28
GrootSneek zakelijk
FEBRUARI 2015
VEILINGMEESTER Machiel Dijkstra
Tweehonderd per uur
Als een mitrailleur hamert hij de lots van de eerste veiling van 2015 er door. Vijfhonderd kavels passeren de revue in één avond. Dat betekent 200 lots per uur. Het bieden gaat razendsnel. De topstukken op de eerste avond trekken bij benadering 200 belangstellenden. Met de blik van een valk spiedt hij de potentiele kopers in de zaal af. De opgestoken vinger, het nauwelijks merkbare hoofdknikje, de hand die neen wuift, niets ontgaat hem. De eerste van de zes avonden durende veiling zit er op en Dijkstra is een tevreden man. Tweeëneenhalf uur voelen achteraf als een volledige werkdag. Er zaten circa 200 mensen in de zaal van het veilinghuis Ald Fryslân in IJlst en de opbrengst van de ingebrachte artikelen op de eerste avond was naar verwachting of zelfs iets hoger.
elders in den lande, beladen met kunstvoorwerpen. Vrouw Simone trof dan ’s morgens de gang aan waar ze door de aankopen haast niet meer naar buiten kon komen. We hebben toen de knoop maar doorgehakt en hebben de juwelierszaken verkocht. Ik ben stage gaan lopen bij het veilinghuis aan de Leidsegracht in Amsterdam.
Machiel Dijkstra is sinds 14 jaar eigenaar van Veilinghuis Ald Fryslân, dat al weer tien jaar is gevestigd aan de Roodhemsterweg in IJlst. Daarvoor zat hij vier jaar in de voormalige garage van Prakken aan de Leeuwarderweg in Sneek.
Veilinghuis
Wie is Machiel Dijkstra Zesenveertig jaar geleden geboren in Sneek. Doorliep hier de lagere en de middelbare school en ging daarna aan het werk bij goudsmid Wiersma. Eerst in Dronten, later in Sneek waar hij en zijn vrouw Simone de juwelierszaak van Versteegh aan de Wijde Burghstraat hadden overgenomen. Later kwam daar een chiquer filiaal in Heerenveen bij. Van jong af was hij geïnteresseerd in mooie dingen, de verhalen daar achter en het voorwerp zelf, dat ook al een verhaal vertelt over de tijd waarin het is gemaakt. Wanneer er wat te doen was in de Nederlandse veilingwereld, was hij er bij. Hij maakte haast onderdeel uit van de inventaris van de veilinghuizen van Sotheby’s, Christies, De Oprechte Veiling in Haarlem, kon een antiquair niet voorbijlopen zonder er binnen te stappen en een praatje te maken en sloeg al die kennis op als een spons.
Niet veel later, het lijkt wel alsof het zo heeft moeten zijn, kocht een vriend van mij het oude pand van Prakken aan de Leeuwarderweg. In een deel ervan vestigde hij zijn praktijk, maar het grootste deel van de voormalige garage bleef leeg. Ik zag toen mijn kans schoon en ben daar Veilinghuis Ald Fryslân begonnen. Vanaf dag één heeft dat goed gelopen. Dat hoop je natuurlijk wel, maar als het ook gebeurt, is dat een hele prettige bijkomstigheid. Ik was toen een jaar of dertig, maar had door mijn hobby, de vele veilingbezoeken, de bezoeken aan antiquairs en de vele gesprekken met verzamelaars een groot netwerk gecreëerd. Maar dat het vanaf het begin storm zou lopen, daar kun je alleen maar van dromen. Na een stuk of vijf veilingen was het pand al te klein. Vier jaar hebben we moeten woekeren met ruimte voordat het voormalige veilinghuis van Baerveldt aan de Roodhemsterweg 8 in IJlst in beeld kwam. Alsof je in de hemel kwam. Een zee aan ruimte, een groot parkeerterrein, eigenlijk een droom die uitkwam.
Verhalen Het gebeurde dan ook regelmatig dat hij terug kwam van een veilingavond in Amsterdam of
Maar veel belangrijker dan dat mooie pand en die ruime parkeerplaats bleven de verhalen ach-
ter de ingebrachte kavels. Een mooi voorbeeld daarvan is de ‘knottendoek’. Enkele eeuwen geleden was het gebruik dat een jongeman een meisje met wie hij zich wilde verloven een (zijden) doek aanbood met daarin één of meerdere munten geknoopt. Accepteerde ze de doek dan waren ze officieel verloofd. De adel kon natuurlijk niet met een ‘ordinaire’ doek aankomen, daarom deden ze dat in de vorm van een prachtig vormgegeven zilveren kistje, meestal vervaardigd door een meester zilversmid, gevuld met munten. Hoe rijker de buit des te begeerlijk de jonge edelman. Het Fries Scheepvaart Museum heeft onlangs bij ons een fantastisch mooi knottenkistje van een Sneker meestersmid verworven. Een mooie aanvulling op de toch al imposante zilververzameling van het FSM. Daarnaast hebben we ook al eens een mooi bewerkte tabaksdoos aan het Scheepvaartmuseum in Amsterdam verkocht. Toch heel apart dat een tabaksdoos uit Drachten bij ons wordt geveild, wordt gekocht door een antiquair uit Amsterdam, tentoongesteld wordt op de toonaangevende kunstbeurs de PAN en tenslotte wordt aangekocht door het Scheepvaartmuseum in Amsterdam. Maar daarnaast barst het van de artikelen die allemaal hun eigen verhaal hebben, vertelt de gepassioneerde veilingmeester, terwijl we door de veilingzaal lopen. Dit poppenhuis bijvoorbeeld, dat is geïnspireerd op een bekende woning in Heeg en tot in de perfectie is afgewerkt, heeft veel meer opgebracht dan we hadden gedacht en dat heeft weer te maken met de stokoude foto die ernaast stond van het huis in kwestie. De koper wilde koste wat het kost die foto hebben. En zo kan Machiel Dijkstra prachtige verhalen blijven vertellen over vrijwel elk artikel dat al is geveild of op een volgende veiling wordt aangeboden. Veel verhalen, veel te veel om op te schrijven. Maar elke veiling leer je er weer bij.
Veilingen Er worden bij het veilinghuis in IJlst maximaal zes veilingen per jaar gehouden. Meer is praktisch niet mogelijk. Eerst zijn er inbrengdagen, waarbij kavels worden geïnventariseerd door mij en mijn collega Potijk. Er wordt met de kopers een limiet afgesproken waar beneden het artikel niet wordt
gekocht. Het is zaak om die zo reëel mogelijk in te schatten anders wordt de kavel niet verkocht en dan is er een hoop moeite voor niets gedaan. Vervolgens volgen er kijkdagen waarbij je al heel goed in de gaten krijgt aan de mensen die er komen, hoe de stemming van de veiling zelf zal verlopen. Daarna volgen er zes veilingdagen, waarbij we op de eerste dag, traditioneel ‘volle bak’ hebben omdat dan de topstukken worden verkocht.
Hobbies Daarnaast heeft Dijkstra een passie voor de watersport, maar dan wel op zijn ‘eigen wijze’. Zo restaureerde hij een honderd jaar oude stijlsteven van de grond af aan tot een prachtig gelijnd open scheepje, dat wordt aangedreven door een elektromotor, die op zijn beurt weer van stroom wordt voorzien door een op hout gestookte stoommachine. In de twaalf meter lange stijlsteven is een hydraulisch platform ingebouwd, zodat er eenvoudig een rolstoel-gebonden passagier aan boord kan komen. De boot wordt beheerd door een Stichting van vrienden en bekenden. Daarnaast heeft hij nog een ander scheepje gerestaureerd dat, als de gemeente een beetje meewerkt, een ligplaats moet krijgen in de Westersingel voor Theater Sneek, en grachtenrondvaarten door Sneek mogelijk moeten maken (maar dat is nog een plan in ontwikkeling hoor). Waar het ophoudt? Tsja je houdt van mooie dingen en dat gaat nooit meer over.