5 minute read

Expo. Hoe art nouveau en koloniaal Congo verstrengeld zijn

van het boek is hoezeer de artiesten zich ervan bewust waren dat ze zich voor de kar lieten spannen. “Henry Van de Velde verwees er rechtstreeks naar in een Duits tijdschrift,” zegt hij. Voor de art-nouveau-architecten was het een winstgevende operatie. De koloniale mecenassen – uit specifiek de liberale, progressieve burgerij – waren hun belangrijkste opdrachtgevers in die tijd.

Denk maar aan Eugène Autrique en Emile Tassel – van wie de familienamen voortleven dankzij de gelijknamige herenhuizen. Beiden waren werknemers van Ernest Solvay, de bekende grootindustrieel en scheikundige. Van hem is echter minder bekend dat hij sterk investeerde in de kolonie en zelfs fungeerde als raadgever van Leopold II bij de overname van de kolonie door de Belgische staat. Solvay liet door Horta het huis Hotel Solvay bouwen aan de Louizalaan.

Duizenden dode olifanten

Hout uit Congo was erg belangrijk bij de constructie van dergelijke gebouwen. “Dat hout kwam in verschillende mooie kleurtinten en je kon het heel goed plooien,” zegt Catherine. Ook ivoor werd volop gebruikt, wat leidde tot het decimeren van olifanten in Congo. Volgens sommige schattingen zou er tussen 1897 en 1907 in Antwerpen ivoor van maar liefst 13.255 dode olifanten uit het land zijn verkocht.

Ook in de gebruikte vormen is Congo heel aanwezig. Er zijn de olifanten, maar zeker ook de vele plantmotieven, vaak tropische planten die in onze contreien niet voorkomen. Sommigen zien in de gebogen lijnen niet enkel een verwijzing naar krullende lianen uit Congo, maar ook naar de chicotte, de lange leren zweep waarmee Congolezen werden gestraft in de koloniale tijd. De vorm wordt ook dikwijls ‘zweepslagstijl’ genoemd.

Ook de tentoonstelling Style Congo: Heritage & Heresy zet de link tussen art nouveau en Congo volop in het licht. De expo vindt plaats in CIVA, het centrum voor architectuur in Elsene, dat de tentoonstelling opzette met Twenty Nine Studio – en in samenwerking met kunstencentrum

KANAL. Drijvende kracht was de Congolese kunstenaar Sammy Baloji. Behalve historisch materiaal, zijn er op de expo vooral werken van hedendaagse kunstenaars te zien, die op een originele manier het koloniale laagje van art nouveau blootleggen.

“We wilden met een hedendaagse lens naar de kunst en architectuur van toen kijken en zo deelnemen aan de maatschap- pelijke discussie rond dekolonisatie,” zegt cocurator Nikolaus Hirsch, artistiek directeur van CIVA. “We kunnen geen definitieve antwoorden bieden, maar wel veel vragen oproepen, bijvoorbeeld rond de mechanismen die leiden tot de toe-eigening van cultureel erfgoed. Politieke en sociale geschiedenis lijken vaak abstract, maar door architectuur kan je ze zichtbaar en tastbaar maken.”

In de expo ligt een bewijs dat de link tussen art nouveau en Congo in het begin expliciet gelegd werd: een boek waarin de term ‘style Congo’ is onderlijnd. Centraal staat de opstelling Congolisation van de Brusselse architectuurstudio Traumnovelle, waarin met archiefdocumenten wordt belicht hoe Belgische architecten Congo als kolonie aan de wereld presenteerden op wereld- en koloniale tentoonstellingen van 1885 tot 1958. Traumnovelle toont hoe ze enerzijds bijdroegen aan de legitimering van het kolonialisme en hoe de Congolese natuur en cultuur anderzijds een impact hadden op hun werk.

“De meeste van deze documenten komen van bij ons,” zegt Hirsch. “Deze oefening maakt ook deel uit van een bredere dekolonisatie-operatie van ons archief. Ook wij moeten aan de slag met ons verleden.”

CIVA stelt opnieuw The Work of the Forest op, een video-installatie van de Amerikaanse kunstenares Judith Barry die al in 1992 in Brussel te zien was in de voorganger van CIVA, de Fondation pour l’Architecture. Het ontwerp met drie schermen doet denken aan kamerschermen ontworpen door architect Paul Hankar voor de Wereldtentoonstelling van Brussel in Tervuren in 1897. Maar in plaats van propaganda toont de installatie bijvoorbeeld beelden die in de setting van een art-nouveauhuis de kolonisatie van Congo subtiel vermengen met het leven in Brussel tijdens de fin de siècle.

Fotoreeks

Helemaal nieuw is de fotoreeks van de Belgisch-Congolese Brusselse fotografe Chrystel Mukeba. Zij maakte portretten van Belgen met Congolese roots in enkele van de meest iconische art-nouveaugebouwen van Brussel. Door een symbolische herbestemming van dit erfgoed, stelt het werk de vraag aan wie dit erfgoed vandaag toebehoort. Haar portretten zullen binnenkort ook in de metrohalte IJzer hangen.

“Het gaat er niet om om dit culturele patrimonium toe te eigenen, ik wil niet stellen dat art nouveau ‘van ons’ is, het project draait rond invraagstelling en bewustmaking. Het maakt deel uit van een breed proces rond het begrijpen van onze identiteit,” zegt Mukeba. “Dit is een delicaat onderwerp en ik wil geen polemiek, maar het is belangrijk om het debat over het verleden te voeren, om vooruitgang te boeken.”

Het project riep belangrijke vragen bij Mukeba op over haar persoonlijke geschiedenis, waar ze volgend jaar tijdens een eerste reis naar Congo antwoorden op wil zoeken. “Niet alleen ben ik er nog nooit geweest, ik heb op school in Brussel ook heel weinig geleerd over de koloniale periode. Voor mijn kinderen ligt dat gelukkig anders, al stelt mijn elfjarige zoon bijvoorbeeld nog vragen waar ik moeilijk op kan antwoorden. Het is belangrijk om kennis hierover door te geven aan de volgende generaties.”

Dat vindt ook Catherine, die aangeeft dat de koloniale periode na de onafhankelijkheid in 1960 verzwegen werd, terwijl men ervoor doodgeslagen werd met info over Congo. Hij pleit ook voor plaatjes met uitleg over de link met koloniaal Congo op art-nouveauhuizen, waardoor er makkelijker wandelingen rond dit thema opgezet zouden kunnen worden, bijvoorbeeld voor scholen en toeristen. “Het zou kunnen leiden tot meer respect voor de Congolese gemeenschap hier, die nog altijd lijdt onder racisme en discriminatie.”

Of het art-nouveau-erfgoed nu ‘besmet’ is door de koloniale link? “Nee, we moeten er geen beeldenstorm van maken. Maar dit verhaal moet wel verteld worden.”

De verstrengeling van art nouveau en koloniaal Congo wordt kort aangehaald in het begin vorig jaar gepubliceerde rapport van de werkgroep rond dekolonisatie van de openbare ruimte in Brussel, waar Catherine deel van uitmaakte. De werkgroep stelt onder meer voor om Hotel van Eetvelde te contextualiseren door in het erfgoednarratief de aandacht te vestigen op zijn koloniale aspecten. Een concreet algemeen actieplan op basis van dit rapport laat voorlopig nog op zich wachten. Volgens de woordvoerder van staatssecretaris voor Stedenbouw en Erfgoed Pascal Smet (one.brussels/Vooruit), zit het plan in een finale fase en gaat het dit voorjaar nog naar de regering.

Expo Style Congo. Heritage & Heresy, 17 maart > 3 september 2023, in CIVA: civa.brussels.be Art nouveau, kunst met de K van Kongo van Lucas Catherine is uitgegeven bij Epo, 200 p., 24,90 euro

Lucas Catherine

COMMENT L’ART NOUVEAU ET LE CONGO COLONIAL SONT LIÉS

FR Peu de gens le savent, mais au début, l’Art nouveau était surnommé « style Congo ». Un nouveau livre de Lucas Catherine dévoile l’omniprésence du Congo dans les maisons Art nouveau de Bruxelles et la façon dont les architectes ont servi les intérêts des puissances coloniales. L’art était un outil de propagande, montrant les riches ressources naturelles du Congo, comme le bois tropical et l’ivoire. L’expo « Style Congo » au CIVA analyse ce passé à travers l’objectif d’artistes contemporains comme la photographe Chrystel Mukeba. La question s’inscrit dans le débat plus large sur la décolonisation.

How Art Nouveau And Colonial Congo Intertwine

EN Few people today know it, but art nouveau was initially called ‘Congo style’. A new book by Lucas Catherine reveals the presence of colonial Congo in Brussels Art Nouveau houses and how the architects allowed themselves to be taken advantage of by colonial rulers. Art served as a propaganda tool that displayed the wealth of resources stolen from Congo, such as tropical timber and ivory. The ‘Style Congo’ exhibition at CIVA looks at this past through the lens of contemporary artists, such as photographer Chrystel Mukeba. The issue is part of the wider decolonisation debate.

Nick Trachet

This article is from: