AvdR Webinars

Page 147

Schending van het recht en/of verzuim van vormen, waarvan het niet in acht nemen tot nietigheid leidt, door het Gerechtshof door in r.o. 4.9 te overwegen: (…) om de volgende redenen: 1. Op zichzelf is juist dat Boek 2 (Rechtspersonen) niet een bijzondere regeling kent voor misbruik van omstandigheden als grond voor vernietiging van een rechtshandeling in de zin van artikel 3:44 BW. Door thans eisers in cassatie is echter in prima en in appel mede een beroep gedaan op artikel 3:44 BW, welk beroep in prima door de president is gehonoreerd. Door hieraan voorbij te gaan en daarmee impliciet te beslissen dat artikel 3:44 niet, ook niet via artikel 3:59 van overeenkomstige toepassing is op de vernietiging van de in r.o. 4.4 genoemde besluiten, heeft het hof het recht geschonden, heeft althans het hof zijn beslissing niet naar behoren gemotiveerd, zulks terwijl — ook naar het oordeel van de president — Paul Janssen misbruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat door een kennelijk misverstand de bestuurders Kruijff en Hietink van de Stichting Administratiekantoor Janssen Pers Beheer BV (hierna: de Stichting) reeds op 1 maart 1993 zijn afgetreden ofschoon de akte tot statutenwijziging en de uitgifte-akte toen nog niet verleden waren, door welke omstandigheid Janssen Pers BV onverwacht in een toestand van volledige afhankelijkheid van Paul Janssen kwam te verkeren. 2. Onbegrijpelijk en onvoldoende gemotiveerd is voorts de ontkennende beantwoording door het hof van de vraag of door appellanten in het principaal appel (thans gedaagden in cassatie) in strijd met de door artikel 2:8 vereiste redelijkheid en billijkheid is gehandeld. Het hof baseert dat (voorlopig) oordeel op grond van 'de volgende overwegingen', waarmee het hof kennelijk bedoeld r.o. 4.9.1 en — gelet op het slot van die overweging — r.o. 4.9.2. Immers, het beroep op artikel 2:8 is in de feitelijke instanties gedaan onder meer in verband met de volgende omstandigheden: a. Paul Janssen heeft misbruik gemaakt van de omstandigheid dat door een kennelijk misverstand de bestuurders Kruijff en Hietink van de Stichting reeds op 1 maart 1993 zijn afgetreden ofschoon de akte tot statutenwijziging en de uitgifte-akte toen nog niet verleden waren, door welke omstandigheid Janssen Pers BV onverwacht in een toestand van volledige afhankelijkheid van Paul Janssen kwam te verkeren. b. Paul Janssen heeft in zijn hoedanigheid van enig bestuurder van de Stichting de in r.o. 4.4 bedoelde besluiten genomen zonder de bestuurder J.J.M. Verheijen en de commissarissen te raadplegen, zulks terwijl hij wist dat zij zich daartegen zouden verzetten. c.

147


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.