BDW - editie 1281

Page 1

Topfotograaf jeff wall palmt BOZAR in En ook: Axelle Red, Cat Stevens en Brussels Jazz Marathon.

26 05 11

AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153

De Wetstraat, donderdagochtend in volle spits. Een nijlgans met drie kuikens marcheert parmantig tegen de autostroom in. Deze exoot uit Afrika past zich blijkbaar steeds beter aan de stad aan. Rond stadsparken zie je hem soms hoog boven op appartementsgebouwen. Maar zo door het verkeer laveren? Dat hadden we nog niet gezien. Van een zachte weggebruiker gesproken... SVG

Ganzenpas! © SANDER DE WILDE / IMAGEDESK.BE

Informatica > Brussel doet het beter, maar blijft onder Belgisch gemiddelde

Digitale kloof verkleint D

at zegt het kabinet van Brussels minister Brigitte Grouwels (CD&V), bevoegd voor Informaticabeleid. De cijfers komen van het Centrum voor Informatica van het Brussels Gewest (CIBG) en de federale overheidsdienst (FOD) Economie. In 2010 had 75 procent van de individuele Brusselaars een computer. Zeventig procent van de Brusselaars had ook een internetaansluiting. In 2006 was dat nog respectievelijk 57 procent en 51 procent. 21 procent van de Brusselaars had in 2010 nog nooit internet gebruikt, tegen bijna dertig in 2008. “De groep die we het slechtst bereiken, zijn kansarmen,” zegt Tony De Coux van het CIBG. “Andere kwetsbare groepen zijn werklozen en allochtone vrouwen.”

De Coux geeft aan dat er sinds het midden van de jaren 2000 een inhaalbeweging is gemaakt. “Op het gebied van e-government, een op het internet aanwezige overheid, is er bijvoorbeeld Irisbox, een gemeenschappelijk internetplatform dat administratieve documenten van 18 van de 19 Brusselse gemeenten bundelt (Sint-Pieters-Woluwe niet, CD) en dat de burger de mogelijkheid biedt om via internet die documenten op te vragen. Dat elektronische loket kan natuurlijk nog worden uitgebreid.” “Wel is het zo dat we nog maar net iets verder dan de kinderschoenen staan in e-government en het dichten van de digitale kloof. Om de meest kwetsbare groepen te helpen zijn er bijvoorbeeld al twaalf

openbare computerruimtes in het gewest. Het materiaal daarvoor leveren wij; de ruimte wordt geleverd door de Brusselse gemeenten. Gemiddeld kunnen we op die manier een tiental mensen per computer-

“We zijn nog maar net de kinderschoenen ontgroeid” klas onderwijzen. Dat zijn dan de basics van een computer en hoe je internet gebruikt.”

voor computergebruik (76 procent van de Belgen kan een computer gebruiken) en 75 procent voor internetgebruik. In het witboek van het CIBG uit 2009 blijkt dat een belangrijke reden om geen internet in huis te halen in Brussel, de hoge materiaalkosten zijn (bij zestien procent van de gezinnen), meer dan dat procentueel gezien het geval is in België, Europa of de andere Belgische deelstaten. Dat verklaart mede het succes bij kansarmen van de openbare computerklassen. Opmerkelijk vindt De Coux dat senio­ren – anders dan misschien doorgaans aangenomen wordt – ADVERTENTIE

Duur materiaal Toch situeert het Brusselse gewest zich in internet- en computergebruik nog altijd net onder het Belgische gemiddelde. Volgens de Europese statistische dienst bedroeg dat gemiddelde in 2009 76 procent

niet per definitie digitaal analfabeet zijn. “Er is de wil om mee te gaan. Noem de sociale computerklassen een duwtje in de rug voor groepen die het moeilijk hebben.” “Ons grootste probleem om echt een digitaal sterk gewest te worden, is toch wel communicatie: te weinig mensen zijn op de hoogte van het bestaan van bijvoorbeeld Irisbox,” zegt De Coux nog. Er zijn 34 werkpunten opgesteld die tegen 2014 de digitale kloof in het Brusselse gewest verder moeten helpen te dichten. Cruciaal daarbij is opleiding. Christophe Degreef ADVERTENTIE

DB26/759412E1

op pagina 40

Das Auto.

KNALPRIJZEN BIJ Zie pagina 40

DB26/758189E1

BRUSSEL – De digitale kloof wordt kleiner. 75 procent van de Brusselaars heeft nu een computer thuis, zeventig procent heeft internet. In vijf jaar tijd is er een stevige inhaalbeweging gemaakt.

N° 1281 VAN 26 MEI TOT 2 JUNI 2011 ¦ WEEK 21: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VZW BRUSSEL DEZE WEEK, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-226.45.40, ABONNEMENTEN: 02-226.45.45, FAX: 02-226.45.69, E-MAIL: INFO@BDW.BE


BDW 1281 PAGINA 2 - DONDERDAG 26 MEI 2011

OPMERKELIJK © XIANGXI

Uitgelicht > Actiris heeft na bijna twee jaar nieuwe directeur

DONDERDAG VEGGIEDAG, NU OOK IN BRUSSEL BRUSSEL – Eet minstens één keer per week vegetarisch: met die boodschap heeft de Gentse vereniging Ethisch Vegetarisch Alternatief (EVA) in de hele wereld bijval gekregen. Nu wil EVA Brussel verleiden. Een keer per week vegetarisch is goed voor de gezondheid en voor de planeet. En het is lekker op de koop toe. Met die boodschap trok EVA in de lente van 2009 samen met de stad Gent de campagne Donderdag veggiedag op gang. Het werd het een eclatant succes. Gent werd Veggiestad en het initiatief kreeg navolging van ZuidAfrika tot Brazilië. EVA wil nu Brussel veroveren. Duizenden schoolkinderen, studenten, pendelaars en zakenlui die hier ’s middags een warme maaltijd nuttigen, dat is een belangrijke markt, maar meteen ook een moeilijke. De hele communicatie moet in twee talen, en daarnaast is er veel versnippering. Een stadsbestuur zoals het Gentse, dat meteen voor alle schoolrestaurants en gemeentelijke kantines beslist, dat is in Brussel, met zijn negentien lokale besturen, niet mogelijk. Om het vegetarisme in Brussel te promoten kreeg EVA de steun van minister van Leefmilieu Evelyne Huytebroeck (Ecolo) en VGC-collegelid Bruno De Lille (Groen!). Deze week wordt de Brusselse campagne gelanceerd. Daarbij hoort onder meer een handig stadsplannetje met vegetarische en ‘veggie-vriendelijke’ restaurants en biowinkels. EVA ging ook de boer op en kon al een aantal bedrijfsrestaurants (Mobistar, BNP Paribas) en enkele populaire zakenrestaurants (Le Chalet Robinson, Le Mess) overtuigen om mee in zee te gaan met Jeudi veggie, zoals de vleesloze dag in het Frans heet. De bedrijven en restaurants verbinden zich ertoe om op donderdag een honderd procent vegetarische maaltijd aan te bieden. EVA kiest, anders dan vroeger, de weg het pragmatisme. “We willen de mensen verleiden,” zegt Annemarie IJkema van EVA Brussel. “Dat doe je stapje voor stapje. We merken dat steeds meer mensen bereid zijn om de vleesconsumptie te verminderen. Die tendens willen we mee versterken. Al is het er ons uiteindelijk om te doen dat er meer échte vegetariërs bijkomen.” SVG www.donderdagveggiedag.be

‘Neen, dit is geen politieke benoeming’ BRUSSEL – Bijna twee jaar heeft het geduurd voor er een opvolger werd gevonden voor de PS’er Eddy Courthéoux als directeur van Actiris. Het is opnieuw een PS’er geworden: Grégor Chapelle, 37, schepen in Vorst. Minister van Werk Benoît Cerexhe (CDH) en staatssecretaris voor Openbaar Ambt Bruno De Lille (Groen!) ontkennen dat het een politieke benoeming is.

E

ddy Courthéoux zou oorspronkelijk in maart 2009 met pensioen gaan, een moment waarnaar heel wat critici van de arbeidsbemiddelingsdienst Actiris uitkeken en dat dus ook voor de Brusselse regering geen verrassing kon zijn. Een opvolger was er niet, en omdat de gewestverkiezingen eraan kwamen, liet minister Cerexhe de oude PS-krokodil nog zes maanden  langer op post. Vanaf september 2009 zou de zoektocht naar een nieuwe Franstalige directeur-­ generaal dan van start gaan, een zeer belangrijke post in tijden  van torenhoge werkloosheid.

De procedure sleepte aan, volgens de Franstalige pers omdat CDH en PS het maar niet eens konden worden over de vraag welke partij de nieuwe Actiris-topman mocht leveren. Uiteindelijk zou er een deal gesloten zijn: Actiris voor de PS, en de top van de gewestelijke adminis­ tratie voor CDH. De gedoodverfde PS-kandidaat was Laurent Delvaux, de kabinetschef van Brussels schepen Karine Lalieux. Hij was in januari de enige kandidaat in de selectieprocedure. Die verliep voor het eerst volgens het nieuwe ‘mandaatsysteem’. Delvaux moest een beleidsplan opstellen en verdedigen voor een jury van profs

en hoge ambtenaren, en hij moest een assessment afleggen. Tot veler ontzetting slaagde hij niet voor de jury. Een tweede ronde was dus nodig. Die stond niet langer alleen open voor ambtenaren, ook mensen uit de privésector mochten solliciteren. Deze keer waren er vijf kandidaten, voor het merendeel van socialistische signatuur. Grégor Chapelle, PS-schepen van Werk in Vorst, haalde het. Hij werd vorige donderdag benoemd door de Brusselse regering. Voor Vincent De Wolf, de voorman van oppositiepartij MR, die de afgelopen maanden harde kritiek leverde op het verloop van de zoektocht naar een nieuwe Actiristopman, is het ‘de triomf van de partijpolitieke inmenging in het Brusselse bestuur’. Minister Cerexhe ontkent nochtans ten stelligste dat het om een politieke benoeming gaat. Het feit dat de gedoodverfde kandidaat het in de eerste ronde niet gehaald heeft, is

voor hem het beste bewijs. “We hebben de kandidaat benoemd die door de selectiecommissie het geschiktst

“De schijn is nog altijd dat men zomaar iemand dropt, bekwaam of niet”

bevonden werd.” Ook staatssecretaris De Lille, verantwoordelijk voor de selectieprocedure, wil niet horen van een politieke benoeming. “De schijn is nog altijd dat men zomaar iemand dropt, bekwaam of niet. Maar voor het eerst werd de nieuwe procedure toegepast: de kandidaten moeten voor een commissie van

DE WEEK IN BEELD DOOR BART DEWAELE

Het mooie weer lokte afgelopen zaterdag opvallend veel skaters naar het Ursulinenplein.

© BART DEWAELE


WEEKOVERZICHT

BDW 1281 PAGINA 3 - DONDERDAG 26 MEI 2011

© KABINET BENOÎT

WOENSDAG 18 MEI BUSSEN EN TRAMS GESCHRAPT. De openbaarvervoersmaatschappij MIVB schrapt per maand gemiddeld vierhonderd bussen of trams; dat zijn er net geen dertien per dag. Oorzaken zijn slecht geparkeerde wagens, technische problemen, onvoorziene werkzaamheden en ongevallen. De MIVB bevestigt, maar relativeert tegelijkertijd: het gaat maar om 0,2 procent van het totale aantal ritten, en bij schrapping is het vaak niet lang wachten op een volgende bus of tram.

DONDERDAG 19 MEI ACTIRIS HEEFT BAAS. De Brusselse regering stelt Grégor Chapelle aan als nieuwe algemeen directeur van Actiris, de Brusselse dienst voor arbeidsbemiddeling. Chapelle krijgt een mandaat voor vijf jaar, en begint op 1 juni. Tot 31 mei blijft hij PSschepen van Werk in Vorst. Volgens de liberalen van MR gaat het om een politieke benoeming. ‘FIETSBARE’ STAD. Brigitte Grouwels (CD&V) en Bruno De Lille (Groen!) stellen het Brusselse fietsplan 2010-’15 voor. Ze beloven onder andere dat de negentien gewestelijke fietsroutes er komen, dat de zwarte punten worden weggewerkt en dat er preventie- en bewustmakingscampagnes voor veiliger fietsen komen.

Benoît Cerexhe (CDH, l.) en Bruno De Lille (Groen!, r.) stellen de nieuwe Actiris-topman Grégor Chapelle (PS) voor: “Geen politieke benoeming.”

experts hun beleidsvisie verdedigen en ze moeten bij Randstad een assessment ondergaan waarin gepeild wordt naar hun managementvaardigheden. Nieuw is ook dat de aanstelling voor vijf jaar is en dat er na twee jaar een evaluatie door een groep experts is. Het mandaat kan na vijf jaar verlengd worden, maar alleen na een positieve beoordeling.” Op papier lijkt Grégor Chapelle heel wat in zijn mars te hebben: afgestu-

“ “

deerd in de rechten, politieke wetenschappen in Harvard, vennoot bij McKinsey, auteur van enkele boeken over het socialisme. Sinds vijf jaar is hij schepen van Werk in Vorst. Die functie legt hij binnenkort neer. Als groot tegenstander van de cumul van functies vindt hij het niet meer dan normaal dat hij zich ten volle aan Actiris wijdt. Daar zal hij op 1 juni beginnen,  samen met Yves Bastaerts, de nieuwe Nederlandstalige adjunct-direc­

teur-generaal. Bastaerts, die de afgelopen jaren op het kabinet van Cerexhe werkte, slaagde in januari al voor zijn proeven, maar kon pas beginnen als er ook een directeurgeneraal gevonden was. Samen zullen ze zich meteen mogen verdiepen in het nieuwe beheerscontract tussen Actiris en de Brusselse regering. De onderhandelingen hierover beginnen in september.

Bettina Hubo

Vandaag hebben de Vlamingen de macht in België. We hebben autonomie, we staan economisch sterk. Vanuit die positie moeten we respect betonen voor de minderheid.” Omdat Vlamingen in het verleden hebben moeten vechten voor hun identiteit, is het niet meer dan logisch dat ze vandaag respect tonen voor de andere, vindt SP.A-senator Bert Anciaux (in Le Soir).

Een Vlaming die in Brussel naar de cinema gaat, moet zijn ticket in het Nederlands kunnen vragen, en de man achter de kassa moet hem verdomme in het Nederlands antwoorden!” Cineast Luc Dardenne (Le gamin au vélo) vindt het een kwestie van hoffelijkheid dat Franstaligen op z’n minst een mondje Nederlands spreken (in Humo).

HET WOORD

Diabeteskliniek

In 2020 zal het aantal diabetespatiënten in Brussel nog eens meer dan dertig procent hoger liggen dan nu. Het UZ Brussel heeft daarom een speciale diabeteskliniek uitgebouwd om de patiënten op te vangen. In die kliniek kunnen ze op consultatie bij onder meer voet- en nierspecialisten, neurologen, psychologen en zelfs sportmensen. Mensen met suikerziekte hoeven voortaan niet meer van hot naar her te lopen voor een bepaalde dokter.

Bij complicaties kunnen patiënten meteen multidisciplinair behandeld worden. Ze krijgen ook praktische tips om met hun ziekte om te springen. Zo kunnen ze in Jette ook kookles volgen. Diabetes kan nog niet genezen worden, maar het UZ Brussel bekleedt een vooraanstaande plaats in de klinische en wetenschappelijke studies, zoals met de transNK plantatie van eilandjescellen.

TWEE HUWELIJKEN OP DRIE STRANDEN. Twee op de drie huwelijken die vandaag in het Brusselse gewest gesloten worden, lopen uit op een scheiding. Het cijfer ligt hoger dan in Vlaanderen (1 op de 2), omdat ook de scheidingen van huwelijken die niet in Brussel plaatsvonden, in de statistieken zijn opgenomen. Er zijn meer scheidingen dan vroeger omdat de procedure makkelijker is geworden, en ook omdat meer vrouwen buitenshuis werken en daardoor financieel onafhankelijk zijn van hun man.

VRIJDAG 20 MEI AMBTENAREN MOGEN HOOFDDOEK. In de plenaire zitting   van het Brussels parlement stemt men tegen het verbod op   religieuze symbolen voor lokale en regionale ambtenaren. Het voorstel kwam van MR en werd verworpen door de meerderheidspartijen en SP.A.

ZATERDAG 21 MEI METROROLTRAPPEN GESABOTEERD. Vervoersmaatschappij MIVB verklaart dat haar technische dienst ongeveer 220 keer   per dag moet uitrukken om roltrappen in de metro te herstellen.   In een dertigtal gevallen gaat het om een technisch defect; de   ove­rige pannes zijn te wijten aan vandalisme en aan rondslingerend vuil. BJO BEKROOND. Op de South African Music Awards gaat de prijs voor beste ‘Traditional Jazz Album’ naar Mama Africa, de nieuwste plaat van het Brussels Jazz Orchestra. Op Mama Africa brengt de band eigen versies van nummers van de Zuid-Afrikaanse zangeres Miriam Makeba.

ZONDAG 22 MEI GEEN AUTO’S OP TERVURENLAAN. De Tervurenlaan viert haar 114de verjaardag. Auto’s zijn niet toegelaten, en er zijn evenementen en gratis concerten. Ook sproeit de fontein op het Montgomeryplein voor het eerst in twee jaar opnieuw.

MAANDAG 23 MEI AANHOUDING IN MOORDZAAK VAUDEVILLE. Het gerecht houdt een man aan op verdenking van betrokkenheid bij de moord in het Vaudevilletheater in de Sint-Hubertusgalerijen. Zijn precieze aandeel in de moord wordt nog onderzocht, maar het staat vast dat hij in het theater aanwezig was toen de feiten gepleegd werden. Het slachtoffer, een 42-jarige vrouw, werd vermoord in de nacht van donderdag op vrijdag.

DINSDAG 24 MEI KAPPERS ZIJN KNELPUNT. Brussel kampt nu ook met een tekort aan kappers en aan familiale helpers, zo blijkt uit de lijst van knelpuntberoepen die de Brusselse arbeidsbemiddelingsdienst Actiris jaarlijks publiceert. Ook ingenieur informatica en personeelsverantwoordelijke zijn nieuwe knelpuntberoepen. Het tekort aan leerkrachten, vrachtwagenchauffeurs en directiesecretaresses, dat al langer bestaat, is nog altijd niet weggewerkt.

Samengesteld door Yves Coudron

MEER NIEUWS DE HELE WEEK ROND OP


BDW 1281 PAGINA 4 - DONDERDAG 26 MEI 2011

Afscheid > Charles Picqué over verleden, heden en toekomst van Brussel

‘Ik heb geen heimwee naar België’ BRUSSEL – Minister-president Charles Picqué (PS) kondigde op het Irisfeest aan dat hij nog voor het einde van de regeerperiode een stap terug zet. Dat is geen vaandelvlucht: “Ik blijf op post tot de communautaire onderhandelingen zijn afgerond.”

het Gewest – om de versnippering tegen te gaan, naar ik begrijp –, maar tegelijk de versnippering in de hand werken door de gemeenschappen mee Brussel te laten besturen.”

V

een verschil of iemand een carrière in de gemeentelijke of in de gewestelijke politiek ambieert. Die keuzes moeten ze de komende maanden voor zichzelf kunnen maken.”

Als u die redenering doortrekt, dan moet Brussel ook onderwijs gaan organiseren… Picqué: “Dat klopt. Maar het is niet het geschikte moment om dat aan te kaarten.”

In uw toespraak op het Irisfeest pleitte u voor een région à part entière. Legt u eens uit? Picqué: “Er is vooreerst de constitutionele autonomie die Brussel zou moeten krijgen. Dat is veeleer

Maar u zou het wel willen? Picqué: “Sommigen zijn van oordeel dat buurtbeleid hand in hand gaat met onderwijs. Ik denk dan aan het lager onderwijs. Dat is verdedigbaar. Maar zo ver zijn we nog niet. In afwachting willen we dat federale

oor de Brusselaars was 1989 een bijzonder jaar. De hoofdstad kreeg toen een eigen statuut, zoveel jaar na Vlaanderen en Wallonië. Het waren boeiende tijden voor parlement en regering. Er moesten nieuwe gewestinstellingen uit de grond worden gestampt, wetten worden geschreven en aangenomen. De eigen bevoegdheden moesten worden ingevuld. Het was Picqué I die dit allemaal in goede banen moest leiden. Meer dan twintig jaar later zit het Brussels Gewest in het oog van de storm. “Ik wist al lang dat er een grote staatshervorming op til was,” zegt Charles Picqué daarover. “Sinds de resoluties van het Vlaams parlement uit 1999 was het overduidelijk dat Vlaanderen met Brussel een andere richting uit wou.” Die staatshervorming is er nog niet. Verzwakt uw vertrek de positie van Brussel in de onderhandelingen niet? Charles Picqué: “Helemaal niet. Ik ben niet van plan om te vertrekken vóór de onderhandelingen zijn afgerond. Daarnaast wil ik nog een aantal grote dossiers afwerken. De richtplannen voor Schaarbeek-Vorming, Delta en Heizel bijvoorbeeld, het demografisch bestemmingsplan, het pact voor economische groei en het plan voor duurzame ontwikkeling.” “De aankondiging van mijn vertrek heeft overdreven veel aandacht gekregen. Ze heeft nochtans maar één bedoeling: mijn opvolging voorbereiden. Het zou niet goed zijn om plots afscheid te nemen als er niemand klaarstaat om de fakkel over te nemen.” “De beslissing over mijn opvolging hangt nauw samen met de gemeenteraadsverkiezingen (in oktober 2012, SVG/DV). Er zijn talentvolle kandidaten genoeg, maar het maakt

“Taalvrede is een conditio sine qua non voor het voortbestaan van het Gewest. Brussel is niet bestuurbaar als we verscheurd zijn door taalruzies”

een symbolische kwestie, ze is van ondergeschikt belang. Belangrijker zijn de eventuele federale bevoegdheidsoverdrachten. Als de federale bevoegdheden in Brussel voortaan beheerd zouden worden door de twee gemeenschappen, dan zou dat betekenen dat Brussel niet langer als een volwaardig gewest kan worden beschouwd. Het medebeheer van Brussel door Vlamingen en Walen is strijdig met de belangen van de Brusselaar. Dat hebben we gezien in het verleden, vóór de oprichting van het Brussels Gewest.” “Maar er is meer. Een stad besturen doe je het best vanuit één globaal  beleid. Als de gemeenschappen meer bevoegdheden krijgen in Brussel, dan zal dat een coherent beleid in de weg staan. Wat ik niet begrijp, is dat Vlamingen aan de ene kant pleiten voor een overheveling van gemeentelijke bevoegdheden naar

materies die naar de deelstaten worden overgeheveld, naar de gewesten gaan en niet naar de gemeenschappen. Wat me hierin verwondert, is dat de Vlaamse Brusselaars blijkbaar niet het volle vertrouwen genieten in Vlaanderen.” “Ik heb tijdens de onderhandelingen één nieuw argument gehoord tegen een versterking van het Brussels Gewest. Volgens sommige Vlaamse onderhandelaars zou dat strijdig kunnen zijn met de Vlaamse economische belangen. Je kunt je inderdaad voorstellen dat bij de uitbouw van de Brusselse Haven de Brusselse belangen botsen met de Vlaamse belangen. Een goede samenwerking en overleg kunnen hier echter veel verhelpen.” Hoe tweetalig is een région à part entière nog? Picqué: “De taalvrede in Brussel

is een conditio sine qua non voor het voortbestaan van het Brussels Gewest. Brussel is niet bestuurbaar als we verscheurd worden door taalruzies. Aan de bescherming van de taalminderheid willen we niet raken. Ze maakt deel uit van de Brusselse specificiteit. Maar dat staat een volwaardig gewest niet in de weg.” Volgens minister Brigitte Grouwels (CD&V) situeren de breuklijnen binnen de Brusselse regering zich niet zozeer op communautair, maar eerder op socio-economisch vlak. Picqué: “Dat stoort me niet. Het bewijst dat de politiek nog werkt. Maar het is ook niet zo verwonderlijk. Op een moment dat de middelen schaars zijn en de uitdagingen groot, is het logisch dat men dezelfde doelstellingen nastreeft, al zijn er verschillen in de manier waarop men die wil bereiken.” “Wat is voor mij prioriteit nummer één? Dat is de sociale samenhang in de stad. We kunnen niet aanvaarden dat de kloof tussen rijk en arm in de stad groeit. Hoe lossen we dat op? Door werk te geven aan jongeren, door de verloedering tegen te gaan in de achtergestelde wijken. Dat is, meer nog dan bijvoorbeeld mobiliteit, van belang voor het Brussels Gewest. Een andere belangrijke uitdaging voor Brussel is het samenleven van de verschillende culturen in Brussel.” Migratie is een kans, maar in Brussel hangt ze toch vooral samen met de stijging van de armoede. Uw partij is niet helemaal duidelijk over hoe het verder moet. In de Kamer stemt de PS in met een verstrenging van de regels voor de gezinshereniging, maar de Brusselse PS wil de zaak opnieuw op de agenda. Picqué: “Wat bij stemming bereikt is in de kamercommissie, is de juiste weg. Ik ben altijd streng geweest op het vlak van migratie, maar ik heb tegelijk altijd gepleit voor vrijgevigheid en solidariteit ten aanzien

van allochtonen in Brussel. Maar een mild migratiebeleid voeren veronderstelt ook dat men de middelen heeft om de allochtonen te begeleiden.” “Daarbij komt dat Brussel in een keurslijf zit, opgesloten binnen de eigen grenzen. Daardoor blijft de migratie geconcentreerd binnen de stad. Ook allochtonen hebben het moeilijk om in de Rand van Brussel te gaan wonen omdat de natuurlijke uitdeining van de stad belemmerd wordt door de institutionele grenzen. We moeten daar niet meewarig over doen. Het is geen geheim dat de burgemeesters uit de Rand de Brusselse allochtonen liever niet zien komen. Het debat over rechten voor de Franstaligen in de Rand gaat voor ons ook daarover.” Hoe schat u de kansen van Elio Di Rupo als formateur in? Picqué: “Na één jaar liggen de standpunten nog ver uit elkaar. De slaagkansen van Di Rupo zouden groter zijn als we vanuit een gezamenlijke nota konden vetrekken. Die is er niet. Het terrein is gedeeltelijk ontmijnd, maar waarschijnlijk niet genoeg.” Stelt u zich een kleine staatshervorming voor: de splitsing van B-H-V in ruil voor geld voor het Brussels Gewest. Gaat u dan akkoord? Picqué: “De kern van het probleem is de financieringswet. Als we hier geen evenwichtige oplossing voor vinden, dan zullen we ver van een doorbraak blijven. Geen enkele Franstalige onderhandelaar zal een wijziging van de financieringswet goedkeuren die een opoffering betekent op de rug van de Waalse of Brusselse inwoners van dit land. Dat zou niet alleen politieke zelfmoord zijn, het zou ook onrechtvaardig zijn.” “Maar we moeten onze verbeeldingskracht gebruiken. De nota van Johan Vande Lanotte (SP.A-onderhandelaar, red.) bevat een interessant denkspoor: de aftopping in de tijd van de gevolgen van de financieringswet. De nota had die verdienste dat ze ruimte liet om tot een ak-


BDW 1281 PAGINA 5 - DONDERDAG 26 MEI 2011

© SASKIA VANDERSTICHELE

DE WEVER, DESTEXHE EN TIJL UILENSPIEGEL BRUSSEL – Het was een vreemd gezicht, daar in Rotonde O van de Senaat: de Vlaams-nationalist Bart De Wever (N-VA) die België-minnaar Alain Destexhe (MR) lof toezwaait voor ‘de geschiedenis van de Vlaamse beweging’. Met zijn boek Le mouvement flamand expliqué aux francophones bevestigt Destexhe zijn imago van dwarsligger. In zijn inleiding schrijft De Wever: “Tegendraadsheid is een eigenschap die ik weet te appreciëren. Maar Alain Destexhe is geen caractériel, geen man die contrair is omwille van de vormvereiste. Hij is een burger die zijn gemeenschap wil dienen, en er daarom niet voor terugdeinst om ons de realiteit te tonen.” De Wever vergelijkt Destexhe met Tijl Uilenspiegel. Dat een MR-parlementslid De Wever vraagt om een inleiding te schrijven, getuigt van lef. Destexhe mag dan een Franstalige liberaal zijn, de partner van de PRL is het ultrafrancofone FDF. Destexhe: “Ik heb het moeilijk met het huidige klimaat waarin de Franstalige politieke klasse eist dat ik Franstalig ben en niets meer. Met mijn internationale verleden (als secretaris-generaal van Artsen zonder Grenzen, DV) kan ik daar niet mee leven.” Destexhe en De Wever liggen sociaal-economisch dicht bij elkaar, en ook over migratie en gezinshereniging zijn ze het eens: die moeten strenger. Maar De Wever blijft natuurlijk een Vlaams-natio­nalist en Destexhe is een Franstalige liberaal, een Brusselaar bovendien. Hun meningen over Brussel en de Vlaamse Rand liggen ver uiteen. Maar laat het nu net de bedoeling zijn om in het verleden verklaringen te zoeken voor de poli-

Namen van opvolgers wil Charles Picqué niet noemen, maar het ziet er op dit ogenblik naar uit dat Yvan Mayeur Freddy Thielemans zal opvolgen als burgemeester van Brussel (op voorwaarde dat de PS de verkiezingen wint). Huidig Brussels schepen van Toerisme Philippe Close zou dan Picqué opvolgen.

koord te komen. Wat niet wil zeggen dat het makkelijk geweest zou zijn.” Een deel van Vlaanderen lijkt niet bereid om nog solidair te zijn met Brussel en Wallonië. Picqué: “Dat verbaast me niet. Decennialang hebben sommige media vooroordelen de wereld in gestuurd dat Walen en Brusselaars door slecht bestuur het geld over de balk gooien.” “En wat hoor ik dan van Voka (Vlaams netwerk van ondernemingen, red.)? Brussel moet ‘meer Vlaams’ zijn. Dat begrijp ik niet. De voornaamste doelstelling zou moeten zijn dat Brussel zijn internationale rol kan spelen, dat we niet dalen in de rangschikking van investeringsaantrekkelijke steden.” “Ik zal over enkele jaren een per-

soonlijke balans van mijn beleid opmaken. Ik zou triestig zijn als ik dan tot de vaststelling zou moeten komen dat ik gefaald heb in het bevorderen van het harmonieuze samenleven van Franstaligen en Vlamingen in Brussel.” Begrijpt u dat de federatie Wallonië-Brussel de Vlaamse Brusselaars angst inboezemt? Picqué: “De federatie WalloniëBrussel ligt me na aan het hart:  het is de bevestiging van het gewestelijk feit. Dat is nu aanvaard  binnen de Franstalige België. De Communauté française is een  achterhaald concept.” “Daarnaast bewijst de federatie  dat wij met de andere gewesten  willen samenwerken. Het is de ba­sis van ons federalisme.”

Volgens Grouwels is het onversneden separatisme. Picqué: “Wat een onzin.” Misschien niet in de wetenschap dat Franstaligen meer en meer nadenken over post-België? Picqué: “En de Vlamingen dan? Denken die niet aan post-België? We moeten vandaag een akkoord sluiten met een partij die als eerste beweegreden heeft België te splitsen!” “Ik ben niet gekant tegen meer autonomie voor gewesten en gemeenschappen. Ik heb geen heimwee naar België. Meer autonomie moet mogelijk zijn, maar niet zonder samenwerking, in het belang van de drie gewesten.” Steven Van Garsse en Danny Vileyn

tieke impasse waarin we vandaag zitten, met vragen als: waarom staan de Vlaams-nationalisten zo sterk? In die opdracht is Destexhe volgens De Wever geslaagd: “Gelukkig overstijgt Le mouvement flamand expliqué aux francophones de clichés en stereotypen tussen Vlamingen en Franstaligen. Het is geen grijsgedraaide plaat over luie Walen en fascistische Vlamingen. Destexhe neemt een neutrale positie in, en schetst een eerlijk beeld van de geschiedenis. Een geschiedenis die niet altijd even fraai is, ook dat moet men durven bekennen.” Destexhe houdt de PS verantwoordelijk voor de welvaartskloof tussen Vlaanderen en Wallonië/ Brussel. Destexhe frist ook ongenadig het geheugen van de PS op. Zo wou in 1939 de Luikse socialist Léon-Eli Troclet de kinderbijslag splitsen. Niet per gewest of gemeenschap, daar was toen nog geen sprake van, maar per provincie. Troclet vond het ongehoord dat het rijkere zuiden moest betalen voor de kinderrijke Vlamingen. Of nog: in het boek Quelle Wallonie? Quel socialisme? uit 1970, waaraan ook Waals minister-president Jean-Maurice Dehousse (PS) en de nummer één van de christelijke arbeidersbeweging (MOC) François Martou meewerkten, lezen we zinnen die zo uit het N-VA-programma geplukt lijken: “Vlamingen en Walen beseffen vandaag dat ze twee verschillende volkeren zijn. Hun sociaal-economische problemen verschillen dermate dat ze diametraal gestelde oplossingen vereiDV sen.” Alain Destexhe, La mouvement flamand expliqué aux franco­ phones, uitg. Renaissance du Livre, 190 p., 14 euro

KINEPOLIS KRIJGT HET KOUD VAN WARM WEER BRUSSEL – Bioscoopexploitant Kinepolis kan de filmliefhebber al sinds begin 2011 niet overtuigen. Tot half mei werd al een bezoekersdaling van veertien procent genoteerd. In de eerste drie maanden van het jaar zakte het aantal kijkers met 10,3 procent, tot 5,3 miljoen. Het cijfer staat tegenover 5,9 miljoen bezoekers in dezelfde periode in 2010. De grootste publieks­ opkomst was er de voorbije maanden voor (in volgorde) Rien à déclarer, Rapunzel, Rundskop, Black swan en The hereafter. De slechte voorjaarsresultaten worden toegeschreven aan de zuiderse temperaturen die al in maart, maar vooral in april van de partij waren. En ook in de eerste helft van mei bleef de zon Kinepolis parten spelen. Daaruit beslui-

ten dat de omzet van de Kinepolis Group achteruitboert, blijkt niet te kloppen: de aandeelhouders blijven vooralsnog tevreden. De omzet- en winstcijfers worden sterk gehouden door de organisatie van evenementen en door het succes van het snoepgoed dat verkocht wordt in de zelfbedieningswinkels Mega Candy. Snoepen compenseert dus de slappe filmticketverkoop. Het aankomende seizoen kan het tij nog keren. Het Cannes-effect gaat spelen, met de nieuwkomer Le gamin au vélo van Luc en JeanPierre Dardenne, die de Grand Prix won. En na de kaskraker Avatar (1,23 miljoen bezoekers in 2010) zuigt Pirates of the Caribbean: On stranger tides nu volk, terwijl na de zomer ook nog Harry Potter volgt. JMB


BDW 1281 PAGINA 6 - DONDERDAG 26 MEI 2011

De eerste kandidaat-huurders voor de appartementen van Bruyn-Noord worden betrokken bij de tuinaanleg. Waar nu de ganzen scharrelen (r.), wil Nos Pilifs een vijver als buffer. Meteen achter de draad zullen woonblokken verrijzen.

Stedenbouw > Nieuwe woonwijk Bruynstraat heeft grote impact op omgeving

Duizend nieuwe Heembekenaren NEDER-OVER-HEEMBEEK – Het schiet goed op met de woningbouw in de Bruynstraat, een project van de Stad Brussel en het OCMW in het kader van het 1000-woningen-plan. Vanaf juni kunnen kandidaat-huurders zich inschrijven. Bij Nos Pilifs, in het Begijnenbosdal, in het sportcentrum en de volkstuinen zetten ze zich schrap. Want duizend nieuwe Heembekenaren, dat is niet niets.

V

geval panoramisch. De inspraak bij de plannen voor de rust- of ontspanningszone zal ertoe bijdragen dat mensen tevreden zijn met, en respect hebben voor, ‘hun’ groen. Want verder zullen de woonblokken alleen omringd worden door parkeergelegenheid. En aan de overkant van de straat begint het militair domein (met het Hospitaal), dat niet toegankelijk is. De eerste grote groene ruimte die de nieuwe Heembekenaren om de hoek zullen vinden, ligt aan de Trassersweg. Het is Nos Pilifs ( fermenospilifs.be), is vijf hectare groot en is een beschutte werkplaats voor honderddertig mensen met een handicap, hoofdzakelijk gesubsi­dieerd door de Franse gemeenschapscommissie Cocof. Het is een idyllische oase die de vereniging voor 66 jaar in pacht kreeg van de Stad Brussel. Daar vind je naast een taverne met terras (de enige in de buurt) een publiek domein met neerhofdieren, moestuinen, een plantenkwekerij, bosjes en paadjes. Etienne Duquenne, landschapsarchitect bij Nos Pilifs, schat de impact van de uitbreiding goed in: “Om honderden nieuwe buren in de beste omstandigheden te kunnen ontvangen, moeten we een extra ingang maken, het neerhof herinrichten

– met een buffervijver – en zorgen voor een optimale signalisatie. De twee grootste torens van BruynOost (te bouwen tussen de ganzenweide en Bruyn-West, red.) zullen aan ons neerhof grenzen. Het wordt hier sowieso een toestroom, maar hoge hekken plaatsen vinden we onkies. Als we op de grens een eendenvijver aanleggen, voorkomen we dat er lukraak toegang wordt gezocht.” Via de Groene Wandeling – de gemeentelijke, niet de gewestelijke – die door Nos Pilifs passeert, is dit ook de kortste weg naar het

Nieuw stadsbos Ook op een steenworp ligt de grootste groene long van Neder-  Over-Heembeek: het Begijnenbosdal (Trassersweg/Korte Groenweg), waar­­door ook het avonturenparcours De Betovering laveert (betovering.be). Je ziet er joggers, werkzaam in het Militair Hospitaal en het dorp, en na schooltijd en ’s weekends ook © IVAN PUT

orige lente ging het ambitieuze stadsuitbreidingsproject in de Bruynstraat van start, dat drie fases telt: BruynNoord (naast het Militair Hospitaal), Bruyn-West en Bruyn-Oost. Het combineert 337 huurwoningen, van studio’s tot vierkamerappartementen, samen goed voor mogelijk duizend, en minstens 850 bewoners (het OCMW rekent gemiddeld 2,5 bewoners per woning). De investering kost 80,8 miljoen euro, aankoop van de gronden, bouw, honoraria en btw inbegrepen. OCMW-voorzitter Yvan Mayeur (PS), die het project coördineert, denkt de eerste huurders in de lente van 2012 te verwelkomen. “In juni 2011 mogen middenklassers zich kandidaat stellen voor de eerste appartementen van Bruyn-Noord,” zegt Mayeur. “Het verschil tussen de hoogste en laagste huurprijs wordt eerstdaags bepaald. Dan worden de voorrangslijsten opgemaakt en gebeurt de selectie.” Dat de kandidaat-huurders zich nu al mogen melden, heeft alles te maken met het ‘participatief recht’ dat ze zullen krijgen. De bouwheer wil de huurders betrekken bij de tuininrichting achter de nieuwe wijk. Het tuingedeelte dat afhelt naar de gewestgrens met Vilvoorde, is in elk

gemeentelijke sportcentrum, en verder door naar het Meudonpark of het domein Drie Fonteinen in Vilvoorde. Nos Pilifs nam deel aan wedstrijden om de werkzaamheden, geschat op ruim 50.000 euro, te kunnen bekostigen – zonder succes. Met het OCMW en de Stad Brussel ligt het overleg (even) stil door vroeger onbegrip voor de verwachte ‘overlast’ voor Nos Pilifs.

Het Begijnenbosdal wordt deze winter gekapt, om te herrijzen als stadsbos.

jeugd en kuierende wandelaars. De locals zien de komst van de extra ‘natuurliefhebbers’ met lede ogen aan. Toch heeft de Stad grootse plannen, die stilaan vorm krijgen. In de winter van 2011 worden zeshonderd populieren in het Begijnenbosdal gekapt, het gros van het bomenbestand. Het is nog niet duidelijk of de kappingsvergunning langs Leefmilieu Brussel (BIM) moet passeren, hoewel een deel van het bos in Natura 2000-zone ligt. Bertin Mampaka, schepen van Milieu en Groene Ruimten (CDH), heeft de plaatselijke bevolking al geïnformeerd. “Het is de bedoeling in een termijn van twintig jaar het grootste stadsbos (‘forêt urbaine’, red.) te planten en te ontwikkelen. Om tot vijftig hectare bos te geraken onderhandelen we over aankopen van landbouwgebied en privégronden om ze toe te voegen aan het huidige Begijnenbosdal. We willen de kaprijpe populieren vervangen door een grotere biodiversiteit, en door bomen die beter bestand zijn tegen onweer. Het mag geen speelbos of terrein vol wandelweggetjes worden, maar een echt bos in de stad.” Dat de Stad ijverig terreinen opkoopt, doet wenkbrauwen fronsen. “Als ze aan onze volkstuintjes raken, dan gaan we in hongerstaking,” zeggen de tuinders Mario en Angelo onder een geïmporteerde Italiaanse vijgenboom. Ook de uitbaters van de taverne van het sportcentrum bufferen zich tegen de bevolkingsaanwas. “Als ze de ellende van drugs en agressie uit de Versailleswijk gaan


BDW 1281 PAGINA 7 - DONDERDAG 26 MEI 2011

© IVAN PUT

P-PRAAT De muziekkeuze in de metrostations ligt de Brusselse politici na aan het hart, zegt de MIVB, want regelmatig duiken er parlementaire vragen over op. Over gewichtige zaken gesproken. Maar dus: er bestaat een verdeelsleutel voor muziek in de stations, en die zegt dat er geen Nederlandstalige of Franstalige muziek mag worden gespeeld om communautaire rellen te vermijden. Naast een dagelijkse strijd is de metro nemen dus ook een heel klein beetje een politieke strijd. Zeg nu zelf: dank u wel, MIVB. Geen ‘Lacs de Connemara’, ‘Vandaag is rood’ of ‘Je hebt me duizend maal belogen’ terwijl u zich in een metrostel perst. Soms zit het gewoon mee.

ADVERTENTIE

-- sociale groene lening --

Een lening tegen O % JKP* zodat iedereen kan isoleren

Nee, Engels, Spaans en Italiaans zijn de norm. En Lady Gaga, want dat is modern, en de MIVB is graag modern, behalve in haar corebusiness: mensen snel vervoeren van a naar b. We hebben Pulski, de metrostellen uit het Warschau van de jaren 1970, en we hebben tramlijnen, af en toe in eigen bedding, die globaal trager zijn dan twintig jaar geleden. Vergis u niet: ook daarover worden vragen gesteld in het parlement.

kopiëren, houden we ons hart vast.” Beneden in het dorp is de weerzin nog groter. “Mensen stellen hun huizen te koop, Armeniërs komen in de plaats,” legt de eigenares van danscafé Bij Maeva uit. “Straks zie je op mijn raam Chez Moustafa.” Eerst nog werd gezegd dat de Bruynstraat ook een supermarkt zou krijgen – Aldi wellicht; in het dorp valt nu al niet te parkeren. Maar: “We stootten op een stedenbouwkundige verordening die de winkelopper-

“We krijgen hier sowieso een toestroom, maar hoge hekken plaatsen vinden we onkies” vlakte in de Bruynstraat beperkt,” bekent OCMW-voorzitter Mayeur. “Bij Bruyn-Noord, -West en -Oost kan wel een kleine winkel ingepland worden.” Hoe de werkende, winkelende, schoolgaande en andere nieuwkomers makkelijk uit de Bruynstraat weg zullen geraken, is nog zo’n heikel punt. Alleen bus 47 verbindt het Militair Hospitaal met het stadscentrum, en dan nog met een overstap. “We willen de metro tot het Militair Hospitaal, over Schaarbeek,” zegt Mayeur. “Technisch gezien kan hier perfect een metro-ingang komen; dat hebben we al bekeken met de MIVB. In afwachting moet werk gemaakt worden van een snelle rechtstreekse bus met het centrum.” Zowel de reorganisatie van de groen­omgeving als de mobiliteit van en naar de nieuwe wijk lijkt niet meteen evident voor de eerste generatie bewoners. Alles huppelt wat achter de bouwwerf aan. Jean-Marie Binst

Hierbij een leidraad Engelstalige muziek voor wanneer de MIVB-top geen inspiratie meer zou hebben; een mens kan niet altijd naar Lady Gaga blijven luisteren, nietwaar? ‘I don’t like mondays’, ‘Highway to hell’, ‘I heard it through the grapevine’ en ‘Disorder’. Lang geleden dat we trouwens nog iets van de taxidiscussie hebben gehoord. U weet wel: de discussie die opnieuw oplaaide nadat een Brusselse chauffeur een politieagent op een ritje trakteerde. Nu we toch muzikaal bezig zijn: ‘Mister Cab Driver won’t stop to pick me up / Mister Cab Driver I might need some help / Mister Cab Driver only thinks about himself.’

CHIEN ÉCRASÉ ELSENE – Jazeker, er drijft iets op de Vijvers van Elsene. Is het een ufo, een koeltank of een opblaasbootje? Het is kunst! Een doorzichtige plastic cilinder op poten wordt door Galerie Lot 10 diepzinnig beschreven als ‘een allegorie voor het overleven van de mens in een wereld waarin de zee opnieuw de mens domineert’ en plaatst ‘vraagtekens bij de identiteit, het territorium en de intieme praktijken van onze postindustrië­ le maatschappijen’. Mooi allemaal, maar kan iemand ons vertellen waarom het ding dan aan een touw vasthangt? FLAGEY – De drijvende buis op poten is geschikt voor bewoning, aldus kunstenaar Alexandre Sirvin. O ja: hij luistert naar de naam ‘Waterpod’. HEILIG-KRUISPLEIN – Meteen is duidelijk geworden waar de collega’s van tvbrussel hun zeppelin voor de verslaggeving van de 20 km door Brussel vandaan hebben. Gewoon vullen met helium, en klaar is Kees. Of met waterstof, dat zou immers dichter aanleunen bij de naam Waterpod. Toch een praktische tip: het touw moet flink ingekort worden bij het induiken van de Louizatunnel. Anders wikkelt Waterpod/zeppelin zich rond de brug, en dat kan desastreuze gevolgen hebben voor het goede verloop van de loopwedstrijd. U weet wat er met de Hindenburg is gebeurd in 1937: in de fik. Vanaf dan werd er gedecreteerd dat zeppelins niet meer met waterstof gevuld mochten worden. Sterker: het betekende meteen het einde van de zeppelin. Blij dat de collega’s van de camera deze traditie nu nieuw leven inblazen.

www.leefmilieubrussel.be Info 02 775 75 75 Info Credal 02 213 38 31

* BIM kredietbemiddelaar - Gulledelle 100, 1200 Sint-Lambrechts-Woluwe, Credal kredietinstelling - Aalststraat 7, 1000 Brussel – Lening met afbetaling tegen een debetrentevoet van 0 %, *Reëel jaarlijks kostenpercentage 0 %, onder voorbehoud van het aanvaarden van de bijzondere voorwaarden waaronder 1.021€ netto- inkomen/maand voor een alleenstaande en 1.392€ netto-inkomen/ maand voor een gehuwd echtpaar of samenwonenden (inkomens verminderd met het bedrag van de maandelijkse hypotheekaflossing of huur en/of met 181€ per persoon fiscaal ten laste), of € 30.000 brutojaarinkomen voor een alleenstaande en € 60.000 brutojaarinkomen voor een echtpaar of voor samenwonenden (plafond vermeerderd met € 5.000/jaar als de aanvrager jonger dan 35 jaar is en/of per persoon fiscaal ten laste) min. € 500 <> max. € 20.000 - duur vastgesteld in functie van het geleende bedrag met een maximum van 84 maanden - gemiddelde lening van € 9.500 = maandelijkse afbetaling van € 197,92 over 48 maanden - informatie en voorwaarden bij Leefmilieu Brussel - BIM.

Info : 02 213 38 31


BDW 1281 PAGINA 8 - DONDERDAG 26 MEI 2011

Onderwijs > Time-out uitgebreid met spijbelpreventie

‘Ik had acht buizen, nu nog twee’ © TIME-OUT BRUSSEL

Tijdens een lange time-out volgen de leerlingen een programma buiten de school. Daarin is er naast studie ook ruimte voor koken of schilderen.

BRUSSEL – Het aantal spijbelaars en probleemleerlingen in het Nederlandstalig onderwijs neemt toe. Om te voorkomen dat ze vroegtijdig de school verlaten, wordt het time-outproject, dat al een tijdje loopt, nu uitgebreid met spijbelcoaches.

V

orig schooljaar kon 4,4 procent, dus bijna een op de twintig leerlingen van het Nederlandstalige middelbaar onderwijs, tot de problematische spijbelaars gerekend worden. Dat betekent dat ze minstens dertig halve dagen zonder geldige reden afwezig waren van school. De zware gevallen worden overgemaakt aan het parket. In het schooljaar 2008-2009 ging het om ruim vijfhonderd dossiers. In Vlaanderen stijgt het aantal spijbelaars ook, maar veel minder snel. Om te voorkomen dat zware spijbelaars en probleemleerlingen de school vroegtijdig verlaten, trok de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) in 2007 geld uit voor een time-outproject zoals het ook in Vlaanderen bestaat. Het bedrag was beperkt, en daarom werd ervoor gekozen alleen lange time-outtrajecten te organiseren. Bij zo’n lange time-out wordt een jongere die het – door frequent te spijbelen of door

zijn gedrag – te bont gemaakt heeft, een week of vijf, zes uit de school gehaald. Het project fungeert dus als een ventiel: zowel de leerling als de leerkrachten kunnen stoom afblazen. De jongere volgt in die weken een extern groepsprogramma, midden in de stad, in een rijhuis aan de Leopold II-laan. Opdat de jongere de voeling met de school niet zou verliezen, is er een gestructureerd weekschema en is er elke dag tijd voor studie. Voor het overige wordt er samen gekookt, gesport, film gekeken en zijn er teambuildings- en andere groepssessies. Al snel werd aangevoeld dat er  meer nodig was dan alleen lange trajecten voor leerlingen met  aanslepende gedragsmoeilijkheden. “Daarom zijn we begonnen met korte trajecten voor jongeren die nog niet helemaal in de negatieve spiraal zitten, maar die toch al een risico vormen, jongeren met emotionele of motivatieproblemen bijvoorbeeld,” vertelt Melissa Provoost, die Time-

out Brussel coördineert. In een kort traject wordt de leerling drie dagen individueel begeleid. “De eerste dag is het vooral kennismaken, aftasten en vertrouwen winnen,” legt Maarten, een van de begeleiders, uit. “De tweede dag gaan we op stap. De jongere kiest de bestemming – niks duurs, geen pretpark of zo. We gaan bijvoorbeeld naar zee. Tijdens die uitstap komen de tongen meestal los. De derde dag worden er doelen gesteld en afspraken gemaakt. Daarna blijf ik de leerling opvolgen.” Wie zijn de jongeren die in een timeout terechtkomen? Het profiel is enigszins verschillend bij een lange en een korte time-out. Provoost: “De doorsnee jongere in een lange time-out is een vijftienjarige jongen uit het BSO. Er is maar vijftien procent meisjes. In de korte trajecten zitten wat meer meisjes, een kwart. Daar komt ook de helft uit het ASO of KSO.” Time-out Brussel heeft er inmiddels 250 korte en lange begeleidingen op

zitten. Negen op de tien verliepen succesvol, in die zin dat de leerlingen hun schooljaar konden afmaken in dezelfde school. Ook bij Marie (16), een van de leerlingen die Maarten begeleidde, lijkt de korte timeout vruchten af te werpen. “Ik was

De doorsnee leerling in een lange time-out is een vijftienjarige jongen uit het BSO de eerste maanden van het schooljaar compleet gedemotiveerd,” vertelt ze. “De school stelde een korte time-out voor, wat ik eerst niet zag zitten. Ik heb het toch gedaan en het was leuk. Ik heb nog altijd een goede band met mijn begeleider. En mijn resultaten zijn beter. Eerst had ik acht buizen, nu nog twee. Ik ben fier op mezelf.”

Preventief De VGC heeft de subsidies voor het project in de loop van de vier school-

© UMUSIC

Mobiliteit > MIVB bant Franse en Nederlandse muziek uit metro

Lady Gaga bewaart taalvrede BRUSSEL – Fans van het betere lied of chanson komen niet aan hun trekken in de 69 (pre)metrostations. Om de communautaire vrede te bewaren speelt de MIVB vooral Engelstalige muziek. Geen ‘Ne me quitte pas’ in het metrostation Jacques Brel en evenmin ‘In de rue des Bouchers’ in premetro Beurs. De MIVB speelt geen

nummers in (uitsluitend) een van de Belgische landstalen. “In april hebben we nog eens een test gedaan door een Frans nummer uit de hitparade te draaien, en toen kwamen er tientallen klachtenbrieven van Nederlandstalige klanten,” legt woordvoerster An Van hamme uit. Daarom heeft de MIVB een verdeelsleutel vastgelegd: zeventig procent van de nummers is Engels, terwijl

Italiaans en Spaans elk vijftien procent voor hun rekening nemen. In 2005 zegde de MIVB de muzak vaarwel, “tot grote tevredenheid van onze klanten,” zegt Van hamme. De muziek is aangepast aan het tijdstip van de dag: “In de ochtendspits programmeren we vooral voor 30- tot 45-jarigen, met muziek uit de tijd waarin zij jong waren. Nieuwe hits worden vooral tussen 15.30

Afgelopen maandag was Lady Gaga-dag bij de MIVB.

jaren flink opgetrokken: van 97.504 euro in het begin tot 274.000 euro dit schooljaar. Het Brussels Gewest doet er nog eens 30.000 euro bij. Dit bedrag maakt het mogelijk om veel meer preventief te werken. Dit jaar vindt in drie TSO/BSO-scholen in het centrum van Brussel een experiment plaats met een spijbelcoach. Zij loopt rond in de drie scholen en probeert meteen in gesprek te gaan met spijbelaars en leerlingen die de les verstoren. De bedoeling is dat er meer spijbelcoaches komen. De CLB’s en de Brusselse scholen hebben daarom bij het Gewest een project ingediend zodat tien BSO/TSO-scholen een eigen spijbelcoach kunnen hebben. “Naast de klassieke time-out willen we dus veel meer preventief gaan werken,” zegt Jean-Luc Vanraes (Open VLD), die binnen de VGC verantwoordelijk is voor Onderwijs. Hij wil het spijbelprobleem ook zo ruim mogelijk aanpakken. “Samen met sociale organisaties, met het parket, en met de Franse Gemeenschap. Dat laatste is overigens een probleem. Nog steeds hebben zij geen cijfers over spijbelen.” Bettina Hubo

en 18.30 uur gedraaid, want dan maken veel jongeren gebruik van het openbaar vervoer. Van 18.30 tot 21 uur spelen we hetzelfde genre als in de ochtendspits, na 21 uur en in het weekeinde klassieke muziek.” De keuze is des te opmerkelijker nu de MIVB op maandag 23 mei de hele dag alle nummers van de nieuwe Lady Gaga, Born this way, continu door de luidsprekers liet knallen. “De MIVB verdient er niets aan, dit is om ons een modern imago aan te meten,” zegt Van hamme. Hoe ‘Scheisse’, ‘Government hooker’ of ‘Judas’ het imago van de MIVB kunnen verbeteren, is niet meteen duidelijk. Eric Vancoppenolle / brusselnieuws.be


ADVERTENTIE

Hulp nodig om uw belastingaangifte in te vullen?

We organiseren zitdagen in uw gemeente!

Informatie: 0257 257 57 www.minďŹ n.fgov.be

EENDR

ACHT MAAKT MACHT

Federale Overheidsdienst FINANCIEN


BDW REGIO

BDW 1281 PAGINA 10 - DONDERDAG 26 MEI 2011

Deze week op en om het Ursulinenplein > Oud en jong uit de bol

Senioren en skaters feesten samen

Iedereen op de dansvloer. Links kijkt organisator Ian Dykmans tevreden toe, uiterst rechts danst een gemaskerd lid van de Communauté de Bryone.

BRUSSEL – “À tantôt, Mamy!” schreeuwt een getatoeëerde skater naar een oud vrouwtje dat uit een raam van het bejaardentehuis zit te staren. De honderdjarige wuift enthousiast terug. Het Ursulinenfeest, dit jaar op zaterdag 21 mei, is een intergenerationeel buurtfeest vol sport, muziek en dans.

O

p een paar passen van het Centraal Station ligt het Ursulinenplein, met zijn grote skatepark én een groot rust- en verzorgingstehuis. Een keer per jaar vieren die twee werelden samen feest. Om een uur ’s middags wordt het startschot gegeven. Ian Dykmans, de organisator van het evenement, is in zijn nopjes: “Het is prachtig weer, iedereen heeft er zin in. Het wordt een fantastische dag.” Skateboards, steps en BMX-fietsen worden uit de auto’s gehaald. De profs ontfermen zich over de kleinsten. Een jongetje van zes met een grote groene helm op zijn hoofd laat trots aan zijn ouders zien wat hij met zijn step allemaal geleerd heeft. De vzw Collectif Brusk organiseert immers elke woensdag en zaterdag initiatielessen voor jong en oud. Naast het plein staan kleurrijke

tentjes waar skaters hun board kunnen schilderen. Ook de plaatselijke zwerfhond krijgt een roze pot verf over zich heen. Wie een extra T-shirt bij zich heeft, kan er een zeefdruk op aanbrengen met de hulp van het jeugdhuis Chez Zelles. Iedereen geeft wat hij wil, en met de opbrengst wordt een volgende activiteit gefinancierd. Voor de lekkerbekken is er kip op zuiderse wijze met olijvenratatouille, bereid door Dirk van restaurant Les Brigittines. Wie liever iets zoets eet, kan een pannenkoek of een ijsje kopen. Voor de dorstigen is er, naast fairtradesappen van Oxfam, ook Zinnebir, gebrouwen door de plaatselijke Zenne Brouwerij. De prijs voor de eerste pint is vijftig cent duurder dan voor alle volgende: de waarborg voor het glas. Om halfdrie klinkt opeens loeiharde rock-’n-roll over het skatepark. De

band Red Urban is begonnen. Een halfuur lang halen ze alles uit de kast: zelfgeschreven nummers, een paar covers van Nirvana en zelfs een Belgisch ‘politiek geïnspireerd’ liedje. De luidsprekers staan op sprin-

© BART DEWAELE

mers aan de overkant van de straat. Het optreden stimuleert duidelijk de skaters, die nog gekker, nog sneller en nog gewaagder gaan stunten, tot groot jolijt van iedereen. Om drie uur vraagt Dykmans iedereen naar binnen te gaan voor de thé dansant. Skaters en publiek ruimen op en reppen zich naar het rusthuis. In de eetzaal zijn de tafels aan de kant geschoven. De koelkast zit vol bier, en een groot dessert-

De jongste danser zit nog aan de papfles; de oudste die de dansvloer onveilig maakt, is een kranige 107-jarige die elke skater probeert te versieren

gen en de microfoon is kapot, maar het publiek gaat uit zijn dak. Jonge kinderen dansen als ware groupies, Japanse toeristen nemen foto’s, de senioren kijken toe vanuit hun ka-

buffet staat klaar. De Communauté de Bryone werd ook dit jaar uitgenodigd om voor betovering te zorgen. Met zelfgemaakte kostuums van mythische wezens lokken ze

iedereen het tehuis binnen. Opdat iedereen mee zou kunnen doen, wordt het dansen binnenskamers gehouden. Daar is het wat frisser en zijn er geen kasseien waarmee de senio­ren het moeilijk zouden kunnen hebben. Overal hangen slingers en ballonnen, en in de hal is er een fototentoonstelling die de sfeer van vorig jaar in beeld brengt. Hoewel de naam het niet laat vermoeden, krijgt dj Videlasalle al bij de eerste noten van Jacques Brels ‘Bruxelles’ de hele zaal op de dansvloer. Arne Kenis, de directeur van het tehuis, neemt zijn residenten bij de hand en duwt ze zonder pardon de dansvloer op. Als even later ‘Chef, un p’tit verre, on a soif’ door de zaal schalt, komt het verzorgend personeel handen te kort om iedereen van een frisse pint te voorzien. De skaters, die voor de gelegenheid een schoon T-shirt hebben aangetrokken, dansen als gek mee. Pas de chichi en geen complexen, jong en oud dansen samen op de leukste Brusselse deuntjes. Ook mensen in een rolstoel doen gretig mee, het personeel laat zijn danskunsten zien en wie liever toekijkt, moedigt de anderen aan. De jongste danser zit nog aan de papfles en de oudste die de dansvloer onveilig maakt, is een kranige 107-jarige die elke skater probeert te versieren. Op geen enkel moment is de dansvloer leeg. Om vijf uur sterft de muziek uit. Voor de senioren is het tijd om te gaan eten, en de skaters moeten zich klaarmaken voor de wedstrijd die zo dadelijk begint. Niemand verlaat de zaal voordat alle dames een afscheidszoen hebben gekregen. Ondertussen zijn de professio­nele skaters van het Carhartt-team aangekomen en heeft de ambiance zich weer verplaatst naar het Ursulinenplein. Sommige senioren komen voor hun jongere danspartners supporteren. Als Dykmans weer het woord neemt, gaat de zon al onder. De prijsuitreiking is achter de rug en iedereen begint op te ruimen. De punkfanfare D’Onder Hond begeleidt de schoonmaakploeg. Het plein is weer proper, en de poorten van het seniorenhuis zijn gesloten, alsof er niks gebeurd is. “À bientôt, Mamy,” schreeuwt er nog eentje richting rusthuis. “On viendra boire un verre un de ces jours,” vult een andere aan. Achter de gordijnen wuiven moeë senioren de jongeren uit. “Quand vous voulez, les jeunes.” Noémie Kowalczyk


BDW 1281 PAGINA 11 - DONDERDAG 26 MEI 2011

ADVERTENTIE

Ukkel > Voedingsdistributiecentrum voor de armsten

Anonieme voedselbedeling Melk en maïsolie, choco en speculoospasta: het zijn een paar van de basisvoe­ dingsproducten die Ukkelaars die onder de armoedegrens leven, voordelig kunnen kopen in het nieuwe voedseldistributie­ centrum in de Horzelstraat. Ukkel mag dan wel bij de rijkere gemeenten van het Gewest horen, volgens een schatting van het lokale OCMW zouden toch zo’n 2.700 mensen onder de armoedegrens leven. Voor die groep is het nieuwe voedseldistributiecentrum bedoeld. Ukkelaars die de eindjes moeilijk aan elkaar kunnen knopen, kunnen er voor tweehonderd euro anoniem een pakket kopen. Het project past in het programma van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau,

Visie op een dynamisch Brussel Georges De Smul: “Leefbaarheid van handelskernen garanderen in Sint-Lambrechts-Woluwe”

kortweg BIRB, om behoeftigen voedsel te geven. “Meestal gebeurt dat via de verenigingen, maar wij hebben ervoor gekozen die taak zelf op te nemen,” zegt OCMW-voorzitter Stefan Cornelis (Open VLD). Het OCMW heeft een opslagruimte gevonden in de Horzelstraat 100. Hoewel die locatie in een verre uithoek van de gemeente ligt, is ze perfect bereikbaar met het openbaar vervoer. Op dit moment is er een voorraad van zo’n tweehonderd kilo beschikbaar met basisproducten als melk en chocoladepasta, en begin juni komt er een nieuwe lading binnen met onder andere maïsolie en speculoospasta. Bruno Schols

Als CD&V-gemeenteraadslid in Sint-Lambrechts-Woluwe en voormalig zelfstandige heb ik een bijzondere aandacht voor de leefbaarheid van de handelskernen in mijn gemeente. Bij openbare werken en verfraaiingswerken vraag ik in de gemeenteraad dan ook steeds voldoende aandacht en overleg met de kleine Georges De Smul en grote handelszaken uit de buurt, zodat de Gemeenteraadslid in Sintwinkeliers zo weinig mogelijk hinder en economische schade ondervinden. Onze lokale Lambrechts-Woluwe CD&V-afdeling gaat voor een opwaardering van de bestaande handelskernen, zoals de Georges Henrilaan, o.a. door aangenamere voetgangersstraten en alternatieve parkeergelegenheid.

Meer op 02-370.75.45

Sint-Agatha-Berchem > Eerstesteenlegging nieuwe Kroon

Walter Vandenbossche: “Buurtwinkels in de kijker”

Nu spade in de grond, over vijftien maanden feest © SASKIA VANDERSTICHELE

Buurtwinkels spelen een belangrijke rol in de leefbaarheid van onze Brusselse wijken. Niet alleen zijn ze een partner inzake buurtontwikkeling, maar zorgen ze voor een dienstverlening dichtbij de mensen. Ze vervullen als ontmoetingsplaats ook een sociale rol. De thuislevering van producten voor Walter Vandenbossche o.a. minder mobiele personen speelt Eerste-Ondervoorzitter Brussels hier op in. Daarom verdienen buurtwinHoofdstedelijk Parlement en kels een belangrijke plaats in het beleid. gemeenteraadslid in Anderlecht Wij dienen hen te ondersteunen bij renovatie, hen te helpen om een geschikt parkeeraanbod aan te bieden en hun positie te bestendigen tussen de grote handelsoppervlakten en lokale handelszaken.

Minister Brigitte Grouwels : “1.500 bijkomende jobs in de haven van Brussel”

Vlnr.: Claude Lammens (namens de verenigingen), schepen Peter Decabooter, staatssecretaris Bruno De Lille, Kenny De Baets (De Kroon) en Eric Verrept (VGC).

TELEXREGIO

Geen alledaags gezicht vorige donderdagavond. De ‘schopploeg’ rond staatssecretaris Bruno De Lille (Groen!) had het niet voor een petieterig metselwerkje als ‘eerstesteenlegging’, en ging prompt met de spade aan de slag. Ook het kabinet van Vlaams minister Pascal Smet (SP.A) was present.

De bouwwerf voor de ondergrondse polyvalente zaal en het nieuwe café ging van start op 1 mei, en zou in maart 2012 al af moeten zijn. Nadien volgen de renovatie en herinrichting van de oude Kroon zelf. Voor architectenbureau Este moet de klus geklaard zijn JMB tegen september 2012.

MOTORHOMES KRIJGEN CAMPING SINT-JANS-MOLENBEEK – Naast de jeugdherberg in de Olifantstraat kunnen voortaan dag en nacht vijf campingwagens staan. Per nacht betalen kampeerders 30 euro, ontbijt, elektriciteit en water inbegrepen. Volgens de Vlaamse Motorhome Vereniging is deze nieuwe camping belangrijk voor Brussel omdat de vraag groot is. MV

Brigitte Grouwels

“Als minister bevoegd voor de Haven van Brussel wil ik samen met de havenbedrijven zo’n 1.500 jobs extra creëren. Om deze jobs ook allemaal in te vullen, werd onder mijn impuls het beroepsreferentiecentrum Iris TL opgericht.

Jonge mensen kunnen er een opleiding voor een zogenaamd knelpuntberoep volgen, zoals vrachtOpenbare Werken en Vervoer wagenchauffeur of heftruckchauffeur. Er zijn in de haven van Brussel immers tal van vacatures die niet ingevuld geraken bij gebrek aan gekwalificeerd personeel. Daarom is het belangrijk dat onze Brusselse jongeren voldoende opgeleid zijn.” Brussels Minister van

Wilt u meer weten over onze visie op Brussel? Paul Delva

Jean Hayet krijgt plein ANDERLECHT – Sinds kort kunt u wandelen op het Jean Hayetplein. Hayet werd vooral bekend met zijn vertolking van Madame Chapeau. Hij speelde en regisseerde verschillende klassieke stukken in het Théâtre des Galeries en gaf ook dictie- en voordrachtlessen aan de academie. In 2006 overleed hij, op 66-jarige leeftijd. Een jaar later al besloot de gemeente de man hulde te brengen door een plein naar hem te BS vernoemen, maar de afwerking, door een privépartner, liet op zich wachten.

www.visieopbrussel.be www.brussel.cdenv.be

www.cdenv-brusselsparlement.be


Sint-Joost-ten-Node > Liedekerke is ‘duurzame wijk’

© HEPHAÏSTOS

BDW 1281 PAGINA 12 - DONDERDAG 26 MEI 2011

De Maalbeek als ruggengraat Vorige week werd het duur­ zame-wijkcontract Liedekerke voorgesteld. Dat gebeurde, heel toepasselijk, in de Maalbeek­ tuinen. Toepasselijk, omdat het initiatief de maximale ‘ingroening’ van dit deel van Sint-Joost beoogt. Het gaat dus niet alleen om het creëren van nieuwe parken en groene ruimtes, maar ook om het ontsluiten van binnenruimten, omgeven door gebouwen. En de Maalbeektuinen zijn daar wel  een bijzonder mooi voorbeeld van. Een smalle inrijpoort leidt naar een parkje met een speeltuin, dat in deze kinderrijke buurt duidelijk geapprecieerd wordt. Bovendien loopt de Maalbeek als een rode draad door het hele project. De waterader werd in 1856 overwelfd om overstromingen tegen te gaan. Meteen was het uit met de molens, moestuinen en lusthoven zoals dat van de graaf de Liedekerke. Er werd dan wel een straat naar hem genoemd, maar

bij het dopen van dit wijkcontract viel het aristocratische ‘de’  weg. Het tracé van de Maalbeek werkt nu als inspiratiebron en als verbinding tussen al die groene ruimten. Er zullen waterdoorlaatbare trottoirs komen om te vermijden dat de rioleringen zich bij zware regenval onmiddellijk verslikken.

Crèches Zoals altijd zit er ook een sociaal luik van dit duurzame-wijkcontract: er komen twee crèches (een Nederlands- en een Franstalige), er staan nieuwe woningen op stapel en er worden opleidingsprojecten gelanceerd. Vanzelfsprekend wordt er daarnaast  ook aan de infrastructuur gesleuteld. Na de studiefase wordt nu dus de operationele fase ingeluid. De vijftien miljoen euro moeten niets minder dan ‘een ware metamorfose van de wijk’ teweegbrengen. Lieven Bulckaert

Genie van voetstuk gehaald BRUSSEL – In deze tijden van hemelvaarten en metaaldiefstallen mag het een geruststelling zijn dat een van de ontroerendste beelden van Brussel niet zoek is, maar enkel voor restauratie tijdelijk van de sokkel werd gelicht. Het gaat om ‘De roem’, ook wel ‘De gevleugelde genius’: rond de vorige eeuwwisseling was het gebruikelijk om het allegorische karakter van een kunstwerk te onderstrepen door een dubbele naamgeving. Samen met de metershoge marmeren sokkel staat de creatie bekend als het ‘Memoriaal Julien Dillens’. Het geheel, een ontwerp van architect Ernest Acker, prijkt op de De

Meeûssquare, tussen het hoofdkwartier van de Staatsveiligheid en het borstbeeld van Marnix Gijsen in. Aan Jules Lagae werd het sculpturale luik toevertrouwd. Het betreft een uitvergroting (5x) in verguld brons van een ivoren beeld van Dillens zelf uit 1895. De decoratieve elementen van de sokkel zijn uitgevoerd door Gustave Dillens, broer van. De engelachtige figuur is een steeds terugkomend thema in Dillens’ omvangrijke oeuvre. Hij ontwierp veel grafmonumenten en werd weleens ‘le sculpteur du triste’ genoemd. Ook op het kerkhof van LaLB ken staat een ‘Genius’.

ADVERTENTIE

Met Villo! rijden begint bij MOBIB.

www.mivb.be


BDW 1281 PAGINA 13 - DONDERDAG 26 MEI 2011

OPENBARE BIBLIOTHEKEN IN BRUSSEL aflevering 8 ANDERLECHT

Tuinkriebels krijg je ervan, als je aan het uitstalraam van de biblio­ theek van Anderlecht voorbijkomt, waar de boeken over tuinieren goede sier maken. Het werk van een etalagiste, zou je denken, als je niet wist dat bibmensen duivelsdoet-al zijn. Loop je de bib binnen, dan waan je je in een stripwinkel voor volwassenen, en we geloven graag dat sommige bezoekers alleen daarvoor komen. Toch zijn er nog andere ontdekkingen te doen in de voormalige garage, die ruim en goed benut is. Veel taalcursussen – achter de ramen van het kantoor van weleer – en speelfilms, bijvoorbeeld. De non-fictie voor volwassenen (volg de lichtstraat!) is gerangschikt volgens het Zizo-systeem (zonder inspanning zoeken), dat met kleuren en eigentijdse icoontjes werkt, in tegenstelling tot het klassieke cijfersysteem (Siso). De leeszaal – ‘Het geheugen’ van Joost Swarte hangt hier op zijn plaats – is nog een uitdrukkelijk ‘stille ruimte’ en heeft een grote keuze aan kranten- en tijdschrift-

© AN DEVROE

Gids voor huis, tuin en onderweg

Opvallend aanwezig in Anderlecht: strips, ook voor de groten, en reisgidsen en land- en stedenkaarten.

titels. Groepswerk is hier niet toegelaten, maar tieners hebben een eigen verdieping met werktafeltjes aan het raam. Opvallend is ook de uitgestrekte kinderzaal met veel tapijten, leespoefjes, een box voor baby’s en XL-prentenboeken. Bibliothecaresse Inge Vandermot

zegt dat er veel energie gestoken wordt in de samenwerking met de scholen. “Vier secundaire scholen liggen op nog geen vijf minuten wandelen, en ook de Muziekacademie op het Dapperheidsplein is vlakbij. Veel jongeren komen dus naar hier voor hun materiaal, ook al

wonen ze in Sint-Pieters-Leeuw. Ze kunnen in Office hun huiswerk maken en afdrukken. Aan kleuterklassen, kinderdagverblijven of scholen die te ver liggen, leveren we zelf boekenpakketten. Ook een Franstalige school heeft een introductie gevraagd. Voor anderstaligen heb-

ben we boeken in eenvoudig Nederlands, geen Franse, want daarvoor zijn er natuurlijk de Franstalige bibliotheken. We gaan elkaar geen vliegen afvangen, maar we proberen complementair te zijn.” De gratis internet-pc’s worden tijdens de middagpauze intensief gebruikt door studenten en volwassenen. De bibliotheek zet daarvoor speciaal haar deuren open vanaf twaalf uur op weekdagen, en vanaf tien uur op zaterdag. Vandermot: “Heel veel mensen zoeken tegenwoordig informatie op internet, daarom is het belangrijk dat de bib toont wat haar meerwaarde kan zijn, zoals informatiebemiddeling. Door de ontwikkelingen op het web is er heel veel informatie ‘uithuizig’. Die zouden we nog meer kunnen integreren in onze werking, maar zo’n soort bibliotheek is nog niet voor morgen.” Voorlopig kun je ook nog met het papieren aanbod in de bib je voordeel doen, zoals met de opvallend aanwezige landkaarten en stadsplattegronden, die net als de reisgidsen heel populair zijn in de zomermaanden. Ze moeten in het gps-tijdperk het overzicht helpen te bewaren.

Sint-Guidostraat 97, 1070 Anderlecht, 02-523.02.33, www.anderlecht.bibliotheek.be De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/bib

ADVERTENTIE

Sint-Jans-Molenbeek > De Lijn en gemeente tekenen akkoord

© GEMEENTE SINT-JANS-MOLENBEEK

‘Moeilijke’ buslijnen krijgen assistentie

Binnenkort rijden er gemeenschapswach­ ten mee op de bustrajecten van De Lijn door Molenbeek. Dat moet het veiligheids­ gevoel bij de reizigers verhogen. Dat er gemeenschapswachten meerijden, is het belangrijkste actiepunt uit het samenwerkingsakkoord dat De Lijn Vlaams-Brabant en de gemeente Sint-Jans-Molenbeek zopas gesloten hebben. De gemeente Molenbeek zal voortaan gemeenschapswachten inzetten op de bussen van De Lijn Vlaams-Brabant die door moeilijke buurten rijden, zoals de Maritiemwijk en rond de Leopold II-laan. “De wachten moeten de reizigers en chauffeurs bijstaan in geval van agressie,” zegt preventiemedewerker Ronald Ceulemans. “Ze komen tussenbeide bij ruzies, helpen mensen in nood, maar geven ook gewoon informatie. Het grote voordeel is dat ze de wijk goed ken-

nen. En ze staan in rechtstreeks contact met de politie. Het veiligheidsgevoel zal zeker ook toenemen voor de reizigers die uit Vlaanderen komen.” Voortaan kunnen de gemeenschapswachten gratis op de bussen van De Lijn; vroeger hadden ze daarvoor een abonnement nodig. Er zullen uitwisselingen georganiseerd worden tussen de controleurs van De Lijn en de gemeenschapswachten, om de samenwerking op het terrein zo vlot mogelijk te laten verlopen. Francy Peeters, directeur van De Lijn Vlaams-Brabant, is tevreden met het akkoord. “We weten allemaal dat het contact met onze chauffeurs en de lokale bevolking niet altijd vlot verloopt. Jongeren schoppen weleens herrie, en dat is een maatschappelijk probleem. We verkiezen dit op te lossen met overleg en niet op een agressieve manier. De gemeenschapswachten gaan veel prominenter in de bus aanwezig zijn, en kijken wat er rond de haltes gebeurt. We zullen maandelijks samenkomen. Dan kijken we waar de problemen zitten en hoe we ze kunnen oplossen.” Molenbeek is de eerste gemeente die een dergelijk convenant tekent. Ook met andere Brusselse gemeenten wordt een samenwerkingsovereenkomst voorbereid.

Matthias Vanheerentals

An Devroe

Het groot milieufeest 5 JuNi › 11h › Jubelpark

INFO : 02 775 75 75 - WWW.LEEFMILIEUBRUSSEL.BE


BDW 1281 PAGINA 14 - DONDERDAG 26 MEI 2011

© BIVV

Verkeersveiligheid gaat ons allen aan, zegt John Willemsen. En: “Ons vertellen wat we al weten, zal niets veranderen.”

Mobiliteit > Rijinstructeur heeft vragen bij overheidscampagnes

U rijdt toch ook door rood? BRUSSEL – “Ik engageer me!” leest rijinstructeur John Willemsen op een bord langs de weg. Het gaat om een boodschap in het kader van de Go for zero-campagne. “Oké! Ik engageer me! Maar... waarvoor dan wel?”

BDWOPINIE Minder verkeersdoden willen we natuurlijk allemaal, en niet alleen sinds de start van deze campagne. Ons vertellen wat we al weten, zal niets veranderen. Als ik een kijkje ga nemen op de opgegeven website, kom ik niet veel verder. Ik kan me inschrijven voor een nieuwsbrief en me registreren, maar dat is alles. Praktische tips over hoe dit in mysterie gesluierde doel te bereiken worden me niet aangereikt. Hóé engageer ik me dan precies? Wat kan ík doen; niet wij allemaal, maar ikzelf? Moet ik harder rijden of juist zachter, beter op voetgangers letten of zij op mij, motorrijders de ruimte geven of juist niet, eens een grammetje so­ciaal gedrag (en de wil

daartoe) aan de dag leggen...? In een van de eerste campagnes (wellicht de eerste) werd ons enkel ‘Go for zero’ medegedeeld (met zo’n leuke spitsvondigheid: we veranderen de o van zero in een 0! Wat slim! En grappig tegelijkertijd!). “We beginnen mysterieus, om de interesse aan te wakkeren,” moet de bedenker gedacht hebben. Deze campagne is blijkbaar alleen door reclamemensen bedacht, hier en daar een handje geholpen door mensen die zichzelf verkeersdeskundige noemen. Nemen we de recentste campagne, dan zien we hoe onze motorrijdende medemens wordt aangespoord op die gevaarlijke auto’s te letten welke, blijkbaar, vanuit het niets kunnen opduiken. En hier wringt nu juist de schoen. In plaats van de oorzaak van het probleem aan te pakken, krijgt een ander de schuld en moet die het maar

Wij allemaal

“Denkt er dan echt iemand dat door het verkeer zigzaggen als een bal in een flipperkast de veiligheid ten goede komt?” John Willemsen.

oplossen – in dit geval: de automobilist. Let op: ik ben zelf ook een fervent motorrijder, ik ben dus niet bevooroordeeld jegens hen. Maar wie krijgt het niet op zijn heupen wanneer je ergens rijdt en die vervelende motorrijders zomaar links en rechts om je heen zwermen en zwenken, ongeacht hun eigen snelheid of die van het overige verkeer? Is er dan echt iemand die denkt dat

Schuman komt en mij rechts voorbijsteekt terwijl ik al optrek. Ternauwernood weet ik te remmen om zo een potentieel ernstig ongeval te voorkomen. In mijn stuurbeweging raak ik de claxon ook. Prompt stopt de motorrijder (midden op het volgende kruispunt) om mij eens even kwaad aan te kijken, ermee dreigend af te stappen om mij een lesje te leren. Normaal? De Rogierlaan overstekend stuit ik op een voetganger die netjes, zoals het een voetganger in Schaarbeek betaamt, bij rood oversteekt. Dat hierdoor al het verkeer stil komt te staan, maakt de politie (die, zoals het Schaarbeekse politie betaamt, netjes op de hoek van dit kruispunt heeft geparkeerd zonder aanwijsbare noodzaak) geen bal uit; ze kijken het met vermaak aan. Normaal? Ik wil de Oudergemlaan uitrijden richting de Jacht. Van rechts komt een politiewagen. Leuk voor hen dat ze elke dag dat mooie blauwe pak mogen aantrekken, maar ik rijd op een voorrangsweg en heb dus voorrang. Zou je denken... De politie deelt mijn schijnbaar naïeve mening niet en rijdt lekker de weg op zonder te letten op mijn naderingssnelheid; het is enkel omdat ik dit soort fratsen van hen verwacht dat we op dit moment niet gedrieën beledigingen uitwisselen in het ziekenhuis. Normaal? Op het ‘kruispunt’ Reyers (en ik gebruik die benaming zeer losjes in dit geval) wil ik rechtdoor oversteken vanuit de Roodebeeklaan, richting de oprit van de Ring. Niet alleen de voetgangers, maar ook de fietsers steken op hetzelfde moment over, ongehinderd door de overvloedig aanwezige ‘sfeerverlichting’ aan de kant van de weg. Dat deze verlichting ook een andere functie heeft, ontgaat hen blijkbaar.

door het verkeer zigzaggen als een bal in een flipperkast de veiligheid ten goede komt? Laat er eens een campagne komen, gesteund door politiecontroles, om de automobilist meer op die kippen zonder kop te laten letten! Vandaag nog word ik, de Kortenbergtunnel uitkomend, ingehaald door een motorrijder (met passagier achterop) die vanuit de richting

De oorzaak van ons gezamenlijke probleem moeten we zoeken bij niemand anders dan onszelf. Wie onachtzaamheid zaait, zal ellende en dood oogsten; zo simpel is het. Dit is niet alleen de schuld van de idioot die met honderd per uur door de stad scheurt, de fietser die een druk kruispunt op rijdt wanneer het rood is, of de voetganger die, eveneens door rood, nonchalant oversteekt. Die mensen zijn wij namelijk allemaal. Als we verandering willen, moeten we niet met lede ogen de overheid aankijken met het verzoek (of de eis) iets te doen: wij moeten iets doen. Het simpelste deel van de oplossing kan ik u aanreiken; hier en nu, direct en zonder onnodige woorden: denk nu eindelijk eens aan de veiligheid. Niet alleen de uwe, maar ook die van uw medeweggebruiker. Als u al ziet dat uw manoeuvre een ander in een lastige of zelfs gevaarlijke situatie kan brengen, doe het dan niet. Ik engageer me. U ook?

John Willemsen

John Willemsen werd in 2003 rijinstructeur en was docent en mentor bij een instructeursopleiding. Hij ijvert voor een veiliger, socialer en milieuvriendelijker Brussels verkeer


BDW 1281 PAGINA 15 - DONDERDAG 26 MEI 2011

BRIEVEN VAN LEZERS   lezersbrieven@bdw.be

Speelruimte Als ik mijn zoon, die in Sint-Jans-Molenbeek woont, bezoek, valt het me op dat de voetpaden en straten er de laatste tijd iets properder bijliggen. Het doet goed dat het braakliggende terrein aan de Ninoofsesteenweg bij het Weststation wat opgekuist wordt en dat men er minder sluikstort. Wat me wel stoort als ik met mijn kleinzoon buiten wil gaan spelen, is hoe weinig kindvriendelijk de openbare ruimte ingericht is. Als er dan al ergens een pleintje is, dan is het aantal schommels of andere speeltuigen ontoereikend of is de staat ervan zo slecht, of ze zijn alleen voor heel kleine kinderen. Ook de netheid laat te wensen over. Ik kan best begrijpen dat kinderen en jongeren rondhangen op straat en dat er zo moeilijkheden ontstaan. Het is hoogstnodig dat de gemeente inspanningen doet om het openbaar domein in te richten om kinderen en jongeren ontspanningsmogelijkheden te geven en om dit domein te onderhouden. Misschien zou het interessant zijn om de kinderen en jongeren uit de gemeente te betrekken bij de plannen en de uitvoering. Betrokkenheid schept verantwoordelijkheid en doet jongeren respect hebben voor hun omgeving.

ten in de aarde staan. Ik ben geen bomenspecialist, maar was (en ben nog steeds) verbaasd te zien dat de netten die de wortelkluiten beschermden tijdens het transport, bij het planten niet werden geopend om de wortels ruimte te geven. Meer nog: zelfs de metalen draden en spansluitingen zijn niet verwijderd, wat later tot schade kan leiden, en op z’n minst een verkwisting is van herbruikbare materialen. Moest het werk plots snel-snel gedaan zijn omdat de een of andere notabele de Rambla kwam inwandelen? Ik vrees dat deze bomen, met wellicht toch een prijs van enkele duizenden euro’s per stuk, alles inbegrepen, het niet goed gaan doen, en wellicht zelfs langzaam kapot zullen gaan. Zeg niet dat niemand het gezien of gezegd heeft. Het is misschien nog niet te laat als er snel iets aan gedaan wordt. Urbain Bax, Lede

Nederfrans In de winkel bij het Stripmuseum ligt bij de Nederlandstalige strips een bordje met daarop: “Manipuleren alle boeken net lekkernij. Dank u.”

Trees De Muynck, Wannegem-Lede

Band Een nieuwe staatshervorming betekent niet automatisch het lossen van de band tussen Brussel en Vlaanderen. Het volstaat wat creatief te zijn. Waarom zouden trouwens twee systemen van kinderbijslag in Brussel onhaalbaar zijn, zoals sommigen beweren? In elk geval niet om technische of ethische redenen, want zulke verschillen bestaan vandaag al. Het bedrag van de kinderbijslag is nu al verschillend naargelang van het statuut van de ouders (zelfstandige, loontrekkende, ambtenaar,...). Twee verschillende regimes kunnen ook perfect naast elkaar bestaan, zoals de zorgverzekering, maar ook het christelijk ziekenfonds nu al bewijzen: in Brussel moet je aansluiten bij MC (Franstalig) óf bij CM (Nederlandstalige), en beide regimes zijn verschillend. Het is inderdaad een politieke kwestie. Franstalig België/Brussel wil de invloed van de Vlaamse gemeenschap in Brussel zoveel mogelijk terugdringen. Dát is de kern van de zaak, en blijkbaar zijn ook sommige Vlaamse partijen van plan te berusten en zo Brussel stukje bij beetje los te laten. Dat zal het uiteenvallen van het land alleen maar versnellen, en dat weten bepaalde Franstaligen ook, maar zo proberen ze Brussel volledig binnen hun invloedssfeer te krijgen voor als het zo ver komt. Ondertussen staren sommige Vlaamse politici zich blind op de zogenaamde technische en ethische hinderpalen en verliezen ze uit het oog waar het sommige Franstaligen écht om te doen is. Johan Van den Driessche, bestuurder Voka-Comité Brussel en HUB

Ramblas Het heeft wat voeten in de aarde gehad vooraleer er bomen stonden die ons in de toekomst schaduw, vi­suele schoonheid en gezelligheid zullen schenken. Al zal dat geen sinecure zijn, ook niet voor de bomen, met de nieuwe verkeerssituatie waardoor er permanent aanschuivend of stilstaand verkeer is rond de Rambla naar het Centraal Station; rond halfzes ’s avonds staan er gemiddeld tien MIVB-bussen met draaiende motor aan te schuiven. De vraag is ook of de bomen zelf wel met de goede voe-

BDWOPINIE

Lieven Dejager, Brugge

Vlinder Met Jean Nouvel (‘Vlinder boven Zuidstation’ in BDW 1279, p. 9) haalt Brussel eindelijk een architect met wereldreputatie binnen. Nouvels realisaties zijn geenszins onopgemerkte niemendalletjes, het tegendeel van het type zoals er in onze Europese hoofdstad al zoveel zijn neergepoot; zij genieten in de meeste gevallen zelfs van een onverwachte populariteit. Evenwel hoeft men van dergelijke bouwers geen spontane inleving te verwachten, en al evenmin artistieke empathie, wat onvoorspelbaarheid in de hand werkt. Gelet op de omvang van het project en de hoogte van het gebouw zal niemand ernaast kunnen kijken, en wordt deze omgekeerde V – als de politiek ermee instemt – de langverwachte natte droom werkelijkheid om Brussel architecturaal in heel Europa in de kijker te plaatsen. Materieel gezien zal er wel rekening moeten worden gehouden met enkele nadelen, zoals de weerspiegeling van al dat overmatige zonlicht in de spiegelwanden naar de omgeving, maar ook de daarbij horende schaduwpartijen die de hele buurt zullen onderdompelen. Tenzij de grotendeels mediterrane bevolking van de buurt rond het Zuidstation dit zon-schaduwaspect niet als nefast beschouwt? Jonas Wille, Oudergem

Loubna Op een hoek van de Kroonlaan in Elsene, vlak bij het Blyckaertsplein, verdween enkele jaren geleden een garage. Het pand werd gesloopt en nooit vervangen. Nu kun je daar een pracht van een boom en een wandschildering bewonderen. Een van mijn studenten op de avondschool vroeg me waarom dit allemaal gebeurde. Een vermist meisje van negen jaar was op die plek het slachtoffer geworden van een pedofiel. Toen vroeg een studente me waarom er daar geen gedenkplaat was, of gewoon een woordje uitleg om te begrijpen waarom dat meisje overleden was. Ik bleef met de mond vol tanden, en nu stel ik me dezelfde vraag... In de Kroonlaan vond er ooit een Witte Mars plaats. Wie herinnert zich dat nog?

Marianne Vincent, Watermaal-Bosvoorde

SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar lezersbrieven@bdw.be. Schrijven kan naar BDW-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via lezersbrieven@bdw.be. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.

Vacatures door Danny Vileyn Als we de dagbladen mogen geloven, dan heeft de PS alle postjes al netjes verdeeld. Yvan Mayeur volgt na 2012 Freddy Thielemans op als burgemeester van de Stad Brussel. Wie het interview met minister-president Charles Picqué in deze krant (p. 4-5) aandachtig leest, weet dan dat hijzelf zal worden opgevolgd door Brussels schepen Philippe Close. Mayeur komt uit de stal van Philippe Moureaux, Close is een vertrouweling van voorzitter Elio Di Rupo. Een mooi evenwicht. Maar misschien moeten we toch maar eerst de verkiezingen afwachten. Dat de PS zich begint voor te bereiden, is normaal. De partij is een machtsmachine. Kijk maar naar de benoemingspolitiek in de para­ regionale instellingen. Actiris, de Brusselse dienst voor arbeidsbemiddeling, wordt voortaan geleid door Grégor Chapelle, een PS-schepen – waarmee overigens niet gezegd is dat hij incompetent zou zijn. En als de grote baas van de vervoersmaatschappij Alain Flausch binnen afzienbare tijd zijn lier aan de wilgen mocht hangen (of ertoe gedwongen wordt), dan treedt er opnieuw een grote machinerie in werking. Wordt de opvolger van Flausch dan ook een PS’er? De machtspolitiek van de PS is bepalend voor de toekomst van Brussel. Met de vervanging van Freddy Thielemans en Charles Picqué komen namelijk de twee meest zichtbare politieke functies vacant. De twee invloedrijkste, ook. Burgemeester van de Stad Brussel is, meer nog dan minister-president, een functie met een nationale en internationale dimensie. De Stad Brussel plaatst zich vaak genoeg als hoofdstad op gelijke hoogte met het Gewest. Een gewestelijke politiek die niet door de Stad Brussel gedragen wordt, is een heikele onderneming. Met zijn jaren dienst als OCMW-voorzitter en gemeenteraadslid heeft Mayeur de nodige expertise in huis, maar het is twijfelachtig of zijn komst een breuk met het huidige beleid zal betekenen. Mayeur wordt in de Franstalige pers geroemd omdat hij erin slaagt duizend nieuwe woningen te bouwen. Alleen moet nog blijken of het wel zo’n goed idee is om het groene Neder-Over-Heembeek vol te bouwen (p. 6-7). Ook de minister-president is een sleutelrol voor de toekomst van het Hoofdstedelijk Gewest. Als Philippe Close nog voor de gewestverkiezingen van 2014 de fakkel van Charles Picqué overneemt, dan zal hij zich moeten inschrijven in het nieuwe België waarin de gewesten/gemeenschappen meer gewicht hebben en meer overleg moeten plegen. Niet zozeer als région à part entière, maar als meervoudige hoofdstad en internationaal beslissingscentrum. Zijn ervaring als schepen van Toerisme kan Close dan goed van pas komen.

EVA HILHORST


© IVAN PUT

BDW 1281 PAGINA 16 - DONDERDAG 26 MEI 2011

VADROUILLE DE CULTUUR- EN VRIJETIJDSBIJLAGE VAN BRUSSEL DEZE WEEK

Week van de Begraafplaatsen LAKEN – U kent het intimistische en verstillende Museum voor Grafkunst, in het Atelier Salu naast de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Laken, nog niet? Op zondag 29 mei kunt u er terecht, tijdens de Europese Week van de Begraafplaatsen.

Film > Gust Van den Berghe leert Cannes weer dromen

‘Sloten mensen de ogen maar tijdens mijn film’ © MINDS MEET

Het erfgoedinitiatief wordt ingevuld door de vzw’s Epitaaf (Brussel) en Grafzerkje. Bijna vijftig bezoeken aan kerkhoven en begraafplaatsen in Vlaanderen (www.grafzerkje.be) worden aangevuld met vier interessante funeraire trajecten in het Brusselse gewest. Het kerkhof van Laken (1804) is met zijn monumentale zerken en zijn ondergrondse, deels toegankelijke grafgalerijen een evenknie van Père-Lachaise in Parijs. U vindt er onder meer de zerken van symbolistisch kunstenaar Fernand Khnopff en opera­zangeres La Malibran en de mansgrote sculptuur ‘De denker’ van Rodin. Te bezoeken op 29 mei, 14 uur. De begraafplaats van Sint-Joost-tenNode, waar Philippe Wolfers, edelsmid van de art nouveau, begraven ligt, wordt op woensdag 1 juni, 10 uur, met een gids bezocht. De heuvelbegraafplaats van de Dieweg (Ukkel) – waar onder meer Kuifjes vader Hergé, protestanten en joden liggen – is al vijftig jaar niet meer in gebruik. Bezoek op 2 juni, 10 uur. En tot slot zijn op 3 en 4 juni (14 uur) de architecturale pareltjes van de begraafplaats van Elsene met een gids te beJMB wonderen. Meer op 0485-78.47.35 ADVERTENTIE

Handicap & informatie Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor personen met een handicap

 02/463.58.58 alle werkdagen van 9 tot 12u30 uitgezonderd donderdag van 14 tot 17u.

Bezoeken enkel op afspraak Informatie@handicap-ambulant.be

Regisseur Gust Van den Berghe (l.): “Ik zou liever geen films maken. Ik zou liever naar films gaan kijken. Maar bon...”

CANNES – Voor het tweede jaar op rij werd de jonge filmregisseur Gust Van den Berghe door de Quinzaine des Réalisateurs uitgenodigd om zijn film in Cannes aan de wereld voor te stellen. BDW was erbij en zag de zaal met open mond staren naar prachtige blauwe tableaus van de symbolistische wereld die Van den Berghe in het Togolese dorp Koulangou zocht – en vond.

E

en jaar geleden maakten we in Cannes de geboorte mee van een nieuwe Belgische regisseur om rekening mee te houden. Lefgozer en beeldenstormer Gust Van den Berghe was met de langspeelfilm die hij als Rits-student stiekem gemaakt had, gese-

lecteerd voor La Quinzaine des Réalisateurs, een parallel festival dat zich toelegt op innoverend werk van opkomend internationaal talent zoals (destijds) Ken Loach, Martin Scorsese en Luc en Jean-Pierre Dardenne. Little baby Jesus of Flandr was gebaseerd op

een kerstverhaal van Felix Timmermans, werd vertolkt door acteurs met het syndroom van Down en viel op door de rijke beeldtaal. Maar hoe moet het verder na zo’n huzarenstuk? Van den Berghe toverde doodgemoedereerd een tweede mirakel uit zijn hoed. Op 14 januari van dit jaar was hij nog met een kleine ploeg aan het filmen bij het Batammariba-volk in de regio Koutammakou in Togo. Vorige woensdag ging hij in Cannes in wereldpremière. Opnieuw blaast Van den Berghe het stof van een wat vergeten schrijver. Blue bird is losjes gebaseerd op L’oiseau bleu (1908) van Maurice Maeterlinck, tot op heden de enige Belgische


© CHRISTINE PLENUS

BDW 1281 PAGINA 17 - DONDERDAG 26 MEI 2011

Grand Prix voor Broers Dardenne tolia. De broers waren voor de vijfde keer op rij geselecteerd en keerden nog nooit met lege handen naar huis: niemand deed het hen voor. De Vlaming Wannes Destoop won de Juryprijs met Badpakje 46. Het parallelle festival La Quinzaine des Réalisateurs opende dit jaar met La fée van Dominique Abel en Fiona Gordon. De

nieuwe film van de twee clowns uit Anderlecht werd net als Blue bird van Gust Van den Berghe goed ontvangen. Slotfilm was Les géants van de parttime in Vorst wonende Bouli Lanners. Hij ging aan de haal met de Art Cinema Award en de Prix SACD. NR

© GUST VAN DEN BERGHE / MINDS MEET

Cannes 2011 was een goed jaar voor de Belgen. Onze stadsgenoot Luc Dardenne en zijn broer Jean-Pierre moesten de Gouden Palm laten aan de Amerikaan Terrence Malick met The tree of life, maar ze wonnen zilver met Le gamin au vélo. Ze delen de Grand Prix met de Turk Nuri Bilge Ceylan en zijn Once upon a time in Ana-

Blue bird is losjes gebaseerd op Maurice Maeterlincks L’oiseau bleu.

winnaar van de Nobelprijs voor Literatuur. Twee Togolese kinderen spelen twee kinderen die een stap in de wereld zetten om hun verloren blauwe vogel terug te vinden. Op hun tocht ontmoeten ze dode grootouders, bosgeesten, de Chef des Plaisirs en de ongeboren kinderen van het Koninkrijk van de Toekomst. Die willen hun van alles bijbrengen, maar de kinderen verstaan hen nauwelijks. En toch zijn ze  ’s avonds veranderd. Opnieuw is de esthetiek wonderlijk. Het publiek in Cannes onthaalde de film vol verwondering. Daags na de wereldpremière heb ik met Van den Berghe afgesproken in een decor dat alvast in kleur perfect aansluit op de film: de hemel is azuurblauw, hetgeen wel vaker gebeurt aan de Azurenkust, en de golven van de o zo blauwe Middellandse Zee doen vergeefs pogingen om onze laarzen te likken. Blue bird valt onmiddellijk op door het beeldformaat en doordat alles blauw is. Was dat van bij het begin het plan? Gust Van den Berghe: “In mijn hoofd was de film van bij het begin blauw, ja. Vorige zomer trok ik naar Togo om te schrijven. Ik wou in het verlengde van de symbolistische schilders werken. Met lokale vrienden heb ik een hele dag rondgereden om een blauwe zonnebril te vinden. Met die blauwe bril op mijn neus liep ik naar shots te zoeken. Een absurd tafereel, al zeg ik het zelf. Het effect was flets. Ik had twee zonnebrillen nodig, of sterkere gekleurde glazen. Terug thuis ben ik met een blauwfilter gaan experimenteren op foto en filmmate­ riaal.” Is het een half of een heel mirakel dat u hier nu zit? U werkte in ongewone

omstandigheden met zéér beperkte budgettaire middelen, en amper vijf maanden geleden was u nog aan het draaien. Van den Berghe: “Een heel mirakel. Soms gebeuren dingen, soms niet. Het was alles of niks. We hebben heel gericht gedraaid. Ik had dit verhaal in mijn hoofd en geen ander. In de montage kon bijna niet geschoven worden. Volgorde, structuur, inhoud lagen vast. Bijna alle scènes zitten in de film.” Wanneer wist u dat de Quinzaine u opnieuw wou? Van den Berghe: “Op 15 januari waren we terug in België. Een maand later was er al

“Niets zo leuk als vertrekken uit Cannes en het Liedtsplein terugvinden. Ik wil niet in de Cannesbubbel blijven hangen” veertig minuten gemonteerd, dat is heel snel. De Quinzaine kreeg die beelden te zien en wou het verdere proces van dichtbij volgen. De Quinzaine hoopte dat het Festival van Cannes zou toehappen. Daar is sprake van geweest, we hebben de shortlist gehaald. Maar ik denk dat ik de officiële selectie niet overleefd zou

hebben. Kijk naar de films die naar een Gouden Palm dingen, kijk naar de namen in de nevenselectie Un Certain Regard. De Quinzaine is al meer dan ik verdien. Ik wil artistiek stap voor stap groeien. Dit is al meer dan ik ooit had durven te dromen.” Weten de buren van uw avontuur in Cannes? Van den Berghe: “Neen. Alleen Bakrim, de bakker op het Liedtsplein, weet dat ik ‘iets met camera’s’ doe. Hij heeft me al voorgesteld om een reportage in Marrakech te maken.” “Niets zo leuk als vertrekken uit Cannes en het Liedtsplein terugvinden: voeten weer op de grond en everybody minds his own business. Ik wil niet in de Cannes-bubbel blijven hangen. Ik heb er mijn buik nu al een beetje van vol. Ik loop hier nu al een tijdje rond. Ik had gehoopt om hier een paar dagen vakantie te nemen, maar dat is er niet van gekomen. Ik heb vooral op de Marché (de plaats waar films verkocht worden, NR) met mensen gepraat. Dat staat zo extreem ver van me af dat het bijna plezant wordt. Het ging gelukkig veel over de film en niet over het ondergoed dat ik draag of wat ik eet.” Wat voor vragen vuurde het publiek op u af na de vertoning? Van den Berghe: “De vragenronde was  schitterend, absurd en grappig. Het is veel mensen opgevallen dat het verhaal zich niet in Afrika hoefde af te spelen, en dat contrasteert met veel Afrikaanse films of  met films die een beeld schetsen van  Afrika. Natuurlijk kaart ik dingen aan.  Maar het verhaal is universeel: kinderen groeien overal ter we­reld op. Tegelijkertijd  zit Afrika in de po­riën van de film.”

Denkt u nu anders over cinema? Van den Berghe: “Euh... ja. Ik ben aan het groeien. Waar ik draai, maakt niet uit. Ik film heel weinig. Ik ben bang voor camera’s en fototoestellen. Ik heb die vieze dingen niet liggen. Als ik een camera aanraak, dan wil ik er iets mee doen. Dan wil ik er goed en bewust mee omgaan en de gedraaide beelden ook gebruiken. Ze moeten een betekenis hebben, een waarde. Er worden zovéél beelden gedraaid die waardeloos zijn. Ik zou liever geen films maken. Ik zou liever naar films gaan kijken. Maar bon...” Wat mist u dan? Van den Berghe: “Wat ik vandaag mis, zijn niet beelden – beelden zijn overal –, maar verbeelding. Ik mis het durven dromen. Er is een enorm wakkere mentaliteit. We zijn kritisch en bewust en dat is wel mooi... maar durven dromen is bijna taboe geworden. Zeggen dat je een dromer bent, is gewaagd. Ik probeer de verbeelding de vrije loop te laten en de mensen te laten dromen als ze naar mijn films kijken. De een gaat daar al makkelijker in mee dan de ander. Zo’n droom is natuurlijk veel persoonlijker dan de realiteit. Het is veel gemakkelijker om een afstandelijke, gewelddadige film te maken dan het over niks te hebben.” “Twee kinderen zoeken een vogel: dat is een simpel verhaal, maar het wordt zo subjectief verteld; het kan alleen uit mijn hoofd komen. Elk beeld is een verrassing. Zoals in een droom. Er is geen verwachtingspatroon. Verbeelding begint bij mij trouwens bij geluid. Geluid roept beelden bij me op. Ik zou het nog het leukst vinden als mensen hun ogen sloten tijdens mijn film. Dan pas zijn ze echt aan het kijken.” Niels Ruëll


BDW 1281 PAGINA 18 - DONDERDAG 26 MEI 2011

Muziek > Brussels Jazz Marathon: Tricycle stelt derde plaat voor in Elsene en Schaarbeek

De naakte waarheid van een trio BRUSSEL – Tricycle, het trio van accordeonist-componist Tuur Florizoone, heeft zonet zijn derde album Queskia? uitgebracht, waarop jazz, film-, wereld- en kamermuziek en improvisatie feilloos door elkaar vloeien. Dit weekend treden ze op in het Mercelistheater en in het Maison des Arts van Schaarbeek.

zo’n intieme formatie is het volgens de jonge accordeonvirtuoos belangrijk om elke muzikant voldoende plaats te geven. “Op het eerste album wilden we ons echt bewijzen. Het

Cd-voorstellingen op 27 mei in het Mercelistheater, Mercelisstraat 13, 1050 Elsene, en op 28 mei in het Maison des Arts, Haachtsesteenweg 147, 1030 Schaarbeek. Meer op www.tricycle.be

© JEAN-FRANÇOIS FLAMEY

Tricycle, dat is (vlnr.) Vincent Noiret, Philippe Laloy en Tuur Florizoone. “Een Vlaming, een Waal, een Brusselaar: queskia?”

De titel, Queskia?, dan. “Dat is een knipoog naar mijn gebrekkig geschreven Frans. Het leven zonder humor zou voor mij niet veel betekenen, dat kun je uit de titel halen. Maar het is ook een vraag: waarom moet het allemaal zo moeilijk zijn? Er zit ook wel een communautair tintje aan. Wij zijn een Vlaming, een Waal en een Brusselaar, maar pas de problème, we verstaan elkaar. Maar los daarvan: een titel zoeken is aartsmoeilijk omdat wij geen teksten hebben.” Het album is uitgebracht op Aventura Musica, een label dat Florizoone oprichtte en waarop hij voortaan al zijn albums zal uitbrengen. Hij heeft ook de licenties van zijn vorige albums teruggekocht. “Ik ben altijd mijn eigen producer geweest, dat zegt iets over mijn karakter, ik heb het graag zelf in de hand. Als iemand me toelating komt vragen om een compositie voor een film te gebruiken, dan kan ik daar nu autonoom over beslissen. En omdat ik toch al de grootste klant was van mijn eigen cd’s, kan ik alles beter gewoon zelf doen,” zegt Florizoone. Benjamin Tollet

T

oen het album begin deze maand werd voorgesteld bij Muziekpublique, kon een bijna volle Zaal Molière zien dat dit trio – accordeonist/componist Tuur Florizoone, contrabassist Vincent Noiret en saxofonist/dwarsfluitspeler Philippe Laloy – staat als een huis. “Als ik tijdens een optreden voel dat de concentratie verslapt, dan reageer ik meteen,” legt Florizoone uit. “Hoe beter je je instrument beheerst, hoe meer impact je hebt door luider of ritmischer of stiller te gaan spelen. Als trio kunnen we het roer plots omgooien zonder afspraken te maken.” Na twaalf jaar samenspelen hebben de drie evenwicht gevonden. Florizoone is eerder het avontuurlijke type, hij laat zich graag inspireren door het moment en beslist op het laatste nippertje wat hij gaat doen. Noiret houdt meer van regelmaat, hij is de baslijn van de groep en zorgt voor stabiliteit. De meeste nummers zijn composities van Florizoone, maar met

tweede album is opgenomen met een hele resem gastmuzikanten, en nu wilden we terug naar de sterkte van het trio: je bent met drie, en daarmee moet je het redden.”

ADVERTENTIE


BDW 1281 PAGINA 19 - DONDERDAG 26 MEI 2011

ADVERTENTIE

De Werkwinkel, werkt! in BRUSSEL

Oude wijsheid voor nieuwe zaken

Le Werkwinkel, à BRUXELLES ça marche! © LIES WILLAERT

Praat

Lieven De Cauter verrast als wijsgerig archeoloog. Cultuur, zegt hij onder meer, vindt haar oorsprong in ’s mensen gebrekkige reukzin.

Gelezen: De oorsprongen – Het boek der verbazing van Lieven De Cauter, uitg. Lannoo Campus, 224 p., 24,95 euro (www.lannoocampus.com).

achteraf

Waarom staren we graag naar een haardvuur of een kabbelend beekje? Waar ligt de oorsprong van het alfabet? Wat valt er te bedenken bij het vreemde Engels in ‘She loves me, she loves me not’? De Brusselse filosoof Lieven De Cauter stelt zich voortdurend dat soort vragen. Met een 35-tal proeven van antwoord in de vorm van een miniessay vulde hij zijn Boek der verbazing. Een boek dat je ’s avonds kunt lezen, op het moment dat De Cauter het ook geschreven lijkt te hebben: zittend aan dat haardvuur dat hem zo bezighoudt, zittend ook op de schouders van reuzen als Kant (“Kant heeft altijd gelijk”), Aristoteles, Nietzsche, Freud of Baudelaire. Die zetten De Cauter met hun inzichten op weg naar bespiegelingen die vandaag relevant zijn. Het was bijvoorbeeld Kant die in zijn Kritik der Urteilskraft onderscheid maakte tussen ‘schone voorwerpen’ en ‘schone uitzichten’ op voorwerpen die de verbeeldingskracht wel prikkelen, maar niet opeisen – zoals vuur. Zo kan men starend naar het haardvuur genieten in volmaakte onnadenkendheid. Waar De Cauter dan onder meer aan toevoegt dat het vuur de mens ook terugvoert naar zijn beschavende oerhandeling bij uitstek: het beheersen van dat vuur. Sommige antropologische of etnografische verklaringen heeft u misschien al eens eerder gehoord, zoals het verhaal achter de kerstboom, de Europese oorsprong van Halloween of het feit dat we het begrip ‘landschap’ aan de schilderkunst te danken hebben. Mij verraste bijvoorbeeld de these dat stilte een modern gegeven is, niet ontstolen aan de natuur, maar op die natuur gewonnen door de architectuur. Of dat het woord school teruggaat op het Griekse scholè, dat ‘vrije tijd’ betekent: tijd die dient om in het openbaar bezig te zijn met menselijke activiteiten bij uitstek: genieten, politiek handelen en denken. De hoofdtitel van De Cauters boek is niet toevallig De oorsprongen. De Cauter diept voortdurend oude, vergeten inzichten en ideeën op

die hun waarde nog kunnen bewijzen. Hij doet aan culturele archeologie door op zoek te gaan naar de oorsprong van de muziek (heimwee naar de klanken van het paradijs), van de poëzie (er is een parallel tussen antieke smaadwedstrijden en de hedendaagse rap battles), het spel, de komedie... Soms gaat hij daarbij wat kort door de bocht. Bijvoorbeeld als hij de/een oorsprong van de cultuur zoekt in de gebrekkige reukzin van de mens: wij zouden overal tekens nalaten omdat we geen neus meer hebben voor geursporen. Maar zo’n charge is bewust omdat ze altijd begrip oplevert. Enig voorbehoud tegen de door hem vaak gevolgde etymologische methode houdt hem dus ook niet tegen: “Etymologieën zijn dan misschien onbetrouwbaar, ze wijzen wel de weg naar een diepgelegen verstaan van de wereld dat in de taal als in een overwoekerd archief ligt opgeslagen.” Zelfs als hij niet waar zou zijn, is De Cauters uitleg altijd goed gevonden. Dat de oorsprong van het communisme zou kunnen liggen in heimwee naar ervaringen uit de kindertijd (de weelde van vakantienamiddagen doorgebracht in bendes beheerst door kinderen, uitstappen of zwempartijen gevolgd door collectieve maaltijden), is een wonderlijke gedachte. Interessante lectuur is zijn stuk over polymanie, een zelfgemunte term voor het ‘tegendeel’ van monomanie, dat De Cauter omschrijft als een intellec­t ueel Peter Pan-syndroom: niet willen volwassen worden door niet één rol, één roeping, één beroep, één leven te willen. Overigens moeten we benadrukken dat De Cauters denken altijd nog heel wat stapjes verder zet dan we hier met enkele voorbeelden kunnen laten zien. De Cauter is, zoals de achterflap vermeldt, niet alleen filosoof en schrijver, maar ook activist. Zo was hij in 2004 een van de initiatiefnemers van The BRussells Tribunal, naar aanleiding van de oorlog in Irak. Al beklimt De Cauter in dit boek geen barricades, zijn evaluatie van onze tijd als het gaat om (de teloorgang van) het verlichtingsdenken, de academische vrijheid, subversiviteit en andersglobalistische actie, zijn verontrustend. Michaël Bellon

PLAN NAAR WERK 3e Beurs van Nederlandstalige opleidingen en werkervaringsprojecten 3ÈME Bourse des formations et des projets d’expérience professionnelle néerlandophones www.plannaarwerk.be Gratis toegang - Entrée gratuite

WANNEER? / QUAND? Donderdag 9 juni 2011, 10u - 16u Jeudi 9 juin 2011, 10h - 16h WAAR? / OÙ? Ancienne Belgique Boulevard Anspachlaan 110 1000 Brussel/Bruxelles

BRUSSEL

Georganiseerd door / Organisée par

Met de steun van / Avec le soutien de


BDW 1281 PAGINA 20 - DONDERDAG 26 MEI 2011

Groen > Nationale Plantentuin heeft nu ook Moesson- en Savannekas

De moesson waait over Meise D

e langzame heropstanding van de Nationale Plantentuin van België zet zich door. Nadat de voorbije jaren al vijf serres van het Plantenpaleis grondig werden gerenoveerd, was het dit jaar de beurt aan een Moesson- en Savannekas. De gloednieuwe kas staat helemaal in het teken van die tropische gebieden, die een afwisseling kennen tussen uitgesproken droge en natte seizoenen. Alhoewel we bij ‘tropen’ vaak denken aan het vochtige oerwoud, zijn de beelden van Afrika vaak gedomineerd door zichten uit de savanne, een ‘open bos’, met veel grassen (waartussen leeuwen schuilen) en hier en daar een boom. Deze planten hebben dus allemaal een aanpassing tegen de droogte en vaak een verdediging tegen dorstige dieren. De Afrikaanse baobab heeft een dikke stam vol water. In ZuidAmerika doet de flessenboom of palo borracho (‘dronken stok’, Ceiba speciosa) hetzelfde: hij staat er dikbuikig bij. We zien tal van acaciasoorten met hun venijnige stekels. Sommige worden in het wild bewoond door mierenkolonies die de boom verdedigen in ruil voor zoet sap. De

planten zijn robuust of juist iel en gewapend voor moeilijke tijden. Een ervan draagt de prachtige naam kanniedoodboom. Andere leveren nuttige stoffen voor de mens, zoals kapok, mastiek, Arabische gom (postzegellijm) of de mirre uit het verhaal van de Drie Koningen. Elders staan schroefpalmen (Pandanus). In deze serre dus geen dicht groen, maar een stenige ondergrond, met zelfs een replica van een termietenheuvel. Vroeger stonden de planten hier in potten, maar voor de nieuwe inrichting hebben Thomas Cammaerts, de verantwoordelijke voor de kas, en zijn ploeg ze uitgeplant in ruimere grond. “Sommige planten wisten niet wat hen overkwam,” zegt Cammaerts, die begon als amateur van succulenten en nu sinds een jaar voor de Plantentuin werkt. “In plaats van uit te lopen vielen ze stil, we moesten hier bijna blijven slapen om ze in leven te houden.” Maar nu schieten de bomen mooi op, en in de komende maanden en jaren kunnen we uitkijken naar bloeiende jacaranda’s en flamboyants. Een vermeldenswaardige aanwezige in de kas is een bescheiden vrou-

© SASKIA VANDERSTICHELE

MEISE – In de Nationale Plantentuin ging een heringerichte kas open. Je kunt er dit jaar ook een Wereldwoudenparcours volgen, en in de serres fladderen reuzenvlinders. Het wordt een mooie zomer in Meise.

Thomas Cammaerts bekijkt de moeder aller Belgische sansevieria’s.

wentong, de meest banale vensterbankplant in dit koninkrijk. Deze geelgerande of ‘gevariëgeerde’ versie van de Sansevieria trifasciata (meer bepaald de variëteit ‘Laurentii’) bracht de ontdekkingsreiziger Emile Laurent mee van een Congo-expeditie. In 1904 werd de plant beschreven door Emile De Wildeman, ooit directeur van de Plantentuin, toen

nog in ‘de Botanique’ in Brussel. De Wildeman voorspelde dat deze geelgerande vrouwentong weleens een commerciële toekomst zou kunnen hebben als huisplant. Het fascinerende is dat waarschijnlijk alle geelgerande vrouwentongen in België – ze staan ook bekend als ‘Belgenplant’ – ooit werden afgescheurd en vermeerderd van dit ene exemplaar

dat nu in Meise staat. Van een evolutief succes gesproken!

Wereldwouden Weinig plantentuinen in de wereld hebben een Moesson- en Savannekas, misschien omdat het niet zo eenvoudig is om de seizoenswisselingen na te bootsen. Maar in Meise willen ze alle ecosystemen van de

Culinair > Jonge Brusselaar steekt geuze over de taalgrens

Lambieknieuws Inspelend op de internationale hype brengt Armand Debelder, van 3 Fonteinen in Beersel, vier uitzonderlijke bottelingen van zijn Armand 4 uit. Dit is de laatste assemblage van zijn eigen, beste lambiekbieren. Debelder verloor twee jaar geleden een volledige jaarproductie geuze door een falende thermostaat in zijn opslagruimte. Hij zag zich genoodzaakt zijn brouwinstallatie te verkopen. Vier, zegt Armands echtgenote Lidy, rijmt op fier, en volgens Debelder zijn Belgen nog altijd niet trots genoeg op de producten van de lambiek. De Armand 4-serie is be-

dacht als collector’s item en doelt op de buitenlandse markt. De richtprijs is 24 euro per fles. Deze hebben een afwijkende vorm en komen in een aangepaste verpakking (in vier kleuren). Met de wat overdreven marketingaanpak hoopt Armand Debelder er weer bovenop te geraken en eventueel weer aan het brouwen te slaan. Net over de taalgrens, in Bierk (Bierghes), een deelgemeente van Rebecq, staat ondertussen Pierre Tilquin klaar om zijn eerste assemblage geuze te verkopen ( foto). De jonge Brusselaar begon, na in de leer te zijn geweest bij onder andere

© NICK TRACHET

BRUSSEL – Aan de Belgische markt merk je het nog niet zo, maar internationaal doen traditionele lambiekproducten het steeds beter. Een groot deel van de productie wordt vandaag geëxporteerd naar de VS, Japan of Scandinavië, en ook in Italië stijgt de vraag. In de Zennevallei zitten ze dan ook niet stil. Drie opmerkelijke nieuwe initiatieven.

Jonge geuzesteker Pierre Tilquin: dit weekend voor het eerst open huis.

Cantillon en 3 Fonteinen, een stekerij in Wallonië. Het Pajottenland begint op tweehonderd meter van zijn deur, Bierk ligt in de Zennevallei en Tilquin werkt met wort van vier gevestigde lambiekbrouwers. De geuze zal voor het eerst te proeven zijn op zaterdag 28 en zondag 29 mei, maar veertig procent van de productie is al gereserveerd door buitenlandse importeurs. (Tilquin, chaussée Maïeur Habils 110, 1430 Rebecq-Bierghes) Inspelend op het groeiende biertoerisme meldt men ons ten slotte de opening van het bezoekerscentrum De Lambiek in het toerismekantoor van Beersel (Gemeenteveldstraat 1, 1652 Alsemberg). Het is open van woensdag tot en met zondag (van 10.30 tot 16.30 uur) en wil een ‘belevingscentrum’ rond de traditioNT nele lambiekbieren zijn.


Waarschijnlijk zijn álle geelgerande vrouwentongen op de Belgische vensterbanken vermeerderd uit dit ene exemplaar, dat nu in Meise staat

kader kan de hele familie in Meise een Wereldwoudenparcours volgen. Gewapend met een foldertje kun je langs zestien stopplaatsen wandelen, zowel in de serres als in het park, waar op panelen uitleg en spelletjes worden gegeven rond het belang en de eigenheid van de verschillende soorten bossen en wouden van onze planeet. Het

parcours blijft open tot november. Daarnaast is er ook de fototentoonstelling met parcours Kriebelbeestjes in het bos. Ooit gehoord van de eikenbladroller, de hagenheld of de biefstukzwam? Een fototentoonstelling waarvan een gedeelte in het kasteel en een gedeelte in het bos werd opgehangen, toont de kleurenpracht van rupsen, vlinders en gallen. De foto’s zijn van de Nederlandse natuurfotografe Barbara Cook. “Bossen zijn meer dan bomen alleen. Mossen, dieren, kruidachtige planten, korstmossen en paddenstoelen hebben elk hun plaats in dit prachtige ecosysteem”: dat is de boodschap die Cook ons wil meegeven met deze tentoonstelling. De Victoriakas van het Plantenpaleis, ten slotte, is dit jaar dan weer extra feeëriek door de inbreng van een honderdtal blauwe morphovlinders. Dat zijn van de grootste en schitterendste vlinders op aarde. De diertjes kwamen als pop overgevlogen vanuit Costa Rica, waar ze gekweekt werden door boeren in een duurzaamheidsproject rond landbouw binnen het oerwoud. De Plantentuin experimenteert de laatste tijd vaker met dieren. In een andere kas werden al enkele soorten gekko’s uitgezet als insectenbestrijding, en met het goede weer komen ook paard en wagen weer van stal. Evenzovele unieke kansen voor genieters en fotografen. Nick Trachet

Evenement > Twintigste Folklorefestival

Van samba do Brasil tot Suid Afrikaans lied SINT-AGATHA-BERCHEM – De vereniging Bru-West pakt met de steun van de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) uit met de twintigste editie van het Internationaal Folklorefestival Meiboom. Na een dagje schoolvoorstellingen gaat een vierdaags programma van start. Zoals altijd worden dans- en zanggroepen uit Europa en verder aangezogen die ‘traditie’ hoog in het vaandel dragen. Elke groep treedt ’s middags op (waardoor ook senioren buitenkomen) en herhaalt de show om 20 uur. Het festival begint met Aldeia dos Anjos uit het Braziliaanse Gravataí. Daags nadien volgt een nog in te vullen groep, mogelijk uit Rusland. Voorts zakken Lietuva uit Vilnius (Litouwen) en dansgroepen uit Swa-

ziland en Zuid-Afrika naar Berchem af. Naamsbekendheid hebben die groepen hier niet, maar dat maakt deel uit van het verrassingseffect van de shows. Streekeigen klederdracht en een levendige choreografie garanderen het spektakelgehalte. En om ook kinderen vertrouwd te maken met folklore staan er voorstellingen gepland voor de vijfde- en zesdejaars van enkele gemeentelijke lagere scholen. JMB Internationaal Folklorefestival, 31 mei tot en met 3 juni in de Gemeentelijke Feestzaal, Koning Albertlaan 33, 1082 Sint-AgathaBerchem. Kaartjes en abonnementen voor alle voorstellingen op www.info-zomaar.be (niet telefonisch)

© NICK TR

wereld tonen, en daar mogen de moessonbossen en savannes niet in ontbreken. 2011 werd door de Unesco uitgeroepen tot het Wereldjaar van de Wouden en Bossen, en binnen dat

ACHE T

BDW 1281 PAGINA 21 - DONDERDAG 26 MEI 2011

Nick Trachet BRUSSEL EN DE WERELD CULINAIR ONTDEKT

Bicarbonaat In de keukenkast lag jarenlang een pakje te verpieteren. Vichy zout stond erop gedrukt en het was al zo lang in huis dat niemand nog wist waar het vandaan kwam. En dan blijkt het een van de meest veelzijdige producten die we in huis hebben... Zoonlief begon te experimenteren met chemieproefjes en plots was het oude doosje leeg. Er moest worden bijgekocht. Dat werd dan dit potje op de foto. Wat erin zit, heet voor de wetenschap natriumbicarbonaat, en hoe verder men zoekt, hoe meer gebruiksgebieden men ervoor ontdekt. Bicarbonaat wordt al sinds de Egyptenaren gebruikt als schoonmaakmiddel. Het werd gewonnen in mijnen onder de naam natron. Al klinkt het woord natriumbicarbonaat nogal scheikundig en synthetisch, het gaat om een natuurlijk product dat zelfs in ons lichaam wordt aangemaakt (in de alvleesklier) om het zuur te neutraliseren als ons voedsel de maag verlaat voor verdere vertering. Bicarbonaat vormt in oplossing een base. Voor wie geen scheikunde heeft geleerd: een base is, om het eenvoudig te houden, het omgekeerde van een zuur, een antizuur. Vandaar dat bicarbonaat maagzuur neutraliseert. Nu is het leven opgebouwd uit zuren: eiwitten bestaan uit aminozuren, vet bestaat uit vetzuren en zelfs onze genetische boodschap ligt opgeslagen in DNA, voluit desoxyribonucleïnezuur. Het is dan ook uitzonderlijk dat er basen in ons eten worden gebruikt, want ons eten is in de regel ook zuur: fruit en groente, vlees en vis. Bier en cola zitten zelfs vol... koolzuur. Wanneer bicarbonaat in de keuken opdook, is niet geheel duidelijk, maar het water van het kuuroord Vichy bevat meer dan vier gram bicarbonaat per liter en werd de voorbije eeuwen gretig gedronken door de rijken der aarde die in het Franse stadje kwamen uitpuffen van het jachtige leven. Ene mijnheer Leblanc ontdekte op het einde van de achttiende eeuw een proces om synthetisch bicarbonaat te bereiden. In de volgende eeuw werd onze landgenoot Ernest Solvay schatrijk door een eenvoudiger productieprocédé voor dit goedje, te vertrekken van krijt en keukenzout. Er was dan ook veel vraag naar

bicarbonaat. Het spul is nuttig voor duizend-en-een dingen. In de glasindustrie, bijvoorbeeld, of als ontgeurmiddel. In Vichy ging men het als poeder verkopen en later zelfs als pastilles. Keizerin Eugénie was er naar het schijnt gek op. Van medicijn tegen maagzuur werd bicarbonaat langzaam aan een snoepje. De Britten gebruiken al generaties lang een lepeltje bicarbonaat om kool en andere groene groenten hun kleur te laten behouden tijdens het koken. Wanneer we aan eten zuur toevoegen, dan gaan de proteïnen harder worden, ze trekken samen en het eten wordt taaier. Een mooi voorbeeld daarvan is de rolmops, die steviger is dan een rauwe haring. Omgekeerd doet een base de eiwitten zwellen. Het voedsel wordt malser, zachter. Basen zijn, zoals ik al schreef, zeldzaam in ons eten, maar een zeer eigenaardige toepassing vind je in de Scandinavische lutefisk of lutfisk: dat is droge vis die men in een sterke base (natriumhydroxide, ‘loog’) laat zwellen tot hij zo gelatineus wordt als een trilpudding. Voor lutefi sk zouden de meeste lezers allicht hun neus ophalen, het is, zoals de Engelsen zeggen, an acquired taste, en volgens kenners vooral een excuus om grote hoeveelheden aquavit te nuttigen. In de oosterse keuken worden ook basen gebruikt. Ramen-noedels bevatten heel wat bicarbonaat, en ook in andere bereidingen wordt er kwistig met jian gestrooid, zoals het poeder in China heet. Het goedje moet de zure smaak van gedesemd gebak neutraliseren, maar ook de zwellende en glibberig makende eigenschappen worden geapprecieerd. Chinese koks marineren bijvoorbeeld taai vlees in bicarbonaat, en ze doen er (net als bij lutefi sk) gedroogde inktvis mee zwellen. De grootste toepassing van bicarbonaat in de westerse huiskeuken is vooralsnog als rijsmiddel. Bakpoeder werd ooit uitgevonden als vervanger voor gist. Gist zorgt voor koolzuurgasbelletjes in het

Het klinkt synthetisch, maar het gaat om een natuurlijk product dat zelfs in ons lichaam wordt aangemaakt brooddeeg; bicarbonaat, gemengd met een zuur, gaat ook bruisen en een koolzuurgas vormen, maar is neutraler van geur en smaak, want bakpoeder vormt geen alcohol, gist wel. Het mooiste eerbewijs voor bicarbonaat komt uit Ierland, waar ze bijzonder fier zijn op hun soda bread: het rijzen van dit huiselijke Ierse brood wordt verwezenlijkt door bicarbonaat te combineren met het zuur in karnemelk of yoghurt: eenvoudig en lekker. Een recept (uit de vele): meng in een grote kom 450 gram broodmeel met een lepel natriumbicarbonaat, 25 gram suiker en een theelepel zout. Wrijf hierdoor 50 gram boter tot die goed verdeeld is. Nu moet het snel gaan. Maak een put in het midden van de bloem en doe er een kleine halve liter karnemelk bij (hoeveel juist is altijd moeilijk te zeggen, oefening baart kunst!). Dit moet vlug en slordig worden gemengd tot een egaal deeg. Ieren doen dit met een mes. Hoe minder er geroerd wordt in het deeg, zo vertelde men mij, des te beter het brood. Giet het deeg in een beboterde bakvorm (in Ierland is die meestal rond) en bak het brood in een voorverwarmde oven, eerst tien minuten bij 220 °C, dan ongeveer drie kwartier bij 200 °C. Laat het afkoelen onder een doek. Smakelijk. nick.trachet@bdw.be De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/trachet


BDW 1281 PAGINA 22 - DONDERDAG 26 MEI 2011

Anja Naucler: “De kwaliteit van het onderwijs aan het Conservatorium en het talent van mijn medestudenten waren overdonderend. Maar het regime was me te rigide, en ik was er ook niet zeker van dat ik verder wilde met klassiek.”

A

ls Anja Naucler ‘Zweden’ zegt, dan is dat Karlskoga, een stadje midden in het overweldigende boslandschap van de provincie Örebro. Naar Belgische normen niet meer dan een uit de kluiten gewassen gemeente. “Karlskoga telt nog geen dertigduizend inwoners, maar heeft toch zijn plaats in de geschiedenisboeken verdiend. Het stadje heeft zich voor een groot deel ontwikkeld door de aanwezigheid van de wapenfabriek Bofors, die in 1894 in handen kwam van Alfred Nobel – twee jaar voor zijn dood was dat. Huize Björkborn werd Nobels officiële adres, Karlskoga de plek waar zijn beroemde testament geopend werd. In dat testament stond dat er, van de rente van zijn kapitaal, elk jaar op zijn sterfdag vijf Nobelprijzen moesten worden uitgereikt. Aan mensen die een opmerkelijke prestatie hebben geleverd ten dienste van de mensheid.”

Erasmus De kleine Anja had muziek in de genen. “Mijn grootvader was orkestleider. Uren heb ik thuis op de piano zitten tokkelen, en ook mijn moeder ging graag aan het klavier zitten. Van grootvader heb ik geen hulp kunnen krijgen:

hij overleed toen ik pas vier was. Later heb ik ervaring opgedaan in jeugdorkesten. Toen het tijd werd om er een instrument uit te pikken waarin ik me wilde bekwamen, heb ik gekozen voor de cello. Een orkestinstrument. Waarom niet de piano? Omdat aan de Zweedse academies geen piano werd onderwezen.” Haar studie bracht Naucler twaalf jaar geleden naar Brussel. “Ik wilde als Erasmusstudente andere lucht opsnuiven, een stukje van Europa zien. Mijn prof zei me dat er een plaats vrij was in Brussel, dus werd het Brussel, de Nederlandstalige afdeling van het Conservatorium.” “De kwaliteit van het onderwijs en het talent van veel van mijn medestudenten waren overdonderend. Er zaten er zelfs bij die aan de Koningin Elisabethwedstrijd deelnamen. Toch zat ik er met gemengde gevoelens. Het regime was me te rigide, en ik was er ook niet zeker van dat ik wilde voortgaan in de klassieke muziek. Daarom heb ik al snel ingeschreven aan de ULB. Politieke wetenschappen.” “Studeren in een taal – Frans – die ik nog maar net aan het leren was, was een hele uitdaging. Vier jaar lang heb ik het gedaan. Tot ik mijn bachelor had behaald. Maar de muziek bleef trekken. Eerst weer klassiek gespeeld in or-

kesten, waarvoor ik tenslotte was opgeleid, daarna de wereldmuziek omarmd. Ik heb ook ontdekt dat Brussel ideaal is om artiesten van over heel de wereld te leren kennen, met als bindmiddel de universele taal van de muziek. Zo heb ik na verloop van tijd gevonden wat ik graag doe: de horizonten van mijn muzikale smaak verkennen. Het heeft me ook geholpen een plaats te vinden in een stad die op zich klein is, maar zich groot mag noemen omdat er zoveel interessante mensen wonen en werken. Brussel is cultureel daardoor zoveel rijker dan wat ik in Zweden gewend was, zeker door al die invloeden van buitenaf.” “Me beperken tot één genre kan en wil ik niet. Ik laaf me aan de diversiteit die deze plek me biedt. Na klassiek kwam jazz, daarna ben ik gaan optrekken met Afrikaanse muzikanten, onder wie Manou Gallo, de Ivoriaanse bassiste die zes jaar lang heeft getourd met Zap Mama. En daarnaast waren er ook ontmoetingen met Arabische en Latino-artiesten, en ik heb zelfs rock gespeeld. Ik heb ook al solo dingen gedaan, zoals de muziek voor een Franse korte film. Maar het liefst van al werk ik toch samen met anderen; me aanpassen, me ergens integreren past nu eenmaal het best bij mij.” Mooi ook: Anja Naucler heeft die ontdekkingstocht lang kunnen maken op de cello die ooit nog van haar grootvader was. “Ondertussen heb ik er een gevonden die me beter ligt. Ergens vind ik het spijtig, omdat grootvaders cello een familiestuk is, maar ik ben nu eenmaal verliefd geworden op een andere. Ik begin erover te denken mijn eerste cello te ver-

© MICHEL MASQUELIER

ELSENE – “Brussel? Liefde op het eerste gezicht was het niet. Maar gaandeweg is de stad onder mijn huid gekropen. En toch... Ben ik hier, dan mis ik de natuur van mijn geboortestreek. Ben ik bij mijn familie in Zweden, dan mis ik het kosmopolitische Brussel. Ben ik in Brussel, dan mis ik het hyperfunctionele Zweden. Ben ik in Zweden, dan mis ik de laisser faire van hier.” Anja Naucler is een Zweedse celliste.

© MARC GYSENS

Anja Naucler op de cello. “Me beperken tot één genre kan en wil ik niet.”

kopen – hoezeer ik er ook aan gehecht ben –, want een instrument verdient het bespeeld te worden. Niet ergens in een hoekje stof staan te vergaren, omdat het nu eenmaal een emotio­nele waarde heeft.” “Een instrument is voor een muzikant hyperpersoonlijk, het is alsof je ermee vergroeit. Ik was dan ook min of meer in shock toen ik op een bepaald ogenblik mijn huidige


BDW 1281 PAGINA 23 - DONDERDAG 26 MEI 2011

FREDDI SMEKENS Schraaive

“Ik begin erover te denken de cello van mijn opa te verkopen, hoezeer ik er ook aan gehecht ben. Ik ben nu eenmaal verliefd geworden op een andere”

E

Anja Naucler, Zweedse celliste

‘Het mes snijdt aan twee kanten’ cello zwaar beschadigde – domweg door erop te vallen. Eventjes vergeten dat haast en spoed zelden goed is... Gelukkig is ze ondertussen hersteld, maar ik heb mijn lesje geleerd en heb een tweede cello gekocht. Modern, in carbon, kan tegen een stootje. Een cello waaraan ik niet zo gehecht ben, die ik gerust kan meenemen op reis, in de metro, waarmee ik kan optreden in bars zonder duizenden angsten uit te staan. Het heeft mijn leven er heel wat makkelijker op gemaakt.”

Geborgen Makkelijk, zo omschrijft Naucler ook het leven in Brussel, in België. “Toch had ik het aanvankelijk moeilijk om me aan te passen. Ik miste Zweden; mijn sociaal leven stond op een laag pitje, ook omdat ik geen Frans sprak. Na een jaar is het beginnen beteren, en gaandeweg heb ik geleerd van de stad te houden. De landstalen geleerd, ook. En kijk, nu twaalf jaar later ben ik hier nog; mijn verhaal is dat van zoveel andere mensen in Brussel. Mensen die hier een beetje bij toeval zijn beland en zijn gebleven.” “Ik hou van dat typische Brusselse. De echte Brusselaar zegt wat hij denkt, draagt het hart op de tong, is warm. Hij heeft lak aan plichtplegingen, je moet hem nemen zoals hij is. In Zweden is alles strakker, in de sociale omgang zijn er veel meer beleefdheidsregels.” “Ik hou ook van Elsene, mijn eerste plek in Brussel. Na een tijdje ben ik naar het centrum verhuisd, naar de buurt van het IJzerplein. Maar het leven was daar harder. Ik zag er veel

armoede, ik had meer het gevoel in een grote stad te wonen. Dus ben ik teruggekeerd naar Elsene, waar ik me meer geborgen kan voelen.” “In de buurt flaneren is iets wat me blij stemt, elke keer weer. Maar niet alleen in de buurt; ik heb toch wel al een groot deel van Brussel verkend. Te voet, met het openbaar vervoer, waarbij ik voor aangename verrassingen kwam te staan, links en rechts. Van een straat met arbeiderswoningen en kerselaars tot prachtige voorbeelden van art nouveau en art deco.” “De diversiteit van de architectuur in Brussel, de afwisseling tussen hoog- en laagbouw, het verveelt me nooit. Er wordt dikwijls geklaagd over de afbraakwoede die Brussel heeft getekend, en er zijn in de loop der jaren inderdaad mooie zaken moet wijken voor minder mooie. Maar toch heeft Brussel zeker niet te klagen in vergelijking met veel Zweedse steden, die gedomineerd worden door nogal verstikkende architectuur van de jaren 1960. Hier is veel meer behouden; her en der verspreid in de stad voel je de authenticiteit.” “Weet je wat ook tof is? Dat mijn moeder, net als ik, Brussel in haar hart draagt. Ze komt me elk jaar bezoeken en het is zij die me ertoe aanzet mijn adoptieplek te analyseren. Ze is als het ware mijn gids, mijn ogen, ze ziet veel meer dan ik. Aanvankelijk vond ze het allemaal maar niks, Brussel. Vuil, veel leegstand. Maar de voorbije jaren is Brussel ten goede veranderd, en dat is haar allerminst ontgaan.”

Karel Van der Auwera

n toen viel het mij plots op dat ik in deze Brusselse Rubriek nog niks auver schraaive geschreive hem. En het eigenaardige is, waarde lezer, dat ik er op dit eigenste ogenblik mee bezig ben. Een tweede gedachte die opkomt, is: wa te schraaive auver schraaive? Er zijn ettelijke manieren om dat aan te pakken. In de eerste plaats kwam er een vraag dagen: wannier hem ik vè den ieste ki eet geschreive? Net als u kan ik mij dat moeilijk herinneren. En rondvraag daaromtrent maakt mij ook niet veel wijzer. We kunnen natuurlijk de vraag in een andere vorm gieten. Namelijk: wannier hem ik vè de leste ki nen breef geschreive? Ook die vraag zal menigeen tot nadenken stemmen. Evenals: wannier hem ik vè de leste ki nen breef gekreige? Allemaal vragen die voor het merendeel onbeantwoord blijven. Maar erg is dat uiteraard niet. Hoewel... Schraaive zal altijd deel uitmaken van ons bestaan, net als leize. Gaat u het zelf maar eens na, waarde lezer. Bij wat voorafging, merkt u zelf dat ik me bij schraaive heel wat vragen stel. Maar we kunnen gelukkig ook een andere toer op. Bijvoorbeeld: wa konde we iest? Leize of schraaive? De logica zelf zou ons aan deze vraag niet mogen doen twijfelen. Maar zelfs hier zou een zweem van aarzeling kunnen dagen. In dat verband wou ik een pittige anekdote kwijt. Lang geleden kreeg ik de opmerking te slikken: “Gaa zaait ne linkepuut, menneke. Ge zult nuut ni schuun kunne schraaive.” Niet dat ik de zwakzinnige criticus veel weerwerk kon bieden op zijn onnozele opmerking. Mo ien ding wil ik wel zegge. Op de lagere school werd ons nog opgedragen met een kroontjespen te schraaive. Tot daar toe niets aan de, euh, hand. Maar gaandeweg drong iets eigenaardigs tot mij door. “Tiens...” dacht ik haast hardop, “ik veig alles ooit wa da ’k just geschreive hem...” Gelukkig heeft men mij nooit verplicht om me tot rechtshandige om te toveren. Wat ik wél mocht, was met een potlood in plaats van met een pen schrijven. De lezer zal mijn opluchting begrijpen op het ogenblik dat ook nen bic mocht. Wat mij allemaal niet belet

om kalligrafie een van de mooiste kunstvormen te vinden. Dat schraaive mè ’n penne, nen bic of zeulfs ne crayon ietwat uit de mode geraakt, hoef ik hier zeker niet te onderstrepen. Hoo lang goe het nog deure da alleman ’n aaige handschrift heit? Terwijl... masscheen goe ik hee ’n aupe deu instampe, mo ons handschrift zeit eive veul auver ons as ons vingerafdrukke en onze DNA. Dat wat het wetenschappelijke aspect van ons betoog betreft. Mo er es mier dan da, fluistert de zelfverklaarde grafoloog mij in. Wat zou een psycholoog mij antwoorden wanneer ik stel: “Neemand es vees van zaain aaige handschrift”? Niets, vermoed ik. Maar het is ook zo, waarde lezer, dat we in deze digitale wereld niet meer weten, of onderkennen, hoe ons eigen handschrift eruitziet. Nu even over naar het creatieve aspect van schraaive. Er kan een ogenblik komen dat in ieder van ons ne schraaiver, ne journalist of eventueel nen dichter wordt wakkergeschud. Meestal begint zoiets met “Tiens, da moot ik neki opschraaive.” En meestal is er dan geen houden meer aan wanneer het spel op de wagen zit. Feit is alleszins dat men al schraaivend schraaiverke weut. Ooit kwam ik veu de pinne met de stelling: “Schraaive es paaze op papee.” Niet dat het er nu zo enthousiast toeging dat een van mijn toehoorders uitriep: “Da moot ik na neki opschraaive!”, maar tot mijn grote verbazing werd de uitspraak niet op het hoongelach onthaald dat ik had verwacht. Om af te ronden, waarde lezer, wou ik voor u graag nog het volgende optekenen. Te weite da schraaive en tiekene toch eet mè ien te moeke hebbe. Zie gerust de voorgaande zin. Anderzijds moet ik ook iets toegeven wat mij niet bepaald vrolijk stemt. Ik ben er namelijk nooit uitgeraakt waar de uitdrukking “Ge kunt het op aan booik schraaive” vandaan komt. Misschien kan de lezer of een lid van de Academie van het Brussels voor mij even zijn of haar licht laten schijnen over die vraag. Ziezo, waarde lezer, het was voor mij een hele opluchting om neki eet auver schraaive geschreive t’hemme.

REDACTIE BRUSSEL DEZE WEEK Flageyplein 18, 1050 Elsene, 02-226.45.40, fax 02-226.45.69, info@bdw.be. ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bdw.be), 02-226.45.45, fax 02-226.45.69. Gratis binnen het Brussels hoofdstedelijk gewest. Rest van België 15 euro per jaar; rekeningnummer 424-5529822-66 van vzw Brussel Deze Week. Buiten België 25 euro per jaar. DISTRIBUTIE EN PROMOTIE Ute Otten (ute.otten@bdw.be), Paul De Weerdt. RECLAME IN BDW Rika Braeckman (rika.braeckman@bdw.be), 02-226.45.41, 0477-97.21.27, fax 02-226.45.69. OPLAGE 70.660 exemplaren. HOOFDREDACTIE Anne Brumagne (anne.brumagne@bdw.be). EINDREDACTIE Katrien Stroobants (katrien.stroobants@bdw.be). REDACTIE Jean-Marie Binst (jeanmarie.binst@bdw.be), Christophe Degreef (christophe.degreef@bdw.be), Bettina Hubo (bettina.hubo@bdw.be), Patrick Jordens (patrick.jordens@bdw.be), Freddi Smekens (freddi.smekens@bdw.be), Steven Vandenbergh (steven.vandenbergh@bdw.be), Steven Van Garsse (steven.vangarsse@bdw.be), Danny Vileyn (danny. vileyn@bdw.be). REDACTIESECRETARIAAT Isabelle De Vestele (isabelle.devestele@bdw.be), Lien Annicaert (lien.annicaert@bdw.be), Gerd Hendrickx (gerd.hendrickx@bdw.be). MEDEWERKERS Michaël Bellon, Lieven Bulckaert, An Devroe, Philip Ebels, Eva Hilhorst, Ilah, Francis Marissens, Niels Ruëll, Bruno Schols, Tim Schoonjans, David Steegen, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet, Karel Van der Auwera, Matthias Vanheerentals. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Anja Galicia, Marc Gysens, Ivan Put, Herman Ricour, Dieter Telemans, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. VORMGEVING Peter Dhondt (peter.dhondt@bdw.be). FINANCIËLE ADMINISTRATIE Manu De Hertogh (manu.dehertogh@bdw.be). VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Anne Brumagne, BDW, Flageyplein 18, 1050 Elsene. ALGEMENE DIRECTIE Marijke Vandebuerie (marijke.vandebuerie@bdw. be). Brussel Deze Week wordt gedrukt op de persen van de nv Roularta, Meiboomlaan 33, 8800 Roeselare en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie. ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: voornaam.naam@bdw.be (losse bestanddelen van voornaam of naam aan elkaar, en zonder trema’s, verbindingsstrepen en andere tekens).


BDW 1281 PAGINA 24 - DONDERDAG 26 MEI 2011

20 km > Abdeljebbar Sihammane is Brusselse hoop op 29 mei

‘Ik ga voor de top vijf’ BRUSSEL – De 20 km door Brussel is niet alleen een loopwedstrijd voor liefhebbers. Vooraan strijden toppers voor het hoog­ ste schavotje. De Brusselaar Abdeljebbar Sihammane (28) probeert hen te ambeteren, maar hij blijft wel realistisch.

‘W

innen zal niet lukken” – dat beseft Sihammane nu al. “Daarvoor is er te veel concurrentie. De jongens die vorig jaar eerste en tweede zijn geëindigd, lopen meestal op de weg en hebben er hun specialiteit van gemaakt. Het is hun domein, niet het mijne. Ik loop zowel op de weg, op de piste als in het veld. Ik blijf rea­listisch en mik op een topvijfplaats, hopelijk onder het uur en drie minuten. Ik zal ervoor vechten.” Sihammane groeide op in Marokko en kwam in 2005 naar België. Hij heeft sindsdien drie keer deelgenomen aan de 20 km en eindigde daarin tiende, negende en vorig seizoen elfde. “Ik had in de aanloop van de wedstrijd te kampen met gezondheidsproblemen. De drie weken ervoor had ik wekelijks gemiddeld veertig à zestig kilometer gelopen, en dat is te weinig, daarmee loop je geen toptijd. Normaal gezien loop ik tussen negentig en 130 kilometer in de weken voor de 20 km.”

Ontsnapping aan Vorstlaan De Marokkaanse Brusselaar werkt voltijds in de catering, maar zorgt ervoor dat hij dagelijks twee keer kan trainen. Een evenwicht dat hij heeft kunnen vinden dankzij een soepele werkgever. “Het zijn lange dagen, maar je moet er wat voor overhebben. Sport is mijn leven, maar er moet natuurlijk brood op de plank komen.” “Ik woon in Watermaal-Bosvoorde. Het Ter Kamerenbos en het Zoniënwoud zijn vlakbij:

de  CLUB

Abdeljebbar Sihammane werkt voltijds in de catering – “Er moet brood op de plank komen” –, maar dankzij zijn soepele werkgever kan hij twee keer per dag trainen.

dat zijn echt de beste trainingsplekken van België, misschien zelfs van Europa.” Het parcours van de 20 km leidt langs een paar van de mooiste plekken van de hoofdstad. Voor een Brusselaar blijft het toch elke

© MARC GYSENS

keer een speciale ervaring. “Daarbij komt dat ik ook aangemoedigd word door mensen langs het parcours. Meestal is het ook mooi weer, dat ligt me wel. Lage temperaturen zijn voor mij een handicap. Brussel is een heel mooie

stad, en dat zie je ook tijdens de 20 km. Het geeft je zin om te lopen.” Die zin om te lopen zal bij sommige lopers wel wat wegebben naarmate de wedstrijd vordert. Het parcours is leuk, maar zwaar. “De laatste

Johanna.be en Vredeseilanden in de 20 km

Lopen voor het Zuiden

De 20 km door Brussel is traditioneel een duurloop die vele goede doelen aantrekt. De editie van dit jaar is daarop geen uitzondering. De ngo Vredeseilanden heeft met een tweeduizendtal lopers een van de grootste groepen. Johanna.be sluit met een viertal lopers dit jaar opnieuw aan bij Vredeseilanden, net als heel wat andere ploegen en organisaties. De Brusselse Anna Van Waeg loopt ook mee. Haar nichtje Johanna verongelukte in 2003 toen ze met haar scoutsgroep werd aangereden tijdens een wandeltocht. “De vzw johanna.be informeert over en voert acties voor veilig voetverkeer,” vertelt Van Waeg. “We proberen bijvoorbeeld mensen die een initiatief in die zin willen opzetten, de instrumenten aan te rei-

© MARC GYSENS

BRUSSEL – Naar Afrika lopen en terug. Dat staat op 29 mei – symbolisch – op het programma voor de tweeduizend Vredes­ eiland-lopers die meedoen aan de 20 km door Brussel.

Anna Van Waeg loopt voor johanna.be: “Wij steunen de missie van Vredeseilanden.”

ken. We ondersteunen ook het concept van fair space: de beschikbare ruimte eerlijk verdelen tussen de verschillende manieren om je te verplaatsen.” “Wij hebben gekozen om voor Vredeseilanden te lopen omdat we hun missie steunen: boeren en boerinnen in Afrika, Azië en Latijns-Amerika helpen om hun producten op de markt te brengen en zo een leefbaar inkomen te verdienen.” De lopers laten zich sponsoren om Vredes­ eilanden te steunen. Er wordt geprobeerd  om per loper minstens vijftig euro binnen  te halen. Vorig jaar werd zo om en bij de 120.000 euro opgehaald. “Storten kan zelfs  na de 20 km nog. Gewoon op rekeningnummer  000-0000052-52, met de vermelding ‘Afrikaloop, johanna.be’.” “Het belangrijkste is uiteraard dat we een behoorlijke som binnenhalen. Maar dat wil niet zeggen dat ik geen belang hecht aan de sportieve prestatie. Ik wil een goede tijd neer-


BDW 1281 PAGINA 25 - DONDERDAG 26 MEI 2011

David Steegen Afstand klim naar het Jubelpark is een fameuze kuitenbijter. En ook de tunnels en klimmetjes in het Ter Kamerenbos wegen door.” “Mijn sterkste punt is als we afzakken naar het Wienerplein en de Vorstlaan opgaan. Daar voel ik me het best. Daar kan ik versnellen en het verschil proberen te maken.” De 20 km staat vooral bekend als een loop-

In de steek gelaten

thon van Brussel in oktober vorig jaar. Een zege die hij persoonlijk niet hoog inschat, bij afwezigheid van – in zijn woorden – ‘echte’ concurrentie. Naast wedstrijden op de weg is hij vooral op de piste te vinden, op afstanden van drieduizend meter en meer. Op clubvlak gaat het de laatste tijd niet bepaald over rozen. “Toen ik in België arriveerde, heb ik me aangesloten bij Racing Club Brussel, waar vooral Marc Jayankura me meteen thuis heeft doen voelen. In 2009 ben ik dan uitgeleend aan Excelsior, in een project van Brussels Athletics om de beste Brusselse atleten samen te brengen in één ploeg. Het doel was mooi: de Brusselse atletiek in de schijnwerpers zetten en talent kansen geven.” Maar ondertussen lijkt de samenwerking op haar laatste benen te lopen. “Onze visies botsen. In het najaar van 2010 had ik een moeilijke periode en had ik de hulp nodig van mijn club. Maar die is er niet gekomen. Ik voelde me in de steek gelaten. Daarom zal ik wellicht van club veranderen. De komende wedstrijden op de piste zal ik misschien lopen als Marokkaans international – daarvoor heb ik geen club nodig. Maar de kans bestaat dat ik terugkeer naar Racing Club Brussel.” Toch laat Sihammane de clubperikelen niet al te zeer aan zijn hart komen. Hij kijkt met vertrouwen naar de toekomst. “Ik hoop de volgende jaren mijn persoonlijke records te verbeteren en – vooral – me te amuseren. Een marathon lopen behoort ook tot mijn plannen, graag al op het einde van komende zomer. Maar eerst in die top vijf eindigen in de 20 km door Brussel... Me tonen in mijn stad, dat is nu mijn eerstvolgende doel.”

Sihammane raakte bij het grote publiek vooral bekend als de winnaar van de halve mara-

“Brussel is een heel mooie stad, en dat zie je ook tijdens de 20 km. Het geeft je zin om te lopen”

wedstrijd voor liefhebbers en is immens populair. De dertigduizend rugnummers waren weer in een mum van tijd uitverkocht. Gelukkig voor Sihammane wordt zondag in verschillende golven vertrokken. “Met mijn klassement zal ik bij de eerste tweehonderd starten. De anderen storen me niet, ze lopen achter me. Het is een populaire wedstrijd en als zij vóór je lopen, kun je geen goede wedstrijd lopen. Wie zich wil amuseren, kan dat dankzij de goede organisatie rustig aan doen.”

zetten. Ik ben zelf beginnen lopen om deel te nemen aan de 20 km door Brussel, en ondertussen loop ik heel het jaar door. Dit is mijn vijfde deelname.”

Sfeer verzekerd

fluiten. Hij zit naast mij aan tafel. Enkele seizoenen geleden floot hij een uiterst bewogen Club Brugge-RSC Anderlecht. Jan Breydel kan koud en grimmig zijn. Akelig ook. Gele en rode kaarten regende het uit de borstzak van Frank De Bleeckere. Confetti. Hij was alle controle kwijt. Spelers ruiken dat en speelden gretig op zijn twijfels in. De wedstrijd ontaardde volledig, geweld nam de overhand. We herinneren ons de middelvinger van Gilles De Bilde, een woedende Jestrovic, provocaties aan beide zijden en vele spelonderbrekingen. Gif spoot letterlijk uit de grasmat. Ook ik ging op in de wedstrijd en vond dat mijn club ernstig benadeeld werd. De waarheid zal ergens in het midden liggen. Elke arbiter heeft een dramatische wedstrijd nodig om beter te worden. Inmiddels is De Bleeckere uitgegroeid tot een Europese topper. In december stopt hij ermee. Jammer. Ik stel hun alle drie de vragen die je anders nooit kunt vragen. Hoe ze met spanning omgaan? Waar ze de motivatie halen? Of ze zich niet eenzaam voelen? Refs zijn op zichzelf aangewezen, ze schrijden bijna ongemerkt in de marge van het profvoetbal. Na de wedstrijd krijgen ze een glaasje champagne en een diner aangeboden door de thuisclub. Verder reikt de betrokkenheid niet. Of De Bleeckere het spelletje niet zal missen? De beslissing wordt ingegeven door zijn leeftijd. De recuperatie verloopt trager, vooral mentaal, en hij wil op een hoogtepunt eindigen. Frank De Bleeckere wordt door spelers en trainers uitgeroepen tot de beste van België. Terecht. www.brusselnieuws.be/steegen David Steegen is persverantwoordelijke van voetbalclub RSC Anderlecht

20 km > FM Brussel en tvbrussel volgen loopwedstrijd op de voet

Live op radio en televisie BRUSSEL – Ook wie zondag liever languit in zijn luie stoel hangt, hoeft niets te missen van de 20 km door Brussel. FM Brussel en tvbrussel coveren het hele gebeuren. “Bij tvbrussel zetten we de grote middelen in,” vertelt Peter Mast, chef magazines. “Voor de eerste keer volgen we de hele wedstrijd live. Die beelden zullen ook aan de start en aan de aankomst op groot scherm te zien zijn. Als de toppers binnen zijn, gaat onze motor opnieuw het parcours op om tijdens het tweede uur de recreatieve lopers in beeld te brengen. De 20 km koppelt competitie aan recreatie, en die filosofie onderschrijven wij.” Wie zichzelf niet heeft gezien tijdens de liveuitzending, hoeft niet te treuren. Tvbrussel biedt u de kans om uzelf toch in actie te bewonderen. “Rond kilometerpalen 5 en 17 zullen camera’s staan waar al de dertigduizend lopers gefilmd zullen worden. Vanaf zondagavond kunnen de lopers dan naar

© S.I. BRUSSELS PROMOTION

De lopers voor Vredeseilanden zullen zondag te herkennen zijn aan hun T-shirt, waarop een voetafdruk in de vorm van Afrika staat. Er zal ook een standje van de niet-gouvernementele organisatie langs het parcours staan. “Zoals elk jaar zal er een delegatie postvatten aan het begin van de helling naar het Jubelpark, als je van de Vorstlaan de Tervurenlaan op komt. Daar zullen onder meer Afrikaanse muzikanten staan: sfeer verzekerd!” Die sfeer zal er over heel het parcours zijn. Het goede weer is meestal van de partij, en heel wat mensen komen een kijkje nemen. “Over heel het parcours staan mensen die je als loper aanmoedigen. Ook het feit dat je voor een ngo loopt, zorgt ervoor dat de mensen je aanmoedigen. Op een marathon zijn er bijvoorbeeld ook veel toeschouwers, maar het wordt er minder gedragen door de omstanders. Ik denk dat die sfeer en die aanmoedigingen specifiek zijn voor de 20 km. Dat maakt het echt tot een leuke en sympaTS thieke loopwedstrijd.”

Tim Schoonjans

Zondagmiddag. De prijzen voor de beste voetballer, scheidsrechter, keeper en trainer en voor de topschutter van de Jupiler League van 2010-’11 worden uitgereikt in Thurn & Taxis. Het gala van de profvoetballer van het jaar, de jaarlijkse afsluiter van het seizoen, is gereduceerd tot een bijna intieme lunch, geserveerd door een sterrenchef. De Pro League, de organisator, heeft twee vertegenwoordigers per club uitgenodigd. De meeste clubs hebben hun kat gestuurd. Alleen de winnaars en een forse delegatie van kampioen KRC Genk zijn in groten getale naar Brussel afgezakt. Plaats van het gebeuren is een trendy barrestaurant in de prachtig gerestaureerde industriële opslagplaats, een voormalig posten douanegebouw. Ik heb de eer om aan tafel te zitten met de drie beste scheidsrechters van het land: Frank De Bleeckere, Johan Verbist en de Brusselaar Jérôme Efong Nzolo. De tafelgesprekken zijn gemoedelijk. Over de kinderen, het werk, de stress... Het is hoogst zeldzaam dat je rustig kunt praten met een scheidsrechter. Onze contacten vinden altijd plaats in een sfeer van hoogspanning – de wedstrijd. Na twee seizoenen clubleven weet ik dat ik een bepaalde afstand tot de scheidsrechters moet bewaren. Te informeel is niet goed, te afstandelijk is af te raden. Ik hou dus afstand. Niet makkelijk als de man in het zwart je ploeg een loepzuivere strafschop onthoudt of een geldig doelpunt afkeurt. Ariël Jacobs geeft het voorbeeld. Na de match zondert hij zich altijd even met de spelers af voor een korte debriefing. Net lang genoeg om af te koelen en even later de refs te danken voor hun inzet. Een gouden regel. Ik vertel het aan de man die onlangs de enige echte Clásico, Barcelona-Real Madrid, de terugwedstrijd van de halve finale van de Champions League, heeft mogen

interviews afgenomen van deelnemers en nog veel meer. Op vrijdag 27 mei krijgt u op tvbrussel al de nodige praktische informatie, en op maandag 30 mei volgt nog een reportage met de hoogtepunten.

Broederlijk lopen

20 km, voor het eerst live op tvbrussel.

www.tvbrussel.be surfen om zichzelf aan het werk te zien. Dan kunnen ze nagaan hoe fris of moe ze toen wel waren, en hun evolutie tussen beide punten gadeslaan.” Het programma loopt op zondag van 14.45 tot 17 uur. Naast de liveverslaggeving komen ook allerhande gasten langs, worden er

FM Brussel van zijn kant zal langs het parcours staan met zijn bekende dubbeldekker. Aan het Ter Kamerenbos zullen ze voor aanmoedigingen en muziek zorgen. “Ons logo zul je ook wel tijdens de wedstrijd zien opduiken, want leden van de FM Brussel-ploeg zullen samen met Broederlijk Delen lopen,” zegt programmaleider Jeroen Roppe. “De meest begenadigde onder hen is toch wel onze presentator Bram van de Velde.” “De radio-uitzending FM weekend wordt volledig in Flagey gemaakt, maar natuurlijk zullen er flitsen van langs het parcours zijn. Niemand kan naast de 20 km door Brussel TS kijken.”


BDW 1281 PAGINA 26 - DONDERDAG 26 MEI 2011

t de Kinderjur y!! m ko ar da t: ui r e p lo e d Rol de ro

zaIE ‘Zoiets heb ik nog Z O VO

R IEDE

© SASKIA VANDER STICHEL

RE

O T 13 J A T 9

• BD W R A

E

EN VAN

tenfestivaldesar ts, het Ooit gehoord van het Kuns e zorgen: Noehaïla (11), Iman KFDA? Nee? Maak je geen beek hadden er ook nog (11) en Yousri (12) uit Molen zitten ze wel in de enige nooit van gehoord. Maar nu DA. “Het is spannend om echte Kinderjury van dat KF sen allemaal volwassenen. naar het theater te gaan tus r op jezelf,” zegt Noehaïla, Je voelt je groot, je bent fie rzaal in duikt. net voor ze weer de theate

Z

overal ter wereld, dat is het o’n der tig voorstellingen van jaar héél veel de maand mei zak ken elk In ts. sar lde iva est enf nst Ku te tonen: l om het beste van zichzelf kunstenaars af naar Brusse . En... er is de een beetje van alles tussen toneel, dans, opera,... er zit alle voorstellingen lse tieners gaan naar bijna sse Bru tig vijf n Zo’ y! jur Kinder t gemaak t of bedoeld al zijn die stukken niet ech op dat festival kijken, ook rgesteld op hun het idee van de jur y werd voo voor kinderen. Maar toen l meteen zin om ehaïla, Imane en Yousri we No den had n, nde Wi r Vie school erbij te zijn. zeiden dat we op ten ver telden erover en ze ach rkr lee De ): (N a aïl eh No en uitdelen, en zelf en, handtekeningen mocht de rode loper mochten lop echt leuk dat we winnaars. We vonden het de r voo ken ma en cht mo trofeeën mochten meedoen! workshop was, maar dat het gewoon een toneel Imane (I): Eerst dachten we ten we dat het t onze ouders erbij. Toen wis me ng eri gad ver een er am dan kw serieus was... soms laat in nds, en daardoor liggen we avo ’s ijd alt a bijn is t He : Yousri (Y) r school! erendaags een uur later naa and ’s gen mo wij ar Ma ... bed

[ SORRY ] SNORRY?

d nog do t moeten jullie als jur yli Wauw, tof, zo’n jur y! Wa

en,

aitheater. op de rode loper aan het Ka Een deel van de Kinderjury a. Yousri b, Enis, Imane en Noehaïl Van links naar rechts: Ayou staat achteraan.

dan elk de reg isseur, moesten we Jawad (J): Voor Hanneke, , kreeg ie Wie het meeste fantas had apart een verhaal ver tellen. een rol.

e u q ti s ta n fa n e L’ / d in rk e Wond fdartikel hierboven r acteurs kijken (lees het hoo Sommige kinderen gaan naa ad (10) en Imane (11). eren liever zelf. Zoals Jaw act en der kin ere and s!), maar een nd/L’enfantastique van ol in de kor te film Wonderki fdr hoo een bei alle gen kre Ze bij Bronk s. t dit weekend in première gaa lm fi Die e. uw Paa eke reg isseur Hann . jonge hoofdrolspelers praten Zazie ging al even met de elen? dat jullie mochten meesp Hoe is dat zo gekomen, , bij De Buiteling. Op een dag we meestal naar de opvang n gaa ool sch Na (I): e an Im film. Toen kinderen zochten voor een ze dat nd sto p aro wa che hing daar een affi . hebben we ons ingeschreven

jullie? Knap gedaan! Wie spelen droomt om Het is een meisje dat ervan I: Ik ben Latifa in de film. heel hard te op allerlei manieren: door te vliegen. Ze probeert het e ladder te laten, of door van een hog fietsen en haar handen los kt altijd... te springen. Maar het mislu te omt ervan catch-kampioen J: En ik speel Rachid. Die dro , en gaat hij wakker door een droom rdt wo ht nac een Op n. rde wo beker ts komt er een geest uit zijn hij zijn tanden poetsen. Plo ts) Ah nee, t tegen Rachid ... (stopt plo tevoorschijn. Die geest zeg ppen, hé!! dat mag ik nog niet verkla En gelijk heeft Jawad: dat kan

je maar beter zelf gaan bek

ijken...

zien ue met Imane en Jawad is te Wonderkind/L’enfantastiq t mei, op het gratis afsluit fees op zaterdag 28 en zondag 29 wa l t ar valt het hele weekend hee van jeugdtheater Bronks. Da ronks.be! activiteiten staan op ww w.b wonderlijks te beleven. Alle


’ ! n e i z e g t i o no

DOOR PATRICK JORDENS

behalve veel gaan kijken? kje, en daarin schrijven I: We hebben een notitieboe goed vonden. we wat we goed en minder jgen we allemaal een N: En na de voorstelling kri moeten aanduiden wat formulier waarop we eerlijk den. Bijvoorbeeld of ze we van die voorstelling von ver jaardag vieren’. We ‘leuker was dan onze eigen arheid zeggen. moeten wel altijd echt de wa

woorden, dan is het lastig

n? jk om een verhaal te zie Vinden jullie het belangri bij toneel? Is dat het belangrijkste beg rijpen. En ook... soms I: (aarzelt) Ja, we moeten het toch kinderen... De tweede willen we lachen! We zijn verschrik kelijk saai! voorstelling, pff f, die was iten gelopen! N: Er zijn zelfs mensen bu

lie hebben intussen al En die waarheid is...? Jul len ze mee of tegen? drie stukken gezien. Vie De titel ben ik vergeten, I: Het eerste was het beste! en er zat veel actie in. maar het was in het Spaans or del incendio van een (Imane heeft het over El rum .) theatergroep uit Mexico-Stad eigenlijk omdat ze met N: Ja, maar die actie kwam ’s t werd gefilmd door camera speelgoedjes speelden. Da een groot scherm. en zo konden we dat zien op t geweldig goed, ze riepen I: De acteurs speelden ech d Ik heb het niet allemaal goe en ze weenden ook en zo. wel helemaal met hen mee. beg repen, maar we leefden en een dochter. Ze dachten Het ging over een moeder r had vermoord. dat de dochter haar moede gevangenis. Weet je, dat N: Ja, en die vloog dan in de s t ver telde een van de actrice verhaal is echt gebeurd!! Da we na het stuk vragen stellen ons nadien. Meestal mogen , eur. Als we het goed vonden aan de acteurs en de reg iss hebben we veel vragen... Vond jij die voorstelling Yousri, je zeg t zo weinig. ook de beste? n enkel stuk leuk. In Y: Nee, tot nu toe vond ik gee ken ze veel moeilijke deze voorstellingen gebrui

om te volgen.

BLIKVANGER

BDW 1281 PAGINA 27 - DONDERDAG 26 MEI 2011

open? Zijn jullie mee buiten gel dan mogen we dat. Maar N: Als het heel erg slecht is, t. Misschien hebben ze er meestal hebben we respec .. toch hard aan gewerk t, hé. era! Benieuwd? En nu vanavond: een op ieuwd, eigenlijk. I: Ja, we zijn elke keer ben Als we de zaal in stappen, N: Het is altijd spannend. voor ons. En we hebben dan klapt het publiek zelfs Dat voelt als... beroemd. Je altijd heel goeie plaatsen. y. Je bent fier op jezelf ! voelt je volwassen in zo’n jur deren samen op weg naar En toen gingen de drie kin in het Kaaitheater. Na de de opera The Indian queen s verdeeld: Noehaïla had voorstelling waren de reactie WA AA AW!”), Imane en erg genoten (“Die zangeres, vaak ver veeld. Maar op de Yousri hadden zich iets te rstelling?” ant woordden vraag “Hoe uniek was de voo iets heb ik nog nooit ze alle drie heel beslist: “Zo gezien!” reikt de Kinder jur y Op zaterdag 28 mei om 15 uur Kijk eens op haar prijzen uit. Meer weten? e ww w.kunstenfestivaldesar ts.b

Idulfania door Brecht Evens

Een jongen in een meisjeslichaam... of omgekeerd? En NOG meer kinderen die Tomboy acteren, en hoe! In de film Héran speelt de negenjarige Zoé lt zich het meisje Laure. Laure voe en haar eerder een jongen, en teg rt nieuwe vriendjes van de buu t. ver telt ze dat ze Michaël hee dan Iedereen geloof t haar. En haël/ wordt Lisa verliefd op Mic Laure... Een prachtige, tedere film ie over opgroeien, met erg goe ereen acteerprestaties. Voor ied vanaf elf jaar. ma) Tomboy (van Céline Sciam a’s kan je gaan zien in de cinem Arenberg en Vendôme.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.