75 JAAR VEILING zen vastgesteld en het verdelingssysteem werd gebaseerd op de hoeveelheid suiker die aan de fabrieken werden toebedeeld. Er werd betrekkelijk weinig geleverd en niet alle fruit en groenten kwamen op de veiling terecht. Soms werden er zelfs boetes gegeven voor te weinig leveren.
gespaard bleven vonden hier in West-Europa een open afzetgebied. De consumptie van goedkoop tropisch fruit had een negatieve weerslag op de prijzen van het eigen fruit. Zuid-Afrika voerde in 1946 niet minder dan 15 miljoen kg. confituur in naar ons land.
Het oorlogsgeweld van september 1944 maakte het veilingwerk volledig onmogelijk. Stichter-voorzitter René Van den Kieboom nam in 1945 om persoonlijke redenen ontslag en werd opgevolgd door Camille Thirion. De tweede voorzitter van de Hoogstraatse veiling werd daarna ook nog de eerste burgemeester van Hoogstraten na de Tweede Wereldoorlog.
De verscheidenheid van fruit en groenten was er wel in de leveringen, maar niet in de hoeveelheden. Steeds meer begon de aardbeiteelt te overheersen en dan nog eenzijdig gericht op de fabrieksaardbeien. Ondanks voorlichtingen en aanbevelingen over nieuwe teelten bleven de fruittelers zich steeds sterker op de aardbei concentreren omdat de opbrengst hier gunstiger lag. In de jaren vijftig vormden de aardbeien het grootste deel van de totale veilingopbrengst. Kopers kwamen met hun wasinstallaties naar de veiling om de aardbeien ter plaatse in te pulpen.
Een nieuwe start Bij het einde van de oorlog kon geleidelijk aan het normale veilingleven hervat worden. Het ledenaantal steeg in 1946 tot 1.557. Toch waren er de eerste jaren nog problemen om de verkoopsmethoden van tijdens de oorlog af te schaffen. Ongunstige prijzen werden ook veroorzaakt door de enorme winstmarges in de groot- en kleinhandel én door de massale invoer van fruit en confituur. Landen die van de oorlog
Het ledenaantal bleef groeien. Van de ruim 500 leden bij de oprichting ging het naar 1.300 tijdens de oorlog. Onmiddellijk na de oorlog bereikte men de 2.000 en in 1957 was het aantal 3.188. Door de groei van het ledenaantal en de productie moest de veiling haar installaties ook
voortdurend aanpassen en uitbreiden. Zo werd een nieuw veilinglokaal met burelen in 1950 in gebruik genomen. In februari 1951 neemt Camille Thirion ontslag als voorzitter van de vereniging. Hij wordt opgevolgd door Gustaaf Sterkens, medestichter. In het najaar van 1951 overlijdt directeur Henri De La Haye. Hij wordt begin 1952 opgevolgd door Ph. Alb. De Bondt, landbouwingenieur en voordien werkzaam bij de conservenfabriek La Corbeille. Met het nieuwe duo Sterkens – De Bondt wordt definitief een periode afgesloten.
Professionalisering Directeur De Bondt is in het najaar van 1957 overleden. Maar in die korte periode – bijna zes jaar – heeft hij toch een grote invloed gehad op de ontwikkeling van de tuinbouw in de streek en op het functioneren van de veiling. Een aantal belangrijke stappen naar meer professionalisering werden in de jaren vijftig genomen. In 1951 verscheen nog een bijzondere man in het tuinbouwgebeuren. E.H. J. Roggen werd de eerste voltijdse directeur van de Tuinbouwschool.
Het bestuur van de Katholieke Veilingsvereniging der Noorderkempen in Hoogstraten in 1952. V.l.n.r. (boven) Frans Dierckx, Frans Hendrickx, Frans Oomen, Jozef Vermeiren, Albert Braspenning en Jan Van Wesenbeek, (midden) Baron Gericke-Dherwynen, Louis Van Ostaeyen, Juul Mertens, Frans Viskens, Karel Van Gils, Louis Huygelen, Wim Janssens, Jozef Swaegers, secretaris en Paul Eggers, (onder) Cyriel Horsten, Jef Rommens, E.H. J. Roggen, René Van den Kieboom, stichter en eerste voorzitter van de veiling, oud-burgemeester van Hoogstraten, Gustaaf Sterkens, derde voorzitter van de veiling, Camille Thirion, tweede voorzitter van de veiling en burgemeester van Hoogstraten, Robert Van Hooydonck, Frans Teunis en ir. De Bondt, derde directeur van de veiling. (Foto: René Peeters). 5