Herinnering aan
Streekeigen curiosa
Jos Adams Begin maart schreef Jos Adams een wederwens aan zijn vrienden van het Olvakoor te Minderhout. De inhoud kwam hier op neer: 'Ik vertrek nu naar het ziekenhuis maar zodra ik hersteld ben, kom ik in de zomer weer naar de Noorderkempen'.
Deze wens is niet meer in vervulling gegaan. Op 23 maart overleed hij in een Frans hospitaal want sedert bijna tien jaar woonden Jos en Julia te Villemotier in het spoor van zoon Gui en zijn gezin. In eigen streek hadden ze vele vrienden achter gelaten want Jos had behoefte aan mensen om zich heen in het verenigingsleven, op school, in I.K.O., bij tentoonstellingen, enz. Jos werd als zoon van de brigadier der douanes in Merksplas geboren in 1921, maar bracht een flink stuk van zijn jeugd door te Brecht. In 1940 werd hij onderwijzer, doch het aangeboren talent voor tekenen en schilderen bracht hem in de Academie voor Schone Kunsten te Antwerpen. Hij wcrd tekenleraar te Komma in Congo tot aan de onafhankelijkheid. Terug in eigen land, aanvaardde hij de leiding over de lagere school van de Sint-Amandsparochie te Antwerpen. In 1965 realiseerde Louis Fransen eeti levensdroojn toen hij te Hoogstraten het Instituut voor Kreatieve Opvoeding stichtte. Jos Adams werd er de eerste directeur. Het is een zwaar begin geweest om de offici毛le erkenning te bekomen en om geschikte lokalen te betrekken. Met stiptheid en doorzettingsvermogen is dit gelukt, in 1979 kon Jos Adams op zijn lauweren rusten en tevreden zijn met het behaalde resultaat. In vele gezinnen zal een schilderij of tekening van Jos Adams een blijvende herinnering zijn. Kempische figu ren en landschappen genoten zijn voorkeur waaruit mag blijken hoe zeer de eigen streek hem ter harte ging. In Minderhout, zijn woonplaats, was Jos Adams een hoofdt'iguur uit de bloeiperiode van Kapellekenskermis, de stoet en de kwis. Hij was tevens de hervormer en bezieler van het Olvakoor en de meest hartstochtelijke verdediger van de restauratie van de kerk en toren, op een ogenblik dat hier en daar aan nieuwbouw werd gedacht. Het einde van de restauratiewerken heeft hij niet meer mogen beleven. J.B.
De betekenis der dingen In de gedachtengang van een gewone door deweekse mens hebben de meeste dingen een min of meer duidelijk omschreven funktie, tenzij je Panamarenko heet. Die stelt immers dat bv. een fiets slechts een fiets is als hij ook als fiets gebruikt wordt. In andere omstandigheden kan het makkelijk, zeg maar... een kunstwerk zijn. Panamarenko is dan ook geen doordeweekse mens maar een artiest. Voor u en voor ons dient een wei dus om koeien in te zetten, een vrachtwagen om dingen te vervoeren en een reklamepaneel om goederen of diensten aan te prijzen.
opliggers, beschildert deze met alle motieven die een klant wensen kan, vraagt aan een boer of hij een stukje weide mag (hm ... ) lenen en parkeert daarop deze reklamepanelen, pardon vrachtwagens. Natuurlijk kost dat een en ander, zo'n 180.000 Fr. per jaar, schildering gelukkig inbegrepen. De man die dit bedacht heeft, is inzake slimmigheden niet aan zijn proefstuk. Naast het verhuren van reklameopliggers bouwt hij immers ook de welgekende groene boogloodsen. Enkele jaren terug rezen ze hier als paddestoelen uit de grond. Het gerucht ging steeds de
In Meer nu zijn er kerels aan het werk geweest die de idee毛n van Panamarenko ingepikt hebben, maar niet zijn artistiek vermogen. In een wei langs de autostrade, even v么么r de afrit Meer, in de richting Nederland, staan er steeds geruime tijd drie opleggers. Buitenstaanders zouden kunnen veronderstellen dat het de voorboden zijn van de transportzone (en menig Meerenaar vreest dat dit in de toekomst het geval zal zijn). Maar nee, de opliggers zijn er bewust neergezet om reklame te maken. Nu is reklame maken langsheen de autostrade in feite verboden. De wet (KB van 14.12.1959) is hierin zeer duidelijk. Reklame, speciaal neergezet om vanaf de autoweg gezien te worden, is niet toegestaan. Slimme kerels omzeilen sedert lang deze regel door hun dikwijls fraai beschilderde vrachtwagen 's avonds en in de weekends boven op de bruggen over de autoweg te parkeren. Een nog slimmere kerel koopt oude
bouw vooraf dat voor deze loodsen geen bouwvergunning vereist was omdat ze kunnen aanzien worden 'als tijdelijke opslagplaats'. Onze slimmerik heeft zo te merken de gaten in de wet gezien als een gat in de markt, dat hij graag wil opvullen. Wat we ons ondertussen wel afvragen is of de boer die zijn wei hiervoor verh ... leent, mee ging betogen tegen het inpalmen van landbouwgronden voor de transport- en industriezones. Het is natuurlijk ook mogelijk dat we hier met een vooruitziend man te maken hebben die in afwachting van meer vrachtwagens alvast enige ervaring wil opdoen. Ach, de reeds eerder geciteerde gewone burger zal het worst wezen wat de boer met zijn land doet, zolang hij er maar geen nieuwe drijfmestproducerende varkensstallen bouwt. Stilstaande opliggers hebben tenminste dit voordeel dat ze geen lawaai maken, dat ze geen uitlaatgassen produceren en dat ze niet stinken. 27