Casade jaarverslag 2019

Page 1

Stichting Casade

Verantwoording

2019

Bestuurs- en volkshuis­vestingsverslag Jaarrekening


Stichting Casade Jaarverslag 2019 • Bestuurs- en volkshuisvestingsverslag • Jaarrekening


Inhoud BESTUURS- EN VOLKSHUISVESTINGSVERSLAG ..................................................................................... 3 1.

Volkshuisvesting ........................................................................................................................ 4

2.

Betaalbaarheid en beschikbaarheid .......................................................................................... 5

3.

Leefbaarheid en dienstverlening ............................................................................................. 12

4.

Duurzaamheid ......................................................................................................................... 14

5.

Organisatie .............................................................................................................................. 17

6.

Externe legitimatie en samenwerking ..................................................................................... 18

7.

Verbindingen ........................................................................................................................... 20

8.

Governance ............................................................................................................................. 20

9.

Financiën en financiële continuïteit ........................................................................................ 20

Verslag van de Ondernemingsraad Casade ......................................................................................... 22 Verslag van de Raad van Commissarissen ........................................................................................... 24 Financieel verslag ................................................................................................................................ 38 1.

Financieel beleid...................................................................................................................... 38

1.1.

Resultaat 2019 ..................................................................................................................... 41

1.2.

Waardering van het bezit .................................................................................................... 43

1.3.

Investeringen ....................................................................................................................... 45

1.4.

Normen financieel beleid .................................................................................................... 45

1.5.

Normen WSW en AW .......................................................................................................... 48

2.

Interne risicobeheersings- en controlesystemen .................................................................... 50

3.

Treasury ................................................................................................................................... 50

3.1.

Derivaten ............................................................................................................................. 50

3.2.

Financiering en renterisico .................................................................................................. 50

3.3.

Interne organisatie treasury ................................................................................................ 50

4.

Risicomanagement .................................................................................................................. 50

5.

Bestuursverklaring................................................................................................................... 55

JAARREKENING 2019 ........................................................................................................................... 56 1.

Balans voor resultaatbestemming........................................................................................... 56

2.

Winst- en verliesrekening ........................................................................................................ 58

3.

Kasstroomoverzicht ................................................................................................................. 60

4.

Toelichting op de jaarrekening ................................................................................................ 62

5.

Grondslagen voor waardering van activa en passiva .............................................................. 67

6.

Grondslagen voor bepaling van het resultaat ......................................................................... 79

7.

Grondslagen voor de opstelling van het kasstroomoverzicht ................................................. 83

8.

Toelichting op de balans.......................................................................................................... 84

9.

Financiële instrumenten en risicobeheersing ....................................................................... 101

10.

Niet in de balans opgenomen regelingen ......................................................................... 104 1


11.

Toelichting winst- en verliesrekening................................................................................ 106

12.

Overige toelichtingen ........................................................................................................ 112

13.

Gebeurtenissen na balansdatum ...................................................................................... 117

14.

Afzonderlijke primaire overzichten ................................................................................... 118

14.1 Enkelvoudige balans DAEB-tak per 31 december 2019 ........................................................ 119 14.1.1 Enkelvoudige winst- en verliesrekening DAEB-tak over 2019............................................ 121 14.1.2

Enkelvoudig kasstroomoverzicht DAEB-tak 2019.......................................................... 123

14.2 Enkelvoudige balans niet-DAEB-tak per 31 december 2019 ................................................. 125 14.2.1 Enkelvoudige winst- en verliesrekening niet-DAEB-tak over 2019 .................................... 127 14.2.2 Enkelvoudig kasstroomoverzicht niet-DAEB-tak 2019 ....................................................... 129 15.

Overige gegevens .............................................................................................................. 132

15.1 Statutaire regeling winstbestemming ............................................................................... 132 16.

Kengetallen ........................................................................................................................ 133

17.

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant ..................................................... 135

2


BESTUURS- EN VOLKSHUISVESTINGSVERSLAG Voorwoord Het jaar 2019 stond voor Casade vooral in het teken van intensieve voorbereidingen op de grote maatschappelijke opgaven waar we de komende jaren (en zelfs decennia) voor staan. De samenleving verandert, de vraag naar woningen ook. Daarom willen wij de investeringen in een transformatie van onze woningportefeuille fors opvoeren. Daarbij stelt de (mede-) verantwoordelijkheid voor een gezond klimaat hoge eisen aan de duurzaamheid van onze woningen. In de loop van 2019 werd daarbij meer dan eens duidelijk dat we het belang van natuurbescherming van meet af aan in onze plannen moeten meenemen. Anders keert de wal het schip, zoals met name de stikstofproblematiek Nederland leerde. Deze maatschappelijke ontwikkelingen vragen antwoorden van Casade op alle niveaus. Beleidsmatig hebben we die gegeven in ons nieuwe Ondernemingsplan 2020-2024; Duurzaam dichtbij, dat begin 2020 is vastgesteld. Daarin geven we aan hoe we de komende vijf jaar willen koersen. Belangrijk accent daarin is een forse intensivering van onze investeringen. Investeringen die ook nog eens aan hoge eisen van duurzaamheid voldoen. Dat zijn geen loze woorden. Het bescheiden investeringsniveau en de geringe oplevering van nieuwe woningen in het kalenderjaar 2019 zal in de komende jaren gevolgd worden door aanzienlijk meer investeringen in 2020 en de volgende jaren, waarvoor de plannen in 2019 klaar zijn gemaakt. Zo zullen bijvoorbeeld de komende jaren de wijken Bloemenoord in Waalwijk en delen van de wijk West-1 in Dongen een flinke impuls krijgen. Natuurlijk is er ook in 2019 op dit terrein al het nodige gebeurd. Zo maakten we een start met een vernieuwende aanpak van het vervangen van daken door veel beter isolerende daken, met zonnepanelen en waar mogelijk aan de andere kant ook nog groen. De opbrengst van de zonnepanelen komt niet alleen de huurders van der desbetreffende woningen ten goede, maar via een slimme constructie ook andere huurders die voor een symbolisch bedrag hierop intekenen. Het gaat bij een woningcorporatie niet alleen over investeren. Een heel belangrijk deel van ons werk bestaat juist uit het goed beheren van woningen. Dat wil zeggen: goede dienstverlening leveren aan onze huurders (en woningzoekenden), de woningen in een goede staat houden, vlot reageren op reparatieverzoeken, serieus omgaan met klachten, actief aanwezig zijn in de wijken en waar nodig en mogelijk mensen die het moeilijk hebben een steuntje in de rug geven. Op het gebied van deze kerntaak van de corporatie is veel goed gegaan, maar op een aantal punten is het ook niet goed genoeg verlopen. Zo hebben we in de loop van 2019 moeten concluderen dat de samenwerking met onze vaste partners in het dagelijks onderhoud niet bracht wat we er van beide kanten van verwacht hadden. Dit heeft geleid tot het besluit de samenwerking met wederzijds goedvinden te beĂŤindigen en voor een overgangsperiode van ongeveer een jaar met drie andere partijen in zee te gaan. Veel aandacht is uitgegaan naar verbetering van de kwaliteit van onze dienstverlening. Daarover waren we in 2018 op een aantal punten ontevreden, en wat belangrijker is, onze huurders waren daarover ontevreden. Gelukkig hebben we in dit opzicht in 2019 belangrijke stappen vooruitgezet. Dit vertaalt zich ook in aanzienlijk hogere score in de KWH-meting. We zijn er nog niet, maar voldoen eind 2019 wel weer in alle opzichten aan de norm. Als ik dit schrijf, zit ik in een lege ruimte. Niet omdat er niet hard gewerkt wordt, maar omdat het moment van schrijven in het hart van de periode van de coronacrisis valt. Die crisis betekent natuurlijk ook van alles voor het werken en de dienstverlening van Casade. We zetten alles op alles om die dienstverlening zo goed mogelijk door te laten gaan, zij het in gewijzigde vormen. Ook de voorbereiding van onze investeringen loopt volop door. Bedrijfseconomisch zijn voor Casade geen 3


bijzondere gevolgen van de crisis te verwachten. Maar vanzelfsprekend betekent deze situatie iets voor het tempo waarin we aan de slag kunnen. Op dit moment gaat onze aandacht vooral uit naar de veiligheid en gezondheid van onze medewerkers, partners en huurders. En kijken we hoe we huurders die in knel komen van dienst kunnen zijn. Met dit jaarverslag sluiten we het terugkijken af. En gaan we met volle kracht verder met het om ons heen en vooruitkijken. Roel van Gurp, bestuurder

1. Volkshuisvesting 1.1 Ambities en opgaven 1.1.1 Strategie We willen zo veel mogelijk actief zijn binnen de sociale volkshuisvesting, het DAEB-segment. Dat betekent dat we commercieel vastgoed afstoten en een bescheiden voorraad ‘duurdere’ woningen aanhouden. De Woningwet verplicht DAEB en niet-DAEB-werkzaamheden te scheiden opdat er een zelfstandig levensvatbare en financierbare DAEB- en niet-DAEB-tak ontstaat. Wij doen dat, met goedkeuring van de Autoriteit woningcorporaties, in de vorm van een administratieve scheiding. Ondernemingsplan 2015-2019 Wij zien het als onze kerntaak om -geworteld in de lokale samenleving- te werken aan prettig wonen voor mensen met een bescheiden inkomen of kwetsbare positie in de gemeenten Dongen, Loon op Zand en Waalwijk. Dat is onze missie. Onze ambities en doelstellingen zijn verwoord in het Ondernemingsplan 2015-2019 en vertaald in concrete, meetbare doelstellingen. Onze visie op vastgoedsturing is daarop gebaseerd. Bij de ontwikkeling van de vastgoedvoorraad kijken we naar transformatiesnelheid, differentiatie, omvang, rendement en doelmatigheid. Dit komt terug in ons portfoliobeleid. Ondernemingsplan 2020-2024 Het verslagjaar vormt het laatste jaar van het ondernemingsplan van Casade. In 2019 zijn met belanghebbenden, waaronder huurdersorganisatie SHC, de Maatschappelijke Adviesraad en gemeenten gesprekken gevoerd over de koers van Casade voor de volgende vijf jaren. Begin 2020 krijgt dit zijn beslag in een nieuw Ondernemingsplan 2020-2024. 1.1.2 Gemeentelijke woonvisie en prestatieafspraken Gemeentelijke woonvisie De drie gemeenten in het werkgebied van Casade hebben hun eigen woonvisie: • Gemeente Dongen; Woonvisie 2017-2027 ‘Dongen woont’ • Gemeente Loon op Zand; Woonvisie 2016-2025 ‘Duurzaam, gevarieerd en betaalbaar’ • Gemeente Waalwijk; Woonvisie 2010-2019 ‘Over woonlasten en lusten’ Bij de totstandkoming van deze woonvisies zijn we betrokken geweest. De gemeente Waalwijk is in 2019 gestart met een nieuwe woonvisie, die in de loop van 2020 wordt vastgesteld. Prestatieafspraken Via (jaarlijkse) prestatieafspraken leggen we vast hoe we willen bijdragen aan de uitvoering van de gemeentelijke woonvisies. 4


Voor de gemeenten Dongen, Loon op Zand en Waalwijk zijn in het verslagjaar nieuwe afspraken gemaakt. Met de gemeente Heusden, waar we twee panden bezitten, maken we geen afspraken. Lopende werkafspraken zijn geformaliseerd en er is een duidelijke gezamenlijke koers afgesproken zonder specifiek onderscheid te maken tussen de korte en langere termijn. Een overzicht, per gemeente, van de afspraken die in 2019 zijn gerealiseerd: Dongen - De woningen aan de Trappistenstraat zijn gesloopt. - De eerste woningen aan het Babantpark zijn gesloopt. - Het project De Hoogt is Opgestart.

Loon op Zand - Casade heeft een presentatie verzorgd aan de gemeenteraad. - Casade heeft een sloopbesluit genomen voor acht woningen aan de Sweensstraat. De gemeente en Casade ruilen een stuk grond, zodat Casade kan beginnen met de bouw van 19 woningen. - Casade heeft een overeenkomst met de Vossenberg om op die locatie woningen te realiseren. - De samenwerking op het gebied van Wmo loopt goed.

Waalwijk - De complexgewijze verkoop is geëvalueerd. - De gemeente heeft het concept van de Visie Duurzaam Waalwijk 2030 vastgesteld. - Casade heeft een informatieavond voor gemeenteraadsleden georganiseerd. - In Villa Dotterbloem zijn acht nul-op-demeter-woningen zijn opgeleverd. - De Regionale aanpak verduurzaming is opgepakt via de REKS. - Het transformatieproject in Bloemenoord verloopt voorspoedig. - De vergunning voor de Schoenhoorn is afgegeven.

1.1.3 Realisatie ambities en opgaven Aan de hand van de speerpunten van ons beleid leggen we in dit verslag verantwoording af over onze prestaties. Elk speerpunt begint met een kader met daarin onze ambities en opgaven volgens de doelstellingen van ons ondernemingsplan.

2. Betaalbaarheid en beschikbaarheid We sluiten de woningvoorraad aan bij de woonwensen en –behoeften van de huurders en de woningzoekenden. Dat vraagt differentiatie in woningtype en kwaliteit. Woningen met een huur onder de huurtoeslaggrens en het sturen op betaalbare woonlasten voor onze huurders zijn speerpunten in ons ondernemingsplan. Dat betekent meer evenwicht in huurprijs, bijkomende energielasten en kwaliteit van de woning. Ambities en opgaven Doelstellingen Ondernemingsplan 2015-2019 Eind 2019 min. 8.800 woningen huurprijs onder € 651,03 - waarvan min. 1.100 woningen huurprijs onder € 424,44 Eind 2019 max. 2.200 woningen huurprijs € 651,03 - € 720,42 Eind 2019 400 woningen voor zorg- en ondersteuningsvraag Verkoop woningen van gemiddeld 70 per jaar Min. 95% woningtoewijzingen conform passendheidscriteria Min. 80% verhuringen aan huishoudens < € 38.035,Max. 10% verhuringen aan huishoudens € 38.035,- - € 42.436,Max. 10% verhuringen aan huishoudens > € 42.436,-

Dongen 1.861 351 258

Prestaties (eind) 2019 Loon op Zand Waalwijk 1.981 5.576 153 867 341 586

Totaal 9.418 1.371 1.185 189 31

5 10 16 97,3 % conform passendheidscriteria 90,86% aan huishoudens < € 38.035,3,92% aan huishoudens € 38.035,- - € 42.436,5,22% aan huishoudens > € 42.436,-

2.1 DAEB Totaal DAEB-bezit per 31 december 2019: Dongen

Loon op Zand

Waalwijk

Heusden

Totaal

2.150 62 4 0

2.314 125 10 1

6.186 216 38 14

0 7 0 0

10.650 410 52 15

Zelfstandige woningen Onzelfstandige woningen Maatschappelijk vastgoed Parkeerplaatsen

5


Mutaties zelfstandige DAEB-woningen in 2019: Dongen 2.136 93 2.229

Per 31 december 2018 Overname WSG Per 1 januari 2019 Mutaties 2019: Nieuwbouw Aankoop Verkoop Sloop Mutatie door andere categorie Per 31 december 2019

Loon op Zand 2.263 82 2.345

2 -5 -75 -1 2.150

-10 -22 1 2.314

Waalwijk 6.186 4 6.190

Totaal 10.585 179 10.764

8 3 -15

8 5 -30 -97 0 10.650

6.186

2.1.1 Nieuwbouw In 2019 zijn 8 zelfstandige woningen opgeleverd, alle met een huurprijs onder € 651,03: Dongen < € 651,03

< € 720,42

Loon op Zand < € 651,03 < € 720,42

Villa Dotterbloem; 6 app. met lift en 2 eengezinswon. (alle Nul-Op-de-Meter) Totaal

Waalwijk < € 651,03 8

< € 720,42

8

In 2019 waren 90 woningen in uitvoering c.q. voorbereiding (oplevering in 2020). Dongen < € 651,03 72

Trappistenstraat De Hoogt

< € 720,42

Loon op Zand < € 651,03 < € 720,42

Waalwijk < € 651,03

< € 720,42

18

2.1.2 Verkoop Verkoopbeleid Verkoop is een belangrijk instrument dat bijdraagt aan een transformatie van de vastgoedvoorraad. De kaders van ons verkoopbeleid zijn gebaseerd op ons Ondernemingsplan 2015-2019, ons portfoliobeleid en het overheidsbeleid. Verkoop verspreid liggend bezit We hebben 31 woningen verkocht. Het betreft hier over het werkgebied verspreid liggend bezit. Om aankoop mogelijk te maken hebben wij aan één koper een Corporatie Starterslening verstrekt, in totaal omvattend een bedrag van € 12.500,-. Verkoop onder voorwaarden Om meer mensen in staat te stellen een woning te kopen, verkopen we woningen met korting op de marktwaarde. We werken daarbij met de producten ‘Slimmer Kopen’, ‘Koopgarant’ en ‘Koopcomfort’. Tegenover de korting staat dat koper verplicht is om bij eventuele verkoop de woning te koop aan te bieden aan Casade. Eind 2019 telt onze portefeuille 564 woningen die onder voorwaarden zijn verkocht: Dongen Koopcomfort Koopgarant Slimmer Kopen Totaal

Loon op Zand 111

168 168

111

Waalwijk 14 259 12 285

6

Totaal 14 370 180 564


Omdat bij deze woningen een terugkoopplicht c.q. -recht bestaat, bestaat ook het risico dat we veel woningen tegelijk moeten terugkopen. We willen dat risico beperken door de voorraad woningen met verkoopvoorwaarden af te bouwen. Om die reden zijn van de 48 teruggekochte woningen, die destijds met korting zijn verkocht, 21 woningen verkocht in de vrije verkoop, hebben 10 eigenaren gebruik gemaakt van een afkoopmogelijkheid en is 1 teruggekochte woning opnieuw in de verhuur gebracht. 13 woningen zijn opnieuw doorverkocht met Koopgarant en 3 woningen met Slimmer Kopen. 2.1.3 Sloop We hebben in Dongen 45 woningen aan de Trappistenstraat gesloopt en een start gemaakt met de sloop van 47 woningen rondom het Brabantpark. De eerste 30 woningen zijn in 2019 gesloopt. In Loon op Zand zijn 22 woningen in de Julianastraat gesloopt voor het project Chalet Fontaine. In Waalwijk zijn voorbereidingen getroffen voor de sloop van de 240 appartementen in de Bloemenoordflats. De eerste drie gebouwen waren eind 2019 helemaal leeg. Casade beschikt over een sociaal statuut met afspraken rond de sloop van woningen. Zo voorziet het statuut in een verhuiskostenvergoeding. 2.2 Niet-DAEB Totaal niet DAEB-bezit per 31 december 2019: Dongen

Loon op Zand

Waalwijk

Totaal

45 123 15

90 182 17

157 943 60

292 1.248 92

Dongen

Loon op Zand

Waalwijk

Totaal

13 30 43

51 40 91

128 30 158

192 100 292

-1 2 45

-1 90

-1 1 292

Zelfstandige woningen Parkeerplaatsen/bergingen Zakelijk vastgoed

Mutaties niet-DAEB-zelfstandige woningen in 2019: Per 31 december 2018 OvernameWSG Per 1 januari 2019 Mutaties 2019: Verkoop Mutatie door andere categorie Per 31 december 2019

157

2.2.1 Zakelijk vastgoed We kiezen er voor om zo veel als mogelijk actief te zijn binnen de sociale volkshuisvesting. Daarnaast kent onze portefeuille ook zakelijk vastgoed. Wij onderscheiden daarin maatschappelijk onroerend goed, zorgvastgoed en bedrijfsonroerend goed. Onze focus ligt op het maatschappelijk vastgoed en op het zorgvastgoed. Het aandeel bedrijfsonroerend goed houden we beperkt. Maatschappelijk onroerend goed en zorgvastgoed Ook in 2019 spraken wij met maatschappelijke partijen zoals Prisma, RIBW, Schakelring en Maasduinen over hun huisvestingsstrategie en de consequenties van wijzigende (financiĂŤle) kaders. We denken mee om tot toekomstbestendige oplossingen te komen en stimuleren nieuwe kleinschalige zorginitiatieven. Dat heeft geresulteerd in de start van een aantal concrete projecten. Zo werken we met een ouderinitiatief aan een kleinschalige woonvorm in Waalwijk. Ook realiseren we in Waalwijk een nieuwe groepswoning voor jeugdzorg en bouwen we in Dongen zorgappartementen op het GGZ-terrein. 7


De vraag om extramuralisering van intramurale zorgeenheden en de rolverdeling tussen zorginstelling en corporatie blijft een terugkerend thema. Daarnaast is met partijen onder meer gesproken over de verduurzaming van het zakelijk bezit. Bedrijfsonroerend goed Door de overname van een aantal panden van WSG in 2018 is het aantal panden licht gestegen. Het bedrijfsonroerend vastgoed, dat niet past bij onze maatschappelijke opgave, willen we waar mogelijk verkopen. In 2019 is er geen zakelijk vastgoed verkocht. 2.4 Woonruimteverdeling 2.4.1 Verhuringen zelfstandige woningen In 2019 zijn 689 zelfstandige woningen verhuurd, waarvan 8 nieuwbouwwoningen: Huishouden Eenpersoons Jonger dan de AOW-leeftijd

Inkomen

Huur

Lager dan € 22.400

< € 424,44 424,44-607,46 > 607,465

Subtotaal Hoger dan € 22.400

Ouder dan de AOW-leeftijd

Subtotaal Lager dan € 22.375

Subtotaal Hoger dan € 22.375

< € 424,44 424,44-607,46 > 607,465 < € 424,44 424,44-607,46 > 607,465 < € 424,44 424,44-607,46 > 607,465

Subtotaal Tweepersoons Jonger dan de AOW-leeftijd

Lager dan € 30.825

Subtotaal Hoger dan € 30.825

Ouder dan de AOW-leeftijd

Subtotaal Lager dan € 30.800

Subtotaal Hoger dan € 30.800

Subtotaal Drie- of meerpersoons Jonger dan de Lager dan € 30.825 AOW-leeftijd Subtotaal Hoger dan € 30.825

< € 424,44 424,44-607,46 > 607,465

Dongen

Loon op Zand

31 17

5 27

48 1 2 7 10 8 9 2 19 2 2 4 8

32

46 67 4 117

4 16 20 3 11

12 39 51 2 46

1

14

48

0

2 6 8

4 3 7

0

5 6 1 12

< € 424,44 424,44-607,46 607,465 en hoger

Waalwijk

Totaal 82 112 4 198 2 18 62 82 13 66

1 1 1

2

13

3 56 1 60

5 7

1 32

12

0

8

33 1 20

8

21

0

13

81 2 8 13 23 8 76 2 86

1 1 0

6 6 1 10 4 15

< € 424,44 424,44-607,46 > 607,465 < € 424,44 424,44-607,46 > 607,465

6 45 51 2 38 4 44 0

< € 424,44 424,44-651,03 651,03 en hoger < € 424,44 424,44-651,03 651,03 en hoger

Subtotaal

8

1 2 3

1 3 4

3 8 11

1 12

8

53

13

8

53

1 4 5

1 5 6

9 7 16

0

5 13 18

0

1 73 0 74 0

0

11 16 27


Huishouden Ouder dan de AOW-leeftijd

Inkomen Lager dan € 30.800

Subtotaal Hoger dan € 30.800

Huur < € 424,44 424,44-651,03 > 651,03

Dongen

Loon op Zand

Waalwijk

Totaal 0 0 0

0

0

0

0

< € 424,44 424,44-651,03 > 651,03

0 0 0 0

Subtotaal

0

0 1

0 3

0 1

0 5

139

126

420

4

689

Instelling Eindtotaal

Van de 689 woningen werden er 488 verhuurd met een huur tot aan de huurtoeslaggrens. Hiervan werden er 475 (97,3%) verhuurd aan een huishouden met een ‘huurtoeslaginkomen’. Van de 689 woningen verhuurden we er 662 met een huurprijs tot € 720,42. Daarvan verhuurden we 618 woningen (= 93,4%) aan huishoudens met een inkomen tot € 38.035,-, 25 woningen (= 3,8%) aan huishoudens met een inkomen tussen € 38.035,- en € 42.436,- en 19 woningen (= 2,9%) aan huishoudens met een inkomen boven € 42.436,-. 2.4.2 Bijzondere doelgroepen Casade heeft te maken met diverse doelgroepen. Voor sommige doelgroepen hebben we een bijzondere taakstelling. Starters op de woningmarkt In bijna 25% van de 689 verhuringen betrof het een woningzoekende jonger dan 30 jaar: Leeftijd Jonger dan 30 jaar 30 – 54 jaar 55 – 74 jaar 75 jaar en ouder (instelling) Totaal

Dongen

Loon op Zand

Waalwijk

26 51 34 28

23 45 36 21 1 126

120 157 98 42 4 421

139

Heusden

2

1 3

Totaal

169 255 168 91 6 689

Vergunninghouders Gemeenten krijgen van het ministerie een taakstelling om vergunninghouders te huisvesten en zetten deze taakstelling vaak een-op-een door naar de woningcorporaties. We werken bij de huisvesting van vergunninghouders intensief samen met de gemeenten met als uitgangspunt dat Casade zorgt voor de huisvesting en de gemeente voor de begeleiding van vergunninghouders. Gezien de kenmerken van onze woningvoorraad richten we ons met name op de uitruil van gezinnen en alleenstaanden en verdelen we de verschillende typen huishoudens zo gelijkmatig mogelijk.

Taakstelling 2019 Realisatie 2019 (incl. gezinsherenigingen) Realisatie versus taakstelling

Dongen 14 16 +2

Loon op Zand 17 11 -6

Waalwijk -13 36 +49

Totaal 18 63 +45

De taakstelling 2019 is meer dan volledig gerealiseerd; er zijn per saldo 45 vergunninghouders méér geplaatst. Daarmee is een flink voorschot genomen op de taakstelling voor 2020.

9


Ouderen Ouderen willen zo lang mogelijk zelfstandig wonen, ook met een zorgvraag. We hebben deze ontwikkelingen doorgerekend: tot 2025 voegen we jaarlijks 100 voor zorg geschikte woningen toe. In ons beleidskader Wonen en Zorg staat de huurder centraal. Medewerkers zoeken de oudere huurder thuis op om een beeld te krijgen van zijn zorgvraag. Dat gesprek dient twee doelen. Enerzijds geeft dit informatie voor het formuleren van beleid over passend wonen en, anderzijds, krijgen we zicht op de woonsituatie en wat Casade hierin kan betekenen. Bijvoorbeeld door het aanbrengen van (kleinere) voorzieningen zodat de huurder zo lang mogelijk in zijn woning kan blijven wonen. In 2019 hebben 344 huurders een aanvraag ingediend voor een voorziening die langer zelfstandig wonen mogelijk maakt. In de meeste gevallen betrof dit een steunbeugel, een verhoogd toilet of het verwijderen van een drempel. Soms biedt het aanpassen van de woning geen oplossing en is verhuizing naar een andere, meer geschikte woning het enige alternatief. In 2019 hebben we 28 huishoudens gehuisvest met een verhuisadvies van de gemeente op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning. Bijzondere (tijdelijke) begeleiding Wij stellen woningen beschikbaar voor mensen met een ondersteuningsvraag. Casade zorgt voor de huisvesting en de gemeente stelt zich garant voor de invulling van de ondersteuningsvraag. In 2019 zijn als zodanig 26 woningen beschikbaar gesteld. Woningen voor huishoudens met bijzondere begeleiding

Dongen 8

Loon op Zand 5

Waalwijk 13

Totaal 26

Stadsvernieuwingsurgenten In bijzondere omstandigheden kennen we een huurder de status van stadsvernieuwingsurgent toe, zodat hij met voorrang in aanmerking komt voor vervangende woonruimte. Een van die omstandigheden is wanneer de huurder de woning moet verlaten vanwege sloop. Met het oog op toekomstige sloop zijn in het verslagjaar 119 stadsvernieuwingsurgenten gehuisvest. 2.4.3 Aansluiting bij Woning in Zicht Om woningzoekenden meer mogelijkheden te bieden hebben we aansluiting gezocht bij het woonruimteverdeelsysteem van Stichting Woning in Zicht, een aan corporaties gelieerde stichting in Tilburg die het te huur aanbieden van woningen in Tilburg en omgeving verzorgt. Het jaar 2019 is gebruikt om de overlegstructuur tussen Woning in Zicht en de vijf deelnemende corporaties vorm te geven. De corporatiemedewerkers die gebruik maken van Woning in Zicht participeren in een gebruikersgroep, een manager van elke corporatie is bestuurslid van Woning in Zicht en elke corporatie vaardigt een medewerker af in een beleidsgroep. Daarnaast vindt tweemaal per jaar overleg plaats tussen de corporatiedirecteuren over de samenwerking. In 2019 is het instrument van woningruil vormgegeven. Huurders kunnen via de website van Woning in Zicht hun eigen woning aanbieden voor woningruil met een andere huurder van de aangesloten corporaties. 2.5 Huurbeleid Om voldoende woningen met een betaalbare huur te kunnen aanbieden maar ook het investeringsniveau te kunnen handhaven, hanteert Casade een huurbeleid met vaste streefhuurprijzen.

10


2.5.1 Huurverhoging Gezien onze gezonde financiële positie hebben we, na overleg met de huurdersorganisatie SHC, besloten om de huurverhoging te beperken tot (gemiddeld) het inflatiepercentage. Het inflatiepercentage voor het jaar 2018 bedraagt 1,6%. De gemiddelde huurverhoging kwam in 2019 uit op 1,46%. 2.5.2 Huurachterstanden We willen de huurachterstand van zittende en vertrokken huurders onder 1% houden en die van alleen zittende huurders onder 0,8%. De cijfers over 2019 komen uit op respectievelijk 1,58% en 0,92%. Het gewenste percentage is nog niet bereikt, maar in 2019 is wel een flinke stap in de goede richting gezet. We zetten veel meer in op persoonlijk contact. Zodra de huurachterstand ontstaat leggen we contact met de huurder en samen zoeken we naar een passende oplossing. Desgewenst bezoeken we de huurders thuis om beeld te krijgen van de problemen die spelen en tot een juiste aanpak te komen. Als de problemen niet alleen van financiële aard zijn, schakelen we onze netwerkpartners in. De samenwerking met partijen op het gebied van schuldhulpverlening is in 2019 verbeterd. Zo kent de gemeente Waalwijk een preventiecoach die actief burgers met schulden benadert. Onze pilot met een budgetcoach, die de huurder helpt zijn zaken weer op orde te krijgen, is verlengd. In 2019 heeft de budgetcoach 68 huurders begeleid. In slechts vijf gevallen moesten we toch de deurwaarder inschakelen. In alle andere situaties is een passende oplossing gevonden. 2.5.3 Huisuitzettingen Wij gaan ervan uit dat de huurder zijn woning als een goed huisvader bewoont. Als een huurder in zijn verantwoordelijkheid ernstig tekortschiet moeten we soms tot huisuitzetting besluiten. Huisuitzetting bij hennepteelt/drugs Hennepteelt en drugs zijn verboden en we voeren hierop een zerotolerancebeleid. Hierin treden we samen op met de gemeente (op basis van de Wet Damocles kan de burgemeester besluiten om een woning direct te sluiten). Bij ontdekking van hennep of andere drugs starten we een procedure om de huurovereenkomst te beëindigen. De huurder krijgt eerst de gelegenheid om zelf de huurovereenkomst op te zeggen. In 2019 is in 10 situaties de huurovereenkomst door de huurder zelf beëindigd. Zegt de huurder niet vrijwillig op, dan volgt een procedure bij de kantonrechter. Huisuitzettingen Vrijwillige opzegging Met gerechtelijke procedure Totaal

Dongen 2 2

Loon op Zand 1 1

Waalwijk 7 2 9

Totaal 10 2 12

2.6 Woningzoekenden Voor de verdeling van woonruimte nemen we deel aan het regionaal verdeelsysteem van Woning in Zicht. De volgende tabel toont het aantal woningzoekenden, dat aan het einde van het verslagjaar woonachtig is in het werkgebied van Casade.

Jonger dan 35 jaar 35-54 jaar 55-74 jaar 75 jaar en ouder Totaal

Woningzoekenden 4.410 4.127 4.616 2.119 15.272

Gemiddelde wachttijd (in maanden) 71 101 97 136 95

11


3. Leefbaarheid en dienstverlening Onze dienstverlening is op een niveau dat past bij de doelstellingen van een sociale verhuurder. Huurders en relaties ervaren de dienstverlening als professioneel en persoonlijk. Hierbij gaan wij uit van de eigen kracht van de woningzoekenden en huurders. We zetten onze deskundigheid in om samen resultaat te behalen in wonen en wijken. Ambities en opgaven Doelstellingen Ondernemingsplan 2015-2019 Op alle KWH-labelonderdelen een score boven de KWH-norm Eind 2019 vindt 90% huurders woonomgeving schoon, heel en veilig Eind 2019 vindt 80% huurders de overlast verminderd

Prestaties (eind) 2019 Dongen Loon op Zand Waalwijk Totaal Op labelonderdelen op of boven de KWH-norm Geen meetresultaten Geen meetresultaten

3.1 Leefbaarheid Met huurders, gemeenten en maatschappelijke organisaties werken we aan wijken die schoon, heel, veilig en prettig zijn. De veranderingen in het zorgstelsel doen een groter beroep op de eigen kracht van burgers en maken een goede sociale infrastructuur in de wijk noodzakelijk. Daar willen we een bijdrage aan leveren, met onze kerntaak als leidraad. 3.1.1 Leefbaarheidsactiviteiten Vaak nemen bewoners het voortouw om de directe omgeving te onderhouden. Daarbij ontstaat samenwerking tussen bewonerscommissies. Enkele activiteiten die zijn opgepakt: Dongen - Brabantpark; opschoondag t.b.v. de sloopwerkzaamheden. - WSG-bezit; kennismaken met nieuwe bewoners. - Dr. Willem Dreeslaan; bijeenkomst met bewoners over zelfredzaamheid en ontmoeten. - Linge-, Merwede- en IJsselstraat; leefbaarheidsactie met politie. - Anders Werkt; initiatief om mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt aan het werk te krijgen. - ‘t Palet; sluiten van ontmoetingsruimte omdat er te weinig gebruik van werd gemaakt. Activiteiten zijn verplaatst naar een nabijgelegen ontmoetingsruimte.

Loon op Zand - Van Rijckevorselstraat; buurtkamer waar bewoners verantwoordelijk zijn voor activiteiten en beheer. - Pleiades; samen met het Sociaal Wijkteam, waaronder gemeente, Contour De Twern en Politie koffiemoment opgezet. - Vaertkant; opfrissen van de ontmoetingsruimte. - Moliere; na de overgang van WSGbezit naar Casade gesprekken met bewoners over het beheer van de ontmoetingsruimte, de schoonmaak en de servicekosten. - Gerard de Nijshof; overleg met bewoners en Prisma over leefbaarheid.

Waalwijk - Villa Dotterbloem; met bewoners een plan gemaakt voor de tuininrichting. - Jan de Quay/Burg. van Prooijenstraat; samen met ContourdeTwern acties om bewoners koopwoningen en seniorenwoningen dichter bij elkaar te brengen. - Fort; Buurtbinders is gevraagd mee te denken over het samenbrengen van huurders en kopers en hun relatie met Casade. - Mozartlaan; op de kopgevel is een muurschildering aangebracht. - Bloemenoordplein; samen met wijkpartners in gesprek met bewoners over leefbaarheid. - Anna van Burenstraat, Irenestraat; verfraaiing van de entree van het complex. - Sint Jozefhof/Bartholomeushof; kennismakingsbijeenkomst om saamhorigheid te vergroten - Seniorencomplexen Waspik; acties voor bewoners die zelf geen contact zoeken.

3.1.2 Scores op leefbaarheid Rond het creëren van een veilige woonomgeving en het verminderen van overlast hebben we onszelf doelstellingen opgelegd. Via het onderzoeksinstrument ‘buurtmonitor’ houden we zicht op de leefbaarheid in buurten en wijken. In de buurtmonitor 2016 waarderen bewoners de leefbaarheid in de drie gemeenten met een ruime voldoende. Er is vooralsnog geen aanleiding dit onderzoek te herhalen. Wel zijn in het kader van duurzaamheid en de vastgoedopgave in 2019 alle wijken gescreend. De sociaal maatschappelijke ontwikkelingen in de wijken nemen we daarin mee. 3.1.3 Wijkpunten Onze wijkpunten vervullen een centrale rol bij de leefbaarheid in de wijk. Deze accommodaties ondersteunen wijkbewoners om zo lang en zo zelfstandig mogelijk in de wijk te blijven wonen. 12


Wijkpunt Pannenhoef/De Rode Loper Kaatsheuvel De Rode Loper ondersteunt de wijkbewoners in Kaatsheuvel-West om zo lang mogelijk in de wijk te kunnen blijven wonen en biedt daarmee alle ruimte om te werken aan het ontwikkelen van een participatiesamenleving. Door de transities binnen wonen en zorg hoopt de Rode Loper ook zichzelf beter te kunnen situeren in de wijk. Wijkpunt BaLaDe Waalwijk De exploitatie van het wijkpunt BaLaDe is in handen van stichting De Kansenfabriek, die bewoners stimuleert om weer mee te doen aan de samenleving. In de eerste jaren van haar bestaan is De Kansenfabriek zeer succesvol, tot uitdrukking komend in een toename van het aantal activiteiten, vrijwilligers en bezoek. Ontmoetingsruimtes Dongen De ontmoetingsruimtes in Dongen vervullen over het algemeen een mooie rol voor de huurders in onze wijken. Het biedt een laagdrempelige ondersteuning voor met name de ouderen in de wijk. In 2019 is de ontmoetingsruimte Palet gesloten vanwege onvoldoende toeloop om een verantwoorde exploitatie mogelijk te maken. De andere twee ontmoetingsruimtes blijven actief. 3.1.4 Bijdrage aan leefbaarheid Bewoners die ondersteuning nodig hebben staan centraal. We komen achter de voordeur en gaan het gesprek aan over de leefbaarheid in de buurt. In 2019 hebben we € 1,21 miljoen geïnvesteerd om wijken leefbaar te houden en actief burgerschap te stimuleren. Dit bedrag bestaat uit € 444.000,- directe leefbaarheidsuitgaven plus € 770.000,- toegerekende personeels- en organisatiekosten. Een deel van het bedrag is bestemd voor initiatieven van plaatselijk en algemeen belang die het woon- en leefklimaat in een wijk verbeteren en de sociale samenhang tussen bewoners versterken. 3.1.5 Geleiden naar werk Het is steeds lastiger om mensen te vinden die naar werk kunnen worden geleid. Dit door de hoogconjunctuur in de economie en de daardoor frequente uitstroom van werkzoekenden. We bieden alle ruimte voor stage of werkervaringsplekken. In 2019 hebben vijf personen stage gelopen bij Casade en heeft één persoon gebruik gemaakt van een werkervaringsplaats. 3.2 Dienstverlening Casade is een dienstverlenende organisatie. Verbetering van de dienstverlening houdt nooit op en blijft een speerpunt van ons beleid. 3.2.1 KWH We meten de kwaliteit van onze dienstverlening via het Huurlabel van het Kwaliteitscentrum Woningcorporaties Huursector (KWH). We scoren op alle labelonderdelen op of boven de KWHnorm van 7. Op een enkele uitzondering na scoren we ook op of boven het landelijk gemiddelde. KWHCasade Tevreden Landelijk Labelonderdeel norm 2019 huurders* gemiddelde Contact 7 7,6 87% 7,5 Woning zoeken 7 7,6 96% 7,7 Nieuwe woning 7 7,8 93% 7,7 Huur opzeggen 7 7,9 92% 7,8 Reparatie uitvoeren 7 7,8 91% 7,8 Woning onderhouden 7 8,4 95% 7,9 Gemiddeld cijfer over alle labelonderdelen 7 7,8 *= percentage van het aantal huurders dat een 6 of hogere waardering gegeven heeft per onderdeel.

13


3.3 Online-dienstverlening We bouwen onze online-dienstverlening verder uit waarbij we steeds meer voldoen aan de behoefte van huurders en woningzoekenden die 24 uur per dag en 7 dagen per week dienstverlening via het internet verwachten. Daarvoor zetten we de website en een online klantenportaal in. Omdat er altijd een doelgroep zal zijn die niet in de gelegenheid is om de dienstverlening online af te nemen, blijft de mogelijkheid om telefonisch of persoonlijk de producten en diensten af te nemen. 3.4 Klachten Casade kent een heldere procedure die voorziet in de afhandeling van klachten. De kern van deze klachtenprocedure is dat uitingen van ontevredenheid vroegtijdig door de organisatie worden opgepikt. Niet alleen klachten maar ieder signaal noteren we om kennis op te doen. Huurders en woningzoekenden die niet tevreden zijn over de afhandeling van de klacht kunnen zich wenden tot de Geschillencommissie Woningcorporaties regio Midden-Brabant. Deze onafhankelijke geschillencommissie ontving in het verslajaar drie geschillen over Casade. Twee daarvan werden door de commissie als niet-ontvankelijk aangemerkt, het derde geschil werd aangehouden. Werkwijze en samenstelling van de commissie zijn in een reglement vastgelegd.

4. Duurzaamheid Ons doel is een gemiddeld CO2 -neutrale woningvoorraad in 2050. Wij voldoen daarmee aan de afspraken in het Nationaal Energieakkoord. Wat ons betreft reikt het begrip duurzaamheid verder dan de energetische kwaliteit van de woning; een duurzame woning presteert energetisch goed, is gezond, comfortabel, toekomstbestendig én betaalbaar. Bij de aanpak van onze woningen sturen we op deze vijf onderdelen. We hebben voor al onze woningen een strategie bepaald met daarin de duurzaamheidsmaatregelen. Ambities en opgaven Doelstellingen Ondernemingsplan 2015-2019 Eind 2019 gemiddelde energie-index van < 1,33 Eind 2019 650 woningen energetisch verbeterd Eind 2019 minimaal 2.000 zonnepanelen Eind 2019 CO2-uitstoot auto’s Casade 40% lager dan in 2014

Dongen

Prestaties (eind) 2019 Waalwijk Totaal 1,38* 238 5.037 41% lager dan in 2014

Loon op Zand

*Als gevolg van nieuwe rekenregels heeft de overheid het door corporaties te behalen resultaat vastgesteld op gemiddeld energielabel B. Eind verslagjaar voldoet Casade daaraan.

4.1 Duurzaam in woningverbetering 4.1.1 Project Dakenstroom Om onze woningen in 2050 gemiddeld CO2-neutraal te maken, maken we ze duurzamer. We doen dat op een planmatig wijze en op basis van een langdurige samenwerking met vier aannemers en twee dakpartners via het zogeheten concept Dakenstroom. De kern van dit concept is dat we de woning voorzien van een goed geïsoleerd en toekomstbestendig dak met, waar mogelijk, gemiddeld 25 zonnepanelen. Niet alleen de huurders onder het dak, maar elke Casade-huurder kan -via het lidmaatschap van een zonnecoöperatie- profiteren van de voordelen van de zonnepanelen. De samenwerking biedt voordelen die huurders en Casade los van elkaar niet zouden kunnen realiseren. Zo kan Casade echt tempo maken met de vermindering van de CO2-uitstoot en genieten huurders het voordeel van een lagere energiebelasting. In 2020 starten we met een eerste programma van 185 daken in Dongen. 14


4.1.2 Duurzame opwekking We zijn al een paar jaren actief bezig met het leggen van zonnepanelen. Waar in het verslagjaar het 5.000e zonnepaneel is geplaatst, verwachten we in 2020 minimaal 8.000 panelen te plaatsen, waaronder 4.500 panelen in het kader van het project Dakenstroom. 4.2 Duurzaam in nieuwbouw 4.2.1 Nieuwbouw Onze nieuwe woningen bouwen we volgens de pijlers van ons duurzaamheidsbeleid. We maken een zeer energiezuinige woning (NOM/BENG), die comfortabel, gezond, toekomstbestendig én betaalbaar is en is voorzien van gebruiksvriendelijke installaties. 4.2.2 Sloop/nieuwbouw Als we bestaande woningen niet voldoende of doelmatig kunnen verbeteren, vervangen we deze door nieuwbouw. We doen dat heel zorgvuldig, in goed overleg met de betrokken huurders. In 2019 hebben we de sloop en nieuwbouw voorbereid van de 78 woningen in de Trappistenstraat in Dongen en van de 240 appartementen van de Bloemenoordflats in Waalwijk. 4.2.3 Tiny wonen De belangstelling voor Tiny wonen neemt toe. In 2019 zijn we -samen met een groep geïnteresseerden- begonnen met een onderzoek naar de mogelijkheden van Tiny wonen bij Casade en zijn locaties in beeld gebracht. 4.3 Duurzaam in de wijken 4.3.1 Waterbuffering Het wordt droger én het gaat harder regenen. Het opvangen en afvoeren van water vraagt extra aandacht, bijvoorbeeld via waterbuffering. In het kader van het project Dakenstroom leggen we sedum op de niet zongerichte daken. Dat houdt het water vast, vermindert de hittestress in de zomer en draagt bij aan de versterking van de biodiversiteit en het behoud van planten en insecten. 4.3.2 Vergroening Casade heeft het initiatief genomen voor een samenwerking met de gemeenten Dongen en Waalwijk gericht op vergroening van de woonomgeving. In het verslagjaar zijn mogelijkheden verkend. 4.3.3 Van het gas af Gemeenten moeten in 2021 een strategie hebben hoe zij wijken van het gas af krijgen. In Hart van Brabant werken de gemeenten samen in de REKS (regionale energie en klimaatstrategie). Ook Casade zit aan tafel. We doen zo veel kennis op, bouwen aan ons relatienetwerk en beschikken zo al vroeg over informatie, die we kunnen gebruiken bij onze eigen strategische vastgoedkeuzes. 4.4 Duurzaam in de organisatie 4.4.1 Opleiding Alle bij duurzaamheid betrokken medewerkers hebben een opleiding op het gebied van duurzaamheid gevolgd. Men weet nu wat duurzaamheid in het algemeen betekent voor Casade.Vervolgens is per functiegroep bekeken over welke kennis en vaardigheden de medewerker dient te beschikken.

15


4.4.2 CO2 -voetprint We verminderen de CO2-uitstoot van onze woningen, maar we hebben in Nederland ook afspraken over de vermindering van de CO2-uitstoot van de bedrijven zelf, op kantoor en tijdens het werken. De vorderingen die Casade hierin maakt houden we bij in onze eigen CO2-monitor. 4.5 Samenwerking 4.5.1 Met ketenpartners Bij het realiseren van leefbare wijken en buurten betrekken we onze ketenpartners zo vroeg mogelijk. Zo maken we met de gemeenten in ons werkgebied duurzaamheidsafspraken en verkennen we hoe we het vergunningentraject soepel kunnen laten verlopen. Bij de Omgevingsdienst van de provincie hebben we eind 2019 een SMP (soortmanagementplan) ingediend. Het SMP beschrijft hoe bij sloop, woningverbetering en onderhoudswerkzaamheden rekening wordt gehouden met de Wet Natuurbescherming. Een SMP levert bij bouwprojecten veel tijdwinst op, omdat dan niet voor elk project een vergunningtraject (van 13 tot 20 weken) hoeft te worden doorlopen. 4.5.2 In ‘Lente’ Natuurlijk werken we ook met regiocorporaties, binnen de samenwerking ‘Lente’, hard aan duurzaamheid. We leren van elkaar en maken gebruik van elkaars kennis. Zo profiteren andere corporaties van ons Dakenstroomprogramma en maken wij dankbaar gebruik van het voorwerk van andere corporaties, bijvoorbeeld waar het gaat over de overgang van gas naar elektrisch koken. In 2019 hebben de Lentecorporaties een wedstijd De WarmteWissel uitgezet, waarin bedrijven zijn uitgedaagd om met een idee te komen voor een nieuwe, duurzame warmtebron in woningen. Dit leverde bijna 50 inzendingen op. Deze worden in 2020 getoetst en met de beste ideeën gaan de Lentecorporaties experimenteren. En vanaf het voorjaar van 2020 moeten we bij nieuwbouw rekening houden met infrastructuur voor het parkeren van elektrische auto’s. In 2020 verkennen we binnen het samenwerkingsverband van Lente hoe we dit het beste kunnen aanpakken. 4.6 Onderhoud 4.6.1 Uitgaven In 2019 hebben we ruim € 20 miljoen uitgegeven aan onderhoud: Planmatig onderhoud Cyclisch onderhoud Mutatieonderhoud Reparatie onderhoud Totaal

Dongen 555.000,329.000,1.050.000,1.355.000,3.289.000,-

Loon op Zand 1.821.000,480.000,957.000,1.665.000,4.923.000,-

Waalwijk 5.403.000,906.000,2.649.000,3.309.000,12.267.000,-

Totaal 7.779.000,1.715.000,4.656.000,6.329.000,20.479.000,-

4.6.2 Reparatie- en mutatieonderhoud Casade heeft het reparatie- en mutatieonderhoud uitbesteed aan twee huisaannemers. Eind 2018 liepen wij tegen problemen aan in deze samenwerking. Problemen die zich met name richtten op onvoldoende prestaties op klanttevredenheid, een forse overschrijding van het onderhoudsbudget en onvoldoende procesbeheersing, ook van de zijde van Casade. Dit leidde in eerste instantie tot afspraken over onder andere een betere begrotingsbewaking en zorgvuldigere opdrachtverstrekking. Omdat onvoldoende effect uitging van deze afspraken hebben aannemers en Casade halverwege 2019 een verbeterplan opgesteld. Een verbeterplan met afspraken over procesbeheersing en kostenbeheersing, een toets op marktconformiteit en de kwaliteit van de onderhouds-werkzaamheden. Aan het eind van het verslagjaar hebben wij met de aannemers de

16


afspraken geëvalueerd en zijn we gezamenlijk tot de conclusie gekomen, dat het verstandiger is om de samenwerking rond het reparatie- en mutatieonderhoud te beëindigen.

5. Organisatie In alles wat we doen redeneren we vanuit de doelstellingen in ons ondernemingsplan. We kunnen onze doelstellingen alleen realiseren als we een uitdagende, effectieve en efficiënte organisatie zijn. Ambities en opgaven Doelstellingen Ondernemingsplan 2015-2019 De bezetting is in 2020 maximaal 110,82 fte

Prestaties (eind) 2019 117,95 fte

5.1 Formatie Per 31 december 2019 omvat de formatie 117,95 fte. De hogere bezetting ten opzichte van de streefformatie houdt voor een groot deel verband met vervanging bij (langdurige) ziekte. 5.2 Organogram

Raad van commissarissen Controller

Bestuur

Strategie en Bedrijfsvoering

Wijken

Financiën en Waardesturing

Wonen

Vastgoed

5.3 Ontwikkeling van medewerkers Leren en ontwikkelen blijft een belangrijk thema bij Casade. Voor 2019 zijn de thema’s duurzaamheid, vastgoed en dienstverlening als speerpunt in het organisatieontwikkelplan benoemd. We hebben om onze ontwikkelactiviteiten beter te kunnen stroomlijnen een Casade Academie opgezet. Een interne academie waarin op overzichtelijke wijze alle trainings- en opleidingsactiviteiten gepresenteerd worden. In 2019 is veel gebruik gemaakt van de via de academie aangeboden trainingen. Ruim 80 medewerkers hebben deelgenomen aan het interne opleidingsprogramma gericht op duurzaamheid. De interne schrijftraining, waarmee we ook werken aan het thema dienstverlening is door bijna de hele organisatie gevolgd en werpt zijn vruchten af. Nieuw aan deze training is dat deze voor het grootste gedeelte online is opgezet. Met

17


de introductie van Office 365 is een mooie start gemaakt met digitaal samenwerken. De ontwikkeling van de digitale vaardigheden van medewerkers komt hiermee in een versnelling. Het aantrekken van talent vinden we belangrijk. Met zes trainees in ons interne traineeprogramma en twee trainees in het programma via Expeditie Loopbaan, hebben we op dit onderwerp in 2019 mooie stappen gezet. In 2019 zijn drie trainees in vaste dienst gekomen. Een persoonlijk ontwikkelplan is een belangrijk instrument dat we inzetten bij ontwikkeltrajecten. Naast alle trainees hebben drie medewerkers in 2019 een persoonlijk ontwikkelplan gebruikt om hun loopbaanstappen te kunnen zetten. 5.4 Arbeidsomstandigheden In 2019 is de Arbo-werkgroep twee keer bijeengekomen. De werkgroep heeft ook gesproken met de managers over het agressiebeleid, het asbestbeleid en het Veiligheids- en Gezondheidsbeleid. Voor begin 2020 zijn er nieuwe agressietrainingen ingepland voor medewerkers die deze training nog niet eerder gevolgd hebben of die de training willen herhalen. Daarnaast worden er via de Casade Academie e-learning opleidingen aangeboden. In 2019 is geen nieuwe risico-inventarisatie en -evaluatie gedaan, omdat er geen wijzigingen hebben plaatsgevonden die van invloed zijn op de bestaande RI&E. 5.4.1 Ziekteverzuim Het ziekteverzuim over 2019 komt uit op 5,9% en is ruim hoger dan de gestelde norm van 4%. Het verzuimpercentage wordt vooral veroorzaakt door een hoog langdurig (langer dan 42 dagen) verzuim van 5,8%. 5.5 Ondernemingsraad Zie het Verslag van de ondernemingsraad 2019.

6. Externe legitimatie en samenwerking We stellen onze maatschappelijke doelen vast samen met bewoners en gemeenten en leggen deze neer in prestatieafspraken. Daarbij hebben we oog voor andere belanghebbenden en staan we open voor feedback over de keuzes ten aanzien van de inzet van maatschappelijke middelen. 6.1 Huurders(organisaties) Bij het maken van plannen voor onderhoud, de inrichting van een wijk of beleidsmatige zaken hebben we intensief contact met de huurders. De samenwerking tussen huurders en Casade speelt zich op verschillende niveaus af. 6.1.1 Bij het beleid van Casade Op beleidsniveau werken we samen met de stichting Samenwerkende Huurdersorganisaties Casade (SHC), waarin de lokale huurdersorganisaties zich hebben verenigd. Op dit niveau vertegenwoordigen de bestuurder en enkele managers Casade. We betrekken de SHC zo vroeg mogelijk bij onze plannen. Met de SHC maken we jaarlijks een overzicht van onderwerpen vanuit de samenwerkingsovereenkomst SHC-Casade en het jaarplan van Casade, aangevuld met door de SHC aangedragen onderwerpen. In 2019 is de SHC betrokken bij: Onderwerp Huurverhoging per 1 juli 2019 Beleid Energieprestatievergoeding (EPV) Wijziging Beleid Servicekosten als gevolg van wijziging Warmtewet Wijziging huurvoorwaarden als gevolg van wijziging Warmtewet Wijziging Beleid Woonruimteverdeling Prestatieafspraken in Dongen, Loon op Zand en Waalwijk

18

Standpunt SHC/resultaat Positief advies SHC Positief advies SHC Positief advies SHC Instemming SHC Positief advies SHC Prestatieafspraken 2020


6.1.2 Bij projecten en processen van Casade Het beheer in complexen wordt besproken met de bewonerscommissies. Daarnaast praten we regelmatig met de lokale huurdersorganisaties over algemene zaken. De gesprekken zijn met name gericht op het uitwisselen van informatie en het bespreken van de zorgpunten die er leven. In 2019 is onder andere gesproken over nieuwbouw- en woningverbeteringsplannen en de dienstverlening door Casade. 6.2 Gemeenten Ook de samenwerking met de gemeenten Dongen, Loon op Zand en Waalwijk speelt zich op verschillende niveaus af. 6.2.1 Gemeenteraad en Casade Overeenkomstig de prestatieafspraken organiseren we bijeenkomsten met gemeenteraadsleden en betrokken wethouders over volkshuisvestelijke onderwerpen. Bij de bijeenkomsten zijn ook commissarissen van Casade aanwezig. Nadat het jaar daarvoor voor de gemeenteraad Dongen al een bijeenkomst was georganiseerd, heeft Casade in het verslagjaar de gemeenteraadsleden van Loon op Zand en Waalwijk bijgepraat over actuele volkshuisvestelijke aangelegenheden. Daarnaast vindt regelmatig overleg plaats tussen raadsfracties en individuele raadsleden en de bestuurder en/of manager(s) van Casade over specifieke onderwerpen. 6.2.2 Burgemeester en wethouders en Casade Het bestuurlijk overleg tussen de gemeente, vertegenwoordigd door de wethouder(s), en Casade, vertegenwoordigd door de bestuurder en/of manager(s), vindt regelmatig plaats. Dit gebeurt op gestructureerde wijze en incidenteel, afhankelijk van de onderwerpen. Daarnaast vindt overleg plaats tussen de burgemeester en de bestuurder van Casade over specifieke onderwerpen, bijvoorbeeld leefbaarheidsaspecten. 6.2.3 Ambtenaren en Casade Tussen de gemeenteambtenaren en de medewerkers van Casade vindt veelvuldig overleg plaats, bijvoorbeeld in het kader van de ontwikkeling van nieuwbouw- en verbeteringsprojecten, het vormen van beleid, bij leefbaarheidsonderwerpen, armoedebestrijding en bij het beheer in wijken en buurten. We betrekken elkaar en activiteiten die onze huurders raken proberen we zo veel als mogelijk op elkaar af te stemmen. 6.3 Overige belanghebbenden 6.3.1 Maatschappelijke Adviesraad Via de Maatschappelijke Adviesraad (MAr) zoeken we de verbinding met belanghouders. De leden van de MAr, die bestaat uit maatschappelijk betrokken inwoners van ons werkgebied, zijn ambassadeurs en verbindingsschakels tussen Casade, inwoners, maatschappelijke organisaties en lokale netwerken. De MAr geeft gevraagd en ongevraagd advies over de langetermijnontwikkelingen op het brede terrein van de volkshuisvesting in het werkgebied van Casade. In het verslagjaar bracht de MAr advies uit over het Jaarplan 2019 van Casade en de thema’s duurzaamheid en wonen en zorg. 6.4 Strategische allianties Samenwerken is kennis delen en levert voor iedereen voordelen op. Waar mogelijk werken we samen met diverse collega-corporaties en maatschappelijke partners in Brabant. 6.4.1 Samenwerking in ‘Lente’ Met de Brabantse corporaties Alwel, Zayaz, WonenBreburg, Stadlander, Tiwos, Area en BrabantWonen neemt Casade deel aan ‘Lente’. Naast samenwerking bij inkoop delen de corporaties binnen deze netwerkorganisatie kennis en inspiratie op de beleidsthema’s 19


betaalbaarheid, participatie, legitimatie en slimmer organiseren. In 2019 heeft deze samenwerking onder meer opgeleverd: • Verdere professionalisering van de inkoopfunctie en het daarmee samenhangende contract- en leveranciersmanagement. In 2019 en volgende jaren is/wordt het accent met name gelegd op versterking en uitbouw van het contract- en leveranciersmanagement. • Veel medewerkers uit de primaire processen hebben een training ‘stress-sensitieve dienstverlening’ gevolgd. Daarmee zijn zij beter toegerust gesprekken met huurders in moeilijke (financiële of andere) omstandigheden te voeren. • Op het gebied van duurzaamheid is veel werk gemaakt van een challenge voor de marktpartijen onder de titel ‘De Warmtewissel’. Deze challenge heeft landelijk veel aandacht getrokken. In 2020 wordt de winnaar bekend gemaakt en daarna zal de winnende oplossing in de praktijk bij de Lentecorporaties beproefd gaan worden. • Uitwisseling, samenwerking en verdieping van de aanpak op het gebied van ondermijnende criminaliteit. • De aanzet is gegeven voor nieuwe samenwerking op het gebied van leefbaarheid. In 2020 zal dit verder uitgewerkt gaan worden. • Deskundigheidsontwikkeling bij de bestuurders in de vorm van een gezamenlijk ingekocht en gevolgd scholingsprogramma bestaande uit een aantal tweedaagse bijeenkomsten. Daarnaast is onder de naam ‘Next Generation’ een vergelijkbare leergang van zes tweedaagsen gehouden voor medewerkers met bestuurlijk c.q. strategisch managementtalent. 6.4.2 Thesaurus Een groeiende groep mensen, onder wie oudere senioren, heeft extra aandacht nodig bij het zelfstandig wonen. We stellen hiervoor vastgoed beschikbaar en bieden gemaksdiensten aan. Omdat daarbij de hulp nodig is van andere partijen zoeken we via de Thesaurus-groep de samenwerking met Prisma, Thebe, Schakelring, RIBW Midden-Brabant, Juvans en ContourdeTwern. Ieder vanuit zijn expertise levert een bijdrage aan volwaardig burgerschap voor mensen die ondersteuning behoeven.

7. Verbindingen Ultimo 2019 heeft Casade geen verbindingen.

8.

Governance

Zie het Verslag van de raad van commissarissen 2019.

9. Financiën en financiële continuïteit In het Financieel verslag 2019 en de Jaarrekening 2019 is een uitgebreidere beschouwing van de financiën en de financiële continuïteit opgenomen. Hieronder de beleidsmatige beschouwing op de ontwikkeling van de marktwaarde, de beleidswaarde en verschil tussen beiden. 9.1 Beleidsmatige beschouwing op de ontwikkeling van de marktwaarde De sterk aangetrokken woningmarkt lijkt in ons werkgebied in 2019 ten opzichte van voorgaande jaren wat getemperd. Ondanks dat blijft zowel in de koop- als huurmarkt een grote interesse bestaan. De vastgoedportefeuille van Casade heeft in 2019 een relatief kleine stijging van de marktwaarde ondergaan. Door voorraadmutaties is per saldo een lichte daling van de waarde 20


gerealiseerd. De totale waarde van de vastgoedportefeuille is met € 6,7 miljoen gedaald tot een waarde van € 1.578 miljoen. Dit betreft een waardedaling van 0,4%. 9.2 Beleidsmatige beschouwing op de ontwikkeling van de beleidswaarde Vanaf boekjaar 2018 is de tot dan toe gehanteerde bedrijfswaarde vervangen door een nieuw waardebegrip: de beleidswaarde. Corporaties vermelden thans in de toelichting van de jaarrekening de beleidswaarde in plaats van de bedrijfswaarde. In het bestuursverslag wordt een beleidsmatige beschouwing opgenomen. De ontwikkeling van de beleidswaarde wordt deels beïnvloed door de ontwikkeling van de marktwaarde in verhuurde staat welke hiervoor is toegelicht, omdat de beleidswaarde de marktwaarde als vertrekpunt neemt. De beleidswaarde vormt een onderdeel van het Verticaal toezichtsmodel van de Aw en het WSW. Het jaar 2019 was een overgangsjaar naar een definitief normenkader. De uitkomsten van de beleidswaarde in het jaarverslag 2019 van alle corporaties zou voor de Aw en het WSW als input dienen om een definitieve sectornorm voor LTV en solvabiliteit vast te stellen. Op 28 april 2020 is een bestuurlijke brief vanuit de Aw en het WSW naar alle woningcorporaties gestuurd, waarin met onmiddellijke inwerkingtreding een nieuw financieel kader woningcorporaties met ratio’s en grenswaarden is vastgesteld. In dit nieuwe financieel kader is voor het DAEB-bezit de norm voor de LTV vastgesteld op 85% en de norm voor de solvabiliteit op 15%. Dit zal positieve gevolgen hebben voor de borgingsruimte met betrekking tot het aantrekken van geldleningen voor investeringen. 9.3 Analyse van de beleidswaarde versus de marktwaarde Het verschil tussen marktwaarde en beleidswaarde wordt gevormd door op de marktwaarde een viertal afslagen te hanteren. Dat levert voor 2019 de volgende kengetallen op: • Gemiddelde marktwaarde per woning per m²: € 1.610,• Gemiddelde beleidswaarde per woning per m²: € 890,In 2019 bedroeg de afslag op de marktwaarde 41,0%. Deze afslag laat zich als volgt verklaren: • Afslag beschikbaarheid (bij mutatie doorexploiteren in plaats van uitponden): -1,8 % • Afslag betaalbaarheid (bij mutatie streefhuur in plaats van markthuur): -29,9 % • Afslag kwaliteit (eigen onderhoud ingerekend in plaats van normatief): -6,8 % • Afslag beheer (eigen beheerskosten ingerekend in plaats van normatief): -2,5 % 9.4 Beleidsmatige beschouwing op het verschil tussen de marktwaarde en de beleidswaarde van het vastgoed in exploitatie Het bestuur van Casade heeft een inschatting gemaakt van het gedeelte van het eigen vermogen dat bij ongewijzigd beleid niet of eerst op zeer lange termijn realiseerbaar is. Deze schatting ligt in lijn met het verschil tussen de beleidswaarde van het DAEB-bezit - en het niet DAEB bezit in exploitatie en de marktwaarde in verhuurde staat van dit bezit en bedraagt circa € 648 miljoen. Dit impliceert dat circa 55% van het totale eigen vermogen niet of eerst op zeer lange termijn realiseerbaar is. Gezien de volatiliteit van (met name) de beleidswaarde, is dit aan fluctuaties onderhevig.

21


Verslag van de Ondernemingsraad Casade Inleiding In dit jaarverslag blikken wij terug op het afgelopen kalenderjaar. Onder andere de werkdruk binnen de organisatie was een belangrijk onderwerp. Daarnaast is de samenstelling van de OR per 1 januari 2019 gewijzigd. Welke zaken aan de orde zijn geweest lees je in dit jaarverslag. Samenstelling Ondernemingsraad Als gevolg van de verkiezingen eind 2018 kent de OR per 1 januari 2019 de volgende samenstelling: • • • • •

Michiel van Amelsfort Linda Verheijen Corinne van der Linden Dave Castelijns Ingrid van Dijk

: voorzitter : secretaris : lid : lid : lid

Aantal vergaderingen De OR heeft in 2019 vier reguliere overlegvergaderingen met de directeur-bestuurder gehad. Ter voorbereiding van deze overlegvergaderingen heeft de OR acht overleggen gehad. Met een afvaardiging van de raad van commissarissen was er eenmaal overleg. Onderwerpen van gesprek en overleg Advies- en instemmingszaken Casade De OR heeft in 2019 over één onderwerp zijn formele instemming betuigd. • Update Regeling familiebetrekkingen op het werk Een familierelatie op het werk hoeft op voorhand niet te leiden tot problemen. De OR kan zich vinden in de procedure dat de situatie altijd wordt besproken met de bestuurder en dat deze hierin ook de beslissing neemt. Hiermee wordt willekeur zoveel mogelijk vermeden. Daarnaast wordt, indien zich de situatie voordoet, hiervan melding gemaakt in het MT. De OR heeft ingestemd met de update van de regeling. Diverse besproken zaken Casade Overige onderwerpen die in de overlegvergaderingen met de bestuurder aan de orde zijn geweest: • Werkdruk binnen de organisatie • Nieuw kantoor • Collectieve verlofdagen 2020 • Werkkostenregeling • Fietsgebruik/fietsregeling • Agressieprotocol • CAO-onderhandelingen Raadplegen en informeren achterban In het voorjaar hebben de vakbonden kantinebijeenkomsten gehouden in verband met de CAOonderhandelingen. Medewerkers van Casade konden aansluiten bij de kantinebijeenkomst die gehouden werd bij collega-corporatie WonenBreburg in Tilburg. Daarnaast hebben de ondernemingsraden en de besturen van een aantal regiocorporaties, verenigd in ‘Lente’, gezamenlijk een brief gestuurd naar het Aedes-bestuur en de onderhandelaarsdelegatie van de vakbonden, met de oproep om tot overeenstemming te komen over de CAO. 22


Bedrijfsarts In 2019 heeft er een overleg plaatsgevonden met de bedrijfsarts. Training en advies In 2019 heeft de OR geen trainingen gevolgd. Lente-platform ondernemingsraden Het platform van ondernemingsraden van de corporaties verenigd in ‘Lente’ (Alwel, Area, Casade, Leystromen, Stadlander, BrabantWonen, WonenBreburg en Zayaz) heeft als doel kennisuitwisseling (op actuele zaken) en scholing. In 2019 zijn er vier bijeenkomsten geweest, waarin onder andere de volgende onderwerpen werden besproken: • CAO en onderhandelingen. • Arbeidsvoorwaarden • Veranderingen in de organisaties • Digitalisering binnen de organisaties • Medewerkers Opinie-metingen en -methodieken Daarnaast wordt tijdens elke bijeenkomst uitgewisseld wat er speelt bij elke organisatie.

Sluiting Casade is een organisatie die volop in beweging blijft. De OR blijft alert op alle ontwikkelingen binnen de organisatie en voelt zich uitgedaagd zijn rol hierin op een adequate wijze te blijven vervullen. Daarnaast kunnen medewerkers te allen tijde zaken onder de aandacht brengen bij de OR-leden. Namens de Ondernemingsraad Casade Michiel van Amelsfort

Linda Verheijen

Voorzitter

Secretaris

23


Verslag van de Raad van Commissarissen 1. Voorwoord Met gepaste trots blikken we terug op het jaar 2019: een jaar dat in het teken heeft gestaan van besluitvorming over grote investeringen in de woningvoorraad en waarin belangrijke stappen zijn gezet in de verduurzaming van woningen. Daarmee is een stevige basis gelegd voor de ontwikkelingen van de woningvoorraad voor de komende vijf jaar. Met name noemen we de vergevorderde plannen voor de bouw van 250 woningen en de verbetering van 1500 woningen (inclusief dakenplan). De grootste nieuwbouwinvestering betreft de Bloemenoordflats in Waalwijk, een project waarbij de raad van commissarissen actief is betrokken, niet alleen via de formele besluitvormingsprocedure over de goedkeuring voor de investering, maar ook daaraan voorafgaand via een inhoudelijke themabijeenkomst. In deze bijeenkomst zijn we door de betrokken managers en adviseurs inhoudelijk geïnformeerd en hebben we een dialoog gevoerd met de organisatie over mogelijke risico’s en de getroffen beheersmaatregelen. Het realiseren van deze appartementen binnen de gestelde randvoorwaarden zal ook de komende jaren alle aandacht van Casade vragen. Een ander onderwerp dat onze aandacht vroeg is de opstelling van het nieuwe ondernemingsplan voor de periode 2020 tot 2024. Op ons verzoek zijn we reeds vroeg bij het proces betrokken om op die wijze optimaal invulling te geven aan onze adviesrol in dit traject. In maart 2019 zijn de hoofdlijnen van het ondernemingsplan (de zogenaamde 25% versie) waarna in oktober de 75% versie ter tafel kwam. In het eerste kwartaal van 2020 zal het definitieve plan ter goedkeuring worden voorgelegd. Voorts hebben we ons over een veelheid van andere thema’s gebogen in 2019. Onder meer is een nieuw investeringsstatuut vastgesteld, is de samenwerking met de accountant verlengd, is gesproken over het portfoliobeleid en heeft een gesprek plaatsgevonden met de Autoriteit woningcorporaties. Daarnaast is veel aandacht besteed aan het thema integriteit o.a. door het organiseren van een in company cursus. Ook tijdens onze zelfevaluatie in 2020 zal het onderwerp op de agenda staan. Niet alles ging goed. De gang van zaken rondom het thema dagelijks onderhoud heeft het afgelopen jaar nadrukkelijk op onze agenda gestaan. Zowel via de organisatie zelf als vanuit onze gesprekken met de huurders kwam een beeld naar voren dat het onderhoudsproces niet goed verliep, dat de kosten hoger opliepen dan begroot en dat er meer regie nodig was vanuit Casade. Via onze reguliere vergaderingen, themabijeenkomsten, gesprekken met verantwoordelijke managementleden en rapporteringen van de bestuurder hebben we ons uitgebreid op de hoogte gehouden en is gesproken over suggesties en maatregelen. Op basis van deze informatie kwamen we tot de conclusie dat zowel aan opdrachtnemerszijde als aan opdrachtgeverszijde (lees: Casade) verbeteringen noodzakelijk waren. We hebben er bij de bestuurder op aangedrongen om, uiterlijk in de eerste maanden van 2020, stappen te ondernemen om tot een definitieve oplossing van deze kwestie te komen. Het doet ons goed te merken dat de eerste initiatieven daartoe reeds eind 2019 zijn genomen en we hebben er vertrouwen in dat in de eerste helft van 2020 het dagelijks onderhoud weer onder controle is. Het is voor de raad van groot belang vanuit verschillende gezichtspunten een goed beeld te krijgen van de organisatie. We worden door bestuur en medewerkers goed op de hoogte gehouden van het reilen en zeilen van Casade, zowel via formele bijeenkomsten als via informele contacten. Zo hebben, naast de reguliere contacten met het bestuur, ook het afgelopen jaar gesprekken plaatsgevonden met het managementteam en de ondernemingsraad. We stellen de transparantie die daarbij betracht wordt zeer op prijs. 24


Daarnaast verbreden we ons beeld door regelmatig in gesprek te gaan met andere belanghebbenden. Het afgelopen jaar hebben we daartoe net als in voorgaande jaren gesprekken gehad met o.a. de huurdersorganisaties en de Maatschappelijke Adviesraad. Ook bij bijzondere gelegenheden, zoals een eerste paal of hoogste punt van een nieuwbouwproject, nemen we de gelegenheid om met veel betrokkenen van gedachten te wisselen. Het doet ons goed dat die mix van gesprekken in het algemeen gesproken een congruent beeld geeft van de gang van zaken bij Casade en dat de organisatie kritische geluiden niet uit de weg gaat. De samenstelling van de raad heeft in het afgelopen jaar geen verandering ondergaan. Aan het eind van het verslagjaar hebben we ons gebogen over de opvolging van de voorzitter, Michel van der Linden, die in juni 2020 aan het eind van zijn termijn is. Begin 2020 nemen we een definitief standpunt in over zijn opvolging. Graag willen wij bestuur en medewerkers danken voor de inzet die zij het afgelopen jaar opnieuw hebben getoond. Ook danken wij de huurdersorganisatie en de Maatschappelijke Adviesraad voor hun inzet en de wijze waarop zij het afgelopen jaar het overleg met de raad vorm hebben gegeven. We hopen deze samenwerking ook in de komende jaren op diezelfde wijze te continueren om op die wijze een bijdrage te leveren aan het realiseren van betaalbare en duurzame woningen voor onze bestaande en toekomstige huurders. Michel van der Linden, voorzitter raad van commissarissen 2. Wettelijk kader en governance 2.1 Voldoen aan Woningwet Volgens de Woningwet richten corporaties zich op hun kerntaak, het huisvesten van de doelgroep, met daarbij een sterke legitimatie vanuit huurders en gemeenten en een stevige lokale verankering. Ook worden de risico’s in de sociale huursector beperkt door verscherping van intern en extern toezicht. De Woningwet stelt hiervoor de kaders die zijn uitgewerkt in het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 en de ministeriële regeling. Van overheidswege wordt een wijziging van de Woningwet voorbereid. We hebben de voorgenomen wijzigingen met belangstelling hebben gevolgd en zullen dat blijven doen. 2.2 Governancecode Woningcorporaties 2015 De Governancecode Woningcorporaties is niet vrijblijvend. Het is verplicht de code te volgen voor leden van koepelorganisatie Aedes en de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW) en dus ook voor Casade en haar raad van commissarissen. De code kent twee typen bepalingen: ‘pas toe’ en ‘pas toe of leg uit’. Op een aantal bepalingen is afwijking niet mogelijk, hiervoor geldt uitsluitend ‘pas toe’. Voor de overige bepalingen geldt dat corporaties daarvan kunnen afwijken als dit tot een beter resultaat leidt. Hierbij dient echter nog steeds in de geest van het principe gehandeld te worden en moet de corporatie op inzichtelijke wijze onderbouwen en actief verantwoorden (‘leg uit’) waarom zij hiervan afwijkt. Casade is in het verslagjaar niet afgeweken van de Governancecode Woningcorporaties. 3. Toezichthoudende rol 3.1 Toezicht op financiële prestaties Via de viermaandelijkse rapportage houdt de raad toezicht op de financiële en operationele prestaties. 3.1.1 Jaarstukken 2018 In de vergadering op 24 juni 2019 bespraken we de jaarstukken over 2018 met de accountant. De jaarstukken laten een forse toename zien van het jaarresultaat, met name veroorzaakt door een waardeverandering van de vastgoedportefeuille. Het operationeel resultaat nam ten opzichte van 25


2017 af, mede als gevolg van een stijging van de onderhoudslasten, verhuurderheffing en hogere financiële lasten als gevolg van de afkoop van derivaten. De accountant constateert dat Casade voldoet aan de ratio’s van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Er zijn wel een paar onderwerpen die naar zijn mening aandacht vragen. Zoals de fiscale positie waarvan de accountant waarschuwt voor de situatie dat Casade over enkele jaren vennootschapsbelasting moet betalen. En wat de beleidswaarde betreft is de accountant van mening dat Casade een tamelijke hoge marktwaarde in verhuurde staat hanteert. 3.1.2 Managementletter 2018 In de vergadering op 11 februari 2019 bespraken we de managementletter 2018 van de accountant. In de managementletter meldt de accountant enkele procesbevindingen en externe ontwikkelingen en doet de accountant enkele aanbevelingen. Naar aanleiding daarvan zijn (proces)maatregelen getroffen. 3.1.3 Begroting 2020 In de vergadering op 25 november 2019 hebben we de Begroting 2020 goedgekeurd. De komende jaren groeit Casade naar een situatie waarin ze jaarlijks ruim 20% van de huurinkomsten moet afdragen aan verhuurderheffing, saneringsheffing en vennootschapsbelasting. Desondanks blijft de financiële positie goed, wat met name het gevolg is van het lage renteniveau. Deze positie maakt het mogelijk om fors te investeren in de vastgoedportefeuille. Voor de komende vijf jaren staan 250 nieuwe woningen gepland en de verbetering van 1500 woningen. Daarvoor zetten we € 70 miljoen per jaar opzij. Bij gelijkblijvende externe omstandigheden blijft Casade de komende jaren voldoen aan de financiële ratio’s van de Autoriteit woningcorporaties (Aw) en het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Daarbij realiseren we ons dat we tegen onze financiële grenzen aan lopen. En dat vraagt dus dat we de ontwikkelingen goed monitoren en voldoende bijsturingsmogelijkheden houden. 3.1.4 Auditcommissie De raad laat zich over financiële onderwerpen adviseren door de auditcommissie. De auditcommissie, bestaande uit de commissarissen C. Borgers en A. van Dal-Peters kwam in het verslagjaar zes keer bijeen met het bestuur, de manager financiën en waardesturing, de controller en de bestuurssecretaris: Datum 28 januari 6 mei

17 juni

24 juni 30 september 18 november

Onderwerp Managementletter 2018 (in bijzijn accountant) Verantwoordingsrapportage Verantwoordingsrapportage Investeringsstatuut Functioneren accountant Jaarstukken 2018 en Accountantsverslag 2018 (in bijzijn accountant) Interne risicobeheersing- en controlesysteem 2019 en Auditplan 2019 Evaluatiegesprek met accountant Accountantscontrole Jaarstukken 2019 Verantwoordingsrapportage Investeringsstatuut (stichtingskosten/rendementseisen) Begroting 2020

Advies aan raad Kennisneming Kennisneming Kennisneming Goedkeuring Continueren relatie Vaststelling c.q. goedkeuring Kennisneming Opdracht aan accountant Opdrachtverstrekking Kennisneming Wijziging Goedkeuring

3.2 Toezicht op volkshuisvestelijke en maatschappelijke prestaties Via de viermaandelijkse rapportage houdt de raad toezicht op de volkshuisvestelijke en maatschappelijke prestaties.

26


3.2.1 Realisatie ondernemingsplan De ambities en doelstellingen van Casade zijn verwoord in het Ondernemingsplan 2015-2019. In het ondernemingsplan zijn de doelen beschreven. Deze doelen zijn in een Balanced Scorecard vertaald in concrete, meetbare parameters. Via een viermaandelijkse rapportage houden we toezicht op de realisatie van de doelstellingen. Wij hebben vastgesteld dat er de komende jaren extra inspanningen geleverd zullen moeten worden om het investeringsniveau waar te maken. 3.2.2 Volkshuisvestelijke verantwoording Het volkshuisvestingsverslag dient de volkshuisvestelijke verantwoording over de geleverde prestaties te bevatten. Het verslag dient ook inzicht te geven in de wijze waarop invulling is gegeven aan de met de gemeenten en de huurdersorganisaties gemaakte prestatieafspraken en dat de uitvoering van de prestatieafspraken in relatie staat tot de van rijkswege benoemde prioriteiten. We zijn van mening dat het Volkshuisvestingsverslag 2019 daaraan voldoet en de verantwoording op het gebied van de volkshuisvesting voldoende beschrijft. 3.2.3 Klachtenbehandeling Huurders en woningzoekenden die niet tevreden zijn over de afhandeling van de klacht kunnen zich wenden tot de Geschillencommissie Woningcorporaties regio Midden-Brabant. Het bestuur heeft de raad geĂŻnformeerd over de geschillen die deze commissie ontving over Casade. Het betrof hier drie geschillen waarvan er twee door de commissie als niet-ontvankelijk aangemerkt. Het derde geschil werd aangehouden om redenen van procedurele aard. 3.2.4 Onderhoud Casade heeft het dagelijks onderhoud (reparatie- en mutatieonderhoud) uitbesteed aan twee huisaannemers. Na al eerder een signaal te hebben afgegeven over de gebrekkige samenwerking, heeft de bestuurder ons in maart uitgebreid geĂŻnformeerd over de ontstane problemen. Problemen die zich met name richten op forse overschrijding van het onderhoudsbudget en onvoldoende procesbeheersing (overigens ook van de zijde van Casade). En ook op klanttevredenheid bleken de aannemers onvoldoende te presteren. We hebben in het verslag nadrukkelijk een vinger aan de pols gehouden en ons op verschillende momenten vergewist van de ontwikkelingen in dit traject. Naast de informatie in de periodieke verantwoordingsrapportages hebben we in een tweetal themabijeenkomsten uitvoerig met de bestuurder gesproken over de problemen en de wijze waarop deze worden tegemoet getreden, in het bijzonder het verbeterplan dat met de aannemers is afgesproken. We hebben er bij de bestuurder op aangedrongen om, uiterlijk in de eerste maanden van 2020, stappen te ondernemen om tot een definitieve oplossing van deze kwestie te komen. Daarnaast hebben we met het managementteam van gedachte gewisseld over de onderhoudsproblematiek en hebben we het onderwerp enkele malen besproken met de huurdersorganisatie SHC om de ervaringen van de huurders te vernemen. 3.2.5 Ondernemingsplan 2020-2024 Het ondernemingsplan van Casade bestrijkt de periode 2020-2024. Het verslagjaar is gebruikt om strategische ambities te formuleren voor de komende vijf jaren. Dat is gebeurd met betrokkenheid van onze raad, de huurdersorganisatie SHC, de Maatschappelijke Adviesraad, gemeenten en zorgpartijen. Na een presentatie van een eerste richting in maart, bespraken we in oktober een 75%-versie van het nieuwe ondernemingsplan met het managementteam. Begin februari 2020 volgt definitieve besluitvorming over het Ondernemingsplan 2020-2024. Het nieuwe plan bouwt voort op de koers die we al varen met dien verstande dat er enkele accentverschuivingen zijn waar te nemen. En dat betreft dan met name de onderwerpen duurzaamheid, prettig wonen in de buurt en een behoedzame groei van het aantal woningen. 27


3.2.6 Goedkeuring investeringen We hebben in het verslagjaar onze goedkeuring gegeven aan: - De sloop van 8 en nieuwbouw van 19 woningen aan de Sweensstraat in Kaatsheuvel. - De sloop van 240 en nieuwbouw van 250 appartementen in de Bloemenoordflats in Waalwijk. - Het verbeteren van 37 woningen aan de Amstelstraat in Dongen. - De aankoop van het GGz-terrein aan de Heuvelstraat in Dongen t.b.v. de bouw van 48 appartementen. - De verkoop van 40 appartementen Lointhoven 1 in Waalwijk. - Het vervangen van de daken van op 185 woningen en het plaatsen van zonnepanelen. 3.3 Toezicht op stakeholderdialoog Volgens de Governancecode Woningcorporaties spreekt het bestuur minimaal één maal per jaar met de raad over de omgang met en de participatie en invloed van belanghebbenden en oriënteert de raad zich regelmatig over wat er onder de gemeenten, huurders en andere stakeholders leeft. De relatie met belanghebbenden, zowel intern als extern, is besproken in het overleg van de remuneratiecommissie met de bestuurder. De bijdrage van een corporatie aan het volkshuisvestelijk beleid van de gemeente komt in samenwerking tussen gemeenten, huurdersorganisatie en corporatie tot stand. Daartoe doet de corporatie jaarlijks een voorstel (een bod) van haar bijdrage aan de gemeente, welk bod uiteindelijk leidt tot prestatieafspraken. We zijn op de hoogte gehouden van het proces met de gemeenten en de huurdersorganisaties om te komen tot de bijdrage van Casade aan het volkshuisvestelijk beleid van de gemeenten in het werkgebied van Casade, resulterende in concrete prestatieafspraken. De viering van bijzondere momenten in nieuwbouw- en verbeteringsprojecten, bijvoorbeeld de start bouw of het bereiken van het hoogste punt, geschiedt vaak in aanwezigheid van vertegenwoordigers van huurders, gemeenten en samenwerkingspartijen. We oriënteren ons bij die gelegenheden wat er onder de belanghebbenden leeft. Via dit verslag leggen we aan belanghebbenden verantwoording af over ons toezicht. Het verslag van de raad van commissarissen vindt u op www.casade.nl. 3.4 Toezicht op risicobeheersing Via de viermaandelijkse rapportage houden we toezicht op de beheersing van risico’s. Zo worden in de rapportage de meest risicovolle nieuwbouw- en verbeteringsprojecten toegelicht en wordt de raad geïnformeerd over de strategische risico’s en beheersingsmaatregelen. Daarnaast is risicomanagement een onderwerp dat jaarlijks in de raad wordt besproken. In de vergadering op 24 juni 2019 is gesproken over risicobeheersing en control in de organisatie in het algemeen en het interne risicobeheersings- en controlesysteem en het auditjaarplan in het bijzonder. En bij gelegenheid van de bespreking van de 75%-versie van het nieuwe ondernemingsplan in oktober hebben we nog eens gekeken naar de zogeheten strategische risico top-10. Wij zijn van mening dat het risicobesef in de organisatie groot is, dat de risico’s verantwoord zijn gezien het maatschappelijk doel van de organisatie en dat de bestuurder transparant is over de risico’s en het risicomanagement. 3.4.1 Investeringsstatuut Casade maakt bij haar (des)investeringen ten behoeve van de volkshuisvesting gebruik van een investeringsstatuut. Het statuut biedt een formeel kader voor (des)investeringen, maakt duidelijk waar verantwoordelijkheden liggen en biedt de raad een toetsingskader om zijn toezichthoudende 28


rol in te vullen. We hebben onze goedkeuring gegeven aan een nieuw investeringsstatuut dat meer aansluit bij de tijdgeest waarin Casade als toegelaten instelling werkzaam is. 3.4.2 Toezichtskader en Toetsingskader Tijdens de evaluatie van ons functioneren over 2018 constateerden we dat het Toezichtskader en Toetsingskader eerder naar tevredenheid zijn aangepast, doch dat deze materie nog niet leeft bij de raad. Indachtig de daarbij gemaakte afspraak hebben we beide documenten besproken en op onderdelen aangepast. 3.5 Toezicht op verbindingen Sinds medio 2018 kent Casade geen verbindingen meer. 3.6 Beoordeling accountant In 2015 heeft de raad Ernst & Young Accountants met ingang van het boekjaar 2016 voor -in eerste instantie- een periode van drie jaar tot accountant benoemd, met een optie op jaarlijkse verlenging. Overeenkomstig het bepaalde in het reglement van de auditcommissie vond in het verslagjaar een beoordeling plaats van het functioneren van de accountant, waarbij is gekeken naar de dienstverlening, de prijsstelling en de ervaringen met het accountantsteam. We hebben de conclusie getrokken dat weliswaar niet op alle onderdelen een voldoende wordt gescoord, maar dat er voldoende aanleiding is om de relatie met de accountant voort te zetten. We hebben, op advies van de auditcommissie, besloten de relatie met Ernst & Young Accountants te continueren. We spraken daarbij wel onze zorgen uit over de kosten die de accountant in rekening brengt, in het bijzonder hoe omgegaan dient te worden met meerwerk. De organisatie is verzocht om daar scherp op te sturen.

3.7 Beoordeling door Aw en WSW 3.7.1 Beoordeling door Aw De Aw beoordeelt corporaties op basis van het gezamenlijk beoordelingskader van Aw en WSW. Als zodanig ontvangt elke corporatie jaarlijks een basisbeoordeling van de Aw. In haar Beoordelingsbrief 2019, waar een gesprek in het kader van een governance inspectie aan voorafging, komt de Aw tot de conclusie dat de governance op hoofdlijnen voldoet aan de criteria voor good governance. Wat betreft de vraag of Casade in staat is om op korte en lange termijn haar bezit in stand te houden en haar maatschappelijke opgave uit te voeren, komt de Aw in haar beoordeling uit op een risicoscore ‘laag’. Een zelfde score kent ze toe aan het risicomanagement bij Casade. De basisbeoordeling vormt voor de Aw geen aanleiding om een verdiepende beoordeling uit te voeren. Wel geeft ze Casade enkele aandachtspunten mee, bijvoorbeeld waar het gaat over het beheersen van het onderhoudsbudget. Daarnaast ontving Casade van de Aw haar rechtmatigheidsoordeel over het verslagjaar 2018. In haar oordeel concludeert de Aw dat Casade voldoet aan de toewijzingscriteria van de staatssteunregeling, aan de passendheidsnorm en aan de bepalingen in het kader van de huursombenadering. 3.7.2 Beoordeling door WSW Het WSW zorgt er voor dat corporaties tegen gunstige rentetarieven geld kunnen lenen. Daartoe is een zekerheidsstructuur ontwikkeld met het rijk en de gemeenten als achtervang. Daarom stelt het WSW eisen aan de financiële huishouding van een corporatie. Daarvoor hanteert het WSW een risicobeoordelingsmodel (financial en business-risks) en stelt het jaarlijks het borgingsplafond vast, dat de maximale omvang aangeeft van de geborgde leningportefeuille. Het WSW constateert dat zowel onze kasstroomratio (Interest Coverage Ratio) als balansratio’s op basis van de beleidswaarde (Loan To Value en Solvabiliteit) voldoen en ook de komende jaren blijven voldoen. 29


4. Klankbordfunctie Naast zijn rol als toezichthouder en werkgever dient de raad het bestuur -op basis van expertise en het eigen netwerk- gevraagd en ongevraagd van advies. Om meer accent te leggen op onze rol als adviseur organiseren we themabijeenkomsten die enerzijds zijn bedoeld voor een meer inhoudelijke verdieping van onderwerpen en anderzijds een extra mogelijkheid bieden voor kennismaking met medewerkers van de organisatie. In dat kader hebben we in 2019 in een tweetal bijeenkomsten uitvoerig met de organisatie van gedachte gewisseld over onder andere het omvangrijke project sloop en vervangende nieuwbouw van de Bloemenoordflats in Waalwijk, over de problemen rond het dagelijks onderhoud en over het nieuwe ondernemingsplan van Casade. 5. Werkgeversrol 5.1 Invulling werkgeversrol bestuur 5.1.1 Bestuurder De bestuursfunctie wordt bekleed door de heer R. van Gurp. De heer Van Gurp trad op 1 maart 2011 in dienst van Casade en werd voor vier jaren benoemd in de functie van bestuurder. In verband met de fusie van Slagenland Wonen, Vieya en Casade tot Stichting Casade in 2014 werd de heer Van Gurp tot 1 juli 2018 herbenoemd als bestuurder. Na een positieve zienswijze van de Aw werd de heer Van Gurp op 25 juni 2018 voor een nieuwe periode van vier jaar herbenoemd als directeur-bestuurder van Casade. 5.1.2 Nevenwerkzaamheden bestuurder De bestuurder is sinds 11 juni 2019 lid van de GroenLinks-fractie in de Eerste Kamer der StatenGeneraal. Zijn portefeuille in de Senaat omvat Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Voorafgaande aan zijn benoeming tot senator is een extern onafhankelijk bureau gevraagd een oordeel te geven over de verenigbaarheid van beide functies. Het bureau concludeert dat er op grond van de Woningwet en de statuten van Casade er in juridische zin geen beperkingen zijn ten aanzien van een combinatie van beide functies en dat de Wet Normering Topinkomens zich niet verzet tegen een functie als lid van de Eerste Kamer naast de functie van bestuurder van Casade. Daarnaast hebben we met de bestuurder afspraken gemaakt om te voorkomen dat de combinatie van beide functies ten koste gaat van de gang van zaken bij Casade. 5.1.3 Beoordeling bestuurder De raad besluit over benoemingen, beoordelingen en beloningen, schorsing en ontslag van de bestuurder en beoordeelt periodiek het functioneren van de bestuurder. De remuneratiecommissie voert de gesprekken met de bestuurder over diens functioneren en op basis van haar bevindingen spreekt de raad een oordeel uit over het functioneren van de bestuurder. De remuneratiecommissie heeft een tweetal gesprekken gehad met de bestuurder. Op basis van deze gesprekken en de ervaring van de raad als geheel hebben we onze tevredenheid uitgesproken over het functioneren van de bestuurder in de volle breedte en met waardering kennisgenomen van de bevlogenheid van de bestuurder. 5.1.4 Beloningskader en beloning bestuurder De Wet Normering Topinkomens (WNT) is leidend voor de bezoldiging van bestuurders. Casade wordt, op basis van het aantal eenheden en de omvang van de gemeente, volgens deze wet ingedeeld in bezoldigingsklasse G. De beloning van de bestuurder valt binnen deze normering. De in totaal over 2019 aan de bestuurder uitgekeerde beloning is opgenomen in de jaarrekening.

30


5.1.5 Remuneratiecommissie De raad laat zich over onderwerpen op het gebied van beoordeling en beloning van de bestuurder en van de raad adviseren door de remuneratiecommissie. Deze commissie, bestaande uit de commissarissen E. Wijnberg en M. van der Linden, kwam in het verslagjaar twee keer bijeen met de bestuurder. 5.1.6 Permanente educatie bestuurder In de Governancecode Woningcorporaties is opgenomen dat bestuurders van woningcorporaties in drie jaar 108 PE-punten dienen te behalen. Dit is gebaseerd op 108 studiebelastingsuren zoals vastgesteld door de geaccrediteerde opleidingsaanbieder. Door de bestuurder behaalde PE-punten: R. van Gurp

2017 55

2018 44

2019 37,5

Totaal 2017-2019 136,5

5.1.7 Aandelen, leningen, garanties Er zijn in 2019 aan de bestuurder geen aandelen, leningen of financiĂŤle voordelen verstrekt die niet onder het beloningsbeleid vallen. 5.2 Organisatiecultuur en integriteit 5.2.1 Cultuur Uit de gesprekken met de bestuurder, het managementteam en de ondernemingsraad maken we op dat er binnen Casade sprake is van een integere en open cultuur waarbinnen ruimte is voor reflectie en tegenspraak. De bestuurder is zich bewust van zijn voorbeeldfunctie en zijn feitelijk gedrag draagt bij aan de gewenste organisatiecultuur. Bestuur en raad voorkomen tegenstrijdige belangen en onterechte gehechtheid aan eerdere besluitvorming en zorgen voor voldoende ruimte en vrijheid om -in de context van toen genomenbeslissingen uit het verleden ter discussie te stellen. 5.2.2 Integriteit Casade beschikt over een klokkenluidersregeling en een integriteitscode met waarden en normen die medewerkers in acht moeten nemen. De integriteitscode geldt onverkort voor de commissarissen. Raad en bestuurder hechten groot belang aan een integere organisatie en zetten het onderwerp integriteit regelmatig op de agenda. Zo hebben commissarissen en bestuurder in het verslagjaar in een in company workshop, met externe begeleiding, met elkaar van gedachte gewisseld over integriteit. De Integriteitscode en de Klokkenluidersregeling vindt u op www.casade.nl. 6. Samenstelling en functioneren 6.1 Samenstelling 6.1.1 Profielschets De raad heeft een profielschets voor zijn samenstelling met algemene functie-eisen en specifieke deskundigheden om het brede spectrum van de corporatie te kunnen overzien. In 6.1.2 is weergegeven aan welk profiel de commissarissen voldoen. Het functioneren van de raad is gediend bij een goede teamsamenstelling en diversiteit en ook op dit gebied zijn in de profielschets criteria opgenomen. De leden dienen elkaar qua competenties aan te vullen en in goede harmonie met elkaar te kunnen samenwerken, maar moeten elkaar ook kritisch kunnen aanspreken. De profielschets van de raad van commissarissen vindt u op www.casade.nl.

31


6.1.2 Samenstelling en rooster van aftreden Volgens de statuten bestaat de raad uit ten minste vijf en ten hoogste zeven personen. De raad van commissarissen telt zes personen, waarvan twee zijn benoemd op voordracht van de huurdersorganisatie. Mevr. Drs. A. van Dal-Peters (1976) Persoonlijke gegevens Functie: Adviseur bij KokxDeVoogd Nevenfuncties: ---

Dhr. Mr. M.M.A.M. Knoops MPM (1953) Persoonlijke gegevens Functie: --Nevenfuncties: Interim werkzaamheden via Knoops Management en Advies, klachtenfunctionaris Smart Coach, lid van deskundigenpoule VABimpuls Dhr. Ing. M.F.F.M. van der Linden (1950) Persoonlijke gegevens Functie: --Nevenfuncties: Toezichthouder bij Nationaal Monument Kamp Vught en bij Cultureel Centrum Sint Servaes, lid Raad van advies Thomas Stichting, Penningmeester BZW Senior Management II Dhr. Drs. J.F.M. Janssen (1964) Persoonlijke gegevens Functie: Burgemeester gemeente Oisterwijk Nevenfuncties: Voorzitter RvT Kleine Meijerij Rosmalen (tot 1 juni2019), bestuurslid van Steunstichting Kamermuziek Tilburg, van Stichting Natuurpark de Efteling en van Landelijke Parochie Binnenschippers en Kermisexploitanten Dhr. Drs. C.H.M. Borgers RA (1966) Persoonlijke gegevens Functie: Directeur mede-eigenaar Hittech Group BV Nevenfuncties: Toezichthouder bij Stichting Woonpunt Maastricht en bij Wonen Boven Winkels Maastricht NV 9 (tot december 2019) Mevr. Drs. E.J.A. Wijnberg-van der Wiel (1968) Persoonlijke gegevens Functie: Buurtzorgmanager Zorgbedrijf Antwerpen Nevenfuncties: Bestuurslid Stichting Special Care Gulbarga

Gegevens m.b.t. raad van commissarissen Aanvang 1e termijn: 19 maart 2018 Rol: Lid auditcommissie Aanvang 2e termijn: --Profiel: Financieel Aftredend: 19 maart 2022 Herbenoembaar: Ja Gegevens m.b.t. raad van commissarissen Aanvang 1e termijn: 1 januari 2015 Rol: --Aanvang 2e termijn: 1 januari 2019 Profiel: Juridisch, Zorg Aftredend: 1 januari 2023 Herbenoembaar: Nee

Gegevens m.b.t. raad van commissarissen Aanvang 1e termijn: 12 juni 2012 Rol: Voorzitter raad, lid Aanvang 2e termijn: 12 juni 2016 remuneratiecommissie Aftredend: 12 juni 2020 Profiel: Volkshuisvesting, Herbenoembaar: Nee Vastgoedbeheer & Benoemd op voordracht Projectontwikkeling, Marketing huurdersorganisatie & Communicatie Gegevens m.b.t. raad van commissarissen Aanvang 1e termijn: 15 mei 2017 Rol: --Aanvang 2e termijn: --Profiel: Volkshuisvesting, Aftredend: 15 mei 2021 maatschappelijk ondernemen Herbenoembaar: Ja

Gegevens m.b.t. raad van commissarissen Aanvang 1e termijn: 22 maart 2016 Rol: Voorzitter auditcommissie Aanvang 2e termijn: --Profiel: Financieel Aftredend: 22 maart 2020 Herbenoembaar: Ja

Gegevens m.b.t. raad van commissarissen Aanvang 1e termijn: 1 juni 2016 Rol: Vicevoorzitter raad, Aanvang 2e termijn: --voorzitter Aftredend: 1 juni 2020 remuneratiecommissie Herbenoembaar: Ja Profiel: Zorg, Personeel en Benoemd op voordracht Organisatie huurdersorganisatie

Wij zijn van mening dat de profielschets en de hierin opgenomen competenties, deskundigheden en ervaringen goed zijn uitgebalanceerd. 6.1.3 Waarneming bij ontstentenis of belet commissarissen De statuten van Casade bepalen dat moet worden voorzien in de situatie van ontstentenis of belet van de gehele raad van commissarissen. We hebben besloten dat in dat geval twee personen zullen worden betrokken uit de Commissarissenpool van de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties.

32


6.1.4 Diversiteit in samenstelling Volgens de Wet bestuur en toezicht moet ten minste 30% van de functies in het bestuur en de raad van commissarissen worden vervuld door vrouwen. De raad voldoet aan deze norm. 6.2 Functioneren 6.2.1 Integriteit en onafhankelijkheid Wij zijn van mening dat elke commissaris zijn functie in 2018 onafhankelijk heeft uitgeoefend, onder meer blijkende uit het feit dat alle commissarissen voldoen aan de onafhankelijkheidscriteria zoals omschreven in de Governancecode Woningcorporaties. Mogelijke strijdige belangen worden door leden van de raad gemeld in de plenaire vergaderingen. De bestuurder meldt mogelijke tegenstrijdige belangen bij de voorzitter van de raad. Er zijn in het verslagjaar geen meldingen of transacties geweest waarbij sprake was van een tegenstrijdig belang. 6.2.2 Meldingsplicht volgens Woningwet Voor raden van commissarissen van corporaties geldt op basis van de Woningwet een brede meldingsplicht. Bij financiële problemen, dreigende sanering, twijfel over de integriteit bij beleid of beheer bij de corporatie, rechtmatigheidskwesties of het niet halen van de toewijzingsnormen, dienen zij dit onverwijld te melden aan de Aw. In 2019 hebben zich bij Casade geen meldingsplichtige omstandigheden voorgedaan. 6.2.3 Informatievoorziening De raad ziet erop toe dat de ontvangen informatie de relevante aspecten laat zien op financieel, volkshuisvestelijk, maatschappelijk en organisatorisch gebied. We ontvangen daartoe elke vier maanden een rapportage. Om de taken goed te kunnen vervullen hebben we ons regelmatig door de bestuurder laten informeren over specifieke onderwerpen, zoals in een tweetal themabijeenkomsten over het omvangrijke project sloop- en vervangende nieuwbouw van de Bloemenoordflats in Waalwijk, over de problemen rond het dagelijks onderhoud en over het nieuwe ondernemingsplan van Casade. We laten ons ook informeren door relevante stakeholders binnen en buiten de organisatie en winnen zelfstandig informatie in over de gang van zaken bij Casade. Zo zijn er gesprekken gevoerd met de ondernemingsraad, het managementteam, de huurdersorganisatie, de Maatschappelijke Adviesraad en de controller. We krijgen daarmee vanuit verschillende invalshoeken informatie over het functioneren van Casade. Wij zijn van mening dat de planning- en controlcyclus van Casade goed functioneert en toereikende informatie genereert voor onze toezichthoudende taak. De specifieke doelen die de organisatie zich stelt, zijn vertaald in goed meetbare prestatie-indicatoren en er wordt bijgestuurd als daar aanleiding toe is. Verandering van omgeving – zoals wijziging van wetgeving – wordt systematisch bijgehouden en de implementatie van veranderingen wordt beheerst. 6.2.4 Introductieprogramma Nieuwe commissarissen volgen een introductieprogramma waarin de relevante aspecten van de functie aan bod komen zoals de verantwoordelijkheden van de commissaris, de financiële verslaglegging, governance en educatie. Kennismaking met het managementteam, de ondernemingsraad en de huurdersorganisatie maakt onderdeel uit van het introductieprogramma, evenals een bezoek aan diverse bouw- en renovatieprojecten van Casade. 6.2.5 Lidmaatschappen De leden van de raad zijn lid van de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW). Ze ontvangen diverse vaktijdschriften en brochures. De leden worden daarnaast in de gelegenheid gesteld om opleidingen te volgen. 33


6.2.6 Zelfevaluatie De raad bespreekt ten minste één keer per jaar het eigen functioneren en dat van de individuele leden van de raad. Eens per twee jaar doen we dat onder externe, onafhankelijke, begeleiding. Het functioneren van de raad over 2019 werd besproken aan de hand van de bevindingen uit de vorige zelfevaluatie, de ervaringen van commissarissen in het verslagjaar en de aandachtspunten van andere gremia, zoals de Aw. De bespreking kende twee delen: bij het eerste deel waren alleen de RvC-leden aanwezig, bij het tweede deel werd dit gezelschap aangevuld met de bestuurder en de bestuurssecretaris. In de zelfevaluatie kwamen aan de orde het kritische vermogen van de raad, het functioneren van de auditcommissie, het toezichtkader van de raad, het traject dagelijks onderhoud, de samenwerking met de bestuurder, de rol van de bestuurssecretaris, de informatievoorziening aan de raad, het functioneren van de afzonderlijke commissarissen en integriteit. De raad heeft naar aanleiding van deze zelfevaluatie voor zichzelf de volgende aandachtspunten geformuleerd: • Het nadrukkelijker monitoren van majeure (vastgoed)projecten; • Een actievere rol vanuit de raad bij het aandragen van onderwerpen die zich lenen voor aparte agendering; • Het inwinnen van onafhankelijk advies bij complexe vraagstukken waar het lastig is voor de RvC een eigenstandig oordeel te vormen; • Het ophalen van informatie via bijvoorbeeld het uitwisselen van ervaringen met andere RvC’s; • Het waarborgen van voldoende kennis binnen de raad, met name op het gebied van vastgoed. 6.2.7 Permanente educatie Toezichthouders van corporaties die lid zijn van de VTW dienen in 2019 minimaal 5 punten te behalen, gericht op Permanente Educatie (PE). Dit is gebaseerd op 5 studiebelastingsuren zoals vastgesteld door de geaccrediteerde opleidingsaanbieder. Door de commissarissen behaalde PEpunten: Commissaris M. Knoops M. van der Linden C. Borgers E. Wijnberg-van der Wiel J. Janssen A. van Dal-Peters

PE-punten 2019 12 7 22 15 7 7

PE-punten 2018 16 11 5 15 52 3

PU-punten 2017 13 28 17 5 3

Opmerking

Benoemd per 15 mei 2017 Benoemd per 19 maart 2018

6.3 Bezoldiging De bezoldiging van commissarissen vindt plaats volgens de beroepsregel Bezoldiging commissarissen van de VTW. De bezoldigingsmaxima in de beroepsregel zijn gekoppeld aan de zwaarte van de functie van de raad van commissarissen, die verband houdt met de zwaarte van de corporatie. De bezoldiging is onafhankelijk van de prestaties van de corporatie teneinde het onafhankelijk functioneren van de raad te waarborgen. Wij onderschrijven de uitgangspunten van deze beroepsregel, waaronder de gepaste terughoudendheid die een raad van commissarissen betracht bij het vaststellen van de hoogte van zijn eigen bezoldiging. De bezoldiging die Casade hanteert ligt daarom beduidend onder de maximale bezoldiging op basis van de wettelijke bepalingen van de WNT. Bij Casade bedraagt de bezoldiging over 2019 voor een lid van de raad van commissarissen € 12.810,- en voor de vicevoorzitter

34


€ 14.050,- (waar wettelijk € 18.300,- is toegestaan) en voor de voorzitter van de raad € 17.386,(waar wettelijk € 27.450,- is toegestaan). De btw die een commissaris in rekening brengt, komt voor rekening van Casade. Dat geldt ook voor de premie aansprakelijkheidsverzekering die we hebben afgesloten voor de commissarissen in verband met het uitoefenen van de functie. Daarnaast stellen we middelen ter beschikking voor activiteiten op het gebied van professionalisering, permanente educatie en evaluatie. De in totaal over 2019 aan commissarissen uitgekeerde bezoldiging is opgenomen in de jaarrekening. 6.4 Vergaderingen, overig 6.4.1 Vergader- en besluitenschema De raad van commissarissen kwam in het verslagjaar zeven keer bijeen met het bestuur: Datum 11 februari

25 maart (themabijeenkomst) 13 mei

24 juni

16 september (themabijeenkomst) 7 oktober

25 november

Onderwerp Verantwoordingsrapportage Commissarisvergoeding Managementletter 2018 Onderhoud van woningen Sloop en vervangende nieuwbouw Bloemenoordflats Waalwijk Onderhoud van woningen Ondernemingsplan 2020-2024 Investeringsstatuut Verantwoordingsrapportage Verbeterpunten uit zelfevaluatie RvC Functioneren accountant Relatie raad-controller Sloop en vervangende nieuwbouw Brabantpark Dongen Jaarstukken 2018 en Accountantsverslag 2018 Aankoop locatie GGz Heuvelstraat Dongen Sloop en nieuwbouw Sweensstraat 41-59 Kaatsheuvel Interne risicobeheersing- en controlesysteem 2019 en Auditplan 2019 Onderhoud van woningen Organisatie Casade Onderhoud van woningen Portfoliobeleid 2019-2030 Sloop en vervangende nieuwbouw Bloemenoordflats Waalwijk Verbetering 37 woningen Amstelstraat Dongen Accountantscontrole Jaarstukken 2019 Verantwoordingsrapportage Ondernemingsplan 2020-2024 Voorzitterschap RvC Dakenstroom; programma 2019/2020 Dakenstroom; recht van opstal zonnepanelen Wijziging Investeringsstatuut (stichtingskosten/rendementseisen) Begroting 2020 Verkoop Lointhoven 1 Waalwijk Waarneming bij ontstentenis of belet commissarissen Toezichtskader en Toetsingskader RvC

Uitkomst Bespreking Wijziging regeling Kennisneming Bespreking Bespreking Bespreking Bespreking Goedkeuring Bespreking Bespreking Bespreking Bespreking Bespreking Vaststelling c.q. goedkeuring Goedkeuring Goedkeuring Kennisneming Bespreking Bespreking Bespreking Bespreking Goedkeuring Goedkeuring Opdrachtverstrekking Bespreking Bespreking Bespreking Goedkeuring Goedkeuring Goedkeuring Goedkeuring Goedkeuring Goedkeuring Wijziging

6.4.2 Overleg met belanghebbenden Teneinde de toezichthoudende taak in brede zin te kunnen uitoefenen hebben we jaarlijks overleg, buiten aanwezigheid van het bestuur, met andere gremia over de ontwikkelingen in de sector, regionale en lokale ontwikkelingen en de gevolgen daarvan voor de corporatie. • Overleg met de huurdersorganisatie 35


Het overleg met de huurdersorganisatie SHC verloopt via de commissarissen die op voordracht van de SHC zijn benoemd. In 2019 was er tweemaal overleg tussen de SHC en de huurderscommissarissen. In die gesprekken sprak de SHC haar zorgen uit over het door Casade uitgevoerde onderhoud en de koerswijziging die Casade daarbij in gang heeft gezet. Wij herkennen deze zorgen en hebben aangegeven dat we de ontwikkelingen op dit onderwerp kritisch volgen. • Overleg met de ondernemingsraad In 2019 was er eenmaal overleg tussen de ondernemingsraad en de raad. In dat overleg is onder andere gesproken over de werkdruk en de werksfeer in de organisatie, de relatie ondernemingsraad-bestuurder en de betrokkenheid van de ondernemingsraad bij het nieuwe ondernemingsplan van Casade. • Overleg met het managementteam In 2019 was er eenmaal overleg tussen het managementteam en de raad. In dat overleg is onder andere gesproken over het nieuwe ondernemingsplan van Casade, de budgetbewaking bij onderhouds- en nieuwbouwprojecten en de relatie van het managementteam met de bestuurder. • Overleg met de Maatschappelijke Adviesraad In 2019 was er eenmaal overleg tussen de Maatschappelijke Adviesraad en de raad. In dat overleg is onder andere gesproken over het belang van een zorgvuldige communicatie van Casade met haar huurders en het ontwikkelen van nieuwe concepten met het oog op de duurzaamheidsopgave van Casade. 7. Slotwoord 7.1 Slotverklaring Het bestuur heeft het jaarverslag over 2019 opgesteld, met daarin opgenomen de jaarrekening. Ernst & Young Accountants LLP heeft de jaarrekening gecontroleerd en voorzien van een controleverklaring met beperking. Deze beperking geldt voor de waardering van het overgenomen vastgoed van WSG per 1 januari 2019 en de gerelateerde vergelijkende cijfers 2018. We kunnen ons verenigen met het verslag van het bestuur, verlenen het bestuur décharge voor het gevoerde beleid en stellen de jaarrekening vast. De middelen van Casade zijn uitsluitend in het belang van de volkshuisvesting besteed. Activiteiten hebben uitsluitend plaatsgevonden ten behoeve van de volkshuisvesting en de leefbaarheid, in overeenstemming met de statuten van de stichting. Op het gebied van beleggen en verbintenissen zijn geen risicovolle posities ingenomen. 7.2 Ondertekening Dit verslag is vastgesteld door de raad van commissarissen van Casade. Ing. M.F.F.M. van der Linden, voorzitter

Drs. E.J.A. Wijnberg, vicevoorzitter

Drs. A. van Dal-Peters

Mr. M.M.A.M. Knoops MPM

Drs. C.H.M. Borgers RA

Drs. J.F.M. Janssen 36


Waalwijk, 3 juni 2020

37


Financieel verslag 1. Financieel beleid Onze uitgangspositie is goed. Financieel staan we er goed voor en de basiskwaliteit en energetische startpositie van de vastgoedportefeuille zijn op orde. In 2018 hebben we een uitgebreid onderzoek gedaan naar het verder verduurzamen van de vastgoedportefeuille; een verkenning naar een CO2neutrale vastgoedportefeuille in 2050. De gehele vastgoedportefeuille is in kaart gebracht en per deelgroep geanalyseerd. Per deelgroep zijn maatregelen benoemd voor de komende 30 jaar. In 2019 zijn deze maatregelen op tactisch niveau verder uitgewerkt. Voor de bestaande vastgoedvoorraad is per cluster de strategie geactualiseerd. De komende jaren wordt uitvoering gegeven aan deze strategieën. Dit heeft geleid tot programma’s voor woningverbetering en tot een programma dakenstroom. De komende jaren zullen deze programma’s worden uitgevoerd, hetgeen tot aanzienlijke investeringen zal leiden. Het programma van woningverbetering en nieuwbouw is geïntensiveerd. Dit leidt in 2019 nog niet tot het gewenste investeringsniveau. 2019 Is eerder het jaar van de voorbereidingen van dit investeringsprogramma. In de begroting 2019 is een investeringsniveau van € 23 miljoen opgenomen. Gerealiseerd is € 13 miljoen, ruim 40% minder dan voorgenomen. De komende jaren zal het investeringsniveau uitkomen op circa € 40 - € 50 miljoen per jaar. Als we bestaande woningen niet voldoende of doelmatig kunnen verbeteren, vervangen we deze door nieuwbouw. Deze vervanging leidt tot een afwaardering van de marktwaarde. Als gevolg van sloopvoornemens is de marktwaarde van het te slopen bezit afgewaardeerd. Met name deze afwaardering in 2019 heeft geleid tot een negatief jaarresultaat van € 10 miljoen. In 2019 hebben we voor onze uitstaande leningen een bedrag van € 28 miljoen afgelost en voor circa € 13 miljoen geïnvesteerd in het vastgoed. In totaal een uitgaande geldstroom van € 41 miljoen voor deze twee posten. Deze uitgaande geldstroom is gefinancierd uit de operationele kasstroom (€ 16 miljoen)), uit de opbrengst van woningverkopen (€ 10 miljoen) en door een afname van de liquide middelen (€ 18 miljoen). In totaal bedragen deze drie financieringsbronnen € 44 miljoen. De liquide middelen zijn in 2019 teruggebracht met € 18 miljoen. Desondanks blijft Casade eind 2019 zeer liquide met een tegoed van € 20 miljoen. Dit zal in 2020 verder worden teruggebracht. Samen met een aantal regionale corporaties heeft Casade per 1 januari 2019 bezit en leningen van Woningstichting Geertruidenberg (WSG) overgenomen om te komen tot een oplossing van het financieel probleem bij WSG. Deze overname is kasstroom-neutraal gedaan: met de exploitatieopbrengsten voor het over te nemen bezit kan de rente en aflossing van de over te nemen leningen worden betaald. Onze bijdrage aan de oplossing van dit probleem past binnen de volkshuisvestelijke doelstelling van Casade en past ook binnen de kaders van het financieel beleid. Casade heeft WSG-leningen tot een bedrag van € 40 miljoen overgenomen. Deze leningen kennen een relatieve hoge rente en een relatief lange looptijd. De marktwaarde van de overgenomen leningen bedraagt ongeveer € 70 miljoen. Met name door de overname van deze leningen is de gemiddelde looptijd van de uitstaande leningen verlengd van 18,6 jaar begin 2019 naar 18,9 jaar eind 2019. De rentevoet is in 2019 gestegen van 3,08% naar 3,24%. Qua rente-exposure passen de overgenomen leningen prima in de portefeuille van Casade.

38


In totaal zijn 279 woningen, 143 zorgeenheden en 5 eenheden bedrijfsonroerend goed overgedragen. Dit betreft vrij jong vastgoed. De meeste eenheden zijn na het jaar 2000 gerealiseerd. De marktwaarde van het overgenomen vastgoed bedraagt ongeveer € 70 miljoen. De overname van bezit en leningen van WSG is per 1 januari 2019 geëffectueerd. Deze overname is vanaf 1 januari 2019 in de verantwoording opgenomen. Ondanks de feitelijke overname per 1 januari 2019 is het qua jaarverslaggeving vereist om de cijfers voor het jaar 2018 aan te passen. Om die reden zijn de vergelijkende cijfers voor het jaar 2018 aangepast. Dit geldt voor balansposities, resultatenrekening en kasstromen. Ons financieel beleid is gericht op behoud van ons maatschappelijk vermogen. Daarbij willen we behoedzaam te werk gaan, zonder forse groei van het vreemd vermogen. We willen eerder de komende jaren meer van het vermogen inzetten voor onze doelstelling. In 2020 is het investeringsstatuut aangepast. Investeringen worden getoetst aan de kaders van dit aangepaste statuut. Om financieel gezond te blijven sturen we actief op zes financiële kengetallen en normen die zijn vastgelegd in ons financiële beleid. Daarnaast vindt ook toetsing plaats aan de kengetallen zoals opgenomen in het risicobeoordelingsmodel van het WSW. De sturing in ons financieel beleid is primair gericht op kasstromen. Naast de sturing op onze operationele kasstromen, sturen we nadrukkelijk op investerings- en desinvesteringskasstromen. We kunnen pas investeren als er uit de operatie en uit desinvesteringen (verkopen) voldoende middelen worden gegenereerd. Hierbij hanteren we het principe ‘eerst verdienen, dan uitgeven’. We rekenen ons niet rijk en blijven behoedzaam. Een jaarrekening is complexe stof om te doorgronden en zeker voor een leek bijna niet te doorgronden. Als we deze lastige materie vereenvoudigen, komen we snel uit bij het huishoudboekje. Wat zijn de kasstromen in 2019 geweest? Hierbij splitsen we de kasstromen voor het jaar 2019 in 1) exploitatiekasstromen, 2) financieringskasstromen en 3) investeringskasstromen. Ter vergelijking zijn de gerealiseerde kasstromen 2018 opgenomen en de begrote kasstromen voor het 2019. De gerealiseerde kasstromen 2018 zijn na toerekening van kasstromen van het overgenomen bezit en leningen van WSG.

39


Jaarrekening 2019

Exploitatie Totaal bedrag: € 80 miljoen Herkomst

Besteding Saldo exploitatie €

16.018.000 Rente

13.732.000 Derving

1.592.000

Financiering

Leefomgeving €

Huur

Totaal bedrag: € 48 miljoen

404.000

Herkomst

Belasting/verz.

€ 80.164.000 €

3.873.000

€ 16.018.000

Heffingen (VH / S)

Verkoop € 9.937.000 vov € 3.783.000

8.861.000 Beheer

Investeringen € 13.075.000 vov €

Totaal bedrag: € 13 miljoen

€ 27.713.000

-

Investeringen

Afname liquiditeit

22.837.000

Investeringen

7.080.000

Aflossing leningen

Nieuwe leningen

12.847.000 Onderhoud

Besteding

Saldo exploitatie

Afname fin vaste activa

€ 18.161.000

(excl. vov) € 13.075.000

31.000

Aangepaste cijfers kasstromen 2018

Exploitatie Totaal bedrag: € 80 miljoen Herkomst

Besteding Saldo exploitatie €

12.622.000 Rente

18.179.000 Derving

1.372.000

Financiering

Leefomgeving Huur

Totaal bedrag: € 141 miljoen

457.000 Belasting/verz.

Herkomst

Besteding

Saldo exploitatie

Investeringen

3.801.000

€ 12.622.000

€ 18.840.000

Heffingen (VH / S)

Verkoop € 37.865.000 vov € 5.301.000

€ 80.619.000 €

10.261.000 Beheer

12.013.000 Onderhoud

21.914.000

Nieuwe leningen

vov €

Aflossing leningen

4.284.000

40

Totaal bedrag: € 19 miljoen

€ 90.289.000

€ 80.000.000 Afname fin vaste activa

Investeringen

7.526.000

Investeringen Toename liquiditeit € 23.417.000

(excl. vov) € 18.840.000


Begroting 2019

Exploitatie Totaal bedrag: € 79 miljoen Herkomst

Besteding Saldo exploitatie €

16.506.000 Rente

14.383.000

Financiering

Leefomgeving Huur

500.000 Belasting/verz.

Herkomst

Besteding

Saldo exploitatie

Investeringen

4.440.000

€ 16.506.000

€ 22.812.000

Heffingen (VH / S)

Verkoop € 9.425.000 vov € 8.534.000

€ 78.639.000 €

10.272.000 Beheer

Onderhoud

vov €

Totaal bedrag: € 23 miljoen

€ 15.684.000

-

Investeringen

Afname liquiditeit

21.044.000

Investeringen

7.392.000

Aflossing leningen

Nieuwe leningen

11.494.000

1.1.

Totaal bedrag: € 46 miljoen

Toename liquiditeit

€ 11.423.000

(excl. vov) € 22.812.000

-

Resultaat 2019

Het resultaat 2019 is € 10,2 miljoen negatief. Het resultaat 2018 (na aanpassing cijfers als gevolg van de toevoeging baten en lasten van de overgenomen woningen en leningen van WSG) bedraagt € 186,2 miljoen positief. De afname van het resultaat met € 196,4 miljoen is als volgt nader te specificeren (x € 1.000):

Resultaat exploitatie vastgoedportefeuille Resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling Resultaat verkoop vastgoedportefeuille Waardeveranderingen vastgoedportefeuille Overige activiteiten Overige organisatiekosten Leefbaarheid Financiële baten en lasten Belastingen Resultaat na belastingen

2019 35.122 2.248 -25.288 -6 -1.214 -15.035 -6.038

2018 28.567 951 5.301 180.338 -34 -713 -1.298 -32.485 5.596

Toe-/afname 6.555 -951 -3.053 -205.626 28 713 84 17.450 -11.634

-10.211

186.223

-196.434

Resultaat exploitatie vastgoedportefeuille De toename van het resultaat exploitatie vastgoedportefeuille met € 6,6 miljoen wordt met name veroorzaakt door: - lagere onderhoudslasten in 2019 (circa € 4,4 miljoen) - geen saneringsheffing en een lagere verhuurderheffing in 2019 als gevolg van gebruikmaking regeling vermindering verhuurheffing bij nieuwbouw (circa € 1,4 miljoen) - hogere huuropbrengst in 2019 (circa € 0,3 miljoen) - diverse overige verschillen (saldo circa € 0,5 miljoen) 41


Resultaat verkoop vastgoedportefeuille Het resultaat verkoop vastgoedportefeuille is gedaald met € 3,1 miljoen. Deze daling komt met name doordat in 2018 108 woningen in verhuurde staat zijn verkocht aan een belegger. In totaal zijn in 2019 31 woningen en 1 garage verkocht (2018: 169 woningen en 35 parkeerplaatsen). De verkoopopbrengst is gedaald van € 38 miljoen naar € 11 miljoen. Waardeverandering vastgoedportefeuille De waardeverandering vastgoedportefeuille is gedaald met € 205,6 miljoen. Deze waardeverandering betreft voornamelijk een waardeverandering van de vastgoedportefeuille in exploitatie. In 2019 is de waardeverandering vastgoedportefeuille uitgekomen op € 25,3 miljoen negatief. In 2019 is de waardeverandering vastgoedportefeuille in exploitatie uitgekomen op een daling van € 6,8 miljoen. Dit is een daling van de marktwaarde in verhuurde staat van ongeveer 0,4 % van de marktwaarde in verhuurde staat ten opzichte van 2018. Deze waardeverandering in 2019 wordt veroorzaakt door voorraadmutaties (€ 13,5 miljoen negatief), de stijging van de leegwaarden (€ 18,5 miljoen) Daarnaast hebben de stijging van de contracthuren (€ 16,9 miljoen) en de aanpassing van de markthuren (€ 5,3 miljoen) een positief effect. Het effect van de aanpassing van parameters voor de niet-vrijheidsgraden is ook positief (€ 9,4 miljoen). Daar tegenover staat de aanpassing van de disconteringsvoet (€ 43,6 miljoen negatief). De grootste wijziging in de methode voor het bepalen van de marktwaarde in verhuurde staat in 2019 is de opzet en uitwerking van de disconteringsvoet. Vanuit het centrale marktwaarde-overleg is in overleg met accountants en taxateur een nieuwe methode ontwikkeld. Deze methode betreft een verdere verfijning van de opslagen-methodiek zodat meer differentiatie in de disconteringsvoet kan worden aangebracht. De disconteringsvoet in 2019 is als volgt opgebouwd: 1. Basis disconteringsvoet; 2. Een aantal vaste opslagen, die onafhankelijk zijn van het gehanteerde waarderingsscenario; Een tweetal dynamische opslagen die wel afhankelijk zijn van het gehanteerde waarderingsscenario. De overige waardeverandering vastgoedportefeuille van € 21,6 miljoen negatief betreft voornamelijk het nemen van onrendabele toppen op nieuwbouw en woningverbeteringsprojecten. Financiële baten en lasten De afname van de financiële baten en lasten met € 17,5 miljoen is voornamelijk veroorzaakt door de afkoop van een aantal derivatencontracten tegen de marktwaarde in het jaar 2018 (€ 15,4 miljoen). Belastingen In 2018 is € 5,6 miljoen toegevoegd aan de latente belastingvordering. In 2019 is de belastinglatentie afgenomen met € 6,0 miljoen.

42


1.2.

Waardering van het bezit

Het vastgoed in exploitatie wordt berekend op basis van de marktwaarde in verhuurde staat. De marktwaarde geeft inzicht in de waarde waartegen vastgoed in verhuurde staat tussen een bereidwillige koper, niet zijnde de huurder, en een bereidwillige verkoper na behoorlijke marketing in een zakelijke transactie zou worden overgedragen op de waardepeildatum, waarbij de partijen met kennis van zaken, prudent en niet onder dwang zouden hebben gehandeld. De waardering van het vastgoed in exploitatie is als volgt (x € 1.000): Marktwaarde in verhuurde staat DAEB vastgoed in exploitatie Niet-DAEB vastgoed in exploitatie

31-12-2019 1.486.805 91.830

31-12-2018 1.500.136 85.263

1.578.635

1.585.399

Het beleid van Casade is niet gericht op verkoop van de gehele vastgoedportefeuille. Voor inzicht in de verdiencapaciteit op basis van het beleid van Casade werd voorheen de bedrijfswaarde gehanteerd. In het gezamenlijk beoordelingskader van Aw en WsW geldt dat de Loan to Value berekend wordt door de leningen te confronteren met de beleidswaarde. De bedrijfswaarde is komen te vervallen. De beleidswaarde wordt afgeleid van de marktwaarde in verhuurde staat. De onderliggende kasstromen bij de beleidswaardeberekening wordt rekening gehouden met het maatschappelijke beleid van Casade. De beleidswaarde van het vastgoed in exploitatie bedraagt eind 2019 € 931 miljoen (eind 2018 € 901 miljoen). Naar verwachting zal dus slechts 59% (2018: 57%) van de marktwaarde in verhuurde staat, als beleidswaarde worden gerealiseerd. De marktwaarde in verhuurde staat per eind 2019 bedraagt € 1.579 miljoen (eind 2018: € 1.585 miljoen) en is daarmee € 648 miljoen hoger dan de beleidswaarde (eind 2018: € 684 miljoen hoger).

43


In onderstaand overzicht zijn de stappen van marktwaarde naar beleidswaarde gepresenteerd:

waarde 31-12-2019 (* € 1 miljoen) 1.800 1.600

1.579

1.551

1.400 1.200

1.078 971

1.000

931

800 600 400 200 0 marktwaarde in verhuurde staat

Stap 1: beschikbaarheid (doorexploiteren)

Stap 2: betaalbaarheid (streefhuur)

Stap 3: kwaliteit (onderhoudsnorm)

Stap 4: beheer (beheernorm)

In onderstaand overzicht is bij verschillende waarderingen het eigen vermogen gepresenteerd. Hierbij zijn de volgende waarderingen gepresenteerd: - Marktwaarde in verhuurde staat € 1.579 miljoen - Beleidswaarde € 931 miljoen Dit leidt tot het volgende overzicht:

44


Het eigen vermogen is dus sterk afhankelijk van de grondslag voor het waarderen. Het eigen vermogen op basis van marktwaarde in verhuurde staat bedraagt € 1.177 miljoen. Als het huidig beleid van Casade uitgevoerd wordt, wordt dit eigen vermogen niet gerealiseerd. Hier is de beleidswaarde een betere waarde. Bij hanteren van de beleidswaarde is het eigen vermogen € 529 miljoen. De waarde van het vastgoed in exploitatie, gebaseerd op de meest recente WOZ-beschikking, bedraagt € 1.944 miljoen met als waardepeildatum 1-1-2019 (vorig jaar: € 1.849 met als waarde peildatum 1-1-2018.

1.3.

Investeringen

Casade heeft de komende jaren een forse investeringsopgave, zowel in nieuwbouw als in de (energetische) verbetering van het woningbezit. Financiering vindt voor een belangrijk deel plaats uit de operationele kasstromen en opbrengsten uit woningverkopen. We hanteren het principe ‘eerst verdienen en dan uitgeven’. Door voorzichtige uitgangspunten, een strak toetsingskader (investeringsstatuut) en stringente bewaking van projecten (zowel bij start als tussentijds) worden de risico’s voor investeringen gemanaged.

1.4.

Normen financieel beleid

In ons financieel beleid en in ons ondernemingsplan zijn de kaders vastgelegd waaraan we moeten voldoen voor een gezonde financiële positie. De financiële sturing vindt plaats op basis van kasstromen. Voor de bewaking van de financiële continuïteit sluiten we aan bij de kengetallen en normen, zoals beschreven in het gezamenlijk beoordelingskader van Aw en WSW. De Autoriteit Woningcorporaties (Aw) en het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) beoordelen of de corporatie in staat is om op lange- en korte termijn haar bezit in stand te houden en haar maatschappelijke opgave uit te voeren. De beoordeling is gericht op drie onderdelen: liquiditeit, vermogen en onderpand. Dit kader gaat uit van vier financiële ratio’s. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen de daeb- en niet-daeb tak. In het nieuwe beoordelingskader worden twee waardebegrippen gehanteerd: de marktwaarde in verhuurde staat en de beleidswaarde. Op 28 april 2020 zijn de ratio’s en grenswaarden door Aw en WsW definitief gemaakt. De aangepaste ratio’s en grenswaarden zijn per direct van toepassing verklaard. In onderstaand schema zijn de aangepaste ratio’s en grenswaarden opgenomen:

45


Casade stuurt met deze ratio’s. Voor twee ratio’s (ICR en LtV) wordt voor intern gebruik een scherpere signaleringsrol gehanteerd. De ICR is een liquiditeitsratio en maakt inzichtelijk of op korte- en middellange termijn voldoende operationele kasstromen gegenereerd worden om aan de renteverplichtingen te kunnen voldoen. De Loan to Value (LtV) is een vermogensratio en maakt inzichtelijk of de vastgoedportefeuille op lange termijn voldoende waarde genereert ten opzichte van de schuldpositie. Hierbij wordt als waarde (value) de beleidswaarde gehanteerd. Bij de onderliggende kasstromen wordt rekening gehouden met het maatschappelijke beleid van Casade. Solvabiliteit is de verhouding van het eigen vermogen in relatie tot het totale vermogen bij waardering van het vastgoed op beleidswaarde. Dekkingsratio is de verhouding tussen het schuldrestant van de leningen en de marktwaarde van het onderpand. We sturen nadrukkelijk op deze kengetallen en er vindt periodieke rapportage plaats naar managementteam en raad van commissarissen. Uit deze rapportages blijkt dat Casade haar beleid en ambities kan realiseren binnen de gestelde financiÍle grenzen. Dit leidt op bedrijfsniveau (totaal daeb en niet-daeb) tot het volgende overzicht: indicator ICR

loan to value op basis van beleidswaarde solvabiliteit op basis van beleidswaarde dekkingsratio op basis van marktwaarde

externe norm (vanaf 28 april 2020) minimaal 1,4 (daeb: 1,4 niet-daeb: 1,8) maximaal 85% (daeb: 85% niet-daeb: 75%) minimaal 15% (daeb: 15% niet-daeb: 40%) maximaal 70%

interne signalering norm minimaal 1,7

maximaal 70%

Score Score score 2019 2018 2017 2,17 1,87 2,21

43,3%

48,8%

56,1%

49,1%

47,2%

40,8%

26,1%

27,8%

24,0%

De begroting 2020 en meerjarenraming 2021-2024 voldoen aan de gestelde normen uit het financieel beleid en daarmee ook aan de normen van Aw/WSW. Dit geldt zowel voor de daeb- als niet-daeb tak. In onderstaande overzichten uit de begroting 2020 zijn de externe normen per eind 2019 opgenomen. De aangepaste externe normen laten een verruiming zien. Om die reden zijn de prognoses voor de komende jaren passend bij de interne en externe normen.

46


Interestdekkingsratio (ICR)

Financieringsratio (loan to value, o.b.v. beleidswaarde)

47


1.5.

Normen WSW en AW

Casade is voor haar activiteiten in belangrijke mate afhankelijk van de beschikbaarheid van externe financiering. Het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) speelt hierin een belangrijke rol. Het WSW verstrekt garanties aan de financiers, zodat corporaties de financiering af kunnen sluiten tegen relatief gunstige condities. Deze garantiestelling is in 2018 voor het eerst echt op de proef gesteld. Onder de Woningwet 2015 is sanering immers geen vanzelfsprekendheid meer. Corporaties kunnen failliet gaan. WSW kreeg twee aanspraken op zijn risicovermogen te verwerken (stichting WSG en stichting Humanitas Huisvesting). Het WSW is eind 2018 gestart met een strategisch programma om in de toekomst een voldoende robuust borgstelsel te kunnen garanderen en het mogelijk te blijven maken dat corporaties tegen zo laag mogelijke kosten financierbaar zijn. Kernvraag van het programma is: wat is nodig voor een toekomstbestendig, sterk borgstelsel? Het gaat over de thema's 1) zekerheden bij (dreigende) discontinuïteit; 2) versterking van het benodigd risicokapitaal in de sector en het risicovermogen en 3) balans in zeggenschap van de deelnemers en andere belanghebbenden. Casade onderschrijft dit programma. In de loop van 2020 zal finale besluitvorming plaatsvinden met betrekking tot de thema’s van dit programma. Doelstelling is dat corporaties tegen zo laag mogelijke kosten financierbaar zijn. En dat corporaties gezond zijn en gezond blijven: een voldoende robuust borgstelsel nu en in de toekomst. De zekerheid die het WSW verstrekt is dus van enorm belang voor de beschikbaarheid en de prijs (rente) van externe financiering. Dit is niet ongelimiteerd. Het WSW beoordeelt jaarlijks alle corporaties op kredietwaardigheid. De uitkomst van het jaarlijkse onderzoek leidt tot een borgbaarheidsverklaring en de vaststelling van een borgingsplafond. Vanaf 2019 beoordelen de Autoriteit woningcorporaties (Aw) en het WSW de risico's van corporaties op basis van een nieuw gezamenlijk beoordelingskader. WSW richt zich hoofdzakelijk op de risicobeoordeling individuele corporaties en de risicobeoordeling totale borg. Er vindt een risicoclassificatie plaats aan de hand van de beoordeling van business en financial risks. De business risks worden in kaart gebracht door middel van 24 vragen op diverse deelgebieden. De financial risks worden beoordeeld aan de hand van vijf eerder genoemde financiële beoordelingsratio’s welke Casade ook toepast voor haar eigen financieel beleid. In november 2019 heeft het WSW de eindconclusie van de beoordeling van Casade teruggekoppeld: het risicoprofiel van Casade blijft laag. In februari 2019 heeft het WSW het borgingsplafond aangepast voor wat betreft de overgenomen leningen van WSG. Als gevolg van de overname van vastgoed en leningen van Woningstichting Geertruidenberg is het borgingsplafond € 40 miljoen opgehoogd. In juni 2019 heeft het WSW zijn beoordeling 2018 afgerond. Deze beoordeling is gebaseerd op het jaarverslag 2017 en de dPi 2018. Het WSW heeft een borgbaarheidsverklaring afgegeven. Het vrijgegeven borgingsplafond is in lijn met de financieringsbehoefte zoals opgenomen in de dPi 2018. Het WSW past een verlaging van het borgingsplafond toe door het hoge bedrag dat Casade aanhoudt aan liquiditeiten. Het WSW gaat er hierbij vanuit dat deze liquiditeiten eerst ingezet worden. Na correctie voor het hoge liquiditeitsniveau, is het borgingsplafond ultimo 2019 € 421 miljoen.

48


Het vastgestelde borgingsplafond stijgt gedurende de prognose jaren 2020 en 2021 naar respectievelijk € 438 miljoen en € 477 miljoen. Deze stijging is geheel conform onze eigen opgave in de dPi 2018. De stijging wordt met name veroorzaakt door het verhoogde niveau van daebinvesteringen in deze jaren. Binnen het nieuw gezamenlijk beoordelingskader (Aw en WSW) richt Aw zich hoofdzakelijk op de beoordeling, in de vorm van een integraal toezicht, van de corporatie op de governance, integriteit, rechtmatigheid en de bescherming van het maatschappelijk vermogen. Daarbij wordt het functioneren van de corporatie in samenhang bezien en afgezet tegen normen vanuit wetgeving en beleidsregels en het risicoprofiel van de corporatie. In 2019 heeft Aw een basisbeoordeling uitgevoerd. In haar Beoordelingsbrief van 19 december 2019, waar een governance inspectie aan voorafging, komt de Aw tot de conclusie dat de governance op hoofdlijnen voldoet aan de criteria voor good governance. Wat betreft de vraag of Casade in staat is om op korte en lange termijn haar bezit in stand te houden en haar maatschappelijke opgave uit te voeren, komt de Aw in haar beoordeling uit op een risicoscore ‘laag’. Een zelfde score kent ze toe aan het risicomanagement bij Casade. De basisbeoordeling vormt voor de Aw geen aanleiding om een verdiepende beoordeling uit te voeren. Wel geeft ze Casade enkele aandachtspunten mee, bijvoorbeeld waar het gaat over het beheersen van het onderhoudsbudget. Daarnaast ontving Casade van de Aw haar rechtmatigheidsoordeel over het verslagjaar 2018. In haar oordeel concludeert de Aw dat Casade voldoet aan de toewijzingscriteria van de staatssteunregeling, aan de passendheidsnorm en aan de bepalingen in het kader van de huursombenadering.

49


2. Interne risicobeheersings- en controlesystemen Het intern risicobeheersings- en controlesysteem is een gestructureerd systeem dat gehanteerd wordt om Casade te laten functioneren in overeenstemming met de uitgezette strategie en om de naleving van wet- en regelgeving te waarborgen. Dit systeem maakt onderdeel uit van het planningen controlproces. De geactualiseerde opzet hiervan is in juni 2019 besproken in zowel auditcommissie als raad van commissarissen. Hierbij is ook het auditplan 2019 besproken.

3. Treasury 3.1.

Derivaten

In 2018 zijn alle derivaten met een bijstortverplichting afgekocht. Na deze afkoop loopt Casade geen liquiditeitsrisico meer vanwege bijstortverplichtingen. De marktwaarde van de resterende derivatenportefeuille, met een hoofdsom van € 45 miljoen, bedraagt per ultimo 2019 € 13,0 negatief (2018: € 12,5 miljoen negatief).

3.2.

Financiering en renterisico

De totale schuldrest van de leningen o/g bedraagt per eind 2019 € 412,3 miljoen. De schuld eind 2018 exclusief overgenomen leningen van WSG bedraagt € 400,2 miljoen. Inclusief overgenomen WSG leningen bedraagt de schuld eind 2018 € 440,0 miljoen. De gemiddelde rentevoet bedraagt per eind 2019 3,24%. Exclusief de overgenomen leningen van WSG bedraagt de gemiddelde rentevoet eind 2018 3,08%. De resterende gemiddelde looptijd van de leningen in portefeuille bedraagt eind 2019 18,9 jaar (2018: exclusief overgenomen leningen 18,6 jaar). Het renterisico als gevolg van eindaflossingen en renteconversies blijft ruimschoots onder de renterisiconorm van maximaal 15% per jaar. In 2019 zijn vanwege de liquiditeitspositie geen nieuwe leningen afgesloten.

3.3.

Interne organisatie treasury

In het treasurystatuut zijn de kaders vastgelegd rondom de totstandkoming van de besluitvorming. Alle derivaten van Casade zijn aflopend en er zijn geen open posities. In 2012 is door het bestuur en de raad van commissarissen het besluit genomen geen nieuwe derivaten af te sluiten. Dit uitgangspunt is ook vastgelegd in het treasurystatuut. Nadere informatie over financiële instrumenten is opgenomen in de jaarrekening.

4. Risicomanagement Net als elke organisatie wordt Casade geconfronteerd met risico’s als gevolg van externe bedreigingen, maar ook intern. We hebben een sterk risicomijdende houding en beperken ons tot risico’s die passend zijn bij onze doelstellingen. De belangrijkste risico’s zijn die onze doelstellingen in gevaar brengen (de strategische risico’s). We denken actief na over deze risico’s en trachten deze zoveel als mogelijk te mitigeren. Zo werken we al jaren met een strategische risico top 10. Deze risico top 10 brengen we per ondernemingsplanperiode in beeld met externe referenten om te voorkomen dat we risico’s missen. De risico’s bespreken we met de raad van commissarissen. Gedurende het verslagjaar omvat de strategische risico top 10 het (theoretische) risico dat:

50


a. Casade er (in de ogen van huurders) onvoldoende in slaagt om huren betaalbaar te houden Dit risico wordt beperkt door het nauwlettend volgen en verantwoorden van het aantal betaalbare huurwoningen en passend toewijzen. Hiervoor is een monitor ingesteld. Op dit moment voldoet Casade ruim aan de gemaakte afspraken rondom het aantal betaalbare huurwoningen. b. Casade onvoldoende kennis in huis heeft om technologische ontwikkelingen bij te houden Dit risico wordt beperkt door continue professionalisering van de afdeling IV&A (ontwikkelingen op automatisering) en Vastgoed (ontwikkelingen op bouwtechnieken/ duurzaamheid). Indien wenselijk of noodzakelijk wordt gebruik gemaakt van externe ondersteuning voor aanvullende expertise en laatste ontwikkelingen. c. Het klantgestuurd onderhoud zorgt voor onverwachte (hoge) kosten en daling in klanttevredenheid Dit risico wordt beperkt doordat voorafgaand aan de herinrichting van de klantprocessen een businesscase is beschreven. Hierin is opgenomen wat de doelstelling is en tot welke voordelen en besparingen dit zal leiden. De realisatie wordt vergeleken met de businesscase. Voorafgaand aan de inrichting gaan wij in gesprek met de huurder, zodat wij bij de daadwerkelijke inrichting, zo veel als mogelijk, rekening kunnen houden met de wensen van de huurder. De klanttevredenheid wordt onder andere gemeten volgens het Huurlabel van het Kwaliteitscentrum Woningcorporaties Huursector (KWH). Hier scoren wij eind 2019 op alle gebieden op of boven de KWH-norm. De scores worden continu bijgehouden en besproken binnen Casade. d. De klanttevredenheid binnen de overige klantprocessen lager wordt dan de landelijke KWHnorm� (in dat geval verliezen we het kwaliteitslabel) De klanttevredenheid wordt onder andere gemeten volgens het Huurlabel van het Kwaliteitscentrum Woningcorporaties Huursector (KWH). Deze score wordt actief bijgehouden en intern wordt hier verantwoording over afgelegd. Eind 2019 scoren we op alle gebieden op of boven de KWH-norm. Begin 2020 hebben we bericht gekregen vanuit de Commissie Kwaliteitsverklaringen dat Casade voldoet en haar KWH-label wordt verlengd tot 18 maart 2022 e. We de kwetsbare doelgroep in de samenleving onvoldoende in beeld hebben en kunnen bedienen, waardoor deze tussen wal en schip raakt Casade kiest er bewust voor aanwezig te zijn in de wijk. Er is in verhouding met collegacorporaties een forse afdeling die in de wijk werkzaam is. Door deze medewerkers wordt een actieve houding aangehouden ten behoeve van de signalering van kwetsbare doelgroepen. Hierbij wordt een formeel en informeel netwerk onderhouden waardoor we elkaar actief kunnen inzetten wanneer dit nodig is. In financiÍle zin zet Casade in op (blijvende) betaalbaarheid. Hierover zijn met de huurdersorganisatie SHC in het verleden afspraken gemaakt en is het huurbeleid op geÍnt. f.

Het aanbod van huurwoningen niet overeenkomt met de vraag Dit risico wordt beperkt door het nastreven van het portfoliobeleid. In het portfoliobeleid is op basis van externe onderzoeksgegevens een langetermijnvisie van 20 jaar gegeven. Daarnaast vindt er een periodieke afstemming plaats in welke mate de streefvoorraad van Casade voldoet aan de veranderende (markt)omstandigheden. Om blijvend te voldoen wordt maximaal ingezet op de transformatie en verbetering van ons bezit door nieuwbouw en verkoop, verbeteringen en duurzaamheidsmaatregelen.

51


g. (Onzekerheden in) bouwprojecten niet voldoende beheerst worden Om de risico’s van bouwprojecten te beheersen is een heel palet van maatregelen aanwezig. De kaders hiervan zijn in een overkoepelend document opgenomen, het investeringsstatuut. Jaarlijks wordt intern en extern getoetst op de naleving van dit statuut. Wekelijks worden de projecten in een gezamenlijk overleg tussen de projectmedewerkers en controller besproken. Periodiek vindt de terugkoppeling hiervan plaats naar het managementteam en raad van commissarissen ter verantwoording. De sloop en vervangende nieuwbouw van de Bloemenoordflats in Waalwijk is op dit moment het grootst lopende projecten en heeft dan ook voldoende aandacht en ondersteuning. Op dit moment lopen de projecten met enige vertraging prima. h. Het niet lukt om de gewenst transformatieopgaaf tijdig te halen Na een periode van temporisering in de nieuwbouwprojecten en woningverbeteringen is in 2017 afgesproken een versnelling in te zetten. Dit kost tijd om te realiseren en capaciteit om uit te voeren. Net als voorgaand jaar is een projectplanning opgezet en zijn prognoses gemaakt in de uit te voeren projecten. De capaciteit is vergroot, waardoor we de projecten ook aan kunnen. Daar waar nodig vindt inhuur plaats. Op het gebied van woningverbeteringen is in 2019 het selectietraject afgerond. We zijn gestart met een pilot project voor ieder van de 4 afzonderlijke partijen. Bij geen bijzonderheden wordt hiermee een duurzame samenwerking aangegeven om de voortgang van de verbeteringen te borgen. Om de projecten te bewaken wordt in de verantwoording richting de raad van commissarissen gerapporteerd omtrent bijzonderheden, voortgang, tijd, geld en risico’s. Naast de ontwikkelingen in 2019 rond de flora en fauna, PAS, PFAS en toeleveringsproblemen netwerkleveranciers (Enexis) is hier begin 2020 ook het corona virus bijgekomen. De ontwikkelingen worden op de voet gevolgd. In een wekelijks crisisteam worden deze en mogelijk consequenties en maatregelen besproken. Enige vertragingen zijn niet uitgesloten. i.

Dat we niet voldoen aan onze duurzaamheidsopgave/ wettelijke verplichtingen Duurzaamheid is een belangrijk landelijk thema. Casade is hier al enige tijd mee bezig. In 2018 heeft dit gezorgd voor een duidelijk duurzaamheidsbeleid welke in 2019 verder is geïmplementeerd. Een van de basisprincipes die wij hanteren is ‘no regret’. Dit betekent dat wij van de investeringen die wij nu al doen, eventueel vooruitlopend op duurzaamheidsmaatregelen in de toekomst, achteraf geen spijt krijgen. De duurzaamheidsdoelstellingen hebben in 2019 verder vorm gekregen waardoor verantwoording periodiek kan plaatsvinden.

j.

Er onvoldoende checks and balances aanwezig zijn. Dit risico wordt beperkt door een juiste tone at the top en het organiseren van natuurlijke tegengestelde belangen binnen het managementteam. Daarnaast worden binnen de processen waar mogelijk tegengestelde belangen ingebouwd. Vanaf de fusie is veel aandacht geweest voor de vastlegging van de taken en verantwoordelijkheden binnen de organisatie.

k. Niet wordt voldaan aan de privacywetgeving / AVG Op 25 mei 2018 is de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in werking getreden. Op zich geen nieuwe regelgeving maar een verduidelijking en aanscherping van de oude Wet bescherming persoonsgegevens. 52


Om ons voor te bereiden heeft Casade al in 2017 een stappenplan opgesteld om de nodige verplichtingen te realiseren. De opvolging hiervan heeft plaatsgevonden in een interne ‘privacycommissie’. Bijzonderheden worden in deze commissie besproken en indien nodig worden passende maatregelen genomen. Om de maand is de commissie bij elkaar gekomen om bijzonderheden te bespreken. In 2019 is geen datalek geconstateerd.

In 2019 is hard gewerkt aan het nieuwe ondernemingsplan 2020-2024. Onderdeel hiervan zijn de doelstellingen en strategische risico’s. Om de risico’s op te halen is aangesloten bij de tafelgesprekken met alle medewerkers. Hieruit zijn ruim 100 risico’s opgehaald. Het managementteam heeft samen met de bestuurder en controller deze risico’s teruggebracht en ingeschat. Wat eind 2019 heeft gezorgd voor een nieuwe risico top 10, welke ook is opgenomen in het nieuwe ondernemingsplan. a. Het risico dat we onvoldoende in beeld hebben of de huurders vinden dat de huren/ woonlasten betaalbaar zijn. b. Het risico dat het proces onderhoud zorgt voor onverwachte (hoge) kosten en daling in klanttevredenheid. c. Het risico dat we de toenemende kwetsbare doelgroep in de samenleving onvoldoende in beeld hebben en kunnen bedienen. d. Het risico dat criminaliteit en fysieke of sociale veiligheidsincidenten toenemen zonder daar zicht op te hebben. e. Het risico dat het niet lukt om de gewenste transformatieopgave tijdig te halen en mede hierdoor het aantal beschikbare huurwoningen niet overeenkomt met de vraag. f. Het risico dat het niet lukt om actief woningzoekenden binnen een redelijke termijn te voorzien van een passende woning. g. Het risico dat we niet voldoen aan onze duurzaamheidsopgave of wettelijke verplichtingen. h. Het risico dat er onvoldoende draagvlak is onder de huurders voor duurzaamheidsmaatregelen. i. Het risico dat innovatie niet doet wat het belooft, niet voldoet aan de verwachtingen of achteraf niet beter is voor het klimaat. j. Het risico van grote macro economische en geopolitieke gebeurtenissen, met als gevolg dat de rente, inflatie of kosten fundamenteel anders zijn dan gepland. Bovengenoemde risico’s zijn de bruto-risico’s; risico’s zonder rekening te houden met enige beheersingsmaatregelen. Bij elk risico zijn de beheersingsmaatregelen beschreven en deze worden periodiek in het management team besproken. Hieruit zijn per risico de drie belangrijkste beheersingsmaatregelen gedestilleerd, waarna een netto-risico resulteert. De bruto-risico’s en netto-risico’s (na beheersingsmaatregelen) zijn geplaatst in een kans/impactgrafiek. De kans/impact-analyse is gemaakt door het bestuur inclusief managementteam van Casade. De grootste resultaten zijn te behalen in het beperken van de kans dat zich een strategisch risico voordoet. De impact is vaak meer een gegeven en is niet altijd even goed te beïnvloeden.

53


We bespreken de risico’s en beheersingsmaatregelen actief binnen het managementteam en leggen daarover verantwoording af aan de raad van commissarissen. De inschatting van het risico “Het risico dat het proces onderhoud zorgt voor onverwachte (hoge) kosten en daling in klanttevredenheid.” ligt bij initiële inschatting voor zowel voor als na beheersingsmaatregelen boven het gemiddelde. De KWH-cijfers laten inmiddels een goede verbetering zien over de tevredenheid en de verwachting is dat de implementatie van een nieuw onderhoudsproces met partijen in 2020 zal zorgen voor een betere kostenbeheersing. Naast risicomanagement op strategisch niveau maken we op projectniveau voor nieuwbouw en vastgoedverbeteringen een afzonderlijke risico-inschatting (o.b.v. RISMAN-methode). In de viermaandelijkse rapportage aan de raad van commissarissen besteden we daar aandacht aan. Daarnaast worden belangrijke treasury-besluiten voorzien van een risicoparagraaf en van een advies van een externe treasury-adviseur. Waar het zaken betreft met materiële organisatorische impact verloopt de besluitvorming door de bestuurder in het managementteam langs de lijn van een afzonderlijk projectteam en wordt in de afweging een risicoparagraaf betrokken. In het verslagjaar hebben zich geen risico’s voorgedaan met materiële impact op de organisatie. Om het proces van risicomanagement te versterken is op strategisch niveau de opzet van ons interne risicobeheersing- en controlesysteem geformuleerd en is op tactisch niveau een auditplan opgesteld. Hierin staat beschreven welke interne controles er jaarlijks op welke processen en financiële transactiestromen plaatsvinden. En worden conform het auditplan op operationeel niveau per proces/thema audits uitgevoerd. Uitkomsten hiervan worden besproken met de proceseigenaar om de beheersing waar nodig te verbeteren. Vanaf 2016 wordt op een gestructureerde wijze invulling gegeven aan compliance: het geheel van maatregelen dat zich richt op de implementatie, handhaving en naleving van externe wet- en regelgeving, sectorregelingen en (prestatie)afspraken met belanghebbenden evenals op de naleving van interne regels en besluiten om te voorkomen dat de reputatie, integriteit en betrouwbaarheid van Casade wordt aangetast. 54


In een compliance-statuut zijn missie, doelstellingen, definitie en reikwijdte van compliance beschreven en is vastgelegd waar taken en verantwoordelijkheden liggen op het gebied van compliance. Het statuut vindt zijn uitwerking in een jaarplan, dat de compliance-activiteiten beschrijft voor het betreffende jaar.

5. Bestuursverklaring Het bestuur van Casade verklaart voorts dat: • Casade haar middelen uitsluitend voor werkzaamheden op het gebied van de volkshuisvesting bestemt; • De raad van commissarissen op 3 juni 2020 het jaarverslag 2019 heeft vastgesteld; • De accountant met betrekking tot de jaarrekening een goedkeurende controleverklaring heeft afgegeven en dat hij in zijn onderzoek heeft getoetst dat het bestuursverslag verenigbaar is met de jaarrekening.

Drs. R.J. van Gurp, directeur-bestuurder

55


JAARREKENING 2019 1. Balans voor resultaatbestemming ACTIVA (in duizenden euro’s)

31-12-2019

31-12-2018

Vaste activa Vastgoedbeleggingen (1) 1.

DAEB vastgoed in exploitatie

2. 3.

Niet-DAEB vastgoed in exploitatie Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie

4.

1.486.805

1.500.136

91.830

85.263

95.381

92.495

8.240

1.975 1.682.256

1.679.869

2.864

3.232

Materiële vaste activa (2) 5.

Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie

Financiële vaste activa (3) 6.

Overige deelnemingen

7.

Latente belastingvordering(en)

8.

Overige vorderingen

-

15

13.071

19.109

983

971 14.054

20.095

Vlottende activa Voorraad (4) 9.

Vastgoed bestemd voor verkoop

10.

Overige voorraden

743

880

4.254

5.648 4.997

6.528

Vorderingen (5) 11.

Huurdebiteuren

692

886

12.

Overige vorderingen

612

88

13.

Overlopende activa

223

427

Liquide middelen (6)

TOTAAL ACTIVA

56

1.527

1.401

20.384

38.544

1.726.082

1.749.669


PASSIVA (in duizenden euro’s)

31-12-2019

31-12-2018

Eigen vermogen (7) 14. Herwaarderingsreserve

860.264

760.675

15. Overige reserves

326.925

240.291

10.211

186.223

16. Resultaat

-

1.176.978

1.187.189

Voorzieningen (8) 17. Voorziening onrendabele investeringen

26.392

13.224 26.392

13.224

Langlopende schulden (9) 18. Leningen overheid 19. Leningen kredietinstellingen 20. Verplichting uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 21. Derivaten

5.982

6.132

397.327

406.142

94.416 2.069

92.558 1.387 499.794

506.219

Kortlopende schulden (10) 22. Schulden aan kredietinstellingen

8.965

27.684

23. Schulden aan leveranciers

3.671

4.486

24. Belastingen en premies sociale verzekeringen

2.252

2.627

-

320

84

168

7.946

7.752

25. Schulden ter zake van pensioenen 26. Overige schulden 27. Overlopende passiva

TOTAAL PASSIVA

57

22.918

43.037

1.726.082

1.749.669


2. Winst- en verliesrekening (in duizenden euro’s)

2019

28. Huuropbrengsten 29. Opbrengsten servicecontracten

2018

78.579

78.305

1.362

1.968

30. Lasten servicecontracten

-

1.061

-

1.498

31. Lasten verhuur en beheeractiviteiten

-

6.101

-

6.515

32. Lasten onderhoudsactiviteiten 33. Overige directe operationele lasten exploitatie bezit Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille (11)

-

24.792

-

29.218

-

12.865

-

14.475

35.122

34. Omzet verkocht vastgoed in ontwikkeling

-

35. Uitgaven verkocht vastgoed in ontwikkeling Netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling (12)

-

28.567 2.195 -

1.244

-

36. Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille

951

10.772

37. Toegerekende organisatiekosten

-

38. Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille (13)

-

36.986

94

-

8.430

187

-

31.498

2.248

39. Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille 40. Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille 41. Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden Waardeveranderingen vastgoedportefeuille (14)

-

21.623 -

-

11.924

4.693

191.979

1.028

283 -

42. Opbrengst overige activiteiten

5.301

25.288

180.338

258

43. Kosten overige activiteiten Netto resultaat overige activiteiten (15)

-

265

264

-

44. Overige organisatiekosten 45. Leefbaarheid

-

Bedrijfsresultaat (transporteren)

6

-

34

-

-

713

1.214 10.862

58

299

-

1.298 213.112


(in duizenden euro’s)

2019

2018

Bedrijfsresultaat (transporteren)

10.862

46. Waardeveranderingen van financiĂŤle vaste activa en effecten 47. Opbrengst van vorderingen die tot de vaste activa behoren en van effecten 48. Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten

-

213.112

697

-

-

30

-

49. Rentelasten en soortgelijke kosten Saldo financiĂŤle baten en lasten (16)

-

103

2

14.338

-

32.414

15.035

- 32.485

Resultaat voor belastingen

-4.173

180.627

50. Belastingen Resultaat na belastingen

-6.038

5.596

-10.211

186.223

59


3. Kasstroomoverzicht (in duizenden euro’s)

2019

2018

Operationele activiteiten Ontvangsten: Huren

78.572

79.247

2.708

2.728

403

200

Overheidsontvangsten

-

24

Renteontvangsten

-

Vergoedingen Overige bedrijfsontvangsten

2 81.683

Saldo ingaande kasstromen

82.201

Uitgaven: Personeelsuitgaven

8.433

7.871

Onderhoudsuitgaven

22.837

21.914

Overige bedrijfsuitgaven

11.397

10.896

Rente uitgaven

13.732

18.181

-

789

8.861

9.472

404

457

-

-

Sectorspecifieke heffing Verhuurderheffing Leefbaarheid Vennootschapsbelasting Saldo uitgaande kasstromen

Kasstroom uit operationele activiteiten

65.664

69.580

16.019

12.621

(Des)investeringsactiviteiten MVA ingaande kasstroom Verkoopontvangsten bestaande huur, woon- en niet woongelegenheden Verkoopontvangsten woongelegenheden (VOV) na inkoop in dPi periode Verkoopontvangsten grond

9.943

36.689

3.783

5.301

-6

1.176 13.720

Tussentelling ingaande kasstroom MVA MVA uitgaande kasstroom Nieuwbouw huur, woon- en niet woongelegenheden Woningverbetering, woon- en niet woongelegenheden

43.166

11.534

12.242

773

4.708

366

507

-

97

7.080

7.526

Investeringen overig

118

759

Externe kosten bij verkoop

284

Aankoop, woon- en niet woongelegenheden Nieuwbouw verkoop, woon- en niet woongelegenheden Aankoop woongelegenheden (VOV) voor doorverkoop

527 20.155

Tussentelling uitgaande kasstroom MVA

60

26.366


-6.435

Saldo in- en uitgaande kasstroom MVA

16.800

FVA Ontvangsten verbindingen Ontvangsten overig Uitgaven verbindingen Uitgaven overig

-

3.161

22

1.123

-

-

53

Saldo in- en uitgaande kasstroom FVA

Kasstroom uit (des)investeringen

-

-31

4.284

-6.466

21.084

Financieringsactiviteiten Ingaand: Nieuwe door WSW geborgde leningen

-

80.000

27.713

90.289

Uitgaand: Aflossing door WSW geborgde leningen

Kasstroom uit financieringsactiviteiten

-27.713

-10.289

Mutatie liquide middelen

-18.160

23.416

Liquide middelen per 1 januari

38.544

15.128

Liquide middelen per 31 december

20.384

38.544

61


4. Toelichting op de jaarrekening Algemeen Stichting Casade is een stichting met de status van ‘toegelaten instelling volkshuisvesting’. De statutaire vestigingsplaats is Waalwijk. Casade is ingeschreven bij het Handelsregister Kamer van Koophandel onder nummer 18111768. Het feitelijk actieve werkgebied bestaat uit de gemeenten Dongen, Loon op Zand en Waalwijk. Daarnaast bezit Casade 7 woningen in Heusden. De activiteiten bestaan voornamelijk uit de exploitatie en ontwikkeling van woningen voor de sociale huursector. Deze jaarrekening heeft betrekking op de periode 1 januari 2019 tot en met 31 december 2019. Alle bedragen luiden in duizenden euro’s, tenzij anders vermeld.

Continuïteit van de activiteiten De in de onderhavige jaarrekening gehanteerde grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn gebaseerd op de veronderstelling van continuïteit van de stichting.

Overname bezit Woningstichting Geertruidenberg Achtergrond Samen met een aantal regionale corporaties heeft Casade per 1 januari 2019 bezit en leningen van Woningstichting Geertruidenberg (WSG) overgenomen om te komen tot een oplossing van het financieel probleem bij WSG. De kern van deze transactie is dat ieder van de regiocorporaties een deel van het vastgoed van WSG overneemt, dat gelegen is in de gemeenten waar deze corporatie actief is, en daartegenover ook een deel van de leningen van WSG overneemt. Als zodanig krijgt het totale vastgoed van WSG een plaats bij de overnemende corporaties. De transactie is kasstroom-neutraal gedaan: met de exploitatie-opbrengsten voor het over te nemen bezit kan de rente en aflossing van de over te nemen leningen worden betaald. Aandeel Casade in WSG transactie In totaal heeft Casade 279 woningen, 143 zorgeenheden en 5 eenheden bedrijfsonroerend goed overgenomen. De marktwaarde van het overgenomen vastgoed bedraagt ca. € 70 miljoen. Casade heeft WSG-leningen tot een bedrag van ca. € 40 miljoen overgenomen. Deze leningen kennen een relatieve hoge rente en een relatief lange looptijd. De marktwaarde van de overgenomen leningen bedraagt ca. € 70 miljoen. Met de overname van deze leningen is de gemiddelde looptijd van de uitstaande leningen verlengd van 18,6 jaar begin 2019 naar 18,9 jaar eind 2019. De rentevoet is in 2019 gestegen van 3,08% naar 3,24%. Verwerkingswijze De juridische overdracht van de overgenomen activa en passiva is per 1 januari 2019 geëffectueerd via een juridische afsplitsing naar de overnemende corporaties (w.o. Casade). De overname is verwerkt als fusie en heeft plaatsgevonden conform RJ 216.603, zonder koopsom. De fusie is ingevolge RJ 216.605 aangemerkt als een samensmelting van belangen, zodat conform RJ 216.3 de zogenaamde “pooling of interests”-methode is toegepast. Bij toepassing van de “pooling of interests”methode worden de activa en passiva van de gevoegde rechtspersonen conform RJ 216.607 tegen hun bestaande boekwaarde opgenomen. De activa en passiva van de gevoegde rechtspersonen, alsmede hun baten en lasten over het boekjaar waarin de voeging wordt gerealiseerd en over ter vergelijking toegevoegde voorgaande boekjaren, zijn op grond van RJ 216.303 in de jaarrekening van Casade opgenomen als ware de voeging vanaf het begin van die boekjaren reeds een feit, dus per 1 januari 2019. De vergelijkende cijfers over 2018 zijn tevens (pro forma) aangepast en opgenomen in de jaarrekening. Schattingen en aannames Bij de bepaling van de waardering van het vastgoed op overnamedatum heeft het bestuur van Casade diverse schattingen gemaakt die van belang zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. De overnamewaarde van het vastgoed is initieel bepaald op basis van de waarde opgenomen in de gecontroleerde jaarrekening 2018 van WSG. De marktwaarde van het vastgoed was ultimo 2018 gebaseerd

62


op basis van liquidatiewaarde. Om de marktwaarde van het vastgoed in continuïteit te bepalen, heeft Casade onder andere gebruik gemaakt van de door WSG beschikbaar gestelde elementen uit de basisgegevens en taxaties. Op basis van deze data is de liquidatiewaarde van het overgenomen vastgoed herrekend naar de marktwaarde in continuïteit. De pro forma opgenomen vergelijkende cijfers over 2018 zijn door Casade als volgt bepaald: Balansstanden per 1-1-2018 zijn herrekend op basis van de herziene samenstelling van het resultaat van belastingen 2018 (incl. niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille) en de herziene samenstelling van het kasstroomoverzicht 2018. Winst- en verliesrekening 2018: o Opbrengsten en kosten direct toerekenbaar aan de overgenomen activa en passiva (w.o. huuropbrengsten en rentelasten) zijn voor het volledige bedrag opgenomen. o Niet direct toerekenbare opbrengsten en kosten zijn middels een verdeelsleutel bepaald en opgenomen op basis van het aandeel van de overgenomen activa en passiva. Kasstroomoverzicht 2018: o Kasstromen direct toerekenbaar aan de overgenomen activa en passiva (w.o. huur en rente) zijn voor het volledige bedrag opgenomen. o Niet direct toerekenbare kasstromen zijn middels een verdeelsleutel bepaald en opgenomen op basis van het aandeel van de overgenomen activa en passiva. De transactie is als volgt in de jaarrekening verwerkt: Herziene openingsbalans per 1 januari 2018: WSG Casade na (overgenomen overname WSG deel) 01-01-18 1.437.473 65.169 1.502.642

Casade 01-01-18 Vastgoedbeleggingen Materiele vaste activa

3.201

3.201

Financiële vaste activa

40.656

40.656

Vlottende activa

25.483

681

26.164

1.506.813

65.850

1.572.663

976.178

25.469

1.001.647

Totaal activa Eigen vermogen Voorzieningen

6.842

6.842

Langlopende schulden

495.337

39.785

535.122

Kortlopende schulden

28.456

596

29.052

1.506.813

65.850

1.572.663

Totaal passiva

Herziene samenstelling van de winst-en-verliesrekening 2018: WSG 2018 Casade na (overgenomen overname WSG deel) 2018 25.385 3.182 28.567

Casade 2018 Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille Netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille Waardeveranderingen vastgoedportefeuille

951

-

951

5.301

-

5.301

176.846

Netto resultaat overige activiteiten

-34

Overige organisatiekosten en leefbaarheid Saldo financiële baten en lasten Belastingen

-34

-718

-2.011

-30.617

-1.868

-32.485

182.135

63

-

180.338

-1.293 5.596

Resultaat na belastingen

3.492

4.088

5.596 186.223


Herziene openingsbalans per 1 januari 2019: WSG Casade na (overgenomen overname WSG deel) 01-01-19 1.611.208 68.661 1.679.869

Casade 31-12-18 Vastgoedbeleggingen Materiele vaste activa

3.232

-

3.232

Financiële vaste activa

20.095

-

20.095

Vlottende activa

46.473

-

46.473

Totaal activa

1.681.008

68.661

1.749.669

Eigen vermogen

1.158.313

28.876

1.187.189

Voorzieningen

13.224

-

13.224

Langlopende schulden

466.434

39.785

506.219

Kortlopende schulden

43.037

-

43.037

Totaal passiva

1.681.008

68.661

1.749.669

Herziene samenstelling van het kasstroomoverzicht over 2018: Casade 2018

WSG 2018 (overgenomen deel)

Casade na overname WSG 2018

Operationele activiteiten Saldo ingaande kasstromen

77.280

4.921

82.201

Saldo uitgaande kasstromen

-63.978

-5.602

-69.580

Tussentelling ingaande kasstroom MVA

43.166

-

43.166

Tussentelling uitgaande kasstroom MVA

-26.366

-

-26.366

4.284

-

4.284

(Des)investeringsactiviteiten

Saldo in- en uitgaande kasstroom FVA Financieringsactiviteiten Kasstroom uit financieringsactiviteiten

-10.289

-

-10.289

Mutatie liquide middelen

24.097

-681

23.416

Liquide middelen per 1 januari

14.447

681

15.128

Liquide middelen per 31 december

38.544

-

38.544

Regelgeving Stichting Casade heeft de jaarrekening opgesteld met inachtneming van artikel 35 van de Woningwet. Het eerste lid van dit artikel schrijft de toepassing van BW2 Titel 9 voor, behoudens enkele specifieke uitzonderingen. Behalve de Woningwet zijn tevens het Besluit Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (BTIV) en de Regeling Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (RTIV) van toepassing. Verder zijn de Beleidsregels toepassing Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) en de door de Raad voor de Jaarverslaggeving uitgegeven richtlijnen toegepast, waaronder Richtlijn 645 Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting in het bijzonder.

Kapitaalbelangen Smart Finance B.A. Casade was lid van Coöperatie Smart Finance B.A. te Eindhoven (belang 2%). De coöperatie heeft ten doel het verlenen van ondersteuning in de financieringslasten van particuliere kopers van woningen (o.a. de Starters Rente Regeling). Het lidmaatschap is door Casade opgezegd en in 2019 is het kapitaalbelang afgeboekt.

64


Oordelen, schattingen veronderstellingen en onzekerheden Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt het bestuur van Casade zich diverse oordelen en maakt schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Onzekerheid omtrent deze schattingen en veronderstellingen kan resulteren in materiële aanpassingen van de jaarrekening in toekomstige jaren. De belangrijkste oordelen en schattingen hebben betrekking op de activa in exploitatie (zowel het sociaal als het commercieel vastgoed), de voorzieningen, de waardeverminderingen en de acute en latente belastingen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten.

Schattingen en veronderstellingen Casade maakt de schattingen en veronderstellingen op basis van de omstandigheden en informatie beschikbaar op het moment van opmaak van de jaarrekening. Schattingen gebaseerd op toekomstige gebeurtenissen (of het zich niet voordoen van verwachte gebeurtenissen) kunnen onderhevig zijn aan toekomstige veranderingen in de markt en omstandigheden buiten de invloedssfeer van de groep. Deze schattingswijzigingen worden prospectief verwerkt. De belangrijkste schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen zijn: Herwaardering en vastgoedbeleggingen Casade waardeert de vastgoedbeleggingen tegen de reële waarde waarbij veranderingen in de reële waarde in de winst-en-verliesrekening worden verantwoord. De reële waarden van de vastgoedbeleggingen zijn bepaald met behulp van de contante waarde methode, zoals voorgeschreven door het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde (bijlage 2 bij de Regeling Toegelaten Instellingen 2015). In sommige gevallen zijn de reële waarden van de vastgoedbeleggingen bepaald aan de hand van recente transacties met gelijksoortige kenmerken en locaties als het vastgoed van de groep. Casade heeft onafhankelijke waarderingsexperts ingeschakeld voor het bepalen van de reële waarde. De waardering is het meest gevoelig voor veranderingen van de disconteringsvoet. Voor een verdere toelichting met betrekking tot de aannames en schattingen in het bepalen van de reële waarde, wordt verwezen naar de toelichting op het vastgoed in exploitatie. Bijzondere waardeverminderingen Casade beoordeelt op elke balansdatum of een actief of een groep van activa een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. De beoordeling heeft geresulteerd in een bijzondere waardevermindering van het vastgoed in ontwikkeling van € 19,7 miljoen in het huidige boekjaar. De realiseerbare waarde is gebaseerd op de marktwaarde van de kasstroom-genererende eenheid per 31 december 2019, bepaald met behulp van de contante waarde methode, zoals voorgeschreven door het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde (bijlage 2 bij de Regeling Toegelaten Instellingen 2015). De kasstroomprojecties bevatten aannames en schattingen van toekomstige verwachtingen. De realiseerbare waarde is gevoelig voor de disconteringsvoet, de verwachte toekomstige kasstromen en de groeivoet gehanteerd voor extrapolaties. Voor een verdere toelichting met betrekking tot de aannames en schattingen in het bepalen van de bijzondere waardeverminderingen, wordt verwezen naar de toelichting op het vastgoed in ontwikkeling. Latente belastingvorderingen De waardering van latente belastingvorderingen wordt gebaseerd op de fiscale gevolgen van de door Casade, per balansdatum, voorgenomen wijze van realisatie of afwikkeling van activa, voorzieningen, schulden of overlopende passiva. Latente belastingvorderingen worden gewaardeerd tot de hoogte waarop het waarschijnlijk is dat fiscale winst beschikbaar zal zijn voor de verrekening. Casade betrekt in deze beoordeling het beschikbaar zijn van latente belastingverplichtingen ter saldering, de mogelijkheid van planning van fiscale resultaten en de hoogte van toekomstige fiscale winsten in combinatie met het tijdstip en/of periode waarin de latente belastingvorderingen worden gerealiseerd. Voor een verdere toelichting met betrekking tot de aannames en schattingen in het bepalen van de hoogte van de latente belastingvorderingen, wordt verwezen naar de toelichting op de financiële vaste activa.

65


Salderen Een actief en een post van het vreemd vermogen worden gesaldeerd in de jaarrekening opgenomen uitsluitend indien en voor zover: • een deugdelijk juridisch instrument beschikbaar is om het actief en de post van het vreemd vermogen gesaldeerd en simultaan af te wikkelen; en • het stellige voornemen bestaat om het saldo als zodanig of beide posten simultaan af te wikkelen.

Financiële instrumenten Onder financiële instrumenten worden zowel primaire financiële instrumenten zoals vorderingen, effecten en schulden, als afgeleide instrumenten verstaan. Alle aan- en verkopen volgens standaard markconventies van financiële activa worden opgenomen per transactiedatum, dat wil zeggen de datum waarop Casade de bindende overeenkomst aangaat. Voor de grondslagen van de primaire financiële instrumenten wordt verwezen naar de behandeling per balanspost. Door de waardering en verwerking van afgeleide instrumenten wordt verwezen naar de afzonderlijke paragraaf Derivaten en hedge accounting.

66


5. Grondslagen voor waardering van activa en passiva Vastgoedbeleggingen (DAEB en Niet-DAEB) Vastgoed in exploitatie Classificatie en kwalificatie Het vastgoed in exploitatie wordt op objectniveau geclassificeerd naar DAEB (sociaal) en niet-DAEB (commercieel) vastgoed, conform het door de Autoriteit Woningcorporaties goedgekeurde ‘scheidingsvoorstel’ en de hierop volgende transacties tussen de ‘DAEB-tak’ en de ‘niet-DAEB-tak’, rekening houdend met de criteria van de Beschikking van de Europese Commissie d.d. 15 december 2009 aangaande de staatssteun voor toegelaten instellingen. Maatschappelijk vastgoed is bedrijfsonroerend goed dat wordt verhuurd aan maatschappelijke organisaties, waaronder zorg-, welzijn-, onderwijs- en culturele instellingen en dienstverleners en tevens is vermeld op de bijlage zoals deze is opgenomen in de EC-beschikking d.d. 15 december 2009. Het niet-DAEB-vastgoed omvat volgens de eerder genoemde criteria de woningen met een huurprijs boven de huurliberalisatiegrens (huurtoeslaggrens) op contractdatum, facultatief aan de niet-DAEB-tak overgedragen DAEB-vastgoed, het bedrijfsmatig vastgoed (niet zijnde maatschappelijk vastgoed) en het overige commercieel vastgoed. Complexindeling Het sociaal vastgoed en het commercieel vastgoed is opgedeeld naar waarderingscomplexen. Een waarderingscomplex is een samenstel van verhuureenheden, dat in principe bestaat uit vergelijkbare verhuureenheden voor wat betreft type vastgoed, bouwperiode en locatie, en dat als één geheel aan een derde partij in verhuurde staat kan worden verkocht. Een waarderingscomplex kan daarom worden gedefinieerd als een aaneengesloten blok verhuureenheden van dezelfde bouwperiode. Alle verhuureenheden van de toegelaten instelling maken deel uit van een waarderingscomplex of zijn een afzonderlijk waarderingscomplex. Het kan voorkomen dat een waarderingscomplex bestaat uit sociaal en commercieel vastgoed. In dat geval wordt, nadat de waarde van het waarderingscomplex is bepaald, de waarde opgesplitst in een deel dat aan het sociaal vastgoed, respectievelijk aan het commerciële deel kan worden toegerekend. Waardering bij eerste verwerking sociaal en commercieel vastgoed Bij de eerste verwerking wordt het sociaal vastgoed in exploitatie en het commercieel vastgoed in exploitatie gewaardeerd tegen de kostprijs. De kostprijs omvat de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, inclusief transactiekosten minus eventuele investeringssubsidies. De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten van gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. Voorts kunnen in de vervaardigingskosten worden opgenomen een redelijk deel van de indirecte kosten en de rente op schulden over het tijdvak dat aan de vervaardiging kan worden toegerekend. De in de toekomst te maken kosten van sloop worden ten laste van het resultaat verantwoord in het jaar dat de exploitatie door sloop wordt beëindigd . Waardering na eerste verwerking Onroerende zaken in exploitatie worden op grond van artikel 35 lid 2 van de Woningwet na de eerste verwerking gewaardeerd tegen actuele waarde. Op grond van artikel 31 van het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 vindt de waardering plaats tegen de marktwaarde. Het Besluit actuele waarde is niet van toepassing. Op grond van artikel 14 van de Regeling toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 vindt de waardering tegen marktwaarde plaats overeenkomstig de methodiek die is opgenomen in bijlage 2 van de Regeling toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 (“Handboek modelmatig waarderen marktwaarde”).

67


Op basis van artikel 31 van het BTIV wordt bij de waardering onderscheid gemaakt naar de volgende categorieën: • Woongelegenheden • Bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerend goed (BOG en MOG) • Parkeergelegenheden • Intramuraal zorgvastgoed Casade hanteert de full versie van het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde. Bij de waardering van het vastgoed worden een doorexploiteer- en een uitpondscenario onderscheiden. De marktwaarde is de hoogste van beide waarderingen. Het handboek volgt de netto contante waarde methode, de DCF-methode. Via de DCF-methode worden de toekomstige inkomende en uitgaande kasstromen contant gemaakt naar het heden aan de hand van een disconteringsvoet, inclusief de eindwaarde die de geschatte opbrengstwaarde is van het vastgoed aan het einde van de DCF-periode. Hierbij wordt verondersteld dat de jaarbedragen medio het jaar ontvangen, respectievelijk betaald worden. De berekening van de netto contante marktwaarde wordt bij alle typen vastgoed uitgevoerd voor een exploitatieperiode van 15 jaar. De bepaling van de toekomstige inkomende en uitgaande kasstromen vindt bij woongelegenheden en parkeergelegenheden plaats aan de hand van twee scenario’s: enerzijds op basis van het doorexploiteerscenario en anderzijds op basis van het uitpondscenario. Bij BOG, MOG en intramuraal vastgoed is alleen het doorexploiteerscenario van toepassing. Na eerste verwerking wordt een waardevermindering of – vermeerdering van de marktwaarde van onroerende zaken in exploitatie verantwoord in de winst-en-verliesrekening van de periode waarin de wijziging zich voordoet. De waardevermindering of – vermeerdering wordt separaat tot uitdrukking gebracht en in het resultaat verantwoord als “Niet-gerealiseerde waardeveranderingen”. Uitgaven na eerste verwerking Uitgaven na eerste verwerking ten behoeve van het complex aangaande het sociaal en commercieel vastgoed, die voldoen aan de algemene activeringscriteria worden geactiveerd tegen kostprijs en vervolgens getoetst aan het verschil in marktwaarde van het complex vóór en na deze uitgaven. Het marktwaardeverschil wordt in het actief verwerkt als een waardevermindering of – vermeerdering en in het resultaat verantwoord als “Nietgerealiseerde waardeveranderingen Groot Onderhoud In de kostprijs worden de kosten van groot onderhoud opgenomen, zodra deze kosten zich voordoen en aan de activeringscriteria is voldaan. De boekwaarde van de te vervangen bestanddelen wordt dan als gedesinvesteerd beschouwd en ineens ten laste van de winst-en-verliesrekening gebracht. Alle overige onderhoudskosten worden direct in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Herwaarderingsreserve Jaarlijks wordt op balansdatum de marktwaarde van onroerende zaken in exploitatie opnieuw bepaald. Winsten of verliezen ontstaan door een wijziging in de marktwaarde worden verantwoord in de winst-enverliesrekening. Voor het positieve verschil tussen de marktwaarde van het waarderingscomplex en de initiële verkrijgings- of vervaardigingsprijs, zonder rekening te houden met enige afschrijving of waardevermindering, wordt een herwaarderingsreserve gevormd. Het expliciet opnemen van een herwaarderingsreserve in de balans als onderdeel van het eigen vermogen benadrukt voor de gebruiker van de jaarrekening dat een deel van het eigen vermogen op het waarderingsmoment nog niet gerealiseerd is. Bij de bepaling van de herwaarderingsreserve wordt rekening gehouden met het effect van de belastingdruk op de ongerealiseerde herwaardering.

68


Afschrijvingen Op de vastgoedbeleggingen in exploitatie gewaardeerd op marktwaarde wordt niet afgeschreven. Buitengebruikstelling als gevolg van sloop Indien op het waarderingscomplex of een deel daarvan, op de waardepeildatum 31 december 2019 een ook voor een derde, onherroepelijke verplichting tot sloop van toepassing is, wordt hier bij de waardering rekening mee gehouden. De sloopkosten worden in het jaar van uitgave ten laste van het resultaat gebracht.

Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Voor onroerende zaken in exploitatie die in het kader van een regeling Verkoop onder Voorwaarden (VOV) door Casade wordt overgedragen aan derden waarbij de regeling kwalificeert als financieringstransactie, eindigt het eigen gebruik en wordt het vastgoed gerubriceerd als vastgoed verkocht onder voorwaarden. De onroerende zaken verkocht onder voorwaarden worden gewaardeerd op de getaxeerde leegwaarde onder aftrek van de contractuele korting. Een eventuele waardevermeerdering of – vermindering van de boekwaarde van de onroerende zaken op het moment van de herclassificatie wordt verantwoord in de winsten-verliesrekening onder de post Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden. Na eerste verwerking vindt waardering plaats tegen de getaxeerde leegwaarde na aftrek van de in het VOVcontract overeengekomen korting. De leegwaarde wordt jaarlijks opnieuw geschat. Waardeveranderingen worden in het resultaat verantwoord onder de post Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden. De regeling kwalificeert als een financieringstransactie indien niet alle belangrijke economische voor- en nadelen zijn overgedragen. Dit is in het kader van een regeling VOV doorgaans het geval indien sprake is van een terugkoopplicht dan wel een terugkooprecht tegen een significant lagere terugkoopprijs dan de verwachte reële waarde op terugkoopmoment. Voor de in de regeling overeengekomen overdrachtswaarde heeft Casade een terugkoopverplichting, die jaarlijks wordt gewaardeerd op de bij overdracht ontstane terugkoopverplichting, rekening houdend met de contractvoorwaarden inzake terugkoop waaronder de deling van de jaarlijkse waardeontwikkeling van de woning in het economisch verkeer. De terugkoopverplichting wordt als verplichting op de balans opgenomen zonder rekening te houden met de tijdswaarde van geld aangezien inschatting van het tijdstip waarop terugkoop in de toekomst zal plaatsvinden, mede gelet op de onbeperkte terugkooptermijn, niet goed mogelijk is. Indien de verwachting bestaat dat de terugkoop binnen één jaar zal plaatsvinden wordt de verplichting onder de kortlopende schulden verantwoord. De waardeveranderingen van de woningen verkocht onder voorwaarden (na herclassificatie) en die van de terugkoopverplichtingen worden in het resultaat verantwoord onder de post Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden. Ultimo boekjaar wordt het verschil (indien positief) tussen de dan opnieuw vastgestelde leegwaarde na aftrek van contractuele korting en de – gefixeerde – boekwaarde op moment van herclassificatie op basis van de oude grondslag verwerkt in een herwaarderingsreserve.

Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Vastgoed Dit betreft lopende investeringen in nieuwe complexen (nieuwbouw) en bestaande complexen (woningverbetering, herstructurering, zie hiervoor tevens de grondslag onder uitgaven na eerste verwerking hiervoor). De waardering bij eerste verwerking is tegen de kostprijs. De kostprijs omvat de verkrijgings- of

69


vervaardigingsprijs), rekening houdend met eigen ontwikkelingskosten en overige hieraan direct toerekenbare kosten. De waardering na eerste verwerking van het vastgoed in ontwikkeling is tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs dan wel de lagere marktwaarde. De marktwaarde wordt bepaald met behulp van geprognosticeerde kasstromen op basis van aannames zoals hiervoor toegelicht onder vastgoed in exploitatie onder Waardering na eerste verwerking. Indien gerede twijfel bestaat of de reeds bestede kosten terugverdiend kunnen worden, wordt het vastgoed tegen de lagere marktwaarde van het project in het bestaande ontwikkelingsstadium gewaardeerd en wordt het nadelig verschil in het resultaat verantwoord onder de post Overige waardeveranderingen. In het geval per balansdatum sprake is van feitelijke dan wel juridische investeringsverplichtingen inzake sociaal en commercieel vastgoed in ontwikkeling, waarbij de geschatte kostprijs van het vastgoed hoger is dan de marktwaarde, wordt het verschil eerst in mindering gebracht op de reeds bestede kosten en wordt voor het resterend bedrag een voorziening gevormd voor onrendabele investeringen en herstructureringen. De afwaardering van de bestede kosten tot nihil wordt in het resultaat verantwoord onder de post Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille. Grondposities Ingenomen grondposities (al dan niet met opstallen) worden aangeschaft met het oog op (her)ontwikkeling van huur- en koopprojecten. De grondposities worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de kostprijs en bijkomende kosten. Na eerste verwerking worden de grondposities gewaardeerd tegen de kostprijs of lagere marktwaarde, welke de huidige marktverhoudingen omtrent de verwachte woningbouwwaarde van de grond weerspiegelt. De veranderingen in de marktwaarde worden in het resultaat verantwoord onder de post Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille.

Herclassificatie van vastgoed Herclassificatie vindt plaats als sprake is van een wijziging van het gebruik of het beleid, gestaafd door: a. daadwerkelijke aanvang van activiteiten ten behoeve van verkoop van onroerende zaken die niet meer in exploitatie zijn, waarbij als verkrijgingsprijs van de onroerende zaak ten behoeve van opvolgende waardering, de marktwaarde op het moment van wijziging van het gebruik wordt genomen. b. verkoop onder voorwaarden van onroerende zaken in exploitatie waarbij de transactie kwalificeert als financieringstransactie. De onroerende zaken verkocht onder voorwaarden worden gewaardeerd op de getaxeerde leegwaarde onder aftrek van de korting, waarbij een eventuele waardevermeerdering of -vermindering van de boekwaarde van de onroerende zaken op het moment van de herclassificatie wordt verantwoord in de winst-en-verliesrekening. c. terugkoop van onder voorwaarden verkochte onroerende zaken die als financieringstransactie zijn aangemerkt ten behoeve van de eigen exploitatie of verkoop: • bij terugkoop ten behoeve van de eigen exploitatie, vindt herclassificatie plaats van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden naar onroerende zaken in exploitatie. De onroerende zaken in exploitatie worden gewaardeerd tegen de marktwaarde op grond van artikel 14 van de Regeling toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015. Een eventuele waardevermeerdering of -vermindering van de boekwaarde van de onroerende zaken bij terugkoop wordt verantwoord in de winst-en-verliesrekening. • Bij terugkoop ten behoeve van verkoop, vindt herclassificatie plaats van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden naar voorraden. De terugkoopwaarde geldt als de waardering voor de onroerende zaken op het moment van wijziging van het gebruik.

70


Beleidswaarde Op grond van artikel 15 lid 5 van de Regeling toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 vermeldt de toegelaten instelling volkshuisvesting de beleidswaarde in de toelichting van de jaarrekening. De beleidswaarde sluit aan op het beleid van de toegelaten instelling en beoogt inzicht te geven in de verdiencapaciteit van haar vastgoed in exploitatie, uitgaande van dit beleid. Onder de beleidswaarde wordt verstaan de contante waarde van de aan een actief of samenstel van activa (kasstroom genererende eenheden) toe te rekenen toekomstige kasstromen uitgaande van het beleid van Casade. De grondslagen voor de beleidswaarde van het vastgoed in exploitatie (zelfstandige- en onzelfstandige woongelegenheden) komen overeen met de grondslagen voor de bepaling van de marktwaarde, met uitzondering van: 1. Enkel uitgaan van het doorexploiteerscenario, derhalve geen rekening houden met een uitpondscenario en geen rekening houden met voorgenomen verkopen van vastgoed in exploitatie. Hierbij wordt tevens uitgegaan van eeuwigdurende looptijd in de eindwaarde. Ten aanzien van de gehanteerde exit yield wordt direct aangesloten bij de gehanteerde methodiek volgens het Handboek modelmatig waarderen. Deze is daarmee niet langer als vrijheidsgraad toegepast. 2. Inrekening van de intern bepaalde streefhuur in plaats van de markthuur, vanaf het ingeschatte moment van (huurders)mutatie. De streefhuur betreft de huur die volgens het beleid van de corporatie bij mutatie in rekening wordt gebracht, passend binnen de geldende wet- en regelgeving, feitelijke beklemmingen en prestatieafspraken met gemeenten. 3. Inrekening van toekomstige onderhoudslasten, bepaald overeenkomstig het (onderhouds)beleid van de corporatie en het als onderdeel daarvan vastgestelde meerjaren onderhoudsprogramma voor het vastgoedbezit, in plaats van onderhoudsnormen in de markt. Bij het berekenen van de onderhoudsnorm is de definitie gehanteerd in de post ‘lasten onderhoudsactiviteiten’ in de functionele winst- en verliesrekening, die nader is gespecificeerd in het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde. Hiermee wijkt de gehanteerde definitie voor de beleidswaarde af van de gehanteerde onderhoudsdefinitie in de winst- en verliesrekening 2019. 4. Inrekening van toekomstige verhuur- en beheerslasten in plaats van marktconforme lasten ter zake. Hieronder worden verstaan de directe en indirecte kosten die rechtstreeks zijn te relateren aan de verhuur- en beheeractiviteiten van de corporatie en zoals deze worden opgenomen onder het hoofd ‘lasten verhuur en beheeractiviteiten’ in de resultatenrekening, die nader is gespecificeerd in het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde. In tegenstelling tot marktwaarderingen is een negatieve beleidswaarde mogelijk voor woongelegenheden. In dergelijke gevallen is de beleidswaarde niet gecorrigeerd naar een nihilwaardering. De beleidswaarde van BOG / MOG / ZOG is gelijk aan de marktwaarde en hierbij wordt dus verondersteld dat de marktuitgangspunten overeenkomen met de eigen beleidsuitgangspunten. De gehanteerde uitgangspunten ter bepaling van de beleidswaarde worden toegelicht bij de toelichting op vastgoedbeleggingen. Voor zover afwijkend voor de bepaling van de marktwaarde in verhuurde staat gehanteerde uitgangspunten, zijn de gehanteerde uitgangspunten voor de toekomstige exploitatie - zoals toegepast voor de bepaling van de beleidswaarde van de activa in exploitatie - afgeleid van de meerjarenbegroting (ontwikkeling streefhuur, onderhoudslasten en de lasten van verhuur & beheer) en geënt op de wettelijke voorschriften opgenomen in RTiV artikel 151. Casade heeft hierbij uitgangspunten bepaald die mede van invloed zijn op de beleidswaarde. Wijzigingen van deze uitgangspunten zijn derhalve van invloed op deze waarde.

71


Materiële vaste activa Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie De onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie worden gewaardeerd tegen de kostprijs (verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs), minus eventuele investeringssubsidies, verminderd met cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere waardeverminderingsverliezen. Er zijn geen rentekosten in de, tegen de vervaardigingsprijs gewaardeerde, materiële vaste activa opgenomen. De afschrijving is lineair en gebaseerd op de verwachte gebruiksduur rekening houdend met de restwaarde. Over grond wordt niet afgeschreven. Indien de verwachting omtrent de afschrijvingsmethode, gebruiksduur en/of restwaarde in de loop van de tijd wijzigingen ondergaat, worden deze wijzigingen als een schattingswijziging verantwoord. In de kostprijs worden de kosten van groot onderhoud opgenomen, zodra deze kosten zich voordoen en aan de activeringscriteria is voldaan. De boekwaarde van de te vervangen bestanddelen wordt dan als gedesinvesteerd beschouwd en ineens ten laste van de winst-en-verliesrekening gebracht. Alle overige onderhoudskosten worden direct in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Met inachtname van de overgangsmaatregel van RJ Uiting 2019-18 alinea 645.505 is deze grondslag ook in boekjaar 2019 toegepast. Buiten gebruik gestelde materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen de boekwaarde dan wel de lagere opbrengstwaarde. Een materieel vast actief wordt niet langer in de balans opgenomen na vervreemding of wanneer geen toekomstige prestatie-eenheden van het gebruik of de vervreemding worden verwacht. De bate of last die voortvloeit uit de desinvestering wordt in de winst-en-verliesrekening verwerkt.

Financiële vaste activa Deelnemingen Niet geconsolideerde deelnemingen waarin Casade invloed van betekenis uitoefent op het zakelijke en financiële beleid worden tegen de vermogensmutatiemethode gewaardeerd. Voor de bepaling of sprake is van invloed van betekenis worden mede in aanmerking genomen de financiële instrumenten die potentiële stemrechten bevatten. Overeenkomstig de vermogensmutatiemethode worden de deelnemingen in de balans opgenomen tegen het aandeel van Casade in de netto-vermogenswaarde vermeerderd met haar aandeel in de resultaten van de deelnemingen en haar aandeel in de directe mutaties in het eigen vermogen van de deelnemingen vanaf het moment van verwerving, bepaald volgens de grondslagen zoals vermeld in deze jaarrekening, verminderd met haar aandeel in de dividenduitkeringen van de deelnemingen. In de winst-en-verliesrekening wordt het aandeel van Casade in het resultaat van de deelnemingen opgenomen. Indien en voor zover Casade niet zonder beperking uitkering van de positieve resultaten aan haar kan bewerkstelligen, worden de resultaten in een wettelijke reserve opgenomen. Haar aandeel in de rechtstreekse vermogensvermeerderingen en – verminderingen van de deelnemingen wordt ook in de wettelijke reserve opgenomen met uitzondering van herwaarderingen van activa die in de herwaarderingsreserve worden verwerkt. Na toepassing van de vermogensmutatiemethode bepaalt Casade of het noodzakelijk is om voor de deelneming een verlies wegens bijzondere waardevermindering op te nemen. Casade bepaalt op elke verslagdatum of er objectieve aanwijzingen zijn dat de deelneming een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Als dat het geval is, berekent Casade het bedrag aan bijzondere waardevermindering als zijnde het verschil tussen de realiseerbare waarde van de deelneming en de boekwaarde en verantwoordt zij het bedrag in de winst-en-verliesrekening. Indien de waarde van de deelneming volgens de vermogensmutatiemethode nihil is geworden, wordt deze methode niet langer toegepast en blijft de deelneming bij ongewijzigde omstandigheden op nihil

72


gewaardeerd. Hierbij worden andere langlopende belangen in de deelneming die feitelijk worden aangemerkt als een onderdeel van de netto-investering, ook meegenomen. Indien en voor zover geheel of ten dele voor de schulden van de deelneming wordt ingestaan respectievelijk een feitelijke verplichting bestaat de deelneming tot betaling van haar schulden in staat te stellen, wordt een voorziening opgenomen. Een vervolgens verkregen aandeel in de winst van de deelneming wordt pas weer verwerkt indien en voor zover het cumulatief niet-verwerkte aandeel in het verlies is ingelopen. Deelnemingen waarop Casade geen invloed van betekenis uitoefent op het zakelijke en financiële beleid, worden tegen de verkrijgingsprijs gewaardeerd. Indien sprake is van een duurzame waardevermindering vindt waardering plaats tegen deze lagere waarde; afwaardering vindt plaats ten laste van de winst-enverliesrekening.

Overige financiële vaste activa Latente belastingvorderingen Voor de waardering en verwerking van latente belastingvorderingen wordt verwezen naar de afzonderlijke paragraaf Belastingen. Vorderingen De verstrekte vorderingen op en leningen aan deelnemingen alsmede de overige verstrekte vorderingen worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde vermeerderd met de direct daaraan toe te rekenen transactiekosten en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs volgens de effectieve-rentemethode. Baten en lasten worden in de winst-en-verliesrekening verwerkt zodra de vorderingen aan een derde worden overgedragen of een bijzondere waardevermindering ondergaan, alsmede via het amortisatieproces .

Voorraden Vastgoed bestemd voor verkoop Dit betreft opgeleverde nieuwbouwwoningen en teruggekochte woningen uit hoofde van een terugkoopplicht, bestemd voor verkoop. De waardering van de opgeleverde nieuwbouwwoningen is tegen vervaardigingsprijs en daaraan toegerekende directe kosten dan wel lagere opbrengstwaarde. De waardering van de teruggekochte woningen met een terugkoopplicht is op moment van verkrijging tegen de marktwaarde na aftrek van de contractuele korting, hetgeen tevens de verkrijgingsprijs is voor de waardering als voorraad, en na eerste verwerking rekening houdend met de lagere opbrengstwaarde. De lagere opbrengstwaarde is de verwachte verkoopprijs en wordt bepaald op basis van taxaties dan wel recente verkooptransacties van referentiewoningen onder aftrek van kosten voor verkoop.

Overige voorraden Onder de post overige voorraden zijn grondposities zonder concrete bouwbestemming opgenomen. De waardering is tegen verkrijgingsprijs en daaraan toegerekende directe kosten dan wel lagere opbrengstwaarde.

Vlottende vorderingen De verstrekte leningen en overige vorderingen die geen onderdeel zijn van de handelsportefeuille, worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde vermeerderd met transactiekosten en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs minus benodigde voorziening voor oninbaarheid.

Liquide middelen 73


Onder liquide middelen worden verstaan kasmiddelen, de tegoeden op bankrekeningen en wissels en cheques. Liquide middelen worden gewaardeerd op basis van nominale waarde. Deposito’s worden onder liquide middelen opgenomen indien zij in feite – zij het eventueel met opoffering van rentebaten- ter onmiddellijke beschikking staan. Liquide middelen die (naar verwachting) langer dan twaalf maanden niet ter beschikking staan van Casade, worden als financiële vaste activa gerubriceerd.

Bijzondere waardevermindering van financiële activa Casade beoordeelt op elke balansdatum of een financieel actief of een groep van financiële activa bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Voor alle categorieën financiële activa die tegen (geamortiseerde) kostprijs worden gewaardeerd, wordt bij aanwezigheid van objectieve aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen, de omvang van het verlies uit hoofde van de bijzondere waardevermindering bepaald en in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Bij financiële activa die gewaardeerd zijn tegen geamortiseerde kostprijs wordt de omvang van het verlies bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het actief en de best mogelijke schatting van de toekomstige kasstromen, contant gemaakt tegen de effectieve rentevoet van het financiële actief zoals die is bepaald bij de eerste verwerking van het instrument. Een voorheen opgenomen waardevermindering wordt teruggenomen, indien de afname van de waardevermindering verband houdt met een objectieve gebeurtenis na afboeking, tot maximaal het bedrag dat benodigd is om het actief te waarderen op de geamortiseerde kostprijs ten tijde van de terugname als geen sprake zou zijn geweest van een bijzondere waardevermindering. Het teruggenomen verlies dient in de winst-en-verliesrekening te worden verwerkt. De boekwaarde van de vorderingen wordt verlaagd met gebruikmaking van een voorziening wegens oninbaarheid.

Classificatie eigen vermogen en vreemd vermogen Een financieel instrument of de afzonderlijke componenten van het instrument worden in de jaarrekening als vreemd vermogen of als eigen vermogen geclassificeerd overeenkomstig de economische realiteit van de contractuele overeenkomst waaruit het financieel instrument voortvloeit. Rente, baten en lasten met betrekking tot een (deel van een) financieel instrument worden in de jaarrekening opgenomen afhankelijk van de classificatie van het financieel instrument als financiële verplichting respectievelijk als eigenvermogensinstrument.

Voorzieningen Een voorziening wordt gevormd indien Casade op balansdatum een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting heeft waarvan het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang betrouwbaar is te schatten. De omvang van de voorziening wordt bepaald door de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de desbetreffende verplichtingen en verliezen per balansdatum af te wikkelen. Tenzij anders vermeld, worden voorzieningen gewaardeerd tegen nominale waarde. Indien het waarschijnlijk is dat voor uitgaven die noodzakelijk zijn om een voorziening af te wikkelen een vergoeding van een derde zal worden ontvangen, wordt deze vergoeding gepresenteerd als een afzonderlijk actief.

Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen In het geval per balansdatum sprake is van feitelijke dan wel juridische investeringsverplichtingen inzake sociaal en commercieel vastgoed in ontwikkeling, waarbij de geschatte kostprijs van het vastgoed hoger is dan de aan deze investeringsverplichtingen toe te rekenen marktwaarde per balansdatum op basis van het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde, wordt het verschil eerst in mindering gebracht op de reeds bestede kosten en wordt voor het resterend bedrag een voorziening gevormd voor onrendabele investeringen en herstructureringen. De afwaardering van de bestede kosten tot nihil en de vorming van de voorziening wordt in het resultaat verantwoord onder de post Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille.

74


Daarnaast wordt deze voorziening gevormd voor bijzondere waardeveranderingen inzake nieuwbouwwoningen in ontwikkeling die bij oplevering aan derden worden overgedragen onder een “verkoop onder voorwaarden” regeling.

Langlopende schulden Bij de eerste opname van langlopende schulden worden deze opgenomen tegen reële waarde verminderd met de direct daaraan toe te rekenen transactiekosten. De langlopende schulden worden na de eerste waardering gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs volgens de effectieve-rentemethode. Winst of verlies worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen zodra de verplichtingen niet langer op de balans worden opgenomen, alsmede via het amortisatieproces. Voor de waarderingsgrondslag inzake terugkoopverplichtingen uit hoofde van onroerende zaken in exploitatie die in het kader van een regeling Verkoop onder Voorwaarden (VOV) door Casade zijn overgedragen aan derden, wordt verwezen naar paragraaf Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden van dit hoofdstuk.

Kortlopende schulden Bij de eerste opname van kortlopende schulden worden deze opgenomen tegen reële waarde verminderd met de direct daaraan toe te rekenen transactiekosten. De kortlopende schulden worden na de eerste waardering gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs volgens de effectieve-rentemethode. Winst of verlies worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen zodra de verplichtingen niet langer op de balans worden opgenomen, alsmede via het amortisatieproces. Pensioenen De aan de pensioenuitvoerder (SPW als bedrijfstakpensioenfonds voor de woningcorporatiesector) te betalen premie wordt als last in de winst-en-verliesrekening verantwoord. Te betalen premie dan wel de vooruitbetaalde premie per jaareinde wordt als overlopend passief respectievelijk overlopend actief verantwoord. Voor verplichtingen naast de aan de pensioenuitvoerder te betalen premie wordt een voorziening opgenomen, indien per balansdatum sprake is van een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting aan de pensioenuitvoerder en/of werknemer, het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen noodzakelijk is en er een betrouwbare schatting kan worden gemaakt van de omvang van de verplichting. De voorziening voor additionele verplichtingen aan de pensioenuitvoerder en/of werknemer wordt gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de desbetreffende verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorziening wordt gewaardeerd tegen de contante waarde als het effect van de tijdswaarde van geld materieel is (waarbij de disconteringsvoet vóór belastingen de marktrente van hoogwaardige ondernemingsobligaties weergeeft). Een pensioenvordering uit hoofde van aanwezige overschotten bij de pensioenuitvoerder wordt opgenomen als de groep beschikkingsmacht heeft over het overschot, het waarschijnlijk is dat het tot toekomstige economische voordelen voor de groep leidt en het betrouwbaar kan worden vastgesteld. Een pensioenoverschot wordt op dezelfde wijze gewaardeerd als een voorziening.

Geamortiseerde kostprijs De geamortiseerde kostprijs is het bedrag waarvoor een financieel actief of financiële verplichting bij de eerste verwerking in de balans wordt opgenomen, verminderd met aflossingen op de hoofdsom, vermeerderd of verminderd met de via de effectieve-rentemethode bepaalde cumulatieve amortisatie van het verschil tussen dat eerste bedrag en het aflossingsbedrag en verminderd met eventuele afboekingen (direct, dan wel door het vormen van een voorziening) wegens bijzondere waardeverminderingen of oninbaarheid.

75


Reële waarde van financiële instrumenten De reële waarde van de financiële instrumenten die op actieve markten worden verhandeld per de verslagdatum, wordt bepaald op basis van genoteerde beurskoersen, zonder aftrek van transactiekosten. Voor financiële instrumenten die niet op een actieve markt worden verhandeld, wordt de reële waarde bepaald met passende waarderingsmethoden. Dergelijke methoden zijn onder meer: – het gebruikmaken van recente markttransacties tussen onafhankelijke partijen; – het gebruikmaken van de actuele reële waarde van een ander instrument dat nagenoeg hetzelfde is; – analyse op basis van contant gemaakte kasstromen of andere waarderingsmodellen. Een overzicht van de reële waarden van de financiële instrumenten wordt verschaft in de toelichting op de financiële instrumenten.

Derivaten en hedge accounting Casade maakt gebruik van afgeleide financiële instrumenten in de vorm van renteswaps ter afdekking van de gelopen risico’s betreffende de renteschommelingen. Casade scheidt een in een contract besloten derivaat (embedded derivative) af van het basiscontract, indien aan onderstaande voorwaarden is voldaan: – er bestaat geen nauw verband tussen de economische kenmerken en risico’s van het in het contract besloten derivaat en de economische kenmerken en risico’s van het basiscontract; – een afzonderlijk instrument met dezelfde voorwaarden als het in het contract besloten derivaat zou voldoen aan de definitie van een derivaat; en – het samengestelde instrument wordt niet tegen reële waarde gewaardeerd met verwerking van de reëel waardeveranderingen in het resultaat. Het afgescheiden derivaat wordt gewaardeerd in overeenstemming met onderstaande grondslagen. Voor zover het afgescheiden derivaat niet kan worden aangewezen als onderdeel van een hedgerelatie en hedge-accounting kan worden toegepast (zie hierna onder “Derivaten met toepassing van kostprijshedgeaccounting”) wordt het afgescheiden derivaat geclassificeerd als “Overige derivaten”. Op het moment van de eerste verantwoording rubriceert Casade de derivaten onder de reikwijdte van RJ 290 op portefeuillebasis in de onderstaande subcategorieën:

Derivaten met toepassing van kostprijshedge-accounting Casade past hedge accounting toe op basis van generieke documentatie. Casade documenteert het volgende: ‒ de algemene hedgestrategie, hoe de hedgerelaties passen in de doelstellingen van risicobeheer en de verwachting aangaande de effectiviteit van deze hedgerelaties; ‒ de in het soort hedgerelatie betrokken hedge-instrumenten en afgedekte posities. De afdekkingen die aan deze strikte voorwaarden voor hedge accounting voldoen, worden als volgt verantwoord. De waardering van het derivaat is afhankelijk van de afgedekte post en is als volgt: ‒ Indien de afgedekte post tegen kostprijs in de balans wordt verwerkt, dan wordt ook het derivaat tegen kostprijs gewaardeerd. ‒ Zolang de afgedekte post in de kostprijshedge nog niet in de balans is verwerkt, wordt ook het hedge-instrument niet geherwaardeerd. De resultaatbepaling is als volgt: ‒ Op elke balansdatum wordt bepaald of sprake is of is geweest van ineffectiviteit.

76


‒ Indien de kritische kenmerken van het hedge-instrument en van de afgedekte positie niet aan elkaar gelijk zijn of zijn geweest, is dit een indicatie dat de kostprijshedge een ineffectief deel bevat. ‒ Het eventuele ineffectieve deel wordt bepaald door middel van de dollar offset methode. ‒ Indien en voor zover de ineffectiviteit per balansdatum op cumulatieve basis in een verlies resulteert, wordt de ineffectiviteit verwerkt in de winst-en-verliesrekening. ‒ Indien de afgedekte positie van een verwachte toekomstige transactie leidt tot een financieel actief of een financiële verplichting, dan worden de daarmee verbonden nog niet in het resultaat verwerkte winsten of verliezen in dezelfde periode(n) in de winst-en-verliesrekening verantwoord als waarin het verkregen actief of de aangegane verplichting van invloed is op het resultaat. Indien wordt verwacht dat een (deel van een) verlies dat nog niet in de winst-en-verliesrekening is verwerkt, in de toekomst niet met een tegengestelde winst uit de afgedekte positie wordt gecompenseerd, dan wordt dit verlies direct in de winst-en-verliesrekening opgenomen. Kostprijshedge-accounting wordt beëindigd indien: – Het hedge-instrument afloopt, wordt verkocht, beëindigd of uitgeoefend. Het cumulatieve gerealiseerde resultaat op het hedge-instrument dat nog niet in de winst-en-verliesrekening is verwerkt toen er sprake was van een effectieve hedge, wordt afzonderlijk in de overlopende posten in de balans verwerkt tot de afgedekte transactie plaatsvindt. – De hedge-relatie niet meer voldoet aan de criteria voor hedge accounting. Indien de afgedekte positie een in de toekomst verwachte transactie betreft, vindt de verwerking van de hedgeresultaten als volgt plaats: – Indien de verwachte transactie naar verwachting nog plaatsvindt, wordt hedge accounting vanaf dat moment stopgezet. Het hiermee samenhangende cumulatieve resultaat op het hedge-instrument dat in de periode waarin de hedge effectief was buiten de winst-en-verliesrekening of off-balance was gehouden, blijft afhankelijk van de situatie off balance of op de balans. – Indien de verwachte transactie naar verwachting niet meer plaatsvindt wordt het hiermee samenhangende cumulatieve resultaat op het hedge-instrument dat in de periode waarin de hedge effectief buiten de winst-en-verliesrekening of off-balance was gehouden, naar de winst-enverliesrekening overgebracht.

Overige derivaten Overige derivaten met beursgenoteerde aandelen of obligaties als onderliggende waarde worden na de eerste waardering gewaardeerd tegen de reële waarde. Baten en lasten die voortvloeien uit veranderingen in de reële waarde worden verwerkt in de winst-en-verliesrekening. Overige derivaten met een andere onderliggende waarde dan beursgenoteerde aandelen of obligaties, worden na de eerste waardering gewaardeerd tegen de kostprijs of lagere reële waarde. In geval de reële waarde negatief is, wordt dit negatieve bedrag volledig opgenomen. Bij de bepaling van de lagere reële waarde wordt het effect van lopende rente buiten beschouwing gelaten. Baten en lasten worden in de winsten-verliesrekening verwerkt zodra de derivaten aan een derde worden overgedragen of een bijzondere waardevermindering ondergaan.

Niet langer in de balans opnemen van financiële activa en passiva Een financieel instrument wordt niet langer in de balans opgenomen indien een transactie ertoe leidt dat alle of nagenoeg alle rechten op economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico’s met betrekking tot de positie aan een derde zijn overgedragen.

Leasing De beoordeling of een overeenkomst een lease bevat, vindt plaats op grond van de economische realiteit op het tijdstip van het aangaan van het contract. Het contract wordt aangemerkt als een leaseovereenkomst als de nakoming van de overeenkomst afhankelijk is van het gebruik van een specifiek actief of de overeenkomst het recht van het gebruik van een specifiek actief omvat. In geval van financiële leasing (waarbij de voor- en nadelen verbonden aan de eigendom van het lease-object geheel of nagenoeg geheel door de lessee worden gedragen) worden het lease-object en de daarmee

77


samenhangende schuld bij het aangaan van de overeenkomst in de balans verwerkt tegen de reĂŤle waarde van het lease-object op het moment van het aangaan van de leaseovereenkomst of, indien dit lager is, tegen de contante waarde van de minimale leasebetalingen. De initiĂŤle directe kosten van de lessee worden opgenomen in de eerste verwerking van het actief. De leasebetalingen worden gesplitst in rentelasten en aflossing van de uitstaande verplichting, waarmee een constante rentevoet wordt bereikt over de resterende netto-verplichting. Het geactiveerde lease-object wordt afgeschreven over de kortste termijn van de leaseperiode of de gebruiksduur van het object, in geval er geen redelijke zekerheid is dat de lessee aan het einde van de leaseperiode eigenaar wordt. In geval van operationele leasing worden de leasebetalingen lineair over de leaseperiode ten laste van de winst-en-verliesrekening gebracht.

78


6. Grondslagen voor bepaling van het resultaat Algemeen Baten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben voor zover deze gerealiseerd zijn. De kosten worden bepaald met inachtneming van de hiervoor vermelde grondslagen voor waardering en toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben. (Voorzienbare) verplichtingen en mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het boekjaar worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden en overigens wordt voldaan aan de voorwaarden voor het opnemen van voorzieningen. Bijzondere baten of lasten die behoren tot de gewone bedrijfsuitoefening, worden op grond van aard, omvang of het incidentele karakter afzonderlijk toegelicht teneinde een goed inzicht te geven in het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening van Casade en met de ontwikkeling daarin. Bijzondere posten worden met het oog op de analyse en de vergelijkbaarheid van de resultaten zoveel mogelijk naar aard en omvang afzonderlijk toegelicht. De winst-en-verliesrekening wordt zoals voorgeschreven in de Woningwet, gepresenteerd op basis van de functionele indeling, op basis van het op 25 oktober 2017 door het ministerie van Wonen en Rijksdienst uitgevaardigde modellenbesluit.

Huuropbrengsten Opbrengsten uit de levering van (huur)diensten worden verantwoord naar rato van de geleverde prestaties. De huuropbrengsten zijn het resultaat van het gevoerde huurprijsbeleid van Casade, rekening houdend met de door het Rijk bepaalde kaders (zoals maximale huurverhoging, maximaal redelijke huur en maximale huursomstijging) en onder aftrek van huurderving wegens leegstand en oninbaarheid.

Opbrengsten servicecontracten De opbrengsten servicecontracten betreffen vergoedingen van huurders boven de netto huurprijs voor leveringen en diensten (zoals energie, water, huismeesters, schoonmaakkosten, glasverzekering). De opbrengsten worden verminderd met derving wegens oninbaarheid. De kosten van de leveringen en diensten worden verantwoord onder de lasten servicecontracten.

Lasten verhuur en beheeractiviteiten Hier worden zowel de directe lasten voor de verhuur en beheeractiviteiten als de indirecte lasten via de kosten- verdeelstaat verantwoord.

Personeel Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de winst-enverliesrekening voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers respectievelijk de belastingautoriteit . Casade neemt een verplichting op als zij zich aantoonbaar onvoorwaardelijk heeft verbonden om een ontslag- of transitievergoeding te betalen. Als het ontslag onderdeel is van een reorganisatie worden de kosten van een ontslag- of transitievergoeding opgenomen in een reorganisatievoorziening.

Afschrijvingen (im)materiĂŤle vaste activa ten dienste van exploitatie De afschrijvingen (im)materiĂŤle vaste activa ten dienste van exploitatie worden gebaseerd op de verkrijgingsof vervaardigingsprijs. Afschrijvingen vinden plaats volgens de lineaire methode op basis van de geschatte economische levensduur. Afschrijving van het actief vindt plaats tot de restwaarde is bereikt. De afschrijvingen worden aan de verschillende activiteiten toegerekend.

Lasten onderhoudsactiviteiten De werkelijke onderhoudskosten voor dagelijks- en mutatieonderhoud en planmatig onderhoud worden ten laste van de exploitatie gebracht. Het dagelijks- en mutatieonderhoud wordt onderscheiden in de kosten van

79


derden en de kosten van eigen dienst. De lasten van onderhoud onderscheiden zich van activeerbare uitgaven wanneer geen sprake is van waardevermeerdering van het actief. Onder deze post worden alle direct aan het verslagjaar toe te rekenen kosten van onderhoud verantwoord. Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in het verslagjaar hebben plaatsgevonden. Reeds aangegane verplichtingen waarvan de werkzaamheden nog niet zijn uitgevoerd op balansdatum worden verwerkt onder de niet in de balans opgenomen verplichtingen.

Overige directe operationele lasten exploitatie bezit Hieronder worden verantwoord de verhuurderheffing, de kosten gerelateerd aan het niet kunnen incasseren van vorderingen op huurders anders dan huur en andere exploitatiekosten die niet tot een meer specifieke kostensoort behoren. Casade verwerkt de overheidsheffingen zoals onroerendezaakbelasting en de verhuurderheffing in de periode waarop de overheidsheffing betrekking heeft.

Omzet verkocht vastgoed in ontwikkeling De opbrengsten van de verkopen van het vastgoed in ontwikkeling en onderhanden projecten worden verantwoord op het moment van levering (passeren transportakte).

Lasten verkocht vastgoed in ontwikkeling en toegerekende organisatie- en financieringskosten De lasten van het verkochte vastgoed in ontwikkeling inclusief de toegerekende organisatiekosten vanuit de kostenverdeelstaat en rente in het kader van financiering worden hieronder verantwoord.

Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille De post Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille betreft het saldo van de behaalde verkoopopbrengst minus de toerekenbare verkoop- en organisatiekosten en de geactiveerde waarde met betrekking tot het vastgoed. Opbrengst uit verkoop van vastgoed wordt in de winst-en-verliesrekening verwerkt als alle belangrijke rechten op economische voordelen alsmede alle belangrijke risico’s met betrekking tot de activa zijn overgedragen aan de koper, het bedrag van de opbrengst op betrouwbare wijze kan worden bepaald en ontvangst van de opbrengst waarschijnlijk is. Op basis van deze criteria wordt onder deze post de verkoopopbrengst van vastgoed in exploitatie onder aftrek van verkoopkosten en de boekwaarde verantwoord. De boekwaarde is op basis van de marktwaarde. Daarnaast wordt onder deze post verantwoord de opbrengstwaarde van verkocht vastgoed bestemd voor de verkoop (koopwoningen voor derden) onder aftrek van de gemaakte direct toerekenbare verkoopkosten en de vervaardigingsprijs en daaraan toegerekende directe kosten, dan wel de lagere opbrengstwaarde. Verder wordt hieronder verantwoord de verkoopopbrengst van onder VOV teruggekochte en vervolgens zonder voorwaarden doorverkochte woningen onder aftrek van de boekwaarde. De boekwaarde is de marktwaarde op terugkoopmoment onder aftrek van de contractuele korting. Gerealiseerde verkoopresultaten worden verantwoord op het moment van levering (passeren transportakte). Eventuele verliezen op koopprojecten worden verantwoord zodra deze voorzienbaar zijn. Woningen verkocht onder voorwaarden worden niet in het resultaat verantwoord in het geval de belangrijkste economische voor- en nadelen niet zijn overgedragen aan de koper. Dergelijke transacties worden verantwoord als financieringstransactie. Verwezen wordt naar de post Vastgoed verkocht onder voorwaarden in de grondslagen van balanswaardering.

Waardeveranderingen vastgoedportefeuille Hieronder zijn begrepen de overige waardeveranderingen en de waardeveranderingen met betrekking tot de vastgoedportefeuille bestaande uit vastgoed in exploitatie, vastgoed in ontwikkeling, vastgoed verkocht onder voorwaarden en vastgoed bestemd voor verkoop. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen

80


vastgoedportefeuille betreffen winsten of mogelijke verliezen, die ontstaan door een wijziging in de waarde van het vastgoed bestemd voor verkoop in het verslagjaar.

Netto resultaat overige activiteiten Hieraan zijn de opbrengsten en kosten van een Warmte- en Koudopslaginstallatie (WKO), beheer voor derden en VvE-beheer als ook opbrengsten zendmasten en erfpachtopbrengsten toegerekend.

Leefbaarheid Onder deze post zijn leefbaarheidsuitgaven inzake sociale activiteiten en fysieke activiteiten opgenomen. De uitgaven inzake sociale activiteiten omvatten wijk gebonden uitgaven voor ondersteuning van bewonersinitiatieven, gebiedsgericht personeel (zoals leefbaarheidscoördinator, wijkbeheerder, huismeester), leefbaarheidsonderzoeken en uitgaven voor activiteiten zoals welkomstbijeenkomsten nieuwe bewoners, bestrijding woonoverlast, buurtbemiddeling, opvang van dak- en thuislozen, schuldsaneringen, tweede kansbeleid et cetera. De uitgaven inzake fysieke activiteiten omvatten wijkgebonden uitgaven voor buurtcentra, bijzondere gebouwen (zoals wijksteunpunten, buurtposten, HOED), onderhoud groenvoorziening, speeltoestellen, beveiliging openbare ruimte, cameratoezicht, schoonmaakacties et cetera en uitgaven voor activiteiten zoals inbraakbeveiliging, brandpreventie, verlichting achterpad, afsluiting portieken et cetera.

Rentebaten en rentelasten Rentebaten worden tijdsevenredig in de winst-en-verliesrekening verwerkt rekening houdend met de effectieve rentevoet van de desbetreffende actiefpost, indien hun bedrag bepaalbaar is en hun ontvangst waarschijnlijk. Rentelasten worden toegerekend aan de opeenvolgende verslagperioden naar rato van de resterende hoofdsom. (Dis)agio en aflossingspremies worden als rentelast aan de opeenvolgende verslagperioden toegerekend zodanig dat tezamen met de over de lening verschuldigde rentevergoeding de effectieve rente in de winst-en-verliesrekening wordt verwerkt en in de balans de amortisatiewaarde van de schuld. Periodieke rentelasten en soortgelijke lasten komen ten laste van het jaar waarover zij verschuldigd worden.

Belastingen Acute belastingen De belastingen worden berekend op basis van het verantwoorde resultaat uitgaande van het geldende belastingtarief, rekening houdend met fiscaal vrijgestelde posten, de vaststellingsovereenkomst (VSO) en geheel of gedeeltelijk niet-aftrekbare kosten. De belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd indien is voldaan aan de algemene voorwaarden voor saldering.

Latente belastingen Voor alle belastbare tijdelijke verschillen tussen de commerciële en fiscale balanswaardering, wordt een latente belastingverplichting opgenomen. Voor alle verrekenbare tijdelijke verschillen tussen de commerciële en fiscale balanswaardering en voor beschikbare voorwaartse verliescompensatie wordt een latente belastingvordering opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar zal zijn voor verrekening. De latente belastingvorderingen en -verplichtingen worden opgenomen onder de financiële vaste activa respectievelijk voorzieningen. De waardering van latente belastingverplichtingen en -vorderingen wordt gebaseerd op de fiscale gevolgen van de door Casade, per balansdatum, voorgenomen wijze van realisatie of afwikkeling van activa,

81


voorzieningen, schulden of overlopende passiva. Hierbij wordt uitgegaan van het geldende belastingtarief. De latente belastingverplichtingen en -vorderingen worden gewaardeerd tegen contante waarde. Discontering vindt plaats op basis van de voor Casade geldende netto-rente voor langlopende leningen. En rekening houdend met de termijn waarbinnen de waarderingsverschillen naar verwachting worden gerealiseerd. De latente belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd indien Casade een in rechte afdwingbaar recht heeft om actuele belastingvorderingen te salderen met actuele belastingverplichtingen en de uitgestelde belastingvorderingen en de uitgestelde belastingverplichtingen verband houden met winstbelastingen die betrekking hebben op dezelfde fiscale eenheid en door dezelfde belastingautoriteit worden geheven.

Aandeel in resultaat van deelnemingen Het aandeel in resultaat van deelnemingen gewaardeerd op nettovermogenswaarde is het resultaat van de deelnemingen bepaald op de waarderingsgrondslagen van Casade. Het resultaat op deelnemingen gewaardeerd tegen de kostprijs is bepaald op basis van de ontvangen dividenden.

82


7. Grondslagen voor de opstelling van het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest, ontvangen dividenden en winstbelastingen zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Transacties waarbij geen ruil van kasmiddelen plaatsvindt, waaronder financiĂŤle leasing, zijn niet in het kasstroomoverzicht opgenomen. De betaling van de leasetermijnen uit hoofde van het financiĂŤle leasecontract zijn voor het gedeelte dat betrekking heeft op de aflossing als een uitgave uit financieringsactiviteiten aangemerkt en voor het gedeelte dat betrekking heeft op de interest als een uitgave uit operationele activiteiten. De ontvangst uit hoofde van een sale and financial leaseback-transactie wordt gepresenteerd als een ontvangst uit hoofde van financieringsactiviteiten.

83


8. Toelichting op de balans Vastgoedbeleggingen (1)

1. 2. 3. 4.

31-12-2019 1.486.805 91.830 95.381 8.240 1.682.256

DAEB vastgoed in exploitatie Niet-DAEB vastgoed in exploitatie Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie

31-12-2018 1.500.081 85.318 92.495 1.975 1.679.869

De mutaties in de onroerende en roerende zaken in exploitatie zijn in het navolgende schema samengevat:

Boekwaarde 1 januari Overname vastgoed WSG Hernieuwde boekwaarde 1 januari Mutaties: Opleveringen InitiĂŤle verkrijgingen Latere uitgaven Desinvesteringen Buitengebruikstelling door sloop Herclassificatie Aanpassingen marktwaarde Totaal mutaties Boekwaarde 31 december Inbegrepen ongerealiseerde herwaardering

1.DAEB vastgoed in exploitatie 2019 2018 1.500.136 1.269.493 43.209 1.500.136 1.312.702

2. Niet-DAEB vastgoed in exploitatie 2019 2018 85.263 73.164 21.960 85.263 95.124

1.736 794 -331 -3.944 -16.651 -181 5.246 -13.331

7.316 507 4.444 -10.386 5 185.548 187.434

-126 -200 -524 181 7.236 6.567

-16.287 -5 6.431 -9.861

1.486.805 810.060

1.500.136 814.365

91.830 26.546

85.263 26.982

De opleveringen in 2019 betreft 6 eengezinswoningen, 2 appartementen en 14 parkeerplaatsen in Waalwijk. De investeringen in 2019 betreft de aankoop van 5 woningen en na-investeringen. De desinvesteringen in 2019 betreft 31 verkochte woningen en 1 garage en de sloop van 172 woningen en 36 garages. 3. Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden

4. Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie 2019 2018 1.975 1.281

Boekwaarde 1 januari:

2019 92.495

2018 93.535

Mutaties: Investeringen Opleveringen Desinvesteringen Herclassificatie Aanpassingen marktwaarde Overige waardeveranderingen Overige mutaties Totaal mutaties

2.686 -4.425 -828 6.846 -1.393 2.886

4.226 -6.092 -473 2.390 -1.091 -1.040

13.822 -1.736 1.395 -6.572 -644 6.265

16.879 -18.864 2.860 -181 694

Boekwaarde 31 december Inbegrepen ongerealiseerde herwaardering

95.381 23.658

92.495 22.828

8.240 2.773

1.975 2.326

84


De in de verloopoverzichten weergegeven herclassificaties hebben betrekking op: • Sfeerovergangen tussen DAEB en niet-DAEB als gevolg van nieuwe contracten; • Herrubricering van woningen verkocht onder voorwaarden bij terugkoop; • Herrubricering van vastgoed in ontwikkeling naar voorraden. De overige mutaties bij de onroerende zaken verkocht onder voorwaarden heeft voornamelijk betrekking op de afkoop van koopgarant bepalingen. De herclassificaties, voor zover het overhevelingen en sfeerovergangen betreft van DAEB naar niet-DAEB, en de herrubricering van vastgoed in ontwikkeling naar voorraden hebben niet geleid tot een andere waarderingsgrondslag, en hebben daarom géén effect op vermogen of resultaat. Bij terugkoop van woningen vindt herrubricering plaats in samenhang met het afboeken van de terugkoopverplichting. De waarderingsverschillen zijn beperkt, afhankelijk van de aard van de verschillen worden deze verantwoord als verkoopresultaat of als niet gerealiseerde waardeveranderingen. Waardeverandering vastgoed in exploitatie De waardeverandering van het vastgoed in exploitatie (DAEB en niet-DAEB) is als volgt nader te specificeren: Boekwaarde 31 december 2018 1.585.399 Voorraadmutaties -13.469 Leegwaarde 18.507 Markthuur 5.247 Contracthuur 16.920 Disconteringsvoet en exit yield -43.588 Overige parameters 9.422 Overig 196 Boekwaarde 31 december 2019 1.578.635 In 2019 is de waardeverandering vastgoedportefeuille in exploitatie uitgekomen op -/- € 6,8 miljoen. Dit is een daling van de marktwaarde in verhuurde staat van ongeveer 0,4 % van de marktwaarde in verhuurde staat ten opzichte van 2018. Deze waardeverandering in 2019 wordt veroorzaakt door voorraadmutaties (-/- € 13,5 miljoen), de stijging van de leegwaarden (€ 18,5 miljoen) Daarnaast hebben de stijging van de contracthuren (€ 16,9 miljoen) en de aanpassing van de markthuren (€ 5,3 miljoen) een positief effect. Het effect van de aanpassing van parameters voor de niet-vrijheidsgraden is ook positief (€ 9,4 miljoen). Daar tegenover staat de aanpassing van de disconteringsvoet (€ 43,6 miljoen negatief). De grootste wijziging in de methode voor het bepalen van de marktwaarde in verhuurde staat in 2019 is de opzet en uitwerking van de disconteringsvoet. Vanuit het centrale marktwaarde-overleg is in overleg met accountants en taxateur een nieuwe methode ontwikkeld. Deze methode betreft een verdere verfijning van de opslagen-methodiek zodat meer differentiatie in de disconteringsvoet kan worden aangebracht. De disconteringsvoet in 2019 is als volgt opgebouwd: 1. Basis disconteringsvoet; 2. Een aantal vaste opslagen, die onafhankelijk zijn van het gehanteerde waarderingsscenario; 3. Een tweetal dynamische opslagen die wel afhankelijk zijn van het gehanteerde waarderingsscenario.

85


1. DAEB vastgoed in exploitatie en 2. niet-DAEB vastgoed in exploitatie Bij het bepalen van de marktwaarde in verhuurde staat is gebruik gemaakt van meerdere macro economische parameters en schattingen. Het handboek modelmatig waarderen marktwaarde bepaalt de marktwaarde van de onroerende zaken in exploitatie op basis van de contante waarde van de geschatte toekomstige kasstromen (Discounted Cash Flow methode). De toekomstige kasstromen worden bepaald aan de hand van een doorexploitatie- en een uitpondscenario. Bij het doorexploitatiescenario is de veronderstelling dat het volledige complex in exploitatie blijft gedurende de DCF-periode. Bij het uitpondscenario is de veronderstelling dat na mutatie tot verkoop van individuele woningen tegen leegwaarde wordt overgegaan. Sinds maart 2017 geldt er, onder bepaalde voorwaarden, voor gereguleerde woningen een verplichting de woning minstens zeven jaar door te exploiteren. Met deze verkoopbeperking is in de bepaling van de marktwaarde volgens het uitpondscenario rekening gehouden. De berekening wordt uitgevoerd over een DCF-periode van 15 jaar. In het doorexploiteerscenario wordt de huur bij mutatie aangepast naar de markthuur of de maximale huur, afhankelijk of de woongelegenheid bij mutatie is te liberaliseren. − Indien de maximale huur lager dan of gelijk is aan de huurliberalisatiegrens, dan is de nieuwe huur het minimum van de markthuur en de maximale huur volgens het woningwaarderingsstelstel. − Indien de maximale huur hoger is dan liberalisatiegrens, dan is de nieuwe huur de markthuur. Om de te verwachten kasstromen in de DCF-berekening te bepalen, wordt gebruik gemaakt van de macroeconomische parameters: Parameters woongelegenheden Prijsinflatie Looninflatie Bouwkostenstijging Leegwaardestijging Waalwijk en Loon op Zand Leegwaardestijging Dongen

Mutatieonderhoud Beheerkosten per vhe – EGW Beheerkosten per vhe – MGW Beheerkosten per vhe – Studenteneenheid Beheerkosten per vhe – Zorgeenheid (extramuraal) Belastingen, verzekeringen en overige zakelijke lasten (% van de WOZ) Huurstijging boven prijsinflatie voorgaand jaar – zelfstandige eenheden Huurstijging boven prijsinflatie voorgaand jaar – onzelfstandige eenheden Huurderving (% van de huursom) Verkoopkosten bij uitponden (% van de leegwaarde)

2019 2,60% 2,50% 4,40%

2020 1,30% 2,50% 3,50% 2,00%

6,00% 5,00%

2,00%

2021 1,50% 2,50% 2,50%

2022 1,80% 2,50% 2,50%

2023 e.v. 2,00% 2,50% 2,50%

2,00% 2,00%

2,00% 2,00%

2,00% 2,00%

2019 2020 2021 2022 2023 e.v. Het mutatieonderhoud is met ingang van 2019 komen te vervallen € 447 Indexeren met prijsinflatie € 439 Indexeren met prijsinflatie € 413 Indexeren met prijsinflatie € 405 Indexeren met prijsinflatie

0,09%

0,09%

0,09%

0,09%

0,09%

1,2%

1,0%

1,2%

1,3%

0,5%

0% 1%

0% 1%

0% 1%

0% 1%

0% 1%

1,4%

1,4%

1,4%

1,4%

1,4%

De verhuurderheffing is ingerekend volgens het wettelijk kader als % van de WOZ-waarde en bedraagt gedurende de DCF-periode: 2019 2020 2021 2022 2023 2024 en verder Verhuurdersheffing 0,561% 0,562% 0,562% 0,563% 0,537% 0,538% Het instandhoudingsonderhoud is gebaseerd op de normbedragen per woningtype volgens de Vastgoed Taxatiewijzer (VTW) 2019 van Koeter. De gemeentelijke OZB is ingerekend op basis van de vier gemeentelijke tarieven (% van de WOZ-waarde) waarbinnen ons woningbezit gelegen is. De mutatiekans is per complex bepaald op basis van een 5-jaars gemiddelde waarbij de best practices 2019 zijn gevolgd. De best practices zegt dat de mutatiegraad per complex niet meer dan 1% mag afwijken ten opzichte

86


van het vorige waarderingsjaar. Dit heeft Casade in principe toegepast, omdat in 2019 een nieuwe complexindeling is doorgevoerd. Wel heeft Casade bij enkele zeer kleine clusters, waarbij de mutatiekans in één jaar tijd heel fors steeg (bijvoorbeeld van 5% naar 12%), de mutatiegraad met niet meer dan 1% laten stijgen. De fors hogere mutatiekans was niet alleen onrealistisch, maar het leidde ook tot een te forse (onverklaarbare) marktwaarde(stijging). Voor het bepalen van de disconteringsvoet worden de best practices 2019 gevolgd. De basis disconteringsvoet van 5% wordt aangepast door drie soorten opslagen: vaste, dynamische en handmatige opslagen. De vaste opslagen betreffen complex-gebonden opslagen (locatie, bouwjaar, type, duurzaamheid en omvang) die onafhankelijk zijn van het gehanteerde waarderings-scenario. De dynamische opslagen zijn wel afhankelijk van het gehanteerde waarderings-scenario. De handmatige opslagen hebben betrekking op een verkoopbeperking per complex. De gemiddelde disconteringsvoet voor de gehele woningportefeuille bedroeg in 2019: 6,4% (2018: 6,0%). Voor splitsingskosten is een norm gehanteerd van € 531,- per te splitsen eenheid. De overdrachtskosten, bestaande uit overdrachtsbelasting alsmede notaris- en registratiekosten, bedragen 3% van de berekende waarde van een verhuureenheid. Parameters bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerend goed Instandhoudingsonderhoud BOG per m² BVO per jaar Instandhoudingsonderhoud MOG per m² BVO per jaar Mutatieonderhoud BOG per m² BVO per jaar Mutatieonderhoud MOG per m² BVO per jaar Beheerkosten % van de markthuur - BOG Beheerkosten % van de markthuur - MOG Belastingen, verzekeringen en overige zakelijke lasten (% van de WOZ)

2019

2020

2021

€ 5,60 € 6,80 € 9,40 € 11,40 3% 2%

Indexeren met bouwkostenstijging Indexeren met bouwkostenstijging Indexeren met bouwkostenstijging Indexeren met bouwkostenstijging 3% 3% 3% 2% 2% 2%

0,13%

0,13%

Parameters parkeergelegenheden Instandhoudingsonderhoud per parkeerplaats per jaar Instandhoudingsonderhoud per garagebox per jaar Beheerkosten per parkeerplaats per jaar Beheerkosten per garagebox per jaar Belastingen, verzekeringen en overige zakelijke lasten (% van de WOZ)

2019 € 52,00 € 173,00 € 27,00 € 38,00

2020 2021 2022 e.v. Indexeren met bouwkostenstijging Indexeren met bouwkostenstijging Indexeren met bouwkostenstijging Indexeren met bouwkostenstijging

0,24%

0,24%

Parameters intramuraal zorgvastgoed Instandhoudingsonderhoud per m² BVO per jaar Mutatieonderhoud per m² BVO per jaar Beheerkosten % van de markthuur Belastingen, verzekeringen en overige zakelijke lasten (% van de WOZ)

2019 € 9,00 € 11,40 2,5%

2020 2021 2022 e.v. Indexeren met bouwkostenstijging Indexeren met bouwkostenstijging 2,5% 2,5% 2,5%

0,36%

0,36%

0,13%

0,24%

0,36%

2022 e.v.

0,13%

0,24%

0,36%

Inschakeling taxateur Jaarlijks wordt 1/3 deel van de onroerende zaken in exploitatie getaxeerd door een onafhankelijke en ter zake deskundige externe taxateur, ingeschreven bij het Nederlands Register Vastgoed Taxateurs. Dit betekent dat elk derde deel van de onroerende zaken in exploitatie minimaal eens per drie jaar opnieuw wordt getaxeerd. Het taxatierapport en het taxatiedossier waarin de waardering en de daarbij gehanteerde aanpassingen ten opzichte van de basisvariant zijn onderbouwd en vastgelegd, zijn in het bezit van Casade en op aanvraag beschikbaar voor de Autoriteit Woningcorporaties. In 2019 is Casade gestart met een tweede cyclus van drie jaar, waarbij 1/3 deel van de onroerende zaken extern getaxeerd is, en het overige 2/3 deel door Casade zelf intern gewaardeerd is. Toepassing vrijheidsgraden Casade heeft voor de marktwaardering van haar vastgoedbezit de full versie van het waarderingshandboek toegepast. Hieronder is een beschrijving opgenomen van de toegepaste vrijheidsgraden waarbij wordt ingegaan op de reikwijdte, de aard en de omvang.

87


1.

Markthuur: De markthuur is rekenkundig vastgesteld op basis van een tabel, waarin percentages worden berekend op basis van de leegwaarde van de verhuureenheden. Deze tabel is samengesteld in overleg met de grote taxatiebureau in Nederland op basis van recente regionale marktgegevens. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in woningtype (eengezins- en meergezinswoningen), de grootte van de woning in m² GBO en de leegwaardeklasse van de woning. In 2019 is een rekenmethodiek gehanteerd die voorkomt dat een markthuur “harde overgangen” in de verschillende klassen ondergaat. Er is dus een evenwichtigere toerekening gehanteerd. De externe taxateur heeft van het 1/3 deel de rekenkundig bepaalde markthuren gerefereerd aan de lokale markthuren. Gebleken is dat de markthuurtabel van de provincie Limburg het best aansluit bij de markthuren in de regio waar Casade haar woningbezit heeft.

2.

Markthuurstijging: De markthuurstijging is in principe gekoppeld aan de prijsinflatie. Bij de marktwaardering waren er geen gegronde redenen hiervan af te wijken.

3.

Exit yield: Voor het berekenen van de eindwaarde in jaar 15 gaat Casade uit van het wederom doorexploiteren van (de overgebleven) woningen met een “voortdurende” looptijd (in de praktijk is dat een voortgezette exploitatie van nog eens 50 jaar). Alle afzonderlijke kasstromen ontwikkelen zich dan met de eigen groeivoet. De eindwaarde in jaar 15 is gelijk aan deze kasstromen, contant gemaakt met de gehanteerde disconteringsvoet.

4.

Leegwaarde: In dit waarderingsjaar is voor het bepalen van de leegwaardes gebruik gemaakt van de Leegwaardeindicator® (LWI) van ValueMetrics. In deze applicatie zijn de verkooptransacties vanuit de database “realworks” van de NVM gebruikt. De woningcomplexen van Casade zijn in deze applicatie geplaatst, en aldus zijn modelmatig de leegwaarden per 31-12-2019 van alle woningen binnen de complexen berekend. Voor het 1/3 deel van de woningportefeuille dat in aanmerking komt voor de 3-jaars taxatie heeft de taxateur de berekende leegwaarden vergeleken met de eigen referenties en de waardeontwikkeling ten opzichte van vorig jaar. De uitkomsten hiervan zijn besproken en bediscussieerd met Casade, als basis voor de beoordeling van het 2/3 deel van de woningportefeuille, dat intern door Casade wordt gewaardeerd.

5.

Leegwaardestijging: De leegwaardestijging is voor het eerste jaar op basis van de best practices per gemeente berekend. Vanaf het tweede jaar wordt een vaste stijging per jaar ingerekend.

6.

Bijzondere uitgangspunten: Voor 2019 heeft Casade geen bijzondere uitgangspunten gehanteerd.

88


7.

Disconteringsvoet: De disconteringsvoet is de marktconforme rendementseis waartegen de verwachte toekomstige inkomsten en uitgaven contant worden gemaakt. Hierbij geldt: hoe lager de disconteringsvoet, hoe belangrijker toekomstige kasstromen worden geacht. De waardering, welke een optelling vormt van alle contant gemaakte toekomstige kasstromen, valt daardoor hoger uit. De disconteringsvoet is voor 2019 als volgt opgebouwd: a) Basis rentevoet b) Vaste opslagen die zijn opgebouwd uit: Locatie landelijk Objectopslag EGW/MGW op basis van bouwjaarklasse Duurzaamheid op basis van energielabel Omvang van het complex c) Dynamische opslagen die zijn opgebouwd uit: In het exploitatiescenario: een opslag op basis van de contract-/mutatiehuurverhouding en de gemiddelde gehanteerde mutatiegraad In het uitpondscenario: een opslag op basis van de huur-/leegwaardeverhouding en de gemiddelde gehanteerde mutatiegraad d) Vaste opslag bij complexen vanaf 20 woningen met een verkoopbeperking De optelsom van de percentages bij a) t/m d) vormt de disconteringsvoet per complex.

8.

Mutatiekans: De mutatiegraad wordt per complex bepaald op basis van het gemiddelde historische mutatiecijfer van de afgelopen 5 jaar. Terzake is de werkwijze volgens de best practices 2019 gevolgd. In het uitpondscenario wordt de mutatiegraad vanaf jaar 6 verlaagd met 30%.

9.

Erfpacht: Erfpacht is bij Casade niet van toepassing.

10. Technische splitsingskosten: Casade heeft geen technische splitsingskosten opgenomen in de marktwaardering. 11. Bijzondere omstandigheden: Bij Casade zijn er geen bijzondere omstandigheden van toepassing. 12. Onderhoud: Casade hanteert voor het onderhoud de normen volgens de Vastgoed Taxatiewijzer (VTW) van Koëter. Er wordt onderscheid gemaakt op basis van type woning, bouwjaar, type kozijn en aanwezige installaties voor verwarming, lift en hydrofoor. Met ingang van 2019 worden in de VTW verschillende normbedragen gehanteerd voor het exploitatiescenario en het uitpondscenario. De indeling van de complexen heeft plaatsgevonden op basis van bouwstroom, typering, bouwjaar en ligging in wijk en buurt. Dit betekent dat er vaak per complex maar één typering (VEX-type) volgens de VTW van toepassing is. In enkele gevallen is in overleg met de externe taxateur het normatieve bedrag volgens de VTW aangepast. Hierbij moet worden gedacht aan (studenten-)kamers of veel grotere of kleinere woningen dan bedoeld in de VTW. De aanpassing van het normbedrag vindt plaats door middel van een percentage op- of afslag. Dit is apart zichtbaar in het taxatie overzicht van de externe taxateur.

89


Schattingen Bij de bepaling van de reële waarde van het vastgoed in exploitatie zijn door zowel de interne als externe taxateurs aannames en schattingen gehanteerd van de toekomstige marktontwikkelingen. Afwijkingen van de werkelijke marktontwikkelingen, ten opzichte van deze ramingen, kunnen van significante invloed zijn op de uitkomsten van de huidige waardering in de jaarrekening. Om inzicht te geven in de effecten van redelijkerwijs mogelijke wijzigingen in belangrijke parameters op de reële waarde, is ten aanzien van de woningportefeuille, gewaardeerd volgens de DCF-methode, de volgende gevoeligheidsanalyse gemaakt: Parameters

Gehanteerd in reële waarde

Stel mogelijke afwijking

Effect op reële waarde 1 x € 1.000

Leegwaarde-∆

In % van de reële waarde

Zie toelichting op toegepaste vrijheidsgraden

-/- 5% in jr. 1; daarna -1%

-/- 49.321

-/- 3,3%

Zie toelichting op toegepaste vrijheidsgraden

-/- 10% in jr. 1; daarna 0%

-/- 51.878

-/- 3,5%

Zie toelichting op toegepaste vrijheidsgraden

+/+ 10% in jr. 1; daarna 2%

+/+ 24.660

+/+ 1,7%

Disconteringsvoet

6,4% gemiddeld

-/- 0,5%

+/+ 158.537

+ 10,6%

Disconteringsvoet

6,4% gemiddeld

+/+ 0,5%

-/- 88.574

-/- 5,9%

Markthuur-∆

Zie toelichting op toegepaste vrijheidsgraden

-/- 5% in jr.1; -/- 4% in jr.2; daarna +/+ 1%

-/- 38.616

-/- 2,6%

-/- 10% in jr.1; -/- 4% in jr.2; daarna +/+ 1%

-/- 49.860

-/- 3,3%

+/+ 5% in jr.1; +/+ 4% in jr.2; daarna +/+ 2%

+/+ 23.979

+/+ 1,6%

+/+ 10% in jr.1; +/+ 4% in jr.2; daarna +/+ 2%

+/+ 61.699

+/+ 4,1%

Leegwaarde-∆

Leegwaarde-∆

Markthuur-∆

Markthuur-∆

Markthuur-∆

Zie toelichting op toegepaste vrijheidsgraden

Zie toelichting op toegepaste vrijheidsgraden

Zie toelichting op toegepaste vrijheidsgraden

Mutatiekans

Zie toelichting op toegepaste vrijheidsgraden

-/- 1%

-/- 29.328

-/- 2,0%

Mutatiekans

Zie toelichting op toegepaste vrijheidsgraden

+/+ 1%

+/+ 24.602

+/+ 1,6%

Ten aanzien van de effecten van mogelijke wijzigingen in belangrijke parameters op de reële waarde van de niet-woon portefeuille is vanwege de beperkte omvang geen gevoeligheidsanalyse gemaakt.

1

Het effect op de reële waarde is berekend per afzonderlijke afwijking (overige parameters blijven gelijk)

90


Beleidswaarde De beleidswaarde van het vastgoed in exploitatie is als volgt: DAEB vastgoed in exploitatie Niet-DAEB vastgoed in exploitatie Totaal

853.786 77.120 930.907

Marktwaarde in verhuurde staat van DAEB- en niet-DAEB-vastgoed in exploitatie Maatschappelijke bestemming (van het eigen vermogen)

1.578.635 647.728

Uitgangspunten beleidswaarde De beleidswaarde is een afgeleide waarde van de marktwaarde. Vertrekpunt voor de beleidswaarde is de huidige marktwaarde. Om te komen tot de beleidswaarde, is de DCF berekening van de marktwaarde voor woongelegenheden aangepast op vier onderdelen die duiding geven aan de maatschappelijke opgave. Dit betreft geen marktconforme maar maatschappelijke beleidskasstromen voor huur, onderhoud en beheer, en alleen doorexploiteren van het bezit in plaats van de hoogste van uitponden en doorexploiteren. Het verschil tussen markt- en beleidswaarde heet de ‘maatschappelijk bestemming’ en geeft duiding aan de waarde (en in de jaarrekening vermogen) dat niet wordt gerealiseerd gegeven het maatschappelijke beleid In het bestuursverslag is een beleidsmatige beschouwing opgenomen over het verschil tussen de marktwaarde en de beleidswaarde van de onroerende zaken in exploitatie, alsmede de ontwikkeling van beide waardes en de consequenties van het verschil tussen marktwaarde en beleidswaarde voor het eigen vermogen in paragraaf 1.2. De belangrijkste uitgangspunten en veronderstellingen zijn (voor zover ze afwijken van de marktwaarde in verhuurde staat) hieronder weergegeven: Stap

Stap 0: marktwaarde in verhuurde staat Stap 1: beschikbaarheid Stap 2: betaalbaarheid Stap 3: kwaliteit Stap 4: beheer

Gehanteerd in reële waarde

Afwijking n.a.v. stap

Effect op marktwaarde

1.578.635

In % van de reële waarde 100%

Hoogste van uitponden en doorexploiteren Markthuur

Volledig doorexploiteren

-28.063

- 1,8 %

Streefhuur

-472.582

- 29,9 %

Marktconforme onderhoudsnorm Marktconforme beheernorm

Beleidsonderhoudsnorm Beleidsbeheernorm

-107.159

- 6,8 %

-39.925

-2,5 %

930.907

59,0 %

Beleidswaarde

Ten aanzien van stap 2 (betaalbaarheid) is de streefhuur gemiddeld: - voor eengezinswoningen: € 637,90 per maand (72,6 % van de maximaal redelijke huur); - voor meergezinswoningen: € 579,40 per maand (76,4 % van de maximaal redelijke huur); Ten aanzien van stap 3 (kwaliteit) is de beleidsonderhoudsnorm gemiddeld: - € 1.857,- per verhuureenheid per jaar; Ten aanzien van stap 4 (beheer) is de beleidsbeheernorm gemiddeld: - € 867,- per verhuureenheid per jaar;

91


Verstrekte zekerheden Zonder toestemming van het WSW is het Casade niet toegestaan om woningen te bezwaren met een beperkt recht (recht van pand/hypotheek, recht van opstal, recht van erfpacht, recht van vruchtgebruik) of de verplichting aan te gaan om deze woningen met een zekerheidsrecht te bezwaren (positieve hypotheekverklaring). Het volledige bezit is als zekerheid gegeven aan WSW. Als gevolg hiervan zijn er geen woningen met hypothecaire zekerheden bezwaard. Daarnaast heeft het WSW recht van eerste hypotheek op de woningen van Casade betreffende de door het WSW geborgde financiering. Voor de door het WSW verstrekte borgstelling heeft Casade een obligoverplichting gebaseerd op de omvang van de door het WSW geborgde leningen. Deze obligoverplichting is in de toelichting op de balans vermeld onder de ‘Niet in de balans opgenomen regelingen’. WOZ-waarde 31-12-2019 1.944.246

WOZ-waarde (DAEB en niet DAEB)

31-12-2018 1.848.733

3. Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden In de post Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden zijn in totaal 567 verhuureenheden opgenomen. Gebruik wordt gemaakt van contractvormen die de goedkeuring van de Minister hebben. Het grootste deel van de contracten (382) is gebaseerd op het “Koopgarant” principe waarbij sprake is van verleende kortingen op de marktwaarde tussen 10% en 30%. Hiervoor geldt een terugkoopplicht. Voorts zijn een aantal contracten (188) afgesloten vanuit het “Slimmer Kopen” principe. Hiervan geldt voor 2 contracten een terugkoopplicht en voor 186 contracten een terugkooprecht. Er zijn kortingen verleend tussen 10% en 30%. Aangezien deze transacties zijn te classificeren als financieringstransactie dient verwerking on-balance plaats te vinden. Daarnaast zijn een beperkt aantal contracten (13) afgesloten vanuit het “Koopcomfort” principe met terugkoopplicht, er zijn geen kortingen verleend en is er bij een reguliere verkoop een terugkoopplicht overeengekomen.

4. Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Dit betreft lopende investeringen in nieuwbouw en woningverbetering. De waardering vindt plaats op verkrijgings- of vervaardigingsprijs dan wel de lagere marktwaarde, de mutaties van de verwerkte onrendabele toppen zijn toegelicht onder de post 18. Voorziening onrendabele investeringen nieuwbouw. In 2019 is 1 nieuwbouwproject opgeleverd (6 eengezinswoningen, 2 appartementen en 14 parkeerplaatsen).

92


Materiële vaste activa (2) 5. (On)roerende zaken ten dienste van de exploitatie 2019 2018 Stand per 1 januari Verkrijgingsprijzen Cumulatieve waardeverminderingen en afschrijvingen Boekwaarde Mutaties boekjaar Investeringen Verkrijgingsprijs desinvesteringen Afschrijving desinvesteringen Afschrijvingen Totaal mutaties Stand per 31 december Verkrijgingsprijzen Cumulatieve waardeverminderingen en afschrijvingen Boekwaarde

7.136 -3.904 3.232

10.910 -7.709 3.201

160 -117 110 - 521 -368

527 -4.301 4.301 - 496 31

7.179

7.136

-4.315 2.864

-3.904 3.232

Afschrijvingen De afschrijvingen op de onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie zijn bepaald volgens de lineaire methode rekening houdend met een eventuele restwaarde en gebaseerd op de volgende verwachte gebruiksduur: Grond geen afschrijving Bedrijfsgebouwen lineair 25-50 jaar Installaties lineair 10-15 jaar Inventaris lineair 5-10 jaar Automatisering lineair 3-5 jaar

Financiële vaste activa (3) De mutaties in de financiële vaste activa zijn in het navolgende schema samengevat: 6.Overige deelnemingen

7.Latente belastingvordering

8.Overige vorderingen

1 januari 2019 Boekwaarden

15

19.109

971

Mutaties Toevoegingen Afloop / aflossing Overige mutaties Totaal mutaties

15 -

-6.038 -6.038

12 12

-

13.071

983

31 december 2019 Boekwaarden

93


• Overige deelnemingen Dit betreft het lidmaatschap in Coöperatie Smart Finance B.A. Het lidmaatschap is beëindigd, er is geen recht op terugbetaling van het gestorte ledenkapitaal. • Latente belastingvordering(en): Voor verrekenbare tijdelijke verschillen tussen de commerciële en fiscale boekwaarde wordt een latente belastingvordering of –schuld opgenomen. Een latente belastingvordering wordt gevormd tot het bedrag waarvan het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar zal zijn voor de verrekening. De latente vorderingen worden gewaardeerd tegen de contante waarde op basis van een disconteringsvoet van 2,61% (2018: 2,45%). De waarderingsverschillen en de daaruit voortvloeiende belastingvorderingen zijn als volgt toe te lichten: a Vastgoed in exploitatie De commerciële waardering van het vastgoed in exploitatie is € 53 miljoen hoger dan de fiscale waardering. Dit leidt in aanleg tot een passieve belastinglatentie, waarbij rekening wordt gehouden met de toekomstige afwikkeling van deze verschillen. Uitgangspunt daarbij is, dat op grond van onze kerntaak, de omvang van onze vastgoed portefeuille in stand wordt gehouden. Dit betekent dat het zeer waarschijnlijk is dat er geen fiscale afwikkeling plaats vindt bij verkoop of sloop van een actief. Door de toepassing van fiscale faciliteiten schuift het fiscale afwikkelmomenten in continuïteit door naar het vervangende actief en komt daarmee (oneindig) ver in de toekomst te liggen. Hierdoor tendeert de contante waarde van de latentie naar nihil. Binnen een beleidshorizon van 10 jaren is alleen sprake van de realisatie van tijdelijke verschillen door fiscaal af te schrijven op de boekwaarde. Om die reden is alleen voor de mogelijkheid om fiscaal af te schrijven een latentie gevormd. Bij de vorming van de belastinglatentie is uitgegaan van de afschrijving in de komende 10 jaren. Na deze periode bestaat er onvoldoende zekerheid over de beschikbaarheid van toekomstige winsten voor verrekening. b Projecten in ontwikkeling Bij projectontwikkeling kan de fiscale waardering afwijken van de commerciële waardering. Aangezien het uitsluitend vastgoed in ontwikkeling voor eigen exploitatie betreft, worden de verschillen bij oplevering niet gerealiseerd, maar doorgeschoven naar vastgoed in exploitatie. Om die reden is deze latentie op nihil gewaardeerd. Vanaf de oplevering wordt het verschil bij het sociaal vastgoed in exploitatie tot waardering gebracht. c Vastgoed ten dienste van de exploitatie De commerciële waardering is lager dan de fiscale waardering. De latentie is gevormd de verschillen die de komende 10 jaren worden gerealiseerd door hogere fiscale afschrijvingen. d Verkoop woningen onder voorwaarden Hierbij is sprake van een waarderingsverschil tussen de commerciële en fiscale boekwaarde. Een gedeelte van de fiscale boekwaarde wordt afgewikkeld en een gedeelte van de boekwaarde in de vorm van een winstrecht wikkelt pas na terugkoop af. Voor dit tijdelijk verschil is sprake van een actieve belastinglatentie. Het moment van terugkoop en daarmee het moment van afwikkeling van de latentie staat op voorhand niet vast. Om die reden is deze latentie gewaardeerd op nihil. e Leningen o/g en u/g In de jaarrekening is voor de leningenportefeuille een latente belastingvordering tegen de contante waarde verantwoord voor het verschil tussen de waardering die de fiscus toepast (i.c. reële waarde) en de waardering als toegepast in de jaarrekening (geamortiseerde kostprijs). De latentie loopt af over de resterende looptijd van de leningen.

94


f

Derivaten In de jaarrekening is voor de gewaardeerde derivaten (afgescheiden embedded derivaten of derivaten waarbij geen kostprijs hedge-accounting is toegepast) een verschil tussen de waardering die de fiscus toepast en de waardering als toegepast in de jaarrekening. De latentie loopt af over de resterende looptijd van de derivaten.

g Fiscaal verrekenbare verliezen Er wordt een latente belastingvordering opgenomen uit hoofde van fiscaal compensabele verliezen ter grootte van â‚Ź 46,8 miljoen (2018: 79,9 miljoen), voor zover er voldoende sterke aanwijzingen zijn dat er in de toekomst voldoende fiscale winst beschikbaar zal zijn ter realisatie van de latente vordering. De latente belastingvorderingen opgenomen in de geconsolideerde balans en de hiermee samenhangende latente belastinglasten/-baten in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening zijn als volgt te specificeren: Balans 2019 Latente belastingvorderingen: Beschikbare voorwaartse verliescompensatie Verrekenbare/belastbare tijdelijke verschillen uit hoofde van vastgoedbeleggingen Verrekenbare/belastbare tijdelijke verschillen uit hoofde van leningen Verrekenbare/belastbare tijdelijke verschillen uit hoofde van derivaten Verrekenbare/belastbare tijdelijke verschillen uit hoofde van vastgoed t.d.v. exploitatie 8. Totaal latente belastingvordering

Winst-en-verliesrekening 2019 2018

2018

10.298

17.317

-7.019

6.398

2.325

1.300

1.025

-460

381

416

-35

-338

122

76

46

-4

-55 13.071

-

-55

19.109

-

-6.038

5.596

De specificatie van de in de jaarrekening tot waardering gebrachte latente belastingvorderingen per 31-122019 en de waarderingsverschillen waarop deze zijn gebaseerd is als volgt:

Jaarrekening

Waarde van vastgoed in exploitatie

1.578.635

Waarde van onderhanden projecten

-13.155 965

Waarde minus verplichting VOV-woningen Waarde van leningen o/g en u/g Waarde van derivaten Waarde van vastgoed t.d.v. exploitatie

-412.275 -2.069

Fiscaal

1.525.131 48.878 -

Belastbaar verschil

-53.504 62.033

2.864

3.008 1.167.400

Fiscaal verrekenbaar verlies per 31-12-2019

-54.469

Vpb nominaal tarief

waardering latente vordering / schuld

-11.771

2.325

13.647

-

-212

-965

-409.617 -

1.154.965

Verrekenbaar verschil

-

2.658

585

381

2.069

455

122

144

32

-55

66.904

2.736

2.773

46.753

10.975

10.298 13.071

De gehanteerde netto-disconteringsvoet bedraagt 2,61 % (2017: 2,45%). De gemiddelde looptijd van de tot waardering gebrachte latente belastingverplichtingen is 4,4 jaar (de gemiddelde looptijd betreft het gewogen gemiddelde. Voor de posten waarde van vastgoed in exploitatie, waarde van leningen en derivaten hanteren we een looptijd van 10 jaar. Voor de post waarde van vastgoed t.d.v. exploitatie 20 jaar en voor het fiscaal verrekenbaar verlies 3 jaar). Van de latente belastingvordering wordt een bedrag van â‚Ź 6,4 miljoen naar verwachting binnen 1 jaar gerealiseerd.

95


8. Overige vorderingen 31-12-2019 983 983

Startersleningen

31-12-2018 971 971

De startersleningen zijn verstrekte leningen aan kopers middels de Starters Rente Regeling.

Voorraden (4) 9. Vastgoed bestemd voor verkoop 31-12-2019 743 743

Voorraad bestemd voor verkoop Totaal

31-12-2018 880 880

De voorraad bestemd voor verkoop betreft eind 2019 alleen teruggekochte VoV woningen (4 woningen). Er zijn geen voorzieningen voor verwachte verliezen opgenomen.

10. Overige voorraden 31-12-2019 4.254 4.254

Overige voorraden Totaal

31-12-2018 5.648 5.648

In 2019 heeft voor één grondpositie besluitvorming plaatsgevonden, deze is opgenomen onder de post vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie. De overige voorraden bestaan ultimo 2019 uit 2 grondposities.

Vorderingen (5) 11. Huurdebiteuren Huurdebiteuren Af: Voorziening dubieuze debiteuren Totaal huurdebiteuren

31-12-2019 1.375 683 692

31-12-2018 1.674 788 886

Verloop voorziening dubieuze debiteuren Voorziening dubieuze debiteuren 1/1 Dotaties Onttrekkingen Voorziening dubieuze debiteuren 31/12

31-12-2019 788 204 -309 683

31-12-2018 732 351 -295 788

31-12-2019 612 612

31-12-2018 88 88

12. Overige vorderingen Debiteuren Overige vorderingen Totaal

Onder de overige vorderingen zijn twee leningen begrepen die in 2002 resp. 2004 zijn verstrekt aan particulieren, in totaal € 85.000. Dit is een niet toegestane activiteit. In 2018 heeft Aw een gedoogbeschikking voor deze leningen afgegeven. Daarmee kunnen de betreffende leningen worden gehandhaafd. De overige post onder de overige vorderingen betreft nog te ontvangen subsidies.

96


13. Overlopende activa Overige Totaal

31-12-2019 223 223

31-12-2018 427 427

31-12-2019 20.384 20.384

31-12-2018 36.694 1.850 38.544

2019 860.264 326.925 -10.211 1.176.978

2018 760.675 240.291 186.223 1.187.189

Liquide middelen (6) Kas/bank/giro Tegoeden met specifieke bestemming Totaal

Eigen vermogen (7) Het eigen vermogen is als volgt samengesteld: 14. Herwaarderingsreserve 15. Overige reserves 16. Resultaat boekjaar Stand 31 december

14. Herwaarderingsreserve Het verloop van de herwaarderingsreserve is als volgt: DAEB vastgoed in exploitatie

niet-DAEB vastgoed in exploitatie

Woningen verkocht onder voorwaarden

Totaal

716.830

23.751

20.094

760.675

Mutatie uit overige reserves

95.686

2.953

4.780

103.419

Realisatie uit hoofde van verkoop

- 2.456

- 158

-1.216

- 3.830

810.060

26.546

23.658

860.264

Stand 1 januari 2019

Stand per 31 december 2019

De herwaarderingsreserve betreft het positief verschil tussen de boekwaarde op basis van de marktwaarde en de initiĂŤle verkrijgings- of vervaardigingsprijs.

15. Overige reserves Het verloop van de overige reserves is als volgt 2019 240.291 240.291 186.223 -103.419 3.830 326.925

Stand 1 januari Overname vastgoed en leningen WSG Hernieuwde stand 1 januari Toebedeeld resultaat voorgaand boekjaar Mutatie herwaarderingsreserve Realisatie herwaarderingsreserve door verkopen Stand 31 december

16. Bestemming van het resultaat In de statuten zijn geen bepalingen opgenomen aangaande de resultaatbestemming. Het bestuur stelt aan de Raad van Commissarissen voor het resultaat over het boekjaar 2019 ad â‚Ź 10.211.000,- te onttrekken aan de overige reserves. De resultaatbestemming is nog niet in de jaarrekening verwerkt.

97

2018 217.359 26.731 244.090 142.017 - 154.041 8.225 240.291


Voorzieningen (8) De mutaties van de voorzieningen kunnen als volgt worden toegelicht:

17. Voorziening onrendabele investeringen nieuwbouw 2019 13.224 20.584 -844 -6.572 26.392

Stand per 1 januari Toevoegingen Herclassificatie Vrijval Herclassificatie naar in ontwikkeling Stand per 31 december

2018 6.842 11.227 -1.632 -590 -2.623 13.224

De post herclassificatie betreft oplevering van de nieuwbouwprojecten en woningverbeteringen. De post herclassificatie naar in ontwikkeling betreft de saldering van investeringen in projecten in 2019. De voorziening heeft voor â‚Ź 7,1 miljoen een looptijd korter dan 1 jaar en voor â‚Ź 19,3 een looptijd langer dan 1 en korter dan 5 jaar.

Langlopende schulden (9)

18. Leningen overheid 19. Leningen kredietinstellingen *) 20. Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 21. Derivaten Totaal

Stand 31 AflossingsResterende Resterende Stand december verplichting looptijd 1 tot looptijd > 5 1 januari 2019 2020 5 jaar jaar 2019 *) 5.982 150 652 5.330 6.132 397.327

8.815

45.292

352.035

406.142

94.416 2.069 499.794

8.965

45.944

94.416 2.069 453.850

92.558 1.387 506.219

Aflossingsverplichtingen binnen 12 maanden na afloop van het boekjaar zoals hierboven toegelicht zijn opgenomen onder de schulden op korte termijn. *) De stand per 1 januari 2019 is inclusief de overgenomen leningen van WSG.

98


18 en 19. Leningen overheid en kredietinstellingen De mutaties in 2019 van de langlopende schulden kunnen als volgt worden toegelicht: 18. leningen overheid Stand per 31 december 2018*) Kortlopend deel 2019 Stand per 31 december 2018, jaarrekening Kortlopend deel 2020 Stand per 31 december 2019, jaarrekening

13.547 7.415 6.132 150 5.982

19. leningen totaal Gemiddelde kredietrentevoet instellingen 426.411 439.958 3,22% 20.269 27.684 406.142 412.274 8.815 8.965 397.327 403.309 3,24%

Alle leningen zijn aangetrokken met borgstelling van de stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw, met gemeenten als achtervang. *) De stand per 31 december 2018 is inclusief de overgenomen leningen van WSG. De reële waarde van de langlopende leningen bedraagt € 536,4 miljoen (2018: € 473,0 miljoen exclusief overgenomen leningen WSG, inclusief WSG-leningen € 544,3 miljoen) en is gebaseerd op de rentecurve ultimo 2019. De reële waarde is exclusief de marktwaarde van afgesloten renteswaps. De renterisico’s in de leningenportefeuille ultimo 2019, als gevolg van contractueel overeengekomen aflossingen en renteaanpassingen voor de komende 10 jaren zijn als volgt:

De resterende gemiddelde looptijd van de leningen in portefeuille bedraagt 18,9 jaar (2018: 18,6 jaar).

99


20. Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden

1 januari Terugkoopverplichting ontstaan bij overdracht Verminderingen/vermeerderingen Mutaties Verkochte woningen Teruggekochte woningen Afwaarderingen Overige mutaties 31 december Terugkoopverplichting ontstaan bij overdracht Verminderingen/vermeerderingen

31-12-2019

31-12-2018

98.970 -6.412 92.558

102.405 -8.525 93.880

2.686 -5.255 5.818 -1.391 1.858

4.225 -6.566 2.113 -1.094 -1.322

95.010 -594 94.416

98.970 -6.412 92.558

De overige mutaties bij de onroerende zaken verkocht onder voorwaarden heeft voornamelijk betrekking op de afkoop van koopgarant bepalingen.

21. Embedded derivaten 2019 1.387 682 2.069

Stand per 1 januari Waardeveranderingen Stand per 31 december

2018 1.284 103 1.387

Dit betreft een embedded derivaat dat is afgescheiden van het basiscontract.

Kortlopende schulden (10)

22. Schulden aan kredietinstellingen, kortlopend deel van de langlopende schulden 23. Schulden aan leveranciers 24. Belasting en sociale premies 25. Schulden ter zake van pensioenen 26. Overige schulden 27. Overlopende passiva Totaal

31-12-2019

31-12-2018

8.965 3.671 2.252 84 7.946 22.918

27.684 4.486 2.627 320 168 7.752 43.037

27. Overlopende passiva 31-12-2019 4.196 693 3.057 7.946

Transitorische rente leningen Transitorische rente derivaten Overige overlopende passiva Totaal

100

31-12-2018 3.729 684 3.339 7.752


9. Financiële instrumenten en risicobeheersing Algemeen De in deze toelichting opgenomen gegevens verschaffen informatie die behulpzaam is bij het schatten van de omvang van risico’s die verbonden zijn aan zowel de in de balans opgenomen als de niet in de balans opgenomen financiële instrumenten. Doelstellingen en beleid inzake beheer financiële risico’s In het treasurystatuut van Casade staan de kaders benoemd omtrent het beheersen van risico’s. De financiële instrumenten voldoen aan deze kaders. De primaire financiële instrumenten van Casade, anders dan derivaten, dienen ter financiering van haar operationele activiteiten of vloeien direct uit deze activiteiten voort. Een belangrijke doelstelling van het financieringsbeleid van Casade is het voorkomen dan wel spreiden van ongewenste financiële risico’s zoals rente- en liquiditeitsrisico’s. Voor derivaten geldt dat Casade zich onverkort houdt aan de beleidsregels voor het gebruik financiële derivaten zoals vastgelegd in de Woningwet en uitgewerkt in het BTIV. In het treasurystatuut van Casade is als uitgangspunt vastgelegd dat er geen nieuwe derivatencontracten worden afgesloten. Voorheen was het gebruik van de afschermende rente-instrumenten toegestaan ter beheersing van het renterisico op kasstromen, afgesloten met kredietwaardige partijen (rating minimaal ‘AA’). De gebruikte financiële instrumenten voldoen aan de toen geldende richtlijnen van het WSW. De belangrijkste risico’s uit hoofde van de financiële instrumenten van Casade zijn het kredietrisico, liquiditeitsrisico, valutarisico, renterisico (prijs- en kasstroomrisico) en marktrisico. Het beleid van Casade om deze risico’s te beperken is als volgt. Kredietrisico Dit betreft het risico dat financiële instellingen niet aan hun contractuele verplichtingen kunnen voldoen. Door het spreiden van transacties over verschillende financiële instellingen wordt getracht dit risico te beperken. Casade heeft haar leningen en derivaten verspreid over diverse instellingen. Verder dienen de financiële instellingen te voldoen aan de kredietwaardigheidseisen (rating) zoals opgenomen in het treasurystatuut. Liquiditeitsrisico Het gaat hierbij om het risico dat over onvoldoende middelen wordt beschikt om aan de directe verplichtingen te kunnen voldoen. Dit geldt voor alle verplichtingen van Casade en haar tegenpartijen, ongeacht of dit nu crediteuren of financiële instellingen zijn. Casade heeft op verschillende manieren gewaarborgd dat zij altijd aan haar verplichtingen kan voldoen. Naast het aantrekken van langlopende leningen, wordt er gebruik gemaakt van twee leningen met een variabele hoofdsom, waardoor meer flexibiliteit ontstaat voor de invulling van de financieringsbehoefte. Casade heeft een aantal derivatencontracten afgesloten met een bijstortverplichting. Twee van deze contracten bevatten een breakclausule, op basis van een mutual break. Het bijstortrisico op deze derivatencontracten was tot en met 5 februari 2019 afgekocht, met de storting van een independent amount. In november 2018 zijn deze derivatencontracten afgewikkeld, door afkoop tegen de marktwaarde. Hierdoor heeft Casade geen liquiditeitsrisico’s meer uit hoofde van derivatencontracten. Valutarisico Casade verricht enkel transacties in euro’s en loopt derhalve geen valuta risico. Renterisico (prijs- en kasstroomrisico) Casade loopt renteprijs- en rentekasstroomrisico’s over de rentedragende vorderingen (met name begrepen onder financiële vaste activa), liquide middelen en rentedragende langlopende en kortlopende schulden (waaronder schulden aan kredietinstellingen). Voor de vastrentende langlopende leningen loopt Casade het risico dat de reële waarde van leningen zal dalen respectievelijk stijgen als gevolg van veranderingen in de marktrente (i.c. prijsrisico). Voor deze

101


schulden worden geen financiële derivaten uit hoofde van veranderingen in de marktrente afgesloten. Casade heeft geen vastrentende vorderingen. Voor vorderingen en schulden met variabele renteafspraken loopt Casade risico ten aanzien van toekomstige kasstromen als gevolg van veranderingen in de marktrente (i.c. kasstroomrisico). De belangrijkste kasstroomrisico’s hebben betrekking op: • Het saldo van de liquide middelen. Hierover wordt geen rentevergoeding ontvangen, over een deel van de liquide middelen is een rentevergoeding verschuldigd. • Een WSW gegarandeerde roll-over lening met variabele hoofdsom, maximaal € 15 miljoen, looptijd tot 4 mei 2020. Over deze lening is een rente verschuldigd op basis van de 3-maands Euribor. Van deze lening is op 31-12-2019 € 3 miljoen opgenomen. Voor de overige schulden met variabele renteafspraken is het kasstroomrisico afgedekt door het afgesloten renteswapcontracten, waarbij de variabele rente wordt geruild voor een vaste rente. Verwezen wordt verder naar paragraaf Hedges van dit hoofdstuk. Ter beoordeling van het prijsrisico dat Casade loopt voor de vastrentende leningen is in onderstaand overzicht een indeling weergegeven naar rentepercentages en looptijden:

Renteklasse (vastrentende leningen)

0% tot 1% 1% tot 2% 2% tot 3% 3% tot 4% 4% tot 5% 5% tot 6% > 6%

Restant looptijd in jaren Totaal 0 tot 5 6 tot 10 11 tot 15 16 tot 20 20 tot 25 > 25 7.700 7.700 501 5.000 79.300 84.801 2.271 10.837 13.000 10.000 10.000 46.108 12.978 14.700 52.450 18.000 2.200 100.328 8.000 5.321 5.560 11.600 48.927 31.659 111.067 8.000 5.000 13.000 1.271 1.271 40.721 21.158 33.260 74.050 81.927 113.159 364.275

De effectieve rentevoet van de vastrentende leningen bedraagt gemiddeld 3,31% (2018: 3,12 % exclusief overgenomen leningen WSG, inclusief WSG-leningen € 3,28%).

Hedges Hedge strategie Het huidige treasurystatuut staat het afsluiten van nieuwe rentederivaten niet toe. Daarvoor werd gebruik gemaakt van renteswaps om het risico van wijzigingen in de rentevoet af te dekken. Met een renteswap ontvangt Casade een variabele rente van de tegenpartij en betaalt zij een vaste rente terug. Als voorwaarde moest daarbij sprake zijn van een volledige effectieve hedge. Hedge accounting Op basis van de hiervoor genoemde hedgestrategie past Casade in de jaarverslaggeving hedge-accounting toe waarbij de waarderingsresultaten van de afgedekte posities (leningen) en het dekkingsinstrument(renteswaps, rentecaps) gelijktijdig in de winst-en-verliesrekening worden verwerkt teneinde aldus de toegepaste risicoafdekking in de verslaggeving tot uitdrukking te brengen.

102


Effectiviteit hedge-relatie Hedge accounting wordt toegepast aangezien sprake is van een effectieve hedge-relatie. De kritische kenmerken (onder andere omvang en looptijd) van de hedge-instrumenten komen overeen met die van de afgedekte en nog af te dekken posities. Voor elke verslaggevingsperiode wordt de effectiviteit van de hedge relaties getest middels het vergelijken van de kritische kenmerken, die de waarde van de instrumenten het meest beïnvloeden. Indien ineffectiviteit wordt vastgesteld, wordt deze in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Op de volgende derivaten wordt kostprijshedge-accounting toegepast. Renteswaps Casade heeft een aantal payerswapcontracten afgesloten met de Deutsche Bank AG om renterisico’s voortvloeiend uit leningcontracten met een variabele rente af te dekken. De betalingscondities van de renteswaps stemmen overeen met die van de onderhandse leningen. Zoals onder de waarderingsgrondslagen toegelicht, past Casade daarbij kostprijshedge-accounting toe, waardoor de renteswaps tegen kostprijs worden gewaardeerd (nagenoeg nihil) en waardemutaties niet in het resultaat worden verantwoord. Voor deze swaps is geen bijstortverplichting overeengekomen. De opbouw van de afgesloten renteswapportefeuille per ultimo 2019, naar looptijd en waarde, is als volgt:

OVERZICHT RENTE SWAPS DEUTSCHE BANK AG Nr Type Coupon Casade Startdatum Einddatum Volume Marktwaarde ontvangt x € 1.000 31-12-2019 31-12-2018 1 Payer 4,025% 3M Euribor 1-10-2007 1-10-2027 15.000 -4.879 -4.560 2 Payer 4,005% 3M Euribor 2-5-2008 1-5-2023 15.000 -2.576 -2.989 3 Payer 4,120% 3M Euribor 3-11-2008 3-11-2028 15.000 -5.508 -4.991 Totaal 45.000 -12.963 -12.540

Aan de afgesloten renteswaps zijn de volgende variabel rentende leningen gekoppeld:

103


10. Niet in de balans opgenomen regelingen Obligo WSW Per 31 december 2019 heeft Casade een obligo uitstaan ten bedrage van € 15.324.000 uit hoofde van door het WSW verstrekte borgstellingen (31-12-2018: € 15.686.000).

Investeringsverplichtingen Per 31 december 2019 is Casade verplichtingen aangegaan ten behoeve van materiële vaste activa in exploitatie ter grootte van € 44,6 miljoen. Voor uit te voeren werkzaamheden met betrekking tot planmatig onderhoud is Casade per 31 december 2019 voor € 3,0 miljoen verplichtingen aangegaan, waarvan de werkzaamheden nog niet zijn uitgevoerd en de openstaande termijnen nog niet op de balans zijn opgenomen. Casade heeft vier grondverwervingen, waarvan voor twee is overeengekomen dat per 1-1-2020 50 procent wordt terugverkocht. Hieropvolgend zal medio 2020 een nabetaling van € 1,4 miljoen plaatsvinden aan verkopers. Voor de overige vier grondverwervingen is een nabetaling op de koopprijs overeengekomen indien en voorzover door een bestemmingswijziging, voor 1 juni 2021 respectievelijk voor 1 mei 2036, woningbouw kan worden gerealiseerd.

Terugkooprecht op woningen verkocht onder voorwaarden Casade heeft het terugkooprecht op 88 woningen (2018: 95) die zijn verkocht onder voorwaarden en zijn gekwalificeerd als een verkooptransactie. Het betreft woningen die zijn verkocht onder het label Slimmer Kopen. Bij de verkoop is een lage korting verleend (0% tot 10%) waardoor deze transacties niet als financieringstransactie kwalificeren, maar als verkooptransactie. Bij het voornemen tot verkoop moet de eigenaar de woning eerst aanbieden aan Casade.

Financiering Casade heeft in 2019 geen nieuwe leningen aangetrokken.

Verplichtingen persoonsgebonden loopbaanbudget In de CAO Woondiensten is een persoonsgebonden loopbaanbudget per medewerker afgesproken. Elke medewerker heeft recht, afhankelijk van indiensttreding, op een budget ten behoeve van zijn loopbaanontwikkeling. Ultimo 2019 bedraagt het budget € 300.430 (31-12-2018: € 272.838).

Verenigingen van eigenaren Casade neemt deel in een aantal verenigingen van eigenaren. Gezien het beperkte belang van deelname zijn de vve’s niet meegeconsolideerd.

Operationele leases Ultimo 2020 zijn de verplichtingen uit hoofde van operationele leases als volgt te specificeren: Te betalen binnen één jaar Te betalen tussen één en vijf jaar

€ 46.091 € 8.355

Dit betreft operationele lease van bedrijfswagens. De afname van de verplichting wordt veroorzaakt doordat de leaseverplichting van tien bedrijfswagens ultimo 2020 worden beëindigd. In 2019 is € 53.166 aan leasebetalingen in de winst- en verliesrekening verwerkt.

104


Heffing voor saneringssteun De Autoriteit Woningcorporaties (AW) heft aan de corporatiesector een heffing voor saneringssteun opgelegd. Het WSW heeft bij de opvraag van de prognose-informatie 2020-2024 aangegeven dat rekening gehouden moet worden met een heffing voor saneringssteun in de jaren 2020 tot en met 2023 van jaarlijks 1,0% van de jaarlijkse huursom. Voor het jaar 2019 is de heffing op € 0 vastgesteld. 2019: € 2020: € 902.000 2021: € 919.000 2022: € 938.000 2023: € 936.000.

105


11. Toelichting winst- en verliesrekening Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille (11) 28. Huuropbrengsten 2019 71.170 2.855 3.922 2.428 80.375 -204 -1.592 78.579

Woningen en woongebouwen DAEB Woningen en woongebouwen niet-DAEB Onroerende zaken niet zijnde woningen DAEB Onroerende zaken niet zijnde woningen niet-DAEB Af: dotatie voorziening dubieuze debiteuren huurderving wegens leegstand Totaal

2018 70.981 3.430 3.220 2.438 80.069 -351 -1.413 78.305

De gemiddelde huurverhoging per 1 juli 2019 bedroeg 1,46% (1 juli 2018: 1,34%). De gemiddelde huurverhoging per 1 juli 2019 bedroeg voor de DAEB-tak 1,52% en voor de niet-DAEB tak 0,73%.

29. Opbrengsten servicecontracten Vergoedingen van huurders voor leveringen en diensten Derving wegens oninbaarheid Totaal

2019

2018

1.362 1.362

1.968 1.968

2019

2018

1.061

1.498

-

-

1.061

1.498

30. Lasten servicecontracten Servicecontracten Toegerekende organisatiekosten Totaal

De bedragen die in rekening worden gebracht voor levering en diensten, en overige onroerende en roerende zaken zijn gebaseerd op de geraamde c.q. werkelijke kosten. Zij worden jaarlijks, indien noodzakelijk, aangepast. Jaarlijks vindt afrekening plaats met de huurders met betrekking tot de leveringen en diensten over het voorgaande jaar.

31. Lasten verhuur en beheeractiviteiten 2019 6.101 6.101

Toegerekende organisatiekosten Totaal

2018 6.515 6.515

De toegerekende organisatiekosten aan verhuur en beheeractiviteiten volgen uit de kostenverdeelstaat. Daarin worden de organisatiekosten, welke onder andere bestaan uit lonen en salarissen en overige bedrijfskosten, op basis van een interne inschatting van de urenbesteding naar activiteiten verdeeld. Hierbij wordt in hoofdlijnen onderscheid gemaakt naar exploitatie, projectontwikkeling, verkoop en leefbaarheid.

106


Lonen en salarissen De lasten betreffende lonen en salarissen betreffen: Salarissen Sociale lasten Pensioenen Overige personeelskosten Totaal

2019 5.915 1.009 923 1.066 8.913

2018 5.702 956 881 878 8.417

Het aantal werkzame werknemers, berekend op fulltime basis bedraagt gemiddeld 109,02 fte (2018: 107,5). Deze werknemers waren in 2018 allen in Nederland werkzaam (2018: idem). Ultimo boekjaar en uitgesplitst naar activiteiten, bedroeg het aantal fte: 2019 1,0 14,2 21,7 20,0 34,8 24,0 115,7

Afdeling Directie Afdeling Financiën en waardesturing Afdeling Strategie en bedrijfsvoering Afdeling Vastgoed Afdeling Wonen Vestigingen Totaal

2018 1,0 14,4 18,7 18,8 33,4 21,8 108,1

Pensioenlasten De gehanteerde pensioenregeling van Casade is ondergebracht bij het bedrijfstakpensioenfonds Stichting Pensioenfonds voor de Woningcorporaties (SPW). De belangrijkste kenmerken van deze pensioenregeling zijn ‒ Er is sprake van een ouderdoms- en nabestaandenpensioen. ‒ Er is sprake van een middelloonregeling. ‒ De pensioenleeftijd is afhankelijk van de AOW pensioenleeftijd. ‒ De regeling kent zowel een levenslang als een tijdelijk partner- en wezenpensioen, waarbij het partner- en wezenpensioen is verzekerd op risicobasis. ‒ Als de middelen van het pensioenfonds het toelaten, zal het bestuur van het pensioenfonds de ingegane pensioenen en de premievrije aanspraken van gewezen deelnemers aanpassen overeenkomstig de consumentenprijsindex voor alle huishoudens. De toeslagverlening is voorwaardelijk. Er is geen recht op toeslagverlening en het is voor de langere termijn niet zeker of en in hoeverre toeslagverlening zal plaatsvinden. Het bestuur van het pensioenfonds beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenuitkeringen en pensioenaanspraken worden aangepast. De belangrijkste kenmerken van de uitvoeringsovereenkomst zijn: ‒ Deelneming in het bedrijfstakpensioenfonds is verplicht gesteld voor de werknemers en bestuurder van de toegelaten instelling ‒ De toegelaten instelling is uitsluitend verplicht tot betaling van de vastgestelde premies. In geen geval bestaat een verplichting tot bijstorting. ‒ Er is geen sprake van recht op teruggave/premiekorting. Per 31 december 2019 bedroeg de beleidsdekkingsgraad (gemiddelde dekkingsgraad over de laatste 12 maanden) van SPW 111 % (2018; 116 %). De vereiste dekkingsgraad ligt eind 2018 op 125%. Het fonds heeft dus een reservetekort. Zolang er een reservetekort is wordt jaarlijks een herstelplan bij de toezichthouder ingediend waarmee wordt aangetoond dat SPW binnen 10 jaar weer beschikt over het wettelijk vereiste vermogen. Herstel moet vooral komen uit het beleggingsrendement, naar verwachting zal dit herstelplan niet lijden tot aanvullende premieheffing. Zolang het vereiste eigen vermogen nog niet is bereikt moet jaarlijks een nieuw herstelplan worden ingediend.

107


Toerekening organisatiekosten Lonen en salarissen Overige personeelskosten ICT projecten Afschrijvingen activa ten dienste van Advieskosten Overig toe te rekenen kosten Toe te rekenen organisatiekosten

2019 7.847 1.685 1.529 521 820 593 12.995

2018 7.539 1.512 1.148 496 771 796 12.262

Organisatiekosten toegerekend aan: Lasten verhuur en beheeractiviteiten Lasten onderhoudsactiviteiten Voorbereidingskosten projecten Lasten behorende tot nettoresultaat verkoop vastgoedportefeuille Lasten leefbaarheid Totaal toegerekende organisatiekosten

2019 6.101 4.313 1.717 94 770 12.995

2018 6.451 3.489 1.397 187 738 12.262

De organisatiekosten zijn toegerekend door middel van een kostenverdeelstaat, op basis van het aantal fte (2018: idem).

32. Lasten onderhoudsactiviteiten Planmatig onderhoud Mutatieonderhoud Reparatie en overig onderhoud Toegerekende organisatiekosten Totaal

2019 7.779 4.656 8.044 4.313 24.792

2018 16.981 2.158 6.590 3.489 29.218

2019 216 3.657 8.992 12.865

2018 237 3.699 9.749 790 14.475

2019 -

2018 2.195 2.195

2019 -

2018 -1.244 -1.244

33. Overige directe operationele lasten exploitatie bezit Verzekeringen Belastingen exploitatie Verhuurderheffing en bijdragen AW en Aedes Saneringsheffing Totaal

Netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling (12) 34. Omzet verkocht vastgoed in ontwikkeling Omzet verkocht vastgoed in ontwikkeling Totaal

35. Uitgaven verkocht vastgoed in ontwikkeling Uitgaven verkocht vastgoed in ontwikkeling Totaal

108


Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille (13) Voor het verkochte sociaal en commercieel vastgoed in exploitatie is de boekwaarde de marktwaarde in verhuurde staat. Voor het teruggekochte vastgoed onder VOV dat is doorverkocht zonder voorwaarden, is de boekwaarde de marktwaarde op terugkoopmoment onder aftrek van de contractuele korting. Het in de winst-en-verliesrekening verantwoorde resultaat bij verkoop van vorengenoemd vastgoed is derhalve beperkt, gezien het geringe verschil tussen de opbrengstwaarde en de boekwaarde. De specificatie van de verkoopresultaten is als volgt : 2019 11.038

2018 37.524

Af: externe verkoopkosten

- 266

- 538

Subtotaal verkoopopbrengst

10.772

36.986

36. Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille

37. Toegerekende organisatiekosten

-

38. Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille

-8.430

- 31.498

2.248

5.301

Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille

94

-

187

De verkoopopbrengst vastgoedportefeuille betreft 31 verkochte woningen en 1 garage (2018: 169 woningen en 35 parkeerplaatsen). De door verkoop in 2019 gerealiseerde waardestijging ten opzichte van de boekwaarde begrepen in de herwaarderingsreserve in het eigen vermogen, bedraagt â‚Ź 2,6 miljoen.

Waardeveranderingen vastgoedportefeuille (14) 39. Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille Afwaardering en terugnemingen vastgoed in ontwikkeling Voorbereidingskosten projecten Totaal last

2019 19.740 1.883 21.623

2018 10.346 1.578 11.924

2019 5.246 7.236 -16.651 -524 -4.693

2018 185.548 6.431 191.979

40. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Waardeveranderingen DAEB vastgoed in exploitatie Waardeveranderingen niet DAEB vastgoed in exploitatie Overige waardeveranderingen DAEB vastgoed in exploitatie (sloop) Overig waardeveranderingen niet DAEB vastgoed in exploitatie (sloop) Totaal

41. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden Waardeveranderingen vastgoed verkocht onder voorwaarden Waardeveranderingen terugkoopverplichtingen vastgoed verkocht onder voorwaarden Totaal - bate

2019 6.846

2018 -1.040

-5.818 1.028

1.323 283

2019 258 -264 -6

2018 265 -299 -34

Netto resultaat overige activiteiten (15) 42. Opbrengsten uit hoofde van warmte- en koudeopslaginstallaties 43. Kosten uit hoofde van warmte- en koudeopslaginstallaties Netto resultaat overige activiteiten

109


44. Overige organisatiekosten 2019 -

2018 -713 -713

2019 444 770 1.214

2018 560 738 1.298

2019 -697 -697

2018 -103 30 2 -71

49. Rentelasten en soortgelijke kosten: Rente op leningen overheid Rente op leningen kredietinstellingen Rente rekening-courant krediet Afkoop derivatencontracten Borgstellingsvergoeding Totaal financiële lasten

254 13.835 148 101 14.338

359 16.559 15.406 90 32.414

Per saldo - last

15.035

32.485

Overige organisatiekosten Totaal 45. Leefbaarheid De leefbaarheidskosten laten zich uitsplitsen als zijnde: Leefbaarheidskosten Toegerekende organisatiekosten Totaal

Saldo financiële baten en lasten (16) 46. Waardeveranderingen van financiële vaste activa en effecten 47. Opbrengst van vorderingen die tot de vaste activa behoren en van effecten 48. Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten Totaal financiële baten

50. Belastingen Schattingen De acute en latente belastingen in de jaarrekening zijn bepaald met inachtneming van de fiscale regels volgens de door de sector met de belastingdienst gemaakte afspraken (Vaststellingsovereenkomst I en II). De toepassing van deze regels is op een aantal onderwerpen niet zonder meer duidelijk en voor discussie vatbaar. Deze onderwerpen zijn onder andere het onderscheid tussen onderhoudskosten en verbeteringen, de toerekenbare kosten inzake projectontwikkeling en de inschatting van het op basis van een fiscale winstplanning naar verwachting te verrekenen deel van beschikbare fiscale verliezen. Eerst bij de aangifte zal blijken of en in hoeverre de fiscus de door Casade gevolgde standpunten zal overnemen en accorderen. Om die reden kan de in de jaarrekening bepaalde acute en latente belasting achteraf nog aan veranderingen onderhevig zijn. Belastingdruk winst-en-verliesrekening De belastinglast/-bate over het resultaat in de winst-en-verliesrekening bestaat uit de volgende componenten: 2019 Acute belastingen boekjaar Mutatie latente belastingen -6.038 Totaal belastinglast/-bate 6.038

110

2018 5.596 - 5.596


De acute belasting over het boekjaar is als volgt bepaald: Resultaat voor belastingen Waardeveranderingen vastgoedportefeuille Opwaarderingen fiscale boekwaarde Waardeveranderingen derivaten Verkoopresultaten fiscaal lager Hogere fiscale afschrijvingen Vrijval agio lening portefeuille Aftrekbeperking rentelasten Fiscaal te activeren rente Overige verschillen

-4.173 23.234 14.596 682 - 2.353 - 3.286 251 4.226 120 40 37.008 32.835

Fiscaal resultaat 2019 Af: verrekening met fiscaal compensabele verliezen Acute belastingen boekjaar

-32.835 -

Voor een toelichting op de mutatie latente belastingen wordt verwezen naar de toelichting op de financiĂŤle vaste activa. Aansluiting toepasselijk en effectieve belastingtarief Het toepasselijk wettelijke belastingtarief bedraagt 25%. Het effectieve belastingtarief, zijnde de belastinglast in de winst-en-verliesrekening uitgedrukt als % van het jaarresultaat voor belastingen, bedraagt -144,7 % (2018: -3,2 %). De verantwoorde belastinglast in 2019 betreft alleen de mutatie in de latente belastingvorderingen en verplichtingen. De afwijking van het wettelijk belastingtarief (25%) wordt vooral veroorzaakt door permanente waarderingsverschillen en tijdelijke waarderingsverschillen die op nihil gewaardeerd worden. In de berekende latenties zijn alleen die waarderingsverschillen verwerkt, waarvan bekend is wanneer en op welke wijze deze tot afwikkeling komen. Indien afwikkeling onzeker is en/of in de verre toekomst is gelegen, aangevuld met de contantmaking van de latentie, leidt ertoe dat de waardering van dit deel van de latentie nihil is. Hierdoor komt voor dit deel van de latenties geen mutatie die door het resultaat loopt tot uitdrukking. Hierdoor is het effectieve tarief lager dan het wettelijke tarief. De aansluiting tussen het effectieve belastingtarief en het toepasselijke belastingtarief is als volgt nader te specificeren: Bedrag Vpb 25% % -4.173 Resultaat voor belastingen -1.043 25,0% -26,1% Aansluitposten 4.248 Niet of beperkt aftrekbare kosten 1.063 25,4% Impact tariefswijziging op latenties 540 12,9% Op/afwaarderingen latenties plus impact op nihil gewaardeerde waarderingsverschillen 6.559 -157,2% Effectief tarief

-144,7%

111


12. Overige toelichtingen Bezoldiging van de directie en de commissarissen De bezoldigingen met inbegrip van de pensioenlasten en andere uitkeringen van de huidige en gewezen directieleden en commissarissen die in het boekjaar ten laste van Casade zijn gekomen, bedragen € 184.388,(2018: € 177.954,-) respectievelijk € 82.676,- (2018: € 77.954,-). De bedragen die hieronder worden verantwoord als zijnde bezoldiging uit hoofde van de WNT wijken af omdat de afdracht van sociale lasten hierin niet meegerekend moeten worden.

Verantwoording uit hoofde van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen Voor de bezoldiging van de bestuurder kwam in 2019 een bedrag van € 173.432 ten laste van de Casade (2018: € 167.408). De lasten van de bezoldiging van commissarissen bedroegen in 2019 € 82.676 (2018: € 77.954). De lasten van de bezoldiging van bestuurders en commissarissen bestaan uit de volgende onderdelen: • beloning (bruto jaarsalaris inclusief loon in natura, vakantiegeld en overige bruto loonbestanddelen); • belaste vaste en variabele kostenvergoedingen (met uitzondering van vergoedingen/verstrekkingen die als eindheffingsbestanddeel zijn aangemerkt onder de werkkostenregeling); • beloningen betaalbaar op termijn (zoals werkgeversbijdrage pensioen e.d.). De bezoldigingsbedragen zijn exclusief omzetbelasting Vanaf 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht. De WNT kent een openbaarmakingsregime en een maximale bezoldigingsnorm. Onder de WNT geldt een publicatieverplichting in de jaarrekening en op een algemeen toegankelijke wijze via internet. Het voor Casade toepasselijk bezoldigingsmaximum in 2019 is het WNT-maximum voor woningcorporaties klasse G en bedraagt € 183.000 (bij een fulltime dienstverband). Het individuele WNT-maximum voor leden van de Raad van Commissarissen bedraagt voor de voorzitter 15% en voor de overige leden 10% van het bezoldigingsmaximum, berekend naar rato van de duur van het dienstverband.

112


1. Bezoldiging topfunctionarissen 1a. Leidinggevende topfunctionarissen met dienstbetrekking en leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vanaf de 13e maand van de functievervulling alsmede degenen die op grond van hun voormalige functie nog 4 jaar als topfunctionaris worden aangemerkt Gegevens 2019 (bedragen x € 1)

R.J. van Gurp

Functiegegevens

Directeur-bestuurder

Aanvang en einde functievervulling in 2018

1/1 - 31/12

Omvang dienstverband (in fte)

1

Dienstbetrekking?

ja

Beloning

Belastbare onkostenvergoedingen

919

Beloningen betaalbaar op termijn

22.145

Totaal bezoldiging

173.432

Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum

183.000

150.368

Onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag

N.v.t.

Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan

N.v.t.

Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling

N.v.t.

Gegevens 2018 Aanvang en einde functievervulling in 2018

1/1 - 31/12

Omvang dienstverband 2018 (in fte)

1

Dienstbetrekking?

ja

Beloning

Belastbare onkostenvergoedingen

788

Beloningen betaalbaar op termijn

21.337

Totaal bezoldiging 2018

167.408

Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum

176.000

145.283

1b. Leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking in de periode kalendermaand 1 t/m 12 In 2019 waren er geen leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking werkzaam bij Stichting Casade.

113


1c. Toezichthoudende topfunctionarissen

bedragen x â‚Ź 1 Functiegegevens Aanvang en einde functievervulling in 2019 Bezoldiging Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum -/- Onverschuldigd betaald bedrag en nog niet terugontvangen Bezoldiging Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling

M.F.F.M. van der Linden VOORZITTER 1/1 - 31/12

E.J.A. Wijnbergvan der Wiel VICE-VOORZ 1/1 - 31/12

M.A.M.M. Knoops LID 1/1 - 31/12

17.386

14.050

12.810

27.450

18.300

18.300

N.v.t. 17.386

N.v.t. 14.050

N.v.t. 12.810

N.v.t.

N.v.t.

N.v.t.

N.v.t.

N.v.t.

N.v.t.

Gegevens 2018 Aanvang en einde functievervulling in 2018 Bezoldiging Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum

1/1 - 31/12

1/1 - 31/12

1/1 - 31/12

16.720

14.520

12.320

26.400

17.600

17.600

114


1c. Toezichthoudende topfunctionarissen (vervolg)

bedragen x € 1 Functiegegevens Aanvang en einde functievervulling in 2019 Bezoldiging Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum -/- Onverschuldigd betaald bedrag en nog niet terugontvangen Bezoldiging Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling

C.H.M. Borgers

J.F.M. Janssen

LID

LID

1/1 - 31/12

1/1 - 31/12

A. van DalPeters LID 1/1 - 31/12

12.810

12.810

12.810

18.300

18.300

18.300

N.v.t. 12.810

N.v.t. 12.810

N.v.t. 12.810

N.v.t.

N.v.t.

N.v.t.

N.v.t.

N.v.t.

N.v.t.

Gegevens 2018 Aanvang en einde functievervulling in 2018 Bezoldiging Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum

1/1 - 31/12

1/1 - 31/12

19/3-31/12

12.320

12.320

9.754

17.600

17.600

13.887

1d. Topfunctionarissen alsmede degenen die op grond van hun voormalige functie nog 4 jaar als topfunctionaris worden aangemerkt met een bezoldiging van € 1.700 of minder In 2019 waren er geen topfunctionarissen of als topfunctionaris aan te merken personen met een bezoldiging van € 1.700 of minder werkzaam bij Stichting Casade Tabel 1e De totale bezoldiging van een topfunctionaris alsmede degene die op grond van zijn/haar voormalige functie nog 4 jaar als topfunctionaris wordt aangemerkt, voor al zijn/haar functies bij één WNT-instelling en eventuele aan deze WNT-instelling gelieerde rechtspersonen (uitsluitend te verantwoorden indien en voor zover er sprake is bij een topfunctionaris van bezoldiging voor andere werkzaamheden dan die als topfunctionaris bij de WNT-instelling en/of bezoldiging uit hoofde van werkzaamheden bij gelieerde rechtspersonen) Bij Stichting Casade was in er 2019 geen er sprake van topfunctionarissen, of als topfunctionaris aan te merken personen, met een bezoldiging voor andere werkzaamheden dan die als topfunctionaris bij Cassade en/of een bezoldiging uit hoofde van werkzaamheden bij gelieerde rechtspersonen. 1f. In het geval een leidinggevende topfunctionaris, op of na 1-1-2018 met een WNT-instelling een dienstbetrekking aangaat en hij/zij bij een of meer andere WNT-instellingen reeds een dienstbetrekking

heeft als topfunctionaris, niet zijnde een toezichthoudende topfunctionaris, zijn bepaalde of alle onderdelen van onderstaande tabel van toepassing. Indien van toepassing kan het betreffende tabelonderdeel dienen als aanvulling op tabel 1a of 1d. Dit geldt in voorkomende gevallen ook voor diegene die op grond van zijn/haar voormalige functie nog 4 jaar als topfunctionaris wordt aangemerkt.

115


De binnen onze organisatie geĂŻdentificeerde leidinggevende topfunctionarissen met een dienstbetrekking hebben geen dienstbetrekking bij meerdere WNT-plichtige instelling(en) als leidinggevende topfunctionaris (die zijn aangegaan met ingang van 1 januari 2018). 2. Uitkeringen wegens beĂŤindiging dienstverband aan topfunctionarissen met of zonder dienstbetrekking alsmede degenen die op grond van hun voormalige functie nog 4 jaar als topfunctionaris worden aangemerkt. Er hebben in 2019 bij Stichting Casade geen uitkeringen plaatsgevonden aan topfunctionarissen, of als topfunctionaris aan te merken personen, wegens beĂŤindiging van het dienstverband. 3. Overige rapportageverplichtingen op grond van de WNT Naast de hierboven vermelde topfunctionarissen zijn er geen overige functionarissen met een dienstbetrekking die in 2019 een bezoldiging boven het individueel toepasselijke drempelbedrag hebben ontvangen.

Werkgeversheffingen hoge lonen en excessieve vertrekvergoedingen Voor het boekjaar 2019 is er binnen Casade geen sprake van de eenmalige werkgeversheffing hoge lonen en excessieve vertrekvergoedingen.

Accountantskosten De ten laste van het boekjaar 2019 gebrachte kosten van de externe accountant Ernst & Young Accountants LLP en het gehele netwerk waartoe deze accountantsorganisatie behoort, zijn als volgt: 2019 160 22 38 220

Onderzoek van jaarrekening Andere controleopdrachten Nagekomen kosten onderzoek jaarrekening 2018 Totaal

2018 119 15 8 142

Bovenstaande honoraria voor onderzoek van de jaarrekening is gebaseerd op de totale honoraria voor het onderzoek van de jaarrekening 2019 ongeacht of de werkzaamheden reeds gedurende 2019 zijn verricht.

116


13. Gebeurtenissen na balansdatum In januari 2020 is het probleem van het coronavirus pas echt bekend geworden en in de maanden daarna is de impact geleidelijk duidelijker geworden. Deze gebeurtenis na balansdatum heeft voor Casade geen voorzienbare invloed op de jaarcijfers over 2019. Er is geen sprake van materiële afwaarderingen van activa, afwaarderingen van openstaande vorderingen, contractbreuken of boetes. Het uitbreken van het Corona virus en de preventieve maatregelen genomen door de overheid zorgen voor grote economische onzekerheid op tenminste de korte termijn en waarschijnlijk ook de langere termijn. Voor Casade spelen er geen materiële risico’s op omzetdaling of marktwaardedaling. We hebben in dit kader gevoeligheidsanalyses uitgevoerd op onze basis-meerjarenbegroting, waarbij Casade de komende jaren blijft voldoen aan de WSW-risico’s. De ontwikkelingen zijn op dit moment echter zeer onzeker en onderhevig aan veranderingen. Aangezien deze situatie niet kon worden voorzien op balansdatum is de eventuele impact hiervan op Casade niet verwerkt in de jaarrekening per 31 december 2019. Gegeven de hoge mate van onzekerheid over de ontwikkeling van de Corona-crisis is het ook niet mogelijk een redelijke schatting te geven van de impact hiervan op Casade. Echter, gezien de uitkomsten van onze gevoeligheidsanalyses, hebben wij geen twijfels omtrent onze continuïteitsveronderstelling.

117


14. Afzonderlijke primaire overzichten Algemeen Op grond van artikel 15 lid 2 en 4 van de Regeling toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 heeft Casade onderscheid aangebracht tussen diensten van algemeen economische belang (DAEB tak) en de overige diensten (niet-DAEB tak). Daartoe zijn een afzonderlijke balans, winst-en-verliesrekening en kasstroomoverzicht voor respectievelijk de DAEB tak en de niet-DAEB tak opgesteld.

Aard van de niet-DAEB activiteiten De niet-DAEB activiteiten van Casade bestaan (conform het door de Autoriteit Woningcorporaties goedgekeurde “scheidingsvoorstel”) met name uit het verhuren en beheren van niet-DAEB vastgoed.

Grondslagen voor de splitsing De belangrijkste uitgangspunten en grondslagen ten aanzien van de afzonderlijke primaire overzichten zijn: • Conform het door de Autoriteit Woningcorporaties goedgekeurde “scheidingsvoorstel”, is het vastgoed in exploitatie gesplitst naar DAEB en niet-DAEB • Met betrekking tot het vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie en de gerelateerde voorzieningen is onderscheid gemaakt op projectniveau, op basis van de daadwerkelijke projectplannen en de hieruit voortvloeiende classificatie. • Alle deelnemingen van Casade zijn geclassificeerd als zijnde niet-DAEB. • In de DAEB-tak van Casade is een post opgenomen inzake de nettovermogenswaarde van de nietDAEB-tak (gelijk aan het eigen vermogen van de niet-DAEB-tak. Hierdoor is het eigen vermogen van de DAEB-tak gelijk aan het eigen vermogen van de enkelvoudige jaarrekening. • Ten aanzien van de liquide middelen is geen onderscheid te maken op basis van separate bankrekeningen. De splitsing is gemaakt op basis van de beginstand conform het goedgekeurde scheidingsvoorstel, gecorrigeerd voor de daaropvolgende “gesplitste” kasstromen. • Huuropbrengsten en onderhoudskosten zijn voor zover mogelijk gesplitst op basis van koppeling aan het betreffende vastgoed. • Voor overige opbrengsten en kosten, heeft Casade een verdeelsleutel toegepast op basis van de huuropbrengsten van de afzonderlijke takken. • Voor de gescheiden kasstroomoverzichten is een identieke benadering toegepast als voor de gescheiden winst-en-verliesrekeningen.

118


14.1 Enkelvoudige balans DAEB-tak per 31 december 2019 ACTIVA (in duizenden euro’s)

31-12-2019

31-12-2018

Vaste activa Vastgoedbeleggingen DAEB vastgoed in exploitatie Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie

1.486.805

1.500.136

33.476

33.239

8.240

1.975 1.528.521

1.535.350

2.864

3.232

Materiële vaste activa Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie Financiële vaste activa Deelnemingen in groepsmaatschappijen

-

-

Overige deelnemingen

-

-

Latente belastingvordering(en)

10.581

15.039

Interne lening

14.576

15.390

104.228

103.213

926

971

Nettovermogenswaarde niet-DAEB Overige vorderingen

130.311

134.613

Vlottende activa Voorraad Vastgoed bestemd voor verkoop Overige voorraden

743

508

-

-

Onderhanden projecten

743

508

-

-

Vorderingen Huurdebiteuren

652

850

Overige vorderingen

576

84

Overlopende activa

210

409

Liquide middelen TOTAAL ACTIVA

119

1.438

1.343

-5.662

14.342

1.658.215

1.689.388


PASSIVA (in duizenden euro’s)

31-12-2019

31-12-2018

Eigen vermogen Herwaarderingsreserve

860.264

760.104

Overige reserves

326.925

240.862

Resultaat

-10.211

186.223 1.176.978

1.187.189

Voorzieningen Voorziening onrendabele investeringen

26.392

13.224 26.392

13.224

Langlopende schulden Leningen overheid Leningen kredietinstellingen Verplichting uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Derivaten

5.982

6.132

397.327

406.142

33.150 2.069

33.480 1.387 438.528

447.141

Kortlopende schulden Schulden aan kredietinstellingen

8.965

27.684

Schulden aan leveranciers

3.457

4.303

Schulden aan groepsmaatschappijen Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden ter zake van pensioenen Overige schulden Overlopende passiva

TOTAAL PASSIVA

120

-

-

2.121

2.519

-

307

79

161

1.695

6.860 16.317

41.834

1.658.215

1.689.388


14.1.1 Enkelvoudige winst- en verliesrekening DAEB-tak over 2019 (in duizenden euro’s)

2019

Huuropbrengsten

2018

73.410

Opbrengsten servicecontracten Lasten servicecontracten

-

Lasten verhuur en beheeractiviteiten

-

Lasten onderhoudsactiviteiten Overige directe operationele lasten exploitatie bezit Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille

73.097

1.272

1.790

991

- 1.350

5.700

-

6.131

-

23.637

- 27.999

-

12.566

- 14.050 31.788

25.357

Omzet verkocht vastgoed in ontwikkeling

-

161

Uitgaven verkocht vastgoed in ontwikkeling

-

-129

Toegerekende organisatiekosten

-

-

-

-

Toegerekende financieringskosten Netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling

0

Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille

32

7.698

Toegerekende organisatiekosten

-

Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille

14.205

88

-

-

5.855

176

- 10.971 1.755

Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop Waardeveranderingen vastgoedportefeuille

3.058

21.623

- 11.924

-11.405

185.548

568

100 -32.460

Opbrengst overige activiteiten Kosten overige activiteiten Netto resultaat overige activiteiten

-

173.724

241

250

247

-282 -6

-

Overige organisatiekosten

-

Leefbaarheid

-

Bedrijfsresultaat (transporteren)

1.163 -86

121

-

32 554 1.255

200.330


(in duizenden euro’s)

2019

2018

Bedrijfsresultaat (transporteren)

-86

Waardeveranderingen van financiĂŤle vaste activa en effecten Opbrengst van vorderingen die tot de vaste activa behoren en van effecten Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten Rentelasten en soortgelijke kosten Saldo financiĂŤle baten en lasten

-

200.330

697

-

-

30

691 -

103

913

14.338

-

32.414

14.344

- 31.574

Resultaat voor belastingen

-14.430

168.756

Resultaat deelnemingen

-

-

Resultaat niet-DAEB tak

8.677

13.080

-4.458

4.387

-10.211

186.223

Belastingen Resultaat na belastingen

122


14.1.2 Enkelvoudig kasstroomoverzicht DAEB-tak 2019 (in duizenden euro’s)

2019

2018

Operationele activiteiten Ontvangsten: Huren Vergoedingen Overige bedrijfsontvangsten Renteontvangsten Overheidsontvangsten Rente ontvangsten interne lening

73.414

73.895

2.530

2.504

376

181

-

2

-

19

691

911 77.011

Saldo ingaande kasstromen

77.512

Uitgaven: Personeelsuitgaven

7.879

7.371

Onderhoudsuitgaven

21.866

21.032

Overige bedrijfsuitgaven

10.649

10.000

Rente uitgaven

13.732

18.181

-

789

8.826

9.377

404

457

Sectorspecifieke heffing Verhuurderheffing Leefbaarheid Vennootschapsbelasting

-

Saldo uitgaande kasstromen

Kasstroom uit operationele activiteiten

63.356

67.207

13.655

10.305

(Des)investeringsactiviteiten MVA ingaande kasstroom Verkoopontvangsten bestaande huur, woon- en niet woongelegenheden Verkoopontvangsten woongelegenheden (VOV) na inkoop in dPi periode Verkoopontvangsten nieuwbouw, woon- en niet woongelegenheden

7.340

14.695

358

94

-

-

Verkoopontvangsten grond

-

160

(Des)investeringsontvangsten overig

-

7.698

Tussentelling ingaande kasstroom MVA MVA uitgaande kasstroom Nieuwbouw huur, woon- en niet woongelegenheden Woningverbetering, woon- en niet woongelegenheden Aankoop, woon- en niet woongelegenheden Nieuwbouw verkoop, woon- en niet woongelegenheden Aankoop woongelegenheden (VOV) voor doorverkoop

123

14.949

11.534

12.242

773

4.708

366

507

-

-

1.531

805


Aankoop grond

-

-

Desinvesteringen in overige financiĂŤle activa

-

-

Investeringen overig

117

749

Externe kosten bij verkoop

137

272

Tussentelling uitgaande kasstroom MVA

14.458

19.283

Saldo in- en uitgaande kasstroom MVA

-6.760

-4.334

FVA Ontvangsten verbindingen

-

-

Ontvangsten overig

-

-

Ontvangen aflossing interne lening

814

5.665

Uitgaven verbindingen

-

-

Uitgaven overig

-

-

Saldo in- en uitgaande kasstroom FVA

Kasstroom uit (des)investeringen

814

5.665

-5.946

1.331

Financieringsactiviteiten Ingaand: Nieuwe door WSW geborgde leningen

-

80.000

27.713

90.289

Uitgaand: Aflossing door WSW geborgde leningen

Kasstroom uit financieringsactiviteiten

-27.713

-10.289

Mutatie liquide middelen

-20.004

1.347

Liquide middelen per 1 januari

14.342

12.995

Liquide middelen per 31 december

-5.662

14.342

124


14.2 Enkelvoudige balans niet-DAEB-tak per 31 december 2019 ACTIVA (in duizenden euro’s)

31-12-2019

31-12-2018

Vaste activa Vastgoedbeleggingen Niet-DAEB vastgoed in exploitatie Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie

91.830

85.263

61.905

59.256

-

153.735

144.519

-

-

Materiële vaste activa Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie Financiële vaste activa Deelnemingen in groepsmaatschappijen

-

-

Overige deelnemingen

-

15

2.490

4.070

57

-

Latente belastingvordering(en) Overige vorderingen

2.547

4.085

Vlottende activa Voorraad Vastgoed bestemd voor verkoop Overige voorraden

-

372

4.254

5.648

Onderhanden projecten

4.254

6.020

-

-

Vorderingen Huurdebiteuren

40

36

Overige vorderingen

36

4

Overlopende activa

13

18 89

58

Liquide middelen

26.046

24.202

TOTAAL ACTIVA

186.671

178.884

125


PASSIVA (in duizenden euro’s)

31-12-2019

31-12-2018

Eigen vermogen Herwaarderingsreserve

26.546

23.751

Overige reserves

68.920

66.382

8.762

13.080

Resultaat

104.228

103.213

Voorzieningen Voorziening onrendabele investeringen

-

-

Overige voorzieningen

-

-

-

Langlopende schulden Leningen overheid

-

-

Leningen kredietinstellingen Verplichting uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Derivaten Interne lening

-

-

61.266 14.576

59.078 15.390 75.842

74.468

Kortlopende schulden Schulden aan kredietinstellingen

-

-

214

183

-

-

131

108

Schulden ter zake van pensioenen

-

13

Overige schulden

5

7

6.251

892

Schulden aan leveranciers Schulden aan groepsmaatschappijen Belastingen en premies sociale verzekeringen

Overlopende passiva

TOTAAL PASSIVA

126

6.601

1.203

186.671

178.884


14.2.1 Enkelvoudige winst- en verliesrekening niet-DAEB-tak over 2019 (in duizenden euro’s)

2019

Huuropbrengsten

5.169

5.208

90

178

70

- 148

401

- 384

1.155

- 1.219

299

- 425

Opbrengsten servicecontracten Lasten servicecontracten

-

Lasten verhuur en beheeractiviteiten

-

Lasten onderhoudsactiviteiten Overige directe operationele lasten exploitatie bezit Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille

-

2018

3.334

3.210

Omzet verkocht vastgoed in ontwikkeling

-

2.034

Uitgaven verkocht vastgoed in ontwikkeling

-

-1.115

Toegerekende organisatiekosten

-

-

-

-

Toegerekende financieringskosten Netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling

-

Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille

3.074

Toegerekende organisatiekosten

-

Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille

-

919 22.781

6

-

2.575

11

- 20.527 493

Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop Waardeveranderingen vastgoedportefeuille

-

2.243

-

6.712

6.431

460

183

7.172

Opbrengst overige activiteiten Kosten overige activiteiten Netto resultaat overige activiteiten

-

17

15

17

-17 -

Overige organisatiekosten

-

-

Leefbaarheid

-

Bedrijfsresultaat (transporteren)

127

6.614

2 -159

51

-43

10.948

12.782


(in duizenden euro’s)

2019

2018

Bedrijfsresultaat (transporteren)

10.948

Waardeveranderingen van financiĂŤle vaste activa en effecten Opbrengst van vorderingen die tot de vaste activa behoren en van effecten Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten Rentelasten en soortgelijke kosten Saldo financiĂŤle baten en lasten

-

-

-

-

-

-

-

691

- 911 -

Resultaat voor belastingen Resultaat deelnemingen Belastingen Resultaat na belastingen

128

12.782

691

- 911

10.257

11.871

-

-

-1.580

1.209

8.677

13.080


14.2.2 Enkelvoudig kasstroomoverzicht niet-DAEB-tak 2019 (in duizenden euro’s)

2019

2018

Operationele activiteiten Ontvangsten: Huren

5.158

5.352

178

224

27

19

Overheidsontvangsten

-

5

Renteontvangsten

-

Vergoedingen Overige bedrijfsontvangsten

5.363

Saldo ingaande kasstromen

5.600

Uitgaven: Personeelsuitgaven

554

500

Onderhoudsuitgaven

971

882

Overige bedrijfsuitgaven

748

896

Rente uitgaven

691

911

-

-

35

95

Leefbaarheid

-

-

Vennootschapsbelasting

-

Sectorspecifieke heffing Verhuurderheffing

Saldo uitgaande kasstromen

Kasstroom uit operationele activiteiten

2.999

3.284

2.364

2.316

(Des)investeringsactiviteiten MVA ingaande kasstroom Verkoopontvangsten bestaande huur, woon- en niet woongelegenheden Verkoopontvangsten woongelegenheden (VOV) na inkoop in dPi periode Verkoopontvangsten nieuwbouw, woon- en niet woongelegenheden

2.603

21.994

3.425

5.207

-6

1.016

-

-

-

Verkoopontvangsten grond (Des)investeringsontvangsten overig

6.022

Tussentelling ingaande kasstroom MVA MVA uitgaande kasstroom Nieuwbouw huur, woon- en niet woongelegenheden Woningverbetering, woon- en niet woongelegenheden Aankoop, woon- en niet woongelegenheden Nieuwbouw verkoop, woon- en niet woongelegenheden Aankoop woongelegenheden (VOV) voor doorverkoop

129

28.217

-

-

-

-

-

-

-

97

5.549

6.721


Aankoop grond Investeringen overig Externe kosten bij verkoop

-

-

1 147

10 255

Tussentelling uitgaande kasstroom MVA

Saldo in- en uitgaande kasstroom MVA

5.697

7.083

325

21.134

FVA Ontvangsten verbindingen Ontvangsten overig Uitgaven verbindingen Uitgaven overig

-

3.161

22

1.123

-

-

53

Saldo in- en uitgaande kasstroom FVA

Kasstroom uit (des)investeringen

-

-31

4.284

294

25.418

Financieringsactiviteiten Ingaand:

-

Nieuwe door WSW geborgde leningen

-

Uitgaand: Aflossing interne lening Aflossing door WSW geborgde leningen

814

5.665

-

-

-814

-5.665

Mutatie liquide middelen

1.844

22.069

Liquide middelen per 1 januari

24.202

2.133

Liquide middelen per 31 december

26.046

24.202

Kasstroom uit financieringsactiviteiten

130


Ondertekening van de jaarrekening Waalwijk, 3 juni 2020

Directeur bestuurder:

Raad van Commissarissen:

Drs. R.J. van Gurp

Ing. M.F.F.M. van der Linden

Drs. E.J.A. Wijnberg

Mr. M.M.A.M. Knoops MPM

Drs. C.H.M. Borgers RA

Drs. J.F.M. Janssen

Drs. A. van Dal-Peters

131


15. Overige gegevens 15.1 Statutaire regeling winstbestemming In de statuten zijn geen bepalingen opgenomen met betrekking tot de resultaatbestemming.

132


16. Kengetallen Realisatie 2019

Realisatie 2018

12.759

12.837

11.352 1.263 23 121 12.759

11.465 1.233 24 115 12.837

Zelfstandige huurwoningen Onzelfstandige huurwoningen Totaal woningen in exploitatie

10.942 410 11.352

11.056 409 11.465

Betaalbaarheid zelfstandige huurwoningen Woningen (≤ 424,44 ) Woningen (≤ 651,03) Subtotaal betaalbare woningen Woningen tot Ht (≤ 720,42 ) Woningen boven Ht (> 720,42 ) Totaal % betaalbare woningen van totaal

1.371 8.047 9.418 1.185 339 10.942 86%

1.379 8.020 9.399 1.285 372 11.056 85%

Mutaties Aantal sloop Aantal verkopen Aantal aankopen Aantal nieuwbouw huur Aantal overname WSG Aantal verbouwingen/ splitsing Totaal mutaties verhuureenheden

-97 -32 5 22 24 -78

-204 13 55 533 -10 387

Verkoop onder voorwaarden (VOV) Aantal VOV ultimo jaar totaal

567

595

Woningvoorraad Aantal verhuureenheden ultimo jaar totaal Bestaande uit: Woningen in exploitatie Garages en parkeerplaatsen Maatschappelijk vastgoed Commercieel vastgoed

133


Indeling naar energielabel A+/A++ A B C D E F G Totaal

674 3.774 2.314 2.526 938 615 241 270 11.352

674 3.816 2.356 2.569 918 620 242 270 11.465

Percentage A t/m C Percentage A t/m B Gemiddelde Energie Index

82% 60% 1,38

82% 60% 1,40

Huren Huursom DAEB (x € 1.000) Huursom niet DAEB (x € 1.000) Huur / WOZ-waarde - percentage Aantal verhuringen

75.092 5.283 4,13% 689

74.201 5.868 4,33% 682

Personeel Formatie ultimo jaar

117,95

108,1

x € 1.000 1.486.805 91.830 853.786 77.120 1.944.246 412.184

x € 1.000 1.500.136 85.263 834.302 66.654 1.848.733 439.958

Financiële ratio’s WSW ICR Loan to Value (o.b.v. beleidswaarde) Solvabiliteit (o.b.v. beleidswaarde) Dekkingsratio (o.b.v. marktwaarde)

2,17 44,3% 49,1% 26,1%

1,87 48,8% 47,2% 27,8%

Financieel beleid Gemiddelde looptijd leningen o/g Gemiddelde rentevoet leningen o/g Gemiddeld lening bedrag per woning (x € 1.000)

18,9 3,24% 36,3

18,6 3,22% 38,4

Waardering

Marktwaarde DAEB Marktwaarde niet DAEB Beleidswaarde DAEB Beleidswaarde niet DAEB WOZ-waarde (DAEB en niet DAEB) Schuldrestant geborgde leningen

134


17. Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Hiervoor wordt verwezen naar de hierna opgenomen verklaring.

135


136


137


138


139


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.