Het grote Sinterklaasboek

Page 1


Hetgrote Sinterklaasboek

Bas Ragas & Esther Leeuwrik

‘Hoofdpiet, alsjeblieft, vertel nog één keer dat verhaal van toen stoute kinderen nog in de zak van Sinterklaas mee naar Spanje moesten.’ Zou Hoofdpiet erin trappen?

‘We kunnen echt nog niet slapen, dat verhaal dat u…’

‘Oké,’ moppert Hoofdpiet, ‘maar daarna moeten jullie naar bed.’

‘Ja,’ zeggen alle pietjes opeens heel braaf. Dan begint Hoofdpiet te vertellen.

In Haarlem is het koud zoals het dat alleen vroeger kon zijn. De sneeuw waait door de lege straten en slaat tegen de ramen van het stadhuis. Het heerlijk avondje is gekomen en de koks, chocolademakers en banketbakkers hebben het er maar druk mee. Iedereen haast zich om snel naar huis te komen, behalve een klein jongetje en zijn ruwharige teckel Sigaar, zij slenteren maar wat rond.

‘Hé, deugniet, donder op joh. Je loopt in de weg,’ schreeuwt een koetsier die met zijn koets over de kasseien van de Grote Markt raast.

Ook al heeft Deugniet geen ouders en broertjes of zusjes, hij voelt zich nooit alleen. Want Deugniet heeft Sigaar, zijn lieve teckel. Ze horen nergens bij, maar wel bij elkaar.

‘Hier Sigaar, wil jij ook een worstenbroodje? Of wil je een beetje verse melk?’

’s Avonds smokkelt Deugniet zijn hondje de slaapzaal in van het Burgerweeshuis. Want samen in bed is veel gezelliger dan alleen.

‘Kom Sigaar, kruip maar onder mijn jas. Sst, niet blaffen, anders wordt iedereen wakker.’ Als de directrice van het weeshuis, mevrouw Serpentia, het maar niet merkt.

‘Trek je staart onder de dekens, Sigaar, anders dan…’

‘Ho-ónd!’ roept Pelle, de pestkop van de slaapzaal.

‘Stil nou!’ sist Deugniet.

‘Er ligt hier een hond in bed!’ gilt Pelle. Iedereen schrikt wakker. Mevrouw Serpentia ook.

Sin t e r k laas

en he t g e h e i m

va n de ve r dw ene n wo rt e l s

‘Zo,’ mompelt Sinterklaas. ‘Daar gaan we weer. Voor de zevenhonderdvijfentachtigste keer het dak op.’ Sint legt de laatste krullen in zijn baard recht. Trekt zijn hagelwitte handschoenen aan en poetst tot slot zijn gouden staf op. En in de spiegeling van de staf ziet hij…

… Paardenpiet, in de vrolijkste bui van zijn leven.

‘Wat doe jij mal!’ lacht Sinterklaas, als hij ziet hoe Paardenpiet een kunstje doet in de leidsels van Amerigo.

‘Jik bjen tjopfjit, Sjint,’ antwoordt Paardenpiet met volle mond.

‘Wat zeg je? Ik versta je niet!’

‘Hij is topfit, Sint,’ roepen de andere Pieten. ‘Paardenpiet is eindelijk gezond gaan eten!’

‘Mooi,’ zegt Sint. ‘Je moet ook topfit zijn tijdens pakjesavond. We gaan!’

Alice Dutoit Gustav Dejert

December... de zenuwen gieren door je keel. Sinterklaas én de Kerstman geven alle brave kinderen snoep en allerlei cadeautjes. Dat is de traditie.

Maar nu is het nog lang geen december, het is pas juli!

En wat de traditie er niet bij vertelt, is dat die twee… elkaar helemaal niet kunnen uitstaan.

‘Wat doe jij hier?’ vraagt Sinterklaas. ‘Er is plaats op de hele planeet, maar jij moet zo nodig op mijn strand in Koksijde belanden!’

‘Hoezo, jouw strand?!’ zegt de Kerstman. ‘Waar staat jouw naam dan? Ik kan er ook niets aan doen dat de ijsjes hier het lekkerst smaken!‘

Sammie houdt van knutselen. En van dingen uitvinden. Dingen waarmee je kunt racen. Dingen om mee te fietsen. En misschien wel… iets om mee te kunnen vliegen…

Ja! Sammie heeft een geweldig idee!

‘Wat ga je nu weer maken, gekke Sammie?’ vragen de kinderen uit haar klas.

‘Een vliegtuig!’ roept Sammie.

‘Dat kan je tóch niet! Dat kan je tóch niet!’ lachen de kinderen. ‘Wij gaan lekker buiten spelen!’

‘Wacht maar af,’ zegt Sammie stoer. En ze knutselt dapper door.

Winston Gerschtanowitz

‘Hé Woef, wat wil jij van Sinterklaas? Een reuzenbot? Een lief vrouwtje? Een kilo hondenpepernoten? Je kan álles vragen aan Sinterklaas.’

Maar Woef slaapt en vindt het allemaal wel best. Max heeft juist veel wensen. Als het maar iets van vroeger is. Een gebruikt harnas. Een eh… geheime schatkaart. Of nee… een piratenvlag. En een ridderzwaard! Niet zo’n stom ding van plastic, maar een echte! Gebruikt door een dappere ridder.

‘Sjonge jonge,’ mompelt Sinterklaas, als hij het verlanglijstje van Max ziet.

‘Een echte piratenvlag? Een gebruikt ridderzwaard? Ik kan veel wensen vervullen. Maar deze...?’ Sint krabt aan zijn baard en peinst voor zich uit.

‘Ik heb nog maar een paar dagen voor de wens van Max. Dat red ik nooit! Nou ja, ik zal het toch maar even in het Grote Sinterklaasboek schrijven. En een nachtje erover slapen.’

Sint zit vast

Thomas Acda

Aron Dijkstra

‘Staat ineens de meester van groep acht in onze klas,’ vertelt Pjotr trots aan zijn moeder, ‘en hij zegt: “Sorry, juf Pien, mogen we Pjotr even lenen? Onze escaperoom klopt namelijk niet. Er zit vast een foutje in onze bouwtekening.”

Dus nu moet ik nog even...’

Maar Pjotrs moeder wil dat hij de bouwtekening weglegt en gaat slapen. ‘Dan moet je de oplossing maar dromen, lieve jongen.’ Ze geeft hem een kus en doet het lampje naast zijn bed uit. Pjotr doet of hij slaapt. Trapt ze altijd in.

Vanaf het dak zien Sint en zijn Pieten de stad en Pjotrs school liggen. Sint is gek op scholen. Zoveel schoenen bij elkaar, dat schiet lekker op.

Sint is als eerste op Ozosnel beneden en opent de deur van de school. ‘Kom, lieve Pieten, allemaal kinderschoenen om te vullen!’ Hij kijkt om. Waar blijven ze nou? Dan valt de deur met een dreun achter hem dicht.

‘O nee!’ riep de Sint, ‘dit lijkt een orkaan.

Regen en wind, komen wij veilig aan?

Gaat de intocht nog wel door?

Kijk, de boot gaat op en neer.

Maar kom op. We gaan ervoor.

Ook al is het hondenweer!’

Nu we over honden praten:

dit kleintje, Kees, is heel fragiel.

Kees heeft geen baasje, want hij woont in het asiel.

Onder hem zit Lilly. Ze is een lieve kat.

Naast hem zit hond Boris, daarboven Gijs de rat.

‘Schip ahoy!’ roept Sinterklaas enthousiast. Zijn surfplank snijdt de golven doormidden. Het water spat omhoog. Sint blijft kaarsrecht staan.

‘Joehoe! Ik ben een toptalent!’ juicht Sint.

‘Dit hebben we écht verdiend!’ zegt Sint tegen Amerigo als ze klaar zijn met surfen.

‘Samen lekker chillen op het strand van Hawaï. Zonder de Pieten. Wat een rust!’

Maar bij de Pieten is het helemaal niet rustig. Ze werken dag en nacht door in het kasteel van Sinterklaas. Om duizenden, nee… tienduizenden… nee… honderdduizenden cadeautjes in te pakken.

De Pieten zuchten: ‘Dit krijgen we nooit op tijd af!

En Sinterklaas is nog steeds op vakantie…’

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.