Isaac-chemie 4_D 1u Module 3

Page 1


1

3

STUDIEWIJZER

De bouwstenen van het leven en de industrie

In het vorig thema leerde je dat samengestelde stoffen onderverdeeld kunnen worden in twee grote groepen: de anorganische stoffen of minerale verbindingen en organische stoffen of koolstofverbindingen

Noteer 3 eigenschappen van organische stoffen.

Bekijk onderstaande foto.

Welke voorwerpen in deze kamer zijn gemaakt uit organische stoffen? Omcirkel op de afbeelding.

Lees de webpagina en bekijk het filmpje.

In welke 4 grote thema’s spelen chemische grondstoffen een belangrijke rol?

Geef bij elk thema een voorbeeld uit de tekst en formuleer een eigen voorbeeld.

1 voorbeeld:

2 voorbeeld:

3

voorbeeld:

4

voorbeeld:

Hoeveel procent van onze gebruiksgoederen komen tot stand dankzij ontwikkelingen in de chemie, kunststoffen en life sciences? %

Ga terug naar de antwoorden die je gaf op de vorige pagina bij de afbeelding. Neem een ander kleur en verbeter je antwoorden of vul nog extra aan met wat je nu weet.

Toch moeten we opletten met het verbruik van die gebruiksgoederen. Ze bestaan vaak uit chemische grondstoffen die grotendeels uit fossiele grondstoffen komen.

Deze grondstoffen zijn uitputbaar. Als we die grondstoffen in hetzelfde tempo gebruiken zoals de voorbije eeuw, dan zullen er onvoldoende grondstoffen voor handen zijn. Ook in de industrie groeit het besef dat we duurzaam moeten omgaan met wat onze aardbol ter beschikking heeft. Men denkt sterk na over andere manieren van produceren.

We moeten zo efficiënt mogelijk met grondstoffen omgaan. We produceren vaak voor éénmalig gebruik en nadien wordt het nutteloos afval. Dit kan anders door afval zoveel mogelijk nuttig te gebruiken. Een veel gebruikt principe daarvoor is de ladder van Lansink.

De uitdaging is om meer circulair te denken.

ladder van Lansink

A Preventie

B Hergebruik

C Recycling

D Energie

E Verbranden

F Storten

Geef 3 voorbeelden van het bewust omspringen met grondstoffen of verbruiksgoederen.

grondstoffen

recycleren

stoffen

productie

opnieuw gebruiken / vermaken

inzameling

downcyclen

verkoop

consumptie

inzameling

Essenscia is een Belgische organisatie die de belangen verdedigt van bedrijven die actief zijn in chemie, kunststoffen, biotechnologie, farma en kunststoffen. In bijna ieder land bestaat dat soort federaties. De rol van Essencia bestaat erin lidbedrijven een dienstverlening op maat aan te bieden met expertise en advies over sectorspecifieke thema’s. Daarnaast is Essencia de spreekbuis van de sector in de media en behartigt de federatie de belangen van de chemie en life sciences op alle politieke niveaus.

1 Koolwaterstoffen

In de eerste module hebben we al kort koolwaterstoffen aangehaald. Maar wat zijn deze chemische stoffen nu precies en hoe kunnen we ze herkennen?

Koolwaterstoffen is een verzamelnaam voor koolstofverbindingen die enkel koolstof (C) en waterstof (H) in hun structuur hebben. In het Engels noemt men dit hydrocarbons. Hydro refereert naar het atoom waterstof en carbon naar het atoom koolstof.

Veel van deze stoffen komen uit onze aarde en worden ook wel fossiele grondstoffen genoemd. We gebruiken het woord ‘fossiel’ omdat ze miljoenen jaren terug ontstaan zijn uit de resten van plantaardig en dierlijk afgestorven materiaal. Er moet soms tot meer dan een aantal kilometer in de aarde geboord worden om die resten te vinden en op te pompen of te ontginnen in mijnen. De gevormde producten zijn onder andere aardolie, aardgas en steenkool. Men spreekt ook over ruwe olie omdat het opgepompte product nog veel onzuiverheden bevat en nog gezuiverd moet worden door onder andere gefractioneerde destillatie in destillatietorens.

Uit deze fossiele grondstoffen haalt men verschillende basisstoffen die dan verfijnd worden tot brandstoffen, kunststoffen, oliën … en die met allerlei bijkomende chemische processen kunnen omgezet worden tot talrijke consumptieproducten zoals waspoeders, kledij, plastic …

Bij gefractioneerde destillatie gebruikt men vooral het principe van het verschil in kooktemperatuur van de verschillende bestanddelen die in de fossiele grondstoffen aanwezig zijn. Nadien laat men verschillende producten met elkaar chemisch reageren om tot nieuwe structuren te komen.

In Isaac chemie 3 module 2 zuivere stoffen en mengsels heb je geleerd dat een destillatie wordt gebruikt om 2 verschillende vloeistoffen van elkaar te scheiden op basis van het kookpunt. Bij een gefractioneerde destillatie kunnen we meer dan twee verschillende stoffen scheiden.

opslag van ruwe olie

stoomketel

waterstofbehandelingsinstallatie

(autogas)

nafta kerosine diesel smeerolie stookolie residu

destillatietoren

kraakeenheid

Aangezien er heel veel verscheidenheid bestaat in het aantal koolstofverbindingen zal dit een invloed hebben op bepaalde fysische eigenschappen van de stoffen zoals kooktemperatuur, aggregatietoestand, brandbaarheid …

Hoe meer koolstoffen aanwezig zijn in de stof die opgegraven of opgepompt wordt, hoe hoger de massadichtheid en het kookpunt zullen zijn.

fossiele grondstof massadichtheid (kg/ m³) aantal koolstoffen kook(punt) traject (°c) toepassing

bitumen (vast tot dik vloeibaar)

(vloeibaar)

370 asfalt voor de wegen

Bij zuivere stoffen zoals gedestilleerd water kunnen we een vast kookpunt bepalen. Voor onzuivere stoffen of mengsels bv. zoutwater spreken we over een kooktraject. Er is geen exact kookpunt te bepalen.

Een voorbeeld van nog een ander product uit de gefractioneerde destillatie is olie. Je merkt dat door de destillatie de zwarte kleur van ruwe olie verdwijnt.

Het schema toont het proces waarbij plastic gemaakt wordt uit aardolie en aardgas om het nadien terug te recycleren.

Aardolie en aardgas worden geraffineerd tot synthetische organische monomeren.

Het maken van plastic: polymerisatie Monomeren (zoals ethyleen en propyleen) worden door middel van chemische synthese omgezet naar lange ketens van polymeren. Als deze zijn gevormd, stolt het vloeibare plastic en dit wordt omgezet naar plastic korrels, pellets.

De pellets worden gebruikt om verschillende plastic producten van te maken.

olie en aardgas

Een deel van de momomeren kan worden gebruikt voor andere plasticsoorten en chemische producten zoals was, smeermiddelen en brandstof.

Plastic afval wordt met een chemisch proces omgezet naar momomeren.

Plastic afval wordt gewassen en omgesmolten tot polymeren.

verkoop aan consumenten en bedrijfsleven.

stortplaatsen

Het menselijk lichaam bestaat vooral uit volgende chemische elementen:

• waterstof (H) 62,9%

• zuurstof (O) 25,5%

• koolstof (C) 9,5%

Deze elementen komen in het lichaam niet alleen als enkelvoudige stoffen voor maar ook als samengestelde stoffen zoals water.

In het heelal komt er 77% waterstof voor in de vorm van H2 en in de aardkorst komt er 49,2% zuurstof voor in verschillende vormen.

1.1 Algemene afspraken bij organische stoffen

a Teken de elektronenconfiguratie van het C-atoom en het H-atoom.

b Teken daarnaast het elektronstipmodel (Lewisstructuur) van het C-atoom en het H-atoom. C-atoom

Wat is het verschil tussen de elektronenconfiguratie en het elektronstipmodel (Lewisstructuur)?

Waarom gebruiken we het elektronstipmodel (Lewisstructuur)?

Elk element heeft doorgaans een verschillend aantal valentie-elektronen, wat bepaalt hoeveel bindingen het kan aangaan met een ander element in een verbinding. Onderstaand kader toont een overzicht van de meest voorkomende atomen in een koolstofverbinding met eventuele functionele groep.

In de chemische taal is er een verschil tussen de begrippen ‘verbinding’ en ‘binding’.

Een ‘verbinding’ of stof bestaat uit twee of meer atomen of ionen die met elkaar gebonden zijn door chemische bindingen

Een chemische 'binding' is een aantrekkingskracht die ontstaat tussen 2 atomen of ionen onder invloed van hun elektronen op de buitenste schil.

Is er een elektronenoverdracht tussen de atomen? Dan spreken we over een ionbinding. Stellen de atomen elektronen gemeenschappelijk? Dan spreken we over een covalente binding

Bij de organische chemie focussen we ons enkel op covalente verbindingen.

We kunnen koolwaterstoffen (KWS) en andere organische stoffen op verschillende manieren voorstellen.

1.1.1 Brutoformule

De brutoformule is een notatievorm voor een chemische verbinding. Alle elementen en hun aantal (index) worden in een afgesproken volgorde na elkaar geschreven zonder rekening te houden met de (ruimtelijke) structuur van de verbinding.

Het element koolstof (C) komt altijd eerst, gevolgd door het element waterstof (H).

Voorbeelden

benzeen (C6H6), hexaan (C6H14) …

Hoeveel koolstofatomen en waterstofatomen zijn er in propaan (C3H8)?

1.1.2 Voorstelling 2D

Structuurformule

De structuurformule is een voorstellingswijze waarbij alle elementen na elkaar worden geschreven en hun covalente bindingen duidelijk worden getoond.

Er bestaat zowel een beknopte als uitgebreide voorstellingswijze van de structuurformule. Je kan alle elementen in de verbinding op één horizontale lijn noteren en enkel de C-bindingen weergeven (beknopt) of je plaatst de C-atomen op een horizontale lijn met daarrond alle bindingen getekend. stof beknopt uitgebreid

ethaan

Skeletnotatie

De skeletnotatie is een voorstellingswijze waarbij alle elementen worden voorgesteld door een zigzag- of ringstructuur. Elk hoekpunt stelt een C-atoom voor.

De skeletnotatie is de kortste manier om een molecule voor te stellen maar het geeft wel alle mogelijke informatie over de structuur van de stof. Waterstofatomen die rechtstreeks aan een C-atoom gebonden zijn, worden niet voorgesteld. Soms wordt er geen enkel element genoteerd, soms wel om wat meer duidelijkheid te geven.

zigzag beknopt ringstructuur

butaan (C4H10) propaan (C3H8) cyclohexaan (C6H12)

In werkelijkheid gaan de koolstof- en waterstofatomen meestal niet altijd in een rechte lijn met elkaar binden maar onder specifieke hoeken. Dit zie je in de voorstellingen hieronder. Daarover leer je meer in de derde graad.

1.1.3 Voorstelling 3D

De voorgaande voorstellingsmethoden gebruiken allemaal een tweedimensionaal (2D) vlak. Met de vele digitale middelen die nu beschikbaar zijn, kan dit ook perfect in drie dimensies (3D) worden weergegeven. We nemen het voorbeeld van butaan.

1.2 Algemene groepen

Naast de voorstelling is er ook nog een mogelijkheid om de organische stoffen in algemene groepen onder te verdelen.

1.2.1 Op basis van de vertakking

onvertakt organische stof vertakte organische stof

De koolstofatomen zijn verbonden in een rechte keten of zigzagstructuur zonder vertakkingen of zijtakken aan de keten.

pentaan (C5H12)

De koolstofatomen zijn verbonden in een keten met 1 of meerdere vertakkingen

2-methylbutaan (C5H12)

Zo een extra vertakking krijgt dan ook weer een speciale naam zoals methyl… en ethyl… maar hier gaan we niet verder op in. Dat is leerstof voor een derde graad.

1.2.2 Op basis van de vorm van de molecule

acyclisch cyclisch

De structuur is lineair met een begin- en eindpunt.

hexaan (C6H14)

De structuur is een ringstructuur.

(C6H12)

cyclohexaan

1.2.3 Op basis van de soort binding

verzadigd

De structuur is enkel opgebouwd uit enkelvoudige bindingen

butaan (C4H10)

onverzadigd

De structuur is opgebouwd uit een combinatie van enkelvoudige, dubbele of drievoudige bindingen

but-2-yn (C4H6)

Je hebt misschien wel al eens op een etiket van een voedingsmiddel gelezen 5 g vetten waarvan 2,7 g verzadigd.

Verzadigde en onverzadigde vetten verschillen voornamelijk in de manier waarop de koolstofatomen in hun keten verbonden zijn. Verzadigde vetten hebben alleen enkelvoudige bindingen tussen de koolstofatomen, waardoor de keten recht is en de moleculen dicht bij elkaar kunnen liggen. Dit zorgt ervoor dat verzadigde vetten bij kamertemperatuur vaak vast zijn, zoals boter of dierlijk vet.

Onverzadigde vetten, daarentegen, bevatten één of meerdere dubbele bindingen tussen de koolstofatomen, wat de keten een ‘kromming’ geeft en voorkomt dat de moleculen dicht op elkaar liggen. Dit maakt onverzadigde vetten vloeibaar bij kamertemperatuur, zoals olijfolie en visolie.

Gezondheidswetenschappers maken vaak een onderscheid tussen ‘goede’ en ‘slechte’ vetten. Goede vetten zijn voornamelijk onverzadigde vetten, die het risico op hart- en vaatziekten kunnen verlagen wanneer ze in de plaats van verzadigde vetten worden vervangen. Slechte vetten zijn verzadigde vetten, die in grote hoeveelheden het cholesterolniveau kunnen verhogen en het risico op hartziekten kunnen vergroten. Het is dus belangrijk om onverzadigde vetten te verkiezen boven verzadigde vetten voor een gezonde levensstijl.

1.3 Naamgeving

Tenslotte zijn er regels over de naamgeving van de verbindingen, gelinkt aan het aantal koolstofelementen in de formule. Het aantal koolstofelementen (n) wordt duidelijk gemaakt door de stam of de prefix. Dit wordt vooraan in de naam gezet. Afhankelijk van de formule of soort verbinding, wordt een andere uitgang of achtervoegsel bijgezet.

Onderstaande tabel toont een overzicht van de prefixen. De achtervoegsels, per soort organische stof, komt later aan bod.

n voorbeeld prefix

1 C… meth-…

2 C2… eth-…

3 C3… prop-…

4 C4… but-…

5 C5 pent-…

6 C6 hex-…

7 C7 hept-…

8 C8 oct-…

9 C9 non-…

10 C10… dec-…

Index 1 noteren we niet bij het C-atoom.

In de tabel belichten we enkel ketens opgebouwd uit maximaal 10 C-atomen, maar er bestaan natuurlijk koolwaterstoffen die opgebouwd zijn uit veel meer C-atomen. Paraffine, de basisstof voor kaarsen, is een mengsel van verzadigde koolwaterstoffen (alkanen) met een variabel aantal koolstofatomen. De koolstofketens in paraffine bevatten meestal tussen de 20 en 40 koolstofatomen.De precieze samenstelling hangt af van de oorsprong en het raffinageproces. Paraffine wordt niet alleen gebruikt bij kaarsen maar ook in cosmetica en smeermiddelen. Dit vanwege de wasachtige eigenschappen.

2 Alkanen

Binnen de koolwaterstoffen hebben we verschillende soorten moleculen die elk bepaalde eigenschappen hebben. We bestuderen volgende 3 moleculen.

1 2 3

gelijkenissen

verschillen

2.1 Wat zijn alkanen?

Alkanen zijn de eenvoudigste organische moleculen.

Alkanen zijn verzadigde koolwaterstoffen. Ze bestaan uitsluitend uit koolstof- (C) en waterstofatomen (H). Ze bevatten alleen enkelvoudige bindingen tussen de koolstofatomen. Er is een duidelijk verband tussen het aantal koolstof- en waterstofatomen in een lineair alkaan, namelijk: C nH2n+2

Op basis van deze formule wordt de brutoformule opgesteld.

Het aantal waterstofatomen hangt af van het aantal bindingen dat de C-atomen nog kunnen maken, nadat het gebonden heeft met een ander C-atoom.

We nemen opnieuw het voorbeeld van ethaan. Verbind de valentie-elektronen die een binding aangaan.

Het koolstofatoom gaat een binding aan met het andere koolstofatoom. Daarnaast heeft elk koolstofatoom nog 3 valentie-elektronen over die kunnen binden met een H-atoom dat 1 valentieelektron heeft.

Teken op een kladblad de Lewisstructuur van het alkaan dat bestaat uit 3 en 4 C-atomen.

Vul het aantal waterstofatomen aan in de tabel.

We herkennen voor het aantal waterstofatomen ten opzichte van het aantal koolstofatomen een patroon met een zekere regelmaat. Daar kunnen we volgende formule voor het aantal H-atomen gebruiken: 2n + 2, met n = aantal C-atomen. Dit is enkel bij lineaire ketens zonder zijtakken.

2.2 Soorten alkanen

Naamgeving

De naam van een lineair alkaan bestaat uit twee delen: 1 de stam, die weergeeft hoeveel koolstofatomen in de molecule aanwezig zijn, 2 uitgang of achtervoegsel -aan

7H16 octaan

9H20

8H18 nonaan

decaan C10H22

Ga aan de slag met een moleculedoos. Heb je geen moleculedoos in de klas? Geen probleem, je kan werken met molview en van je eindresultaat een QR-code maken en delen.

2.3 Voorbeelden uit het dagelijks leven

De alkanen worden gekarakteriseerd door een meer uitgesproken geur: White Spirit (mengsel van van hexanen, heptanen en octanen), de geur van lpg (mengsel van propaan en butaan) …

Er zijn heel wat toepassingen waarin alkanen gebruikt worden. De verzadigde structuur van alkanen is zeer stabiel, hierdoor zijn ze weinig reactief en kan je ze lang bewaren. Je kan bepaalde van deze producten gebruiken zoals ze uit de destillatie komen. Alle alkanen zijn brandbaar en zullen zeer weinig tot niet oplosbaar zijn in water, maar wel goed in organische oplosmiddelen

Ze hebben een hydrofobe aard en zijn niet geleidend

Alkanen van methaan CH4 tot butaan C4H10 zijn bij kamertemperatuur gasvormig. Denk bijvoorbeeld aan propaan en butaan, die je wellicht kent van gasflessen. Helaas heeft methaangas een negatieve invloed op het milieu. Het is één van de belangrijkste broeikasgassen. Eén molecule methaan heeft hetzelfde effect als 25 moleculen CO2, dat ook een broeikasgas is. Het komt door verschillende factoren in de atmosfeer terecht.

Methaan bevindt zich onder andere in:

• de mest van koeien,

• smeltende permafrost, bevroren grond die meer dan 2 jaar een temperatuur had lager dan 0°C.

Van pentaan (C5H12) tot C16H34 spreken we over vloeibare producten; denk maar aan benzine, diesel, kerosine … Het zijn ook oplosmiddelen om een chemische stof in oplossing te brengen.

Vanaf C17H36 spreken we over vaste producten, denk maar aan paraffine en vaseline.

(in

smelt- en kooktemperatuur bij alkanen

C-atomen

Wat stel je vast in deze grafiek over het verband tussen het aantal koolstofatomen en het smelt- en kookpunt?

3 Verder oefenen?

1 Koolwaterstoffen

1 Omcirkel in het groen wat voorbeelden zijn van organische stoffen of koolstofverbindingen?

2 a Markeer in het groen welke van de volgende moleculen behoren tot de koolwaterstoffen.

C2H4 CO2 C12H22O11 H2O HCN CH4 NaOH HCl C6H12 H2

b Verklaar.

3 Doorstreep de onderstaande voorstellingen die niet correct zijn om koolwaterstoffen voor te stellen.

Koolstof3waterstof8

H-C-C-C-H
H14C6

4 Omcirkel wat niet in de rij past. Verklaar.

a Uitleg:

b Uitleg:

c Uitleg:

2 Alkanen

5 Juist of fout? Verbeter indien nodig.

a Alkanen zijn onverzadigde koolwaterstoffen.

b Een alkaan met 5 koolstofatomen heeft 10 waterstofatomen.

c Een alkaan met 1 koolstofatoom bestaat niet.

d Alle alkanen zijn brandbaar en zijn goed oplosbaar in water maar niet goed oplosbaar in organische oplosmiddelen.

6 Noteer de brutoformule van volgende alkanen. Vul het aantal koolstofatomen en waterstofatomen aan. alkaan brutoformule aantal C-atomen aantal H-atomen propaan C H

7 Noteer de naam bij de correcte voorstelling. Kies uit: methaan, butaan, pentaan, hexaan, propaan en nonaan.

C6H14
C3H8

8 Bouw de moleculen met een moleculebouwdoos of molview.

a Noteer de naam.

b Teken de skeletnotatie en uitgebreide structuurformule.

brutoformule naam skeletnotatie uitgebreide structuurformule

9 Wie ben ik? Geef steeds de naam en de brutoformule.

a Ik ben een verzadigd koolwaterstof met 8 koolstofatomen en 18 waterstofatomen.

b Samen zijn we goed voor een acyclische koolwaterstofstructuur met 3 koolstoffen met enkel enkelvoudige bindingen.

10 Je krijgt de verkorte notatie gegeven. Noteer de brutoformule en de naam. brutoformule

C2H6
C5H12
C6H14

11 Hoeveel C-atomen kunnen deze afbeeldingen minimaal en maximaal hebben? Leg uit.

12 Je krijgt de skeletnotatie gegeven.

a Noteer de brutoformule en naam.

b Teken de uitgebreide structuurformule.

brutoformule naam skeletnotatie uitgebreide structuurformule

13 Verbind de alkaan met de bijhorende toepassing(en).

in mest van koeien

methaan

butaan

pentaan

(in °C)

broeikasgas

brandstof in draagbare keukentoestellen oplosmiddel in benzinemengsels

kookpunt smeltpunt smelt- en kooktemperatuur bij alkanen

a Welke aggregatietoestand heeft propaan bij kamertemperatuur?

aantal C-atomen

b Hoe meer koolstofatomen aanwezig zijn in de keten, hoe hoger/lager het smelt- en kookpunt.

c Duid op de grafiek de alkanen aan die bij kamertemperatuur gasvormig, vloeibaar en vast zijn.

15 a Om de Kilimanjaro te beklimmen staat er je een hoogte van 5895 m te wachten. De begeleiders van deze uitdagende bergbeklimming nemen kleine gasflessen propaan mee op hun tocht. Waarom verkiezen ze propaangas boven butaangas?

b Wat is een nadeel van propaangas specifiek bij het klimmen in hooggebergtes?

16 Zoek de fout en corrigeer.

CH2

C10H1

C0,5H10

C2H3

17 Wie ben ik? Geef de naam en de brutoformule. We voelen ons goed in een vijfhoek. Ieder hoekpunt stelt een C voor.

18 Waarom zijn alkanen brandbaar?

19 Los het kruiswoordraadsel op. Noteer eerst het goede woord en noteer het in het kruiswoordraadsel op de volgende pagina.

Horizontaal

4 Een ander woord voor koolstofverbindingen: … stoffen.

5 Ander woord in het Engels voor koolstof:

9 Het aantal koolstofelementen wordt in de naamgeving duidelijk gemaakt door de … of prefix.

10 Een mogelijke voorstelling voor een koolstofverbinding is de … notatie.

Verticaal

1 Hoe noemen we organische stof met een ringstructuur nog in de chemie?

2 De basis voor alle koolwaterstoffen is …

3 C10H22

6 C-C-C-C-C-C-C-C

7 Afkorting voor koolwaterstoffen:

8

PMD... Wat doe je ermee?

De PMD-zak is een bron aan verschillende kunststoffen of plastics.

Op plasticverpakkingen zie je vaak recyclage-icoontjes die aanvullende informatie geven over het type kunststof dat is gebruikt. PE, HDPE, LDPE en PP zijn kunststoffen die als structuur een verzadigde koolstofketen hebben. Het zijn superlange alkanen. Andere kunststoffen kun je niet als alkanen beschouwen (PET, PVC, PS ...).

Geef enkele voorbeelden van verpakkingen uit jouw dagelijks leven die bestaan uit kunststoffen.

Neem uit een PMD-zak een aantal verschillende plastiek verpakkingen. Zoek op uit welk soort kunststof ze zijn gemaakt.

Oriëntatie

Onderzoeksvraag

Hoe kan ik de kunststoffen van elkaar onderscheiden als er geen recyclage-icoon op staat?

Hypothese

Voorbereiding

Benodigdheden

een voorwerp uit PET (flesje of dopje)

een voorwerp uit PP (folie)

een voorwerp uit PE (folie)

een voorwerp uit HDPE (bv. shampoofles)

een voorwerp uit PS (bv. champignonbakje)

Werkwijze

1 Neem een stuk plastiek.

bunsenbrander brandhandschoenen veiligheidsbril kroestang trekkast labojas

2 Houd het stuk plastiek, met een kroestang, minimaal 5 seconden onder de vlam van een bunsenbrander.

3 Observeer nauwkeurig het verloop van de brand (ontbrandingstijd, rookontwikkeling, kleur van de vlam …)

4 Noteer je waarnemingen.

Uitvoering

Waarneming

Brandbaarheid:

Vlamkenmerken:

Rookkenmerken:

Brandgeurkenmerken:

Brandbaarheid:

Vlamkenmerken:

Rookkenmerken:

Brandgeurkenmerken:

Brandbaarheid:

Vlamkenmerken:

Rookkenmerken:

Brandgeurkenmerken:

Brandbaarheid:

Vlamkenmerken:

Rookkenmerken:

Brandgeurkenmerken:

Brandbaarheid:

Vlamkenmerken:

Rookkenmerken:

Brandgeurkenmerken:

Resultaten

Scan de QR-code en zoek op de website, aan de hand van de kenmerken, de soort kunststof.

Reflectie

Besluit

Geef een antwoord op de onderzoeksvraag.

Reflectie

Was mijn hypothese correct?

Hoe verliep de uitvoering van de proef?

ik ken het!

Colofon

Vanneste

Eerste editie

paginanummer 

Ik kan de verschillen tussen organische (koolstofverbindingen) en anorganische (minerale verbindingen) stoffen benoemen en herkennen. 6-8

Ik kan uitleggen waaruit koolwaterstoffen bestaan en waar ze voorkomen. 6

Ik kan koolwaterstoffen herkennen aan de hand van een voorstelling. 8-11

Ik kan toelichten hoe het elektronstipmodel (Lewisnotatie) gebruikt wordt om koolstofverbindingen voor te stellen. 9

Ik kan de verschillende voorstellingswijzen herkennen en uitleggen: wat het verschil is tussen een brutoformule, molecuulformule, structuurformule en skeletnotatie. 10-11

Ik ken het verschil tussen een 2D en 3D voorstelling. 10-11

Ik kan de verschillende organische stoffen in algemene groepen catalogeren. 12-13

Ik ken de prefixen, aan de hand van het aantal koolstofatomen in de keten, bij koolstofverbindingen van buiten. 14

Ik kan een alkaan herkennen aan de hand van de voorstelling, naam of brutoformule. 15-16

Ik kan de naamgeving en verschillende formules van alkanen uitleggen en toepassen. 16

Ik kan eigenschappen en specifieke toepassingen van alkanen in ons dagelijks leven toelichten. 17

Ik kan verbanden zien en toelichten tussen het aantal koolstofatomen en bepaalde fysische eigenschappen. 17-18

Auteur Dries De Laet - Noortje Duysters – Nathalie

Bestelnummer 90 808 0565 (module 3 van 5)

ISBN 978 90 4865 143 6

KB D/2025/0147/148

Niets uit deze uitgave mag verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. No parts of this book may be reproduced in any form by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher. De uitgever heeft naar best vermogen getracht de publicatierechten volgens de wettelijke bepalingen te regelen. Zij die niettemin menen nog aanspraken te kunnen doen gelden, kunnen dat aan de uitgever kenbaar maken. STUDIEWIJZER

NUR 126

Thema YPMP3

Verantwoordelijke uitgever die Keure, Kleine Pathoekeweg 3, 8000 Brugge

RPR 0405 108 325 - © die Keure, Brugge

Die Keure wil het milieu beschermen. Daarom kiezen wij bewust voor papier dat het keurmerk van de Forest Stewardship Council® (FSC®) draagt. Dit product is gemaakt van materiaal afkomstig uit goed beheerde, FSC®-gecertificeerde bossen en andere gecontroleerde bronnen.

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.