKING VAN DE 50 GROOTSTE BOUWBEDRIJVEN Ranking van de 50 grootste bouwbedrijven over de toepassing van duurzaam hout en de communicatie hierover.

POSITIE FOREST 50

Positie Cobouw Top 50

Deelnemer Bouw & Hout Convenant

)6& JHFHUWLȴFHHUG

3()& JHFHUWLȴFHHUG

Transparantie % ingekocht duurzaam hout

Communicatie jaarverslag duurzaam hout

Communicatie website duurzaam hout

Partner FSC NL

Deelname FSC Ketenaward 2014

Bouwprojecten >50% duurzaam hout *

TOTAAL PUNTEN

Bekijk het scoreformulier met richtlijnen op www.fsc.nl/forest50

Koninklijke Volker Wessels Stevin

1

2

ja

ja

ja

92%

ja

ja

ja

ja

ja

100

Heijmans

1

4

ja

ja

ja

95%

ja

ja

ja

ja

ja

100

Koninklijke BAM Groep

2

1

ja

ja

nee

95%

ja

ja

ja

ja

ja

90

TBI Holdings

3

5

ja

ja

nee

92%

ja

ja

ja

nee

ja

85

Ballast Nedam

4

8

ja

ja

nee

95%

ja

ja

ja

nee

ja

80

Van Wijnen Groep

5

10

ja

ja

ja

90%

nee

ja

ja

nee

ja

80

M.J. de Nijs en zonen Holding

6

18

ja

ja

nee

nee

ja

ja

ja

ja

ja

70

Bouwbedrijf Van de Ven

7

21

nee

ja

ja

81%

ja

ja

nee

nee

ja

60

Nijhuis Bouw

8

31

nee

ja

ja

53%

ja

ja

nee

nee

ja

60

Trebbe Groep

9

24

nee

ja

ja

nee

ja

ja

nee

nee

ja

50

Hemubo Almere

10

41

ja

ja

nee

nee

nee

nee

ja

ja

ja

50

Vorm Holding

11

19

nee

ja

nee

nee

ja

ja

ja

nee

ja

50

Aan de Stegge Verenigde Bedrijven

12

13

nee

ja

ja

nee

?

ja

ja

nee

ja

45

Thunnissen Groep

13

49

nee

ja

ja

nee

?

ja

nee

ja

ja

40

Giesbers Groep

14

26

nee

ja

ja

nee

nee

ja

nee

nee

ja

35

VB Groep

15

34

nee

ja

ja

nee

?

nee

nee

nee

ja

35

Coen Hagedoorn Bouwgroep

16

43

nee

ja

ja

nee

?

ja

nee

ja

ja

35

GMB Holding

17

23

nee

ja

nee

nee

nee

ja

nee

nee

ja

35

Dura Vermeer

18

9

nee

ja

ja

nee

nee

nee

nee

nee

ja

30

Hurks Groep

19

16

nee

ja

nee

nee

?

ja

nee

nee

ja

30

Ook aan de slag met duurzaam hout? Neem contact op met FSC Nederland via www.fsc.nl


POSITIE FOREST 50

Positie Cobouw Top 50

Deelname Bouw & Hout Convenant

)6& JHFHUWLȴFHHUG

3()& JHFHUWLȴFHHUG

Transparantie % ingekocht duurzaam hout

Communicatie jaarverslag duurzaam hout

Communicatie website duurzaam hout

Partner FSC NL

Deelname FSC Ketenaward 2014

Bouwprojecten >50% duurzaam hout *

TOTAAL PUNTEN

Vastbouw International Holding

20

27

nee

ja

ja

nee

?

ja

nee

nee

ja

30

Heembouw Holding

21

29

nee

ja

nee

nee

?

ja

ja

nee

ja

30

Beheersmaatschappij Hegeman

22

30

nee

ja

ja

nee

nee

ja

nee

nee

ja

30

Jorritsma Beheer

23

32

nee

ja

ja

nee

?

ja

nee

nee

ja

30

Seb Holding (Salverda, Schagengroep)

24

28

nee

ja

nee

nee

?

ja

nee

nee

ja

25

Strukton

25

7

nee

ja

nee

nee

nee

ja

nee

nee

ja

20

Bouwbedrijf de Vries en Verburg

26

22

nee

ja

nee

nee

nee

ja

nee

nee

ja

20

KlokGroep

27

25

nee

ja

nee

nee

nee

ja

nee

nee

ja

20

Bouwgroep Dijkstra Draisma Beheer

28

33

nee

ja

nee

nee

nee

ja

nee

nee

ja

20

SBB Bouwgroep

29

36

nee

ja

nee

nee

nee

ja

nee

nee

ja

20

HSB Holding

30

38

nee

ja

nee

nee

nee

ja

nee

nee

ja

20

Sprangers Bouwbedrijf

31

39

nee

ja

nee

nee

nee

ja

nee

nee

ja

20

Aannemingsbedrijf Fraanje

32

45

nee

ja

nee

nee

nee

ja

nee

nee

ja

20

Van Gelder groep

33

15

nee

ja

nee

nee

nee

nee

nee

nee

ja

15

Friso Bouwgroep

34

35

nee

ja

nee

nee

nee

nee

nee

nee

ja

15

Van Wanrooij Bouw & Ontwikkeling

35

37

nee

ja

nee

nee

nee

nee

nee

nee

ja

15

Van den Herik

36

42

nee

ja

nee

nee

nee

nee

nee

nee

ja

15

Martens en Van Oord Holding

37

44

nee

ja

nee

nee

nee

nee

nee

nee

ja

15

Koninklijke Boskalis Westminster**

38

3

nee

ja

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

10

Janssen De Jong Groep

39

17

nee

ja

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

10

Amstelone Beheer

40

47

nee

nee

nee

nee

nee

ja

nee

nee

nee

5

Hendriks Bouw en Ontwikkeling

41

50

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

0

Van Oord**

42

6

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

0

A. Hakpark***

43

11

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

0

-RK 0RXULN &R +ROGLQJb

44

12

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

0

Brihold, Ten Brinke Bouw

45

14

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

0

Dusseldorp Groep

46

20

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

0

ASK Romein International

47

40

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

0

G. Tijhuis Holding

48

46

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

0

Holding de vier Ambachten

49

48

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

nee

0

* In 2014 gebouw(en) gerealiseerd met aanzienlijk (>50%) deel aantoonbaar duurzaam hout (FSC / PEFC hout). **Waterbouwer. Het bedrijf geeft aan nauwelijks hout in activiteiten te gebruiken. ***Focus op kabels en leidingen. Het bedrijf geeft aan nauwelijks hout in activiteiten te gebruiken.


SWITCH TO THE FUTURE

Serie 18

PIR bewegingsmelders en aanwezigheidsmelders 18.51

18.31

18.61

Comfortabel energie besparen! Ɣ Type 18.31.8.230.0031: bewegingsmelder voor plafonds tot

6 meter of als aanwezigheidsmelder met 3 meter detectiebereik

18.41

Ɣ Type 18.41: bewegingsmelder speciaal voor gangen in bedrijven

en hotels etc. Detectiebereik: 30 meter x 4 meter Ɣ Type 18.51: aanwezigheidsmelder met 4 meter detectiebereik

of als bewegingsmelder met 8 meter detectiebereik

FINDER RELAIS NEDERLAND B.V. Dukdalfweg 51 1041 BC AMSTERDAM Tel.: 020 - 615 65 57 Fax: 020 - 617 89 92 finder.nl@findernet.com

Ɣ Type 18.51...0040: als 18.51 met aansluiting voor drukknop en

dynamische lichtcompensatie voor verdere energiebesparing Ɣ Type 18.61: bewegingsmelder voor wandmontage in inbouw-

doos met een detectiebereik van max. 18 meter

www.findernet.com


22 t/m 24 maart 2016 | RAI Amsterdam

(Re)Building the Future

ƌŽŶ͗ &ŝĐƟŽŶ &ĂĐƚŽƌLJ ͬ zǀŽŶŶĞ tŝƩĞ


(Re)Building the Future - 22 t/m 24 maart 2016 - RAI Amsterdam


Hét integrale event Duurzaam Gebouwd organiseert jaarlijks Building Holland, hét integrale event voor de bouw- en vastgoedsector. In geen vergelijkbare branche kan een bedrag van € 7 miljard per jaar aan faalkosten gereduceerd worden. Tegelijk is dit een sector die écht een slag kan slaan als het gaat om COЇͲƌĞĚƵĐƟĞ͘ Ğ ǀŽŽƌǁĂĂƌĚĞ Žŵ ĂĂŶ ĚĞnjĞ ĞŝƐĞŶ ƚĞ kunnen voldoen is kennis en netwerk delen, van elkaar leren en in de gehele keten van de bouw beter gaan samenwerken. ,Ğƚ ĚŽĞů ǀĂŶ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ ŝƐ ŚĞƚ ƐƟŵƵůĞƌĞŶ ǀĂŶ ǀĞƌďŝŶĚŝŶŐ ŝŶ ĚĞ ŚĞůĞ ŬĞƚĞŶ njŽĚĂƚ Ğƌ ŬǁĂůŝƚĂƟĞǀĞ͕ ĚƵƵƌnjĂŵĞ͕ ƐůŝŵŵĞ ĞŶ ĞĸĐŝģŶƚĞ ŐĞďŽƵǁĞŶ ǁŽƌĚĞŶ ;ŚĞƌͿŽŶƚǁŝŬŬĞůĚ͘ KŶƚǁŝŬŬĞůĂĂƌƐ͕ ďĞůĞŐŐĞƌƐ͕ ǁŽŶŝŶŐĐŽƌƉŽƌĂƟĞƐ͕ ĂĚǀŝƐĞƵƌƐ͕ ŝŶŐĞŶŝĞƵƌƐ͕ ĂƌĐŚŝƚĞĐƚĞŶ͕ ĂĂŶŶĞŵĞƌƐ ĞŶ ĚĞ ŽǀĞƌŚĞŝĚ ŽŶƚŵŽĞƚĞŶ ĞůŬĂĂƌ Žŵ ŝĚĞĞģŶ ĞŶ ǀŝƐŝĞƐ ƚĞ ĚĞůĞŶ ĞŶ samenwerkingen aan te gaan. Beursorganisator Duurzaam Gebouwd weet met haar kennis en unieke netwerk van professionals als geen ander welke vraagstukken er leven in de sector. Tijdens de vernieuwde Building Holland ĞdžƉĞƌŝĞŶĐĞ ŬŽŵĞŶ ǀƌĂĂŐ ĞŶ ĂĂŶďŽĚ ůĞƩĞƌůŝũŬ ŽŶĚĞƌ ĠĠŶ ĚĂŬ ƐĂŵĞŶ ŵĞƚ ŝŶŶŽǀĂƟĞƐ͕ ƚĞĐŚŶŽůŽŐŝĞ͕ ŬĞŶŶŝƐ͕ ŽŶƚŵŽĞƟŶŐĞŶ ĞŶ ƚŽĞŬŽŵƐƚďĞƐƚĞŶĚŝŐĞ ŽƉůŽƐƐŝŶŐĞŶ͘ Ğ ƉĂƌƚŶĞƌƐ ǀĂŶ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ njŝũŶ ŝŶŶŽǀĂƟĞǀĞ ŬŽƉůŽƉĞƌƐ ĚŝĞ Ěŝƚ ŝŶƚĞŐƌĂůĞ ƐĂŵĞŶǁĞƌŬĞŶ ŚŽŽŐ ŽƉ ŚƵŶ ĂŐĞŶĚĂ hebben staan en duurzaam bouwen als onomkeerbare ontwikkeling beschouwen. Kom als partner van Building ,ŽůůĂŶĚ ŝŶ ĐŽŶƚĂĐƚ ŵĞƚ Ƶǁ ďƌĂŶĐŚĞŐĞŶŽƚĞŶ ŽƉ ĚĞ ŶĞƚǁĞƌŬƐƚĂŶĚƐ͕ ĚŽĞ ŝŶƐƉŝƌĂƟĞ ŽƉ ƟũĚĞŶƐ ŝŶƚĞƌĞƐƐĂŶƚĞ ƐĞŵŝŶĂƌƐ ĞŶ ŬĞLJŶŽƚĞƐ ǀĂŶ ƚŽŽŶĂĂŶŐĞǀĞŶĚĞ ƐƉƌĞŬĞƌƐ ĞŶ ƚŽŽŶ Ƶǁ ŝŶŶŽǀĂƟĞǀĞ ĐŽŶĐĞƉƚ ŽĨ ƉƌŽĚƵĐƚ ĂĂŶ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ ŝŶ ĠĠŶ ǀĂŶ ĚĞ njĞƐ Concept Area’s. Ğ ǀŽůŐĞŶĚĞ ĞĚŝƟĞ ƐƚĂĂƚ ŐĞƉůĂŶĚ ǀĂŶ ϮϮ ƚŽƚ ĞŶ ŵĞƚ Ϯϰ ŵĂĂƌƚ ϮϬϭϲ ŝŶ Z / ŵƐƚĞƌĚĂŵ͘ ŽƵǁƚ Ƶ ƟũĚĞŶƐ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ ŵĞƚ ŽŶƐ ŵĞĞ ĂĂŶ ĞĞŶ ƚŽĞŬŽŵƐƚďĞƐƚĞŶĚŝŐĞ ƐĞĐƚŽƌ͍

“We hebben het gehad, we kijken weer vooruit.

"Alle gesprekken die ik heb gevoerd, waren inhoudelijk.

Woningbouw is weer aan het vliegen. In Amsterdam

ĂĂƌŶĂĂƐƚ ŚĞď ŝŬ ďŝũŶĂ ĂůůĞĞŶ ŵĂĂƌ ŶŝĞƵǁĞ ĐŽŶƚĂĐƚĞŶ

zijn de huizenprijzen alweer terug op het niveau van

ŽƉŐĞĚĂĂŶ͘ Ŷ ĚĞ ŵĞŶƐĞŶ ĚŝĞ ŝŬ ŚĞď ŐĞƐƉƌŽŬĞŶ͕ ŬǁĂŵĞŶ

voor de crisis. Samen vanuit alle disciplines in de keten

Ƶŝƚ ĂůůĞ ƐĐŚĂŬĞůƐ ǀĂŶ ĚĞ ďŽƵǁͲ ĞŶ ǀĂƐƚŐŽĞĚƐĞĐƚŽƌ͘ KŽŬ

moeten we dichter op de vraag kruipen en slimmer en

dat is een groot voordeel van Building Holland."

duurzamer schakelen. Building Holland biedt het ideale

ĂďĞƩĞ ǀĂŶ >ŽŽŶ͕ KƉĞƌĂƟŽŶĞĞů ĚŝƌĞĐƚĞƵƌ ůŬůŝŵĂ

klimaat hiervoor.” tŝĞŶŬĞ ŽĚĞǁĞƐ͕ sŽŽƌnjŝƩĞƌ E WZKD

"Building Holland is bij uitstek de gelegenheid om ŝŶŶŽǀĂƟĞ ĞŶ ƐĂŵĞŶǁĞƌŬŝŶŐ ƚĞ ůĂƚĞŶ njŝĞŶ ĞŶ ƚĞ ĚĞůĞŶ

Ηtŝũ njŝĞŶ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ ĂůƐ ŚĠƚ ƉůĂƞŽƌŵ Žŵ ŝŶ

met de markt. Het hoge niveau van bezoekers, stand-

ĐŽŶƚĂĐƚ ƚĞ ŬŽŵĞŶ ŵĞƚ ĂŶĚĞƌĞ ƉĂƌƟũĞŶ Ƶŝƚ ĚĞ ďŽƵǁ͘ Ğ

houders en het inhoudelijke programma maakt Building

bouw van de toekomst bereik je niet vanachter je

Holland een hele voor de hand liggende plek voor ons

ďƵƌĞĂƵ͘ ĂĂƌǀŽŽƌ ŵŽĞƚĞŶ ǁĞ ƐĂŵĞŶǁĞƌŬĞŶ͘ Ŷ ǀŽŽƌĂů

om aanwezig te zijn. Hier kan drie dagen lang gepraat

met elkaar aan de slag."

worden met gelijk gestemden over de meest recente

ĞŶ WŽů͕ DĂŶĂŐĞƌ ďƵƐŝŶĞƐƐ ĚĞǀĞůŽƉŵĞŶƚ ďŝũ

ontwikkelingen in de bouw en samen onderzocht worden waar nieuwe mogelijkheden liggen." >ĞŽŶ ǀĂŶ DĂƵƌŝŬ͕ DĂƌŬĞƟŶŐ ŵĂŶĂŐĞƌ <ŝŶŐƐƉĂŶ /ŶƐƵůĂƟŽŶ

;ZĞͿ ƵŝůĚŝŶŐ ƚŚĞ &ƵƚƵƌĞ Ͳ ϮϮ ƚͬŵ Ϯϰ ŵĂĂƌƚ ϮϬϭϲ Ͳ Z / ŵƐƚĞƌĚĂŵ


Terugblik 2015 Met het thema (Re)Building the Future stond Building Holland in het teken van het dichter bij elkaar brengen van ƉĂƌƟũĞŶ Žŵ ƐĂŵĞŶ ͚,Ğƚ EŝĞƵǁĞ ŽƵǁĞŶ͛ ŶĂĂƌ ĞĞŶ ŚŽŐĞƌ ŶŝǀĞĂƵ ƚĞ ƟůůĞŶ͘ sĂŶ ĚĞ ďĞƐůŝƐƐĞƌƐ ĚŝĞ ĂĂŶǁĞnjŝŐ ǁĂƌĞŶ ŐĂĨ ϵϬ ƉƌŽĐĞŶƚ ĂĂŶ ǁĞĞƌ ŬĂŶƐĞŶ ŝŶ ĚĞ ďŽƵǁ ƚĞ njŝĞŶ͘ ŝũŶĂ ƚǁĞĞĚĞƌĚĞ ǀĂŶ ĚĞ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ ǀĞƌǁĂĐŚƚ ŬŽŵĞŶĚ ũĂĂƌ njĞůĨƐ ĞĞŶ ŵĂƌŬƚŐƌŽĞŝ ǀĂŶ Ϯ ƉƌŽĐĞŶƚ ŽĨ ŵĞĞƌ͘ sŽůŐĞŶƐ ĚĞ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ ůŝŐŐĞŶ ĚĞ ŬĂŶƐĞŶ ǀŽŽƌ ĚĞ ďŽƵǁͲ ĞŶ ǀĂƐƚŐŽĞĚƐĞĐƚŽƌ ŵĞƚ ŶĂŵĞ ŝŶ ƚƌĂŶƐĨŽƌŵĂƟĞ ĞŶ ƌĞŶŽǀĂƟĞ͘ /Ŷ ĚĞ ƚŽƉ ϯ ƐƚĂĂŶ ǀĞƌĚĞƌ ĂůƐ ŬĂŶƐĞŶ ŐĞŶŽĞŵĚ͗ ͚ŬĞƚĞŶďƌĞĞĚ ƐĂŵĞŶǁĞƌŬĞŶ͛ ĞŶ ͚ůĞǀĞŶƐůŽŽƉďĞƐƚĞŶĚŝŐĞ ŐĞďŽƵǁĞŶ͛͘ ƌ ǁĂƌĞŶ ŵĂĂƌ ůŝĞĨƐƚ ĚƌŝĞ ƉŽĚŝĂ ŵĞƚ ŝŶƚĞƌĞƐƐĂŶƚĞ ƐƉƌĞŬĞƌƐ ĂůƐ ^ƚĞĨĂŶ ǀĂŶ hīĞůĞŶ͕ ŶĚLJ ǀĂŶ ĚĞŶ ŽďďĞůƐƚĞĞŶ ĞŶ ĂĂŶ ZŽŽƐĞŐĂĂƌĚĞ͘ KƉ ĚŝǀĞƌƐĞ ƐƚĂŶĚƐ ǀŽŶĚĞŶ ĞdžƉĞƌƚůƵŶĐŚĞƐ ƉůĂĂƚƐ ĞŶ ƉĂƌƚŶĞƌƐ ƚŽŽŶĚĞŶ ŐĞnjĂŵĞŶůŝũŬ ŝŶŶŽǀĂƟĞƐ ĂĂŶ ĚĞ ŵĂƌŬƚ ŽƉ ĚĞ ŝŶŶŽǀĂƟĞƉĂǀŝůũŽĞŶƐ͘ KƉ ŽŶƐ zŽƵdƵďĞ ŬĂŶĂĂů ͚ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ͛ ǀŝŶĚƚ Ƶ ƐĨĞĞƌŝŵƉƌĞƐƐŝĞƐ ĞŶ ĚĞ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ dĂůŬƐ ǀĂŶ ĂĨŐĞůŽƉĞŶ ũĂƌĞŶ͘

/ŶŝƟĂƟĞĨŶĞŵĞƌƐ Θ ŽƉĚƌĂĐŚƚŐĞǀĞƌƐ͗ ϰϯ͘Ϯй ;ƚŽƚĂĂůͿ

EĂĂƐƚ ŐƌŽĞŝ ŝŶ ŬĂŶƐĞŶ ǀŽŽƌ ĚĞ ƐĞĐƚŽƌ ǁĂƐ Ğƌ ŽŽŬ ĞĞŶ ƐƚĞƌŬĞ ŐƌŽĞŝ ŝŶ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ ǀĂŶ ŵĂĂƌ ůŝĞĨƐƚ Ϯϰ ƉƌŽĐĞŶƚ

Projectontwikkelaar

9.6%

Gebouweigenaar

9.4%

tŽŶŝŶŐďŽƵǁĐŽƌƉŽƌĂƟĞ ϴ͘Ϯй Gebouwbeheerder

7%

Overheid

4%

KǀĞƌŝŐĞ

ϰ͘ϴй

ƚĞŶ ŽƉnjŝĐŚƚĞ ǀĂŶ ŚĞƚ ũĂĂƌ ĞƌǀŽŽƌ͘ ĞnjŽĞŬĞƌƐ ǀĂŶ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ njŝũŶ ǀŽŽƌŶĂŵĞůŝũŬ ĂĐƟĞĨ ŽƉ ƐƚƌĂƚĞͲ ŐŝƐĐŚ ĞŶͬŽĨ ƚĂĐƟƐĐŚ ŶŝǀĞĂƵ͕ ďijna 60 procent van de ďĞnjŽĞŬĞƌƐ ŝƐ ĚŝƌĞĐƟĞ ŽĨ ďĞƐůŝƐƐĞƌ͘ sĞůĞŶ ǀĂŶ ŚĞŶ ǁĂƌĞŶ ƵŝƚŐĞŶŽĚŝŐĚ ǀŽŽƌ ŚĞƚ ĞdžĐůƵƐŝĞǀĞ 'ƌĞĞŶ dŝĞ 'ĂůĂ͕ ǁĂƚ ŽƉ ĚĞ ƚǁĞĞĚĞ dag van Building Holland ƉůĂĂƚƐ ǀŽŶĚ͕ Ěŝƚ ǁĂƐ ŝŶ ĞĞŶ ƉĂĂƌ ĚĂŐĞŶ ǀŽůůĞĚŝŐ

KŶƚǁĞƌƉ Θ ĂĚǀŝĞƐ͗ ϯϳй ;ƚŽƚĂĂůͿ

volgeboekt.

Architect

13.5%

Ingenieur

4.9%

ĚǀŝƐĞƵƌ

Ϯ͘ϵй

Constructeur

1.1%

Overige

14.6%

ŽƵǁ Θ ŝŶƐƚĂůůĂƟĞ͗ ϭϵ͘ϱй ;ƚŽƚĂĂůͿ Bouwbedrijf / aannemer 10.9% /ŶƐƚĂůůĂƟĞďĞĚƌŝũĨ Overige

ϳ͘ϰй 0.7%

Hoogtepunt van het gala was de uitreiking van de ƉƌĞƐƟŐŝĞƵnjĞ ͚ ƵƵƌnjĂŵĞ ϱϬ sĂƐƚŐŽĞĚ E>͛ ƉƌŝũƐ͘ ĞnjĞ ũĂĂƌůŝũŬƐĞ ǀĞƌŬŝĞnjŝŶŐ ŝƐ ĞĞŶ ŝŶŝƟĂƟĞĨ ǀĂŶ ƵƵƌnjĂĂŵ 'ĞďŽƵǁĚ ĞŶ ƵƚĐŚ 'ƌĞĞŶ ƵŝůĚŝŶŐ ŽƵŶĐŝů͘ :ĂŶ tŝůůĞŵ ǀĂŶ ĚĞ 'ƌŽĞƉ ǁŽŶ ĚĞnjĞ ƉƌŝũƐ ĞŶ

ĞnjŽĞŬĞƌƐ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ ϮϬϭϰ

ǁĞƌĚ ŐĞŚƵůĚŝŐĚ ĂůƐ ŵĞĞƐƚ ŝŶǀůŽĞĚƌŝũŬĞ ĚƵƵƌnjĂŵĞ ƉĞƌƐŽŽŶ ŝŶ ĚĞ ďŽƵǁͲ ĞŶ ǀĂƐƚŐŽĞĚƐĞĐƚŽƌ ŝŶ EĞĚĞƌůĂŶĚ op dat moment.

;ZĞͿ ƵŝůĚŝŶŐ ƚŚĞ &ƵƚƵƌĞ Ͳ ϮϮ ƚͬŵ Ϯϰ ŵĂĂƌƚ ϮϬϭϲ Ͳ Z / ŵƐƚĞƌĚĂŵ


Building Holland 2016 De afgelopen twee jaar is de vakbeurs door Duurzaam Gebouwd en RAI Amsterdam getransformeerd tot hét ŝŶƚĞŐƌĂůĞ ŬĞŶŶŝƐͲ ĞŶ ŶĞƚǁĞƌŬĞǀĞŶƚ ǀŽŽƌ ĚĞ ďŽƵǁͲ ĞŶ ǀĂƐƚŐŽĞĚƐĞĐƚŽƌ͘ ^ŝŶĚƐ ũƵŶŝ ϮϬϭϱ ŚĞĞŌ ƵƵƌnjĂĂŵ 'ĞďŽƵǁĚ ĚĞ ŽƌŐĂŶŝƐĂƟĞ ǀĂŶ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ ǀŽůůĞĚŝŐ ŽƉ njŝĐŚ ŐĞŶŽŵĞŶ ĞŶ ƚƌĞĞĚƚ Z / ŵƐƚĞƌĚĂŵ ŽƉ ĂůƐ ĨĂĐŝůŝƚĞƌĞŶĚ ƉĂƌƚŶĞƌ͘ dŝũĚĞŶƐ ĚĞ ǀŽƌŝŐĞ ĞĚŝƟĞ ƐƚŽŶĚĞŶ ĚĞ ĂƐƉĞĐƚĞŶ ͚ŚŽƌĞŶ͛ ĞŶ ͚ŽŶƚŵŽĞƚĞŶ͛ ĐĞŶƚƌĂĂů͕ ŝŶ ϮϬϭϲ ǁŽƌĚƚ ĚĂĂƌ ŵĞƚ ĚĞ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ džƉĞƌŝĞŶĐĞ dŽƵƌ ͚njŝĞŶ ĞŶ ďĞůĞǀĞŶ͛ ǀĂŶ ŝŶŶŽǀĂƟĞƐ ĞŶ ĐŽŶĐĞƉƚĞŶ ĂĂŶ ƚŽĞŐĞǀŽĞŐĚ͘ /Ŷ ϮϬϭϲ ŐƌŽĞŝƚ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ ŶĂĂƌ ϭϱϬ ƉĂƌƚŶĞƌƐ ĞŶ ǀŝŶĚƚ ŚĞƚ ĞǀĞŶƚ ƉůĂĂƚƐ ŝŶ ŚĂů ϵ ĞŶ ŚĂů ϭϬ ǀĂŶ Z / ŵƐƚĞƌĚĂŵ͘ ƌ njŝũŶ ĚŝǀĞƌƐĞ ƉĂƌƚŶĞƌƉĂŬŬĞƩĞŶ ďĞƐĐŚŝŬďĂĂƌ͗ ͻ

ϯϬ ŐŽƵĚĞŶ ƉĂŬŬĞƩĞŶ

ͻ

ϯϬ njŝůǀĞƌĞŶ ƉĂŬŬĞƩĞŶ

ͻ

ϰϬ ďƌŽŶnjĞŶ ƉĂŬŬĞƩĞŶ

ͻ

ϱϬ ŝŶŶŽǀĂƟĞ ƉĂǀŝůũŽĞŶ ƉĂŬŬĞƩĞŶ ;ǀĞƌĚĞĞůĚ ŽǀĞƌ ϯ ŝŶŶŽǀĂƟĞ ƉĂǀŝůũŽĞŶƐͿ

/ŶĚŝĞŶ Ƶ ŚĞƚ ƉĂƌƚŶĞƌƐŚŝƉ ŵĞƚ ŽŶƐ ĂĂŶŐĂĂƚ ŚĞĞŌ Ƶ ĂůƐ ƉĂƌƚŶĞƌ ƌĞĐŚƚ ŽƉ ĚĞĞůŶĂŵĞ ĂĂŶ ĚĞ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ džƉĞƌŝĞŶĐĞ dŽƵƌ͕ ǁĂĂƌ ŝŶŶŽǀĂƟĞƐ ĞŶ ĐŽŶĐĞƉƚĞŶ ƚĂƐƚďĂĂƌ ǁŽƌĚĞŶ͘ ĞnjĞ ƚŽƵƌ ďĞƐƚĂĂƚ Ƶŝƚ ĞĞŶ /ŶŶŽǀĂƟĞ ŽƵůĞǀĂƌĚ͕ ŐĞǀŽƌŵĚ ĚŽŽƌ ƐŽŬŬĞůƐ ĂĂŶƐůƵŝƚĞŶĚ ďŝũ ĚĞ ƐƚĂŶĚƐ͕ ĞŶ njĞƐ ŽŶĐĞƉƚ ƌĞĂ͛Ɛ ŵĞƚ ĚŝǀĞƌƐĞ ƚŚĞŵĂ͛Ɛ ĚŝĞ ǀĞƌĚĞĞůĚ ĚŽŽƌ ĚĞ ŚĂůůĞŶ ƐƚĂĂŶ ŐĞƉŽƐŝƟŽŶĞĞƌĚ͘

en? m e n l ŵĂƟĞ Dee ƌ ŝŶĨŽƌ

ĞĞ mert ǀŽŽƌ ŵ ŵ Ğ Ğ van Ge E k ir D et wd.nl t op m gebou m a contac a z r uu ert@d Ϯ Ϭϲ vangem ϲ ϬϮ ϭ ϰ ʹ ϲ Ϳ ϵ ϳϬ нϯϭ ;Ϭ Ϯϳϯ ϱ ʹ ϱ ϴ Ϳ нϯϭ ;Ϭ

;ZĞͿ ƵŝůĚŝŶŐ ƚŚĞ &ƵƚƵƌĞ Ͳ ϮϮ ƚͬŵ Ϯϰ ŵĂĂƌƚ ϮϬϭϲ Ͳ Z / ŵƐƚĞƌĚĂŵ


Concept Area’s Er zijn zes Concept Area’s waarmee wij inspelen op actuele en veelbesproken onderwerpen in de bouw- en ǀĂƐƚŐŽĞĚƐĞĐƚŽƌ͘ Ğ ŽŶĐĞƉƚ ƌĞĂ͛Ɛ ƐƚĂĂŶ ŽƉ ƐƚƌĂƚĞŐŝƐĐŚĞ ůŽĐĂƟĞƐ ǀĞƌƐƉƌĞŝĚ ŽǀĞƌ ĚĞ ďĞƵƌƐǀůŽĞƌ͕ ǁĂĂƌĚŽŽƌ ŝĞĚĞƌĞ ŝŶŶŽǀĂƟĞ ĚĞ ũƵŝƐƚĞ ĂĂŶĚĂĐŚƚ ŬƌŝũŐƚ͘ KƉ ĚĞnjĞ ŽŶĐĞƉƚ ƌĞĂ͛Ɛ ŬƵŶƚ Ƶ ĂůƐ ƉĂƌƚŶĞƌ Ƶǁ ŝŶŶŽǀĂƟĞĐŽŶĐĞƉƚ͕ ͲƉƌŽĚƵĐƚ ŽĨ ͲĚŝĞŶƐƚ ŽƉ ĞĞŶ ĞŝŐĞŶƟũĚƐĞ ŵĂŶŝĞƌ ĂĂŶ Ƶǁ ŽƉĚƌĂĐŚƚŐĞǀĞƌ ůĂƚĞŶ njŝĞŶ ĚŽŽƌ ŵŝĚĚĞů ǀĂŶ ĞĞŶ ĐŽŶĐĞƉƚƉƌĞƐĞŶƚĂƟĞ ŽĨ ŝŶŶŽǀĂƟĞǀŝĚĞŽ͘ /ĞĚĞƌĞ ŽŶĐĞƉƚ ƌĞĂ ǁŽƌĚƚ ǀŽŽƌnjŝĞŶ ǀĂŶ ĞĞŶ ϯ ĂŶŝŵĂƟĞ͕ ǁĂĂƌĚŽŽƌ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ ŝŶ ƌĞĂůƟŵĞ ĚŽŽƌ gebouwen kunnen lopen. WƌŽĮƚĞĞƌ ǀĂŶ ĚĞnjĞ ƵŶŝĞŬĞ ŐĞůĞŐĞŶŚĞŝĚ Žŵ ŽƉ ĞĞŶ ĐƌĞĂƟĞǀĞ ǁŝũnjĞ Ƶǁ ŽƉĚƌĂĐŚƚŐĞǀĞƌ ƚĞ ŝŶƐƉŝƌĞƌĞŶ͘ /Ŷ ĚĞ ƉĂƌƚŶĞƌƉĂŬŬĞƩĞŶ ŬƵŶƚ Ƶ ƚĞƌƵŐǀŝŶĚĞŶ ŽƉ ŚŽĞǀĞĞů ŽŶĐĞƉƚ ƌĞĂ͛Ɛ Ƶǁ ŝŶŶŽǀĂƟĞ ŐĞƉůĂĂƚƐƚ ŬĂŶ ǁŽƌĚĞŶ͘

De thema’s van de Concept Area’s zijn: ͻ

ƵƵƌnjĂŵĞ tŽŶŝŶŐďŽƵǁ

ͻ

'ĞnjŽŶĚĞ 'ĞďŽƵǁĞŶ

ͻ

ŽƌŐǀĂƐƚŐŽĞĚ ; ƵƌĞ Θ ĂƌĞͿ

ͻ

dƌĂŶƐĨŽƌŵĂƟĞ

ͻ

ƵƵƌnjĂŵĞ ^ĐŚŽůĞŶ

ͻ

^ŵĂƌƚ ƵŝůĚŝŶŐƐ

;ZĞͿ ƵŝůĚŝŶŐ ƚŚĞ &ƵƚƵƌĞ Ͳ ϮϮ ƚͬŵ Ϯϰ ŵĂĂƌƚ ϮϬϭϲ Ͳ Z / ŵƐƚĞƌĚĂŵ

Concept Area


Gouden Pakket ,Ğƚ ŐŽƵĚĞŶ ƉĂŬŬĞƚ ďŝĞĚƚ Ƶ ŶĂĂƐƚ ĞĞŶ njĞůĨŐĞŬŽnjĞŶ ƐƚƌĂƚĞŐŝƐĐŚĞ ƚŽƉůŽĐĂƟĞ ŽƉ ĚĞ ďĞƵƌƐǀůŽĞƌ ŽŽŬ ĞĞŶ ĐŽŵƉůĞĞƚ ŚŽƐƉŝƚĂůŝƚLJͲ ĞŶ ĐŽŵŵƵŶŝĐĂƟĞƉĂŬŬĞƚ͘ hǁ ŐĞƉĞƌƐŽŶĂůŝƐĞĞƌĚĞ ůƵdžĞ ƐƚĂŶĚƉƌĞƐĞŶƚĂƟĞ ŝƐ ŝŶŐĞƌŝĐŚƚ ŵĞƚ ĞĞŶ ůŽƵŶŐĞ ŽĨ ďƵƐŝŶĞƐƐ ŵĞƵďŝůĂŝƌƉĂŬŬĞƚ͘ ,ŝĞƌ ŬƵŶƚ Ƶ Ƶǁ ŽƉĚƌĂĐŚƚŐĞǀĞƌƐ ŝŶ ĞĞŶ ŽŶŐĞĚǁŽŶŐĞŶ ƐĨĞĞƌ ŝŶĨŽƌŵĞƌĞŶ ŽǀĞƌ Ƶǁ ŝŶŶŽǀĂƟĞ͘ ƌ ǁŽƌĚƚ ƐƉĞĐŝĂĂů ǀŽŽƌ Ƶ ĂůƐ ƉĂƌƚŶĞƌ ĞĞŶ ĞdžƉĞƌƚůƵŶĐŚ ;ŵŝŶŝ ĚĞďĂƚͿ ŐĞŽƌŐĂŶŝͲ ƐĞĞƌĚ ǁĂĂƌ ĞĞŶ ƚŽƉĞdžƉĞƌƚ Ƶŝƚ ĚĞ ƐĞĐƚŽƌ ĞĞŶ ĂĂŶƚĂů ƚŚĞŵĂ͛Ɛ ŐĂĂƚ ďĞƐƉƌĞŬĞŶ͘ ,ŝĞƌǀŽŽƌ ŬƵŶƚ Ƶ ƟĞŶ ǀĂŶ Ƶǁ ŵĞĞƐƚ ǁĂĂƌĚĞǀŽůůĞ ƌĞůĂƟĞƐ ƵŝƚŶŽĚŝŐĞŶ͘ dĞǀĞŶƐ ŬƌŝũŐƚ Ƶ ĞdžĐůƵƐŝĞĨ ĚĞ ŐĞůĞŐĞŶŚĞŝĚ Žŵ ĞĞŶ ŝŶŚŽƵĚĞůŝũŬĞ ďŝũĚƌĂŐĞ ƚĞ ůĞǀĞƌĞŶ ĂĂŶ ŚĞƚ ƉůĞŶĂŝƌĞ ƉƌŽŐƌĂŵŵĂ͘ ^ƚĂŶĚ ŐŽƵĚ͕ ŝŶƌŝĐŚƟŶŐ ůŽƵŶŐĞ

Stand en toegangskaarten ͻ

ůůͲŝŶ ƐƚĂŶĚ ǀĂŶ ϰϬ ŵ² ŝŶĐůƵƐŝĞĨ ŚŽƵƚĞŶ ƐƚĂŶĚďŽƵǁ ;ŵĞƚ ǀŝƐƵĂů ǀĂŶ ϱdžϱ ŵĞƚĞƌͿ͕ > ͲƐĐŚĞƌŵ͕ ĞůĞŬƚƌĂ͕

ǀůŽĞƌďĞĚĞŬŬŝŶŐ͕ ŵĞƵďŝůĂŝƌ ĞŶ ĐĂƚĞƌŝŶŐĨĂĐŝůŝƚĞŝƚĞŶ ;ŬŽĸĞͬƚŚĞĞ͕ ŐĞǀƵůĚĞ ŬŽĞůŬĂƐƚ͕ ǀĞƌnjŽƌŐĚĞ ůƵdžĞ ůƵŶĐŚ ĞŶ

ĞŝŐĞŶ ŐĂƐƚŚĞĞƌͬͲǀƌŽƵǁͿ ǀŽŽƌ ĚĞ ƐƚĂŶĚďĞŵĂŶŶŝŶŐ

ͻ

<ĞƵnjĞ Ƶŝƚ ƐƚĂŶĚŝŶƌŝĐŚƟŶŐ ƵƐŝŶĞƐƐ ŽĨ >ŽƵŶŐĞ

ͻ

^ŽŬŬĞů ĂĂŶƐůƵŝƚĞŶĚ ďŝũ Ƶǁ ƐƚĂŶĚ ĂůƐ ŽŶĚĞƌĚĞĞů ǀĂŶ ĚĞ /ŶŶŽǀĂƟĞ ŽƵůĞǀĂƌĚ

ͻ

dŽŽŶ Ƶǁ ŝŶŶŽǀĂƟĞĐŽŶĐĞƉƚ͕ ͲƉƌŽĚƵĐƚ ŽĨ ͲĚŝĞŶƐƚ ŝŶ ƚǁĞĞ ŽŶĐĞƉƚ ƌĞĂ͛Ɛ ŶĂĂƌ ŬĞƵnjĞ

ͻ

dŽĞŐĂŶŐ ǀŽŽƌ ϭϬϬ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ ŵĞƚ ƵŶŝĞŬĞ s/W ƵŝƚŶŽĚŝŐŝŶŐƐĐŽĚĞ͕ ŐƌĂƟƐ ŐĂƌĚĞƌŽďĞ ĞŶ ŐĞďƌƵŝŬ E^ͲĚĞĂů

;ǀŽŽƌ Φ ϵ͕Ͳ ƌĞƚŽƵƌ ǀĂŶƵŝƚ ŚĞĞů EĞĚĞƌůĂŶĚͿ

ͻ

ĂŐĞůŝũŬƐ ŐƌĂƟƐ ƚŽĞŐĂŶŐ ǀŽŽƌ ϰ ƉĞƌƐŽŶĞŶ ƐƚĂŶĚďĞŵĂŶŶŝŶŐ͕ ŝŶĐůƵƐŝĞĨ ƉĂƌŬĞƌĞŶ

DĂƌŬĞƟŶŐƉĂŬŬĞƚ ƚ͘ǁ͘ǀ͘ Φ ϵ͘ϳϱϬ͕ͲΎ ͻ

ϭ ƉĂŐŝŶĂ ϭͬϭ ĂĚǀĞƌƚĞŶƟĞ ŝŶ ŚĞƚ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ DĂŐĂnjŝŶĞ ƐĂŵĞŶ ŵĞƚ ĞĞŶ ƌĞĚĂĐƟŽŶĞĞů ĂƌƟŬĞů

;ŝŶ ŽǀĞƌůĞŐ ŵĞƚ ĚĞ ƌĞĚĂĐƟĞͿ͕ ϭ ƉĂŐŝŶĂ ϭͬϭ ĂĚǀĞƌƚĞŶƟĞ ŝŶ ĚĞ ŶĂďĞƐĐŚŽƵǁŝŶŐ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ ϮϬϭϲ

ͻ

sĞƌŵĞůĚŝŶŐ ǀĂŶ Ƶǁ ůŽŐŽ ĞŶ ďĞĚƌŝũĨƐƉƌŽĮĞů ŽƉ ǁǁǁ͘ ƵŝůĚŝŶŐ,ŽůůĂŶĚ͘Ŷů

/ŶďƌĞŶŐ ŽƉ ŚĞƚ ƉƌŽŐƌĂŵŵĂ ͻ

dŝũĚĞŶƐ Ƶǁ ĚĞĞůŶĂŵĞ ĂĂŶ ŵŝŶŝŵĂĂů Ϯ ďŝũĞĞŶŬŽŵƐƚĞŶ ŵĞƚ ĚĞ ŽŶƚĞŶƚďŽĂƌĚ ŬƵŶƚ Ƶ ƚŚĞŵĂ͛Ɛ ĞŶ ƐƉƌĞŬĞƌƐ

ĂĂŶĚƌĂŐĞŶ ǀŽŽƌ ĚĞ ŝŶŚŽƵĚĞůŝũŬĞ ƉƌŽŐƌĂŵŵĂΖƐ

ͻ

tŽƌĚ ŐĂƐƚŚĞĞƌ ǀĂŶ ĞĞŶ ǀĂŶ ĚĞ ϭϱ džƉĞƌƚůƵŶĐŚĞƐ͕ ǁĂĂƌǀŽŽƌ Ƶ ϭϬ s/W ƌĞůĂƟĞƐ ŬƵŶƚ ƵŝƚŶŽĚŝŐĞŶ ŽƉ Ƶǁ ƐƚĂŶĚ

ͻ

tŽƌĚ ŐĂƐƚŚĞĞƌ ǀĂŶ ĞĞŶ ǀĂŶ ĚĞ ϯϬ ƵƐŝŶĞƐƐ DĞĞƟŶŐƐ ŽƉ Ƶǁ ƐƚĂŶĚ ŽĨ ďŝũ ĚĞ ĐĞŶƚƌĂůĞ ZŽƵŶĚ dĂďůĞƐ ŽƉ ĚĞ

ďĞƵƌƐǀůŽĞƌ͕ ǁĂĂƌ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ njŝĐŚ ŽŶůŝŶĞ ǀŽŽƌ ŬƵŶŶĞŶ ĂĂŶŵĞůĚĞŶ

н

WĞƌƐŽŽŶůŝũŬ ůŝĚŵĂĂƚƐĐŚĂƉ ƵƵƌnjĂĂŵ 'ĞďŽƵǁĚ ǀŽŽƌ ĠĠŶ ƉĞƌƐŽŽŶ͕ ŝŶĐůƵƐŝĞĨ ŐƌĂƟƐ ĚĞĞůŶĂŵĞ ĂĂŶ ƐĞŵŝŶĂƌƐ ĞŶ

ĐŽŶŐƌĞƐƐĞŶ ǀĂŶ ƵƵƌnjĂĂŵ 'ĞďŽƵǁĚ ƚĞƌ ǁĂĂƌĚĞ ǀĂŶ Φ ϰϵϱ͕ͲΎ

WƌŝũƐ͗ Φ Ϯϳ͘ϱϬϬ͕ͲΎ

WƌŝũƐ WĂƌƚŶĞƌƐ ƵƵƌnjĂĂŵ 'ĞďŽƵǁĚ͗ Φ Ϯϱ͘ϬϬϬ͕ͲΎ

;ZĞͿ ƵŝůĚŝŶŐ ƚŚĞ &ƵƚƵƌĞ Ͳ ϮϮ ƚͬŵ Ϯϰ ŵĂĂƌƚ ϮϬϭϲ Ͳ Z / ŵƐƚĞƌĚĂŵ


Zilveren Pakket ,Ğƚ njŝůǀĞƌĞŶ ƉĂŬŬĞƚ ďŝĞĚƚ Ƶǁ ĚĞĞůŶĂŵĞ ŐĞŵĂŬ͕ ůƵdžĞ ĞŶ ĐŽŵĨŽƌƚ͘ h ďĞƉĂĂůƚ njĞůĨ Ƶǁ ƐƚƌĂƚĞŐŝƐĐŚĞ ƚŽƉůŽĐĂƟĞ ŽƉ ĚĞ ďĞƵƌƐǀůŽĞƌ ĞŶ Ƶ ŶĞĞŵƚ ĚĞĞů ĂĂŶ ĚĞ /ŶŶŽǀĂƟĞ ŽƵůĞǀĂƌĚ͕ ǁĂĂƌ Ƶ ĚĞ ŐĞůĞŐĞŶŚĞŝĚ ŬƌŝũŐƚ Ƶǁ ŽƉůŽƐƐŝŶŐ ŽƉ ĞĞŶ ƐŽŬŬĞů ƚĞ ƉƌĞƐĞŶƚĞƌĞŶ ŶĂĂƐƚ Ƶǁ ƐƚĂŶĚƌƵŝŵƚĞ͘ sŽŽƌĂĨŐĂĂŶĚ ĂĂŶ ŚĞƚ ĞǀĞŶƚ ǁŽƌĚƚ Ğƌ ŐĞƌŝĐŚƚ ĂĂŶĚĂĐŚƚ ďĞƐƚĞĞĚ ĂĂŶ Ƶǁ ŽƉůŽƐƐŝŶŐĞŶ ŝŶ ŚĞƚ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ DĂŐĂnjŝŶĞ͘ <ŽƌƚŽŵ͕ ǁŝũ ŽƌŐĂŶŝƐĞƌĞŶ ĂůůĞƐ ƌŽŶĚŽŵ Ƶǁ ĚĞĞůŶĂŵĞ͘ KĨ ŚĞƚ ŶƵ ŐĂĂƚ Žŵ ĚĞ ƐƚĂŶĚĐĂƚĞƌŝŶŐ͕ ƐƚĂŶĚŝŶƌŝĐŚƟŶŐ ŽĨ ĐŽŵŵƵŶŝĐĂƟĞ ƌŝĐŚƟŶŐ Ƶǁ ŬůĂŶƚĞŶ͘ tŝũ njŽƌŐĞŶ ĚĂƚ ĂůůĞƐ ŐĞƌĞĞĚ ŝƐ njŽĚĂƚ Ƶ njŝĐŚnjĞůĨ ŬƵŶƚ ĨŽĐƵƐƐĞŶ ŽƉ Ƶǁ ĞŝŐĞŶ ǁĞƌŬnjĂĂŵŚĞĚĞŶ͕ ǁĂĂƌĚŽŽƌ Ƶ ƟũĚ ĞŶ ŐĞůĚ ďĞƐƉĂĂƌƚ͘ ^ƚĂŶĚ njŝůǀĞƌ͕ ŝŶƌŝĐŚƟŶŐ ďƵƐŝŶĞƐƐ

Stand en toegangskaarten ͻ

ůůͲŝŶ ƐƚĂŶĚ ǀĂŶ Ϯϰ ŵ² ŝŶĐůƵƐŝĞĨ ŚŽƵƚĞŶ ƐƚĂŶĚďŽƵǁ ;ŵĞƚ ĞŝŐĞŶ ǀŝƐƵĂůͿ͕ > ͲƐĐŚĞƌŵ͕ ĞůĞŬƚƌĂ͕ ǀůŽĞƌďĞĚĞŬŬŝŶŐ͕

ŵĞƵďŝůĂŝƌ ĞŶ ďĂƐŝƐĐĂƚĞƌŝŶŐ ;ŬŽĸĞͬƚŚĞĞ͕ ŐĞǀƵůĚĞ ŬŽĞůŬĂƐƚ͕ ǀĞƌnjŽƌŐĚĞ ůƵdžĞ ůƵŶĐŚͿ ǀŽŽƌ ĚĞ ƐƚĂŶĚďĞŵĂŶŶŝŶŐ

ͻ

<ĞƵnjĞ Ƶŝƚ ƐƚĂŶĚŝŶƌŝĐŚƟŶŐ ƵƐŝŶĞƐƐ ŽĨ >ŽƵŶŐĞ

ͻ

^ŽŬŬĞů ĂĂŶƐůƵŝƚĞŶĚ ďŝũ Ƶǁ ƐƚĂŶĚ ĂůƐ ŽŶĚĞƌĚĞĞů ǀĂŶ ĚĞ /ŶŶŽǀĂƟĞ ŽƵůĞǀĂƌĚ

ͻ

dŽŽŶ Ƶǁ ŝŶŶŽǀĂƟĞĐŽŶĐĞƉƚ͕ ͲƉƌŽĚƵĐƚ ŽĨ ͲĚŝĞŶƐƚ ŝŶ ĞĞŶ ŽŶĐĞƉƚ ƌĞĂ ŶĂĂƌ ŬĞƵnjĞ

ͻ

dŽĞŐĂŶŐ ǀŽŽƌ ϲϬ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ ŵĞƚ ƵŶŝĞŬĞ s/W ƵŝƚŶŽĚŝŐŝŶŐƐĐŽĚĞ͕ ŐƌĂƟƐ ŐĂƌĚĞƌŽďĞ ĞŶ ŐĞďƌƵŝŬ E^ͲĚĞĂů

;ǀŽŽƌ Φ ϵ͕Ͳ ƌĞƚŽƵƌ ǀĂŶƵŝƚ ŚĞĞů EĞĚĞƌůĂŶĚͿ

ͻ

ĂŐĞůŝũŬƐ ŐƌĂƟƐ ƚŽĞŐĂŶŐ ǀŽŽƌ ϯ ƉĞƌƐŽŶĞŶ ƐƚĂŶĚďĞŵĂŶŶŝŶŐ͕ ŝŶĐůƵƐŝĞĨ ƉĂƌŬĞƌĞŶ

DĂƌŬĞƟŶŐƉĂŬŬĞƚ ƚ͘ǁ͘ǀ͘ Φ ϰ͘ϬϬϬ͕ͲΎ ͻ

ϭ ƉĂŐŝŶĂ ϭͬϭ ĂĚǀĞƌƚĞŶƟĞ ŝŶ ŚĞƚ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ DĂŐĂnjŝŶĞ

ͻ

sĞƌŵĞůĚŝŶŐ ǀĂŶ Ƶǁ ůŽŐŽ ĞŶ ďĞĚƌŝũĨƐƉƌŽĮĞů ŽƉ ǁǁǁ͘ ƵŝůĚŝŶŐ,ŽůůĂŶĚ͘Ŷů

/ŶďƌĞŶŐ ŽƉ ŚĞƚ ƉƌŽŐƌĂŵŵĂ ͻ

DŝĚĚĞůƐ ĞĞŶ ĨŽƌŵƵůŝĞƌ ŬƵŶƚ Ƶ ƐƵŐŐĞƐƟĞƐ ŝŶĚŝĞŶĞŶ ǀŽŽƌ ƚŚĞŵĂ͛Ɛ ĞŶ ƐƉƌĞŬĞƌƐ ǀŽŽƌ ĚĞ ŝŶŚŽƵĚĞůŝũŬĞ

ƉƌŽŐƌĂŵŵĂΖƐ

ͻ

tŽƌĚ ŐĂƐƚŚĞĞƌ ǀĂŶ ĞĞŶ ǀĂŶ ĚĞ ϯϬ ƵƐŝŶĞƐƐ DĞĞƟŶŐƐ ďŝũ ĞĞŶ ǀĂŶ ĚĞ ĐĞŶƚƌĂůĞ ZŽƵŶĚ dĂďůĞƐ ŽƉ ĚĞ ďĞƵƌƐǀůŽĞƌ͕

ǁĂĂƌ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ njŝĐŚ ŽŶůŝŶĞ ǀŽŽƌ ŬƵŶŶĞŶ ĂĂŶŵĞůĚĞŶ

WƌŝũƐ͗ Φ ϭϳ͘ϱϬϬ͕ͲΎ

WƌŝũƐ ƉĂƌƚŶĞƌƐ ƵƵƌnjĂĂŵ 'ĞďŽƵǁĚ͗ Φ ϭϱ͘ϬϬϬ͕ͲΎ

;ZĞͿ ƵŝůĚŝŶŐ ƚŚĞ &ƵƚƵƌĞ Ͳ ϮϮ ƚͬŵ Ϯϰ ŵĂĂƌƚ ϮϬϭϲ Ͳ Z / ŵƐƚĞƌĚĂŵ


Bronzen Pakket ,Ğƚ ďƌŽŶnjĞŶ ƉĂŬŬĞƚ ďŝĞĚƚ Ƶ ĂůůĞƐ Žŵ ŚĞĞů ŐĞƌŝĐŚƚ ĞŶ ĞĸĐŝģŶƚ Ƶǁ ƉŽƚĞŶƟģůĞ ŽƉĚƌĂĐŚƚŐĞǀĞƌ ƚĞ ŽŶƚŵŽĞƚĞŶ͘ h ŬƌŝũŐƚ ĞĞŶ ƉĞƌĨĞĐƚĞ ƐƚĂŶĚůŽĐĂƟĞ ĂĂŶŐĞďŽĚĞŶ͕ ŝŶĐůƵƐŝĞĨ ďƵƐŝŶĞƐƐ ŽĨ ůŽƵŶŐĞ ŵĞƵďŝůĂŝƌ͕ ǁĂĂƌ Ƶ ǀŝĂ ĞĞŶ ƐŽŬŬĞů ĞŶ ĞĞŶ > ͲƐĐŚĞƌŵ Ƶǁ ƉƌŽĚƵĐƚ ŽĨ ĚŝĞŶƐƚ ŐĞŵĂŬŬĞůŝũŬ ŬƵŶƚ ƉƌĞƐĞŶƚĞƌĞŶ͘ ĂĂƌŶĂĂƐƚ ŽŶĚĞƌƐƚĞƵŶĞŶ ǁŝũ Ƶ ŵĞƚ ĚĞ ĐŽŵŵƵŶŝĐĂƟĞ ǀŽŽƌĂĨͲ ŐĂĂŶĚ ĂĂŶ ŚĞƚ ĞǀĞŶƚ͘

^ƚĂŶĚ ďƌŽŶƐ͕ ŝŶƌŝĐŚƟŶŐ ůŽƵŶŐĞ

Stand en toegangskaarten ͻ

ůůͲŝŶ ƐƚĂŶĚ ǀĂŶ ϭϮ ŵ² ŝŶĐůƵƐŝĞĨ ŚŽƵƚĞŶ ƐƚĂŶĚďŽƵǁ ;ŵĞƚ ĞŝŐĞŶ ǀŝƐƵĂůͿ͕ > ͲƐĐŚĞƌŵ͕ ĞůĞŬƚƌĂ͕ ǀůŽĞƌďĞĚĞŬŬŝŶŐ͕

ŵĞƵďŝůĂŝƌ ĞŶ ŬŽĸĞͬƚŚĞĞͬǁĂƚĞƌ ĞŶ ůƵŶĐŚ ŽƉ ĚĞ ƐƚĂŶĚ

ͻ

<ĞƵnjĞ Ƶŝƚ ƐƚĂŶĚŝŶƌŝĐŚƟŶŐ ƵƐŝŶĞƐƐ ŽĨ >ŽƵŶŐĞ

ͻ

^ŽŬŬĞů ĂĂŶƐůƵŝƚĞŶĚ ďŝũ Ƶǁ ƐƚĂŶĚ ĂůƐ ŽŶĚĞƌĚĞĞů ǀĂŶ ĚĞ /ŶŶŽǀĂƟĞ ŽƵůĞǀĂƌĚ

ͻ

dŽŽŶ Ƶǁ ŝŶŶŽǀĂƟĞĐŽŶĐĞƉƚ͕ ͲƉƌŽĚƵĐƚ ŽĨ ͲĚŝĞŶƐƚ ŝŶ ĞĞŶ ŽŶĐĞƉƚ ƌĞĂ ŶĂĂƌ ŬĞƵnjĞ

ͻ

dŽĞŐĂŶŐ ǀŽŽƌ ϮϬ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ ŵĞƚ ƵŶŝĞŬĞ s/W ƵŝƚŶŽĚŝŐŝŶŐƐĐŽĚĞ͕ ŐƌĂƟƐ ŐĂƌĚĞƌŽďĞ ĞŶ ŐĞďƌƵŝŬ E^ͲĚĞĂů

;ǀŽŽƌ Φ ϵ͕Ͳ ƌĞƚŽƵƌ ǀĂŶƵŝƚ ŚĞĞů EĞĚĞƌůĂŶĚͿ

ͻ

ĂŐĞůŝũŬƐ ŐƌĂƟƐ ƚŽĞŐĂŶŐ ǀŽŽƌ Ϯ ƉĞƌƐŽŶĞŶ ƐƚĂŶĚďĞŵĂŶŶŝŶŐ͕ ŝŶĐůƵƐŝĞĨ ƉĂƌŬĞƌĞŶ

DĂƌŬĞƟŶŐƉĂŬŬĞƚ ƚ͘ǁ͘ǀ͘ Φ Ϯ͘ϬϬϬ͕ͲΎ ͻ

ϭ ĂĚǀĞƌƚĞŶƟĞ ǀĂŶ ĞĞŶ Ъ ƉĂŐŝŶĂ ŝŶ ŚĞƚ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ DĂŐĂnjŝŶĞ

ͻ

sĞƌŵĞůĚŝŶŐ ǀĂŶ Ƶǁ ůŽŐŽ ĞŶ ďĞĚƌŝũĨƐƉƌŽĮĞů ŽƉ ǁǁǁ͘ ƵŝůĚŝŶŐ,ŽůůĂŶĚ͘Ŷů

/ŶďƌĞŶŐ ŽƉ ŚĞƚ ƉƌŽŐƌĂŵŵĂ ͻ

DŝĚĚĞůƐ ŚĞƚ ŝŶƐĐŚƌŝũīŽƌŵƵůŝĞƌ ŬƵŶƚ Ƶ ƐƵŐŐĞƐƟĞƐ ŝŶĚŝĞŶĞŶ ǀŽŽƌ ƚŚĞŵĂ͛Ɛ ĞŶ ƐƉƌĞŬĞƌƐ ǀŽŽƌ ĚĞ ŝŶŚŽƵĚĞůŝũŬĞ

ƉƌŽŐƌĂŵŵĂΖƐ

ͻ

tŽƌĚ ŐĂƐƚŚĞĞƌ ǀĂŶ ĞĞŶ ǀĂŶ ĚĞ ϯϬ ƵƐŝŶĞƐƐ DĞĞƟŶŐƐ ďŝũ ĞĞŶ ǀĂŶ ĚĞ ĐĞŶƚƌĂůĞ ZŽƵŶĚ dĂďůĞƐ ŽƉ ĚĞ ďĞƵƌƐǀůŽĞƌ͕

ǁĂĂƌ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ njŝĐŚ ŽŶůŝŶĞ ǀŽŽƌ ŬƵŶŶĞŶ ĂĂŶŵĞůĚĞŶ

WƌŝũƐ͗ Φ ϳ͘ϱϬϬ͕ͲΎ

WƌŝũƐ ƉĂƌƚŶĞƌƐ ƵƵƌnjĂĂŵ 'ĞďŽƵǁĚ͗ Φ ϲ͘ϳϱϬ͕ͲΎ

;ZĞͿ ƵŝůĚŝŶŐ ƚŚĞ &ƵƚƵƌĞ Ͳ ϮϮ ƚͬŵ Ϯϰ ŵĂĂƌƚ ϮϬϭϲ Ͳ Z / ŵƐƚĞƌĚĂŵ


Innovatie Paviljoen Pakket ,Ğƚ ŝŶŶŽǀĂƟĞ ƉĂǀŝůũŽĞŶ ƉĂŬŬĞƚ ďŝĞĚƚ Ƶ ĚĞ ŵŽŐĞůŝũŬŚĞŝĚ Žŵ ŐĞŵĂŬŬĞůŝũŬ ĞŶ ĚŽĞůŐĞƌŝĐŚƚ Ƶǁ ĐŽŶĐĞƉƚ ƚĞ ƉƌĞƐĞŶƚĞƌĞŶ ĂĂŶ Ƶǁ ŽƉĚƌĂĐŚƚŐĞǀĞƌƐ͘ ŽŽƌ ŵŝĚĚĞů ǀĂŶ ĞĞŶ dĂďůĞdŽƉ ƐƚĂŶĚƉůĂĂƚƐ ŬƵŶƚ Ƶ ŝŶ ĠĠŶ ǀĂŶ ĚĞ ĚƌŝĞ /ŶŶŽǀĂƟĞ WĂǀŝůũŽĞŶƐ ǀĞƌĚĞĞůĚ ŽǀĞƌ ĚĞ ďĞƵƌƐǀůŽĞƌ ĚĞĞůŶĞŵĞŶ͘ Ğ ŝŶƌŝĐŚƟŶŐ ǀĂŶ Ƶǁ dĂďůĞdŽƉ ƐƚĂŶĚƉůĂĂƚƐ ĞǀĞŶĂůƐ ŬŽĸĞ͕ ƚŚĞĞ͕ ǁĂƚĞƌ ĞŶ ĞĞŶ ůƵŶĐŚ ǁŽƌĚƚ ǀŽŽƌ Ƶ ǀĞƌnjŽƌŐĚ͘

TableTop standplaats Stand en toegangskaarten ͻ

dĂďůĞdŽƉ ƐƚĂŶĚƉůĂĂƚƐ ǀĂŶ ϰ ŵ² ŝŶ ĞĞŶ ǀĂŶ ĚĞ ĚƌŝĞ /ŶŶŽǀĂƟĞƉĂǀŝůũŽĞŶƐ ŵĞƚ ŐĞĚĞĞůĚĞ ŽŶƚǀĂŶŐƐƚͬƉƌĞƐĞŶƚĂƟĞ

ƌƵŝŵƚĞ͕ ŝŶĐůƵƐŝĞĨ ŵĞƵďŝůĂŝƌ͕ ǀŝƐƵĂů͕ ĞůĞŬƚƌĂ͕ ǀůŽĞƌďĞĚĞŬŬŝŶŐ ĞŶ ŬŽĸĞͬƚŚĞĞͬǁĂƚĞƌͬůƵŶĐŚ ŽƉ ĚĞ ƐƚĂŶĚ

ͻ

dŽĞŐĂŶŐ ǀŽŽƌ ϭϬ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ ŵĞƚ ƵŶŝĞŬĞ s/W ƵŝƚŶŽĚŝŐŝŶŐƐĐŽĚĞ͕ ŐƌĂƟƐ ŐĂƌĚĞƌŽďĞ ĞŶ ŐĞďƌƵŝŬ E^ͲĚĞĂů

;ǀŽŽƌ Φ ϵ͕Ͳ ƌĞƚŽƵƌ ǀĂŶƵŝƚ ŚĞĞů EĞĚĞƌůĂŶĚͿ

ͻ

ĂŐĞůŝũŬƐ ŐƌĂƟƐ ƚŽĞŐĂŶŐ ǀŽŽƌ ϭ ƉĞƌƐŽŽŶ ƐƚĂŶĚďĞŵĂŶŶŝŶŐ͕ ŝŶĐůƵƐŝĞĨ ƉĂƌŬĞƌĞŶ

DĂƌŬĞƟŶŐƉĂŬŬĞƚ ƚ͘ǁ͘ǀ͘ Φ ϭ͘ϬϬϬ͕ͲΎ ͻ

sĞƌŵĞůĚŝŶŐ ǀĂŶ Ƶǁ ůŽŐŽ ĞŶ ďĞĚƌŝũĨƐƉƌŽĮĞů ŽƉ ǁǁǁ͘ ƵŝůĚŝŶŐ,ŽůůĂŶĚ͘Ŷů

WƌŝũƐ͗ Φ ϯ͘ϳϱϬ͕ͲΎ

WƌŝũƐ ƉĂƌƚŶĞƌƐ ƵƵƌnjĂĂŵ 'ĞďŽƵǁĚ͗ Φ Ϯ͘ϵϵϱ͕ͲΎ

Paviljoen overview

;ZĞͿ ƵŝůĚŝŶŐ ƚŚĞ &ƵƚƵƌĞ Ͳ ϮϮ ƚͬŵ Ϯϰ ŵĂĂƌƚ ϮϬϭϲ Ͳ Z / ŵƐƚĞƌĚĂŵ


Programma's Om de bezoekers van Building Holland te inspireren en te informeren zijn er diverse keynotes, marketvisions, ǁŽƌŬƐŚŽƉƐ ĞŶ ƌŽƵŶĚ ƚĂďůĞƐ ďŝũ ƚĞ ǁŽŶĞŶ ƟũĚĞŶƐ ŚĞƚ ĞǀĞŶƚ͘ ƌ njŝũŶ ĚƌŝĞ ƉŽĚŝĂ ǀĞƌĚĞĞůĚ ŽǀĞƌ ĚĞ ďĞƵƌƐǀůŽĞƌ ŵĞƚ ĞůŬ ĞĞŶ ĞŝŐĞŶ ƉƌŽŐƌĂŵŵĂ ǁĂĂƌ ďĞnjŽĞŬĞƌƐ ŬĞŶŶŝƐ ĞŶ ŝŶƐƉŝƌĂƟĞ ŬƵŶŶĞŶ ŽƉĚŽĞŶ͘ In 2015 was onder andere de keynote van Daan Roosegaarde een enorme publiekstrekker en ook voor 2016 zijn de ƉƌŽŐƌĂŵŵĂΖƐ ǀĞĞůďĞůŽǀĞŶĚ͘ EĂĂƐƚ ŝŶƚĞƌĞƐƐĂŶƚĞ ƐƉƌĞŬĞƌƐ ďŝĞĚƚ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ ŽŽŬ ƉŽĚŝƵŵ ĂĂŶ ĚŝǀĞƌƐĞ ƐŝĚĞ ĞǀĞŶƚƐ͘ ĞŶŬ ŚŝĞƌďŝũ ĂĂŶ ŽŶĚĞƌ ĂŶĚĞƌĞ ĚĞ ƉƌŝũƐƵŝƚƌĞŝŬŝŶŐ ǀĂŶ ĚĞ EĞĚĞƌůĂŶĚƐĞ ƵƵƌnjĂĂŵ ŽƵǁĞŶ ǁĂƌĚƐ ŽƉ ĚŝŶƐĚĂŐ ϮϮ ŵĂĂƌƚ͘ ĞŶ ĚĂŐ ůĂƚĞƌ ǀŝŶĚƚ het Green Buildings Congres plaats van Corporate Facility Partners met het thema: ‘Nederland als Duurzame Delta ǀĂŶ ƵƌŽƉĂ͛͘ ͛Ɛ ǀŽŶĚƐ ǀŽůŐƚ ŚĞƚ 'ƌĞĞŶ dŝĞ 'ĂůĂ ŵĞƚ ĚĞ ƉƌŝũƐƵŝƚƌĞŝŬŝŶŐ ǀĂŶ ĚĞ ƵƵƌnjĂŵĞ ϱϬ sĂƐƚŐŽĞĚ E> ǀŽŽƌ ĚĞ ŵĞĞƐƚ ŝŶǀůŽĞĚƌŝũŬĞ ĚƵƵƌnjĂŵĞ ƉĞƌƐŽŽŶ ŝŶ ĚĞ ďŽƵǁͲ ĞŶ ǀĂƐƚŐŽĞĚƐĞĐƚŽƌ ŝŶ EĞĚĞƌůĂŶĚ ŽƉ ĚĂƚ ŵŽŵĞŶƚ͘ ,ŽƵ ǁǁǁ͘ ƵŝůĚŝŶŐ,ŽůůĂŶĚ͘Ŷů ŝŶ ĚĞ ŐĂƚĞŶ ǀŽŽƌ ĂůůĞ ƐŝĚĞ ĞǀĞŶƚƐ͘

(Re)Building the Future - 22 t/m 24 maart 2016 - RAI Amsterdam


Plattegrond

Legenda Concept Area’s

Podia: GAIA, NEXUS en CREATIO

/ŶŶŽǀĂƟĞ WĂǀŝůũŽĞŶƐ

;ZĞͿ ƵŝůĚŝŶŐ ƚŚĞ &ƵƚƵƌĞ Ͳ ϮϮ ƚͬŵ Ϯϰ ŵĂĂƌƚ ϮϬϭϲ Ͳ Z / ŵƐƚĞƌĚĂŵ


WůĂƩĞŐƌŽŶĚ ƵŝůĚŝŶŐ ,ŽůůĂŶĚ


Deze partners gingen u voor

Authorized dealer

(Re)Building the Future - 22 t/m 24 maart 2016 - RAI Amsterdam


(Re)Building the Future - 22 t/m 24 maart 2016 - RAI Amsterdam


*Colofon Building Holland is een product van Duurzaam Gebouwd, deze brochure is een uitgave van DGB BV. Genoemde prijzen zijn exclusief BTW. Uitgever en auteurs verklaren dat deze brochure op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld. Alle voorwaarden en prijzen in deze brochure gelden onder voorbehoud van wijzigingen en eventuele zet- en drukfouten. Uitgever en auteurs kunnen op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook.

Building Holland www.BuildingHolland.nl T +31(0)85 - 273 59 70 Beekhuizense weg 11 6881 AA Velp

RAI Amsterdam Europaplein 22 1078 GZ Amsterdam


Interview Topeconoom komt naar Nederland voor Smart Cities Event

Rifkin: De derde industriële revolutie Op woensdag 4 november van 14.15 tot 18.15 uur organiseert TVVL een evenement in Mediaplaza van de Jaarbeurs te Utrecht. Tijdens deze middag staat gerenommeerd schrijver en spreker Jeremy Rifkin centraal. Rifkin is een Amerikaanse econoom en schrijver die de impact van wetenschappelijke en technologische veranderingen op de economie, arbeidsmarkt, samenleving en het milieu bestudeert. Hij is bekend van onder andere ‘The Internet of Things’ en ‘The Third Industrial Revolution’. Tekst: Prof.ir. P.G. (Peter) Luscuere, onafhankelijk consultant en hoogleraar Building Services, TU Delft

industriële activiteit plaatsgevonden en ook hier ging dat ten koste van veel laagwaardige arbeid. De derde en huidige industriële revolutie betreft het samengaan van wederom een energierevolutie en een grote doorbraak op het gebied van de informatietechnologie. De transitie naar een hernieuwbare energievoorziening, gefaciliteerd door internettechnologie die onze elektriciteitsnetten transformeren naar een intelligent stroomnetwerk, het Intergrid.

Nieuw Economisch Paradigma

Jeremy Rifkin

Jeremy Rifkin ziet hoe onze maatschappij zich sprongsgewijs ontwikkelt door een gelijktijdige technologische doorbraak op het gebied van energie- en informatietechnologie. De eerste industriële revolutie vond plaats toen James Watt de stoommachine introduceerde. Machines vervingen menselijke en dierlijke arbeidskracht, hetgeen leidde tot een explosieve stijging van industriële bedrijvigheid. Deze energierevolutie versnelde het proces enorm, wat leidde tot alfabetisering op grote schaal. De levensstandaard nam toe en laagwaardige arbeid ging verloren, een samengaan dat nog enkele malen zou volgen. De tweede industriële revolutie betrof de introductie van de interne verbrandingsmotor door onder andere Otto in combinatie met elektrificatie van de informatie-uitwisseling. Eerst via de telegraaf, toen per telefoon en ten slotte tot op de dag van vandaag met behulp van de computer en het internet. Ook hier heeft een exponentiële stijging van de

De derde revolutie betreft méér dan een gewijzigde technologie, die slechts mogelijk is door een andere economische werkelijkheid. Waar de eerste en tweede industriële revolutie voortkwamen uit het bijeenbrengen van veel kapitaal en bedrijvigheid, bestaande uit veel mensen die in loondienst werkten, is de derde revolutie er een van de gemeenschap. Vanaf het moment dat hernieuwbare energiesystemen voor particulieren zichzelf terugverdienden, vond er een ongehoorde investeringsgolf plaats. In Duitsland alleen al werd er in zo’n tien jaar 40 gigawatt (GW) aan zonneenergiesystemen geplaatst, veelal op particulier initiatief. Dit is een democratisering van onze energievoorziening. Niet langer zijn grote kapitaalintensieve energievoorzieningen de maat der dingen, maar meer en meer de som van onvoorstelbaar veel relatief kleine, duurzame initiatieven. Dat is een van de uitgangspunten van Rifkin: onze gebouwen ombouwen tot kleine energiecentrales.

Overvloed aan zonne-energie En hoewel de op de aarde vallende zonne-energie overvloedig is – afhankelijk van bepaalde aannames 5.000 tot 10.000 maal onze huidige behoefte – is er meer nodig dan zonnepanelen alleen. De zon schijnt niet altijd en ook niet altijd even sterk, reden waarom opslag noodzakelijk

duurzaam gebouwd | september 2015

95


Viega Smartloop

10 jaar ervaring in energie- en kostenbesparing.

viega.nl/Smartloop

Duizenden installaties als bewijs Wie energie en kosten wil besparen, weet zich verzekerd van de overtuigende innovaties van Viega. Neem de Smartloop-Inlinertechniek. Die zorgt ervoor dat de temperatuur in de warmtapwaterinstallatie niet verloren gaat. Het principe is simpel maar uiterst vernuftig: de retourleiding is geĂŻntegreerd in de stijgleiding voor warmtapwater. Dat betekent: minder betonkernboren, brandveiligheidsvoorzieningen, leidingisolatie en bevestiging. Zo bespaart u tot 20 % op tijd ĂŠn kosten. En omdat het warmtapwater minder afkoelt, verbetert ook de energiehuishouding per etage. Dat zorgt in gebouwen met meerdere verdiepingen voor nĂłg meer besparingen. Dat bedoelt Viega nou met overtuigende innovaties. Viega. Altijd beter!


Interview

is. Accu’s zullen zeker een rol spelen en Tesla speelt hier momenteel slim op in, maar het is de vraag of we voldoende materialen beschikbaar hebben om aan de vraag hiernaar te kunnen voldoen. Zeker om de eerste perioden te overbruggen zullen we van deze en andere opslagtechnieken wel gebruik moeten maken, hoewel die vanuit milieutechnisch oogpunt minder wenselijk kunnen zijn. Het aardige aan de visie van Rifkin is dat de zonneenergie dermate overvloedig is dat efficiency-vragen minder relevant worden dan het effectieve gebruik van de natuurlijke hulpbronnen. Nu reeds speelt in Duitsland af en toe een ‘overmaat’ aan zonne-energie: het traditioneel opgezette energienet (centrale opwekking, decentrale consumptie) wordt meer en meer gebruikt om decentraal opgewekte energie naar andere gebruikers te transporteren. Het overschot kan nu en zeker in de toekomst gebruikt worden voor bijvoorbeeld elektrolyse, waarbij de vrijkomende waterstof in feite de energiedrager is, oftewel het Power to Gas-fenomeen. Bij voldoende opwekkingskracht kan dit in potentie een compleet duurzaam alternatief voor onze energievoorziening opleveren. Het is de kracht van vele honderden miljoenen inwoners die gezamenlijk meer gewicht in de schaal kunnen leggen dan vele, en uiteindelijk misschien wel alle, elektriciteitscentrales ter wereld.

Waterstofeconomie De energiedrager waterstof is tezamen met brandstofceltechnologie een uiterst interessante combinatie. Schone, hernieuwbare en gratis zonne-energie levert met behulp van pv-cellen op en rond onze gebouwen elektrische energie. Deze wordt direct gebruikt voor de opwekking van waterstof als tussentijdse energiedrager. Vervolgens wordt deze waterstof als ‘brandstof’ gebruikt door omzetting in brandstofcellen in: elektriciteit, warmte, en gedemineraliseerd water. Geen zwaveldioxide- (SO2), CO2- of PM2,5-(fijnstofdeeltjes kleiner dan 2,5 micrometer) emissies, geen uitputting van fossiele brandstoffen, geen nucleair afval of gerelateerde calamiteiten en dat alles op basis van gratis ter beschikking staande hernieuwbare energie: de zon. Brandstofcellen zijn eveneens uiterst geschikt voor het bekrachtigen van onze elektrische vervoermiddelen, zodat onze mobiliteit gewaarborgd is. Daarenboven worden deze brandstofcellen slechts circa vijf tot tien procent van de tijd daadwerkelijk voor vervoer gebruikt. Ieder jaar wordt er meer motorvermogen op de weg gebracht dan we aan elektriciteitscentrales wereldwijd hebben opgesteld. Indien deze kleine powerplants bij stilstand aan het net gekoppeld worden, kunnen zij meer dan voldoende in onze totale energiebehoefte voorzien. De enige vraag is of we op tijd voldoende hoogwaardig gerecyclede materialen beschikbaar hebben.

De entropierekening Een van de meest interessante onderdelen van Rifkins zienswijze is het gemak waarmee hij verschillende

disciplines met elkaar vermengt. Economie, politiek en thermodynamica (interacties tussen grote verzamelingen van deeltjes op een macroscopisch niveau) worden logisch en inzichtelijk met elkaar in verband gebracht. Zo ook de rekening voor het verbranden van onze fossiele voorraden in de laatste twee eeuwen, toepasselijk de entropierekening genoemd. De hieraan gerelateerde CO2-uitstoot kan in potentie een catastrofale klimaatverandering initiëren. Ook het betrekken van milieu- en gezondheidseffecten in onze economische werkelijkheid geeft een heel ander beeld van onze economische werkelijkheid. Ons BNP, reeds lange tijd de maat van onze economische welvaart, wordt bepaald door de som van alle goederen en diensten, positief of negatief, dus ook die van de sanering van lozingen van giftig afval, of die van benodigde politiebescherming. Bedenk hierbij dat het IMF recentelijk een rapport uitbracht (mei 2015) waarin berekend wordt dat er ca. $ 5,3 biljoen ‘subsidie’ per jaar aan de fossiele brandstofindustrie wordt verstrekt door het niet in rekening brengen van de negatieve effecten op milieu en mens. In euro's is dat ca. 4,9 biljoen per jaar, oftewel € 9,3 miljoen per minuut.

Nieuw Maatschappelijk Paradigma De ontwikkelingen die Rifkin schetst, betreffen niets meer en niets minder dan een nieuwe maatschappelijke ordening. Van centraal aangestuurde grote kapitaalintensieve installaties en fabrieken naar kleinschalige collectiviteiten. Het is de democratisering van energieopwekking en op termijn evenzeer van kleinschalige (3D-)productie. Het is een overgang van socialistische en kapitalistische ideologieën naar een maatschappij van samenwerking. Gebruik wordt belangrijker dan bezit en we zien dat al bij de jongere generaties. Tussenpartijen verdienen traditioneel op basis van hun toegevoegde waarde en transactiekosten. Indien deze nagenoeg verdwijnen, zoals bij eigen energieopwekking en thuisproductie door middel van 3D-printing gebeurt, dan verdwijnen deze posities en kosten, hetgeen uiteindelijk leidt tot ‘The Zero Marginal Cost Society’, tevens de titel van het volgende boek van Rifkin.

Op 4 november 2015 spreekt Rifkin tijdens het Smart Cities Event van TVVL in MediaPlaza, Jaarbeurs Utrecht. Zijn visie op een duurzame economie, die middels zijn bestseller ‘De derde industriële revolutie’ door talloze wereldleiders is omarmd en onderschreven, staat daar centraal. Als bevriende vereniging van TVVL biedt Duurzaam Gebouwd u een korting aan t.w.v. € 50. Als u zich voor 30 september inschrijft, komt daar nogmaals € 50 aan vroegboekkorting bovenop! Uw toegangskaart kost dan nog maar € 249 in plaats van € 349. Bezoek SmartCitiesEvent.nl om u aan te melden met de kortingscode 'SCEJRDGM' of meer informatie te bekijken.

duurzaam gebouwd | september 2015

97


Om warmteverlies in het monument tegen te gaan is de thermische schil goed geïsoleerd.

Klooster Mariënbosch: slim rekenen en ontwerpen Het voormalige klooster en meisjespensionaat Mariënbosch in Nijmegen is herbestemd tot studentencomplex. Tijdens een rondgang door het rijksmonumentale klooster en naastgelegen nieuwbouw vertellen de ketenpartners trots over het innovatieve duurzaamheidsconcept. Dit zorgt voor meer comfort, een lage energierekening en betaalbare all-in huurprijzen voor studenten. Tekst: Lotte Zaaijer, Fotografie: Marjolein Ansink

Klooster Mariënbosch ligt aan de rand van een bos en op een heuvel in Nijmegen. Half mei is de bestrating rond het klooster bezet met busjes en auto’s met aanhangwagens, want studenten zijn bezig met de verhuizing naar hun nieuwe kamer. Samen met hun ouders wordt druk geklust, geschilderd en gesjouwd. In het klooster zijn 347 studentenwoningen, waarvan 135 in het

98

september 2015 | duurzaam gebouwd

voormalige klooster en de overige in de nieuwbouw. De studentenwoningen in het klooster zijn allemaal uniek en hebben een eigen karakter: vanuit de woningen aan de voorzijde is ruim uitzicht over de universiteitscampus, aan de achterzijde hebben de woningen glas-in-loodramen, de woningen op de begane grond zijn zo hoog dat er voldoende ruimte is voor een verdieping en vide. In de


Project

voormalige toneelzaal in de toren boven de ingang zijn de grootste woningen met het mooiste uitzicht. De woningen zijn allemaal uitgerust met een keuken en badkamer.

Van koopwoningen naar studentenwoningen Het gebouw is in 1923-1924 gebouwd door Charles Estourgie als klooster en meisjespensionaat voor 175 kostgangers. Het vierkante complex heeft in eerste instantie een grote binnenplaats in het midden; in 1929 werd in het midden een kapel gebouwd. Aan weerszijde van de kapel bleven twee stroken met buitenruimte over. In 1995 kwam het complex leeg te staan. Architect Egbert Hoogenberk (Harmonische Architectuur) vertelt over het eerste plan voor herbestemming tot 29 koopappartementen: “Daarin waren forse serres en balkons tegen de gevels geplaatst om de woningen verkoopbaar te maken.” Dat plan sneuvelde wegens de start van de bouwcrisis, waarop Hazenberg Bouw in 2010 werd gevraagd om een haalbaarheidsonderzoek uit te voeren voor herbestemming tot studenteneenheden, in opdracht van Stichting SSHN, de studentenhuisvester in Nijmegen en Arnhem. De studentenwoningen bleken veel beter bij de eigenschappen van het gebouw te passen. “Je ziet het, het gevelbeeld met de rijke metselwerkornamentiek, natuursteen accenten en glas-inloodramen is nauwelijks aangetast. Ook de kamers passen veel beter binnen de structuur van de plattegrond”, aldus Hoogenberk. Om het plan haalbaar te maken is het aantal studenteneenheden in het voormalige klooster geoptimaliseerd tot 135 wooneenheden en is het complex aan de achterzijde uitgebreid met een U-vormige nieuwbouw met nog eens 212 studentenwoningen. Het voormalige klooster bestaat uit drie bouwlagen en een souterrain. “Het souterrain is aan de achterzijde uitgegraven, het vrijgekomen geveldeel is geaccentueerd met roodgekleurd stucwerk”, vertelt Hoogenberk. De woningen in de nieuwbouw zijn groter, maar de architectuur is een sobere variant van de rijke

Amsterdamse School-architectuur van het voormalige klooster. Met het metselwerk sluit de nieuwbouw aan op de architectuur van het voormalige klooster, maar dan zonder metselwerk ornamentiek, glas-in-loodramen en plastiek in de gevels en vensters.

Dynamisch rekenen In de entreehal is een kruikenwarmer teruggeplaatst uit het voormalige klooster. Waarschijnlijk konden de zusters en kostgangers zich op koude winterdagen aan kruiken opwarmen. De studenten kunnen van meer comfort gaan genieten. Voor het herbestemde klooster is een innovatief duurzaamheidsconcept ontwikkeld dat zorgt voor veel comfort en minder kosten. Dit kwam tot stand door een intensieve samenwerking tussen John van der Doelen (Hazenberg Bouw), Johan Koekkoek (Visietech) en Kees Stunnenberg (SSHN). Met veel enthousiasme vertellen ze over het integrale ontwerpproces waarin ze elkaar steeds de ‘waarom-vraag’ stelden. Koekkoek stelde voor de verwarmingsinstallatie te ontwerpen op basis van een dynamische berekening. Hij legt uit: “Voor het ontwerp van klimaatinstallaties wordt over het algemeen een statische berekeningsmethode gebruikt, die uitgaat van gemiddelde temperaturen en energiegebruik en het werkelijke gebruik buiten beschouwing laat. Dit resulteert in relatief grote installaties die meer capaciteit leveren (en dus groter zijn) dan nodig is. De dynamische rekenmethode neemt ook het werkelijke gebruik mee. Voor de studentenwoningen betekent dit dat rekening wordt gehouden met de warmteproductie in de kamers als gevolg van de computer, koelkast, het douchen en koken.” Van der Doelen en Stunnenberg waren niet meteen overtuigd. Stunnenberg: “Om het voorstel van Visietech te testen heb ik bij een ander studentencomplex een paar ketels uitgezet, eerst één en uiteindelijk bleken slechts vier van de tien verwarmingsketels nodig te zijn om het gewenste comfortniveau te bereiken. Deze test was mede doorslaggevend voor de toepassing van de dynamische rekenmethode bij dit project.”

duurzaam gebouwd | september 2015

99



Project

Doelmatig verwarmen en isoleren

In de buitengevel zijn alle houten kozijnen behouden, maar het enkel glas is vervangen door dubbelglas.

Alle verwarmde ruimten boven elkaar In het voormalige klooster worden ruimten doelmatig verwarmd. Alleen de studentenwoningen worden geïsoleerd en verwarmd. De verkeersruimten niet: de gangen rond de binnenplaats en trappenhuizen fungeren als thermische buffer. Van der Doelen: “Met dit concept is de structuur van het monument optimaal benut. De gangen op de begane grond en verdieping waren al aanwezig, op de tweede verdieping is de gang verlegd van het midden naar de binnenplaats. In de oorspronkelijke gangen is goed zichtbaar dat het gebouw op een stramien van 3 x 3 meter is ontworpen en gebouwd: de gangen zijn 3 meter breed en om de 3 meter is een rondboog. Op de begane grond komt de boogvorm ook terug in de oorspronkelijke gangwand, op de verdiepingen zijn de gangwanden nieuw. Op de vier hoeken van het gebouw zijn monumentale trappenhuizen, met natuursteen trappen, smeedijzeren balustrades en kleurrijke glas-in-loodramen. “Door de gangen boven elkaar te plaatsen ontstond een goede basis voor een efficiënte ruimtelijke indeling en het klimaatconcept: alle verwarmde ruimten liggen boven elkaar”, aldus Van der Doelen. De pelletkachel in het souterrain van de nieuwbouw, een CO2 neutrale energieopwekking, is de verwarmingsketel die het hele complex, inclusief het voormalige klooster, voorziet van warmwater (douche, keuken) en verwarming. Door dynamisch te rekenen en de omvang van de te verwarmen ruimten te beperken bleven de capaciteit en kosten van de kachel beperkt. De werking van de pelletkachel is spectaculair: vanuit de bunker in het souterrain naast de stookruimte worden pellets (korrels geperst hout) de installatie ingeblazen waar ze worden verbrand.

Om warmteverlies in het monument tegen te gaan is de thermische schil goed geïsoleerd. Van der Doelen laat zien: “In de buitengevel zijn alle houten kozijnen behouden, maar het enkel glas is vervangen door dubbelglas. Voor bovenlichten met glas-in-loodramen is aan de binnenzijde voorzetglas geplaatst. Alleen ter plaatse van de ‘conversatiezaal’ zijn stalen kozijnen waarbij het enkelglas is vervangen door monumentenglas.” Deze ruimte uit 1930 vormt niet alleen in het gevelbeeld, maar ook in het interieur een uitzondering binnen het gebouw. De houten banken en kasten tussen de vensters zijn nog origineel. Samen met de twee binnenplaatsen aan weerszijde van de kapel zal de ‘conversatiezaal’ opnieuw een functie krijgen als ontmoetingsplek. Doordat de thermische schil werd verlegd van de gevel aan de binnenplaats naar de gangwand waren geen maatregelen nodig voor de isolatie van de gevels aan de binnenplaats en ter plaatse van de trappenhuizen. Hier zijn het oorspronkelijke enkelglas en de glas-inloodramen in pure vorm te zien. De wanden tussen de studentenwoningen en gangen zijn wel extra geïsoleerd. Bovendien zijn in de woningen zwevende dekvloeren aangebracht. Voor de ventilatie van de studentenwoningen wordt in het voormalige klooster gebruikgemaakt van bestaande openingen onder de vensters die in het verleden zorgden voor de rookgasafvoer van gevelkachels. De lucht wordt in de studentenwoningen mechanisch afgevoerd.

Belonen naar rendement SSHN is met Mooiland zelf eigenaar van de installatietechniek in het gebouw en heeft dus belang bij een goed rendement tijdens de exploitatiefase. Stunnenberg: “Het energiegebruik is per studentenwoning te monitoren: iedere woning heeft een eigen meterkast, die bereikbaar is vanaf de gang. Om te voorkomen dat energie verloren gaat door onjuist gebruik is de bediening van de verwarming in de kamers zo simpel mogelijk gehouden.” Het beheer en onderhoud van de pelletkachels is uitbesteed aan een leverancier. Om een optimaal rendement te behalen bedacht Stunnenberg een financiële prikkel. “Normaal gesproken wordt een leverancier afgerekend op basis van het aantal vrachten pellets. Een leverancier van pellets heeft dus baat bij veel vrachten en niet bij een hoog rendement. Door hem af te rekenen op het aantal geleverde Gigajoule van de kachel, leveren minder vrachten hem juist winst op”. De dynamische rekenmethode, slimme compartimentering, goede isolatie en een optimaal rendement van de pelletkachels zorgen ervoor dat er veel bespaard wordt op de onderhoudskosten. Van der Doelen: “Het duurzaamheidsconcept zal SSHN een besparing gaan opleveren van circa € 1 miljoen over dertig jaar. Dat voordeel wordt doorgerekend in de huurprijzen van de studentenkamers die daardoor betaalbaar blijven. Duurzaamheid hoeft niet meer te kosten. Dit project toont aan dat een goed duurzaamheidsconcept het comfort van bestaande gebouwen verbetert en juist kosten bespaart.”

duurzaam gebouwd | september 2015

101


Zeldzame mix zorgt voor ultieme duurzaamheid Met behoud van al het goede is de voormalige technische school in Veenendaal getransformeerd naar huur- en koopappartementen. Na meer dan vijftig jaar trouwe dienst hebben twee historische gebouwen een gloednieuwe en inmiddels veel beter passende bestemming en een nieuwe naam: De Reünie. Tekst: Marvin van Kempen

de draagconstructie goed was en nog steeds van hoge kwaliteit is. De bouw van De Reünie was destijds een van zijn eerste klussen. ”

Cultuurhistorie bewaakt en bewaard

Johan Blokland, Sjoerd Kleppe en Eric Roodnat.

Aan het roer van de transformatie staat het hoofdzakelijk in Veenendaal opererende Patrimonium woonservice, waarvan Eric Roodnat manager vastgoed is. “We hebben duurzaamheid hoog in het vaandel staan en hebben als een van de eerste woningcorporaties een groot aantal zonnepanelen op de daken van onze woningen gelegd. Daarnaast verwarmen we een behoorlijk aantal appartementen met houtpellets. In 2011 inventariseerden we hoe we het karakteristieke schoolgebouw De Reünie een nieuwe bestemming konden geven.” Bij de kickoff nam het ontwikkelteam de tijd om een rondje door het toenmalige gebouw te maken en de opties te bespreken voor sloop, nieuwbouw en transformatie. “Piet van Doorn, een van de leden van het ontwikkelteam was ongeveer vijftig jaar geleden als jongeman betrokken bij de bouw van de school. Hij vertelde me vol overtuiging dat

102

september 2015 | duurzaam gebouwd

Toen duidelijk werd dat de constructie nog steeds in orde is, kwam de gedachte op om het gebouw te behouden en niet voor sloop te kiezen. “Duurzaamheid in dit project is het beperken van de vraag”, vertelt architect Johan Blokland van opZoom architecten. “We werken heel duurzaam, omdat we het gebouw grotendeels hergebruiken en daardoor een minimaal beroep doen op het gebruik van nieuwe grondstoffen. Tevens geven we door het behoud van het gebouw meer betekenis aan de plek en blijft dit stuk cultuurhistorie van technisch onderwijs voor Veenendaal zichtbaar en behouden. De manshoge historische foto’s in de gangen dragen hier ook aan bij.” Projectontwikkelaar Sjoerd Kleppe van VolkerWessels Vastgoed onderzocht de verschillende opties voor een nieuwe functie. “We kwamen op de gedachte om lofts te maken en de kleinere eenheden te laten fungeren als huurappartementen. Voor veel jongeren uit Veenendaal bleek het namelijk moeilijk om betaalbare huisvesting te vinden. In totaal zijn er 61 koop- en huurappartementen gerealiseerd en iedere eigenaar of huurder heeft toegang tot een privéberging. Het behoud van het oorspronkelijke gebouw en de visie achter de transformatie sprak aan bij de Veenendalers. Dat hebben we natuurlijk op voorhand getest.”

Oud gebouw, nieuw comfort Vanwege de functiewijziging naar een woonlocatie moest er iets gedaan worden aan het comfort. Het casco van het oude gebouw voldeed nog prima en de karakteristieke betonnen gevelkaders inclusief de stalen kozijnen van het schoolgebouw zijn gehandhaafd. “Thermisch een


Project

Na meer dan vijftig jaar trouwe dienst hebben twee historische gebouwen een gloednieuwe en inmiddels veel beter passende bestemming.

ramp”, weet Blokland. “We plaatsten daarom een tweede gevel erachter, een hoge hardglazen pui met een goed geïsoleerde borstwering. Op deze wijze ontstaat er een tussenzone die op een natuurlijke wijze als klimaatgevel gaat werken.” Deze klimaatgevel laat via de buitenste gevel de koude lucht van buitenaf, laag binnen. In de tussenzone tussen de twee gevels warmt de lucht langzaam op en gaat bovenin door een kier de woning in. Uiteindelijk wordt de lucht afgezogen bij de keuken/badkamer en gaat het weer het gebouw uit. “De klimaatgevel voorkomt koudeval, warmt de lucht die je binnenlaat op en ventileert eventuele condens in de winter. In de zomer voorkomt de over de gehele hoogte aangebrachte buitenzonwering opwarming van de woning en bewoners kunnen zelf beide gevels open zetten. Een simpele werking die wel zorgt voor een enorme upgrade van comfort.” Duidelijk is dat de sfeer van het gebouw onaangetast is. “Het mocht wel versterkt worden, maar we wilden geen ingrijpende esthetische verandering”, vindt Roodnat. “We willen laten zien dat je in een school woont. Dat is ook

de charme die bewoners, omwonenden en inwoners van Veenendaal in het algemeen graag bewaard zien”. Blokland vult aan: “Het gebouw heeft een robuuste structuur en ik vind dat je dat best mag zien. Alle nieuwe elementen in de gevel zijn uitgevoerd in staal met de karakteristieke roestachtige kleur. En ook hier zijn door perforeren figuraties van gereedschappen opgenomen die weer bijdragen aan het karakter van het gebouw”.

Jonge doelgroep hapt toe Met een huurprijs van € 405,80 voor de begane grond en € 362,25 voor de eerste en tweede verdieping kwamen de appartementen binnen het handbereik van starters. “We hadden een jonge doelgroep voor ogen”, vertelt Roodnat. “Die verwachtingen zijn uitgekomen, want er kwamen vooral starters af op de woningen. De huurders zijn absoluut enthousiast.” Kleppe was vooral benieuwd of de woningen in de verkoop aan zouden slaan. “We richtten ons op jongeren met een vaak niet al te hoog budget. Met dat in het achterhoofd wisten we dat we een compleet product moesten aanbieden. Het comfort van nu moet aanwezig zijn en mensen moeten min of meer klaar zijn als ze intrekken in de woning.”

Zeldzame mix

Geperforeerde figuraties van gereedschappen dragen bij aan het karakter van het gebouw.

Dankzij een modelwoning konden huurders en kopers in spe zelf ondervinden hoe een eigen plek in de Reünie aanvoelt. “Daarmee hebben we veel mensen overtuigd van de kwaliteit die geleverd wordt, omdat ze op die manier een gevoel bij het gebouw en de appartementen kregen. Want de gevel is zoals hij altijd was, dus daar viel de transformatie niet aan op”, vult Kleppe aan. Na de succesvolle verkoop en huur vond begin juli de feestelijke opening plaats, waar zowel bewoners, omwonenden en zelfs oud-docenten van de school op af kwamen. De opkomst geeft goed weer wat de transformatie heeft bereikt: een samenkomst van bestaande elementen met een moderne invulling. Wellicht is deze zeldzame mix wel de ultieme duurzaamheid.

duurzaam gebouwd | september 2015

103


DE INNOVATIEVE KOZIJNTECHNOLOGIE VAN SOFTLINE 82 NL RETRO

NIEUW

“Het verschil tussen huis en thuis”

SOFTLINE 82 NL RETRO: het profielsysteem dat speciaal is ontwikkeld voor de Nederlandse markt. Kenmerkend is het Dutch design, geïnspireerd op de architectuur van de jaren dertig. SOFTLINE 82 NL RETRO is afgestemd op de toepassing van triple

glas. Met SOFTLINE 82 NL RETRO worden hogere isolatiewaarden bereikt, wat resulteert in een lager energieverbruik en minder CO2 uitstoot. Het dikwandige profiel (wandsterkte klasse A!) zorgt voor vaster zittende schroeven en extra stevige hoekverbindingen waardoor ramen en deuren vele jaren lang perfect

functioneren.

Meer comfort, minder energieverbruik en 100% recyclebaar: SOFTLINE 82 NL maakt het verschil!

www.vekakozijn.nl


Interview

‘Prestatie-eisen dagen markt uit voor circulaire oplossingen’ In plaats van vertrouwen wordt de uitwerking van circulair inkopen vaak geschat op bewijslast. Om dit te doorbreken moet de juiste vraag geformuleerd worden, om marktinnovaties gestalte te geven. Het eindresultaat is een bouw- en vastgoedsector die meer integraal tot oplossingen komt. Tekst: Marvin van Kempen

De kanteling is noodzakelijk, door een groeiende focus van eindgebruikers op tijdelijke huisvesting. “Eindgebruikers kopen een gebouw in en wij als bouwketen zijn onderdeel van dit inkoopproces”, vertelt Business Unit-director Bart Brink van ingenieursbureau Royal HaskoningDHV. “Het traject van de bouw- en vastgoedsector, die van grondstof tot gebouw naar recycling werkt, staat haaks op die van de eindgebruiker. Hij gebruikt een gebouw als middel voor een bedrijfsproces dat continu draait.” Brink ziet recentelijk relatief veel aandacht voor het circulair maken van materialen, terwijl dit volgens hem slechts een puzzelstuk in het grotere geheel vormt. “Veel completer is om een keuze te maken op basis van het toevoegen van waarde in het huisvestingsvraagstuk.” Die aanpak werd aangehouden bij de renovatie/nieuwbouw van het gemeentehuis van Brummen, waarbij waarde werd onderverdeeld in drie invalshoeken: gebruikerswaarde, belevingswaarde en technische waarde. “Allereerst sluit het gebouw aan op de primaire processen van de gemeente en is de huisvesting flexibel en aanpasbaar”, legt Royal HaskoningDHV consultant Martine Verhoeven uit. “De tweede invalshoek is belevingswaarde, die met imago en identiteit te maken heeft. Ten slotte is er de technische waarde, van energie, materialen en

Bij het project gemeentehuis Brummen werd waarde onderverdeeld in drie invalshoeken: gebruikerswaarde, belevingswaarde en technische waarde. Beeld: Robert Tjalondo.

technische oplossingen.” Om een balans tussen deze drie elementen te vinden, werden prestatie-eisen per onderdeel geformuleerd.

Restwaarde meenemen in businesscase Tijdelijkheid van gemeentehuis Brummen Royal HaskoningDHV vervulde de adviseursrol voor de renovatie van het gemeentehuis Brummen. Het artikel ‘Hier is de goede vraag gesteld’ op DuurzaamGebouwd.nl gaat over dit ambitieuze project. ABC Nova-directeur Bert Melles, architect Thomas Rau voormalig medewerker RoyalHaskoningDHV en huidig architect en advierus bij bureau Blossom, Maartje van den Berg en wethouder Eef van Ooijen sloten onder anderen aan bij dit rondetafelgesprek, onder leiding van Duurzaam Gebouwd-expert Flip Verwaaijen.

“Die eisen gaven de markt ruimte om te zoeken naar circulaire oplossingen als antwoord op deze vraag”, vult Brink aan. “Daarnaast heeft de uitvraag voor een Design & Build-contract van twintig jaar hieraan bijgedragen. Hierdoor kon een leverancier restwaarde meenemen in zijn businesscase”, legt hij uit. Hij waarschuwt tegelijkertijd voor een te ver doorgevoerde scherpstelling op bewijslast, vooral zichtbaar in projecten waarin een relatief grote hoeveelheid tijd wordt besteed aan eigenschappen van circulaire producten. “Zo moet je bij een grondstoffenpaspoort de bewijslast over je

duurzaam gebouwd | september 2015

105


ROCKFON® BLANKA™

WAS ALLES WAT WIT IS, MAAR ZO HELDER ROCKFON® Blanka™ is met zijn ongeëvenaarde superwitte en gladde afwerking de beste manier om een ruimte helderder te maken, van kantoren tot scholen. Doordat de plafondpanelen een hoge resistentie tegen beschadigingen hebben en in alle richtingen kunnen worden geplaatst, verloopt de installatie snel en gemakkelijk. Bovendien biedt de kern van steenwol de uitmuntende akoestische prestaties en uitstekende brandeigenschappen die u van ROCKFON mag verwachten.

Heldere ideeën beginnen hier: www.rockfon.nl/Blanka

· 99 % lichtdiffusie en 87 % lichtreflectie voor een comfortabel binnenklimaat

· Paneel zonder legrichting voor totale ontwerpvrijheid

· Antistatisch en vuilbestendig voor een langere levensduur van het product


Interview

Aan de start van het project startte de zoektocht naar waarde, die fors varieerde voor de verschillende stakeholders. “Een duurzame school is voor de financiële afdeling iets anders dan voor de milieuafdeling van de gemeente”, licht Brink toe. “Daarom werd in dit project, net als voor het gemeentehuis Brummen, een optimale balans gevonden tussen de waardes die de verschillende partijen belangrijk vinden en een rendabele en duurzame businesscase. Prestatie-eisen werden zo geformuleerd dat ze binnen de financiële kaders pasten. Dit vroeg om oplossingen uit de markt en circulaire initiatieven sloten hier goed bij aan. De nieuwe manier van benaderen creëert voldoende ruimte voor de juiste invulling en dwingt architecten om met leveranciers in gesprek te gaan, wat zorgt voor creatievere en betere oplossingen”.

Kwaliteit in plaats van omzet en hoeveelheid PARK4ALL is een semi-permanente parkeervoorziening voor vijf jaar, licht en modulair.

‘Een valkuil van Cradle to Cradle is dat het te dogmatisch wordt’ materiaalgebruik faciliteren. Een van de valkuilen van Cradle to Cradle is dat het te dogmatisch wordt, doordat het verzamelen en beoordelen aan bewijslast zijn doel voorbij schiet”, vindt Brink. Ook de vaak langdurige gevraagde betrokkenheid van partijen die zich aan een DBFMO-contract verbinden, hoeft volgens Verhoeven niet altijd te leiden tot vergroting van de waardecomponent. “Wellicht is er in dergelijke constructies beter nagedacht over herbruikbaarheid en is de kwaliteit over een langere periode hoger. Maar deze verbetering is niet per definitie terug te vinden in het financiële model dat erachter zit. Door de lange looptijd zie je in praktijk dat je concessies doet aan flexibiliteit omdat alles contractueel is vastgelegd .”

Circulaire economie in overheidsbeleid Steeds meer overheden plaatsen circulariteit prominenter op de agenda en integreren het sneller in het beleid. Zo ook gemeente Schiedam, die zichzelf als aanjager van verduurzaming van de fysieke omgeving ziet. Deze gemeente formuleerde een circulair beleid en concretiseerde dit in 2010 in de nieuwbouw van Lyceum Schravenlant.

De manier waarop partijen aan tafel gaan voor het inkoopproces, is aan het veranderen. Het gaat tegenwoordig om andere drijfveren: niet om omzet en hoeveelheid, maar om extra kwaliteit. “Waar een facilitair manager vroeger driehonderd stoelen bestelde voor het bedrijfsrestaurant, vraagt hij tegenwoordig om de prestaties van een bepaalde hoeveelheid vierkante meters zitoppervlak. Voor een leverancier wordt het tevens belangrijker om in de toekomst nog steeds betrokken te zijn bij een project. Een product leveren en vervolgens niets meer van zich laten horen, is geen optie meer. Hij blijft namelijk verantwoordelijk en neemt uiteindelijk de spullen terug”, meent Verhoeven. Een concreet voorbeeld van blijvende betrokkenheid en het terugnemen van de geleverde goederen is het concept ‘PARK4ALL’. Dit is een semi-permante parkeervoorziening voor vijf jaar, licht en modulair. Brink: “De technische en business model opzet van dit concept heeft de mogelijkheid om de voorziening te huren, te verplaatsen en zelf na gebruik terug te kopen. Deze circulaire oplossing is op diverse plekken in Nederland gerealiseerd, waaronder in Purmerend. Doordat de keten van leverancier, ontwikkelaar en ingenieursbureau daarbij op een andere wijze samenwerken, is een ecosysteem gecreëerd, dat het mogelijk maakt ook voor tijdelijke vraagstukken oplossingen aan te bieden.”

Circulariteit en inspraak bij Schravenlant De bouw van Schravenlant vond plaats volgens het Cradle to Cradle-principe en leerlingen kregen inspraak vanaf de start van het project. Ze gingen op excursie naar onder andere Royal HaskoningDHV en kunststichting WORM, met architect Césare Peeren van destijds 2012 Architecten Rotterdam.

duurzaam gebouwd | september 2015

107


De veiligste keuze als het om branden inbraakbeveiliging gaat! Voorkomen van uitbreiding van een brand is essentieel, immers men wil schade voorkomen of in ieder geval zoveel mogelijk beperken. De brandwerende producten van Metacon zorgen voor de veiligheid van mens, dier en materialen. De branddeuren zijn tweezijdig getest volgens de NEN-EN 1634-1. Daarnaast zijn een aantal van onze branddeuren getest op rookwerendheid conform de NEN-EN 1634-3. Nieuw in ons assortiment is de RGS EW 360 TWIN, deze brandwerende roldeur heeft een brandweerstand van 360 minuten! De inbraakwerende rolluiken, rolhekken en schaarhekken bieden in elke situatie een optimale beveiliging tegen inbraak en/of vandalisme. Alle producten zijn voorzien van een CE-markering en een aantal voldoen, met enkele aanpassingen, aan de eisen voor inbraakvertraging van klasse 3 (NEN 5096:2007). De TRANS-S en ALU-Q zijn RC3 geclassificeerd (EN 1627:2011). Daarnaast heeft de TRANS-S door zijn transparantheid een vriendelijke uitstraling. Ook na sluitingstijd blijft de uitstraling van de winkelstraat behouden.

Metacon: de mogelijkheden zijn oneindig!

Voor meer informatie of een offerte kunt u contact met ons opnemen:

Because safety is everything

James Wattstraat 14 路 2809 PA Gouda Tel. +31 (0)182 510 777 路 Fax +31 (0)182 510 632 info@metacon.nl 路 www.metacon.nl


Algemeen

‘Onzichtbare faalkosten omzetten in klantwaarde’ De bouw- en vastgoedbranche ziet faalkosten als een enorm obstakel, maar vindt het lastig om hierop goede grip te krijgen. Er is verschillende keren getracht de faalkosten in de branche te kwantificeren. “Faalkosten door ontwerp- of constructiefouten, staart- op staartkosten of gebrek aan integrale samenwerking zijn slechts de top van de ijsberg.” Het aantal eenpersoonshuishoudens is sterk gegroeid. Door onder andere kleinere portieverpakkingen aan te bieden, weerspiegelt het supermarktassortiment de klantbehoefte.” Zo betaalt de klant niet voor producten die het niet nodig heeft, legt Weijers uit. “Ook in de toerismebranche is het niet ongebruikelijk om door middel van zogeheten bouwstenen uw eigen, op maat gemaakte, reis te boeken. En boekt u nu een vliegreis, dan betaalt u uitsluitend voor het aantal kilo’s bagage dat u meeneemt. Want u wilt toch niet voor iets betalen wat u niet nodig heeft of sterker nog, waar u niet eens om heeft gevraagd? Dat is waanzin, nietwaar! Waarom gebeurt het in onze branche dan wel?” Lars Weijers, directeur van Weijerseikhout.

Volgens Weijerseikhout-directeur Lars Weijers bestaan er ook niet-zichtbare faalkosten. “We zitten nu in een situatie in de bouw, waarin een bepaald gedachtegoed normaal is geworden. We praten over vernieuwing, maar bij elke nieuwe aanbesteding kiezen we er toch weer voor om in dezelfde gebaande processen te werken.” Hij ziet de behoeften van de markt in een hoog tempo veranderen. “Onze ervaring is dat producten vaak niet aansluiten bij de specifieke wensen van de klant. Gebrek aan samenwerking maakt dat we door de industrie en toeleveranciers beperkt worden in onze materiaalkeuze. We dienen genoegen te nemen met producten die meer waard zijn dan waar om is gevraagd.” Dit betekent volgens Weijers ook dat de kosten dikwijls hoger liggen voor iets dat niet nodig is. “Onzichtbare faalkosten oftewel verspilling. Wij zien dat veel kansen onbenut blijven: voor onszelf, de opdrachtgever, maar ook voor de eindklant.”

Op maat gemaakte reis Misschien spreken de voorbeelden uit andere branches, die wel over de klantwaarde nadenken, meer tot de verbeelding, zegt hij. “Zo spelen supermarkten en retailfabrikanten de laatste jaren goed in op de veranderende behoeften binnen de consumentenmarkt.

Verandering van denkpatronen en gedrag ‘Klantwaarde’ is een veelbesproken begrip in de bouwen vastgoedbranche. “Inspelen op de klantbehoefte en daadwerkelijk toegevoegde waarde bieden en dit zichtbaar maken: dat vinden we blijkbaar nog erg lastig", geeft hij aan. "Feit is dat we twaalf procent van de kosten bij een renovatie- of grootonderhoudproject verspillen. We zijn namelijk genoodzaakt te werken met producten met functionaliteiten, die niet afgestemd zijn op de renovatiemarkt. Hoe kan het dat de behoefte van deze markt wordt genegeerd? Waarom accepteren we deze vorm van faalkosten? Is dit klantwaarde? Wetende dat opdrachtgevers, zoals woningcorporaties, door begrenzende wet- en regelgeving van de overheid zitten met beperkte budgetten en uitdagende opgaven.” Wat volgens Weijers nodig is, is een verandering van omgeving, denkpatronen en gedrag. “Tot welke nieuwe mogelijkheden komen we als we hierin samen optrekken? Welke behoeften zijn er in de woningmarkt en aan welke functionele eisen dient de woning van de toekomst te voldoen? Wij zien tal van mogelijkheden om deze onzichtbare faalkosten om te zetten in efficiënt te besteden klantwaarde en zo iets extra’s te doen voor het bestaande maatschappelijk vastgoed. Tijdens onze workshop ‘Toekomstwaarde van het dak’ op het Duurzaam Gebouwd Congres op 12 november gaan we hierover graag met u de dialoog aan.”

duurzaam gebouwd | september 2015

109


! NIEUW

Stone solutions PROFESSIONEEL LIJMSYSTEEM VOOR STEENSTRIPS

BOSTIK STONE SOLUTIONS: DE DOORBRAAK IN ELASTISCHE STEENSTRIPSVERLIJMING Steenstrips komen in verschillende soorten, maten en vormen voor. Het grote voordeel van steenstrips is dat ze licht en eenvoudig te verwerken zijn. Hiermee zijn ze ideaal voor zowel nieuwbouw als renovatie-projecten. Bovendien geven steenstrips een enorm grote architectonische vrijheid. Zowel op de bouwplaats als in een prefab situatie kan gebruik worden gemaakt van steenstrips. Voor een goede en duurzame verlijming van deze steenstrips heeft Bostik een compleet en nieuw pakket ontwikkeld. Het pakket bestaat uit een compleet assortiment aan producten van voorbehandeling, verlijming tot en met afwerking en bijbehorende accessoires. Het lijmsysteem is uitvoerig getest door het onafhankelijke onderzoeksinstituut TCKI en kan daarmee met zekerheid worden gebruikt op vrijwel iedere ondergrond zoals beton, Rockpanel Natural gevelplaten, Eternit Eter-Backer en Metaal. Bijkomende voordelen: het elastisch lijmsysteem is zeer goed bestand tegen trillingen, geen elektrisch gereedschap nodig, stofvrije verwerking, schoon, geurloos, weersbestendig en zeer duurzaam. www.bostik.nl


- advertorial -

Bouwcenter Praktijkcase: Bouw Punt-West Hotel & Beachresort aan het Grevelingenstrand

‘Punt-West: een ambitieus plan in next level leisure en duurzaamheid’

Op het puntje van het eiland Goeree-Overflakkee wordt nog hard gewerkt aan de afronding van Punt-West Hotel & Beachresort. Het unieke resort is gesitueerd rondom een idyllische baai aan het water van de Grevelingen. De 67 exclusieve strandvilla’s zijn duurzaam gebouwd met natuurlijke materialen, duurzame energie en vooruitstrevende technische voorzieningen. Het project is geïnitieerd door Zeelenberg Architectuur & Ontwikkelingsmaatschappij. Bouwcenter Esselink levert een groot deel van het materiaal voor dit project. Jan-Paul Bron Architect bij Zeelenberg Architectuur & Ontwikkelingsmaatschappij, Ouddorp

Koos Goedegebuur Commercieel Directeur bij Bouwcenter Esselink, Middelharnis

Wat waren de uitdagingen binnen dit project? Het uitgangspunt is geweest om een nieuwe stap te maken in recreatieve ontwikkeling en een enorme impuls te geven aan de toeristische economie van het eiland. Dat is helemaal gelukt.

Hoe zijn jullie bij dit project betrokken geraakt? We hebben een nauwe connectie met zowel aannemingsbedrijf Van den Nieuwendijk als houtskeletbouwfabriek TopCasco uit Heinkenszand. Wij hebben gezamenlijk adviezen gegeven over hoe er gebouwd zou moeten worden en met welke duurzame materialen. Uiteindelijk hebben we gezamenlijk het complete houtskelet voor dit project geleverd.

Waarin heeft zich dat geuit? Dit project heeft een high end level van recreatieve ontwikkeling die in Nederland nog niet bestaat. We hebben het ontwerp zo gemaakt dat we alle belangen die er spelen hebben samengebracht. Dat is een spectrum van allerlei duurzaamheidsfacetten: landschappelijke inpassing, recreatief medegebruik van de oever, waterkwaliteit, verstandig omgaan met energiegebruik, beperking van transportbewegingen, gebruik van duurzame materialen én werkgelegenheid. En zo kwam je bij Bouwcenter Esselink terecht. Juist bij die werkgelegenheid hebben we erop ingestoken dat we alleen maar met regionale bedrijven werken. Bouwcenter Esselink is een gerenommeerd bedrijf in de directe omgeving van het project. Wij zijn meer dan tevreden met de uitstraling en de bouwkwaliteit die aannemer Van den Nieuwendijk en Bouwcenter Esselink hebben gerealiseerd. De samenwerking tussen ons als architect, de aannemer en Bouwcenter Esselink hebben wij als zeer prettig ervaren; er is altijd open overlegd en goed geadviseerd over de toe te passen materialen. Een inspirerende samenwerking met een topproject als resultaat!

Welke duurzame bouwmaterialen hebben jullie nog meer geleverd? We hebben 150.000 meter gevelbekleding van thermisch verduurzaamd hout geleverd. Bij de productie hiervan is enkel gebruikgemaakt van warmte gegenereerd uit bijvoorbeeld de verbranding van afvalhout. Daarna is deze voorzien van een sealer, waardoor het hout egaal vergrijsd en niet behandeld hoeft te worden. Dat sluit perfect aan bij de duurzame uitstraling die de architect voor ogen heeft. Naast het hout hebben wij ook al het sanitair geleverd en al het beton voor de funderingen en de vloeren. Alle betonmortel komt bovendien uit onze eigen betoncentrale en is voorzien van het keurmerk Beton Bewust. Wat was de grootste uitdaging binnen dit project? Het ging om enorme aantallen. Maar de samenwerking met alle lokale partijen is vlekkeloos verlopen en daar zijn we best trots op!


NATURALLY FRESH AIR

De klimaatbeheersing van de meeste (kantoor)gebouwen verdunt vervuilde lucht en verbruikt de helft van de totale energie. ionair® zuivert elk binnenklimaat met natuurlijke lucht-ionen. Deze ionisatietechniek is mogelijk in bestaande en nieuwe klimaatsystemen.

Resultaat: een binnenklimaat vergelijkbaar met pure buitenlucht én tenminste 25% minder energiekosten. Daarom is ionair® in de meest duurzame gebouwen over de hele wereld terug te vinden. Uw g gebouw gezonder g én energiezuiniger? g g ionair® · Telefoon +31 88 234 0567 · info@ionair.com · www.ionair.nl


Thema

Maatschappelijk vastgoed 114 Rondetafelgesprek ‘Duurzaamheid slaat ook op leefbaarheid’

118 Algemeen ‘Maatschappelijk cultureel vastgoed: tijdloos, flexibel en degelijk’

124 Project Energiezuinigste zwembad van Nederland

128 Project Venlo’s pronkstuk inspireert internationaal

132 Algemeen Solide basis voor Saxion Stadscampus

137 Thematisch nieuws


Betrokkenheid gebruikers doorslaggevend voor winst Gouden Kikker Award 2014

‘Duurzaamheid slaat ook op leefbaarheid’ Komende herfstvakantie verhuizen de Amersfoortse basisscholen De Windroos en De Wiekslag naar hun nieuwe onderkomen: De Zonneparel. Bij de totstandkoming van dit nieuwbouwcomplex zijn de toekomstige gebruikers en de leerlingen nauw betrokken geweest. “Dat is een doorslaggevende factor geweest om dit project uit te roepen tot winnaar van de Gouden Kikker Award 2014.” Tekst: Tim van Dorsten, Beeld: Wil Groenhuijsen

Bij het ter perse gaan van deze uitgave van Duurzaam Gebouwd Magazine was het multifunctionele nieuwbouwcomplex ‘De Zonneparel’ nog niet helemaal gereed.

114

september 2015 | duurzaam gebouwd


Maatschappelijk vastgoed

In de bouwkeet hangt een serie foto’s, die allemaal vanaf hetzelfde punt zijn genomen. Op de eerste foto is het voormalige pand van de Amersfoortse basisschool De Windroos te zien, dat in september 2014 is gesloopt. De reeks naar rechts volgend komt eerst de sloop en daarna de bouw van de Amersfoortse Brede Scholen Combinatie-cluster ‘De Zonneparel’ in beeld. “We hebben deze foto’s gekregen van een buurtbewoner. In zijn huis aan de aangrenzende Vinkenbaan ziet hij de bouw gestaag vorderen”, vertelt Jan Rik Hartkamp, bedrijfsleider bij Dura Vermeer. “Deze foto’s geven een mooi beeld van hoe snel de werkzaamheden hier verlopen.”

Gebouwd in negen maanden tijd Als alles volgens plan verloopt, vindt de opening van het nieuwe pand een jaar na de sloop van De Windroos’ vorige pand plaats. “Zoals het er nu naar uitziet, lukt het ons om in negen maanden tijd het nieuwbouwcomplex op te leveren”, vertelt Hartkamp. “Die tijdspanne was een van de reden dat de gemeente ons dit project heeft laten uitvoeren. We hebben dit voor elkaar gekregen door onze manier van lean bouwen, samen met onze partners en onderaannemers.” Het bijzondere aan dit project, is dat de gemeente Amersfoort de wijk Liendert vanaf het begin erbij betrokken heeft. “We hebben snel de dialoog met de bewoners opgezocht en dat is direct positief verlopen”, vertelt Johan Carlier, senior projectmanager bij deze gemeente. Dit nieuwbouwcomplex is namelijk onderdeel van ‘Amersfoort Vernieuwt’. “Ons doel is om het leven in de wijken op veel gebieden prettiger te maken. We doen dit in samenwerking met de woningcorporaties De Alliantie en Portaal.”

‘Gouden Kikker Award goed voor duurzaamheid’ Zowel Hartkamp als Westeneng ziet het winnen van de Gouden Kikker Award 2014 als goede commercie. “Het geeft goede pr”, legt de architect uit. “Maar wat ook belangrijk is: het zorgt voor nieuwe duurzaamheidsdiscussies.” Westeneng merkt dat mensen willen weten waarvoor deze prijs staat. “En dat geeft weer aanleiding om te discussiëren over duurzaamheid.” Ook Carlier is trots op de gewonnen prijs. “Deze Kikker krijgt uiteindelijk een plek in het nieuwe gebouw.” In het multifunctionele nieuwbouwcomplex komen twee basisscholen, een buitenschoolse opvang, een peuterschool, een wijkcentrum en een gymzaal. Gebouwbeheerder SRO is vanaf het begin betrokken bij dit project. In opdracht van de gemeente en de schoolbesturen is hij na oplevering verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van deze nieuwbouw. Daarvoor is hij vroegtijdig bij het ontwerpproces betrokken. De materiaalkeuzes zijn mede gemaakt op basis van de meerjarenonderhoudsprognoses, die SRO in de ontwerpfase heeft opgesteld. “Dit komt de lage exploitatielasten ten goede”, aldus Carlier.

Hierbij speelt volgens hem het wijkplein een belangrijke rol. “In ieder project van ‘Amersfoort Vernieuwt’ staat een van de volgende zes onderwerpen centraal: samenleven, wonen, werken, onderwijs, leefbaarheid & veiligheid en voorzieningen. Het plein voor dit nieuwbouwcomplex is dan ook niet alleen bedoeld voor de leerlingen, maar krijgt ook een wijkfunctie. Bij de openingsfestiviteiten willen we ook zeker de factor ‘ontmoeting’ benadrukken.” ABC Nova-directeur en Gouden Kikker-juryvoorzitter Bert Melles is hier enthousiast over. “Duurzaamheid slaat niet alleen op energiebesparing, maar ook op leefbaarheid.”

uitgedaagd om voor dit vaste budget tot de hoogste kwaliteit te komen.” Ook architect Henno Westeneng is erg te spreken over deze contractvorm. “Aan de hand van gesprekken met de leveranciers en de toekomstige gebruikers hebben we het maximale uit het beschikbare budget kunnen halen. Samen weet en bereik je namelijk meer.” Namens zijn voormalige werkgever Jorissen Simonetti Architecten had Westeneng gezorgd voor het ontwerp van de Veldhuizerschool in Ede. Dit was een van de vijf basisscholen, die Carlier met de toekomstige gebruikers van deze Amersfoortse Brede Scholen Combinatie had bezocht. “Op basis van de gesprekken met de gebruikers daar en vooral het gepresenteerde duurzaamheidsconcept tijdens de architectenselectie hebben zij besloten dat Henno ook hun nieuwe schoolgebouw mocht ontwerpen.”

Uitdagen voor hoogste kwaliteit

Geen afleiding van buitengeluiden

Bij de totstandkoming heeft de gemeente Amersfoort gekozen voor de contractvorm Engineering&Build, waarbij ze eerst een Programma van Eisen heeft opgesteld. “Uitgangspunt met de schoolbesturen was dat alle keuzes en duurzaamheidsmaatregelen moesten bijdragen aan zodanig lage exploitatielasten, dat deze binnen de normvergoeding vielen”, vertelt Carlier. “Vervolgens hebben we het bijbehorende bouwbudget vastgesteld. Binnen een Engineering&Build-uitvraag zijn vijf marktpartijen

Net als in Ede koos Westeneng hierbij voor het passiefhuisconcept. “Deze techniek uit de woningbouw hebben we omgezet naar de toepassing in scholen. Dit concept gaat niet primair in op installatietechnische oplossingen, maar start op het gebouw zelf”, legt de architect uit, die tegenwoordig werkzaam is bij RoosRos Architecten. “Je kunt dit principe vergelijken met een thermoskan, waarin de temperatuur continu hetzelfde is. In gebouwen ligt dat tussen 18 en 22 ˚C. Een van de

Wijkfunctie

duurzaam gebouwd | september 2015

115


GEVEL ISOLATIE SYSTEMEN In ruim 35 jaar hebben onze adviseurs talloze adviezen op het gebied van gevelisolatiesystemen uitgebracht bij nieuwbouw- en renovatieprojecten. We vinden het geweldig om u hierin te kunnen ondersteunen: van inspiratiefase tot aan de daadwerkelijke realisatie van het gevelisolatiesysteem. Samen laten we zien hoe mooi duurzaam kan zijn! Laat u inspireren op www.strikotherm.nl!


Maatschappelijk vastgoed

Van links naar rechts: Johan Carlier (gemeente Amersfoort), Bert Melles (ABC Nova), Henno Westeneng (RoosRos Architecten) en Jan Rik Hartkamp (Dura Vermeer).

maatregelen is tripleglas, dat als bijkomend voordeel geluid van buiten weert. Dit zorgt ervoor dat de kinderen niet afgeleid raken door geluiden van buiten.” Dat laatste heeft ook een keerzijde, vertelt hij. “De gebruikers van dit nieuwe gebouw moeten straks bewust naar buiten kijken. Ze zien wel vogels, maar horen ze niet.”

voor een transparante stortbak, zodat de leerlingen precies kunnen zien hoeveel water ze steeds wegspoelen.” Daarnaast vindt Carlier de zogeheten stepping stones in de entreehal erg bijzonder. “Door hierop te staan wek je energie op. Interactief toont een beeldscherm direct hoeveel energie wordt opgewekt.”

Duurzaamheid tastbaar maken

Aanwezige kennis maximaal benutten

Bij het ontwerp heeft Westeneng leerkrachten, leerlingen en ouders betrokken. Tijdens de verschillende workshops en brainstormsessies kwamen we uiteindelijk op L-vormige klaslokalen van 60 m2. “Met zo’n hoek in het klaslokaal kunnen ze zowel meer aandacht geven aan één leerling als de rest van het lokaal in de gaten houden.” Ook hebben leerlingen en ouders hun bijdrage geleverd. “We wilden duurzaamheid tastbaar maken”, legt Westeneng uit. “Daarom hebben we bijvoorbeeld gekozen

Volgens Melles speelde die inspraak mee in de beoordeling om ‘De Zonneparel’ uit te roepen tot winnaar van de Gouden Kikker Award 2014. “Alle inzendingen hadden hoge duurzaamheidseisen, maar alleen dit project betrok zijn toekomstige gebruikers bij de totstandkoming van het project. Daarnaast maakt dit project energiebesparing zichtbaar, waardoor duurzaamheid voor kinderen leuk wordt.” De gemeente had in de uitvraag aan de marktpartijen een minimale GPR-score voor energie geëist van 9, en gemiddeld een GPR-score van 8. Dura Vermeer heeft binnen het vastgestelde budget met hun inschrijvingen hier nog een stapje boven gedaan. “We vroegen een 9 en kregen een GPR-score van 10 voor energie en een 9 gemiddeld”, laat Carlier weten. Hartkamp: “Op de ambitie van de gemeente hebben we gezorgd voor een warmtebron in de grond en pv-panelen op het dak om het dak energieneutraal te maken. Hierbij hebben we hulp gekregen van Linthorst Installatietechniek.” Melles is blij met die ontwikkeling. “Ze hebben de aanwezige knowhow maximaal benut.”

Gouden Kikker Award 2015 Ook dit jaar is de Gouden Kikker Award weer te winnen. Is uw project het toonbeeld van duurzaamheid of vindt u dat uw project een aantal zeer innovatieve kanten heeft? Kent u een grensverleggend project, waarvan iedereen op de hoogte moet zijn? Meldt u dan snel aan via DeGoudenKikker.nl. U kunt uw project nog tot 30 september insturen. De uitreiking is tijdens het Duurzaam Gebouwd Congres, op 12 november 2015 in Groningen.

duurzaam gebouwd | september 2015

117


Architect Van Heeswijk: ‘Energiezuinig is al niet meer zo spannend.’

Maatschappelijk cultureel vastgoed: tijdloos, flexibel en degelijk Als het maatschappelijk cultureel vastgoed betreft, dan gaat de circulaire economie-gedachte aan de deur van architect Hans van Heeswijk voorbij. “Ik hoop dat onze ontwerpen er over 200 jaar nog staan. Dat kan alleen als je tijdloos, flexibel en degelijk bouwt. Die aspecten gelden overigens niet alleen voor het ontwerp, maar ook voor het materiaalgebruik.” Tekst: Gerrit Tenkink

Voor Museum MORE in Gorssel werd het oude gemeentehuis uit 1914 uitgebreid met een moderne vleugel. (foto: Luuk Kramer, Imre Csány/ DAPh)

118

september 2015 | duurzaam gebouwd


Maatschappelijk vastgoed

Met dank aan de flexibele inrichting kan het museum op termijn ook worden aangepast aan veranderende functies, activiteiten of bezoekersaantallen. (foto: Luuk Kramer, Imre Csány/DAPh)

‘De zwaartepunten waren de flexibiliteit in gebruik, het materiaal en de esthetische aspecten’

Architect Hans van Heeswijk: “Mijn insteek is dat musea lang meegaan. De circulaire economie-gedachte vind ik daarom minder van toepassing.” (foto: Ilco Kemmere)

aanpassingen te maken”, vertelt Van Heeswijk. “Een logische gedachte is dan om de grond in te gaan. In Gorssel was die mogelijkheid er wel. We hebben daar gekozen voor het contrasterend effect wat betreft ontwerp en uitstraling, maar bij de keuze voor materialen zijn we juist heel terughoudend gebleven.”

Specialist op gebied van licht Zijn Amsterdamse architectenbureau met dezelfde naam was de afgelopen jaren bij meerdere prestigieuze projecten betrokken, waaronder het Mauritshuis in Den Haag en het Museum MORE in het Gelderse Gorssel. In Den Haag werden twee monumentale panden, het oorspronkelijk zeventiende-eeuwse Mauritshuis en het voormalige hoekpand van Sociëteit de Witte (Plein 26, na heropening omgedoopt tot Royal Dutch Shell Vleugel) aan de overzijde van de straat, ondergronds met elkaar verbonden. In Gorssel werd het oude gemeentehuis uit 1914 uitgebreid met een moderne ‘vleugel’. Zowel de panden in Den Haag als dat in Gorssel zijn beschermde monumenten. In het geval van het Mauritshuis gaat het om een rijksmonument. In Gorssel betreft het een gemeentelijk monument. “In het geval van het Mauritshuis was er weinig ruimte om aan de buitenkant van het pand

Het Mauritshuis koos ervoor om de aansturing van de verbouwing in eigen hand te houden. Victor Moussault, zakelijk directeur bij het Mauritshuis, werd aangesteld als eerste aanspreekpunt en als eerst verantwoordelijke voor deze klus. “Als gebruiker van het museum ben je al heel goed thuis in je eigen huis. En op het moment dat er tussentijds beslissingen moeten worden genomen, zijn de lijntjes kort”, weet hij. “Uiteindelijk kwamen we bij Hans van Heeswijk architecten terecht, omdat dit bureau in onze ogen de juiste oplossingen had voor onze vragen. We hebben veel werk van Van Heeswijk bekeken en op een gegeven moment ontdek je zijn handtekening. Zo is hij specialist op het gebied van licht en het bepalen van een routing in een gebouw. Bij zijn projecten ziet de museumbezoeker in een oogopslag waar hij zich bevindt in het gebouw en waar hij naar toe moet. Hij heeft, in mijn ogen, een perfecte overgang weten te realiseren tussen beide panden.”

duurzaam gebouwd | september 2015

119


De stille kracht van ons complete ventilatiesysteem

Luchtdichtheidsklasse D

NEN 7120

DYKA AIR: slim, stil en energiezuinig Na de introductie van het revolutionaire ventilatiekanalensysteem DYKA AIR zijn inmiddels vele woningen voorzien van dit met DUBOkeur bekroonde systeem. En met nog meer woningen in opdracht kunnen we gerust spreken van een groot succes. Tijd om verder te vernieuwen. Want naast de kunststof ventilatiekanalen levert DYKA ook een slimme ventilator. Daarmee evolueert DYKA AIR tot een totaaloplossing voor woonhuisventilatie. Met een EPC-winst tot 0,21! Maar vooral een optimaal binnenklimaat voor de gebruiker. De nieuwe DucoBox Focus benut de aerodynamische vormgeving van DYKA AIR maximaal,

zonder energie te verspillen. Met CO2- en vochtsensoren en gepatenteerde regelkleppen is het systeem vraaggestuurd, stil en energiezuinig. Dat maakt de DucoBox de perfecte motor voor het DYKA AIR ventilatiesysteem in elke woning. De robuuste kunststof kanalen zijn makkelijk op de bouwplaats door elke installateur op maat te maken. Desgewenst levert DYKA ook direct vanaf tekening complete prefab sets op de bouwplaats. Waarmee kunnen we u van dienst zijn? Kijk voor meer informatie op www.dyka.nl/duco of bel DYKA voor een demonstratie: 0521-534911

�Onafhankelijke test toont aan dat DYKA AIR ruimschoots voldoet aan Luchtdichtheidsklasse D.�

Powered by Duco


Maatschappelijk vastgoed

Het Mauritshuis staat op de rijksmonumentenlijst. Aanpassingen aan het exterieur zijn dus maar in zeer beperkte mate mogelijk. (foto: Luuk Kramer)

Energievreters Energiebesparende maatregelen waren ook bij de verbouwing van beide musea belangrijke aandachtspunten. “We hebben onszelf nadrukkelijk de vraag gesteld hoe we de energieprestatie konden optimaliseren”, zegt Moussault. “Daarbij zijn we verder gegaan dan de wettelijke eisen. Soms waren dat simpele aanpassingen, zoals in het sanitaire deel kranen en urinoirs die reageren op sensoren in plaats van handbediening. Verder is er geïnvesteerd in vloerverwarming, isolerende wanden en isolerend glas. In de plannen gingen we nog uit van halogeen licht bij het aanlichten van de schilderijen. Later zijn we overgestapt op het energiezuinigere led. Al met al investeringen die in aanvang meer geld kosten, maar zich op termijn terug gaan verdienen.” Zoals gezegd, energiebesparende maatregelen zijn een belangrijk punt van aandacht voor met name de opdrachtgever. Van Heeswijk noemt het bewust niet zijn belangrijkste punt van aandacht. “Energiezuinig is al niet meer zo spannend. Naast isolerend glas en een goede isolatie van vloeren en buitenmuren zijn er talloze technische verbeteringen, zoals warmtepompen en

zonnecollectoren om het energieverbruik zo ver mogelijk terug te dringen. Vanwege de complexe klimatologische omstandigheden met de vele bezoekers en de kwetsbaarheid van de kunstwerken zijn musea bij voorbaat enorme energievreters. Maar vergelijk het met een ander gebouw, dan is er in feite geen verschil”, zegt Van Heeswijk, die vooral de flexibiliteit in gebruik, het materiaal en de esthetische aspecten als zwaartepunten noemt.

Flexibiliteit Wat maatschappelijk cultureel vastgoed onderscheidt van ander vastgoed is volgens Van Heeswijk de tijdloosheid en, daaraan gekoppeld, het materiaalgebruik. “In het geval van het Mauritshuis en Museum MORE renoveer je oude monumentale panden met als uitgangspunt dat ze er over een paar honderd jaar nog staan. Dat betekent bijvoorbeeld dat je flexibel bouwt met een heldere structuur. Je weet immers niet hoe de museumwereld zich ontwikkelt over vijftig of honderd jaar. Het museumbezoek groeit nu nog jaarlijks, maar er kan ook een andere tijd komen waarbij de bezoekersaantallen teruglopen”, vertelt hij. “Daarnaast kunnen de activiteiten van een museum in de

duurzaam gebouwd | september 2015

121


w in den er g ie pa bes

ring

mas bio sa

wa te

w a r mt e

rk

ra

ch

t

zon

L ƈƐ Əƈ ƒ ƊƋƈƌ ƐƄƆƋƆƈƗ

#ƑƑƏƖ ƌƆ ƅ ƋƆ è Ɔ ƆƏ ƈƆƖƑƈ ƈ Ɔ ƍ ƏƐ ƋƋƆ Ƈ Ɔ ƆƏ ƈƆ ƆƑƐƏ ƋƆ ƈƆƑƓƄ ƑƓ ƒ ƆƐ ƆƌƆƆ ƐƆ Ƒƈ î

ƆƐ ƑƓ ƗƑƑƏƖ ƌƆ ƍƏ ƉƆƅƐƆ ƍ ƗƆ Ɗ ƏƐ Ï RƒƆƏƖƈƅ Ɛ ƒ ƑƓ Ɔ ƆƏ ƈƆƍƏ ƉƆƅƐƆ Ï 1ƆƏƆ Ƌƈ ƆƆƏƗƆ Ɔ ƆƏ ƈƆƄƆ ƍ Əƈ Ɨ ƊƖƈƉ ƑƓ ƊƋƈƌ Ɛ ƅƐƈƆƍƋ Ï `Ɔ ƑƋƐ ƐƆ ƍƆƏ ƅ ƐƆ ƏƈƆ ƍ ƗƆ Ɗ ƏƐ ƌ ƑƓ Ə Ɨ ƐƆ Ƌ ƐƆ ƖƈƆ

y Ə ƌƆƆƏ ƈ Ƈ Əƌ ƐƈƆ ƒƆƏ & ƆƏƒƈ Ƈ ƊƋƈƌ ƐƄƆƋƆƈƗ ƊƑ Ɛ Ƒ ƅ Ɛ ƅƐ ƍ ƆƌƆ ƌƆƐ 6 ƒ ƗƆƏ 6ƆƈƗƆ Ƈ 1 ƄƏƈƆƋƋƆ nƈƐƄƆƈƉƆƏ Ɔê zƆƄ ƈƐƆ www.enervisa.nl www.dwa.nl &éƌ ƈƋ info@enervisa.nl info@dwa.nl Enervisa is een handelsnaam van DWA BV, ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 29029243.


Maatschappelijk vastgoed

loop der jaren veranderen. Nu zijn het nog musea in de klassieke zin van het woord: voornamelijk kijken naar kunstobjecten. Dat kan zo maar veranderen. In veel musea zie je al meer dynamiek met aanvullende activiteiten voor het publiek. Misschien worden het wel veel meer ontmoetingsplekken of doeplekken. In het ontwerp probeer je nu al wat rekening te houden met deze ontwikkelingen. Simpelweg komt het er op neer dat we de casco-vorm in beide gebouwen als uitgangspunt hebben genomen. Inpandig hebben we gestreefd naar maximale vrijheid. Dus flexibele wanden die eventueel eenvoudig te verplaatsen zijn.” De Royal Dutch Shell Vleugel is zo ingericht dat de zalen eenvoudig aanpasbaar zijn voor lezingen en recepties. De wanden zijn eenvoudig te verplaatsen en in de vloeren zijn aansluitingen gemaakt voor netwerkverbindingen.

Materiaalgebruik

Het Mauritshuis werd ondergronds verbonden met het pand aan de overzijde van de straat. (foto: Luuk Kramer)

‘Het materiaal moet er netjes uitzien en bestand zijn tegen het vele bezoek’

Van Heeswijks voorkeur voor natuurlijke materialen zoals hout, glas en steen sloot exact aan bij het beeld dat het Mauritshuis had van de beoogde uitstraling. “Naast sfeer en uitstraling hebben we bij de materiaalkeuze ook gekeken naar duurzaamheid en slijtvastheid van de materialen in verband met de grote hoeveelheden bezoekers”, legt Moussault uit. “Onze keuze is niet bepaald door de vraag of het materiaal eventueel in een later stadium in aanmerking komt voor hergebruik. Ik ben van mening dat die vraag voor ons museum niet relevant is.” De redenatie van Moussault paste exact in het plaatje van Van Heeswijk. Ook hij koos voor materialen die passen bij zijn visie op maatschappelijk (cultureel) vastgoed. “Degelijk en robuust en niet te modieus. Contrasteren mag, zoals bij het museum in Gorssel, maar op een ingetogen manier met degelijke en tijdloze materialen.” Van Heeswijk noemt het bewust eigentijds en juist niet modieus. “We maken altijd gebruik van hoogwaardige materialen. Het materiaal moet er in zijn verschijningsvorm netjes uitzien en bestand zijn tegen het vele bezoek. Daarnaast moet het eenvoudig te onderhouden en te reinigen zijn. Daarbij speelt hergebruik in principe geen rol. Dat is ook de reden dat ik in dit geval niet zo heel veel kan met de circulaire economie-gedachte. Als ik voor dit soort panden ontwerpen maak, dan doe ik dat niet met de gedachte dat de panden over veertig jaar weer ontmanteld moeten worden.”

duurzaam gebouwd | september 2015

123


Sjaak Huijsman (Project Management Bureau Amsterdam, links) en Erik Stegers (Deerns) in het nieuwe Noorderparkbad in Amsterdam.

Energiezuinigste zwembad van Nederland Het nieuwe, in april geopende Noorderparkbad weerspiegelt tot in het kleinste detail de duurzaamheidsambities van opdrachtgever Stadsdeel Noord van Gemeente Amsterdam. Niet voor niets is dit zwembad het energiezuinigste van Nederland. Tekst: Irma Timmerman, Beeld: Claudia Broekhoff Fotografie

Het ultramoderne Noorderparkbad markeert de ingang van het Amsterdamse Noorderpark, pal naast het oude Floraparkbad dat wacht op de slopershamer. Die omzetting kwam volgens Sjoerd Huijsman geen dag te vroeg. De bouwmanager van Projectmanagementbureau Amsterdam heeft het project van begin tot eind aangestuurd.

124

september 2015 | duurzaam gebouwd

“Het verouderde, versleten en energieverslindende Floraparkbad was aan vervanging toe. Na een uitgebreid locatieonderzoek hebben we gekozen voor het buitenbadterrein van het oude zwembad, als meest geschikte nieuwbouwlocatie.�


Maatschappelijk vastgoed

Groot draagvlak Vier jaar lang zat hij met architecten, adviseurs, bouwers en onderhoudsspecialisten aan tafel om het ontwerp- en realisatieproces in goede banen te leiden. De opdracht die hij van het stadsdeel had meegekregen, was – op zijn zachtst gezegd – uitdagend. Het nieuwe zwembad moest jaarlijks zo’n 100.000 bezoekers meer trekken dan het oude. Daarnaast diende het te voldoen aan zeer hoge eisen op het gebied van duurzaamheid en energiezuinigheid met behoud van het gebruikerscomfort: minimaal driekwart besparing op het energie- en waterverbruik ten opzichte van het oude zwembad. Bovendien moest die duurzaamheid binnen en buiten zichtbaar en voelbaar zijn in de architectuur en de materialen. “Gezien de grote behoefte voor een nieuw zwembad, bestond er ook een groot draagvlak om fors te investeren”, vertelt Huijsman. “Het Noorderparkbad is met € 16 miljoen bepaald geen goedkoop zwembad. Het stadsdeelbestuur heeft destijds scherpe keuzes moeten maken en verdient daarvoor een groot compliment.”

‘Stadsdeel Noord bespaart meer dan 80 procent op energie- en waterverbruik’

Geen graadje warmte verspild Met het in eigen beheer ontwikkelde simulatiepakket LTEC (Long Term Energy Calculator) toetste Deerns eerst de verschillende bouwkundige en technische mogelijkheden op hun bijdrage aan de duurzaamheidsambities. Daarna volgde de vertaling van die berekeningen naar een concreet ontwerp, waarin het geheel aan maatregelen de duurzaamheid en energiezuinigheid bepalen. Dit zijn onder andere dikke isolatie, ramen van triple-glas in de gevel, zonnepanelen en bolcollectoren op het dak, hoogrendementluchtbehandeling in de zwembadruimtes, compactheid van het gebouw en de oriëntatie van de zwembadruimtes op het zuiden. Daarnaast worden de warme zwembadruimtes aan drie zijden omringd door andere ruimtes, die als extra isolatie fungeren. Het zwembad verspilt geen graadje warmte. Zo wordt de warme lucht in de zwembadruimtes van minimaal 27 ˚C via een speciaal voor zwembaden ontwikkelde hr-luchtbehandelingsinstallatie met geïntegreerde warmtepomp en hr-warmtewisselaar na ontvochtiging weer teruggevoerd naar de ruimtes en de zwembadinstallatie. Ook de warmte van het afvalwater van de douches wordt opgevangen en hergebruikt. Alle ruimte beschikken over dimbare ledverlichting.

Maatregelen duurzaamheid en energiebesparing: • Energiedak met opvang van regenwater • 750 m² zonnepanelen voor energieopwekking (8,5% van het totale energieverbruik) • Ledverlichting met daglichtregeling • Energiezuinige luchtbehandelingskasten met geintegreerde warmtepomp en hr-warmtewisselaar. Rendement: 82%. • Warmterugwinning douche-afvalwater • Metalen gordijnen als passieve zonwering en zichtbare regenwateropvang • Isolatie: dak Rc=6,9, gevels: Rc=5, triple-glas: U=0,83, inclusief kozijn. • Uitgebreid energie-monitoringssysteem.

Gewoon doén Mede dankzij Deerns’ uitgekiende installatieontwerp, waarin zonne-energie en hergebruik van water en warmte centraal staan, liggen het energie- en waterverbruik meer dan tachtig procent lager dan in het oude Floraparkbad. “In het nieuwe bad besparen we een paar ton per jaar aan kosten voor energie- en waterverbruik”, legt Huijsman uit. De waterbesparing door opvang van regenwater en hergebruik bedraagt eveneens meer dan 80%: tienduizenden liters per jaar. Daarmee bespaart het stadsdeel jaarlijks een paar ton aan energie- en waterkosten. De extra kosten voor het duurzame gebouwontwerp worden in twintig jaar terugverdiend. “De maatregelen die we hier hebben genomen, kosten weliswaar een hoop geld. Maar uiteindelijk veel minder dan ze opbrengen”, vertelt Huijsman. “Het is in feite een no-brainer: ‘je moet het gewoon doén.’”

Drieledig installatie-ontwerp Deerns was verantwoordelijk voor het totale installatieontwerp en -bestek, het monitoringsprotocol voor de gebruiksfase en het onderhoudsbestek voor de installatie. “De rode draad van ons installatie-ontwerp was drieledig”, legt Deerns-projectmanager Erik Stegers uit, “het grote dakoppervlak maximaal benutten voor zonnecollectoren, zonnepanelen en bolcollectoren, zo veel mogelijk hergebruik van water en warmte in het gebouw en toepassing van ledverlichting in alle ruimtes. In combinatie met het gebouwontwerp leveren die maatregelen de beoogde besparingen op.” Een belangrijke besparingsfactor is de compactheid van het gebouw. Hoe kleiner het gebouw, hoe lager immers het energieverbruik. Met behulp van BIM konden de architect, constructeur en Deerns alle functies en ruimtes optimaal benutten en op elkaar afstemmen. De toegevoegde waarde van deze 3D-ontwerpmethode

duurzaam gebouwd | september 2015

125


TripleAqua Enorme winst voor het klimaat in uw gebouw

Cool Onafhankelijk koelen op plekken waar het nodig is

Heat Hogere kwaliteit installatie, lagere watertemperatuur

Store Slim omgaan met opslag en uitwisseling van energie

De verwarming en koeling van het binnenklimaat is bij veel gebouwen een grote kostenpost. Juist daar valt dus nog veel te winnen. Met het TripleAqua klimaatsysteem kunt u verschillende ruimtes onafhankelijk verwarmen en koelen naar behoefte. Toch gebruikt het tot wel 50% minder energie. Daarmee behoort het tot de zuinigste systemen ter wereld. Doel: uw gebouw met energielabel A+++! Is uw organisatie of project klaar voor TripleAqua? Wilt u een bestaande installatie vervangen of renoveren, bijvoorbeeld in verband met uw duurzaamheidsdoelstellingen? Werkt u aan een geheel nieuw utiliteitsproject? Of bent u nog in een oriĂŤntatiefase? In alle gevallen helpen wij u graag met informatie over of ontwerp van een A+++ conforme energie-installatie. Voor optimaal comfort tegen uiterst lage kosten ĂŠn met zeer geringe milieubelasting. Kijk op www.tripleaqua.com of neem direct contact op via telefoon +31 (0)180 751 300 of tripleaqua@coolmark.nl.


Maatschappelijk vastgoed

Het grote dakoppervlak van het Noorderparkbad is maximaal benut voor zonnecollectoren, zonnepanelen en…

…bolcollectoren.

Balans

‘We moeten een balans vinden tussen energie- en waterbesparing en gebruikerscomfort’ was groot, vertelt Stegers. “Dankzij BIM konden we veel beter en nauwkeuriger ontwerpen, zodat we alle ruimtes optimaal konden benutten en er geen centimeter onbenut bleef. Omdat je met BIM visueel werkt, kom je veel meer tot de kern met de architect en constructeur dan met platte werktekeningen. Het werkt gewoon beter en effectiever als je samen ziet wat de mogelijkheden en resultaten zijn.”

Verbruik continu gemonitord De beoogde besparingen in het ontwerp zijn gebaseerd op berekeningen en aannames. De praktijk moet uitwijzen of die ook uitkomen. Om dat vast te stellen, worden het energie- en waterverbruik continu gemonitord: de eerste twee jaar door Deerns en daarna door de onderhoudsaannemer. In vrijwel alle ruimtes zijn hiervoor meters aangebracht, die zijn aangesloten op het gebouwbeheersysteem. Veel hangt af van het gedrag van het zwembadpersoneel en de bezoekers. “Uiteindelijk moeten medewerkers zich bewust worden van hun verantwoordelijkheid voor het energie- en waterverbruik”, zegt Huijsman. “Ook de bezoekers hebben hun verantwoordelijkheid. Wellicht moeten zij ook hun gedrag veranderen en bijvoorbeeld wat korter douchen dan vroeger. We willen zeker weten dat het ontwerp werkt en dat de afgesproken besparingen ook worden gehaald. Anders gaan we met elkaar rond de tafel zitten om na te gaan hoe dat komt en hoe we dat oplossen.”

Zwembadmanager Frans van de Konijnenburg is zich bewust van de belangrijke rol van zijn team. “Wij doen er alles aan om voor het zwembad te zorgen. Maar wat de bezoekers doen, hebben we niet helemaal in de hand. We kunnen bijvoorbeeld moeilijk verbieden dat iemand lang wil douchen? We moeten een balans vinden tussen energieen waterbesparing en gebruikerscomfort. Aan ons de taak om bezoekers erop attent te maken dat ze zelf hun steentje bijdragen.”

Integraliteit belangrijkste succesfactor Ondanks de indrukwekkende besparingen is het complex niet vol gestopt met hightech-innovaties. Een bewuste keuze, weet Huijsman. “Ik wilde geen experimenten. We hebben uitsluitend technieken toegepast, die zich in de praktijk hebben bewezen. Veel belangrijker voor het resultaat is wat je doet in het voortraject: de keuze van partijen die het project moeten realiseren, het compacte gebouwontwerp, met zo veel mogelijk ramen op het zuiden, zwembaden omringd met verwarmde ruimtes, een slimme kleedkamersystematiek waardoor we een derde aan kleedkamerruimte konden besparen. De integraliteit waarmee het hele team vanaf het begin aan het project heeft gewerkt, heeft dit project tot een succes gemaakt.” Huijsman en Stegers kijken met veel voldoening terug op dit project. “Ik waardeer vooral de integraliteit, waarmee Deerns het project heeft benaderd”, stelt Huijsman. “Ze keek ook nadrukkelijk achter de schutting naar andere partijen, om alles goed op elkaar af te stemmen. Dat is geen eenvoudige opgave.” Stegers prijst Huijsmans grote betrokkenheid van bij de voortgang van het project. “Sjaak zat er steeds bovenop. Dit is de kwaliteit zeer ten goede is gekomen, ook voor de gebruiker. Want uiteindelijk gaat het om een goed gebouw dat goed functioneert, waar men graag naartoe gaat en graag verblijft. Ik denk dat we daarin met zijn allen goed zijn geslaagd.”

duurzaam gebouwd | september 2015

127


Venlo’s pronkstuk inspireert internationaal Het aantal overheidsorganen dat Cradle to Cradle en circulaire economie in een bouwvisie verwerkt groeit gestaag, met gemeente Venlo als absolute koploper. Nu de oplevering van het eigen stadskantoor dichterbij komt, wordt duidelijk dat circulariteit op alle fronten succes biedt. Tekst: Marvin van Kempen, Beeld: Peer Odekerken (met uitzondering van artist impression)

Dertig jaar lang ondervonden de gemeente, medewerkers en bezoekers van het stadskantoor in Venlo last van de beslissing om met forse bezuinigingen te bouwen. Acht jaar geleden werd de knoop doorgehakt door de gemeente

Artist Impression Stadskantoor Venlo (Bron: Kraaijvanger Architecten)

128

september 2015 | duurzaam gebouwd

om voor een gloednieuwe huisvesting te zorgen, ditmaal niet gebukt onder een krappe investering, maar gebouwd en gefinancierd met het oog op de toekomst. “Cradle to Cradle-ambities werden vanaf het begin


Maatschappelijk vastgoed

Bas van de Westerlo, Hans Goverde, Richard Nederlands en Michel Weijers.

verankerd in het programma van eisen, dat we samen met het C2C ExpoLAB opstelden”, vertelt Michel Weijers, projectleider Stadskantoor Gemeente Venlo. “Met het ontwerpteam brachten we een focus aan op een viertal thema’s, die de belangrijkste onderdelen omvatten waarop we meerwaarde wilden bereiken: energie, materiaalgebruik, water en luchtkwaliteit.”

Integraal in 2008 Vrij bijzonder voor die tijd was dat dit ontwerpteam in een vroeg stadium van het bouwproces werd betrokken. “In die tijd zag je dat overheden enorme opdrachten in de markt zetten, waar architecten tonnen in stopten, met een kleine kans de opdracht daadwerkelijk binnen te halen. De keuze voor een ontwerpselectie leek ons onlogisch, want dan zouden we niet betrokken zijn bij een proces waarin we onze visie verwerkt wilden zien. Daarom kozen we voor een visieselectie”, denkt Weijers terug. De keuze om nog niet met aannemer Laudy Bouw aan tafel te gaan zitten, was bewust. Evenals de gesprekken met verschillende leveranciers, onder andere over het realiseren van een groene gevel. “We hadden de ruimte om later in het proces leveranciers erbij te betrekken”, weet C2C ExpoLAB-consultant Bas van de Westerlo. “Ze kregen de rol om mee te denken over de uitwerking van de verschillende thema’s en dat leidde tot innovaties. Door de goede vraag te stellen, trigger je de markt.” Richard Nederlands van Laudy Bouw & Ontwikkeling vertelt dat

zijn organisatie een rol had kunnen spelen bij het op elkaar afstemmen van de verschillende thema’s en uitvoering hiervan. “Maar dat is achteraf gezien”, lacht hij.

Grondstoffenpaspoort borgt restwaarde De moeite die in de uitwerking van deze thema’s zit wordt beloond. De gemeente kan rekenen op lagere exploitatielasten en een gebouw met restwaarde. Een belangrijk onderdeel van het onderbouwen van die waarde is het grondstoffenpaspoort, waardoor bekend is welke materialen er in het gebouw zitten. “Als we van het oude stadskantoor een grondstoffenpaspoort hadden, was de analyse die we hebben uitgevoerd niet nodig”, zegt Weijers. “Het was onze droom om van het oude stadskantoor het nieuwe stadskantoor te maken, maar we bevonden het beton niet goed genoeg om te recyclen.” Een grondige analyse van de materialen is in de nieuwe situatie niet meer nodig. “We weten dat de materialen die we nu gebruiken voor het grootste deel niet giftig zijn en die kunnen we ook hergebruiken.” Kanttekening is dat het voorstel voor het grondstoffenpaspoort aanvankelijk te complex was. “We hebben dit concreter gemaakt”, verduidelijkt Nederlands. “In het paspoort schrijven we over het type materialen dat we verwerken en de hoeveelheid materiaal die we verwerken. We willen de materialen op een goede manier eruit halen, zodat we niet met een breekhamer in de weer hoeven.”

duurzaam gebouwd | september 2015

129


solid-air.nl

De hoogste standaard voor goed geklimatiseerde ruimtes

BIM READY!

Klimaatplafonds van Solid Air Met klimaatplafonds van Solid Air worden koeling, verwarming en verse lucht aangevoerd via het plafond. Dit levert indrukwekkende prestaties op. Klimaatplafonds van Solid Air worden overal toegepast, waar het belangrijk

•Hoogste comfortklasse •Dezelfde warmteopbrengst als radiatoren •Meer koelvermogen, geen tocht! •Energiezuiniger dan andere klimaatsystemen •Overal toepasbaar •Energetisch verantwoord •Lange levensduur

Tel +31 20 696 69 95 mail@solid-air-nl

is dat mensen zich prettig voelen.

•Luchtbehandeling • Luchtverdeeltechniek • Brandwerende producten •Koelconvectoren •Klimaatplafonds

Lean&Duurzaam

vandenpol.com


Maatschappelijk vastgoed

beslissing genomen om de focus te leggen op de vier thema’s, het paspoort en de circulariteit. Daardoor gaat het gebouw al na 1 jaar geld opleveren in de cashflow van de gemeente. Een frisse wind, want er wordt op dit moment door veel partijen naar de korte termijn gekeken.”

Internationaal inspireren

Hans Goverde: “Focus op de elementen waarvoor je eenmalig de kans krijgt om ze goed aan te pakken.”

Logische vraag met lastig antwoord Materialen die leveranciers in het gebouw stoppen, worden door de organisaties zelf aangemeld. Toch blijkt het niet altijd even gemakkelijk om de samenstelling van eigen producten te doorgronden. “Lang niet alle leveranciers kunnen je vertellen wat er eigenlijk in een product zit. Eigenlijk is het een logische vraag, maar dit blijkt nog altijd erg moeilijk te zijn, vooral als je het gaat hebben over chemische samenstelling of restwaarde”, verduidelijkt Van de Westerlo. Weijers vindt het goed om leveranciers op deze manier aan het denken te zetten. “Het laat ze nadenken over de producten die ze verkopen en wat ze ermee kunnen als restproduct. Als je aan de voorkant de randvoorwaarde stelt om de juiste materialen in het gebouw te hebben, dan kun je ze – bij wijze van spreken – altijd zelf nog verkopen. Als ze giftig of niet demontabel zijn, moeten we er zelf veel energie en tijd in stoppen.” Voor Kraaijvanger Architecten-directeur Hans Goverde was het grondstoffenpaspoort en het invullen van de Cradle to Cradle-ambities een ontdekkingsreis en een verademing. “Van belang is om naar de gehele levenscyclus van het gebouw te kijken. De gemeente Venlo heeft de juiste

De focus op de lange termijn zorgde ervoor dat verschillende duurzaamheidsambities zoals de groene gevel overeind bleven. “We ontfermden ons over de vraag hoe we de kwaliteit voor de komende veertig jaar hoog en de kosten laag konden houden. Je moet je realiseren dat een gebouw meerdere levenscycli kent. Focus daarom op de elementen waarvoor je eenmalig de kans krijgt om ze goed aan te pakken.” Een van de randvoorwaarden is dat het gebouw zich in de toekomst kan verbeteren. Dat kan onder andere op het gebied van aanpasbaarheid van ruimtes en het vervangen van installaties. “Op dit moment is er nog niet veel interessants te melden op het gebied van Cradle to Cradle in de installatieomgeving, maar op dit vlak verwachten we in de toekomst positieve ontwikkelingen”, vertelt Nederlands. “Ook het terugnemen van installaties staat nog in de kinderschoenen”, weet Goverde, een ontwikkeling die met de verschuiving van bezit naar gebruik kan versnellen. “We kijken vooruit en onderzoeken hoe het gebouw zichzelf kan verbeteren. Daardoor komen we erachter hoe we de positieve footprint kunnen vergroten”, vindt Van de Westerlo. “Tegelijkertijd is het gebouw dat er binnenkort staat duurzaam en klaar voor de toekomst. Daarmee willen we vooral anderen inspireren.” Zelfs voor de oplevering lijkt die missie al geslaagd, want het viertal snelt naar een volgend interview toe. Met de internationale aandacht die dit paradepaardje genereert, lijkt het niet lang meer wachten op een vervolg op eigen of op vreemde bodem.

Michel Weijers, Richard Nederlands en Bas van de Westerlo.

duurzaam gebouwd | september 2015

131


Solide basis voor Saxion Stadscampus Middenin Enschede is de laatste hand gelegd aan de Saxion Stadscampus. Het voormalige terrein van het Natuurhistorisch museum heeft plaatsgemaakt voor nieuwbouw. Die bestaat uit vier met elkaar verbonden gebouwen, geformeerd rondom de statige Villa Serphos. Met het oog op de toekomst is er stevig ingezet op duurzaamheid, onder meer in de betonkeus. Tekst: Ton de Kort, Beeld: Robert Tjalondo

Het voormalige terrein van het Natuurhistorisch museum heeft plaats gemaakt voor nieuwbouw.

“Trots is een zonde, fier is een deugd. Dus ik ben fier.” Hans Wichers Schreur, directeur bureau vastgoed bij Saxion, steekt niet onder stoelen of banken dat het sluitstuk van de Stadscampus uitermate geslaagd is. Daarmee komt een eind aan een langlopend traject. “Ons uitgangspunt is dat we goed bereikbaar willen

132

september 2015 | duurzaam gebouwd

zijn, middenin de binnenstad. Er lopen hier dagelijks zo’n 12.000 studenten rond. Die zou je eens in een stadsbus moeten stoppen.” Al in 2008 lag in de langetermijnplanning vast dat de oplevering in de zomer van 2015 zou plaatsvinden. “Dit is een van de weinige projecten die zó strak gepland is en die


Maatschappelijk vastgoed

De hoofdentree, met zicht op uitkragende trap en ellipsvormige kolommen.

planning ook daadwerkelijk haalt”, onderstreept Ronald Wenting, als senior projectleider constructies bij ABT nauw betrokken bij het hele proces. De voltooiing van de Stadscampus vormt voor Saxion het eindpunt van de bouwactiviteiten in Enschede. Wichers Schreur: “We groeien tot 2020, 2024 nog wel door maar dit is ons laatste nieuwbouwplan. We gaan nu bijhuren. Na 2020 gaan we alweer afstoten.” Saxion heeft de nieuwbouw goed uit kunnen leggen. “We willen met onze gebouwen dichtbij elkaar zitten en vlakbij het station. We huurden altijd nog veel locaties. Dat worden er nu minder.” De nieuwbouw biedt bijvoorbeeld onderdak aan de pabo, die voorheen in Hengelo zat, maar ook aan de Lego Education Innovation Studio en aan andere technische labs.

Gebouw dat bewegingen mee kan maken Duurzaamheid was een van de vijf pijlers, waarop Saxion het ambitiedocument voor de nieuwbouw baseerde. “Wij zien gebouwen als een bedrijfsmiddel”, geeft Wichers Schreur aan. “Die moeten primair goed zijn voor ons eigen werk. Ook flexibiliteit was een eis. De gebouwen moeten de bewegingen mee kunnen maken, die het onderwijs maakt.” De duurzaamheidsambitie werd vertaald in BREEAM Excellent, al is dat predicaat geen doel op zich: “We gaan niet voor de sticker op de deur. Het gaat ons erom dat we goede gebouwen hebben. Duurzaamheid moet geen trucje zijn wat je er bovenop plakt.” Bij de keus van het ontwerpteam werd gekeken naar het duurzaam vermogen van de partijen. Dat resulteerde in IAA als architect en in

ABT als hoofdconstructeur. “Wij hebben de opdrachtgever in het hele traject meegenomen”, licht Wenting toe. “Het ontwerp heeft een stedenbouwkundige achtergrond. Het moest aansluiten bij de architectuur van de Tromplaan, met kleine volumes maar toch een fors geheel.” Wichers Schreur schoof dus steeds aan bij het ontwerpteam. “Ik geloof in korte lijnen”, benadrukt hij. “We hebben niet zozeer vergaderd maar meer intensieve workshops gehad.” Wenting: “Het begin was een puzzel. We hebben voor vier losse volumes gekozen, aan de voorkant wat lager, aan de achterkant wat groter en met een behoorlijk programma in de kelder. Toen dat ei eenmaal gelegd was, zijn we consistent de plannen verder gaan ontwikkelen.” Er werd in die fase al nadrukkelijk naar de toekomst gekeken. Zo werd het hele installatieprincipe al op voorhand vastgelegd. “Het budget was en bleef echter leidend”, stelt Wichers Schreur. “Daarbinnen wilden we veel ambitie stoppen, tot aan het randje of daar zelfs overheen. We hebben in alle fases gecheckt of we het duurzaamheidsniveau wat we wilden ook konden betalen en dat kon.”

Krappe uitvoeringsfase Na een uitgebreide ontwerpfase resulteerde een wat krappe uitvoeringsfase. De aannemerscombinatie Haafkes/Plegt Vos moest stevig aan de bak. “Je weet welke opgave er ligt. Daar ga je op focussen”, vertelt Gerrit Olimulder, adjunct-directeur bij Plegt-Vos Oost. “Heel veel keuzes lagen vast. Er was gekozen voor heel

duurzaam gebouwd | september 2015

133


56

februari 2015 | duurzaam gebouwd


Maatschappelijk vastgoed

kubieke meter beton is hoog.” Heuveling onderkent dat. “Beton is grijs en wordt hard, redeneert men vaak. Dat is een totale versimpeling van het materiaal.”

CO2-besparing en fraai visitekaartje

“Alles is binnen de geplande tijd gerealiseerd, ondanks de krappe bouwtijd.”

veel prefab, in de opbouw van het gebouw en in de afbouw van de gevel. Dat is goed voor het bouwtempo.” Olimulder wist dat er iets van de bouwcombinatie verwacht werd. “Duurzaam bouwen is een belangrijk aspect van onze bedrijfsvoering. We ontwikkelen zelf ook veel en hebben bovendien ervaring in het bouwen voor onderwijsinstellingen. We hebben ook al meer voor Saxion mogen bouwen, kenden de partijen en het ontwerpteam. Dit komt het bouwproces ten goede. We noemen ons niet voor niets ‘hogeschoolbouwers’.” Hij deelt de fierheid van de opdrachtgever. “Alles is binnen de geplande tijd gerealiseerd, ondanks de krappe bouwtijd.” Ook bij de materiaalkeus speelde duurzaamheid een belangrijke rol, onder meer in het beton. Wenting: ‘In het bestek stond als eis een gemiddelde CO2-emissie van onder de 100 kilo per kubieke meter beton.’ Dat uitgangspunt bracht de nodige uitdagingen met zich mee, waarop de betonbranche dankbaar inspeelde. ‘Beton is duurzaam’, weet Jan Heuveling, adviseur bouwtechnologie bij de VOBN. Zijn organisatie riep vier jaar terug het keurmerk Beton Bewust in het leven. “Daarmee laten we zien wat de branche op het gebied van duurzaamheid al presteert.” Maar toch heeft beton af te rekenen met een imagoprobleem, ziet directeur Jan Smit van Rokramix betoncentrales: “Betonmortel is altijd een ondergewaardeerd product geweest. De CO2-belasting per

De keus voor een maximale CO2-emissie betekende dat er een duidelijk lat was gelegd, waar de aannemer, constructeur, toeleveranciers en betontechnoloog gezamenlijk overheen moesten springen. René Albers is business development manager bij Orcem, dat hoogovenslakken maalt tot bindmiddel voor de betonindustrie. Gemalen hoogovenslakken zijn, vergeleken met Portlandcement, stukken milieuvriendelijker. “Eén ton Portlandcement staat ongeveer gelijk aan één ton CO2”, verduidelijkt hij. “Terwijl één ton gemalen hoogovenslakken slechts 35 kilo CO2 oplevert. Iedere ton Portlandcement die je kunt vervangen door secundair bindmiddel is dus een ton CO2 gewonnen.” Hij zag in dit project een mooie kans voor het nog jonge bedrijf: “Als je het plaatje duurzaamheid niet goed voor elkaar hebt, kom je gewoon niet in de markt.” Albers is meer dan tevreden over de samenwerking: “Het is uniek dat ik met de opdrachtgever aan tafel zit.” Heuveling geeft aan dat er met het bindmiddel gespeeld is: “Vervangen van Portlandcement door gemalen hoogovenslakken heeft een gunstige footprint maar een tragere verharding. Je moet dus een mengsel bedenken wat aan alle eisen recht doet.” Dat kwam er. “Om tot het beste resultaat te komen zijn tientallen mengsels gebruikt in dit project”, verduidelijkt Smit. “Voor een gebouw als dit werk je met beton op maat.” Olimulder voegt daaraan toe dat er ook goed naar het tijdspad is gekeken. “De constructie bestaat uit in het werk gestort en geprefabriceerd beton. Bijna alles is uitgevoerd als schoonbeton. Daarvoor hebben we een betontechnoloog aan onze zijde gehad. Alles is in dezelfde kleur gemaakt. Daar is veel tijd en energie in gestoken. In de winterperiode is het mengsel bijgesteld. We bleven de planning steeds in de gaten houden. De oplevering mocht niet in gevaar komen.” Dat gebeurde ook niet. De betonbranche heeft er zo een fraai visitekaartje bij gekregen. “We hebben laten zien wat we met beton allemaal kunnen”, klinkt Smit trots. Wichers Schreur bekijkt het nuchter: “Onze opvatting is steeds geweest dat je het één moet doen en het ander niet moet laten.” De nieuwe gebouwen, die bovengronds met elkaar zijn verbonden door loopbruggen en ondergronds door een souterrain, vormen een prachtige omlijsting voor Villa Serphos. “Dit maakt het plaatje af. De villa wordt hier alleen maar mooier van.” Wenting heeft het project zien groeien en is er gepast trots op. “Mijn favoriete plek is in de kelder bij de hoofdentree, met zicht op de uitkragende trap en de ranke hoge ellipsvormige kolommen. Door de lichtinval, zichtlijnen naar buiten en ruimtelijke werking van de patio’s heb je daar totaal geen idee dat je in een kelder staat. Dan zie je dat het een heel krachtig en mooi ontwerp is. Vanuit technisch oogpunt zijn de puzzelstukjes goed gevallen en het ziet er nog mooi uit ook.”

duurzaam gebouwd | september 2015

135



Maatschappelijk vastgoed

Duurzame waarde door flexibiliteit

Eén ding verandert nooit aan het onderwijs: het verandert voortdurend. Vrijwel jaarlijks is er sprake van nieuwe onderwijsvormen, nieuwe studentenpopulaties en steeds snellere digitalisering. Voor de Rijksuniversiteit Groningen een reden om een zeer flexibel gebouw neer te zetten. Maar natuurlijk wel huisvesting die inspireert en optimaal comfort biedt aan studenten en medewerkers. Creëer een inspirerend gebouw voor de steeds wisselende studentenpopulaties, dat is de opgave van de universiteit. Dat vraagt om huisvesting die mee kan veranderen. Een kern die steeds kan worden hergebruikt, ook als het gebouw in de toekomst wordt gebruikt voor andere onderwijssystemen of voor zorg, appartementen of als kantoor. Daarnaast wilde de universiteit een duurzaam gebouw met toekomstwaarde, passend in het landschap. Het ontwerp van architect Rudy Uytenhaak is zeer inspirerend: een lichaam dat loskomt uit het maaiveld en rust op twee voeten. Omdat de universiteit snel resultaat in een korte bouwtijd wil, is gekozen voor een prefab-draagstructuur. Deze draagstructuur legt

de basis voor mogelijke verandering van de functie en daarnaast voor het comfort. De draagconstructie bestaat uit een staalconstructie van meer dan 3.500 ton. De verdiepingsvloeren met grote overspanning hebben geen constructieve tussenwanden nodig. Dat geeft de vloeren maximale indelingsvrijheid. Alle vloeren hebben betonkernactivering en maken gebruik van één van de grootste warmte-koudeopslaginstallaties van Nederland. Het resultaat is een optimaal flexibel onderwijsgebouw van de toekomst in zeer inspirerende architectuur. Betonkernactivering zorgt voor een comfortabel binnenklimaat en direct 30% besparing op het energiegebruik. De grote ruimtes in combinatie met de grote vides zorgen voor optimale daglichttoetreding in de binnen gebieden. Door deze grote vrije vloeren kan het gebouw in de toekomst eenvoudig aangepast worden. Indien op de aantrekkelijke locatie - direct bij de stad - in de toekomst een andere functie vereist is, kan de draagstructuur eenvoudig worden hergebruikt. Dat scheelt meer dan twintig procent van de bouwkosten. Het Centrum voor Levenswetenschappen is opgebouwd volgens de werkwijze die VBI Flexibel comfort noemt: functievrije gebouwen met grote vrije vloeren die in de tijd steeds aan te passen zijn aan de wensen van de eindgebruiker. Want alleen een gebouw dat nu al is voorbereid op een volgend leven is werkelijk duurzaam en een investering met toekomstvast rendement. Deze flexibiliteit wordt bepaald door de draagconstructie van een gebouw. Door de constructie waarvoor de Rijksuniversiteit Groningen heeft gekozen, zijn de vrije vloeren steeds anders in te delen. Van onderwijsruimte nu, tot kantoren in 2030 of studentenwoningen in 2040. Meer informatie: www.vbi.nl

Zonnestroom voor Tilburgse scholen De schoolbesturen van Xpect Primair, Tangent, Opmaat en Jan Ligthart en de multifunctionele accommodaties Grote Beemd, Dirigent, Symphonie en Zuiderkwartier in de regio Tilburg krijgen zonnestroominstallaties. De basisscholen krijgen dit jaar nog zonnepanelen. Het Bossche KiesZon heeft de opdracht gekregen om ze te installeren. De installaties leveren samen net zo veel stroom als 300 huishoudens verbruiken. De scholen hoeven niet zelf te investeren in de zonnestroominstallaties. Gedurende vijftien jaar krijgen zij korting van gemiddeld ruim vijftien procent op hun huidige elektriciteitsrekening. In die periode hebben de scholen geen omkijken naar deze installaties. Het onderhoud en risico komt volledig voor de rekening van KiesZon. De opgewekte zonnestroom komt altijd ten goede aan de scholen. Na die periode worden de scholen zelf eigenaar van de installaties.

duurzaam gebouwd | september 2015

137


9 Transformeren 9 9 Transformeren Isoleren 9 9 Isoleren Opwaarderen 9 Opwaarderen

Sterk verbeterd, maar niet veranderd $DM V@QD SQ@MRENQL@SHD UNNQ @OO@QSDLDMSDM HM CD VžJ !NRKDDTV ,HCCDM SD LRSDQC@L YNMCDQ C@S CDYD C@@QAž GTM NNQROQNMJDKžJD @QBGHSDBSTTQ UDQKNQDM #NNQ SNDO@RRHMF U@M ATHSDMFDUDKHRNK@SHD @EFDVDQJS LDS FDUDKRSDDM HR MHDS @KKDDM GDS LNMTLDMS@KD J@Q@JSDQ U@M CDYD ONQSHDJVNMHMFDM C@SDQDMC THS CD I@QDM h ADGNTCDM FDAKDUDM L@@Q UNKCNDS GDS FDANTV NNJ @@M CD GDCDMC@@FRD DMDQFHDMNQLDM

Meer toonaangevende renovatieprojecten van Sto vindt u in de themabrochure Waardebehoud, te vinden op www.sto.nl.


©Alan Jensen

Google Amsterdam

Lely Industries - Maassluis

Yes, we can do it. Gebouwen moeten steeds duurzamer zijn. Voor de juiste plafond oplossing hoeft u niet ver te zoeken. Armstrong biedt alles wat nodig is voor groene gebouwen: innovatieve producten, efficiënte (recycling)processen en deskundig advies over duurzaam bouwen. Met Armstrong is de cirkel rond!

www.armstrong.nl/plafonds


‘Wil om te veranderen dankzij crisis’ In de aanloop naar de zomer vonden twee Duurzaam Gebouwd Op Locatie-bijeenkomsten plaats, met de onderwerpen 3D-printing en Logistiek Vastgoed. Daarnaast vond de seminarreeks Duurzaam Gebouwd Woningen plaats, speciaal voor woningcorporaties en vastgoedeigenaren. Tekst: Tim van Dorsten en Marvin van Kempen

Aandachtig luisteren tijdens het Duurzaam Gebouwd Woningen-seminar in het Brabantse Westelbeers.

Tijdens eerstgenoemde event werd duidelijk dat driedimensionaal printen het traditionele bouwproces overhoop gooit en om nieuwe businessmodellen vraagt. Misschien nog wel het meest opmerkelijk was dat de overtuiging van de aanwezigen dat 3D-printing binnen vijf jaar een belangrijke technologie binnen de bouwsector wordt. “In China worden gebouwen al aan de lopende band geprint”, illustreerde moderator Erik van Wijk, die tevens oprichter is van DeWaardeFabriek, een organisatie die transformatie van business en gedrag mogelijk maakt. “In de medische en automotive industrie

140

september 2015 | duurzaam gebouwd

is 3D-printing al common business. In Nederland zet deze productiemethode de processen op zijn kop. De aantrekkingskracht hiervan is groot, met onder andere een verhoogde bouwsnelheid, minder materiaalgebruik en minder energiegebruik.”

Volledig circulair Hoe lang duurt het nog voordat deze productiemanier gemeengoed wordt binnen de bouw- en vastgoedsector? Senior business manager Pieter van Gent van BASF heeft in ieder geval de overtuiging dat we de technologie in huis hebben om samen aan de slag te gaan. Ook benoemt


Duurzaam Gebouwd

“Ik zie veel verbanden met logistiek vastgoed, maar de bouwsector is daar nog niet klaar voor”, vertelde hij. Toch ziet hij een positieve tendens. “We zien een explosie van projecten in de markt ontstaan.” Voor ontwikkelaar Dok Vast heeft zijn bedrijf voor diverse logistieke centra gezorgd, waaronder New Logic II op het Tilburgse industrieterrein Vossenberg. Hierin is inmiddels Tesla gevestigd. “Na het ontwerpcertificaat 91,22% zit dit pand inmiddels op een verwacht BREEAM-NL Oplevercertificaat van Outstanding (93,8%). En dat is nog zonder zonnepanelen.”

Eerste aanzet tot beter product

Tijdens Duurzaam Gebouwd Op Locatie: 3D-printing vonden diverse workshops plaats, waarbij de 80 deelnemers zich verdeelden in groepen. Iedere groep vertegenwoordigde een rol in de bouwketen.

hij de urgentie van verduurzaming en het toepassen van bouwmethodieken, die minder materialen en grondstoffen gebruiken. Volgens hem wordt de bouw voor zeker 60% industrieel ingericht. “3D-printen maakt het mogelijk om binnen dat industriële proces toch individuele oplossingen voor klanten te realiseren. Ik daag organisaties uit om na te denken over hoe hun bedrijf verandert in de waardeketen en ik nodig de aanwezigen uit om samen na te denken over zinvolle toepassingen.”

Nieuwe proposities en marktveranderingen Unica Ecopower-directeur Jan-Maarten Elias benoemt vervolgens de veranderingen in de markt door het aanstormende 3D-printen. “Het 3D-ontwerp van onze modelleurs in een BIM-model is straks de basis voor het printen van onderdelen voor de bouw. Ook bij beheer en onderhoud biedt dit een uitkomst. Denk aan het simpelweg printen en vervangen van kapotte onderdelen van een installatie door een servicemonteur ter plaatse of zelfs het gebruik van lokale 3D-printshops die dit voor ons uitprinten. Dit kan bijvoorbeeld een unieke klep of koppelstuk zijn, maar wellicht ook grotere onderdelen. We hoeven straks maar één keer langs te komen zodat we een storing zeer snel verhelpen.”

Van de Water is blij met de komst van BREEAM. “Het zorgt voor bewustwording en brengt een hogere standaard voor de uitvoerende partij. Dit duurzaamheidscertificaat is de eerste aanzet tot een beter bouwproduct.” In zijn ogen bevatte dit certificaat in het begin wel vreemde credits. “Een daarvan was waterbeheer. De certificerende organisatie Dutch Green Building Council had dit duurzaamheidscertificaat namelijk letterlijk naar het Nederlands vertaald. Gelukkig past ze BREEAM-NL steeds meer aan de Nederlandse markt aan.” Voor de zomervakantie werden nog vier seminars voor woningcorporaties georganiseerd, met sprekers als Margaret Zeeman, directeur-bestuurder van de Nieuwegeinse woningcorporatie Jutphaas Wonen. “Net als veel randgemeenten kampen wij met leegstaande kantoorpanden. We hebben het percentage weten terug te schroeven van 33% naar 27%.” Dit is gelukt door enkele kantoorpanden te kopen en naar een appartementencomplex te transformeren. “Gelukkig hebben we hulp gehad van een meewerkende en meedenkende gemeente. Daarnaast heeft de crisis bijgedragen aan een grotere wil om te veranderen.” Jutphaas Wonen koos namelijk voor een andere aanpak. “We hebben de productomschrijvingen losgelaten. Op hoofdlijnen hebben we de prestatie-eisen geformuleerd en de markt benaderd. Hierbij hebben we een beroep gedaan op de creativiteit van de markt.”

Explosie van projecten In een volgende bijeenkomst over Logistiek Vastgoed bleek de focus nog niet op 3D-printing te liggen, maar wel op de certificeringsmethodiek BREEAM-NL en systeemintegratie. Met Dubotechniek als gastheer vond deze editie van Duurzaam Gebouwd Op Locatie plaats in zijn Experience Center, aan de A2. Daarna kwam Rudy van de Water op het toneel. De projectmanager en BREEAM-NL-expert bij huisvestingsspecialist Quadrant4 werkte in het verleden in de domotica.

Behalve luisteren naar sprekers staat ook netwerken centraal.

duurzaam gebouwd | september 2015

141


Dé slimme en duurzame oplossing Nieuw! De Tzerra HP en Hybrid Plus De Remeha Tzerra HP is een slimme combinatie van een duurzame warmtepomp met de vertrouwde Remeha Tzerra Plus cv-ketel. Het Plug-and-Play systeem zorgt voor snelle en eenvoudige installatie. Heb je al een Remeha cv-ketel? Dan is de Remeha Hybrid Plus de oplossing. Deze bestaat alleen uit een warmtepomp en een binnendeel. Op het binnendeel kun je elke Remeha cv-ketel aansluiten. Door gebruik te maken van omgevingsenergie haalt de warmtepomp een bijzonder hoog rendement. De uit de omgeving gewonnen energie wordt vervolgens opgeslagen in een buffertank. Deze warmte wordt gebruikt voor het verwarmen van de woning of het voorverwarmen van het tapwater. Bij onvoldoende warmtetoelevering door de warmtepomp springt de cv-ketel bij waardoor levering van verwarming en warmwater gegarandeerd is. Kijk voor meer informatie op prof.remeha.nl/hybride.

De winstpunten van de Tzerra HP en Hybrid Plus op een rij. › › ›

Verlaagde stookkosten Verbetering energielabel ‘Plug-and-Play’ systeem

T +31 (0)55 549 6969 E remeha@remeha.nl Remeha B.V. đ Marchantstraat 55 đ 7332 AZ Apeldoorn đ P.O. Box 32 đ 7300 AA Apeldoorn

prof.remeha.nl/hybride


Duurzaam Gebouwd

Sfeer proeven tijdens PEP-meeting in Markthal Op 25 juni vond de halfjaarlijkse PEP-meeting plaats van Duurzaam Gebouwd. Ditmaal diende de Markthal in Rotterdam als locatie. Deze overdekte markthal wordt door velen bestempeld als icoonproject van Nederland. ongeveer honderd vers-units te zien en er is een enorm kunstwerk aan de binnenzijde te bewonderen. “Inmiddels is 95 procent van de retail verhuurd”, weet De Kruyff. Een van de uitdagingen tijdens het project was het aanleggen van de installaties, vanwege de unieke vormgeving van het project. Ronald de Jong van Techniplan kwam aan het woord over deze installaties. “Op deze manier kun je alleen werken als je elkaar vertrouwt en een integraal ontwerp opzet.”

Experts aan het woord

Eten, drinken en netwerken tijdens de PEP-meeting in de Markthal.

“Met Duurzaam Gebouwd Connect verbinden we partners en experts met elkaar, onder andere tijdens netwerkmomenten van onze evenementen”, trapt Duurzaam Gebouwd-directeur Wietse Walinga af. Hij refereert naar het succesvolle Duurzaam Gebouwd Congres 2014, het provinciecongres in het MECC Maastricht en Building Holland 2015, dat 24 procent meer bezoekers trok dan het jaar ervoor en sinds kort is overgenomen door Duurzaam Gebouwd. “De volgende editie komen innovaties en concepten, naast kennisdeling, meer op de voorgrond”, onthulde Walinga. Na de introductie van Walinga kwam Provast-ontwikkelaar Simon de Kruyff aan het woord. Hij nam de bijna tachtig aanwezigen mee in het ontwerpproces van de Markthal, waarbij onder andere goed gekeken is naar de stedenbouwkundige situatie. Een WKO in samenwerking met kantoorgebouw Blaak 31 en stadsverwarming gelden als twee van de duurzame maatregelen. In de woningen is een klimaatconcept toegepast met onder andere bijzondere akoestische eigenschappen.

Integraal ontwerp Naast de 228 appartementen binnen de Markthal vallen bij binnenkomst onmiddellijk de vele kramen op. Hier zijn

Een vragenronde uit het publiek deed uit de doeken wat de insteek van de Markthal is op het gebied van geluid, klimaat en brandveiligheid. Duurzaam Gebouwd-expert Jérôme Eijsackers, werkzaam bij Peutz als senior adviseur bouwfysica en duurzaamheid: “De Markthal kan gezien worden als kathedraal, dus het was van belang om de galm hieruit te halen. Met duizenden mensen is lawaai onoverkomelijk. Het klimaat wordt met zoveel mogelijk natuurlijke middelen beheerst.” Over de brandveiligheid kwam in een eerder gepubliceerd artikel Peutz-adviseur Peter Wapenaar aan het woord: “Als er ooit brand zou zijn, dan gaat de rook- en warmteafvoer in bedrijf. Het schoorsteeneffect voert de rook en warmte naar boven af, waardoor veilig vluchten en blussen op de vloer mogelijk is.”

Genieten Na de presentaties werden de Duurzaam Gebouwdpartners en -experts opgesplitst in groepen voor een rondleiding. Op het programma stonden onder andere proeverijen bij verschillende marktkramen en een bezoek aan een van de luxe appartementen. Hier was het genieten van een zonovergoten uitzicht van Rotterdam. Met een hapje en een drankje in Restaurant Fellini in de Markthal sloten de genodigden de dag af.

De volgende PEP-meeting vindt plaats op 7 oktober in The Edge. Bekijk op DuurzaamGebouwdConnect.nl een overzicht van evenementen die Duurzaam Gebouwd organiseert.

duurzaam gebouwd | september 2015

143


het is tijd voor een muurverf die echt duurzaam is Waar groen meer is dan de kleur van de verf Bijvoorbeeld met Wijzotex Mat, deze hoogwaardige, watergedragen muurverf, op basis van innovatieve zetmeel technologie, zorgt voor een volledig mat resultaat en is makkelijk te verwerken. Groene verf die dus in alle kleuren verkrijgbaar is. Zo biedt Wijzonol u altijd de optimale combinatie tussen kwaliteit en duurzaamheid. Proberen en ook overtuigd raken? Bel 038 429 11 00 of kijk voor meer informatie op www.wijzonol.nl


Duurzaam Gebouwd

Samen bouwen aan duurzaam Groningen Op donderdag 12 november 2015 komen directieleden, managers en senior professionals uit de brede bouw- en vastgoedsector naar MartiniPlaza in Groningen. Hier vindt dan de zevende editie van het Duurzaam Gebouwd Congres plaats. Dit jaar is het thema ‘Samen bouwen aan Duurzaam Groningen’, gericht op de enorme bouwopgave in provincie Groningen.

De bouwopgave in Groningen is enorm en voor de komende jaren geschat op 800 miljoen euro per jaar in het kader van revitalisatie en herstel. Hoe kunnen we deze enorme opgave volbrengen op een aardbevingsbestendige en duurzame manier? Hoe komen we tot de meest duurzame provincie van Nederland en hoe creëren we in dat kader ook werkgelegenheid en economische groei? Door met circa 800 professionals vanuit de integrale bouw- en vastgoed tijdens het congres te bouwen aan Duurzaam Groningen.

Aardbevingsbestendig verduurzamen Dagvoorzitter Inge Diepman neemt u mee in een programma vol met interessante en inspirerende keynotes om Groningen aardbevingsbestendig te verduurzamen. Tevens vinden er twee workshoprondes plaats en wordt een podium geboden aan de Nyenrode Supply Chain Award 2015 en de Gouden Kikker Award 2015. Uiteraard zijn diverse informele netwerkmomenten ingepland, want samenwerken begint bij ontmoeten.

Voor wie is het congres bedoeld? Het congres is bedoeld voor directieleden, managers en senior professionals die actief zijn in de brede bouw- en vastgoedsector of daaraan gelieerd zijn. Een toegangskaart voor het Duurzaam Gebouwd Congres kost € 145 (excl. btw). Vorig jaar was het congres uitverkocht, verzeker uzelf daarom snel van deelname. U kunt zich inschrijven via DuurzaamGebouwdCongres.nl.

Duurzaam Gebouwd Congres 2014 De zesde editie van het Duurzaam Gebouwd Congres i.s.m. provincie Limburg was een groot succes met zo’n 800 aanwezigen die aan de lippen hingen van sprekers als Maxime Verhagen en Thomas Rau. In 2014 werd er door deelnemers actief gestemd en gereageerd op stellingen, lange tijd was #DGcongres op Twitter ‘trending topic’. Het congres werd door de deelnemers beoordeeld met een 7,7 en 96 procent beveelt het congres aan.

duurzaam gebouwd | september 2015

145


Duurzame ambities samen waarmaken Slimme oplossingen voor efficiĂŤnte verwarming, koeling en ventilatie

www.thermaflex.com Tel. 0416 567 777 nederland@thermaflex.com


Duurzaam Gebouwd

Zwaardere aardbevingen fataal voor 35.000 Groningse woningen

Meer informatie op DuurzaamGebouwdCongres.nl

Meer dan 35.000 woningen in het aardbevingsgebied van Groningen zijn zeer zwak en niet bestand tegen zwaardere aardbevingen. Tot die conclusie komt de stuurgroep Nationale Praktijk Richtlijn, door het rijk ingesteld. Er blijkt een reĂŤle kans te zijn op slachtoffers onder de bewoners van de 35.000 zwakke woningen: de kans is groter dan 1 op 10.000. Verder geeft het NPR aan dat in het aardbevingsgebied woningen staan met een instortingsrisico dat groter is dan 1 op 100. De huizen zouden direct voor bewoning afgekeurd moeten worden.

Lees meer informatie over het Duurzaam Gebouwd Congres op www.DuurzaamGebouwdCongres.nl. Hier vindt u onder andere informatie over het programma, met sprekers als Syto Goslinga (De Bouwer & Partners), Jan Willem van de Groep (Energiesprong) en Roel de Jong (ABT|Wassenaar Seismisch Advies). Daarnaast leest u meer over de workshops waaraan u kunt deelnemen en kunt u zich inschrijven.

duurzaam gebouwd | september 2015

147


Gezocht: de moderne Jules Verne “Binnen tien jaren komen er fabrieken in de Sahara, die de zonnewarmte aldaar verzamelen, in elektriciteit omzetten, in een kistje opbergen, dit kistje naar Den Haag zenden, hier een naaimachine gedurende een paar maanden drijft en, als alle elektriciteit eruit is, eenvoudig terugsturen! Een algehele omkeer is te wachten in alle takken van industrie! Vliegmachines, ja wat niet al: het behoort niet meer tot de onmogelijkheden.” Tekst: Babette van Loon

Op 20 juni 1881 ontmoet de Haagse ingenieur Harting in Vlissingen de Franse schrijver Jules Verne, die met zijn stoomboot Saint-Michel onderweg is naar Hamburg. Verne heeft dan al het vergezicht dat elektriciteit als beweegkracht de toekomst is. Hoe, dat weet hij nog niet. Maar hij maakt zo veel indruk dat Harting in de Schiedamsche Courant* deze profetische woorden uitspreekt.

Grote belangen Het kistje is de batterij geworden en elektriciteit wordt op een andere manier getransporteerd. En inderdaad, elektriciteit heeft hele industrieën doen veranderen. We hebben alle mogelijkheden om naar een all electricmaatschappij te gaan op basis van natuurlijke bronnen. Zelfvoorzienend! De belangen van oude industrieën, de bouwlobby en landen die olie winnen zijn echter zo groot, dat zij er alles aan doen om hun positie te verdedigen. Zo publiceerde Vattenfall onlangs een miljardenverlies. Uit de laatste jaarcijfers** blijkt dat van de geproduceerde 173 terawattuur (TWh) aan elektriciteit 29 procent afkomstig is van kernenergiecentrales en 48 procent van centrales gestookt met fossiele brandstof zoals steenkool, gas en olie. Naast lage

Duurzaam Gebouwd Congres Alklima is eventpartner van het Duurzaam Gebouwd Congres, dat dit jaar op 12 november plaatsvindt in MartiniPlaza in Groningen. Kijk voor meer informatie op DuurzaamGebouwdCongres.nl.

148

september 2015 | duurzaam gebouwd

stroomprijzen en een overschot aan elektriciteit op het netwerk zet een toenemend aanbod van groene energie, vooral vanuit Duitsland door de Duitse Energiewende, de stroomprijzen en daarmee de resultaten van energiebedrijven onder druk. Het antwoord van Vattenfall is het risicoprofiel van het concern te verlagen door te investeren in windparken en stadsverwarming. Weliswaar hernieuwbaar, maar niet echt vernieuwend. En daarmee een verdedigingsstrategie in plaats van een innovatiebeleid. Gelukkig zijn er ondernemingen zoals Tesla, die miljarden investeren in hun visie van een toekomst waarin lowcostbatterijen alles veranderen. Tesla beschrijft een toekomst waarin alle voertuigen, met uitzondering van vliegtuigen en raketten, worden aangedreven door batterijen, in combinatie met nieuwe elektriciteitssystemen op basis van zonnepanelen.

Ambitieloos Nederland Wat voor vergezicht hebben wij in politiek Nederland en nationaal bedrijfsleven? Een ambitieloos doel om in 2020 14 procent van alle energie duurzaam op te wekken. En zelfs dit ambitieloze doel gaat een uitdaging worden! Waarom? Het ontbreekt in de politiek aan Vernes en Hartings. Wat is ons vergezicht? Waar willen we naar toe? Niets is onmogelijk. De politiek denkt in regeringsperiodes van vier jaar en in ministeries in plaats van een grensoverschrijdend, geïntegreerd geheel. De ‘belangen’ van het ministerie van Economische Zaken zijn weer anders dan de belangen van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Terwijl er maar een overkoepelend belang zou moeten zijn. De ambitie zou moeten zijn dat we binnen twintig jaar een duurzame, gasloze, all electric- maatschappij


Marktvisie

We hebben alle mogelijkheden om naar een all electricmaatschappij te gaan op basis van natuurlijke bronnen. Zelfvoorzienend!

hebben gerealiseerd, die honderd procent duurzaam is opgewekt! Hoe exact, tja dat weet ik nog niet. Maar vanaf heden dienen alle beleidsnota’s, belastingen, en wet- en regelgeving aan deze ambitie getoetst te worden.

Groningen wordt de toekomst

Babette van Loon is operationeel directeur van Alklima, de exclusief importeur van Mitsubishi Electric klimaatsystemen. Haar specialisme is Business Model Innovatie in een Business Ecosysteem: een samenwerkingsverband van meerdere bedrijven die branches doorkruizen en gezamenlijk een Business Model Innovatie realiseren.

“We beginnen radicaal in Groningen en stoppen onmiddellijk met het winnen van gas.”

We beginnen radicaal in Groningen. Het winnen van gas stopt met onmiddellijke ingang. Iedereen gaat branche- en politiek-overschrijdend aan de slag: niet tégen elkaar, maar mét elkaar. We bouwen huizen die gericht zijn op de mens en dus rekening houden met de toekomst van bijvoorbeeld vergrijzing en flexibiliteit (Zorg en Welzijn). We maken gebruik van de kennis en innovatie van de technische universiteiten (Wetenschap). We gaan creatief op zoek naar oplossingen en denken out-of-the-box (Cultuur en Kunst). Hierdoor snijdt het mes aan alle kanten. We investeren in kennis, leveren goede zorg, creëren banen, mensen leven prettiger en bovenal we leveren een bijdrage aan het behoud van onze aarde. Het rendement laat zich niet alleen uitdrukken in geld, maar ook in welzijn. Groningen wordt ons nieuwe exportproduct! En maakt duidelijk dat niet financiering of technologie de beperking vormt, maar de manier van denken. We hebben meer Vernes, Hartings en Tesla’s nodig!

* http://www.jules-verne.nl/pics/archief/1210.jpg ** Vattenfall annual and sustainability report 2014, p.4

duurzaam gebouwd | september 2015

149


Met composiet leasegevels naar een volledig circulaire economie De transitie van bezit naar gebruik is in volle gang, evenals de opmars naar een volledig circulaire economie. Deze marktverschuivingen kunnen gebouweigenaren forse voordelen brengen in de exploitatiefase en de waarde van vastgoed zekerstellen. Wordt het leasen van gevels en zelfs complete woningen vanzelfsprekend? Tekst: Marvin van Kempen

Van links naar rechts: Ewald Bakker (GP Groot), Paul Gramsma (Extreme Eco Solutions), Jack Smit (Flexipol).

Op het eerste gezicht lijkt de samenwerking tussen composiet-engineer Flexipol, recycler Extreme Eco Solutions en afvalinzamelaar GP Groot onorthodox. “Dit is dan ook een unieke samenwerking die vroeger nooit

150

september 2015 | duurzaam gebouwd

vorm had gekregen”, stemt Flexipol-directeur Jack Smit in. “Samen met deze twee en nog een aantal andere partners wil ik een totaalconcept in de markt zetten dat de weg naar een volledig circulaire economie korter maakt.”


Algemeen

GP Groot recyclet het ingezamelde polyester, dat uiteindelijk in de gevels komt.

Extreme Eco Solutions-directeur Paul Gramsma had en heeft eenzelfde doel. Twee jaar geleden startten hij en een compagnon de inzameling van polyester, afkomstig van achtergebleven pleziervaartuigen. “De volledige recycling van dit materiaal is mogelijk dankzij een onderzoeksorganisatie uit Noorwegen. Om dit materiaal te kunnen verzamelen en recyclen, zochten we naar een partij met slagkracht”, vertelt Gramsma. De samenwerking met GP Groot startte en in de regio Alkmaar werd een systeem opgezet voor recycling van materialen. “Onze filosofie is om de cirkel te sluiten”, vertelt commercieel directeur Ewald Bakker van GP Groot. “Met 750 mensen richten we ons op inzamelen, recyclen, infra en engineering. Daarnaast hebben we een tak met brandstoffen en oliehandel. Voor ons is het belangrijk om van afval grondstoffen te maken, dus dit initiatief past ons als gegoten.”

Modulair woonconcept Flexipol is als partner betrokken bij een compleet nieuw gevelconcept, waarin deze recyclingconstructie een belangrijk onderdeel wordt. Hierbij is niet het bezit, maar het gebruik van de gevel leidend. “Het is een vorm van een leaseconstructie, waarin ook energie-opwekking, onderhoud, groenvoorzieningen is meegenomen”, vertelt Smit. “De gevel wordt vrijwel volledig van composiet gemaakt en in een fabriek geproduceerd. Deze wordt op een vrachtwagen geplaatst en komt op de plaats van bestemming terecht waar het aan een relatief eenvoudige maar vooral lichtere achter-constructie kan worden bevestigd.” De doorlooptijd is snel en bij het gevelontwerp is al nagedacht over het uit elkaar halen. Een belangrijk gevolg hiervan is dat het recyclingproces vlotter verloopt, met minder kosten. De investerende partij krijgt te maken met

een nieuwe casus, omdat de materialen waarde opbrengen wanneer ze gerecycled worden. “Natuurlijk zijn de exploitatievoordelen en de mate van circulariteit de drijfveren voor opdrachtgevers om aan de slag te gaan met dit concept. Maar ook voor de consument biedt het grote voordelen. De vaste lasten per maand zijn veel lager dan bij traditionele huurovereenkomsten, waarbij vastgoed afgeschreven wordt en daarna geld kost om te slopen. De lagere kosten zijn volgens Gramsma essentieel voor het slagen van het concept. “Want ik heb het gevoel dat het bij veel partijen draait om de laagste prijs. Wanneer je enkele tientallen euro’s extra vraagt voor het duurzaam slopen en recyclen van materialen, schieten partijen dit voorstel af en gaan ze voor het goedkoopste alternatief: storten en verbranden.” Bakker noemt het concept prijstechnisch interessant, maar wil partijen ook aanzetten om na te denken over het afval dat ze produceren en nu nog verbranden. “Ik hoop dat ze zich realiseren dat het ook anders kan en ik wil de intrinsieke motivatie aanwakkeren om met ons de cirkel te helpen sluiten. Daarom proberen we onze klanten zelf mee te laten denken over het materiaal dat ze ter beschikking stellen.”

Nieuwe bestemming Er zijn vergevorderde plannen voor dit concept. Een verplichting wordt wel dat onderdelen die vrijkomen bij productie en demontage van de gevel, worden teruggegeven. “Niet alleen end of life afval, maar ook productieafval gaat naar GP Groot toe en komt uiteindelijk weer bij ons terecht, wat de businesscase voor ons ook aantrekkelijk maakt”, verduidelijkt Gramsma. “We ontzorgen opdrachtgevers door in te zamelen, transporteren en het verwerken. Uiteindelijk komt het materiaal weer terug bij Paul in zijn loods, klaar voor een nieuwe bestemming.” Het is duidelijk dat het drietal een positieve reactie verwacht op dit concept. Toch kennen ze de valkuilen van de bouw- en vastgoedsector maar al te goed. “De huidige werkelijkheid is dat je een opdracht moet verwerven vanuit een aanbesteding en dit komt uiteindelijk neer op euro’s. De goedkoopste partij krijgt de opdracht. De manier van aanbesteden moet echt anders want het geeft lang niet altijd het gewenste resultaat. Het is echt tijd voor iets nieuws”, vindt Smit.

Tijd voor actie Bakker noemt de tendens dat de hoeveelheid gerecycled materiaal in een aanbesteding wordt opgenomen een goede eerste stap. “Een belangrijke voorwaarde is dat overheden en aannemers zich bewust zijn van de rol die ze in dit proces kunnen spelen. Als de overheid de verantwoordelijkheid neemt en bijvoorbeeld een stortverbod instelt, dan kan zij hiermee de prijs opdrijven van restafval. Op deze manier kunnen ze de financiële incentive geven en ook de aanbesteding aanpassen. Het lijkt erop dat iedereen zit te wachten, maar het is juist tijd voor actie.”

duurzaam gebouwd | september 2015

151


All-electric van Inventum

Slim, duurzaam en energiezuinig Een binnenhuisklimaat zonder ďŹ jn stof, geen installatiegeluid en met een eenvoudig en kostenbesparend systeem. Dat is wel zo comfortabel voor bewoners. En dat kan met de all-electric oplossingen van Inventum. Als uitvinder van de Ecolution bieden wij u een volwaardig alternatief voor gas ĂŠn een systeem dat niet veel duurder is.

Onze visie is dat de toekomst van verwarmen ligt bij all-electric, waarbij de woning dus zelf energie levert. Dat is wel zo schoon en duurzaam. Eric van de Spijker, Adviseur Duurzaamheid T 06 53 46 41 01, www.inventum.com

Wij zijn klaar voor de toekomst


CIRCULAIR INRICHTEN HEEFT DE TOEKOMST!

DEZE KAST WEGGOOIEN?

NEE! WIJ DEMONTEREN DE KAST EN BEHOUDEN WAT GOED IS. DEZE KAST HEEFT NU EEN e 2 LEVEN ALS AKOESTISCHE BANK (FAUTEUIL)

WWW.DESKO.NL


Naoorlogse scholen hebben de toekomst Oude scholen zijn prima geschikt te maken voor modern onderwijs. Boekhoudkundig afgeschreven scholen zijn technisch niet versleten en renovatie is goedkoper dan sloop/ nieuwbouw. Toch wordt bijna elke oude school zonder meer vervangen door nieuwbouw. Mevrouw Meijer, onderzoeksbureau op het gebied van architectuur en scholen, wil het tij keren. Tekst: Piet Scheerhoorn

Mevrouw Meijer bestaat uit Wilma Kempinga en Tjeerd Wessel. (foto: Hannah Anthonysz).

In het onderwijs wordt de bouw van een nieuw schoolgebouw beschouwd als een lot uit de loterij. Alle dagelijkse problemen verdwijnen dan als sneeuw voor de zon. Want in een nieuw gebouw maak je een frisse start, er zijn ineens voldoende leerlingen, beter

154

september 2015 | duurzaam gebouwd

personeel en de verwarming doet het altijd. Dat ideaalbeeld heeft geen enkel realiteitsgehalte. Het illustreert hooguit het gebrek aan waardering voor het oude schoolgebouw. Die afkeer van schoolgebouwen is voor een deel wel begrijpelijk. De bestaande scholen zijn niet volmaakt.


Interview

Ontwerpend onderzoek

De transformatie van de jarenzestigschool Wevelaan in Utrecht. (ontwerp: DaF-architecten).

Vooral de oudere gebouwen zien er vaak afgeleefd uit. Schoolbestuurders klagen terecht over het energieverbruik, het binnenklimaat en de onderhoudskosten. Voor hen zijn dat redenen om bij de gemeente nieuwbouw aan te vragen. Als een school de leeftijd van veertig jaar heeft bereikt en boekhoudkundig is afgeschreven, geven gemeenten daar maar al te vaak toestemming voor.

Gevangen in een poldermodel Toch lijkt de beslissing om te slopen en nieuw te bouwen tamelijk lichtzinnig tot stand te komen. Alternatieven als grootschalige renovatie en hergebruik worden nauwelijks bestudeerd. Een factor die daarbij een rol speelt is dat de budgetten voor onderwijshuisvesting zijn verdeeld: de school betaalt exploitatie en onderhoud, de gemeente betaalt nieuwbouw. De partijen hebben dus verschillende belangen. Een ander effect van de verdeelde budgetten is, dat niemand een compleet overzicht heeft van de kosten. Vanwege deze randvoorwaarden, in combinatie met de bezieling door het eerder geschetste onrealistische droombeeld van nieuwbouw, is renovatie voor school noch gemeente een aantrekkelijke optie. Het gevolg is dat het systeem om scholen na veertig jaar te slopen en nieuw te bouwen, zichzelf in stand houdt. Wilma Kempinga en Tjeerd Wessel zijn de drijvende krachten achter Mevrouw Meijer en ervaren dagelijks hoe lastig het is om daarin verandering te brengen. “Als alle partijen open staan voor andere oplossingen, kunnen wij ons verhaal doen en uitleggen wie de probleemeigenaar is. Maar dat valt niet mee, want al die mensen in een gemeente houden elkaar gevangen in een enorm poldermodel. Een buitenstaander komt daar bijna niet tussen.”

Stichting Mevrouw Meijer is een onderzoeksbureau op het gebied van scholen en architectuur. Het belangrijkste deel van de werkzaamheden bestaat uit ontwerpend onderzoek om inzicht te geven wat het de maatschappij kost om scholen te slopen, nieuw te bouwen en te renoveren. Het voornaamste doel is de boodschap ‘bezint eer ge begint’. Gemeenten schakelen dit bureau in om te onderzoeken of er nieuw leven mogelijk is voor bestaande scholen. Kempinga en Wessel geven drie architecten de opdracht om de mogelijkheden van behoud en transformatie te onderzoeken. Zij analyseren het schoolgebouw, werken vanuit het oorspronkelijke ontwerp en laten zien welke mogelijkheden er liggen voor de toekomst. In een intensief participatieproces denken alle lokale partijen actief mee, zoals gemeentelijke afdelingen onderwijs, groen, stedenbouw en monumenten, de scholen en schoolbesturen, kinderopvang en wijkbewoners. Het resultaat van dat onderzoek is een breed gedragen programma van eisen plus drie ontwerpen voor renovatie, die allemaal een instemmend antwoord geven op de vraag: is er nieuw leven voor bestaande scholen? “Zodra die ontwerpen er liggen, stappen wij uit het proces. Wij zijn een ideële stichting voor onderzoek en wij blijven buiten de eventuele realisering en de definitieve architectenkeuze.”

Motieven voor renovatie De talrijke schoolgebouwen uit de jaren zestig en zeventig worden over het algemeen niet erg gewaardeerd. Ze zijn zo ‘gewoon’ en er is weinig liefde voor de gebouwen. De meeste schooldirecteuren zeggen: ‘het is het lelijkste gebouw dat ik ken, gooi maar plat.’ Zo’n respectloze houding verdienen de gebouwen niet. De scholen uit die periode zijn de werkpaarden van het onderwijs. Het zijn standaardgebouwen, vaak gebouwd in systeembouw. Misschien een beetje saai, maar ze zijn wel ruim veertig jaar lang in staat geweest om onderwijskundige ontwikkelingen op te vangen. De wederopbouwscholen uit de jaren zestig weerspiegelen het naoorlogse optimisme, met grote lokalen, licht, lucht en ruimte. De bloemkoolscholen uit de jaren zeventig zijn wat meer ingetogen, maar bieden een grote mate van flexibiliteit, met lokalen die bedoeld waren om met elkaar te delen. Veel oud-leerlingen bewaren warme herinneringen aan die gebouwen. “De architecten uit die tijd hebben echt vakwerk afgeleverd”, vertelt Wessel. “Het oorspronkelijke ontwerp zit vol met slimme oplossingen. Door allerlei tussentijdse verbouwingen is daarvan nu bijna niets meer terug te vinden. Maar ga eens terug naar het oorspronkelijke idee, ruim de hokkerigheid op en maak er weer een eenheid van met gemakkelijk bereikbare voorzieningen. Dan is zo’n bloemkoolschool ineens heel geschikt om hedendaagse onderwijsconcepten te ondersteunen.”

duurzaam gebouwd | september 2015

155


KnaufZeker

KINDCENTRUM DEVENTER IS ZEKER...

100% prestatiegarantie

‌van de beste oplossing voor van vluchtroutes met het 120gebogen minuten buitenplafond brandwerendheid

Nieuwbouw Kindcentrum De Vlinder, Deventer

Q

Het idee: een gebogen buitenplafond met een radius van slechts 700 mm

Q

De uitdaging: alle risico’s uitsluiten: de gebogen constructie moet goed zijn en goed blijven

Q

De oplossing: de ondersteuning en garantie van KnaufZeker Uitgebreid

Een gezamenlijk initiatief van:

Lees meer op www.knaufzeker.nl/projecten

&


Interview

De transformatie van de jarenzestigschool voor Rudolf Steiner School Haarlem. (Ontwerp: Studio Steenbruggen).

Grote hoeveelheid energie en grondstoffen Er zijn vier argumenten om te kiezen voor renovatie en hergebruik van schoolgebouwen. Ten eerste hebben de scholen als vertrouwd onderdeel in kwetsbare naoorlogse wijken een cultuurhistorische waarde. Ten tweede is er de eerder genoemde functionaliteit van de gebouwen, die vaak zelfs superieur is aan die van nieuwbouwscholen. Ten derde is renovatie en hergebruik duurzamer dan nieuwbouw. Want een nieuw gebouw is weliswaar zuiniger in energiegebruik, maar over veertig jaar gerekend weegt dat niet op tegen de grote hoeveelheid energie en grondstoffen die sloop en nieuwbouw met zich meebrengt. Ten slotte is renovatie ook financieel aantrekkelijker dan sloop/nieuwbouw.

Dertig jaar Een essentieel element in het onderzoek van Mevrouw Meijer is het financieel vergelijkend onderzoek. Onafhankelijke bouwkostenspecialisten van het bureau Winket voeren dit uit. Uitgangspunt is het breed gedragen programma van eisen, dat in het begin van het traject tot stand kwam na een intensief participatieproces met alle betrokken partijen. Winket berekent op basis van dat eisenpakket eerst wat de combinatie sloop/nieuwbouw kost. Daarna worden de kosten van de ontwerpstudies voor hergebruik van de drie architecten doorgerekend. In de berekeningen worden alle kosten voor de eerste dertig jaar meegenomen, dus ook de energie-, onderhouds- en exploitatiekosten van het schoolgebouw.

“Wij laten voor alle varianten een Total Cost of Ownershipberekening maken voor de eerste dertig jaar”, legt Kempinga uit. “Dat is niet eenvoudig, omdat de budgetten verdeeld zijn over een aantal partijen. Daarom huren we daarvoor een gespecialiseerd bureau in. Op deze manier krijgen we betrouwbare en onafhankelijke gegevens om renovatie en sloop/nieuwbouw goed te vergelijken.”

Vooringenomenheid bestrijden In de afgelopen jaren heeft Mevrouw Meijer in opdracht van zeven gemeenten onderzoek gedaan naar enkele tientallen scholen. Dat heeft informatie opgeleverd waarmee de vooringenomenheid over de toekomst van oude schoolgebouwen kan worden bestreden. “Vanuit de onderwijswereld wordt altijd geroepen dat het onderwijs van morgen niet past bij een school uit het verleden”, weet Wessel. “Wij hebben bewezen dat dat niet zo is. De architecten die wij inhuren, zijn zo creatief. Al die scholen zijn functioneel zo aan te passen, dat het wel kan.” “Ons onderzoek toont aan dat hoogwaardige renovatie en hergebruik een maatschappelijk verantwoord en gelijkwaardig alternatief is voor nieuwbouw”, verklaart Kempinga. “Voor ons is het een uitdaging om die boodschap in meer gemeenten uit te dragen. Die oude scholen zijn historisch waardevol. Ze waren toen een symbool voor optimisme, ontplooiing en betere kansen voor de toekomst. Daar hebben we nog steeds behoefte aan.”

duurzaam gebouwd | september 2015

157


‘Eerste stap naar The Internet of Everything’ Twee jaar geleden nam ICT-bedrijf Cisco Systems de softwareonderneming JouleX over. Hiermee verbreedt de van origine Amerikaanse multinational zijn scope: het richt zich niet meer alleen op hardware, maar ook op software. “De applicatie ‘aaZoo Energy Management, Powered by Cisco’ is de eerste stap op het gebied van The Internet of Everything.” Tekst: Tim van Dorsten

In het Emmeloordse aaZoo heeft Cisco een passende partner gevonden om de Nederlandse markt te betreden. Voor beide bedrijven spelen ‘groen’ en duurzaamheid een belangrijke rol. Dit blijkt alleen al uit hun kantoorgebouwen: het Nederlandse hoofdkantoor van de eerstgenoemde bevindt zich in het ‘Forest Building’ in Amsterdam-Zuidoost, terwijl aaZoo in het Flevose Emmeloord in een Ecopark huist. “We willen onze verantwoordelijkheid nemen naar de maatschappij en bijdragen aan een duurzamere en energiezuinigere wereld”, legt Virtual Business Manager Yen Chi Lai van Cisco Nederland uit. Accountmanager Roy Ziermans van aaZoo beaamt dit: “Ons kantoor beschikt over meedraaiende zonnecollectoren. Daarnaast filteren helofytenfilters al het water om de hoogstaande kwaliteit te waarborgen. Als wij bedrijven benaderen, draagt dit soort zaken positief bij aan onze duurzame uitstraling.”

Exclusiviteit Cisco Energy Management Go-To-Market Manager Marie Laure Pourbaix is ervan overtuigd dat dit ook heeft bijgedragen aan de goede relatie tussen de Amerikaanse multinational en de Emmeloordse ITspecialist. “AaZoo is zo’n zes jaar Cisco-partner”, legt Ziermans uit. “Waarvan de laatste drie jaar een

‘Wereldwijd zijn er nu 25 miljard smart devices en naar verwachting loopt dit aantal op naar 50 miljard in 2020’

158

september 2015 | duurzaam gebouwd

exclusiever samenwerkingsverband in de vorm van een Premier Partnerschap.” Lai licht de exclusiviteit toe: “We werken in Nederland samen met 1.000 tot 1.100 businesspartners, waarvan zo’n dertig tot veertig bedrijven over een Premier Partnerschip beschikken.” Ziermans is blij met die exclusiviteit. “Dankzij dit partnerschap kunnen we bijvoorbeeld ook samenwerken met andere Cisco Systems-partners, die weer over andere specialismen beschikken. Dankzij deze samenwerkingsverbanden kunnen we ieder project aannemen en hoeven we nooit ‘nee’ te zeggen, ondanks dat aaZoo slechts zeven medewerkers heeft.” In de ogen van Pourbaix is dat kleine aantal medewerkers juist een groot voordeel. “Partners als aaZoo zijn heel specialistisch en flexibel, waardoor ze snel hun markt en klanten bereiken.” Het is overigens niet eenvoudig om dit speciale samenwerkingsverband in stand te houden, vindt Ziermans. “Ik volg continu cursussen om mijn kennis up-todate te houden. Om de drie jaar doe ik examen om dit te bewijzen. Een paar weken geleden ben ik weer geslaagd, waardoor ik de komende drie jaar Cisco-producten mag blijven verkopen.”

Naast hardware ook software Een van die producten is ‘aaZoo Energy Management, Powered by Cisco’, waarmee aaZoo sinds afgelopen maart actief de markt benadert. “Twee jaar geleden hebben we JouleX overgenomen, waardoor we deze stap hebben kunnen maken”, legt Pourbaix uit. “We richten ons hierdoor niet meer alleen op hardware als routers en switches, maar ook op software.” Volgens haar is dit nieuwe softwareproduct een interessante stap in The Internet of Things en The Internet of Everything. “Deze applicatie maakt gebruik van het


Algemeen

Van links naar rechts: Roy Ziermans van aaZoo, Marie Laure Pourbaix en Yen Chi Lai (beiden van Cisco).

netwerk om het energieverbruik van alle producten met een IP-adres te zien, te beheren, te meten en te beheersen.” Volgens Ziermans is dit een belangrijke optelsom. “Meten is weten. De gemeente Lelystad heeft de ambitie om in 2025 energieneutraal te zijn. Om dat te bereiken, is het wel handig om op de hoogte te zijn van het huidige energieverbruik.” In zijn ogen is de meeste winst te behalen bij (semi-) overheidsinstellingen. “Bij een gemiddelde gemeente gaat iedereen om 17.00 uur naar huis, soms zelfs zonder dat ze het licht uitdoen”, licht hij toe. “Met dit systeem ziet de facilitair manager precies welke apparaten nog werken en hoeveel stroom ze verbruiken. Vervolgens kan hij ze met een policy uitschakelen.” Pourbaix voegt toe dat dit op gedetailleerd niveau mogelijk is. “Deze software ziet precies welke elektronische apparaten aan het netwerk gekoppeld zijn. Dit vinden wij erg belangrijk, want wereldwijd zijn er nu 25 miljard smart devices en naar verwachting loopt dit aantal op naar 50 miljard in 2020.”

Wat Lai verder opmerkelijk vindt, is dat dit systeem merkonafhankelijk werkt. “Dat gebeurt voor het eerst”, legt hij uit. “Energie is voor veel ondernemingen een onbeheersbare kostenpost en zorgt na de huisvesting voor een van de grootste vaste uitgaven van een bedrijf.”

‘What if’-scenario’s Als een bedrijf met dit softwaresysteem aan de slag wil, dan heeft aaZoo een maand nodig om te inventariseren. “In die maand laten we diverse ‘what if’-scenario’s zien, met diverse energiebesparingsmodellen”, legt Pourbaix uit. “Na die maand kan het bedrijf in kwestie ervoor kiezen om die energiepolicies te implementeren door een softwarelicentie te kopen.” Uiteraard maken Cisco en aaZoo zelf ook gebruik van dit systeem. Bij Cisco heeft dit inmiddels geleid tot een jaarlijkse besparing van 27,2 miljoen kWh en 14.100 CO2 in zijn laboratorium. Bij aaZoo bedraagt de energiebesparing zo’n 25%.

duurzaam gebouwd | september 2015

159


HeVg` ndjg ^bV\^cVi^dc >che^gVi^Z aZ^Yi idi XgZVi^k^iZ^i# AVVi j ^c >che^gVi^Z aZ^Yi idi XgZVi^k^iZ^i# AVVi j ^che^gZgZc Yddg ]Zi c^ZjlZ GD8@E6C:A 7g^aa^Vci Vhhdgi^bZci# OZhi^Zc hX]^iiZgZcYZ YZh^\ch bZi GD8@E6C:A 7g^aa^Vci Vhhdgi^bZci# OZhi^Z ZZc kZgWaj[[ZcY `aZjgZcheZa \ZkZc jl \ZkZa ZZc \aVcoZcYZ j^ihigVa^c\# ZZc kZgWaj[[ZcY `aZjgZcheZa \ZkZc jl \ZkZ Odca^X]i d[ \Zg^X]iZ a^X]ihedih kZghiZg`Zc YZ j^ihigVa^c\ kVc jl \ZWdjl# Odca^X]i d[ \Zg^X]iZ a^X]ihedih kZghiZg`Zc YZ 9Z c^ZjlZ YZh^\chZg^Z W^ZYi j dcWZ\gZchYZ dcilZgekg^_]Z^Y# 8gZ Zg 9Z c^ZjlZ YZh^\chZg^Z W^ZYi j dcWZ\gZch ZZc jc^Z`Z h^\cVijjg kddg jl \ZWdjl bZi GD8@E6C:A 7g^aa^Vci# ZZc jc^Z`Z h^\cVijjg kddg jl \ZWdjl bZi Kddg bZZg ^c[dgbVi^Z Zc ZZc ^che^gZgZcYZ Kddg bZZg ^c[dgbVi^Z Zc ZZc ^che^gZgZcYZ k^YZd! \V cVVg mmm$heYafWd[b$db%Xh_bb_Wdj$

7Z`^_` YZ ^che^gZgZcYZ k^YZd


Nieuws

Verplaatsbaar huis van golfkarton en Lego-bouwstenen Een duurzaam en verplaatsbaar designhuis van golfkarton wordt door een machine geproduceerd. De douche, toilet en keuken vormen allen één segment van het huis. Het idee voor het Wikkelhuis komt van René Snel, die het concept bedacht en de machine maakte die het huis produceert. Aan de achterkant van een vrachtwagen staat de enorme mal van dit huis. De mal draait rond en daar worden zo’n 24 lagen karton omheen gewikkeld. De lagen worden met elkaar verlijmd, waardoor een structuur ontstaat die lijkt op een sandwich. Fiction Factory uit Amsterdam besloot het Wikkelhuis daadwerkelijk te maken. Zij voegden een ademende laag toe waardoor het huis bestand is tegen regen en wind. Het Wikkelhuis staat op camping Lievelinge, dat gehuurd kan worden door vakantiegangers. Een andere versie staat op Schiphol. HvA-student Rick Buchter ontwierp een blok met toilet, douche en keuken, om het Wikkelhuis bijvoorbeeld als kantoor te laten dienen. “Het Wikkelhuis bestaat als het ware uit Lego-bouwstenen; het zijn losse componenten segmenten van elk zo’n 1,26 meter breed die aan elkaar worden gekoppeld. De technische installaties zoals afvoer

Het Wikkelhuis, een duurzaam en verplaatsbaar designhuis van golfkarton. Bron: Fiction Factory / Yvonne Witte.

en leidingen moeten dus in één segment passen en dat was best lastig", legt Buchter uit over de module. "Het is een duurzaam huis dat je zou kunnen meenemen als je wilt verkassen en uiteindelijk door de natuur kunt laten afbreken”, aldus Buchter, die afstudeerde in Bouwkunde.

‘Nederland wordt koploper in circulaire economie’ Op 8 juli spraken 25 organisaties hun ambitie uit om Nederland een koploper te maken op het gebied van circulaire economie. Dit was het startschot voor de missie om Nederland als circulaire hotspot te positioneren tijdens het Europese voorzitterschap van Nederland in 2016. In aanwezigheid van Prins Carlos de Bourbon de Parme, initiatiefnemer van Nederland Circulaire Hotspot, tekenden 25 organisaties voor hun ambassadeurschap. Onder andere Duurzaam Gebouwdpartners Desko, Interface en Corporate Facility Partners spraken hun enthousiasme uit voor het initiatief. De organisaties willen dat Nederland in 2016 wordt gezien als plek waar zich de meest relevante kennis en ervaring bevindt op het gebied van circulair ondernemen. Die kennis wordt in Nederland volop ingezet

en toegepast door Nederlandse multinationals, het MKB en de (lokale) overheid. Om de daad bij het woord te voegen, werd ook de overeenkomst getekend tussen Delta Development Group (en haar partners) en Schiphol Area Development Company (SADC). Zij werken samen aan de ontwikkeling van het circulaire deelgebied van Schiphol Trade Park: The Valley in de gemeente Haarlemmermeer. Coert Zachariasse, eigenaar van Delta Development Groep, won in 2013 de Duurzame 50 Vastgoed NL. Hij heeft grote ambities voor het Schiphol Trade Park en geeft aan dat dit gebied volledig circulair ontwikkeld wordt. Desko ondertekende als een van de 25 organisaties het ambassadeurschap. Desko-directeur en Duurzaam Gebouwd-expert Michael Kuiper: “Bedrijven hechten tegenwoordig veel waarde aan de begrippen ‘kostenbeheersing’ en ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’. Wij vinden het dan ook onverantwoord om nog langer producten en grondstoffen nodeloos te verspillen. Desko gunt meubilair een tweede leven en knapt meubilair op, gebruikt de grondstoffen opnieuw of laat het huidige meubilair terugkomen in een nieuw inrichtingsconcept.”

duurzaam gebouwd | september 2015

161


solid-air.nl

Elke luchtbehandelingskast van Solid Air is uniek

BIM READY!

Bij Solid Air Luchtbehandeling doen we niet aan

Solid Air is ook de bedenker en producent van

standaardoplosingen. Ieder apparaat is uniek,

Aeolus, de enige compacte HR wtw-unit die

omdat iedere klantvraag dat ook is. Wij leveren

werkelijk compleet en geheel stekkerklaar wordt

modulaire luchtbehandelingskasten op maat,

geleverd. Tel +31 20 696 69 95

al of niet met generatieve wtw op basis van

mail@solid-air-nl

adiabatische koeling.

•Luchtbehandeling • Luchtverdeeltechniek • Brandwerende producten •Koelconvectoren •Klimaatplafonds

Duurzaam Gebouwd Colofon

Partnerships en Commercie

Marketing & Events

Duurzaam Gebouwd is een uitgave van DGB BV en verschijnt in een oplage van 12.500 exemplaren.

Pieter Fritz, Senior Adviseur E: fritz@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 25 13 91 55

Nicol Levers Medewerker Marketing & Events E: levers@duurzaamgebouwd.nl T: +31 (0)85 273 59 70

Uitgeverij / redactieadres DGB BV, Beekhuizenseweg 11, 6881 AA Velp T: +31 (0)85 273 59 70

Redactie Rob Olthof, Eindredactie Tim van Dorsten, Redactie E: vandorsten@duurzaamgebouwd.nl T: +31 (0)85 273 59 70 Marvin van Kempen, Redactie E: vankempen@duurzaamgebouwd.nl T: +31 (0)85 273 59 70 Aan Duurzaam Gebouwd nr. 31 werkten mee: Marjolein Ansink, Hannah Anthonysz, Ronald Auée, Claudia Broekhoff, Bianca de Bruin, Marieke Buijs, Paul Dielissen, Wil Groenhuijsen, Tom de Hoog, Ilco Kemmere, Remco Kerkhoven, Ton de Kort, Luuk Kramer, Babette van Loon, Peter Luscuere, John Mak, Jolijn Meulepas, Peer Odekerken, Hans Ouwerkerk, Piet Scheerhoorn, Wilma Schreiber, Liobe Stelloo, Irma Timmerman, Robert Tjalondo, Marjolein de Wit-Blok, Gerrit Tenkink, Lars Weijers, Yvonne Witte, Lotte Zaaijer.

Dave Refoealoe, Senior Adviseur E: refoealoe@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 46 13 36 65 Jaap Kries, Adviseur E: kries@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 46 02 12 05

Bibianne Kerkhoff Marketeer E: kerkhoff@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 15 36 24 10

Helga Poot, Adviseur E: poot@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 15 85 28 05

Barbara Berkelaar Medewerker Marketing & Events E: berkelaar@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 21 18 26 18

Dirk van Gemert, Relatiemanager E: vangemert@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 46 02 12 06

Linde van Rooijen, Stagiaire E: vanrooijen@duurzaamgebouwd.nl T: +31 (0)85 273 59 70

Directie

Website

Richard Klein MBA E: klein@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 21 84 68 78

www.duurzaamgebouwd.nl

Verspreiding

Wietse Walinga E: walinga@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 21 84 69 06

Basisvormgeving

DGB BV, info@duurzaamgebouwd.nl

Concreet geeft vorm, Amersfoort

Opmaak en druk Real Concepts BV, Velp

Alle advertentieplaatsingen worden afgesloten conform de Regelen voor het Advertentie-wezen, gedeponeerd bij de rechtbanken in Nederland. Vrijwaring Uitgever en auteurs verklaren dat deze uitgave op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld. Evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook. © DGB BV Het verlenen van toestemming tot publicatie in Duurzaam Gebouwd houdt in dat de uitgever met uitsluiting van ieder ander onherroepelijk door de auteur gemachtigd is de door derden verschuldigde vergoedingen voor kopiëren, als bedoeld in art. 17 lid 2 van de Auteurswet 1912 en in het Koninklijk Besluit van 20 juni 1974 (Stb. 35) ex en art. 16b van de Auteurswet 1912; te innen en/of daartoe in een buiten rechte op te treden. ISSN 2210-5689


solid-air.nl

De hoogste standaard in goed geklimatiseerde ruimtes

Klimaatplafonds van Solid Air Solid Air ontwikkelt en produceert klimaatplafonds in haar eigen fabriek en biedt daarmee onbegrensde mogelijkheden bij het ontwerpen van uw klimaatplafonds. Met klimaatplafonds van Solid Air kunt u oneindig variëren in samenstelling. Naast de integratie in standaard systemen, zoals bijvoorbeeld een bandraster- of een cassettesysteem, kan het metaalplafondsysteem worden toegepast in o.a. plafondeilanden, een ‘trapezium’ en/of ‘gewelfd’ plafond.

Ook verticale en schuine toepassingen zijn mogelijk en combinaties met andere plafondtypes geven nieuwe mogelijkheden in kleur, materiaal en kosten. Belangrijkste eigenschappen: Uitstekende koel- en verwarmingscapaciteit Hoogste comfort klasse A conform EN 7730 Koelend vermogen: 55-90 W/m2 Verwarmend vermogen: 80-140 W/m2 Energiezuinig Flexibel in ontwerp Gunstige EPN

Solid Air® maakt deel uit van de Nijburg Industry Group. De groep omvat een internationaal actieve organisatie die bestaat uit de bedrijven Solid Air® (luchtbehandeling, luchtverdeeltechniek, brandwerende producten en klimaatplafonds) , Velu® Klimaattechnische Groothandel, Nijburg® Klimaattechniek (engineering, installatie en montage) en Nijburg® Products (productie/fabricage).

Tel +31 20 696 69 95 mail@solid-air.nl


Van toegevoegde waarde in elk bouwproces

BOUWSOFTWARE VAN ONTWERP TOT OPLEVERING Duurzaam Gebouwd # 31 | september 2015

4D Uittrekken

Begroten

Plannen

Ontwerpen

BIM

Detailleren

5D Combineren

Controleren

Peter Vermaat: ‘De energiemarkt krijgt andere vormen’

Communiceren

Produceren

# 31 | september 2015 Construsoft ondersteunt al 20 jaar de bouw en GWW met oplossingen voor engineering, calculeren, planning, productie en uitvoering. We zijn experts in software voor virtueel bouwen en ondersteunen als partner van Trimble Buildings aannemers, ingenieurs en onderaannemers bij de implementatie van CAD en BIM. Onze expertise hebben we opgedaan in de vakgebieden van staal, hout (HSB) en (prefab)beton. Kijk op construsoft.com of bel 0316 200 000 voor meer info.

Gebouwschil

Maatschappelijk vastgoed

Met onder meer een artikel over biobased front ‘Duurzame gebouwschil flinke stap dichterbij’ en het interview ‘Nieuwe kozijnenreeks mengt duurzaamheid met esthetiek’.

Met onder meer een rondetafelgesprek over de winnaar van de Gouden Kikker Award 2014 ‘Duurzaamheid slaat ook op leefbaarheid’ en het projectartikel ‘Venlo’s pronkstuk inspireert internationaal’.

De nachtrust van Groningers ‘Gezocht: de moderne Jules Verne’ Met leasegevels naar een volledig circulaire economie


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.