10 minute read

BEELDHOEK

ALLEUR 17.01.23

“Azijn en bruine zeep zijn ook efficiënte poetsproducten”

Advertisement

Minister van Werk Pierre-Yves Dermagne heeft de sociale partners advies gevraagd over de opname van hormoonverstorende stoffen in de welzijnsreglementering (zie Vakbeweging 975, red.), zodat ze gelijkgesteld worden aan kankerverwekkende stoffen (met de daarbij horende strenge regels). Béatrice Bolland is vakbondsafgevaardigde bij dienstenchequebedrijf Logi9, dat al veel doet in de strijd tegen hormoonverstoorders.

“Ik ben al vijftien jaar aan de slag als poetshulp”, zegt Béatrice. “Bij mijn vorige werkgever had ik gezondheidsproblemen nadat ik met hormoonverstorende producten had gewerkt. Ik was me niet bewust van de risico’s, maar een arts-specialist maakte me er op attent. En ik had inderdaad de week voordien een gevaarlijk product gebruikt in een onvoldoende verlucht lokaal. Mijn huidige werkgever – Logi9 – is meer bezig met preventie rond deze aspecten van onze job. Ik sta bij Logi9 nu in voor de opleiding van nieuwkomers. Ik ga mee om de klanten te informeren welke producten niet gevaarlijk zijn en wat goede alternatieven zijn voor de gevaarlijke producten die ze in huis hebben. Azijn en bruine zeep bijvoorbeeld zijn evenzeer efficiënt. Ik geef ook aan welke regels ze moeten volgen. Dat alles zou best in een wetgevend kader worden gegoten, zodat het in heel de dienstenchequesector van toepassing is. Bij het ACV zijn we heel erg bezig met dat soort zaken, en we brengen die aan in de Comités PB.

In 2017 werd bij mij borstkanker vastgesteld. Genetisch was er geen enkele aanwijzing dat ik kans zou lopen om dat soort kanker te krijgen. Maar ook mijn moeder en grootmoeder waren aan de slag als huishoudhulp. Het is moeilijk te bewijzen of het een het gevolg is van het ander, maar dat de hormoonverstoorders waarmee we als huishoudhulpen moeten werken borstkanker kunnen veroorzaken is wel bewezen.”

TEKST Bram Van Vaerenbergh FOTO Karolien Coenen

Hormoonverstoorders komen in een groot aantal sectoren voor. Uiteraard in ondernemingen waar producten en voorwerpen die hormoonverstoorders bevatten worden geproduceerd, maar ook in sectoren waar deze producten gebruikt of verwerkt worden: schoonmaak, land- en tuinbouw, bouw, textiel, schoonheidszorgen, brandweer, recyclage van afval, …

Wat veranderde er op 1 januari?

In telegramstijl enkele markante wijzigingen in de sociale wetgeving die op 1 januari ingang vonden.

TEKST An-Sofie Bessemans & Dominic Zehnder

Geboorteverlof

Wie vader of meeouder wordt krijgt sinds 1 januari 20 dagen geboorteverlof in plaats van 15. Je kiest zelf of je de dagen aansluitend of één voor één opneemt. Voor de eerste drie dagen ontvang je je regulier loon, de andere 17 dagen worden aan 82 procent van je loon vergoed via je ziekenfonds.

Jobstudenten mogen meer werken

Studenten kunnen vanaf 2023 tot 600 uur werken in plaats van de 475 uur nu. Maar daarbij is het opletten geblazen, want wie te veel werkt, is niet langer ten laste van de ouders. Dat risico wordt aanzienlijk groter met die extra uren.

Einde begeleidende maatregelen tijdelijke werkloosheid

De begeleidende maatregelen van de coronawerkloosheid, de speciale variant van de tijdelijke werkloosheid, zijn definitief gestopt op 31 december. Vanaf 1 januari moet elke tijdelijk werkloze dus weer in het bezit zijn van een controlekaart. Daarnaast zal ook de versoepeling van inkomsten uit andere bronnen en uit bijkomstige activiteiten verdwijnen. Gepensioneerden die naast hun pensioen werken, vallen ook terug op het oude systeem, waarbij zij geen aanspraak meer maken op tijdelijke werkloosheid. Zorgverlof

Zorgverlof geeft werknemers het recht om maximaal vijf al dan niet opeenvolgende dagen per kalenderjaar afwezig te zijn om een gezinslid of familielid te ondersteunen of zorg te geven omwille van een ernstige medische reden. Doordat je geen aansluitende dagen moet opnemen, kun je dit verlof ook inzetten wanneer je een ouder naar een medisch onderzoek begeleidt of bij een onverwacht incident. Voor de verloning van het zorgverlof geldt de regeling voor het verlof wegens dwingende redenen van het bedrijf of de sector waarin je werkt: het verlof is met andere woorden onbezoldigd, tenzij anders overeengekomen, bijvoorbeeld in onderling akkoord tussen de werkgever en werknemer of via collectieve arbeidsovereenkomst op het niveau van de onderneming of de sector. Pleegouder- en adoptieverlof

Wie pleegouder of adoptieouder wordt, krijgt voortaan drie extra weken verlof bovenop het bestaande maximum van zes weken. Koppels kiezen onderling hoe ze deze extra weken verdelen.

Recht op opleiding

Voortaan heeft elke voltijdse werknemer recht op vier opleidingsdagen per jaar. Wie deeltijds of geen volledig jaar gewerkt heeft, heeft recht op een pro rata aantal opleidingsdagen. Vanaf 2024 wordt het aantal dagen opgetrokken tot vijf.

Verplichte gemeenschapsdienst

Wie langer dan twee jaar werkloos is, zal verplicht kunnen worden om gemeenschapsdienst uit te voeren. Die verplichte dienst kan maximaal twee dagen per week, ofwel 64 uur per maand opgelegd worden. Daar staat een behoud van de uitkering en een vergoeding van 1,30 euro extra per uur tegenover, zo’n 83 euro per maand. Wie weigert verliest zijn uitkering.

Een uitgebreidere toelichting bij de nieuwe maatregelen vanaf 1 januari 2023 lees je op visie.net

NIEUW VANAF 1 JANUARI 2023 Elektronische controlekaart tijdelijke werkloosheid

Werknemers die tijdelijk werkloos zijn kunnen vanaf nu ook digitaal stempelen met de elektronische controlekaart EC 3.2. Overtuig je werkgever die te gebruiken!

TEKST Patrick Van Looveren | FOTO Jonas Leupe

De elektronische controlekaart EC 3.2 is voorlopig nog een pilootproject. Geïnteresseerde werkgevers kunnen instappen, na overleg met hun personeel. In de opstart- of pilootfase kunnen de verschillende betrokken partijen (werkgever, werknemer, uitbetalingsinstelling, RVA) nagaan of deze toepassing voldoet op het vlak van gebruikersgemak, snelheid, online ondersteuning, etc.

De toegang tot de toepassing gebeurt via de portaalsite van de sociale zekerheid www.socialsecurity.be, waar je kan inloggen met je eID of via Itsme. Als je je als werknemer de eerste keer aanmeldt, dan

IN DE TOEKOMST ZULLEN ONDERNEMINGEN VERPLICHT MOETEN OVERSTAPPEN VAN DE PAPIEREN CONTROLEKAART NAAR DE ELEKTRONISCHE CONTROLEKAART.

krijg je een scherm te zien met een overeenkomst waarin je verklaart in de toekomst elektronisch te werken. Daarna kom je onmiddellijk op de kalender van de lopende maand, waar je de nodige aanduidingen kan aanbrengen zoals op de papieren kaart. Op het einde van de maand stuur je de controlekaart elektronisch door naar je uitbetalingsinstelling via de toepassing.

Wat met grensarbeiders?

Grensarbeiders beschikken niet over een eID of over itsme. Voor hen wordt gebruik gemaakt van de identificatieprocedure via een Lokaal Registratiekantoor van de FOD Beleid & Ondersteuning. RVA-ambtenaren identificeren de grensarbeiders eenmalig, en daarna krijgen ze via userid en paswoord toegang tot de toepassing.

Datum verplichte overstap nog te bepalen

In de toekomst zullen ondernemingen verplicht moeten overstappen van de papieren controlekaart naar de elektronische controlekaart. Het is momenteel nog niet duidelijk wanneer deze verplichting ingaat. 

Voordelen van elektronische controlekaart

Er zijn een aantal goede redenen om te kiezen voor de elektronische controlekaart: • Een elektronische controlekaart kan niet verloren gaan of beschadigd raken zoals een papieren versie. • Gezien je de gegevens elektronisch doorstuurt, zijn er geen beslommeringen meer om de papieren controlekaart tot bij je uitbetalingsinstelling te krijgen. • De verwerking van de gegevens door de uitbetalingsinstelling gaat sneller, met daaruit volgend een mogelijk snellere betaling. • De toepassing laat correcties toe bij vergissingen, met de mogelijkheid om een commentaar mee te sturen. Dit was bij de papieren kaarten niet mogelijk zonder akkoord van het werkloosheidsbureau van de RVA. Bij wijzigingen in het verleden verschijnt een waarschuwing dat dit door de RVA verder onderzocht kan worden.

Klokkenluiders beschermd

Het wetsontwerp dat de Europese klokkenluidersrichtlijn omzet in Belgische wetgeving voor privébedrijven werd op 15 december 2022 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. De regeling treedt twee maanden na de dag van bekendmaking – dus op 15 februari 2023 – in werking. Door de nieuwe regelgeving zijn klokkenluiders voortaan beschermd tegen ontslag. Ondernemingen vanaf 250 werknemers moeten een intern meldingskanaal opzetten. Ook voor de publieke sector werd de Europese klokkenluidersrichtlijn omgezet in wetgeving.

TEKST Piet Van den Bergh | FOTO Jorm Sangsorn

Klokkenluiders zijn personen die bepaalde inbreuken melden. Deze melding kan zowel intern, binnen de onderneming, als extern gebeuren. In het laatste geval gaat het bijvoorbeeld om een melding aan de bevoegde autoriteiten of het doorgeven van inbreuken aan de pers. Enkel de melding van inbreuken op welbepaalde domeinen wordt beschermd. Het gaat om inbreuken op de wetgeving inzake overheidsopdrachten, financiële diensten (bijv. witwassen), productveiligheid, veiligheid van het vervoer, milieubescherming en nucleaire veiligheid, dierenwelzijn en volksgezondheid, consumenten- en privacybescherming en inbreuken op de Europese interne markt. Daarnaast wordt ook de melding van sociale en fiscale fraude beschermd.

Verplicht intern meldingskanaal

Grote bedrijven met meer dan 250 werknemers moeten vanaf februari 2023 een verplicht intern meldingskanaal opzetten. Bedrijven tussen 50 en 250 werknemers moeten dit ook, maar hebben hiervoor nog de tijd tot december 2023. Deze interne meldingskanalen moeten ervoor zorgen dat het melden van een inbreuk ernstig wordt genomen binnen de onderneming. Het is dus belangrijk dat het kanaal dusdanig wordt opgezet dat meldingen snel terechtkomen bij de verantwoordelijken van de onderneming. Tenzij de melding anoniem gebeurde, moet de melder binnen de 3 maanden na de melding hierover feedback ontvangen.

De meldingskanalen moeten in de ondernemingen worden opgezet met inachtneming van het sociaal overleg op ondernemingsvlak. Dring er daarbij op aan dat meldingen die betrekking hebben op de bevoegdheid van het overlegorgaan verder worden opgevolgd binnen het betrokken overlegorgaan (bijvoorbeeld door het Comité PB voor zaken die betrekking hebben op de veiligheid op de werkvloer). De naam van de melder mag daarbij niet bekend gemaakt worden. Noch binnen het overlegorgaan, noch daarbuiten.

Sociaal overleg

Ook al valt er niet meteen een stortvloed aan meldingen door klokkenluiders te verwachten, het is belangrijk erover te waken dat er geen parallel circuit ontstaat waarbij bepaalde problemen aangekaart worden binnen de onderneming los van het sociaal overleg. Het opnemen van gemelde problemen binnen het sociaal overleg kan ook voor een betere opvolging van de gemelde problemen zorgen. De wet voorziet expliciet dat elke werknemer het recht heeft om een werknemersvertegenwoordiger of een vakbond te raadplegen vooraleer een melding te doen. Mocht je een vraag krijgen van een mogelijke klokkenluider, hou er dan rekening mee dat de wetgeving toch wel enkele valkuilen bevat. Contacteer ons via je secretaris of een specialist binnen je centrale vooraleer een advies te geven.

Externe en openbare melding

Niet enkel de persoon die een dergelijke interne melding doet wordt voortaan beschermd als klokkenluider. De wet voorziet ook de oprichting van een extern meldingskanaal, een overheidsinstantie die de meldingen dan verder zal opvolgen. Daarnaast is ook een openbare melding mogelijk, bijvoorbeeld op de sociale media of in de pers. Normaliter gebeurt een melding best eerst aan het interne of externe meldingskanaal, maar in urgente gevallen kan een melding meteen openbaar gebeuren.

Ontslagbescherming

De wet verbiedt represailles van welke aard ook tegen een klokkenluider, al leert de praktijk dat de kans op ontslag toch niet gering is. Een werknemer die toch represailles ondervindt als gevolg van een melding die gebeurde in overeenstemming met de regels van de wet, heeft recht op een schadevergoeding tussen 18 en 26 weken. 

En in de publieke sector?

De Wet van 8 december 2022 betreffende ‘de meldingskanalen en de bescherming van de melders van integriteitsschendingen in de federale overheidsinstanties en bij de geïntegreerde politie’ werd op 23 december 2022 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad en trad in werking op 2 januari 2023 (sneller dus dan de wet voor de privésector). Interne meldingen gebeuren in beginsel bij de federale overheidsinstantie zelf. Het externe meldingskanaal werd bij de federale ombudsmannen opgericht (www.federaalombudsman.be).

Op Vlaams niveau werd op 18 november een decreet gestemd over de klokkenluiders. Dit werd op 1 december 2022 in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd en trad op 11 december 2022 in werking. Het decreet is van toepassing op een brede waaier aan overheidsinstanties die onder de bevoegdheid van het Vlaamse Gewest en de Vlaamse Gemeenschap vallen: de diensten van het Vlaams Parlement, de Vlaamse administraties, de Vlaamse provincies, gemeenten en OCMW’s, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, welzijnsverenigingen, … Het toepassingsgebied van de regeling voor de Vlaamse publieke sector is breder dan wat de Europese klokkenluidersrichtlijn voorschrijft. De interne meldingskanalen kunnen verschillen naargelang de overheidsinstantie. Er staat ook een extern meldingskanaal open, als personeelsleden menen dat een inbreuk niet doeltreffend kan behandeld worden of wanneer er een risico op represailles bestaat.

De kanalen en procedures voor de interne meldingen en voor de opvolging daarvan moeten worden vastgelegd na overleg met de representatieve vakbonden, zowel op federaal als op Vlaams vlak.

DE WET VERBIEDT REPRESAILLES VAN WELKE AARD OOK TEGEN EEN KLOKKENLUIDER, AL LEERT DE PRAKTIJK DAT DE KANS OP ONTSLAG TOCH NIET GERING IS.

This article is from: