1982

Page 4

autorijden en deze „heilige-landloper" had er een in mijn ogen wat onheilig plezier in om voorliggers op een soms wat riskante manier te passeren. Riskant of niet, de bijeenkomsten in Amersfoort heeft hij zelden gemist. En daar was hij dan, tot nut én genoegen van zijn mede-redacteuren, duidelijk „aanwezig". Gelukkig kwam niet zozeer de Archeologie met een grote A aan bod als wel de „petite histoire", het anekdotische element in de geschiedenis van vooral onze vaderlandse archeologie. Brunsting was én is een meester in dat genre. Dat kan eveneens van De Boone worden gezegd. Ontelbare oude vondsberichten heeft 'hij, die al jaren lang zo hardnekkig het muntspoor van Madelinus volgt, aan Westerheem bijgedragen. En dat zeker niet alleen of in de eerste plaats als boeiende bladvulling. Voor het correct lezen van ons bodemarchief is immers een gedegen kennis van de in geschreven en gedrukte bronnen opgeslagen informatie dikwijls onontbeerlijk. De Boone bezit deze kennis als weinigen. Brunsting en De Boone zouden met hun kennis van de anekdote in de Nederlandse archeologiebeoefening méér dan één aflevering van Westerheem kunnen vullen. En dan Westerheem zelf. Het eerste nummer verscheen dertig jaar geleden, „als uitkomst van een lange, vaak bange re-

kensom", in februari 1952. Bestuur én redactie hoopten, dat dit eerste nummer in hetzelfde jaar door nog vijf andere nummers gevolgd zou worden ! Er ligt, zowel uiterlijk als innerlijk, een wereld van verschil tussen die eerste gestencilde afleveringen en de laatstverschenen, keurig gedrukte aflevering van ons tijdschrift. Ton Lemaire heeft dit verschil en het proces dat eraan ten grondslag ligt, in zijn „Filosofie van het landschap" treffend gekarakteriseerd: „De wetenschap is als het ware de domestikatie van het enthousiasme van de oorspronkelijke liefhebber". Ik betreur dat wel eens, maar ik geloof dat het proces onomkeerbaar is. En als ik het Westerheem van nu bekijk, bekruipt me toch ook weer een warm gevoel. Want wat kost het een moeite en wat is het een prestatie om iedere keer weer dit niveau in deze uitvoering te presenteren. Brunsting is op 1 maart 80 jaar geworden. Hij heeft die dag niet meer als redacteur van Westerheem gevierd. In 1977 hebben De Boone en hij een stap teruggedaan: ze zijn „alleen" nog maar lid van de redactieraad. Ik twijfel er niet aan, dat zij ook in dat wat lossere verband nog voldoende gelegenheid vinden om aan hun collega's iets van hun kennis en ervaring over te dragen. Beide partijen zullen er wél bij varen ! P. Stuurman

Prof. H. Brunsting 80 jaar! Namens de redactie en redactieraad wil ik hem én zijn vrouw van harte gelukwensen met deze (niet antieke) mijlpaal. De inleiding van de heer Stuurman lezend, kan ik met genoegen vaststellen dat dank zij Brunsting, de „petite histoire" tijdens de redactievergaderingen in Utrecht nog steeds ruim aan bod komt. Deze vergade-

ringen zijn niet alleen nuttig voor Westerheem, maar ook leerzaam én vermakelijk voor de aanwezigen, door de archeologische anekdotes waarmee Brunsting hen steeds weer verrast. Hij zou er een boek mee kunnen volschrijven! Misschien ook eens een bladzijde in Westerheem? C. A. Kalee


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.
1982 by AWN Magazine/Westerheem - Issuu