Lindy Beuk - In Beweging

Page 1


IN BEWEGING

Ontwerpend onderzoek naar de verbinding en toekomstbestendigheid van het landschap en wandelnetwerk bij de Oostvaardersplassen

Master Landschapsarchitectuur Academie van Bouwkunst

Lindy Beuk

IN BEWEGING

Ontwerpend onderzoek naar de verbinding en toekomstbestendigheid van het landschap en wandelnetwerk bij de Oostvaardersplassen

2025

Lindy Beuk lindybeuk@hotmail.com

Afstudeerproject

Master Landschapsarchitectuur Academie van Bouwkunst, Amsterdam

Commissieleden

Willemijn van Manen

Yttje Feddes

Ziega van den Berk

Toegevoegde commissieleden ten behoeve van examen

Saline Verhoeven

Robbert Jongerius © 2025 Lindy Beuk. Alle rechten voorbehouden. Geen enkel deel van deze publicatie mag worden gekopieerd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of op welke manier dan ook openbaar worden gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming de auteur.

foto’s genomen tijdens mijn studie in Schotland in 2023

SAMENVATTING

Dit boekwerk is het resultaat van mijn afstudeerproject aan de Academie van Bouwkunst in Amsterdam. In dit project onderzocht ik het spanningsveld tussen recreatie en natuur, met de Oostvaardersplassen als testlocatie. Het is een gebied dat uitnodigt tot wandelen, maar tegelijk vragen oproept: Hoe toegankelijk mag een kwetsbaar natuurgebied zijn? Wat betekent beleving als ecologie onder druk staat? En hoe geef je als ontwerper vorm aan die balans?

Verkenning van de Oostvaardersplassen

De Oostvaardersplassen is een uitgestrekt moerasgebied tussen Almere en Lelystad, waar open water, rietlanden en grazige vlaktes elkaar afwisselen. Dankzij de ligging in het hart van het land speelt het gebied een sleutelrol in zowel ecologische als recreatieve netwerken. Met een gerichte uitbreiding van die netwerken kan het zich ontwikkelen tot een onmisbaar knooppunt binnen het landelijke systeem.

Tijdens mijn onderzoek heb ik het landschap intensief verkend en geanalyseerd hoe onze relatie met natuur kan leiden tot nieuwe ontwerpstrategieën. Mijn ontwerp is gebaseerd op drie kernwaarden: robuustheid, verbondenheid en toegankelijkheid.

Een nieuw perspectief

Robuustheid betekent het versterken van natuurlijke processen, zodat het ecosysteem duurzaam groeit en veerkrachtig blijft bij veranderingen. Verbondenheid richt zich op het verbeteren van ecologische verbindingen binnen het gebied en het stimuleren van sociale verbindingen, door aansluiting te zoeken bij de bestaande infrastructuur.

Toegankelijkheid gaat over het creëren van een beleving waarbij bezoekers kunnen genieten van rust en ontmoeting zonder het landschap te belasten. Samen bieden deze kernwaarden een visie op het versterken van natuur en het bevorderen van een betekenisvolle interactie tussen mens en ecosysteem.

Van visie naar vorm

In het ontwerp zijn verschillende deelgebieden uitgewerkt waarin deze waarden concreet worden toegepast. Er zijn nieuwe wandelpaden en rustplekken toegevoegd, ecologische verbindingen gelegd en plekken gecreëerd waar bezoekers vogels kunnen observeren en stilte ervaren, terwijl flora en fauna ongestoord blijven. Daarbij is ook rekening gehouden met de historische en culturele context: oude elementen blijven zichtbaar en gaan hand in hand met een nieuwe inrichting. Elk deelgebied heeft een eigen identiteit, maar draagt ook bij aan een samenhangend geheel, waarbij steeds gezocht wordt naar de juiste balans tussen recreatie en ecologie.

In beweging

Het project reikt verder dan alleen de Oostvaardersplassen. Ik onderzocht de rol van het gebied binnen het nationale wandelnetwerk en ontwikkelde een nieuwe lange afstandswandeling die uitnodigt tot ontdekken, vertragen en bewust stilstaan bij onze relatie met het landschap. Wandelen wordt zo een manier om niet alleen het gebied beter te leren kennen, maar ook een diepere verbinding te voelen met de natuur en cultuur om ons heen. Dit ontwerp draagt bij aan het bewaren van waardevolle landschappen, zodat ook toekomstige generaties ervan kunnen genieten.

Deelgebieden

foto genomen tijdens mijn studie in Schotland in 2023

VOORWOORD

Beste lezer,

Na tien jaar studeren is het moment eindelijk daar: mijn afstudeerproject. Misschien is het niet verrassend dat een student landschapsarchitectuur graag buiten is, maar wandelen was niet altijd mijn passie. Tijdens mijn uitwisseling in Schotland ontdekte ik hoe wandelen me helpt te vertragen, beter te observeren en mijn omgeving echt te ervaren. Sindsdien is het een persoonlijke hobby geworden, van korte NS-wandelingen tot 200 kilometer door de Dolomieten. Daarom voelde het vanzelfsprekend om wandelen als startpunt te nemen voor dit project.

Mijn zoektocht naar een locatie leidde uiteindelijk naar de Oostvaardersplassen, een uitgestrekt moeraslandschap dat wordt omsloten door strakke grenzen. Het is misschien niet de ongerepte wildernis van Schotland, maar juist een complex en gelaagd gebied dicht bij huis. Opvallend is dat dit het enige nationale park in Nederland is waar grote delen voor wandelaars gesloten blijven. Die spanning tussen het beschermen van ecologie en het bieden van toegankelijkheid maakt het voor mij een intrigerende en uitdagende plek om mee te werken.

Tijdens mijn onderzoek heb ik het gebied uitgebreid te voet verkend. Ik was op zoek naar manieren om een ontwerp te maken dat de natuur respecteert en versterkt, maar ook ruimte biedt voor een rijke bezoekerservaring. Dit ontwerp is tegelijk een plan en een uitnodiging: om te ontdekken, te ervaren en na te denken over onze relatie met het landschap. Want pas wanneer we ons verbonden voelen met het landschap, kunnen we er samen voor zorgen dat het behouden blijft voor toekomstige generaties.

In dit boek neem ik je mee op mijn afstudeerreis. Veel leesplezier!

Lindy Beuk

Inleiding 1.

In dit hoofdstuk schets ik de achtergrond en aanleiding van mijn afstudeerproject. Ik beschrijf hoe persoonlijke ervaringen met wandelen uitgroeiden tot mijn onderwerp. Daarbij plaats ik wandelen in een bredere maatschappelijke en ruimtelijke context: de groeiende populariteit, de druk op natuurgebieden, en de keuzes die we maken in het ontwerpen van ons wandelnetwerk. Dit vormt het vertrekpunt voor een zoektocht naar nieuwe manieren om natuurbeleving en landschapskwaliteit met elkaar te verbinden.

Afstudeervraag

Op welke manier kan het stimuleren van wandelen bijdragen aan een balans tussen ecologische waarden en menselijke beleving in kwetsbare natuurgebieden zoals de Oostvaardersplassen?

foto genomen tijdens mijn studie in Schotland in 2023

1.1 AANLEIDING

Mijn passie voor wandelen begon in de ruige en uitgestrekte landschappen van Schotland. Tijdens mijn studie kreeg ik via het EMiLA-programma de kans om een semester te studeren aan de Universiteit van Edinburgh. Deze periode was een onvergetelijke ervaring, vol inspiratie, maar bracht ook de nodige uitdagingen met zich mee. Eén daarvan was: hoe ontwerp je een landschap dat je niet goed kent? Kaarten en foto’s geven slechts een fragment van de werkelijkheid. Daarom besloot ik het terrein veelal te voet te verkennen.

Omdat ik geen auto tot mijn beschikking had, werd wandelen de enige manier om afgelegen gebieden te bereiken. Wat in eerste instantie een praktische keuze was, groeide uit tot een waardevolle manier van leren. Door het landschap te voet te verkennen, kreeg ik stap voor stap een beter beeld. Ik hoorde wat er leefde, voelde hoe de ondergrond veranderde, rook verschillende geuren en begon de plek echt te begrijpen. Dat zijn inzichten die je niet uit een boek haalt. Sindsdien is wandelen voor mij niet alleen een manier van reizen, maar ook een manier van waarnemen, begrijpen en ontwerpen. Wat begon tijdens mijn studie is uitgegroeid tot een bewuste en blijvende gewoonte, zowel voor werk als voor plezier.

John Muir vatte het mooi samen: “In every walk with nature one receives far more than he seeks.” Wandelen vertraagt, scherpt de zintuigen en nodigt uit tot aandachtig kijken. Het is een manier om werkelijk contact te maken met een landschap.

Terug in Nederland heb ik deze gewoonte voortgezet. En ik ben niet de enige. De afgelopen jaren is wandelen sterk toegenomen in populariteit. In 2020 wandelden meer dan 11 miljoen mensen regelmatig, een toename van een half miljoen ten opzichte van vier jaar eerder. Deze ontwikkeling laat zien dat de behoefte aan natuurbeleving groot is, maar stelt onze landschappen ook op de proef. Meer wandelaars betekent meer druk op natuurgebieden, recreatieroutes en rustzones.

Schotland liet me zien wat leegte, stilte en ruigte kunnen betekenen. In Nederland vond ik een landschap dat drukker en intensiever gebruikt wordt, maar ook verrassend gevarieerd is. In dit project wil ik onderzoeken hoe we juist die kwaliteiten ook in het Nederlandse landschap kunnen versterken.

Ik wil met een scherpe en zorgvuldige blik kijken naar het Nederlandse landschap en het wandelnetwerk. Hoe richten we onze landschappen en routes in? Kunnen we de bestaande kwaliteiten van het landschap verder versterken? En kunnen we het netwerk zo inrichten dat het mensen aanmoedigt om het landschap te beleven, terwijl het tegelijkertijd bijdraagt aan het beschermen van kwetsbare natuur?

collage van verschillende sentimenten over wandelen

1.2 WANDELEN

Wandelen is populairder dan ooit. Het is allang niet meer alleen een manier om je te verplaatsen. Steeds meer mensen kiezen bewust voor wandelen als tijdsbesteding. Tijdens de coronapandemie werd deze groei zichtbaar: wandelen werd voor velen een dagelijkse ontsnapping, een manier om even buiten te zijn, tot rust te komen en de eigen omgeving opnieuw te ontdekken. Wat begon als noodzaak in een tijd van beperkingen, groeide uit tot een blijvende gewoonte.

Wat opvalt, is dat deze hernieuwde waardering voor wandelen niet verdwenen is met het einde van de pandemie. Integendeel, wandelen is geïntegreerd in het dagelijks leven: de lunchwandeling is een gewoonte geworden, bossen zitten vol met gezinnen, vrienden en solo wandelaars in het weekend. Populaire lange afstandsroutes zoals het Pieterpad zien een groeiend aantal wandelaars en evenementen als de Nijmeegse Vierdaagse trekken jaarlijks duizenden deelnemers. Het imago van wandelen is veranderd. Waar het ooit misschien werd gezien als suf of traag, staat het nu symbool voor rust en gezondheid.

De groeiende belangstelling voor wandelen is in veel opzichten positief. Wandelen is laagdrempelig en voor bijna iedereen toegankelijk, ongeacht leeftijd of achtergrond. Het is een open vorm van bewegen, die ruimte biedt voor rust, nadenken en het ontdekken van de omgeving. In een tijd waarin we vaak digitaal overprikkeld en mentaal (over)belast zijn, biedt wandelen een waardevol tegenwicht. Het draagt niet alleen bij aan de lichamelijke gezondheid, maar heeft ook bewezen voordelen voor het mentale welzijn. Regelmatig wandelen vermindert stress, verbetert de stemming, verhoogt de concentratie en helpt het lichaam te herstellen. Zo is wandelen niet alleen leuk, maar ook gezond.

Tegelijkertijd brengt deze groeiende populariteit nieuwe uitdagingen met zich mee. Meer wandelaars betekent dat we het bestaande netwerk van paden, routes en natuurgebieden met steeds meer mensen moeten delen. Dit legt druk op kwetsbare ecosystemen, zorgt voor recreatiedruk en spanningen. We moeten ons afvragen: voldoet ons huidige wandelnetwerk aan de behoeften van toekomstige wandelaars? En hoe kunnen we alle verschillende manieren van wandelen een plek geven in het landschap?

65% van alle Nederlanders maakt wel eens voor het plezier een wandeling van een uur of langer

3,6 miljoen Nederlanders wandelen minstens één keer per week

Gemiddeld legt men 6,5 kilometer af per wandeling

Wandelen in de tijd

Wandelen is een van de oudste manieren waarop mensen zich voortbewegen, dankzij ons vermogen om rechtop te lopen. Door de eeuwen heen kreeg wandelen steeds andere betekenissen. Waar het eerst vooral praktisch was om van plek naar plek te komen, vormde het later ook een spirituele reis, bijvoorbeeld door middeleeuwse pelgrimstochten. In de Romantiek groeide wandelen uit tot een bron van inspiratie en contemplatie. Later heeft de uitvinding van de auto en de opkomst van het toerisme onze relatie met wandelen en het landschap sterk beïnvloed. In de twintigste eeuw kwamen er sportieve vormen bij, zoals lange afstandswandelingen en georganiseerde tochten. Zo heeft wandelen zich ontwikkeld van puur functioneel naar een veelzijdige activiteit met uiteenlopende doeleinden.

Elke maatschappelijke verandering weerspiegelt zich in hoe en waarom we wandelen. En daarnaast beïnvloedt onze wandelcultuur ook de manier waarop we onze landschappen ontwerpen. Wandelpaden, uitzichtpunten, rustplekken, informatievoorzieningen zijn allemaal vormgegeven naar onze ideeën over natuur en gebruik. Zo zijn het ontwerp van het landschap en de cultuur van het wandelen onlosmakelijk met elkaar verbonden.

Een landschap voor de wandelaar van de toekomst Wandelen betekent tegenwoordig voor iedereen iets anders. Voor de een is het een manier om te ontspannen, voor de ander een manier om fit te blijven. Sommigen zien het als een sportieve uitdaging, anderen als sociale activiteit of moment van bezinning. Voor al deze wandelvormen moet in de toekomst voldoende ruimte blijven. Dit vraagt om een veelzijdig en toekomstbestendig wandelnetwerk, dat niet alleen inspeelt op recreatie, maar ook oog heeft voor natuur, landschap en de juiste balans tussen rust en levendigheid. De toenemende populariteit van wandelen maakt het noodzakelijk om landschappen zo te ontwerpen dat ze wandelaars verwelkomen zonder de natuur te belasten.

Prehistorie & Oudheid

NATUUR

CULTUUR

LANDSCHAPS ARCHITECTUUR

Natuurlijke dynamiek uitgestrekte moerassen, ongetemde waterlopen en overstromingen.

Overleven en onvoorspelbare elementen

Natuurlijke dynamiek, oorspronkelijke staat

Middeleeuwen

Dijken en vroege waterbeheer systemen, opkomst groter argrarisch landschap

Nadruk op orde en controle

Eerste interventies in de strijd tegen het water, kloostertuinen als voorbeeld van gecontroleerde natuur

Gouden Eeuw tot de 19e Eeuw 20e Eeuw

Grootschalige inpolderingen en landschapsveranderingen, beheersbare, productieve ruimtes, begin van biodiversiteitsverlies door intensieve bewerking

Maakbaarheid, rationeel en benut

Landschapsontwerp als kunst en wetenschap: formele tuinen en stadsplanning

Intensieve industrialisatie, landbouw en urbanisatie; monoculturen en verlies van biodiversiteit

efficiëntie en economische groei

Functioneel: nadruk ligt op infrastructuur, waterbeheer en productiviteit van het land

Huidig

Contrast tussen productie en natuurherstel

Ontkenning en opkomst van duurzaamheid, zoektocht naar balans

Strijd tegen klimaatproblematiek, ecologische processen herstellen

WANDELEN

Noodzakelijke verplaatsingsmethode, over natuurlijke paden

Een rituele (pegrimsroutes) en functionele (handelswegen) betekenis

Wandelen als recreatie, ontdekkingsreizen

Vrije tijdsbesteding en sport, nationale wandelpaden

Natuur opnieuw ontdekken, tegenbeweging van digitalisering en stress

rust ruimte ongerept

intensief actief kunstmatig

foto’s van een Schots en een Nederlands landschap

1.3 WAAR WANDELEN WE?

Mijn fascinatie voor wandelen ontstond in Schotland. Niet alleen vanwege het indrukwekkende, heuvelachtige landschap is wandelen daar zo geliefd. Het is vooral de manier waarop wandelen diep is ingebed in de cultuur, die mij raakte. In Schotland heeft iedereen het recht om vrij over land te wandelen, ongeacht wie de eigenaar is. Dit zogenaamde Right to Roam zorgt voor een sterk gevoel van vrijheid en openheid. Je mag overal lopen, de weg kwijt raken, nieuwe routes ontdekken en het landschap echt ervaren. Wat mij vooral opviel, is hoe vanzelfsprekend en gewaardeerd deze vrijheid is binnen de Schotse samenleving.

Tijdens mijn verblijf werd ik lid van de Hillwalking Society, een studentenvereniging die elk weekend samen op pad ging. Deze groep functioneerde als een levendig netwerk vol kennis en ervaring. Dankzij hen ontdekte ik niet alleen adembenemende uitzichten, maar leerde ik ook het landschap waarderen in zijn alledaagsheid, zijn ritme en zijn ruige details. Wandelen werd voor mij meer dan voortbewegen. Het werd een manier van kijken, verbinden en leren.

In Nederland beschikken we over veel prachtige, diverse landschappen. Van duinen en bossen tot uiterwaarden en heide, er is veel te ontdekken. Toch is die natuur minder vanzelfsprekend dan je zou denken. Vaak moet je er echt naar zoeken. De natuur is versnipperd en ligt meestal binnen een strak georganiseerd landschap. Wandelen betekent hier meestal het volgen van aangelegde routes, over paden, door hekken en langs informatieborden. Je deelt de ruimte met veel mensen. Wandelen is in Nederland daarmee gereguleerd, gestructureerd en functioneel vormgegeven.

De verschillen tussen Schotland en Nederland schetsen een contrast over onze omgang met de natuur. Waarom kiezen we ervoor om natuur zo strikt te organiseren? Is het vooral een kwestie van bescherming door begrenzing, of ontstaat er juist meer waardering wanneer mensen de natuur van dichtbij kunnen ervaren? Moet natuur vooral stil en ongestoord blijven, of krijgt ze juist betekenis doordat we haar kunnen beleven?

foto van een protest voor het right to roam

Met de toenemende populariteit van wandelen worden de knelpunten in ons natuurbeheer duidelijker. In een dichtbevolkt land als Nederland, waar ruimte schaars is, zijn recreatie en natuur nauw verweven. Dit zorgt voor spanningen, omdat verschillende gebruikers het landschap verschillend benaderen en niet altijd even zorgvuldig behandelen. Dit leidt tot problemen met biodiversiteit, het behoud van landschapskwaliteit en het reguleren van gebruikers. Wandelpaden raken overbelast en natuurgebieden moeten soms tijdelijk worden afgesloten om schade te voorkomen. Gaandeweg werd voor mij duidelijk dat het vraagstuk niet neerkomt op kiezen tussen beschermen of benutten. De uitdaging ligt in het vinden van een balans waarin natuur en mens naast elkaar kunnen bestaan. Traditionele natuurbescherming is vaak gericht op het in stand houden van een bepaald beeld van het landschap, wat voortdurend om ingrepen vraagt.

Dat vraagt om eens goed te kijken naar het huidige systeem. Het doel is niet om mensen buiten te sluiten of de natuur op te sluiten, maar om een omgeving te creëren waarin beiden kunnen floreren. Voor dit project wil ik me verdiepen in strategieën en ontwerpprincipes die bijdragen aan duurzame co-existentie. Daarbij kijk ik naar hoe wandel infrastructuur kan bijdragen aan verbinding tussen natuurgebieden en hoe kwetsbare plekken ontlast kunnen worden.

een collage over de maakbaarheid van het Nederlandse landschap

Nederland cijfers

Hoe wordt de Nederlandse bodem gebruikt?

De totale oppervlakte van Nederland is 4,2 miljoen hectare, inclusief binnen- en buitenwater. In 2015 werd ongeveer de helft hiervan gebruikt voor de landbouw. Ongeveer een derde natuur, water of in gebruik voor recreatie. Een relatief klein deel van ons grondgebied bestemd voor bebouwing en wegen.

1.4 RUIMTE OM TE WANDELEN

Mijn ervaringen in Schotland en Nederland wakkerden de behoefte aan om het Nederlandse wandelnetwerk eens met een kritische blik te onderzoeken. Wat begon als nieuwsgierigheid, werd al snel een systematische zoektocht. Tijdens mijn eerste verkenningen viel me op dat sommige delen van het wandelnetwerk op de kaart ontbreken: de witte plekken lieten gaten zien in de beschikbare data. Dat riep vragen op. Ontbreekt de informatie simpelweg, of is het wandelnetwerk op bepaalde locaties daadwerkelijk zo beperkt of versnipperd?

Om meer inzicht in te krijgen in het Nederlandse wandelnetwerk, heb ik vier verschillende gebieden bezocht: de Oostvaardersplassen, Nationaal Park Zuid-Kennemerland, de regio tussen de Utrechtse Heuvelrug en de Gelderse Vallei, en het Nationaal Landschap Zuid-Limburg. Deze gebieden verschillen sterk in ligging, gebruiksdruk, infrastructuur en landschapstypologie. Juist die variatie bood mij de kans om het Nederlandse wandelnetwerk in de volle breedte te begrijpen.

Landelijke wandelroutes

Regionale wandelroutes

kaart van wandelpaden en natuurgebieden in Nederland

De Oostvaardersplassen

De Oostvaardersplassen is een bijzonder gebied in Nederland. In dit gebied heeft het water de overhand gekregen: na de inpoldering bleef het water staan, waardoor zich een spontaan moeraslandschap kon ontwikkelen. Dit bijzondere ecosysteem, dat zich grotendeels zonder menselijke ingrepen heeft gevormd, heeft inmiddels de status van Nationaal Park. Het is een stukje verwilderde natuur te midden van een sterk georganiseerd land.

Het gebied valt op door het sterke contrast tussen de vloeiende vormen van het moerasgebied en de strakke lijnen van de omliggende Flevopolder. Tijdens mijn bezoek merkte ik vooral hoe geïsoleerd het ligt ten opzichte van het regionale wandelnetwerk. Met de auto is het goed bereikbaar, maar voor anderen is het lastig te bereiken. Ondanks de ligging tussen twee steden, voelde het alsof ik er alleen was. Een ervaring die zowel rust bood als vragen opriep over toegankelijkheid.

Nationaal Park Zuid-Kennemerland Zuid-Kennemerland is een geliefde bestemming voor wandelaars, mede door de nabijheid van Haarlem en Amsterdam. De recreatiedruk is hoog, maar het gebied speelt tegelijkertijd een cruciale rol in het behoud van biodiversiteit: het kustlandschap bevat zo’n 75 procent van de nationale soortenrijkdom. De noodzaak om dit gebied goed te beschermen is dus groot.

Tijdens mijn wandeling, kort na een periode van zware regenval, waren veel paden onbegaanbaar. De toegankelijke routes trokken daardoor nog meer bezoekers, waardoor we soms in een lange rij achter elkaar liepen. De bewegwijzering is goed, maar het gevoel van individuele beleving verdwijnt snel. De spanning tussen toegankelijkheid en rust is hier duidelijk voelbaar.

Eemland en de Gelderse vallei

Tussen de Utrechtse Heuvelrug en de Veluwe ligt Eemland, een gebied met potentie als verbindende schakel. Door de toenemende druk op de aangrenzende parken groeit de noodzaak om recreanten te spreiden. Tegelijkertijd speelt hier de opgave van klimaatadaptatie en landbouwtransitie, wat het tot een strategisch gebied maakt in de ruimtelijke ontwikkeling.

Mijn wandeling liep grotendeels door agrarisch gebied, zonder veel bewegwijzerde routes of voorzieningen. Ik volgde erfwegen, graspaden en soms de berm van een provinciale weg. Het leverde mooie Hollandse vergezichten op, maar het was duidelijk dat het terrein niet ontworpen was met de wandelaar als gebruiker.

Nationaal Landschap Zuid-Limburg

Om de diversiteit van het Nederlandse landschap te vangen, bezocht ik ook ZuidLimburg. Dit heuvelachtige gebied heeft een sterke eigen identiteit en trekt door zijn landschappelijke schoonheid jaarlijks veel bezoekers. De ligging aan de grenzen met België en Duitsland maakt het bovendien tot een internationaal verweven landschap.

Mijn wandeling bevestigde het imago: goed onderhouden paden, logische routevoering en een balans tussen drukte en rust. Ondanks de populariteit voelde het nergens overvol. Hier lijkt de balans tussen natuurbeleving en recreatie beter gevonden, al blijft het landschap ook hier kwetsbaar.

Gebiedskeuze

Deze vier verkenningen hebben mijn referentiekader aanzienlijk verbreed. Elk gebied vertelt een eigen verhaal, heeft een eigen geschiedenis, structuur, gebruik en toekomst. Na al mijn wandelingen en observaties besloot ik me te richten op een plek waar ik echt de diepte in kon gaan: mijn keuze viel op de Oostvaardersplassen.

De Oostvaardersplassen zijn uniek binnen het Nederlandse landschap. Het is een spontane wildernis te midden van een rationeel ontworpen polderstructuur. Gelegen tussen Almere en Lelystad vormt het gebied een scherp contrast met zijn omgeving. Aan de ene kant liggen agrarische velden en infrastructuur, aan de andere kant het uitgestrekte Markermeer. Het park zelf is grotendeels ontoegankelijk voor bezoekers en functioneert als een gecontroleerde, deels afgesloten zone binnen een stedelijke regio.

Op verschillende vlakken staat het gebied in contrast met zichzelf. Het wordt beheerd volgens Natura 2000-richtlijnen en tegelijk wordt het gepresenteerd als een voorbeeld van wilde natuur. Recreatie en ecologie staan hier in directe relatie tot elkaar, soms harmonieus, soms schurend. Juist deze gelaagdheid maakt de Oostvaardersplassen interessant als casus. Het is een plek waar natuurbeheer, bezoekerservaring, ecologische processen en ruimtelijke inbedding voortdurend op elkaar botsen.

Voor mijn afstudeerproject wil ik eerst onderzoeken hoe de huidige balans tussen natuur en recreatie in het gebied tot stand is gekomen, en vervolgens beoordelen of deze aanpak toekomstbestendig is. Daarnaast richt ik me op het begrijpen en versterken van de bijzondere kwaliteiten van het landschap en op het verbeteren en verfijnen van het wandelnetwerk in en rondom het gebied.

Luchtfoto van de Oostvaardersplassen

Locatie 2.

In dit hoofdstuk zoom ik in op het gebied: de Oostvaardersplassen. Ik combineer veldwerk en observaties met een analyse van de ruimtelijke, ecologische en beheersmatige structuur van het gebied. Ook schets ik de historische ontwikkeling en de strategische positie binnen nationale en internationale netwerken. Tot slot verken ik toekomstscenario’s die de uiteenlopende verhoudingen van de mens tot de natuur verkennen. Hieruit komen bouwstenen die samen het fundament vormen voor de ontwerpkeuzes in de volgende hoofdstukken.

2.1 VELDWERK

De Oostvaardersplassen bevinden zich centraal in Nederland, in de stedelijke corridor tussen Lelystad en Almere. Met ongeveer 300.000 inwoners in de directe omgeving is het gebied opvallend goed bereikbaar. Het grenst aan de A6, ligt vlak naast een spoorlijn en direct aan het Markermeer.

Het natuurgebied beslaat zo’n 5.600 hectare en strekt zich uit over 12 kilometer in de lengte en 6 kilometer in de breedte. Ondanks deze omvang is slechts een klein deel voor publiek opengesteld. Om het gebied in al zijn omvang, structuur en beleving goed te leren kennen, besloot ik het zelf te verkennen. Ik maakte in totaal zes wandelingen, steeds vanaf een andere kant, om zo een volledig beeld te krijgen.

observaties tijdens mijn wandelingen

De Driehoek vanuit Lelystad

Mijn eerste verkenning begon aan de noordkant van het gebied. Vanuit station Lelystad pakte ik de bus richting Hollandse Hout. Daar begon een lange, monotone wandeling over de Knardijk. Een uur later bereikte ik het buitencentrum van Staatsbosbeheer, toegangspoort tot de Driehoek: het enige publieke toegangspunt tot het Natura 2000 kerngebied.

Hier wandelde ik over slingerende paden, door rietvelden en moerassige graslanden. Ik ontmoette een groep konikpaarden die in het gras lagen, onverschillig voor mijn aanwezigheid. Het ‘wilde’ karakter van deze dieren leek plaatsgemaakt te hebben voor een zekere gewenning. De terugweg naar de bushalte duurde opnieuw een uur. De fysieke afstand tot de stad is een grote drempelwaarde.

Almere Oostvaarders en het Kotterbos Voor mijn tweede wandeling reisde ik met de trein naar station Almere Oostvaarders. Vanaf daar volgde ik een geel verhard pad naar het Natuurbelevingscentrum. Binnen vond ik een informatieve tentoonstelling over de flora en fauna van het gebied, maar vanaf het uitkijkdek voelde de natuur nog ver weg en ongrijpbaar.

Daarna wandelde ik door het omliggende bospark richting het Markermeer. De brede betonnen paden en strakke lijnen bepaalden het landschap hier. Tijdens deze tocht stuitte ik onverwacht op een dood hert, een aangrijpend beeld dat mij deed nadenken over het controversiële dierenbeheer in dit gebied. Nadat ik de Oostvaardersdijk bereikte, keerde ik om en liep door tot aan het Kotterbos. Dit bosgebied is aantrekkelijk, maar staat duidelijk los van de Oostvaardersplassen.

Van Lelystad naar Almere langs de A6

Bij mijn derde wandeling koos ik voor de oostzijde van het gebied, langs de snelweg en het treinspoor. Ik begon opnieuw in het Hollandse Hout. Daar zag ik hoe een slenk werd gegraven, een poging om meer ecologische diversiteit aan te brengen. Maar deze ingreep had als bijeffect dat mijn pad abrupt ophield. Om verder te kunnen, moest ik een hoge zandberg beklimmen. Daarna volgde een lange, rechte route langs het treintracé, twee uur lang tussen spoor en snelweg. Het was monotoon, lawaaierig en allesbehalve recreatief. Toch was het leerzaam: juist door deze ongemakken werden de ruimtelijke barrières van het gebied zichtbaar. Ik sloot opnieuw af in het Kotterbos.

Excursie met gids door de Driehoek Om te ontdekken hoe georganiseerde excursies het gebied presenteren, nam ik deel aan een wandeling met een gids. Opnieuw bevond ik me in de Driehoek, dit keer met een verrekijker in de hand en voorzien van achtergrondinformatie. Hierdoor vielen details op die ik eerder niet had gezien: subtiele patronen in het landschap, specifieke vogelsoorten en hun gedrag. De combinatie van gerichte observatie en context verrijkte de ervaring aanzienlijk.

Met de boswachter het kerngebied in De meest bijzondere ervaring was mijn vijfde tocht: samen met de boswachter mocht ik het afgesloten kerngebied in. In de auto spraken we over beheer, verstoring en het publieke debat. We reden door het landschap en zagen konikpaarden, heckrunderen en zeldzame vogels. Elke keer als we uitstapten, schrokken de dieren en trokken zich terug.

Het landschap was hier prachtig uitgestrekt: graslanden, plassen, ruigte, stilte. Op een bepaald moment stonden we oog in oog met wel tien zeearenden. Het was een indrukwekkend moment, en tegelijk het besef: ook wij zijn hier slechts te gast. Tijd om terug te gaan en de natuur met rust te laten.

Over de Oostvaardersdijk

Mijn laatste wandeling was er een waar ik het meest tegenop zag, maar die me het meest heeft verrast. Over de lange Oostvaardersdijk liep ik van Lelystad richting Almere. Daar is geen officieel wandelpad, dus ik liep over het fietspad. De route was lang en recht, maar het uitzicht was adembenemend.

Links de uitgestrekte Oostvaardersplassen, rechts het Markermeer. Dit is een van de weinige plekken in Nederland waar je zo ver kunt kijken. Het gevoel van ruimte is ongekend. Het enige dat de ervaring verstoorde, was het constante geraas van auto’s op de weg naast me. Het geluid drong zich op, wat een grote storingsfactor is voor de beleving.

Inzichten uit het veld

Tijdens deze zes wandelingen ontdekte ik waar de natuur intens beleefd wordt, waar het netwerk tekortschiet, waar barrières bestaan en waar kansen liggen. Juist door te wandelen werd de schaal van het gebied voelbaar, evenals de spanning tussen toegankelijkheid, ecologie en beleving. Deze ervaringen vormen de basis voor mijn ontwerp.

foto’s gemaakt tijdens mijn wandelingen door de Oostvaardersplassen

2.2 GEBIEDSANALYSE

Mijn verkenning van de Oostvaardersplassen bleef niet bij wandelingen en observaties in het veld. Om het gebied echt te begrijpen, ben ik ook in de geschiedenis, beleidsvorming en ecologische opbouw van het gebied gedoken. De Oostvaardersplassen zijn namelijk geen eeuwenoud natuurgebied, maar een opvallend recente en grotendeels spontane creatie binnen een grootschalig Nederlands waterbouwkundig project.

Een landschap dat per toeval ontstond

Het ontstaan van de Oostvaardersplassen is nauw verbonden met de inpoldering van de Zuiderzee. Na de drooglegging van de Flevopolder in de jaren zestig was dit gebied, gelegen tussen Almere en Lelystad, oorspronkelijk bestemd als industriegebied. Het terrein bleek echter het laagste punt van de polder te zijn, en het lukte niet om dit volledig droog te malen. Er bleef water staan, en omdat er op dat moment geen acute behoefte was aan een industrieterrein, werd het gebied voorlopig met rust gelaten.

Juist deze stilte gaf de natuur de ruimte. Waar de mens zich tijdelijk terugtrok, namen vogels het voortouw. Grauwe ganzen vestigden zich als eersten in het gebied en al snel volgden talloze andere soorten. Wat begon als een natte vlakte, groeide uit tot een waardevol moerasgebied met een grote biodiversiteit. Het gebied kreeg aanvankelijk een tijdelijk beschermde status, maar dankzij de inzet van natuurbeschermers, vogelaars en ecologen wist men het belang van het gebied nationaal én internationaal op de kaart te zetten.

Deze inspanningen leidden uiteindelijk tot formele erkenning. De Oostvaardersplassen werden onderdeel van het Europese Natura 2000-netwerk. Om het gebied voldoende ruimte te geven, werd zelfs een geplande treinverbinding verlegd. Vandaag de dag maakt het deel uit van Nationaal Park Nieuw Land, dat verschillende natuurgebieden in en rond het Markermeer met elkaar verbindt, zoals de Lepelaarplassen en de Marker Wadden.

een klein deel van de Oostvaardersplassen zijn toegankelijk voor de mens

niet toegankelijk soms toegankelijk wel toegankelijk

Plan Zuiderzee

water na inpoldering

graslanden en treintracé

Ontdekt door vogelliefhebber

bekendheid door film De Nieuwe Wildernis

bezocht door breder pubiek tijdlijn van ruimtelijke

Nationaal Park Nieuw Land

Een strategische positie binnen nationale en internationale netwerken Hoewel de Oostvaardersplassen relatief geïsoleerd liggen binnen een stedelijke en agrarische omgeving, zijn ze officieel onderdeel van het Natuurnetwerk Nederland. In de praktijk is de ecologische verbondenheid met andere natuurgebieden beperkt, maar op grotere schaal maakt het gebied wel degelijk deel uit van een belangrijk internationaal netwerk. Binnen de Oost-Atlantische trekroute zijn de Oostvaardersplassen een onmisbaar rust- en foerageergebied voor trekvogels. Jaarlijks komen duizenden vogels uit noordelijke en zuidelijke broed- en overwinteringsgebieden hier om te rusten, voedsel te zoeken of te broeden. Het functioneert als een cruciale tussenstop in een veel groter ecosysteem. Dit maakt het gebied zeer waardevol voor dieren, ondanks de relatieve ecologische isolatie op nationaal niveau.

Kerngebied Natura 2000

Nationaal Park Nieuw Land

Natuurnetwerk Nederland

Schil

Landschappelijke opbouw en beheer

Het landschap van de Oostvaardersplassen bestaat uit een mix van natte moerassen, broeklanden, open graslanden en verspreide boszones. Het gebied staat bekend als een van de weinige plekken in Nederland waar spontane natuurontwikkeling op grote schaal heeft plaatsgevonden. Toch is de ‘spontaniteit’ slechts de helft van het verhaal. In de praktijk is het een landschap dat voortdurend beïnvloed wordt.

Zo zorgt een aangelegde kade ervoor dat het moerasgebied niet leegloopt, ondanks dat het oorspronkelijk het laagste punt van de polder was. Door inklinking ligt het gebied tegenwoordig juist hoger dan de omliggende gronden. Ook zijn er grote grazers geïntroduceerd, waaronder konikpaarden, heckrunderen en edelherten. Zij functioneren als natuurlijke beheerders van het landschap door de graslanden open te houden.

Er wordt naar buiten toe vaak gesproken over verwildering, maar in werkelijkheid wordt het gebied intensief gemonitord en gereguleerd. Het waterpeil wordt gestuurd, de populatie grote grazers wordt beheerd en menselijke toegang wordt bewust beperkt tot bepaalde zones.

NAP

moeras

water blijft staan in laagste deel Oostvaardersplassen

grazig gebied

dynamisch peilbeheer in- en uitlaat Lage Vaart

kade aangelegd tegen leeglopen moeras na inklinken rest van de polder boezemsysteem

samenstelling bodem en watersysteem

veen
klei
waterpeil
veen
klei
waterpeil

collage van verschillende sentimenten over beheer in de Oostvaardersplassen

broeklanden oostvaardersbos

hetstort

moeras

beemdlanden

waterlanden

dedriehoek

hollandsehout oostvaardersveld

oeverlandenlagevaart

kotterbos

Van ‘de nieuwe wildernis’ naar beheer op maat Sinds 1996 is het beheer van het gebied in handen van Staatsbosbeheer. Aanvankelijk werd gewerkt vanuit het principe van minimale interventie: ‘niets doen, tenzij...’. Deze benadering werd breed gecommuniceerd, vooral rond het uitkomen van de documentaire De Nieuwe Wildernis in 2013. De film toonde het gebied als een ruig en autonoom natuurparadijs, waarin grote grazers op eigen kracht hun weg vonden.

De realiteit bleek complexer. In strenge winters overleefden veel dieren de kou en het voedseltekort niet, wat leidde tot publieke verontwaardiging en maatschappelijke onrust. Deze kritiek dwong Staatsbosbeheer tot een aanpassing van het beleid. Sindsdien wordt er gewerkt met een zogenaamd ‘vroeg-reactief beheer’. Dieren worden preventief bijgevoerd of, indien nodig, afgeschoten om onnodig lijden te voorkomen.

Vandaag de dag ligt de nadruk in het beheer op het realiseren van de Natura 2000 vogel doelstellingen, waarbij het waterpeil en de begrazing als ondersteunende instrumenten worden ingezet. Het streven naar een autonoom ecosysteem heeft plaatsgemaakt voor een genuanceerde balans tussen natuurwaarde, maatschappelijke acceptatie en ecologisch functioneren.

BEHEERKNOPPEN

waterpeil

grote grazers

INRICHTINGSELEMENTEN

materiaal en breedte paden

hekken

grondverzet

ecopassages

1968

Spontane ontwikkeling tot moeraslandschap

1974 status ‘tijdelijk natuurgebied’

1975-1986

Actief peilbeheer: hogere waterstanden in winter en voorjaar, lagere in de zomer

Optimale vogelomstandigheden

1986

Introductie grote grazers

1989

Erkend als wetland in het kader van het Ramsarverdrag

1996

Beheer door Staatsbosbeheer

Het ‘wildernismodel’

Niets doen, tenzij...

2009

Europees diploma voor beschermde gebieden

2010

Publieke onrust

Overgegaan op ‘vroeg-reactief beheer’

2015-heden

Vogeldoelstellingen centraal

Grazers ondersteuning van vogeldoelstellingen

Meer aandacht voor recreatie

Een levend laboratorium

In de Oostvaardersplassen draait alles om de zoektocht naar balans tussen natuur, beleid, beleving en beheer. Het gebied functioneert als een levend laboratorium, waar wordt geëxperimenteerd en beheerplannen steeds opnieuw worden bijgesteld. Dit maakt het een waardevolle leeromgeving voor ecologen, beleidsmakers, ontwerpers, onderzoekers en bezoekers.

Tijdens een gesprek met Harma Horlings, beleidsadviseur bij Staatsbosbeheer, werd duidelijk dat er nog steeds een fundamentele vraag onbeantwoord is: waar moet dit gebied naartoe? Door de jaren heen zijn er verschillende visies ontwikkeld voor de Oostvaardersplassen, maar geen daarvan lijkt momenteel breed gedragen te worden. Volgens Harma ontbreekt het aan een gedeelde, inspirerende langetermijnvisie, die natuurwaarden, recreatie en mobiliteit weet te verbinden. Daarom ben ik gaan kijken naar een toekomstperspectief voor de Oostvaardersplassen.

2.3 TOEKOMSTPERSPECTIEF

Om te kunnen bepalen waar de Oostvaardersplassen in de toekomst naartoe kunnen bewegen, is het belangrijk eerst een stap terug te doen en het bredere perspectief te verkennen. Ik heb in mijn onderzoek ook de inzichten van Matthijs Schouten meegenomen. Schouten is filosoof en ecoloog en houdt zich al lange tijd bezig met natuurherstel en de wisselwerking tussen mens en natuur. Zijn visie sluit goed aan bij de uitdagingen die de Oostvaardersplassen kennen, met name op het gebied van verwildering en beheer.

Matthijs Schouten kijkt niet alleen naar natuurontwikkeling in Nederland, maar onderzoekt ook wereldwijde trends in de omgang van samenlevingen met natuur. Hij onderscheidt daarin vier fundamentele houdingen die de mens ten opzichte van natuur kan innemen: de mens als eigenaar (westers), beheerder (joods of islamitisch), samenwerker (aziatisch) of deelnemer (ecosysteem). Deze houdingen vormen volgens hem belangrijke kaders om te reflecteren op onze omgang met natuur.

Deze vier houdingen heb ik als uitgangspunt genomen voor het ontwikkelen van scenario’s voor de toekomst van de Oostvaardersplassen. In elk scenario wordt een houding radicaal doorgevoerd. Op die manier ontstaan extreme, maar heldere beelden die mij helpen om mijn standpunt te verscherpen, waarden te onderzoeken en ontwerpkeuzes bewuster te maken.

Scenario 1: De mens als eigenaar

In dit scenario staat het gebied volledig in dienst van menselijke behoeften en economische waarde. Natuur wordt gezien als bron van recreatie, toerisme en zelfs energieproductie. Er wordt gedacht in termen van rendement, beleving en bereikbaarheid. Activiteiten zoals wandelen, kamperen, varen en fietsen worden optimaal gefaciliteerd. Het landschap wordt zodanig ingericht dat het een decor vormt voor menselijke consumptie van natuur. Beheer richt zich op esthetiek, veiligheid en gemak.

Scenario 2: De mens als beheerder

In dit scenario ligt de nadruk op het behalen en behouden van ecologische doelen. De Oostvaardersplassen worden in de eerste plaats beschouwd als Natura 2000-gebied waarin biodiversiteit en ecologische processen centraal staan. Beheer blijft noodzakelijk, maar beperkt zich tot het ondersteunen van natuurlijke dynamiek. Beleving is hier mogelijk, maar ondergeschikt aan ecologische waarde. Monitoring, regulering en technisch beheer spelen een belangrijke rol, bijvoorbeeld in het sturen van waterpeil of het reguleren van begrazing.

Scenario 3: De mens als samenwerker

De mens en natuur staan in dit scenario naast elkaar en delen het landschap. Het gebied wordt een leeromgeving waar participatie, educatie en gedeeld eigenaarschap centraal staan. De Oostvaardersplassen functioneren dan als een plek waarin mensen samen met ecologen, ontwerpers en beleidsmakers vormgeven aan het beheer. Multifunctioneel gebruik is toegestaan, mits het natuurlijke processen ondersteunt. Beleving, betrokkenheid en samenwerking zijn even belangrijk als biodiversiteit.

Scenario 4: De mens als deelnemer

In dit scenario doet de mens bewust een stap terug. De natuur krijgt de ruimte om zich op eigen kracht en zonder menselijke sturing te ontwikkelen. Het gebied wordt een plek van verwildering en autonomie. Er is minimale infrastructuur, geen faciliteiten voor recreatie en geen actieve sturing van processen. De Oostvaardersplassen ontwikkelen zich tot een ruig, onvoorspelbaar landschap waarin natuurlijke dynamiek vrij spel krijgt. De rol van de mens is bescheiden en observerend. Het gebied nodigt uit tot verwondering, reflectie en een fundamentele herbezinning op onze plek binnen het grotere ecosysteem.

De mens als eigenaar

Huidig

NATUUR Contrast tussen productie en natuurherstel

Transitie

Plan Pup

Optimale landbouw of toeristische hotspots

CULTUUR Ontkenning en opkomst van duurzaamheid, zoektocht naar balans > We geven de duurzame doelen op en investeren in natuur als toeristische attractie >Productie en economische groei

LANDSCHAPS ARCHITECTUUR

WANDELEN

Strijd tegen klimaatproblematiek, ecologische processen herstellen > Productieve en esthetische waarden worden het belangrijkst >Tot op de puntjes ingericht

Natuur opnieuw ontdekken, tegenbeweging van digitalisering en stress

transitie tijdlijn per scenario

Routes met een ontworpen beleving in een commerciele omgeving

individualistische samenleving

natuur als bezit symbiose

gebaseerd op een tekening van Mecanoo, eigen schets toegevoegd

De mens als beheerder

Huidig

NATUUR Contrast tussen productie en natuurherstel

Transitie

Plan Zeearend

Aangewezen plekken waar het ecosysteem zorgvuldig wordt beheerd

CULTUUR Ontkenning en opkomst van duurzaamheid, zoektocht naar balans > Duurzaamheid wordt gedragen door de politiek > Investeren in ecologisch herstel

LANDSCHAPS ARCHITECTUUR

Strijd tegen klimaatproblematiek, ecologische processen herstellen > Flexibele, adaptieve ontwerpen > Integreren ecologische data voor gecontroleerde interventies die de biodiversiteit in stand houden

WANDELEN

Natuur opnieuw ontdekken, tegenbeweging van digitalisering en stress

transitie tijdlijn per scenario

Routes worden beperkt maar strategisch gekozen

gereguleerde samenleving

natuur waarborgen symbiose

gebaseerd op een tekening van Mecanoo, eigen schets toegevoegd

De mens als samenwerker

NATUUR Contrast tussen productie en natuurherstel

Transitie

Plan Bever

Alle productieve functies in het landschap zijn niet meer uitputtend

CULTUUR Ontkenning en opkomst van duurzaamheid, zoektocht naar balans > Gedeelde verantwoordelijkheid > Stakeholders werken samen aan lokale oplossingen

LANDSCHAPS ARCHITECTUUR Strijd tegen klimaatproblematiek, ecologische processen herstellen > Top-down ontwerpen naar cocreatie > Condities ontwerpen

WANDELEN

Natuur opnieuw ontdekken, tegenbeweging van digitalisering en stress

transitie tijdlijn per scenario

Routes die als platform dienen voor educatie en gezamelijke natuurbeleving

Huidig

collectieve samenleving

gedeelde verantwoordelijkheid voor de natuur

symbiose

gebaseerd op een tekening van Mecanoo, eigen schets toegevoegd

De mens als deelnemer

Huidig

NATUUR Contrast tussen productie en natuurherstel

Transitie

Plan Wolf

Wildernis met nederzettingen

CULTUUR Ontkenning en opkomst van duurzaamheid, zoektocht naar balans > Een diepere verbinding met de natuur > De mens ziet zichzelf als een bescheiden deel van een groter ecologisch geheel

LANDSCHAPS ARCHITECTUUR Strijd tegen klimaatproblematiek, ecologische processen herstellen > Transitie ondersteunen > Onszelf weg ontwerpen

WANDELEN

Natuur opnieuw ontdekken, tegenbeweging van digitalisering en stress

transitie tijdlijn per scenario

Routes zijn ongereguleerd en ontstaan spontaan

experimentele samenleving

gebaseerd op een tekening van Mecanoo, eigen schets toegevoegd

eigenaar deelnemer
controleren
loslaten
niet toegankelijk wel toegankelijk
monocultuur
biodivers
fragiel systeem
robuust systeem scenariovergelijking op basis van relevante thema’s

Tussen de uitersten

Deze vier scenario’s zijn geen vaststaande eindbeelden, maar eerder denkmodellen. Ze helpen me om de uiteenlopende houdingen die mensen kunnen aannemen tegenover natuur te begrijpen en zichtbaar te maken. Elk scenario heeft waardevolle aspecten. Zo biedt het scenario van de eigenaar en de deelnemer interessante inzichten in beleving en toegankelijkheid. Het scenario van de samenwerker laat zien hoe educatie kan bijdragen aan maatschappelijk draagvlak. En het scenario van de beheerder onderstreept het belang van duidelijke ecologische doelstellingen.

Voor mij als ontwerper is het essentieel om bewust te kiezen welke waarden ik wil benadrukken. De scenario’s helpen mij om mijn eigen positie te bepalen ten opzichte van de natuur en het ontwerp van publieke landschappen. In mijn werk wil ik ruimte maken voor zowel robuuste natuurontwikkeling als voor menselijke toegankelijkheid.

De Oostvaardersplassen vormen voor mij een unieke plek waar deze balans onderzocht en vormgegeven kan worden. Een gebied waar samenspel tussen mens en natuur wordt onderzocht. Mijn verdere ontwerpvoorstellen zullen zich richten op manieren waarop robuuste natuurontwikkeling en publieke toegankelijkheid kunnen worden verweven.

Ontwerp 3.

In dit hoofdstuk presenteer ik mijn ontwerpvisie voor de Oostvaardersplassen. Uit de analyse, het veldwerk en de scenario verkenningen zijn drie kernwaarden naar voren gekomen die richting geven aan het ontwerp: robuustheid, verbondenheid en toegankelijkheid. Deze waarden vormen de basis voor ruimtelijke keuzes die zowel ecologisch als maatschappelijk betekenisvol zijn. Ik licht eerst toe hoe deze kernwaarden tot stand kwamen en vertaal ze vervolgens naar concrete ontwerpprincipes, waarbij ook de factor tijd een belangrijke rol speelt in de ontwikkeling en beleving van het gebied.

3.1 ONTWERPVISIE

Uit mijn analyse, wandelingen en scenario verkenningen is een duidelijke richting ontstaan voor een toekomstgericht ontwerp voor de Oostvaardersplassen. Drie kernwaarden bleken steeds opnieuw terug te komen in mijn observaties en keuzes: robuustheid, verbondenheid en toegankelijkheid. Deze waarden vormen het fundament onder mijn ontwerp en bepalen hoe ik het landschap zie, ervaar en vorm wil geven.

Wat mij allereerst opviel in de scenario’s, is hoe belangrijk het is om het gebied als een krachtig, zelfstandig systeem te ontwerpen. Geen versnipperd landschap of constant beheer, maar een robuust geheel waarin natuurlijke processen de ruimte krijgen. Ik geloof in grote gebaren: stevige keuzes die leiden tot duurzame ecologische structuren, in plaats van tijdelijke of kleinschalige oplossingen.

Tegelijkertijd werd, tijdens het veldwerk, duidelijk dat de Oostvaardersplassen ecologisch en ruimtelijk nauwelijks verbonden zijn met hun omgeving. De nabijheid van steden, infrastructuur en landbouwgronden is voelbaar, maar echte samenhang ontbreekt. Dat is een gemiste kans. Door het gebied beter te verbinden met omliggende landschappen en netwerken, ontstaat er niet alleen meer ruimte voor flora en fauna, maar ook voor mensen in de regio.

Die menselijke beleving speelt een grote rol in mijn ontwerpvisie. Mijn eigen betrokkenheid bij dit landschap is ontstaan door er te lopen, te kijken en te verdwalen. Die directe ervaring is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Daarom zie ik toegankelijkheid als een essentiële waarde: het landschap moet beleefbaar zijn. Niet alleen voor natuurliefhebbers of geoefende wandelaars, maar voor iedereen. Ik wil dat meer mensen dit landschap kunnen ontdekken, begrijpen en waarderen.

Deze drie waarden – robuustheid, verbondenheid en toegankelijkheid – vormen samen het vertrekpunt voor mijn ontwerp. In de hoofdstukken die volgen laat ik zien hoe deze pijlers zijn uitgewerkt in ruimtelijke voorstellen voor de Oostvaardersplassen, met het doel een landschap te creëren dat ecologisch krachtig is, regionaal ingebed en maatschappelijk betekenisvol.

3.2 EEN ROBUUST LANDSCHAP

Uit zowel de gebiedsanalyse als het gesprek met de boswachter blijkt dat het huidige beheer van de Oostvaardersplassen sterk gericht is op incidentele maatregelen. Als men merkt dat het minder goed gaat met de visstand, wordt er een vispassage aangelegd. Als het riet verdwijnt, wordt het waterpeil verlaagd om een ‘moerasreset’ op te wekken. Het beheer reageert vooral op problemen, in plaats van vanuit een langetermijnvisie te sturen op structuur en systeem.

In mijn ontwerp kies ik daarom voor een andere aanpak: een robuust landschap dat minder afhankelijk is van continu ingrijpen. De kernwaarden van het Natura 2000-gebied wil ik versterken door de ecologische kwaliteit te vergroten. Niet door het gebied op te delen in losse zones, maar door te werken met natuurlijke gradiënten. Een geleidelijke overgang tussen nat en droog, open en gesloten, zorgt voor meer biodiversiteit en een natuurlijker landschap. Deze robuustheid ontstaat niet door oppervlakkige ingrepen, maar door te sturen vanuit de bodem en het watersysteem.

Het waterpeil is hierbij de sleutel. De bestaande kade, ooit aangelegd om het moeraswater vast te houden, wordt op strategische plekken doorbroken. Hierdoor kan het water zich opnieuw op natuurlijke wijze verspreiden door het gebied, gebruikmakend van het aanwezige hoogteverschil. Het peil wordt verhoogd, waardoor nieuwe plassen en natte moerassen ontstaan, terwijl de hogere delen zich kunnen ontwikkelen tot broekbossen. Zo ontstaat een dynamisch systeem met een rijk palet aan leefgebieden dat aantrekkelijk is voor zowel flora als fauna, en dat tegelijkertijd minder afhankelijk is van intensief beheer.

Door het gebied uit te breiden en deze ecologische structuren te versterken, ontstaat een landschap dat toekomstbestendig is. Er komt ruimte voor verandering, voor klimaatadaptatie en voor de mens als onderdeel van een groter geheel. Een landschap dat niet telkens gecorrigeerd hoeft te worden, maar zichzelf in evenwicht houdt.

huidig systeem driedeling

nieuw systeem één gebied

doorsteken kade

nieuw moerasgebied

huidige peil

nieuwe peil

natuurlijke successie

3.3 EEN VERBONDEN SYSTEEM

De Oostvaardersplassen zijn vandaag de dag nog te veel een afgesloten eiland in een sterk verstedelijkt en versnipperd Nederland. Zowel ecologisch als verkeerskundig is het gebied geïsoleerd: dieren mogen er nauwelijks uit en mensen kunnen er nauwelijks in. Een robuust landschap is dus niet genoeg. In mijn ontwerp zoek ik daarom naar verbinding op meerdere niveaus.

Op ecologisch vlak worden vismigratie en uitwisseling van populaties bevorderd. Momenteel is het gebied enkel verbonden met de Lage Vaart. Door een vispassage bij de Hoekplas en de Vinger ontstaat een directe relatie met het Markermeer, wat de vispopulaties in beide gebieden ten goede komt. Ook voor grote grazers worden nieuwe uitloopmogelijkheden gecreëerd. Via ecoducten krijgen deze dieren toegang tot het Horsterwold, een bosrijk gebied ten zuiden van de Oostvaardersplassen. De huidige populatie is te groot voor het gesloten systeem waarin ze nu leven. Door verbindingen mogelijk te maken, ontstaat meer natuurlijke migratie en worden ingrepen zoals afschot mogelijk verminderd.

Het landschap moet ook voor mensen beter bereikbaar worden. Nu concentreert de bezoekersstroom zich vooral rond de twee bezoekerscentra. Door betere spreiding en goede OV-verbindingen kan de toegang tot het gebied sterk verbeteren. Bestaande buslijnen worden verlengd en een nieuw treinstation, gekoppeld aan een toekomstige woonwijk van Lelystad, zorgt voor een betere aansluiting op de regio. Ook het Markermeer wordt actiever bij het gebied betrokken. Waar de Oostvaardersplassen nu letterlijk met de rug naar het water liggen, stel ik voor om deze relatie juist te benutten. Een netwerk van veerponten zorgt voor een unieke verbinding tussen land en water, en maakt nieuwe toegangsroutes mogelijk.

Door het gebied te verbinden met zijn omgeving, zowel ecologisch als sociaal, ontstaat er geen tweedeling meer tussen ‘binnen’ en ‘buiten’. De Oostvaardersplassen worden een systeem waar ontmoeting, uitwisseling en doorstroom centraal staan. Een landschap dat een actieve rol speelt in zijn bredere context.

huidig systeem harde grenzen nieuw systeem loslaten en verbinden

visverbindingen

uitloopgebied grote grazers

zp -0,40 NAP

wp -0,20 NAP

-6,20 NAP

-3,6/-4,6 NAP

Oostvaardersplassen

Horsterwold

huidige infrastructuur

nieuwe infrastructuur

auto trein bus veerpond

3.4 EEN TOEGANKELIJK GEBIED

Toegankelijkheid is essentieel voor betrokkenheid. Alleen als mensen het landschap kunnen beleven, kunnen ze er ook echt om geven. Tijdens mijn afstudeerproject heb ik voortdurend gezocht naar de juiste balans: hoe maken we de Oostvaardersplassen toegankelijker, zonder afbreuk te doen aan de natuurwaarden die het gebied juist zo bijzonder maken?

De uitbreiding en ecologische versterking van het gebied creëren nieuwe mogelijkheden voor recreatie. Een robuuster kerngebied maakt het mogelijk meer bezoekers te ontvangen zonder de natuur te verstoren. Betere infrastructuur helpt bovendien om de druk te spreiden en piekbelasting te voorkomen.

Samen met Track Landscape onderzocht ik de recreatiedruk en knelpunten in het wandelnetwerk. Veel routes lopen abrupt dood of voeren wandelaars over lange stukken asfalt en fietspaden. Het aanbod richt zich vooral op korte wandelingen, terwijl lange afstandswandelaars nauwelijks aan bod komen. Tijdens mijn eigen tochten tussen Lelystad en Almere viel dit ook op: het netwerk lijkt ingericht op dagwandelingen en korte ommetjes, waardoor bezoekers zich vooral naar dezelfde plekken trekken. De routes zijn slecht met elkaar verbonden, waardoor de beleving versnipperd aanvoelt.

Daarom heb ik zes nieuwe wandelervaringen ontwikkeld, ieder gericht op een andere behoefte. Deze zijn zorgvuldig getoetst op hun belevingswaarde, hun impact op de natuur en hun uitvoerbaarheid. Uiteindelijk heb ik een combinatie van drie van deze wandelervaringen toegepast in het ontwerp.

Zo wordt bijvoorbeeld in de zomer na het broedseizoen de kade opengesteld als wandelroute. Dit levert een tocht op van vijftien kilometer dwars door het hart van het gebied, voor wie op zoek is naar stilte, avontuur en verdieping. Daarnaast wordt in het weekend de Oostvaardersdijk tijdelijk autovrij gemaakt, wat ruimte geeft aan een unieke beleving: eindeloos wandelen langs het water, met zicht op zowel het moeras als het Markermeer. De leegte, de horizon en de stilte: een ervaring die in Nederland zeldzaam is. Door te werken met venstertijden kunnen natuurwaarden worden beschermd, terwijl er toch toegang is tot bijzondere plekken.

Toegankelijkheid is dus geen tegenstelling tot natuur, maar een manier om deze betekenisvol te maken. Door gericht en zorgvuldig te ontwerpen, kunnen we ruimte maken voor verwondering, ontmoeting en betrokkenheid, zonder concessies te doen aan de ecologische kern.

aantal passages

visualisatie van bezoekersstromen op basis van Strava-data, kaart gemaakt door Track Landscape

wandelpaden in de Oostvaardersplassen

beleving alleen zien en gezien worden, kinderen, honden ervaring gericht, verblijfplekken

korte lussen, groene pockets bankjes, korte lussen, boulevard horeca, goede bewegwijzering, picknicktafels, start en finish bij station/parkeerplaats

bewegwijzering, mogelijkheden voor op en afstappunten mogelijkheden om van het pad af te gaan

wandelstijlen die voorkomen in de Oostvaardersplassen behoeftes van de verschillende wandelstijlen

Categorieën wandelpaden

3 - 5m breed verhard multi-fuctioneel pad

1.5 - 2.5m breed halfverhard parkpad

2 - 3m breed verhard hoofdpad onverhard struinpad

1 - 1.5m breed halfverhard ontdekkingspad

Nieuwe wandelervaringen

1. struingebied

2. Oostvaardersdijk

3. overkluizing

wandelervaring

stoorfactor kerngebied

kosten

wandelstijlen

wandelervaring

stoorfactor kerngebied

kosten

wandelstijlen

wandelervaring

stoorfactor kerngebied

kosten

wandelstijlen

4. kade

5. rafelrandjes

6. dooradering

wandelervaring

stoorfactor kerngebied

kosten

wandelstijlen

wandelervaring

stoorfactor kerngebied

kosten

wandelstijlen

wandelervaring

stoorfactor kerngebied

kosten

wandelstijlen

Voorstel nieuwe wandelpaden

15 km

Oostvaardersdijk open in de weekenden

15 km kade open buiten broedseizoen

bestaand nieuw weghalen

3.5 ONTWERPEN IN DE TIJD

In dit ontwerp staat samenwerken met de natuur centraal. In plaats van ertegenin te werken, wil ik gebruikmaken van de kracht en het ritme van natuurlijke processen. Het waterpeil wordt geleidelijk aangepast, zodat het gebied de kans krijgt om zich op eigen tempo te ontwikkelen. Er is ruimte voor natuurlijke successie, waarbij ecosystemen zich stap voor stap kunnen vormen en versterken. Pas wanneer de ecologische kernwaarde voldoende robuust is geworden, zal het gebied toegankelijker worden voor bezoekers. Dit is geen kort traject, maar een proces dat jaren in beslag kan nemen.

Toch zijn er onderdelen die wel meteen in gang kunnen worden gezet. Een voorbeeld daarvan is het openstellen van de Oostvaardersdijk gedurende venstertijden. Dit betekent dat de dijk op specifieke momenten toegankelijk is, zonder dat de natuurwaarden daaronder lijden. Tijd is hier een belangrijk ontwerpprincipe: de natuur heeft rust en ruimte nodig om te groeien en te herstellen, terwijl de mens leert mee te bewegen met dit tempo.

Tijd speelt echter niet alleen een rol op de lange termijn. Ook gedurende het jaar moet het gebied telkens een aantrekkelijk en uitnodigend aanzicht hebben. Daarom heb ik gekeken hoe de beleving zich door de seizoenen heen kan ontwikkelen. In de winter bieden nieuwe vlonderpaden de mogelijkheid om dwars door de rietvelden te lopen, waar de halmen in hun wintersilhouet een prachtig beeld vormen. In het voorjaar is de Oostvaardersdijk een ideale plek om te wandelen, met uitzicht over het water en het moeras. In de zomer, direct na het broedseizoen, gaat de kade open. Dit is het moment om een avontuurlijke tocht te maken dwars door het hart van het kerngebied. En in de herfst trekken de warme kleuren de bezoekers vanzelf naar de bosranden.

Zo biedt het ontwerp het hele jaar door iets bijzonders. Elk seizoen heeft zijn eigen karakter en aantrekkingskracht, waardoor er altijd iets nieuws te ontdekken valt. Zo ontstaat een landschap dat met de tijd meebeweegt, waar natuur en mens elkaar ontmoeten zonder elkaar te verstoren. De wandelaar beweegt door een landschap dat transformeert en waar verhalen, ritmes en seizoenen samenkomen.

Huidig
Robuust
Verbonden
Toegankelijk

Fasering

HERFST bosgebieden

WINTER broekzoom

ZOMER kade

seizoenskalender wandelervaringen

Oostvaardersdijk

LENTE

4. Deelgebieden

In dit hoofdstuk werk ik de ontwerpprincipes uit in deelgebieden. Voor zes specifieke locaties laat ik zien hoe abstracte waarden en uitgangspunten zich vertalen naar concrete ingrepen in het landschap. Elk gebied heeft een eigen identiteit, ruimtelijke opgave en belevingskwaliteit, maar functioneert ook als onderdeel van een samenhangend netwerk. Door in te zoomen op schaal, materiaalgebruik en seizoens dynamiek wordt zichtbaar hoe het ontwerp inspeelt op zowel ecologische processen als de beleving van de wandelaar.

4.1 GEBIEDSIDENTITEIT

Het gebied krijgt een aantal herkenbare hoogtepunten: houten elementen die de beleving versterken, uitnodigen tot rust of juist ontmoeting en die fungeren als poorten of beheerders van venstertijden. Elk element heeft zijn eigen karakter en verhaal, maar samen vormen ze een samenhangende gebiedsidentiteit.

Alle houten constructies worden gebouwd met lokaal gewonnen houtsoorten, mogelijk gemaakt door de nabijheid van het Hollands Hout. Zo ontstaat niet alleen een sterke visuele samenhang, maar wordt ook de lokale economie en het duurzame materiaalgebruik versterkt. De routes worden aangegeven met een subtiel gekleurd streepje in de kleuren van Nationaal Park Nieuw Land: blauw en geel. Deze markeringen zijn niet op losse paaltjes geplaatst, maar aangebracht op bestaande elementen in het landschap, zoals op bomen. In open graslanden wordt de route aangeduid met een klein steentje in de grond. Op deze manier blijft het landschap zo natuurlijk mogelijk en wordt het beeld niet verstoord door een overvloed aan borden en palen.

01. Oostvaardersdijk
02. Broekzoom
03. Kotterbos
04. Kade
05. Hoekstroom
06. Sluispad

verzonken pad

Oostvaardersdijk

broekzoom

boomtoppenpad

vensterbrug

sluispad

4.2 OOSTVAARDERSDIJK

De Oostvaardersdijk vormt een lange, strakke lijn tussen Almere en Lelystad, een kenmerkend cultuurhistorisch element dat de rechte lijnen van de inpoldering verbindt met de oude organische vormen van de voormalige Zuiderzee. In het nieuwe ontwerp wordt deze dijk in het weekend autovrij, zodat bezoekers in alle rust kunnen wandelen. Het autoverkeer wordt omgeleid via de A6. In de meeste gevallen betekent dit slechts vijf minuten extra reistijd. In het uiterste geval, bijvoorbeeld voor wie vanuit Almere Buitenvaart richting Houtribdijk rijdt, kan dit maximaal oplopen tot tien minuten.

Aan beide uiteinden van de dijk komen houten toegangspoorten met een geïntegreerd afsluitsysteem. In het weekend gaan de paaltjes omhoog, waardoor de weg voor auto’s wordt afgesloten. Het profiel van de dijk blijft behouden om de historische waarde te respecteren. Halverwege de dijk wordt een ingetogen rustpunt toegevoegd, vrijwel onzichtbaar vanaf de lange lijnen. Het is een vlonder die haaks op de dijk is geplaatst, zodat bezoekers even van de lange lijnen van de dijk kunnen afstappen en het uitzicht over het Markermeer en de Oostvaardersplassen in zich op kunnen nemen.

huidig en nieuw doorsnedeprofiel Oostvaardersdijk

Oostvaardersdijk in het weekend gesloten

alternatieve route 0 tot +10 min

omleiding

poort venstertijden

rustplaats Oostvaardersdijk
verhaallijnen door Frits Palmboom

4.3 BROEKZOOM

Aan de zuidkant van het gebied ligt de overgangszone tussen moeras en bos. Door deze grens subtiel te vervagen, ontstaan er eilandjes en een afwisselend landschap. Nieuwe vlonderpaden leiden bezoekers door de broeklanden. Door het toegankelijke gebied te verbreden, worden bezoekersstromen gespreid en ontstaat er ruimte voor een rijkere natuurbeleving.

Zoals mijn bezoek aan de Hoge Venen mij leerde, beïnvloedt de breedte van een pad sterk de manier waarop mensen het landschap ervaren. Brede paden, waar mensen naast elkaar kunnen lopen, nodigen uit tot sociaal contact. Smalle paden zorgen ervoor dat mensen zich meer als gast in de natuur gedragen. Daarom worden de paden in de rietlanden bewust smal gehouden en juist iets breder waar ze over water lopen in verband met de veiligheid.

4.4 KOTTERBOS

In het minst gebruikte deel van het Kotterbos komt een ecopassage die de grote grazers de kans geeft om langzaam te migreren naar het Horsterwold. Een deel van het Kotterbos blijft voor bezoekers toegankelijk, het andere deel wordt leefgebied voor de grazers. Op de grens komt een bijzondere ontmoetingsplek: een boomtoppenpad waar mensen veilig en zonder de dieren te verstoren een blik kunnen werpen op het leven van de grote grazers. Educatie, verwondering en ecologie komen hier samen in een ervaring.

ecopassage met stapstenen

4.5

KADE

De kade wordt een seizoenspad, toegankelijk buiten het broedseizoen. Tussen februari en juli krijgen de vogels de rust die zij nodig hebben. Zodra het pad weer opengaat, wordt een houten brug geplaatst over de watergang, waardoor bezoekers het moeras in kunnen. Vanaf de kade krijgen zij een unieke inkijk in een gebied dat anders verborgen blijft.

Om te voorkomen dat bezoekers buiten het pad gaan struinen, worden op strategische plekken watergangen aangelegd. Een bijzonder element is het verzonken pad, dat bezoekers een laag standpunt geeft vanwaar zij moerasvogels van dichtbij kunnen observeren.

4.6 HOEKSTROOM

Bij de Hoekplas wordt een vispassage aangelegd van meer dan tweehonderd meter lang om een hoogteverschil van vier meter te overbruggen. Deze passage maakt het voor vissen mogelijk om tussen het Markermeer en de Oostvaardersplassen te migreren. Omdat vissen hier kwetsbaar zijn voor predatie door vogels, wordt langs de passage een wandelpad aangelegd. De aanwezigheid van mensen heeft een afschrikkend effect op roofvogels, waardoor de vissen veiliger kunnen passeren. Het wordt een laagdrempelig educatief punt waar natuur en mens op een directe manier samenkomen.

vispassage oost

vispassage west

4.7 SLUISPAD

Het Hollands Hout en de Oostvaardersplassen zijn nu van elkaar gescheiden door de Knardijk, waardoor beide gebieden elkaar letterlijk de rug toekeren. In het nieuwe ontwerp worden ze verbonden via routes die de dijk oversteken. Een van deze extra routes is het Sluispad, dat over de Keersluisplas loopt.

Het Sluispad is zo ontworpen dat de dieren aan de kant van de Oostvaardersplassen geen verstoring ervaren: de overdekte brug biedt uitzicht op de plas, maar zorgt er tegelijk voor dat bezoekers uit het zicht van de dieren blijven. Na de oversteek komt men in de Driehoek, vanaf daar leidt de route verder naar uitkijktoren De Roerdomp of richting de Kade.

5. In beweging

Dit hoofdstuk gaat over context: hoe de Oostvaardersplassen zich verbinden met hun omgeving en het landelijke wandelnetwerk. Ik bespreek de waarde van het gebied voor wandelaars, de potentie om een groot publiek te bereiken en de rol van lange afstandsroutes als verbindende lijnen. Zo krijgt het ontwerp betekenis binnen een groter geheel.

Landelijke wandelroutes

Regionale wandelroutes

kaart van wandelpaden in Nederland na toevoeging Oostvaardersplassen

5.1 WANDELERVARING

De Oostvaardersplassen hebben een bijzondere waarde dankzij hun centrale ligging, niet alleen tussen grote steden als Almere en Lelystad, maar ook midden in Nederland. Ze liggen in een provincie waar het wandelnetwerk nog ruimte heeft om te groeien, en op een plek die goed bereikbaar is voor een groot publiek. Juist daardoor heeft iedere verbetering hier het potentieel om veel mensen te bereiken en te inspireren.

Wanneer we uitzoomen op de wandelkaart van Nederland en kijken naar de ‘witte plekken’ die ooit de aanleiding vormden voor mijn onderzoek, zien we dat het toevoegen van de Oostvaardersplassen aan het wandelnetwerk een stap in de goede richting is. Ik hoop dat dit project niet alleen zelf betekenis krijgt, maar ook als katalysator werkt voor andere ontwikkelingen in de regio.

5.2 LANGE AFSTANDSWANDELING

Een van de belangrijkste lessen uit dit afstudeerproject is het belang van verbindingen. Het succes van het Pieterpad toont aan dat het samenbrengen van afzonderlijke paden tot een lange route, meerwaarde biedt over de individuele trajecten. Ook de Oostvaardersplassen zullen onderdeel gaan uitmaken van een groter netwerk.

In het boek ‘To the End of the Earth’ stuitte ik op een vermelding van de Oostvaardersplassen als een van de plekken die je zou moeten bezoeken als je in de 21e eeuw een Grand Tour wilt maken. Oorspronkelijk was zo’n Grand Tour een culturele reis langs belangrijke plekken in Europa, bedoeld om de blik te verruimen en schoonheid te ervaren. Maar ik denk dat we daarvoor niet de hele wereld over hoeven te reizen. De Oostvaardersplassen kunnen het sluitstuk vormen van een nieuwe, eigentijdse Nederlandse Grand Tour.

Deze tocht zou een samenstelling zijn van bestaande Lange afstandswandelingen (LAW’s) die gezamenlijk een dwarsdoorsnede van Nederland laten zien. Je begint in Nijmegen, een van de oudste steden van het land, loopt langs de rivier door de Betuwe, over de Utrechtse Heuvelrug, door veenontginningen, langs de historische waterlinie, over inpolderingen en langs het Markermeer. De laatste etappe loopt men in de Oostvaardersplassen. Daar vormt de lange, strakke lijn van de Oostvaardersdijk een indrukwekkend slotakkoord: stil, krachtig en eindeloos.

Polderblindheid is een vorm van verminderde opmerkzaamheid in het verkeer veroorzaakt door een afwezigheid van externe prikkels. Dit doet zich vaak voor bij stille rechte wegen in een gelijkmatig landschap.

Eindpunt Oostvaardersdijk

Niewe lange afstandswandeling

grote rivierenpad

betuwepad
trekvogelpad
utrechtpad
trekvogelpad
marskramerpad
waterliniepad
zuiderzeepad

NAWOORD

Elke wandeling heeft een eindpunt, een moment om terug te kijken en te evalueren. Zo ook deze afstudeerreis. Wat begon als nieuwsgierigheid naar de Oostvaardersplassen, groeide uit tot een uitgebreid onderzoek en een ontwerp waarin mijn visie op landschapsarchitectuur zichtbaar werd. Tijdens het proces heb ik het landschap beter leren kennen en inzichten opgedaan over mijn eigen werkwijze. Het wandelen hielp me om te vertragen, oog te hebben voor zowel details als het grotere geheel en om te begrijpen hoe natuur en mens op elkaar inwerken.

Met mijn ontwerp wil ik zowel de natuur de kans geven zich vrij te ontwikkelen, als mensen uitnodigen om te dwalen. Juist dat wandelen was van groot belang: door het gebied zelf te ervaren, heeft het ontwerp zijn huidige vorm gekregen. Dit is iets dat ik graag met zoveel mogelijk mensen wil delen. Voor mij is dit project meer dan een ontwerp: het is een uitnodiging om te blijven ontdekken, het onverwachte een plek te geven en vooral om in beweging te blijven.

Ik ben dankbaar voor iedereen die mij tijdens dit proces heeft gesteund, geïnspireerd en uitgedaagd. In het bijzonder wil ik mijn commissie — Willemijn van Manen, Yttje Feddes en Ziega van den Berk — bedanken voor de waardevolle feedback en de fijne gesprekken. Ook gaat mijn dank uit naar Joost Emmerik voor zijn enthousiasme en begeleiding bij mijn afstudeerplan. Ik ben blij dat ik mijn passie voor wandelen met jullie allemaal kon delen.

Daarnaast waardeer ik de professionals die openstonden voor een gesprek en hun kennis met mij deelden: Harma Horlings (Staatsbosbeheer), Hans-Erik Kuypers (Boswachter Oostvaardersplassen), Mart Reiling en Thijs Dolders (Track Landscape). Hun input heeft mijn ontwerp aanzienlijk verrijkt.

Een speciaal woord van dank gaat uit naar mijn klasgenootje Thyra Bakker. Onze wekelijkse vrijdagochtend sessies via Teams waren een bron van inspiratie en motivatie. Zonder jou was dit project nooit zo prettig verlopen. Daarnaast wil ik ook alle andere klasgenoten bedanken, van wie ik veel heb geleerd en die deze vier jaar met gezelligheid hebben gevuld.

Ook wil ik mijn collega’s bij Marseille Buiten bedanken. De gezelligheid en positieve energie die zij brachten, gaven mij elke dag weer motivatie. Hier had ik niet alleen een werkplek, maar ook een fijne studieplek, waar ik zelfs ’s avonds en in het weekend goed kon focussen.

Ik ben ontzettend dankbaar voor mijn lieve ouders, die mij altijd hebben vertrouwd en gesteund. En Job, jij zorgde ervoor dat ik naast het harde werken ook kon lachen en ontspannen. Dank voor je geduld, je grapjes en je open armen die me altijd opvangen.

Tot slot wil ik mijn vrienden en familie bedanken. Misschien begrepen ze niet altijd precies waar ik mee bezig was, maar ik kon altijd mijn verhaal kwijt. Ik ben ontzettend blij met zoveel lieve mensen om me heen.

Dankjewel!

Lindy Beuk

foto’s genomen tijdens mijn studie in Schotland in 2023

BIBLIOGRAFIE

Kaartbeelden

De kaartbeelden zijn gemaakt, geabstraheerd en bewerkt met behulp van de volgende databronnen: CBS, PDOK, AHN, Atlas Leefomgeving, Dinoloket, Waterschap Zuiderzeeland en Topotijdreis.

Bronnen

Bloot, R. (2025, 29 januari). ‘Dit kabinet maakt natuurherstel belachelijk’. De Groene Amsterdammer. https://www. groene.nl/artikel/dit-kabinet-maaktnatuurherstel-belachelijk

Bosscher, F. (2024). “Hoe meer mensen in de natuur, hoe beter”. Puur Natuur, hefst 2024, 45. https://issuu. com/natuurmonumenten/docs/pn_ herfst_2024_single_lr/44

Drenthen, M. (2018). Natuur in mensenland. Essays over ons nieuwe cultuurlandschappen.

Feddes/Olthof Landschapsarchitectuur & Bureau Waardenburg bv. (2016). Landschapsvisie Oostvaardersplassengebied.

H+N+S Landschapsarchitecten. (2024). Oostvaardersoevers: Gebiedsanalyse en verkenning ruimtelijke samenhang.

Horlings, H., & Blom, A. (2018). De groene horizon: Vijftig jaar bouwen aan het landschap van de Flevopolder. THOTH.

Hoyng, J. (2021, 4 mei). De waarde van wandelen. Allesoversport.nl. https:// www.allesoversport.nl/thema/beleid/ de-waarde-van-wandelen/

Kuypers, H.-E., & Cornelissen, P. (2025). Jaarrapportage Oostvaardersplassen 2024. Staatsbosbeheer. https:// www.staatsbosbeheer.nl/-/ media/oostvaardersplassen/ oostvaardersplassenbeheer/20240117-jaarrapportageoostvaardersplassen-2024.pdf

Le Far West & Site Practice. (2024). Belvedère Knardijk, route als bestemming: Ruimtelijke / landschappelijke visie en inrichtingsontwerp Belvedère Knardijk.

Lemaire, T. (1997). Wandelenderwijs ; Sporen in het landschap.

Lörzing, H. (1982). De angst voor het nieuwe landschap: beschouwingen over landschapsontwerp en landschapsbeheer.

MaatschapWij. (z.d.). Natuurfilosoof Matthijs Schouten vertelt waarom we verbonden zijn met alle levende wezens op aarde [Video]. YouTube. https://www. youtube.com/watch?v=nCHIhy6PQ4w

Managementplan Oostvaardersplassen. (2020). In Staatsbosbeheer. https://www.staatsbosbeheer. nl/-/media/oostvaardersplassen/ oostvaardersplassen-beheer/20200526managementplan-oostvaardersplassen. pdf

Mecanoo. (2019). Ontwikkelingsvisie Nationaal Park Nieuw Land. https://www.staatsbosbeheer. nl/-/media/oostvaardersplassen/ oostvaardersplassen-beheer/2019ontwikkelingsvisie-nationaal-parknieuw-land.pdf

Nationale Wandelmonitor 2021: Inzicht in wandelend Nederland. (2021). In Wandelnet.nl. https://www.wandelnet. nl/l/library/download/urn:uuid:b5cb916fa100-41ec-bbfe-731c762a8813/ nationale+wandelmonitor+2021_ wandelnet.pdf

Oostvaardersplassen. (z.d.-a). Staatsbosbeheer. https://www. staatsbosbeheer.nl/uit-in-de-natuur/ locaties/oostvaardersplassen

Oostvaardersplassen. (z.d.-b). Provincie Flevoland. https://www.flevoland.nl/watdoen-we/natuur/oostvaardersplassen

Oostvaardersplassen | natura 2000. (z.d.). https://www. natura2000.nl/gebieden/flevoland/ oostvaardersplassen

Oostvaardersplassen: de achilleshiel van natuurbeheer - Biowetenschappen & Maatschappij. (2020, 30 november). Biowetenschappen & Maatschappij. https://www.biomaatschappij.nl/ bericht/oostvaardersplassen-deachilleshiel-van-natuurbeheer/

Oostvaardersplassen Nationaal Park Nieuw Land. (z.d.). Nationaal Park Nieuw Land. https://www.

nationaalparknieuwland.nl/nl/het-park/ oostvaardersplassen

Palmboom, F. (2018). IJsselmeergebied: Een ruimtelijk perspectief. Vantilt.

Solnit, R. (2000). Wanderlust: A History of Walking. Viking Adult. Springtij Forum. (z.d.).

Springtij Forum 2024 | De beweging van Matthijs Schouten [Video]. YouTube. https://www.youtube.com/ watch?v=Po2EryNUHuQ

Staatsbosbeheer. (2019). Beheer van de grote grazers in de Oostvaardersplassen. https:// www.staatsbosbeheer.nl/-/ media/oostvaardersplassen/ oostvaardersplassen-beheer/ oostvaardersplassen-beheren-voorbiodiversiteit-landschap-beleving.pdf

Staatsbosbeheer & Feddes/Olthof Landschapsarchitectuur. (2019). De Oostvaardersplassen in beeld: Naar een dynamisch en verrassend landschap. https://www.staatsbosbeheer. nl/-/media/oostvaardersplassen/ oostvaardersplassen-beheer/2019brochure-oostvaardersplassen-in-beeld. pdf

Vogels van de Oostvaardersplassen. (z.d.). Staatsbosbeheer. https://www. staatsbosbeheer.nl/uit-in-de-natuur/ locaties/oostvaardersplassen/beheer/ vogels

Vogt, G., & Foxley, A. (2010). Distance and Engagement: Walking, Thinking and Making Landscape. Lars Müller.

Wandelleefstijlen - Wandelnet. (z.d.). https://www.wandelnet.nl/ wandelleefstijlen

Weller, R. (2024). To the Ends of the Earth: A Grand Tour for the 21st Century. Birkhäuser.

Afbeeldingen

Akminasi, A. (2023, augustus). A row of windmills in a grassy field. Unsplash. https://unsplash.com/photos/arow-of-windmills-in-a-grassy-fielddhwqLf7Ba3w

Drenthen, M. (2018). Omslagafbeelding van Natuur in mensenland. https:// knnvuitgeverij.nl/artikel/natuur-inmensenland.html

Gebaute Landschaften. (2020). Werk, Bauen+Wohnen. https://www.wbw.ch/ de/heft/archiv/2020-6-mehr-als-natur. html

Lörzing, H. (1982). De angst voor het nieuwe landschap: beschouwingen over landschapsontwerp en landschapsbeheer.

Nederlands bodemgebruik. (2020). CBS. https://longreads.cbs.nl/ nederland-in-cijfers-2020/hoe-wordtde-nederlandse-bodem-gebruikt/

Omslagafbeelding. (z.d.). Bio Maatschappij. https://www. biomaatschappij.nl/bericht/ oostvaardersplassen-de-achilleshielvan-natuurbeheer/

Omslagafbeelding. (z.d.). Nationaal Park Nieuw Land. https://www. nationaalparknieuwland.nl/nl/ ontwikkelingen/oostvaardersoevers

Palmboom, F. (2018). IJsselmeergebied: Een ruimtelijk perspectief. Vantilt.

Schols, R. (2018). Een groepje Grauwe Ganzen rustend op eilandje in ven. Trouw. https://www.trouw.nl/nieuws/deoostvaardersplassen-zijn-niet-geschiktals-groot-moerasgebied~b2e2fea2/?re ferrer=https%3A%2F%2Fwww.google. com%2F

Schotel, A. P. (1958). Zuiderzee. Beeldbank Cultureel Erfgoed. https:// beeldbank.cultureelerfgoed.nl/rcemediabank/detail/cf75e8c0-6f20-550aad54-6cd615d56434/media/81f90c027980-a70f-499a-7af030d16cfc

Van Stokkum, I., & Kintzel, E. M. (2008). Konik-paarden in de Oostvaardersplassen. Wikipedia. https://en.wikipedia.org/wiki/ Oostvaardersplassen#/media/ File:Oostvaardersplassen_koniks.jpg

Wild camping protest, Dartmoor. (z.d.). Right To Roam Twitter. https://www. devonlive.com/news/devon-news/ dartmoor-national-park-appealwild-8353548

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.