Inspiratiebundel Okans op het web

Page 1

OKANS op het WEB

Inspiratiebundel voor het opzetten van een webwinkel samen met je OKAN-klas

Machteld Hauben Charlotte Schreuer i.s.m. De leerkrachten en leerlingen van de OKAN-klas van SALCO Haasrode

Leuven, 2017


1

Inhoudstafel Inleiding ................................................................................................................................ 2 1.

Enkele aandachtspunten bij de opstart van het project .................................................. 3

2.

Kijkwijzer ‘OKANS OP HET WEB’ voor leerkrachten ..................................................... 7

3.

Les 1: Verkennen van winkels op het internet ................................................................ 8

4.

Les 2: Verkennen van webshops ................................................................................. 17

5.

Les 3: Welk talent kan ik inzetten? Wat doe ik graag? ................................................. 21

6.

Les 4: Welke talenten zetten we als groep in? ............................................................. 28

7.

Les 5: Welke artikelen wil de klasgroep maken? .......................................................... 32

8.

Les 6: Voorbereiding van interviews: opstellen van de vragen ..................................... 38

9.

Les 7: Voorbereiding van interviews: inoefenen ........................................................... 43

10. Les 8: Interviews afnemen: uitvoering........................................................................... 46 11. Les 9: Bespreking uitslag enquête ................................................................................ 48 12. Les 10: Kennismaking met de webpagina’s .................................................................. 52 13. Les 11: ‘Wie zijn wij?’ en Wat gaan we met de opbrengst doen? .................................. 61 14. Les 12: Praktische afspraken maken - leren plannen ................................................... 66 15. Les 13: Prijzen bepalen ................................................................................................ 73 16. Les 14: Geld beheren ................................................................................................... 77 17. Les 15: Praktische regelingen: wanneer en waar organiseren we deafhaalmomenten?.82 18. Les 16: Reclame maken: welke info willen we bekendmaken? ..................................... 85 19. Les 17: Hoe gaan we reclame maken?......................................................................... 90 20. Les 18: Reclame: Aan de slag! – klassikale opstart ...................................................... 93 21. Les 19: Uitwerking van affiches en digitale reclame ..................................................... 97 22. Les 20: Werken aan de webwinkel ............................................................................. 104 23. Les 21: Omgaan met ‘klanten’ .................................................................................... 105 24. Checklists taken - rolverdeling webwinkel: een aanzet ............................................... 110 25. Afsluiting project ......................................................................................................... 119 26. Tot slot ....................................................................................................................... 123

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


2

Inleiding In de zomer van 2016 ontstond bij het Centrum voor Taal en Onderwijs (KU Leuven) en Link in de Kabel vzw het idee om met OKAN-leerlingen een webwinkel te ontwerpen. Het project moest een kans worden voor jongeren tussen 12 en 18 jaar die niet- of zwak gealfabetiseerd zijn en die dus maatschappelijk gezien een kwetsbare groep vormen. Met de steun van het Mecenaatsfonds ING in België, beheerd door de Koning Boudewijnstichting werd het idee, om aan de hand van het opzetten van een webwinkel het leerproces van anderstalige nieuwkomers te ondersteunen, werkelijkheid. Door samen een webwinkel op te zetten, werd er geïntegreerd gewerkt aan de taal- en rekenvaardigheid, digitale geletterdheid en ondernemingszin van deze groep jongeren. Tijdens het schooljaar 2016-2017 hebben het Centrum voor Taal en Onderwijs (CTO/KU Leuven) en Link in de Kabel vzw het project ‘OKANS op het Web’ uitgewerkt in de OKAN-klassen van het SintAlbertuscollege (Salco) in Haasrode. Samen met een team OKAN-leerkrachten kreeg het project vorm. Het CTO zorgde voor didactische ondersteuning in het lesgeven aan niet- of zwak gealfabetiseerde, anderstalige leerlingen en Link in de Kabel vzw verzorgde de digitale ondersteuning van leerkrachten en de jongeren. In deze bundel vindt u de lesfiches die uitgewerkt werden tijdens het project. Deze lesfiches zijn niet kant- en klaar uitgewerkt. Ze geven wel een aanzet en idee hoe u zelf aan de slag kan gaan bij de uitwerking van eenzelfde digitaal project. De lesfiches zijn een product van de intensieve samenwerking tussen de partners en het OKAN-Team. Tijdens overlegmomenten werden de lesfiches besproken en aangepast en specifieke vragen rond het inzetten van tablets, het gebruik van digitale instrumenten en de vormgeving van de webwinkel werden besproken. Telkens werd er ook kritisch teruggeblikt op de gegeven lessen om hier lessen uit te trekken. Elke lesfiche is volgens een vast stramien opgebouwd. Er wordt een overzicht gegeven van de competenties waarop de les inzet. Taaldoelen komen hierbij geïntegreerd aan bod binnen de digitale en ondernemingscompetenties. Meer uitleg vind je in de inleiding van de kijkwijzer ‘OKANS op het Web’ voor leerkrachten. In elke lesfiche wordt ook een overzicht van materialen voorzien en een lesduur vermeld. Dit is uiteraard indicatief. De les kan korter of langer duren, afhankelijk van de groep leerlingen waarmee je aan de slag gaat of afhankelijk van de differentiatie- mogelijkheden die je al dan niet inzet. Daarnaast is een kijkwijzer voor leerkrachten ontwikkeld om een duidelijk beeld te krijgen van de uiteenlopende competenties die elke individuele leerling in meer of mindere mate ontwikkelt doorheen het project. Voor wie benieuwd is naar het resultaat, je kan de webwinkel die de leerlingen maakten hier bekijken. En nog belangrijker: de leerlingen hebben tijdens dit project veel geleerd. Ze zijn taalvaardiger geworden, hadden minder spreekangst en durfden zich stap voor stap mondeling en schriftelijk meer in het Nederlands te uiten. Ook hun digitale competentie is gegroeid. Het gebruik van tablets, PC’s en smartphones had een enorme stuwende kracht voor de leerlingen om (onbewust) veel te leren. Ze leerden samenwerken als groep en ieder zette zijn/haar talenten in om het project mee vorm te geven. En bovenal: het zelfwaarde gevoel van deze kwetsbare groep is er tijdens dit project sterk op vooruitgegaan. Alvast veel succes! Machteld Hauben (Centrum voor Taal en Onderwijs) en Charlotte Schreuer (Link in de Kabel vzw)

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


3

1. Enkele aandachtspunten bij de opstart van het project Praktische tips -

Voor de opstart van het project is het belangrijk na te gaan of de leerlingen voldoende toegang hebben tot het gebruik van PC’ s en tablets. Je kan contact opnemen met organisaties, bibliotheken of andere instanties om te zien of je deze materialen kan lenen. Tijdens het project zullen de leerlingen ook zelf artikelen maken om via de webwinkel te verkopen. Een goede samenwerking met de leerkracht PO of techniek kan hiervoor krachtig zijn. Het is handig als je de lessen gedurende een jaar wekelijks inroostert (bijvoorbeeld elke woensdagvoormiddag) en de lessen verdeelt over de verschillende deelnemende leerkrachten. Kom geregeld samen om de lessen verder in te plannen en aan te passen. Ga met andere woorden flexibel om met dit plan. Uittreksel van het plan OKANS op het Web 2016-2017:

Taak

Datum

Dig. materiaal

Timing

Leerkracht

Les 1: Verkennen van winkels op internet Les 2: Verkennen van webshops

7/02, NM

PC-klas of laptops en tablets in klas

NM

Nienke en Stefanie

Les 3: Waar staan we sterk? Waar zijn we goed in?

10/02, NM

Camera’s en tablets

NM

Stefanie Machteld

Les 4: Welk artikel kiezen we zelf? Les 5: Opstellen van interview-vragen via google formulierstart interne inoefening

17/02 NM

Tablets

NM

Charlotte Kristien Nienke

Les 6: Opfrissing inoefening

24/02

Tablets

! Kristien spreekt 1 klas aan waar we mogen interviewen

Nienke en Ann

10/03 2 uur

PC-klas en tablets/ Camera’s

NM

Stefanie en Nienke

Vóór de krokusvakantie

Les 7 Afname interviews beslissing keuze artikel Krokusvakantie Les 8 Kennismaking met de webwinkel! (blacklist, …) …

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


4

Keuze van een webwinkel Verken alvast een aantal webwinkels op het internet. Wat zijn voor- en nadelen van bepaalde formats? Is het eenvoudig genoeg om te bewerken? Is het kosteloos of niet? Hieronder vind je enkele webwinkels die we zelf hebben verkend:

www.mijnwebwinkel.nl Dit is het format dat we zelf kozen. Je kan de tool raadplegen via deze link. •

Voordelen: o Gratis tot 25 artikelen o Ook mogelijk ‘zonder betaling’ te kiezen. Hier is geen winkelmandje, het is eerder een overzicht van de producten. De klanten moeten dan een e-mail sturen om te bestellen.

Extra:

o Fotoslideshow toevoegen

Jimdo Webshop (https://nl.jimdo.com) Deze webwinkel kan je raadplegen via deze link. •

Voordelen o Optie ‘betalen bij afhalen’ o Tot 15 producten o Reclamevrij Nadelen

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


5 o o

Voor gratis versie heb je PayPal nodig (is vrij omslachtig om aan te maken) Anders: €78 per jaar

Easy Webshop Deze webwinkel kan je raadplegen via deze link. • •

Voordelen: o Optie ‘toevoegen aan winkelmandje’ Nadelen o Iets minder gebruiksvriendelijke template, registratie nodig als je iets ‘bestelt’ o Afhalen en betalen op locatie enkel mogelijk vanaf Pro versie o €14,95 per maand (meer info)

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


6

Algemene voorwaarden Verken vooraf ook zeker de algemene voorwaarden bij de uitbouw van een webwinkel en vermeld op de website dat deze webwinkel kadert binnen een educatief project, zodat duidelijk wordt dat je niet aan oneerlijke concurrentie doet. We verwijzen hiervoor naar deze website. •

Informeer je vooraf goed over het aanbieden van etenswaren. Binnen dit project hebben we er bewust voor gekozen om dit niet te doen om reglementair in orde te zijn. We verwijzen hiervoor naar de ‘FAVV-wetgeving en hygiënewetgeving m.b.t. voeding.

Logins ‘OKANS op het Web’ Voor elke leerling maakten we een handig overzicht met alle gegevens, nodig voor het aanmaken van de webwinkel. Deze logins werden tijdens het project uitvoerig ingeoefend. Dit is een overzicht van de verschillende diensten die wij gebruikten: GMAIL www.gmail.com okanwebwinkel@gmail.com OnzeWebwinkel2017

MIJNWEBWINKEL www.mijnwebwinkel.nl okanwebwinkel@gmail.com OkanWebwinkel2017

www.mijnwebwinkel.nl/winkel/okan

FACEBOOK www.facebook.com okanwebwinkel@gmail.com OkanWebwinkel2017fb

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


7

2. Kijkwijzer ‘OKANS OP HET WEB’ voor leerkrachten Voor het project ‘OKANS op het Web’ ontwikkelden we een kijkwijzer. Dit instrument biedt leerkrachten een houvast om met elkaar te reflecteren over het groeiproces van OKAN-jongeren. De leerlingen werken doorheen de verschillende opdrachten geïntegreerd aan zowel de digitale, de ondernemingscompetenties, de sleutelcompetenties als talige competenties. Via deze tool krijg je een duidelijker beeld van de uiteenlopende competenties die elke individuele leerling in meer of mindere mate ontwikkelt doorheen het project. Het geeft een ruimer beeld van wat de jongere kan/(nog) niet kan op verschillende werkdomeinen en kan ondersteunend zijn bij de oriëntering van de leerling naar het vervolgonderwijs. Je vindt de kijkwijzer op de CTO-website: observatietool voor leerkrachten (pdf)

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


8

3. Les 1: Verkennen van winkels op het internet Omschrijving van de activiteit Verkennen van websites van winkels: wat is dat? Waarom hebben winkels een webpagina? Welke info vind je hier?

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan relevante informatie raadplegen uit digitale bronnen. • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. Productief • De leerling gebruikt de nodige fijn-motorische vaardigheden om met een computer/tablet om te gaan. • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk.

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling wendt zijn talenten en competenties aan om een opdracht aan te pakken. • De leerling stelt zich positief op om nieuwe technieken te leren (bijvoorbeeld: gebruik van padlet, gebruik van tablets …). Samenwerking • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling maakt zijn standpunt duidelijk. Hij kan zijn mening mondeling weergeven. Projectbeheer • De leerling heeft voldoende inzicht in de stappen die hij moet zetten om een doel te bereiken. • De leerling bedenkt al doende wat hij/zij kan ondernemen om de taak tot een goed einde te brengen. • De leerling kan kritisch aangeven of het resultaat is bereikt.

Duur 2 lesuren

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

Stap 1: klassikaal De lln denken na wat ze recent gekocht reclamefolders of hebben. Waarom en in welke winkel? kaartjes met afbeeldingen van

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


9 dagdagelijkse en grotere artikelen Stap 2: duo’s

De lln exploreren in welke winkel je digitale projectie logo’s bepaalde artikelen kan aankopen. (of: digitale differentiatie: gedeeld werkblad uit Google Docs /Padlet), PC’s of tablets

Stap 3: klassikaal Bespreking 2

duo’s

De leerlingen verkennen webpagina’s van (digitaal) werkblad met winkels. websites van winkels per duo PC’s

3

klassikaal

De lln bespreken het nut van webpagina’s / van grote en kleine winkels.

Materiaalvoorbereiding PC-klas Inloggegevens gmail-adres (bijvoorbeeld: okanwebwinkel@gmail.com) en paswoord Logo’s van winkels digitaal projecteren Papieren kaartjes met afbeeldingen van artikelen (Digitaal) werkblad met enkele websites en bijhorende vraagjes Differentiatie: via Google docs digitaal werkblad met logo’s winkels en opdracht: zoek foto’s of schrijf artikelen bij enkele winkels (leerkracht)

• • • • • •

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit Stap 1 Ga met alle leerlingen samen in een kring zitten en voer samen een gesprekje: Vraag de leerlingen of zij de laatste twee weken iets gekocht hebben. Of iemand van de familie of vrienden? Waarom hebben zij iets gekocht? Hadden zij iets nodig? Naar welke winkel zijn ze geweest? Was deze winkel dichtbij? Of niet? Je kan ter inspiratie ook enkele reclamefolders uitdelen. Schrijf de namen van de winkels die de leerlingen benoemen op bord. Schrijf ook het woord ‘artikel’ centraal op het bord. (Dit woord wordt in het project ook gebruikt en zal nog regelmatig tijdens de lessen terugkomen). Differentiatie Kennen ze de woorden onvoldoende? Dan kan je gerichter enkele vragen stellen: ● Waar kan ik een brood kopen? Bij de bakker. Ken jij een naam/voorbeeld van een bakker? ● Waar kan ik boeken kopen? In een boekenwinkel. Ken jij een naam/voorbeeld van …

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


10 ● ● ● ●

Waar kan ik een jas kopen? In een kledingwinkel. Ken jij een naam/voorbeeld van … Waar kan ik medicijnen kopen? In een apotheek. Ken jij een naam/voorbeeld van … Waar kan ik vlees, melk, groenten, fruit, … kopen? In een supermarkt. Ken jij een naam/voorbeeld van… Waar kan ik een nieuwe GSM kopen? Mediamarkt, een gsm-winkel, online…

Stap 2 Deel enkele kaartjes (kaartjes met afbeelding en het woord van het artikel, bijvoorbeeld ‘gsm’- met een afbeelding van een gsm) uit. Projecteer enkele logo’s of foto’s van winkels. Laat de leerlingen per twee zoeken welke artikelen je in welke winkel kan terugvinden. Vraag om de kaartjes in de lucht te houden per winkel die je digitaal projecteert. (Tip: Laat ook enkele logo’s zien van winkels die ze in het kringgesprek hebben benoemd). Voorbeeld: projecteer het logo van onderstaande winkels en vraag aan de leerlingen enkele bijhorende artikelen in de lucht te houden:

Kaartje met ‘vlees’, ‘melk’, ‘water’, ‘fruit’, ‘groenten’, ‘eieren’, ‘tijdschriften’, ‘wasmiddel’ …

Kaartje met ‘CD’s’, ‘muziekinstallaties’, ‘boeken’, ‘tijdschriften’ …

Kaartje met ‘kinderkleding’, ‘fotolijstjes’, ‘pen en papier’ ... Digitale differentiatie Via de computer of tablet: Open tevoren met je inloggegevens via de klascomputer een gedeelde Google Docs of Padlet. Dit kan je klassikaal projecteren. In duo’s kunnen de leerlingen met hun tablet of computer woorden en foto’s toevoegen bij enkele afbeeldingen van winkels. Zo werk je samen als klas aan één document.

Stap 3 Bespreking: Vraag de leerlingen of ze al eens in enkele van deze winkels geweest zijn. Hebben ze daar iets gekocht? Wat kan je daar nog allemaal kopen? Vinden ze dat een dure winkel? Of een goedkope winkel? (Schrijf

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


11 de woorden ‘duur’ en ‘goedkoop’ tegenover elkaar op het bord. Deze woorden komen nog vaak terug). Wie zou deze winkel vooral bezoeken? (jongeren, ouderen, kinderen, scholieren, mensen met veel geld, mensen die graag mooie kleren dragen, mensen die graag sporten …?)

Fase 2 uitvoering met ondersteuning Steeds meer winkels hebben ook een plek op het internet, ze hebben een ‘webpagina’ waar allerlei info op staat: de openingsuren, info over de artikelen, een telefoonnummer, enzovoorts. (Noteer ‘webpagina’ op het bord. Dit woord komt nog vaak terug tijdens het project). Peil naar de ervaringen van de leerlingen: Bezoekt er iemand zelf zo’n webpagina? Wanneer heb je dit gedaan? Waarom? Opdracht: vraag aan de leerlingen om de webpagina van enkele webwinkels op het internet te bezoeken: welke info vind je hier terug? Deel een werkblad uit met enkele websites van winkels. Overloop de webwinkels samen en doe één oefening voor als voorbeeld. Differentiatie Je kan een variatie aanbieden van winkels die zowel fysiek als online een winkel hebben en winkels die enkel online bestaan. Mogelijke opdrachten: • Surf/Ga naar de website van de winkel: www.zeeman.be • Wat voor soort winkel is dit? Geef enkele opties die ze moeten onderstrepen/omcirkelen, zoals: een kledingwinkel, een supermarkt, een bakker, een apotheek, een doe-het-zelf-zaak, een postkantoor, .. • Welke producten kan je hier kopen? • Kan je deze winkel ook zelf gaan bezoeken? Ja/Nee • Waar kan je de winkel terugvinden? Geef het adres dat dicht bij je woonplaats ligt. • Waar vind je het telefoonnummer van de winkel? Laat de leerlingen per twee gericht zoeken op de eigen PC met behulp van hun werkblad. Zie bijlage: voorbeelden van enkele werkblaadjes die de leerkrachten van Salco hebben aangemaakt.

Fase 3 nabespreking - afsluitende activiteit Welke info kan je terugvinden op een webpagina van een winkel? (Je vindt de openingsuren, de sluitingsdagen, de locatie, info over de artikelen, soms zijn er artikelen die aan verminderde prijs worden verkocht (‘koopjes’, ‘solden’) enzovoorts. Wat zijn de voordelen van zo’n webpagina van een winkel? Je kan snel nuttige informatie te weten komen.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


12

Bijlage les 1: werkbladen ‘Webpagina’s van een webwinkel’ Colruyt 1. Ga naar de website: www.colruyt.be

2. Welk soort winkel is dit? Omcirkel de juiste foto:

klerenwinkel

supermarkt

bouwmarkt

drogisterij

elektrowinkel

3. Openingsuren en sluitingsuren: - Zoek de winkel ‘Colruyt’ in Leuven. -

Wanneer is de winkel open op dinsdag? De winkel is open vanaf …………… uur.

-

Wanneer is de winkel dicht op donderdag? De winkel is dicht om ……………….. uur.

-

Welke dag is de winkel dicht? De winkel is dicht op …………………………………… .

-

Je wil maandag naar de Colruyt. Je wil tomaten, bananen en melk kopen. Kan je om 10 uur naar de winkel? Omcirkel: JA - NEE Waarom? …………………………………………………………………

4. Wat is het adres van de winkel? ……………………………………………………………………………………………..…… 5. Wat is het telefoonnummer van de winkel? …………………………………………………………………………………………………..

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


13

6. WEBWINKEL Foto van het artikel

woord

Kan je het in de winkel kopen? Omcirkel

de aardappelen

JA / NEE

een boor

JA / NEE

een wasmachine

JA / NEE

de confituur

JA / NEE

een broek

JA / NEE .

make-up

JA / NEE

een plank

JA / NEE

de jas

JA / NEE

de shampoo

JA / NEE

een TV

JA / NEE

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


14

7. Open de webshop van de winkel. (Deze vraag wordt in les 2 behandeld) -

Welke artikelen kan je online kopen? ………………………………………. ………………………………………. ………………………………………. ……………………………………….

-

Hoe kan je een artikel bestellen? (winkelwagentje) ………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………

-

Kende je deze winkel al? ………………………………………………………………………………………

-

Welke artikelen zou jij online kopen? ………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………

H&M

1. Ga naar de website: www.hm.com en klik op België

2. Welk soort winkel is dit? Omcirkel de juiste foto:

klerenwinkel

supermarkt

bouwmarkt

drogisterij

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs

elektrowinkel


15 3. Openingsuren en sluitingsuren: -

Zoek de winkel H&M in Leuven

-

Wanneer is de winkel open op dinsdag? De winkel is open vanaf …………… uur.

-

Wanneer is de winkel dicht op donderdag? De winkel is dicht om ……………….. uur.

-

Welke dag is de winkel dicht? De winkel is dicht op …………………………………… .

-

Je wil woensdag naar de H&M. Je wil een rok kopen. Kan je om 14 uur naar de winkel? Omcirkel: JA - NEE Waarom? …………………………………………………………………

4. Wat is het adres van de winkel? ……………………………………………………………………………………………..………………………………....... 5. Wat is het telefoonnummer van de winkel? ………………………………………………………………………………………………………………….…………………

6. WEBWINKEL Foto van het artikel

woord

Kan je het in de winkel kopen? Omcirkel

de aardappelen

JA / NEE

een boor

JA / NEE

een wasmachine

JA / NEE

de confituur

JA / NEE

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


16

een broek

JA / NEE .

make-up

JA / NEE

een plank

JA / NEE

de jas

JA / NEE

de shampoo

JA / NEE

een TV

JA / NEE

7. Open de webshop van de winkel. (Deze vraag wordt in les 2 behandeld) -

Welke artikelen kan je online kopen? ………………………………………. ………………………………………. ………………………………………. ……………………………………….

-

Hoe kan je een artikel bestellen? (winkelwagentje) ………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………

-

Kende je deze winkel al? ………………………………………………………………………………………

-

Welke artikelen zou jij online kopen?

………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………… Deze werkbladen werden ook voor Kruidvat, Mediamarkt en Brico uitgewerkt.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


17

4. Les 2: Verkennen van webshops Omschrijving van de activiteit Verkennen van webshops: online winkelen: wat is dat? Wat zijn de voordelen? Welke producten bieden webshops aan?

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan relevante informatie raadplegen uit digitale bronnen. • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. Productief • De leerling gebruikt de nodige fijn-motorische vaardigheden om met een computer/tablet om te gaan. • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk.

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling wendt zijn talenten en competenties aan om een opdracht aan te pakken. • De leerling concentreert zich op een taak en laat zich niet afleiden. Samenwerking • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling neemt actief en constructief deel aan groepswerk en houdt zich aan afspraken tijdens het samenwerken. • De leerling maakt zijn standpunt duidelijk. Hij kan zijn mening mondeling weergeven.

Duur 1 lesuur

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

klassikaal

De lln leren wat een webshop/webwinkel is.

filmpje You Tube of kopies artikel

2

duo’s

De lln verkennen enkele webshops.

(digitaal) werkblad van les 1. PC per 2

groepjes van vier

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


18 De leerlingen werkblad met omschrijven voor- en woorspinnen nadelen van webshops voor de klant en voor de verkoper. 3

klassikaal

Doel van het project: / samen een webshop maken van artikelen die we als klasgroep maken.

Materiaalvoorbereiding • • • •

Pc-Klas YouTube filmpje ‘Doen ze dat zo: hoe werkt een webwinkel?’: of artikel. (Digitaal) werkblad les 1: ‘Webpagina’s van een webwinkel’ (leerkracht) Werkblad: wat zijn de voordelen van een webshop? (leerkracht)

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit Opfrissing van lesuur 1. Intro van deze les: Steeds meer winkels hebben ook een online webwinkel, een webshop. (Noteer dit woord op het bord, naast het woord van de vorige les: webpagina.) Toon aan de leerlingen een voorbeeld van een online webshop van een winkel die ze kennen. Duw op de knop ‘webshop’. Je kan ook met een filmfragment of een eenvoudig artikel starten, waaruit blijkt dat webshops het in 2016 beter deden dan fysieke winkels.

Fase 2 uitvoering met ondersteuning Stap 1

Opdracht: Vorm duo’s en zet elk duo aan een computer. Vraag hen het (digitaal) werkblad van de vorige les er terug bij te nemen. Ga samen naar de laatste vraag 7: ‘Ga naar de webshop van de winkel’ Bekijk samen de vragen en laat de leerlingen per twee de vragen beantwoorden. • Welke artikelen kan je online kopen?

………………………………………. ………………………………………. ………………………………………. ………………………………………. •

Hoe kan je een artikel bestellen? (winkelwagentje)

……………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


19

Kende je deze winkel al?

……………………………………………………………………………………… •

Welke artikelen zou jij online kopen?

……………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………… Ondersteun de duo’s tijdens de uitvoering van deze opdracht goed! Bespreking: klassikaal.

Stap 2

Opdracht: Klassikale bespreking. Schrijf volgende woorden op het bord: ‘webshop’ - ‘gewone winkel’. Eerste deelvraag: Wat is een webshop/webwinkel? Een webshop is een winkel, zoals alle andere winkels, maar je kan in je zetel blijven zitten. Het is een winkel op het internet. Het is een ‘online’ winkel. Tweede deelvraag: wat is het verschil met een gewone winkel? Bespreek samen de verschillen.

Stap 3 Wat zijn de voordelen van een webshop? Maak groepjes van vier leerlingen en deel een werkblad uit aan elk groepje. 1. Wat is het voordeel van een artikel online te kopen? (Mogelijke voordelen: je moet je niet verplaatsen, het wordt thuis geleverd, je kan de prijzen vergelijken vanuit je zetel, enzovoorts). Laat de leerlingen een woordspin van de voordelen maken. Begeleid de teams bij het neerschrijven van de voordelen.

Voordelen webshop voor de ‘klant’

2. Waarom denk je dat winkels of mensen een webshop maken? (voordelen: het is goedkoper, want je moet geen fysieke plaats hebben, je moet dus geen geld betalen voor het huren van

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


20 een locatie, geen verwarmingskosten, minder personeel betalen …). Maak een nieuwe woordspin vanuit het standpunt van de ‘verkoper’.

Bespreek de voordelen klassikaal. Bespreek eventueel ook samen enkele nadelen voor de klant en de verkoper. (Bijvoorbeeld: je moet digitaal sterk zijn als klant om een artikel te bestellen. Als verkoper moet je er goed op letten dat je niet te veel verzendkosten hebt).

Fase 3 nabespreking - afsluitende activiteit Wat zouden jullie er van vinden als wij zelf stap voor stap een webshop voor de school maken?

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


21

5. Les 3: Welk talent kan ik inzetten? Wat doe ik graag? Omschrijving van de activiteit Welke talenten kunnen we inzetten bij het opzetten van een webwinkel? Wat kunnen we gebruiken als we artikelen gaan maken? Waar is elke leerling goed in? Op het einde van dit lesuur heeft elke leerling een beter zicht in de eigen talenten.

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. Productief • De leerling gebruikt de nodige fijn-motorische vaardigheden om met een computer/tablet om te gaan. • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk. • De leerling kan een digitale foto nemen. • De leerling kan structuur aanbrengen in digitaal materiaal (een foto opslaan op de computer).

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling stelt zich positief op om nieuwe technieken en ICT-mogelijkheden te leren (bijvoorbeeld: Tablets, smartphones, fototoestel gebruiken). • De leerling heeft een realistisch zelfbeeld met inzicht in de eigen sterktes en zwaktes. Samenwerking • De leerling heeft respect voor anderen, luistert actief, laat de ander uitspreken en houdt rekening met gevoelens en de mening van anderen. • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is.

Duur 1 lesuur

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

klassikaal

De lln bespreken afbeeldingen en talenten op welke talenten nodig grote A4’s of in een PPT zijn om de webwinkel te maken.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


22 2

3

stap 1: duo’s

De leerlingen zoeken enveloppes met talenten naar wat ze graag doen en goed kunnen.

Stap 2: klassikaal

De leerlingen stellen grote afbeeldingen van samen enkele zinnen talenten (die in enveloppe op. zitten) op A4

duo’s

De lln noteren hun camera’s, smartphones en talent op whiteboard whiteboards en nemen van elkaar een foto.

Materiaalvoorbereiding PC-klas Afbeeldingen van talenten die nodig kunnen zijn voor ontwerp webwinkel en aanmaken van artikelen Envelopjes met afbeeldingen van talenten en bijhorend geschreven woord Vergrote afbeeldingen van talenten Whiteboards of krijtbordjes Camera’s en smartphones

• • • • • •

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit Bespreking klassikaal: Stel, als we zelf een online winkel maken, dan moeten we onze krachten bundelen! Maar waar zijn wij sterk in? Wat doen wij graag? Brainstorm samen welke talenten we nodig hebben om de webwinkel uit te bouwen en schrijf op bord (Je kan ook tevoren zelf afbeeldingen van talenten bedenken en in een powerpoint zetten. Telkens als de leerlingen zelf dit talent trachten te benoemen, kan je dit projecteren op bord.) Mogelijke talenten: artikelen maken, knutselen, goede ideeën bedenken, rekenen, foto’s maken, verkopen, overtuigen, samenwerken, met de computer werken … Zie bijlage: voorbeelden van talenten.

Fase 2: uitvoering met ondersteuning Stap 1

Zoeken naar het eigen talent en dat van een medeleerling. Waar zijn we zelf als persoon goed in? Wat zijn onze talenten? Iedereen heeft een talent. Het is soms zoeken welk talent dat is. Deel per duo een enveloppe met afbeeldingen van talenten uit. Vraag om de kaartjes per twee te bekijken. Iedere leerling kiest enkele ‘talenten’ of iets dat hij/zij graag doet. Er zitten ook lege kaartjes in, zodat de leerlingen daar zelf een talent op kunnen tekenen.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


23 Ondersteun de duo’s en help de leerlingen om elkaar goed onderling te ondersteunen bij het vinden van een talent en om de talenten te benoemen. (Heel wat leerlingen hebben in een vorig leven al ‘gewerkt’. Mogelijke talenten kunnen zijn: auto rijden, markt verkopen, kruiwagen rijden, kleren maken, bouwen, huishouden, talenkennis, houtbewerking…)

Stap 2 Klassikale bespreking. Heeft iedereen een talent gevonden? Welke dan? Waarom? Schrijf op bord de namen van enkele leerlingen aan de linkerkant - vervolgens ‘kan goed’ en daarna het talent met de vergrote afbeelding van het talent dat de leerling gekozen heeft. Laat vervolgens de leerlingen de tekst op bord ‘lezen’. Omdat de leerlingen de zinnen zelf hebben opgesteld, zullen ze ongeveer weten wat er staat. Ze kunnen de tekst globaal en experimenteel lezen. Je kan op basis van deze tekst de leerlingen hypotheses laten vormen over technisch lezen. Maak hen attent op bepaalde woorden, letters, klankletterkoppelingen of doe kleine oefeningen met de tekst. (bijvoorbeeld: welk woord komt altijd terug? (kan goed), wie kan dit woord al lezen? (praten), waar komt dezelfde klank voor? (helpen, mensen) … Dek na een tijdje de afbeeldingen af en laat ze de tekst nog een keertje lezen.

Fase 3: Nabespreking - afsluitende activiteit Deel whiteboards uit aan elke leerling en laat hen hun talent tekenen/schrijven op het bordje. We gaan hier foto’s van maken. Dit kan met een fototoestel of met de smartphone van de leerlingen. Voorbeeld van een foto:

Achteraf zullen we deze foto’s gebruiken bij de webwinkel. Laat dit alvast weten aan de leerlingen zodat ze hun foto zeker mooi vinden. Zo niet, laat ze hun foto dan verwijderen en opnieuw nemen. Je hebt namelijk toestemming nodig van de persoon om online een foto van hem/haar te plaatsen. Afhankelijk van de tijd kan de leerkracht de foto’s na de les zelf in een mapje op de computer bewaren of je kan dit met de leerlingen tijdens de les zelf doen. Is er voldoende tijd? Laat de jongeren de foto’s op de laptop of PC zetten, zodat ze deze foto nog mooi kunnen bewerken (zie hieronder bij ICT-differentiatie).

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


24

- Werd er gebruik gemaakt van een fototoestel? Door met de kabel het fototoestel te verbinden met de computer kan je de foto’s overzetten en in een map op de computer, op de Google Drive of op een USB-stick bewaren. Lukt dit niet? Dan kan je ook het geheugenkaartje van het fototoestel (SD-kaart) in een laptop schuiven en op die manier de fotobestanden overzetten. Probeer dit al even op voorhand want ieder fototoestel is anders. - Werd er gebruik gemaakt van smartphones? Laat de jongere zijn smartphone verbinden met de wifi van de school. Een optie is dat de jongere de foto van zijn smartphone rechtstreeks mailt naar het e-mailadres okanwebwinkel@gmail.com. Dit doet hij door bij de foto op het ‘deel’ icoontje bovenaan te klikken:

Daarna verschijnen er opties om te delen. Eén ervan is e-mail (linksonder):

Als hij of zij geen eigen e-mailadres heeft, kan hij zich via zijn internetbrowser op zijn smartphone inloggen met okanwebwinkel@gmail.com en de foto via dit e-mailadres verzenden naar okanwebwinkel@gmail.com. Dit lijkt vreemd, maar is zeker mogelijk.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


25 Eenmaal de foto via e-mail is toegekomen kan de jongere de foto op zijn laptop of computer downloaden door op het pijl-icoontje ‘download’ (links) te klikken, of de leerkracht kan de foto’s die via e-mail zijn toegekomen opslaan op Google Drive via het icoontje rechts ‘Opslaan in Drive’.

Tip: sla de foto’s ergens op waar je ze later gemakkelijk terugvindt. Digitale differentiatie: foto’s bewerken Laat de duo’s surfen naar www.fotobewerken.eu en projecteer zelf deze stap klassikaal aan de hand van de klasfoto. Per twee bewerken ze hun eigen foto met elkaars hulp. Op de foto zetten ze ook hun naam. Klaar? Deze foto kan opnieuw bewaard worden op de PC. De leraar doet dit klassikaal voor. (De foto kan ook met de tablet genomen worden en hierop kan je dan de app ‘Pixlr’ gebruiken om hen hun foto te laten bewerken.) Deze les baseert zich op de les ‘talentenbank’ van Kathleen Collijs- Steunpunt Gok

Bijlage Les 3: Welk talent kan ik inzetten? Wat doe ik graag? Voorbeelden van talenten Gemaakt door de OKAN-leerkrachten van het Sint-Albertuscollege Haasrode

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


26

Goed kunnen werken met je handen. ‘handig zijn’ Vb: zagen, werken met hout, armbandjes maken …

Goed kunnen lezen. Graag lezen

Goed kunnen luisteren

Goed kunnen troosten, voor anderen zorgen

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


27

Goed met de computer kunnen werken

Goed kunnen rekenen

Veel talen kennen of een nieuwe taal snel leren

Goed zijn in manicure, pedicure, in huidverzorging, make-up aanbrengen

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


28

6. Les 4: Welke talenten zetten we als groep in? Omschrijving van de activiteit Welke talenten kunnen we samen als klasgroep inzetten: • bij het opzetten van een webwinkel? • om artikelen te maken? Op het einde van dit lesuur heeft elke leerling een beter zicht op de troeven die de groep kan uitspelen bij het maken van de webwinkel enerzijds en de artikelen anderzijds.

Competenties Digitale competenties Productief • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk. • De leerling kan een digitale groepsfoto nemen. • De leerling kan informatie op een digitale manier verzamelen en communiceren. (brainstorm op digitale post-its).

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling stelt zich positief op om nieuwe technieken en ICT-mogelijkheden te leren (bijvoorbeeld: Tablets, smartphones, fototoestel gebruiken). • De leerling heeft een realistisch zelfbeeld met inzicht in de eigen sterktes en zwaktes en dat van de groep. Samenwerking • De leerling heeft respect voor anderen, luistert actief, laat de ander uitspreken en houdt rekening met gevoelens en de mening van anderen. • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is.

Duur 1 lesuur

Lesschema Fase Organisatie

Activiteit

1

De lln begrijpen waarom we elkaars talenten / willen kennen.

klassikaal

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs

Materiaal


29 2

stap 1: rollenspel

3

klassikaal De leerlingen bereiden enkele vragen voor.

/

stap 2: bevraging

De leerlingen bevragen elkaar.

whiteboards

Stap 3: digitale collage

De leerlingen maken 1 digitale collage van de PC’s of klastalenten. tablets

klassikaal

groepsfoto

camera

Materiaalvoorbereiding PC-klas of laptops of tablets in klas Camera Whiteboards De leerkracht logt alle PC’s (of tablets) in op Padlet voor de online brainstorm. Maak tevoren alvast op Padlet een werkblad aan en maak een rechtstreekse link via Bit.ly. Bijvoorbeeld: Open deze link op elke computer en vooraan in de klas. Je komt meteen in een gezamenlijk online brainstormdocument.

• • • •

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit Klassikaal bespreken: We kennen nu de talenten van onszelf en van onze medeleerling met wie we hebben samengewerkt. Als we een webwinkel willen maken, moeten we samen sterk staan. Daarom is het belangrijk te weten wat de talenten van de anderen zijn. Straks gaan jullie met je eigen whiteboard rondwandelen in de klas en elkaar uitvragen over elkaars talenten.

Fase 2 uitvoering met ondersteuning Stap 1 Voorbereiding: welke vragen kunnen jullie straks aan elkaar stellen? Vraag hiervoor twee leerlingen om naar voren te komen en doe een kort rollenspel. Via deze oefening komen enkele nuttige vragen naar boven. Bijvoorbeeld: wat heb jij op je bordje neergeschreven? Waarom heb je dat gekozen? Wat heb jij als talent neergeschreven? Hoe komt dat? Schrijf enkele vragen op het bord neer en herhaal ze met de groep. Leg de bedoeling van de opdracht goed uit: ‘De bedoeling is dat ieder van jullie enkele andere leerlingen aanspreekt en met z’n tweeën telkens bespreekt wat op het bordje neergeschreven staat. Wisten jullie dat al? Of is het verrassend? De vragen op het bord kunnen je helpen.’

Stap 2 Alle leerlingen voeren de opdracht uit en interviewen verschillende andere leerlingen. De leerkracht zorgt ervoor dat iedereen aan het woord is en dat niemand alleen staat.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


30

Stap 3 We maken samen één digitale collage (een online Moodboard) van de talenten van onze klasgroep. Deze talenten gaan we zoveel mogelijk gebruiken om onze webwinkel te maken. Zet de leerlingen in duo’s aan het werk op de PC’s. Welke groepstalenten kunnen we gebruiken bij het maken van de webwinkel? Zet het online brainstormdocument op Padlet open en laat hen de belangrijkste talenten digitaal neerschrijven. Als er tijd is kunnen ze hun woord(en) (bijvoorbeeld als er ‘creatief’ op hun bordje stond), ook als zoekterm opzoeken in Google en de bijpassende afbeeldingen hierover opslaan op de computer en toevoegen aan de Padlet brainstorm. Dit is een goede oefening rond zoeken in Google en afbeeldingen opslaan op de computer. Voorbeelden van groepstalenten: • Samenwerken (dat is nodig om de webwinkel samen op te bouwen) • Praten (dat is nodig om reclame te maken) • Verkopen (dat is goed om onze producten aan anderen te geven) • Rekenen (dat is nodig om prijzen te bepalen, om uit te kosten te geraken…) • Creatief dingen maken (dat is nodig om artikelen te maken) • Vrienden maken (dat is nodig om ons netwerk van mensen te vergroten die artikelen willen aankopen) • Met de computer werken… • Voetballen, dingen herstellen, voor planten zorgen, mensen helpen… • Een planning maken • …

Fase 3 nabespreking - afsluitende activiteit

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


31 Een groepsfoto maken met of zonder de bordjes met de camera. Dit gebruiken we op de website van de webwinkel.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


32

7. Les 5: Welke artikelen wil de klasgroep maken? Omschrijving van de activiteit Kiezen van drie mogelijke producten die de klasgroep wil verkopen. Opgelet: we raden aan geen etenswaren (zoals chocolade, wafels …) te verkopen. (zie ‘FAVVwetgeving en hygiënewetgeving m.b.t. voeding).

Competenties Digitale competenties Productief • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk. • De leerling kan een digitale groepsfoto nemen. • De leerling kan informatie op een digitale manier verzamelen en communiceren. (brainstorm op digitale post-its).

Ondernemingscompetenties Wilskracht • De leerling stelt zich positief op om nieuwe technieken en ICT-mogelijkheden te leren (bijvoorbeeld: Tablets, smartphones, fototoestel gebruiken). • De leerling heeft een realistisch zelfbeeld met inzicht in de eigen sterktes en zwaktes en dat van de groep. Samenwerking • De leerling heeft respect voor anderen, luistert actief, laat de ander uitspreken en houdt rekening met gevoelens en de mening van anderen. • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. Projectbeheer • De leerling kan prioriteiten stellen om een doel te bereiken. • De leerling kan mee beslissingen nemen en werkt doelgericht. Creativiteit en innovatie • De leerling reikt zelf nieuwe ideeën, doelen of acties aan.

Duur 1 lesuur

Lesschema Fase Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

Opfrissing persoonlijke en groepstalenten.

leeg raster op bord werkblaadjes

klassikaal

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


33 2

3

stap 1: Trio’s

De lln denken na met welke voorwaarden ze werkblaadjes best rekening houden bij het kiezen van een tijdschriften artikel en brainstormen over mogelijke reclamefolders artikelen.

stap 2: Trio’s

De leerlingen kiezen 2 artikelen die aan de werkblad criteria voldoen.

Stap 3: klassikaal

De 6 beste artikelen worden samen in het raster geplaatst. raster op bord

klassikaal

Stemmen

en

Socrative en PC’s of tablets met de app ‘socrative student’

Materiaalvoorbereiding • • • • •

Tijdschriften Tablets of PC’s Werkblaadjes per criterium Werkblad om 2 artikelen te kiezen Website www.socrative.com inloggen en uittesten:

Hoe inloggen op Socrative? Surf op jouw computer (de computer van de leerkracht vooraan om te beamen) naar www.socrative.com en kies rechtsboven ‘teacher login’. Je kan inloggen met okanwebwinkel@gmail.com en paswoord StemmenOkan (met grote ‘S’ en grote letter ‘O’). Als je tablets gebruikt, dan moet je op elke tablet de gratis app ‘Socrative student’ downloaden. Het enige wat de jongeren dan moeten ingeven als ze deze openklikken bij ‘Room Name’ is het woord ‘webwinkel’. Hetzelfde geldt als je dit via PC doet. De leerlingen surfen naar www.socrative.com en klikken rechtsboven op ‘student login’. Daar moeten ze enkel bij ‘Room Name’ het woord ‘webwinkel’ typen. Als je als leerkracht bent ingelogd, kan je kiezen tussen verschillende ‘polls’, de eenvoudigste zijn ‘meerkeuze’ (de leerlingen kiezen tussen A, B, C, D of E) en ‘kort antwoord’ (je kan de leerlingen bijvoorbeeld ‘Ja’ en ‘Nee’ laten typen). Zodra je als leerkracht op een soort poll hebt geklikt, zien de leerlingen dit op hun website of in hun app en kunnen ze een antwoord aanduiden. Op het scherm van de leerkracht verschijnen dan onmiddellijk alle antwoorden in grafiekvorm. Daarom kan je het profiel van de leerkracht best vooraan projecteren zodat iedereen kan volgen welke letter (dus welke artikelen) de meeste stemmen haalt.

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit We kennen nu als klasgroep onze talenten (zie conclusie vorige les). Kan iemand nog enkele talenten opsommen waar we goed in zijn? We kunnen dit allemaal gebruiken om onze webwinkel vorm te geven.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


34 Maar wat willen wij als klasgroep verkopen? We kunnen niet alles verkopen. Sommige dingen zijn te duur. Andere zaken zijn te moeilijk om te maken. We moeten goed nadenken en creatief zijn.

Fase 2 uitvoering met ondersteuning Stap 1 De leerkracht vraagt aan de leerlingen met welke voorwaarden we best rekening houden alvorens we een artikel kiezen dat we willen maken en verkopen. Hierbij tekent de leerkracht een leeg raster op het bord: Artikelen ?

?

?

?

?

…. …. De leerkracht verdeelt vervolgens de groep leerlingen in groepjes van drie en deelt een aantal tijdschriften uit ter inspiratie? De leerlingen kunnen hier een aantal artikelen uit knippen. Na elke opdracht schuift eenzelfde leerling van elk groepje door naar een andere groep. Opdracht 1 Zoek 3 artikelen die je leuk vindt om te verkopen en 3 artikelen die je niet leuk vindt om te verkopen. (zie voorbeeld in bijlage). Tip: Je kan de leerlingen vragen om hun persoonlijke top 3 ‘talenten’ erbij te nemen (vb: goed kunnen naaien! Goed kunnen bouwen, kledij maken…) Geef als leerkracht zelf een aantal mogelijke ideeën als ze zelf niet gemakkelijk op ideeën komen. Bijvoorbeeld: Zeep maken, i-phone hoesjes stikken, plantjes, kruidenpotjes, armbandjes, paasversiering, krassen in glas… Conclusie: wat we verkopen, moeten we zelf leuk vinden! (Een leerling noteert dit criterium in het lege raster). Opdracht 2 Zoek 3 artikelen die duur zijn en 3 artikelen die goedkoop zijn om te verkopen (zie voorbeeld in bijlage). Conclusie: we hebben zelf niet zoveel geld, dus mag het ons niet te veel geld kosten om iets te maken! (Een leerling noteert dit criterium in het lege raster). Opdracht 3 Zoek 3 artikelen die we zelf kunnen maken en 3 artikelen die we niet zelf kunnen maken, maar moeten aankopen. Conclusie: we gaan zelf iets maken. (Een leerling noteert dit criterium in het lege raster). Voorbeeld ingevuld raster: zie bijlage.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


35

Stap 2 Kies nu zelf per groepje 2 artikelen die voor alle criteria goed zijn: • Gemakkelijk om zelf te maken • Niet duur • Leuk om te verkopen

Stap 3 Klassikale bespreking: Plaats de 6 uitgekozen artikelen in het raster en bespreek voor elk artikel of aan de criteria wordt voldaan. Zet een kruis in het raster indien oke! Zo kom je tot 2 à 3 artikelen. Over de 2 beste artikelen wordt een kringgesprek gehouden: is dat haalbaar? Hoe zouden we dat kunnen maken? Budget materiaal? Hoeveel tijd? In PO vak? Wat is de termijn? Denk je dat anderen dit zouden aankopen? Waarom wel/niet?...

Fase 3 nabespreking - afsluitende activiteit Tenslotte kan iedereen stemmen via Socrative of via de app ‘socrative student’ en zo wordt duidelijk welk product (of 2 of drie beste producten) de klas verkiest. Schrijf voor de stemming duidelijk op het bord welke letter voor welk artikel bedoeld is. A (naam artikel) B (naam artikel) C (naam artikel) D (naam artikel) E (naam artikel)

Bijlage les 5: welke artikelen gaan we verkopen? Criteria Gemaakt door de leerkrachten van OKAN- leerkrachten van het Sint-Albertuscollege te Haasrode Welke artikelen vind je leuk?

Welke artikelen vind je niet leuk?

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


36

Welke artikelen zijn duur?

Welke artikelen zijn goedkoop (= niet duur)?

Welke artikelen kunnen we zelf maken?

Welke artikelen kunnen we niet zelf maken?

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


37

ARTIKELEN

Niet te duur

Gemakkelijk om zelf maken

veel

€

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs

te Leuk om te hebben


38

8. Les 6: Voorbereiding van interviews: opstellen van de vragen Omschrijving van de activiteit Interviews voorbereiden (afhankelijk van gekozen product worden de vragen opgesteld)

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. • De leerling kan betekenis uit digitale tabellen/grafieken afleiden. Productief • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk. • De leerling staat positief tegenover het maken van een digitaal formulier. • De leerling kan een digitale vragenlijst (schriftelijk) maken. • De leerling kan informatie op een digitale manier verzamelen en communiceren. (Brainstorm op digitale post-its).

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling stelt zich positief op om nieuwe technieken en ICT-mogelijkheden te leren (bijvoorbeeld: Tablets, smartphones, fototoestel gebruiken). • De leerling concentreert zich op een taak en laat zich niet afleiden. Samenwerking • De leerling heeft respect voor anderen, luistert actief, laat de ander uitspreken en houdt rekening met gevoelens en de mening van anderen. • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. Projectbeheer • De leerling kan mee beslissingen nemen en werkt doelgericht. • De leerling kan hoofd- en bijzaken van elkaar onderscheiden. • De leerling werkt ordelijk en zorgvuldig om de opdracht uit te voeren. Creativiteit en innovatie • De leerling reikt zelf nieuwe ideeën, doelen of acties aan bij de aanmaak van de digitale vragenlijst.

Duur 2 lesuren

Lesschema Fase Organisatie

Activiteit

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs

Materiaal


39 1

klassikaal

De lln benoemen hun top 3 van gekozen / artikelen waarover ze een enquête willen afnemen.

2

stap 1: klassikaal

De leerlingen maken kennis met Google PC Formulieren.

stap 2: klassikaal en in duo’s

De lln stellen de vragen op.

bord of PC/tablet met app Padlet

stap 3: klassikaal De leerlingen voeren de vragen in en zoeken PC - Google hulpmiddelen. Formulieren en in duo’s

Materiaalvoorbereiding Vraag vooraf aan een klasleerkracht van een andere klas (liefst in het regulier onderwijs) of de klasgroep interviews mag komen afnemen aan zijn/haar leerlingen. Als je kiest voor de digitale differentiatie (Fase 2- stap 2): De leerkracht logt alle PC’s (of tablets) in op Padlet voor de online brainstorm. Open hiervoor deze link op elke computer en vooraan in de klas. Je komt meteen in een gezamenlijk online brainstormdocument. Tablets of PC’s

• • •

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit We hebben nu zelf een top 3 van favoriete artikelen die we willen maken en verkopen. Het is belangrijk te weten of andere leerlingen dat willen kopen of niet. Dit gaan we aan enkele leerlingen vragen. Wat gaan we doen? Eén of meerdere klassen bevragen aan de hand van een korte enquête met tablets. We gaan dit tijdens dit lesuur voorbereiden.

Fase 2 Uitvoering met ondersteuning Stap 1 Kennismaking met Google Formulieren We gaan samen naar deze pagina in Google via ons email-adres (klassikaal). De leerkracht laat met een voorbeeld zien dat: • je via deze weg gemakkelijk vragen kan invoeren. • dat deze antwoorden snel en automatisch worden verwerkt. • Log in op www.gmail.com met het e-mailadres okanwebwinkel@gmail.com en paswoord OnzeWebwinkel2017. • Rechts klik je op de Google Apps.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


40

• • •

Je klikt op het icoontje ‘Drive’. Bij Drive kan je links op het blauwe vakje ‘NIEUW’ klikken. Daar kies je bij ‘Meer’ het tabblad ‘Formulieren’.

Dan zie je volgend scherm:

De leerkracht geeft het formulier klassikaal een naam en stelt de vraag: wat is een goede vraag om aan andere leerlingen te stellen over dat artikel? Wat willen we te weten komen? Bijvoorbeeld: koop jij veel armbandjes? De leerkracht legt de icoontjes uit die ernaast staan om de enquête aan te vullen. (Je kan een vraag toevoegen door rechts op ‘+’ te klikken, een afbeelding erbij zetten, een video …)

Stap 2 Welke vragen gaan we stellen?

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


41

Brainstorm- De leerkracht noteert de beste vragen op het bord of leerlingen proberen zelf met enkele woorden op het bord een vraag te noteren met hulp van de leerkracht. Bijvoorbeeld: Beeld je in dat we kiezen voor een zeepproduct. Vraag 1: was jij veel je handen? Hoeveel keer per dag? Vraag 2: vind jij het belangrijk je handen te wassen? Vraag 3: geef je sneller een hand aan vrienden als je weet dat ze hun handen wassen? Vraag 4: zou jij een zeepje van ons kopen? Plan uitleggen (voor een goed doel…) Vraag 5: is de verpakking belangrijk? Vraag 6: hoeveel geld zou jij betalen? Vraag 7: welke kleuren zijn het mooist voor een stukje zeep? Digitale differentiatie bij stap 2 PC: Online moodboard en brainstorm Je kan de leerlingen per 2 vragen laten invoeren aan de online brainstorm op Padlet. Als er tijd is kunnen ze bijpassende afbeeldingen opzoeken in Google en eventueel opslaan op de computer en toevoegen aan de Padlet brainstorm. Dit is een goede oefening rond zoeken in Google en afbeeldingen opslaan op de computer. Vervolgens gaat de klasgroep op zoek naar een logische volgorde: welke vraag stellen we best eerst? Wat is de volgende vraag? De leerkracht duidt dit aan met nummers op het bord of herschikt de vragen op het bord.

Stap 3 Invoeren van elke vraag en zoeken naar hulpmiddelen • De leerkracht vraagt één leerling naar voren om de eerste vraag in te voeren. De leerkracht leest vervolgens de eerste vraag luidop. Welke hulpmiddelen kunnen ons helpen om de vragen te stellen? Bestaan er geheugensteuntjes (afbeeldingen, meerkeuzevragen … ) die ons kunnen helpen? Samen wordt de eerste vraag behandeld. Afbeelding toevoegen, enkele antwoordopties invoegen …) • Vervolgens krijgt elk duo één van de vragen toegewezen die op het bord staan met de opdracht: voer de vraag digitaal met je partner in en zoek samen welke antwoorden en afbeeldingen hierbij kunnen helpen. Een kladblad kan helpen om goede ideeën van afbeeldingen en antwoordmogelijkheden op te schrijven. • Vervolgens wordt elke vraag klassikaal overlopen en ingevoerd. Tijd over? Je kan het bij de vragenlijst over het ene artikel houden of de groep kan ook voor de andere twee artikelen uit de top 3 een vragenlijst maken om te onderzoeken of dit verkocht zou kunnen worden. Voor ieder artikel dient dan wel een ander ‘Google Formulier’ te worden opgesteld. Zo kunnen ze gerichte vragen stellen (zie voorbeeld zeepproduct bij Stap 2). De jongeren zullen dan later ook in 3 groepjes (met ieder groepje een andere vragenlijst) de andere jongeren bevragen. Je kan ervoor kiezen klassikaal meerdere formulieren samen op te stellen of om na één klassikaal gemaakte vragenlijst de jongeren per twee zelfstandig met jouw hulp een nieuwe vragenlijst te laten maken.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


42 De leerkracht verwerkt deze stap verder tegen de volgende les: afbeeldingen bij de vragenlijst plaatsen, enkele antwoordmogelijkheden als opties juister formuleren‌ Voor elke vragenlijst verzamelt de leerkracht de juiste weblinks die tijdens de interviews gebruikt zullen worden. Bijvoorbeeld: - Link armband - Link button - Link kaars - Link oorbellen Deze formulieren kan je op de Drive zetten van je Google account (bijvoorbeeld okanwebwinkel@gmail.com met paswoord OnzeWebwinkel2017).

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


43

9. Les 7: Voorbereiding van interviews: inoefenen Omschrijving van de activiteit De leerlingen bereiden zich voor op het afnemen van de vragenlijsten.

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. Productief • De leerling gebruikt de nodige fijn-motorische vaardigheden om met de tablet om te gaan. • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk. • De leerling kan informatie op een digitale manier verzamelen. (inoefenen van afname digitale vragenlijst)

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling vertoont doorzettingsvermogen om het project uit te voeren en mee vorm te geven. • De leerling stelt zich positief op om nieuwe technieken en ICT-mogelijkheden te leren (bijvoorbeeld: digitale vragenlijst op tablets afnemen). • De leerling concentreert zich op een taak en laat zich niet afleiden. • De leerling is kritisch ten aanzien van het (voorlopige) resultaat en stuurt zo nodig bij. • De leerling leert uit zijn fouten. • De leerling kan in functie van duidelijke communicatie reflecteren over taalstructurele aspecten (klanken, woorden, zinnen, spelling, betekenis …). Samenwerking • De leerling heeft respect voor anderen, luistert actief, laat de ander uitspreken en houdt rekening met gevoelens en de mening van anderen. • De leerling kan mondeling feedback verwerken en kan hier gepast op reageren. • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen bij inoefenen van afname vragenlijst. Projectbeheer • De leerling heeft voldoende inzicht in de stappen die hij/zij moet uitvoeren om een (tussen)doel te bereiken. • De leerling werkt doelgericht. • De leerling werkt ordelijk en zorgvuldig om de opdracht uit te voeren.

Duur 2 lesuren

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


44

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

stap 1: klassikaal

De lln overlopen de vragen van elke vragenlijst.

projectie van de Google Formulieren en tablets

stap 2: klassikaal

De leerlingen verkennen de tips om eventueel een filmpje een goed interview af met tips te nemen.

2

inoefenen in duo’s

De leerlingen oefenen tablets met vragenlijst in aan de hand van op google formulier een rollenspel.

3

klassikaal

Bespreking: wat liep goed en slecht? Werden de tips gebruikt?

/

Materiaalvoorbereiding Tablets Filmpje: Hoe neem ik een interview af? Welke tips bestaan er? Tips over interviewen van vlogger

• • •

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit Stap 1 De leerkracht projecteert de herwerkte vragenlijst. De vragen worden samen ‘gelezen’ aan de hand van de afbeeldingen. De leerkracht gaat na of de leerlingen alle vragen goed verstaan en kunnen stellen.

Stap 2 Je kan niet zomaar een vragenlijst afnemen. We moeten met enkele dingen rekening houden. De leerkracht toont eventueel een filmpje met enkele tips.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


45 Waarmee moeten we rekening houden? De leerkracht schrijft de tips die de leerlingen aanreiken op bord: • beleefd aanspreken: excuseer, mag ik je even storen? Heb je even tijd? Mag ik je enkele vragen stellen? • stel jezelf even voor • leg uit waarover de enquête gaat • stel je vragen duidelijk. ‘Lees’ ook de antwoordmogelijkheden voor. Je kan de tablet zo leggen, dat de andere leerling de antwoordmogelijkheden mee kan lezen. • Geef genoeg tijd om te antwoorden • Bedank de leerling op het einde van je gesprek

Fase 2 uitvoering met ondersteuning Maak duo’s en laat de leerlingen per twee de verschillende vragenlijsten inoefenen aan de hand van een rollenspel: • Eén leerling is de interviewer • Eén leerling wordt geïnterviewd Na elke vragenlijst worden de rollen omgewisseld. Tip! Het is belangrijk dat de interviewer de vragen luidop stelt. De interviewer mag meelezen, maar het is de interviewer die het gesprek leidt. Hij/zij voert de antwoorden ook digitaal in. Daarna bekijkt elk duo samen het grafiekje.

Differentiatie • Je kan er voor kiezen om duo’s slechts één vragenlijst van één artikel te laten afnemen of je kan er voor kiezen om duo’s meerdere vragenlijsten van verschillende artikelen te laten afnemen. • Je kan vragen wie van de leerlingen graag het project wil voorstellen aan de klas die geïnterviewd wordt. Je kan dit met deze leerling (of een duo) apart voorbereiden en inoefenen. Hierin zit een grote schrijf- en spreekkans! • Bijvoorbeeld: ‘ Hallo, wij zijn leerlingen uit OKAN D. Wij starten een webwinkel met onze klas. Wij hebben vier artikelen gekozen. Wij komen een aantal vragen stellen over die artikelen. Die artikelen kan je dan kopen via de webwinkel.’

Fase 3 nabespreking Bespreking: wat liep gemakkelijk? Wat liep moeilijk? Waar moeten we extra aandacht voor hebben? Werden de tips ook genoeg meegenomen tijdens het gesprek?

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


46

10. Les 8: Interviews afnemen: uitvoering Omschrijving van de activiteit De leerlingen doen een marktonderzoek en interviewen één of meerdere klassen van de school met tablets.

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. Productief • De leerling gebruikt de nodige fijn-motorische vaardigheden om met de tablet om te gaan. • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk. • De leerling kan informatie op een digitale manier verzamelen. (afname digitale vragenlijst)

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling vertoont doorzettingsvermogen om het project uit te voeren en mee vorm te geven. • De leerling concentreert zich op een taak en laat zich niet afleiden. Samenwerking • De leerling heeft respect voor anderen, luistert actief, laat de ander uitspreken en houdt rekening met gevoelens en de mening van anderen. • De leerling kan mondeling feedback verwerken en kan hier gepast op reageren. • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen bij de inoefening van afname vragenlijst. Projectbeheer • De leerling werkt doelgericht. • De leerling werkt ordelijk en zorgvuldig om de opdracht uit te voeren.

Duur 1 of meerdere lesuren

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

klassikaal

Eén of enkele leerlingen hulpkaartje stellen het project en de klasgroep voor.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


47

2

duo’s

De leerlingen nemen de tablets met vragenlijst op vragenlijst af. google formulier

3

Klassikaal

Eén of enkele leerlingen / bedanken de klas voor hun tijd en antwoorden.

Materiaalvoorbereiding • • • • •

Tablets Goede afspraken met de leerkracht van de klas die wordt geïnterviewd. Tip: vraag aan de klastitularis om de banken en stoelen alvast te hergroeperen, zodat de interviews in duo’s gemakkelijk kunnen worden afgenomen. Hulpkaartje als geheugensteun voor de leerlingen die het project en het doel van het interview kort voorstellen. Wifi op school

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit Eén of meerdere leerlingen stellen het project en het doel van het interview voor aan de klas die geïnterviewd wordt. Ze gebruiken hiervoor een hulpkaartje met tekst die ze vooraf met de leerkracht hebben neergeschreven.

Fase 2 uitvoering met ondersteuning Elke leerling neemt een interview af met een leerling van de andere klas. Je kan hierin kiezen: • Ofwel neemt een leerling dezelfde vragenlijst (van één artikel) af met verschillende leerlingen. • Ofwel neemt een leerling verschillende vragenlijsten (van meerdere artikelen) af met eenzelfde leerling. • Ofwel neemt een leerling verschillende vragenlijsten af met verschillende leerlingen.

Fase 3: nabespreking De leerlingen bedanken de klas!

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


48

11. Les 9: Bespreking uitslag enquête Omschrijving van de activiteit De leerlingen beslissen op basis van het marktonderzoek welke artikelen ze gaan produceren.

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. • De leerling kan grafieken interpreteren en de betekenis uit tabellen afleiden.

Ondernemingscompetenties Samenwerking • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen bij interpreteren van grafieken en taartdiagrammen. Projectbeheer • De leerling kan wiskundige bewerkingen en handelingen functioneel inzetten.

Duur 1 lesuur

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

klassikaal

Bespreking

/

2

Stap 1: Klassikaal (eventueel daarna in duo’s)

De leerlingen interpreteren de taartdiagrammen.

projectie Google Formulieren

Stap 2: Klassikaal

De leerlingen vatten de conclusies samen in een tabel.

Klassikaal

De leerlingen kiezen de artikelen.

3

tabel op bord

/

Materiaalvoorbereiding • •

Bord Projectie Google Formulieren

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


49

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit Klassikale bespreking: wat liep goed? Wat liep minder vlot? • Bij de presentatie • Bij het afnemen van de vragenlijsten Werden de tips toegepast? Wat leren we hieruit?

Fase 2: uitvoering met ondersteuning Stap 1 De leerkracht projecteert achtereenvolgens de uitslag van alle taartdiagrammen op het grote scherm en samen worden de diagrammen besproken. De leerkracht stelt gevarieerde vragen zodat de leerlingen de diagrammen leren interpreteren. Differentiatie Na enkele oefeningen die klassikaal gebeuren, kan je er voor kiezen om de leerlingen in duo’s aan de hand van een werkblaadje met hulpvragen zelf enkele vragen te laten oplossen.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


50

Stap 2 De leerkracht schrijft de belangrijkste conclusies in een tabel op het bord. Hierbij wordt rekening gehouden met de criteria die de leerlingen vooraf hebben opgesteld (kostprijs materiaal, gemakkelijk veel aan te maken, leuk om te hebben - zie les 5: welke artikelen gaan we verkopen? Criteria). Voorbeeld: kort overzichtje resultaten interviews OKAN Salco Armband 20 reacties

Button 14 reacties

Kaarsen 21 reacties

100 percent mooi!

57 percent zegt: geen button

Zonder en met parels 50-50

Hoeveel buttons zou je kopen? 2 1 à 2 euro

50-50: ja –nee op vraag: koop jij kaars (misschien eerder de mama) Voor verjaardag/feest

Tss 2-5 euro Zwart, blauw, kleur van een vlag

Met dier of een symbool

3 euro Vanille –lavendel Rood – geel

oorbellen 13 reacties (vooral jongens) Nooit/af en toe oorbellen dragen

sleutelhangers 13 reacties (vooral jongens) 100 percent zou sleutelhangers kopen

72 percent zou oorbellen kopen! Zwart-roodgroen 3 euro

Dier

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs

3 euro (50 percent) blauw


51 2 kleuren

Blauw (en geel) Rood – geel

Fase 3 nabespreking - afsluitende activiteit De leerlingen kiezen op basis van de tabel welke artikelen zij gaan maken.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


52

12. Les 10: Kennismaking met de webpagina’s Omschrijving van de activiteit Verkennen van de ‘Backside’ van de webwinkel en de webpagina: wat kunnen we allemaal doen?

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. Productief • De leerling gebruikt de nodige fijn-motorische vaardigheden om met de tablet om te gaan. • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk. • De leerling kan een digitale tekst, foto maken. • De leerling kan structuur aanbrengen in digitaal materiaal. (bijvoorbeeld foto’s opslaan in een mapje). • De leerling kan informatie op een digitale manier verzamelen en communiceren.

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling vertoont doorzettingsvermogen om het project uit te voeren en mee vorm te geven. • De leerling wendt zijn talenten en competenties aan om een opdracht aan te pakken. • De leerling stelt zich open en positief op om nieuwe technieken en ICT-mogelijkheden te leren (bijvoorbeeld: leren omgaan met Backside van de webwinkel). • De leerling concentreert zich op een taak en laat zich niet afleiden. Samenwerking • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen bij het verkennen van de Backside. Projectbeheer • De leerling bedenkt al doende wat hij kan ondernemen om de taak tot een goed einde te brengen. • De leerling werkt oplossingsgericht en maakt gebruik van strategieën om een probleem op te lossen. • De leerling werkt ordelijk en zorgvuldig om de opdracht uit te voeren. • De leerling kan het geleerde ook in andere contexten toepassen. Creativiteit en innovatie • De leerling reikt zelf nieuwe ideeën, doelen of acties aan bij de aanmaak van de webwinkel.

Duur 2 lesuren

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


53

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

klassikaal

Opfrissing: wat hebben we al gedaan?

/

2

in duo’s

Exploreren van de verschillende functies

PC’s login-kaartjes

3

in duo’s

de groepsfoto op de backside plaatsen

PC’s

Materiaalvoorbereiding • •

PC-klas Login-kaartjes met website en paswoord

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit Opfrissing: wat hebben we reeds gedaan? Samen webwinkels bekeken, gezocht naar talenten die we kunnen inzetten om de webwinkel te maken, foto’s gemaakt van onszelf om op de webwinkel te zetten, leerlingen bevraagd wat zij zouden willen kopen via digitale vragenlijsten en beslist wat we gaan maken om te verkopen via de webwinkel!

Fase 2 uitvoering met ondersteuning Stap 1 Bekijk samen de ‘voorlopige versie’ van de online webwinkel. Laat de leerlingen hiervoor zelfstandig (per twee) surfen naar www.mijnwebwinkel.nl/winkel/okan/ door hen het webadres op een kaartje te geven. Laat de leerlingen proberen tekst of foto’s te veranderen in de website. Dit lukt niet, want hiervoor moet je een andere toegang hebben, een toegang om de website te ‘bouwen’. Daarom gaan we naar de ‘backsite’ van de webwinkel, waarin we tekst en foto’s van de website kunnen aanpassen.

Stap 2 Zie bijlage: ‘Stappenplan: aan de slag met de webwinkel’

Fase 3: nabespreking - afsluitende activiteit De leerlingen plaatsen samen de groepsfoto op de welkomstpagina als evaluatie.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


54

Bijlage les 10: kennismaking met de webpagina’s. Stappenplan - Aan de slag met de webwinkel Surf naar www.mijnwebwinkel.nl Klik rechtsboven op LOGIN

Login met de inloggegevens • okanwebwinkel@gmail.com • OkanWebwinkel2017

Dit is het ‘dashboard’ of de ‘backsite’, waarop alle instellingen van onze webwinkel gebeuren.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


55

Als je rechtsboven op ‘/winkel/okan/’ klikt, dan opent de website van webwinkel in een nieuw tabblad. Dit is handig om steeds te kijken welke aanpassingen er aan de webwinkel gedaan werden.

De instellingen waarmee we aan de slag gaan, bevinden zich in de linkerkolom. Klik op ‘+’ om de instellingsmogelijkheden per thema te zien verschijnen.

1. Bezoekers Bij ‘Berichten’ komen de berichten die bezoekers van onze webwinkel plaatsen in het online contactformulier op de webwinkel bij ‘Contact’. Oefening

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


56 Laat iemand van de klas op onze website van de winkel een kort bericht sturen. Ze zullen dit bericht zien verschijnen bij ‘Berichten’ in het dashboard.

Als ze rechts naast het bericht op het icoontje ‘Bericht details’ klikken, kunnen ze het e-mailadres van de afzender zien en dan kunnen ze via hun gmail-account (okanwebwinkel@gmail.com) de afzender terug contacteren. De andere opties ‘Gastenboek’, ‘Statistieken’ en ‘Bronnen’ komen niet aan bod, want deze worden niet actief gebruikt voor onze webwinkel.

2. Inhoud Bij ‘Afbeeldingen’ moeten alle foto’s geplaatst worden die we op de website willen gebruiken. Bekijk klassikaal welke foto’s momenteel op de webwinkel te vinden zijn en klik daarna op ‘Afbeeldingen’ om te tonen dat deze hier allemaal zijn opgeslagen. Opgelet: gebruik alleen foto’s die je zelf maakte of afbeeldingen die je op websites met auteursvrije afbeeldingen vindt of die je op Google bij ‘gelabeld voor hergebruik’ vindt.

Oefening Laat de jongeren een foto zoeken op een auteursvrije website. De zoektermen die ze kunnen gebruiken zijn ‘winkelen’, ‘shoppen’, ‘webshop’. Laat hen deze foto opslaan op de computer en deze moeten ze daarna bij ‘Afbeeldingen’ op de backsite toevoegen. Klassikaal wordt besproken welke foto’s in de lay-out passen en een plaatsje verdienen op de website.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


57 Bij ‘Pagina’s vind je een overzicht van de verschillende pagina’s die onze webwinkel bevat. Klik op een pagina om de tekst of afbeeldingen aan te passen bij ‘Algemeen’. Vergeet niet op ‘Opslaan’ te klikken om je aanpassingen te bewaren.

Oefening (klassikaal) Klik op de pagina ‘Wie zijn wij?’ en verbeter de foute tekst klassikaal. Kik onderaan op ‘Opslaan’ om de aanpassingen te bewaren. Bekijk meteen het resultaat op de webwinkel.

Bij ‘Artikelen’ voegen we later de foto’s en informatie van nieuwe producten toe. Het is belangrijk de naam ‘Artikelen’ aan te duiden in het rechtervak, want dit is de pagina waar de artikelen dienen te komen staan. Bekijk klassikaal welke gegevens er bij het product staan. (foto, naam product, info, prijs)

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


58

De andere opties ‘Voorraadbeheer’ en ‘Keuzelijsten’ komen niet aan bod, want deze zullen niet actief gebruikt worden voor onze webwinkel.

3. Instellingen ‘Vormgeving’ is de enige optie die we actief gaan gebruiken. Daar gaan we enkel met de zwarte blokken ‘Logomaker’ en ‘Template selecteren’ aan de slag.

Oefening Toon enkele logo’s van bekende merken (Nike, Adidas, Domino’s Pizza, Apple…). Nu gaan wij ook een logo maken voor onze webwinkel. Klik bij ‘Vormgeving’ op het blokje ‘Logomaker’. Toon de leerlingen 3 voorbeelden van mogelijke logo’s door bij afbeelding te kijken onder de naam ‘present’, ‘world’ of ‘love’ (andere trefwoorden kunnen ook).

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


59

Vul bij ‘winkelnaam’: Okan in en bij ‘Onderschrift’: Webwinkel Je kan een kleurenschema kiezen dat past bij de website. Klik onderaan op de groene knop ‘Logo opslaan en gebruiken in de header’. Bekijk het nieuwe logo op de website van de webwinkel.

Oefening Op de pagina onderaan bij ‘Templates’ kunnen jullie klassikaal ‘Template selecteren’ kiezen. Je kan de zes verschillende templates tonen en er kan gestemd worden op welke template uiteindelijk wint. Afsluitende Oefening Herhaling: Hoe kunnen we onze groepsfoto toevoegen aan de pagina ‘Wie zijn wij’? Oplossing: Ga bij ‘Inhoud’ naar ‘Afbeeldingen’ en voeg de groepsfoto toe. Ga bij ‘Inhoud’ naar ‘Pagina’s en klik op de pagina ‘Wie zijn wij?’ Verwijder de bestaande foto.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


60 Voeg de nieuwe foto toe onder de tekst door op het icoontje van afbeelding te klikken. Klik op ‘Bladeren op server’ om de groepsfoto te zoeken die in een vorige stap aan de server van de backsite werd toegevoegd. De andere instellingen kan je zo laten. Klik op de groene knop ‘OK’.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


61

13. Les 11: ‘Wie zijn wij?’ en Wat gaan we met de opbrengst doen? Omschrijving van de activiteit De leerlingen vullen de eerste webpagina ‘wie zijn wij?’ in en beslissen wat ze met de opbrengst van het geld willen doen.

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. Productief • De leerling gebruikt de nodige fijn-motorische vaardigheden om met de tablet/PC om te gaan. • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk. • De leerling kan een digitale tekst maken (post-its) • De leerling kan structuur aanbrengen in digitaal materiaal. (bijvoorbeeld foto’s opslaan in een mapje) • De leerling kan informatie op een digitale manier verzamelen en communiceren (info verzamelen via digitale post-its, webwinkel verder aanmaken). • De leerling kan doelgericht relevante informatie uit verschillende digitale bronnen selecteren ( websites van goede doelen verkennen).

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling vertoont doorzettingsvermogen om het project uit te voeren en mee vorm te geven. • De leerling wendt zijn talenten en competenties aan om een opdracht aan te pakken. • De leerling stelt zich open en positief op om nieuwe technieken en ICT-mogelijkheden te leren (bijvoorbeeld: leren omgaan met Backside van de webwinkel, digitaal leren stemmen). • De leerling concentreert zich op een taak en laat zich niet afleiden. • De leerling is kritisch ten aanzien van het (voorlopige) resultaat en stuurt zo nodig bij. Samenwerking • De leerling heeft respect voor anderen, luistert actief, laat de ander uitspreken en houdt rekening met hun meningen. • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen bij het verkennen van de Backside. • De leerling maakt zijn eigen standpunten duidelijk. Hij kan zijn eigen mening mondeling uiten. Hij aanvaardt kritiek op zijn eigen standpunt en komt constructief voor zichzelf op wanneer hij het niet eens is met anderen. Projectbeheer • De leerling kan mee beslissingen nemen en werkt doelgericht. • De leerling werkt oplossingsgericht en maakt gebruik van strategieën om een probleem op te lossen.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


62 • De leerling werkt ordelijk en zorgvuldig om de opdracht uit te voeren. Creativiteit en innovatie • De leerling reikt zelf nieuwe ideeën, doelen of acties aan bij de aanmaak van de webwinkel.

Duur 2 lesuren

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

1

stap 1: klassikaal en individueel

De lln plaatsen de indiv. foto’s bij afbeeldingen eigen foto op ‘wie zijn PC we?’.

stap 2: klassikaal

Wat doen we met het bord geld? 2 opties

stap 1: kleine groepjes

Verkennen van goede werkblad met websites of doelen. filmpjes

stap 2: klassikaal of duo’s

Brainstorm van activiteiten.

(digitale) post-its

individueel

de lln beslissen voor wat ze het geld innen.

bord of Kahoot! www.socrative.com

2

3

Materiaal

of

Materiaalvoorbereiding PC-klas Individuele foto’s op enkele USB-sticks voorzien Werkblad met websites of filmpjes (leerkracht) Socrative of Kahoot!

• • • •

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit Stap 1 Herhalingsoefening We gaan onze eigen foto plaatsen op de pagina ‘Wie zijn wij?’ van de ‘Backsite’ van de webwinkel. In de les over eigen talenten en talenten van de groep hebben we foto’s gemaakt van onszelf en van de groep. We gaan die foto’s ‘uploaden’. Zo kunnen de andere leerlingen van de school ons leren kennen via onze naam en foto. Zo weten zij wie de webwinkel heeft opgericht.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


63 • • • • • •

Eerst moeten de afbeeldingen op de computers van de jongeren geplaatst worden. Hiervoor dient elke leerling een mapje aan te maken op zijn computer waarin de foto geplaatst kan worden. De foto’s worden via USB-stick door de jongere op de computer geplaatst. Laat de jongeren hun foto met hun talent toevoegen bij ‘Afbeeldingen’ van de ‘Backsite’. Ga daarna naar ‘Pagina’s en kies de pagina ‘Wie zijn wij?’, want hier moeten de foto’s komen. Klik op het tabblad ‘Slideshow’ en klik op ‘Nieuwe slideshow maken’. Neem als titel ‘Onze klas’. De andere instellingen zijn in orde, die kan je zo laten. Klik op de groene knop ‘Opslaan’. Bekijk het resultaat van de slideshow op de website van de webwinkel.

Klik daarna beneden op ‘nieuwe afbeelding’ en voeg foto per foto van de leerlingen toe. Dit wordt dan een ‘slideshow’ zoals op de startpagina.

Stap 2 Met de verkoop, innen we geld. Wat gaan we met dat geld doen? Er zijn twee opties (Schrijf beide opties op het bord): 1. kiezen voor een goed doel 2. kiezen voor een ontspannende activiteit voor onszelf We gaan beide opties bekijken.

Fase 2 uitvoering met ondersteuning Stap 1 Eerste optie: wat is een ‘goed doel’? Peil bij de leerlingen of zij dit woord kennen. Wat betekent dat? Deel een werkblad uit met drie verschillende websites van ‘goede doelen’ en vraag hen in kleine groepjes enkele vragen te bekijken: • Wat is de naam van de organisatie? • Wat doet de organisatie?

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


64 • •

Waar werkt de organisatie? …

Tip: probeer een variatie van (inter)nationale en lokale organisaties aan te bieden. Differentiatie Je kan, in de plaats van een werkblad met websites, een werkblad opstellen met enkele linken naar filmpjes/beeldmateriaal waarbij de organisatie wordt voorgesteld. Laat hen in kleine groepjes deze filmpjes bekijken. Tip: tracht de filmpjes niet klassikaal aan te bieden, maar spoor de leerlingen aan zelf op verkenning te gaan. Voorbeelden • Vluchtelingenhuis Leuven • ‘t Lampeke • Unicef • 11.11.11 • Cliniclowns • Greenpeace • Artsen zonder grenzen • Vluchtelingenwerk Vlaanderen Klassikale bespreking: Welke organisaties hebben jullie bekeken? Wat doen zij? Wat betekent nu ‘een goed doel’?

Stap 2 Tweede optie: ‘Welke fijne activiteiten kunnen we doen?’ We kunnen het geld ook gebruiken voor onszelf. Brainstorm samen over enkele leuke activiteiten die niet te duur zijn. Je kan hen (digitale) post-its laten invullen. Enkele voorbeelden: ijsje eten, iets gaan drinken, naar de film gaan…

Fase 3: nabespreking - afsluitende activiteit De leerlingen beslissen op basis van de resultaten van de stemming waarvoor ze het geld innen. Beslis klassikaal via een stemming of de leerlingen voor een goed doel kiezen, dan wel voor een eigen activiteit. Vervolgens kan je digitaal stemmen voor welk goed doel/welke activiteit de klas geld gaat verzamelen. Je kan hiervoor Kahoot! gebruiken of met Socrative werken. Hoe inloggen op Socrative? Surf op jouw computer (de computer van de leerkracht vooraan om te projecteren) naar www.socrative.com en kies rechtsboven ‘teacher login’. Je kan inloggen met okanwebwinkel@gmail.com en paswoord StemmenOkan (met grote ‘s’ en grote letter ‘o’).

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


65 Als je tablets gebruikt, dan moet je op elke tablet de gratis app ‘Socrative student’ downloaden. Het enige wat de jongeren dan moeten ingeven als ze deze openklikken bij ‘Room Name’ is het woord ‘webwinkel’. Hetzelfde als je dit via PC doet. De leerlingen moeten dan surfen naar www.socrative.com en rechtsboven klikken op ‘student login’. Daar moeten ze enkel bij ‘Room Name’ het woord ‘webwinkel’ typen. Als je als leerkracht bent ingelogd, kan je kiezen tussen verschillende ‘polls’, de eenvoudigste zijn ‘meerkeuze’ (de leerlingen kiezen tussen A, B, C, D of E) en ‘kort antwoord’ (je kan de leerlingen bijvoorbeeld ‘Ja’ en ‘Nee’ laten typen). Zodra je als leerkracht op een soort poll hebt geklikt, kunnen de leerlingen dit zien op hun website of in hun app en kunnen ze een antwoord aanduiden. Op het scherm van de leerkracht verschijnen dan onmiddellijk alle antwoorden in grafiekvorm. Daarom kan je het profiel van de leerkracht best vooraan beamen zodat iedereen kan volgen welke letter (dus welke optie) de meeste stemmen haalt. Als er tijd over is, wordt dit meteen klassikaal op de ‘backsite’ van de webwinkel ingevuld bij de pagina ‘Goede doel’ of ‘Wat doen we met het geld?’ => De leerlingen kunnen op het internet surfen en een bijpassende foto zoeken. Deze kan de leerkracht daarna toevoegen aan de pagina ‘Goede doel’.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


66

14. Les 12: Praktische afspraken maken - leren plannen

Omschrijving van de activiteit De leerlingen maken praktische afspraken en plannen enkele activiteiten in de agenda.

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. • De leerling kan grafieken/tabellen interpreteren. Productief • De leerling kan structuur aanbrengen in digitaal materiaal.

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling vertoont doorzettingsvermogen om het project uit te voeren en mee vorm te geven. • De leerling stelt zich open en positief op om nieuwe technieken en ICT-mogelijkheden te leren (bijvoorbeeld: leren omgaan met een digitale agenda). • De leerling concentreert zich op een taak en laat zich niet afleiden. • De leerling heeft een realistisch zelfbeeld met inzicht in de eigen sterktes en zwaktes (vacature). Samenwerking • De leerling heeft respect voor anderen, luistert actief, laat de ander uitspreken en houdt rekening met hun meningen. • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen bij het verkennen van de agenda. • De leerling neemt actief deel en constructief deel aan groepswerk en houdt zich aan afspraken tijdens het samenwerken. • De leerling maakt zijn eigen standpunten duidelijk. Hij kan zijn eigen mening mondeling uiten. Hij aanvaardt kritiek op zijn eigen standpunt en komt constructief voor zichzelf op wanneer hij het niet eens is met anderen. Projectbeheer • De leerling kan prioriteiten stellen om een doel te bereiken. • De leerling kan mee beslissingen nemen en werkt doelgericht. • De leerling heeft voldoende inzicht in de stappen die hij moet uitvoeren om een (tussen)doel te bereiken. • De leerling blikt vooruit. • De leerling kan aangeven welke resultaten hij wil behalen. • De leerling maakt een haalbare taakplanning. • De leerling werkt ordelijk en zorgvuldig om de opdracht uit te voeren.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


67

Duur 2 lesuren

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

Per vier

Verzinnen van vragen per werkdomein: wat moeten we uitwerken?

afbeeldingen van ‘werkdomeinen’, kaartjes met enkele vragen, lege kaartjes om extra vragen te noteren

2

Per vier gaan we verder Leren lezen van de tijdsroosters van Google ingaan op 1 werkdomein: tabel - oefenen Agenda plannen/tijd bewaken Beslissen van rode vlaggen-stickers enkele deadlines

3

Klassikaal

Samen beslissen wie de tijdsbewaker wordt.

taken op een kaartje en broche van tijdsbewaker

Materiaalvoorbereiding Afbeeldingen van werkdomeinen Kaartjes met de vragen per domein Lege kaartjes waarop de leerlingen extra vragen kunnen schrijven. Tijdsroosters van Google Agenda (uitprint en digitaal). Hierin staan al enkele belangrijke schoolmomenten: de paasvakantie, de feestdagen, de dagen waarop we werken aan onze webshop. Rode vlaggen-stickers/bolletjes De vacature: een overzichtje van taken en capaciteiten van tijdsbewaker en ‘label-broche’ van tijdsbewaker

• • • • • •

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit Stap 1 Tijd voor wat planning! Maak duo’s. Deel aan elk duo een aantal afbeeldingen van ‘werkdomeinen’ uit waar we aandacht aan moeten besteden tijdens het maken van onze webwinkel.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


68 Deel ook aan elk duo een aantal vragen/acties uit die op aparte kaartjes staan. De duo’s overlopen de vragen/acties en duiden de vragen/acties aan die ze niet begrijpen. Dit wordt klassikaal overlopen. Vervolgens denken de leerlingen per twee na welke vragen/acties bij welk domein horen. Ze plaatsen de vragen/acties dus bij het juiste werkdomein. Tenslotte kunnen de leerlingen extra vragen/acties op lege kaartjes schrijven. Bijvoorbeeld: werkdomeinen

Mogelijke vragen/acties

• • • •

Prijzen bepalen: hoeveel kost een artikel? Waar gaan we geld verzamelen? Hoe duur zijn de materialen? Wie houdt het geld bij? ...

• • •

De voorraad (aan)vullen (Her)bestelling van benodigdheden Nieuwe artikelen maken

• • • •

Wanneer gaan we open? Wanneer zijn de eerste artikelen klaar? Wanneer reclame maken? Hoe organiseren we ons?

Zorgen voor het geld/ financiën

Artikelen (her)maken (dit domein wordt in de les PO en Techniek uitgewerkt)

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


69 Planning • •

Wanneer maken we reclame? Hoe? (een facebookpagina, een voorstelling maken, affiches ophangen, Mondeling tijdens de pauze leerlingen aanspreken ….)

• • • • •

Wanneer gaan we openen? Hoeveel keer laten afhalen? Hoe gaan we ons organiseren? Beurtrol? Inkleding van dit moment? Reclame maken tijdens afhaalmoment?

• • •

Beantwoorden van mailtjes Klantgerichtheid De webwinkelpagina’s aanpassen (de lay-out verzorgen, nieuwe afbeeldingen van artikelen plaatsen...) Opvolgen van een facebookpagina

Publiciteit/reclame

Afhaalplaats en afhaaltijden

• Communicatie

In de volgende lessen gaan we telkens één domein verder uitdiepen. Dan gaan we ook telkens een ‘rol/taak’ aan iemand toeschrijven.

Stap 2 We gaan samen nu in op 1 domein: algemene planning- de TIJD bewaken!

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


70 • • • •

Wanneer gaan we open? Wanneer zijn de eerste artikelen klaar? Wanneer reclame maken? Hoe gaan we ons organiseren?

Planning

Fase 2 uitvoering met ondersteuning De leerkracht deelt enkele uitgeprinte versies van de Google Agenda uit en projecteert dit ook in het groot (je kan de leerlingen ook in duo’s laten surfen naar Google agenda, zodat ze de oefening digitaal uitvoeren).

Log je hiervoor eerst met de google-account in en zoek naar dit icoontje: ). Schrijf onderstaande vragen op het bord met een aantal vlaggen, die voor bepaalde streefdoelen staan: •

wanneer moet het eerste artikel klaar zijn?

wanneer willen we starten met verkopen?

wanneer starten we met reclame te maken?

wanneer moet de website klaar zijn?

De leerkracht legt het doel van de les uit: de vlaggen moeten in de Google Agenda komen. De vlaggen helpen ons om het overzicht én de tijd goed te bewaken. De leerlingen verdelen zich in groepjes van vier.

Stap 1 Oefening: hoe moeten we de Google Agenda leren lezen? De leerkracht geeft een aantal vragen aan elke groep. • • • • • • • •

Duid op het rooster aan welke dag het vandaag is. Duid aan wanneer het zaterdag is. Wanneer start volgende week? Ik ben jarig op 6 mei. Wanneer is dat? Wanneer begint en eindigt de paasvakantie? Wanneer is het weekend? Op welke dag start de nieuwe maand? ...

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


71

Stap 2 Oefening: deadlines kiezen Elke groep krijgt 1 rooster en telkens een aantal vlaggen/stickers: ze plakken dit op het rooster. Nadat de groepjes telkens 1 sticker hebben geplakt, wordt dit klassikaal besproken en wordt beslist waar de vlag uiteindelijk in het tijdsrooster komt. De leerkracht of een leerling plakt de definitieve sticker op het klassikale tijdsrooster op het bord.

Fase 3 ‘Gezocht voor onze webwinkel’ De leerkracht projecteer de eerste vacature.

We zoeken iemand die deze planning graag in het oog houdt. Iemand die de tijd kan bewaken en die er voor zorgt dat we onze vlaggen, doelen halen. Welke taken ga jij uitvoeren? Bijvoorbeeld: • Je zorgt ervoor dat je het tijdsrooster altijd bij hebt. • Je zorgt ervoor dat het tijdsrooster zichtbaar in de klas ophangt. Je mag zelf voor de ‘lay-out’ zorgen. • Je zorgt ervoor dat je een overzicht hebt van de verschillende taken die we moeten uitvoeren. • Je waarschuwt de groep wanneer de rode vlag dichterbij komt. Bijvoorbeeld: ‘we moeten verder werken aan het maken van het eerste artikel, anders kunnen we dit niet verkopen op X (datum)’. • Je zoekt uit wat er nog moet gebeuren. • Je zegt als er sneller moet worden doorgewerkt. We zoeken iemand die: • Goed vooruit kan denken • Anderen kan motiveren om door te werken • Goed kan samenwerken, sociaal is • Tegen tijdsdruk en stress kan • … Wie van de klas zou deze taak goed kunnen uitvoeren? Wie wordt onze planner?

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


72 De leerlingen beslissen samen via overleg (of je kan opnieuw digitaal stemmen). Deze persoon krijgt een broche opgespeld en een lijstje van taken en capaciteiten.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


73

15. Les 13: Prijzen bepalen Omschrijving van de activiteit De leerlingen bepalen prijzen (rekening houdend met hun marktonderzoek)

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan relevante informatie raadplegen uit digitale bronnen. • De leerling kan grafieken/tabellen/taartdiagrammen interpreteren.

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling vertoont doorzettingsvermogen om het project uit te voeren en mee vorm te geven. • De leerling wendt zijn talenten en competenties aan om een opdracht aan te pakken. Samenwerking • De leerling heeft respect voor anderen, luistert actief, laat de ander uitspreken en houdt rekening met hun meningen. • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen bij het bepalen van prijzen. • De leerling neemt actief deel en constructief deel aan groepswerk en houdt zich aan afspraken tijdens het samenwerken. • De leerling maakt zijn eigen standpunten duidelijk. Hij kan zijn eigen mening mondeling uiten. Hij aanvaardt kritiek op zijn eigen standpunt en komt constructief voor zichzelf op wanneer hij het niet eens is met anderen. Projectbeheer • De leerling kan mee beslissingen nemen en werkt doelgericht. • De leerling kan wiskundige bewerkingen en handelingen functioneel inzetten.

Duur 1 lesuur

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

Klassikaal

Wat is duur? wat is goedkoop? Waar geven wij geld aan uit?

eventueel filmpje bord: tabel duur-goedkoop

2

Klassikaal en daarna in 2 Stap 1: leren lezen van projectie: taartdiagram groepen de taartdiagrammen en van ‘hoeveel geld wil je betalen bepalen van een prijs voor:

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


74 -een kaars, een armband, een sleutelhanger? werkblad de doos met reeds gemaakte artikelen 3

Klassikaal

Samen beslissen wat de bord definitieve prijzen voor sleutelhanger/kaars en armband zullen zijn.

Materiaalvoorbereiding • • • •

Projecties vanuit de google formulieren: ‘hoeveel wil je betalen voor…’, met de grafiekjes erbij Werkblad met taartdiagrammen van marktonderzoek Doos sleutelhangers Filmpje over ‘waaraan geef je geld uit?’

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit De leerkracht houdt een gesprekje met de klas over ‘omgaan met geld’. Je kan dit inleiden met een foto of filmpje. Waar geef jij geld aan? X geeft geld aan… X belt veel. Dat kost veel geld.

X geeft geld aan schoenen. Dat is duur…

Maak een tabel op het bord: “duur - goedkoop” en breng een aantal voorbeelden aan. Bijvoorbeeld: Hoeveel zou de nieuwste smartphone kosten? (projecteer dit) Is dat duur? Of is dat niet duur? Een ander woord voor ‘niet duur’ is goedkoop. Laat de leerlingen de zaken waar zij geld aan geven in de juiste kolom neerschrijven (duur/goedkoop) en discussieer waarom ze dat duur of goedkoop vinden.

Fase 2 uitvoering met ondersteuning Wij gaan nu in onze webwinkel artikelen verkopen en moeten beslissen hoeveel geld we hiervoor vragen. Het mag niet te duur zijn, anders wordt er niets gekocht en ook niet te goedkoop. Al dat geld gaan we samenbrengen en geven aan het goede doel dat we gekozen hebben: tegen de hongersnood in Afrika. In de volgende lessen gaan we ons met volgende vragen bezig houden: werkdomeinen

Mogelijke vragen/acties

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


75 • • • • •

Prijzen bepalen: hoeveel kost een artikel? Waar gaan we geld verzamelen? Hoe duur zijn de materialen? Wie houdt het geld bij? ...

Zorgen voor het geld/ financiën Vandaag richten we ons op de eerste vraag: ‘Hoeveel gaat een artikel kosten?’ We gaan nu beslissen hoeveel geld ze voor elk artikel moeten betalen (schrijf op bord: wat is de prijs?).

Wat is de prijs? Neem de doos met artikelen die de klas reeds heeft gemaakt (in dit geval: sleutelhangers.). We hebben deze sleutelhangers al gemaakt. We gaan hier een prijs aan moeten geven. Maar hoeveel? Welke prijs zetten we hier op? Klassikale oefening Deel een werkblad uit met de taartdiagram van de sleutelhangers en een aantal vragen. Doe deze oefening klassikaal: ‘Laten we eens terugkijken naar ons marktonderzoekje: we hebben een tijdje geleden aan de leerlingen van het zesde middelbaar gevraagd hoeveel zij willen betalen voor een sleutelhanger.’ Projecteer de taart (zie google drive van okanwebwinkel@gmail.com):

Laat ze eerst per twee op het werkblad een antwoord zoeken op enkele vragen. Geef de leerlingen even de tijd om zelf per twee te zoeken. • Hoeveel percent van de leerlingen wil 4 euro betalen? • Hoeveel percent van de leerlingen wil 5 euro betalen? • Hoeveel euro wil de grootste groep leerlingen betalen? ‘Aan welke prijs verkopen we dan best onze sleutelhangers? Is iedereen akkoord?’ Laat de leerlingen op het werkblad onderaan de zin verder invullen: ‘Wij willen de sleutelhangers verkopen aan ………. euro’. Oefening in subgroepjes

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


76 Splits de groep vervolgens op in 2 subgroepen en laat elke subgroep dezelfde oefening maken voor ‘Kaarsen maken’ en voor ‘armbandjes maken’. De ene groep interpreteert de grafiek van de kaarsen maken a.d.h.v. een aantal hulpvraagjes (zie boven) en maakt een voorstel van prijs. Je kan op het werkblad onderaan opnieuw dezelfde zin formuleren: ‘Wij willen de kaarsen verkopen aan ………. Euro’. De andere groep doet hetzelfde voor de armbandjes. Klassikale bespreking Bespreek daarna met beide subgroepen welke prijs zij hebben bepaald en waarom.

Fase 3: Nabespreking - afsluitende activiteit Formuleer samen de conclusie op bord en zet er een afbeelding telkens ter ondersteuning bij:

We verkopen de sleutelhangers (met afbeelding van hun smiley-sleutelhanger aan …. Euro.

We verkopen de armbanden (met afbeelding van armband

We verkopen de kaarsen (met afbeelding van kaars

)

) aan …. Euro.

) aan …. Euro.

We gaan deze prijzen binnenkort op de webwinkel plaatsen!

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


77

16. Les 14: Geld beheren Omschrijving van de activiteit De leerlingen leren zich als groep financieel en praktisch te organiseren door geld te leren wisselen en een financieel overzicht te leren invullen.

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan tabellen interpreteren.

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling vertoont doorzettingsvermogen om het project uit te voeren en mee vorm te geven. • De leerling wendt zijn talenten en competenties aan om een opdracht aan te pakken. Samenwerking • De leerling heeft respect voor anderen, luistert actief, laat de ander uitspreken en houdt rekening met hun meningen. • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen. • De leerling neemt actief deel en constructief deel aan groepswerk en houdt zich aan afspraken tijdens het samenwerken. Projectbeheer • De leerling kan wiskundige bewerkingen en handelingen functioneel inzetten.

Duur 2 lesuren

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

Klassikaal

rollenspel

laken kassa enkele sleutelhangers, een kaars, enkele armbanden nepgeld

2

Trio’s

Stap 1: wisselgeld leren geven.

enveloppes met afbeeldingen van kaarsen, sleutelhangers, armbandjes nepgeld per trio

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


78

speelgoedkassa’s (lege doosjes)

3

Klassikaal

Stap 2: financieel document bij afhaalmoment leren invullen.

2 blanco financiële documenten

vacature: gezocht!

vacature kassaverantwoordelijken met taken

Materiaalvoorbereiding • • • • • • • • •

Projecties met opdrachten Enkele armbanden, kaarsen, sleutelhangers Laken voor afhaaltafel De echte kassa! Enkele nepkassa’s (lege doosjes) Nepgeld 2 Blanco financiële documenten (reeds gemaakt) Enveloppes met afbeeldingen van kaarsjes, armbanden, sleutelhangers Overzichtje taken van kasverantwoordelijken en een broche/label

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit We hebben nu prijzen bepaald voor de drie soorten artikelen (zie bordschema). Als iemand binnenkort iets besteld op de webwinkel, komt die persoon dat afhalen op een ‘afhaalmoment’. Wanneer? Dat gaan we volgende week beslissen. Wij kunnen bijvoorbeeld elke donderdagmiddag (tijdens een lange middagpauze) een afhaalmoment organiseren.

Opdracht: Klassikaal rollenspel Ga als leerkracht achter een tafel zitten en spreid er een laken over en leg uit dat je een afhaalmoment organiseert: ‘Stel: ik ben Fahd en straks (kijk op je horloge) mag iedereen die een sleutelhanger heeft besteld op de website, die komen afhalen en aan mij ‘de prijs’ betalen! Ik heb hier al onze artikelen op de tafel gelegd, zo kan iedereen ze zien (plaats ook een tweetal kaarsen en een armband op de tafel). Nu komt er een leerling ‘Myriam’ van het zesde jaar langs. Duid iemand van de klas aan die ‘Myriam’ speelt. Jij hebt een prachtige sleutelhanger via onze webwinkel besteld en jij komt die nu betalen met een briefje van 20 euro (geef deze leerling een briefje van 20 euro nepgeld). Al dat geld komt in deze ‘kassa’ met een sleuteltje (laten zien!). Daar zit al ‘wisselgeld’ in (leg de nadruk op wisselgeld). Wie weet wat dat is, ‘wisselgeld’?

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


79 Speel verder in je rol: ‘Goedemiddag! kom jij je artikel halen? Wat had jij besteld? Aaah, een sleutelhanger? Mooie keuze! Dat is dan 4 euro, graag’ (Wijs ondertussen terug naar het bord met het overzicht). Myriam geeft de 20 euro. ‘Ik zal dit in mijn kassa doen… Hoeveel euro moet ik teruggeven aan Myriam?’ Zoek samen met de klasgenoten hoeveel wisselgeld je terug moet geven.

Fase 2 uitvoering met ondersteuning Stap 1 Rollenspel in trio’s We gaan dit samen inoefenen per drie. Wie hebben we nodig? Schrijf op bord: • 1 persoon die een artikel komt halen • 2 personen zitten aan de afhaaltafel Beslis met jullie drie wie welke rol speelt. Laat de leerlingen ook fysiek juist aan de tafel zitten (2 leerlingen aan de ene kant, de andere leerling aan de andere kant van de tafel). Geef vervolgens: • een envelop uit met afbeeldingen van een 3-tal armbanden, kaarsen en sleutelhangers. • aan elk trio een speelgoedkassa (leeg doosje) met wat speelgoedgeld erin. • aan elke persoon die iets komt afhalen enkele briefjes nepgeld. Projecteer tenslotte 1 opdracht. Bijvoorbeeld: • Lukas komt zijn kaars halen. Hij betaalt 10 euro. Hoeveel geven jullie terug? • Annelies komt 2 armbandjes halen. Zij heeft 15 euro mee. Hoeveel betalen jullie terug? • … Inoefenen per drie.

Stap 2 Bijhouden van een financieel document We gaan goed moeten bijhouden hoeveel geld we in de kassa hebben, welke artikelen verkocht zijn, hoeveel geld we op het einde van een verkoop hebben gekregen. We hebben hiervoor een document, dat ons helpt. Laat dit document zien (zie document: Financieel document bij afhaalmoment). Dit document gaat ons helpen om te weten hoeveel artikelen verkocht zijn en hoeveel geld we op het einde van elke verkoop gekregen hebben. Overloop samen wat er in het document staat. Deel aan elk trio 1 document uit. Vraag om een nieuwe rol op te nemen: • 1 persoon die een artikel komt halen. • 1 persoon aan de afhaaltafel die wisselgeld geeft. • 1 persoon die het document invult. Projecteer een nieuwe opdracht: • Bart komt een kaars ophalen. Hij geeft hiervoor 10 euro. Hoeveel geld geef je terug aan Bart? Vul ook samen het blad in. Projecteer daarna een 2de opdracht en deel een tweede blanco document uit. • Anne komt haar kaars ophalen en 2 armbandjes. Daarvoor geeft ze 50 euro. Hoeveel geld geven jullie terug? Vul het nieuwe blad in.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


80

Maak nu samen het eindtotaal van beide documenten. Hoeveel zit er op het einde in jullie kassa?

Fase 3 ‘Gezocht voor onze webwinkel’ De leerkracht projecteert een vacature.

We zoeken 2 ‘kassaverantwoordelijken’ die in het oog houden hoeveel geld we in de kassa hebben. Welke taken gaan jullie uitvoeren? Bijvoorbeeld: • Jullie zorgen ervoor dat er genoeg wisselgeld in de kassa zit. • Jullie halen vóór het afhaalmoment de kassa in het lokaal van de coördinator. • Jullie brengen de kassa na het afhaalmoment terug naar het lokaal. • Jullie tellen samen het geld na. • Jullie kijken de financiële documenten elke week samen na en zorgen voor kopies van de financiële documenten. • Jullie zorgen voor het invullen van beurtrol: wie bemant wanneer de afhaalstand? Wie van de klas zou deze taken goed kunnen uitvoeren? We zoeken 2 personen die goed geld kunnen (na)tellen en die nauwkeurig zijn. Deze personen krijgen een broche opgespeld en een lijstje van taken en capaciteiten.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


81

Bijlage geld beheren: Financieel document bij afhaalmoment Document in te vullen per klant die artikelen komt afhalen. De leerkracht voorziet voldoende kopies per afhaalmoment. Na elk afhaalmoment (1 afhaalmoment per week) bundelen de 2 kassaverantwoordelijken alle documenten en tellen het totaalbedrag op. Dit wordt vergeleken met de inhoud van de kassa. PRIJS

ARTIKEL Kaarsenhouder

……………………..

3 x ……… = ……...

……………………..

2 x ……… = ……...

……………………..

2 x ……… = ……...

Bijvoorbeeld: 2 euro

Sleutelhanger

TOTAAL EURO

Bijvoorbeeld: (de leerkracht vult vooraf in) 3 euro

Armband

AANTAL STUKS

Bijvoorbeeld: 2 euro

ALGEMEEN TOTAAL=

……………. EURO

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


82

17. Les 15: Praktische regelingen: wanneer en waar organiseren we de afhaalmomenten? Omschrijving van de activiteit De leerlingen leren verder plannen in de concrete toekomst en maken praktische afspraken.

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan tabellen interpreteren.

Ondernemingscompetenties Samenwerking • De leerling heeft respect voor anderen, luistert actief, laat de ander uitspreken en houdt rekening met hun meningen. • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen. Projectbeheer • De leerling kan mee beslissingen nemen en werkt doelgericht. • De leerling heeft voldoende inzicht in de stappen die hij moet uitvoeren om een (tussen)doel te bereiken. • De leerling werkt oplossingsgericht en maakt gebruik van strategieën om een probleem op te lossen. • De leerling blikt vooruit. • De leerling maakt een haalbare taakplanning.

Duur 0,5 lesuur

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

Klassikaal

Planning opfrissen

Google Agenda

2

Klassikaal

Afspraken maken Beurtrol bepalen

werkblad met beurtrol materiaaldoos

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


83

Materiaalvoorbereiding • • •

Google Agenda projecteren met rode vlaggen Werkblad: beurtrol om het afhaalmoment te bemannen Materiaaldoos met o het laken (inkleding van de tafel) o de poster (die zij binnenkort zullen maken. Dit kunnen ze telkens achter hun tafel hangen) o plakband o de kassa o de financiële documenten o de artikelen

Lesverloop Fase 1 voorgesprek – vooractiviteit We nemen de vragen die we voor dit werkdomein hadden verzameld er terug bij. De leerkracht projecteert de vragen: waarop moeten we een antwoord vinden? • • • • •

Wanneer gaan we open? Hoeveel keer? Hoe gaan we ons organiseren? Beurtrol? Inkleding van dit moment? Reclame maken tijdens afhaalmoment?

Afhaalplaats en afhaaltijden Opfrissing van de deadlines: Projecteer de kalender in het groot. Vraag aan de tijdsverantwoordelijken om de deadlines (de rode vlaggen) er bij te nemen: hoeveel tijd hebben we nog? Bespreek samen de rode vlaggen. Tip: vul vooraf alle dagen in die reeds door andere activiteiten bezet zijn. We weten nu terug wanneer onze deadlines (de rode vlaggen) zijn en we kennen ook de dagen waarop we zelf met andere activiteiten bezig zijn (bijvoorbeeld: een klasuitstap naar Gent…).

Fase 2: uitvoering met ondersteuning Blik samen vooruit: hoeveel weken hebben we nog om afhaalmomenten te organiseren? Bepaal samen de dag en het tijdstip: Wanneer mogen de leerlingen komen? We nemen best altijd eenzelfde dag, eenzelfde uur in de week. Wanneer in de week is dit het best?

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


84 Laat vervolgens een blad zien met een beurtrol en hang dit op in de klas: de leerlingen vullen dit in tegen vrijdag (op een afhaalmoment zijn telkens minimum 3 personen aanwezig.) Spreek samen een vaste plaats af waar de materiaaldoos ligt en overloop wat er allemaal in deze doos zit.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


85

18. Les 16: Reclame maken: welke info willen we bekendmaken? Omschrijving van de activiteit Wat willen we bekend maken?

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan relevante informatie raadplegen uit digitale bronnen. • De leerling kan tabellen interpreteren. Productief • De leerling kan doelgericht relevante informatie uit verschillende digitale bronnen selecteren.

Ondernemingscompetenties Samenwerking • De leerling heeft respect voor anderen, luistert actief, laat de ander uitspreken en houdt rekening met hun meningen. • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen. • De leerling neemt actief deel en constructief deel aan groepswerk en houdt zich aan afspraken tijdens het samenwerken. Projectbeheer

De leerling werkt ordelijk en zorgvuldig om de opdracht uit te voeren.

Duur 1 lesuur

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

Klassikaal

opfrissen

Google Agenda vragen bij werkdomein ‘reclame’

2

Stap 1: klassikaal en in duo’s

Info selecteren uit reclame.

filmpjes advertentie werkblaadjes ‘info halen uit reclame’

Info verzamelen voor webwinkel.

werkblaadjes ‘OKAN webwinkel’

Bespreking

Projectie werkblad ‘OKAN webwinkel’

Stap 2: idem

3

Klassikaal

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


86

Materiaalvoorbereiding • • • • •

4 Laptops, verspreid over het lokaal Tijdsrooster (vorige les) Filmpjes en foto reclame Werkblaadjes ‘informatie halen uit reclame’ Werkblaadjes ‘OKAN webwinkel’

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit We nemen de vragen die we voor dit werkdomein hadden bedacht er terug bij. De leerkracht projecteert de vragen: Waarop moeten we een antwoord vinden? • • •

Welke info willen we geven? Wanneer reclame maken? Hoe? Op een digitale of geschreven manier of via mondelinge weg? (Sociale Media inzetten, affiches, mondeling…)

Publiciteit of reclame Neem het tijdsrooster dat in de klas hangt er ook terug bij en overloop de verschillende vlaggen: • Wanneer starten we met de verkoop? • Wanneer moeten we echt reclame gaan maken? Dit moeten we goed voorbereiden. De verkoop staat of valt met een goede naambekendheid! Het is belangrijk dat andere leerlingen en ouders onze webwinkel eerst leren kennen en weten dat die bestaat! => we noemen dat ‘reclame’ maken (De leerkracht schrijft dit woord op het bord).

Fase 2 uitvoering met ondersteuning A. Informatie halen uit reclame Stap 1 klassikaal verkennen De leerkracht schrijft een aantal vragen op het bord (zie onder) en laat enkele reclamefilmpjes zien, bijvoorbeeld: • •

Evian reclame 1 Evian reclame 2

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


87

• • • • •

Wat hebben jullie gezien? Voor wat wordt er reclame gemaakt? Wat vind je de leukste reclame (toon de 2 foto’s van het water)? Waarom? Wat is de bedoeling van reclame? Mensen kopen het product. Waarom maken verkopers goede reclame? Het product moet opvallen, zodat mensen dit kopen

Stap 2 Deel de werkblaadjes uit (zie bijlage). Laat de leerlingen in duo’s de opdracht uitvoeren: Laat de reclamefilmpjes zien en vul telkens het werkblad in. • Reclame 1 We hebben de reclame gezien. Wat weten we nu? (informatie) Probeer het schema in te vullen (zie bijlage: werkblad). • Reclame 2 We hebben de reclame gezien. Wat weten we nu? (informatie) Probeer het schema in te vullen (zie bijlage: werkblad). • Reclame 3: (foto van een advertentie: zie voorbeeld) Welke informatie vinden we terug op de reclameaffiche? Probeer het schema in te vullen (zie bijlage: werkblad)

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


88

B. Informatie over onze Webwinkel We moeten reclame maken voor onze webwinkel. Welke informatie moeten we zeker geven aan andere mensen? Wat moeten deze mensen weten? De leerlingen vullen in kleine groepjes het rooster in met de gegevens die zij reeds weten. Je kan hiervoor gebruik maken van een werkblad, zie voorbeeld in bijlage 2. Dit wordt klassikaal verder aangevuld en besproken.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


89

Bijlage 1 Reclame maken: welke info willen we bekendmaken? Reclame 1 Naam (reclame over ?)

Wat kan je kopen ?

Waar kan je dit kopen?

Logo?

Wanneer kan je dit kopen?

Wat is de prijs?

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs

Reclame 2

Reclame 3


90

19. Les 17: Hoe gaan we reclame maken? Omschrijving van de activiteit De leerlingen kennen verschillende manieren om reclame te maken.

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. • De leerling kan relevante informatie raadplegen uit digitale bronnen. Productief • De leerling gebruikt de nodige fijn-motorische vaardigheden om met de tablet om te gaan. • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk. • De leerling kan een digitale foto maken. • De leerling kan doelgericht relevante informatie uit verschillende digitale bronnen selecteren.

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling vertoont doorzettingsvermogen om het project uit te voeren en mee vorm te geven. • De leerling wendt zijn talenten en competenties aan om een opdracht aan te pakken. • De leerling stelt zich open en positief op om nieuwe technieken en ICT-mogelijkheden te leren. Samenwerking • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen bij het uitvoeren van de opdracht. Projectbeheer • De leerling kan hoofd- en bijzaken van elkaar onderscheiden. • De leerling werkt ordelijk en zorgvuldig om de opdracht uit te voeren. • De leerling kan het geleerde ook in andere contexten toepassen. Creativiteit en innovatie • De leerling reikt zelf nieuwe ideeën, doelen of acties aan bij de aanmaak van de webwinkel.

Duur 1 lesuur

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

Klassikaal

Opfrissing: waar zitten we in het project?

tijdsrooster

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


91

2

Duo’s

Exploreren welke reclamesoorten er bestaan (affiches, facebook, …).

strookjes met opdrachten tablets

3

Klassikaal

nabespreking

bord

Materiaalvoorbereiding • •

Strookjes met opdracht Tablets om foto’s te trekken

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit We nemen de vragen van dit werkdomein er terug bij. De leerkracht projecteert de vragen: Waarop moeten we nog een antwoord vinden? De laatste vraag: Hoe gaan we reclame maken? • • •

Welke info willen we geven? Wanneer reclame maken? Hoe? Op digitale of geschreven manier of via mondelinge weg? (Sociale Media inzetten, affiches, mondeling…?)

Publiciteit of Reclame

Fase 2 uitvoering met ondersteuning Deel de groep in duo’s en geef aan elk duo een strookje met een opdracht: duo 1: - Ga naar de inkomhal van de school en zoek naar een affiche met reclame: wat staat daar op? (uur, plaats, titel, uitleg, wie organiseert de activiteit…?). - Neem een foto van een goede affiche met je smartphone of tablet! - Denk samen na: Kunnen wij zelf op deze manier reclame maken voor onze webwinkel? Wat moet daar dan op staan? Hoe zou je dit aanpakken? Geef een groot blad om op te werken. duo 2: - Neem een laptop en ga naar de website van de school. - Wordt hier reclame gemaakt voor activiteiten? Welke activiteiten? Wat staat daar in (plaats, uur, titel, uitleg, wie…)? Maak hier een foto van. - Denk samen na: Kunnen wij zelf op deze manier reclame maken voor onze webwinkel? Wat moet daar volgens jullie dan op staan? Geef een groot blad om op te werken.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


92 duo 3: - Ga naar de facebookpagina van onze OKAN en beantwoord de volgende vragen. - Wordt hier reclame gemaakt voor een activiteit? Welke? Wat staat hier in (plaats, uur, titel uitleg, wie‌)? Maak hier een foto van. - Kunnen wij zelf op deze manier reclame maken voor onze webwinkel? Wat zou daar dan in moeten komen? Geef een groot blad om op te werken.

Fase 3 nabespreking - afsluitende activiteit Elk duo bespreekt wat ze gedaan en gevonden hebben aan de hand van de foto’s die ze gemaakt hebben. De leerkracht noteert tijdens dit gesprek de drie belangrijkste manieren om reclame te maken: 1. Met affiches aan de muur 2. Via de schoolwebsite en smartschool 3. Via sociale media zoals een eigen facebookpagina

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


93

20. Les 18: Reclame: Aan de slag! – klassikale opstart Omschrijving van de activiteit De leerlingen leren enkele basisbenodigdheden kennen die ze kunnen inzetten bij het maken van reclame (zie volgende les).

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. • De leerling kan relevante informatie raadplegen uit digitale bronnen. Productief • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk. • De leerling kan een digitale afbeelding, banner… maken. • De leerling kan doelgericht relevante informatie uit verschillende digitale bronnen selecteren en verwerken tot iets nieuws.

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling vertoont doorzettingsvermogen om het project uit te voeren en mee vorm te geven. • De leerling wendt zijn talenten en competenties aan om een opdracht aan te pakken. • De leerling stelt zich open en positief op om nieuwe technieken en ICT-mogelijkheden te leren. • De leerling is kritisch ten aanzien van het voorlopige resultaat en stuurt zo nodig bij. Samenwerking • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen bij het uitvoeren van de opdracht. • De leerling neemt actief en constructief deel aan groepswerk en houdt zich aan afspraken tijdens het samenwerken. Projectbeheer • De leerling kan mee beslissingen nemen en werkt doelgericht. • De leerling bedenkt al doende wat hij kan ondernemen om een taak tot een goed einde te brengen. • De leerling kan kritisch aangeven of het resultaat bereikt is. • De leerling werkt ordelijk en zorgvuldig om de opdracht uit te voeren. Creativiteit en innovatie • De leerling reikt zelf nieuwe ideeën, doelen of acties aan bij de aanmaak van de webwinkel. • De leerling kan aantrekkelijke reclame maken (in de vorm van een beeld/banner) voor de webwinkel.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


94

Duur

2 lesuren

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

1

klassikaal

Leren kennen van 3 bord en projectie benodigdheden.

2

Klassikaal en in duo’s

Verkennen van de materiaal op Google Drive drie benodigdheden.

3

Klassikaal

Bespreking

Materiaal

/

Materiaalvoorbereiding

De leerkracht plaatst het logo, de groepsfoto en de afbeeldingen van de artikelen vooraf op de Google Drive. PC’s

Lesverloop Fase 1 voorgesprek - vooractiviteit Wat is nodig voor onze communicatie? Als mensen reclame maken, gebruiken ze vaak dezelfde stijl, dezelfde vorm. Waarom? Dan herkennen mensen dit sneller en kopen ze ook gemakkelijker een artikel. Wij gaan ook eenzelfde stijl proberen te maken. Hoe? Via drie dingen: • een logo • een zelfde lettertype • een duidelijk beeld

Fase 2 uitvoering met ondersteuning ‘Logo’

gebruiken

Toon enkele informatiekanalen (op papier en digitaal) van organisaties met een bekend logo (Nike, Ikea, Hema, Bol.com...) en toon dat zij dit op alle communicatiekanalen zetten. Het logo dat we op de website gebruiken, moet in alle communicatie terugkomen.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


95

Plak dit logo zichtbaar op het bord en schrijf er onder: ‘logo’

Een ‘lettertype’ kiezen Toon de zin ‘Bezoek onze webwinkel OKAN’ in verschillende lettertypes. Leg aan de hand van de verschillen tussen de zinnen uit, wat een ‘lettertype’ is (‘er staat altijd dezelfde zin, dezelfde inhoud, maar toch is er een verschil. Dat noemen we ‘het lettertype’). Schrijf dit woord op het bord ter ondersteuning. Laat ze daarna in Word ook zelf nieuwe lettertypes opzoeken door hen de zin ‘Bezoek onze webwinkel OKAN’ verschillende keren te laten typen en dit in verschillende lettertypes.

Een beeld kiezen om via onze posters en digitale kanalen te verspreiden

Zet de leerlingen per 2 aan een computer. De foto’s die in het mapje op hun computer staan, zullen in een fotocollage verwerkt worden via www.collage.nl. Tip! Bewaar het logo, de groepsfoto en de afbeeldingen van de artikelen tevoren op de drive. Indien er nog geen foto’s zijn van de producten, kunnen de leerlingen in de les zelf gelijkaardige dingen online zoeken zoals een macramé-bandje of een kaars. Op www.collage.nl kunnen ze een achtergrond kiezen en de foto’s van hun webwinkel toevoegen. Laat ze deze collage opslaan in hun map. Voorbeeld van een collega:

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


96

Fase 3 nabespreking - afsluitende activiteit De leerkracht overloopt samen met de klas welk logo, beeld en lettertype gebruikt zal worden voor alle reclame die we maken!

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


97

21. Les 19: Uitwerking van affiches en digitale reclame Omschrijving van de activiteit De leerlingen maken een affiche, facebookpagina of presentatie om reclame te maken voor de webwinkel.

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. • De leerling kan relevante informatie raadplegen uit digitale bronnen. Productief • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk. • De leerling kan een digitale afbeelding, poster, facebookpagina … maken. • De leerling kan structuur aanbrengen in digitaal materiaal. (bijvoorbeeld: foto’s opslaan in een mapje, nieuwe map aanmaken op de computer) • De leerling kan doelgericht relevante informatie uit verschillende digitale bronnen selecteren en verwerken tot iets nieuws.

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling vertoont doorzettingsvermogen om het project uit te voeren en mee vorm te geven. • De leerling wendt zijn talenten en competenties aan om een opdracht aan te pakken. • De leerling stelt zich open en positief op om nieuwe technieken en ICT-mogelijkheden te leren. • De leerling kan over zijn eigen functioneren reflecteren. • De leerling kan gezonde keuzes maken op basis van het inzicht in de eigen sterktes en zwaktes. Samenwerking • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen bij het uitvoeren van de opdracht. • De leerling kan mondelinge feedback verwerken en kan hier gepast op reageren. • De leerling neemt actief en constructief deel aan groepswerk en houdt zich aan afspraken tijdens het samenwerken. • De leerling maakt zijn eigen standpunten duidelijk. Hij kan zijn mening en gevoelens mondeling uiten. Hij aanvaardt kritiek op zijn eigen standpunt en komt constructief voor zichtzelf op. Projectbeheer • De leerling kan prioriteiten stellen om een doel te bereiken. • De leerling kan mee beslissingen nemen en werkt doelgericht. • De leerling heeft voldoende inzicht in de stappen die hij moet uitvoeren om een (tussen)doel te bereiken.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


98 De leerling bedenkt al doende wat hij kan ondernemen om een taak tot een goed einde te brengen. • De leerling werkt oplossingsgericht en maakt gebruik van strategieën om een probleem op te lossen. • De leerling kan hoofd- en bijzaken van elkaar onderscheiden. • De leerling kan kritisch aangeven of het resultaat bereikt is. • De leerling werkt ordelijk en zorgvuldig om de opdracht uit te voeren. • De leerling kan onder druk presteren. • De leerling is voldoende flexibel en past zich aan in verschillende contexten. Creativiteit en innovatie • De leerling reikt zelf nieuwe ideeën, doelen of acties aan bij de aanmaak van de webwinkel. • De leerling kan aantrekkelijke reclame maken (in de vorm van een beeld/banner) voor de webwinkel. •

Duur 3 lesuren

Lesschema Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

Klassikaal

opfrissing

2

Kleine groepjes

Maken van affiches, digitale reclame en een presentatie

3

Klassikaal vacature

Nabespreking vacature met overzichtje van Vacature: 3 enkele taken publiciteitsverantwo ordelijken

A3 papier kopiemachine PC’s

Materiaalvoorbereiding • • •

De leerkracht plaatst het logo, de groepsfoto en de afbeeldingen van de artikelen vooraf op de Google Drive PC’s Minimum drie begeleiders

Lesverloop Fase 1 voorgesprek- vooractiviteit Korte opfrissing van de vorige les: welk logo, lettertype en beeld gaan we gebruiken?

Fase 2 uitvoering met ondersteuning De leerkracht en de leerlingen splitsen zich daarna op in 3 groepjes.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


99 -

Wie wil graag posters, grote affiches maken? Wie wil graag digitale reclame, zoals een facebookpagina maken? Wie wil graag een PowerPointpresentatie maken om mondelinge reclame in klassen te maken?

Elke groep gaat aan de slag (2/3 lesuren): -

Groepje dat posters en flyers maakt: Opdrachten van postergroep komende 2 uren (deze groep wordt door 1 leerkracht begeleid): a) Bespreken: wat moeten we allemaal uitvoeren de komende 2 uren? b) Wat moet er op de poster komen? Brainstorm, iemand noteert op een grote flap. Indien bij de eerste fase in duo’s werd gewerkt, kan er bekeken worden wat het duo die de posters in de inkomhal heeft verkend, had genoteerd of de foto van de affiche uit de inkomhal kan bekeken worden. Ook het werkblad (Bijlage 2: Reclame maken: welke info willen we bekendmaken) kan een steun zijn. c) Maken van posters en flyers via de PC of op papier. Dit kan je in Word doen of voor jongeren die meer uitdaging willen via Easelly. De leerlingen kunnen verschillende affiches maken in duo’s en worden ondersteund! d) Kopies maken op A3. e) Verspreiden: Waar? Schriftelijke toelating vragen per mail (de leerlingen schrijven samen een mail naar de OKAN-coördinator). Daarna kunnen de posters opgehangen worden in de school.

-

Groepje dat digitaal reclame maakt Opdrachten van digitaalgroep komende 2 uren (deze groep wordt door 1 leerkracht begeleid): a) Bespreken: wat moeten we allemaal uitvoeren de komende 2 uren? b) Brainstorm: via welke kanalen, WAAR maken we ons bekend: • op onze eigen webpagina- homepage? • via de schoolwebsite • via de OKAN-website • een eigen facebookpagina maken voor de webwinkel? • linken naar Facebook van OKAN? c) Brainstorm: HOE? Via een filmpje, een foto met tekst, een tekstje met meer achtergrondinfo op de website…? d) Uitwerking: filmpje maken of foto met tekst. Wat moeten we zeggen/schrijven? e) Daarna wordt dit subgroepje verder in duo’s gesplitst en worden taken verdeeld: wie verstuurt het filmpje of de foto met tekst naar waar? Je kan er ook voor kiezen om samen één van onderstaande opdrachten uit te voeren. • 1 duo maakt onder sterke begeleiding van de leerkracht een eigen facebookpagina voor de webwinkel via het profiel van de OKAN Webwinkel (okanwebwinkel@gmail.com en paswoord OkanWebwinkel2017). Hierdoor kunnen ze zelf het logo als profielfoto instellen en een mooie achtergrond kiezen. Vanuit deze Facebook-pagina wordt dan reclame gemaakt en de weblink van de webwinkel wordt er gedeeld. Deze post kan door de Facebook-pagina van OKAN gedeeld worden, wanneer de leerlingen een berichtje sturen naar de verantwoordelijke van de OKAN-facebookpagina. • 1 duo schrijft een mail naar de verantwoordelijke van de schoolwebsite en van de OKAN-website (de ICT-coördinator) met foto en tekst erbij. • 1 duo zet dit filmpje en deze tekst op de homepagina van de webshop zelf. Hiervoor is uiteraard geen toelating nodig.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


100 -

Groepje dat PowerPointpresentatie maakt Opdrachten van dit groepje komende 2 uren (deze groep wordt door 1 leerkracht begeleid). a) Bespreken: wat willen we vertellen in andere klassen? b) Brainstorm: wat moet er allemaal in de presentatie staan? c) Uitwerking: tekstje maken per slide, foto’s toevoegen. d) Rolverdeling (wie zegt wat?) en inoefenen van de spreekoefening Zie voorbeeld in bijlage.

Fase 3 ‘Gezocht voor onze webwinkel’ Terugkoppeling van de drie werkgroepen. De leerkracht kijkt terug op de inhoud, de aanpak en het proces van dit groepswerk. De leerkracht projecteert daarna de vacature.

We zoeken 3 publiciteitsverantwoordelijken voor de verspreiding van de posters en flyers en voor de digitale reclame via facebook, de eigen webwinkel, de OKAN-website… Welke taken ga jij uitvoeren als publiciteitsverantwoordelijke? • Eigen FACEBOOK pagina: regelmatig posten van reclame? • WEBSITE: bijhouden hoeveel mensen de website bezoeken? • POSTERS: bijhouden of de posters goed worden uitgehangen? • Zijn er mailtjes verstuurd? • Heeft iedereen zijn ouders aangesproken? Zijn vrienden, familie? • ... Wie van de klas zou deze taak goed kunnen uitvoeren? Wie worden onze publiciteitsverantwoordelijken? De leerlingen beslissen samen in overleg of je kan opnieuw digitaal stemmen. Deze persoon krijgt een broche opgespeld en een lijstje van taken en capaciteiten.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


101

Bijlage uitwerken van affiches en digitale reclame: voorbeelden presentatie en facebookpagina Voorbeeld facebookpagina Voorbeeld PowerPointpresentatie

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


102

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


103

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


104

22. Les 20: Werken aan de webwinkel Voorzie af en toe een werkmoment om de webwinkel zelf verder te stofferen van tekst, foto’s, de digitale reclame enzovoorts. Bekijk alle subcategorieën van de website en bespreek: wat moeten we nog aanvullen met tekst, foto’s, video’s…? Materiaal: • PC’s • Pen en papier • Google drive met werkmateriaal

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


105

23. Les 21: Omgaan met ‘klanten’ Omschrijving van de activiteit De leerlingen maken zich enkele tips/basisregels eigen over hoe ze met klanten die hun bestelde artikelen komen ophalen, omgaan.

Competenties Digitale competenties Receptief • De leerling kan zijn weg vinden binnen de aangereikte media. • De leerling kan relevante informatie raadplegen uit digitale bronnen. Productief • De leerling kent de basistechnieken van computertoepassingen en kan deze gebruiken in de praktijk. • De leerling kan een digitale afbeelding, poster, facebookpagina… maken. • De leerling kan structuur aanbrengen in digitaal materiaal (bijvoorbeeld: foto’s opslaan in een mapje, nieuwe map aanmaken op de computer). • De leerling kan doelgericht relevante informatie uit verschillende digitale bronnen selecteren en verwerken tot iets nieuws.

Ondernemingscompetenties Wilskracht en kritische ingesteldheid • De leerling vertoont doorzettingsvermogen om het project uit te voeren en mee vorm te geven. • De leerling wendt zijn talenten en competenties aan om een opdracht aan te pakken. • De leerling stelt zich open en positief op om nieuwe technieken en ICT-mogelijkheden te leren. • De leerling kan over zijn eigen functioneren reflecteren. • De leerling kan gezonde keuzes maken op basis van het inzicht in de eigen sterktes en zwaktes. Samenwerking • De leerling neemt actief deel aan gesprekken, drukt zich verstaanbaar uit en stelt vragen als er iets niet duidelijk is. • De leerling helpt anderen en aanvaardt zelf hulp van anderen bij het uitvoeren van de opdracht. • De leerling kan mondelinge feedback verwerken en kan hier gepast op reageren. • De leerling neemt actief en constructief deel aan groepswerk en houdt zich aan afspraken tijdens het samenwerken. • De leerling maakt zijn eigen standpunten duidelijk. Hij kan zijn mening en gevoelens mondeling uiten. Hij aanvaardt kritiek op zijn eigen standpunt en komt constructief voor zichtzelf op. Projectbeheer • De leerling kan prioriteiten stellen om een doel te bereiken. • De leerling kan mee beslissingen nemen en werkt doelgericht. • De leerling heeft voldoende inzicht in de stappen die hij moet uitvoeren om een (tussen)doel te bereiken.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


106 • • • • • • •

De leerling bedenkt al doende wat hij kan ondernemen om een taak tot een goed einde te brengen. De leerling werkt oplossingsgericht en maakt gebruik van strategieën om een probleem op te lossen. De leerling kan hoofd- en bijzaken van elkaar onderscheiden. De leerling kan kritisch aangeven of het resultaat bereikt is. De leerling werkt ordelijk en zorgvuldig om de opdracht uit te voeren. De leerling kan onder druk presteren. De leerling is voldoende flexibel en past zich aan in verschillende contexten.

Creativiteit en innovatie • De leerling reikt zelf nieuwe ideeën, doelen of acties aan bij de aanmaak van de webwinkel. • De leerling kan aantrekkelijke reclame maken (in de vorm van een beeld/banner) voor de webwinkel.

Duur 2 lesuren

Lesschema lesuur 1 Fase

Organisatie

Activiteit

Materiaal

1

Klassikaal

Aankleding onthaaltafel: opfrissing

bord aangeklede tafel

2

Klassikaal en duo’s Stap 1: tips verzamelen in tabel Stap 2: situaties inoefenen

strookjes situaties per duo

3

Klassikaal

afhaaltafel vooraan bord met tabel tips

1 Duo speelt klassikaal vooraan de situatie na. Nabespreking na elke situatie

Materiaalvoorbereiding • •

Situaties ‘omgaan met klanten’ op strookjes per duo. Materiaal ‘onthaaltafel’ (tafelkleedje, geldkistje, financieel documentje)

Lesverloop Fase 1 voorgesprek – vooractiviteit De leerkracht richt de ‘afhaaltafel’ terug in en legt het tafelkleed, geldkistje, financieel document op de tafel, plaatst een stoel voor en achter deze tafel en kadert even: ‘binnenkort, op dinsdag XX mei, openen we het eerste afhaalmoment! Dan komen er leerlingen hun artikel ophalen! Spannend.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


107 Het wordt belangrijk om de mensen goed te ‘ONTHALEN’ (schrijf ‘ goed onthaal’ op bord’ en zoek samen naar de betekenis van dit woord = begroeting, ontvangst, verwelkoming, welkom heten, dag zeggen). Daarom gaan we een aantal tips verzamelen’ (schrijf dit ook op bord, zodat je de titel hebt: ‘Tips voor een goed onthaal’).

Fase 2 uitwerking mits ondersteuning Stap 1 Opdracht: aan de hand van een rollenspel ‘slechtst denkbare manier om iemand te onthalen’ worden tips op bord geschreven. Je kan variatie brengen in het rollenspel door een rollenspel te laten uitvoeren door een leerkrachtleerling, of een leerling-leerling. Je kan ook de leerkracht filmen en dan het filmpje laten zien. Voorbeelden: situatie: verkoper – klant Een klant komt binnen. Ze heeft 4 sleutelhangers gekocht. 1) De verkoper groet met ‘Yow meisje’. 2) De verkoper zegt een verkeerde prijs voor de 4 sleutelhangers. De klant zegt dat dit verkeerd is. De verkoper moet zoeken en rekenen wat de juiste prijs is. situatie: verkoper – klant Een klant komt binnen. Hij heeft drie kaarsen gekocht. 1) De verkoper groet de klant. 2) De klant krijgt de drie kaarsen en betaalt het bedrag. 3) De klant vraagt naar welk goed doel het geld gaat. De verkoper weet het niet. 4) De klant en de verkoper zeggen vriendelijk dag. Situatie: 2 verkopers – klant Een klant komt binnen. Hij heeft 2 armbandjes gekocht. 1) De verkopers groeten de klant. 2) De klant stelt een vraag over de prijs van het armbandje. 3) De verkopers horen de vraag niet, want ze praten en lachen veel met elkaar. Ze kijken niet naar de klant. Vul na elk rollenspel de tabel aan: wat zijn goede manieren en slechte manieren om iemand te onthalen. De leerlingen vertellen zelf wat ze fout vonden en geven aan hoe het wel moet (of schrijf enkel de tips van een ‘goed onthaal op). TIPS voor een goed ‘ONTHAAL’ (Hieronder vind je voorbeelden van tips die je samen met de leerlingen opbouwt)

Slecht onthaal

Goed onthaal

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


108 geen verwelkoming, niet dag zeggen met anderen bezig zijn met de gsm bezig zijn met eigen vrienden giechelen niets vragen, niet aanspreken niet bedanken

Vriendelijk dag zeggen Stel vragen zoals: Hoe hebben jullie ons gevonden? Via de website? Facebook? Presentatie in de klas…? Hebben jullie onze klas goed gevonden? Hebben jullie ons berichtje goed gekregen? Welk artikel kom je halen? Geef het artikel en vertel hoeveel euro het artikel kost. Geef info over het project 12.12 als iemand daar naar vraagt. Bedank altijd op het einde: dankjewel!

Stap 2 Inoefenen door de leerlingen. Wij hebben nu een aantal tips verzameld! We gaan die nu inoefenen. Kader even: jullie krijgen zo dadelijk 3 situaties. Lees de tekstjes per twee. Eén van jullie twee komt een artikel afhalen en speelt een ‘klant’. De andere leerling ‘onthaalt’ (verwijs naar het woord ‘het onthaal’ op bord) deze klant. Hoe ontvang je de klanten beleefd? Houd rekening met de tips op bord. Elk duo krijgt een geldkistje/portefeuille met vals geld en afbeeldingen van enkele artikelen. Je kan als steun volgend bordschema projecteren: STANDAARD: bordschema –verloop gesprek -

Dag meneer, mevrouw, ……………………………………… Wat is uw naam? …………………………………….. Het kost ___ euro, alstublieft. …………………………………………… Bedankt. Tot ziens! …………………………………………..

Deel de eerste situatie uit aan alle duo’s (zorg voor voldoende strookjes). Laat ze dit samen lezen. Vraag daarna welke woorden moeilijk waren en zoek samen naar de betekenis. Laat één leerling de situatie in eigen woorden klassikaal uitleggen, zodat iedereen de situatie begrijpt. Laat ze vervolgens per twee de situatie naspelen (één persoon is de ‘klant’, de andere ‘onthaalt’).

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


109 Nabespreking na elke situatie: wat verliep goed? Welke tips hebben ze toegepast? Situatie 1 Er komt een leerling van het 6de middelbaar naar de onthaaltafel. Het is de eerste keer dat hij komt. Hij is zenuwachtig. Hij kent jullie niet en weet niet goed hoe hij jullie moet aanspreken. Probeer hem goed te ‘onthalen’ en houd rekening met de tips! Situatie 2 Er komt een leerling van het vierde middelbaar. Hij heeft de reclame gelezen op de affiche en wil nu een artikel kopen. Leg hem uit hoe hij een artikel kan bestellen (via de website) en vertel vriendelijk dat de artikelen die hij nu ziet, al gereserveerd zijn door anderen. Blijf beleefd en houd rekening met alle tips op het bord. Situatie 3 Jasmien zit in het vijfde middelbaar. Ze heeft altijd al eens met jullie willen praten en spreekt jullie in het Engels aan. Ze wil meer informatie over het project dat jullie steunen: 12.12. Help haar verder in het Nederlands en houd rekening met de tips.

Fase 3 Nabespreking na elke situatie- afsluitende activiteit: Na elke situatie kan je één duo naar voor laten komen en de situatie voor de groep laten naspelen. Bespreek dan samen de situatie, overloop de tips (welke tips zijn goed toegepast?) en vul, indien nodig, de tabel met tips verder aan. Laat telkens een leerling van de klas de nieuwe tip noteren op het bord!

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


110

24. Checklists taken - rolverdeling webwinkel: een aanzet Je kan er voor kiezen om tijdens de uitbouw van de webwinkel stilletjes aan te werken met checklists. Dat helpt de leerlingen die een specifieke rol hebben gekregen. Hieronder vind je enkele voorbeelden van checklist voor verschillende rollen. Je kan de vragen in de checklist per week lichtjes aanpassen, zodat er gericht kan gewerkt worden.

Ahmad De planner Schrijf de belangrijkste data op: - Het eerste afhaalmoment is op 03 mei - We starten met reclame maken op 28 april - De webwinkel is klaar op … - De artikelen zijn klaar op …

week 24-28 april: Wat moet de klas doen deze week?

❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏

reclame maken artikelen maken prijzen bepalen aan de webwinkel werken mailtjes beantwoorden afhaalmoment organiseren

Waar moet de klas extra aan werken?

……………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………

Wanneer ga ik dat aan de klas zeggen? ……………………………………………………………………………

Idem voor week 1-5 mei; week 8-12 mei; week 15-19 mei; week 22-26 mei; week 29 mei2 juni

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


111

Jamal De reclamemaker (verantwoordelijk voor de affiches en flyers) Schrijf de belangrijkste data op: - Het eerste afhaalmoment is op 3 mei - We starten met reclame maken op 28 april

week 24-28 april: Wat moet de klas doen deze week?

❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏

de affiches afmaken de affiches ophangen de flyers maken de flyers uitdelen de presentatie maken de presentatie geven reclame maken bij vrienden en ouders

Waar moet de klas extra aan werken? ……………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………

Wanneer ga ik dat aan de klas zeggen? ……………………………………………………………………………

Idem voor week 1-5 mei; week 8-12 mei; week 15-19 mei; week 22-26 mei; week 29 mei2 juni

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


112

Fahd Berhane De digitale reclamemakers (verantwoordelijk voor de facebookpagina en de eigen webwinkel) Schrijf de belangrijkste data op: - Het eerste afhaalmoment is op 03 mei - We starten met reclame maken op facebook op 28 april - We starten met reclame maken op de webwinkel op …..

week 24-28 april: Wat moet de klas doen deze week?

❏ foto’s van de artikelen op de webwinkel zetten ❏ een reclame-video maken en plaatsen op facebook en de webwinkel ❏ een mail sturen naar de OKAN-website ❏ een bericht op onze facebookpagina plaatsen ❏ vrienden en familie uitnodigen voor de facebookpagina ❏ ...

Waar moet de klas extra aan werken? ……………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………

Wanneer ga ik dat aan de klas zeggen? ……………………………………………………………………………

Idem voor week 1-5 mei; week 8-12 mei; week 15-19 mei; week 22-26 mei; week 29 mei2 juni

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


113

Sahra en Nairoos Materiaalbeheerders (verantwoordelijk voor de artikelen) Schrijf de belangrijkste data op: - Het eerste afhaalmoment is op … - We starten met kaarsen maken op … - We starten met kaarsenhouders maken op … - We starten met armbanden maken op …

week 24-28 april: Tel het aantal:

-

sleutelhangers: ….. kaarsen: ……. kaarsenhouders: ….. armbanden: ….

Welke artikelen moet de klas deze week (extra) maken?

……………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………

Ik vertel dit op (datum)................ aan mevr. van PO en meneer Simon van Techniek

Sjabloon vanaf start afhaalmomenten

Ik haal de doos met artikelen 15 min. vóór de start van het afhaalmoment. Ik tel het aantal artikelen vóór het afhaalmoment: Hoeveel tel ik?

-

sleutelhangers: ….. kaarsen: …….

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


114

-

kaarsenhouders: ….. armbanden: ….

Na het afhaalmoment tel ik: -

sleutelhangers: ….. kaarsen: ……. kaarsenhouders: ….. armbanden: ….

Welke artikelen moet de klas (extra) maken?

…………………………………………………………………………………………

Ik breng de doos met artikelen veilig terug

Ik vertel 1 dag na het afhaalmoment aan mevrouw van PO en meneer Simon van Techniek welke artikelen we extra moeten maken

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


115

Aqsa en Rojin De financieel verantwoordelijken (verantwoordelijk voor de prijzen en de kassa)

Schrijf de belangrijkste data op: - Het eerste afhaalmoment is op … - De artikelen zijn klaar op ... - We bepalen de prijzen van onze artikelen op …

week 24-28 april: De verkoopprijs is beslist van

❏ ❏ ❏ ❏

de sleutelhangers de kaarsen de kaarsenhouders de armbanden

De verkoopprijs staat op de webwinkel van ❏ ❏ ❏ ❏

de sleutelhangers de kaarsen de kaarsenhouders de armbanden

Voor welk artikel moet de klas de prijs nog kiezen?

❏ ………………………………………………………………………………………………………………

Wanneer moet deze prijs op de webwinkel staan? ………………………………………………………………………………………………………………

Idem sjabloon voor de andere weken.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


116

Sjabloon vanaf start afhaalmomenten

We kijken vóór het afhaalmoment of er genoeg kopieën zijn van het financieel document.

We halen 15 minuten vóór de start van het afhaalmoment de kassa.

We tellen het geld van de kassa tevoren na. Er zit …. euro in de kassa.

We zorgen dat iemand van de klas de financiële documenten invult.

We tellen na het afhaalmoment de kassa na. Er zit nu … euro in de kassa.

We vullen na het afhaalmoment de totale som in op het financieel document.

We brengen de kassa veilig terug.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


117

Rolaf en Raghad De verantwoordelijken van het afhaalmoment

Schrijf de belangrijkste data op: - Het eerste afhaalmoment is op … - Het tweede afhaalmoment is op … - Het derde afhaalmoment is op …

Vanaf de start van het afhaalmoment:

15 minuten voor de start van het afhaalmoment verzamel ik het materiaal: ❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏

de afhaaltafel het laken doos artikelen de kassa de financiële documenten een poster op de muur pen en papier de verkopers van de klas

Na het afhaalmoment zorg ik dat al het materiaal op de tafel terug op de juiste plaats ligt: ❏ ik geef de financiële documenten aan de financiële verantwoordelijken. ❏ de financiële verantwoordelijken brengen de kassa terug. ❏ de materiaalverantwoordelijke brengt de doos met artikelen terug. ❏ ik berg het laken, pen en papier, de affiche, de tafel in de kast van onze klas op.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


118

Ridi Verantwoordelijk voor goede communicatie (klanttevredenheid en vlotte communicatie)

Schrijf de belangrijkste data op: - Het eerste afhaalmoment is op … - Het tweede afhaalmoment is op … - Het derde afhaalmoment is op …

Vanaf de start van het afhaalmoment:

Herhaal 10 minuten vóór de start van het afhaalmoment de belangrijkste afspraken met de verkopers: (‘dank u wel’, ‘alstublieft’…)

Vraag aan de verkopers of ze er klaar voor zijn?

Vraag aan 2 klanten of zij goed en beleefd werden geholpen tijdens het afhaalmoment.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


119

25. Afsluiting project Na de afhaalmomenten kan je een fijne afsluiting voorzien om het project met de leerlingen af te ronden. Hieronder zetten we enkele ideeën op een rij: •

Voorzie tussentijds en op het einde een evaluatiemoment met individuele leerlingen. Het is verrijkend om te zien in welke mate je het project inhoudelijk of procesmatig kan bijsturen. Wat vonden ze fijn, minder fijn? Wanneer hebben ze veel geleerd? Op welk vlak hebben ze veel bijgeleerd? Wat vonden ze van het werken met digitale media? In bijlage vind je een voorbeeld van een vragenlijst die mondeling werd afgenomen bij de leerlingen.

Je kan hiervoor opnieuw digitale media, zoals ‘Google Formulieren’ gebruiken. Voer zelf een aantal vragen digitaal in met meerkeuze-antwoorden en laat de leerlingen hun mening op de PC aanduiden. Je vindt hier een voorbeeld.

Je kan afsluiten met een ‘ultieme Quiz’, waarbij de groep moet bewijzen dat ze een echt diploma verdienen. Je kan een aantal meerkeuzevragen opstellen via ‘Kahoot!’. Elke deelnemer kan met een tablet een antwoord invoeren. Onmiddellijk worden de resultaten verwerkt, zichtbaar op een scherm.

Voer zeker de activiteit uit die de groep wenste te doen met het verzamelde geld. Indien ze ervoor kozen om het geld aan een goed doel te schenken, kan je samen naar de bank trekken en het geld in schijven storten op het bankrekeningnummer van het goede doel. Dit is een goede oefenkans! Als de leerlingen gekozen hebben om met het geld een fijne activiteit te doen, heb je meteen een fijne afsluiter.

Je kan het project eindigen met een diploma-uitreiking en een feest (voorbeeld van een diploma: zie bijlage). Je kan hier een echte plechtigheid van maken met telkens een persoonlijke bedanking voor elke leerling. Dit is een uitgelezen moment om de groei van elke leerling doorheen het project te schetsen. Je kan hiervoor ook teruggrijpen naar de bevindingen die in de kijkwijzers verzameld werden.

Bijlage: mondelinge vragenlijst voor de leerlingen Deze vragenlijst werd tussentijds en op het einde van het project mondeling afgenomen. 1. Vond je het fijn om samen een webwinkel te maken? Ja Nee 2. Waarom? Wat vond je fijn? • • • • •

Werken op PC Samen als klasgroep iets maken: op de PC- artikelen maken Vragen stellen of reclame maken bij andere leerlingen De webwinkel vorm geven Facebook

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


120 •

De verkoop- de afhaalmomenten

3. Heb je iets geleerd? Wat heb je vooral bijgeleerd? Kies er twee!

Nederlands PRATEN

Nederlands SCHRIJVEN

Nederlands LEZEN

COMPUTER leren werken

SAMENWERKEN , samen overleggen INFO ZOEKEN OP INTERNET

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


121 EEN ARTIKEL MAKEN, CREATIEF IETS MAKEN

4.

Hoe kan de leerkracht jou extra helpen? Heb je tips, advies?

5. Wil je zo’n project nog eens doen? Waarom?

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


122

Bijlage Afsluiting project: voorbeeld diploma

DIPLOMA OKAN OP HET WEB NAAM: Datum: 20/06/2017 Handtekening:

Dit project is gerealiseerd met de steun van het Mecenaatsfonds ING in België, beheerd door de Koning Boudewijnstichting.

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


123

26. Tot slot Het Centrum voor Taal en Onderwijs (KU Leuven) ontwikkelde in samenwerking met Link in de Kabel vzw en de OKAN-klassen van het Sint-Albertuscollege in Haasrode de lessenbundel ‘Okans op het Web’. Door samen met niet- of zwak gealfabetiseerde jongeren tussen 12 en 18 jaar een webwinkel te maken, wilden de partners het leerproces van anderstalige nieuwkomers elk met een eigen expertise krachtig ondersteunen. Via de lessenreeks die tijdens het project vorm kreeg, werd er geïntegreerd gewerkt aan taal- en rekenvaardigheid, digitale geletterdheid en ondernemingszin van deze groep jongeren. Dit project werd mogelijk gemaakt dankzij de steun van het Mecenaatsfonds ING in België, beheerd door de Koning Boudewijnstichting. Het heeft alle betrokkenen van dit project vernieuwende inzichten, materialen en nieuwe (leer)ervaringen opgeleverd die verder ingezet kunnen worden bij de uitbouw van een (taal)krachtig onderwijs van de 21ste eeuw. We willen graag enkele mensen bedanken die ‘Okans op het Web’ mee vormgegeven hebben: Ann Bleys, OKAN-coördinator van het Sint-Albertuscollege in Haasrode en alle betrokken leerkrachten Kristien Allemon, Stefanie Logist en Nienke Bil. Bedankt voor jullie betrokkenheid, de flexibiliteit en jullie blijvende inzet voor dit project! Ben Peeters van Vlaamse Jonge Ondernemingen vzw (Vlajo) bij wie we enkele keren bij de opstart van het project te rade zijn gegaan voor de praktische en wettelijke regelgeving van een webwinkel met een educatief doeleinde. Kathleen Collijs die geregeld haar licht lieten schijnen over de lesfiches. Tenslotte willen we alle leerlingen van Klas D bedanken: Berhani, Sahra, Aqsa, Rolaf, Rojin, Fahd, Ahmed, Jamal, Ridi, Nawrooz en Raghad. Jullie waren fantastisch om mee samen te werken en waren voor ons heel inspirerend tijdens de hele duur van dit project. Bedankt! Machteld Hauben (Centrum voor Taal en Onderwijs) en Charlotte Schreuer (Link in de Kabel vzw)

OKANS OP HET WEB | @ Centrum voor Taal en Onderwijs


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.