geschiedenis
De vele gezichten van het Engelse Werk
tussen vesting en coronatijd
Het Nieuwe Werk Het Engelse Werk is een vervolg op wat eens een verdedigingslinie was. Aanvankelijk liep die in een rechte lijn van het Katerveer naar de stad en was het niet meer dan een brede sloot en een aarden wal met onderweg wat verschansingen. Niet genoeg om de Spanjaarden tegen te houden. Daarna volgde modernisering met als grootste ingreep, aan het eind van de 17e eeuw, die van vestingbouwer Menno van Coehoorn. De linie gaat dan Het Nieuwe Werk heten met veel muurwerk en een paar stenenversterkingen onderweg. De meest opvallende zijn de aftakkingen in de richting van de, dan al bestaande, Venushoeve en richting Schelle, vandaar de namen Venusredoute en Schellerredoute. Dit z.g.n. dubbele hoornwerk hoeft zich daarna nooit waar te maken. Een eeuw later, wanneer de Fransen ons land bezetteen, constateert Koning Lodewijk Napoleon, dat de vesting hopeloos verouderd is en nodeloos veel geld kost. De vesting wordt afgeschaft en aan de stad Zwolle geschonken, die het in dankbaarheid aanvaardt. Eindelijk de kans om de lang gewenste vaarverbinding met de IJssel tot stand te brengen. Dat
Pier Karenbeld
Wattez
Plattegrond Engelse Werk, de groene lijn geeft omtrek van de voormalige vesting en het ontwerp van H. van Lunteren weer.
lukt pas in 1819, na de Franse tijd, wanneer eindelijk de Willemsvaart geopend wordt. Een wandelplaats In 1828 ontstaat binnen het stadsbestuur het plan om op de gewezen vestingplaats een openbare wandelplaats aan te leggen. Sommigen vinden het een wat vreemde plek, omdat het nogal ver van de stad is en ook nog in een andere gemeente (Zwollerkerspel) ligt. Voor het project wordt uit Utrecht architect Hendrik van Lunteren aangetrokken. Er wordt veel muurwerk afgebroken en puin afgevoerd, waarbij harde klinkers gebruikt worden om de Nieuwe Veerallee, de latere Oude Veerweg, aan te leggen. Met behoud van het glooiende karakter wordt er een grote diversiteit aan bomen aan geplant. Van de oorspronkelijke versterkingen blijven alleen wat, ook nu nog aanwezige tunnels over en een ondergrondse ruimte, die dienst doet als kruitmagazijn Toch is het stadsbestuur op den duur niet helemaal tevreden over Het Nieuwe Werk, zoals het is blijven heten. Zo wordt in 1855 aangedrongen op herstel en verfraaiing van het park. Daarvoor wordt Hendrik van Lunterens zoon, Samuel, aangetrokken. Diverse, te
Forten tussen IJssel en stad: 1 - Kleyne- of Lureschens; 2 - Spoolderbergschans; 3 - Coterschans; 4 - Venusredoute; 5 - Kleyne redoute; 6 - Kruitmagazijn; 7 - Schelre-redoute; 8 - Grote schans
29
Papenacker 47