
3 minute read
Hoe gaat de EU om met illegale claims op online verkocht voedsel?
from VMT Food (4) 2020
by VMN Media
Meer e-commerce door corona, maar ook onjuiste claims
HOE GAAT DE EU OM MET ILLEGALE CLAIMS OP ONLINE VERKOCHT VOEDSEL?
Door de COVID-19-uitbraak is er een forse toename geweest van de verkoop van voeding via internet. Sommige kwaadwillende exploitanten nemen het daarbij niet zo nauw met de EU-wetgeving en stellen bijvoorbeeld dat hun producten bescherming bieden tegen besmetting met het coronavirus.
Tekst Katia Merten-Lentz
Deze claims worden vanzelfsprekend niet ondersteund door wetenschappelijk bewijs: het onderzoek naar de effecten van voeding op de bevattelijkheid voor COVID-19 staat nog in de kinderschoenen. Dergelijke claims zijn dan ook illegaal. Ze kunnen zowel de veiligheid van de consument als de eerlijke concurrentie tussen de exploitanten van levens-
Onlineplatforms die zelf niet ook als leverancier optreden, worden niet gezien als levensmiddelenbedrijven. middelenbedrijven (FBO’s) in gevaar brengen. Om deze frauduleuze activiteit aan te pakken, heeft de Europese Commissie de lidstaten opgeroepen hun waakzaamheid te vergroten en hun controleactiviteiten op de online reclames in verband met het immuunsysteem en COVID-19 aan te passen.
Toegestane gezondheidsclaims De Europese FIC-regelgeving (Food Information to Consumers) verbiedt exploitanten om aan een levensmiddel de eigenschap toe te schrijven dat het een menselijke ziekte voorkomt, behandelt of geneest (medische claims). Naar dergelijke eigenschappen mag ook niet direct of indirect worden verwezen. Gezondheidsclaims die stellen, suggereren of impliceren dat er een verband bestaat tussen een levensmiddel en de gezondheid moeten specifiek worden goedgekeurd door de Europese Commissie. Hieraan gaat bovendien een wetenschappelijke beoordeling van de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) vooraf. Claims over de heilzame effecten van levensmiddelen met betrekking tot COVD-19 zijn nog niet door de Europese Commissie in behandeling genomen en, zoals gezegd, het gebruik ervan is illegaal. Als FBO’s in dit verband aanspraken willen maken op gezondheidseffecten, zullen ze zich moeten beperken tot de reeds toegestane gezondheidsclaims met betrekking
DE COVID-19UITBRAAK heeft gezorgd voor een forse toename van de verkoop van voeding via internet.

tot het behoud van het immuunsysteem (bijvoorbeeld over ijzer, koper of foliumzuur).
Controle De Europese Commissie heeft de nationale toezichthouders verzocht websites, verkopers en exploitanten met illegale praktijken bij het op de markt brengen van online verkochte levensmiddelen en voedingssupplementen in verband met COVID-19 in de EU op te sporen en te identificeren. Bij geconstateerde gevallen van niet-naleving en frauduleuze praktijken zal er worden ingegrepen. Ook wordt er aangestuurd op een intensievere samenwerking en betere onderlinge bijstand tussen de nationale autoriteiten bij de controle van de online verkoop. De nieuwe regeling (EU) 2017/6253 voor officiële controles kan in dit verband een nuttig instrument zijn, aangezien deze de controleautoriteiten nu toestaat producten online te kunnen kopen zonder dat zij zich als toezichthouder bekend hoeven te maken. Zij beschikken hiermee over de juridische basis om toegang tot websites te beperken of deze zelfs helemaal sluiten als er sprake is van voedselfraude of misleidende informatie.
Tekortschietende wetgeving? De online verkoop roept echter ook juridische vragen op met betrekking tot de verantwoordelijkheden van de FBO’s en de online platforms. Volgens de algemene levensmiddelenverordening (EC) No 178/ 2002 zijn de veiligheidsvoorschriften van toepassing op alle FBO’s in alle stadia van de productie,
Medische claims zijn in de EU verboden
Mr. Katia Merten-Lentz is partner bij Keller and Heckman LLP, Brussel verwerking en distributie van levensmiddelen. Elke FBO die overweegt of reden heeft om aan te nemen dat een levensmiddel onveilig is, moet onmiddellijk procedures in gang zetten om het uit de handel te nemen. Maar online platforms die uitsluitend als derde partij optreden, mogen niet worden beschouwd als “exploitanten van levensmiddelenbedrijven” die online actief zijn, aangezien zij nooit eigenaar zijn van en/of fysiek omgaan met levensmiddelen. De elektronische handel in levensmiddelen wordt namelijk in de EU gedefinieerd als een “overeenkomst op afstand”, dat wil zeggen: elke overeenkomst die of elk middel dat, zonder gelijktijdige fysieke aanwezigheid van de leverancier en de consument, kan worden gebruikt voor het sluiten van een overeenkomst tussen deze partijen. Online platforms die zelf niet ook als leverancier optreden, worden dan ook niet gezien als FBO’s en kunnen dus ook niet op dezelfde manier worden gecontroleerd.
Gelijk speelveld Verwacht wordt dat de handhaving van de EU-voedingsmiddelenwetgeving betreffende internetverkoop en consumentenvoorlichting het vertrouwen van de consument zal vergroten en de handhaving van de EU-voedingsmiddelenwetgeving betreffende onlineverkoop zal versterken. Maar er is nog steeds behoefte aan een duidelijke definitie en een passend wettelijk kader op EU-niveau voor online verkoop, om echt te waarborgen dat consumenten goed geïnformeerd worden en er een gelijk speelveld is voor FBO’s. •









