1 minute read

Programma Biodiversiteit

LTO Noord zet in op functionele agrobiodiversiteit

In het programma Biodiversiteit zetten we ons in voor het toepassen van functionele agrobiodiversiteit. Functionele agrobiodiversiteit is het versterken van de agrarische bedrijfsvoering met behulp van biodiversiteit. Het zijn alle levende organismen en natuurlijke processen bij elkaar die ervoor zorgen dat we op het boerenbedrijf voedsel kunnen produceren. Zo is het mogelijk om met behulp van kruiden natuurlijke vijanden van plaaginsecten aan te trekken, waardoor ondernemers het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen kunnen verminderen. Een ander voorbeeld is het bestrijden van muizen met behulp van nestkasten voor uilen.

Advertisement

Zweefvlieglarven spelen belangrijke rol als bestrijders van trips op uien

De afgelopen drie seizoenen is in het project FAB+ geprobeerd om natuurlijke vijanden van trips te stimuleren door het aanleggen van akkerranden langs uienpercelen. En dat had resultaat: uit de tellingen blijkt dat zweefvlieglarven een belangrijke rol spelen als bestrijders van trips op uien in NoordHolland. Dit project is een samenwerking van verschillende partijen, waaronder LTO Noord. Dragen zweefvliegen echt bij aan tripsbeheersing? Bas Allema, onderzoeker bij Wageningen University & Research (WUR), zegt:

‘Ja, zweefvlieglarven blijken daadwerkelijk een rol te spelen in de beheersing van trips. In percelen met veel trips vonden we zweefvlieglarven. In de gunstigste gevallen namen we ze waar één tot twee weken nadat de trips toenam. Wanneer op tenminste 5-10% van de uienplanten zweefvlieglarven werden aangetroffen, zagen we een gemiddelde afname van trips. De zweefvliegen blijken tot zeker 60 meter van de bloemenrand hun eitjes te kunnen afzetten.'

Groenbemesters: Tagetes tegen Wortellesieaaltjes

Op initiatief van het LTO Noord-programma Biodiversiteit schreven we een artikel over groenbemesters. Veelgenoemde argumenten om het te telen zijn: aanvoer van organische stof, vastleggen van stikstof, als bodemverbeteraar of voor natuurlijke plaagbestrijding.

‘Het bekendste voorbeeld van natuurlijke plaagbestrijding met behulp van groenbemesters is het telen van tagetes om wortellesieaaltjes te reduceren. Dat levert het jaar erop direct resultaat op. Je kunt het op alle grondsoorten verbouwen, behalve op zware grond. Daar heeft het weinig zin. De zaaiperiode is van half mei tot half augustus.’

This article is from: