2020 4 september Waardvogel

Page 1

Waardvogel 59e JAARGANG | NUMMER 4 | SEPTEMBER 2020 WWW.NVWK.NL

Algemene ledenvergadering

9

Bodemdaling Krimpenerwaard

16

RES heeft grote gevolgen

34

Uitnodiging en agenda voor 7 oktober 2020

fo

to

Onderzoeksrapport roept grote vragen op va

n de

maand

voor natuur, landschap en samenleving


Namen, telefoonnummers en e-mailadressen Bestuur

Voorzitter Secretaris Penningmeester Algemeen adjunct Coördinator plantenwerkgroep Coördinator vogelwerkgroep Coördinator PR

Jaap Graveland, jaap.graveland@nvwk.nl XX XXXXXXX XX XXXXXXX Frans van der Storm, info@nvwk.nl XX XXXXXXX Boschpolderstraat 14, 2807 LJ Gouda Jan de Boer, penningmeester@nvwk.nl XX XXXXXXX bankrekening NVWK: NL82 RABO 0127 2948 80 Vacant Stef van Walsum, planten@nvwk.nl XX XXXXXXX Vacant Joke Colijn, j.j.colijn@gmail.com XX XXXXXXX XX XXXXXXX

Werkgroepen Redactie Waardvogel voor kopij Maria Kuijf en Joke Colijn, nvwkredactie@gmail.com XX XXXXXXX XX XXXXX Foto’s t.b.v. de website Redactie, nvwkredactie@gmail.com Werkgroep Ruimtelijke Ordening Ton de Groot, werkgroepro@nvwk.nl XX XXXXXXX Coördinator vlinders- en libellen- werkgroep Gabrielle Heuvelman, vlinderwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX Coördinator weidevogelbescherming Klaas de Mik, xxxxxxxxxxxxxxxx@xxxx.xx XX XXXXXXX XX XXXXXXX Assistent weidevogelbescherming Joep Vermaat, weidevogels@nvwk.nl Coördinator werkgroep landschaps- onderhoud Patrick Heuvelman, landschapwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX Coördinator wintervogeltellingen Peter Berger, xxxxxxxxxxxxxxxx@xxxx.xx XX XXXXXXX Hans Kouwenberg, xxxxxxxxxxxxxxxx@xxxx.xx XX XXXXXXX Coördinator uilenwerkgroep Stefan van der Heijden, uilenwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX Coördinator erfvogelwerkgroep Jaap Graveland, erfvogels@nvwk.nl XX XXXXXXX XX XXXXXXX Coördinator zwaluwenwerkgroep Nico van Dam, xxxxxxxxxxxxxxxx@xxxx.xx XX XXXXXXX Coördinator jeugdwerkgroep Kees Janssen, jeugd@nvwk.nl XX XXXXXXX Coördinator Knotgroep Krimpen Jos de Nood, xxxxxxxxxxxxxxxx@xxxx.xx XX XXXXXXX Coördinator roofvogelwerkgroep Henk Visser, roofvogelwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX Jaap Jan Leeuwenburgh, roofvogelwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX Coördinator waterwerkgroep Marc van Bemmel, waterwerkgroep@nvwk.nl XX XXXXXXX XX XXXXXXX

Andere belangrijke instanties Dierenambulance Gouda e.o. Dierenbescherming Afdeling Krimpenerwaard Meldpunt m.b.t. milieu en de jacht Politie Hollands Midden, Regionaal Milieu Team Melden van zwerfvuil Contact opnemen met de gemeente Krimpenerwaard Meldpunt Laagvliegen Krimpenerwaard Vogelasiel Vogelklas Karel Schot Meldpunt klachten onderhoud sloten, Hoogheemraadschap van Schieland en de bermen of dijken Krimpenerwaard, info@hhsk.nl Milieutelefoon Bij verstoringen van de natuur Illegale (roof)vogelvervolging Melden via www.natuurverstoring.nl of bij de politie Onderzoek doodsoorzaak dieren Dutch Wildlife Health Centre www.dwhc.nl/meldingsformulier Meldpunt invasieve plantensoorten In bermen N-wegen ter bestrijding en monitoring: zuidholland@pzh.nl

0182 529059 0180 510984 0900 8844 140182 010 4733333 010 4857847 010 4537356 0888 333555 0900 8844

Lid worden? Wilt u actief deelnemen aan de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard of wilt u de doelstellingen van onze vereniging steunen, word dan lid. Op onze website kunt u alles over ons vinden, wat we doen en waar we voor staan. Meld u aan op www.nvwk.nl onder ‘de vereniging’, of stuur een e-mail naar info@nvwk.nl met uw gegevens. U kunt ook de secretaris bellen: XX XXXXXXX. Zie de colofon voor de diverse lidmaatschappen.

2

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020


Van de voorzitter

Colofon De Waardvogel ISSN 1384-8240 Jaargang 59 verschijnt 5 x per jaar, februariapril-juni-september-december

Jaap Graveland

Ik hoop dat iedereen ondanks de coronabeperkingen een fijne vakantie heeft gehad. Wij waren in Zwitserland en hebben weer genoten van de prachtige kruidenrijke graslanden en mooie landschappen. Kopij aanleveren Voornamelijk onderhouden uiteraard door de boeren daar. En net als Vóór 15 januari, 15 maart, 15 mei, bij ons hebben die te maken met veranderend beleid: in veel hooilanden 15 augustus en 15 november rond de dorpen zijn de afgelopen 20 jaar sproeiinstallaties aangelegd. Oplage Gevolg is wel dat veel beekjes op de berghellingen zijn drooggevallen. 950 exemplaren Terug in Nederland hoorde ik dat de boeren al die leidingen weer uit de grond moeten halen, om het water vast te houden en de natuur meer te sparen. Zo blijven we bezig. E-mail redactie Joke Colijn In Zuid-Holland hebben we ook last van nieuw beleid: het huidige college heeft veel minder geld Maria Kuijf over voor natuur, waardoor ook het Actieplan Weidevogels ernstige averij oploopt: te weinig geld om nvwkredactie@gmail.com de afgesproken doelen te halen. We gaan kijken of we met de agrarische collectieven actie hierop kunnen ondernemen. En wereldwijd gaat het natuurlijk ook niet goed: het WWF rapporteert ernstig Website www.nvwk.nl voortgaand verlies aan biodiversiteit in zijn tweejaarlijkse Living Planet Report. We weten wat nodig www.facebook.com/denvwk/ is om het verlies te beperken. In Nature lieten wetenschappers zien dat we met halvering van de https://twitter.com/denvwk voedselverspilling en (in welvarende landen) halvering van de vleesconsumptie het verlies met 2/3 nvwk.nl kunnen beperken. Dat is wel zonder rekening te houden met andere bedreigingen zoals de opwarming Secretariaat & ledenadministratie van de aarde… Frans van der Storm Maar slecht nieuws werkt verlammend. Tijd voor goed nieuws dus. De gemeente Krimpen aan den Boschpolderstraat 14 IJssel heeft een Nota Biodiversiteit aangenomen, gebruik makend van onze adviezen. Nu komt het 2807 LJ Gouda info@nvwk.nl aan op uitvoering, altijd een dingetje. De gemeente Krimpenerwaard wil ook meer gaan doen voor biodiversiteit. In oktober gaan we met de gemeenten op veldbezoek in Gouda, waar André van Contributie per kalenderjaar Kleinwee al decennia werkt aan kruidenrijke bermen. Met succes, hij en daarmee Gouda werd door € 5,- voor een jeugdlidmaatschap, de Vlinderstichting uitgeroepen tot BovensteBesteBermbeheerder. Ook ons hoogheemraadschap één kind t/m 16 jaar € 17,- voor een basislidmaatschap wil meer gaan doen voor biodiversiteit, onder andere het aantal ecologisch beheerde bermen fors € 22,- voor een gezinslidmaatschap uitbreiden. Zeer goed nieuws, twee jaar terug was dit nog niet mogelijk. En we zijn in gesprek met QuaWonen, onze grootste woningcorporatie, om te zien of er extra inzet mogelijk is voor vogels en Bankrekeningnummer vleermuizen bij renovatie en nieuwbouw. NL82 RABO 0127 2948 80 Ondertussen gaat al ons inventarisatiewerk ‘gewoon’ door: uilen, planten, vlinders, enzovoort. Ik nam Lid worden zelf deel aan een erg leuke plantenexcursie in Stolwijk, zie het verslag in deze Waardvogel. U kunt lid worden via www.nvwk.nl Ik eindig met een urgente oproep: we hebben dringend versterking nodig in een aantal werkgroepen, of door een e-mail met uw gegevens met name de landschapswerkgroep en de vlinders- en libellenwerkgroep. Het gaat zowel om te sturen naar info@nvwk.nl nieuwe leden, als om coördinatoren. Want Patrick en Gabriëlle stoppen na jarenlange inzet met hun Op de voorpagina coördinatiewerk. Zie de klussenbank! Buathra laborator, Tot slot, een herhaalde oproep: we hebben minstens twee nieuwe bestuursleden nodig. Onze foto: Marco Tanis plantencoördinator Stef heeft een mooie baan bij Floron in Nijmegen gekregen (hint: inzet voor de Foto van de maand: Trosvlier, NVWK vergroot je baankans, we zagen dat al een paar keer eerder) en stopt dus als coördinator. En foto: Karin Breeuwer onze penningmeester Jan de Boer stopt in het voorjaar. We zijn een bloeiende vereniging en willen dat blijven, maar met drie bestuursleden kan dat niet. We zijn bepaald geen vergaderclub, wees gerust, Overname van artikelen maar voor het runnen van een vereniging en als aanspreekpunt voor onze partners is een volwaardig Overname van artikelen uit dit blad bestuur nodig. Heb je belangstelling om onze mooie vereniging te helpen besturen, heb je er vragen is toegestaan met bronvermelding over, bel of mail me dan. d Disclaimer Artikelen of uitingen van ­derden in de Waardvogel geven niet noodzakelijkerwijs de mening van de redactie of van de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard weer, maar zijn voor rekening van de auteurs, de geciteerden of de bron Drukkerij Efficiënta Krimpen aan den IJssel Zie advertentie Voor advertenties nvwkredactie@gmail.com Jaartarief (= vijf edities): 1/8 pagina: € 50,1/4 pagina: € 90,1/2 pagina: € 150,-

In dit nummer

Belangrijke gegevens 2 Van de voorzitter 3 Even Noteren 4 Trosvlier, foto van de maand 5 Sluipwesp op de voorpagina 6 Klussenbank: wie helpt mee? 8 Algemene ledenvergadering 9 Jaarverslag secretaris 2019 10 Financiën 2019 en Begroting 2020 11 Ruim 20 jaar weidevogelaar 12 Rabo ClubSupport Doe mee! 12 Weidevogelbescherming resultaten 2020 13 Vakantiedag 15 Bodemdaling Krimpenerwaard 16

Plantenexcursie in Stolwijk 20 Blauwe reiger 22 De Zaag verborgen parel in de Nieuwe Maas 24 Kuikenteller te Moordrecht 28 BioBlitz 30 Graslandvlinderproject 32 Duurzaam Bouwloket 33 RES heeft grote gevolgen 34 Gezond eten van de korte keten 38 Ransuiltjes 40 Boomvalken 41 Landschapsinclusieve landbouw 42 Kat grijpt jaarlijks miljoenen vogels 42 WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

3


Even noteren In verband met het coronavirus zijn al onze activiteiten onder voorbehoud. We laten ons leiden door de berichtgevingen van het RIVM. Bij twijfel: neem gerust contact op met de excursieleider of contactpersoon of kijk op de site.

E

urobirdwatch Zaterdag 3 oktober 2020, van 08.00 - 17.00 uur vindt de jaarlijkse Eurobirdwatch plaats en wij doen daaraan mee. In 2020 wordt het event voor de 27e keer gehouden. Om 9.00 uur vertelt Jaap Graveland waarom tellen zo belangrijk is. De vogeltrek is het sterkst is vroeg in ochtend! Daarom zal vanaf 8.00 de trektelpost bij De Hoekse Sluis al bemand zijn. Je kunt de hele dag meedoen, of een paar uurtjes, dat bepaal je zelf. De Hoeksche sluis is te vinden aan de Lekdijk tussen Bergambacht en Lekkerkerk tegenover gemaal ‘Krimpenerwaard’.

A

lgemene Ledenvergadering Woensdag 7 oktober, 20.00 - 21.00 uur in De Zwaan, Kerkweg 2, Berkenwoude. Zie voor details pagina 9, 10 en 11. Aanmelden is verplicht i.v.m. corona. U kunt zich opgeven via de site of zoek contact met de secretaris.

I

nventarisatieochtend waterwerkgroep Zaterdag 10 oktober, 9.00 - 12.00 uur. We gaan met dipnetten er op uit. De gevangen dieren kunnen we altijd prachtig bekijken in de glazen cuvetten. Informatie en opgeven bij waterwerkgroep@nvwk.nl. Deze excursie is heel geschikt voor kinderen. Locatie: we starten op de parkeerplaats bij De Zwaan, Kerkweg 2 in Berkenwoude.

A

lgemene Ledenvergadering via video Woensdag 14 oktober gaan we Zoomen van 20.00 tot 21.00 uur voor leden die 7 oktober niet kunnen of niet fysiek willen deelnemen. Het formele deel doen we alleen op 7 oktober. Vandaag is er ruimte voor gedachtewisseling met het bestuur en het inbrengen van ideeën en voorstellen. Je krijgt de Zoom-link nadat je je hebt opgegeven bij.........

W

intervogeltellingen Het weekend van 17 oktober. Info bij Hans Kouwenberg, 0182-374657 of Peter Berger, 0180-664287.

E

erste slaapplaatstelling grote zilverreigers Zaterdag 24 oktober gaan we tellen bij de bij ons bekende slaapplaatsen. De telling vindt plaats vanaf zonsondergang (rond half zeven) totdat het donker is. Voor deelname of info: Jaap Oosterom, jaapo139421@gmail.com.

B

uiten werken Knotgroep Krimpen Zaterdag 24 oktober gaat Knotgroep Krimpen werken op een nieuw adres: Scoutingcentrum Rotterdam, ‘s-Gravenweg 101, 2902 LE Capelle aan den IJssel. Omdat er nieuwe mensen

4

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

komen en er nieuwe adressen zijn, staan er routebeschrijvingen op de site. Info: Jos de Nood; denoodros@telfort.nl.

A

fsluitavond weidevogelbescherming De afsluitavond is gepland voor woensdag 4 november in De Zwaan te Berkenwoude. De avond is een goed moment om elkaar te ontmoeten en na te praten over het afgelopen seizoen. Het was weer een bijzonder jaar en de resultaten van de nestbescherming vallen zeker niet tegen. Tijdens deze avond zullen we onder meer aandacht geven aan kuikenbescherming van weidevogels en daarvoor horen we ook graag de ideeën van de weidewachters. Hun boeren zijn ook van harte welkom. Uiteraard zijn er weer de verkiezingen tot Weidevogelboer van het Jaar en Weidewachter van het Jaar. Geef nog snel je boer op! Vanwege de coronapandemie zijn er echter wel beperkingen; volgens de huidige richtlijnen houden we 1,5 meter afstand en daarom kunnen er minder personen in de zaal. Om die reden is het nodig om vooraf aan te melden bij de coördinator op het volgende mailadres; klaas.demik@kpnplanet.nl. Afhankelijk van het aantal aanmeldingen kan de zaal eventueel uitgebreid worden. Koffie, thee en gebak staan klaar vanaf 19.30 uur en de avond begint om 20.00 uur.

N

atuurwerkdag 2020 Zaterdag 7 november van 10.00 tot 15.00 uur. De NVWK organiseert samen met Staatsbosbeheer of het Zuid-Hollands Landschap een werklocatie. We gaan zagen en snoeien op de Zaag. De organisatie zorgt voor gereedschap, koffie en thee. Rond 13.00 uur is er een lekkere kop soep voor de deelnemers. Wel zelf je boterham of i.d. meenemen. Ook zelf mee brengen: een goed humeur, stevig schoeisel of laarzen en werkhandschoenen. Voor meer informatie en inschrijven/ aanmelden, kijk op www.natuurwerkdag.nl. Er is ruimte voor volwassenen en een klein aantal kinderen van 8 tot 16 jaar. Kinderen onder 12 jaar alleen onder begeleiding van ouder(s).

K

notten en snoeien Knotgroep Krimpen Nog een nieuw adres voor de Knotgroep Krimpen; op 7 november vanaf 9.00 uur gaat Knotgroep Krimpen naar Van der Laan –Van Rooyen, Zuidbroek 138, 2861 LM,Bergambacht. Omdat er nieuwe mensen komen en er nieuwe adressen zijn, staan er routebeschrijvingen op de site. Info: Jos de Nood; denoodros@telfort.nl.

W

intervogeltellingen Het weekend van 14 november. Info bij Hans Kouwenberg, 0182-374657 of Peter Berger, 0180-664287.

K

notten en snoeien Roesteiland en het Streekmuseum Het Roesteiland en de boomgaard van het Streekmuseum Krimpenerwaard worden onder handen genomen door Knotgroep Krimpen op zaterdag 21 november vanaf 9.00 uur. Op het Roesteiland worden de knotters verwacht en de snoeiers mogen naar het museum. Voor de routebeschrijvingen, zie de site. Info: Jos de Nood; denoodros@telfort.nl.


K

T

L

K

notten bij zorgboerderij Boogaard Zaterdag 28 november van 9.00 tot 13.00 uur. De Landschapwerkgroep gaat werken bij de familie Boogaard, Benedenheulseweg 52 in Stolwijk. Info bij Edith Kuijper, edith. kuijper@kpnmail.nl.

andelijke Dag van Sovon Zaterdag 28 november: De Landelijke Dag is hét jaarlijkse evenement voor alle vogeltellers en andere actieve natuurliefhebbers in Nederland. Ook een aanrader voor beginnende vogelaars. Sterk aangepast programma vanwege Covid-19. Aanmelden kan vanaf 1 oktober. Veel stands met boeken (ook antiquarisch), verrekijkers/telescopen/camera’s, organisaties voor natuurreizen en vogel- en natuurorganisaties uit heel Nederland. Je kijkt je ogen uit. Er gaan altijd wel NVWK-leden naar toe. Info bij jaap.graveland@nvwk.nl. Locatie: Congrescentrum De Reehorst in Ede. Als je niet fysiek kunt deelnemen, bijv. omdat het al vol is (er zijn 570 plaatsen beschikbaar), kun je de lezingen ook via livestream volgen. Verdere info op: https://www.sovon.nl/nl/ld19.

K

notgroep Krimpen werkt bij Heuvelman Zaterdag 5 december vanaf 9.00 uur gaan we naar de Elzerkade. Voor de routebeschrijvingen, zie de site. Info: Jos de Nood; denoodros@telfort.nl.

W

intervogeltellingen Het weekend van 12 december. Info bij Hans Kouwenberg, 0182-374657 of Peter Berger, 0180-664287.

K

notten en snoeien bij de familie Ooms Zaterdag 12 december, 9.00 - 13.00 uur. De Landschapswerkgroep gaat knotten en snoeien bij de familie Ooms, Opperduit 14, achter nr. 22. Via oprit nr. 14 t/m 18. Het werkadres is onder enig voorbehoud, de nieuwe beheerder is nog niet bekend. Dit adres doen we jaarlijks aan. Voor ieder wat wils: een grote boomgaard met hoogstamfruitbomen omgeven door wilgen. Info bij Edith Kuijper edith.kuijper@kpnmail.nl.

weede slaapplaatstelling grote zilverreigers Zaterdag 19 december: Telling van aantallen grote zilverreigers op de bij ons bekende slaapplaatsen. Telling vindt plaats vanaf zonsondergang (half vijf) totdat het donker is. Voor deelname of info: Jaap Oosterom, jaapo139421@gmail.com.

notten en snoeien Knotgroep Krimpen Knotgroep Krimpen gaat op zaterdag 19 december werken bij de familie Klein, Molendijk 166 en de familie Den Uyl, Molendijk 170, 2931 SG, Krimpen aan de Lek, ons wel bekend. Nr. 166 is nieuw voor ons, maar in het verleden toen er een andere eigenaar was, hebben we daar ook gewerkt. We starten zoals altijd om 9.00 uur. Voor de routebeschrijvingen, zie de site. Info: Jos de Nood; denoodros@telfort.nl.

T

raditionele Eindejaars Plantenjacht Eind december, 10.00 - 11.00 uur. Ook dit jaar organiseert FLORON weer de Eindejaars Plantenjacht. Onder leiding van Stef van Walsum maken we een wandeling van één uur en noteren daarbij alle planten die in bloei staan. Van jong tot oud, ervaren of onervaren, iedereen is welkom! De resultaten geven we door via plantenjacht.nl. Mochten we er geen genoeg van krijgen dan plakken we er nog een uurtje aan vast. We verzamelen om 10.00 uur. Later bijspringen of eerder afhaken kan altijd. De exacte datum de locatie volgt op de site.

N

ieuwjaarswandeling Surfplas Reeuwijk Zaterdag 2 januari 2020: Van 08.30 tot ongeveer 12.00 uur. Naar goed gebruik lopen we het rondje rond de surfplas (ca. 7 km), weer of geen weer. Onze voorzitter zal de excursie leiden. We hopen uiteraard op leuke vogels op en om de plas. Startpunt is de parkeerplaats bij het restaurant Paviljoen Reeuwijkse Hout aan de plas. Uiteraard is er na afloop weer gelegenheid voor koffie of warme kop soep. Voor nadere info: Frans van der Storm, info@nvwk.nl, of 06-55812250. D

Trosvlier foto van de maand Maria Kuijf

De trosvlier valt op door zijn vuurrode bessen. De bladeren van de trosvlier lijken veel op die van de gewone vlier. De bloei is echter anders; de bloemen staan niet in schermen zoals bij de gewone vlier, maar in ronde of ovaalvormige pluimpjes en de bessen vormen dus ook trosjes. Door zijn rode bessen is de trosvlier in de nazomer een decoratieve struik. D

E

r is nog een verschil met de gewone vlier. Van de bessen van de gewone vlier kan je heerlijke jam of sap maken (wel veel appel toevoegen!). Met de bessen van de trosvlier moet je dat niet doen, want deze zijn giftig. De trosvlier was oorspronkelijk alleen in gebergten te vinden, vandaar de oudere naam bergvlier. De laatste eeuwen heeft hij zich uitgebreid over de Bloeiende tros vlier, foto: Bert Verbruggen rest van Europa. Inmiddels zien we deze struik aan de struweelranden van onze loofbossen groeien en ook in onze Krimpenerwaard zijn diverse groeiplaatsen, maar hij is nog niet zo algemeen als de gewone vlier. Karin Breeuwer heeft hem besdragend gevonden langs de Schaapjeszijde en de mooie bessen gefotografeerd. D WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

5


Sluipwesp op de voorpagina Dirk-Jan Saaltink

Het imago van de wesp is niet al te best. Als het ook nog eentje is die stiekem sluipt, dan zal het wel helemaal geboefte zijn. Dat wantrouwen jegens wespen komt waarschijnlijk door het opdringerige karakter van het prototype wesp, de familie papierwespen (Vespinae). Bekend voorbeeld is de gewone wesp (Vespula vulgaris), maar de hoornaar (Vespa crabro) is toch wel de as van het kwaad op insectengebied. Zoals altijd verpest een kleine groep het voor de rest, want sluipwespen zijn bijvoorbeeld veel minder opdringerig en agressief en hebben vaak een prachtig futuristisch uiterlijk. Ze zijn zelfs nuttig. Zeker de Buathra laborator is daar een mooi voorbeeld van. D

W

espen behoren tot de orde van vliesvleugeligen (Hymenoptera). Ook de bijen, hommels en mieren horen daarbij. Er zijn twee onderordes die tot wespen worden gerekend, namelijk de Apocrita (Angeldragers en Sluipwespen) en de bladwespachtigen. Het verschil tussen beiden is dat de Apocrita een typische wespentaille hebben en de bladwespen niet.

middel van de apotheek, maar betreft toch echt een groep insecten. Sluipwespen hebben een smalle bouw en erg lange voelsprieten.

B

ladwespachtigen De onderorde van de bladwespachtigen (Symphyta) omvat de blad- of zaagwespen, houtwespen en halmwespen. Bladwespen lijken het minst op het clichébeeld van een wesp. Ze missen een angel of legboor en hebben ook geen kenmerkende ‘wespentaille’. Er zijn zo’n 540 soorten in deze onderorde. In de Krimpenerwaard komt onder andere de algemene knollenbladwesp (Athalia rosae) voor.

A

ngeldragers Alle soorten in deze categorie zijn in het bezit van een angel. In die angel zit het venijn die de term ‘wesp’ een slechte naam geeft. Het is een gifoverdragend steekorgaan dat niet alleen als verdedigingsmiddel wordt ingezet, maar ook om prooien te verlammen. Sommige mensen zijn allergisch voor dit gif, wat kan leiden tot een anafylactische shock. Dit kan levensbedreigend zijn in extreme gevallen. Een ander risico is zwelling op de plek van de steek. Als dit in de mond of keel gebeurt, kan de zwelling de luchtwegen blokkeren. Je snapt het al, dat is geen feestje. Dus de angst voor ‘wespen’ is niet geheel ongegrond. De angel is anatomisch gezien ontstaan uit de interne voortplantingsorganen (het inwendige gifzakje) en de eilegbuis (de intrekbare uitwendige angel) van de vrouwelijke sekse van het insect. Mannetjes hebben dus nooit een angel, maar mannetjes leven bij de meest bekende, in kolonies levende vliesvleugeligen slechts zeer korte tijd en worden zelden gezien. De rest van het jaar zijn alleen vrouwelijke exemplaren aanwezig. Dit is de reden dat vrijwel alle bijen, wespen en hommels die men in het dagelijks leven tegenkomt een angel dragen. Binnen deze familie vallen onder andere de (prachtige) goudwespen, graafwespen, knotswespen, langsteelgraafwespen, plooivleugelwespen en spinnendoders. De welbekende gewone of limonadewesp valt, net als de hoornaar, onder de plooivleugelwespen.

S

luipwespen Wespen uit deze groep kenmerken zich door een leefwijze die bestaat uit het parasiteren op andere insecten. Vandaar ook dat de Latijnse naam voor sluipwespen Parasitica is. Dit klinkt als een

6

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

Knollenbladwesp (Athalia rosae) in de Berkenwoudse Driehoek. De kenmerkende wespentaille ontbreekt bij deze soort. Foto: Dirk-Jan Saaltink

Gorytes laticinctus is een cicadendoder die met zijn angel cicaden steekt en doodt als prooi voor haar nakomelingen. Foto: Paul Schrijvershof

Grote rupsendoder (Ammophila sabulosa) uit de familie van langsteelgraafwespen (dus geen sluipwesp). Ook dit is een angeldrager die rupsen verlamt en meeneemt als voer voor haar jongen. Foto: Paul Schrijvershof


Een hongerwesp (Gasteruption jaculator) met een extreem lange legboor. Foto: Marco Tanis.

L

egboor In tegenstelling tot angeldragers, is de eilegbuis bij sluipwespen geëvolueerd tot een legboor, ook wel ovipositor genoemd. Letterlijk betekent het ei- (ovum) plaatser (positor). Vaak wordt de legbuis door de leek aangezien voor angel, terwijl het eerder een geslachtsorgaan is. De functies voor een ovipositor zijn eigenlijk hetzelfde, de eieren moeten ergens ‘diep’ in gestopt worden. Toch verschilt de functie van een legboor met die van een regulier geslachtsorgaan. Sluipwespen gebruiken de legboor om bijvoorbeeld door de huid van rupsen te steken en daarin hun ei te plaatsen, vaak wordt de prooi eerst met een steek van de legboor verlamd. De larve die uit het ei komt eet de rups van binnenuit op. Geen fijn verhaal voor de rups, wij mensen hebben daar gelukkig geen last van.

S

luipwespen zijn erg nuttige insecten in de tuin. Wat de naam al een beetje doet vermoeden, blijkt ook waar te zijn: sluipwespen zijn echte gluiperds. Zoals gezegd: ze leggen hun eitjes in of op hun prooi. Er zijn dus soorten die op rupsen parasiteren, andere soorten zijn gespecialiseerd op bijvoorbeeld bladluizen. Vlinders, nachtvlinders, kevers, vliegen, spinnen, bijen en/of hun eitjes, larven of poppen - alles kan gastheer zijn. Een volwassen sluipwesp eet honingdauw of nectar en bezoekt daarvoor bloemen. Eén sluipwespvrouwtje kan tot wel 300 eitjes leggen, en dus 300 insecten doden. Als ze nectar uit bloemen kan halen, kunnen dat er nog meer zijn. Sluipwespen die zich met nectar kunnen voeden, leven veel langer en leggen veel meer eieren dan sluipwespen zonder voedsel. Sluipwespen worden dan ook regelmatig ingezet als men bijvoorbeeld bladluizen wil bestrijden zonder chemische middelen. De belangrijkste hulp voor deze nuttige rovers is dan ook zorgen dat je bloeiende bloemen in je tuin hebt, of een bloemrijke rand langs gewassen. Daar halen ze nectar en stuifmeel. Sommige sluipwespen zijn vleeseters die zelf insecten eten alvorens hun massamoord te begaan. Het meest vriendelijke insect kun je dit dus zeker niet noemen, maar de sluipwesp houdt in je tuin of gewas wel opruiming onder schadelijke insectensoorten en kan plagen voorkomen. Grijp dus niet meer naar de gifspuit, maar geef sluipwespen de kans om hun nuttige werk te doen.

I

n Nederland zijn de soorten grofweg onder te verdelen in drie geslachten (genera), te weten bronswespachtigen, gewone sluipwespen en hongerwespen. De familie van gewone sluipwespen (Ichneumonidae) bestaat uit bijna 4.000 soorten, waarvan de Buathra laborator en Stenichneumon culpator er twee zijn.

Stenichneumon culpator behoort tot de familie van de gewone sluipwespen. Sluipwespen hebben geen angel, maar wel een legboor. Foto: Paul Schrijvershof.

W

aarnemingen in de Krimpenerwaard Voor de leek is het niet eenvoudig om tot determinatie te komen. Waar de boekenmarkt wordt overstelpt met gidsen over knuffelbare soortgroepen als bijen, libellen en vlinders, ligt dat voor wespen toch anders. Dit verklaart wellicht ook het beperkte aantal waarnemingen over dit soort insecten. Als we op waarneming.nl kijken bestaat 75% van de waarnemingen in de Krimpenerwaard uit vogels (n=507.051). Bijen, wespen en mieren komen op plek 11 met 0,44% (n=2908) van het totaal aantal waarnemingen. Daar zijn sluipwespen weer een nog kleiner aantal van. Dit is niet alleen in de Krimpenerwaard het geval, maar in heel Nederland. Hierdoor is er relatief weinig bekend over de verspreiding van sluipwespen. Hierbij dus vooral een oproep om sluipwespen niet te vergeten tijdens bezoeken aan de polder, ze tellen ook mee voor de BioBlitz! Neem vooral foto’s en probeer deze met apps als ObsIdentify op naam te brengen en te melden.

Buathra laborator behoort tot de familie van de gewone sluipwespen. Foto: Marco Tanis

T

enslotte Voor de fanatieke soortenjagers nog een tip. De vrouwtjes van Buathra laborator lijken sterk op de vrouwtjes van Pimpla rufipes. De legboor is echter iets langer, de vorm van het achterlijf verschilt en de tarsen van de achterpoten zijn meestal oranje gekleurd (t.o.v. meestal donkerder tot zwart bij P. rufipes). B. laborator is moeilijk te onderscheiden van de zeer zeldzame B. tarsoleuca of tarsoleucos. Foto’s die het propodeum en de legboor niet goed in beeld brengen worden door waarneming.nl enkel goedgekeurd o.b.v. waarschijnlijkheid.

Bronnen: www.buitenlevengevoel.nl; www.waarneming.nl; www.natuur-dichtbij.nl; www.wikipedia.nl; wiki.groenkennisnet. nl D WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

7


Klussenbank: wie helpt mee?

De NVWK krijgt het steeds drukker. Dat is prachtig, want in de praktijk betekent het dat we als vrijwilligersvereniging meepraten bij de grote projecten die worden uitgevoerd in de Krimpenerwaard en daar het natuurbelang kunnen inbrengen, maar ook dat we uit eigen initiatief met projecten kunnen aankloppen bij de beide gemeenten, waterschap en provincie. Helaas schieten daardoor bepaalde klussen erbij in en hebben we voor de projecten extra handen nodig. Daarom hebben we een klussenbank opgericht; er staan ook klussen op de site onder Actueel. Vaak gaat het om kortlopende taken, soms komt een klus op herhaling. Wie helpt mee? D

Wie helpt onze nieuwe website vullen?

Een nieuwe site? Voldeed de huidige site niet meer dan? Integendeel! We kregen veel complimenten voor onze prettig navigeerbare en visueel aantrekkelijke site. Het probleem is dat de ondersteuning is weggevallen. Daarom hebben we uit noodzaak een nieuwe site gebouwd die zo veel mogelijk op de oude moet gaan lijken, met enige noodzakelijke of gewenste toevoegingen. Het raamwerk staat, maar er moet ook nog heel veel informatie (content) van de huidige naar de nieuwe worden verplaatst. We werken met WordPress om vanaf nu onafhankelijk te zijn. Als je hiervan enige kennis hebt en je wilt ons bij deze klus assisteren, heel erg graag, want er is nog veel dat moet worden overgezet! Er is al een aanmelding, maar we zoeken liefst nog een paar mensen erbij. We hopen de taken te kunnen verdelen, dan blijft het leuk. Zoek voor info contact met Frans van der Storm, zie pag. 2.

Ben je weg van vlinders en libellen?

Dat komt goed uit, want de coördinator van de werkgroep vlinders en libellen stopt en gaat haar energie in andere zaken steken. Het is geen zware taak, je bepaalt zelf hoeveel tijd je ervoor reserveert. Er zijn jaarlijkse tellingen zoals in de Idylle, en voor de argusvlinder, en voor de groene glazenmaker. Die tel je natuurlijk niet allemaal zelf, maar je benadert de vaste tellers. Als je leuke ideeën hebt voor excursies of lezingen krijg je alle ruimte. Het Graslandvlinderplan zorgt voor nieuwe habitats en sommige verdwenen soorten zien we langzaam terugkeren, andere kunnen steun goed gebruiken. Kortom: het is echt een motiverende mooi-weer functie waarin je iets voor deze soortgroepen kunt betekenen! Interesse? Bel of mail Jaap Graveland, zie pag. 2.

Bouw een feestje voor de jarige NVWK!

In 2021 bestaat de NVWK 60 jaar. Uiteraard laten we deze mijlpaal niet zomaar voorbij gaan. Wie herinnert zich nog de feestelijkheden rond het 50-jarig bestaan? Iets dergelijks staat ons voor ogen, maar als je betere ideeën hebt: kom maar op! We zoeken tenminste nog één creatieve gangmaker, nog twee is beter. Er is een budget en je krijgt het oude draaiboek om uit te putten. We hebben nog een jaar te gaan, maar het is goed om al in een vroeg stadium het raamwerk neer te zetten. We zijn heel benieuwd waar je mee komt! Vanzelfsprekend krijg je flinke ondersteuning vanuit het bestuur. Ook hiervoor moet je weer bij Joke Colijn zijn: haar gegevens staan op pagina 2. 8

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

Coördinator materialen

De NVWK heeft in de loop der jaren heel veel materialen en naslagwerken aangeschaft om onze werkzaamheden goed te kunnen uitvoeren. Die spullen verblijven op werkkamers, in schuurtjes en in garages door de hele Krimpenerwaard. Het grotere materiaal staat bij het ZHL of bij SBB in de werkschuren. De bedoeling is dat de inventaris jaarlijks wordt gecheckt op functionaliteit en geteld, dat ontbrekende of kapotte zaken worden aangevuld en dat voor sommig materiaal een ARBO-controle wordt ingepland. Zo blijven we compleet, wordt er veilig gewerkt en kan er ook netjes worden afgeschreven door de penningmeester. Deze deeltaak schiet er bij de h vaak bij in, maar is mede gezien de toenemende waarde van de uitstaande materialen wel heel belangrijk. Voor deze klus heb je het hele jaar de tijd, tot het volgende boekjaar. Wie is die ordelijke persoon, wie vindt dit leuk om te doen? Zoek voor de eerste informatie contact met Joke Colijn, pag. 2.

Persoonlijke helpdesk redactie gevraagd

Het komt bij de redactie nogal eens voor dat we tegen een computerprobleem aanlopen. Ook voor andere digitale zaken, zoals het goed organiseren van onze gegevens en de fotobibliotheek in de cloud, zou het zóóóó handig zijn als we een vraagbaak ­hadden! We maken de Waardvogel in het Adobe programma InDesign en zouden soms ook best iets met Photoshop willen doen. Daarbij komt dat we ook nog eens op machines met verschillende besturingssystemen werken: Windows gestuurde apparatuur en een Apple, waardoor we ook elkaar niet altijd kunnen helpen. Wij zijn gebruikers, we hebben geen ambitie in de IT richting, maar nemen graag adviezen aan die ons verder helpen. Welke aardige alwetende nerd wordt niet ongeduldig als we onze vragen stellen? Informatie bij Joke Colijn, contactgegevens op pagina 2.

Landschapswerkgroep zoekt coördinator

Dit is niet zozeer een klus, dit is een taak. Maar omdat werken in het landschap ook heel bevredigend is, staat hij toch tussen de klussen. En omdat hij vacant is natuurlijk, want de werkgroep staat te springen om aan de slag te gaan! Want gelukkig kunnen we in deze coronatijd nog wel in het landschap werken. Het is een structurele bezigheid, maar denk nou niet dat je nergens anders meer aan toe komt. Bovendien is er voor subtaken ondersteuning vanuit de werkgroep en je kunt ook deze vacature met iemand samen invullen. Kijk voor inhoudelijke informatie op pagina 47 van de februari-Waardvogel, of bel bestuurslid Stef van Walsum, zie pagina 2. Bedankt!


Algemene ledenvergadering Uitnodiging en agenda voor 7 oktober 2020 Frans van der Storm, secretaris

Ledenvergadering via video op 14 oktober

Van uitstel komt geen afstel! De vergaderingen van het Voor degenen die een fysieke vergadering niet willen of niet bestuur zijn het afgelopen half jaar zo goed en zo kwaad als kunnen bijwonen, organiseren we op 14 oktober ook nog dat ging doorgegaan. We moesten ervaren dat de digitale een digitale sessie via Zoom, waarin het dan alleen gaat over vergaderingen niet opleverden wat de gewone vergaderingen ontwikkelingen binnen en buiten de NVWK. Zou u door het wel deden. Vooral voor de leden in de buitengebieden blijkt formulier op de site (opnieuw) in te vullen willen aangeven de kwaliteit van de internetverbinding niet voldoende om waarnaar de voorkeur uitgaat? Naar 7 oktober live, naar 14 aan een Zoom-, Teams-, Hangout- of Skypesessie lekker oktober digitaal of naar beide. te kunnen meedoen. In onze bestuursvergadering van 9 september hebben we dan ook besloten om tóch een ‘gewone’ Algemene ledenvergadering te houden, dat wil zeggen in De Zwaan. Maar - met beperkingen. Om te beginnen, uitgaande van de RIVM-richtlijnen in verband met corona zijn in de zaal maximaal 30 personen toegestaan, en iedereen moet zich vooraf aanmelden met naam, mailadres en telefoonnummer. Ervaar je symptomen van corona? Kom dan niet! Tweede beperking is dat we een verkort programma hebben: we doen het officiële gedeelte (zie hieronder), we willen graag actuele ontwikkelingen bespreken, maar ná de pauze is er geen lezing. Die bewaren we voor later.

U

itnodiging Bij deze nodigt het bestuur u uit voor de Algemene ledenvergadering op woensdagavond 7 oktober vanaf 20.00 uur in De Zwaan, Kerkweg 2 te Berkenwoude. Anders dan voorheen is het noodzakelijk dat u zich aanmeldt. Gebruik bij voorkeur het formulier op de site, of stuur een mail naar info@nvwk.nl of bel met de secretaris 06-55812250. Maximaal 25 leden kunnen de vergadering bijwonen, toegang in volgorde van aanmelding.

A

genda voor de Algemene vergadering 7 oktober 2020

1 Opening en korte inleiding door Jaap Graveland 2 Verslagen - vaststelling verslag van de ALV 2019 - jaarverslag van de secretaris (zie pagina 10) 3 Financiën (zie pagina 11): - verantwoording over 2019 - verslag kascontrolecommissie, voorstel tot benoeming van Oscar de Pauw in de kascontrolecommissie - begroting 2020 4 Samenstelling bestuur - afscheid Stef van Walsum, Stef is onlangs afgestudeerd en werkt sinds september in Nijmegen bij FLORON. - herbenoeming Joke Colijn - benoeming (onder voorbehoud) van nieuwe bestuursleden voor de functies van coördinator planten, coördinator vogels en bestuurslid algemene zaken Afgelopen jaar hebben we met een beperkte bezetting veel schotels in de lucht gehouden. Dat is niet goed voor de belasting van de zittende bestuursleden, het is ook niet goed voor de vereniging. We zijn immers met meer dan 800! Daarom, sta je ervoor open om een mooie bijdrage te leveren aan een belangrijke vereniging, weet je iets meer dan een nitwit van vogels of planten of van algemene zaken, vind je het leuk om te organiseren, wil je deel uitmaken van een leuk team…laat dat dan even weten aan Jaap Graveland en/ of Frans van der Storm. 5 Ontwikkelingen 2020 en verder Wat gebeurt er nu in onze omgeving, en welke rol speelt de NVWK daarin, of willen of moeten we spelen? Wat vindt u als lid daarvan? We willen graag met u van gedachten wisselen over bijvoorbeeld projecten als voor de graslandvlinders en in samenhang daarmee de organisatie van het beheer van Idylles, de nota’s van beide gemeenten in de Krimpenerwaard over biodiversiteit en over beheer van openbaar groen, Prachtlint, samenwerking met de boeren enz. 6 Rondvraag en sluiting

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

9


Jaarverslag secretaris 2019 Frans van der Storm, secretaris

Wat voor jaar heeft de NVWK achter de rug? In een van onze laatste bestuursvergaderingen hadden we het over de excursies, want het leek ons wat weinig en niet zó georganiseerd. We hadden het over de relatie tussen onze oorspronkelijke activiteiten en het toegenomen accent op beïnvloeding van beleid, want we kregen signalen dat het allemaal wat ‘high brow’ werd. Dan is het toch fijn om je jaarlijkse ijkmoment (het jaarverslag) te kunnen gebruiken om je aannames weer eens te toetsen. En dan hopen we dat ook de leden zeggen dat er inderdaad heel erg veel werk is verzet. Lees je even mee… D

E

xcursie: gevarieerd Terugkijkend op het excursie-aanbod mogen we vaststellen dat zo’n beetje al onze aandachtsgebieden wel aan bod zijn gekomen. Naast de traditionele nieuwjaarswandeling rond de Surfplas in Reeuwijk, hadden we een insectenexcursie in de Berkenwoudse Driehoek, twee avondtochten rond het Loetbos en Berkenwoude op zoek naar uilen, vogelexcursie naar de Biesbosch, vlinders en libellen op Leersumseveld en een all-in excursie naar Oostvoorne.

L

ezingen: heel goed bezocht In de tijd misschien niet helemaal lekker gespreid, maar inhoudelijk voor elk wat wils. Vleermuizen, wormen, wilde planten en roofvogels. Vier lezingen die alle goed waren voor een meer dan avondvullend programma. Verschillende leden hebben de wormenlezing niet kunnen bijwonen omdat er in heel Berkenwoude geen parkeerplaats meer te vinden was, zo goed bezocht was deze avond. Ook de lezingen over wilde planten en over roofvogels waren zeer goed bezocht. Opvallend toch dat in het tijdperk van snelle media (tv en internet) lezingen in zo’n behoefte blijven voorzien; een dankbare taak om die te mogen organiseren…

W

erkgroepen en projecten: volop actief De actieve kern van de vereniging wordt gevormd door de werkgroepen en projecten. Hun activiteiten dragen direct bij aan de realisatie van onze doelstelling, én ze versterken het verenigingskarakter! Uit het brede palet aan werk een greep: de knot- en landschapswerkgroepen werkten op 16 dagen op verschillende locaties, bij particulieren en op terreinen van het ZHL. Elke twee weken gingen de floristen het veld in, inventariseerden de km-hokken en versterkten zo onze band met FLORON. De uilen- en roofvogelwerkgroepen hadden extra werk vanwege het overweldigende aanbod aan muizen: meerdere paren broedden met succes twee legsels uit. Daarnaast zorgden ze voor de jaarlijkse tellingen en dit jaar voor het eerst voor avondexcursies op de fiets. Waterdieren en zeegvissen kregen de aandacht van de waterwerkgroep. Ondanks het op zich goede vlinderjaar met een enorme influx van distelvlinders, was het jaar voor de vlinderwerkgroep minder succesvol: icoonsoort argusvlinder heeft het ook in onze omgeving steeds moeilijker. En ook de resultaten van het graslandvlinderproject zijn vooralsnog vooral leerzaam te noemen. Slechts op een enkele locatie worden we blij van de resultaten, de andere locaties vergen extra aandacht. Projecten van een heel andere aard zijn de digitalisering van de oude Waardvogels en de tellijsten en het project Vernieuwing website. De digitalisering van de Waardvogels was eind 2019 zo goed als afgerond. De vernieuwing van de website heeft veel voeten in de aarde en moet met een beperkt groepje mensen

10

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

worden uitgevoerd. Eind 2019 stond het raamwerk, om het goed te doen hebben we het eerste kwartaal van 2020 genomen voor afronden, testen en live gaan.

B

eleidsbeïnvloeding Meerdere ontwikkelingen in de planvorming van de overheid hebben het afgelopen jaar een grote inspanning gevraagd van de vereniging. We noemen de kwestie van de Tweede Oeververbinding, die dreigde te worden gelokaliseerd tussen Krimpen aan de Lek en Ridderkerk. We noemen in datzelfde verband het onverwachte Gebiedsbod, dat zou leiden tot het nog verder volbouwen van de Krimpenerwaard – juist tégen de uitkomsten van de Strategische Visie en de voorstellen van de Waardtafel in, en ook in tegenspraak met de provinciale visie. We noemen ook ons initiatief om aan te sluiten bij Blauwzaam en de realisatie van het Prachtlint, waarbij het gaat om ecologisch bermbeheer. De jarenlange inspanningen van Max Ossevoort in het kader van de ontwikkeling van het NNN-gebied in de noordrand van de Krimpenerwaard hebben geleid tot actieve deelname van de NVWK in het Beheercollectief.

B

estuur Afscheid nemen en doorstarten: met de Algemene vergadering namen Max Ossevoort, Dirk-Jan van Roest en Jan van Exel afscheid van langjarige bestuurlijke inzet voor de vereniging. Jaap Graveland nam de voorzittershamer over, de pen bleef in handen van Frans van der Storm. Thirza Bronner werd benoemd in de functie van algemeen bestuurslid. Door verschillende omstandigheden is het er echter niet van gekomen dat zij haar bestuursfunctie effectueerde. Een andere kandidaat waarmee het bestuur in gesprek was, trok zich terug vanwege onverenigbaarheid met de betaalde functie. Een en ander had tot gevolg dat het bestuur voor 2019 uit slechts vijf personen bestond, met naast de al genoemden Joke Colijn, Jan de Boer en Stef van Walsum. Voor een vereniging als de NVWK, met op 1 januari 2020 815 leden (58 nieuw ingeschreven, 29 uitgeschreven), met meerdere werkgroepen en projecten, en veel ambities en externe netwerken (gemeenten, ZHL, SBB, KNNV, IVN, zusterverenigingen en soortenverenigingen, waterschappen en provincie) is een bestuur van vijf te klein en vooral te kwetsbaar. Met een uitbreiding van twee leden, die zich ontfermen over de vogelwerkgroepen en over de zo te noemen ‘regelzaken’ staan we steviger in onze schoenen en kunnen we ervoor zorgen dat ieder bestuurslid zijn taken op een gewone manier kan uitvoeren. Dankzij de inzet van de vele vrijwilligers en de coördinatoren van de werkgroepen heeft de NVWK veel werk kunnen verzetten en veel bereikt, laten we ervoor zorgen dat dat zo blijft. D


Financiën 2019 en Begroting 2020 Frans van der Storm, secretaris

Hieronder volgen een vereenvoudigde weergave van de financiële stukken over 2019 en begroting 2020. De volledige stukken zijn op verzoek beschikbaar en sturen we mee met de uitnodiging voor de Algemene vergadering op 7 oktober a.s. D

I

Inkomsten

Uitgaven

nkomsten en uitgaven 2019

begroot gerealiseerd Inkomsten 2019 2019 begroot gerealiseerd

begroot

begroot gerealiseerd Uitgaven 2019 2019 begroot gerealiseerd

2020 begroot

begroot 2020 begroot

Contributies

12.500 2019

13.593 2019

12.500 2020

Vereniging

3.220 2019

3.972 2019

3.300 2020

Advertenties Contributies Beheer landschap en vogelcursus Advertenties Projecten Beheer landschap en vogelcursus Donaties Projecten

1.800 12.500 1.000 1.800 7.000 1.000 9.500 7.000

1.634 13.593 2.696 1.634 7.000 2.696 5.096 7.000

1.700 12.500 1.600 1.700 7.000 1.600 7.500 7.000

Waardvogel Vereniging Website en IT-licenties Waardvogel Werkgroepen Website en IT-licenties Projecten en diverse Werkgroepen

8.000 3.220 5.100 8.000 6.950 5.100 9.575 6.950

9.612 3.972 1.907 9.612 5.076 1.907 8.311 5.076

10.000 3.300 3.600 10.000 5.300 3.600 8.311 5.300

Donaties Totaal

9.500 31.800

5.096 30.019

7.500 30.300

Projecten en diverse Totaal

9.575 32.845

8.311 28.878

8.311 30.511

Totaal

31.800

30.019

30.300

Totaal

32.845

28.878

30.511

B

aten en lasten Baten en lasten 2019 2019 Balans 2019

Baten en lasten 2019 Bezittingen

2018

Bezittingen Rabo bank rekening courant

2018 2019 16.573 26.749

2019

ASN spaarrekening Rabo bank rekening courant

23.395 16.573

23.395 26.749

ASN spaarrekening

23.395

23.395

1.011

1.011

5.031 1.011 1.699 5.031

5.031 1.011 1.699 5.031 415 1.699

Vaste activa Tablets (aangeschaft 2015) Vaste activa Maaitrekker (aangeschaft 2016) Tablets (aangeschaft 2015) Hooikeerder (aangeschaft 2016) Maaitrekker (aangeschaft 2016) Marter track (aangeschaft 2019) Hooikeerder (aangeschaft 2016)

1.699

Marter track (aangeschaft 2019) Nog te ontvangen Vlinderstichting Nog te ontvangen HH Schieland en Krimpenerwaard Vlinderstichting Gem. Krimpen aan den IJssel HH Schieland en Krimpenerwaard Gem. Krimpenerwaard Gem. Krimpen aan den IJssel Provincie Zuid-Holland Gem. Krimpenerwaard Provincie Zuid-Holland

T

415 4.577 500 4.577 500 500 5.000 500 5.000

500 500 7.000

58.286

7.000 65.800

58.286

65.800

oelichting bij de posten De hogere contributie-inkomsten zijn het gevolg van groei van de vereniging en van actief incassobeleid. Voor 2020 hebben we terughoudend begroot, onder meer vanwege het niet meer automatische incasseren van toegezegde vrijwillige bijdragen. Voor 2020 blijft de contributie gelijk; voor 2021 wordt voorgesteld om de bijdrage in de portokosten bij te trekken naar de werkelijke kosten. Leden die de Waardvogel per post ontvangen betalen nu een bijdrage van € 10, terwijl de werkelijke kosten € 18,20 bedragen. De post Beheer landschap toont aanzienlijk meer inkomsten dan begroot. Dit is omdat de inkomsten voor de Knotgroep Krimpen sterk wisselen en niet in de begroting zijn opgenomen, maar wel in de verantwoording. Het project Graslandvlinders is in 2019 nog steeds werk in uitvoering. Momenteel zijn er geen andere grote projecten actief

Voorzieningen / schulden Balans 2019

2018

Voorzieningen / schulden Knotploeg Krimpen

2018

2019 1.849

2019

2.228

Knotploeg Oost Knotploeg Krimpen Graslandvlinderproject Knotploeg Oost

1.749 1.849 7.133 1.749

1.749 2.228 13.044 1.749

Graslandvlinderproject Afschrijving

7.133

13.044

Tablets Afschrijving Maaitrekker Tablets Hooikeerder Maaitrekker Marter track Hooikeerder

607

812

1.006 607 640 1.006

1.509 812 510 1.509 83 510

640

Marter track Nog te betalen

83

Efficiënta Nog te betalen Bezorgkosten Waardvogel Efficiënta De Jong Bezorgkosten Waardvogel De Jong Resultaat Eigen vermogen Resultaat Eigen vermogen

1.438

1.902

336 1.438 1.005 336

1.902

1.005 8.285

1.411

34.538 8.285 58.286 34.538

42.822 1.411 65.800 42.822

58.286

65.800

op de begroting. Een elk jaar weer belangrijke inkomstenbron zijn de donaties van fondsen en sponsorbijdragen. Zo schonk het Pieternella Pols Fonds € 1.500, en ontvingen we uit de RABO ClubSupport-actie een bijdrage van bijna € 1.600. Bij de uitgaven zien we een gestaag oplopen van de kosten voor de Waardvogel, het bestuur werkt aan kostenbeheersing. De algemene kosten voor de vereniging (denk aan de ALV en de vrijwilligers dag) zullen in 2020 lager uitvallen dan oorspronkelijk begroot; voorgesteld wordt om hieruit een bedrag van € 1.500 beschikbaar te houden voor het zestigjarig bestaan van de NVWK in 2021. De noodzakelijke vernieuwing van de website is voorlopig binnen budget uitgevoerd, vooral dankzij heel veel inzet van enkele leden. De budgetten voor de werkgroepen zijn overeenkomstig de ramingen die zij zelf hebben ingediend. Z.o.z. WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

11


Met iets meer dan € 50.000 in kas beschikte de NVWK eind 2019 over voldoende liquide middelen om aan haar verplichtingen te kunnen voldoen. Die kunnen onder meer schuilen in

terugbetalingen op vooruit ontvangen bedragen, die echter niet tot besteding hebben geleid. Dat zou zich kunnen voordoen bij het Graslandvlinderproject.D

Ruim 20 jaar weidevogelaar en dan overkomt je dit! Tekst en foto: Hugo Halleriet Op een ochtend eind mei loop ik door een maïsveld bij Antonie Vonk-Noordegraaf waar het jonge gewas inmiddels zo’n 10 cm hoog staat. Ik doe een laatste controle bij een tweetal nesten van kievit en scholekster. Als ik bij het scholeksternest kom zie ik één jong net buiten het nest en nog drie inmiddels aangepikte eieren in het nest. Ik haal de stokken weg want die drie op uitkomen staande eieren lopen geen gevaar meer. Slecht zo’n vijf meter verderop heb ik een kievitsnest gemarkeerd waar ik nu naartoe loop. Ook hier zie ik één nog nat jong op het nest en drie eieren. D

I

k bekijk het jong en zie wat resten van eischaal aan zijn zijkant plakken. Verder is er geen enkele beweging. Ik kijk nog eens goed, maak er een foto van en begin te vermoeden dat het jong dood is. Met een markeerstok van het scholeksternest duw ik heel voorzichtig tegen het kopje van de jonge vogel. Dat valt als het ware opzij. Zo dood als een pier is mijn conclusie.

O

mdat ik ook lid ben van het droneteam plaats ik de foto op de app en vertel dat er dus helaas één dood jong in het nest lag. Ik krijg al snel een reactie van Raymond. “Heb je nog tijd om nu nog even met mij mee te gaan naar die nesten?” Raymond wil namelijk temperatuurmetingen doen bij zowel jonge vogels als bij eieren die nog in het nest liggen maar op uitkomen staan. Hij kan die gegevens verwerken in de software van de drone, zodat die nog beter en gebruiksvriendelijker wordt. We spreken een plek af in de buurt en ik neem Raymond mee het mais veld in. In

Het ‘dode’ jong tussen de uitkomende eieren, als je goed kijkt, is misschien te zien dat het zijn oog open heeft ;-)

het scholeksternest zijn inmiddels (we zijn zo’n zes uur verder) al drie eieren uit. De jongen bevinden zich in een straal van een paar meter rond het nest. Raymond kan zijn metingen doen. Dan naar het kievitsnest. Tot mijn verbazing is er geen dode pul meer in het nest. Wél drie levende jongen dicht in de buurt en ook hier nog één ei in het nest. Conclusie: één van de jongen die daar rondliepen moest de dode pul van die ochtend zijn. Daar had ik me met mijn ruim 20 jaar weidevogelervaring toch maar weer beet laten nemen door een jonge kievit van nog geen uur oud!! Ook bij dit tweede nest kon Raymond zijn metingen verrichten. De droge pluizige jongen hadden een oppervlaktetemperatuur van ca. 21 graden (dat dons isoleert dus best erg goed) en de eieren waren ca. 28 graden aan de buitenkant. Alles bij elkaar was het dus weer eens een leerzame dag voor me. D

Rabo ClubSupport Doe mee! Frans van der Storm, secretaris Ook dit jaar organiseert de Rabobank weer haar sponsoractie voor verenigingen en clubs in de Krimpenerwaard. Vorig jaar ontvingen we uit deze actie bijna € 1.600,- een heel mooi bedrag waarmee de NVWK goede dingen kan doen. D

V

olgend jaar bestaat de NVWK 60 jaar, en dat willen we vieren binnen de vereniging en natuurlijk ook daarbuiten. We willen het zestigjarig bestaan ook gebruiken als compensatie voor de activiteiten die we dit jaar door corona hebben gemist. Want door het virus is ook nóg duidelijker geworden hoe belangrijk natuur en landschap in de Krimpenerwaard zijn voor ons welzijn.

12

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

B

ent u lid van de Rabobank? Ga naar www.rabobank.nl/ clubsupport of log tussen 5 en 25 oktober in in de app en ga naar ‘zelf regelen’, vervolgens naar ‘Mijn lidmaatschap’ en klik op Rabo ClubSupport. U vindt ons het makkelijkst onder de categorie Natuur & Milieu. Dank voor uw support! D


Weidevogelbescherming Resultaten 2020 Tekst en foto’s: Klaas de Mik De ongeveer 75 weidewachters van de weidevogelwerkgroep zijn in het voorjaar de polder in gegaan om samen met de boeren weidevogels te beschermen. Dit gebeurt deels door de nesten op te zoeken en te markeren, maar het heeft de voorkeur om voor percelen met weidevogels een contract af te sluiten voor uitgesteld maaien. In dat geval worden de nesten niet gezocht en geregistreerd. Deze laatste manier van nestbescherming wordt gepromoot omdat er meer overlevingskansen zijn voor zowel het nest als de kuikens. D

N

estbescherming Bij nestbescherming worden de nesten van vogels gezocht en gemarkeerd. De boer of de loonwerker spaart de nesten door er omheen te werken. Naast de nesten van grutto, kievit, tureluur en scholekster worden ook diverse soorten eenden beschermd. De gevonden nesten worden ingevoerd op de website van ‘Boerenlandvogelmonitor’, zodat bekend is waar de weidevogels gebroed hebben. Aan het einde van het weidevogelseizoen worden de resultaten van nestbescherming opgeteld en gepresenteerd. Hiermee kan gestuurd worden op de inzet van weidewachters en ook kunnen trends vastgesteld worden door een meerjarige grafiek te maken. Onderstaande grafiek toont het aantal gevonden nesten van kievit, grutto, scholekster en tureluur bij elkaar opgeteld. Na een dalende trend tot 2014 is er een stijgende trend die zich ook in 2020 heeft voort gezet. Het aantal gevonden nesten was in 2020 weer hoger dan in 2019. Vooral van grutto’s en tureluurs werden meer nesten gevonden. De trend geeft een positief beeld van de weidevogel populatie op het boerenland in de Krimpenerwaard. Er zijn echter kanttekeningen om de stand van de weidevogels vast te stellen op basis van aantallen gevonden nesten.

Daarom kan dit alleen beschouwd worden als indicatie van de weidevogelstand. Onderstaande punten hebben invloed op het aantal gevonden nesten: • De samenstelling van de deelnemende boeren wijzigt, waarbij de weidewachters worden ingezet op de meest kansrijke gebieden. Het zijn dus niet altijd dezelfde percelen waar gezocht wordt. • Als een nest verloren gaat, maakt de vogel vaak een nieuw nest. Hierdoor worden soms twee nesten van eenzelfde paar geteld. Bijvoorbeeld in 2016 zijn veel kievitkuikens door de kou dood gegaan. Daaropvolgend zijn er veel nieuwe nesten gevonden. • Door de inzet van de weidevogeldrone (vanaf 2018) worden in sommige gebieden meer nesten gevonden en geregistreerd. • Doordat er meer (last minute) contracten worden afgesloten met uitgestelde maaidatum, worden er minder nesten geregistreerd. Op percelen met uitgestelde maaidatum wordt niet naar nesten gezocht, maar geldt een rustperiode. Als vastgesteld wordt dat op een weiland veel weidevogels broeden, dan heeft het de voorkeur om een contract af te sluiten voor uitgesteld maaien. Om dit vast te stellen wordt steeds vaker de weidevogeldrone ingezet. • Vanaf 2016 wordt het gebied rond Krimpen aan de Lek

Gevonden nesten van kievit, grutto, tureluur en scholekster

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

13


Daarnaast werd in een aantal deelpolders een groter aantal alarmerende ouders aangetroffen dan dat er territoria zijn geteld bij de eerste telling. Hierbij wordt dus een BTS groter dan 100% gemeten, wat in principe niet mogelijk is. Deze (te) hoge BTS kan worden veroorzaakt door de late vestiging van territoria waardoor deze in de eerste telling niet zijn meegeteld ofwel doordat ouders met kuikens de deelpolder zijn ingelopen vanuit een andere deelpolder. Na analyse en correctie lijkt dat voor de Krimpenerwaard in 2020 moet worden gerekend met een BTS van rond de 45%. Hiermee is een te laag broedsucces gerealiseerd om de gruttopopulatie op peil te houden. De toelichting en ervaringen van de tellers geven aan dat er aanvankelijk goede uitkomstresultaten zijn van de nesten, echter gevolgd door grote kuikenverliezen soms binnen een korte periode.

Nestbescherming op maïsland

meegenomen in de cijfers. In dit kleine gebied broeden veel kieviten. Om toch een trend te kunnen vaststellen zijn de cijfers apart gehouden. Vanwege bovengenoemde kanttekeningen, zoeken we een andere manier om vast te stellen of de weidevogels goed genoeg worden beschermd om de populatie in stand te houden.

B

TS-tellingen Een manier om inzicht te krijgen in de reproductiegetal van weidevogels, is het tellen van het Bruto Territoriaal Succes. Afgekort een BTS-telling. Hierbij wordt er in de deelpolders van de Krimpenerwaard tweemaal geteld. Begin mei, als de oudervogels een territorium hebben afgebakend, worden de territoria geteld. Enkele weken later, als de eieren zijn uitgebroed, worden de alarmerende ouders geteld. Hieruit kan afgeleid worden hoeveel procent van de weidevogels een nest met kuikens groot brengt. De BTS telling wordt toegepast op de grutto omdat de timing van de telling verschilt per vogelsoort. We weten bij het tellen echter niet of een alarmerend ouderpaar één of vier kuikens bij zich heeft. Er wordt aangenomen dat tussen de 50% en 60% van de gruttoparen één of meer kuikens groot moet brengen om de populatie in stand te houden. Deze aanname is gebaseerd op een gemiddelde sterfte van de volwassen grutto’s gedurende het jaar. Weidewachters van de weidevogelwerkgroep voeren de BTS tellingen uit in samenwerking met het Agrarisch Collectief Krimpenerwaard (ACK) en ecologisch adviesbureau BuiTeGewoon. Het verwerken van de gegevens was niet eenvoudig: er was een sterk gespreide start van het broeden van de grutto’s. Een deel van de grutto’s begon zeer vroeg met broeden, terwijl een ander deel laat begon. Tijdens de eerste territorium telling bleken er al grutto kuikens aanwezig te zijn, terwijl tijdens de alarm telling nog grutto’s aan het broeden waren. Dit kan een vertekend beeld geven omdat een deel van de grutto’s nog geen territorium had afgebakend tijdens de eerste telling en anderzijds omdat een deel van de kuikens mogelijk al vliegvlug was tijdens de tweede telling.

14

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

P

redatie van nesten en kuikens Bij het beschermen van de nesten worden de lotgevallen van de nesten genoteerd. Doordat de nesten zo min mogelijk verstoord worden is van ongeveer van de helft van de gevonden nesten het resultaat bekend. In 2020 is 74% van de nesten uitgekomen. Dit is minder dan de afgelopen jaren waarin meestal rond de 80% van de nesten uitkomt. 5% van de nesten ging ondanks de markering toch verloren door werkzaamheden. Bij de betrokken bedrijven zal de communicatie verbeterd worden tussen weidewachter, boer en loonwerker. Ongeveer 12% a 13% van de nesten ging verloren door predatie. Hier is winst te behalen door de nesten zo min mogelijk te bezoeken en de predatoren niet op het spoor zetten. Daarnaast kan actief worden ingezet door de leefomgeving van weidevogels minder geschikt te maken voor predatoren of uiteindelijk die te bestrijden. Dit jaar is meer predatie van nesten door marterachtigen (bunzing, hermelijn) gemeld. Ook lijkt er veel kuikenpredatie te zijn opgetreden op basis van de waarnemingen en toelichtingen van de weidewachters die BTS-tellingen uitvoeren. Een oorzaak kan worden gevonden in goede en slechte muizenjaren. Tijdens een goed muizenjaar hebben bunzing en hermelijn een groot voedselaanbod en brengen veel jongen groot. Als dit wordt gevolgd door een slecht muizenjaar dan lopen er vele hongerige bunzings en hermelijnen rond, die overschakelen op eieren en vogels. De marterachtigen kunnen teruggedrongen worden door bijvoorbeeld het opruimen van rommelbulten op erven en op het land, uitmaaien van verruigde vegetaties op ongebruikte dammen, terugdringen van grove en structuurrijke oevers en het verwijderen van loopplanken. Een andere bekende predator van de nesten is de zwarte kraai. De weidewachters kunnen de boer vragen om de wildbeheereenheid in te zetten waar de boer een contract mee heeft. De wildbeheerders kunnen een groep kraaien bejagen waarna de weidevogels zich verder zelf kunnen verweren. Let er wel op dat het bejagen van de kraaien niet in de nabijheid van de broedende vogels gebeurt. De wildbeheerders en hun jachthonden veroorzaken onrust waardoor de kans bestaat dat de weidevogels hun nest verlaten.


Vossen zijn landelijk gezien een geduchte predator van nesten en kuikens en hebben daarom de aandacht van de wildbeheerders. Sinds enkele jaren is er in de Krimpenerwaard een kleine populatie aan vossen en als we niet oppassen groeit deze populatie ten nadele van de vogelstand. Roofvogels als buizerd en bruine kiekendief lusten graag een kuiken van een weidevogel. Maar bij een gevarieerde hoogte van gras en kruiden in een weiland hebben de kuikens meer schuilmogelijkheden dan op een glad gemaaid weiland. Door extensief weiden van vee ontstaat de variatie die nodig is. Een andere methode is het weiden van vee in april, waarna een rustperiode van 4 tot 6 weken in acht wordt genomen. Ook het laten staan van vluchtstroken voor de kuikens werkt goed om schuilmogelijkheden te creëren. Zo zijn er verschillende mogelijkheden om actief in te zetten op predatoren. Het vereist maatwerk die per situatie anders is, maar in goed overleg met boer en weidewachter is er vaak wat te regelen.

S

amenvatting Samenvattend kunnen we terugkijken op een succesvol broedseizoen van de weidevogels, waar we een stijgende lijn hebben als het over aantallen gevonden nesten gaat. We maken ons echter grote zorgen over het opgroeien van de kuikens.

Vluchtstrook voor kuikens

Onze grote uitdaging is om de kuikenoverleving te verbeteren op basis van de ervaring en kennis die we opdoen en tegelijkertijd het succes dat we hebben met nestbescherming vast te houden. Op die manier kunnen we de weidevogels in de Krimpenerwaard behouden. Hierbij doe ik ook een oproep om ons enthousiaste team te komen versterken als weidewachter. Dit kan door nesten te beschermen, BTS-tellingen uit te voeren, als dronepiloot of op een andere manier bij te dragen. Net waar jouw talenten liggen. D

Vakantiedag Tekst en illustratie: M. Bersma

Ik zit aan ’t strand in koesterende zonnestralen, er zijn veel mensen, ik ben niet alleen, verwaaid klinkt het geluid van al hun stemmen om mij heen, de wind vertelt aan ‘t helmgras zijn verhalen. De dagjesmensen hebben tassenvol met blikken fris en broodjes, met chips en zonnecrème en opblaasbootjes, zij sjouwen stoeltjes mee tot aan de waterkant, de koelbox aan hun voeten in het zand. Zij zitten, drinken, zonnebaden, eten en hun beslommeringen zijn vandaag voor eventjes vergeten. Tenslotte gaan zij weg, het was een lange dag, vol zon, vol wind, vol zee en strandgebeuren, hun bleke huid zag je allengs verkleuren, steeds verder weg klinkt hun gepraat, gelach.

Wat overblijft zijn slechts de meeuwen, de vuilopruimers van ’t verlaten strand, zij wandelen op snelle poten langs de kant terwijl zij luid en overmoedig schreeuwen. Nu ligt datzelfde strand heel eenzaam en verlaten, de zeedamp komt steeds dichterbij, ik zie nog vaag de duinenrij en zandkastelen waar de dagjesmensen zaten... d

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

15


Bodemdaling Krimpenerwaard Onderzoeksrapport roept grote vragen op Jaap Graveland De Krimpenerwaard is een van de snelst zakkende gebieden van ons land. De belangrijkste oorzaak: veenoxidatie en veeninklinking door het continu verlagen van het peil, voornamelijk om de huidige melkveehouderij te kunnen voortzetten. De gemeente onderkent dat we hier niet eindeloos mee door kunnen gaan en in het coalitie-akkoord staat als doelstelling om in 2022 op 2000 extra ha maatregelen te treffen tegen bodemdaling. Voor gerichte maatregelen liet de gemeente een rapport opstellen door Acacia waarin mogelijke maatregelen worden vergeleken, maar ook de bodemdaling wordt geschat. Wij denken dat deze onderzoekers de bodemdaling onderschatten en hebben dat in een gesprek met de gemeente toegelicht. D

B

odemdaling raakt ons allemaal Decennia lang is het beleid van het waterschap ‘functie volgt peil’ geweest, en onder functie werd vooral landbouwfunctie verstaan. Langzaam is dit aan het veranderen. In een aantal van de huidige ontwerppeilbesluiten (voor de periode 20212030), die nu ter inzage liggen, volgt het peil niet langer de bodemdaling. De gevolgen van bodemdaling (en veenoxidatie) zijn bekend: veel bewoners hebben problemen met hun funderingen, en de veenoxidatie zorgt voor een grote uitstoot van CO2. Bij een informatiebijeenkomst over de regionale energiestrategie (gericht op beperken van de CO2 uitstoot) werd een plaatje gepresenteerd van de bronnen van CO2-uitstoot op het grondgebied van de Krimpenerwaard. De belangrijkste bron, met een aandeel van 42% is veenoxidatie. Verkeer, industrie, huishoudens hebben alle een lager aandeel. Kortom, er moet echt wat gebeuren. Dat vindt ook de Raad van Leefomgeving en Infrastructuur (RLI, www.rli.nl) die daarover 3

september advies uitbracht aan het kabinet: “stop bodemdaling in veenweidegebieden: het Groene Hart als voorbeeld”. Het advies staat hier: https://www.rli.nl/sites/default/files/advies_ stop_bodemdaling_in_veenweidegebieden_-_def.pdf. Een samenvatting van het advies is te vinden: https://www.rli.nl/publicaties/2020/advies/stopbodemdaling-in-veenweidegebieden-het-groene-hart-alsvoorbeeld?adview=samenvatting Het persbericht is te vinden: https://www.rli.nl/pers/2020/kabinet-moet-bodemdaling-inveenweidegebieden-tegengaan. Sinds 2000 worden er al soortgelijke rapporten uitgebracht en vindt allerlei onderzoek plaats. Maar de overheden schuiven tot nu toe de hete aardappel voor zich uit. De RLI zegt: stop daar mee, het probleem is te ernstig, als we langer wachten worden de kosten van noodzakelijke maatregelen alleen maar hoger. Ook dat is trouwens al vaker gezegd. Langzaam vindt een kentering plaats. Tot een paar jaar geleden

Wat is veenoxidatie?

Bron illustratie: Acaciarapport

16

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020


lag de nadruk op maatregelen in de bebouwde omgeving, omdat bodemdaling daar de grootste schade aanricht. Sinds twee tot drie jaar is er ook aandacht voor het landelijk gebied, er is bijvoorbeeld een regiodeal bodemdaling gemaakt: https://www. rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2019/07/15/ regio-deal-bodemdaling-groene-hart. Ook die bevat trouwens weer bijna uitsluitend verkenningen en onderzoek.

M

ogelijke maatregelen, onderzoeksrapport Acacia Maatregelen om bodemdaling te remmen of te stoppen zijn kostbaar en vaak controversieel: onderwaterdrainage (duur en de NVWK is bang dat het intensieve grondgebruik dan ongewijzigd blijft, met o.a. verlies van weidevogels tot gevolg), vernatting voor meer natuur dan de huidige 2250 ha (dat willen de boeren niet) en natte teelten (momenteel nog erg weinig enthousiasme bij onze boeren). Voor wat betreft die kosten loopt er een interessant proefproject: Valuta voor Veen (https://www.natuurenmilieufederaties.nl/project/valutavoor-veen/). In dit project wordt onderzocht of bedrijven met veel CO2 uitstoot, bijvoorbeeld in de Rotterdamse haven, hun afspraken voor beperking van CO2-uitstoot kunnen realiseren door te investeren in maatregelen in het veenweidegebied om de veenoxidatie af te remmen. Vanwege de ernst van het probleem en de afspraak in het coalitieakkoord om maatregelen te nemen heeft de gemeente Krimpenerwaard onderzoek laten doen naar de feitelijke bodemdaling, te verwachten toekomstige bodemdaling, mogelijke maatregelen en de voor- en nadelen en kosten daarvan: hoe groot is de bodemdaling in de verschillende deelgebieden van de Krimpenerwaard en waar zijn maatregelen het meest urgent? Het rapport van onderzoeksbureau Acacia en partners is in december 2019 gereed gekomen (zie downloadlink onder aan dit artikel). Een van de uitkomsten is dat de bodemdaling mee valt: 2-4 mm in plaats van ca. 1 cm per jaar zoals tot nu toe als ruw gemiddelde werd gerapporteerd. Omdat de gerapporteerde bodemdaling veel lager is dan waar voorheen van werd uitgegaan heb ik me in het rapport verdiept. Het is een goed geschreven rapport met veel verhelderende kaarten, berekening van de variatie in bodemdaling in de Krimpenerwaard en een goede analyse van mogelijke maatregelen. Dus: beslist lezen als het onderwerp je interesseert. Maar er zijn een paar belangrijke tekortkomingen bij het gebruik van de gegevens over bodemhoogte. Mijn conclusie is dat de twee methoden die zijn gebruikt om de huidige bodemdaling te bepalen de werkelijke bodemdaling onderschatten. Bij minstens ĂŠĂŠn van de methoden is die onderschatting zeer waarschijnlijk fors. Ik licht dat hieronder toe.

B

odemdaling sinds 1984 en tussen 2015 en 2019 Het rapport vergelijkt de gemeten bodemhoogte in 1984 met die van AHN3 (Algemeen Hoogte Bestand Nederland, meetronde 3, 2014-2019). Daaruit blijkt onder andere een toename van de bodemhoogte sinds 1984 ten noorden van Bergambacht en Schoonhoven, tot wel 15 mm per jaar. Dit is moeilijk voorstelbaar en roept vragen op over de gebruikte methode van vergelijken. En dus ook over de gerapporteerde bodemdaling van 4-6 mm/jaar in het midden, en 6-10 mm/jaar in het noordwesten van de Krimpenerwaard. Een reden kan zijn het verschil in methoden van meten tussen 1984 en het AHN.

Bodemdaling zichtbaar in het landschap. Ooit reden de trekkers en liepen de koeien hier moeiteloos overheen, nu een onneembare brug. Foto: Maria Kuijf

Het rapport gaat daar echter niet op in. Ook wordt niet ingegaan op mogelijke redenen van het verschil met eerder gerapporteerde snelheid van bodemdaling. Het rapport bevat nog een tweede analyse van de verandering in bodemhoogte, namelijk die tussen 2015 en 2019, in dit geval op basis van satellietgegevens. Daaruit blijkt een bodemdaling van 2-4 mm per jaar. Maar ik denk dat ze ook hier verkeerde gegevens hebben gebruikt. Acacia heeft gegevens gebruikt van bodemdalingskaart.nl. Deze gegevens zijn verzameld met satellietwaarnemingen. De schaal is erg grof, 2 bij 2 km, maar dat is op zich geen probleem. De bepaling is grotendeels gebaseerd op metingen aan vaste objecten, zoals gebouwen. Die staan doorgaans op vaste ondergrond en zijn gefundeerd, dus zakken veel minder snel dan een veenbodem. De gebruikte verwerkingsmethodiek van de satellietdata is geoptimaliseerd voor stedelijk gebied (harde topografie/ objecten), dus niet voor landelijk gebied. De methode maakt onderscheid tussen diepe, ondiepe en totale bodemdaling. Diepe bodemdaling is de bodemdaling (of stijging) van de ondergrond door geologische verschijnselen zoals platentektoniek en door gaswinning. Ondiepe bodemdaling is de bodemdaling in de bovengrond, door zetting, krimp, klink en veenoxidatie. Voor het bepalen van de diepe bodemdaling worden alleen de meetpunten meegenomen van de bovenzijde van objecten, zoals gebouwen. Deze objecten zijn doorgaans goed gefundeerd, en liggen in de Krimpenerwaard op opduikingen van zand- of kleigrond. Voorbeelden zijn de kerk van Berkenwoude of de kern van Bergambacht. Voor het bepalen van ondiepe bodemdaling, waaronder die door veenoxidatie, worden meetpunten meegenomen van het maaiveld (en niet die van objecten) maar ook weer van harde objecten in het land. Bij totale bodemdaling worden alle punten meegenomen. Uit het rapport blijkt dat Acacia de totale bodemdaling heeft gebruikt. De hoogteverandering van die vaste objecten wordt alleen veroorzaakt door veranderingen in diepe ondergrond, de hoogteverandering in het veenweidegebied wordt veroorzaakt WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

17


in het noordwesten van de Krimpenerwaard het snelst daalt (Acacia rapporteert juist de grootste daling in het midden van de Krimpenerwaard; dat is mogelijk, maar ook dat zou nieuw zijn). Acacia stelt dat vanwege de verschillen de studies niet goed zijn te gebruiken voor het voorspellen van de toekomstige bodemdaling. Daarvoor kan volgens Acacia beter de huidige bodemdaling worden gebruikt, maar die wordt dus te laag geschat.

V

Bron illustraie: RLI-rapport

door diezelfde veranderingen plus veranderingen in de bovengrond, met name veenoxidatie. Met andere woorden: gebruik van de totale bodemdaling is niet geschikt voor het bepalen van de bodemdaling van het veen en onderschat deze sterk. Daar komt bij dat in de methode meetpunten op de harde objecten domineren, omdat er daar nu eenmaal meer van zijn. De berekening van de bodemdaling zoals die nu dus is uitgevoerd is niet representatief voor de bodemdaling door veenoxidatie en geeft een veel te lage waarde. Conclusie: beide metingen van bodemhoogte roepen grote vragen op over de gebruikte gegevens en methodiek en onderschatten de bodemdaling voor veenoxidatie waarschijnlijk fors.

T

oekomstige bodemdaling Het rapport gaat ook in op de toekomstige bodemdaling. Acacia gebruikt daarvoor twee studies: die uit de Klimaateffectatlas van de provincie (2015) en onderzoek van Deltares (2016). De provincie verwacht een maximale bodemdaling van 5 mm per jaar in het midden van de Krimpenerwaard, en gemiddeld 3 mm daar. De verwachting voor de randen van de Krimpenerwaard is 1 mm/ jaar. Deltares voorspelt 10-15 mm/jaar. Mogelijke oorzaken van het verschil zijn dat de provincie alleen het bodemtype meeneemt (vooral veen dus), maar Deltares ook lokale factoren meeneemt zoals drooglegging, kwel en inzijging. Logisch, want die bepalen in hoge mate de lokale bodemdaling. Wegzijging van grondwater naar de diep gelegen Zuidplaspolder zorgt ervoor dat de bodem

18

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

ervolg De gemeente heeft ons uitgenodigd voor een gesprek hierover, dat vond half september plaats. Het was zoals dat heet een constructief gesprek: we zijn het eens over de noodzaak om maatregelen te nemen, op basis van goede gegevens. Kennelijk is het moeilijk die bodemdaling goed te meten. De gemeente heeft toegezegd aan Acacia te vragen met ons in gesprek te gaan over de methoden en resultaten. Los daarvan, we hopen dat gemeente en provincie zo snel mogelijk met een plan van aanpak komen voor het remmen van de bodemdaling. De uitvoering mag best een periode van 30 jaar beslaan, we begrijpen dat de boeren tijd moet worden gegund voor verandering. De kosten moeten niet op de boeren worden afgewenteld maar door ons allemaal worden gedragen, want bodemdaling is ons probleem, niet alleen dat van de boeren. Persoonlijk hoop ik dat onze boeren geleidelijk meer bereid zijn ook serieus naar alternatieve teelten te kijken, bijvoorbeeld in de Proeftuin Adaptieve Landbouw, waar de NVWK in meedenkt. De meeste aandacht gaat nu uit naar lisdodde, maar recent las ik in het blad Wageningen World waar ik als voormalig student op ben geabonneerd, over een interessant experiment met ‘waterlinzen’, oftewel kroos: https://issuu.com/wageningenur/docs/ww2020_02_nl/44. Kroos groeit zeer snel, heeft een heel hoog eiwitgehalte en een goede aminozuursamenstelling waardoor het prima als vleesvervanger kan dienen. In het project wordt een zes keer zo hoge opbrengst per m2 bereikt als met soja. En ja, de smaak is okay, te vergelijken met spinazie. Het project gaat nu opschalen naar de veldsituatie. Wat zou het mooi zijn als dit soort teelten deels als vervanging, deels als aanvulling op het huidige melkveehouderij een plaats krijgt in de Krimpenerwaard.

Bronnen: Interview met wethouder Vente in Het Kontakt: https://www.hetkontakt.nl/reader/42748/144196/ bodem-daalt-minder-hard-dan-verwacht-we-hebbeneacute-eacute-n-tot-twee-generaties-de-tijd-om-totaanpassingen-te-komen Inventarisatie en onderzoek bodemdaling Krimpenerwaard (basisrapport, samenvatting en raadsinformatiebrief): https://ris2.ibabs.eu/Reports/ViewListEntry/ Krimpenerwaard/47db6258-e9ad-4ddd-a6af53dc033c5422 D


Tel. 06-51809068 / www.hagendijkbouw.nl

Zuidbroek 149a 2861 LL Bergambacht Zuidbroek 149a 06-10301196. 2861 LL Bergambacht info@bui-tegewoon.nl 06-10301196. www.bui-tegewoon.nl info@bui-tegewoon.nl www.bui-tegewoon.nl

BREED INZETBAAR OPOP UWUW NATUURPROJECTEN. BREED INZETBAAR NATUURPROJECTEN. Onderzoek, advies & inventarisatie in in Onderzoek, advies & inventarisatie natuur landschap, natuur enen landschap, WERKVELDEN: WERKVELDEN: agrarische inpassingsplannen - erfinrichtingen - natuur in de stad agrarische inpassingsplannen - erfinrichtingen - natuurinpassingen in de stad - groenspaarplannen - landschappelijke groenspaarplannen - landschappelijke inpassingen inventarisatie & onderzoek - Wet Natuurbescherming - inventarisatie ecologische & onderzoek - werkbegeleiding Wet Natuurbescherming kleinschalige water maatregelen ecologische werkbegeleiding beheer & inrichtingsplannen gebiedsontwikkeling kleinschalige water maatregelen agrarisch & particulier natuurbeheer

beheer & inrichtingsplannen - gebiedsontwikkeling -

SPECIALISATIES: agrarisch & particulier natuurbeheer inrichting en beheer van weidevogelgebieden, SPECIALISATIES: moeras- en waternatuur, rivierengebied, en organisatie, inrichtingbeheerplanning en beheer van weidevogelgebieden, agrarische inpassing en verbreding moerasen waternatuur, rivierengebied,

beheerplanning en organisatie, agrarische inpassing en verbreding


Plantenexcursie in Stolwijk Een erg warme exercitie in veelal bebouwde kom Tekst: Stef van Walsum en Willemien Troelstra, foto’s Stef van Walsum (2) en Willemien Troelstra Op de warme zaterdag 15 augustus was de FLORON-excursie bij Stolwijk. De vierentwintig enthousiaste deelnemers verdeelden zich over drie groepjes. De teamcaptains van de groepjes waren Tim van de Vondervoort, Willemien Troelstra en Stef van Walsum. Elk groepje ging een kilometerhok inventariseren. De groepen van Tim en Stef verkenden het kilometerhok waar het startpunt in lag (112-443); een mix van dorp, recreatiegebied en grasland met sloten. De groep van Willemien inventariseerde het kilometerhok ten zuiden daarvan (112-442), hier vooral dorp en bedrijventerrein. v

Fig. 1. De kaartjes met kilometerhokken. De rode cirkels zijn de waarnemingen waarbij de grootte van de cirkel de onnauwkeurigheid van de GPS aangeeft. Op het linkerkaartje de waarnemingen van de groep van Tim, in het midden die van de groep van Stef en rechts die van Willemiens groep.

S

tolwijk noord (112-443) groep Tim & groep Stef (1) Het hok in Stolwijk noord was gevarieerd met veel verschillende biotopen. Beide groepen bestonden uit ongeveer 7 man (of vrouw) sterk. Natuurlijk is altijd de vraag voor we beginnen: hoeveel soorten verwachten we te vinden? “Ongeveer 180,” hoor ik iemand roepen. “Minimaal 200,” hoor ik routiniers van de inventarisatieavonden in de Krimpenerwaard roepen. Die weten dat stoppen voordat we de 200 bereikt hebben geen optie is. Enthousiast beginnen de groepen te strepen, elke groep zijn eigen weg. Teamcaptain Tim leidt zijn groep direct de woonwijk in, teamcaptain Stef neemt met zijn groep eerst een kijkje langs de provinciale weg en het naastgelegen weiland.

D

e bermen langs de provinciale weg zijn ruig. Grote brandnetel, rietgras en gewone glanshaver worden genoteerd. Tegen het asfalt aan vinden we de zouttolerante plant hertshoornweegbree, we zoeken nog verder naar stomp kweldergras en Deens lepelblad, maar helaas. We lopen daarna de provinciale weg over en bekijken een weideperceel. Het grasland is weinig interessant maar in de oever noteren we veel soorten, waaronder moerasrolklaver, scherpe zegge en kransmunt (2). De laatste is een kruising tussen watermunt en akkermunt, lijkt het sterkt op de laatste maar dan met langwerpige kelktanden.

W

anneer we alle soorten in de oever gehad hebben lopen we de woonwijken van Stolwijk in. Hier vinden we al snel typische stadsplanten zoals kransmuur, kransgras en

20

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

straatwolfsmelk. Tussen de tegels vinden we zaailingen van een es, maar niet ‘onze’ excelsior maar pluim-es met zilverbruine knoppen. Door de woonblokken heen lopen we naar de Hennepakkers, een recreatiebosje aan de rand van Stolwijk. Hier noteren we een aantal algemene bos- en zoomplanten als look-zonder-look, gewone klit en ijle dravik. In het door de droogte geteisterde gazon vinden we grove varkenskers. Lijkt sterk op zijn broertje kleine varkenskers maar verschilt onder andere van kleur, geur en vruchten.

T

erug de woonwijk in. De straten wordt helaas goed schoon gehouden in Stolwijk. Op voor machines slecht bereikbare plekken vinden we nog meer stadsplanten en verwilderde tuinplanten zoals walstroleeuwenbek, tomaat en zwenkdravik. Ook stijf hardgras treffen we hier aan. In een beschaduwd steegje vinden we glanzige ooievaarsbek en een verwilderde gele helmbloem. Raar dat we postelein (3) nog niet waren tegen gekomen, dat is tegenwoordig ook wel een zekerheidje in een kilometerhok met bebouwing. Terwijl we dat ons afvroegen liepen we een straat binnen waar postelein werkelijk tussen elke stoeptegel floreerde. Even verderop zagen we in een gazon allemaal kleine witblauwe bloemetjes en het waren geen madeliefjes. Het blijkt gazonlobelia, een adventief afkomstig uit Zuid-Afrika dat steeds vaker gevonden wordt in Nederland.

B

eide groepen samen noteerden meer dan 290 soorten. 169 soorten (56%) zijn door beide groepen aangetroffen. Het


groepje van Stef heeft duidelijk meer gebied verkend dan Tim (zoals de kaartjes hierboven laten zien). Dat is waarschijnlijk een belangrijke reden voor hun langere soortenlijst (273 soorten tegenover 199). Zij zijn bijvoorbeeld de provinciale weg overgestoken om daar een rondje weiland mee te nemen. Het groepje van Tim heeft vast meer tijd besteed aan het puzzelen en discussiëren over de gevonden plantensoorten en daar is een excursie natuurlijk ook juist voor.

S

tolwijk zuid (112-442) groep Willemien In het groepje van Willemien zaten vier beginnende plantenliefhebbers die dit jaar de FLORON plantencursus volgen. Een cursus die Willemien vrijwel jaarlijks organiseert. Groep Willemien nam daarom (zeker in het begin) rustig de tijd om planten zoeken en op naam te brengen. Er wordt begonnen met veel water en oeverplanten langs en in de watergang tussen wegen en huizen. Daarnaast veel zomer-grassen zoals klein liefdegras, harig vingergras, Europese hanepoot en tot hun verrassing ook de stekelige hanepoot. Daarna volgde het dorpscentrum, waar de straat recent opnieuw was ingericht. Dat leverde de groep tussen de stenen en in de perkjes een paar typisch met bouwzand meegekomen planten op als zeegroene ganzenvoet, esdoornganzenvoet en smal vlieszaad. Ook de kleine majer werd met grote belangstelling bekeken. Daarna liep de groep meer naar de rand van het dorp; in de wat bredere oeverzone kon heel wat bij gestreept worden zoals kleine watereppe, slanke waterkers, gevleugeld hertshooi, bitterzoet, moerasandoorn en watermunt. We liepen een zijweggetje in om een lunchplekje in de schaduw van wat bomen te vinden; dat hele weggetje bleek particulier terrein te zijn en we

werden (gelukkig na de lunch) weg gestuurd.

N

a de lunch verkenden we nog een paar woonstraatjes in het centrum met typische stoepplantjes zoals plukjes kransmuur een prachtig plakkaat met postelein en tegelspleten vol met straatwolfsmelk. Ook waren er wat aanplantontsnappingen zoals ‘Perovskia atriplicifolia’ en ‘Festuca glauca’ (beide nog niet met officiële Nederlandse naam). Daarvandaan staken we door naar het smalle maar langgerekte bedrijventerrein. Het eerste stuk daarvan was tussen de gebouwen 100% verhard. Dat was wel even afzien, want dat is extra warm en arm aan planten. Maar het bedrijventerrein leverde wel een paar soorten op die passen bij zo’n biotoop zoals bleekgele droogbloem, hertshoornweegbree, klein glaskruid (4) en kleine leeuwenbek (tussen steenslag).

D

aarna liepen we terug naar ons startpunt waarbij we nog wel wat soorten bij streepten zoals een zaailing van vederesdoorn, penningkruid en duinriet. We liepen nog even langs de noordkant van de kerk om eventuele varens op de muren te noteren, maar dat leverde niets op, te droog en/of te recent onderhouden. In totaal scoorden we 177 soorten. 24 daarvan werden deze dag niet in het andere hok gevonden zoals de meeste hierboven al genoemde soorten, maar ook grote kroosvaren, bergbasterdwederik, bermooievaarsbek. De overige 153 overlapten dus wel met het buurhok. Op onze lijst stonden 63 soorten die Stef vorig jaar, toen hij het hok in april inventariseerde, niet heeft aangetroffen. Kortom ook deze inventarisatie heeft zeker weer bijgedragen aan de verspreidingsgegevens. v

1

2

3

4

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

21


Blauwe reiger van verborgen bestaan naar stadsvogel

Tekst Maria Kuijf, foto’s: Peter Stam Verspreid in de weidse polders staat her en der een blauwe reiger. Stil en vaak met vooruit gestrekte nek staat hij aan de

rand van een sloot. Met oneindig geduld wacht hij op zijn lunch of diner. Als je net zoveel geduld hebt als de reiger zie je hem bliksemsnel met zijn grote snavel uithalen naar het water, om met een visje te voorschijn te komen. D

O

oit leefde de blauwe reiger een verborgen leven in uitgestrekte moerassen. Met het verdwijnen van dit soort moerassen heeft de blauwe reiger zijn levenswijze aangepast en is hij nu zelfs te vinden in de grote stadsparken van onze steden. En pas op; ook een klein vijvertje is met regelmaat niet veilig voor deze grijze visser.

E

r waren niet altijd zoveel blauwe reigers. Na de tweede wereldoorlog nam de stand flink af. Men zag de blauwe reiger, evenals de aalscholver als concurrent van de visserij. Dat gegeven,

vervuild water en strenge winters zorgden ervoor dat in het begin van de zestiger jaren de stand tot een dieptepunt gedaald was. Het tij keerde door verbetering van de waterkwaliteit en bescherming.

E

en deel van de blauwe reigers trekt in de winter weg en een deel kiest ervoor om in Nederland te overwinteren. Voordeel van wegtrekken is de zekerheid van de aanwezigheid van voedsel. Maar door in Nederland te blijven kan de blauwe reiger eerder beginnen AantalVanaf overwinterende blauwe met broeden. de laatste koude winter midden jaren 90 was blijven de beste een paar koude winterseizoenen reigers inoptie. de Maar Krimpenerwaard

3.500 3.000 2.500 2.000 1.500 1.000 500

Blauwe reiger broedvogeltrend, bron: Sovon 22

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

17/18

15/16

13/14

11/12

09/10

07/08

05/06

03/04

01/02

99/00

97/98

95/96

93/94

91/92

89/90

0

Aantal overwinterende blauwe reigers in de Krimpenerwaard, bron: Wintervogeltellingen NWWK


Af en toe tref je onze statige reiger in deze gekke pose aan. De reiger waant zich onbespied maar de fotograaf legt de reiger lekker zonnebadend vast. Pff, wat een warmte. Te warm voor de luizen en de mijten die daardoor de benen nemen!

grote snavel.

B

lauwe reigers leven solitair, maar broeden in kleine of grotere aantallen bij elkaar, in kolonieverband dus. In hoge bomen bouwen ze hun grote platte nesten. Een grote reigerkolonie is niet zo’n fraai gezicht. De bomen worden wit van de poep en raken op den duur bladerloos door het zuur van hun uitwerpselen. Op de grond liggen vieze resten van het dierlijke voedsel. De blauwe reiger heeft een groot verspreidingsgebied. Hij komt voor in het grootste gedeelte van Europa.Verder ook in Turkije, Zuid-Azië (behalve Iran) en Thailand. In Zuid-Europa is hij voornamelijk een wintergast. Maar nergens is de broeddichtheid zo groot als in Nederland.

vanaf 2008 deden een grote aanslag op de blauwe reigerstand. Er volgden vijf koude winterseizoenen, die samen zorgden voor een afname van maar liefst 30% van de broedpopulatie. Na deze jaren was er een snel, maar gedeeltelijk herstel.

H

et menu van blauwe reigers is behoorlijk uitgebreid. Vissen van 10 tot 16 cm eet hij het liefst. Opvallend is dat hij rekening houdt met de breking van het beeld door het wateroppervlak! Verder eet hij amfibieën (kikkers), reptielen (ringslangen), insecten (sprinkhanen), wormen, rivierkreeften, slakken en jonge (weide-)vogels. Ook kleine zoogdieren als mollen, (water-)ratten, veldmuizen, waterspitsmuizen en konijnen zijn niet veilig voor zijn

M

enigeen vraagt zich af waarom de blauwe reiger blauw heet. De Engelse naam, grey heron, is meer op zijn plaats. Er zijn een paar spreekwoorden of gezegdes waarin de reiger voorkomt. In die spreekwoorden komt de reiger er niet zo goed vanaf. Ze refereren vrijwel allemaal aan overmatig produceren van uitwerpselen. Ik zal ze hier maar niet noemen! In diverse culturen heeft de reiger een symolische betekenis. In de Christelijke cultuur staat de reiger voor ‘goed gelovige’. In de Boeddhistische cultuur is de reiger het symbool voor zuiverheid en intuïtie. En in de tijd van de Farao’s was de reiger het symbool voor vernieuwing.

Bronnen: Sovon, Vogelbescherming Nederland

D

De spanwijdte van een blauwe reiger is 155-175 cm. Daarmee is hij iets kleiner dan een witte ooievaar.

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

23


De Zaag verborgen parel aan de Nieuwe Maas Op stap met Gerard Dekker, Boswachter uitvoering bij ZHL Tekst en foto’s: Joke Colijn In 2020 bezoeken we in elke editie van de Waardvogel een gebied van het Zuid-Hollands Landschap (ZHL). Er zijn veel ontwikkelingen gaande in de Krimpenerwaard, ook in de natuurgebieden. We laten ons daarover graag bijpraten door steeds een andere medewerker. In dit nummer lopen we met Gerard Dekker mee, al 23 jaar werkzaam bij het ZHL in de buitendienst. Gerard heeft twee dochters en een zoon. D

B

ijzondere biotoop met roerig verleden De Zaag was oorspronkelijk een ‘wandelende’ zandplaat die door veranderingen in afvoer, stromingen en de dagelijkse getijden van de rivier, in de loop van enkele eeuwen van plaats veranderde. De Zaag was namelijk ooit met een loopplank verbonden met Huys ten Donck (Alblasserwaard) aan de overzijde van de Nieuwe Maas, maar ligt nu veel noordelijker bijna tegen de polder Krimpen aan de Lek aan. De naam Zaag (of Saegh) werd al in de 17e eeuw gebruikt; het is dan ook niet aannemelijk dat de Zaag is genoemd naar het houtzaagbedrijf dat vanaf begin 20e eeuw tot enige tientallen jaren geleden op De Zaag was gevestigd. Volgens Gerard slaat de naam waarschijnlijk op de vorm van de zandplaat, die nog steeds aan een handzaag doet denken. Het oudste, meest westelijke deel werd de Groote Zaag genoemd, later groeide aan de oostzijde een kleinere zandplaat (de Kleine Zaag), die soms op oude kaarten de Grote Zaag raakt, dan weer zijn de platen gescheiden door water. Aan de zuidkant heette de rivier vanaf de 19e eeuw het Spanjaardsdiep (die hebben daar blijkbaar historie liggen), de naam Bakkerskil aan de noordzijde is nog actueel. Nadat in 1972 de Nieuwe Waterweg in gebruik werd genomen was de verbinding met Rotterdam en de zee flink verbeterd maar kreeg ook het getij meer ruimte. In 1875 werd aan de achterzijde van de Grote Zaag een deel weggegraven waarmee een kade is aangelegd. Hierna kon het veeteeltbedrijf van de familie De Vos enige generaties goed boeren. Bij de watersnood van 1953 zat de familie bovenin het woonhuis, geheel omgeven door water, maar men stopte pas met boeren in 1962 toen Rijkswaterstaat begon met de uitvoering van een grote rivierverbreding. Hierdoor restte van de Grote Zaag slechts een strook laag geleden grond die bij elke vloed onderliep. Sinds enige jaren is het Zuid-Hollands Landschap langjarig beheerder van de Grote Zaag, het eigendom is nog wel bij Rijkswaterstaat gebleven. De Kleine Zaag werd in 1894 omkaderd en is voornamelijk als griend geëxploiteerd. In 1918 en 1924 werden twee houthavens (balkengat) aangelegd aan de noordoostzijde ten behoeve van twee houthandelbedrijven. Daarna ging men er ook zand winnen voor de aanleg van wegen naar de Van Brienenoordbrug. Na de Tweede Wereldoorlog werd de put gedicht met Rotterdams puin en opgespoten met baggerspecie uit de havens. De natuur nam de ontwikkeling over en de begroeiing kent een grote soortenrijkdom. Uit opslag ontstond op het slib het huidige bos, terwijl de weidevegetatie waarop de koeien lopen is gegroeid op grond uit de vlak na de oorlog gegraven Rotterdamse havens. In 1977 werd Het Zuid-Hollands Landschap eigenaar van de Kleine Zaag. De Zaag was onderdeel van de ecologische hoofdstructuur, nu het NatuurNetwerk Nederland (NNN). Samen vormen de

24

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

Gerard kijkt uit over zijn favoriete gebied de Kleine Zaag, een oase van rust

Grote en de Kleine Zaag met 38 ha buitendijks natuurgebied een unieke getijdenbiotoop. Het verschil tussen hoog en laag water is hier dagelijks meer dan 1.20 m! Om op het riviereneiland de Zaag te komen neem je vanaf de weg Noord (naast huisnummer 37) de brug over de Sliksloot en gaat dan linksaf. Gerard en ik treffen elkaar op de parkeerplaats voor de ingang van het natuurgebied. We gaan het hek door en wandelen langs de in 2016 vernieuwde ingang met links en rechts ingezaaide inheemse bloemen en lage heesters om het de insecten naar de zin te maken. In dode stammen heeft Gerard gaten van diverse diameter geboord voor wilde bijen, waar bij nadere beschouwing dankbaar gebruik van wordt gemaakt.

V

an jongsaf interesse voor natuur Gerard vertelt dat hij als kind met veel plezier meeging het land in op de Ouderkerkse melkveehouderij van zijn vader. Hij was toen al geïnteresseerd in slootleven en ving er allerlei beestjes. Door zijn contact met Marinus Stolker, een begrip bij de oudere Krimpenerwaarders, deed hij veel plantenkennis op. Rinus maakte hem lid van de NVWK waardoor ook de interesse voor vogels werd gewekt en het palet steeds breder werd. Gerard herinnert zich dat hij als 16-jarige jongen al met Rinus en een andere plantenman, Kees Havenaar, op de fiets naar de Zaag ging om planten te inventariseren, omdat op de Zaag andere soorten voorkwamen dan elders in de veenweiden van de Krimpenerwaard. Dat is ook wel logisch, omdat gezien de genoemde ontwikkelingen, de zandbodem en de getijdenwerking van de rivier een bijzondere biotoop is ontstaan. Ook in deze tijd worden - bijvoorbeeld door onze plantenman Stef van Walsum nog steeds aparte en soms zeldzame planten ontdekt.


Zulte of zeeaster op de vloedlijn van de kade met basaltblokken

Vervolgens is Gerard zijn werkzame leven begonnen als hovenier in Krimpen aan den IJssel. Daar was hij voornamelijk bezig was met omschoffelen van planten en onderhoud van rozenperken, terwijl hij veel liever bezig is met behoud en onderhoud van natuur. Toen hij zich dat realiseerde maakte hij de overstap naar het ZHL.

B

rede kennis en aardige weetjes We staan stil bij een flinke plant, inmiddels uitgebloeid: bijvoet. Bijenvoet? “Nee, bijvoet. De plant kreeg die naam in de tijd van Napoleon, die zijn gigantische legermacht door heel Europa stuurde. Er waren wel legerpaarden, maar verreweg de meeste soldaten liepen. Die hadden niet zulke ergonomische schoenen als wij tegenwoordig, dus als ze last van hun voeten kregen, legden ze de brede bladeren van de jonge plant in hun schoenen, en dat werkte verzachtend. Bij de voet dus.” Vervolgens wordt een heel klein geel kevertje voorzichtig opgepakt: een vierentwintigstippelig lieveheersbeestje. Gerard lepelt gelijk de Latijnse naam op: Subcoccinella vigintiquatuorpunctata, waardoor ik in de lach schiet. “Je bent echt van alle markten thuis, hè?” Vervolgens vertelt hij het verhaal van de houtzagerij die hier in zijn jeugd stond. Er werden stammen aangevoerd uit Zuid-Amerika, Suriname. Samen met Rudi Terlouw ging hij insecten vangen en prepareren, en grote tropische insecten waren vanzelfsprekend interessanter dan de kleinere Nederlandse soorten. Gerard kreeg toestemming om onder de bast van de tropische stammen naar larven en insecten te zoeken. In de storthopen van hardhoutzaagsel vonden ze eens tientallen net uitgeslopen neushoornkevers! Helaas geen exotische vondst, maar ze behoren met een lengte van 4 cm wel tot de grootste Europese soorten en zijn zeker geen algemene kever in Nederland. Broei- en composthopen zoals voor de ringslang kunnen ook deze soort helpen. Ik wijs op een langsvliegende atalanta die op het pad voor ons gaat zitten zonnen. Gerard zegt: “Een nummervlinder.” Nummervlinder?? “Ja, als hij z’n vleugels opslaat, zie je aan de achterkant van de ondervleugel het getal 81 staan, aan de andere kant dus 18.” Natuurlijk ging ik dat thuis op internetfoto’s opzoeken. De 8 is duidelijk, maar die 1 is wat variabel van vorm, lijkt soms zelfs een 9, soms een V. Ha, dat doet denken aan een V8-motor, dat past wel bij zo’n stoere trekvlinder!

H

erinrichtingen in 1962 en 2016, het getij regeert We komen bij een met wilgen beplante krib die uitsteekt in de rivier. Gerard: “Tot de grote herinrichting die in 1962 heeft plaatsgevonden, was hier van deze krib tot de Kleine Zaag een landbouwbedrijf gevestigd. De boer is uitgekocht en het land buiten de kade is afgegraven om de rivier die hier smal was, meer ruimte te geven. Hier komen de Noord en de Lek bij elkaar en al

dat water moest via het Spanjaardsdiep worden afgevoerd. Die naam verdween en de rivier heet daar nu net als het vervolg, ook Nieuwe Maas. De oude wilgen zijn waarschijnlijk in hetzelfde jaar 1962 geplant.” We lopen door tot we aan de zuidwestpunt van het eiland komen en kijken uit over de met riet begroeide zandplaten in de rivier. In 2016 zijn in het kader van het plan Ruimte voor de Rivier westwaarts flinke nevengeulen gegraven die meehelpen om aan de voorwaarden van de KaderRichtlijn Water te voldoen. De getijden bepalen hoe het gebied zich verder ontwikkelt. De geulen zijn stromingsluw, wat belangrijk is voor kleine waterorganismen en visbroed. In samenwerking met RAVON en NVWKvrijwilligers van de waterwerkgroep zijn met een zegen visnet al hele leuke soorten geïdentificeerd. Het dynamische gebied is beplant met waterriet, dus zou interessant kunnen worden voor de grote karekiet… En als er bomen wortelschieten, kunnen de ijsvogel en de bever zich ook thuis gaan voelen. Spannend om te volgen wat de natuur er gaat doen de komende jaren! Even verder imponeert de skyline van Rotterdam, zó dichtbij ligt de grote stad. De Zaag en het Stormpoldervloedbos zijn heel bijzondere natuurgebieden die nauwelijks bekend zijn bij de stedeling, en soms ook niet eens bij Krimpenerwaarders. Over de kade langs de rivier lopen we oostwaarts en komen daar een inheemse aster tegen: zulte of zeeaster, die alleen groeit op de vloedlijn van plaatsen die onder invloed van eb en vloed staan. Mooi om deze plant dan ook hier tegen te komen. Verderop Canadese fijnstraal, een exoot afkomstig uit de haven en meegekomen met het opkomend getij. Ook worden soms uit Limburg afkomstige planten gevonden – beide zijn aangevoerd door het water: een beter bewijs dat in de Nieuwe Maas eb en vloed heersen is er niet! Even verderop staat rucola – een pittige slasoort die wij in de moestuin kweken en hier in het wild groeit.

V

erruiging door bramen, woekerende exoten Wandelend op de kade langs de rivier komen we op het probleem van de dreigende verruiging door bramen. Die moeten regelmatig flink worden teruggezet, anders overgroeien ze paden en andere inheemse planten. Het ZHL heeft hiervoor zelf niet genoeg FTE, waardoor men voor onderhoud deels leunt op de inzet van vrijwilligers. Voor de Zaag zou een nieuwe groep die zich bezighoudt met de lichtere onderhoudswerkzaamheden zeer welkom zijn!

Bloeiende Japanse duizendknoop is heel decoratief

Ook het probleem van de woekerende Japanse duizendknoop komt aan bod: de plant is al op allerlei manieren bestreden: cyclomaaier, klepelbak, overdekken met zout enz. Hij krijgt er wel flinke klappen van, maar bot na verloop van tijd toch weer WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

25


opnieuw uit. De bloeiwijze van de Japanse duizendknoop is prachtig en daarmee hebben we gelijk de oorzaak te pakken: verwildering vanuit tuinen.

Reuzenspringbalsemien en oranje springzaad

Vervolgens staan we stil bij de reuzenspringbalsemien, ook zo’n ongewenste exoot. We zien dat er schattige wilde bijtjes in de bloemkelkjes landen, ze kruipen even later achterwaarts uit met hun kop vol stuifmeel en vliegen naar de volgende bloem. Tja, de plant is mooi, geeft kleur tot in het najaar en bedient inderdaad een aantal bijensoorten, vooral hommels, maar door zijn explosieve toename worden inheemse planten die voor veel andere bijensoorten belangrijk zijn, verdrongen. Gerard hoopt op het soms voorkomende wondertje waarbij de plant in aantal ineens vanzelf flink afneemt en er een nieuwe balans ontstaat. Ik help mee hopen. Het initiatief tot massaal uittrekken, zoals de NVWK al drie jaar doet in het Loetbos spreekt Gerard erg aan, maar zal in de rietkragen en tussen basaltblokken niet lukken. Bovendien blijft de rivier nieuwe zaden aanvoeren. We horen een Cetti’s zanger zijn vrolijke commentaar geven. Even verderop komen we langs het kijkscherm; Gerard constateert dat het riet achter het scherm weer een maaibeurt nodig heeft om het uitzicht te behouden.

Gerard probeert met maai- en knotwerkzaamheden steeds doorzichten naar de rivier open te houden. Het gebied buiten de kade huisvestte ooit veel bijzondere planten, maar groeit nu dicht met houtsoorten. De essen die hier groeien zijn op het oog kerngezond, i.t.t. tot essen elders. En de bessen in de meidoorn die we passeren zijn zo dik als rozenbottels! Prachtig. We vinden een dode bunzing, nog helemaal gaaf. Er is niets te zien waaraan we de doodsoorzaak kunnen ontdekken. Op de vochtige griend aan de binnenzijde van de kade groeit tussen de reuzenspringbalsemien een andere nieuwkomer met springzaad afkomstig uit Noord-Amerika: het oranje springzaad (foto). Ten onrechte is gedacht dat de plant uit de ZuidAfrikaanse Kaapstreek kwam, wat nog terugkomt in de andere naam, Kaaps springzaad. De takken in de griend zijn haast alweer te dik en moeten komende winter worden geknot en afgevoerd. Dat is zwaar werk en het is moeilijk om nog griendwerkers te vinden. Als de griend eenmaal gehakt is krijgt de ondervegetatie weer licht en kunnen de planten ‘bijtanken’ voor een paar komende jaren. Maar aanstaand voorjaar staat het hier tussen de verse knotten vol bloeiende spindotters en zomerklokjes. Het nostalgische plaatje is een goede reden om dan foto’s te gaan maken!

U

itzicht vanaf de Beverbrug Uiteraard beklimmen we het kunstwerk de veertien meter hoge Beverbrug. Het is een bouwwerk van ronde buizen cortenstaal, een sterke legering van diverse metalen die de tijd kan trotseren. Zelfs de kleur refereert aan de gestapelde boomstammen van een beverburcht. Vanaf hier hebben we een mooi zicht over de Zaag, Rotterdam, de Ark die gestrand is bij Van der Giessen, en de rivier. In de oostelijke nevengeul, vanaf hier goed zichtbaar, verblijven altijd meer vogels dan in de geulen aan de westkant waar we eerder waren. Misschien voelen ze zich hier toch minder bedreigd?

M

aaien, hakken en knotten We lopen langs de uitmonding van de waterzuivering op de rivier. Het heldere water met overhangende takken is een ideale biotoop voor de ijsvogel en dit is dan ook de plek waar hij vaak wordt gezien, net als doodaarsjes, wintertalingen en krakeenden. Deze hotspot voor vogelaars wordt ten behoeve van het zicht zoveel mogelijk vrijgehouden van storende vegetatie.

Breed uitzicht vanaf de Beverbrug; de waterbus vaart voorbij

D

Meidoornbessen zo dik als rozenbottels

26

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

e Kleine Zaag, oase van rust We komen aan bij de Kleine Zaag. Gerard vertelt dat in tegenstelling tot de Grote Zaag, de inrichting hiervan sinds zijn jeugd nauwelijks is veranderd. Alleen de bomen zijn gegroeid en er zijn nu bramenhorsten die er vroeger niet waren. Sommige horsten zijn zo groot dat ze weer eens moeten worden aangepakt om ze in toom te houden. In de kantine van het ZHL hangt een 15 jaar oude foto waarop Rudi, Govert, Rolf en Gerard gevieren op een boom zitten. Ze waren destijds het bos op de Kleine Zaag aan het doorplanten omdat er zoveel bomen uit de tijd van de oorspronkelijke opslag


waren omgewaaid. Die stonden zo dicht (“als haren op een hond”, zegt Gerard) dat geen onderbegroeiing mogelijk was en ze elkaar verzwakten. Nu is het een mooi gevarieerd bos met nog wat oude overgebleven reuzen en veel gelaagde onderbegroeiing. Ook vogels vinden veel voedsel op de Kleine Zaag.

wrange van de tannines is verdwenen en ze als pruimen smaken. Dat heb ik uiteraard geprobeerd en ja, het klopt! Op de Kleine Zaag hebben de mensen altijd het pad gebaand, daar hoeft het ZHL niets aan te doen. En als er een boom omvalt, loopt men er omheen en slijt zo een nieuw pad uit. Er wordt niets aangelegd, zelfs de koeien gebruiken de mensenpaden. We komen langs de Bakkerskil waar de koeien de zandige oever

Bos, weide met een paar koetjes, de tijd staat hier stil

Het grootste deel is grasland, dat extensief wordt begraasd door 12 koeien van boer Daan de Vos. Familie van de boeren die tot 1962 melkvee hielden op de Grote Zaag, of gewoon toeval? We wandelen een rondje Kleine Zaag. Vanwege het vervuilde slib en de grond uit de haven mogen er bijvoorbeeld geen poelen worden gegraven, maar er zijn wel botanisch prachtige delen. Het is nu droog maar het kan ontzettend drassig zijn, dan ziet het paars van de watermunt. Dat trekt bijzondere vlinders als oranje luzernevlinder en koninginnenpage. Die zien we nu niet, maar wel een kleine vuurvlinder, diverse witjes, bonte zandoogjes en dagpauwogen. Gerard zegt: “Soms regelt de natuur zichzelf. Als het lang hoog water is, verrotten de distelwortels meer waardoor die niet gaan woekeren. Zoals nu zie je aan de witte toppen dat ze armoe lijden en op het kantelpunt staan om te verdwijnen. En het Jacobskruiskruid dat zo’n 13 jaar geleden opkwam moest helemaal uitgetrokken worden omdat het giftig was voor vee. Dat bleek geen haalbare zaak, want steeds opnieuw kwam het op. Nu doen we niets meer, en je ziet ze nog wel, maar ze domineren niet. Er Armetierige distels lopen hier al meer dan 20 jaar koeien, en er is nog nooit een koe omgevallen. Misschien gaan de inwendige wormen er wel dood van en is een hapje af en toe juist goed voor de koe.” Hij vertelt verder van heelblaadjes vroeger in de linnenkast, waardoor het linnengoed lekker naar zeep ging ruiken. Hij wordt enthousiast van een dode boom die is neergevallen en waarvan de afgebroken stukken precies zo zijn blijven liggen. Ze zijn een mooie plek voor insecten om op te warmen. We komen bij het ‘stille strandje’ op de Kleine Zaag, wel bekend bij recreërende Krimpenaars van voor de eeuwwisseling. De mini-pruimpjes van de sleedoorn zijn rijp. Gerard plukt er een en proeft – ze zijn zo wrang dat ze bekkentrekkers worden genoemd. Hij vertelt dat als ze twee uur in de vriezer liggen, het

In de Bakkerskil zoeken de koeien verkoeling als het warm is

hebben uitgetrapt om ’s zomers in het water te kunnen staan; het bekende beeld van koeien in de rivier zoals vastgelegd door bijvoorbeeld de landschapsschilders van de Haagse School. De takken van een omgevallen boom vormen als vanzelf een boomhut. Enorme verwrongen oude wilgenstammen prikkelen de fantasie, met veel holen en gaten voor vleermuizen. Het ZHL hoeft hier nauwelijks meer iets te doen (op het in toom

De bessen van de sleedoorn zijn rijp - even proeven

houden van de bramen na), deze plek onderhoudt zichzelf. Als je middenop de Kleine Zaag staat, zie je nergens sporen van de bewoonde wereld, het is een oase van rust. Op de Kleine Zaag lijkt het of de tijd heeft stilgestaan. Ik vind het bijna jammer als we weer terug naar de parkeerplaats te wandelen. Gerard is een zeer onderhoudende boswachter en ik ben veel wijzer geworden over een gebied wat ik dacht wel zo’n beetje te kennen. D WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

27


Kuikenteller te Moordrecht Indrukken van een seizoen eendenkuikens tellen Hans Kouwenberg 2020 is niet alleen het jaar van het corona-virus; het is ook het jaar van de wilde eend. Het gaat niet zo goed met de wilde eend, de aantallen nemen af en er is geen duidelijke oorzaak aan te wijzen. Er loopt al jaren een telproject om de kuikenoverleving te monitoren. Vermindering van de kuikenoverleving is mogelijk een oorzaak is van de teruggang van de wilde eend. Eén van onze leden Erik Kleyheeg is als medewerker van Sovon actief betrokken bij de Kuikentellerapp; sommigen kennen Erik meer van zijn bijnaam ‘Dr. Duck’. In de Waardvogel zijn eerder artikelen verschenen over dit project.

D

De kuikentellerapp op een desktop

H

et gebied dat ik heb geteld is de bebouwde kom van mijn woonplaats Moordrecht en mijn tweede wintervogelgebied. Wat mij eerder nooit was opgevallen en nu wel was dat de woonwijken die vanaf de jaren ‘80 zijn gebouwd veel meer water hebben en zeker meer meters oever. De wijk waar ik ben opgegroeid, de bloemenbuurt, heeft een grote vijver in het Rozenplantsoen en de ijsbaan. Waar ik nu woon, de staatsliedenbuurt, heeft alleen een vijver aan de Meester Lallemanstraat. Vijf Akkers heeft één lange sloot en dorp Noord zelfs twee lange sloten door de hele wijk. Wat wel anders is aan die sloten dat ze grenzen aan tuinen en veel bewoners hebben de oevers met hout beschoeid. Ik ben benieuwd of dat invloed heeft op de overleving van eendenkuikens. De Hollandsche IJssel heb ik niet geteld. Ik verwachte daar weinig kuikens en ook qua tijd en bereikbaarheid (per fiets) kwam het er niet van.

D

e gegevens kon je invoeren via een app of op de PC. Zelf heb ik alles ingevoerd via de PC thuis. Mijn telefoon is niet super en dat gerommel in het veld met het kleine schermpje van de telefoon in de volle zon is niet mijn ding. Ik heb mijn tellingen gedaan op de fiets, grote kijker (10x42) mee en een spiegelreflexcamera met telelens. Ervaringen van de software zijn dus gebaseerd op het gebruik achter de PC.

H

et invoeren van de gegevens gaat via zeven korte schermen zowel op de telefoon als achter de PC. Ik zal hieronder per pagina wat ervaringen, indrukken en gedachten langs laten komen. Het woord toom wordt vaak gebruikt. De definitie in Van Dale is “alle dieren uit één worp of legsel: een toom biggen” of eenden dus.

28

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

e eerste vraag op het eerste scherm is meteen een uitdaging: ‘Van welke soort zijn het kuikens?’ en er zijn maar drie keuzes: wilde-, park- en krakeend. Krakeend is makkelijk, die herken ik zo. Het verschil tussen een volwassen vrouwtje wilde eend en parkeend is soms niet al te duidelijk. Sommige parkeenden hebben wel duidelijk witte vlekken of zijn soms helemaal wit. Er zijn echter parkeenden die op een gewone wilde eend lijken, maar bijvoorbeeld heel licht of juist heel donker zijn qua kleur. Ik heb er echt naar gezocht, maar ik heb tijdens mijn tellingen geen krakeenden met kuikens in Moordrecht gezien. De tweede vraag is: ‘Hoeveel kuikens zijn er?’ Dat lijkt heel makkelijk te beantwoorden al is de praktijk soms weerbarstiger. Stel je maar eens een rietkraag voor waar tussen het riet 6, 8 of 9 (?) pullen foerageren. De verrekijker had ik nodig om op ongeveer tien meter afstand alle jongen van een parkeend te tellen die met z’n allen op de kant in groepjes zaten te rusten en poetsen. Sommige parkeendenkuikens hebben een goede camouflage op droge zwarte grond. Het beste werkte

Wilde eend met een toom kuikens, foto: Dirk-Jan Saaltink

het om een keer of drie met de verrekijker alles te tellen en dan het hoogste aantal aan te houden. De derde vraag is of de toom eerder is gemeld. Dit is een hele belangrijke vraag voor het onderzoek. Wanneer een toom eendenkuikens meerdere keren wordt gemeld kan beter de afname van het aantal jongen worden gevolgd. Ik heb twee maal gehad dat ik een vrouwtje parkeend herkende alleen had ze geen jongen meer. Heel goed was het dat je kon invoeren dat je nul kuikens telde en dat kon koppelen aan eerdere waarnemingen. Nadeel van de app is dat je alleen een waarneming kan koppelen aan je eigen eerdere waarnemingen en niet aan die van een andere teller.


De volgende vraag is of de kant natuurlijk was met een hoge of lage vegetatie of dat de kant beschoeid is of een kade. In Moordrecht zijn de meeste kanten beschoeid met vaak een plank. Soms heeft een sloot aan de ene kant een beschoeiing en aan de andere kant een natuurlijke oever. Ik koos dan de oever waar de pullen op dat moment zaten. Tijdens het tellen werd ik regelmatig aangesproken met de vraag wat ik aan het doen was. Dan legde ik netjes uit dat het slecht met de eenden gaat en dat ik de kuikens aan het tellen was om te kijken of daar een oorzaak lag. Het feit dat het slecht gaat met de wilde eend wisten veel mensen niet. Een man in zijn tuin vroeg wat ik aan het doen was en meldde trots dat er daar ergens een eend aan het broeden was. Toen het gesprek op de wilde eend kwam, was ook hij verbaasd dat het minder met deze soort ging. Op de vraag naar oorzaken gaf ik aan dat het voedsel voor de kuikens mogelijk een probleem zou kunnen zijn en wees hem op zijn eigen tuin. Waar het vroeger een boerenslootje was had de hovenier bij hem een prachtige slootkant gemaakt van hardhout. Het was hem inderdaad opgevallen dat de kuikens vooral aan de overkant bij de meer natuurlijk oever foerageerden. De derde vraag op dit scherm wil tenslotte een antwoord of het water helder of troebel is. Ik heb er nooit op gelet, maar nu ken ik maar een enkele sloot in Moordrecht die helder is en daar zwemmen eigenlijk nooit eenden. Ik ben trouwens benieuwd of er in het veenweidegebied wel heldere sloten zijn met eenden, als je ziet hoe een toom de hele dag bezig is met roeren in dat water.

B

ij het tweede scherm moet je aangeven hoe oud de kuikens zijn. Dat lijkt makkelijk want alle kuikens komen gelijk uit het ei en zijn dus even groot. In de praktijk is het toch wat lastiger. De kuikens kunnen we verdelen in acht leeftijdscategorieën van 0-1 weken tot ouder dan 7 weken, dan zijn de kuikens net zo groot als de moeder. Je vergelijkt de grootte van de kuikens met de moeder al zwemmende. Daar is een eerste uitdaging. Een paar keer lagen de kuikens in een kluitje op de oever te genieten van de zon. De kuikens die tussen het langere gras zitten zijn al lastig te tellen en dan is op leeftijd te schatten een extra moeilijkheid. Mijn werkwijze was dat ik met de telelens foto’s maakte en thuis op de computer de leeftijd bepaalde. Ik zal er best wel eens een klasse naast hebben gezeten. Bij elke toom heb ik ook een foto ingevoerd, dus er kan gecorrigeerd worden door Sovon.

O

p het vierde scherm wordt gevraagd of je sterfte hebt gezien tijdens deze waarneming. Dat is mij dit seizoen niet overkomen, maar als het anders is kun je makkelijk aangeven wat er is gebeurd en wie de eventuele predator is.

D

e vraag op het vijfde scherm is: ‘Wordt er regelmatig brood gevoerd?’ Soms is het heel duidelijk; dan sta je net aan de waterkant en dan komt moeder met kuikens al verwachtingsvol aangezwommen. Soms schat je de locatie in en denk je dat het niet gebeurt en dat is dan onjuist. Ik stond op een voetpad achter de Middelweg en had de inschatting dat er niet gevoerd zou worden. Moeder eend lag met twee jongen rustig ontspannen op

I

n het derde scherm wordt gevraagd of de kuikens op het land of op water waren toen je ze zag. Meestal waren ze in het water, maar soms op de kant rustend. In het geval dat er een deel zwom en de andere op de kant zaten, heb ik de meerderheid ingevoerd. De kans dat je een toom op het land over het hoofd ziet is denk ik wel een stuk groter. In een woonwijk uitgebreid met een verrekijker staan kijken, roept overdag zelfs vraagtekens op. Zit de toom op het water dan zie je ze meestal al op ruime afstand. De kans dat je een toom mist bestaat als ze juist heel dicht tegen de kant aan zitten en je ze letterlijk en figuurlijk over het hoofd ziet. Ik ben dan ook inmiddels expert in het opmerken van vreemde golfjes op het water. Soms was dat een toom die dicht tegen de kant zat, soms een vis of een meerkoet. In de loop van de lente wordt het ook lastiger om de sloten goed af te kijken. Op de waterkant staan de kruiden soms wel tot een meter hoog en als de toom net daarachter zit, dan kun je ze missen. De goede ontwikkeling dat er meer kruiden blijven staan is lastig voor de kuikentellers. WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

29


het gras. Aan de overkant van een bruggetje zat een kat van te zon te genieten. Moeder eend wordt opeens heel alert. Ik vermoed natuurlijk dat die kat wat aan het doen was. Zie ik ook eens hoe een kat een kuiken predeert. Moeder glijdt het water in en jongen volgen uiteraard ……… een tiental meter verder in de achtertuin van een huis gaat een mevrouw de eendjes voeren. Ook daar wordt dus regelmatig brood gevoerd en moeder eend wist het.

H

et zesde scherm vraagt om de locatie van de getelde kuikens. Dat lukt thuis op de PC wel al kost het wel heel veel klikken om op de juiste plaats te komen. Je begint op een kaart van heel Nederland en moet dan in een klik of acht naar de wijk waar je de toom hebt gezien. Er is geen mogelijkheid om bv. een plaatsnaam of coördinaat in te voeren. Losse waarnemingen van tomen buiten Moordrecht heb ik maar niet ingevoerd. Ik maak van andere waarnemingen altijd een waypoint om ze bij waarneming.nl in te voeren. Zonder waypoint is het onmogelijk om te zien waar ik bijvoorbeeld was midden in de Biesbosch. Mogelijk werkt locatie op een telefoon wel goed als de GPS daar aanstaat. Ik heb dat niet gebruikt.

B

ij het zevende en laatste scherm kun je nog een foto toevoegen. Van bijna elke toom heb ik dat gedaan. Een nadeel is dat je er maar één mag invoeren. Soms is de ene foto goed om het vrouwtje te herkennen en de andere voor het formaat van de kuikens ten opzichte van de moeder. Je kan oude invoeren terugkijken. De app toont dan de foto als een thumbnail (kleine foto). Als verklaring staat erbij dat dat is om data te besparen. Deze foto toont op mijn computer zo klein dat deze onbruikbaar is. Wellicht werkt het op de telefoon anders en beter.

A

ls laatste moet je de waarneming en/of foto nog uploaden. Ik begrijp deze optie omdat je hiermee zonder kosten thuis via wifi de data kan wegschrijven.

B

ijvangsten Dit voorjaar ben ik natuurlijk veel door het dorp gefietst op zoek naar de eendenkuikens. Daarbij had ik wat leuke bijvangsten zoals een groep putters in een nieuwbouwwijk, een dode meerval in het kanaal, een gruttopaar met jong in het lange gras vlakbij het dorp en een vroege grote zilverreiger in een boerenslootje. Het leukste waren een paar keer een vrouwtje kuifeend met jongen aan de rand van Moordrecht. Een moeder zwom zelfs met 12 pullen.

V

eel geleerd? Ja, ik heb het idee dat ik tijdens deze periode de wilde/soepeend een stuk beter heb leren kennen. Normaal lette ik er niet op en nu kan ik ongeveer inschatten hoe groot het territorium is en dat is al snel een paar honderd meter sloot. Wilde/parkeenden zijn enorme liefhebbers van de zon. Als ze ergens liggen te rusten is dat altijd in het zonnetje. Ik dacht altijd dat ze vooral in de kleine slootjes zaten, maar zag ze in de hele smalle slootjes nauwelijks. Ik kwam ze meestal tegen in de wat bredere sloten van minimaal een meter of twee breed. Mogelijk is dat tegen predatie door reigers die in of op de kant staan te wachten op een smakelijk hapje. Op hele brede wateren zoals de Ringvaart of de ijsbaan heb ik ze ook niet vaak gezien. Blijkbaar is dat te breed of is de kans op bv. snoeken daar weer te groot. Wat mij ook opviel is dat de toom meestal bij de oever zwemt omdat daar blijkbaar het meeste te vreten valt. Ik heb dan ook medelijden met het waterslakje of de kever die toevallig een toom pullen tegenkomt. Volgens mij ontkomen ze niet makkelijk aan de vele hongerige happende eendensnavels. Moeder eend en ook de pullen kunnen best snel zwemmen. Flink doorstappend kan ik ze net bijhouden. Ze zwemmen dus ongeveer zes kilometer per uur .

V

olgend jaar weer? Zeker, al doe ik dan mogelijk maar het halve dorp zodat ik me nog meer kan concentreren om de eenden aan een vorige waarneming te koppelen. Ik heb nu ongeveer 170 keer een toom ingevoerd. Op een gegeven moment was ik een beetje het overzicht kwijt wat nu waar zat. Het terugzoeken van oude tomen is lastig via de app. Ik heb alles ook op waarneming ingevoerd en daar had ik wat meer overzicht. Mogelijk maak ik een soort fotoalbum op mijn PC om daar foto’s van (soep-)eenden te bewaren en die dan makkelijker te kunnen koppelen.

I

n dit artikel had ik weinig aandacht voor de aantallen die er zijn gezien heb. Omdat er in Moordrecht veel is geteld door o.a. Rick van der Weijden en mij kan Erik hier een lokale analyse voor maken en kunnen we Moordrecht plaatsen in het landelijk beeld. Zodra die analyse is gedaan zal ik er in een volgend artikel op terugkomen. Uiteraard hoop ik ook dat in het najaar een lezing kan zijn van Erik voor onze vereniging. Ik ben heel benieuwd naar de resultaten. 2020 is wat mij betreft het jaar van de wilde eend en niet van het coronavirus, eendjes zijn veel leuker! D

BioBlitz: de Nationale Gemeente Competitie

V

oor alle Nederlandse gemeenten heeft de website waarneming.nl een BioBlitz aangemaakt. In de BioBlitz kun je zien in welke gemeente de meeste soorten zijn gezien. Dit gaat niet alleen over vogels of planten maar over alle soortgroepen, dus ook sprinkhanen, weekdieren, mossen, korstmossen, vissen etc. Momenteel staat de Gemeente Texel op de eerste plaats. Staat de gemeente Krimpenerwaard op 31 december 2020 in de top tien? In 2019 won de gemeente Ede met maar liefst 4312 soorten. De gemeente Krimpenerwaard bleef steken op de 22e plaats met 2880 soorten. Dat kan volgens ons veel beter, de biodiversiteit is immers groot in de Krimpenerwaard!

V

ind jij het leuk om waarnemingen door te geven, wil je graag weten hoe het gesteld is met de biodiversiteit in onze gemeente en ben je ook wel te porren voor een beetje competitie? Help mee en geef jouw waarnemingen door via www.waarneming.nl of www.krimpen.waarneming.nl. Elke soort is belangrijk en telt mee, ook heel ‘gewone’! v

30

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020


Voor al uw boekhoudzaken, belastingadviezen, belastingaangiften en loonadministraties Ook over uw privĂŠ-aangiften geven wij u graag advies.

Meidoornstraat 3-F 2861 VH BERGAMBACHT

Telefoon : 0182 - 351240 E-mail

: info@verwaaladministratie.nl

Benedenkerkse weg 41a 2821LA Stolwijk www.groenehart-tuinenparktechniek.nl

Uw Stiga dealer voor de krimpenerwaard


Graslandvlinderproject Een nieuwe update over de voortgang Tekst en foto’s: Max Ossevoort Het Graslandvlinderproject is begonnen in 2018. Dit voorjaar konden de geplande werkzaamheden door het rondwarende coronavirus niet door gaan. Het virus is er nog steeds en wennen zullen we er wel nooit helemaal aan, maar vindingrijk als we allemaal zijn vullen we activiteiten op een andere manier in, zodat diverse doelen wel bereikt kunnen worden. Dat geldt ook voor het graslandvlinderproject. Vandaar dat ik u weer op de hoogte wil brengen van de stand van zaken als vervolg op de update in de Waardvogel van april jongstleden. h

W

at ging er aan vooraf? Toen we aan het project begonnen, hebben we verschillende bronnen geraadpleegd om het plan zo goed mogelijk in te kunnen vullen. De Vlinderstichting Nederland heeft veel ervaring met het aanleggen van Idylles, bloemenweides voor vlinders, maar met name op zand en klei. Langs de dijken hebben we klei, maar verder de polder in bestaat de bodem uit veen. Op veen een graslandvlinderhabitat aanleggen was een nieuwe uitdaging. Daarom hebben we besloten van dit project ook een soort proeftuin te maken en de uitkomsten daarvan uit te wisselen met andere partijen. Voor een veenbodem is volgens deskundigen afplaggen de meest kansrijke methode, maar niet iedereen wil afplaggen. Vandaar dat we tot nu toe allerlei methoden hebben toegepast, zoals spitten en frezen, alleen frezen en dan inzaaien, drie keer frezen met een tussenruimte van vijf weken om ongewenste kruiden de kans te geven om te kiemen, doorzaaien (het gras kort maaien en met een zaaimachine het zaad in de bovenste cm van de bodem drukken) en ook afplaggen. Van al deze methoden houden we nauwkeurig bij wat de uitkomsten zijn.

H

et perceel bij Mart-Jan de Jong, Benedenkerkseweg in Stolwijk.

32

bijen een prachtige combinatie. De natuurlijke oever bestaat uit een schuin aflopende oeverkant en een onderwaterbanket van ruim 2 meter breed en 10 tot 15 cm diep. Beide werden met hulp van leden van de NVWK beplant. Doordat sommige soorten zoals dotterbloemen en pinksterbloemen al bloemen hadden zag het er gelijk heel kleurrijk uit. Het eenjarige zaadmengsel is massaal opgekomen en heeft uitbundig gebloeid, tot in de tweede week van september het perceel gemaaid en afgeruimd moest worden om de tweejarige kruiden de kans te geven zich te ontwikkelen, zodat deze volgend jaar tot bloei kunnen komen. Overigens zullen er ook volgend jaar nog wel eenjarige kruiden uit het achtergebleven zaad tot bloei komen. Een insectenhotel bij die habitat hopen we vóór het volgende voorjaar met behulp van een paar vrijwilligers te realiseren, dus mocht u dat een leuke klus lijken, dan horen we graag van u.

H

et Veenweidepark In 2019 is hier een perceel ingezaaid en dat ontwikkelt zich goed. Maarten Breedveld, regiomanager Veenweiden van het Zuid-Hollands Landschap (ZHL) heeft dit jaar nog twee percelen ter beschikking gesteld. Een perceel (106, zie foto), gelegen tegen de IJsseldijk, met een kleibodem is inmiddels drie keer gefreesd en zal door de vrijwilligersgroep Veenweidepark

Het zaaimengsel bij Mart-Jan bloeide prachtig

De ligging van de percelen in het Veenweidepark

Vorige keer meldde ik u al dat Mart-Jan subsidie had aangevraagd bij het HHSK voor de aanleg van een natuurlijke oever. Deze subsidie werd toegewezen, waardoor onder andere langs het door ons ingezaaide perceel een ruim 50 meter lange natuurlijke oever kon worden aangelegd. Voor vlinders en wilde

worden ingezaaid in de periode september/oktober. Het andere perceel (109, zie foto), met voornamelijk een veenbodem, zal mechanisch worden doorgezaaid. Natuurlijk zijn we benieuwd naar het resultaat en hoe beide percelen zich verder zullen ontwikkelen.

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020


K

oolwijk Aan het einde van de Koolwijkseweg en dan links af over de brug het fietspad op draaiend, liggen links en rechts brede bermen. Ook deze zullen worden doorgezaaid om de kruidenrijkdom op die beide stukken een boost te geven.

W

eydeblick In goed overleg met Kees Kool van Staatsbosbeheer (SBB) hebben we besloten om het mislukte perceel (zie ook de Waardvogel van april jl.) ruim 25 cm af te graven en opnieuw in te zaaien. Een deel van de uitgegraven grond is op andere percelen van park Weydeblick gebruikt voor het ophogen en de rest is verplaatst naar het Loetbos voor later gebruik door SBB.

Afgraven van de grond in Weydeblick

Door het afgraven verdwijnen de rijke (distel-)zaadbodem ĂŠn de distel- en zuringwortels, waardoor de ingezaaide kruiden maximale kansen krijgen zich te ontwikkelen. Wanneer u deze Waardvogel leest is dit grote perceel inmiddels ingezaaid en kijken we uit naar het voorjaar om te zien wat er opkomt. Het daar geplaatste insectenhotel heeft een aantal aanpassingen nodig, die staan ook op ons actielijstje.

D

e N-210 Eerder berichtte ik u dat de planning was dat de oude ligging van de N-210 dit najaar zou worden ingezaaid. Inmiddels weten we dat door de provincie in het kader van de prioriteitstelling van het dit jaar beschikbare budget in combinatie met wettelijke verplichtingen, er eerst twee faunapassages zullen worden aangelegd in het traject van de N228 tussen Stolwijkersluis en Oudewater, waardoor de opmars van de otter die nu in het Steinse Groen is waargenomen, kan doorzetten. Tevens zal er gewerkt worden aan de bestaande faunapassages in de N-210 en het aanleggen van een vierde tussen de Kwakels en Dunea. Ook zullen een paar stukken op nattere delen in de oude berm van de N-201 worden ingezaaid. Vervolgens moeten andere voorbereidende werkzaamheden er voor gaan zorgen dat medio augustus/september 2021 de gehele berm zal worden ingezaaid in stroken, zodat hierdoor een betere verplaatsingsroute voor vlinders en wilde bijen wordt gerealiseerd. Uiteraard blijven we u in het kader van het Graslandvlinderplan op de hoogte houden van alle relevante ontwikkelingen. h

12 september jl. was er een informatiebijeenkomst van de gemeente Krimpenerwaard over de Regionale Energiestrategie en de gemeentelijke warmtetransitie.

Naast o.a. de NVWK was ook Duurzaam Bouwloket met een standje aanwezig. De Werkgroep Ruimtelijke Ordening van de NVWK was onder de indruk van wat Duurzaam Bouwloket te bieden heeft. Voor vragen over energiebesparende maatregelen, subsidieregelingen, uitvoerende bedrijven, etc. kan men bij Duurzaam Bouwloket terecht.

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

33


RES heeft grote gevolgen voor natuur, landschap en samenleving Jaap Graveland, voorzitter Nederland heeft een klimaatakkoord gesloten. Om de doelen van het klimaatakkoord te halen is Nederland verdeeld in 30 regio’s. Elke regio maakt een regionale energiestrategie (RES). De Krimpenerwaard doet mee in twee RES-sen: MiddenHolland en regio Rotterdam-Den Haag. Vanaf september organiseren de gemeenten informatie- en inspraakavonden. Alle oplossingen gaan pijn doen, en als wij het probleem voor ons blijven uitschuiven, zijn onze kinderen letterlijk het kind van de rekening. Verandering van ons consumptiegedrag lijkt onontkoombaar om de gevolgen voor natuur en landschap te beperken. D

D

blijven echt grote rampen uit (maar er zijn onzekerheden). e uitgangspunten Een deel van de Nederlanders is ‘klimaatontkenner’: ze De temperatuurstijging is het gevolg van de uitstoot van ontkennen dat het klimaat verandert, of dat wij daarvan de broeikasgassen waarvan CO2 de belangrijkste is. In het vervolg oorzaak zijn, of dat wij er iets aan kunnen doen. Gelukkig gebruik ik voor het gemak alleen de term CO2. De CO2-belasting van de atmosfeer kan worden verminderd (vind ik) blijkt uit onderzoek dat 80% van de door lagere uitstoot, opslag, recycling en Nederlanders vindt dat het klimaat verandert, het laten toenemen van de hoeveelheid vooral of grotendeels door de mens. Dat is De regionale energietransitie organische stof, bijvoorbeeld door aanplant belangrijk want zonder draagvlak gaat het niet heeft grote gevolgen. van bomen of het verhogen van het organische lukken de benodigde ingrijpende maatregelen Laat je informeren stofgehalte in de bodem. Voor gebieden met te nemen. Zelfs mét draagvlak wordt het een en vorm je mening veenbodems is er nog een mogelijkheid: zware bevalling, het heeft geen zin er om heen beperken van de veenoxidatie door verhoging te draaien. Je kunt geen klimaatbeleid en maatregelen afspreken zonder van het waterpeil, bijvoorbeeld door onderwaterdrainage (er gaat te rekenen en aan te geven wat je wilt realiseren. Hier dus wat een grote proef lopen bij de Oost Vlisterdijk), overgang op ‘natte teelten’ of natte natuur. Lagere uitstoot kan worden gerealiseerd getallen. Het klimaatbeleid van Nederland is er op gericht een evenredig door energiebesparing en technische aanpassingen. aandeel te leveren in wat in het klimaatakkoord van Parijs Het klimaatakkoord gaat uit van 30% energiebesparing ten als doel heeft gesteld: het beperken van de wereldwijde opzichte van autonome groei. Voor de goede orde: met het temperatuurstijging 1,5 graad Celsius in 2050. Bij die stijging huidige en voorziene tempo van energiebesparende maatregelen

Huidig energieverbruik in kaart gebracht: Huidig is 24 PJ. Autonome groei tot 2050: 27,5 PJ. Forse besparing 30%: alle auto’s elektrisch, woningen label B en sectorale besparingen: 18,9 PJ. Ter vergelijk: Gouda circa 3 PJ. Oostland Zuidplas 3 PJ. Pernis: 30 PJ. heel Nederland circa 2.300 PJ. Maximale opwek Noordzee: 500 PJ. 34

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020


benodigde energie groen wil opwekken, er ongeveer 700 grote windmolens van 3MW en ca 5.000 ha zonnepanelen nodig zijn, voor het hele gebied tussen Alphen en Krimpen. Zo’n windmolen is ca. 150 m hoog tot de wiektip, de mast is ca. 100 m. Ter vergelijking: onze hoogspanningsmasten zijn ca. 60 m hoog. Mogelijk wijken de huidige cijfers wat af, maar globaal is dit het beeld. Het doel is niet alle energie groen op te wekken, maar het illustreert dat we een forse ‘opgave’ hebben, zoals dat heet in ES Midden-Holland Dit artikel gaat alleen over de RES Midden-Holland (RES MH), jargon. omdat die gaat over het landelijk gebied van de Krimpenerwaard Ik ben de afgelopen jaren op diverse voorlichtings- en en dus veel relevanter is voor natuur en landschap in onze discussiebijeenkomsten geweest. Dit soort getallen wekt waard dan de RES Rotterdam Den Haag, waar Krimpen aan forse weerstand op. “Leg die panelen maar op de daken”. Maar berekeningen wijzen uit dat op daken slechts den IJssel onder valt. Veel informatie staat ruimte is voor een kwart van de benodigde op: https://www.regiomiddenholland. “Zet al die molens maar in zee” panelen. Er wordt geïnnoveerd, met dunne nl/Strategische+agenda/duurzaamheid/ klinkt leuk, folies en energie-opwekking in ramen, maar regionale+energiestrategie/default.aspx maar is niet mogelijk. het grootste deel van de opwek (dat is het en op: https://www.krimpenerwaard.nl/ jargon voor opwekking) moet komen uit opwekken-van-schone-energie/. panelen in het veld. Nog een tegenwerping: De RES MH gaat er vanuit dat we alleen energie produceren voor eigen gebruik. We zetten dus geen “Zet die molens maar in zee”. Ook hier is weer aan gerekend: windmolens neer om groene energie voor Rotterdam te leveren. op zee is slechts genoeg ruimte voor de helft van de benodigde Of dat haalbaar is en zo blijft, valt nog te bezien. En het is goed windenergie. De rest moet op het land. mogelijk dat bedrijven in de Rotterdamse haven gaan investeren Ik voel het onbehagen bij de lezer al omhoog kruipen: Jaap, in beperken van de veenoxidatie en dus CO2 uitstoot in de dat zeg je nu wel, maar klopt dat, waar staat dat dan, hoe is Krimpenerwaard, om zo aan hun verplichting te voldoen hun dat onderbouwd? Allemaal goede vragen. Veel van de getallen CO2 uitstoot te beperken. Meer informatie vind je hier: https:// die ik hierboven presenteerde staan verspreid in rapporten en presentaties. In een dialoogsessie, georganiseerd door www.natuurenmilieufederaties.nl/project/valuta-voor-veen/. Voor dat eigen gebruik hanteren we het huidige aandeel van de gemeente Krimpenerwaard en bedoeld om raadsleden de Krimpenerwaard in het landelijke energiegebruik: 1,24%. te informeren, heb ik daarom sterk aangedrongen om die Het voornemen in de concept-RES is dat die energie deels uit informatievoorziening en communicatie te verbeteren. Anders warmte moet komen en deels uit zonnepanelen of windmolens. zijn we straks eindeloos aan het discussiëren over getallen Bij de warmtebron gaat men uit van aardwarmte, er zijn en komen we niet toe aan discussies over maatregelen. Op de NVWK-site staat een overzichtelijke presentatie van de projectleiding van de RES MH. gaan we die 30% nooit halen. De RES-sen gaan uit van klimaatneutraliteit en energieneutraliteit. Klimaatneutraliteit betekent dat onze productie en consumptie geen extra CO2 veroorzaken. Energieneutraal betekent dat bijv. een woning evenveel energie opwekt als verbruikt, bijv. met zonnepanelen.

R

G

nauwelijks alternatieven. In andere RES-sen kan dat anders zijn. In de RES Rotterdam Den Haag speelt gebruik van restwarmte uit de industrie een grote rol, bijvoorbeeld om de kassen of woonwijken te verwarmen.

E

r zijn geen makkelijke oplossingen, maar de uitleg moet veel beter Voor de RES MH is een paar jaar terug berekend dat als je alle

evolgen voor natuur en landschap Het is duidelijk dat die panelen en molens een grote impact kunnen hebben op natuur en landschap. Slecht geplaatste molens leiden tot veel vogelslachtoffers en horizonvervuiling. Zonnepanelen nemen ruimte in die we ook kunnen gebruiken voor natuur en natuurinclusieve landbouw. Bovendien mijden weidevogels velden met panelen vanwege de schittering. Gelukkig is de Milieufederatie Zuid-Holland intensief betrokken geweest bij het opstellen van de RES-sen in Zuid-Holland. Ze hebben een ‘ladder’ ingebracht die maatregelen ordent in oplopend effect op natuur en landschap. Vandaar uit kwamen de volgende aanbevelingen: - een beperkt aantal grote molens is beter dan een groot aantal kleine (het kost ook minder geld, omdat je minder aanpassingen aan het elektriciteitsnet nodig hebt) - grote molens geconcentreerd bij industrie en langs snelwegen zijn beter dan concentraties elders, of molens verspreid in het land - panelen op daken zijn beter dan in het veld - enz. Ook Stedin is voorstander van de concentratie van molens, omdat zij dan minder aan het net hoeven aan te passen en de kosten van aanleg- en onderhoud en lager zijn. LTO pleitte juist voor lokale opwekking met kleine molens (die masten zijn toch ook al snel 35 m hoog) en honderden panelen op de daken WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

35


van de stallen. Zo verdient de boer er ook nog wat aan. De belangen lopen dus uiteen. Reden waarom je als bewoner moet laten horen wat je vindt. Het gaat over de toekomst van onze leefomgeving.

C

owboys en ruimtelijke ordening Je kunt een mooie strategie opstellen, maar je hebt ook regels nodig om volgens die strategie te werken. In NRC stond recent een artikel over cowboygedrag bij groene energie en nieuwe datacenters: https://www.nrc.nl/ nieuws/2020/06/21/zeewolde-speelt-straks-championsleague-met-stroomverbruik-a4003548. De stikstofuitstoot voor de bouw van windmolens werd slinks weggerekend door het tijdelijk vullen van lege kippenstallen met eenden. Vindingrijk, slecht voor de natuur en dodelijk voor het lokale draagvlak. Er zijn dus regels nodig, en die moeten worden gehandhaafd. Een ander probleem is dat van de ruimtelijke ordening. We hebben geen landelijke ruimtelijke ordening meer, die taak ligt nu bij de provincies. De druk op het landelijk gebied neemt toe: wethouders van gemeenten in het Groene Hart willen er woningen bouwen, we willen dat boeren meer rekening houden met natuur, en dus minder koeien per ha houden, het oppervlakte bedrijventerreinen is in Nederland in twintig jaar verdubbeld, en we willen ook nog natuur. Kortom: hoe willen we dat onze waard er over 30 jaar uitziet? Dat is onduidelijk, maar ondertussen moet er wel binnen twee jaar besloten worden over die windmolens en zonnepanelen. En onder panelen is het echt lastig boeren of recreëren.

D

e beste oplossing voor natuur en landschap blijft onderbelicht: veel sterkere energiebesparing Er zijn nog andere oplossingen denkbaar: een deel van de Sahara vol zetten met zonnepanelen, bouw van een aantal kerncentrales of grootschalige opslag van CO2 onder de grond. Bij panelen in de Sahara kunnen de arme landen daar aan verdienen, en de techniek voor transport van de elektriciteit naar Europa is er al. Maar voordat die landen een stabiele regering hebben en betrouwbare stroomvoorziening kunnen garanderen, zijn we decennia verder, zonder garantie dat het lukt. Kernenergie is erg duur, de bouw van centrales kost een jaar of twintig en het afvalprobleem is nog niet opgelost. En waar zetten we die dingen? En opslag van CO2 onder de grond is controversieel: werkt het wel en krijgen we geen Groningse

Tussen nu en 2050: zijn we op de goede weg? 36

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

Het is dus zaak nu goed na te denken over welke keuzes we maken.

toestanden met bodemdaling en funderingsproblemen? Kortom, er zijn geen makkelijke oplossingen.

R

adicale gedragsverandering nodig: minder consumeren Persoonlijk vind ik dat we helemaal niet naar dat soort oplossingen moeten kijken. Want ze zijn onrealistisch en lossen op zijn best alleen ons CO2- en energieprobleem op. Terwijl we ook problemen hebben met biodiversiteit in eigen land, bodemdaling en verdroging, schadelijke mijnbouw en bosbouw in het buitenland voor productie van onze elektrische auto’s en houtgebruik, enz. In discussies van landbouw-, voedings- en milieudeskundigen op bijvoorbeeld Foodlog (www.foodlog.nl) of in de wetenschap is er allang consensus over: onze consumptie moet omlaag. Minder vliegen, kleinere auto’s, minder vlees, minder spullen. Daardoor bereiken we een grote energiebesparing, kan een boer minder vee houden (de voedselprijs moet dan wel omhoog), blijft het aantal benodigde zonnepanelen en windmolens beperkt en blijft er ruimte voor natuur. Het is denk ik de enige manier om onze aarde, en de Krimpenerwaard, op termijn leefbaar te houden. Wie denkt dat het allemaal wel zal loslopen, gelooft in sprookjes.

Informatie: https://milieufederatie.nl/project/regionaleenergiestrategie/. Bron illustratie: Voorlopig concept RES Midden-Holland D


Kinderopvangboerderij 'Achter 't Potdeksel'        

opvang van 07.00 tot 19.00 uur verticale groep van 0 tot 4 jaar (max. 16) optimale zorg en aandacht ervaren en gediplomeerde leiding in landelijke en agrarische omgeving unieke accommodatie in voormalige koeienstal buitenspeelruimte in openlucht en overdekt natuur-educatieve visie en uitgangspunten

www.kinderopvangboerderij.nl potdeksel.kinderopvangboerderij@kpnmail.nl Aad van der Meijden & Netty Brussee Benedenberg 66 - 2861 LH Bergambacht

 0182-353183

Landschap Cultuurhistorie––Ecologie Ecologie Landschap –– Cultuurhistorie Advies – Realisatie – Educatie

Advies – Realisatie – Educatie

“Wij willen doorpakken, zeggen wat wij doen en doen wat wij zeggen”.

Wij kunnen u helpen door middel van:

Wij kunnen u helpen door middel van:

• Advies, ontwerp en directievoering bij inrichting van

• Advies, inrichting en beheer (boeren) erf, natuurterreinen, groen, landgoederen en landgoederen enopenbaar natuurterreinen. (boeren)erf.maken van bestekken en directievoering • Adviseren, bij (her)inrichting van grote en • Opstellen van beheerplannen enkleine gebiedsvisies. (natuur)terreinen. Ecologische landschappelijke inventarisaties. •• Aanplant enen onderhoud (hoogstam)fruitbomen. •• Monitoren van natuurwaarden. Lezingen, excursies en cursussen m.b.t. Natuur en • Leveren van streekeigen plantmateriaal en oude Landschap. rassen fruitbomen. • Lezingen, excursies en cursussen m.b.t. Natuur en Landschap.info@bureau-schildwacht.nl

www.bureau-schildwacht.nl info@bureau-schildwacht.nl Beukendaal 3, 2831 VA Gouderak www.bureau-schildwacht.nl Beukendaal 3, 2831 VA Gouderak 06-22978424 06-22978424

Uw duurzame drukker in de Krimpenerwaard FSC® gecertificeerd en premium partner


Gezond eten van de korte keten Groene voedselproducenten in beeld Joke Colijn CO2-reductie is hot. In landelijk en internationaal verband proberen we de CO2-uitstoot (het broeikasgas koolstofdioxide) te remmen, omdat die grotendeels de opwarming van de aarde veroorzaakt. Het klimaat wordt extremer met ijskappen die smelten, een stijgende zeespiegel, meer stormen en enorme hoosbuien. Industrie en verkeer stoten de meeste CO2 uit. Iedereen kan bijdragen aan reductie door minder vervoersbewegingen te maken, en kolen of hout stoken/verbranden te beperken. Dan is er het stikstofprobleem. Fijnstof van industriële productieprocessen (NOx, stikstofoxiden) en ammoniak (NH3) door een gigantisch mestoverschot worden daaronder geschaard. 41% van de NH3 wordt geproduceerd door onze landbouw. Natuurinclusieve vormen van landbouw dragen structureel bij aan stikstofreductie. Door meer extensieve landbouw of soms hogere kosten liggen de opbrengsten van natuurinclusief geproduceerd voedsel gemiddeld wat lager en moeten de producten van deze boeren dus iets duurder zijn: een eerlijke prijs voor een eerlijk product. We kunnen hen én onszelf helpen door voedsel te kopen dat verantwoord is geproduceerd. Vervolgens is er grote zorg over het gif- en medicijngebruik in de reguliere landbouw. Gif is in zeer grote maten oorzaak van de grote teruggang van onze biodiversiteit. Denk aan de teruggang met 70-80% van de insectenpopulaties die aan de basis van de voedselketens staan. Aan het verdwijnen van de bijen die noodzakelijk zijn voor bestuiving van ons voedsel. Aan de kankerverwekkende stoffen die worden aangetroffen in vlees, vis, op en in fruit en groenten. Aan al deze problemen kan iedereen zelf substantieel iets doen: gezond eten van de korte keten! De komende tijd belichten we in elke Waardvogel een groene producent uit de Krimpenerwaard. In dit nummer bezoeken we Antonie Vonk Noordegraaf, Weidevogelboer van het Jaar 2019, aan de IJsseldijk Noord 194, 2935 BM Ouderkerk aan den IJssel. Antonie woont op de boerderij met zijn vrouw Marion en hun vier kinderen van 10-21 jaar, die tot nu weinig interesse tonen in voortzetten van het boerenbedrijf. We praten in de gezellige, ruime woonkeuken. . D

B

edrijfsvoering Toen Antonie 17 was overleed zijn vader, waarna hij met zijn moeder het bedrijf heeft voortgezet. In 2002 heeft hij het helemaal overgenomen. Antonie noemt het een redelijk gangbaar bedrijf, waar hij veel agrarisch natuurbeheer in past. Antonie runt nu samen met zijn vrouw Marion een melkveebedrijf van 98 melkkoeien, 30 stuks jongvee en 15 schapen. Sinds ongeveer 10 jaar is hun maatschap uitgebreid met Teus Hoogerwaard van Kaasboerderij Hoogerwaard aan de Lageweg 45, ook in Ouderkerk. Teus zocht een partner toen het zelf melken hem naast de kaasmakerij, het rondleiden van toeristen en het organiseren van feesten en partijen, teveel werd. Antonie wilde voor het melkquotum werd afgeschaft graag nog wat groeien. Toen Teus stopte met zelf melken kon hij die stap zetten met de gezamenlijke quota. Teus haalt nu zo’n 900 liter per week bij Antonie, die met de percelen van Teus erbij ruimte kreeg om die extra melk te leveren. Antonie vindt het een win-win situatie voor allebei, waarin ze zich niet bemoeien met elkaars bedrijfsvoering. Door middel van kavelruil zijn de 17 ha van Teus aansluitend aan de zijne gekomen, zodat het land nu heel praktisch in één blok van 56 ha achter

de boerderij ligt. Antonie is een boer met een gezonde ambitie, hij wilde geleidelijk doorgroeien naar 120 koeien, per jaar 3 of 4 erbij. In de situatie van de 38

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

gedeelde maatschap met Teus Hoogerwaard was dat een reële optie. In 2013 heeft hij de stal vergroot omdat hij aanliep tegen mestopslag en arbeidsuren. Antonie heeft toen twee melkrobots aangeschaft die per stuk 60 koeien kunnen melken en hem veel werk uit handen nemen. Bovendien valt zo niet alles stil als er één uitvalt. Het is wel altijd puzzelen om de koeien binnen het bereik van de stal én rekening houdend met de afgesloten contracten te weiden. Ze moeten 2 à 3 maal per dag zelf naar de robots lopen. De percelen zijn 1800 meter diep, maar 1000 meter is wel het maximum voor een koe. Verder heen en weer moeten lopen kost melkopbrengst en energie. In 2015 kwam de fosfaatregeling en toen zat hij nog niet op de 120 koeien, maar had er ongeveer 100. Hij heeft nu geen optimaal rendement van de investeringen, terwijl de kosten wel doorgaan - dat is jammer. Hij werkt alsnog 60-80 uur in de week, maar kan het bedrijf zonder personeel goed draaiend houden.

M

otivatie Het inpassen van agrarisch natuurbeheer in de bedrijfsvoering is een heel bewuste keuze, Antonie houdt van de natuur. Hij wil uit overtuiging bijdragen aan de instandhouding van soorten, heeft interesse voor de natuur dichtbij en beleeft daar veel plezier aan. Hij zegt: “Wat is er nu mooier dan dat weidevogels op jouw land komen broeden?” Vanaf het prille bestaan van Weidehof is hij ingestapt met slootkantenbeheer en het (toen nog) nesten zoeken. Hij deed dat destijds allemaal zelf, had geen vrijwilliger die hem hielp. Wel zag hij ze overal op het land van collega-boeren zoeken. Totdat Hugo Halleriet een keer op de stoep stond, die beschermde al nesten bij de buren. Antonie was blij dat hij hulp kreeg, want hij had niet altijd tijd om nog dat laatste nest te vinden. Op een bepaald moment bestond de groep van Hugo uit zes mensen, maar door natuurlijk verloop zijn ze inmiddels nog maar met twee of drie. Van lieverlee sloot Antonie meer en andere contracten af en de laatste uitbreiding dateert van 2016 toen het nieuwe Agrarisch Collectief Krimpenerwaard (ACK) werd gevormd. Inmiddels zit hij ook in het ACKbestuur. Antonie vindt dat je als bestuurslid ook de verantwoordelijkheid hebt om te weten waarover je praat, dus inmiddels heeft hij op eigen land een grote diversiteit aan pakketten afgesloten.


Antonie probeert zoveel mogelijk kwalitatief voer van eigen land te halen, zodat zoals hij het uitdrukt, hij zo min mogelijk ‘over de brug’ hoeft te halen. Zo probeert hij kosten te drukken, terwijl ook zijn CO2afdruk beperkt blijft. Antonie draait mee in een pilot met o.a. Anton de Wit, extensieve boer en gebiedscoördinator in Reeuwijk (zoals Mariëlle hier is), om het broeikasgas en de bodemdaling te verminderen. Vooralsnog is het zoeken naar een balans tussen meer kruidenrijk grasland waardoor de biodiversiteit stijgt maar de kwalitatieve opbrengst droge stof daalt, en het moeten inkopen van extra voer met eiwitten zodat de melkopbrengst niet daalt. De kringloopwijzer volgend lukt het niet om het CO2 verhaal rond te krijgen bij een extensieve bedrijfsvoering, terwijl dat wel een doel is. Zijn bedrijfsvoering is in balans, alles loopt nu lekker. De koeien zijn gezond, de mineralen- en vezelhuishouding is op orde, maar de kringloop is dus niet helemaal gesloten. Ze krijgen krachtvoer als toevoeging om de melkproductie optimaal te houden. Zonder krachtvoer loopt de melkproductie terug terwijl de overige kosten gelijk blijven; dat zou problematisch worden. Vorig jaar droeg hij Hugo voor als Weidewachter van het Jaar, en zelf werd hij door Hugo genomineerd en ook verkozen tot Weidevogelboer van het Jaar! De Kristallen Kievit pronkt nog in het keukenraam.

D

e producten -boerenkaas Zoals gezegd gaat ongeveer 900 liter melk per week naar Teus Hoogerwaard, die er dan 90 kg echte rauwmelkse Goudse boerenkaas van maakt. Teus mag meer meenemen, maar omdat ook hij alleen werkt en er al die andere bedrijfstakken naast doet, is daar zelden tijd voor. Soms maakt Teus ook zelf kruidenkazen van Antonie’s melk, maar in drukke tijden, zoals voor de kerstpakketten, koopt hij die in. -weidemelk De overige melk wordt opgehaald door Friesland Campina en verwerkt, en wordt vervolgens door de supermarkten en overige zuivelhandel verkocht als weidemelk, of als zuivelproducten gemaakt van weidemelk. Weidegang levert voor de boer 1,5 cent per liter melk meer op dan ‘gewone’ gangbare melk. -rundvlees De koeien die niet meer produceren of boven het maximum komen in verband met de instroom van het eigen jongvee, worden verkocht en gaan naar het slachthuis. -natuur als product De vergoeding voor het afgesloten agrarisch natuurbeheer ervaart

Antonie als beloning voor zijn inzet. Dit vormt een wezenlijk onderdeel van zijn verdienmodel, hoewel hij realistisch genoeg is om te erkennen dat de vergoedingen niet kostendekkend zijn. Het plezier vergoedt veel. Naast ecologisch slootschonen en legselbeheer heeft hij contracten voor voorweiden, plas-dras, en met kruidenrijk grasland (via Louis Bolk) experimenteert hij ook. Uitgesteld maaien heeft hij inmiddels niet meer, omdat dit pakket op de voedselrijke percelen geen succes is gebleken: het te lange gras gaat liggen voor het gemaaid mag worden en voor de vogels is het ook niet meer geschikt. Het pakket voorweiden bevalt beter qua grasopbrengst én de grutto’s hebben er succesvol gebroed. Nadat op een perceel mais had gestaan zijn er in 2018 twee brede stroken van 5-6 m ingezaaid met kruidenrijk mengsel. Dat werd waarschijnlijk vanwege de droogte een flop, ongewenste kruiden kregen de overhand. In het najaar heeft Antonie nog wat doorgezaaid. Hij kan achteraf niet zeggen in hoeverre dat heeft bijgedragen, maar in 2019 braken de gewenste kruiden meer door en dit jaar is het al een stuk beter. Deze zomer heeft hij de helft van een perceel waar mais heeft gestaan ingezaaid met Engels raaigras en de andere helft met productiekruiden, met de gedachte dat productiekruiden misschien óók een positief effect kunnen hebben voor weidevogels. Volgens de wetenschappers van Louis Bolk kan de opbrengst van productiekruiden even hoog zijn als met alleen grassen. Antonie zegt lachend daaraan te twijfelen, maar hij wil zich graag laten overtuigen. De snede kruiden van augustus leverde zeker een derde tot misschien wel de helft minder droge stof op dan de andere helft met het raaigras. Het wordt afwachten hoe de productiekruiden zich komend jaar gaan ontwikkelen. Ze brengen wel extra mineralen en vezels in het kuilvoer. Vezels worden ook met de tweede snede toegevoegd, als de slootkanten na 15 juni mogen worden mee gemaaid. Antonie vertelt dat Engels raaigras op veenbodem op de lange duur steeds minder dicht wordt; na vijf jaar ben je al een kwart kwijt ten gunste van andere grassen. Puur Engels raaigras zie je hier alleen het eerste jaar na zaaien. -energie Het dak van de stal die in 2013 is gebouwd, werd gelijk dusdanig verzwaard dat er zonnepanelen op kunnen liggen. Het doel is om minimaal in de eigen energiebehoefte te voorzien, en de overige energie terug te leveren. Friesland Campina huurt het dak voor zonne-energie en laat het bedrijf Groen Leven de uitvoering doen. Groen Leven is hiervoor in onderhandeling met Antonie en Stedin. Het loopt erg stroef bij Stedin, na drie jaar is er nog niets gebeurd. Nu de energietransitie actueler is dan ooit, denkt Antonie erover de verhuuroptie te stoppen en alles zelf te regelen.

A

fzetlijnen van de boerenkaas: De afzetlijnen van de boerenkaasjes zijn beperkt: * In de boerderijwinkel van Kaasboerderij Hoogerwaard * In kerstpakketten met streekproducten van deze Kaasboerderij * In de nieuwe Krimpenerwaard Box met ambachtelijke streekproducten uit de Krimpenerwaard. Teus is hiervan medeWAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

39


Ransuiltjes uit het nest gevallen Jannie Monhemius, uilenwerkgroep

Op een zaterdag in mei zijn er twee kleine ransuiltjes onder een boom gevonden in Stolwijk. Het waren zogenaamde takkelingen, uiltjes die nog niet kunnen vliegen. Eén ervan was nog erg klein. Ze werden gevonden in een soort kuiltje op de grond waar ze niet uit konden komen. De dierenambulance heeft ze nadat iemand een melding had gedaan, meegenomen in overleg met de Vogelopvang. z

D

e volgende dag waren er weer twee ransuiltjes uit het nest gekomen, die ook opgehaald zijn door de dierenambulance. Bij de Vogelopvang werden ze gevoerd met muizen en ééndagskuikens. Op maandag heeft de Dierenambulance in overleg met Henk Stultjens (die ook een stukje land op de betreffende locatie heeft) de vier ransuiltjes terug gebracht. Henk heeft ze in het nest terug gezet. Via Twitter had Sjaak Witteveen gezien dat er ransuiltjes opgehaald waren door de Dierenambulance op het ‘landje’ waar hij vaak komt en hij meldde het mij. Een paar dagen later zijn we met ringer Cor Oskam naar het nest gegaan en hebben daar twee ransuiltjes kunnen ringen. De andere twee lagen dood in het nest. Henk heeft later jonge ransuilen zien vliegen. Voor zover bekend is het dus goed gegaan met de geringde uiltjes. Het gebeurt zelden dat er ransuiltjes geringd kunnen worden. Ze zijn meestal slecht bereikbaar, hebben Jonge ransuilen, foto: Henk Stultjens vaak een oud nest van kraai of ekster in gebruik of we ontdekken ze pas als ze roepen [piepende schommels], dan zijn het al takkelingen en zijn ze niet meer bereikbaar omdat ze al uit het nest zijn. z Vogelbescherming roept op om jonge vogels met rust te laten. Want meestal zijn de oudervogels gewoon in de buurt. Veel mensen denken dat een vogeltje dat op de grond zit uit het nest is gevallen. Maar vogels vallen niet uit het nest; pas als ze groot genoeg zijn komen ze eruit. Jonge vogels die net uitgevlogen zijn, kunnen vaak nog niet goed vliegen, waardoor ze de eerste dagen veel op de grond vertoeven. Door de bedelroep die ze laten horen weten ouders precies waar ze zijn. Ze voeren ze nog bij en leren ze waar ze zelf voedsel kunnen vinden. Na een paar dagen kunnen ze doorgaans goed vliegen. Laat een schijnbaar hulpeloos vogeltje dus altijd zitten. Zodra u weg bent, komen de ouders weer tevoorschijn om het jong te voeren. Uw ‘hulp’ kan zelfs schadelijk zijn. Het bezorgt ouders en jongen onnodig veel stress en dat vermindert de kans op overleving. Slechts in sommige gevallen is een helpende hand wél gewenst. Zoals als een jonge vogel die midden op het fietspad zit; verplaats hem dan een meter, naar de berm bijvoorbeeld. [Of als er direct gevaar dreigt van bijvoorbeeld een kat, of zoals in dit geval: vogels die ergens in vastzitten, red.] Bron: www.vogelbescherming.nl.

40

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

Tijdens het ringen worden er allerlei gegevens van de jonge vogels gemeten en genoteerd. Er wordt met name naar de leeftijd gekeken. De lengte van de vleugels is hierbij een bepalende factor. Hierdoor kan de leeftijd van het uiltje op een dag nauwkeurig bepaald worden. Verder wordt er gekeken naar de conditie van de vogel. Het gewicht en eventueel het onderhuidse vet zijn daar goede parameters voor. De lengte van de kop/snavel kan weer informatie geven of het geslacht en soms ook uiterlijke kenmerken zoals het verenkleed. Wat ook meegenomen wordt is de grootte van het legsel en het broedsucces. In de nest zou je ook prooiresten kunnen vinden wat weer iets kan vertellen over het voedselaanbod. Foto: Jannie Monhemius, info: Cor Oskam


Boomvalken op hoogspanningsmasten Jan de Smit

Op zaterdag 6 juni konden we, Jaap Jan Leeuwenburgh, Max Ossevoort en Jan de Smit, na versoepeling van de coronaregels, weer gezamenlijk een BMP-telling roofvogels doen. Het gebied dat we bestrijken, ligt bezuiden het Loetbos (de polders Lekkerkerk e.o.). Door een voorbijganger werden we op ons tochtje gewezen op het feit dat hij een boomvalk had gezien bij een hoogspanningsmast (hsm) nabij het Paddenpad (hsm 32). Boven het veld naast het Paddenpad zagen we een boomvalk jagen die even later neerstreek op hsm 32. Zowel rechts als links op onderste traverse waren nesten waarneembaar. Na deze waarneming ben ik samen met Pierre Lamee diverse malen gaan posten bij hsm 32. Na een tip van Jaap-Jan die boomvalken op een nest op de hoogspanningsmast aan de Kooiweg (hsm 30) had zien neerstrijken, zijn we hier ook gaan posten. Twee mogelijke broedplaatsen van twee paartjes boomvalken zo dicht bij elkaar is niet bijzonder. Alhoewel boomvalken een uitgestrekte thuisbasis bezitten, verdedigen ze slechts ongeveer tweehonderd meter rond hun nestplaats tegen andere boomvalken. (Bron: Valken rond de toren, Auteur Jenny De Laet). a

W

aarneming 13 juni hsm 32 Paddenpad. Veel activiteit rondom de hoogspanningsmast. Twee boomvalken strijken neer op een nest. Dit is het onderste nest rechts gezien vanaf Tiendweg Oost. Een bruine kiekendief, die te dichtbij nest komt, wordt door het paartje al luid kekkerend weggejaagd. Er wordt door beide vogels duidelijk jacht gemaakt op insecten. De boomvalk zweeft dan rustig, vrij hoog boven zijn prooi, om zich vervolgens met hoge snelheid op het insect te storten en te grijpen. Meestal wordt de prooi, in dit geval een libelle, opgepeuzeld in de lucht.

B

mp-telling roofvogels 28 juni Op onze ronde, samen met Max en Jaap Jan, spotten we geen boomvalken bij beide masten. Voor het waarnemen van boomvalken leren we dat geduld een vereiste is, zeker als er gebroed wordt. Boomvalken broeden in mei-juni. De broedduur is 28 tot 33 dagen en begint meestal na de leg van het tweede ei. (Bron: Vogelbescherming). Een wachttijd van een half uur is dan niets bijzonders. Tijdens een BMP-telling heb je die tijd niet, je moet immers je ronde afmaken.

W

aarneming 26 juli hsm 30 Kooiweg. Deze waarnemingsmorgen zien we weer diverse prooioverdrachten tussen volwassen boomvalken. Na prooioverdrachten worden de kieken op het nest gevoerd. De volwassen valken vliegen regelmatig de Bakkerswaal in. Nog geen takkelingen [jonge vogels,red] te zien, maar dit kan niet meer lang duren.

W

aarneming 1 augustus hsm 30 Kooiweg. Drie boomvalken zitten op hetzelfde tijdstip op de mast. We nemen aan dat twee ervan de volwassen boomvalken zijn er minstens één jong is. Deze zien we ook rond de mast vliegen. Er zijn diverse malen prooioverdracht op het nest.

W

aarneming 12 juli hsm 32 Paddenpad. Nu zien we voor de eerste keer dat beide boomvalken geringd zijn. We menen een kiek [kuiken, red.] te horen. We kunnen dus niet met zekerheid stellen dat dat zo is. Als er kieken op nest zitten zouden we toch prooioverdrachten moeten zien. Die hebben we deze ochtend niet gezien. Op deze hoogspanningsmast zitten aan beide kanten van de traverse nesten. Het is opmerkelijk om boomvalken bij beide nesten te zien landen. Hebben we hier te maken met schijnbroeders? (De Takkeling 23(2), 2015 Hanneke Sevink)

W

aarneming 18 juli hsm 30 Kooiweg en hsm 32 Paddenpad. Hsm 30 Kooiweg: Verschillende keren zien we prooioverdracht tussen het mannetje en het vrouwtje. Een van de boomvalken post bij het nest als de ander met de prooi aan komt vliegen. Dit wordt luid kekkerend aangekondigd. Hierna worden er kieken op het nest gevoerd. We kunnen met zekerheid vaststellen dat er kieken op nest zitten. Diverse malen zien we boomvalken de Bakkerswaal in vliegen. Ook deze boomvalken, zijn net als op hsm 32 Paddenpad geringd.

H

sm 32 Paddenpad: We nemen boomvalken op het nest waar. Wederom bezoeken ze beide nesten in de onderste traverse, deze maal op hetzelfde tijdstip. Er is geen waarneembare prooioverdracht. Een paar minuten later vliegen ze van de mast af. We beginnen steeds meer te twijfelen of we hier wel met een broedsel te maken hebben.

Geringde boomvalk op hsm 30, foto: Jan de Smit

W

aarneming 8 augustus hsm30 Kooiweg. Er is nog maar één volwassen boomvalk aanwezig, te herkennen aan de oranje broek en maar liefst drie juvenielen. Er wordt veel gekekkerd. Het geluid dat juvenielen produceren is duidelijk minder luid. We zien geen prooioverdrachten, wat betekent dat juvenielen zelf kunnen jagen. Waarschijnlijk vangen ze libellen of andere wat grotere vliegende insecten.

W

aarneming 22 augustus hsm 30 Kooiweg De laatste maal dat we hsm 30 bezocht hebben zien we gedurende deze drie uur durende observatietijd alleen nog de volwassen boomvalk. Eind augustus, begin september is de tijd om weer terug te vliegen naar Afrika ten zuiden van de Sahel om te overwinteren.

R

esumerend kunnen we stellen dat broedsel bij hsm 30 Kooiweg succesvol is met drie uitgevlogen jongen. Het heeft er alle schijn van dat er geen broedsel heeft plaats gevonden op een van de nesten op hsm 32 Paddenpad. a WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020

41


Landschapsinclusieve landbouw pilot Krimpenerwaard https://www.collegevanrijksadviseurs.nl/projecten/rijk-boerenland/pilot-landschapsinclusieve-landbouw-krimpenerwaard

NIEUWSBERICHT

Het College van Rijksadviseurs heeft in drie regio’s onderzocht hoe landbouw ‘landschapsinclusief’ kan zijn. Eén van die regio’s is de Krimpenerwaard in het Groene Hart. Het veenweidegebied in de Krimpenerwaard behoort tot een van de meest waardevolle en kenmerkende landschappen van ons land. Het open polderlandschap met de smalle strokenverkaveling is typerend voor veenweidegebieden. De landbouw is er minder intensief dan in veel andere gebieden, waardoor de cultuurhistorische elementen en structuren van het gebied goed bewaard zijn gebleven. Al eeuwenlang wordt in de polder melkvee gehouden. De boeren in de Krimpenerwaard staan voor een ongekend grote opgaven. De opgaven waar de landbouwsector als geheel voor staat, zoals verduurzamen en de reductie van stikstof, komen in de Krimpenerwaard samen met specifieke gebiedsopgaven zoals het tegengaan van CO2 emissies en bodemdaling in het veen en de zorg voor weidevogels en biodiversiteit. De bodemdalingsopgave laat zien hoe complex het is: het instellen van hogere waterpeilen remt de uitstoot van CO2. De keerzijde is echter een groter risico op de vorming van andere broeikasgassen, zoals lachgas en methaan (waardoor beoogde klimaateffecten voor een deel weer teniet worden gedaan). Ook leidt het verhogen van het waterpeil tot verlies van het gewaardeerde agrarische cultuurlandschap en tot het vertrek van de melkveehouderij uit het gebied. De zoektocht in de pilot was om een vorm te vinden van landschapsinclusieve melkveehouderij met minimale bodemdaling. Er wordt vandaag de dag al met relatief hoge peilen geboerd in de Krimpenerwaard, op die kennis en kunde kan worden voortgebouwd. Het toekomstbeeld voor 2050 gaat uit van een landschap met kwaliteiten van vroeger en de technieken van nu. Op het landschapsinclusieve bedrijf van 2050 staan naast de productie van melk en vlees, het zo ver mogelijk halen van maatschappelijke opgaven voorop. Melkveehouderij blijft de drager in het gebied. Een slimme landschappelijke zonering van de polder, met huiskavels, veldkavels en natuurkavels, ondersteunt de ontwikkeling van kringloopbedrijven. Het karakteristieke veenweidenlandschap wordt ook in 2050 door de boeren beheerd en de Krimpenerwaard is een parel in Nederland.

Kat grijpt jaarlijks miljoenen beschermde vogels en moet voortaan aangelijnd’ https://nos.nl/nieuwsuur , 13 sept 2020

NIEUWSBERICHT

Om zeldzame vogelsoorten te beschermen tegen jagende katten, moet de rechter duidelijk maken dat katten buiten niet mogen loslopen. Dat vinden ecoloog Chris Smit en jurist Arie Trouwborst. Zij pleiten voor een proefproces tegen huiskatten en hun baasjes. ”Waarom moet de hond wel aangelijnd zijn en de kat niet? De kat is veel gevaarlijker voor beschermde vogels en reptielen”, zegt Smit. “Onze gezellige huiskatten vangen jaarlijks tussen de 17 en 200 miljoen vogels. En daar zitten ook veel zeldzame en beschermde dieren bij.” Zelfs bij de laagste inschatting worden 32 vogels per minuut gedood, rekent Smit voor. “Laat de rechter zich daar maar eens over uitspreken.” Andere maatregelen tegen jagende katten zijn omstreden. Afschieten kan helpen tegen de verwilderde kat, maar dat mag bij uitzondering alleen in Friesland en Utrecht. Om toch iets aan het probleem te doen bedacht de Stichting Zwerfkatten Nederland een uniek plan. Met hun mobiele operatiebus rijden ze boerderijen en vakantieparken af om daar zwerfkatten te vangen en te steriliseren. Vaak tientallen per boerderij. In het najaar gaat de stichting op Texel alle verwilderde katten proberen te vangen en steriliseren. De beesten gaan daarna mee naar het vasteland om daar eventueel een plekje te krijgen op een boerderij, zo is de bedoeling. “We hebben er al honderden, zo niet duizenden geholpen”, zegt voorzitter Carien Radstake. “En dat is nodig ook. Er zijn in Nederland tussen de 132.000 en 1,2 miljoen zwerfkatten. En die grijpen veel beschermde weidevogels.” Dat wordt beaamd door de Groningse boer Freek Nieuwenhuis. Hij werkte mee aan een onderzoek van de Universiteit Groningen. Daarbij werden katten gezenderd en bij nesten van weidevogels werden cameravallen geplaatst. Conclusie: in 2018 werd zo’n 35 procent van de weidevogelkuikens door katten gegrepen. “Ik dacht dat steenmarters en vossen de grote boosdoeners waren. Maar het zijn onze eigen knuffeldieren. Die kat blijkt een wolf in schaapskleren. ”Hij is enthousiast over het initiatief van de Stichting Zwerfkatten Nederland. “We kunnen natuurlijk niet lukraak die katten afschieten. Het kan zomaar de kat van de buren zijn.” Ecoloog Smit en jurist Trouwborst hebben hun hoop vooral op wetgeving gevestigd. Die is glashelder, zegt Trouwborst. Huiskatten zijn de allerschadelijkste exoten, die niet in de natuur horen. “Het Europees natuurbeschermingsrecht is onverbiddelijk: de kat mag buiten niet loslopen.” Trouwborst publiceerde zijn conclusies in november vorig jaar. Hij kreeg vanwege alle bedreigingen meteen politiebewaking. De Tweede Kamer en minister Carola Schouten van Natuur willen geen ‘straatverbod’ voor katten. De politiek wil haar handen er overduidelijk niet aan branden, zegt Trouwborst. “Dat het zo lastig zou zijn om er met politici een serieus gesprek over te hebben zagen we niet aankomen.” Hij en Smit geven een proefproces tegen de loslopende huiskat, maar vooral hun baasjes, een grotere kans van slagen. Inmiddels heeft D66 Kamervragen gesteld aan minister Schouten en Justitieminister Ferd Grapperhaus. De partij wil weten met welke maatregelen Nederland zal komen in navolging van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn. 42

WAARDVOGEL | SEPTEMBER 2020


Te koop: uniek stukje natuur in het midden van de Krimpenerwaard Dit eiland is te bereiken via kade, weiland en roeiboot. Het betreft percelen bos en water van 5800 m2. Rust, vogels, prachtige omgeving. Vraagprijs: € 29.000, Informatie: 06-12281584. D

Verblijf in een ‘heidehuisje’ met een eigen vogelkijkhut grenzend aan een natuur- en stiltegebied. Nico de Haan ging u voor: ‘Als je niet aangestaard wordt door de Schotse Hooglanders dan word je wel begluurd vanaf de kale topjes van het struikgewas door de roodborsttapuiten’. Nieuw is een laadpaal voor elektrische auto’s. Kijk op: www.heidehuisje.nl of bel 06-81525089

WELKOM IN HET REESTDAL

De kracht van voeding  

Persoonlijke begeleiding Projecten duurzame & gezonde voeding Educatie, workshops & lezingen Arike Mijnlieff Voedingsdeskundige & therapeut

Tuinontwerp en hoveniersbedrijf

'Projecten in het groen' ontwerp beplantingen onderhoud

06 - 25 524 787 Van der Giessenweg 49 - 1ste etage 2921 LP Krimpen a/d IJssel info@praktijkdegroenling.nl

www.praktijkdegroenling.nl

www.projecteninhetgroen.nl

0 6 . 5 4 2 1 3 9 8 8


Reisgids 2016

jde bestemmingen Vogel- en natuurreizen naar wereldwi

reisprogramma ww Vraag de gratis reisgids aan! E inf

www.birdingbreaks.nl • T ( 020) 779 20 30 • E info@

woude ligt in het hart van de feervolle zalen zijn zeer geschikt e of feestelijke bijeenkomst. etverbinding zijn aanwezig. t complete maaltijden of buffetten. eid in eigen keuken. Bel ons voor:

De Wielewaal

Natuurmuseum & klompenwinkel v.o.f. “Bewonder de natuur van Het Groene Hart in een schilderachtige omgeving tussen Lek en IJssel”

Fam. Rijneveld | Tiendweg 26 | 3411 NB Willige Langerak (Lopik) | 0182-384454 Al vanaf 1998 actief in natuureducatie Voor actuele openingstijden en overige informatie zie

www.museumdewielewaal.nl

“De Zwaan” biedt ook een p afhaalmaaltijden en een sna Keuken geopend van 17.00 t woensdag, vrijdag en zaterd


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.