Nieuwe rubriek over graffiti: tekens aan de wand En ook: Tom Naegels, Klara in het Paleis en Bruno Stevens.
13 01 11
Federaal gehakketak slaat over op Brusselse regering
2-3
AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153
BOUWEN IN BOSANCI: BDW OP STAP MET ROEMEENSE BOUWVAKKERS UIT BRUSSEL
LEES P. 4-5: ‘LANGE UREN, LEGE HUIZEN’
Onderwijs > Atheneum Sint-Pieters-Woluwe biedt als eerste meertalig onderwijs
Wiskunde in het Engels SINT-PIETERS-WOLUWE – Het atheneum van Sint-Pieters-Woluwe begint in september met meertalig onderwijs. De leerlingen krijgen enkele vakken volledig in het Engels. Een doorbraak, zegt VUB-professor Piet Van de Craen, pleitbezorger van meertalig onderwijs.
D
e Belgische taalwetgeving verbiedt onderwijs in een andere taal. De Franse Gemeenschap staat sinds 1998 uitzonderingen toe op deze regel. In Wallonië en Brussel zijn er inmiddels 250 lagere en secundaire immersiescholen, waar de leerlingen een flink deel van de lessen in een andere taal, meestal het Nederlands, krijgen. In Vlaanderen bestaat nog behoorlijk wat koudwatervrees. De vorige Vlaamse minister van Onderwijs, Frank Vandenbroucke (SP.A), was van mening dat immersie geen geschikt model was voor Vlaanderen. Hij stemde er in 2007 wel in toe dat negen Vlaamse secundaire scholen drie jaar lang zouden experimenteren met CLIL, Content and Language Integrated Learning. In die proef-
tuinscholen zou een beperkt aantal vakken in het Frans of het Engels worden gegeven. In Brussel liet Vandenbroucke dergelijke experimenten niet toe door het grote aantal anderstaligen. Hen Nederlands leren was al moeilijk genoeg. In Brussel bestaat dan ook alleen het Stimob-project (Stimulerend meertalig onderwijs Brussel), een initiatief waarmee professor Van de Craen en enkele basisscholen van het gemeenschapsonderwijs tien jaar geleden begonnen. De scholen geven tien procent van het leerplan in het Frans. Van de Craen: “Ze gebruiken hiervoor de herhalingsuren. Een akkoord van de minister was dus niet nodig. Maar het is meer dan louter herhaling, het is een variatie, bijvoorbeeld op de rekenles, maar dan in het Frans.”
Een van de Stimob-scholen is De Zonnewijzer, gelegen op dezelfde campus als het atheneum van SintPieters-Woluwe. De ASO-school wil nu ook met meertalig onderwijs beginnen. “We volgen het voorbeeld van de Europese scholen. Vanaf september krijgen de leerlingen van het eerste jaar enkele vakken in het Engels. Welke en hoeveel vakken staat nog niet vast,” zegt directrice Helena Van Driessche. “We hebben nog geen overleg gepleegd met minister van Onderwijs Pascal Smet. Als we mogen werken binnen het verplichte lessenpakket, dan zal het om minstens vijf van de 32 lesuren gaan. Anders zullen we de vier vrij in te vullen uren gebruiken, plastische opvoeding of uitdieping economie bijvoorbeeld.” De school kiest voor Engels als tweede instructietaal, niet Frans. Van Driessche: “Aan de universiteit worden bepaalde vakken nu al in het Engels gegeven. Daarom ook krijgen de leerlingen van De Zonnewijzer naast de Franse herhalingslessen ook al Engels. Dat willen we voortzetten.”
De ouders zijn tevreden over het plan. “Uit onze enquête blijkt dat negentig procent akkoord gaat, ook met de keuze voor het Engels. Later kunnen er andere talen bijkomen: Frans, voor de hogere jaren ook Spaans of Duits,” zegt Van Driessche. Van de Craen had liever gezien dat de school voor het Frans had gekozen. “Ik hoop dat de keuze niet is ingegeven door koudwatervrees voor de tweede landstaal.” Maar hij is vooral erg tevreden dat in het Brussels Nederlandstalig secundair een begin wordt gemaakt met meertalig onderwijs. Uit eigen en buitenlands onderzoek blijkt dat het heel wat voordelen biedt. “De kennis van de vreemde taal, maar ook die van de
moedertaal wordt beter. Voorts blijken de leerlingen de leerstof beter te kennen en zijn ze gemotiveerder. Bovendien stimuleert meertalig onderwijs het brein.” Probleem is alleen dat de lerarenopleiding weinig aangepast is. De ervaringen in de Vlaamse proeftuinscholen hebben volgens Van de Craen aangetoond dat meertalig onderwijs in het secundair tot vergelijkbare positieve resultaten leidt. De experimenten in Vlaanderen liepen in september af. Het eindrapport is klaar, maar werd nog niet vrijgegeven. Van de Craen vernam dat de scholen er graag mee doorgaan. “Minister Smet zal dus een initiatief moeten nemen.” Bettina Hubo
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE
Ontdek onze saloncondities op p.26
DB21/669960A1
Serieaanbiedingen op het hele Opel gamma
N° 1262 VAN 13 TOT 20 JANUARI 2011 ¦ WEEK 2: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VZW BRUSSEL DEZE WEEK, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-226.45.40, ABONNEMENTEN: 02-226.45.45, FAX: 02-226.45.69, E-MAIL: INFO@BDW.BE
BDW 1262 PAGINA 2 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
Uitgelicht > Onenigheid federale onderhandelingen slaat over op Brusselse regering
‘Minder Franstalig, meer Belgisch’ BRUSSEL – Na het afwijzen van de nota-Vande Lanotte belandde CD&V in de hoek waar de klappen vallen. Maar de christendemocraten laten zich niet doen. Eerst reageerden federaal minister Steven Vanackere en Brussels minister Brigitte Grouwels. Nu krijgt minister-president Charles Picqué (PS) een felle brief van individuele CD&V’ers in de bus: “Wij zijn het zat. Picqué probeert de Vlamingen te demoniseren.”
H
oe belangrijk een goede timing in de politiek is, heeft CD&V vorige week mogen ondervinden. Van de zeven partijen die rond de tafel zitten/zaten voor de vorming van een nieuwe regering, was CD&V de eerste om de nota af te wijzen. Of beter: de partij vroeg een paar aanpassingen vooraleer opnieuw rond de tafel te gaan zitten. Nadien wees ook de N-VA de nota af. Dat CD&V als eerste heeft gesproken, maakte het de Franstaligen gemakkelijk om ‘ja, maar’ te zeggen, want ook zij waren niet onverdeeld positief. Zo had CDH een resem
amendementen klaar, en stond de PS ‘perplex’ van een aantal van Vande Lanottes voorstellen. Conclusie: niet de Vlaams-nationalisten van de N-VA, maar de ‘staatsdragende partij’ CD&V was de gebeten hond. Nog voor het optreden van Steven Vanackere bij Gui Polspoel op tvbrussel, waarin hij het Brussel-standpunt van zijn partij zéér rechtlijnig uiteenzette, sloeg de onenigheid al over naar de Brusselse regering. Staatssecretaris Christos Doulkeridis (Ecolo) daagde Brigitte Grouwels uit om de Brusselse stem meer aan bod te laten komen binnen haar partij. Dat was de inzet van
een bitse ruzie. Maar ook ministerpresident Charles Picqué zet (niet voor het eerst) kwaad bloed bij een aantal CD&V’ers: Picqué verwijt CD&V Brussel als derde gewest af te wijzen, en dat pikken onder anderen voormalig minister Hugo Weckx, schepen Marina Dehing, gemeenteraadslid Georges De Smul en CD&Vvoorzitter van Brussel-Stad Guido Ghekiere niet langer. De ondertekenaars van de open brief manen Picqué aan minder Franstalig en ‘meer Belgisch’ te denken: “Het is niet de eerste keer dat u de Vlamingen en de Vlaamse Gemeenschap probeert te demoniseren en te culpabiliseren. Voor de zoveelste keer verwijt u Vlaanderen Brussel als volwaardig en derde gewest af te wijzen. Brussel is nochtans, in tegenstelling met wat u systematisch verkondigt, reeds sinds 1989 de facto een derde en volwaardig gewest. Mede dankzij de Vlaamse federale gekozenen. Het komt u er blijkbaar prioritair op aan de Vlamingen te culpabiliseren ten opzichte van de
Franstalige Brusselse publieke opinie. Dit is pijnlijk voor een partij die beweert het racisme te bestrijden.” En verder: “In wezen verwijt u de
CD&V’ers tot Charles Picqué: “U verwijt de Vlamingen dat ze uw francofiele visie op Brussel niet delen”
Vlamingen niet dat ze Brussel miskennen als derde gewest, want dat klopt totaal niet, maar wel dat ze uw francofiele visie niet delen, te weten van Brussel een gewest-gemeenschap te maken.” Dat het Gewest zijn hoofdstedelijke
functie, de tweetaligheid en zijn Europese rol niet naar behoren vervult, staat voor veel CD&V’ers vast: “Dat de politieke en taalkundige meerderheid van dit gewest (de Franstaligen, DV) niet in staat is haar Belgische rol naar behoren te spelen, stoort gans Vlaanderen, nog steeds de democratische meerderheid in België.” En daar draait nu net heel de discussie rond: Brussel is een gewest, maar ook de twee gemeenschappen, de Franse en de Vlaamse, spelen een rol in onderwijs, cultuur en welzijn. In de hoofdstad van het land hebben Vlamingen en Franstaligen een flinke vinger in de pap. Her en der gaan stemmen op om gemeenschapsbevoegdheden over te hevelen naar het Gewest. En daar kant CD&V zich resoluut tegen. Ook bijkomende bevoegdheden, zoals kinderbijslag, mogen niet naar het Gewest, maar moeten naar de gemeenschappen. Steven Vanackere legde in Polspoel omstandig uit dat zijn partij wil dat de Vlamingen in Brussel voor gemeenschapsaan-
OPMERKELIJK
DE WEEK IN BEELD DOOR SASKIA VANDERSTICHELE
© WEBMASTERNIC7918
KERKFABRIEKEN IN HET VIZIER BRUSSEL – Als het van schepen Chantal Noël (CDH) afhangt, dan moeten rijke kerkfabrieken de arme helpen. Dat zei ze in de jongste gemeenteraad. Nu passen de gemeenten de tekorten van de kerkfabrieken bij. Het tekort van de Miniemenkerk (meer dan 6.000 euro) was voor Marion Lemesre (MR-PRL) en Els Ampe (Open VLD) reden om te protesteren. Lemesre vraagt zich af waar de huurinkomsten van de eigendommen van de kerkfabriek gebleven zijn. Noël moest het antwoord schuldig blijven; de Stad is verplicht om de tekorten bij te passen. Lemesre en Ampe nemen een parlementair initiatief om het Napoleontische decreet ter zake te wijzigen. DV De winterkoopjes, nu goed tien dagen ver, zijn goed van start gegaan: de ondernemersorganisaties NSZ en Unizo zijn tevreden.
© SASKIA VANDERSTICHELE
WEEKOVERZICHT
BDW 1262 PAGINA 3 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
© TVBRUSSEL
WOENSDAG 5 JANUARI 20.000 asielaanvragen in 2010. Vorig jaar werden er 19.941 asielaanvragen geregistreerd in België. Dat is het hoogste aantal sinds 2002. 2.818 aanvragen werden omgezet in een vluchtelingenstatuut of een tijdelijke verblijfsvergunning. Bij de cijfers werden ook meervoudige aanvragen geteld. buschauffeur bedreigd met vuurwapen. Op lijn 48 naar Ukkel wordt een chauffeur van de MIVB bedreigd met een vuurwapen. De kassa van de bus wordt leeggeroofd, de chauffeur komt er met de schrik van af.
DONDERDAG 6 JANUARI parkeerplaats voor mivb-klanten. Transitparkings zullen in de toekomst alleen toegankelijk worden voor bezitters van een Mobib-abonnement. Er zijn momenteel 2.200 gratis parkeerplaatsen aan metro- en tramhaltes. Brussels minister van Vervoer Brigitte Grouwels (CD&V) wil die dit jaar omvormen tot overstapparkeerterreinen.
Steven Vanackere sprak in Polspoel klare taal.
gelegenheden dezelfde rechten (en plichten) hebben als de Vlamingen in Vlaanderen: zelfde kinderbijslag, zelfde jobkorting en zelfde zorgverzekering. Vanackere ontkent dat dit een zuiver principiële aangelegenheid is: “Het gaat om onze mensen.” CD&V heeft niet alleen koninklijk bemiddelaar Johan Vande Lanotte afgewezen, de partij werkt ook de Brusselse SP.A (in het parlement in de oppositie) op de zenuwen. Elke Roex, fractievoorzitster in het Brussels parlement: “Wij blijven tegen de overheveling van de kinderbijslag naar de gemeenschappen; van
“ “
ons mag die federaal blijven. Bij een keuze tussen twee systemen gaan de Brusselaars massaal voor het financieel voordeligste systeem kiezen. De kinderbijslag dreigt op die manier voor Vlaanderen onbetaalbaar te worden. En ten tweede: wij willen geen twee soorten kinderbijslag in dezelfde stad, in dezelfde stad of zelfs in hetzelfde gezin. We hebben toch ook geen twee soorten OCMW, een Franstalig en een Nederlandstalig? Wij willen geen stad met twee snelheden.” Vanackere deed de interne Brusselse stadshervorming in de nota van
Vande Lanotte af als slappe koffie, veel zwakker dan het SP.A-standpunt. Dat maakt Roex boos: “De nota-Vande Lanotte is geen SP.A-nota. In plaats van te roepen in de media zou Brigitte Grouwels beter haar werk in de Brusselse regering doen en Picqué aanporren. Het is aan Picqué om de politieke werkgroep interne stadshervorming samen te roepen. Maar hij bougeert niet. Federaal was SP.A overigens de enige Vlaamse partij die echt wou vechten voor een stadshervorming.” Danny Vileyn
Ik heb een tekening van Ever Meulen besteld op zijn tentoonstelling in de Brusselse galerie Champaka. Die aan mijn muur zien hangen: dat wordt ongetwijfeld het cultureel evenement van 2011.” De culturele voornemens voor het nieuwe jaar van acteur Adriaan Van den Hoof (in De Morgen).
vande lanotte naar koning. Koninklijk bemiddelaar Johan Vande Lanotte (SP.A) biedt koning Albert II zijn ontslag aan nadat CD&V en N-VA duidelijk neen gezegd hebben tegen zijn nota, SP.A, Groen! en Ecolo voorzichtig positief antwoordden en PS en CDH de boot afhielden. Die nota bevat enkele uitgewerkte voorstellen om een zesde Belgische staatshervorming te realiseren. Maar volgens CD&V en N-VA betekenen die voorstellen te weinig autonomie voor de deelstaten en maken ze België institutioneel nog ingewikkelder. Volgens politiek analist Rik Van Cauwelaert kosten de uitgewerkte voorstellen Vlaanderen ook drie miljard euro per jaar. Het Brussel-deel van de nota brengt in de hoofdstad een klein debat op gang. CD&V voor Vlaamse eenheid. Ontslagnemend minister van Buitenlandse Zaken Steven Vanackere (CD&V) pleit er bij Gui Polspoel op tvbrussel voor om geen verschil te creëren tussen Vlamingen in Vlaanderen en Vlamingen in Brussel. De uitspraken brengen een woordenstrijd op gang tussen de Brusselse regeringsleden Christos Doulkeridis (Ecolo) en Brigitte Grouwels (CD&V). Inzet: is Brussel een volwaardig gewest? Bouwkraan dreigt te vallen. Aan de begraafplaats van Evere dreigt een bouwkraan van dertig meter om te vallen. Door de aanhoudende dooi beginnen de grondlagen het gevaarte in beweging te zetten. 33 omwonenden worden geëvacueerd. Pas na middernacht mogen ze opnieuw hun woning in.
ZONDAG 9 JANUARI kerstboomophaling. Net Brussel organiseert voor de zeventiende keer een kerstboomophaling. De bomen worden verwerkt tot compost. Nieuwjaarsmaaltijd voor daklozen. Het Novotel aan de Grote Markt ontvangt traditiegetrouw daklozen voor een nieuwjaarsmaaltijd. Het is de negende keer dat dit gebeurt.
MAANDAG 10 JANUARI
Bij Brussels Metropolitan hebben we een keer het gewestplan van Brussel uitgeknipt en het geplakt op dat van Vlaanderen, waarin Brussel een blinde vlek is. Wat je dan ziet, is om te huilen.” Karel Lowette, uittredend voorzitter van Voka-Brussel, constateert (in Knack) dat de gewesten zich wat ruimtelijke ordening betreft niks van elkaar aantrekken: industriezones grenzen aan verkavelingen.
HET WOORD
Pollutiepiek
Help! De rode vlag hangt uit! Deze kreet zou volgens Leefmilieu Brussel in de toekomst weleens vaker te horen kunnen zijn. Maar het gaat dan niet over wat u denkt. Er zijn drie alarmniveaus (pollutiepieken) voor luchtvervuiling. Af en toe wordt niveau 1 bereikt (de gele vlag) en moeten we met z’n allen 90 kilometer per uur rijden op
de Ring en de snelwegen. Bij niveau 2 (oranje) moeten we in het gewest alternerend gaan rijden (oneven versus even nummerplaten), en niet sneller dan 50 kilometer per uur. En bij niveau 3 hangt de rode vlag uit en moet u uw mobiel op stal laten (maar dat sciencefictionscenario komt haast nooit voor). Meer op www.pollutiepiek.be. CD
Parkeren wordt duurder. In verschillende Brusselse gemeenten stijgen de parkeertarieven in 2011. In Schaarbeek zal een halve dag parkeren voortaan 25 euro kosten, in Sint-Gillis 17 euro in 2011 en 20 euro in 2012. In Elsene betaalt de parkeerder in de namiddag 20 euro.
DINSDAG 11 JANUARI de lille wil goederenvervoersplan. Brussels staatssecretaris voor Mobiliteit Bruno De Lille (Groen!) werkt aan een plan dat het goederenvervoer in de stad moet stroomlijnen. Dat vernam brusselnieuws.be. De Lille wil vooral een praktisch plan; theoretische modellen zijn in het verleden genoeg uitgewerkt. Spoor- en waterwegen moeten valabele opties worden om leveringen in de stad te krijgen. Ook leveringen tijdens de spits zouden herbekeken worden. Metropoortjes sneller dicht. De MIVB gaat maatregelen nemen om poortjesglippers te ontmoedigen. Daarom zullen de toegangspoortjes in de Brusselse metrostations sneller dichtgaan na afstempeling van het vervoersbewijs. Eind januari zouden er al in 26 van de 59 stations poortjes geplaatst moeten zijn. Samengesteld door Christophe Degreef
MEER NIEUWS DE HELE WEEK ROND OP
BDW 1262 PAGINA 4 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
In de Roemeense gemeente Bosanci rijzen de nieuwbouwwoningen als paddenstoelen uit de grond. Vaak blijven ze leeg en onafgewerkt. Het geld dat de bouwvakkers in Brussel verdienen, gaat ook naar een nieuwe kerk in Bosanci. Rechts een traditionele woning.
Economie > Brusselse bouwsector lokt honderden arbeidsmigranten uit Roemeense gemeente
Lange uren, lege huizen BOSANCI/BRUSSEL – Honderden inwoners uit de Roemeense gemeente Bosanci werken al jaren in de Brusselse bouwsector. Deze arbeidsmigranten pompen hun zuurverdiende centen onder meer in nieuwbouw in Roemenië. Ondanks een zware investering blijven hun omvangrijke huizen veelal onafgewerkt en leeg. Een reportage over minibussen vol gelukzoekers.
D
e temperatuur zakt elf graden onder nul, dikke ijspegels blijven onder aan de auto’s hangen. Voor het huis van Cristian Sutu torsen de jonge appel- en perenbomen steeds meer sneeuw. De wind snijdt langs de houten balken die de nieuwbouw van de 35-jarige inwoner uit Bosanci ondersteunen. Bosanci, een gemeente in het noordoosten van Roemenië, telt volgens de lokale autoriteiten bijna 7.300 inwoners en 2.200 privéwoningen verspreid over een oppervlakte van vijftig vierkante kilometer. Een deel van de bewoners teelt aardappelen, maïs, suikerbieten of graan. Anderen leven als veehouder, of verdienen hun brood in de nabijgelegen stad Suceava. Maar omdat lang niet iedereen op die manier door het leven kan of wil, verkast een groot deel naar het buitenland. Constantin Blîndu (52) schat dat er momenteel 2.500 Bosanceni in onder meer Spanje, Italië, Oostenrijk, Portugal, België, Griekenland,
Frankrijk en Duitsland werken. “Het grootste deel zit in Griekenland, waar het door de crisis moeilijk is, én in Brussel, waar ruwweg duizend mensen aan de slag zijn,” zegt de viceburgemeester in zijn kantoor van twee meter op drie in het gemeentehuis.
Geen douche Blîndu weet waarover hij spreekt. Tussen 1995 en ’97 werkte de exrechtenstudent in Brussel. “In het zwart, want toen werd er zo gewerkt.” Hij herinnert zich het lange wachten aan het Klein Kasteeltje tot een werkgever hem meenam om muren en schoorstenen af te breken of klussen met hout uit te voeren. Ook de kleine kelder in een straatje aan het Noordstation, die hij met minstens zes bevriende Roemenen deelde om de kosten te drukken, staat nog in zijn geheugen gegrift. Dat de jongvolwassenen geen meubels hadden, en dat ze zowel douche als keuken zelf dienden te bouwen, accepteerden ze zonder veel morren.
“Het was niet makkelijk, maar geld verdienen kwam op de eerste plaats. Wanneer een vriend naar Roemenië terugging, gaven we allemaal geld mee.” In 2005, na vier jaar burgemeesterschap in Bosanci, reisde Blîndu uit financiële overwegingen een tweede keer richting België. Als zelfstandige verdiende hij maandelijks minstens 2.000 euro. Daarvoor werkte hij zes dagen per week tien uur per dag. Een deel van zijn inkomsten ging naar de huur van een appartement in Anderlecht. Daarnaast stuurde hij via een geldtransferbedrijf soms tot 1.000 euro per maand naar zijn land van herkomst. Met het opgespaarde geld kocht hij verschillende percelen in Bosanci. In januari 2008 keert hij huiswaarts om politieke campagne te voeren. Enkele maanden later wordt hij viceburgemeester, een gerespecteerde functie in Bosanci, waarvoor hij maandelijks 300 euro opstrijkt. Netto, welteverstaan. Dat zijn zonen van 23 en 25, maar ook verschillende andere familieleden, al jaren in België hun centen verdienen, verbaast hem niet.
Terug met de minibus Wanneer Blîndu’s familieleden naar Bosanci of de naburige stad Suceava terugkeren, gebeurt dat vaak met de auto of minibus. In beide locaties verkopen transportbedrijven ver-
voersbewijzen, onder andere richting Brussel. Alleen al Belgotrans, een transportbedrijf met drie minibussen waarvoor Corneliu Roman Oan werkt, vervoert per rit een tiental Roemeense arbeidsmigranten.
klant die, nadat hij een fles Franse cognac soldaat heeft gemaakt, uren aan een stuk alle passagiers en hemzelf lastigvalt, klaagt hij niet. Dat hij als leerkracht geschiedenis en aardrijkskunde voor achttien uur
“Leerkracht blijven ging niet: mijn vrouw en kind moeten ook eten. De salarissen zijn laag, de prijzen hoog. Een liter olijfolie kost in Roemenië drie euro, in de Lidl in Brussel één euro”
“Het verdient zeer, zeer goed. Toch naar Roemeense normen,” vertelt de 34-jarige Roman Oan, die twee weken op de drie arbeidsmigranten transporteert. Op donderdag vertrekt hij vanuit Suceava naar Brussel, op zaterdag keert hij terug. In drie dagen tijd slaapt hij maar één keer, zegt hij. Alvast tussen Brussel en Suceava, een rit van 34 uur over een afstand van 2.250 kilometer voor de prijs van 90 euro, doet de man geen oog dicht. Over een gebrek aan slaap, een pijnlijk staartbeentje of een dronken
les maandelijks “maar 250 euro” verdiende, dát zit hem dwars. Want het liefst van al zou hij leraar in het lager onderwijs zijn. “Nu verdien ik 700 euro. Leerkracht blijven ging niet: ook mijn vrouw en kind moeten eten. Niet alleen is het salaris in Roemenië laag, de productprijzen zijn ook hoog. Een liter olijfolie kost in Roemenië bijvoorbeeld drie euro, in de Lidl in Brussel een euro. En de kwaliteit is beter.”
Zonder ouders De gevolgen van deze ‘pendelmigra-
BDW 1262 PAGINA 5 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
werkt, dan is dat perfect legaal, ook al is het niet wenselijk. Voor je eigen zaak werk je zoveel je wenst tegen het loon dat je wilt.” Volgens de Bouwunie, de federatie van kmo-bouwbedrijven, is het voor een zelfstandige in de bouwsector daarentegen pas leefbaar vanaf 30 euro per uur, toch als hij geen tien, twaalf uur per dag wil werken. Om de concurrentie aan te kunnen besparen sommige bedrijven op kwaliteit en veiligheid, constateert de Bouwunie.
Knelpuntberoep
© STEVEN VANDENBERGH
tie’ laten zich in de grootste school van Bosanci voelen. De ruim honderd jaar oude Scola Generala telt ruwweg duizend leerlingen tussen zes en veertien jaar. Volgens Constantîn Grosu (57), sinds tien jaar directeur en ook leraar lichamelijke opvoeding, telt zijn school ongeveer driehonderd kinderen van wie de ouders in het buitenland verblijven. “Ik schat dat er daarvan een honderdtal in Brussel werken.” Zorgt dat voor leerproblemen? “Neen. De kinderen hebben heel goede resultaten. Vaak nemen de grootouders de opvoeding verschillende jaren op zich. Onder andere via internet houden kinderen, net zoals sommige leraars, contact met de ouders. De ervaring leert ook dat de meeste ouders hun kinderen hier laten. Waarom? Niet alleen is het hun vaderland, maar vaak zijn de kinderen nog klein en is veranderen van school niet eenvoudig, ook administratief gezien.” Ook de Roemeens-orthodoxe priester Adrian Ionut Belei (28) voelt de leegloop uit de regio goed. De vertegenwoordiger van de grootste geloofsgemeenschap in Bosanci, die af en toe in de lokale bouwsector bijklust, legt uit dat de kerk op zondag nog altijd vol zit, maar steeds meer met oudere mensen. Toch ziet hij ook een pluspunt: een zestal jaar geleden haalde zijn vader geld op in onder meer de kerken van Brussel, Wenen en Athene. Hierdoor zullen de vier orthodoxe priesters in Bosanci binnen afzienbare tijd een tweede kleur- en beeldrijk godshuis in dienst kunnen nemen.
vellandschap. Niet alleen steken de leegstaande huizen in grootte fel af tegen de lokale, vaak bescheidener woningen, ook de vorm verschilt.
“Misschien blijf ik wel in België. De financiële toekomst hier oogt niet rooskleurig” Naargelang van de arbeidsplek in het buitenland introduceren Bosanceni nieuwe bouwstijlen in hun achtertuin. Zo staan er huizen met onder meer Griekse, Spaanse of Oostenrijkse bouwmotieven tussen meer traditionele woningen. Viceburgemeester Blîndu vindt dat “geen probleem, zolang de afstand tot de straat en buren maar gerespecteerd wordt.” Volgens de man kwamen er de laatste vijftien jaar zo’n vierhonderd nieuwe woningen bij, meestal van getrouwde koppels. Tijdens een
rondrit over de grotendeels aarden wegen wijst de ex-burgervader zelfs enkele huizen aan die met Belgisch bouwmateriaal uit de grond gestampt zijn. De eigenaars zijn er niet: ze zijn als zelfstandige aan de slag in de Brusselse bouwsector.
Lange dagen Heel uitzonderlijk is dat niet. Volgens het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen stonden in 2009 in het Brussels Gewest 5.229 Roemenen als zelfstandige geregistreerd. Ter vergelijking: twee jaar eerder waren dat er bijna tweeduizend minder. Anton Van Assche van de zelfstandigenorganisatie Unizo schat dat zestig procent van deze Oost-Europeanen in de bouwsector aan de slag is. Meestal gaat dat met veel werkuren gepaard. Volgens twee Roemenen, die anoniem willen blijven, zakken de uurlonen soms tot zes euro. Tijdens het gesprek valt het woord uitbuiting meermaals. Van Assche maakt een kanttekening: “Als iemand als vennoot in een bvba of als zelfstandige op een werf twaalf uur per dag tegen vijf euro per uur
Ontdekkingsreizigers
Belgische bakstenen Het meest zichtbare gevolg van de migratie is de aanwas van nieuwbouwwoningen. Bij het binnenwandelen in de gemeente vallen meteen tientallen onafgewerkte huizen op in het besneeuwde heu-
Maar Roemenen vinden hun weg ook naar andere sectoren. Hierbij hoort wel de opmerking dat de Belgische arbeidsmarkt voor Roemenen nog altijd sterk beperkt is, ondanks de toetreding tot de Europese Unie op 1 januari 2007. In de praktijk gaan heel wat hoogopgeleiden bij de Europese instellingen werken. Laaggeschoolde vrouwen vinden vaak een baan als poetsvrouw of babysitter. Enkelen stampen een horecazaak uit de grond. Anderen vullen dan weer een knelpuntberoep in, eventueel na het volgen van een cursus bij Arthis, het Belgisch-Roemeens Cultureel Huis aan de Vlaamsesteenweg. Een evolutie die hiermee samenhangt, vertelt Arthis-voorzitter Liviu Hopârtean (51), zijn de Roemenen die een bedrijf(je) in de Roemeense of Belgische bouwsector opzetten. Een deel is inmiddels ook eigenaar van een huis in België. Volgens Hopârtean, die net na de val van de Berlijnse Muur in 1989 naar België kwam, toont het aan hoe de immigratie van gezicht verandert. “Voor het jaar 2000 waren de meeste Roemeense migranten supergekwalificeerd. Veel inge nieurs bijvoorbeeld hebben toen in het zwart als arbeider op werven gewerkt. Waarom? Iemand die zijn papieren niet in orde had, vond moeilijk werk. Belgische werkgevers profiteerden van de situatie en van de kwalificaties van deze Roemenen. Na 2000 kwam een groot deel zonder professionele kwalificatie.” Heel wat van deze arbeidsmigranten vinden hun weg naar Brussel via bevriende contacten. Maar het kan ook subtieler. Tijdens een zondagse misviering met ruim tweehonderd Roemeens-orthodoxe gelovigen in de Brusselse Sint-Katelijnekerk liggen op een tafeltje verscheidene handgeschreven briefjes waarop cauta de lucru staat. Dat is Roemeens voor ‘werk gezocht’.
Cristian Sutu aan zijn nieuwbouw met fruitboompjes.
Uit cijfers van de federale overheidsdienst Economie blijkt dat Roemeense werkzoekenden financiële mogelijkheden zien in België. In 2008 waren er 15.253 Roemenen gedomicilieerd, van wie ruim de helft in het Brussels Gewest. Ze komen van uiteenlopende Roemeense regio’s, met hier en daar concentraties van Roemenen uit een specifieke stad of streek, schrijft antropologe Ann Trappers (32) in haar vorig jaar verschenen boekje De Roemenen in Brussel. “In landen als Spanje of Italië, waar veel meer Roemeense arbeidsmigranten naartoe trekken,
hergroeperen ze zich soms op basis van dorp of streek van herkomst,” zegt de stafmedewerkster van het Regionaal Integratiecentrum Foyer. “Bij mijn weten is in Brussel enkel die groep uit Bosanci bekend.” Rodica Negre (35), experte wat de migratie tussen Bosanci en Brussel betreft, heeft een verklaring voor de uittocht van de Bosanceni. In de Boekovina, de noordoostelijke regio in Roemenië waar zij vandaan komen, is er volgens de Roemeense antropologe een traditie van economische mobiliteit. “Aanvankelijk was dat van hun gemeente naar de stad of verder. Na de val van het communisme in ’89 pendelden de eerste niet-onbemiddelde mannelijke ‘ontdekkingsreizigers’ ook naar het Westen. Doordat de fabrieken in Roemenië dichtgingen, nam de werkloosheid hand over hand toe.”
Toekomstige woning De gevolgen van dat economische verleden zijn in Bosanci nog te zien. Bijvoorbeeld in de zone waar tijdens het communisme staatsboerderijen gevestigd waren, zijn nog restanten van oude boerderijen terug te vinden. Anno 2011 bouwen steeds meer gegoede arbeidsmigranten de voormalige werkplaatsen om tot nieuwbouwwoningen. Net in die buurt stampt Cristian Sutu een huis uit de grond. Al blijft zijn ‘toekomstige woning’, die al zes jaar onder constructie is, voorlopig onafgewerkt en onbewoond. Dat lot delen meer dan honderd andere nieuwbouwwoningen in Bosanci, maar volgens Sutu kan dat ook niet anders. “We verdienen geen fortuinen, dus gaat het langzaamaan. Bovendien zijn de prijzen van bouwmateriaal de laatste jaren enorm gestegen.” Naar eigen zeggen verdient de 35-jarige maandelijks gemiddeld 1.200 euro door zes dagen per week onder meer meubels en parket te renoveren. Al in ’97 reisde de zelfstandige naar Brussel, zijn vrouw kwam drie jaar later – een volgorde die bij Roemeense arbeidsmigranten vaak terugkeert. Hun vijfjarige dochter zit op school in Schaarbeek, en zoals vele Bosanceni huren ze een appartement aan het Helmetseplein in Schaarbeek, al is de buurt rond het Lakense Bockstaelplein ook populair. Kijkend naar zijn onvoltooide huis in Bosanci borrelen de twijfels op. Sutu: “Misschien blijf ik wel in België. De financiële toekomst in Roemenië oogt niet rooskleurig.” Terzelfder tijd blaast een ijzige wind de verse sneeuw van zijn fruitboompjes. Wanneer binnen enkele maanden de zon de overhand krijgt, zetten deze appel- en perenbomen hun gestage ontwikkeling verder.
Steven Vandenbergh
Deze reportage kwam tot stand met de steun van
BDW 1262 PAGINA 6 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
© M. DROUET /TAKE A S VOOR VZW BRAVVO
Dankzij nieuw geld van de regering van lopende zaken kunnen ook het Huis van de Stad (Bravvo) en de stadswachtersdienst van Brussel-Stad weer even verder.
Beleid > Sociale stadsprojecten krijgen reddend krediet dankzij ‘lopende zaken’
Spel met verlengingen BRUSSEL – Door de aanslepende regeringsonderhandelingen dreigde het federale Grootstedenbeleid in het slop te raken. Ondertussen kunnen de 36 Brusselse sociaal-economische wijkprojecten weer even verder, “tot 30 juni,” zegt Rik Baeten, diensthoofd Grootstedenbeleid. De 7,46 miljoen die de ontslagnemende federale regering veil heeft, geeft weer even zuurstof.
H
et is volop puzzelen en sleutelen aan de inhoud van (nieuwe) stadsprojecten die in aanmerking komen voor subsidiëring in het kader van het Grootstedenbeleid (federale materie). Vooralsnog is voor 2011 geen enkel project ingediend door de zeven Brusselse gemeenten die in aanmerking komen: Anderlecht, Sint-Jans-Molenbeek, Brussel-Stad, Schaarbeek, Sint-Gillis, Sint-Joostten-Node en Vorst. Niet dat de ontslagnemende regering hiervoor nu haar goedkeuring kan geven, maar ook in de tweede helft van 2010 werd geen enkele van de luttele aanvragen in aanmerking genomen (gezien de politieke patsituatie). “We zagen enkele Brusselse projecten passeren,” zegt Rik Baeten, diensthoofd Grootstedenbeleid, “zoals het idee om in Kuregem een soort platform op te richten met een wetenschappelijke begeleiding. (In Kuregem lopen veel projecten naast
elkaar, gesubsidieerd door diverse overheden én zelfs Europa, JMB.) We zijn correct en strikt geweest, geen enkel nieuw project werd geselecteerd. Projecten die al liepen, kregen wel vooruitzichten. Al kan de politieke situatie ook leiden tot een natuurlijke drooglegging van het projectsysteem, als de situatie de volgende maanden van dien aard blijft dat er geen beslissingen genomen kunnen worden over nieuwe initiatieven,” zegt Baeten met een zucht. “Wat wel doorloopt, zijn de al eerder opgestarte projecten (van voor 2010) van maximaal drie jaar. Maar de vier projecten die in 2010 beëindigd werden, zijn bijvoorbeeld niet door nieuwe vervangen.” De Grootstedenprojecten voor achtergestelde wijken (in Brussel, Antwerpen, Gent, Luik en Charleroi) zijn erkend in het kader van het Europees Objectief 2-programma. Voor Brussel gaat het vandaag om 36 initiatieven in zeven gemeen-
ten. Het grootste stuk van de subsidietaart van 7,46 miljoen euro gaat naar Agoraspace Saint-Remi (Sint-Jans-Molenbeek), het impulscontract voor de Aarschotstraat (Schaarbeek), het sociaal verhuurkantoor Project X van het Brusselse OCMW, dat panden laat opknappen, en – ook in Brussel-Stad – de projecten van het Huis van de Stad (de vzw Bravvo) en de stadswachtersdienst. Ook kleinschalige wijkprojecten als het Huis van de Solidariteit (Brussel), het gemeenschapscentrum Maritiem (Molenbeek) en de antitagbrigade van Vorst overleven vooralsnog. Gezien hun beperkte looptijd én de politieke besluiteloosheid verkeerde iedereen in onzekerheid over werkings- en personeelstoelage (voor 150 tot 200 man) voor 2011. Rik Baeten: “De ministerraad heeft op 3 december 2010 beslist om de contracten met zes maanden te verlengen. Een politieke beslissing, waarin toch vijf ministers meespe-
len, en waarbij Michel Daerden (PS), bevoegd voor Grootstedenbeleid, toch maar weer eens geld op tafel heeft kunnen leggen.” Uiteindelijk is 29,5 miljoen euro toegewezen tot eind juni 2011. Oorspronkelijk was er 59 miljoen van de 67 miljoen voor de 17 steden en gemeenten (waarvan zeven Brusselse) uitgetrokken voor 2011. Baeten: “In feite hebben we maar twaalf procent minder gekregen dan vorig jaar: dat
“Grootsteden beleid heeft in zijn huidige vorm geen bestaans zekerheid” is een aanvaardbare bezuiniging. Op basis van dezelfde projecten en voor dezelfde bedragen heeft de ontslagnemende regering een verlenging met zes maanden toegestaan. Daardoor hebben de lopende projecten weer even zuurstof. Voor het Brussels Gewest betekent dit 3,73 miljoen euro, de helft van het jaarto-
taal van 7,46 miljoen euro, rekening houdend met de voorlopige twaalfden. We hebben alle hoop gegeven waar en voor zolang het kon. Gelukkig spelen bij een aantal investeringen ook cofinanciers (verschillende overheden) een rol. Wel is het afwachten of Europa na 2013 nog op dezelfde manier zal bijspringen voor investeringen in de Kanaalzone. Mogelijk zal de focus meer op OostEuropa komen te liggen, en wordt Brussel minder prioritair.” “Het Grootstedenbeleid heeft geen bestaanszekerheid in zijn huidige vorm,” legt Baeten uit. “Wij zijn een soort impulsprogramma. De moeilijke wiskundige oefening van ‘overleven’ voor de projecten heeft een grote onbekende. Wat er politiek ook beslist wordt, richting regionalisering of wat dan ook, we willen dat de overgang vlot verloopt. Een korte of lange onderbreking of – erger nog – een plots einde, zou een ramp betekenen voor die projecten. Uiteindelijk is voor elk impulsprogramma één jaar te kort, zelfs met een spel van verlengingen. Net als vroeger moeten we projecten kunnen afsluiten voor drie jaar.”
Jean-Marie Binst
BDW 1262 PAGINA 7 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
Financiën > Elsene loopt jaarlijks drie miljoen euro mis
ADVERTENTIE
Ruim gratis 3m3 grof huisvuil op !*
De reddende dode hand voor de Elsense begroting ELSENE – Brussels parlementslid Olivier de Clippele (MR-PRL) haalt een fout aan om het dodehandmechanisme in Brussel te herbekijken. Volgens De Clippele, die ook schepen in Elsene is, loopt zijn gemeente veel geld mis door een afspraak uit de jaren 1990. De dode hand betekent dat overheden voor hun gebouwen geen onroerende voorheffing hoeven te betalen aan de gemeente waarin ze gelegen zijn. De federale staat geeft de gemeenten dan wel een bedrag in ruil voor de misgelopen inkomsten. In het Brussels Gewest is de regeling anders: hier betaalt de staat een compensatie aan het Gewest. In 1993 werd immers overeengekomen dat het Gewest een deel van de gemeenteschulden zou overnemen, waaronder die van Elsene. In ruil daarvoor kwam de dode hand het
Gewest toe, en niet langer de gemeenten. In 2010 ging het om 36 miljoen euro. Omdat het Brussels Gewest in 1993 zeventien miljoen euro schuld van Elsene overnam, krijgt het jaarlijks ongeveer drie miljoen euro dode hand van de federale staat. Nu werd dat bedrag ‘per ongeluk’ aan de gemeente Elsene gestort, wat De Clippele aan het denken zette. Volgens hem is de Brusselse regeling achterhaald, en zou Elsene jaarlijks wel drie miljoen euro kunnen gebruiken. Met reden: de gemeente Elsene heeft de tweede hoogste schuldenlast (120 miljoen euro) van alle Brusselse gemeenten (na Brussel) en zit krap bij kas. Bovendien was met drie miljoen euro een overschot geboekt op de begroting van 2010. De Clippele zal hierover binnenkort interpelleren in het parlement.
Christophe Degreef
P-PRAAT Aan iedereen die hier in 2011 opgevoerd zal worden: een gelukkig nieuw jaar. En ook: het is maar om te lachen. Op 23 januari is er in de hoofdstad een betoging. Niets nieuws onder de zon, ware het niet dat het een pro-Belgiëbetoging is georganiseerd door, jawel, studenten. Op de website 230111.be klinkt het zo: “Deze mars, deze betoging is een pacifistische beweging met als doel de politieke wereld te sensibiliseren over onze bedoelingen, om hun te zeggen dat we een verstandhouding willen langs de beide kanten van de taalgrens. Er zal geen geweld, vandalisme of brutaliteit zijn; onze stemmen die weerklinken als de donder in de straten van onze hoofdstad zal de Wetstraat wakker maken! Eendracht maakt macht!” Hopelijk sneeuwt het niet, want dat tempert het geluid. En de revolutie wordt niet alleen gepredikt op 23 januari, ook 99 dagen na het ter perse gaan van deze krant zal het stuiven in de Wetstraat. Er wordt namelijk virtueel gekampeerd in die straat, en als er tegen het aflopen van die 99 dagen nog geen regering is, eisen de virtuele kampeerders hun belastinggeld terug. Virtueel intekenen kan op www.camping16.be. Vir tueel wel, ga dus niet echt met uw tent in de Wetstraat staan. We willen u ook niet onthouden dat Bernard Clerfayt, ontslagnemend federaal staatssecretaris en titelvoerend burgemeester van Schaarbeek (FDF), heeft becijferd dat de Brusselse politie goed werk levert en dat ze met zes zones minder kost dan de grote eengemaakte zone van Antwerpen. Ook zou het met de criminaliteit nogal meevallen, meent Clerfayt. Dat is dan een paar tientallen procenten minder op het totaal van de vijfhonderd miljoen euro voor Brussel, Bernard?
Voor wie ? Dit aanbod is voorbehouden aan Brusselse gezinnen en enkel op afspraak. Gelieve de week van ophaling in uw gemeente te respecteren (kijk onderaan).
Wat ? - Aanvaard afval : Huishoudtoestellen : fornuizen • koelkasten • diepvriezers • stofzuigers • wasmachines • ovens • TV’s • hifi en computers Meubilair en decoratie : tafels • stoelen • bedden • matrassen • bedbodems • gedemonteerde kasten • sofa’s • fauteuils • bureaumeubels • commodes • tuinmeubels • parasols Andere voorwerpen : fietsen • kinderwagens • strijkplanken • speelgoed • keukenspullen • sportartikelen - Niet-aanvaard afval : tuinafval • giftige afvalstoffen en puin (steen- en kalkafval, afbraak- en renovatiemateriaal).
Hoe ? Voor een persoonlijke ophaling, bel gratis 0800 981 81 (van maandag tot vrijdag van 7.30 tot 19.00 uur, zaterdag van 9.00 tot 16.30 uur, zondag van 14.00 tot 21.30 uur). Aanbod beperkt in functie van de operationele capaciteit.
Uw aanwezigheid bij de ophaling is noodzakelijk. Sorteren is verplicht voor al uw huishoudelijk afval. U sorteert en wij halen op. Zone 1
CHIEN ÉCRASÉ ELSENE – Het is vriendelijk van de collega’s van Le Soir dat ze brusselsnieuws.be vermelden als nieuwsbron over de rel tussen Christos ‘the Green Giant’ Doulkeridis en Brigitte ‘Meer Vlaams’ Grouwels. Brusselsnieuws.be, wacht eens even... De eindredacteur van Le Soir moet ingedommeld zijn, want het is brusselnieuws.be zonder -s-, zoals in Janssen. Op een recent debat op Télé Bruxelles was het ook al brusselsnieuws (zoals in Janssens) wat de klok sloeg. Vanaf nu noemen wij de krant dus Le Séchoir en de zender TV Bruxelles.
van 30-01 t.e.m. 05-02-11
Zone 2
van 06-02 t.e.m. 12-02-11
Brussel (Stad Brussel Haren Laken N.O.H.)
Zone 3
van 13-02 t.e.m. 19-02-11
Oudergem
Vorst
WatermaalBosvoorde
Zone 6
BRUSSEL – Dat van die ijskasten begrijpen we niet zo goed. Boven ijskasten slapen? En wat dan met een appartement boven een begrafenisondernemer, een slagerij of een sexshop? En trouwens: ter hoogte van de Bloemenhofwijk slaapt men toch ook al boven (of niet ver van) de Zenne. En wie klaagt daarover? Maar dat verkeer, ja, dat is natuurlijk wel een valabele reden. Maar dat ligt aan menselijk gedrag, en niet aan de koteletten in de zoemende ijskast.
Jette Molenbeek
Zone 9
van 06-03 t.e.m. 12-03-11
van 13-03 t.e.m. 19-03-11
Schaarbeek
St.-LambrechtsWoluwe
Etterbeek
Berchem
Elsene
Ganshoren
St.-PietersWoluwe
St.-Gillis
Koekelberg
Evere
BRUSSEL – Er zijn plannen om een Proxy Delhaize te vestigen in de Fabriekstraat, en een paar handelaren uit de buurt zijn daar niet mee opgezet, net als 350 ondertekenaars van een petitie. “Niemand wil boven ijskasten, hoogspanningscabines of compressoren slapen en we willen geen bijkomend getoeter, dubbele files, vrachtwagens en afval voor onze huizen,” klinkt het bij het wijkcomité Bloemenhof. Een prachtige reclameslogan om meer toeristen naar Galmaarden te lokken.
Zone 8
St.-Joost
van 20-03 t.e.m. 26-03-11
Zone 5
van 27-02 t.e.m. 05-03-11
Anderlecht
Ukkel
Zone 7
Zone 4
van 20-02 t.e.m. 26-02-11
van 27-03 t.e.m. 02-04-11
* 3m3 komt overeen met 1 tweezitsbank bovenop een driezit en 2 clubs. (19€ per bijkomende m3, maximum 5m3).
Onze stad wordt net als heel Brussel zich inzet. www.netbrussel.be
0800 981 81
BDW REGIO
BDW 1262 PAGINA 8 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
Deze week in het centrum > In 2011 komen er brede voetpaden, pleintjes en fietspaden
Trager rijden in de Dansaertwijk
Moutstraat, Dansaertstraat (foto) en Varkensmarkt: grote werkzaamheden in de loop van 2011.
BRUSSEL – De binnenstad fiets- en voetgangersvriendelijk maken: zo staat het in het meerderheidsakkoord van de rood-roomse meerderheid van Brussel. In de loop van 2011 wordt de Dansaertwijk aangepakt, van Moutstraat tot Varkensmarkt.
D
e straatjes rond de Grote Markt worden geleidelijk aan autovrij gemaakt, met als belangrijke recente interventie het afsluiten van de Henri Mausstraat. Dat doet weleens vergeten dat Brussel-Stad ook aan de ándere kant van de centrale lanen, in de Dansaertwijk, aan de verbetering van de openbare ruimte werkt. De Stad geeft voorrang aan ‘zacht’ vervoer: fietsen, wandelen, bus enzovoorts. De auto wordt er niet gebannen, maar zal wel ruimte moeten inleveren, zoals het aangekondigd staat in het meerderheidsakkoord. De Dansaertwijk kan zo toeristisch aantrekkelijker worden, maar moet ook bijvoorbeeld de schoolgaande jeugd een veilige weg bieden van metro- of busstation naar school. In 2009 werd de Oude Graanmarkt al autovrij gemaakt. De grote terrassen die de afgelopen twee zomers voor De Markten en de andere hore-
ca-etablissementen floreerden, hebben bewezen dat hiervoor potentieel is, ondanks de aanvankelijke kritiek van de handelaars. Een nieuwe stap wordt de volledige heraanleg van de ‘Schoolstraat’, zoals de Moutstraat vroeger genoemd werd. Daar zitten vier onderwijsinstellingen: Imelda, De Kleurdoos, Maria-Boodschap en het Rits. De Moutstraat krijgt in de nieuwe plannen het statuut van woonerf. De auto mag er maar twintig kilometer per uur rijden, “maar,” zegt Willem Stevens, adviseur van (verhinderd) schepen van Openbare Werken Pascal Smet (SP.A), “eigenlijk rekenen we er een beetje op dat er nauwelijks meer wagens door zullen rijden.” Dat heeft met de heraanleg zelf te maken: aan het begin en het eind van de straat worden twee kleine stukjes straat behouden met zijdelings laad- en loskades, maar in het midden wordt de straat opgehoogd
en van gevel tot gevel aangelegd als een groot plein. De toegang tot de Moutstraat blijft open voor het autoverkeer, maar de automobilisten moeten wel eerst een voetpad over.
© SASKIA VANDERSTICHELE
Zowat achthonderd leerlingen en studenten zitten in en om de Moutstraat op school. Met het grote plein tussen de schoolgebouwen ontstaat er een heuse ontmoetingsplek. Die kan nog worden versterkt door er af en toe evenementen te organiseren. “Zo kunnen we de scholen meer richting stad laten kijken,” zegt Stevens. Recyclart zal gevraagd worden
Door het grote plein tussen de schoolgebouwen in de Moutstraat ontstaat er een ontmoetingsplek voor na school Een kiss and ride komt er vermoedelijk aan de Nieuwe Graanmarkt. “We hebben ons laten leiden door een participatieproject van JES, vroeger Jeugd en Stad, waarbij de kinderen, jongeren en directie van de scholen betrokken waren. Zij hebben de plannen dus mee vorm gegeven,” zegt Willem Stevens.
om origineel stadsmeubilair te ontwerpen voor de Moutstraat.
Wetstraat-risico Ook de Dansaertstraat (tussen Nieuwe en Oude Graanmarkt) ondergaat een flinke gedaanteverwisseling. Door de grilligheden van de bouwgeschiedenis ligt de rooilijn
van de Dansaertstraat tussen de twee Graanmarkten enkele meters dieper. Dat geeft de straat veel meer breedte. In het verleden heerste er vooral de auto, maar dat feest is over. De Stad Brussel plant er brede voetpaden en een afgescheiden fietspad. Het autoverkeer krijgt nog maar één (smalle) strook in elke rijrichting. De Stad hoopt zo het autoverkeer te luwen. Ter hoogte van de Nieuwe Graanmarkt krijgen de reizigers van De Lijn en de MIVB een comfortabele bushalte. Ook daar zal het autoverkeer niet meer kunnen doorsjezen. Als toemaatje wordt ook aan de herkenbaarheid van de Dansaertwijk gewerkt. Stevens: “De Stad Brussel plant een centrum voor mode en design op de Nieuwe Graanmarkt. We hebben aan grafisch vormgeefster Els Vande Kerckhove gevraagd om een modereferentie te verwerken in de materialen die we bij de heraanleg zullen gebruiken. Zo leggen we in de heraanleg duidelijk de link met de buurt.” Over de plannen voor gescheiden fietspaden in de Dansaertstraat bestaat nog discussie binnen de fietsersbeweging. Sommigen vragen zich af of er wel fietspaden nodig zijn op zo’n klein stuk, in een wijk die al ingericht is als zone 30. Bovendien bestaat er een ‘Wetstraat-risico’: gemengd fiets- en voetgangersverkeer zorgt nogal eens voor conflicten. Ook bij het invoegen van het fietsverkeer in het autoverkeer is er een mogelijk onveilige situatie. Het is afwachten wat de Overlegcommissie hierover zal zeggen. Sluitstuk van de plannen is de herinrichting van de openbare ruimte voor het jeugdtheater Bronks. Nu is het aan de Varkensmarkt een beetje een zootje, met een kleine rotonde met wat bomen. Dat moet anders. De Stad Brussel stelt voor om er een groot, driehoekig plein aan te leggen. Wat rest, zijn twee rijvakken voor de auto. De Léon Lepagestraat wordt ook heraangelegd met een veiligere afslag naar de Papenvest. De bomen blijven behouden, maar ze komen in boombakken in blauwe steen te staan. Die kunnen ook als zitbankje dienen. De stedenbouwkundige vergunningen voor Mout-, Dansaert- en Lepagestraat en Varkensmarkt zouden begin dit jaar rond moeten zijn, zodat de buurt in de loop van 2011 en deels nog in 2012 heraangelegd kan worden. Steven Van Garsse
ADVERTENTIE
INFOVOORMIDDAG MET ONTBIJT 22 januari 2011 (9-12 UUR)
VOLWASSENENONDERWIJS: OOK IETS VOOR U? Schrijf in voor
nu
nieuwe start mo januari dules 2011
Op zoek naar een nieuwe uitdaging, een nieuwe job, nieuwe vrienden of wat vrije tijd over? CV O
Dan heeft het Centrum voor Volwassenenonderwijs (CVO) Elishout COOVI zeker wat voor jou. Een ruim aanbod aan praktische opleidingen die je kan volgen op je eigen tempo, binnen je eigen mogelijkheden. Zowel overdag als ‘s avonds en op zaterdag ben je welkom om je bij te scholen naar een nieuwe toekomst.
HOGER BEROEPSONDERWIJS • Openbare Besturen • Gids/ Reisleider • Hotel- en cateringmanagement • Cosmetische Wetenschappen • Specifieke Lerarenopleiding
SECUNDAIR VOLWASSENENONDERWIJS • Farmaceutisch technisch assistent • Biochemie (brouwerij, wijn, likeuren en destillaten) • Fotografie • Bedrijfsbeheer • Bloementeelt en bloemschikken • Tuinbouw (hovenier onderhoud parken en tuinen, boomverzorging, snoeier, aanvullende specialisaties) • Ambachtelijk slager • Ambachtelijk brood- en banketbakker • Keukenverantwoordelijke • Zaalverantwoordelijke • Traiteur-banketaannemer • Wijnkenner • Grootkeukenverantwoordelijke • Voeding: zwevende modules
Openingsmomenten om in te schrijven: www.elishout.be CVO Elishout COOVI Emile Gryzonlaan 1 1070 Anderlecht
ADVERTENTIE
Tijdens een woontour verkennen we alle wijken van Brussel met een woonbril. U verneemt alles over huren en kopen in de hoofdstad. U krijgt er een heleboel praktische informatie over de buurten bovenop: de bereikbaarheid met het openbaar vervoer, de aanwezigheid van scholen en groen, de sfeer … Info en inschrijving via www.woneninbrussel.be of 0800 20 400.
ADVERTENTIE
Geweldloos verzet in gezin en klas Conferentiedag n.a.v. het verschijnen van het nieuwe boek van Prof. Dr. Haim Omer: “The new Authority: Family, School, Community.” Naar aanleiding van zijn nieuw boek organiseren we 3 lezingen (voertaal = Engels) 1. New Authority – the rational and basic concepts 2. New Authority and Non-Violent Resistance tools for parents 3. New Authority tools for schools Spreker: Idan Amiel Idan is klinisch psycholoog en directeur van ‘the parents counseling unit in Schneider Medical Center’ te Tel Aviv. Hij is één van de sleutelfiguren met betrekking tot de ontwikkeling van de concepten ‘geweldloos verzet’ en ‘nieuwe autoriteit’. Idan is coauteur van verschillende hoofdstukken van Omer’s laatste boek. Wanneer: Waar: Info:
vrijdag 21 januari 2011 te Brussel H. Consciencegebouw Brussel 02/428.80.09 – dienst voor pleegzorg opvang
Met steun van Instelling Morele Dienstverlening Brussel
BDW REGIO
BDW 1262 PAGINA 11 - DONDERDAG 13 JANUARI 2010
Jette > 2Daysticket kwalificeert zich voor halve finale
Vorst > Tijdelijk huren in afwachting van renovatie
Gemeenteambtenaar wil naar het Songfestival
Tegen de wooncrisis De Vorstse Haard gaat twaalf leegstaande appartementen die binnenkort gerenoveerd worden, voor korte tijd verhuren.
2Daysticket, de band van de Jetse gemeenteambtenaar Jean-Luc Roelandts, heeft de eerste hobbel genomen op weg naar het Eurovisie Songfestival 2011. Met het poprocknummer ‘A journey inside me’ haalde de groep de vereiste 20.000 euro op bij de fans.
De twaalf appartementen in de zogenaamde Gele Blokken aan de Neerstalsesteenweg worden in de toekomst gerenoveerd. Maar zolang ze leegstaan, acht het gemeentebestuur van Vorst de appartementen
Neder-Over-Heembeek > Animatiehoeve klaar in 2015
Den Bels omgewoeld 2Daysticket met helemaal links Jean-Luc Roelandts, gitarist en gemeenteambtenaar in Jette. sel woont.” De groep heeft al opgetreden op enkele festivals en maakte ook een mini-ep. Omdat er nog dertig kandidaten over zijn, besloot de RTBf een halve finale in te lassen. Die is op 30 januari te beluisteren op de radiozender Vivacité en te bekijken op www.rtbf.be. Het publiek kiest de veertien nummers die doorgaan naar de finale. Half februari beslist een beroepsjury tijdens een grote show op de RTBf wie de Belgische kleuren in Düsseldorf mag verdedigen. Bettina Hubo
Anderlecht > Nog meer controles op komst
Massa illegaal afval geconfisqueerd Tijdens de operatie Schroothandelaars heeft de gemeente Anderlecht vorige week acht vrachtwagens op illegaal vervoer betrapt. Eén vrachtwagen werd uit roulatie genomen. In de centrumwijken en in Kuregem werd 24 kubieke meter illegaal afval in beslag genomen. Om afval te mogen ophalen en sorteren is een gewestelijke vergunning nodig. “Afval ophalen is vaak gevaarlijk en vereist kennis van zaken,” zegt Monique Cassart, schepen van Openbare Netheid (MR-
PRL). Tijdens de controle werden onder meer oliën en koelkasten in beslag genomen. Maar er is meer. Als de schroothandelaars hun ‘afval’ niet verkocht krijgen, eindigt het vaak als sluikstort. Cassart beklaagt zich erover dat de schroothandelaars ongevraagd het afval meenemen dat de Anderlechtenaren hebben klaargezet voor Net Brussel. “Soortgelijke acties gaan in de toekomst nog plaatsvinden om het verschijnsel een DV halt toe te roepen,” kondigt de schepen aan.
Er komt schot in de zaak-Den Bels. De zeventiende-eeuwse hoeve, die de Stad twee jaar geleden aankocht, moet tegen 2015 een animatieboerderij zijn. Maar eerst wordt het gebouw gerenoveerd. In 2005 zag het er even naar uit dat de Vlaamse Gemeenschap Den Bels zou aankopen voor een nieuw gemeenschapscentrum. Maar dat feest ging niet door: het was de Stad Brussel die het gebouw, waarvoor tegelijk de beschermingsprocedure ingezet werd, kocht. Schepen van Stedenbouw Christian Ceux (CDH)
Brussel, Naamsepoort, circa 1909.
laat weten dat er opdracht wordt gegeven voor het opstellen van de programmering. Pas als bekend is welke activiteiten er zullen plaatsvinden, kunnen de verbouwingsplannen getekend worden. Een archeologische studie moet het educatieve luik van de animatiehoeve voorbereiden. Ceux hoopt meer te weten te komen over de plaats van de hoeve in de geschiedenis van Heembeek. De boomgaard wordt eerst ingericht, met als voorproefje de aanleg van een moestuin en composthoop. Danny Vileyn
Correspondentie, honderd gedateerde Brusselse prentbriefkaarten en corresponderende foto’s van Gilbert Fastenaekens, verlengd tot en met 28 februari 2011 in het Archief van de Stad Brussel (Huidevettersstraat 65), op www.arpeditions.org en op www.brusselnieuws.be/fastenaekens.
© GILBERT FASTENAEKENS
FASTENAEKENS
© HELEEN RODIERS
Dit jaar is het de beurt aan de RTBf om een kandidaat af te vaardigen naar het Songfestival, dat in mei in Düsseldorf plaatsvindt. De omroep besliste een eerste selectie te houden via het muziekplatform Akamusic, een relatief jonge website waarop zangers en groepen zichzelf kunnen voorstellen. Fans kunnen vervolgens aandelen (vanaf 5 euro) kopen. Wanneer op die manier voldoende geld is ingezameld, zorgt Akamusic voor de opname en distributie van een ep of een album. Ook voor de Songfestival-selectie werd deze procedure gebruikt. Belgische muzikanten konden een nummer insturen. Wie voor 31 december 20.000 euro had opgehaald, mocht door naar de volgende ronde. Van de 195 artiesten die een nummer voorstelden, slaagden dertig in deze opdracht. Onder hen dus ook 2Daysticket. ‘A journey inside me’ werd speciaal voor het Songfestival geschreven en geproducet door een van de leden van Machiavel. 2Daysticket werd drie jaar geleden opgericht, vertelt Roelandts. “We zijn een bicommunautaire band. Er is een Vlaming, twee Franstalige Belgen die een beetje Nederlands spreken en een Fransman die sinds tien jaar in Brus-
bewoonbaar voor sociale huurders. Samen met Brussels staatssecretaris Christos Doulkeridis (Ecolo) werd dan ook een proefproject opgezet om op die manier de huurcrisis voor een stukje tegen te gaan. De appartementen worden bewoond door 44 personen. Normaal gezien duurt de tijdelijke huurovereenkomst één jaar, al is verlenging moCD gelijk.
Brussel, Naamsepoort, 1 april 2007, 17.27 uur.
BDW 1262 PAGINA 12 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
“Wat is er mis met één hoofdstedelijk stadsgewest, waarin staats- en gemeentelijke bevoegdheden samenvallen? En dat kan allemaal binnen de huidige bevoegdheden!”
© IMAGEDESK.BE / GEERT VANDEN WIJNGAERT
Politiek > Eric Corijn en de stem van de hoofdstedeling in het debat
‘Brussel is de oplossing’ “De Wever vergist zich als hij Vlaanderen en Wallonië de vader en de moeder van Brussel noemt. Brussel bestaat al duizend jaar!”
BRUSSEL – Vanaf vandaag schotelen onze collega’s van brusselnieuws.be u een wekelijkse gastcolumn voor. Prof. dr. Eric Corijn bijt de spits af met een stevige portie Zinnekespraat. Geef de hoofdstad een stevige stem in het Belgische debat: “Brussel is het Belgobelgische verhaal al lang voorbij.”
BDWOPINIE In Humo doet Bart De Wever een belangrijke uitspraak over de stelling dat geen enkele separatist een zinnig antwoord heeft voor Brussel. “Dat is pertinent juist,” zegt hij. “Brussel is het moeilijkste probleem.” En verder: “De moeilijkheid is een oplossing te vinden die de Brusselaars zien zitten, want op een gegeven moment zullen zij een stem in het kapittel hebben. Ik denk dat we naar een oplossing moeten waarbij de Brusselaars maximaal zichzelf besturen, liefst met efficiënte structuren (...), maar waarbij er tegelijk ook een relatie blijft met de historische vader en moeder, Vlaanderen en Wallonië. Brussel als ontmoetingsplaats.” Zelfbestuur met efficiënte structuren: een goed uitgangspunt. Het is nu zaak daarover een voorstel uit te werken dat ‘de Brusselaars zien zitten’. En daar wringt het. Omdat
de Brusselaars als zodanig geen stem in het kapittel hebben. In ons politieke bestel hebben alleen zogenaamde volkeren een stem, eentalige gemeenschappen. En dan nog alleen maar ‘autochtone’ stammen, volkeren van hier. Pas dan worden partijen, instellingen en media spreekbuizen. In dat verhaal blijft Brussel natuurlijk gewoon een Franstalige stad met een Vlaamse minderheid en honderdduizenden stemlozen. Zo zal men nooit een project voor Brussel schrijven. Een stad is geen land. Het wordt de hoogste tijd om Brussel te denken zoals het werkelijk is. Een kleine wereldstad. Zelfbestuur, ja. Maar dan wel als een echt stadsgewest. Une région à part... et entière. Geef dat gewest dus waar het recht op heeft: een goede burgemeesterpresident, een bestuur dat de economische ontwikkeling kan combineren met een cultuurbeleid, een college dat de ruimtelijke ordening integraal kan aanpakken en niet in
negentien stukjes, een beleid dat de sociale kloof en de crisis in het onderwijs en het jeugdbeleid boven de soms belachelijke competitie kan tillen... Daarvoor is heel wat nodig. Allereerst dat de bevolking kan worden vertegenwoordigd voor wat ze is: onzuivere mengvormen van verschillende komaf. Vergeten we toch niet dat meer dan de helft van de Brusselse bevolking buitenlandse roots heeft, dat er ruim tweehonderdduizend euro-expats wonen, dat meer dan veertig procent van de huishoudens meertalig is, dat de meerderheid van de Vlaamse Brusselaars in een taalgemengd huishouden leeft... Brussel is het
Belgobelgische verhaal voorbij! Daarenboven dekt die eeuwige taalkwestie de sociale crisis te veel af. Brussel is het derde rijkste gewest van Europa, met een bevolking die 15 procent minder verdient dan het nationale gemiddelde. Rijk gewest, arme bevolking. Een derde op of onder de armoedegrens, met wachtlijsten voor sociale woningen (26 procent van de bevolking voor acht procent van het woningaanbod!), met honderdduizend werklozen, met een massale jeugdwerkloosheid, met een derde van onze kinderen in gezinnen zonder inkomen uit arbeid, met een falend onderwijssysteem... Die grootstedelijke problemen worden in onze
(antistedelijke!) Belgische instellingen totaal verwaarloosd. Natuurlijk is er ook een grondige interne staatshervorming nodig. Geen stadsproject zonder enige culturele of onderwijsbevoegdheid en met twee gemeenschappen die niet willen samenwerken. Geen samenhang met één stad en achttien gemeenten in competitie met elkaar. Geen enkele bestuurskundige zal de bestaande organisatie verdedigen. En zonder de communautaire argwaan en het daarop terende politieke profitariaat zou ook geen enkele politicus dat doen. Wat is er in feite mis met één hoofdstedelijk stadsgewest, waarin staats- en gemeentelijke bevoegdheden samenvallen, met negentien districten en 118 wijkprojecten? En dat kan allemaal geregeld worden binnen de huidige bevoegdheden! Over de hoofdlijnen voor een Brussels grootstedelijk project bestaat er in feite al een consensus en een breed draagvlak. Is het niet de taak van het Brussels parlement daarover een motie aan te nemen en die in de Belgische discussie te gooien? Is het niet de taak van de Brusselse politici om eigen onderhandelingen op te zetten over de zo nodige interne staatshervorming? Is het niet de rol van een regering om de bevolking rond zo’n project te mobiliseren? Wie zal Brussel een eigen ‘stem in het kapittel’ geven en de Belgische apartheid overstijgen? Goed bestuur heeft ook een goede band met het ommeland nodig. Maar Bart De Wever vergist zich wanneer hij Vlaanderen en Wallonië de vader en de moeder van Brussel noemt. Brussel bestaat al duizend jaar! Geen nationalistisch paternalisme dus, maar een ontmoeting in een wereldstad, met een goed metropolitaan bestuur. Van de 700.000 arbeidsplaatsen in het gewest wordt 56 procent ingenomen door pendelaars: 360.000 mensen komen elke dag in Brussel werken. Dat is het hinterland. Maak er geen buitenland van! Brussel is niet het probleem, maar de oplossing. De wereld wordt stedelijk. En wat doe je als het waait? Schermen plaatsen in een poging de wind te stoppen, of windmolens bouwen en de energie nuttig gebruiken? Daar moeten de Brusselaars nu voor zorgen. Ze moeten een kleine wereldstad een stem geven in het Belgische debat. En met die stem ook af en toe eens wijzen op de pietluttige navelstaarderij van de taalstrijd. De Vlaamse pot is de Franstalige ketel waard in wederzijdse verwijten. De hoogste tijd voor een derde kosmopolitische stem in het kapittel! We zullen begrepen worden, in Antwerpen en Gent, Luik en Charleroi. Eric Corijn Eric Corijn is hoogleraar Sociale en Culturele Geografie aan de VUB en directeur van Cosmopolis De komende weken wisselen Eric Corijn en filmmaakster Saddie Choua elkaar op brusselnieuws. be af als gastcolumnisten. U vindt Corijns bijdrage vandaag online; Saddie Choua is tweewekelijks aan de beurt vanaf 17 januari
BDW 1262 PAGINA 13 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
BRIEVEN VAN LEZERS lezersbrieven@bdw.be
SOS linkerbeen Als geboren (1930) en getogen Brusselaar lees ik met veel belangstelling wekelijks BDW en ben ik geboeid door de vergelijkende foto’s die soms worden afgedrukt in uw krant. In BDW 1258 verschenen (in de rubriek ‘Fastenaekens’ op onze regiopagina’s, red.) foto’s genomen aan het Beursgebouw (1905 en 2008). Als gepassioneerd Brusselaar viel mij onmiddellijk op hoe het beeld van de man naast de leeuw zijn linkerbeen verloren heeft. Controle ter plaatse kon alleen maar bevestiging geven. Mijn vraag is dan ook: weten jullie hoe en wanneer dat linkerbeen van het standbeeld is verdwenen?
Leo Van den Bogaert, Vorst
Gevaarlijk glad In de discussie in BDW over de staat van wegen en voetpaden kan niet onvermeld blijven dat ook de meeste Brusselse fietspaden te wensen overlaten. Een van de dingen die gemakkelijk beter kunnen, is de wegmarkering. Buiten het feit dat die duidelijk en coherent dient te zijn, zou het helpen als het materiaal waarmee de markering wordt aangebracht, alleen uit verf zou bestaan en niet uit stroken die op de straat worden geplakt. Het is wel duidelijk dat de verantwoordelijke ambtenaren zelf geen fiets(st)ers zijn, want het is soms levensgevaarlijk om met het fietswiel over deze wegafscheidingen te rijden, vooral als het geregend heeft. Gaarne daarom voortaan alleen maar geschilderde markeringen en geen ‘stickers’ meer (probeer de Kortenberglaan maar eens bij een vochtig wegdek!). Pé Verhoeven, Schaarbeek
E-inschrijvingen Geachte heer Kavadias, met interesse las ik uw interview in BDW (1261, blz. 6-7). Ik was tenslotte een van de ouders die ‘het luidst hebben geroepen’ bij de inschrijvingen vorig jaar. Helaas zag ik dat u in het interview – niet voor het eerst – zowel mijn intenties als mijn standpunten foutief voorstelt. Een poging om een en ander recht te zetten: 1. Mijn voornaamste bezwaar tegen de inschrijven betrof het crèchecriterium, dat voorrang gaf aan kleuters die naar een Nederlandstalig kinderdagverblijf zijn geweest. Aangezien vooral tweeverdieners kinderen naar de opvang sturen, kwam die regel de facto neer op een discriminatie van sociaal-economisch zwakkeren. De VGC en de Vlaamse politici hebben dat inmiddels ingezien. Dát is de reden waarom ze het criterium hebben afgeschaft. Niet het feit dat ik voor Humo werk, of dat ik drie minuten aan het woord ben geweest in Peeters & Pichal. (U hebt daar overigens precies evenveel tijd gekregen om úw standpunt uiteen te zetten.) 2. Overigens is het Brusselse inschrijvingsprobleem nooit in Humo aan bod gekomen, in tegenstelling tot wat u beweert. Dit is al de tweede keer dat u mijn werkgever betrekt bij een puur persoonlijke kwestie (u deed het ook al bij Peeters & Pichal). 3. Enerzijds zegt u dat het moreel niet kan dat Nederlandstalige ouders voorrang eisen in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel (“Dat was niet correct en zelfs ethisch laakbaar”). Anderzijds zegt u dat u op het moment van het ouderprotest al een overeenkomst had binnen het LOP om de voorrang voor Nederlandstaligen op te trekken naar 50 procent. Ik vat even samen: uw eigen LOP vond 45 procent aan de lage kant, maar 55 procent vindt u te hoog? En iedereen die pleit voor een voorrang
van meer dan 50 procent, is een onverdraagzame Vlaming? Vat ik daarmee uw standpunt zo’n beetje samen? 4. Door voorrangsregels te maken voor Nederlandstaligen heeft het LOP (of de VGC, of de Vlaamse Gemeenschap of wie dan ook) zélf een feitelijke subnationaliteit in het leven geroepen. Waarvan u mij vervolgens hebt buitengesloten omdat mijn kind toevallig in een Franstalige crèche zat. 5. Ik heb op geen enkel moment een ‘voorkeursbehandeling’ gevraagd. Ik heb gevraagd om gelijke kansen te krijgen als andere Nederlandstaligen om mijn kind in de buurtschool in te schrijven (een gemengde, net-nietconcentratieschool, voeg ik er ten overvloede aan toe, hoewel ik het aanstootgevend vind dat ik ‘progressieve bona fides’ moet aantonen). Ik wijs er nog eens op dat de regels over de Nederlandstalige crèches in voege zijn gegaan anderhalf jaar nadat ik moest kiezen naar welke crèche ik mijn dochter stuurde. Rechtszeker kan je dat nauwelijks noemen. (...) Raf Weverbergh, Brussel
Op straffe van? Vooreerst beste nieuwjaarswensen, voor uw redactie en medewerkers. En ook beste dank voor de ‘diversiteit’ van reportages en gebeurtenissen, waarop u ons wekelijks vergast. Ook in uw krant verschijnen regelmatig bladzijden met “niet in de blauwe zak, op straffe van boete”, van Net Brussel. In alle andere gemeentes is er toezicht, controles en boetes voor sluikstorten. Maar niet in onze ezelsgemeente. De blauwe en gele zakken worden op donderdag opgehaald. Regelmatig zetten mensen, altijd dezelfden in ons Aarschot-Brabantstraatkwartier, de (vooral blauwe) zakken buiten voor de maandagophaling. Die blijven dan staan tot donderdag, als ‘straatmeubilair’. Controles: nihil. Deze maand december werden – een uitzondering niet te na gesproken – alle zakken bij de witte in de vuilniswagens gekieperd. Dit is geen stimulans voor de mensen, dikwijls klein behuisd, om drie zakken in huis te houden. Niet iedereen heeft een terras, kelder of andere bergplaats. Onze dienstdoende (?) burgemeester, mevrouw Jodogne (die geen taaltest hoefde af te leggen zoals buitenlanders, maar wel volledig Nederlandsonkundig is), vond het nodig om in de barre kou daklozen te verbannen uit het Noordstation: ‘niet hygiënisch’. Maar van alle vuilnis die buitengezet wordt, zelfs enkele uren na de op- of niet-ophaling, is ze niet op de hoogte. Diverse buren hebben hierover al een klacht ingediend (...), maar alles blijft zoals het is. We zien soms het autooke van Brussel Net voorbijvliegen, maar die man heeft oogkleppen op, net als de politie. Regelmatig ook worden er pakken kleding bij de vuilnis gezet. Wraakroepend, hier in de buurt op loopafstand van ’t Noord, waar óók nog daklozen zijn. En er zijn zoveel organisaties – Oxfam, Spullenhulp, Leger des Heils, Convival – die op aanvraag gratis alles aan huis ophalen. Vandaag is het weer ongelofelijk: in alle vroegte was er al een ophaaldienst, die willekeurig zowel blauwe en gele als witte zakken meenam. Een tijd later kwam de ‘gewone’ vuilniskar voor al wat blijven staan was. (Sorteren, wat is dat?) Nog later gingen we een blokje om. In de Rogierstraat, vóór huis 122, lag een grote afvalhoop, met (voor de tweede of derde week) een ijskast, divan, véél kledingstukken voor kinderen en volwassenen. (...) Toen we na een tijdje terugkwamen, was de kleding weer binnengehaald, maar er was nog een berg achtergebleven: divan, tv, ijskast,... Maar ook een kindermatras en divankussens. Als daklozen dát zouden hebben, dat is allicht toch iets comfortabeler om dáár hun slaapkarton op te leggen dan op de koude grond? (...) Naam bekend, Schaarbeek
SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar lezersbrieven@bdw.be. Schrijven kan naar BDW-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via lezersbrieven@bdw.be. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.
BDWOPINIE Arbeidsmigranten door Anne Brumagne “Niets makkelijker en moeilijker tegelijk dan Polen lokaliseren in Brussel. Voor hulp en verbouwwerk in huis weet je ze snel, via via, te vinden. Maar waar wonen, bidden en winkelen de Wojtkowski’s en de Adamowiczs?” We schreven het een dik jaar geleden in de BDW-special over Brussel, twintig jaar na de val van de Berlijnse Muur. Deze week reizen we met een andere groep arbeidsmigranten uit het voormalige Oostblok, Roemenen, terug naar de kleine gemeente waar zij vandaan komen, Bosanci (lees de reportage op p. 4-5). Niet alleen weten we vaak nauwelijks waar arbeidsmigranten in Brussel wonen en winkelen als ze niet in onze huizen aan het werken zijn, we weten ook maar weinig over hun afkomst, hun motivatie om in Brussel werk te komen zoeken, of hun toekomstplannen. Een van de meest zichtbare gevolgen van de migratie, zo stelde journalist Steven Vandenbergh in Bosanci vast, is de aanwas van nieuwbouwwoningen, gebouwd met het geld dat de arbeidsmigranten in den vreemde hebben verdiend. Vaak zijn die gebouwen nog maar half afgewerkt. De bouw is duur, en als zelfstandigen in de bouwsector verdienen de migranten hier in België soms maar zes (!) euro per uur. Soms beginnen de eigenaars ook te twijfelen of ze hun toekomst uiteindelijk in Bosanci of in Brussel willen opbouwen: zodra de kinderen hier naar school gaan, wordt terugkeren moeilijker. En bovendien heeft in Roemenië de crisis zwaar toegeslagen. Je moet voor die mensen uit Bosanci en vele andere regio’s uit de voormalige Oostbloklanden hopen dat hun land er, onder meer met hulp van de Europese Unie, bovenop geraakt. Want dorpen die helemaal leeglopen, landen waar mensen met een soms hoog diploma vertrekken om elders handenarbeid te gaan verrichten, zijn een treurige zaak. Maar of we dat nu fijn vinden of niet, vele van deze arbeids migranten zullen wel degelijk definitief voor België kiezen, net zoals zoveel arbeidsmigranten vóór hen. Hen goed opvangen is lang niet altijd evident, zeker nu de toestroom zo massaal is geworden en er heel regelmatig misbruiken aan het licht komen. OCMW’s van grote Belgische steden betalen zich blauw aan uitkeringen voor mensen uit Oost-Europa die door mensenhandelaars naar hier zijn gehaald, even stonden ingeschreven als vennoot van een of andere zaak, maar na stopzetting van die vennootschap meteen naar het OCMW stappen. Goede opvang betekent zowel die misbruiken hard aanpakken, als de arbeidsmigranten alle sleutels aanreiken opdat ze zich snel een volwaardige burger in onze samenleving voelen.
EVA HILHORST
BDW 1262 PAGINA 14 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
PUBLIEK GEHEIM TE BOEK SCHAARBEEK – De Brusselse tv- en radiomaker Sven Speybrouck (1968), die als producer en presentator bekendheid verwierf met radioprogramma’s als Jongens & Wetenschap en Camping Casablanca en het boekenprogramma Alles uit de kast op Eén, maakt opnieuw furore op Canvas met het vervolg van Publiek geheim. Daarin gaat hij op zoek naar het verhaal achter publieke plekken met een bewogen verleden. Vanaf deze week is er ook het gelijknamige boek (uitg. Van Halewyck) met de verhalen, zowel uit reeks 1 als de lopende reeks 2. Speybroucks onderzoeksmedewerker Geert Clerbout diept een en ander uit. Handig is dat je als lezer praktische tips krijgt (en veel fotomateriaal) om de locaties zelf te bezoeken. JMB
VADROUILLE DE CULTUUR- EN VRIJETIJDSBIJLAGE VAN BRUSSEL DEZE WEEK
Eerste Brusselse week van de klank BRUSSEL – De eerste Week van de Klank (www.lasemaineduson.be) laat van zich horen met een waaier aan concerten, filmprojecties, workshops, voordrachten en debatten. De festivalformule komt overgewaaid uit Parijs, waar Christian Hugonnet in 2004 een eerste Semaine du Son organiseerde. Sindsdien hebben steden als Montréal, Vancouver, Genève en een vijftigtal Franse provinciesteden ook zo’n ontmoetings- en reflectieplatform uitgewerkt voor het grote publiek en voor klankprofessionals. Van 24 tot en met 30 januari gaat in Brussel alle aandacht naar crea tie (muziek, film, video-installaties, radio en klanklandschappen). Ook op verspreiding van geluid en milieu (geluidshinder en akoestische omgeving, zoals in metrostations) en op de implicaties van geluid voor de gezondheid (overlast en hoorstoornissen) wordt ingegaan. Her en der zijn er ludieke voorstellingen, zoals sonore postkaarten en muzikaal speelgoed. Het programma is verdeeld over partners als het Muziekinstrumentenmuseum, Flagey, het Rits, La Bellone, Espace Senghor, Iselp, het stadhuis en De ElektriciteitscenJMB trale. ADVERTENTIE
Handicap & informatie Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor personen met een handicap
02/463.58.58 alle werkdagen van 9 tot 12u30 uitgezonderd donderdag van 14 tot 17u.
Bezoeken enkel op afspraak Informatie@handicap-ambulant.be
Walter Hus (l. boven) en zijn Brussels Street All Stars: (met de klok mee) Gjovalin Nonaj, Elien De Schryver, Stefan Marin, Gheorge Bogdan, Constantin Raducan, Mario Raducan en Luke Thompson.
© SASKIA VANDERSTICHELE
WIN!
© SASKIA VANDERSTICHELE
BDW 1262 PAGINA 15 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
LOSERS MOGEN GRATIS BINNEN! Hebben jongeren nog idealen? Wie zijn hun helden? Wat houdt hen bezig buiten Facebook en PlayStation? Voor Loo(:)ozer trok Zouzou Ben Chikha een jaar lang met zes jongeren op. BDW geeft 10x2 kaartjes weg voor de première op 20 januari. Mail voor 17/1 ‘loo(:)ozer’ naar win@bdw.be. Succes, losers! LEES MEER OP PAGINA 18-19
ZAZIE ONDER NUL De Zazie-redactie telefoneerde met... de Zuidpool! Daar kregen ze ingenieur Johan Berte aan de lijn, die op de koudste plek van de aardbol onderzoek verricht, en wel iets voelt voor een zondags partijtje kiteski. LEES MEER OP PAGINA 24-25
Muziek > KVS biedt podium aan top van Brusselse straatmuzikanten
‘Waar ik vandaan kom, houden mensen van straatmuziek’ BRUSSEL – Walter Hus en zijn Brussels Street All Stars Orchestra gaven op dinsdag 4 januari het tweede van drie concerten in de KVS in het kader van het Armwoede-festival. Ze bewezen dat er in onze straten topmuzikanten spelen, klasbakken die op onze podia thuishoren. “Straatmuzikanten verdienen meer respect voor wat ze doen.”
D
ie arme mensen toch die op straat moeten spelen om wat geld te verdienen. Of: alweer een zigeuner met zijn accordeon die komt bedelen. Hebben ze niets beters te doen dan de mensen lastig te vallen met hun muziek? De vooroordelen tegenover straatmuzikanten zijn legio. Daar waar straatmuziek vroeger (en in sommige culturen nog steeds) geliefd was, kijkt men vandaag neer op die lawaaimakers. Ze maken net als clochards deel uit van het straatmeubilair, we lopen eraan voorbij en doen of ze niet bestaan. Nochtans spelen in onze metro’s en op onze straten echte klasbakken, virtuozen zelfs. Het is dat facet van straatmuziek dat via het Brussels Street All Stars Orchestra sterk naar voren komt. Geen kat in de KVS Box die een seconde twijfelde aan het kunnen van deze muzikanten. Ze brachten composities van Walter Hus op een eigenzinnige manier, gekleurd door de culturele afkomst van de muzikanten. Dat leverde een boeiende mix van jazz, hedendaags, Balkan, tango, ja zelfs een smartlap, maar nooit onversneden, wel in kruisbestuivingen met ruimte voor improvisatie. Een amalgama met evenveel invloeden als er nationaliteiten zijn.
Rock-’n-roll Centraal staat de ritmesectie, gevormd door de Nieuw-Zeelandse percussionist Luke Thompson en de Roemeense zigeunercontrabassist Stefan Marin, met rechts van hen de Roemeense zigeuners Constantin Raducan (cimbalon) en Mario Raducan (accordeon) en de Albanese accordeonist Gjovalin Nonaj. Links van de ritmesectie zien we de Vlaamse violiste Elien De Schryver en de Roemeense
zigeunersaxofonist Gheorge Bogdan. In de linkeruithoek leidt Hus van achter zijn piano het orkest. Op vraag van de KVS heeft Walter Hus, de man achter de Marollenopera, dit straatmuzikantenorkest opgericht. Oorspronkelijk was het bedoeld voor alle straatmuzikanten van Brussel. “Er kwam niemand af op ons verzoek. Het was naïef om te denken dat straatmuzikanten na hun broodwinning op straat nog zouden langskomen om voor hun plezier te spelen,” vertelt Hus. “De financiële realiteit waarin ze leven, is daarvoor vaak te dwingend.” Daarop nam Hus contact op met organisaties die nauw samenwerken met straatmuzikanten, zoals Arthis (dat in de Vlaamsesteenweg met Roemeense muzikanten werkt) en het CBAI of Centre Bruxellois de l’Action Interculturelle. Er werden ook zeven topmuzikanten van straat geplukt. “Het probleem is dat al die mensen een eigen stijl ontwikkeld hebben, een welgedefinieerde manier van spelen. Iets heel anders dus dan de Marollenopera, waar zowat iedereen een blanco blad was. Het is muzikaal in zijn plooi gevallen toen ik Luke op straat zag spelen. Hij zou de centrale figuur zijn van de muziek, want ik wou geen zigeunerorkest, wel een nieuwe sound rond Lukes percussie. Hij is eerder rock-’n-roll.” Omdat ze in de Balkan niet met partituren werken, moesten de composities voorgespeeld worden zodat de Balkan-sectie ze kon instuderen en hier en daar een persoonlijke toets aanbrengen. “Dat was boeiend, maar het was vooral ontroerend hoeveel liefde ik van die mensen kreeg. Ze zijn ook de stiptste muzikanten met wie ik gewerkt heb. Misschien is dat omdat ze uit ex-communistische landen
komen? (lacht) Daar wordt het beroep van muzikant zeer au sérieux genomen.”
Wildgroei De muziek heeft uiteindelijk een sterke Balkan-inkleuring gekregen door het grote aantal muzikanten uit de Balkan: vijf van de zeven. Dat geeft een vrij waarheidsgetrouw beeld van Brussel, waar het overgrote deel van de straatmuzikanten uit de Balkan komt. “Straatmuziek is een heel mooi fenomeen, maar in Brussel is er een soort verzadiging door de grote toevloed uit Oost-Europa. Mensen kunnen
“Sommigen denken dat het orkest goedkoop is omdat het straatmuzikanten zijn. Dat is lekker niet zo!” nauwelijks genieten van wat ze aangeboden krijgen, het is gewoon te veel. Deze wildgroei heeft de goodwill van de mensen aangetast,” legt Hus uit, al wijt hij het gebrek aan respect voor straatmuzikanten ook aan een latente xenofobie. “De Brusselse politiek zou toch met betere ideeën moeten komen dan op even uren mogen spelen, en op oneven niet. We moeten van straatmuziek opnieuw een meerwaarde maken. En straatmuzikanten meer respect geven voor wat ze doen.” De muzikanten van dit sterrenorkest klagen dat ze bijna altijd de politie op hun dak krijgen als ze op straat spelen. De Nieuw-Zeelander Luke Thompson omschrijft het effect daarvan vrij poëtisch door te zeggen dat hij, als hij een plek om te spelen uitkiest, steeds die ingebeelde ‘flik’ in zijn hoofd heeft die hem verhindert
op bepaalde plaatsen te spelen. “Het lijkt wel of mensen hier een negatieve houding hebben tegenover elk initiatief dat niet op papier staat en dus niet officieel is,” zegt de ‘professionele straatmuzikant’ – hij verdient er zijn brood mee en kan ervan leven. “Dat verbaast me echt. Waar ik vandaan kom, houden de mensen van straatmuziek.” Een andere misvatting is dat straatmuzikanten bedelaars zijn. Ze doen het niet eens allemaal voor het geld. De Vlaamse Elien De Schryver bijvoorbeeld, de enige vrouw van de bende, is op straat gaan spelen omdat haar groep geen repetitieruimte had. Maar verder is ze een klassiek geschoolde muzikante die haar strepen op de podia verdient. Gjovalin Nonaj (die naam doet wellicht een belletje rinkelen bij trouwe Agenda-lezers) heeft het van de straat tot de grote podia geschopt, inclusief tweemaal Bozar tijdens het Balkan Trafik-festival en andere festivals in België, Frankrijk en Duitsland. Benieuwd of dit sterrenorkest ook als springplank kan dienen voor de andere muzikanten. Walter Hus wil er in ieder geval voor gaan. De band blijft ook na het concert van 16 januari bestaan, de concertaanvragen komen vlotjes binnen. “Het zou te stom zijn zo’n project te laten wegrotten. We hebben een elan waarop we moeten voortbouwen. Op Theater aan Zee in Oostende worden we de centrale gast, en in Brussel staan we in maart op een festival van Arthis in de Beursschouwburg. Maar pas op, sommigen denken dat het orkest goedkoop is omdat het straatmuzikanten zijn (lacht). Dat is lekker niet zo!” Benjamin Tollet
Op zondag 16 januari treedt het Brussels Street All Stars Orchestra voor het eerst op tezamen met de Marollenopera, om 19 uur in de KVS Box, Arduinkaai 9, 1000 Brussel, op het slotfeest van Armwoede. Kaartjes kosten 20 euro. Meer op www.kvs.be
BDW 1262 PAGINA 16 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
Praat
Uitingen van armwoede Gezien: Barakstad van KVS, op 7 januari (nog te zien tot en met 16 januari).
achteraf
Barakstad is de theaterproductie die hoort bij Armwoede, het ‘festival’ rond armoede van de KVS, dat deze zondag afloopt. Revolutionair theater is Barakstad niet (tenzij een beetje in letterlijke zin), maar in zijn degelijkheid, waardigheid en betrokkenheid deed het stuk ons terugdenken aan Missie, de monoloog van David Van Reybrouck over het wedervaren van de Belgische missionarissen in Congo. Centraal stond dit keer een monoloog, gebracht door de geweldige Nico Sturm, die tekstfragmenten bracht van de arme, zieke (want manisch depressieve), maar buitengewoon getalenteerde Antwerpse schrijver JMH Berckmans, die vorig jaar overleed. Niet meteen de teksten waarin hij jazzt en rockt met taal, maar toch nog altijd beklijvend, geestig en pertinent materiaal, dat betrekking had op het armlastige leven van de schrijver op brood, spek en koffie. Op zijn laconieke, dan weer hyperkinetische wijze gaf Jean-Marie zo een stem gaf aan de mensen die – zoals de ondergelopen scène verzinnebeeldde – uit de boot gevallen en in de goot beland zijn, en dus geenszins hun schaap-
Barakstad, met onder meer de jazzdrum van Han Bennink (l.), (de voeten van) Guy Dermul en de geweldige Nico Sturm: mooie hommage aan JMH Berckmans.
jes op het droge hebben, maar het hoofd boven water moeten houden om niet te verzuipen als het water hun aan de lippen staat. Berckmans’ evocatie van ‘de toestand van zijn toestand’ werd tweemaal doorkruist. Door een monoloog van David Dermez, die de Britse psychiater en theoreticus Theodore Dalrym-
ple vertolkte, en door regisseur Guy Dermul, die de Franse antropoloog, psychoanalyticus en daklozespecialist Patrick Declerck gestalte gaf. Deze pamflettistische en theoretische intermezzi zorgden telkens voor een kleine stijlbreuk, maar ze waren noodzakelijk om de
zaak open te trekken. Dalrymple, de bedenker van het woord pamperen, verwacht heil van een kordate samenleving met een hersteld ‘moreel weefsel’ om het aantal sociaal onaangepasten, mislukkelingen en luieriken te beperken, en rekent verder op de wilskracht van het individu. Aan de andere kant van het
ADVERTENTIE
SAMEN NAAR SCHOOL IN DE BUURT Kom naar onze terugkomdagen op DINSDAG 18 januari 2011 om 19u: ANDERLECHT Gemeenschapscentrum De Rinck Dapperheidsplein 7
Samen met andere ouders rond de tafel zitten om ervaringen uit te wisselen en samen te kiezen voor een buurtschool?
Dat kan!
DONDERDAG 20 januari 2011 om 20u: SINT-JANS-MOLENBEEK Huis van Culturen en Sociale Samenhang Mommaertsstraat 4 info en inschrijvingen:
schoolindebuurt@molenbeek.irisnet.be 02/412.08.41
OPGELET! Extra schoolbezoeken op maandag 17 januari 2011 en dinsdag 18 januari 2011.
Op initiatief van Jef Van Damme Schepen van Nederlandstalige Aangelegenheden van Sint-Jans-Molenbeek
www.samennaarschool.be/indebuurt
BDW 1262 PAGINA 17 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
TELEX VADROUILLE Nog meer Polen in Mini-EUROPE © HERMAN SORGELOOS
spectrum staat Declerck, die poneert dat er niet zoiets als een vrije wil bestaat, en die algemeen asiel vraagt voor de armen en de daklozen, die meestal ook ziek zijn (depressief, alcoholverslaafd) en dus jaren van behandeling en begeleiding nodig hebben. Het staat het publiek vrij positie te kiezen,
met de situatie van de welbespraakte ervaringsdeskundige Berckmans als casestudy ter tafel. Betekenisvol vond ik in dat opzicht Berckmans’ (op het eerste gezicht door zijn literaire ambities geïnspireerde) verzuchting over de ‘ultieme metafoor’ en de zin en de betekenis van het al. Zijn op het eerste gezicht overtrokken uitroep ‘Alles is niets!’ vat misschien wel goed samen wat een mens kan bezielen om verstek te laten gaan voor de samenleving. We kennen allemaal de nachtelijke momenten in ons bedje, waarop de zinledigheid van alles zó akelig duidelijk wordt, dat we allang blij zijn dat we ’s anderendaags weer zonder nadenken in de tredmolen mogen. Waarom zouden mede-‘geworfenen’ die permanent doordrongen blijven van de zinledigheid, dan ingaan op de vraag van de socia le begeleidster om morgenvroeg een frisse nieuwe start te nemen? Of je aan Jean-Marie Dedecker en de Populisten mag vragen de rijkdom van de hardwerkende Vlaming zo te herverdelen dat alle stakkers aan boord blijven, is dan de andere vraag. Zo werd Barakstad tegelijk een gedegen politiek en maatschappelijk debatje als een mooie hommage aan Berckmans. Een totaalplaatje dat sloeg met de jazzdrum van Han Bennink en zalfde met de muziek van Kaat De Windt door het Ictus Kwartet.
Michaël Bellon
LAKEN – Het miniatuurdorp Mini-Europe in Bruparck denkt na over de installatie van een tweede Pools monument. De eer is voor Krakau. Polen wordt in de tweede helft van 2011 EUvoorzitter. Na de uitbreiding van de EU tot 27 lidstaten investeerde Mini-Europe fors en in een sneltempo in blikvangers uit elke nieuwe lidstaat. Onlangs kwamen daar vooral interactieve spelattracties bij, zoals een ‘simulatie gasontploffing’ met brandweerkorpsen, en een wielerronde, individueel te rijden op spelcomputers. Voor 2011 staan eerst Polen en later Schotland (nog altijd niet vertegenwoordigd in Mini-Europe) op de uitbreidingslijst van miniat uurmonumenten. De Poolse stad Gdansk was al langer aanwezig in Mini-Europe, met het Hof van Artus, het oudste gil-
denhuis. Dat bouwwerk zou symbool staan voor de vakbondsstrijd, waarmee een link wordt gelegd naar de vakbond Solidarnosc, die in 1989 geschiedenis schreef. Nu staat de stad Krakau/Kraków op het lijstje. Welk gebouw het wordt, is nog niet definitief beslist. Er is het befaamde Groot College van de vijftiende-eeuwse universiteit, de Dominicanenkerk (twaalfde eeuw), de Kerk van de Heilige Maagd (zestiende eeuw) of – nog indrukwekkender – de Lakenhallen (Sukiennice) uit 1555, het eerste ‘winkelcentrum’ in het Westen. De laatste twee monumenten staan op het historische stadsplein Rynek Glówny uit 1527. Het zou verschillende vliegen in één klap betekenen als dit plein in zijn geheel een plekje in Mini-Europe kreeg. Momenteel wordt erover onderhandeld wie het miniatuurmonument uit Krakau wil beJMB talen.
hongaren nodigen muziekensembles uit BRUSSEL – In Klankbord, het tijdschrift van de Muziekfederatie van het Brusselse Gewest, voert het Hongaarse Musik-Land (www.musik-land.hu) promotie voor optredens van ‘onze’ muziekensembles in Boedapest, Esztergom en bij het Balatonmeer. Er worden drie- tot zevendaagse reizen aan-
geboden met concerten voor orkesten, harmonieën, fanfares en koren in de openlucht en in kerken, gekoppeld aan concerten van Hongaarse ensembles. Een lokmiddel zijn de uitstappen en ‘veel plezier en humor’ dankzij wijnkelderparty’s, poestapaardenkoersen, JMB ridderspelen en andere attracties.
ADVERTENTIE
nschrijven in een Nederlandstalige school in Brussel?
002-05
U vindt de juiste weg op www.inschrijveninbrussel.be
V.U.: Dimokritos Kavadias, LOP Brussel BaO en Vic Anciaux, LOP Brussel SO Koning Albert II-laan 15 - 1210 Brussel
LOP Brussel BaO LOP Brussel SO
Voor alle info over de inschrijvingsprocedure in het Brussels Nederlandstalig onderwijs voor het schooljaar 2011-2012: ga naar www.inschrijveninbrussel.be. OPGELET: belangrijk voor àlle kinderen geboren in 2009!
BDW 1262 PAGINA 18 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
Theater > Union Suspecte en Bronks over wat De Jeugd Van Tegenwoordig bezighoudt
Losers en rebellen Z
ouzou Ben Chikha (1971) woonde tot voor vijf jaar in Brussel, maar hij keerde “na zes heftige jaren in Brussel” terug naar Gent, waar hij in 1999 in Arne Sierens’ Niet alle Marokkanen zijn dieven zijn eerste stappen in het professionele theater zette. Sindsdien was hij al vaak te zien in de KVS, niet zelden met het gezelschap Union Suspecte, dat hij samen met zijn broer Chokri, Mourade Zeguendi en Ruud Gielens oprichtte. Het voorbije jaar werkte Zouzou Ben Chikha met een hele hoop jongeren in een theaterworkshop die nu uitmondt in de voorstelling Loo(:)ozer. Van de grote hoop bleven uiteindelijk vijf jongens en één meisje over
van tussen de 17 en 24 jaar: twee uit Mauritius, twee Marokkanen, twee Belgen. “Een schone mix, maar daar gaat het deze keer niet over (lacht),” zegt Ben Chikha. Na het zien van de film The Edukators, over drie jonge mensen die met geweldloze acties de wereld willen verbeteren, wilde hij peilen of de jeugd van tegenwoordig nog idealisten en rebellen telt. En? Ben Chikha: “Wat me vooral frappeert, is dat zij heel andere ideeën over engagement lijken te hebben dan vorige generaties. Die hebben niets met ideologieën of betogingen. Hun ideeën zijn allemaal veel persoonlijker en overstijgen de collectieve tegenstellingen zoals die tussen links en rechts vroeger.
© SARAHSHOOT
BRUSSEL – Jongeren denken niet meer in links en rechts, ideologieën en betogingen zijn niks voor hen. Maar wil dat zeggen dat ze niet geëngageerd zouden zijn? Waar dromen ze van? De voorstelling Loo(:)ozer ventileert de antwoorden die regisseur Zouzou Ben Chikha en Bronks hen ontfutselden.
Loo(:)ozer: een voorstelling over overleven in een vlug veranderende wereld. ADVERTENTIE
SOS NUCHTERHEID
Zelfzorg bij verslaving
Tijdens het voorjaar van 2011 verzorgen we tweewekelijkse samenkomsten in het Centrum Morele Dienstverlening Jette (Jetse laan 362, 1090 Jette). U dient zich hiervoor vooraf in te schrijven. 5 & 19 januari 2 & 16 februari 6 & 20 april 4 & 18 mei Aanvang: telkens vanaf 13.30 uur Meer informatie & afspraken 09/330.35.25 (24u/24u) www.sosnuchterheid.org info@sosnuchterheid.org SOS Nuchterheid Brussel is een realisatie van SOS Nuchterheid vzw in samenwerking met het Centrum Morele Dienstverlening Jette Met steun van de Instelling Morele Dienstverlening van het Brussel Hoofdstedelijk Gewest.
www.uvv.be Centra Morele Dienstverlening Brussel-Jette
2 & 16 maart 1, 15 & 29 juni
Centrum Morele Dienstverlening Jette 02/513 16 33 cmd.jette@uvv.be
SOS Nuchterheid® is een vrijzinnig en humanistisch zelfzorg initiatief en is een lidvereniging van de Unie Vrijzinnige Verenigingen (UVV).
Stalingradlaan 18-20, 1000 Brussel [Premetrostation Anneessens] tel. 02 242 36 02 E-mail: cmd.brussel@uvv.be
Jetse Laan 362, 1090 Jette [Bus 14 halte Legrelle] tel. 02 513 16 33 E-mail: cmd.jette@uvv.be
BDW 1262 PAGINA 19 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
de vorige generaties van wat er nu allemaal fout loopt. Eerder met de vraag hoe ze zélf kunnen overleven en hun plaats vinden in een wereld die heel vlug verandert.” Wat voor voorstelling zal dat straks opleveren? “Het is mijn bedoeling de jongeren een inkijk te laten geven in hun leefwereld en de manier waarop zij omgaan met deze thema’s. Maar het blijft hun voorstelling. Ze krijgen professionele begeleiding, maar op het podium moeten ze alles zelf kunnen verdedigen. Vijf van de zes acteurs staan voor de eerste keer op de planken, maar ze zijn hier al lang mee bezig. Een van onze bedoelingen met dit soort projecten is trouwens te kijken of er hier en daar iemand tussenzit die nog een stapje verder zou willen zetten naar het professionele circuit.” En dan de titel: Loo(:)ozer. Die klinkt toch niet zo positief? Ben Chikha: “Dat hangt ervan af. Loser is een woord dat je nogal snel gebruikt. De gasten die vroeger op school braaf hun best deden, vond ik losers, maar zij dachten van mij waarschijnlijk hetzelfde ( lacht).” Michaël Bellon Loo(:)ozer van Union Suspecte en Bronks, op 20, 21 en 22 januari om 20 uur (met op 21 afterparty met dj Zouzou Ben Chikha), bij Bronks, Varkensmarkt 15-17, 1000 Brussel. Meer op www.bronks.be, 02-219.99.21 en www.unionsuspecte.be
Galerie > Kunstbeurzen Bruneaf en Brafa lopen simultaan
Zavel verzameld rond niet-westerse kunst Dit jaar doet de Zavel het met vereende krachten. Omdat Brussel per se een plaatsje wil veroveren in de agenda van de internationale kunstcollectioneurs, volgt de beurs voor niet-westerse kunst op de Zavel dit jaar de 56ste editie van Brafa (in Thurn & Taxis) op de voet. Gedaan dus met het solonummertje in november – en dit evenement in november was overigens al een synergie tussen Bruneaf (Brussels Non-European Art Fair) en zusterverenigingen Baaf en Boaf (respectievelijk Brussels A ncient en Oriental Art Fair). “De veilinghuizen omringen ons als roofdieren; voorwerpen uit Belgische privécollecties worden in het buitenland verkocht zonder het minste profi jt voor Brussel of de Zavel”: zo motiveert Pierre Loos, voorzitter van Bruneaf, de samenwerking rond de Zavel. De aan Bruneaf deelnemende handelaars openen plechtig op woensdag 19 januari om 11 uur; zaterdag is er een soort ‘nocturne’ tot 21 uur – de overige openingstijden vindt u op w ww.bruneaf.be. De Zavel slaagt erin te verrassen. Zo brengt Coppens Tribal Art, Miniemenstraat 47, een indrukwekkende collectie zilver: borstplaten, hoofdtooien, armbanden enzovoorts, ge-
dragen door Chinese minderheden. Een kleine openbaring. Door de koloniale geschiedenis is de Zavel ook een draaischijf in de handel van kunst uit Midden-Afrika. Een ceremoniële bijl of een perfect uitgebalanceerde speer doet het weer. En helemaal in: authentieke schilden die met het aura van een abstract schilderij worden benaderd. De coming man van de Zavel heet Didier Claes, Van Moerstraat, de eerste ‘gekleurde’ handelaar in het nog steeds overwegend blanke clubje. Hij weet als geen ander de spanning erin te houden: op 19 januari komt hij met een absoluut topstuk op de proppen. De straatjes rond Kleine en Grote Zavel gonzen van de geruchten... Wat de Brussels Antiques and Fine Arts Fair (Brafa) betreft: de stripwereld krijgt meer en meer adelbrieven, en ‘works on paper’ – van Pierre Soulages tot de Antwerpse avantgarde – zitten in de lift, simpelweg omdat schilderijen duur zijn geworden. Romantici hebben het lastig, impressionisten, fauvisten en neoimpressio nisten houden stand. Brafa (www.brafa.be) loopt tussen 19 en 30 januari; het Antwerpse Museum Mayer van den Bergh is er eregast. Lieven Bulckaert
der en heeft de steenpost een opvallende zwarte vlek in de ‘oksel’ van zijn borstvin. Bij de steenbolk (en bij de wijting) steekt de bovenkaak uit boven de onderkaak. Bij de meeste andere kabeljauwsoorten is dat omgekeerd, die hebben een ‘Raymond van het Groenewoud-kin’. Op het bord verscheen mijn eerste tacaud dan eindelijk ergens aan de Belgische kust. Ik was niet erg onder de indruk. De vis wordt altijd vergeleken met wijting, maar verse wijting heeft een garnaalachtige smaak. Steenbolk daarentegen smaakt ‘wilder’. Maar een andere keer, op reis in Frankrijk, vond ik de vis dan weer wel erg lekker. Nog steeds iets wilds, maar diep en eerlijk van smaak. Het bleek een kwestie van versheid te zijn. Aan de Franse kust is de snelheid waarmee een vis op het bord terechtkomt, altijd groter geweest dan bij ons. In de Vlaamse havens leefde het geloof dat vis vooral niet te vers mag worden gegeten: “Ie moet eist wat besterv’n, anders is-ie niet lekker,” ging het onder ‘professionelen’. Doodzonde. Het speelde in de kaart van de distributie, dat wel, maar als consument werd men verplicht oude vis te eten. Vandaar de reputatie dat vis stinkt. Verse vis stinkt niet, maar ruikt naar zeewier en lekkere dingen. Vandaag is de mentaliteit in de vishandel gelukkig (bijna) overal veranderd. En ook ons aanbod. Een belangrijke rol wordt daarbij gespeeld door de Marokkaanse vishandelaren, die zich, zo gauw ze hier met BRUSSEL EN DE WERELD hun handel begonnen, op de vismarkt van Rungis CULINAIR ONTDEKT (bij Parijs) richtten in plaats van op Zeebrugge. Toen ik hun destijds vroeg waarom, vertelden ze me dat er in Zeebrugge geen verse vis te vinden was, en in Parijs wel. En eerlijk gezegd, ze hadden gelijk. Maar ik moet erbij vertellen dat er de laatste twintig jaar, door een aantal Europese richtlijnen, een enorme vooruitgang is gemaakt in de Belgische viskwaliteit. Welke winkel ruikt er vandaag nog naar vis? Bij mijn Marokkaan liggen al maanden stapeltjes Kalm aan gaan we het nieuwe jaar in. We hebben t acaud op het ijs te blinken. De fi lets zijn groter dan lichte kost nodig, die ook nog eens vriendelijk is ik ooit voor mogelijk hield bij steenbolk, maar het voor de portemonnee. Wat dacht u van vis? moet waar zijn, want de labels op de piepschuimdoos zeggen offi cieel ‘Trisopterus luscus, origine De Vlaamse dienst voor agromarketing, beter be- France’. Ze zijn ook spotgoedkoop. kend als de Vlam, voert al enkele jaren een campag- Let erop dat de visfi let mooi glimt, als paarlemoer. ne rond seizoensvis en nu, deze winter, is een van Koop een fi letje per man. Thuisgekomen zout u de vissen die ze promoten, de steenbolk. De wat? de fi lets lichtjes en laat u ze even op adem komen. De steenbolk. Ja, beste lezers, het is niet de vrolijkste naam voor een vis. Er is ook geen ander bolk bekend dan steenbolk. Ik ken de vis oorspronkelijk van een heel oud, kleurrijk viskookboekje. Het werd begin jaren ’50 uitgegeven door de Propagandavereniging voor Visverbruik (Wetstraat 90, Brussel) en heeft zowaar kleurenfoto’s van de meest courante vissoorten in de handel. Onze bolk heet in dat boekje steenpost en er staat tussen haakjes netjes in het Frans tacaud bij. De uitgevers wisten blijkbaar dat de meeste Vlamingen hun voedsel toch onder Franse namen kochten en dat ze waarschijnlijk nog nooit van een steenpost of -bolk hadden gehoord. Een t acaud is dan weer een naam voor een gammele auto, dus of de lezers daarmee zoveel geholpen waren... “Het vlees van de steenpost heeft veel gelijkenis met dit van de wijting. De hierboven aangeduide recepten passen dan ook zeer goed bij deze vissen.” In een pan die in de oven kan, maakt u passende Dat is alles wat het boekje wist te vermelden over groente klaar. Ik deed het met wat fi jngesneden deze mysterieuze vis. Bij de vishandelaar zagen we ajuin, poivron en courgette; het mag ook iets anders er nooit liggen. Ook vandaag weten de meeste vis- zijn. Wanneer die groenten halfgaar zijn, vlijt u er de fi lets bovenop en besprenkelt u met wat olie, of een boeren nauwelijks wat een steenbolk is. De steenbolk ( Trisopterus luscus) behoort tot de scheutje wijn. Verder een minuutje of tien, vijftien kabeljauwsfamilie ( Gadidae) en heeft er alle eigen- in de oven bij 180 °C. Niet omdraaien, niet roeren, schappen van. Hij telt drie rugvinnen, waarvan bij gewoon wachten, opdienen en genieten. Wie zei dat de steenbolk de eerste puntig en lang is. Er is in vis koken moeilijk was? onze streken geen andere visfamilie dan de kabel- De kleine bolkjes op de foto worden door dezelfde jauw waarvan de leden drie rugvinnen hebben. On- Marokkaan verkocht voor de frituur. Nog spotter der de kin zit een baarddraad, ook al een typische goedkoop! Gewoon goed afdrogen, even door de kabeljauweigenschap. Hiermee kunnen de vissen gekruide bloem (met mosterdpoeder, bijvoorbeeld) de bodem aftasten naar voedsel. halen en krokant bakken in veel hete olie. Smakelijk. Van uitzicht doet de steenbolk inderdaad oppervlakkig aan wijting denken. Maar wie beter kijkt, nick.trachet@bdw.be ziet verschillen: het lichaam van de steenbolk is veel dieper (of hoger) dan dat van een wijting, en De hele reeks nalezen? het oog lijkt groter. Verder is de rugkleur donker- www.brusselnieuws.be/trachet © NICK TRACHET
Ons groepsdenken is in dat verband compleet passé. De vriendenkring van die jonge gasten bestaat uit mensen van allerlei pluimage. Ze vinden elkaar telkens weer op een andere basis: ze hebben vrienden met wie ze muzikaal overeenkomen, andere met wie ze hun culturele achtergrond delen,... Die groepen zijn niet homogeen en overlappen.” Maar kennen ze dan geen algemeen onrecht meer dat ze met z’n allen uit de wereld willen helpen? “Ja, maar ook die bezorgdheden komen voort uit een persoonlijke zoektocht. Zo begon iemand bijvoorbeeld een discussie over het feit dat elke zoekopdracht met Google milieubelastend is, omdat daar veel computers voor moeten draaien. Onze gesprekken bevatten geen grote theorieën, maar allemaal kleine verhalen en anekdoten. De multimediale manier om met elkaar te communiceren, speelt daarin dikwijls een belangrijke rol.” We zagen na de WikiLeaks-affaire dat er zich plots iets leek te ontwikkelen wat op collectieve digitale rebellie voor de goede zaak leek. Ben Chikha: “Klopt, maar daar zit dan niet één bepaalde groepering achter, het is een netwerk van individuen die onafhankelijk beslissen om mee te doen. Dat is iets anders dan in groep op café beslissen om de plaatselijke McDonald’s te bezetten. De jongeren die ik gezien heb, lijken me niet zo bezig met revolutionaire daden of met het beschuldigen van
Nick Trachet
Steenbolk
In de Vlaamse havens leefde het geloof dat vis vooral niet te vers mag worden gegeten. Doodzonde. Het speelde in de kaart van de distributie, dat wel
BDW 1262 PAGINA 20 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
Reggaeman Omar Perry: “Ik zie bij veel muzikanten hier in België niet de echte honger. Dat komt ook door het systeem: heb je een artiestenstatuut, dan heb je een verzekerd inkomen waarop je altijd kunt terugvallen.”
BRUSSEL – “De essentie van reggae is voor mij als een hitparade: iedereen kan er zijn gading in vinden. Reggae is ook gegroeid in een omgeving waar mensen moesten vechten om te overleven, en er is in feite nog niets veranderd: mensen vechten nóg om te overleven. Overal ter wereld. Zelfs wie het materieel goed heeft.” Omar Perry, zoon van de legendarische Lee ‘Scratch’ Perry, is reggaezanger en -componist.
ding af te leggen. Vader worden heeft mijn leven een heel nieuwe betekenis gegeven. En het voelt nog altijd aan als een mirakel. I love the both of them to bits, mijn meisjes zijn het licht van mijn ogen. Als ik niet aan het werk ben, dan zijn zij het centrum van mijn universum.”
L
Zo. Nu weet ik meteen wat ik Omar Perry – net geen nieuwjaarskind – voor zijn verjaardag moet wensen. Dat het vuur zo fel in hem brandt, mag ook niet verwonderen. Zijn vader is niemand anders dan Lee ‘Scratch’ Perry, de reggaelegende aan wie onder meer Bob Marley, Peter Tosh en Junior Murvin schatplichtig zijn. Meer nog: je kunt ‘Scratch’ Perry
worden, leren. Tot mijn laatste ademtocht.” “Ik ben graag in Brussel, maar toch voel ik me beknot in mijn ambities. Contact leggen met artiesten van over de hele wereld, een beetje jammen: geen probleem. Optreden, een festival links of rechts: geen probleem. Maar het blijft toch zo klein, de uitstraling is beperkt. Zeker in de reggae heb ik in die tien jaar dat ik in Brussel leef, nog niemand naar de sterren weten grijpen. Niemand gezien die met de steun van de media – radio, geschreven pers, televisie – echt naam heeft gemaakt. You need the whole fireworks to make things happen – en dat mis ik hier.” “Mocht ik egoïstisch zijn, dan zou ik er niet zo mee zitten. Mocht het alleen om mijn persoontje gaan, dan zou ik niet het gevoel hebben ergens tekort te schieten. Maar ik heb wel degelijk een verantwoordelijkheid te dragen. Een verantwoordelijkheid tegenover mijn muziek. En zeg nu zelf, welke echte muzikant wil nu niet een zo groot mogelijke bijdrage leveren tot de bloei van zijn kunst?” “En dan zijn er nog mijn dochtertjes, Alexandra en Faya, die hier geboren zijn. Hun wil ik een goed leven bezorgen. Zoals het een goede vader betaamt. Voor ik vader werd, kon ik gaan en staan waar ik wilde, doen wat de dag me ingaf, ik hoefde aan niemand verantwoor-
zonder overdrijven de uitvinder van reggae en dub noemen. “Voor mij is vader nog altijd een beetje als Mannetje Maan. Min of meer bovennormaal, zijn tijd vooruit. Wat hij gedaan heeft in de muziek, hoe hij een bron van inspiratie voor anderen kon zijn met de beperkte middelen die hij had: nog altijd vragen heel veel mensen zich af hoe hij het deed. In zijn studio was hij zoals ik nu op het podium ben. Daar gaf hij zich voor 110 procent.” “Hoe mijn vader buiten zijn muziek was? Moeilijk te zeggen. In tegenstelling tot mezelf – denk ik – kon hij gewoonweg niet leven buiten zijn muziek. 24 op 24 was het voor hem. Ik probeer ook niet te doen wat hij deed, ik probeer mezelf te zijn en mezelf uit te drukken © MARC GYSENS
aat het duidelijk zijn: Omar Perry wil niet zomaar een artiest van dertien in een dozijn zijn. En ook geen artiest die zijn ei legt in de luwte, met de sympathie van gelijkgezinden en de bewondering van enkelen. Neen, hij wil een volwaardig reggae-ambassadeur zijn. “Mijn queeste is dingen in beweging brengen, opbouwen. Sta ik op een podium, dan geef ik alles wat in mij zit. Alles. Ik ben een makkelijke mens, ik heb geen hoge pet op van mezelf. Maar op een podium krijg je een ander verhaal. Dan ga ik helemaal op in mezelf, keer ik mezelf binnenstebuiten. Na een optreden, backstage, ben ik dood. Mijn armen, mijn benen, mijn hoofd: dood.” “Alleen op je kunst, op je muziek overleven is moeilijk. De trein echt in beweging krijgen is knap lastig. Zeker als niet het hele sys teem – media inbegrepen – achter je staat. Ik zie bij velen hier in België ook niet de echte honger, en dat komt ook door het systeem: heb je een artiestenstatuut, dan heb je een verzekerd inkomen – zij het klein – waarop je kunt terugvallen. Maar als je leeft zoals ik, dan zijn er no ifs, no buts, no maybes. Dan is er geen tijd te verliezen, geen tijd om even te relaxen. Dan moet je er echt voor gaan. Dat is mijn wereld. Ik wil ook steeds beter
Mannetje Maan
© MARC GYSENS
“Dit draag ik altijd: een Ethiopisch kruis als teken van de strijd van de rastafari’s.”
BDW 1262 PAGINA 21 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
FREDDI SMEKENS “Als je leeft zoals ik, dan zijn er no ifs, no buts, no maybes. Dan is er geen tijd te verliezen, geen tijd om even te relaxen”
Omar Perry, zoon van reggaelegende Lee ‘Scratch’ Perry
‘Voor mijn kunst, voor mijn kinderen’ zoals ik ben. Hij was het genie, laat het genie maar het genie zijn.” “Aan mijn jeugd in Kingston, Jamaica heb ik goede herinneringen. Bij iedereen was het open deur, iedereen kende iedereen. Heel anders dan de anonimiteit van een stad als Brussel. Thuis was het een komen en gaan van muzikanten, er was altijd iets te beleven. Samen met mijn broer Sean en mijn zus Marsha had ik een groepje, The Upsetter Juniors. Maar nadat midden jaren ’90 vaders Black Ark Studio afbrandde, was het niet meer zoals tevoren. Voor mij was de tijd gekomen om te vertrekken. Ik kreeg de kans naar Londen te gaan, en die heb ik met beide handen gegrepen.”
Openbaring Londen bleek maar een tussenstop: de echte aantrekkingskracht lag in Afrika. “Het was als een revival voor mij. Het was niet echt dat ik ergens naar op zoek was, het was alsof het zo moest zijn. Ik heb daar mijn roots gevonden, gevonden wat ik moest doen en hóé ik het moest doen. Een leerproces. Mezelf begrijpen, de anderen begrijpen, begrijpen hoe de dingen werken. Het heeft mij de ogen geopend. In Afrika vroegen sommige mensen mij: ‘Wat kom je hier toch zoeken? Iedereen wil hier weg.’ Ik zei dan: ‘Dat mag je niet zeggen. Wat is er verkeerd aan dat ik naar hier kom om te leren wat Afrika is, wat er leeft, wie ik ben?’ Het heeft gemaakt dat ik nu een stukje Afrika kan meenemen overal waar ik kom.” Na Afrika volgde Brussel. “Ik had enkele mensen ontmoet die me in contact konden brengen met concertorganisatoren in België, Nederland, Duitsland, Frankrijk; de tijd was rijp om eindelijk zelf muziek te brengen. Tien optre-
dens in heel korte tijd: ik stond perplex; nooit had ik kunnen vermoeden dat Europeanen zo open stonden voor reggae. Een openbaring was het. De toeschouwers kenden de songs die ik bracht, ze zongen ze mee. Ik heb in Frankrijk zelfs reggaefanaten ontmoet die me platen lieten zien met originele opnamen. Van dertig jaar geleden. Voor hen waren het relikwieën, die niemand ook maar mocht aanraken. Wow, my father and Bob Marley did a good job!” “Het was alsof ik naar Europa, België, Brussel moest komen om echt mijn roeping te ontdekken. En ik ben hier nog altijd. Brussel is dan ook een van de tofste plekken die ik ooit heb gekend. Rustig, veilig. Ik kan hier ’s nachts over straat lopen zonder constant over mijn schouder te hoeven kijken. En toch is er genoeg beweging, het is een mooie en levendige smeltkroes.” “Een interessante omgeving die nooit verveelt dus, maar tegelijkertijd niet echt makkelijk om kinderen in op te voeden. Omdat ze zoveel op zich af krijgen, zoveel indrukken moeten verwerken. Liever zou ik mijn dochters zien opgroeien in een andere omgeving, in harmonie met de natuur. Het liefst van al nog in de bergen. Waar er geen vervuiling is, de lucht zuiver als de ochtenddauw. Waar Alexandra en Faya niet afgeleid zouden worden door bijkomstigheden, waar ze het leven echt zouden ervaren zoals het is. Waar ik zou kunnen schrijven en muziek maken zonder afgeleid te worden. Genieten van de natuur en erdoor geïnspireerd worden. Maar daar heb ik geen controle over. Iets wensen is een ding, het verkrijgen is nog iets helemaal anders.” Karel Van der Auwera
Zwanze
O
nlangs verbaasde het me dat ik het in deze Brusselse Kroniek nog nooit over ons werkwoordje zwanze gehad had. Temeer omdat de zwans iets, zo niet alles, met een typische vorm van humor te maken heeft. We beginnen met ons af te vragen wat dat zwanze of die zwans zo merkwaardig en haast onovertrefbaar maakt. Laat ik eens proberen om dat laatste zonder te zwanze neki ooit de doeke te doon. Daarnet gebruikte ik in dat verband het begrip humor. Natuurlijk heeft zwanze de bedoeling een glimlach op iemands gezicht te toveren. Maar evengoed kan men soms, wanneer men een heel serieus betoog aan het houden is, de opmerking krijgen: “Zaai na on ’t zwanze of ni?!” Zwanze heeft dus een ruimere betekenis dan op het eerste gezicht mag blijken. Zowel ironie als zelfs een milde vorm van sarcasme kan de begrippen zwanze en zwans vorm geven. Wanneer hebben we ons er voor het laatst op betrapt on het zwanze te zaain? Een eerste bedenking die ik daarbij maak, is dat we het meer uit een soort reflex of opwelling doen dan met opzet. Zo stelde ik onlangs iemand de vraag: “Ge kent toch da gruut weel on de Kestmet op het aainde van de Vismet?” Natuurlijk kreeg ik als antwoord: “Mo na teurlaaik! Vè wee pakte ma?!” Tot hiertoe niets aan de hand. Tot ik hardop de bedenking maakte: “Awel, ze zaain het naa on ’t afbreike...” Mijn gesprekspartner keek me met een zweem van verwondering aan en sprak: “Wa hadde gepaasd? Da da doe vè e giel joer zou blaave stoen?” Om een duidelijk antwoord op die vraag te formuleren moest ik toch even nadenken. “Neije, da na ni,” zei ik, “mo hoo doon ze da vè da bauveste kotche doe af t’hoele? Doeveu moote ze toch ’n lange lier hemme?!” De uitleg die ik daarop kreeg, sterkte mij in het geloof dat ik het zwanze en de zwans helemaal onder de knie had. “Mo menneke toch!” klonk het antwoord, “ze doon dei kotches stuk veu stuk no be neije drooje en den moeke ze ze los.” Waarna ik niet meer of minder dan “Ah bon?!” kon uitroepen. Hetzelfde geldt natuurlijk voor het antwoord
op de vraag waar de Belgische F-16-jachtvliegtuigen naar een oorlogsgebied worden verscheept. De zwans als ultiem wapen om er de Brusselse luim in te houden, dus. En ik wil daar graag aan toevoegen dat zwanze in de Brusselse betekenis van het woord niet altijd te maken heeft met grappen maken of ergens de draak mee steken. Volgens mij kan zwanze ook te maken hebben met het relativeren of inschatten van bepaalde voorvallen of eventueel zelfs droevige gebeurtenissen, maar ook met mildheid in onze beoordeling. Zo komt de opmerking: “Ge zaait on ’t zwanze” veel minder kwetsend of beledigend over dan: “Ge zaait on ’t leege.” Bij dat alles blijf ik er graag bij dat zwanze een typisch Brusselse vorm van communicatie is. In tegenstelling tot zievere, zoege en zaaike, die eerder tot het werelderfgoed behoren. En het mag wat eigenaardig klinken, maar wanneer ik deze laatste zin herlees, betrap ik mezelf erop wei on het zwanze te zaain. En ik kijk, bij alles wat voorafging, ook graag even om naar wat grote kunstenaars als Magritte en Bruegel allemaal niet afgezwanst hebben, met van die dubbele bodems waar we ons zo graag laten doorzakken. Natuurlijk beperkt onze Brusselse humor zich niet tot louter zwanze. Maar ik wil niet voor mezelf houden, waarde lezer, dat zonder zwanze en alles wat erbij hoort, het leven heel wat ingewikkelder zou ogen. Om te besluiten wou ik de opmerking maken dat echt zwanze in feite niets met kletspraat te maken heeft. En mocht ik de opmerking krijgen dat alles wat voorafging, iene gruute zwans es, dan zou ik mij niet anders dan vereerd kunnen voelen. Ik ben er namelijk rotsvast van overtuigd dat we aan ons zwanze als Brusselaar altijd en overal herkenbaar en gerespecteerd zullen blijven. In een van de volgende Brusselse Kronieken zal ik het graag over serieuws zaain hebben, maar het voorgerecht is hierbij alvast opgediend. In de hoop dat de vele zwanzeurs die we onder onze Brusselse lezers mogen rekenen, ni op heule tien gestampt zaain, wou ik afsluiten met een van mijn favoriete lijfspreuken: “Vee van de zwans!”
REDACTIE BRUSSEL DEZE WEEK Flageyplein 18, 1050 Elsene, 02-226.45.40, fax 02-226.45.69, info@bdw.be. ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bdw.be), 02-226.45.45, fax 02-226.45.69. Gratis binnen het Brussels hoofdstedelijk gewest. Rest van België 15 euro per jaar; rekeningnummer 424-5529822-66 van vzw Brussel Deze Week. Buiten België 25 euro per jaar. DISTRIBUTIE EN PROMOTIE Ute Otten (ute.otten@bdw.be), Paul De Weerdt. RECLAME IN BDW Rika Braeckman (rika.braeckman@bdw.be), 02-226.45.41, 0477-97.21.27, fax 02-226.45.69. OPLAGE 66.720 exemplaren. HOOFDREDACTIE Anne Brumagne (anne.brumagne@bdw.be). EINDREDACTIE Katrien Stroobants (katrien.stroobants@bdw.be). REDACTIE Jean-Marie Binst (jeanmarie.binst@bdw.be), Christophe Degreef (christophe.degreef@bdw.be), Bettina Hubo (bettina.hubo@bdw.be), Patrick Jordens (patrick.jordens@bdw.be), Freddi Smekens (freddi.smekens@bdw.be), Steven Vandenbergh (steven.vandenbergh@bdw.be), Steven Van Garsse (steven.vangarsse@bdw.be), Danny Vileyn (danny. vileyn@bdw.be). REDACTIESECRETARIAAT Isabelle De Vestele (isabelle.devestele@bdw.be), Lien Annicaert (lien.annicaert@bdw.be), Gerd Hendrickx (gerd.hendrickx@bdw.be). MEDEWERKERS Michaël Bellon, Lieven Bulckaert, An Devroe, Philip Ebels, Eva Hilhorst, Ilah, Francis Marissens, Niels Ruëll, Bruno Schols, Tim Schoonjans, David Steegen, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet, Karel Van der Auwera, Matthias Vanheerentals. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Anja Galicia, Marc Gysens, Ivan Put, Herman Ricour, Dieter Telemans, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. VORMGEVING Peter Dhondt (peter.dhondt@bdw.be). FINANCIËLE ADMINISTRATIE Manu De Hertogh (manu.dehertogh@bdw.be). VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Anne Brumagne, BDW, Flageyplein 18, 1050 Elsene. ALGEMENE DIRECTIE Marijke Vandebuerie (marijke.vandebuerie@bdw. be). Brussel Deze Week wordt gedrukt op de persen van de nv Roularta, Meiboomlaan 33, 8800 Roeselare en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie. ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: voornaam.naam@bdw.be (losse bestanddelen van voornaam of naam aan elkaar, en zonder trema’s, verbindingsstrepen en andere tekens).
BDW 1262 PAGINA 22 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
Golf > Lara Tadiotto heerst op de groene links
‘Op de tee ben ik net een kind’ BRUSSEL – Lara Tadiotto (39) vertegenwoordigt België komend seizoen op het vrouwelijke Europese golfcircuit. Ze heeft er al een lange, bochtige carrière op zitten in een vrouwencircuit waar het geld schaars is. Tegenwoordig is de Brusselse ook verantwoordelijk voor de Anderlechtse golfschool. “Op twaalfjarige leeftijd moest ik niets van golf hebben,” begint Tadiotto. “Mijn vader pushte me, maar ik wou niet. Nochtans zijn mijn vader, moeder én broer fervente golfers. Toen ik op negentienjarige leeftijd dan toch eens de golfstick opnam om mijn zinnen te verzetten tijdens de examens, werd ik op slag verliefd. Sindsdien kan ik niet meer zonder.” Tadiotto werd in Zuid-Afrika geboren, maar het gezin verhuisde zes maanden later naar het Congolese Lubumbashi. Haar vader was zakenman. Na nog eens twee jaar in Duitsland kwam ze rond haar zeventiende naar België, waar ze verliefd werd op het golfen. “Ik had een deal met mijn moeder: na mijn secundaire school gaf ik mezelf één jaar om een single handicap te hebben (hoog niveau, red.). Zo niet zou ik naar de universiteit gaan. Het is vrij uitzonderlijk dat je in één jaar tijd een single handicap hebt, maar na zes maanden zat ik in de nationale ploeg en was ik de beste Belgische golfster.”
Financiële strijd “Ik had ondertussen een deeltijdse baan gevonden in Waregem om het golfen te kunnen betalen,” vertelt Tadiotto. “De baas was soepel en paste mijn uren aan aan mijn trainingen en wedstrijden. Ik heb dat tweeënhalf jaar gedaan en ben toen professional geworden. Normaal gezien duurt dat tien tot twaalf jaar. Ik stond er al na vier jaar. Waarom zo snel? Talent? Ik veronderstel het. De details maken het verschil.” Kaaiad BDW 110106 Burning Ice.pdf
1
Lara Tadiotto: “De deal met mijn moeder was: na mijn middelbare school gaf ik mezelf één jaar om een single handicap te hebben; anders zou ik naar de universiteit gaan.”
In België vond Tadiotto amper concurrentie op haar weg. Om haar eigen woorden te gebruiken: ze ‘verpulverde’ de concurrentie. In-
20/12/10
12:38
ternationaal liep het minder vlot: het niveauverschil is groot. Ze won wel de Mauritius Open en eindigde regelmatig in de top tien.
ADVERTENTIE
© MARC GYSENS
Financieel was het een constante strijd. “Nu ik al twintig jaar amateur en pro ben, heb ik maar drie keer mijn Belgische titel verloren. Ik
BDW 1262 PAGINA 23 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
David Steegen Honger heb een risico genomen door pro te worden. Ik heb nooit echt goed mijn brood verdiend met golfen. Ik had wat sponsors toen ik gedurende een vijftal jaar in Amerika en Azië golfde. Toen ik geen sponsors meer had, ben ik in 2000 teruggekeerd naar België.” “De laatste mannelijke golfer op het Europese circuit wint 150.000 euro per jaar, de laatste
“Ik heb nooit echt goed mijn brood verdiend met golfen”
vrouw 2.500 euro per jaar. En deelnemen aan een toernooi kost je tussen 1.500 en 2.000 euro. Dat zegt genoeg. Het is vergelijkbaar met de tenniswereld vijftien jaar geleden. Dat gaat evolueren, want de crisis is goed voor het vrouwengolf. Een klein mannentoernooi kost twaalf miljoen aan investeringen, een groot vrouwentoernooi zes miljoen. De sponsors die afhaken bij de mannen, komen bij de vrouwen terecht. Goed voor ons (lacht).” Een paar jaar geleden besliste Tadiotto naar Londen te trekken voor de driejarige opleiding als golfleraar. Het werd een zware periode, want ze bleef ondertussen ook actief als golfster. “Dit is mijn zekerheid voor de toekomst. Ik ben blij dat ik het achter de hand heb. Ik heb een tijdje lesgegeven aan de Ravenstein in
Tervuren, maar nu werk ik op de golfclub van Anderlecht. Ik ben er head pro, verantwoordelijk voor de golfschool.” “In november heb ik deelgenomen aan de kwalificaties voor het Europese circuit en heb ik me geplaatst als 36ste op 230 deelnemers. Daarmee ben ik geplaatst voor een tiental toernooien. Die speel ik normaal gezien, al hangt dat vooral af van het beschikbare geld. Ik kan niet zomaar geld blijven uitgeven. Ik ben bijna veertig.”
Beste niveau Begin jaren 2000 werden kankercellen in de hand van Tadiotto gevonden. Gelukkig zijn die ondertussen verdwenen, maar het zette de golfster wel aan het denken. “Je moet van elk moment genieten, en dat heb ik ook tijdens mijn carrière gedaan. Ik ben niet begonnen voor het geld. Ik hou van het spel, van de adrenaline.” “Het is een sport waarbij je veel moet nadenken. Je speelt vierenhalf uur lang, maar je doet de slagbewegingen maar tweeënhalve minuut. Mentaal is het zwaar. Je moet rustig blijven terwijl je hart steeds harder klopt. Maar ik hou ervan. Als ik speel, ben ik net een kind.” Het imago van golfen wordt positiever. Dat de sport democratischer wordt, speelt daarin een belangrijke rol. Tadiotto surft mee op die positieve golf en wil haar stick zeker nog niet opbergen. “Op een dag zal ik alleen nog lesgeven, maar pas als ik geen vooruitgang meer maak. Ik ben op dit moment op mijn best. Je hebt vrouwen die topcompetities gewonnen hebben op hun 46ste. Ik ben heel mijn leven bang geweest om te winnen, ik was mentaal niet top. Nu wel. Golfen, het is een constante strijd met jezelf.”
De U16 (‘under sixteen’) van de Duitse nationale ploeg kijkt bewonderend naar de profs van Royal Sporting Club Anderlecht. De Duitse jongetjes eten naast onze eetruimte in de La Manga Club, een resort dat op maat gemaakt is voor teams die zich in de beste omstandigheden willen voorbereiden op het behalen van nieuwe titels en bekers. De Duitse toekomst breekt met alle clichés. Veel kleine jongetjes, en ze hebben niet allemaal blauwe ogen en blond haar. De Duitse nationale ploeg is een afspiegeling van de werkelijkheid. Özil, de Duitse smaakmaker van de huidige Mannschaft en van Real Madrid, zal vele opvolgers kennen. Elk jaar trekt de Brusselse voetbalelite naar La Manga – ‘de mouw’ – in het uiterste zuiden van de Costa Blanca. Ik ben de profvoetballers en de technische staf een dag later achternagereisd. Op het vliegtuig maak ik kennis met enkele busladingen dynamische senioren die opgewonden (de meest gestelde vraag: “Madame, waar is het bestek?”) de barre Belgische winter ontvluchten voor het warmere zuiden. Ook de Belgische Quick-Step-wielerploeg is op pad, naar Calpe, waar ze tot 20 januari al hun renners verzamelen om de start van het wielerseizoen voor te bereiden. Wilfried Peeters, voormalige wielerglorie en sportdirecteur, vertelt me dat het de enige keer is dat hij al zijn renners op hetzelfde moment ziet. Sommigen zal hij meer dan een jaar niet zien. Wielrennen is een individuele sport. De sfeer zit er goed in La Manga. Boussoufa dolt en zanikt. Een goed teken, weten de ingewijden. Tijdens de ochtendtraining komt monument Michel Preud’homme ons nog even groeten, samen met enkele spelers van FC Twente die net een week La Manga achter de rug hebben. Hij vraagt of ik de vrien-
denwedstrijd die RSCA binnen enkele dagen tegen concurrent PSV Eindhoven speelt, laat opnemen. “Zoveel middelen hebben we niet,” zeg ik lachend. De nieuwe Senegalese stopper, de tweeëntwintigjarige Seck, mag ’s avonds, net voor het avondmaal, zijn doop ondergaan. Een liedje zingen voor de hele groep. Zelfverzekerd staat hij op en zingt hij een WK-liedje van Frankrijk. Ook een goed teken. Zijn landgenoten Kouyaté en Diandy, al wat langer bij paars-wit, vallen hem als eersten bij en voor we het weten, is de hele kern in het Afrikaans aan het zingen. Seck is goed begonnen. Morgen mag hij de pers toespreken. Zijn tweede vuurdoop. Na het avondmaal neemt de coach het woord. Hij ontvouwt de plannen voor het laatste en cruciale deel van het seizoen. Ariël Jacobs doet dat in drie talen. Teammanager José Garcia vertaalt discreet voor de Spaanssprekenden. De coach is een geboren redenaar. Hij zegt de zaken op de juiste manier en het juiste ogenblik. “Honger moet ons drijven, niets anders,” zegt hij. De zaal is muisstil. De profvoetballers, die even voordien nog aan het dansen waren, kijken ernstig voor zich uit. Topsporters beheersen de eentonigheid. Dat is hun grootste kracht. Jaar na jaar slapen, trainen, slapen, trainen, slapen, trainen, en dat tien maanden lang: het is niet bepaald spannend. Om halfnegen ontbijten we. Wanneer we met slaperige ogen de eetzaal betreden, zitten de kleine Duitsertjes al in een krachttraining. Onze beurt om bewonderend toe te kijken. www.brusselnieuws.be/steegen David Steegen is persverantwoordelijke van voetbalclub RSC Anderlecht
Tim Schoonjans ADVERTENTIE
SCHIJNGEVECHT IN KOEKELBERG KOEKELBERG – De Brussels Traditional Taolu Cup brengt kungfu van de bovenste plank. Taolu is een ingestudeerd schijngevecht en een essentieel onderdeel van wushu (Chinees voor ‘krijgskunst’). Mooi, ritmisch en dynamisch bewegen; een kijkfestijn voor wie atletische prestaties weet te waarderen. Op zaterdag 29 januari neemt een internationaal deelnemersveld van zestienplussers het tegen elkaar op in Sportcentrum Victoria, Au-
triquestraat 4. Na de inschrijvingen volgen om halfelf de openingsceremonie en de Dans van de Leeuw. Blote handen, korte en lange wapens, duilian en thai chi komen aan bod. Kaartjes kosten 8 euro voor toeschouwers ouder dan tien jaar. Naast de competitie krijgt u ook demonstraties van Shaolin-monnik Shi Yan Li, grote meester Kon Min Ho en andere toppers. Meer bij stehert@hotmail.com of TS hunggarkuen80@gmail.com.
IN JANUARI EN FEBRUARI BIJ BRONKS januari 2011 LOO(:)OZER 15+ BRONKS / Union Suspecte WATOU 4+ Laika en BonteHond
26 – 14.30
STORM 8+ De Toneelmakerij
30 – 15.00
februari 2011 DE MAN MET DE BAKKEBAARDEN 8+
Toneelschap Beumer & Drost
TREK BRUSSEL ROND BRUSSEL – O2 Escapades neemt u vanaf mei mee op trektocht door Brussel. Maar eerst volgt nog een tweede ‘testtrek’. Een zestigtal kilometer in drie dagen afleggen, goed eten op restaurant en in een mooi hotel slapen. Dat is kort samengevat wat O2 Escapades van mei tot juni, op vraag van groepen, wil organiseren. De trekking leidt langs groen, trekpleisters en speciale plekjes. Na een eerste testtrek volgen in het weekend van 22 en 23 januari de laatste twee testdagen. De voorbije trekdag ging van Jezus-Eik tot de parken in de Wolu-
RAFIKI 5+
Film
wes. Op 22 januari start de trektocht aan Herrmann-Debroux en loopt hij over Ukkel dwars door Brussel. Zondag gaat de tocht via het Atomium tot Jette en de basiliek van Koekelberg. De testtrekken worden geleid door Benjamin Coumont; een tiental vrienden volgt. Na feedback wil hij in mei over tot het echte werk. Het hele pakket, met ook de restaurant- en hotelkosten, zou uiteindelijk zo’n 250 euro gaan kosten. Geïnteresseerd in de testtrek of een latere O2 Escapade? Bel dan Coumont op 0479-98.47.18. TS
20 (première) /21/22 – 20.00
BELGISCHE IMPROVISATIE LIGA 8+ KLOPTEROP 5+ BRONKS & Braakland/ZheBilding
6 – 15.00 13 – 15.00 20 – 15.00 26 – 20.00 (première) & 27 – 15.00
NIEUW:
Avondvoorstellingen voor jongeren om 20.00. > theaterworkshops voor kinderen. BRONKS jeugdtheater vzw - Varkensmarkt 15-17 - 1000 Brussel Tel 02 219 99 21 - info@bronks.be - www.bronks.be
BDW 1262 PAGINA 24 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
9 N A
ZIE
REPORTAGE
R EE N V
Spreek ik met Antarctica? DOOR PATRICK JORDENS
Hier is het no g putteke winte r, r zelfs al is het beginnen dooien. Op de Zuidpool, ond er aan de aardbo l, is het op dit moment volop zomer! Een zomer van ge middeld... vijf graden onder het vriespunt! Dat k wamen w e te weten bij de Interna tional Polar Foundation, w aar de Zazieredactie onlan gs op bezoek ging. En waar we via Sk ype rechtstreeks contact krege n met Antarctic a!
Het olifantcontinent
“Zien jullie op welke dierenkop Antarctica gelijkt?” vroeg Isabelle aan de Zazieredactie tijdens ons bezoek aan de International Polar Foundation. Wannes zag het meteen: “Een olifant!” U T H E R N O C E A N En inderdaad, met een beetje verbeelding lijkt de Zuidpool een slurf en een heel groot oor te hebben. “Antarctica ziet er dan misschien uit als een olifant, maar het woord zelf betekent ‘tegenover de beer’,” vertelde Isabelle nog. “Het bestaat uit de woorden anti en arctica. Arctica is de officiële naam voor de Noordpool, een naam die komt van het Griekse woord arktos, ‘beer’ in het Nederlands. Het kreeg die naam omdat de Noordpool dicht bij de sterrenbeelden van de Grote en Kleine Beer ligt. In Antarctica zit ook anti, nog een Grieks woordje dat zoveel betekent als anti ‘tegen’ of ‘tegenover’. Kortom: ‘tegenover de beer’!” Wist Min: Welke temperatuur is het daar nu, Johan? je trouwens dat het werelddeel Antarctica groter is dan heel S O U T H E R N O C E A N Johan (J): Op dit ogenblik is het hier heel goed weer, Europa? En wat strenge winters betreft staat het met stip op misschien zelfs beter dan in België. De temperatuur nummer één: ooit werd er een temperatuur van -89 °C opgemeten. Carte de répartition des stations polaires en Antarctiques (2009) Kaart van de onderzoeksstations op Antarctica (2009) schommelt tussen -5 en -10 graden, maar dat is echt wel warm BERRRRRRRRRREKOUD!! voor de Zuidpool. De zon schijnt heel de tijd, er is geen briesje PRIMAVERA
ARGENTINA
MELCHIOR
MATIENZO
WEDDELL SEA
HAAKON VII SEA
DAKSHIN GANGOTRI
NEUMAYER
MAITRI
SANAE IV
TROLL
ABOA WASA
NOVOLAZAREVSKAYA
TOR
ASUKA
KOHNEN
SYOWA
PRINCESS ELISABETH
MIZUHO
HALLEY
BROWN
PALMER
VERNADSKY
ROTHERA
MAWSON
BELGRANO II
DOME FUJI
SAN MARTÍN
CARVAJAL
SOBRAL
AMERY ICE SHELF
DRUZHNAYA 4
RONNE ICE SHELF
BELLINGSHAUSEN SEA
ZHONGSHAN DAVIS
ARTURO PARODI
AMUNDSEN-SCOTT
MIRNY
DAVIS SEA
VOSTOK
AMUNDSEN SEA
CONCORDIA
ROSS ICE SHELF
CASEY
MAWSON SEA
MCMURDO
SCOTT BASE
ROSS SEA
MARIO ZUCCHELLI GONDWANA
DUMONT D'URVILLE
DUMONT D'URVILLE SEA
STATION OCCUPÉE TOUTE L'ANNÉE
PERMANENT STATION
© INTERNATIONAL POLAR FOUNDATION
TA S M A N I A
[ SORRY ] SNORRY ?
H
et is de allerkoudste plek ter wereld: in de winter wordt het er makkelijk tot vijftig graden onder nul! En toch trekt elk jaar, als in november de zomer aanbreekt, een groepje dappere Belgische wetenschappers naar de Zuidpool. De poolavonturier Alain Hubert bouwde er ruim twee jaar geleden het station Prinses Elisabeth Antarctica. Een heel bijzonder station is dat, omdat het als enige geen CO2 uitstoot S O en alleen gebruikmaakt van zonne- en windenergie. Die milieuvriendelijke Prinses Elisabeth-basis heeft een dubbel doel: onderzoek doen naar een onbewoond gebied waar we nog niet echt veel van weten, én peilen naar de gevolgen van de klimaatverandering. De ingenieur Johan Berte (fotootje hierboven) heeft het station mee bedacht en gebouwd, en nu brengt hij er enkele maanden door voor onderzoek. En de jonge reporters van onze Zazie-redactie wisten hem via Skype te strikken voor een live-interview!
DE
3
za
VO O R I E
TOT 1
R• JAA BD
W
Zazie skypet... met de Zuidpool
© SASK IA VANDERST ICHELE
De Zazieredactie rond de maquette van het Prinses Elisabeth Antarcticastation, dat volledig op wind- en zonne-energie werkt.
BDW 1262 PAGINA 25 - DONDERDAG 13 JANUARI 2011
raak je hier niet zomaar meteen weg. Je moet dus wel eerst toestemming van de regering krijgen.
Eva & Patrick: Hebben jullie al een sneeuwman gemaakt? En hoe groot was die dan? J: Wel, een sneeuwman maken lukt hier helaas niet: de sneeuw plakt hier niet zo goed als in België, daarvoor is hij te korrelig. Van een flink sneeuwballengevecht is hier dus ook geen sprake. Wat we in het begin wel hebben gedaan, is grote stukken besneeuwd ijs verzagen om er iglo’s van te maken. Die hadden we nodig om in te overnachten terwijl we het station aan het bouwen waren. Zo hebben we ooit ook een iglotoilet gemaakt, dat zelfs redelijk goed werkte, mag ik wel zeggen.
Jef Raven: Hoe verplaatsen jullie je op Antarctica? J: Voor lange afstanden gebruiken we kleine vliegtuigen die op sneeuw en ijs kunnen landen. Maar rond de basis zelf gebruiken we vaak rupsvoertuigen, een soort sneeuwtractors. Daarmee rijden we ook naar de kust, die op zo’n tweehonderd kilometer van de basis ligt. Daar moeten we soms materiaal gaan ophalen. Verder gebruiken we ook sneeuwscooters, en op zondag gaan nogal wat mensen hier kiteskiën: dat zijn ski’s verbonden aan een vlieger waardoor je als vanzelf door de wind wordt meegevoerd. Een leuke hobby...
Patrick: Oei, wel koud aan de billen?! J: Ja, altijd (lacht).
Patrick: Hoe lang duurt een dag daar nu ongeveer? J: Omdat het nu de polaire zomer is, gaat de zon hier nooit echt onder. We hebben 24 op 24 uur daglicht! Toevallig verdwijnt de zon wel even achter de rotsen, net op het moment dat het in België nacht is. Maar eigenlijk is dat dus gewoon een lange schaduw. Jullie kunnen je wel voorstellen dat het voor ons niet altijd simpel is om hier op tijd in bed te geraken... (lacht)
Wannes: Waarom is het station op palen gebouwd? J: Opdat de wind er onderdoor zou kunnen blazen, zodat de sneeuw meegevoerd wordt. Als het station niet op palen zou staan, dan zou het helemaal ondergesneeuwd raken tijdens de winter en dan zou het dagen duren om het weer te bevrijden als wij hier aankomen. Rogier & Pablo: Hebben jullie al interessante dingen ontdekt? J: Ja, we vinden hier bijvoorbeeld regelmatig kleine levensvormen die onbekend zijn, zoals speciale bacteriën. We ontdekken en verzamelen ook bijzondere meteorieten. Het staat hier trouwens vol met lasers, radars en meettoestellen om meer te weten te komen over de opwarming van de aarde, en de gevolgen daarvan voor de poolgebieden. Anais: Mogen er ook kinderen naar het station komen? J: Van mij wel, maar het is nog nooit gebeurd. Want als er hier iets ergs zou voorvallen, dan
BLIK
VANGER
wind en er staat amper een wolkje aan de lucht. Heerlijk!
Wie was Lucas Cranach? Met deze caddy vol tekenen knutselmateriaal duik je de wereld van Lucas Cranach in...
R
idders, jachttaferelen, wapenschilden en jonkvrouwen... wie dol is op de middeleeuwen, moet zeker naar de tentoonstelling De wereld van Lucas Cranach in Bozar. En neem gerust je ouders mee, want op zondag 16 januari zijn er workshops en ontdekkingstochten voor alle leeftijden. Aan de hand van zoekLina: Jullie zijn op de Zuidpool sinds en tekenopdrachten leer je beter kijken naar november en nog tot februari. Vonden jullie die oude schilderijen van meneer Cranach, het niet erg om de feestdagen met de familie om te ontdekken dat te moeten missen? ze vaak een heel verhaal vertellen. J: Ja, maar we hebben gelukkig wel Skype Een mysterieuze wereld die opengaat... om met hen te praten, en via de Wie liever zelf aan de slag gaat, kan in satellietverbinding kunnen ateliers leren schilderen in de stijl van Wil je m we hen ook zien. Zoals ik Lucas Cranach, of mag meehelpen eer w over wa t Johan eten jou nu zie. En natuurlijk aan de bouw van een gigantische en co z uitspok o a e l n in het Prin bouwen we hier onder Elisabe gotische toren in meccano! th A se s elkaar ook weleens een Sur f m ntarctica-stat et je kit ion? e w w w.a gezellig feestje, hé. De Family Day in Bozar is op 16 ntarctic ski’s naar station Op w w w januari, van 13 tot 18 uur. Alle .org . org kom polar foundatio . informatie staat op www.bozar.be. n. je te w Interna tional P eten wat de Inschrijven is aangeraden. o
Idulfania door Brecht Evens
is en w
lar Fou at ze do ndation et.