100 jaar VALERIUSKLINIEK Special van inDrukken
“ Gij zijt, o Heer’, van d’ allervroegste jaren Voor ons geweest een toevlucht in gevaren. Eer berg en rots uit niet geboren waren, Eer d’ aarde rust’ op hare grondpilaren Van eeuwigheid, o God Die eeuwig leeft, Zijt Gij de God, Die eind noch oorsprong heeft!” (Psalm 90:1) Allereerste woorden van Prof. Lindeboom bij de opening van de Valeriuskliniek op 3 november 1910.
donderdag 28 oktober 2010
Van gereformeerde grondslag naar fusie lichaam en geest
Verleden, heden en toekomst van de Valeriuskliniek De geschiedenis van de Valeriuskliniek is onlosmakelijk verbonden met het gereformeerde gedachtegoed van de stichters van de kliniek: de Vereeniging tot Christelijke Verzorging van Krankzinnigen en Zenuwlijders (1884). Aan het eind van de negentiende eeuw nam deze vereniging het initiatief om samen met de geloofsgenoten van de Vrije Universiteit een nieuwe psychiatrisch-neurologische kliniek aan het Valeriusplein te bouwen. n Frank van Praag
V
anaf de oprichting in 1880 leefde bij de Vrije Universiteit het verlangen naar een eigen medische faculteit. Het draaide vooral om de opleiding van christelijke artsen, die de gelovigen bij geboorte, ziekte en sterven zouden bijstaan. Ook bij de stichters van de Valeriusk liniek, de Vereeniging Christelijke Verzorging van Krankzinnigen en Zenuwlijders, was dit een diep gekoesterde wens. Deze Vereeniging wilde graag dat een gereformeerde leerstoel voor psychiatrie in het leven werd geroepen, met het liefst een eigen ziekenhuis daarbij. En zij had daar de hulp van de Vrije Universiteit voor nodig. Christelijke barmhartigheid In 1884 werd de Vereeniging
tot Christelijke Verzorging van Krankzinnigen en Zenuwlijders opgericht. Christelijke barmhartigheid was één van de voornaamste motieven. De oprichters vreesden een toenemende invloed van de overheid in de krankzinnigenzorg. Het was niet de bedoeling dat gereformeerden hun patiënten zouden toevertrouwen aan “inrichtingen waar men het bloed van Christus niet kent”. De Vereeniging bleek over veel zelfvertrouwen en ambitie te beschikken, want zij was in 1929 het grootste psychiatrische verband in Nederland. Zij bezat toen naast de Valeriuskliniek vijf inrichtingen: Veldwijk, Bloemendaal, Dennenoord, Wolfheze en Vogelenzang. Pas in de jaren tachtig van de 20ste
eeuw zou dit verband verdwijnen. Voorzitter Lindenboom van de Vereeniging deed aan het eind van de negentiende eeuw met klem de oproep om samen met de Vrije Universiteit zo snel mogelijk een medische faculteit op te zetten, “met een leerstoel in het bijzonder voor psychiatrie, en met daaraan verbonden een gasthuis.” Na langdurige onderhandelingen werd in 1907 de eerste wens verhoord: de leerstoel psychiatrie. De eerste hoogleraar Leendert Bouman werd ook direct benoemd tot eerste directeur van de kliniek. Eén van zijn eerste taken daarbij was de voorbereiding van de bouw.
Lees verder op pagina twee…
“ Welke inrichting bestemd is tot verheerlijking van God den Heere, tot bevordering der wetenschap en bekwaming der artsen, voor het werk der Vereeniging tot Christelijke verzorging van krankzinnigen, tot heil van wie daarin genezing zoeken.” Oorspronkelijke tekst die in de eerste decennia boven de ingang van de Valeriuskliniek stond.