2021 1 februari Waardvogel

Page 1

Waardvogel 60e JAARGANG | NUMMER 1 | FEBRUARI 2021 WWW.NVWK.NL

Natuurinclusief tuinieren (1)

6

Wintertellingen watervogels

9

op de voorpagina

fo

to

va

nd

Ontwikkelingen in de Krimpenerwaard e maand

Verborgen parel

Een buitendijks ‘oerbos’ bij Krimpen aan de Lek

16


Namen, telefoonnummers en e-mailadressen Bestuur Voorzitter Secretaris Penningmeester Algemeen adjunct Coördinator plantenwerkgroep Coördinator vogelwerkgroep Coördinator PR

Jaap Graveland, jaap.graveland@nvwk.nl XX XXXXXXXX XX XXXXXXXX Frans van der Storm, info@nvwk.nl XX XXXXXXXX Boschpolderstraat 14, 2807 LJ Gouda Jan de Boer, penningmeester@nvwk.nl XX XXXXXXXX bankrekening NVWK: NL82 RABO 0127 2948 80 Vacant Vacant Vacant Joke Colijn, j.j.colijn@gmail.com XX XXXXXXXX XX XXXXXXXX

Werkgroepen Redactie Waardvogel voor kopij Maria Kuijf en Joke Colijn, nvwkredactie@gmail.com XX XXXXXXXX XX XXXXXXXX Foto’s t.b.v. de website Redactie, nvwkredactie@gmail.com Werkgroep Ruimtelijke Ordening Leen Verschoor en Mariëlla van Gemeren werkgroepro@nvwk.nl XX XXXXXXXX Coördinator vlinders- en libellen- werkgroep Vacant Coördinator weidevogelbescherming Klaas de Mik, xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XX XXXXXXXX XX XXXXXXXX Assistent weidevogelbescherming Joep Vermaat, weidevogels@nvwk.nl Coördinator werkgroep landschaps- onderhoud Vacant, landschapswerkgroep.nvwk@gmail.com Coördinator wintervogeltellingen Peter Berger, xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XX XXXXXXXX Hans Kouwenberg, xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XX XXXXXXXX Coördinator uilenwerkgroep Stefan van der Heijden, uilenwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXXX Coördinator erfvogelwerkgroep Jaap Graveland, erfvogels@nvwk.nl XX XXXXXXXX XX XXXXXXXX Coördinator zwaluwenwerkgroep Nico van Dam, xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XX XXXXXXXX Coördinator jeugdwerkgroep Monique Wooning, jeugd@nvwk.nl XX XXXXXXXX Coördinator Knotgroep Krimpen Jos de Nood, xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxx.xx XX XXXXXXXX Coördinator roofvogelwerkgroep Henk Visser, roofvogelwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXXX Jaap Jan Leeuwenburgh, roofvogelwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXXX Coördinator waterwerkgroep Marc van Bemmel, waterwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXXX XX XXXXXXXX

Andere belangrijke instanties Dierenambulance Gouda e.o. 0182 529059 Dierenbescherming Afdeling Krimpenerwaard 0180 510984 Meldpunt m.b.t. milieu en de jacht Politie Hollands Midden, Regionaal Milieu Team 0900 8844 Melden van zwerfvuil Contact opnemen met de gemeente Krimpenerwaard 140182 Meldpunt Laagvliegen Krimpenerwaard 010 4733333 Vogelasiel Vogelklas Karel Schot 010 4857847 Meldpunt klachten onderhoud sloten, Hoogheemraadschap van Schieland en de bermen of dijken Krimpenerwaard, info@hhsk.nl 010 4537356 Milieutelefoon Bij verstoringen van de natuur 0888 333555 Illegale (roof)vogelvervolging Melden via www.natuurverstoring.nl of bij de politie 0900 8844 Onderzoek doodsoorzaak dieren Dutch Wildlife Health Centre www.dwhc.nl/meldingsformulier Meldpunt invasieve plantensoorten In bermen N-wegen ter bestrijding en monitoring: zuidholland@pzh.nl Drie of meer dode watervogels Landelijk Meldpunt voor dierziekten 045 5463188

Lid worden?

Wilt u actief deelnemen aan de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard of wilt u de doelstellingen van onze vereniging steunen, word dan lid. Op onze website kunt u alles over ons vinden, wat we doen en waar we voor staan. Meld u aan op www.nvwk.nl onder ‘de vereniging’, of stuur een e-mail naar info@nvwk.nl met uw gegevens. U kunt ook de secretaris bellen: 06 55812250. Zie de colofon voor de diverse lidmaatschappen.

2

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021


Colofon De Waardvogel ISSN 1384-8240 Jaargang 60 verschijnt 5 x per jaar, februariapril-juni-september-december Kopij aanleveren Vóór 15 januari, 15 maart, 15 mei, 15 augustus en 15 november Oplage 950 exemplaren E-mail redactie Joke Colijn Maria Kuijf nvwkredactie@gmail.com Website www.nvwk.nl www.facebook.com/denvwk/ https://twitter.com/denvwk nvwk.nl Secretariaat & ledenadministratie Frans van der Storm Boschpolderstraat 14 2807 LJ Gouda info@nvwk.nl Contributie per kalenderjaar € 5,- voor een jeugdlidmaatschap, één kind t/m 16 jaar € 17,- voor een basislidmaatschap € 22,- voor een gezinslidmaatschap Bankrekeningnummer NL82 RABO 0127 2948 80 Lid worden U kunt lid worden via www.nvwk.nl of door een e-mail met uw gegevens te sturen naar info@nvwk.nl Op de voorpagina Winterakoniet foto: Anton van Jaarsveld Foto van de maand: Waaierkorstzwam foto: Henk Gazan Overname van artikelen Overname van artikelen uit dit blad is toegestaan met bronvermelding Disclaimer Artikelen of uitingen van ­derden in de Waardvogel geven niet noodzakelijkerwijs de mening van de redactie of van de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard weer, maar zijn voor rekening van de auteurs, de geciteerden of de bron Drukkerij Efficiënta Krimpen aan den IJssel Zie advertentie Voor advertenties nvwkredactie@gmail.com Jaartarief (= vijf edities): 1/8 pagina: € 50,1/4 pagina: € 90,1/2 pagina: € 150,-

Van de voorzitter Jaap Graveland Dit wordt een soort goed-nieuws-bericht! Het bestuur heeft kennismakingsgesprekken gevoerd met Marco Steenwinkel en Benjamin Hallie voor de functie van penningmeester en algemeen bestuurslid en draagt hen graag aan de leden voor, voor benoeming tijdens onze Algemene Ledenvergadering. Zie de aankondiging op pag. 5. Eerder stelde Jaap Oosterom zich op voordracht van Stef van Walsum al beschikbaar voor de bestuursfunctie van coördinator plantenwerkgroep. Op pag. 40 staan alvast wat voorstelrondjes. Want we hebben ook een nieuwe coördinator jeugd! Monique Wooning wil dit graag op zich nemen, heeft al kennis gemaakt met het bestuur. Ze zal zich de komende tijd voorstellen aan de werkgroepcoördinatoren en met hen overleggen hoe we meer voor de jeugd en jongeren kunnen gaan doen. Dat gaat vast goed komen. Wil je haar helpen? Stuur dan een mailtje naar jeugd@nvwk.nl. Cas Dekker had na zijn studie biologie even zijn handen vrij en wilde zich inzetten voor de NVWK. Het mooie artikel op pag. 9 over de trends van watervogels in de Krimpenerwaard is daarvan het resultaat. Max, onze vorige voorzitter (wie anders, zou je kunnen zeggen) belde me in november: ”Jaap, ik heb een boot voor de NVWK opgeknapt. Ik heb het er met je over gehad, dat ben je vast vergeten (…, hum), maar ik wil hem aan de NVWK overdragen”. In deze Waardvogel lees je er zijn artikel over. Het is een prachtige boot, en we moesten bij de overdracht gelijk denken aan kinderen die we straks per boot de Krimpenerwaard kunnen helpen ontdekken. Een mooi vooruitzicht voor als we, na corona ‘weer mogen’. En dat brengt me op ons jubileumjaar 2021, waarin we groots hadden willen uitpakken. Uiteraard hopen we op niet al te lange termijn elkaar weer fysiek te kunnen ontmoeten, er is ‘uitzicht’, zoals mevrouw Bersma schrijft. De festiviteiten schuiven we nog vooruit, al zijn er wel een paar zaken waarmee we nu al aandacht willen geven aan ons 60-jarig bestaan, zoals een fotowedstrijd en het plaatsen van alle ooit uitgegeven Waardvogels op onze website. Prachtlint ontwikkelt zich verder, ondanks corona: Staatsbosbeheer en Oasen gaan aansluiten. We zoeken nu nog een coördinator voor de Krimpenerwaard. Zie onze oproep op pag. 29, het is een leuke klus en je hoeft het wiel niet uit te vinden, het concept ligt op de plank in de Alblasserwaard! De weidevogels blijven aandacht vragen. De provincie wil onderzoek gaan doen naar predatie. We zetten ons in om er voor te zorgen dat dit zorgvuldig gebeurt en dat ook effecten van beheer, zowel op agrarisch als in natuurgebied, op die predatie worden onderzocht. We willen geen heksenjacht op predatoren. Joke Colijn praat jullie erover bij op pag. 15. Als de toenemende extremen in het weer ook inhouden dat we vaker een paar weken ijs- en sneeuwpret krijgen, dan heb ik daar geen bezwaar tegen! We hebben lang op een beetje echte winter moeten wachten en genoten allemaal van de witte wereld. We konden zoals vroeger vanaf het ijs wilgen knotten en struiken snoeien. We gingen ouderwets ‘dwoarsen’ en kinderen leerden weer schaatsen op natuurijs! Het thema op de cover is dit jaar ‘Natuurinclusief tuinieren’. Laat u informeren en enthousiasmeren door de artikelen in de komende Waardvogels. De dagen worden langer, onder de sneeuw staan al sneeuwklokjes en krokussen in de tuin. Koolmees, heggenmus en merel zingen al volop. Ga werken in de tuin, wandelen, tellen of ‘gewoon’ genieten. Naar buiten allemaal! D

In dit nummer

Belangrijke gegevens 2 Van de voorzitter 3 Even Noteren 4 Fotowedstrijd 60-jarig bestaan NVWK 4 Uitzicht 4 Algemene Ledenvergadering 5 Waaierkorstzwam, foto van de maand 5 Natuurinclusief tuinieren op de voorpagina 6 Klussenbank: wie helpt mee? 8 Wintertellingen watervogels 9 Nieuwe dronevliegers gezocht! 14 Weidevogelseizoen 2021 15 Verborgen parel 16 Zienswijze Omgevingsvisie 17 Evolutie van de Waardvogel 18 FLORON’s Basiscursus flora online 19

Hooge Boezem en Doove Gat 20 Vrijwilligersgroep voor De Zaag 23 De NVWK-1 Een boot voor de NVWK 24 Natuurbeheercollectief 27 WelZijn Krimpenerwaard promoot ‘plandelen’ 27 Project ‘Bloeiende Bermen’ 28 Coördinator Prachtlint gevraagd 29 Gezond eten van de korte keten 30 Nationale Tuinvogeltelling 2021 32 Jaarverslag 2020 33 Nationale bijentelling 2021 34 Natuurbeheer in de praktijk (2) 35 Driemaal even voorstellen: 40 Een bijzondere begraafplaats 43 Wintertelling roofvogels 44 Uilenwerkgroep zoekt samenwerking 45 Boswachter Publiek bij SBB 46 WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

3


Even noteren w

In verband met het coronavirus zijn al onze activiteiten onder voorbehoud. We laten ons leiden door de berichtgevingen van het RIVM. Bij twijfel: neem gerust contact op met de excursieleider of contactpersoon of kijk op de site. Het bestuur bekijkt of we online lezingen kunnen organiseren, houd de site en nieuwsbrief in de gaten.

D

erde slaapplaatstelling grote zilverreigers Zaterdag 20 februari 2021: telling van aantallen grote zilverreigers op de bij ons bekende slaapplaatsen. Telling vindt plaats vanaf zonsondergang totdat het donker is. Voor deelname of info: Jaap Oosterom, xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxx.xx.

W

intervogeltellingen Het weekend van 13 maart 2021. Voor informatie of meedoen/meelopen: Hans Kouwenberg, XX XXXXXXXX of Peter Berger, XX XXXXXXXX.

A

lgemene ledenvergadering De ALV vindt plaats op 14 april. Zoals het er nu naar uitziet zal deze vergadering digitaal plaatsvinden. Houd de site en nieuwsbrief in de gaten.

W

intervogeltellingen Het weekend van 17 april 2021. Voor informatie of meedoen/meelopen: Hans Kouwenberg, XX XXXXXXXX of Peter Berger, XX XXXXXXXX. D

Fotowedstrijd 60-jarig bestaan NVWK Redactie Waardvogel

O

ns jubileumjaar is aangebroken, maar de coronapandemie heeft een lelijke streep door de plannen voor feestelijke activiteiten getrokken. Op een feestje wil je elkaar zien en spreken! Dat element misten we erg het afgelopen jaar in ons sociale leven. De besmettingsrisico’s zijn voorlopig nog niet geweken. In overleg heeft het bestuur daarom besloten om het vieren van ons jubileum voorlopig door te schuiven, misschien zelfs naar 2022. Maar... we laten 2021 niet helemaal ongemerkt voorbij gaan, want er is iets dat we gedurende dit jaar wél kunnen doen: fotograferen. We bedachten een fotowedstrijd met als onderwerp: de invloed van corona op de natuur. Denk aan het herwaarderen van de natuur dichtbij huis, de schonere luchten, de drukte in recreatiegebieden, steeds meer vogelaars, afstand houden ook buiten. Overal in het dagelijks leven, en dus ook in de natuur, merken we de invloed van het virus als we goed kijken. Laat de lens van je camera meekijken en leg het beeld vast! Het gaat niet om kwalitatieve superfoto’s, maar om het onderwerp. Ook met je telefoon kun je fotograferen. De wedstrijd duurt een jaar lang, dus je kunt in vier seizoenen foto’s maken. Stuur ze naar de redactie: nvwkredactie@gmail.com. Je mag er zoveel insturen als je wilt. Een expositie van de foto’s en de prijsuitreiking volgt in 2022! D

Waaierkorstzwam foto van de maand

Maria Kuijf

Sneeuw en vorst betekenen niet het einde van het paddenstoelenseizoen. Er zijn allerlei zwammetjes die goed tegen winterse omstandigheden kunnen. Vaak staat de stofwisseling stil tijdens kou, maar komt weer op gang wanneer temperaturen stijgen. Een voorbeeld hiervan is de waaierkorstzwam, gefotografeerd door Henk Gazan. D

O

p afgebroken takken, omgevallen boomstammen en afgestorven bomen kun je de waaierkorstzwam vinden. De waaierkorstzwam komt algemeen voor. Het is een saprofyt, dat wil zeggen dat de voedingsstoffen opgenomen worden uit dode organismen. Hij groeit op dood hout van loofbomen, vooral van elzen en wilgen. Kenmerkend voor de waaierkorstzwam zijn de golvende vorm en de gebandeerde kleuren, waarvan de buitenste band het de meest lichte is. De bovenkant is viltig. In het Engels wordt de waaierkorstzwam ‘Yellowing Curtain Crust’ genoemd, omdat de bovenzijde geel verkleurt wanneer je er op krast. De Latijnse naam is Stereum subtomentosu waarbij stereum staat voor ‘taai’. Het is namelijk heel moeilijk om een stukje van de hoed af te scheuren om het paddenstoeltje te determineren. Waaierkorstzwammen zijn niet eetbaar. De zwammen kunnen blauwzuur produceren, een erg giftige stof. Bron: https://www.zwammeninzuidhorn.nl/, wikipedia.nl

4

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

D


Algemene ledenvergadering 14 april 2021 Frans van der Storm, secretaris We nodigen je van harte uit om deel te nemen aan de Algemene ledenvergadering op 14 april. Zoals het er nu naar uitziet zal deze vergadering digitaal plaatsvinden, maar mochten de omstandigheden het toelaten…. D

D

e vergadering zal sober maar doelmatig van karakter zijn. Naast de bespreking van het gevoerde beleid en plannen voor 2021 zal het accent liggen op - het afscheid van Jan de Boer als penningmeester. - de voordracht van drie nieuwe bestuursleden - de voorbereiding van de viering van het 60-jarig bestaan van de NVWK.

J

an de Boer neemt na één periode weer afscheid als penningmeester. Ondanks de hulp van Alice blijkt de functie een te zware belasting naast zijn werk voor een Amerikaans bedrijf en naast zijn andere vrijwilligerswerk in de Krimpenerwaard.

A

ls nieuwe bestuursleden dragen we voor: - Jaap Oosterom, met de portefeuille coördinatie plantenwerkgroepen. Jaap is bij velen al bekend door zijn activiteiten in de plantenwerkgroep en zijn validatierol bij Waarneming.nl.

- Marco Steenwinkel als penningmeester, is onlangs lid geworden en heeft een financiële achtergrond. Hij is tevens auteur van Boekhouden voor dummies. - Benjamin Hallie als algemeen bestuurslid, belast met verschillende taken die niet specifiek aan een andere portefeuille zijn toe te wijzen. Benjamin is ruim een jaar lid, heeft affiniteit met jeugdwerk en is vanuit zijn werk bekend met de sector openbaar groen. De voorgedragen bestuursleden zullen zich in de komende tijd nader voorstellen in deze en de komende Waardvogel.

D

e stukken voor de vergadering, voor zover nog niet in deze editie gepubliceerd, vind je op de site onder de tab Vereniging/ bestuur en worden per mail gestuurd naar de deelnemers aan de vergadering. Aanmelding is verplicht. Aanmelden kan via het formulier op de site op dezelfde pagina. U krijgt dan een bevestigingmail en te gelegener tijd de inloggegevens voor de digitale meeting. D

Uitzicht

Tekst en illustratie: M. Bersma Er dansen muggen buiten in de decemberzon, de ongesnoeide klimroos hangt bloeiend aan ‘t balkon. De kleine roosjes tonen hun rode kleurenpracht zo, midden in de winter wie had dat ooit gedacht. Een ongewone aanblik in deze sombere tijd, het geeft ons hoop en uitzicht nu deze wereld lijdt. Straks grazen weer de koeien en schapen in de wei en broeden de fazanten. Dit leed gaat echt voorbij. D

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

5


Natuurinclusief tuinieren (1) op de voorpagina Maria Kuijf Tuinieren is heerlijk om te doen en een gezonde bezigheid. Ik noem mezelf een tuinierster. Ik heb altijd een vrij grote tuin bijgehouden. Het belang van een groene tuin neemt steeds meer toe, want klimaatverandering is geen toekomst meer. Anno 2021 zitten we er middenin. Klimaatverandering geeft meer extremen: felle buien, de zomers worden heter en droger en de biodiversiteit neemt af. Alle tuinen in Nederland bij elkaar hebben een oppervlakte van vier keer de Krimpenerwaard. Vergroenen van je tuin kan een bijdrage leveren aan het verminderen van de gevolgen van het nieuwe klimaat. Voor 2021 hebben we daarom natuurinclusief tuinieren als thema voor de covers gekozen. In elke Waardvogel komt een artikel waarin aspecten met betrekking tot natuurinclusief tuinieren aan de orde komen. D

W

at is natuurinclusief tuinieren? Er is geen strakke definitie. Mensen vullen het verschillend in. Sommigen vinden dat natuurinclusief tuinieren onder andere betekent dat je alleen inheemse planten gebruikt. Dat is een visie die nogal beperkend is in de mogelijkheden. Maar wanneer je dit als een uitdaging ziet moet je het zeker doen. Ik wil in mijn artikelen de definitie van onze voorzitter aanhouden: ‘Natuurinclusief tuinieren is een vorm van tuinieren die bijdraagt aan behoud en herstel van lokale (kenmerkende) soorten planten en dieren en die de gevolgen van klimaatverandering opvangt. Dit naar vermogen (in tijd, ruimte en de aard van de tuin)’. Hoe je dat allemaal kunt doen wordt in dit artikel en in de volgende Waardvogels beschreven.

W

aarom is natuurinclusief tuinieren belangrijk? In de natuur hangt alles met elkaar samen: zonder bomen geen bloesem, zonder bloesem geen insecten, zonder insecten geen vogels. En zonder geen insecten ook geen vruchten en zaden. Willen we dat in de zomer de koolmezen de eikenprocessierups opeten, dan moeten we er voor zorgen dat de koolmees de winter ook kan doorkomen. Dus in de winter moet de koolmees kunnen eten van zaden van planten. Variatie is belangrijk om alles in evenwicht te houden. Moeder natuur heeft in miljoenen jaren prachtige ecosystemen ontwikkeld, die naadloos op elkaar aansluiten. Er kunnen wel een paar blokjes uit deze systemen gepeuterd worden, maar wanneer er te veel blokjes uitvallen, stort het geheel in. Ruim 56.000 hectare grond in Nederland is privétuin en daar werkt het precies hetzelfde: hoe meer variatie, des te beter. Tuinen vormen een belangrijk terrein waar veel dieren kunnen wonen. Hoe leuk is het wanneer vogels uit je waterschaal komen drinken of een zandbad komen nemen in dat verloren zanderige randje van je tuin. Wie weet komt een koolmees broeden in het vogelhuisje dat je hebt opgehangen. Wat een leuk gehoor is het gezoem van zweefvliegen

6

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

die boven je bloemen hangen. Natuurinclusief tuinieren is gewoon ook leuk! Klimaatverandering geeft in de zomer soms felle buien met veel wateroverlast. De riolen kunnen deze waterhoeveelheid vaak niet aan. Door minder bestrating van tuinen kan het water beter in de grond worden opgenomen in plaats van rechtstreeks het riool in te lopen. Het water vult zo de grondwaterstand aan, die door verdroging te laag wordt. Met meer groen in de tuin kun je een bijdrage leveren aan waterbeersing. Beplanting zorgt voor verkoeling in de hete zomer. Bovendien geeft groen meer gevoel van welbehagen.

T

uinieren veel werk? Mensen denken vaak dat tuinieren veel werk is, maar dat hoeft zeker niet zo te zijn. Als je natuurvriendelijk tuiniert hoef je niet te schoffelen, hoef je geen onkruid te wieden, hoef je niet te vegen, hoef je geen blad uit je tuin te verwijderen, kun je minder maaien, hoef je minder te snoeien (dus klimop lekker laten groeien).

H

oe kun je natuurinclusief tuinieren? De vier V’s: Voedsel, Voortplanting, Veiligheid en Variatie zijn belangrijk. Zorg voor Voedsel van vogels in de vorm van insecten, zaden en bessen. Insecten komen op bloemen af, dus trekken daarmee weer vogels. Met bijenhotels kun je metselbijen en andere bijen aantrekken. Laat uitgebloeide stelen in de winter staan, daarin verschuilen zich insecten, én beschermt je tuin tegen vorstschade. Voor Voortplanting kun je o.a. zorgen door nestkasten op te hangen. Dichte struiken en niet te kort gesnoeide klimop bieden belangrijke nestgelegenheid. Vogels moeten Veiligheid kunnen vinden in bomen en struiken. Wil je vogels voeren doe dat dan in de buurt van een boom of struik, waar ze bij onraad naar toe kunnen vluchten. Zorg voor Variatie in de beplanting, zodat er altijd wel wat bloeit en iets te eten is voor de vogels en insecten.


E

en paar tips voor een natuurvriendelijke tuin -Zorg voor een lang bloeiseizoen. -Geef voorkeur aan enkelvoudige bloemen en geen gevulde bloemen. Bij gevulde bloemen zijn de stampers en meeldraden vaak vervangen door bloemblaadjes. Of de bloemblaadjes zitten zo strak tegen elkaar aan dat de insecten niet bij de nectar en het stuifmeel kunnen komen. -Pesticiden kun je beter niet gebruiken. Wordt er van een plant gegeten, bedenk dan dat dit insecten zijn, die weer als voedsel dienen voor vogels. Bovendien vergiftig je behalve de insecten ook de dieren die van de vergiftigde planten en insecten eten. -Kunstmest is bij natuurvriendelijk tuinieren niet nodig, want er ontstaat vanzelf compost door het afvallende blad en plantenresten. -Wees voorzichtig met het kopen van gecultiveerde plantensoorten. Sommige cultivars zijn zover doorgekweekt dat er geen geur en/of geen nectar meer in de bloemen aanwezig is, dus insecten hebben er niets aan. -Sommige ‘onkruiden’ hebben een hoge sierwaarde. Bijvoorbeeld speenkruid. Het kan massaal opkomen in je tuin, maar het is ook snel weer verdwenen. Haal de planten echter niet uit de natuur, want als iedereen dat doet is dit natuurlijk niet goed. -Vraag stekken aan medetuiniers. Meestal hebben die genoeg. Dat spaart CO2 (de planten hoeven niet speciaal gekweekt te worden) en je weet zeker dat je de juiste soort hebt. -Houd de bodem bedekt met bodembedekkers. Dat scheelt onkruid wieden (maar wat is ‘onkruid’?). -Een waterschaal en zandbad trekken vogels. Vogels willen naast een waterbad ook graag een zandbadje. Veel vogels nemen een zandbad om hun verenkleed van parasieten te ontdoen. -Planten in potten zijn handig omdat je ze makkelijk verplaatst. Zo kun je bijvoorbeeld snel een lege plek in de tuin opvullen. -Haal wat tegels uit de tuin en plant daar wat extra groen. -En je mag ‘zondigen’. Wil je zo graag die prachtige hortensia of camelia waar geen vliegje van eet, lekker toch kopen. Het is nog altijd jouw tuin. Het is absoluut niet de bedoeling dat je alles moet doen wat hier staat. Een kleine verandering betekent vaak al veel voor de natuur in je tuin.

P

lantenlijsten op de site Op www.nvwk.nl onder de werkgroep erfvogels staan twee lijsten met plantensoorten die goed zijn om te gebruiken voor een natuurlijke tuin. De lijsten bevatten info over de bloeitijd, in welke periode de plant belangrijk is en voor welke diersoorten, met tips en bijzonderheden over de desbetreffende plant. Winterakoniet De winterakoniet is een vroege bloeier. Voor het menselijk oog is het bloemetje geel. De bladeren kaatsen ook violet licht terug. De honingbij ziet geel en violet als purper. Binnenin de bloem zitten de werkelijk kroonbladeren in de vorm van trechtertjes. Die weerkaatsen geen violet, zodat ze voor de bijen opvallen. De winterakoniet is afkomstig uit ZuidEuropa. De grond moet ook in de zomer goed vochtig blijven, dus hij mag niet in de volle zon geplaatst worden. Het eerste jaar zullen de knolletjes nog niet bloeien. Als de knolletjes op de juiste plek staan zullen ze zich vanzelf vermeerderen. Bron: Bijenplanten, Neve A. & R. van der Ham, EIS Kenniscentrum Insecten

N

estkasten In de volgende Waardvogels wil ik zaken uitdiepen. Maar omdat het nu nog mogelijk is om nestkastjes op te hangen wil ik dit aspect hier nog snel toelichten. Nestkasten op 2,5 tot 3 meter hoogte hangen, geen zitstokje nodig, buiten bereik van kat, aanvliegroute vrij zonder takken ervoor, opening op noordoost, noord of oost zodat die bij de westenwind niet inregent, op het zuiden wordt het binnen te heet, makkelijk te openen, schoonmaken in najaar, kast op een lat timmeren en die op de boom of schutting bevestigen werkt tegen rotten. D Bron: Webinar ‘Natuurinclusief renoveren en vergroening tuin’, Jaap Graveland

Linksboven: badderende huismus, rechtsboven: jonge ringmussen in nestkast; foto’s: Anita Meelenboer. Foto’s onder v.l.n.r.: bosanemoon, Stef van Walsum; helleboris o ­ riëntalis, Melchior Spruit; honingbij op winterheide, Sjanie van Ophemert; ­krokus, Jaap Graveland; kievitsbloemen, Marije Spruit; slanke sleutelbloem, blauwe druifjes en oxalis, Jaap Graveland

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

7


Klussenbank: wie helpt mee?

De NVWK krijgt het steeds drukker. Dat is prachtig, want in de praktijk betekent het dat we als vrijwilligersvereniging meepraten bij de grote projecten die worden uitgevoerd in de Krimpenerwaard en daar het natuurbelang kunnen inbrengen, maar ook dat we uit eigen initiatief met projecten kunnen aankloppen bij de beide gemeenten, waterschap en provincie. Helaas schieten daardoor bepaalde klussen erbij in en hebben we voor de projecten extra handen nodig. Daarom hebben we een klussenbank opgericht; er staan ook klussen op de site onder Actueel. Vaak gaat het om kortlopende taken, soms komt een klus op herhaling. Wie helpt mee? D

Een windmolen in je achtertuin! Wat nu?

Laten we eerlijk zijn, bijna niemand wil hiermee geconfronteerd worden. En uiteraard willen we ook het open landschap in de Krimpenerwaard niet vervuilen met deze giganten. Toch moeten we ook in de regio Midden-Holland een flinke hoeveelheid fossielvrije stroom opwekken. Dat kan deels, maar niet alleen met zonnepanelen (en die komen hopelijk dan met gróte voorkeur op daken). Ziehier het dilemma. Dus: áls het er dan toch van moet komen, kun je maar beter actief meedenken over de minst schadelijke locatie van windmolens voor landschap, én voor natuur! Want voor vogels en vleermuizen zijn windmolens gehaktmolens. Uiteraard sta je er niet in je eentje voor, maar samen staan we sterker. Lees het artikel op pagina 41 van het decembernummer, en het RES-artikel van Jaap in het septembernummer. Raak je gemotiveerd? Bel of mail met Jaap Graveland, zie pagina 2.

De NVWK heeft in de loop der jaren heel veel materialen en naslagwerken aangeschaft om onze werkzaamheden goed te kunnen uitvoeren. Die spullen verblijven op werkkamers, in schuurtjes en in garages door de hele Krimpenerwaard. Het grotere materiaal staat bij het ZHL of bij SBB in de werkschuren. De bedoeling is dat de inventaris jaarlijks wordt gecheckt op functionaliteit en geteld, dat ontbrekende of kapotte zaken worden aangevuld en dat voor sommig materiaal een ARBO-controle wordt ingepland. Zo blijven we compleet, wordt er veilig gewerkt en kan er ook netjes worden afgeschreven door de penningmeester. Deze deeltaak schiet er vaak bij in, maar is mede gezien de toenemende waarde van de uitstaande materialen wel heel belangrijk. Voor deze klus heb je het hele jaar de tijd, tot het volgende boekjaar. Wie is die ordelijke persoon, wie vindt dit leuk om te doen? Zoek voor de eerste informatie contact met Joke Colijn, pag. 2.

Help de padden oversteken!

Dat komt goed uit, want de coördinator van de werkgroep vlinders en libellen stopt en gaat haar energie in andere zaken steken. Het is geen zware taak, je bepaalt zelf hoeveel tijd je ervoor reserveert. Er zijn jaarlijkse tellingen zoals in de Idylle, en voor de argusvlinder, en voor de groene glazenmaker. Die tel je natuurlijk niet allemaal zelf, maar je benadert de vaste tellers. Als je leuke ideeën hebt voor excursies of lezingen krijg je alle ruimte. Het Graslandvlinderplan zorgt voor nieuwe habitats en sommige verdwenen soorten zien we langzaam terugkeren, andere kunnen steun goed gebruiken. Kortom: het is echt een motiverende mooi-weer functie waarin je iets voor deze soortgroepen kunt betekenen! Interesse? Bel of mail Jaap Graveland, zie pag. 2.

In het vroege voorjaar ontwaken salamanders, padden en kikkers om naar hun geboortesloot te trekken en daar eitjes af te zetten die vervolgens worden bevrucht. Wegen heelhuids oversteken is niet hun sterke punt en je ziet dan ook veel platgereden dieren. Help mee om de Stolwijkse populatie veilig over te brengen! ‘s Avonds patrouilleer je in een veiligheidshesje een paar uurtjes langs de favoriete sloot en in de aanliggende wijk met een schepnetje en een zaklamp. Je bent niet alleen, je wordt volgens je beschikbaarheid ingedeeld tussen februari en april en het is gewoon leuk! Ben je minimaal 15 jaar? Geef je op bij pat. buckley@dierenbescherming.nl of bel Joke Colijn voor informatie, zie pag. 2.

Tel je eigen dorpsvogels

Persoonlijke helpdesk redactie gevraagd

Ben je weg van vlinders en libellen?

Deed je mee met de Nationale Tuinvogeltelling? Dan is dit ook iets voor jou. Door driemaal in het voorjaar vogels op een bepaalde plek in je eigen bebouwde kom te tellen, wordt duidelijk of onze beide gemeenten slagen in hun voornemen om de goede maatregelen te nemen die de kernen beter leefbaar maken voor vogels. De NVWK maakt er een speerpunt van om ook in onze bebouwde kommen natuurinclusief te (laten) bouwen en renoveren en het groenbeleid daarop af te stemmen op. Want steeds meer vogels verdwijnen uit de bebouwde kom en het wordt zo een dooie boel. Daarom tellen overal in het land mensen al stadsvogels voor het Meetnet Urbane Soorten, MUS - doe ook mee! Kleine moeite, die belangrijke informatie over je eigen leefomgeving oplevert om waar nodig bij te kunnen sturen. Bel of mail Jaap Graveland voor meer informatie, zie pag. 2. 8

Coördinator materialen

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

Het komt bij de redactie nogal eens voor dat we tegen een computerprobleem aanlopen. Ook voor andere digitale zaken, zoals het goed organiseren van onze gegevens en de fotobibliotheek in de cloud, zou het zóóóó handig zijn als we een vraagbaak h ­adden! We maken de Waardvogel in het Adobe programma InDesign en zouden soms ook best iets met Photoshop willen doen. Daarbij komt dat we ook nog eens op machines met verschillende besturingssystemen werken: Windows gestuurde apparatuur en een Apple met iOS, waardoor we ook elkaar niet altijd kunnen helpen. Wij zijn gebruikers, we hebben geen ambitie in de IT richting, maar nemen graag adviezen aan die ons verder helpen. Welke aardige alwetende nerd wordt niet ongeduldig als we onze vragen stellen? Informatie bij Joke Colijn, contactgegevens op pagina 2.


Wintertellingen watervogels Ontwikkelingen in de Krimpenerwaard Cas Dekker In een eerdere Waardvogel is door voorzitter Jaap Graveland een artikel aangekondigd over de trends van watervogels uit de Krimpenerwaard. Ik had na mijn studie biologie even niets omhanden, en vroeg Jaap om een klus voor de NVWK. Ondertussen heb ik werk gevonden, maar dit artikel is dus het resultaat. Aan de hand van de trends zal ik de bekende verklaringen presenteren en bespreken. Bij het bespreken voor elke soort zal ik in aanvulling op de trend uit de Krimpenerwaard ook de landelijke trend toevoegen zodat er vergeleken kan worden of de ontwikkelingen van de soort in de Krimpenerwaard specifiek zijn voor het gebied, of overeenkomen met de landelijke ontwikkelingen. De trends zijn overgenomen van Sovon (een landelijk opererende organisatie voor natuurbeleid, beheer en onderzoek naar vogels) en bestaan alleen maar door de inzet van alle vrijwilligers die de aantallen watervogels in de Krimpenerwaard en op landelijk niveau plichtsgetrouw tellen en doorgeven. Als eerste zal ik een overzicht geven van hoe de tellingen tot stand komen. D

T

ellingen en bijschattingen Door het hele land worden in de periode van september tot en met april watervogeltellingen uitgevoerd. Deze tellingen zijn van belang om de populaties van de soorten bij te houden en vormen de basis van het beleid en beheer rond watervogels. Er wordt o.a. geteld in belangrijke monitoringsgebieden (waterrijke gebieden) en speciaal voor de ganzen ook op pleisterplaatsen (meestal boerenland)1 (Fig. 1). Alle watervogelsoorten worden geteld inclusief losgelaten/ontsnapte en vrij levende sier- of parkvogels en een aantal soorten die enigszins aan water gebonden zijn1. Voor een selecte groep vogels worden ook maandelijkse slaapplaatstellingen gehouden. Slaapplaatstellingen vinden plaats op gemeenschappelijk slaapplaatsen waar individuen van één of meerdere soorten overnachten. Sommige watervogels trekken en gebruiken Nederland enkel als tussenstop. Daarom wordt er elke maand geteld zodat de kans groter is dat het piekmoment (wanneer de meeste individuen in Nederland aanwezig zijn) van elke soort in de tellingen terug te vinden is1. De resultaten van de watervogel en slaapplaatstellingen worden onder meer gebruikt voor het bepalen van de populatieontwikkelingen van een soort over één of meerdere jaren. Zulke ontwikkelingen worden vaak weergegeven in een grafiek (Fig. 2-5). Met behulp van bekende aantallen en ontwikkelingen kunnen geïnformeerde beslissingen genomen worden voor bijvoorbeeld de bescherming van soorten. Tijdens het tellen en analyseren van de aantallen zijn er een aantal zaken die de betrouwbaarheid van de resultaten kunnen aantasten. Sovon kent een aantal standaard kwaliteitscontroles om de betrouwbaarheid te verhogen. Controleren van opgegeven aantallen met referentie bronnen (aantallen voorgaande jaren), opsporing van dubbeltellingen en het verbeteren van spelfouten zijn de meest voorkomende. Daarnaast worden door Sovon in gebieden met gemiste telronde(s), de missende vogels bijgeschat. Dit bijschatten gebeurt met een internationaal erkende statistische methode onder voorbehoud dat er genoeg eerdere gegevens beschikbaar zijn. De vogels worden bijgeschat op basis van drie factoren: gebied, maand en jaar. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de verhoudingen tussen gegevens uit overige gebieden, maanden en jaren en bekende gegevens vanuit eerdere telrondes, ook op gebied, maand en jaar niveau. Eventuele extra

Fig. 1. Telgebieden voor watervogeltellingen. In oranje is de ruwe uitlijning van de Krimpenerwaard gegeven. De groen omlijnde gebieden ­ zijn gebieden waar nog niet geteld wordt. Alle blauwe vlakken worden al wel geteld. (Originele figuur is van Sovon, zie https://portal.sovon.nl/ portal/vacant/map/5, oranje omlijning is later toegevoegd.)

onzekerheid die voortkomt uit het bijschatten wordt verwerkt in de betrouwbaarheidsintervallen van de trends (Fig. 2-5). Dit alles wordt gedaan om een zo compleet en betrouwbaar mogelijk beeld van de aanwezige aantallen te creëren. Voor een diepere kijk in het protocol van de bijschattingen verwijs ik u naar de ‘Uitgebreide werkwijze watervogeltellingen’2 van Sovon. Nu we weten hoe de tellingen en resultaten tot stand zijn gekomen, wil ik met u een aantal populatieontwikkelingen van in de Krimpenerwaard voorkomende watervogels bespreken. Er moet gezegd worden dat het niet van alle soorten duidelijk is waarom ze toenemen of afnemen. Daarom beperk ik mij hier tot een vijftal vogelsoorten (grutto, wilde eend, krakeend, knobbelzwaan en grote zilverreiger) die een duidelijke ontwikkeling doormaken/hebben doorgemaakt en waarvan kennis beschikbaar is over de mogelijke oorzaken van deze ontwikkelingen. Deze keuze is gemaakt om overmatige speculatie en langdradigheid te voorkomen.

G

rutto De grutto is de nationale vogel van Nederland. Veel is er bekend over de instandhouding van de grutto. Laten we dus met WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

9


Fig. 2. De winterpopulatie ontwikkelingen van de grutto in de Krimpenerwaard en in Nederland. De rode stippen geven het seizoengemiddelde per jaar weer. De donkerblauwe lijn geeft de ontwikkeling van de aantallen weer, geleid door de seizoensgemiddelden (= de som van alle maandelijkse tellingen gedeeld door acht, het aantal getelde maanden.) De lichtblauwe lijnen geven de betrouwbaarheid (95%) van de donkerblauwe lijn weer.

de grutto beginnen. De trend voor de grutto is niet rooskleurig. Nederland heeft de grootste broedpopulatie aan grutto’s3, maar zowel landelijk als in de Krimpenerwaard zijn de aantallen sinds de eeuwwisseling afgenomen. De belangrijkste reden hiervoor is de intensivering van de landbouw en de daarbij passende habitatveranderingen. Adulte vogels zoeken met hun snavel in de bodem naar o.a. regenwormen4. Door de verlaging van de waterstand gaan de wormen lager zitten en kunnen de vogels er lastiger bij. De jongen zijn dan weer afhankelijk van boven de grond levende insecten4 die meer voorkomen in kruidenrijke graslanden. Het foerageren van zowel de adulte als jonge vogels staat hierdoor onder druk. Door het verlagen van de waterstand kan er ook eerder gemaaid worden. Helaas kunnen de meeste jongen rond de eerste maaidatum nog niet vliegen4. Al deze factoren dragen bij aan een lagere overlevingskans en afnemende populatie, die terug te zien is in zowel de broed- als winterpopulatie. In de Krimpenerwaard zijn echter sinds 2016 maatregelingen getroffen om weidevogels meer en beter habitat te geven. Zo heeft er in de natuurbestemmings polders De Nesse en Berkenwoude afplagging plaatsgevonden om kruidenrijkere graslanden te laten ontstaan, zijn er plas-dras percelen klaargemaakt, wordt de waterstand niet langer kunstmatig lager gehouden en wordt er later gemaaid5. Tevens is daar de mestgift sterk verlaagd en wordt alleen ruige mest gebruikt6. Maar ook buiten de

Grutto, foto: Dirk-Jan Saaltink 10

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

natuurbestemmingsgebieden zijn er ontwikkelingen gaande. Boeren sluiten zich aan bij collectieven die invulling geven aan het, in 2016, opgestelde Agrarisch natuurbeheer6. In het agrarisch natuurbeheer komen o.a. maatregelen voor om rustperiodes in te stellen tijdens de broedperiode, (tijdelijke) plas-dras percelen ter beschikking te stellen, legsels te beschermen, kuikenstroken aan te leggen en de vorming van kruidenrijk grasland te stimuleren7. De maatregelen zijn recentelijk genomen en dus is het op dit moment lastig om iets over het effect te kunnen zeggen. Met de kennis die we op dit moment hebben, lijkt het vooruitzicht voor de grutto in de Krimpenerwaard overigens positiever dan voorheen.

K

rakeend en wilde eend De tegenstelling in het succes van de krakeend en de misère van de wilde eend heeft veel wenkbrauwen doen fronsen. De twee soorten hebben op het oog relatief veel overeenkomsten. De oorzaken voor de tegengestelde ontwikkelingen moeten echter gezocht worden in de verschillen tussen deze twee soorten. Er zijn sterke aanwijzingen dat de verschillen in overleving tussen kuikens van krakeenden en wilde eenden een grote rol spelen. Modellen die de populatieontwikkelingen proberen na te bootsen geven aan dat een overleving van 27% van de kuikens van wilde eenden en 40% van de kuikens van Krakeenden het meest overeenkomt met de huidige ontwikkelingen8. Deze modellen bevatten ook andere factoren zoals het nestsucces en overleving van adulte vogels voor beide soorten, maar deze factoren zijn alle nagenoeg gelijk8 en kunnen dus niet geleid hebben tot veranderingen. Verder broedt de krakeend in begin mei, gemiddeld drie weken later dan de wilde eend die in half april begint9,10. Een aantal natuurlijke predatoren zoals de blauwe reiger, zwarte kraai en buizerd beginnen met broeden rond dezelfde tijd als de wilde eend11,12,13. Deze predatoren hebben dan ook rond dezelfde tijd jongen en meer behoefte aan voedsel. De predatiedruk op de wilde eendenkuikens is dus zeer waarschijnlijk langer en intenser dan op de kuikens van de krakeend. Bovendien lijken krakeenden op het nest en met jongen meer beschutting op te zoeken in de ruige oevervegetatie8. Het is niet zeker of het verschil in de overlevingskans van de kuikens ook echt ten grondslag ligt aan de populatieontwikkelingen want gegevens voor predatie


Fig. 3. De winterpopulatie ontwikkeling van de krakeend en wilde eend in de Krimpenerwaard en in Nederland. De rode stippen geven het seizoengemiddelde per jaar weer. De donkerblauwe lijn geeft de ontwikkeling van de aantallen weer, geleid door de seizoensgemiddelden (= de som van alle maandelijkse tellingen gedeeld door acht, het aantal getelde maanden). De lichtblauwe lijnen geven de betrouwbaarheid (95%) van de donkerblauwe lijn weer.

ontbreken, maar de aanwijzingen duiden toch echt sterk in die richting. Wat betreft voedsel beschikbaarheid lijkt de wilde eend ook aan het kortste eind te trekken. De wilde eend eet relatief meer dierlijk voedsel zoals insecten en komt meer voor in boerenland met veel ondiepe sloten10. Helaas maakt de afname van insecten door afname van kruidenrijke graslanden en sterkere eutrofiëring (=uitspoeling van meststoffen waardoor de waterkwaliteit en als gevolg de biodiversiteit in het water afneemt) van water dicht bij

boerenland het de wilde eend niet makkelijker om aan voedsel te komen. Krakeenden leven meer op grotere wateren, waar minder eutrofiëring plaatsvindt en hebben een meer plantaardig dieet9. Ook door de mens aangelegde waterbouwwerken zoals dammen en taluds zijn in trek bij de krakeenden, vermoedelijk omdat op de stenige ondergrond algen groeien die de krakeenden eten9. Het is de vraag of voorgenoemde redenen als enige de exponentiële groei van de krakeend bepalen of dat er nog meer redenen aan te wijzen zijn. Helaas zijn er op dit moment niet

Mannetje wilde eend, foto: Dirk-Jan Saaltink

Mannetje krakeend, foto: Dirk-Jan Saaltink

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

11


Fig. 4. De winterpopulatie ontwikkeling van de knobbelzwaan in de Krimpenerwaard en in Nederland. De rode stippen geven het seizoengemiddelde per jaar weer. De donkerblauwe lijn geeft de ontwikkeling van de aantallen weer, geleid door de seizoensgemiddelden (= de som van alle maandelijkse tellingen gedeeld door acht, het aantal getelde maanden.) De lichtblauwe lijnen geven de betrouwbaarheid (95%) van de donkerblauwe lijn weer.

meer redenen bekend. Maar de exponentiële groei in Nederland is in zichzelf ook opmerkelijk omdat er in omringende landen stabiliserende (Duitsland) en afnemende (Frankrijk) populaties van krakeenden worden gevonden14.

K

nobbelzwaan De aantallen van de knobbelzwaan nemen van 1975 tot 2000 duidelijk toe. Deze groei is een resultaat van de toenemende eigen broedpopulatie die voortkomt uit losgelaten vogels uit oude zwanendriften15. De laatste zwanendrift werd gesloten in 1965, maar de handelingen behorend tot het driften waren tot 2016 met een ontheffing toegestaan16. Rond 2005 nam het driften in Zuid-Holland toe17. Heel toevallig zien we rond deze periode ook een dip in de populatie van de knobbelzwaan. Deze dip is in de grafiek van de Krimpenerwaard ook duidelijker zichtbaar dan op landelijk niveau. In eerste instantie zou je verwachten dat de intensivering van de landbouw ook slecht nieuws is voor de knobbelzwaan. Meer voedingsstoffen in het water heeft vaak meer algenbloei als gevolg. Zulke algenbloei is op de lange termijn slecht voor de groei van waterplanten, die ook een belangrijke voedingsbron zijn

Knobbelzwaanpaar, foto: Dirk-Jan Saaltink 12

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

voor knobbelzwanen. Algenbloei is echter vaak vooral plaatselijk een probleem en de zwanen kunnen elders foerageren. Over het algemeen is de voedselvoorziening voor de knobbelzwanen dus toegenomen en dit draagt wellicht bij aan de groeiende populatie. De knobbelzwanen die in Nederland broeden blijven ook grotendeels in het Nederlandse opengrasland overwinteren15. Hierdoor is er een sterke link tussen de toename van de broedpopulatie en de toename van de winterpopulatie en kijken we dus ook voor de knobbelzwaan verder dan alleen de winterperiode, als we de populatieontwikkelingen willen verklaren. Alleen bij koude winters vertrekken knobbelzwanen naar het zuiden18. Sommige van deze koudere winters, zoals de winters van 1995-1997, kunnen dan ook teruggevonden worden in de trends (Fig. 4).

G

rote zilverreigerw De grote zilverreigers hebben sinds 2000 een grote opmars laten zien in Nederland en in de Krimpenerwaard. De individuen in de Krimpenerwaard zijn tot nog toe wintergasten, maar op andere plekken in Nederland worden ze ook al broedend aangetroffen. De grootste broedpopulatie in Nederland bevindt

Grote zilverreiger, foto: Huig Bouter


Fig. 5. De winterpopulatie ontwikkeling van de grote zilverreiger in de Krimpenerwaard en in Nederland. De rode stippen geven het seizoengemiddelde per jaar weer. De donkerblauwe lijn geeft de ontwikkeling van de aantallen weer, geleid door de seizoensgemiddelden (= de som van alle maandelijkse tellingen gedeeld door acht, het aantal getelde maanden.) De lichtblauwe lijnen geven de betrouwbaarheid (95%) van de donkerblauwe lijn weer.

zich bij de Oostvaardersplassen, en ondertussen zijn er vanuit de Oostvaardersplassen ook andere broedgebieden gekoloniseerd zoals De Wieden19. Deze gebieden hebben gemeen dat ze grotere stukken met rietmoerasoppervlakte kennen. Grote zilverreigers broeden graag in rietmoeras19, deels omdat ze overjarig riet gebruiken voor hun nest20. Het beschikbare habitat in deze gebieden en de toename van de broedpopulatie is grotendeels verantwoordelijk voor de toename van de grote winterpopulatie zilverreigers. ‘s Winters komen grote zilverreigers in groten getale uit het oosten en zuiden van Europa in ons land overwinteren. Ringaflezingen laten zien dat deze individuen vooral afkomstig zijn uit Polen, Oekraïne, Frankrijk en in het gebied rond de Neusiedler See (Oostenrijk)21. De toename van de populaties in de andere delen van Europa heeft deels gezorgd voor de toename in grote zilverreigers hier in de winter21. 10% van de grote zilverreigers in Nederland bevindt zich ‘s winters in de Krimpenerwaard (Fig. 5). De Krimpenerwaard is aantrekkelijk vanwege de vele sloten en voedselrijke graslanden waar de grote zilverreiger goed kan foerageren op zowel vis als op kleinere gewervelde landdieren19.

C

onclusies Voor de besproken vogels lijken de trends uit de Krimpenerwaard aardig overeen te komen met de landelijke trends. Er lijkt geen sprake te zijn van tegenstellingen zoals afname en toename tussen nationaal en regionaal niveau. Bij veel soorten komt de broedpopulatie terug als een belangrijke factor in het bepalen van de winterpopulatie. Dit is logisch aangezien de meeste besproken vogelsoorten (grutto, wilde eend, krakeend en knobbelzwaan) standvogel of voorjaar/zomervogel zijn. Maar ook bij de soorten die niet in Nederland broeden maar wel overwinteren zijn broedpopulaties in omringende landen/gebieden van belang. Daarnaast is beschikbaar habitat, overleving van jongen en voedselaanbod ook belangrijk zoals we gezien hebben bij bijvoorbeeld de grutto en wilde eend. Al deze bekende factoren, en andere onbekende, bepalen in samenspel de toekomst van alle watervogelsoorten in de Krimpenerwaard en daarbuiten.

Bronnen: 1 https://www.sovon.nl/nl/watervogels 2 https://www.sovon.nl/sites/default/files/doc/watervogeltellingen_uitgebreide_werkwijze.pdf 3 https://www.sovon.nl/nl/soort/5320 4 https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/ vogelgids/vogel/grutto 5 https://www.veenweidenkrimpenerwaard.nl/actueel/gruttos-bespied-de-krimpenerwaard 6 Persoonlijke communicatie Jaap Graveland 7 https://www.bij12.nl/onderwerpen/natuur-en-landschap/index-natuur-en-landschap/agrarische-natuurtypen/a01-agrarische-faunagebieden/a01-01-weidevogelgebieden/ 8 https://www.sovon.nl/sites/default/files/doc/limosa_89-3-2016_130-137_schekkerman.pdf 9 https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/ vogelgids/vogel/krakeend 10 https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/ vogelgids/vogel/wilde-eend 11 https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/ vogelgids/vogel/blauwe-reiger 12 https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/ vogelgids/vogel/zwarte-kraai 13 https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/ vogelgids/vogel/buizerd 14 Hagemeijer, W. J. M. & Blair, M.J. (1997). The EBCC Atlas of European Breeding Birds: Their Distribution and Abundance. T. & A.D. Poyser, London. 15 https://www.sovon.nl/nl/soort/1520 16 https://www.om.nl/actueel/nieuws/2016/04/12/werkstraffen-en-beroepsverbod-geeist-voor-zwanendriften 17 https://prokrimpenerwaard.nl/wp-content/uploads/2019/09/2019-Rapport-onderzoek-knobbelzwanen-in-de-Krimpenerwaard-1.pdf 18 https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/ vogelgids/vogel/knobbelzwaan 19 https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/ vogelgids/vogel/grote-zilverreiger 20 https://www.ivn.nl/afdeling/voorne-putten-rozenburg/grote-zilverreiger 21 https://www.sovon.nl/nl/soort/1210 D

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

13


Nieuwe dronevliegers gezocht! Bernard de Jong

Het Agrarisch Collectief Krimpenerwaard (ACK) en de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard (NVWK) zijn op zoek naar nieuwe dronevliegers om de vrijwillige weidevogelbescherming te ondersteunen. Van maart tot en met juni helpen vrijwilligers van de NVWK de agrariërs in de Krimpenerwaard met het beschermen van weidevogels. Dat gebeurt door nesten op te zoeken waar agrarische bewerkingen plaatsvinden en de laatste jaren ook steeds meer door observatie vanaf de randen van percelen, om zoveel mogelijk verstoring in het veld te voorkomen. D

S

inds 2018 is er een nieuwe manier van bescherming bijgekomen, namelijk vanuit de lucht met een speciale drone. De drone is uitgerust met een dubbele camera, een gewone daglichtcamera en een warmtebeeldcamera. Met die tweede camera kan ‘leven’ worden waargenomen De warme eieren van nesten of warme vogels of kuikens zijn als gekleurde vlekjes zichtbaar op het beeld dat uit de warmtebeeldcamera komt. De daglichtcamera helpt om vast te stellen wat er zichtbaar is. Het vliegen gebeurt ’s morgens vroeg rond zonsopgang, zodat het temperatuurverschil tussen warme objecten en de koude grond zo groot mogelijk is. Na enkele jaren met veel vallen en opstaan is nu het moment gekomen om deze manier van werken verder uit te breiden. Dat betekent dat er een tweede drone bij komt en daarmee zijn ook extra vliegers nodig. Als dronevlieger ben je logischerwijs verantwoordelijk voor het veilig besturen van de drone. De belangrijkste taak is echter om waarnemingen vast te leggen van nesten, vogels of kuikens. Het vliegen is voor een deel geautomatiseerd en met een speciale app is het vastleggen

14

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

eenvoudig gemaakt. In het veld is er altijd een ervaren weidewachter bij om te helpen. Het is belangrijk om aandachtig te werk te gaan, zodat resultaten zo betrouwbaar mogelijk zijn.

L

ijkt het je leuk om aan de slag te gaan met deze moderne techniek en zo een steentje bij te dragen aan de bescherming van weidevogels? Wil je daarvoor eens per week vroeg opstaan en genieten van prachtige zonsopkomsten in de polders van de Krimpenerwaard? Stuur dan een berichtje naar weidevogels@ nvwk.nl en kom ons enthousiaste team versterken! Enige kennis van weidevogels is handig, maar zeker geen vereiste. Wij hebben voldoende kennis in huis en al doende rol je hier vanzelf in. En als je toch graag iets meer van weidevogels wilt weten, kun je een avond een herkenningscursus volgen, zie hiernaast. Voor het veilig vliegen met de drone en het goed vastleggen van gegevens zijn enige instructie en oefening nodig. Door de coronamaatregelen kan dit alleen in klein verband en op gepaste afstand. Dit vindt altijd plaats in overleg en met inachtneming van de geldende maatregelen. D


Weidevogelseizoen 2021 Joke Colijn

Een startavond zoals we gewend zijn in De Zwaan, zit er nog even niet in. Dat wil niet zeggen dat we als Weidevogelteam niets doen. Klaas heeft al in een filmpje gezegd dat het accent meer moet komen te liggen op kuikenoverleving. Bekijk het filmpje op de weidevogelpagina van onze website www.nvwk.nl. Verder zijn we in overleg met de provincie, het collectief ACK, het ZHL en andere organisaties om te zien hoe wij als vrijwilligers kunnen bijdragen. Lees ook verder hieronder. Hoe je deze keer aan de materialen komt, lees je binnenkort in een Nieuwsbrief D

W

interwandeling rommelbulten Zoals de weidewachters al konden lezen in het Weidevogelverslag 2020, moedigde Rudi Terlouw ons aan om ieder bij zijn eigen boer(en) een winterwandeling te maken over het erf en de percelen, met als doel om mogelijke schuilplaatsen van predatoren te vinden. Rommelbulten noemt Rudi ze. Zo’n rommelbult kan een ongemaaide dam zijn waarop het onkruid, bramen en vlieren welig tieren. Of een berg afvalhout of ander bouwmateriaal op het erf. Of een oude half plat gewaaide rietkraag om een veenput. Kijk kritisch waar een bunzing of een vos mogelijk een burcht kunnen bewonen, of een verwilderde kat haar nest maakt. Denk verder: een eenzame boom in het landschap biedt een mooie uitzichtpost voor kraaien, en in een opgeschoten bosje De ooievaar loopt vaak in weilanden waar werkzaamheden worden uitgevoerd, het zijn opportunisten. Hij eet daar kan zich ook van alles schuilhouden. van alles, ook net gedode kuikens. Ooievaars hebben hierdoor een slechte reputatie, maar krijgen lang niet altijd Deel je bevindingen met de boer, met terecht de zwarte piet! Bunzing, kraai, vos, hermelijn, kiekendief en de grote meeuwensoorten lusten allemáál een ons en met Mariëlle, dan bekijken we jong vogeltje. Déze scholekster neemt echter het zekere voor het onzekere. De ooievaar is vuil omdat hij vlakbij samen wat de opties zijn. Een boer baggerwerken foerageerde. Foto: Peter Stam met hart voor zijn weidevogels is nu zeker bereid tot meedenken; over twee maanden heeft hij het zou je je kennis niet eens ophalen. Een van de zaken die we nog weer te druk om zich hiermee bezig te houden. Dus als je ’t nog niet vaak zien is dat op percelen waar contracten voor zwaar beheer of gedaan hebt: maak die winterwandeling! last-minute beheer zijn afgesloten, toch weidewachters proberen de Ook wordt op provinciaal niveau vanuit het Kernteam op dit moment nesten te vinden en te controleren, want ‘dan tellen ze mee’. Dat actief gedacht over methoden om predatie te beperken, zonder lijkt lovenswaardig, maar de boer krijgt er niets extra voor betaald gelijk alle predatoren uit te willen roeien. Predatie hoort bij de en de predatoren vieren feest: ze hoeven alleen maar je geurspoor natuur en bij een weidevogelleven, maar nu de vogels zo onder druk te volgen naar hun volgende maaltijd. Ook digitaal invoeren en de staan, moeten we de populaties helpen om weer sterk te worden. QBM- en BTS-telmethoden komen aan bod. Dus meld je aan, doe Weidewachters kunnen zeer waarschijnlijk dit seizoen al bijdragen gezellig mee en stel je vragen! aan een onderzoek over de predatoren die bij ons actief zijn, zonder Ook een cursus predatieherkenning is in de maak. Als cursist leer noemenswaardige extra inzet: we lopen immers toch al in het land. je om sporen te herkennen van de rover die ‘jouw’ nesten heeft Binnenkort volgt meer nieuws! leeggeroofd of ‘jouw’ kuikens heeft opgegeten. Soms vind je zelfs resten van volwassen vogels. Zodra er vastgesteld kan worden om nline cursussen herkenning welke predator het gaat, kunnen we samen met de boer en ACK In samenwerking met De Groene Motor worden er bezien of er maatregelen nodig en mogelijk zijn. O, en heb je foto’s binnenkort weer cursussen georganiseerd. Er zijn een aantal van leeggegeten eieren, dode pullen of adulte vogels: stuur ze op nieuwe weidewachters en wellicht drone-piloten voor wie een naar de redactie, want we zijn nog op zoek naar meer materiaal voor introductiecursus weidevogelherkenning (uiterlijk, gedrag, geluiden) de cursus. Deze cursus biedt interessante nieuwe leerstof voor elke wordt georganiseerd. Ook weidewachters die al wat langer weidewachter: meld je aan! Meer nieuws over beide cursussen in de meelopen zijn van harte welkom: inzichten veranderen dus waarom komende Nieuwsbrief voor Weidewachters. D

O

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

15


Verborgen parel Een buitendijks ‘oerbos’ bij Krimpen aan de Lek Jaap Graveland Bij Krimpen aan de Lek ligt buitendijks een bijzonder bosje van ca. 4 ha. In ruim twintig jaar is een soort oerbos ontstaan met aan de randen wat getijmoeras. En het is ook een speelbos voor kinderen. Komende tijd beslist de gemeente over het voortbestaan van het bosje. Een goede aanleiding om de waarde voor natuur in beeld te brengen. En uiteraard: het moet een speelbos blijven. D

M

agie Ik denk de Krimpenerwaard ondertussen aardig te kennen. Toch word ik af en toe nog verrast. Eind vorig jaar vertelde een bewoner me over een bijzonder bosje bij Krimpen aan de Lek. Op een donkere zondagmiddag in december fietste ik er naar toe en maakte ik de korte rondwandeling over het smalle pad door het bos. In het late middaglicht deed het bos bijna magisch aan: 20 meter hoge wilgen, sommige tot meer dan tien meter hoogte begroeid met klimop. Af en toe moest ik over of onder de stammen van omgewaaide bomen kruipen om verder te kunnen en laarzen zijn geen overbodige luxe. Een weelderige ondergroei van bramen en brandnetels. Roodborsten, winterkoningen en heggenmus bakenden luid zingend hun territoria af. Op veel plekken toonden de struiken nog mooie herfstkleuren. Aan de randen stonden wilgen en riet in het water. De beschermde spindotter, een plant van getijdemoeras, schijnt er welig te groeien. Ik had mooie vergezichten richting Ridderkerk. En in de rand van het bos stonden her en der resten van hutten die kinderen hadden gemaakt.

een wilgenbos aan de rand van de huidige Zegerplas in Alphen aan den Rijn. We bouwden er hutten, speelden cowboytje en indiaantje, als we niet in het veld ernaast aan het voetballen waren. Ik vond er nesten van de heggenmus, zanglijster en later, ondertussen wist ik wat meer van vogels, het ovenvormige nest van een tjifjtaf. En we klommen er in bomen. Er was een bekende klimboom. Die stond bekend als ‘de klimboom’, kinderen hebben niet veel woorden nodig. Een van de stammen was afgebroken, het overgebleven stuk stak als een dolk omhoog. Op een dag donderde ik uit die boom. Onderweg naar beneden passeerde ik op een meter afstand die afgebroken stam. Ik weet nog goed wat ik dacht: oeps... Ik landde op de grond en hield er voor zover ik weet niks aan over. Zo’n bos is het dus. Een bos om zuinig op te zijn, met een gevoel van oernatuur, veel natuurlijker en avontuurlijker dan de aangelegde recreatiebossen van de Krimpenerhout en het Loetbos. Die zijn ook mooi, maar ook ‘netjes’. Dit bos is voor wilde vogels en wilde planten, voor kinderen om er in te spelen of voor een spannende en leerzame buitenles biologie.

S

P

pelende kinderen Het herinnerde me er aan hoe ik zelf met vriendjes speelde in zo’n bosje. Ik was een jaar of tien. We noemden het ‘de bosjes’:

16

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

lannen met het bos Het bos is in eigendom bij het bekende bedrijf IHC. IHC heeft het niet meer nodig en wil het terrein en nog wat terrein elders


langs de Lek verkopen. Er zijn plannen gemaakt om er woningen te bouwen. Maar dat gaat niet vanzelf: de grond is op veel plekken vervuild en moet dus worden afgegraven, een kostbare operatie. Momenteel heeft het bos de bestemming ‘recreatie’. Een belangrijke partij om de woningbouw te realiseren moest onlangs afhaken. Bewoners in de buurt zijn tegenstander van bebouwing van het bos. Zij hebben zich georganiseerd en zijn over de ontwikkelingen al jaren met de gemeente in gesprek. De gemeente is zich nu aan het bezinnen, is bereid varianten met veel en met weinig woningen te onderzoeken en wil ook de inbreng van bewoners er in betrekken. Het lijkt een zorgvuldig proces en de gemeente ziet ook de waarde van het bosje.

N

atuurwaarden in kaart brengen Bij zo’n verkenning van varianten voor de inrichting wordt op verschillende zaken gelet: de kosten van saneren, de ligging en het aantal te bouwen woningen, de toekomst van de haventjes die er liggen, het huidige gebruik voor recreatie, enz. Maar

het heeft dus ook natuurwaarde. De bewonersgroep heeft de NVWK gevraagd om informatie over de natuurwaarde van het bosje aan te leveren. We weten daar nu eigenlijk heel weinig van. Ik hoorde dat er veel vleermuizen voorkomen, maar daar zijn geen gegevens over. Ongetwijfeld broeden er heel veel vogels in dit dichtbegroeide bos. Misschien groeien er meer interessante planten dan alleen de spindotter. En ik ben heel benieuwd wat voor insecten en paddenstoelen er voor komen. Dus zijn we nu bezig om mensen te vragen mee te doen met een inventarisatie van dieren en planten. Voor de goede orde: wij willen dat het bosje de functie als wandelbos en speelbos behoudt. De inventarisatie zien we als een steuntje in de rug daarvoor. Ik heb daarvoor ook de mensen benaderd die in 2019 aan de vogelcursus mee hebben gedaan, en kreeg binnen een paar dagen al enkele positieve reacties. Leuk! Mocht je ook interesse hebben om mee te helpen, stuur me dan even een mailtje. En: neem uiteraard zelf eens een kijkje, het is beslist de moeite waard. D

Zienswijze Omgevingsvisie ingediend door de NVWK Frans van der Storm, secretaris Van 2 december 2020 tot en met 19 januari 2021 lag de ontwerp-Omgevingsvisie Krimpenerwaard ter inzage. Zoals in de vorige Waardvogel aangekondigd heeft ook de NVWK haar zienswijze ingediend. D

I

n onze zienswijze leggen we het accent op de noodzaak van evenwichtige ontwikkeling van economie én ecologie, dus op de gelijkwaardigheid tussen natuur en biodiversiteit, en de andere functies zoals agrarisch, wonen, bedrijvigheid, vervoer en water. Het tweede accent leggen we op het belang van recreatie, maar niet ten koste van alles: ga terughoudend om met aanleg van nieuwe doorsnijdingen (wegen en paden) in het landschap, zeker als die leiden tot versnippering en verstoring van natuur. In dezelfde lijn liggen onze zorgen over verrommeling van het landschap: on en wind zijn noodzakelijke nieuwe energiebronnen, maar pas op dat het landschapsbeeld en biotopen voor weidevogels niet worden verpest door hoge windmolens en weilanden dichtgeplakt met zonnepanelen. De NVWK ziet natuurlijk ook dat bouwen en renoveren nodig is om te voorzien in de woonbehoefte van de Krimpenerwaardse

bevolking: wij pleiten sterk voor bouwen binnen bestaand bebouwd gebied en voor natuurinclusief bouwen en renoveren. Ruimtelijke plannen bieden de mogelijkheid om daarover eisen te formuleren: doe dat! Tot slot de wens tot bosuitbreiding: dat is niet onze wens, ten minste als het erom gaat meer bossen à la Loetbos te realiseren. Wij zijn voorstander van handhaven van het open weidelandschap, maar wel van kleine (voedsel)bosjes dicht tegen de bebouwing aan, in de buurt van scholen, waar jeugd kan spelen en ravotten. In dezelfde lijn ligt behoud van het kleine buitendijkse bos met spannende natuur- en speelwaarden op het IHC-terrein bij Krimpen aan de Lek (zie pag. 16).

O

nze volledige brief kun je vinden op de website op de pagina van de werkgroep Ruimtelijke Ordening. D WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

17


Evolutie van de Waardvogel Maria Kuijf

60 jaar geleden is de NVWK opgericht onder de naam Vogelwerkgroep Krimpenerwaard. In de eerste jaren van haar bestaan is er nog geen Waardvogel. Pas in 1968 wordt voor het eerst een uitgave van de werkgroep ‘ De Waardvogel’ genoemd. De technieken en de visie om een blad uit te geven zoals nu het geval is, zijn nog niet voorhanden. Er wordt met een typemachine gewerkt en de tekst wordt gestencild. Wanneer je alle Waardvogels op een rij legt, zie je een ware evolutie naar een semi-professioneel blad. D

V

oordat de Waardvogel ten tonele verschijnt, werd 17 maal een blad uitgegeven dat eenvoudig ‘Mededeling’ heette. De eerste Waardvogel die we hebben kunnen achterhalen stamt dus uit 1968. Vanaf dat moment wordt de vereniging ‘Vogelwacht en werkgroep Krimpenerwaard’. Tot 1977 zijn de uitgaven onregelmatig, zonder vaste layout en niet altijd met een cover. Vanaf 1977 verschijnt de Waardvogel in duidelijk toenemende frequentie met een cover. In 1979 verschijnt de Waardvogel twee keer. Vanaf 1980 t/m 1984 komt hij vier keer per jaar uit, met uitzondering van 1981, in dat jaar wordt de Waardvogel vijf maal uitgegeven. Tot en met 1984 worden de voorpagina’s gesierd met tekeningen waarvan veruit de meeste van de hand van Wim Fontijne zijn. Drie maal is er een tekening die gesigneerd is met A. de J. Eenmaal staat er PP op de tekening en eenmaal P. Pecheur, wat aannemelijk maakt dat dit dezelfde tekenaar is. De letters worden met de hand getekend en daarin is geen vaste stijl. Vanaf 1985 verschijnt de Waardvogel vijf maal per jaar; in februari, april, juni, september en december, zoals nu nog steeds het geval is. In 1988 verschijnt het rondje op de voorpagina. In 1989 komen daar de letters met de tekst ‘Natuur en vogelwerkgroep de Krimpenerwaard’ er omheen en komt er een horizontale en verticale bandering. Deze lay-out blijft tot en met 2003 in gebruik. Van 1990 tot en met 1992 zit er een kleurtje op de afbeeldingen. Navraag leerde dat Wim Fontijne na het drukken handmatig de kleur er op schilderde! In de jaren 1990 tot en met 1992 waren er 165 tot 190 leden, dus Wim Fontijne kleurde per uitgave een kleine 200 voorpagina’s van de Waardvogel in met de hand! De Waardvogels worden langzamer-

18

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

hand steeds dikker. Er verschijnen vaste rubrieken zoals ‘Door de kijker’ en ‘Nader bekeken’, rubrieken waarin een soort wordt uitgediept, en ‘Veldwaarnemingen’, de voorloper van het latere ‘Betrapt en Gesnapt’. De eerste ‘Betrapt en Gesnapt’ staat in februari 1988. Er wordt steeds meer kopij aangeleverd want de vereniging groeit gestaag en daarmee ook het aantal leden dat bereid is om een artikel te schrijven. Door de jaren heen groeit de structuur van de Waardvogel. Vanaf 1991 wordt er duidelijk een thema gekozen voor de voorkant van het verenigingsblad en wordt benoemd om welke soort het gaat met een korte toelichting; in 1991 vlinders, in 1992 planten enz. Tot en met 1995 tekent Wim Fontijne de voorkanten. Opvallend is dat dit zelden benoemd wordt. In 1996 gaan andere tekenaars aan de slag om de voorkanten te illustreren, als eerste Hans Prein met bruggen in de Krimpenerwaard. Vanaf 1997 worden er in de Waardvogel kolommen gebruikt, maar langzamerhand worden de artikelen toch weer meer als boekvorm afgedrukt. In 2002 gaat men de voorpagina in kleur afdrukken en worden er voor het eerst foto’s gebruikt. Eerst nog alleen binnen het rondje en vanaf 2004 wordt ook de achtergrond bedrukt. Alle jaren is de omslag op groen papier afgedrukt, maar vanaf 2006 wordt wit papier voor de omslag gebruikt, waardoor de kleuren van foto’s en tekeningen beter uitkomen. Per 2007 komt er een grote verandering van de lay-out. De randjes onder de kop, waarin de schrijver van het artikel stond en onder aan de bladzijde, wat vanaf 2001 in gebruik was, verdwijnen. De kolommen worden weer ingevoerd en het lettertype wordt kleiner. Het meest opvallende is dat de Waardvogel nu als een tijdschrift wordt geniet.


redactie ontzettend blij mee. Ons blad kunnen we daarmee nóg mooier opmaken. Al lezend en bladerend door de tijd zien we veel dezelfde namen van ons bekende en onbekende auteurs van artikelen, die in de loop van de tijd weer plaats maken voor anderen. Het zijn er te veel om op te noemen. Duidelijk is dat er altijd een enorme inzet is geweest om de Waardvogel van kopij te voorzien, iets wat gelukkig nog steeds zo is! D

Waardvogel

to

van de maand

Officiële uitgave van de NVWK

fo

In 2011, in het 50-jarig jubileumjaar, verdwijnt het rondje, zodat de foto’s beter tot hun recht komen. In 2014 is het weer tijd voor een nieuwe cover en dat is tevens de huidige cover. Voor een eigentijdse uitstraling worden de hot-items op de voorpagina vermeld, met een vernieuwd logo van de vereniging en ‘De Waardvogel’ wordt ‘Waardvogel’. Het rondje komt terug, maar dan kleiner voor de ‘foto van de maand’ en als nieuw logo. Het binnenwerk blijft nog twee jaar onveranderd tot 2016. In dat jaar wordt een professioneel tekstverwerkingsprogramma aangeschaft en zijn de mogelijkheden voor de opmaak vrijwel onbeperkt. De lettertypes die op de destijds vernieuwde site in gebruik zijn en al op de cover stonden, worden overgenomen in het binnenwerk van de Waardvogel. Vanaf 2018 wordt de Waardvogel geheel in kleur afgedrukt. Daar is de

Wandelen in de Waard

20

Over waarnemen

32

Door de polders Laag-Bilwijk en Bovenkerk

Wat bepaalt wat je ziet?

Nachtvlinders in de schijnwerper

35

Nieuwe werkgroep

Alle Waardvogels zijn afgelopen jaar ingescand op initiatief van Hans Kouwenberg. Een groot aantal Waardvogels is al via de site te bekijken. Dit jubileumjaar worden alle Waardvogels, dus ook de uitgaven die als historisch kunnen worden beschouwd, op de site gezet. Ook de voorloper van de Waardvogel, de uitgaven van de ‘Mededeling’, zullen we uploaden. Voorlopig kunnen we nog geen festiviteiten organiseren, dus dat biedt meer tijd om - weliswaar digitaal - eens terug te bladeren in historische Waardvogels. Kijk ze eens in en herbeleef ‘die goede oude tijd’!

53e JAARGANG | NUMMER 2 | APRIL 2014

Waardvogel_2014_2.indd 1

16/04/14 10:24

FLORON’s Basiscursus flora online Stef van Walsum, FLORON, https://www.floron.nl/Actueel/Cursussen/Basiscursus-flora

PERSBERICHT

Wil je wilde planten in Nederland bij naam kennen en leren determineren? Dan ben je bij FLORON aan het juiste adres. Wij bieden je in het voorjaar van 2021 een Basiscursus flora die je thuis kunt volgen! Je kunt je nog opgeven tot 7 maart! Met de basiscursus leer je families en soorten herkennen, maar ook determineren met behulp van determinatiesleutels uit de Heukels’ Flora van Nederland. In het lesmateriaal van deze cursus komt een breed scala aan onderwerpen. De belangrijkste hebben we voor je op een rij gezet: Botanische woordenschat Indeling van het plantenrijk Opbouw van de Heukels’ Flora Determineren van planten met de Heukels’ Flora Herkennen van de tien grootste plantenfamilies Herkennen van de vijftig algemeenste plantensoorten Je gaat zelfstandig speuren naar planten bij jou in de buurt Hulpmiddelen om jouw kennis over planten verder te verdiepen Hoe je jouw plantenkennis kunt gebruiken om de natuur te beschermen Waar je andere plantenkenners kunt ontmoeten en wat zij doen De inhoud van de lessen is afgestemd op planten die op dat moment in bloei staan. De cursus is samengesteld door een team van ervaren docenten en plantenkenners. Met deze cursus ben je klaar om aan de slag te gaan met vrijwilligersprojecten zoals ‘Mijn Berm Bloeit’ en kun je je kennis verder uitbouwen door mee te doen met de activiteiten van FLORON en lokale natuurorganisaties, zoals KNNV en IVN. De cursus duurt van 24 maart tot 7 juli 2021 met een uur les per week op de woensdagmiddag tussen 15:00 en 16:00 uur. In maart en april is de cursus om de week. De cursusdata zijn: 24 en 31 maart, 14 en 28 april, 5, 12, 19 en 26 mei, 2, 9, 16, 23 en 30 juni, en 7 juli. Heb je een les gemist, of schikt de woensdag niet? Geen probleem, je kunt de les vanaf de volgende dag terugkijken. Na aanmelding krijgt je half maart lesmateriaal thuisgestuurd. Van eind maart tot begin juli krijg je op 14 woensdagmiddagen een uurtje les, waarbij je ook vragen kunt stellen. De lessen volg je op je computer, laptop of tablet via ‘Zoom’. Per les krijg je één of meer huiswerkopdrachten die je zelfstandig uit kunt voeren. Ook geven we je af toe verdiepende lesstof mee. Met onze cursusmethode hebben we al bijna tien jaar ervaring bij lokale natuurverenigingen. Docent van de Basiscursus Flora is botanicus Stef van Walsum van FLORON [en oud-plantencoordinator bij de NVWK. Zie het betreffende nieuwsbericht op www.nvwk.nl met de link naar de cursus van FLORON voor verdere details, red.]. D WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

19


Hooge Boezem en Doove Gat

Broedvogelinventarisatie en ringonderzoek 2020 Erik Kleyheeg en Cor Oskam De herinrichting van polder De Hooge Boezem achter Haastrecht was de aanleiding voor Stichting Vogelringstation Nebularia om in samenwerking met het Zuid-Hollands Landschap de broedvogelmonitoring te intensiveren en dit jaarlijks te koppelen aan ringonderzoek. De doelstellingen hierbij waren inzicht te krijgen over het effect van de inrichting op de bestaande broedvogelpopulaties en de vestiging van nieuwe vogelsoorten in het gebied. Andere onderzoeksvragen waren welke moeraszangers tijdens de najaarstrek gebruikmaken van het gebied als stop-over, waar komen deze vogels vandaan en hoe lang blijven doortrekkers gemiddeld in het gebied? D

B

roedvogelinventarisatie Aanvullend aan het ringonderzoek tellen we jaarlijks het aantal broedvogels in het gebied. Deze inventarisatie wordt uitgevoerd volgens de Sovon methode BMP-A. Er werden in totaal 11 bezoeken afgelegd in het gebied. Enkele van deze telrondjes waren specifiek gericht op de moerasstrook. Daarnaast waren er nachtelijke bezoeken, waarbij geluid werd afgespeeld om rallen in kaart te brengen. Dat werd wel een tegenvaller. Dit jaar kon er maar één territorium van de waterral ingetekend worden. Tijdens de inventarisatie naar andere rallen reageerde er geen enkel porseleinhoen. Naast deze nachtelijke rondjes was er op 6 april maar één waarneming van deze ral. Ondanks dat er geen aanwijzing was voor een broedende roerdomp, liet deze soort zich met enige regelmaat zien in het gebied. Soms zelfs op klaarlichte dag, rustig stappend over het wandelpad dat het gebied doorsnijdt. Ondanks maatregelen om de soort te reguleren nam het aantal broedende ganzen weer toe, maar ze zijn nog niet terug op het niveau van 2017. De grauwe gans telde afgelopen jaar 36 broedgevallen. De Canadese gans 12 en de nijlgans 2 paar. Bergeenden doen het erg goed in het gebied. Afgelopen jaar waren er zes paren die met succes gebroed hebben. Omdat bergeenden grote legsels hebben, is het leuk om te zien dat er steeds diverse ouders op de plas rondzwemmen met een grote groep pullen. De leeftijd van die groepen pullen is soms heel duidelijk te zien en verschilt dan fors van een andere groep die er

20

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

rondzwemt. Bergeenden zijn van oorsprong holenbroeders en waren jaren geleden vooral te vinden in de duinen. Hun biotoop is deels door hun succes veranderd. Bergeenden zijn het hele jaar rond te vinden in het gebied en beginnen relatief laat met broeden. De fazanten deden het dit jaar bijzonder goed. Het aantal broedgevallen steeg van drie naar zeven. Het heeft er alle schijn van dat ze in het gebied niets te vrezen hebben. Er is genoeg te eten en er is geen jacht Het waterhoen heeft zijn opmars van de voorgaande jaren gestopt en blijft nu staan op 9 broedpaar. De meerkoet blijft ook stabiel staan op 19 broedpaar. De wilde eend werd 15 keer gezien met pullen. Omdat 2020 het Jaar van de Wilde Eend was, werden ook in het Doove Gat zo veel mogelijk pullen gefotografeerd voor het onderzoek vanuit Sovon. Erik Kleyheeg, onderzoeker aldaar en coördinator kreeg duizenden plaatjes binnen mede door de kuikenteller app. De krakeend deed het goed dit jaar. Deze eend begint vaak later met broeden. Er werden 5 broedpaar geteld. Ook de krakeend werd meegenomen bij het onderzoek in het kader van het Jaar van de Wilde Eend. In 2019 werden twee paar vastgesteld. Ondanks dat er het gehele jaar rond kuifeenden worden gezien, was er dit jaar geen indicatie voor een broedgeval. De zomertaling deed dit jaar ook weer mee met één paar. In de aangrenzende weilandpercelen stabiliseerde het aantal broedende kieviten en scholeksters. Daarentegen kwamen er duidelijk minder grutto’s en tureluurs tot broeden. De kleine


plevier blijft nog even broedvogel van de Hooge Boezem. Er werden twee paar gevonden die met succes een broedsel grootbrachten. De kolonie kokmeeuwen groeide fors van 236 naar maar liefst 650 paar. Stapsgewijs hebben de kokmeeuwen nu het één na laatste eilandje noordelijk van de grote waterplas gebruikt om er te nestelen. We zijn benieuwd wanneer de kolonie tot een maximum komt. In navolging van de kokmeeuwen waren er ook weer meer visdieven. Het aantal broedgevallen van de visdief steeg tot net onder de honderd. Zij beperkten zich tot nestelen op de twee meest noordelijke eilandjes op de plas, deels tussen de kokmeeuwen. Dit jaar kregen we dan eindelijk een hard bewijs dat er een zwartkopmeeuw heeft gebroed. De laatste jaren zien we vanaf het vroege voorjaar diverse paartjes tot een maximum van vier paar zwartkopmeeuwen het gebied aandoen. Zowel snor als blauwborst deden het goed. Vanaf half maart waren er op diverse plaatsen blauwborsten territoriaal aanwezig. Omdat een blauwborst voor veel mensen tot de verbeelding spreekt, heeft dat ook weer zo zijn negatieve uitwerking. Vooral enkele fotografen maakten het afgelopen jaar in het toch al kleine en dus kwetsbare gebied te bont door dwars door de rietvegetatie op zoek te gaan naar zijn of haar ultieme foto. Ze vergeten daarbij dat ze het leefgebied van de blauwborst stuk maken, waardoor de vogels uiteindelijk het gebied zullen verlaten en wegblijven. Dan valt er niets meer te fotograferen. In overleg met het ZHL is er een goede oplossing voor gevonden door op de meest verstoringsgevoelige stukken een draad te spannen met bordjes ‘kwetsbaar gebied’. Dat hielp. De Cetti’s zanger bleef aanwezig als broedvogel en telde drie territoria. In november zaten er zelfs op zeven verschillende plekken Cetti’s zangers te zingen. Deze vogel zal zeker een blijvertje worden. Maar goed, waar niet! De rietzanger die in 2019 een enorme sprong voorwaarts maakte, deed nu een klein stapje terug. Het aantal bosrietzangers bleef nagenoeg gelijk en het aantal rietgorzen zakte naar 15 paar. De kleine karekiet steeg van 20 naar 22 broedpaar. De invloed van het opknappen van de rietstrook is afgelopen jaar niet echt duidelijk geworden. Naast de zwartkopmeeuw was er nog een nieuwe broedvogel in het gebied. In de steenuilenkast nabij de molen die eigenlijk ieder jaar door spreeuwen gebruikt wordt, kwam nu een kauw tot broeden. Veel vogels blijven stabiel aanwezig in het gebied. Voorbeelden zijn winterkoning, spotvogel, tuinfluiter, merel en witte kwikstaart. De tjiftjaf deed het dit jaar wat minder en liep terug van 5 naar 2 territoria. Het totaal aantal broedparen kwam dit jaar uit op 1002. Dat aantal is nog groter dan in 2019 en toe te schrijven aan de enorme groei van de aantallen kolonievogels. Het aantal soorten broedvogels daalde naar 40.

R

ingonderzoek Doove Gat 2020 Het ringonderzoek in het Doove Gat ging in de zomer van 2020 alweer het negende jaar in. We kijken uit naar het jubileum volgend jaar! Het onderzoek werd in 2012 opgezet door vrijwilligers van Stichting Vogelringstation Nebularia in samenwerking met het Zuid-Hollands Landschap. Elk jaar wordt van begin juli tot in het najaar met regelmaat gevangen in de oude rietstrook langs de Zijdeweg en in de aanliggende moerasvegetatie van de Hooge Boezem achter Haastrecht. De vogels worden nadat ze zijn gevangen opgemeten, gewogen en voorzien van een ring met een uniek nummer. Daarna worden ze direct losgelaten. Dit

levert direct informatie op over welke soorten zich in het gebied ophouden en over hun conditie. Daarnaast is er hoop dat de vogels op een later moment worden teruggevangen, zodat er iets te zeggen is over de verblijfsduur van de vogels in het gebied, de kans dat vogels terugkeren in latere jaren en over de trekstrategie van de vogels. In het overzicht van terugvangsten in dit hoofdstuk staan weer indrukwekkende terugvangsten van vogels die binnen enkele dagen na het ringen al in België worden teruggevangen en afgelezen. De eerste vangst in 2020 vond plaats in de ochtend van 3 juli. Zoals gebruikelijk was de grootste inspanning in augustus, zodra de trek van de rietvogels goed op gang komt. De laatste reguliere vangst was op 12 september in de ochtend en op 7 november werd er een speciale nachtvangst gedaan in een poging om wintertalingen te vangen. In totaal waren er 25 vangmomenten, iets meer dan in 2019. Als gecertificeerde ringers waren Erik Kleyheeg, Cor Oskam en Morrison Pot actief in 2020.

Ook dit jaar werd er weer een grote karekiet gevangen. Vorig jaar gebeurde dat op 5 augustus. Dit jaar op 14 augustus. Deze vogel werd op 16 augustus nog een keer teruggevangen. Foto: Erik Kleyheeg

Op de eerste vangochtend werd deze zeer donkere jonge blauwborst gevangen en geringd. Foto: Cor Oskam

M

ethode In 2020 waren er 11 ochtendvangsten, 13 avondvangsten en één nachtvangst. De opstelling van de mistnetten was gelijk aan die van voorgaande jaren, met die uitzondering dat net 2 ongeveer 20 meter zuidelijker in de rietstrook stond dan gebruikelijk. Deze verplaatsing was noodgedwongen, omdat ter hoogte van net 2 riet gemaaid was en nog onvoldoende teruggegroeid om het net onopvallend in het riet te kunnen zetten. Net als vorig jaar stonden op locatie L+ twee geschakelde netten van beide 9 meter lang. De WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

21


steltloperopstelling is dit jaar een enkele keer opgezet, maar zonder resultaat. Er werden geen inloopkooien voor rallen gebruikt. Voor het lokken van vogels werden vogelgeluiden afgespeeld met mp3-spelers, aangesloten op kleine speakers die uitsluitend op de vangmomenten bij de netten werden opgehangen. De gebruikte tracks waren dezelfde als de voorgaande jaren. In de rietstrook werd voornamelijk gebruik gemaakt van een geluidenmix bestaande uit onder meer kleine karekiet, waterrietzanger, snor en rietgors. Tijdens de avondvangsten werd op de locatie van net 6 ook geluid afgespeeld van boerenzwaluw en gele kwikstaart.

R

ingvangsten In 2020 werden in totaal 905 individuele vogels gevangen in het Doove Gat, waarvan er 877 een nieuwe ring kregen en er 28 al een ring hadden. Het totale aantal terugvangsten betrof 134, wat het totaal aantal vangsten in 2020 op 1011 brengt. Er werden in totaal 21 verschillende vogelsoorten gevangen, waarvan kleine karekiet en rietzanger traditioneel de meest talrijke waren. Er werd één soort gevangen die nog nooit eerder werd gevangen in het Doove Gat, namelijk een boomkruiper. Deze soort verwacht je niet direct in een rietstrook en is extra opvallend omdat juist de afgelopen winter flink wat bomen en struiken zijn verwijderd uit het riet. Tijdens de avondvangsten werden gemiddeld 41 vogels gevangen, dat is twee vogels minder dan in 2019. De ochtendvangsten leverden gemiddeld 43 vogels op, wat wel opvallend veel minder is

dan de 55 vogels die gemiddeld tijdens ochtendvangsten in 2019 werden gevangen. De beste vangdagen waren 2 augustus met 71 vogels en 4 september met 67 vogels. Tijdens de enige nachtvangst van het jaar werd één vogel gevangen, een wintertaling. Van de meest talrijke soorten kwam het aantal rietzangers dit jaar net iets boven het aantal kleine karekieten uit (figuur 1). Beide soorten doen het bijzonder goed in het Doove Gat met stabiele tot licht toenemende jaartotalen. Het totale aantal van beide soorten was iets hoger dan in 2019, maar er waren ook meer vangmomenten in 2020. De broedvogelinventarisatie laat zien dat beide soorten het ook als broedvogel uitstekend doen in het Doove Gat. De bosrietzanger is ook een talrijke broedvogel in het gebied en tevens een soort die veel wordt gevangen. Wel blijft het aantal vangsten in de afgelopen twee jaar iets achter ten opzichte van de vier jaren daarvoor. Er werden in 2020 niet zoveel bijzondere vogels gevangen. De soort die er met kop en schouders bovenuit stak was de grote karekiet die op 14 augustus werd gevangen. Deze juveniele vogel werd op 16 augustus nog een keer teruggevangen, dus verbleef minimaal drie dagen in het gebied. Er werd sinds 2012 pas twee keer eerder een grote karekiet geringd in het Doove Gat. Een soort die landelijk bepaald niet zeldzaam is, maar in het Doove Gat nog maar vier keer eerder was geringd, is de zwartkop. De laatste keer dat deze werd gevangen was in 2017. Dit jaar werden er twee geringd. Twee boerenzwaluwen, twee grasmussen en een putter zijn ook noemenswaardig, omdat ze niet jaarlijks worden

In 2020 konden we weer enkele boerenzwaluwen en gele kwikstaarten vangen die af en toe keer gebruik maakten van de rietstrook als slaapplaats (12-09-2020). Een soort die je juist helemaal niet in het riet verwacht is de boomkruiper. Dit was op 5 september dan ook een nieuwe soort voor deze locatie. Foto’s : Cor Oskam

Figuur 1. Het aantal nieuw gevangen vogels van de kleine karekiet, rietzanger en bosrietzanger in het Doove Gat per jaar vanaf 2012. 22

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021


gevangen. De Cetti’s zanger was met vijf nieuwe ringvangsten ook weer ruimschoots van de partij. Na een jaar van afwezigheid werden er in 2020 ook weer ringmussen gevangen. In totaal vlogen er 10 in de netten. Deze soort gaat landelijk achteruit en is sinds 2019 ook verdwenen als broedvogel in het Doove Gat.

T

erugmeldingen In totaal hadden we 30 vangsten van vogels die vóór 2020 geringd waren. De meeste waren van kleine karekieten (11) en rietzangers (9). Twee van de vier terugvangsten van de snor waren ook van voor 2020. De oudste vogel uit het Doove Gat die in 2020 werd teruggevangen was een kleine karekiet uit 2016. Er werd echter ook een bosrietzanger gevangen die al in 2015 in België was geringd. De enige twee andere vogels die werden gevangen met een buitenlandse ring waren een kleine karekiet met een Belgische ring en een rietzanger met een Franse ring. Daarnaast werd er op 18 juli een blauwborst gevangen die op

12 juni bij Zandvoort was geringd. Er werden ook op andere plekken vogels teruggevangen die wij in het Doove Gat hebben geringd. Een bosrietzanger die op 3 juli in het Doove Gat was geringd, werd op 12 juli teruggevangen in de Stolwijkse Boezem bij Gouderak. Twee kleine karekieten die deze zomer in het Doove Gat werden geringd, werden dit jaar al teruggemeld uit België en Frankrijk. De vogel uit Frankrijk werd gevangen op 12 oktober langs de kust van de Golf van Biskaje op 1020 km afstand van het Doove Gat. Ook kwamen er zoals gebruikelijk weer wat terugmeldingen binnen van vogels die in eerdere jaren al geringd waren in het Doove Gat. Het betreft onder meer twee kleine karekieten en een rietzanger die werden teruggevangen in België en een blauwborst die werd teruggevangen in Frankrijk. Opmerkelijk is ook een kleine karekiet die in 2017 in het Doove Gat was geringd en op 21 mei 2020 door een kat werd gegrepen in Stolwijk. D

Soort

Ringdatum

Melddatum

Ringlocatie

Meldlocatie

Blauwborst

12-06-2020

18-07-2020

Zandvoort, Ned.

Doove Gat

Afstand

Blauwborst

16-08-2019

14-06-2020

Doove Gat

Naarden, Nederland

45 km

Blauwborst

30-08-2019

28-09-2019

Doove Gat

La Rochelle, Frankrijk

779 km

Bosrietzanger

11-08-2015

10-07-2020

Genk, België

Doove Gat

124 km

Bosrietzanger

03-07-2020

12-07-2020

Doove Gat

Gouderak, Nederland

Kleine karekiet

10-08-2017

21-05-2020

Doove Gat

Stolwijk, Nederland

Kleine karekiet

11-08-2019

18-08-2019

Doove Gat

Eindhout, België

100 km

Kleine karekiet

20-08-2019

03-09-2019

Doove Gat

Lebbeke, België

120 km

Kleine karekiet

20-08-2019

08-07-2020

Wortegem, België

Doove Gat

156 km

Kleine karekiet

14-08-2020

18-08-2020

Doove Gat

Herentals, België

Kleine karekiet

07-09-2020

12-10-2020

Doove Gat

Messanges, Frankrijk

Rietzanger

17-07-2019

13-08-2019

Doove Gat

Amay, België

Rietzanger

*

02-08-2020

Frankrijk*

Doove Gat

42 km

7 km 3 km

92 km 1020 km 165 km

Overzicht van terugmeldingen van vogels buiten het Doove Gat die in 2020 binnen kwamen. * Ringgegevens (datum en locatie) nog niet bekend.

Vrijwilligersgroep opgezet voor onderhoud Krimpens natuureiland De Zaag Floris Bakker, Het Kontakt editie Krimpener- en Lopikerwaard, 23 januari 2021

PERSBERICHT

KRIMPEN A/D LEK • Voor het onderhoud van natuureiland De Zaag in Krimpen aan de Lek kan het Zuid-Hollands Landschap wel wat extra handen gebruiken. De Zaag is een zoetwatergetijdegebied waar altijd wel iets bijzonders te zien is. Zo ook deze ochtend tijdens een wandeling met regiobeheerder Veenweiden Stacey Dutry van Haeften. Daar aangekomen tuurt Stacey door haar verrekijker en ontdekt een wintertaling, een wintergast die graag verblijft in één van de volgelopen geulen. “Na de herinrichting van De Zaag (in 2016) is dit gebied echt een toevluchtsoord geworden voor allerlei vogelsoorten”, zegt ze. “Je ziet in deze tijd vooral veel smienten, krakeenden en ganzen op het water. Die vinden hier voedsel en rust.” Ook moerasvogelsoorten, zoals blauwborst, rietzanger en kleine karekiet, voelen zich er thuis. Dat komt vooral door de vele rietkragen op De Zaag waar deze vogels graag in verblijven en broeden. Om te voorkomen dat het riet verdwijnt is onderhoud nodig. “Als we niets doen, zouden bomen en struiken al het riet verdringen. Dat willen we niet, dus halen we die weg om het gebied open te houden. Maar we hebben in al onze natuurgebieden zóveel werk te verzetten dat we daar niet altijd aan toekomen.” Vandaar dat het Zuid-Hollands Landschap nu een vrijwilligersgroep op wil zetten die zich gaat bezighouden met het onderhoud van De Zaag. De klussen vergen wel wat spierkracht van de vrijwilligers. Zo bestaat het werk uit het wegzagen van bomen en takken, het maaien van oevers, het knotten van wilgenbomen en het begaanbaar houden van de wandelpaden. Ook het opruimen van vuil dat na hoog water achterblijft op de strandjes behoort tot het takenpakket. De groep, die uit zes à acht vrijwilligers moet bestaan, gaat elke vrijdag tussen 09.00 uur ’s morgens tot 14.00 uur ’s middags aan de slag. In Machinefabriek Bolnes is een uitvalsbasis gevonden, een verwarmde ruimte waar ze een kopje koffie of thee kunnen drinken. In het begin zal Stacey of één van haar collega’s de vrijwilligers begeleiden, “maar het is uiteindelijk de bedoeling dat de vrijwilligersgroep zelfstandig aan de slag gaat. Ik wil nog een keer een bijeenkomst houden, om één en ander uit te leggen. Door de coronamaatregelen is dat nu helaas niet mogelijk. Voor nu zou het al mooi zijn als mensen zich aanmelden voor de groep.” Aanmelden kan via: info@zhl.nl. WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

23


De NVWK - 1

Een boot voor de NVWK

Max Ossevoort

Een aantal jaren geleden zocht mevrouw (Joke) Bax uit Stolwijk, nadat haar man (Wim) was overleden, een goede bestemming voor hun roeiboot. Op advies van Huig Bouter (bij de NVWK bekend als een groot vlinderspecialist) werd de boot aangeboden aan de NVWK. D

D

e roeiboot werd al een tijdje niet meer gebruikt en bleek, naast het gebruikelijke De overdracht van de boot aan voorzitter Jaap Graveland, op coronaproof-wijze onderhoud, ook wat reparatie nodig te hebben: de kiel was beschadigd en het houten binnendeel was aan het rotten, de huid was op een paar plaatsen beschadigd en de achterplaat voor bevestiging van de buitenboordmotor en de bodemplaten waren aan vervanging toe. Ik bedacht me dat het op zich ook wel weer een leuke uitdaging was om er een mooie en geschikte boot voor de NVWK van te maken. Gelukkig was het Zuid-Hollands Landschap bereid ruimte vrij te maken in hun grote loods, want zo’n boot neemt altijd meer ruimte in dan je denkt. Waarvoor onze dank.

N

adat de boot een paar jaren droog had gelegen, zodat water, dat via de beschadigde kiel tussen de dubbele wand was gekomen, kon verdampen, werd afgelopen jaar met de grote uitdaging begonnen: ik had nog nooit eerder aan een boot gewerkt, dus alles was nieuw voor me! Gelukkig biedt het internet veel kennis ook op dat gebied, naast adressen waar je de juiste materialen kunt aanschaffen. Een budget van € 200,00 werd door het bestuur ter beschikking gesteld en het werk kon beginnen. Eerst werden de rotte houten delen verwijderd, de kiel van de boot met polyester matjes hersteld en de beschadigingen van de huid met twee-componenten polyester bewerkt. Vervolgens moest de hele boot ontvet en geschuurd worden en in twee lagen de speciale primer aangebracht worden. Daarna werd de algenwerende (zwarte) laag aangebracht en de groene NVWK kleur op de rest van de buitenzijde. De binnenzijde van de boot werd geschilderd met een grijze verf. Dat geldt ook voor de nieuwe bodemplaten die daarnaast een antislip verf op de bovenzijde kregen. De

1. De boot moest eerst ontvet en geschuurd worden 24

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

bijbehorende roeispanen en peddels werden thuis geschuurd en drie keer in de bootlak gezet.

Z

o’n boot moet natuurlijk wel een naam hebben en als finishing touch heeft Joke (Colijn) de letters ‘NVWK-1’ op beide zijden van de boot aangebracht. Om dat goed te doen heb je een erg vaste hand nodig en dat heb ik niet. Toen kon de boot officieel overgedragen worden aan de voorzitter, Jaap Graveland, op een in dit coronatijdperk passende manier. Het project werd hiermee afgerond. Het was een leerzame, maar ook een erg leuke klus om te doen. De foto’s vertellen het verhaal. Ik denk dat de boot op verschillende wijzen kan worden ingezet. Maar of dat allemaal kan in het jaar waarin we ook zo graag ons 60-jarig bestaan willen vieren, blijft als gevolg van de beperkingen door het coronavirus, natuurlijk de vraag. Laten we het hopen. D

2. Diverse delen van de boot bleken rot


3. De rotte delen werden hersteld met polyester

4. De onbehandelde binnenkant van de boot

5. De bodemplaten moesten vernieuwd worden

6. Nieuwe bodemplaten werden op maat gemaakt

7. De hele boot moet eerst tweemaal in de grondverf

8. De buitenkant kreeg de NVWK-groene kleur

9. Joke schilderde de naam op de boeg

10. Een fiere NVWK-1!

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

25


Kinderopvangboerderij 'Achter 't Potdeksel'        

opvang van 07.00 tot 19.00 uur verticale groep van 0 tot 4 jaar (max. 16) optimale zorg en aandacht ervaren en gediplomeerde leiding in landelijke en agrarische omgeving unieke accommodatie in voormalige koeienstal buitenspeelruimte in openlucht en overdekt natuur-educatieve visie en uitgangspunten

www.kinderopvangboerderij.nl potdeksel.kinderopvangboerderij@kpnmail.nl Aad van der Meijden & Netty Brussee Benedenberg 66 - 2861 LH Bergambacht

 0182-353183

Landschap Cultuurhistorie––Ecologie Ecologie Landschap –– Cultuurhistorie Advies – Realisatie – Educatie

Advies – Realisatie – Educatie

“Wij willen doorpakken, zeggen wat wij doen en doen wat wij zeggen”.

Wij kunnen u helpen door middel van:

Wij kunnen u helpen door middel van:

• Advies, ontwerp en directievoering bij inrichting van

• Advies, inrichting en beheer (boeren) erf, natuurterreinen, groen, landgoederen en landgoederen enopenbaar natuurterreinen. (boeren)erf.maken van bestekken en directievoering • Adviseren, bij (her)inrichting van grote en • Opstellen van beheerplannen enkleine gebiedsvisies. (natuur)terreinen. Ecologische landschappelijke inventarisaties. •• Aanplant enen onderhoud (hoogstam)fruitbomen. •• Monitoren van natuurwaarden. Lezingen, excursies en cursussen m.b.t. Natuur en • Leveren van streekeigen plantmateriaal en oude Landschap. rassen fruitbomen. • Lezingen, excursies en cursussen m.b.t. Natuur en Landschap.info@bureau-schildwacht.nl

www.bureau-schildwacht.nl info@bureau-schildwacht.nl Beukendaal 3, 2831 VA Gouderak www.bureau-schildwacht.nl Beukendaal 3, 2831 VA Gouderak 06-22978424 06-22978424

Uw duurzame drukker in de Krimpenerwaard FSC® gecertificeerd en premium partner


Natuurbeheercollectief (NBC) Krimpenerwaard: bestuur is nu volledig Jaap Graveland In oktober werd het NBC formeel opgericht (zie vorige Waardvogel). Het bestuur (twee vertegenwoordigers vanuit landbouw- en twee vanuit natuurorganisaties) had afgesproken zo snel mogelijk na deze formaliteit een onafhankelijk voorzitter te benoemen. Dat is gelukt. D

W

e vonden Jan Heijkoop bereid het bestuur te versterken. Jan is nu burgemeester van Hendrik-Ido-Ambacht, is een zeer ervaren bestuurder, met duidelijke affiniteit voor natuur én landbouw. Hij kent de situatie in de Krimpenerwaard goed. Hij leidde in 2018 en 2019 onder andere het overleg tussen de partijen dat leidde tot het ondertekenen van de intentieverklaring om een beheercollectief op te richten. We zijn dan ook erg blij dat hij onze voorzitter is geworden. Meer over zijn achtergrond, ervaring en motivatie kun je lezen in het recente interview in het Kontakt: https://www.hetkontakt.nl/reader/45014/166106/ niet-denken-in-winnaars-en-verliezers

Tineke Vermeulen-Rehorst gaf in het najaar te kennen dat ze het bestuur ging verlaten en een opvolger zou aandragen. Tineke runt met haar man een melkveebedrijf in de Achterbroek, is accountant en doet daarnaast bestuurs- en ander vertegenwoordigend werk. Dat werd wel wat veel. We vonden het jammer want Tineke heeft zich sterk ingezet voor het collectief. We gaan elkaar vast weer in overleggen tegen komen! Tineke heeft met haar achterban een waardige opvolger gevonden: Hans Mulder. Hans is melkveehouder aan de Westvlisterdijk, heeft een agrarisch- én natuurhart. Hij is dan ook heel actief in het agrarisch natuurbeheer. Ikzelf heb de secretarisfunctie van Tineke overgenomen. D

Vacature: coördinator natuur en landbouw Een bestuur heeft natuurlijk een werkorganisatie nodig. Die gaat nu vorm krijgen. We gaan kandidaten zoeken voor drie functies: coördinator, beheerder en ondersteuner. D

V

oor de coördinator wordt nu geworven. De coördinator krijgt de functie van meewerkend voorman (of -vrouw), verzorgt de inbreng in het inrichtingsplan en de beheerplannen, stelt de strategie op en begeleidt de uitvoering, etc. Daarna volgt de werving voor een ondersteuner, die o.a. ook zal helpen om de website in te richten. In de loop van 2021 werken

we de pachtuitgifte en beheer verder uit en gaan we werven voor de functie van beheerder. Op onze site staat onder Nieuws de vacaturebeschrijving voor de functie van deze coördinator. Wie voelt voor deze uitdaging of kent iemand die hier geknipt voor is? Deel en zegt het voort! D

WelZijn Krimpenerwaard promoot ‘plandelen’ Floris Bakker, Het Kontakt Krimpener- en Lopikerwaard, 23 jan 2021

PERSBERICHT

KRIMPENERWAARD • Wandelen en onderweg zwerfafval opruimen. ‘Plandelen’ is een nieuwe bezigheid die nu ook voet aan de grond krijgt in de Krimpenerwaard. Het is de stiching WelZijn Krimpenerwaard die het plandelen (wandelen + plastic rapen) aanmoedigt binnen de gemeente. “Steeds meer mensen gaan er in deze coronatijd op uit voor een wandeling”, verklaart projectcoördinator Inge Bonhof. “Ik hoor vaak van wandelaars dat ze onderweg een hoop troep tegenkomen die ze op willen ruimen. Hartstikke goed natuurlijk. Dat is een win-winsituatie, want tijdens het wandelen ben je lekker in beweging en je helpt jouw dorp of stad groen te houden. Het mooie is dat iedereen kan plandelen, of je nou jong of wat ouder bent.” Wie wil plandelen, moet zelf een zak meenemen om het zwerfvuil in te doen. Plastic afval (waaronder blikjes) kan eventueel in de zakken die de gemeente gratis verstrekt en wekelijks ophaalt. Het is tevens mogelijk een grijpstok te lenen. Bonhof: “We hoorden van mensen dat ze mondkapjes die op straat worden gegooid niet durven op te pakken. Krimpenerwaard Schoon, de stichting die inwoners stimuleert om hun omgeving te ontdoen van zwerfvuil, stelt grijpstokken beschikbaar.” Inmiddels is er ook al contact gelegd met Anton Damen, die zichzelf de ‘plandelman’ noemt. “Hij is de man die het plandelen in heel Nederland promoot”, zegt Bonhof. “Hij komt graag een keer naar de Krimpenerwaard om hier een rondje te lopen en zwerfvuil te rapen.” Wie materialen nodig heeft kan contact opnemen met WelZijn Krimpenerwaard via: 0180-522045. Voor kinderen is er een bingokaart ontwikkeld. Deze is te vinden op www.welzijnKrimpenerwaard.nl. D WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

27


Project ‘Bloeiende Bermen’ Provincie Zuid-Holland lijkt zich te revancheren Arie Kooy In de Waardvogel van December 2019 verscheen een artikel van mijn hand over het ‘erbarmelijke’ maai-onderhoud van de Provinciale (N) wegen in de Krimpenerwaard. Een citaat uit dat artikel: “Het ecologisch beheer gaat dan gelden voor de bermen van de N207. De plannen voor de N210 gaan nog verder. Er is namelijk opdracht verstrekt om plannen te maken voor versterking van de natuurwaarden voor de omvangrijke bermen aan de noordkant van de N210…“ D

E

erst iets over de plannen voor de N210. Aan het einde van dit verhaal kom ik nog terug op het beheer van de N207 (van Bergambacht naar Stolwijkersluis). De aanleiding voor de plannen met betrekking tot de bermen van de N210, wordt als volgt omschreven: “De Provincie Zuid-Holland wenst te onderzoeken of inrichting en beheer van deze noordelijk gelegen grasstrook tussen Lekkerkerk en Bergambacht kan worden aangepast zodat deze tevens een ecologische functie kan vervullen. Dit vindt o.a. plaats vanuit het soortenbeleid van de provincie Zuid-Holland“. Later werd de reikwijdte nader gepreciseerd: “Het gebied waarvoor provincie Zuid-Holland een inrichting- en beheerplan wil laten opstellen betreft het weggedeelte gelegen tussen de Krimpenerbosweg in het westen en de aansluiting met de N207 in het oosten. Het projectgebied betreft de parallel gelegen grasstrook aan de noordzijde van de N210. De totale lengte bedraagt circa 11,5 kilometer “. Bui-Tegewoon Groenprojecten, het adviesbureau van Rudi Terlouw, heeft opdracht gekregen voor dat onderzoek. Dat onderzoek heeft geleid tot een uitvoerig schetsontwerp en vervolgens tot concrete, waardevolle en verrassende plannen die in de loop van dit jaar (2021) zullen worden uitgevoerd.

E

en opsomming/samenvatting van die plannen: 1. Aanpassen en uitbreiden faunapassages onder de N210. 2. Inzaaien van bloem- en kruidenstroken in de bermen aan de noordkant van de N210. 3. Diverse aanpassingen en maatregelen. 4. Aanwijzingen voor het juiste beheer van de gerealiseerde maatregelen. Ad 1. Faunapassages. Er wordt een viertal faunapassages gerealiseerd c.q. verbeterd: • Zijdeweg, Ouderkerk aan den IJssel, nabij het zg. Paddenpad • Zuidbroek / Loetbos-Oost

Faunapassage Zijdeweg, Paddenpad noordzijde 28

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

Faunapassage Kwakels,Okkerse Kade noordoostzijde

Faunapassage Kwakels, Okkerse Kade noordzijde

• Kwakels / Okkerse Kade, iets oostelijk van de fietstunnel • Polder Bergambacht, ca. 500 m. ten westen van pompstation Dunea Met de werkzaamheden is al een begin gemaakt (zie de foto’s), en inmiddels is bij een aantal faunapassages ook een ‘geleiding’ aangebracht van paaltjes waarlangs gaas is gespannen. Ad 2. Inzaaien van bloem- en kruidenstroken. Na een aantal voorbereidende werkzaamheden, zoals frezen, zal er in september worden gezaaid. De bloem- en kruidenstroken hebben een totale lengte van ruim 10 km. Er wordt een gebiedseigen mengsel ingezaaid. Ad 3. Diverse maatregelen, zoals: • Aanleg van struwelen voor bijen • Aanleg van kever- en spinnenbanken • Aanleg van poelen voor amfibieën en libellen • Aanleg ringslanghopen Recent zijn de bovengenoemde plannen voor een reactie voorgelegd aan Max Ossevoort, Jaap Graveland en aan mij. Onze vragen zijn vervolgens goed beantwoord, en in een gesprek met Rudi Terlouw, Joost Smits (de projectleider ‘Bloeiende Bermen’ bij de provincie Z-H), en Jaap Graveland, is gesproken over wat de NVWK van de plannen vindt en of de NVWK zou kunnen bijdragen aan de monitoring van de uitvoering van de plannen.


In januari 2020 gaf Hans Blom, dé otterdeskundige in Nederland, mede e op initiatief van Rudi Terlouw een lezing bij de NVWK over de otter en de waarnemingen daarvan in Zuid Holland. De teneur daarvan: de otter staat bij de drempels van de Krimpenerwaard. Wegen vormen een belangrijke hindernis (en doodsoorzaak) voor dit tot de verbeelding sprekende zoogdier. Het is dan ook prijzenswaardig dat de faunapassages in de N210 de komst en het leven van de otter in de Krimpenerwaard zullen gaan bevorderen en vergemakkelijken.

In te zaaien berm N210 ten westen van de Okkerse Kade

Wij zijn enthousiast over die plannen en zullen daar binnen onze mogelijkheden steun aan verlenen. Ook worden we graag betrokken bij de monitoring en evaluatie van de resultaten van de uitvoering. Hierbij valt te denken aan het volgende: • Worden de faunapassages daadwerkelijk gebruikt en door welke soorten? • Telling van vlinders in de bloem- en kruidenstroken • Inventarisatie van planten Eén van de speerpunten uit het project Habitatverbetering Graslandvlinders is het tot stand brengen van verbindingszones waarlangs vlinders zich – tussen de inmiddels gerealiseerde leefgebieden – kunnen verplaatsen. Met de verbeterplannen van de provincie wordt dit speerpunt voor wat betreft de N210 gerealiseerd. Hulde! De maatregelen die in 2021 in het kader van het project Bloeiende Bermen van de provincie Zuid-Holland zullen worden gerealiseerd, gaan ook terdege bijdragen aan het project Prachtlint (zie hieronder).

D

e N207 Tenslotte nog iets over het maaibeheer van de bermen van de N207. Eén en andermaal hebben wij aangedrongen op maatregelen, een extra maaibeurt, ter bestrijding van de opgetreden verruiging. Helaas was daar geen budget voor. Het project Bloeiende Bermen betekent, dat de N207 twee keer per jaar zal worden gemaaid, praktisch gelijktijdig zal het maaisel worden opgeruimd, hetgeen tot de benodigde verschraling moet gaan leiden. Die maaibeurten vinden, mede afhankelijk van de stand van de vegetatie, plaats in juni en september. Ons is toegezegd, dat we zullen worden betrokken bij de monitoring van het maaibeleid, en, dat er overleg komt over de daadwerkelijke aanpak van de tweede maaironde in september. Misschien is er toch nog licht aan het einde van de tunnel, voor wat betreft de bermen langs de N207. Monitoring van planten, vlinders en het gebruik van de faunapassages, langs de N210, is pas aan de orde na de aanleg en het inzaaien, dus vanaf 2021. Daar komen we nog op terug, maar we zijn nieuwsgierig of er al leden zijn, die daar een bijdrage aan willen leveren. Mocht dat zo zijn, stuur me dan even een mail: ariewilkooy@ziggo.nl. D

Coördinator Prachtlint gevraagd Jaap Graveland

De NVWK nam twee jaar geleden het voortouw om het mooie Prachtlint-initiatief van de Alblasserwaard en Vijfherenlanden over de Lek te brengen. Dat is gelukt: in de vorige Waardvogel konden jullie lezen dat de gemeente Krimpenerwaard en de NVWK het beheerconvenant hebben ondertekend. We konden dat moment ‘markeren’ via een interview met de projectleider Richard Slagboom en NVWK-voorzitter Jaap Graveland in Het Kontakt. Met een foto op het bekende historische fietspontje van Lekkerkerk om de sprong over de Lek te symboliseren. D

E

en klein projectteam is bezig om meer partners bereid te vinden zich aan te sluiten. En met succes: ook Oasen en Staatsbosbeheer hebben aangegeven te willen aansluiten. We zoeken naar een geschikt formeel moment voor ondertekening; corona speelt ons natuurlijk parten hierbij. De NVWK zoekt een coördinator om het Prachtlint verder uit te bouwen en activiteiten te organiseren, zoals een cursus Kleurkeur (ecologisch groenbeheer) voor alle deelnemende partners. De coördinator gaat deel uitmaken van het projectteam. De hoeveelheid tijd die er je in stopt bepaal je zelf, en de precieze invulling wordt uiteraard ook voor een groot deel bepaald door wat je zelf leuk vindt. Het is een erg leuk project en een team met veel kennis, ervaring en spirit, dus je zult snel je draai vinden. Heb je hier belangstelling voor, of heb je vragen, neem dan contact op met Jaap Graveland: jaap.graveland@nvwk.nl, tel. 06 53579285. D

Jaap Graveland en Richard Slagboom op het pontje tussen Lekkerkerk en Nieuw-Lekkerland. Het project Prachtlint gaat zo symbolisch de rivier de Lek over, foto: Peter Paul Klapwijk

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

29


Gezond eten van de korte keten Groene voedselproducenten in beeld Joke Colijn; foto’s en illustraties: De Lekbongerd CO2-reductie is hot. In landelijk en internationaal verband proberen we de CO2-uitstoot (het broeikasgas koolstofdioxide) te remmen, omdat die grotendeels de opwarming van de aarde veroorzaakt. Het klimaat wordt extremer met ijskappen die smelten, een stijgende zeespiegel, meer stormen en enorme hoosbuien. Industrie en verkeer stoten de meeste CO2 uit. Iedereen kan bijdragen aan reductie door minder vervoersbewegingen te maken, en kolen of hout stoken/verbranden te beperken. Dan is er het stikstofprobleem. Fijnstof van industriële productieprocessen (NOx, stikstofoxiden) en ammoniak (NH3) door een gigantisch mestoverschot worden daaronder geschaard. 41% van de NH3 wordt geproduceerd door onze landbouw. Natuurinclusieve vormen van landbouw dragen structureel bij aan stikstofreductie. Door meer extensieve landbouw of soms hogere kosten liggen de opbrengsten van natuurinclusief geproduceerd voedsel gemiddeld wat lager en moeten de producten van deze boeren dus iets duurder zijn: een eerlijke prijs voor een eerlijk product. We kunnen hen én onszelf helpen door voedsel te kopen dat verantwoord is geproduceerd. Vervolgens is er grote zorg over het gif- en medicijngebruik in de reguliere landbouw. Gif is in zeer grote maten oorzaak van de grote teruggang van onze biodiversiteit. Denk aan de teruggang met 70-80% van de insectenpopulaties die aan de basis van de voedselketens staan. Aan het verdwijnen van de bijen die noodzakelijk zijn voor bestuiving van ons voedsel. Aan de kankerverwekkende stoffen die worden aangetroffen in vlees, vis, op en in fruit en groenten. Aan al deze problemen kan iedereen zelf substantieel iets doen: gezond eten van de korte keten! De komende tijd belichten we in elke Waardvogel een groene producent uit de Krimpenerwaard. In dit nummer bezoeken we Elize Rehorst-Anker, eigenaar van De Lekbongerd, Lekdijk West 85, 2871 MN Schoonhoven, www.delekbongerd.nl. D

D

e afrit van de dijk naar het woonhuis voert langs een lager plateau van het dijktalud met daarop uitnodigende picknickbanken, en onderaan o.a. drie walnotenbomen. Ik stop verderop bij de tuin voor het woonhuis waar ze met man en twee zoons woont. Er staat een koude wind, we praten daarom niet buiten, maar aan de eettafel met ruim zicht op de ‘bongerd’. Elize heeft naast bezigheden voor haar gezin een halve dagtaak aan de werkzaamheden rond de hoogstamboomgaard.

B

edrijfsvoering De familie is bij toeval op het fraaie huis met daarachter de boomgaard gestuit toen ze een beslissing moesten nemen tussen her- of verbouwen van hun te kleine woning of verhuizen. Een eigen kamer voor de kinderen en een ruime schuur voor de hobby van de heer des huizes maakten dat de familie viel voor hun huidige thuis. De boomgaard van 1 ha achter het huis is verdeeld over drie percelen en kwam als bonus mee. Die kreeg pas aandacht én de huidige naam, nadat het gezin eenmaal gesetteld was in 2016. Na enig rondvragen kwam Elize in contact met de zoon van de eerste eigenaar van de boomgaard, die destijds onderdeel was van een boerderij. De zoon had samen met zijn vader veel bomen aangeplant en kon haar gelukkig nog precies vertellen welke appel- en perenrassen er staan en op welke onderstammen ze zijn geënt. Vervolgens werd ze gelijk het eerste jaar geconfronteerd met een enorme oogst – ze wilde niet dat al dat mooie fruit zou verkommeren, maar wat doe je met zulke hoeveelheden? Ze zocht en vond manieren om het fruit te benutten en stortte zich op de vele informatie die te vinden is over de diverse rassen, onderhoud van de bomen en manieren om de oogst te verwerken. De oudste appelbomen dateren uit 1939: de Schone van Boskoop of ‘groene Goudreinet’. De meest aangeplante Melrose (in 1960) is de voorloper van de Jonagold en de Elstar. De statige bomen leveren een grote sappige appel met een mooie donkerrode schil. Deze appels zijn ideaal voor haar product; Elize plukt ze net voordat ze

30

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

echt rijp zijn omdat ze dan het meeste sap bevatten. In 2018 zijn wat gaten die in de oudste groene Goudreinet-aanplant waren gevallen, opgevuld door jonge aanplant van dat ras. De grote moerbeiboom geeft prachtige herfstkleuren en is een magneet voor trekvogels. Helaas staat die helemaal achterin de boomgaard, dus vanuit huis valt er weinig van te genieten. Wie meer wil weten over de vele oude rassen in De Lekbongerd: de website biedt veel informatie en goede foto’s. Inmiddels heeft Elize helemaal helder wat er in welk jaargetijde moet gebeuren en zijn de diverse productie- en afzetkanalen geregeld, evenals het jaarlijks professioneel snoeien van de hoog-, middel- en laagstamfruitbomen. Kenners snoeien de juiste takken om voor het onderhavige ras appel of peer de juiste vorm in de boom te krijgen. Dat was net de week voordat ik kwam gebeurd; de takken moesten nog worden versnipperd. In augustus worden de steenvruchtbomen en de noten gesnoeid door Otto Florijn van de Groenstudieclub Midden Nederland. Elize is zuinig op haar bomen en werkt bij voorkeur met


M

professionals: die rekenen een stevig uurloon maar werken snel, behoeven geen aansturing en ontsmetten hun gereedschap zodat geen ziektes van elders worden overgebracht. De westzijde van de boomgaard wordt afgeschermd door een elzenhaag waarin veel vogels foerageren en broeden, vooral sinds Elize er het vorige jaar nestkasten in heeft gehangen. Toen de familie op De Lekbongerd ging wonen kwamen tot in de omtrek geen mussen meer voor, maar sinds er broedkasten hangen zijn weer volop mussen aanwezig. In 2020 was gelijk 70% van de kasten bezet! Die zijn nu keurig schoongemaakt en klaar om nieuwe broedparen te huisvesten. Rond het terras met zaadsilo’s en vetbollen scharrelden ook toen ik er was flink wat huismussen rond. Verder zag ik een heggenmus, roodborst, vinken, kool- en pimpelmezen en een stelletje Turkse tortels. Ook een aantal fazanthanen kwamen voor het raam langs paraderen. Een haas schoot voorbij en bleef even tussen de stammen poseren. Maar de hond wilde naar buiten en rende hem na tot achterin de boomgaard. De data van de zogenaamde Plukdagen einde zomer en tot in de herfst worden bekend gemaakt op de website www.delekbongerd. nl. Iedereen is als vrijwilliger welkom. Je krijgt dan een kleine instructie om te helpen de oogst gaaf binnen te halen. Er zijn een paar plukkers bij die elk jaar graag komen en vriendinnen helpen bij de ‘catering’. Dit jaar was de appeloogst binnen in één weekend, normaal zijn dat er drie. Appels en peren worden professioneel verwerkt tot sap. Toch is het elk jaar weer spannend en moet ze afwachten hoe de oogst uitpakt. Een late vorst kan de bloesem doen bevriezen; daardoor is de pruimenoogst in 2020 van vier van de vijf pruimsoorten mislukt; alleen de Opal die erg vroeg bloeit had wel vruchten. Langdurig nat weer als de appels rijpen kan schimmels kans geven. Een langstrekkende vlucht spreeuwen maakt een deel van de peren onbruikbaar. Maar er zijn ook nieuwe uitdagingen: de droge periode in het voorjaar van ons veranderende klimaat zorgde voor enorme scheuren in de kleibodem en een gehalveerde opbrengst aan vruchten. De boom beschermt zich dan door een groot deel van de kleine vruchtjes af te stoten. Afgelopen jaar heeft Elize als proef een sproeisysteem laten aanbrengen tot op ongeveer de helft van de boomgaard. Dit houdt niet alleen het gras onder de bomen groen – belangrijk voor bijvoorbeeld bruiloften, zie hieronder -, maar heeft vooral z’n nut bewezen doordat de bomen die wel voldoende water kregen gezonde nieuwe groeiwijzen aan de takken hebben gevormd, terwijl de bomen die het slecht hadden slechts minuscule groei konden produceren. Het sproeisysteem wordt dit jaar uitgebreid; dat betekent echter ook meer maaiwerk.

otivatie Elize’s motivatie stoelt op drie pijlers: behoud van de boomgaard als cultuurhistorisch element, de beleving door de seizoenen heen die ze wil delen, en educatie: het meegeven van de natuur- en landschapswaarden van het gebied. Elize wil niet spuiten tegen schimmels en insecten. Het sap van haar fruit gaat zonder toevoegingen in de fles. Ook heeft ze afgelopen najaar voor het eerst biologische bocashi (gefermenteerde mest) rond haar bomen opgebracht. Elize heeft voor De Lekbongerd geen commerciële doelstelling en wil vooral mensen laten meegenieten van wat de natuur biedt, maar ze probeert wel om de boomgaard tenminste kostendekkend te exploiteren. Het sap is zowel de reclame als het middel hiervoor. Ze is er erg druk mee, maar gelooft in het gezonde product. Voortbouwend op deze filosofie is De Lekbongerd ook sinds de uitbraak van het coronavirus Rustpunt langs de dijk. De coronapandemie dwong tot creativiteit en zo werd het initiatief geboren. Op Rustpunten zoals bij de Lekbongerd kunnen recreanten neerstrijken op de picknickbanken om hun koffie/thee of lunch te nuttigen. In het ‘zelfbedieningswinkeltje’ onder aan de dijk kan men zelf koffie of thee zetten, van het toilet gebruik maken en producten van De Lekbongerd kopen. Elize is actief bestuurslid van de Stichting Promotie Krimpenerwaard. Op dit moment kijkt de stichting hoe gebiedseducatie waardevol kan zijn voor behoud van het gebied waarbij de focus komt te liggen op jeugdprogramma’s. Het belang van educatie staat voor Elize als een paal boven water. Ze noemde het voorbeeld van een gezin met jonge kinderen dat in april langs kwam om appels te plukken. Elize heeft zich om die reden ook aangesloten bij Struinen & Vorsen, een organisatie die recreatieve uitjes en routes in het Groene Hart promoot op een uitgebreide website. De Lekbongerd

windsingel van elzen Rozen-Sierstruik/boom appelboom pruimenboom stoofpeer laagstam

wc

R

i

peer hand en stoof walnoot moerbei

p

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

31


wordt opgenomen in een educatieve route met aandacht voor de cultuurgeschiedenis van het gebied. Een geheel nieuw concept is dat Elize de boomgaard ter beschikking stelt als trouwlocatie. Er is op een open plek tussen de bomen ruimte voor een flinke feesttent. Het bruidspaar regelt de hele plechtigheid zelf: catering, een tent, stoelen, de ambtenaar. Doordat de boomgaard verschillende percelen omvat, leent die zich prima voor een vlotte logistiek van de diverse elementen rond een huwelijk. Afgelopen zomer leverde dat op een mooie dag prachtige plaatjes op.

D

e producten -peer-appelsap Dit is het hoofdproduct, gemaakt en kort vanwege houdbaarheid gepasteuriseerd door De Schulp. Zuiver sap, licht ‘natuurtroebel’. Meestal reikt de voorraad wel tot het volgende seizoen. Vanwege de droogte was de oogst in 2020 slechts de helft van die van vorige jaren; Elize is inmiddels bijna door haar voorraad heen. -perenappelstroop Gemaakt door de ambachtelijke stroopmaker Van de Wall volgens traditioneel recept. -jams De opbrengst van de jams van vooral pruimen die door een vriendin worden gemaakt gaat naar Compassion, een christelijke stichting voor armoedebestrijding door o.a. scholing en voeding van Afrikaanse kinderen. -bloesemhoning In het voorjaar wordt de bloesem bevrucht door een flink aantal bijenvolken van Imkerij De Nesse. Potjes honing zijn te koop.

-walnoten Voor zover de oogst rijkt. Ondanks de droogte van afgelopen jaar waren er veel walnoten, en van een hogere kwaliteit dan andere jaren. -stoofperen Het zeer oude stoofperenras Zoete Brederode geeft een goede bewaarpeer die in herfst en winter te koop is en mooie rode stoofperen geeft. In andere jaren was deze harde soort goed op te slaan tot in het vroege voorjaar. Door de zeer schommelende temperaturen lukte dat deze winter niet.

-natuur als product Elize is zich ervan bewust dat ze voor bepaalde natuurbeheermaatregelen best subsidie zou kunnen aanvragen. Dat uitzoeken is er vanwege allerlei beslommeringen nog niet van gekomen. -De Lekbongerd als trouwlocatie De hoogstamfruitboomgaard is te huur als trouwlocatie. Men dient zelf catering en eventueel een tent te verzorgen.

A

fzetlijnen van De Lekbongerd * Alleen het sap wordt ook via derden verkocht, de overige producten alleen vanuit het ‘winkeltje’. Open maandag t/m zaterdag 9.00-18.00 uur * Men kan zichzelf in het winkeltje onder aan de dijk helpen aan producten; daar met QR-code of gepast betalen. * Sap via diverse boerderijwinkels, zoals De Jongenhoeve en Kaasboerderij Hoogerwaard, zie hiervoor de website: https://www.delekbongerd.nl/verkooppunten. D

Nationale Tuinvogeltelling 2021 verbreekt alle records – en dit is de top 10 Bron: Marloes Blom, www.rootsmagazine.nl/, 2 februari 2021

PERSBERICHT

Ruim 198.000 Nederlanders telden de vogels in hun tuin voor de Nationale Tuinvogeltelling van 2021 – een record. Dat geldt ook voor het enorme aantal getelde vogels: ruim 2,7 miljoen. De top 10 kende enkele dalers en stijgers, waaronder de roodborst. Vogels tellen anno 2021 – populairder dan ooit In 2020 deden bijna 91.000 deelnemers mee aan de Tuinvogeltelling, toen een record. Maar dat was nog niets vergeleken met het gigantische deelnemersveld dit jaar: 198.179 om precies te zijn. Door de lockdown heeft de interesse in vogels een heuse vlucht genomen, en #vogelstellen kennelijk ook. Die krap 200.000 Nederlanders telden gezamenlijk liefst 2.759.139 vogels, eveneens een record. Deze 10 vogelsoorten werden dit jaar het meest gezien in de Nederlandse tuinen – tussen haakjes de notering van vorig jaar: 1. Huismus (1): 514.993 4. Merel (5): 230.781 7. Roodborst (9): 127.564 10. Turkse tortel (7): 114.784 2. Koolmees (2): 357.326 5. Vink (6): 181.794 8. Ekster (10): 117.951 3. Pimpelmees (3): 234.028 6. Kauw (4): 161.701 9. Houtduif (8): 117.336 Op vogelbescherming.nl vind je de complete top 25 van de Nationale Tuinvogeltelling 2021. Met daarin bijvoorbeeld ook: de grote bonte specht – op plek 17, met 26.334 getelde exemplaren, de halsbandparkiet – op plek 20, met 23.098 getelde exemplaren en als hekkensluiter op plek 25 de putter, die 11.860 maal werd gezien. D 32

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021


Jaarverslag 2020 Frans van der Storm, secretaris

Uitzending gemist ken je vast wel, is bingewatchen voor jou ook een bekende term? Ga in één keer door de gebeurtenissen van een jaar heen, maak ze tot één verhaal, giet er een beschouwelijk sausje over et voilà je hebt het verslag over ons 59e verenigingsjaar. Een van de mooiere taken van de secretaris is het opstellen van het jaarverslag. Bij het voorbereiden ervan lees je weer de verslagen van de bestuursvergaderingen, neem je de jaargang van de Waardvogel door en kijkt nog eens naar je mailbox. Ja, dat kost even tijd, de redactie van onze mooie Waardvogel heeft dan al drie keer gevraagd waar je tekst blijft, maar je hebt toch maar mooi dat hele jaar teruggekeken. Wat bleef me het meeste bij? De startavond van het weidevogelseizoen op 5 maart in een afgeladen volle grote zaal in De Zwaan, met een inspirerende lezing door Alex Datema van BoerenNatuur. Precies een week eerder, op 27 februari moest/ kon minister Bruins meedelen dat het eerste geval van corona was bevestigd, in Tilburg. We hebben niet gehoord over Covidbesmettingen onder de deelnemers aan die startavond, achteraf denk ik dat we dat we mazzel hebben gehad. Iets meer dan een week na de startavond kwam de man met de hamer en stortte het jaar in, konden we de agenda schoonvegen en kijken of er nog wat te redden viel. Dat bleek nog wel mee te vallen… D

E

xcursies en lezingen Het aantal lezingen in 2020 bleef beperkt tot twee. Hans Blom vertelde over de komst van de otter naar onze regio. Zeker meerdere dieren bevolken de Nieuwkoopse Plassen, een aantal breidt het territoir uit richting de Reeuwijkse Plassen en de Krimpenerwaard. Het onderwerp van deze lezing past in ons streven om de provincie te bewegen om bij de aanpak van de N228 rekening te houden met otterpassages. Alex Datema maakte in zijn lezing duidelijk dat de boeren zich heel bewust zijn van de noodzaak tot aanpassing aan ecologische en klimaatveranderingen en daartoe zeker wel bereid zijn, maar van hen wordt steeds meer gevraagd zonder dat er voldoende middelen tegenover staan. Denk hierbij vooral aan de vergoeding voor aanpassing in de bedrijfsvoering en zo te noemen landschapsdiensten, waar het gaat om genoegen nemen met lagere opbrengst in ruil voor weidevogels en hoogwaardiger landschap. Wat betreft excursies waren twee toppers al achter de rug voordat Covid toesloeg: de Nieuwjaarsexcursie in Reeuwijk en de Oostvaardersplassen, beide met veel deelnemers. Tussen de lockdowns door was er ook de goed bezochte excursie, in samenwerking met FLORON, in Stolwijk: mooie km-hok tellingen in bebouwd én onbebouwd gebied. Maar, dat was het dan ook.

A

ctiviteiten Vanwege de maatregelen ter bestrijding van Covid moesten veel activiteiten anders worden gedaan of in het ergste geval afgelast. Voor het knotten en landschapsonderhoud moest met kleinere groepen worden gewerkt en soms zelfs met roosters om meer mensen de kans te geven hun vrijwilligerswerk te doen. En, we zijn ontzettend blij dat tussen de perioden met oplaaiend virus door, vier mensen de cursus maaibalktrekker succesvol konden afronden. Tellen van vogels en planten, monitoren van nestkasten konden doorgaan, maar bredere bekendheid geven aan het veldwerk zat er niet in. Activiteiten die afgelopen jaar opvielen: de schoonmaakactie van nestkasten in Schoonhoven, waarover in een hilarisch artikel in de Waardvogel werd verhaald, en het project met nestkasten voor mezen in het Loetbos en Krimpenerhout om de overlast van de eikenprocessierups te beperken – een van de weinige activiteiten waarbij we ook jeugd meer konden betrekken. Daarnaast liepen ons grote project Graslandvlinders ‘gewoon’ door en begon een aanpalend project Prachtlint, als het ware overgewaaid vanuit de Alblasserwaard en op initiatief van de NVWK overgenomen

door de gemeente Krimpenerwaard.

B

estuur Ondanks meerdere oproepen voor nieuwe bestuursleden, ondanks vele gesprekken met mogelijk geïnteresseerden, waren er van de acht beschikbare bestuurszetels het grootste deel van het jaar slechts vijf bezet. En, wat we al zagen aankomen, vanaf de zomer moest ook de coördinator van de plantenwerkgroep zijn inzet afbouwen. Stef van Walsum aanvaardde een prachtbaan in Nijmegen, bij FLORON. In de Algemene vergadering in oktober hebben we afscheid van hem genomen. Gelukkig heeft Stef door zijn aanpak nogal wat leden enthousiast gemaakt voor planten en ook iemand weten te vinden om hem op te volgen: vlak voor het einde van het jaar meldde zicht Jaap Oosterom. Ook penningmeester Jan de Boer heeft aangekondigd zijn functie niet langer te kunnen combineren met zijn werk en met overige vrijwilligersactiviteiten. We verwachten bij de ALV in 2021 een geschikte opvolger te kunnen presenteren. Het bestuur heeft in 2020 zeven keer vergaderd, wanneer enigszins mogelijk fysiek en anders digitaal. Zo was het ook ons vaste voornemen om de Algemene vergadering fysiek te doen, weliswaar met een maximum aantal leden, maar passend binnen de sfeer van de vereniging. Daarom hebben we de vergadering in maart uitgesteld, vervolgens in september nogmaals en ten langen leste toch laten doorgaan in oktober, eerst fysiek en een week later digitaal. Het was goed om te ervaren dat de kwaliteit van de vergadering absoluut niet heeft geleden onder de (beperkte) kwantiteit van het aantal deelnemers. In beide meetings vond een goede gedachtewisseling plaats over de relatie tussen landbouw en natuur. Het bestuur is daarnaast direct en indirect druk geweest met het NatuurBeheerCollectief (NBC), de Omgevingsvisie en onze zienswijze daarop, het Biodiversiteitsbeleid van beide gemeenten in de Krimpenerwaard, Regionale Energie Strategie (RES), de Waardtafel, het rapport Bodemdaling, en met de huisvesting van de vereniging. Voor veel van bovengenoemde acties zijn inmiddels andere leden actief en helpen zij de vereniging en het bestuur enorm door hun inzet. Tot slot, bijna een jaar geleden zin we live gegaan met de nieuwe website, waaraan vooral Joep Vermaat en Brigitte Voerman een grote bijdrage hebben geleverd. Daarvoor onze dank! Gaandeweg is/wordt de website verder ontwikkeld, en we mogen de toekomst met deze site met vertrouwen tegemoet zien. D WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

33


Nationale Bijentelling 2021 in het weekend van 17 en 18 april www.nationalebijentelling.nl/

PERSBERICHT

De Nationale Bijentelling is een gezamenlijk project van Naturalis, Natuur & Milieu, IVN Natuureducatie en LandschappenNL. Het doel is om zoveel mogelijk over bijen te weten komen, zodat we de bij beter kunnen helpen. Daarom vragen we iedereen om mee te doen aan dit landelijk bijenonderzoek. De Nationale Bijentelling wordt georganiseerd in samenwerking met EIS Kenniscentrum Insecten en Waarneming.nl. Hoe meer we over bijen weten, hoe beter we de bij kunnen helpen. Daarom vragen we iedereen om mee te doen aan dit landelijk bijenonderzoek. In Nederland komen bijna 360 bijensoorten voor. Ruim de helft daarvan is bedreigd. Bijen zijn belangrijk voor bestuiving. “80% van onze eetbare gewassen en bijna 90% van onze wilde planten worden bestoven door bijen en andere insecten”, aldus Koos Biesmeijer, bijenexpert bij Naturalis. Meedoen is eenvoudig, ook voor wie weinig of geen kennis van bijen heeft. Er is een telformulier en bijengidsje waarmee iedereen de zestien verschillende soorten wilde bijen, hommels en zweefvliegen kan herkennen. Zie de https://www.nationalebijentelling.nl/.

Verblijf in een ‘heidehuisje’ met een eigen vogelkijkhut grenzend aan een natuur- en stiltegebied. Nico de Haan ging u voor: ‘Als je niet aangestaard wordt door de Schotse Hooglanders dan word je wel begluurd vanaf de kale topjes van het struikgewas door de roodborsttapuiten’. Nieuw is een laadpaal voor elektrische auto’s. Kijk op: www.heidehuisje.nl of bel 06-81525089

WELKOM IN HET REESTDAL

De kracht van voeding  

Persoonlijke begeleiding Projecten duurzame & gezonde voeding Educatie, workshops & lezingen Arike Mijnlieff Voedingsdeskundige & therapeut

Tuinontwerp en hoveniersbedrijf

'Projecten in het groen' ontwerp beplantingen onderhoud

06 - 25 524 787 Van der Giessenweg 49 - 1ste etage 2921 LP Krimpen a/d IJssel info@praktijkdegroenling.nl

www.praktijkdegroenling.nl

www.projecteninhetgroen.nl

0 6 . 5 4 2 1 3 9 8 8


Natuurbeheer in de praktijk (2) Sloten en oevers, quick wins in het veenweidengebied Rudi Terlouw, Bui-TeGewoon | groenprojecten Tijdens de ledenvergadering van de Natuur- en Vogelwerkgroep in 2020 werden o.a. vragen gesteld over uitvoerend natuurbeheer. De vraag werd gesteld in de context van de positie die de vereniging inneemt bij het recent opgerichte Beheer Collectief Krimpenerwaard. Duidelijk werd dat er onder de leden belangstelling is voor informatie en achtergronden met betrekking tot dit onderwerp. Meer informatie geeft meer inzicht in het hoe en waarom. Zoals: waarom wordt de ene oever wel gemaaid en blijft de andere overstaan. Waarom wordt soms al in het broedseizoen gemaaid en wat bepaalt de keuze tussen weiden of maaien. D

I

n de komende Waardvogels willen we informatie verstrekken over het waarom, hoe en wanneer, maar ook over de soms lastige keuzen die gemaakt moeten worden. Informatie in de breedte, waarbij onderdelen soms in het beheer binnen de natuurbegrenzing (NNN) of binnen gebieden met Agrarisch Natuur en landschapsbeheer (ANLb) toepasbaar zijn. Maar ook verschillende onderdelen die prima in gangbaar agrarisch beheer kunnen worden geïntegreerd en soms ook al worden toegepast. We richten ons specifiek op veenweiden graslandbeheer. Beheer op kleibodems zal op onderdelen anders moeten plaatsvinden. Dit speelt in sommige gevallen zelfs binnen onze eigen Krimpenerwaard in aan de rivier grenzende delen. De basis voor de beoogde artikelen zal bestaan uit een aantal Factsheets uit onze bedrijfsvoering. Deze zijn opgesteld in de periode 2013- 2018 waarin wij gedurende vijf jaar voor een tweetal grotere terrein beherende organisaties vier themagerichte coachingdagen per jaar hebben verzorgd, met name voor de beheerders van veenweiden grasland reservaten.

G

root potentieel voor hoge natuurwaarde De Krimpenerwaard heeft een intensieve dooradering met watergangen en al deze watergangen hebben twee oevers. De potentie voor natuur is daarmee enorm in oppervlakte. Wanneer we indicatief de gemiddelde perceel breedte op 35 meter zetten ontstaat bij twee meter breed oeverbeheer en 3 meter gemiddelde slootbreedte een potentieel van 20% van het landelijk gebied. Er ligt dus een enorme oppervlakte die een hoge natuurwaarde kan vertegenwoordigen en daarmee een grote bijdrage leveren aan de biodiversiteit. Wij hanteren dan ook de stelling dat water en oevers de belangrijkste drager van de natuurkwaliteit van de Krimpenerwaard vormen. Hoe deze enorme potentie wordt benut is in belangrijke mate afhankelijk van inrichting en beheer.

S

loten Ons gebied is dooraderd met sloten. Sloten kunnen heel waardevol zijn, in het bijzonder als er diversiteit aanwezig is tussen diepe en ondiepe delen en begroeide en onbegroeide delen. Variatie is zoals bijna overal in de natuur het toverwoord. Met betrekking tot sloten en watergangen is de waterkwaliteit in ons gebied al decennia een zorgpunt. Dit heeft meerdere oorzaken die elkaar ook beïnvloeden. Het hoogheemraadschap werkt hier aan en er worden geleidelijk verbeteringen zichtbaar. Het is echter een weg van lange adem. Het onderdeel waterkwaliteit gaat echter verder dan wat we beogen met dit artikel. We richten ons voor nu dan ook uitsluitend op de inrichting en het beheer want er is ook bij de huidige waterkwaliteit hiermee nog veel te winnen.

Niet in de laatste plaats kan een goed ingericht, onderhouden en divers watersysteem mede bijdragen aan het verbeteren van de waterkwaliteit. Het slootbeheer in ons gebied kan bestaan uit de onderdelen verdiepingswerken en verwijderen bovenmatige en ongewenste watervegetaties. Dit laatste aspect dient zo min mogelijk plaats te vinden en uitsluitend wanneer ongewenste waterplanten (exoten) aanwezig zijn, een te grote mate van afdekking met dominante (kroos-)soorten zoals de Amerikaanse kroosvaren optreedt, of stagnatie van aan- en afvoer plaatsvindt. De enige vorm van actief beheer van waterplanten in ons gebied betreft het beheren van krabbenscheersloten. Krabbenscheer vegetaties zijn zeer waardevol en komen ook bij matige waterkwaliteit voor. Veelal wordt krabbenscheer voornamelijk in relatie gezien tot groene glazenmaker en zwarte stern als van ecologische waarde, maar het gaat veel verder. Krabbenscheer vegetaties vormen met hun stekelig bladeren en dichte vegetatie een kraamkamer voor een zeer groot spectrum aan waterdieren als slakken, libellenlarven, ongewervelden, vissen en amfibieën. Binnen de dichte, stekelige vegetatie is het voor de predatoren van deze organismen lastig om hier te foerageren. Dit geldt zowel voor soorten als snoek, als voor visdief en fuut. Waarom dan toch krabbenscheerbeheer. We beheren krabbenscheer om verjonging te stimuleren. Krabbenscheer kent geen vermeerdering door zaden. De soort kan zich uitsluitend uitbreiden en verjongen door uitlopers aan de zijkanten van de plant waaraan zich jonge plantjes ontwikkelen. Dit kan echter alleen plaatsvinden als er voldoende ruimte is. Krabbenscheerplanten hebben een levensverwachting van gemiddeld 7 tot 10 jaar, daarna sterven ze af. Voor bijvoorbeeld de groene glazenmaker zijn in het bijzonder de planten in de jaarklasse 3 tot 6 jaar het meest efficiënt om eieren af te zetten. Verjonging is dus essentieel zowel voor de krabbenscheer zelf als voor de groene glazenmaker. Wanneer een krabbenscheerpopulatie in zijn geheel veroudert, vormt deze een zeer dichte mat (figuur 1). De jonge uitlopers komen niet meer aan de oppervlakte en sterven af door te weinig ruimte en de populatie veroudert hierdoor snel. Dit kan worden opgelost door in dichte krabbenscheervelden waar verjonging lastig wordt er delen uit te nemen met de maaikorf. Doe dit steeds zodanig dat de blijvende vegetatie kan open waaien door de overheersende windrichting. Dus in vakken bij watergangen evenwijdig op de windrichting (figuur 2) en in stroken langs één oever haaks op de overheersende windrichting. Vanuit de levenscyclus van de groene glazenmaker kan het uitnemen van delen krabbenscheer uit een vegetatie het beste plaatsvinden in de vliegperiode van deze soort (eind juli – begin september). WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

35


slootlengte wordt gebaggerd ontstaat er een vlakke kostenpost op het bedrijf zonder pieken of dalen, en niet in de laatste plaats in het kader van het natuurbeheer in dit artikel wordt steeds een beperkt deel van de watergangen geroerd en verstoord. Er blijft dus 80% van de water en oeverplanten en dieren onbeschadigd, van waaruit de gebaggerde watergang opnieuw kan worden bevolkt. Het Agrarisch Collectief Krimpenerwaard/Weidehof beheert een subsidieregeling voor ecologisch baggeren. Hierbij wordt een bedrijfsbaggerplan opgesteld waardoor automatisch bovenstaande frequentie moet worden gehanteerd. Voordeel voor de watereigenaar is dat er een subsidieregeling aan is gekoppeld. Het is dus zeker de moeite waard om hier aan deel te nemen! Verdiepingswerken vinden bij voorkeur plaats in de zomer en nazomer. De baggerpomp is de meest toegepaste methode en Figuur 1. Gesloten krabbenscheervegetatie zonder verjonging in het merendeel van de gevallen ook de ecologisch gewenste methode. Van belang is dat alleen de bagger uit het midden van de watergang wordt weggezogen. In de eerste halve meter uit de oever bevindt zich meer dan 75% van de waterfauna; deze wordt hierdoor het minst beschadigd. Een ander belangrijk aspect betreft dat steeds naar een open sloot einde toe wordt gebaggerd zodat dieren niet ingesloten raken tegen een gesloten slooteinde of een smalle duikerbuis. Is het niet mogelijk om naar een open slooteinde toe te baggeren, bespreek dan met de aannemer om circa 50 meter voor het einde van de sloot te stoppen en eerst de laatste 20 meter te baggeren. Vervolgens wordt teruggereden en het tussenliggende deel gebaggerd. Veel waterdieren kunnen hierdoor ontsnappen. Een onderdeel dat specifiek aandacht verdient is het baggeren van Figuur 2. Krabbenscheerbeheer t.b.v. verjonging bredere sloten met een drijfbladplanten vegetatie. Vegetaties met gele plomp en in ons gebied in mindere mate watergentiaan en witte et meest voorkomende werk in watergangen van de waterlelie zijn zeer rijk aan libellen en ongewervelden. Ze bieden Krimpenerwaard betreft het verdiepen of baggeren. beschutting aan jonge vis en een soort als zwarte stern maakt er soms Veenbodems hebben een relatief grote baggeraanwas. In onze nesten op en foerageert er graag boven. Wanneer een sloot met regio bedraagt deze gemiddeld tussen de 2 en 4 centimeter per jaar. drijfblad planten wordt verdiept, moet dit vrijwel altijd met een kraan De waterdiepte kan op veel plaatsen niet ongelimiteerd worden gebeuren. Vanuit efficiëntie wordt er dan veelal ‘van oever tot oever verdiept zonder dat oeverval (in smallere slootjes) of opbarsten van verdiept’ waardoor de hele watervegetatie (al dan niet permanent) de bodem in diepe veengebieden een risico vormt. De keur van het verdwijnt. Dit is ongewenst en veelal niet nodig bij brede watergangen. Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard vereist Door eenmalig met een kraan een dieper deel (het watervoerend profiel) voor de meeste locaties een waterdiepte van 50 centimeter. Een in te brengen kan de rest van de vegetatie blijven bestaan zonder dat de ideale sloot in ons gebied heeft na uitvoering van de werkzaamheden water aan- en afvoer wordt belemmerd. Deze verdieping kan, wanneer een diepte van tussen de 60 en 70 centimeter. Bij toepassen van hij enigszins uit de midden van de brede watergang is aangebracht, bij gemiddelde frequentie van de verdiepingswerken van eenmaal per vijf opvolgende werken eenmaal in de vier à vijf jaar worden geschoond jaar zal er dus geen schouw aanschrijving plaatvinden en is er steeds met de baggerpomp (figuur 3). De natuurwaarden blijven in stand en goed en schoon water aanwezig zowel als drenking voor het vee als de kosten worden fors verminderd omdat ‘pomp baggeren’ aanzienlijk BASIS PRINCIPES BIJ ECOLOGISCHE BAGGERWERKEN - onderdeel breder dan 8.00 meter waterlijn veel drijfblad voor de natuurwaarden van: “sloten de sloot. Wanneer jaarlijks 20% van de metminder kostbaarplanten”. is dan ‘kraan baggeren’. c Bui-TeGewoon \ groenprojecten - mei 2015.../RT

H

BERGEND PROFIEL: - vegetaties van drijfbladplanten sparen vanuit ecologische kwaliteit;

WATERVOEREND PROFIEL: - breedte nader af te stemmen met waterschap; - excentrisch plaatsen zodat van één zijde met pomp bereikbaar; - standaard herderarm heeft bereik van 5.00 meter uit machine; - kies zijde vanuit toegankelijkheid en/of ecologische mogelijkheid plaatsen specie.

eenmalig met kraan in te brengen watervoerend profiel waarna in een cyclus van eenmaal per 4 jaar met een baggerpomp de sleup kan worden onderhouden

maximaal bereik 5.00 meter uit machine ( 4.50 meter uit insteek oevertalud)

min. 1.00 m uit oever blijven

Figuur 3. Sparen van drijfbladplanten in bredere sloten bij het verdiepen 36

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021


O

evers Veel oevers in ons gebied hebben van oudsher een hoge kwaliteit, die in veel gevallen nog steeds aanwezig is. In situaties die zijn verslechterd is dit veelal binnen enkele jaren te herstellen. Het is dan ook een thema waar de agrarische sector graag op inzet. Zo wordt er in ons gebied over een enorme lengte aan oeverbeheer uitgevoerd vanuit het Agrarisch Natuur en Landschapsbeheer (ANLb), een pakket waar vele tientallen agrariërs aan deelnemen en wat enthousiast wordt gepromoot door Weidehof en het Agrarisch Collectief Krimpenerwaard. Oeverbeheer gebeurd in ons gebied al vele tientallen jaren en met succes. Het is dan ook niet meer dan logisch hier deze successen en initiatieven ook te benoemen en waarderen. In de polders Kattendijk, Middelblok, Veerstalblok, Kromme Geer, Achterbroek en Beijersche vinden we mede door dit beheer ook nu nog steeds soorten van het vochtig hooiland en nat schraalland, zoals kleine valeriaan, Spaanse ruiter, wateraardbei, etc. Het zal niet verbazen dat het meer algemene soortspectrum (reukgras, rolklaver, watermunt, egelboterbloem, etc.) hier eveneens nog rijk vertegenwoordigd is. Dit komt niet vanzelf tot stand in Beijersche en in de polders aan de westzijde van Stolwijk hebben twee bedrijven gezamenlijk een eigen machine aangeschaft en aangepast om zelf maatwerk te kunnen leveren. In Achterbroek is een bedrijf dat vrijwel al het slootwerk nog met handkracht uitvoert uit liefde voor soortenrijke oevers. In Kattendijk zijn op een bedrijf de oevers jarenlang langsgelopen door de boerin, die haar man en zoon vervolgens aangaf waar de bijzondere soorten stonden. Eveneens in polder Kattendijk zijn er nog twee boeren die met de kantensnij en de bak sloten, een fraaie en extensieve manier die maatwerk mogelijk maakt. Het is geen toeval dat dit

deze demonstratiedag af zijn gekomen. U kunt die terug kijken via de website https//:proeftuinkrimpenerwaard.nl/nieuws/page/2/, ga naar het filmpje ‘kruiden en biodiversiteit in je slootrand’.

M

aar hoe kom je nu tot die fraaie en waardevolle oevers? Dit verschilt per situatie en per doelstelling. Oevers zijn er namelijk in vele soorten en elke oever kent zijn eigen begroeiing en ecologische niche. In onze advisering geven wij als eerste mee: ‘kijk wat er al is’. Soms komt het voor dat bestaande waardevolle oevers worden vergraven om tot andere oeverprofielen te komen. In het bijzonder wanneer er schaarse soorten als relicten van nat schraalland en vochtig hooiland (denk bijvoorbeeld aan koekoeksbloem, dotterbloem, tweerijige zegge, etc. maar ook aan zeldzame soorten als Spaanse ruiter of kleine valeriaan) aanwezig zijn is dit onverstandig. Bronpopulaties verdwijnen hierdoor en het is maar de vraag of het nieuwe profiel tot een meerwaarde leidt. Veelal is in ons gebied een aanpassing in het beheer een betere aanpak dan her-profileren! Is er geconstateerd dat er actueel geen waardevolle vegetatie aanwezig is of dat er een belangrijke reden is om tot een ander oevertype te komen, dan komt de vraag ‘Welke oever wil je?’ (figuur 4). Gevolgd door de vraag of dit door aanpassingen in het beheer kan worden ontwikkeld of dat hiervoor profilering noodzakelijk is.

V

oor botanische oevers kan gekozen worden voor een verschralend en ontwikkelend oeverbeheer. Hierbij wordt de oever bij de eerste maaisnede mee gemaaid op een hoge stoppel van circa 20 centimeter om grasdominantie terug te dringen door

Figuur 4. Welke oever wil je?

juist de oevers zijn waar nog veel dotterbloemen aanwezig zijn. Ook elders in de Krimpenerwaard zijn vele boeren hierin actief en de loonwerkbranche anticipeert op het grote aantal ANLboeverpakketten en de wens van veel boeren om bloemrijke slootkanten te ontwikkelen. Tijdens de op 4 september vorig jaar gehouden ‘Tour de Boer’ demonstreerden verschillende bedrijven vol trots hun op slootkantenbeheer toegespitste machines. Het zijn veelal eigen ontwerpen, of met eigen aanpassingen zoals een maaier met afvoer band om vegetatie in één werkgang op een wiers te krijgen en maximaal te verschralen met behoud van werksnelheid. Er was een kantensnij met achterlopend verticaal wiel, die zuinig kan schonen en het materiaal uit de kant legt, en een maaihark-combinatie die net weer op een andere manier werkt en iets meer in het water groeiende vegetatie mee kan nemen. Het was fijn om te zien dat vele belangstellende boeren en burgers op

de concurrentiekrachtige grassen niet te laten zaaien. Veelal reeds aanwezige maar onder de grasvegetatie ‘verstopte’ soorten zijn o.a. reukgras, egelboterbloem, moerasvergeet-mij-nietje en moeraswalstro. Deze krijgen licht en ruimte en de zaden kunnen kiemen zonder concurrentie van gevallen zaad van het gras wanneer de toppen met bloeiaren uit het gras zijn gemaaid. Wordt dit stadium overgeslagen dan ontwikkelt zich de in ons gebied veel voorkomende witboldominantie die lastig te doorbreken is, zie rechtse foto in figuur 4. Na enkele jaren van boven beschreven ontwikkelingsbeheer zal zich de gewenste vegetatie hebben ontwikkeld en kan de vegetatie bij de eerste maaisnede vast blijven staan. Het is dan wenselijk dat medio september een keer geheel diep tot aan de waterlijn wordt gemaaid en ingewierst (op rij gelegd) en afgeruimd. WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

37


Ecologische werkprotocollen Bui-TeGewoon | groenprojecten thema: natuuroevers, terrestrische varianten

Oc Bui-TeGewoon | groenprojecten jan. 2015

ecologische voordelen van deze methode: - geen aantasting water en oever gebonden organismen. - bronpopulatie aanwezige oevervegetaties behouden - minder erosie na aanleg door bescherming van vegetatie

2] weg drukken met kraanbak tot 0.10m - waterpeil

3] ontgraven volgens oeverprofiel vanaf ‘breukvlak’grond na wegdrukken

Figuur 5. Wegdrukken van de oever bij oeverprofilering

I

s de oever te hoog uit het water gelegen en/of bezit deze geen waardevolle soorten dan kan profilering van de oever plaatsvinden in een flauw oplopend talud van waterlijn naar maaiveld. Maak de oever niet breder dan 3 à 4 meter zodat hij goed met een gangbare cyclomaaier is uit te maaien dan kan hij ook worden. Door bij de aanleg de eerste 50 centimeter van de bestaande oever met vegetatie weg te drukken naar het waterpeil treedt geen erosie van de oever op doordat deze niet zwart is gegraven, bovendien blijft een zaadbank van de meest vochttolerante soorten aanwezig die als zaadbron kan dienen (figuur 5). Dit type oevers is naast botanisch waardevol ook het meest geschikte oevertype in combinatie met weidevogelbeheer. Door het jaarlijkse beheer treedt er geen verruiging op en ontstaat geen beschutte inloop voor grond predatoren en weinig dekking en vestigingsbiotoop voor de soort bruine rat die een grotere predator voor weidevogels blijkt dan menigeen veronderstelt. Figuur 6. Enkele mogelijke inundatie oever typen

38

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

1] vooraf verstoren naar open slooteinde door vanaf start erk minimaal 25 meter met net/bezem/ hark oevervegetatie en watergang te beroren.

V

oor fauna zijn vaak andere oevertypen gewenst, waarbij delen van de oever dienen te inunderen of permanent watervoerend moeten zijn (figuur 6). Afhankelijk van de doelstelling kan dit semigeïsoleerde inundatie dan wel aan het open water grenzende inundatie zijn. Ook de waterdiepte in deze oevers wordt bepaald door de functie. In vrijwel alle gevallen zal hiervoor de oever moeten worden ontgraven. In dit geval is het van belang te letten op de windrichting, stroming en mate waarin erosie van de zwart gemaakte oever zou kunnen optreden. Veel oevers ontwikkelen zich minder goed of zelfs zeer matig als erosie optreedt. Dit heeft daarnaast een ongewenst effect op baggeraanwas en doorzicht (troebeling) van de aangrenzende watergang. In het geval van weidevogelbelangen dient ook het effect van predator inloop en vestiging van bruine rat te worden meegenomen in de afweging. Voor sommige situaties zal het noodzakelijke blijken dat er een vooroeververdediging wordt aangelegd om bovengenoemde effecten te voorkomen. Indien dit het geval is wordt geadviseerd hierin openingen te laten zodat fauna eenvoudig achter de oeververdediging in de inundatie delen kan komen.


BEHEERSCHEMA MOERAS & INUNDATIEOEVER jaar

1

2

3

© Bui-TeGewoon | groenprojecten

4 (facultatief)

4 of 5

WATERPEIL (WP) -0.25 / -0.40 m WP

BODEMHOOGTE Recent aangelegd of voorgaand najaar geschoond.

Situatie

Beheer

Onbegroeid met kale bodem of lage stoppel in ondiep water

geen beheer

Eerste jaar aangroei.

Open en matig hoge helofyten vegetatie

geen beheer

Tweede jaar aangroei.

Derde of vierde jaar aangroei.

Derde jaar aangroei

Volwassen helofyten Volwassen helofyten vegetatie, met wisselende vegetatie, met wisselende stengel dichtheid stengel dichtheid

uitknippen met maaikorf op + 0.25 m WP en afvoeren materiaal

Volwassen helofyten vegetatie, met groet stengeldichtheid e ophopende saprobium laag

uitknippen met maaikorf uitknippen met maaikorf op + 0.25 m WP en op - 0.20 m WP (net afvoeren materiaal pm boven waterbodem) en afhankelijk van afvoeren materiaal groeisnelheid

Beheer ingreep op deze hoogte Facultatief bij trage groei een extra jaar op + 0.25 m WP uitknippen

Figuur 8. Beheerschema moeras en inundatie oevers.

N

a aanleg is het beheer van belang. De eerste jaren zal de aangelegde inundatie oever weinig beheer vragen immers er moet zich eerst een vegetatie ontwikkelen. In veel gevallen vraagt echter wel de overgang van waterlijn naar maaiveld aandacht. Kieming van houtgewas moet worden verwijderd door uittrekken. Ook ontwikkelt zich vaak op nieuw gegraven oevers en langs de rand van nieuw gegraven sloten (figuur 7) een dominantie van pitrus. Wordt pitrus niet direct vanaf het eerste jaar zorgvuldig beheerd dan ontstaat er een beheerlast van een zeer groot aantal jaren, waar men zeer lastig weer vanaf komt. Goed om te beseffen is dat pitrus vanaf begin juli rijp zaad vormt en dat de zaden zich drijvend verspreiden. Bij ongewenstheid van pitrus (bedenk: lokaal heeft pitrus ook ecologische kwaliteiten o.a. als habitat voor moerassprinkhaan, waterspitsmuis, watersnip, zeggedoorntjes, etc. Maar bij voorkeur wel in een geïsoleerd waterdeel zodat zich geen zaden kunnen verspreiden) is maaien vóór de zaadzetting essentieel om te voorkomen dat de soort zich snel vestigt en dominantie ontwikkelt in alle oevers en inundeerbare delen. Lastig in het beheer hierbij is dat eenmaal maaien niet genoeg is. Na een maaironde begin juli zal pitrus voor een deel in staat zijn om medio september opnieuw rijpe zaden te produceren. Uiteraard geeft dit beheerlast en en/of beheerkosten, maar deze wegen zeker op tegen de beheerkosten of het niet behalen van de doelen, wat zeker zal optreden als de pitrus niet vanaf aanvang wordt beheerst.

Figuur 7. Pitrus verruigde oever na graven nieuwe sloot

V

oor de verschillende type inundatie oevers is daarnaast van belang dat er een laag cyclisch beheer wordt gevoerd waarbij jaarlijks delen blijven overstaan en anderzijds verjonging kan plaatsvinden en ophopende lagen met vegetatieresten worden verwijderd. Een geschikte methode is een vierjarige cyclus. Afhankelijk van de situatie kan dit binnen één oever worden toegepast of tussen verschillende oevers in elkaars nabijheid. Dit type oever leent zich ook om in een beschut gelegen rand een faunahoop of ringslang broeihoop aan te leggen. Door deze jaarlijks aan te vullen met de uitgenomen vegetatie uit de natuuroever wordt op tijd en kosten voor afvoer bespaard. Doordat jaarlijks slechts 25% van de oever hoeft te worden beheerd worden de meerkosten van het afruimen terug verdiend door de kleinere jaarlijkse oppervlakte. Slim managen van het beheer kan op deze wijze kwaliteit verhogend werken tegen acceptabele beheerkosten. Bij deze aanpak is er steeds ondiep water met in het vroege voorjaar zon in straling en snelle opwarming in combinatie met stoppelresten van de geknipte vegetatie die een beschermd opgroeigebied vormt voor amfibieën, visbroed, schelpdieren en insecten en ongewervelden. De overjarige vegetatie geeft winter beschutting, zaden, en habitat voor overwintering van insecten en broedbiotoop voor riet- en moerasvogels als rietgors. Een voorbeeld van dezen meerjaren beheer cyclus is weergegeven in figuur 8.

S

loten en oevers zijn veel voorkomende landschapstypen in onze Krimpenerwaard met een zeer hoge natuurkwaliteit en potentie, die relatief eenvoudig in stand zijn te houden en uit te breiden. Veel gebeurt er al, maar nog lang niet altijd vanuit bewuste keuze. Veel kansen zijn onbekend en/of onbenut. Uiteraard vergt het wat extra aandacht, maar het is zeker de moeite waard hier eens verder over na te denken. Een integrale en gebiedsgerichte aanpak via een zg. abonnement ‘Structuur op het slootwerk’, waarbij zowel de coördinatie als de uitvoering uit handen wordt genomen van eigenaren en beheerders, heeft in een door ons bureau ontwikkelde gebiedssamenwerking elders tot snelle resultaten geleid. Misschien is het een idee om dit ook voor de Krimpenerwaard te overwegen en om in pilotvorm voor een beperkt gebied uit te rollen. D WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

39


Driemaal even voorstellen: Benjamin Hallie, algemeen bestuurslid Benjamin Hallie

Mijn naam is Benjamin Hallie, ik ben 29 jaar en woon in Nieuwerkerk aan den IJssel. Na herhaalde oproepen in de Waardvogel voor nieuwe bestuursleden, heb ik besloten mij beschikbaar te stellen als algemeen bestuurslid. D

N

adat ik in 2018 lid ben geworden van de NVWK, ben ik gestart als weidewachter bij de weidevogelwerkgroep. Daarnaast heb ik afgelopen najaar samen met een aantal andere cursisten het certificaat maaibalktrekker mogen behalen, waarna we als groep zijn begonnen met (ecologisch) maaien in het Loetbos.

I

n het dagelijks leven werk ik in de geestelijke gezondheidszorg met mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt op een tuingroep in een ‘eetbaar park’ of voedselbos, midden in de Rotterdamse wijk Zevenkamp. In mijn vrije tijd fiets, voetbal en tuinier ik graag. Daarnaast ben ik als vrijwilliger in verschillende (bestuurs-)functies betrokken geweest bij een jongerenorganisatie voor jeugdkampen. Naast het invullen van de taken van algemeen bestuurslid, hoop ik vanuit mijn achtergrond in het jongerenwerk van meerwaarde te kunnen zijn binnen onze vereniging. Mijn favoriete dier: de steenuil. D

Jaap Oosterom, bestuurslid en coördinator plantenwerkgroep Jaap Oosterom

Zoals jullie weten is Stef van Walsum gestopt als coördinator van de plantenwerkgroep. Regelmatig ben ik met Stef mee op stap geweest en heb ik veel van hem geleerd. Hij heeft mij gevraagd om hem op te volgen als plantencoördinator.

M

ijn naam is Jaap Oosterom. Ik ben geboren op 3 september 1998 in Gouderak en woon hier nog steeds met veel plezier. Al op jonge leeftijd was ik vaak in de natuur te vinden. Vanaf 2017 ben ik fanatiek gaan vogelen. Hier bleef het niet bij. Ik ging me ook bezighouden met (nacht-)vlinders. Al snel ontwaakte bij mij ook de interesse in planten. Het begon eigenlijk met een excursie op De Zaag onder leiding van Stef. Ik verbaasde me over de kennis van de aanwezige floristen en wilde dat ook leren. Door steeds foto’s te bekijken op waarneming. nl en mijn waarnemingen hierop in te voeren met foto’s en door veel op pad te gaan in de natuur, kwam ik steeds meer te weten over planten en plantennamen. Vooral de planteninventarisaties vind ik geweldig. Daar heb ik ook ontzettend veel van opgestoken. Kattenstaart, bron: Bijenplanten: nectar Met veel enthousiasme wil ik me inzetten voor de planten in de Krimpenerwaard! Ik zie uit en stuifmeel voor honingbijen, A. Neve naar een prettige samenwerking met de overige bestuursleden. & R. van der Ham Ik sta open voor jullie vragen en ben te bereiken op jaapo139421@gmail.com. D

40

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021


Monique Wooning, coördinator jeugdwerkgroep Monique Wooning

Hallo leden en jeugdleden van de NVWK, mijn naam is Monique Wooning en vanaf januari 2021 zet ik mij in als coördinator voor de jeugdwerkgroep van de NVWK. En bij deze wil ik mij graag aan jullie voorstellen. D

W

ie ben ik? Zo goed als mijn hele leven woon ik al in de Krimpenerwaard. Ik ben dan ook een echte polder liefhebber. Ik hou van de ruimte in het polderlandschap, van de weidse uitzichten en de vogels. Hoewel de bekende weidevogels in aantallen en diversiteit wel zijn afgenomen de laatste jaren. Maar het mooiste vind ik de uiterwaarden langs de Lek. Het water dat altijd in beweging is. De schepen die rustig langs varen. In het voorjaar verwonder ik mij over de vele vogelsoorten, de eenden en ganzen. In het najaar blijf ik staan om naar een groepje wulpen te kijken dat over vliegt terwijl ze met hun typische geluid naar elkaar roepen. En ik geniet ook van de bloemen die in de zomer de dijk geel kleuren en van de goudkleurige rietpluimen die in het najaar langs het water staan. Kortom, ik houd van om buiten te zijn, mij te verwonderen over wat er te zien is en de veranderingen waar te nemen per seizoen. Dat helpt mij om te vertragen en los te komen van de drukte en hectiek van alledag en van mijn werk in de zorg. Juist omdat ik er zo van geniet en omdat ik het belangrijk vind dat deze natuur behouden blijft ben ik lid geworden van de NVWK. Zo draag ik een steentje bij aan het behoud en de bescherming van de natuur in mijn omgeving.

K

inderen en jongeren Mijn kinderen zijn nu 16 en 19 jaar. Toen zij jonger waren gingen we met emmer en schepnet op pad om te zien welke beestjes we in de sloot konden vinden: visjes, kevers, larven. Alleen al door goed te kijken en nieuwsgierig te zijn kun je zo veel ontdekken. Regelmatig bleven ook andere kinderen staan om mee te kijken en mee te doen. Mijn jongste is nog steeds dagelijks aan het water te vinden. Ik merkte dat kinderen veel willen weten over de natuur. Als je ze er maar bij betrekt en ze de ruimte geeft om zelf te ontdekken. Als coördinator van jeugdactiviteiten voor de NVWK wil ik mij daarvoor inzetten. Kinderen en jongeren de natuur laten beleven. Met al hun zintuigen en met al hun talenten. Zien, horen, proeven, voelen, nieuwsgierig zijn en verwonderen.

D

e natuur is altijd dichtbij Je hoeft niet ver van huis te gaan om de natuur te beleven. Want de natuur is er als je buiten speelt en in bomen klimt of wanneer je de pootjes van een pissebed probeert te tellen. Als je met een kano door de Vlist vaart. Of als je op de fiets naar school gaat en onderweg even stopt om een foto te maken met je mobiele telefoon, gewoon omdat je een mooi plaatje ziet. In mijn rol als coördinator van de jeugdwerkgroep help ik de NVWK om activiteiten te organiseren voor kinderen en jongeren. Door de activiteiten leren de kinderen en jongeren hoe leuk en hoe belangrijk de natuur is en gaan ze er nog meer van houden. En waar je van houdt, dat wil je beschermen.

A

an de slag! Nu jullie mij hebben leren kennen is het tijd om jullie te leren kennen. Hoe? Dat is simpel. Ben je in de leeftijd tussen 8 en (zo ongeveer) 18 jaar? Laat je horen! Heb je een vraag over de natuur? Wil je een mooie foto delen? Of heb je een super tof idee voor een leuke activiteit? Stuur je vraag, foto of toffe idee naar jeugd@nvwk.nl. Je krijgt altijd een bericht terug! Tot snel!

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

41


Tel. 06-51809068 / www.hagendijkbouw.nl

Zuidbroek 149a 2861 LL Bergambacht Zuidbroek 149a 06-10301196. 2861 LL Bergambacht info@bui-tegewoon.nl 06-10301196. www.bui-tegewoon.nl info@bui-tegewoon.nl www.bui-tegewoon.nl

BREED INZETBAAR OPOP UWUW NATUURPROJECTEN. BREED INZETBAAR NATUURPROJECTEN. Onderzoek, advies & inventarisatie in in Onderzoek, advies & inventarisatie natuur landschap, natuur enen landschap, WERKVELDEN: WERKVELDEN: agrarische inpassingsplannen - erfinrichtingen - natuur in de stad agrarische inpassingsplannen - erfinrichtingen - natuurinpassingen in de stad - groenspaarplannen - landschappelijke groenspaarplannen - landschappelijke inpassingen inventarisatie & onderzoek - Wet Natuurbescherming - inventarisatie ecologische & onderzoek - werkbegeleiding Wet Natuurbescherming kleinschalige water maatregelen ecologische werkbegeleiding beheer & inrichtingsplannen gebiedsontwikkeling kleinschalige water maatregelen agrarisch & particulier natuurbeheer

beheer & inrichtingsplannen - gebiedsontwikkeling -

SPECIALISATIES: agrarisch & particulier natuurbeheer inrichting en beheer van weidevogelgebieden, SPECIALISATIES: moeras- en waternatuur, rivierengebied, en organisatie, inrichtingbeheerplanning en beheer van weidevogelgebieden, agrarische inpassing en verbreding moerasen waternatuur, rivierengebied,

beheerplanning en organisatie, agrarische inpassing en verbreding


Een bijzondere begraafplaats tot leven wekken Jaap Graveland In Krimpen aan den IJssel ligt een bijzondere buitendijkse begraafplaats, ingeklemd tussen de Karwei en een tankstation. De Historische Kring Krimpen aan den IJssel wil de begraafplaats restaureren en er een groene oase van maken. De NVWK is gevraagd om daarover mee te denken. D

H

istorische waarde Het is een bijzondere plek. Hier liggen onder andere alle Krimpenaren begraven die in de 19e eeuw overleden. Ongeveer 3400 mensen, op een stukje van ca. 40 bij 40 m. Vóórdat de begraafplaats er kwam werden de mensen van de toenmalige gemeenten Krimpen en Stormpolder begraven bij de kerk van Ouderkerk. Want die gemeenten hadden geen eigen kerk. De bewoners ging dat steeds meer tegen de borst stuiten, dus in 1828 openden ze een eigen begraafplaats. Zonder kerk. De begraafplaats doet sinds 1915 geen dienst meer, omdat hij te klein werd. Binnendijks werd een nieuwe begraafplaats aangelegd. De begraafplaats is een paar keer bijna geruimd omdat ondernemers andere plannen hadden met de grond. Het ging elke keer niet door omdat burgers zich ertegen verzetten, vanwege de waarde als cultuurmonument. Er liggen wat monumentale zerken, het authentieke smeedijzeren hek scheidt de begraafplaats van de weg, er is een grafkelder en er liggen nog resten van een voormalig baarhuis.

V

erval en herstel De gemeente voerde een gedeeltelijke restauratie uit. Maar de begraafplaats is toch in verval en oogt verwaarloosd en verloren. Dat is jammer, want het complex past mooi bij het smalle lint met prachtige historische bebouwing langs de IJsseldijk. Zoveel historische monumenten heeft Krimpen niet meer! De Historische Kring Krimpen (HK) heeft daarom besloten om te proberen de begraafplaats zoveel mogelijk in oude luister te herstellen en er een groene oase van te maken, te midden van de grijze bedrijvigheid. De HK heeft gevraagd of de NVWK kan adviseren over te kiezen plantensoorten, met het oog op vogels en insecten.

met de omliggende bedrijfsgebouwen zo veel mogelijk aan het zicht onttrokken. Ada zal een ontwerp maken en wil hierin vooral inheemse planten opnemen. Ook kunnen we er nestkasten ophangen voor de vogels en er is plaats voor een insectenhotel. Hier kan de NVWK in adviseren. De begraafplaats moet ook een Rustpunt worden voor fietsers en wandelaars langs de dijk.

S

amenwerking Het is natuurlijk een klein project als het om natuurwaarden gaat. Maar het kan een mooi voorbeeld van samenwerking worden tussen vrijwilligers en betaalde krachten. Kinderen kunnen misschien straks de beplanting gaan aanbrengen op de graven van hun voorouders. Dat is toch een mooi idee. Zo kan het plan andere burgers en de gemeente inspireren om elders zelf vergelijkbare initiatieven te nemen. En er is al meer natuurwaarde dan op het eerste gezicht lijkt. Onze voormalige plantencoördinator Stef van Walsum vond op de zerken twee bijzonder korstmossen: de Engelse dropkorst en de zwarte grafkorst. Alleen de namen al! En er staat een monumentale jeneverbes, een bijzonderheid in ons gebied! De leeftijd moeten we nog bepalen, maar hij is oud, heel oud. Komend jaar worden de ideeën uitgewerkt en werkt de HK aan fondsenwerving. Wordt vervolgd! D

I

deeën Op 16 januari ging ik op veldbezoek: met HK-voorzitter Marco Oosterwijk, medebestuurslid Frank Druijff, en Ada Wille (landschaps- en begraafplaatsarchitect) bekeken we de aanwezige waarden en brainstormden we over de mogelijkheden. Het idee is er een soort hof van te maken, open naar de weg en

De oude jeneverbes

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

43


Wintertelling roofvogels Dirk-Jan Saaltink

Voor het vierde jaar op rij heeft de roofvogelwerkgroep een wintertelling gedaan van alle roofvogels in de Krimpenerwaard. Door dit jaarlijks medio januari te doen, hopen we een mooie reeks over de jaren heen op te bouwen. Het tellen van de gehele waard is een behoorlijke opgave. Gelukkig konden we dit jaar met negen man sterk de telling uitvoeren. D

D

it jaar hielden we de telling over een periode van 9 dagen, te weten van zaterdag 9 januari tot en met zondag 17 januari. De Krimpenerwaard (inclusief Hoenkoop en polder Vlist Oostzijde) is verdeeld onder de tellers volgens de 5 km atlasblokken. Het eerste weekend was winderig en guur. Op zondag kwam daar wat regen bij, wat het tellen tot een minder aangename exercitie maakte. Het weekend daarop was nog steeds koud. Op zaterdag trok er in de middag een fikse winterse bui over de Krimpenerwaard. Gelukkig waren de tellers van die dag op tijd terug bij de kachel. De volgende dag was welhaast een lente dag met een lekker zonnetje. In de schaduw was het zelfs goed toeven.

N

et als ieder jaar is de buizerd veruit het meest gezien. Met 145 waarnemingen wel minder ten opzichte van het vorige jaar. De torenvalk is ook wat afgenomen, we hebben dit jaar 81 exemplaren geteld. Driemaal hebben we een slechtvalk gezien, 3 minder dan vorig jaar. Wel gaf een slechtvalk een prachtige vliegshow door een watersnip te achtervolgen die steeds hoger de lucht in vloog. Plots nam de watersnip de vlucht weer naar beneden met de duikende slechtvalk er achteraan. Wie aan

44

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

het langste eind trok hebben we helaas niet kunnen zien. Een stabiele soort is de sperwer die ook dit jaar een aantal keer ons pad heeft gekruist, welgeteld 6 maal. De grotere variant havik heeft zich dit jaar maar 1 keer laten zien. Dit jaar hebben we drie wintergasten op onze lijst kunnen bijtekenen; tijdens onze telling hebben we namelijk 1 blauwe kiekendief, 3 bruine kiekendieven en 1 smelleken waargenomen. Al met al een mooie telling met leuke resultaten. D Resultaten wintertellingen roofvogels in de Krimpenerwaard

Soort Buizerd Torenvalk Sperwer Slechtvalk Havik Rode wouw Blauwe kiekendief Smelleken Bruine Kiekendief

2018 124 57 4 1 1 1 0 0 0

2019 125 42 9 3 2 0 0 0 0

2020 169 101 6 6 0 0 1 0 0

2021 145 81 6 3 1 0 2 1 3


Uilenwerkgroep zoekt samenwerking met Staatsbosbeheer Stefan van der Heijden Groenalliantie Midden-Holland heeft binnen en buiten de Krimpenerwaard verschillende groen- en recreatiegebieden in eigendom en is verantwoordelijk voor het beheer ervan. Groenalliantie Midden-Holland is een samenwerkingsverband van vijf gemeenten: Bodengraven – Reeuwijk, Gouda, Krimpen aan den IJssel, Krimpenerwaard en Waddinxveen. Binnen de Krimpenwaard vallen het Loetbos (inclusief de Kwakels) en het Krimpenerhout (zowel ten noorden als ten zuiden van N 210) onder de vlag van de Groenalliantie Midden – Holland. z

H

et beheer van de gebieden van de Groenalliantie MiddenHolland wordt door Staatsbosbeheer (SBB) uitgevoerd. SBB heeft hiervoor verschillende boswachters in dienst. Voor het grote (reguliere) onderhoud en voor projecten, denk aan maaiwerkzaamheden of bijvoorbeeld de actuele kap van door essentaksterfte aangetaste essen in Loetbos en Krimpenerhout, zet SBB aannemers in.

I

n een van de gebieden is een, onder een groot publiek inmiddels bekende, roestplaats van ransuilen aanwezig. In de winter 2019 – 2020 verbleven hier tot circa 30 ransuilen. In de huidige winter zijn er tot maximaal zo’n 15 uilen gezien. De ransuilen zitten in een bosvak dat nabij een zeer druk fietspad en een wandelpad ligt. De uilen zijn daardoor vanaf openbaar toegankelijk terrein zeer goed zichtbaar. Deze combinatie heeft er voor gezorgd dat veel mensen de plek kennen en bezoeken. En dat is mooi, iedereen kan zo – op gepaste afstand - een bijzondere en fantastische natuurervaring beleven!

Helaas houdt niet iedereen afstand tot de uilen. In het bosvak waarin de uilen roesten zijn onder de roestbomen inmiddels duidelijke loopsporen te zien van mensen die van het pad af gaan. Naast de sporen is met regelmaat ook zelf te constateren dat mensen het pad verlaten om de uilen nog beter te bekijken of om een (betere) foto te kunnen maken. Voor de uilen veroorzaakt dit stress, ze worden alert(er) en onrustig en beoordelen of ze op moeten vliegen of kunnen blijven zitten. Dit kost ze onnodig energie en ze rusten niet optimaal; het gaat dus ten koste van de uilen. Vrijwilligers van de uilenwerkgroep hebben al verschillende keren mensen hierop aangesproken. Op een positieve manier en met de uitleg waarom het niet wenselijk is om van het pad af te gaan. Hierop wordt verschillend gereageerd. Sommige mensen zijn vol begrip en zijn zich onbewust van de verstoring die ze veroorzaken. Er zijn helaas ook totaal andere reacties: mensen die verbaal agressief worden en zich afvragen waar men zich mee bemoeit.

A

l snel werd bedacht om de hulp van de beheerder – SBB – te vragen. Het idee was om mensen te informeren, zodat hopelijk in ieder geval de onbewuste verstoring afneemt. SBB reageerde positief op het verzoek en heeft snel daarna een informatiepaneel geplaatst. Hierop staat aangegeven dat de ransuilen op deze locatie een uiltje knappen en aan iedereen wordt verzocht om op het pad te blijven. Naar aanleiding van het verzoek is een afspraak gemaakt voor een gesprek om elkaar beter te leren kennen en te kijken op welke gebieden samengewerkt kan worden. Dit gesprek, met Cees Kool namens SBB en Pia Vrucht en Stefan van der Heijden namens de uilenwerkgroep, heeft op 29 januari 2021 plaats gevonden. De roestplek is daarbij ook kort bezocht, tijdens het gesprek waren er circa tien mensen die naar de uilen stonden te kijken en ze fotografeerden. Afgesproken is om over en weer locaties van uilen (nesten, nestkasten of roestplaatsen) te delen. Zo krijgt de uilenwerkgroep wellicht meer en nieuwe locaties in beeld. Andersom kan SBB bij ingrijpende projecten bij de uilenwerkgroep nagaan of die informatie heeft over de aanwezigheid van uilen. Daarnaast zijn contactgegevens verkregen van de BOA (buitgewoon opsporingsambtenaar) die verantwoordelijk is voor handhaving binnen het gebied. In het geval mensen uilen verstoren en bij aanspreken daar niet op reageren of zelfs agressief worden, kunnen we nu de BOA inschakelen. Hopelijk is dat niet nodig en is het plaatsen van informatiepanelen afdoende. z

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

45


Boswachter Publiek bij SBB over zijn functie en de nieuwe aanplant in het Loetbos Joke Colijn Ties Ittmann is sinds 4 januari van dit jaar de nieuwe Boswachter Publiek van Staatsbosbeheer (SBB) in het Groene Hart. Hij is aangesteld voor zowel de recreatieschapgebieden van de Groenalliantie Midden-Holland waarvoor SBB het onderhoud verzorgt (Krimpenerhout, Goudse Hout, het Weegje, Loetbos, Gouwe Bos, Oostpolder), als voor de SBB-gebieden in de Krimpenerwaard, Alblasserwaard en het Reeuwijkse Plassengebied. Kortom, Ties is ambassadeur van een groot gebied, waarbij het accent soms op recreatie ligt, en elders op natuurbehoud. De afgelopen maand werkte hij vooral samen met de collega’s van de SBB Beheereenheid Groene Hart, om zowel hen als de gebieden te leren kennen. Sinds kort is er tevens een Boswachter Ecologie aangesteld, een belangrijke nieuwe schakel. Ties’ taak is de externe communicatie te verzorgen voor alles wat er gebeurt in de gebieden: via een interview, een blog, social media, enz., om vragen van de pers en bezoekers te beantwoorden, én om een netwerk te onderhouden met de relevante organisaties in het gebied – dus ook met de NVWK. Ties heeft een vriendin en ze hebben sinds kort een pup. We spraken af bij de Hendrikshoeve in het Loetbos. D

I

n de Groenalliantiegebieden ligt het accent op recreatie. Daar treft hij vooral wandelaars, fietsers en vogelaars, maar ook bijvoorbeeld hondenbezitters (die al dan niet de hond aanlijnen, en hun uitwerpselen meenemen c.q. voor de volgende passant laten), zwerfafval, mountainbikers (die al dan niet de paden gebruiken), terwijl in de SBBgebieden de nadruk op natuur ligt en sommige reservaten zelfs (tijdelijk) niet toegankelijk voor publiek zijn. SBB heeft over het onderwerp ‘honden’ in de werkgebieden een grootschalige enquête gehouden; de opgehaalde informatie wordt op dit moment verwerkt. De belangen van hondenbezitters en overige gebruikers staan nogal eens haaks op elkaar. We memoreren de reeën die in 2019 zijn doodgereden op de N210, zeer waarschijnlijk omdat ze in het Loetbos uit hun dekking zijn gejaagd door loslopende honden. Maar ook grondbroeders en andere fauna hebben belang bij rust. De uitdaging is om draagvlak te vinden voor beperkingen; zulk beleid is alleen succesvol met goed uitleggen, vaak herhalen en aantrekkelijke alternatieven bieden zoals een renweide.

T

ies noemt de coronacrisis: de beheergebieden raken op sommige dagen overbevolkt en er is meer zwerfafval dan ooit, maar de keerzijde is dat mensen de natuur opzoeken en de waarde van natuur en recreatie in het groen dichtbij huis gaan (her)waarderen. Ook treft hem de tendens dat steeds meer jonge mensen de verrekijker oppakken en naar vogels kijken. Door de reisbeperkingen tijdens deze crisis wordt het stoffige imago van de vogelaar flink opgepoetst. Waarneming. nl staat vol met waarnemingen van nieuwe vogelaars, een onverwachte reclame ook voor de SBB-gebieden in de Krimpenerwaard. Ties vertelt dat hij graag fotografeert en daarvoor verre reizen ondernam, wandelend door exotische natuur. Maar ook hij is zich het afgelopen jaar steeds meer op de vogels dichtbij huis gaan richten. Hij woont in Ommoord, tegen het Rottemerengebied aan, en is in zijn vrije tijd veel te vinden rond de Zevenhuizerplas en in de Eendragtspolder.

46

WAARDVOGEL | FEBRUARI 2021

T

ies heeft de HBO-opleiding Management & Toerisme afgerond in Breda. Daarna werkte hij zo’n zeven jaar in de communicatie als redacteur, voor zowel publieke als commerciële organisaties. Zeker tijdens het afgelopen jaar met alleen nog digitale ontmoetingen kwamen de muren op hem af en bureauwerk stapelde zich op. Toen kwam deze vacature op het pad van de buitenmens Ties – en hij kreeg de baan mede omdat hij hierin zijn ervaring als communicatiedeskundige kwijt kan. Na zijn eerste maand veel buiten werken straalt hij als hij erover vertelt.

V

ervolgens komt de essentaksterfte ter sprake. In een vorige Waardvogel hebben we daarover uitgebreid bericht. De noodzakelijke kaalslag trof veel natuurliefhebbers in het hart. Monocultuur van essen op een aantal percelen maakte het bos enorm kwetsbaar zoals is gebleken, daarom is er de afgelopen maanden een grote diversiteit aan soorten teruggeplant. Ook is waar mogelijk een opbouw vanaf paden en oevers toegepast in vegetatiehoogte: een zoom van bloeiende laagblijvers en vervolgens een mantel van heesters zoals besdragers, beide zeer aantrekkelijk voor vogels en insecten. Daarachter staan nieuwe bomen of nog bestaand bos. We liepen een rondje oostelijk van de Hendrikshoeve en overal in het Loetbos waar essen waren gerooid, zagen we grotere en kleine delen met jonge aanplant van voornamelijk heesters. Meer naar de westelijke punt van het Loetbos zijn complete percelen herplant volgens de genoemde opbouw van zoom, mantel en bos. De afgelopen weken zijn 35 soorten streekeigen bomen en struiken geplant, in totaal maar liefst 15.000 stuks. Helaas zullen velen van ons het nieuwe vitale bos niet in volwassen staat meemaken, maar dat het een grote bijdrage gaat leveren aan de biodiversiteit is wel zeker. D


Voor al uw boekhoudzaken, belastingadviezen, belastingaangiften en loonadministraties Ook over uw privé-aangiften geven wij u graag advies.

Meidoornstraat 3-F 2861 VH BERGAMBACHT

Telefoon : 0182 - 351240 E-mail

: info@verwaaladministratie.nl

Benedenkerkse weg 41a 2821LA Stolwijk www.groenehart-tuinenparktechniek.nl

Uw Stiga dealer voor de krimpenerwaard


Reisgids 2016

jde bestemmingen Vogel- en natuurreizen naar wereldwi

reisprogramma ww Vraag de gratis reisgids aan! E inf

www.birdingbreaks.nl • T ( 020) 779 20 30 • E info@

woude ligt in het hart van de feervolle zalen zijn zeer geschikt e of feestelijke bijeenkomst. etverbinding zijn aanwezig. t complete maaltijden of buffetten. eid in eigen keuken. Bel ons voor:

De Wielewaal

Natuurmuseum & klompenwinkel v.o.f. “Bewonder de natuur van Het Groene Hart in een schilderachtige omgeving tussen Lek en IJssel”

Fam. Rijneveld | Tiendweg 26 | 3411 NB Willige Langerak (Lopik) | 0182-384454 Al vanaf 1998 actief in natuureducatie Voor actuele openingstijden en overige informatie zie

www.museumdewielewaal.nl

“De Zwaan” biedt ook een p afhaalmaaltijden en een sna Keuken geopend van 17.00 t woensdag, vrijdag en zaterd


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.