
5 minute read
De Kuifeend en de Grote Kreek
DE FAUNA & FLORA VAN DE KUIFEEND EN DE GROTE KREEK DOSSIER
Ludo Benoy, Tim Vochten en Willy Ibens
Advertisement
Avifauna van regionaal tot internationaal belang
In het werkgebied van Natuurpunt AntwerpenNoord & Kempen liggen verschillende natuurterreinen die internationaal belangrijk zijn voor vogels : het Groot Buitenschoor, het Galgenschoor, het Groot Schietveld, de Kalmthoutse Heide en De Kuifeend.
Vooral dit laatste gebied staat onder druk van allerhande ontwikkelingen in en rond het havengebied. Met dit themanummer willen we een beeld geven van de waardevolle fauna en de flora die wordt aangetroffen op De Kuifeend. Het maakt meteen duidelijk waarom dit bij Europa is aangemeld als Vogel- en Habitatrichtlijngebied. De Kuifeend ligt op het grondgebied van het vroegere polderdorp Oorderen. Het maakt deel uit van het NMBS rangeerstation AntwerpenNoord, het tweede grootste spoorwegemplacement in Europa. Tussen de alomtegenwoordige spoorinfrastructuur vinden we een mozaïek van natte en droge graslanden, uitgebreide rietmoerassen, waterplassen, plasdras zones en grachten die omzoomd worden door brede rietkragen. De totale oppervlakte bedraagt 525 hectare. Natuurpunt beheert hiervan 112 ha. verdeeld over vier deelgebieden: De Kuifeend, de Grote Kreek, de Binnenweilanden en het Oud Schijn Daarnaast liggen in het rangeerstation nog vijf deelgebieden die niet door Natuurpunt worden beheerd. Ze hebben eveneens een grote natuurwaarde: het Binnenmoeras, de Buitenweilanden, de Stadsgracht, het Achterdeel en TGV-zone. Ook de Verlegde Schijns behoren tot het Kuifeendcomplex.
In vogelvlucht ligt De Kuifeend op ongeveer 1,5 km van de Schelde en op enkele trekvogelroutes die de Brabantse Wal en de bosgebieden ten noorden van Antwerpen met de Schelde verbinden. In het zuiden vinden we de Ekerse
Broedvogels Vogelsoorten waarvoor het Vogelrichtlijngebied van Europees belang wordt geacht en waar gebied-specifieke doelstellingen zijn vastgelegd:
Bruine kiekendief
Blauwborst
Circus aeruginosus Luscina svecica
Ijsvogel
Roerdomp
Kleine zilverrreiger
Doortrekkers en overwinteraars Kleine zwaan
Slobeend
Pijlstaart
Alcedo atthis
Botarus stellaris
Egratta garzettez
Cygnus columbianus Spatula clypeata
Anus acuta
De eerste ornithologische waarnemingen uit het Kuifeend-complex dateren uit 1963. Vanaf het voorjaar van 1967 werden meer gestructureerde ornithologische gegevens verzameld, voornamelijk in wat nu het natuurgebied De Kuifeend is.
Vanaf 1982 werden broedgegevens verzameld in de andere deelgebieden van het Rangeerstation. Omwille van jachtactiviteiten was het niet eenvoudig om hier waarnemingen te verrichten. In 1988 werd gestart met het jaarlijks monitoren van al deelgebieden in het Rangeerstation en van de Verlegde Schijns. Alle vogelsoorten worden gemonitord: van aalscholver tot en met zwarte kraai.
Sinds 1967 werden 277 inheemse vogelsoorten waargenomen, waarvan 106 als broedvogel. Daarnaast werden nog 32 soorten exoten genoteerd waarvan 3 broedend.
Putten en de Bospolder. In het westen de Kanaaldokken. Aan de noordzijde ligt de Ettenhovense polder en de Polder van Stabroek met op minder dan 4 kilometer afstand de Opstalvallei: het nieuwe natuurcompensatiegebied met een oppervlakte van 220 hectare dat de natuurwaarden van het Kuifeendcomplex moet gaan versterken.
Statuut van De Kuifeend In 1988 kreeg het natuurgebied De Kuifeend een internationaal bescherming als Europees Vogelrichtlijngebied. De afbakening gebeurde op basis van onvolledige gegevens. Een deel van de ornithologisch belangrijke zones zoals het Binnenmoeras waren immers een ontoegankelijke jachtgebied. Pas in de jaren ’80 kwamen inventarisatiegegevens beschikbaar met roerdomp, bruine kiekendief, snor en blauwborst als broedvogels. Die nieuwe informatie heeft nooit geleid tot een aanpassing van de grenzen van het Vogelrichtlijngebied. Samen met Blokkersdijk voldoet De Kuifeend aan de criteria voor erkenning als waterrijk gebied met internationaal belang onder de Ramsar-Conventie, maar is tot op heden niet opgenomen in de lijst van Vlaamse Ramsar-gebieden. Bij besluit van de Vlaamse Regering van 18 juli 2003 is De Kuifeend een onderdeel van het Vlaams Ecologisch Netwerk. De deelgebieden De Kuifeend, de Grote Kreek en het Oud Schijn werden erkend als natuurreservaat. Om de ecologische integriteit van die speciale beschermingszone te vrijwaren werden in 2017 instandhoudingsdoelstellingen (IHD) opgesteld. Een aantal zones van het rangeerstation maken deel uit van het netwerk van Ecologische Infrastructuur (EI) van de Antwerpse haven. Dit netwerk werd afgebakend in het Soortenbeschermingsprogramma (SBP) van de Antwerpse haven en omvat zowel tijdelijke als permanente natuurterreinen. Dit SBP voorziet in de nodige natuurinrichtingen en/of aangepast beheer voor het beschermen van een aantal paraplusoorten, bv. blauwborst en oeverzwaluw. Via het project ‘de Antwerpse haven natuurlijker’ zorgt het Antwerps Havenbedrijf samen met onze afdeling voor het plannen en uitvoeren van de nodige beheermaatregelen. Een evenwichtsoefening die een meerwaarde heeft voor haven én voor natuur.
Van polder tot havengebied Eeuwenlang strekte zich één groot poldergebied uit op de rechter Scheldeoever tussen de stad Antwerpen en de Nederlandse grens met pittoreske polderdorpen als Oosterweel, Wilmarsdonk, Oorderen en Lillo. De uitbreiding van de Antwerpse haven in noordelijke richting


Overzicht van de belangrijkste deelgebieden in het Rangeerstation Antwerpen-Noord - Foto Ludo Benoy
betekende het einde van deze uitgestrekte polders. Om tegemoet te komen aan het toenemende goederenvervoer van en naar de haven, werd in 1928 in de Polder van Oorderen een gebied van zo’n 450 hectare gereserveerd voor spoorwegactiviteiten.
Kansen voor natuur De opspuitwerken voor de uitbreiding van de haven herschiepen de vroegere polder in één grote zandwoestijn. Maar niet alles werd met baggerzand opgehoogd. De NMBS terreinen bleven grotendeels buiten schot en enkele tientallen hectare poldergrond met plassen en kreken bleven bewaard. Rond 1965 werden door het niet opgespoten gedeelte van het rangeerstation spoordijken aangelegd. Hierdoor werd het bestaande afwateringssysteem verstoord. De graslanden veranderden in drassige weilanden, de akkers in vochtige zones met
NATUUR.RUIMTE - 01/2020 een slijkerige bodem. Vanaf 1968 liep het gebied verder onder water en ontstond De Kuifeend als een kunstmatig meer met een oppervlakte van zo’n 30 hectare. Het groeide al snel uit tot een eldorado voor watergebonden vogelsoorten. Deze ornithologische rijkdom ontsnapte niet aan de aandacht van vogelkijkers die hier onder meer een kolonie steltkluten, geoorde futen en vele andere water- en waadvogels aantroffen. Vanwege deze vogelrijkdom sloot de Belgische Natuur- en Vogelreservaten (de voorloper van het huidige Natuurpunt) in 1972 een huurovereenkomst af met de NMBS.
Recente ontwikkelingen In het begin van deze eeuw werd De Kuifeend uitgebreid met de Grote Kreek (24 hectare), een overblijfsel van een oude Scheldedoorbraak. Die uitbreiding met de Grote Kreek kwam er per toeval toen bleek dat de helft ervan eigendom was van het Antwerps Havenbedrijf. Havenschepen Delwaide vond het een meerwaarde om van deze jachtplas een natuurgebied te maken. In 2008 kwam er een uitbreiding met het Oud Schijn: 9 hectare drassige akkers, graslanden, knotwilgen en brede rietkragen. Met de fondsen van het Havenbedrijf en van de NMBS werden dat jaar grote delen van De Kuifeend afgegraven en nieuwe waterplassen aangelegd. Met de vrijgekomen grond werden dijken aangelegd om het gebied te bufferen tegen verstoring. Ook aan de Grote Kreek en de Binnenweilanden werden graslanden afgegraven en bijkomende plassen gecreëerd. Dankzij een legaat aan het WWF, kon hier in 2018 extra 11,2 hectare plas-dras worden afgraven. Al deze zones kregen zo een grotere aantrekkingskracht voor water-, waad- en rietvogels.