28 minute read

BLIK OP BELEID Annick De Ridder

Annick De Ridder, Antwerps schepen van Stadsontwikkeling en Ruimtelijke Ordening:

‘Vergroening en uitgangspunten

sorenco

REAL ESTATE

Een eigendom kopen of verkopen, is altijd een beetje het verleden loslaten. Het is ook een zoektocht naar een nieuwe ‘habitat’. En daar zijn we ons bij Sorenco sterk van bewust. Onze juridische en fiscale kennis in combinatie met een persoonlijke aanpak en betrouwbaarheid, zijn onze troeven die wij al meer dan 45 jaar met ons meedragen. Graag vergezellen we u naar het nieuwe woonhoofdstuk in uw leven!

ONE TEAM WITH PASSION

www.sorenco.be

Grote Steenweg 511 2600 Antwerpen

T. +32 (0)3 281 08 08 E. info@sorenco.be

Het familiebedrijf Sorenco staat meer dan 45 jaar voor professionalisme en gedrevenheid

verblauwing zijn de voor elk project’

Nieuw Zuid is er al, de ontwikkeling van de Slachthuiswijk staat stilaan in de startblokken en minstens voor het komende decennium staan er in Antwerpen nog heel wat veelbelovende gangen op het menu inzake ruimtelijke ordening. Denk maar aan de overkappingsprojecten voor de Ring en de herbestemming van de voormalige BP-site naast de Hobokense Polder. ‘Deze bestuursperiode gaat er grosso modo 165 miljoen euro naar stadsontwikkeling. Met grote projecten als de Scheldekaaien en Zuidpark, maar ook kleine, heel gerichte projecten. Om ruimte te geven aan de stad van morgen, werken we aan een Strategisch Ruimteplan Antwerpen en kijken we uit naar het uitdagende stadsontwikkelingsproject Ringstad’, stelt Antwerps schepen van Stadsontwikkeling, Ruimtelijke Ordening en Haven Annick De Ridder.

door Jan Van de Poel fotografie Wim Kempenaers, Stephanie Fraikin

Met de herontwikkeling van de Scheldekaaien loopt intussen al enkele jaren het grootste stadsontwikkelingsproject van de huidige bestuursperiode, goed voor 72 miljoen euro. ‘Het is ons paradepaardje, waarvoor we internationale erkenning krijgen’, wijst schepen De Ridder ook op de prijs voor mooiste publieke ruimte die in 2020 naar het al opgeleverde deel Sint-Andries-Zuid ging. De nieuwe Scheldekaaien belichamen volgens haar ook mooi de grote uitgangspunten die het Antwerpse stadsbestuur bij elk stadsontwikkelingsproject meeneemt: vergroening en verblauwing. ‘Beide thema’s zijn bijzonder relevant, zowel in een droge zomer als bij overvloedige regen. Daarbij houdt verblauwing niet alleen een slimmere omgang met water in onze stad in. Het staat ook voor een betere band met de Schelde, de levensader van onze stad. Want we hebben veel te lang met onze rug naar de Schelde geleefd.’

‘CENTRAL PARK’ VAN ZEVEN HECTARE

Een al even treffend voorbeeld vindt ze Nieuw Zuid en het Zuidpark, het nieuwe ‘Antwerpse Central Park’ op de Gedempte Zuiderdokken. ‘Het Zuidpark biedt op zeven hectare onder andere plaats aan 497 bomen, 30.000 nieuwe planten en een collectieve hemelwateropvang met een capaciteit van anderhalf miljoen liter. Bij hevige regen kan het water er worden opgevangen om wateroverlast in de wijk te vermijden. Deze buffer kan ook worden aangewend voor de bevloeiing van de groenperken, de bomen en planten en de samentuinen. Ook de wasstraat van de dienst Stadsreiniging op de Scheldekaaien zal ervan water afnemen. En het gefilterd regenwater zal later ook gebruikt worden in het kopgebouw in Nieuw Zuid’, geeft de schepen aan. ‘Wanneer Nieuw Zuid helemaal klaar is, zullen we meer dan 12 hectare extra groen gecreëerd hebben. Met onder andere verticale tuinen, groendaken, wadi’s en speelpleinen maken we dit nieuwe stadsdeel samen met de private sector zo groen mogelijk. Pal ernaast realiseren we tegen 2024 langs de Schelde nog een nieuw park van 750 meter lang en 5,5 hectare groot. Hier gaan we met het regenwater van de Ring aan de slag. We zuiveren het en gebruiken het om het groen van het nodige water te voorzien.’ Tegelijkertijd stipt de schepen aan dat ze vergroening en verblauwing ook in de kleine projecten nastreeft. ‘De oorspronkelijke plannen voor het Mediaplein voorzagen geen ruimte voor groen, wegens te moeilijk omdat daar een parking onder zit. De ontwerpers heb ik terug naar de tekentafel gestuurd. Het plein werd verhoogd waardoor tien hoogstammige bomen er nu wel in voldoende kwaliteitsvolle ondergrond kunnen wortelen.’

‘Wanneer wij als overheid ergens investeren in patrimonium, zal de private markt er volgen met eigen investeringen.’

Hoe kijkt u naar de uitdaging om de beschikbare ruimte kwaliteitsvol én efficiënt in te vullen?

Annick De Ridder: ‘Vandaag telt Antwerpen 538.000 inwoners. Tegen 2040 komen daar in deze groeiende stad makkelijk enkele tienduizenden bij. De stad van morgen heeft dus ruimte nodig. De vraag is hoe we daarmee omgaan. We zetten in op slimme verdichting met vrijwaring van de schaarse open ruimte en efficiënt ruimtegebruik. Hoogbouw kan daarbij op sommige goed uitgekozen plekken een oplossing zijn, op plaatsen die goed ontsloten zijn bijvoorbeeld. Daarbij moeten we ook aandacht hebben voor de leefbaarheid in onze stad. Want dichte bebouwing en een gebrek aan open, groene ruimtes leiden tot hitte-eilanden bij droogte en tot overstromingen bij hevige regenval. We willen onze ambities realiseren op basis van een investeringsbestuur, waarbij we naar de private sector kijken als sterke partner. We geloven dat wanneer wij als overheid ergens investeren in patrimonium, de private markt er zal volgen met eigen investeringen. Aan alle ondernemers en bedrijven zeg ik heel uitdrukkelijk: Antwerpen is open for business.’

Welk instrumentarium gaat de stad helpen deze ambitie waar te maken?

Annick De Ridder: ‘We werken aan een Strategisch Ruimteplan Antwerpen, waarmee we Slim Ruimtelijk Ambitieus richting 2040 kijken. Dit plan spitst zich toe op zeven deelgebieden die samen heel Antwerpen omvatten, van de stad intra muros tot de noordelijke districten Berendrecht-ZandvlietLillo. Daarbij hanteren we een drieledige focus: Antwerpen als levendige woonstad op maat van alle bewoners, als slimme netwerkstad en als veerkrachtig landschap met ruimte voor groen en water. Daarnaast wil ik komen tot een afgeslankte bouwcode. De huidige is vaak te veel in detail uitgewerkt, waardoor vergunningen al te complex dreigen te worden. De bouwcode moet zodanig vereenvoudigd worden dat ze op hoofdlijnen de ruimtelijke kwaliteit bewaakt en verder de technische vereisten voor veiligheid, woonkwaliteit en mobiliteit handhaaft. Een vereenvoudigde en verbeterde bouwcode moet ook leiden naar een klantvriendelijker beleid.’

De vastgoedwereld is vaak kritisch over het verloop van het vergunningsproces. Hoe kijkt u hiernaar?

Annick De Ridder: ‘De stad Antwerpen kent een stijgend aantal bouwvergunningen. In 2018 werden 4.918 vergunningen afgeleverd, twee jaar later waren dat er 5.453 en in 2021 al 6.653. Dat is een stijging van bijna 35 % op drie jaar. Deze verhoogde instroom leidt tot een verhoogde werkdruk. Om ervoor te zorgen dat indieners snel genoeg een antwoord op hun vragen en dossiers krijgen, kiezen wij ervoor om onze dienst stedenbouwkundige vergunningen te versterken op meerdere posities en de digitalisering van de eerstelijnshulp van de dienst verder uit te rollen. Ik moet u niet uitleggen dat zulke investeringen in deze uitdagende tijden geen sinecure zijn. Om over het invullen van die posities in de huidige jobmarkt nog maar te zwijgen. Maar uitdagingen zijn er om vol aan te gaan.’

Net nog engageerde Vlaanderen zich tot een maximale overkapping van de

noordelijke Antwerpse ring, waardoor enkele van de zeven geplande ringparken nog wat groter zullen uitvallen. Voor het vervolgverhaal hierop ziet u waarschijnlijk grote kansen voor Antwerpen?

Annick De Ridder: ‘Van Antwerpen de meest leefbare stad van Vlaanderen maken, is een ambitie die de huidige bewindsploeg expliciet in het bestuursakkoord heeft opgenomen. De binnenstad leefde tot nu toe quasi letterlijk met haar rug naar de ring toe. Door de overkapping van de Ring zal de binnenstad op een heel organische, open én groene manier aan de buitenstad worden gelinkt. Dit zorgt voor misschien wel de meest intrigerende wending qua stadsontwikkeling ooit in Antwerpen: de Ringstad. We hebben het hier over 1 miljoen vierkante meter bijkomende bebouwbare oppervlakte: dat is een heel nieuw ‘district’ dat erbij komt. In die Ringstad is er ruimte voor een mix van wonen, werken en (publieke) voorzieningen. Bovendien levert deze nieuwe stadsontwikkeling op verschillende locaties een belangrijke bijdrage aan de bouwshift én de modal shift. Met Ringstad bouwen we de ‘randen’ van de stad af. Door op goed bereikbare plaatsen in de stad te bouwen, zal er minder groen in de rand worden aangesneden. De invulling van functies of programma worden project per project bepaald, in overeenstemming met het Strategisch Ruimteplan Antwerpen. Voor de private projecten staat de stadsbouwmeester in voor de bewaking van de ruimtelijke kwaliteit. Bovendien zal de meerwaarde op de stedelijke gronden volledig terugvloeien naar maatschappelijke doelstellingen, zoals wijk- en buurtgroen, publieke voorzieningen voor de wijk, betaalbaar wonen of een leefbaarheidsproject van een volgende fase. De eerste realisaties van Ringstad zullen klaar zijn samen met de Ringparken, tegen 2030.’

‘Met dit project willen we volledig breken met die soms negatieve connotatie die rond deze buurt hangt.’

Dirk De Roo, Triple Living

Slachthuiswijk stevent af op metamorfose van vijftien jaar

Het viaduct langs het Sportpaleis zal op termijn verdwijnen en plaats maken voor een heel nieuwe ringconstructie in het kader van de Oosterweelverbinding. Maar ook de zone aan de andere kant van het Lobroekdok, de Slachthuiswijk, ondergaat de komende jaren een metamorfose. ‘De bedoeling is om op de vroegere Slachthuissite en de gebieden daarrond een nieuwe residentiële woonwijk te maken. Het gaat eigenlijk om een uitbreiding van de stad en de bestaande wijk Dam’, zegt projectdirecteur Dirk De Roo van de Antwerpse projectontwikkelaar Triple Living.

door Bart De bruyn fotografie Koen Fasseur

De Slachthuiswijk, waar vroeger slachterijen en vleesverwerkende bedrijven gevestigd waren, wordt een nieuwe groene stadsbuurt. De stad Antwerpen was vroeger eigenaar van de voormalige slachthuizen. Nadien zijn onder verschillende eigenaars pogingen ondernomen om de buurt een nieuwe toekomst te geven, tot Triple Living en Immobel in 2018 via de overname van Land Invest eigenaar werden van verschillende stukken grond.

De stad Antwerpen is eigenaar van heel wat gronden in de zone van het Noordschippersdok en van het openbaar domein dat er rond ligt. Projectontwikkelaars Triple Living en Immobel zijn daarnaast eveneens eigenaar van tal van gronden en gebouwen in het projectgebied. ‘Triple Living, Immobel en AG Vespa, het vastgoedbedrijf van de stad Antwerpen, werken daarom sinds enkele jaren samen om al hun gronden samen te ontwikkelen tot één groot project’, vertelt Dirk De Roo van Triple Living. ‘Voor de gezamenlijke gronden binnen de drie zones van het Ruimtelijke Uitvoeringsplan (RUP) - Slachthuissite, Noordschippersdok en Lobroekkade - werd een samenwerkingsovereenkomst afgesloten.’

De insteek van het RUP is de ontwikkeling van een nieuwe groene stadsbuurt, waar gewoond, gewerkt en geleefd gaat worden. ‘Veel mensen kennen de geschiedenis van de site al niet meer. Ze kennen de Slachthuissite voornamelijk als parking van het Sportpaleis. Met dit nieuwe project willen we ook echt volledig breken met die soms negatieve connotatie die rond deze buurt hangt.’

AP HOGESCHOOL ALS TREKKER

De focus in de nieuwe wijk ligt hoofdzakelijk op wonen in combinatie met alle noodzakelijke daarbij horende benodigdheden, zoals scholen, kleine handelsruimtes, sportinfrastructuur, kinderopvang, … ‘Ook wordt er gedacht aan mogelijkheden voor de tewerkstelling van laaggeschoolden. Het is zeker niet de bedoeling dat er een shoppingcenter of grotere kantoren komen.’ Het project is uitgestrekt over 235.000 vierkante meter bovengrondse oppervlakte. Daarvan is 180.000 vierkante meter bestemd voor wonen. ‘Van de overige 55.000 vierkante meter voor niet-wonen neemt AP Hogeschool Antwerpen met zijn nieuwe campus op de site al 22.000 vierkante meter in beslag. De rest is voorzien voor ambachten en nijverheid, lokale school, sportoppervlakte, … ‘

AP Hogeschool Antwerpen brengt een volledig nieuwe campus onder In een van de twee oude vleeshallen die bewaard zullen blijven. ‘Een grote technologiecampus zal er zo’n 2.500 studenten samenbrengen. Die volgen nu nog les op verschillende locaties, die verspreid over de stad liggen. AP Hogeschool geloofde vanaf het begin in de toekomst van deze site, vlakbij zijn nieuwe campus Spoor Noord. Het is voor ons project enorm belangrijk om zo’n trekker te hebben.’ De nieuwe campus van AP Hogeschool op de Slachthuissite moet eind 2024 klaar zijn. Naast de residentiële ruimte is er ook bijzonder veel aandacht voor publiek groen. ‘Dat is ook bedoeld voor de huidige bewoners van de Damwijk, aangezien zij nu niet over een groene openbare ruimte beschikken. Zo komen er twee grote parkzones.’

De wijk heeft geen duidelijk centrum, maar ook daar komt verandering in. ‘Momenteel liggen er enkele winkels en horeca langs één kant van de straat. De bedoeling is om een nieuw en centraal plein te creëren. Het Lobroekplein moet een bruisend plein worden met leven rondom.’

GROENE POORT IS DE START

Het eerste residentiële bouwblok dat in verkoop is gezet, is gelegen aan het Lobroekplein.

Wonen aan de mooiste oever van de Schelde

Luxeappartementen aan het water met zicht op de Antwerpse skyline!

Voor meer info: Na een zinderende stroomversnelling is het telkens uitkijken naar rustiger vaarwater. Zo voelt thuiskomen in uw luxe-appartement bij Rivo: nergens parelt de metropool zo mooi als in de weerspiegeling van het water. Hier beheersen we het meesterlijke evenwicht tussen groen en doen. Tussen dobberen op het Galgenweel en denderen op het ritme van de stad. Tussen ontspannen in de buurt en ontdekken in het centrum. Uw luxeappartement is uw eigen exclusieve paradijs, van design tot panorama. Hier is luxe zo eenvoudig als een schuifdeur openen.

Wordt Linkeroever uw Lieveroever? Ontdek ons aanbod op www.rivo.be. Of maak een afspraak via verkoop@vooruitzicht.be of bel 03/260 95 60

Groene Poort is een groot bouwblok van meer dan 23.000 vierkante meter. Het telt 227 wooneenheden en een achttal commerciële ruimtes voor horeca, kantoor, dokter of andere zaken. Dirk De Roo: ‘Op die manier willen we het nieuwe centrum van de wijk rond het Lobroekplein in eerste instantie afwerken. De verkoop loopt, in januari 2023 start de bouw met de bedoeling om eind 2024 de eerste appartementen op te leveren.’

Triple Living wil een goede mix tussen eigenaars en investeerders houden. Van de eerste kopers zijn 60 % eigenaars die er hun intrek zullen nemen. De overige 40 % zijn investeerders die zullen verhuren. ‘Vastgoedinvesteerders in Groene Poort kunnen rekenen op de extra verhuuurservice van Triple Living, die alles voor hen regelt: van verhuur en administratie tot herstellingen en onderhoud.’ Van de commerciële ruimtes is geen enkele in verkoop gezet. ‘De invulling van deze ruimtes is heel belangrijk voor het geheel en de sfeer van de buurt. Daarom willen we controle op wie en wat er in de commerciële ruimtes zal komen. Vanuit onze ervaring op Nieuw Zuid pakken we dit anders aan dan gebruikelijk’, legt Dirk De Roo uit. ‘We willen wel graag het risico wegnemen van ondernemers. Desnoods steunen we hen financieel. Op het Nieuw Zuid heeft Triple Living dit al gedaan door de galeriehouders aantrekkelijke huurvoorwaarden aan te bieden. In de beginfase willen we de invulling van de commerciële ruimtes echt wel onder controle houden.”

VOLGENDE PROJECTEN

Ondertussen is Triple Living ook al volop bezig met het ontwerp van de volgende drie bouwblokken, merkt de projectdirecteur op. ‘We hebben een verkoopsmachine op gang gebracht met een eigen verkoopkantoor op de site, en die moet blijven draaien. We doen dat met eigen mensen, specifiek voor de Slachthuissite. Daarnaast zorgen we ervoor dat er steeds een mix aan appartementen in verkoop is, van meer tot minder luxe en in verschillende groottes.’ Een eerstvolgende project is het bouwblok aan de meest oostelijke kant van site. ‘Daar willen we een bestaand bouwblok zo snel mogelijk afwerken. Begin 2023 willen we de verkoop opstarten, waardoor we eind 2023 kunnen beginnen bouwen en de eigenaars het eind 2025 in gebruik kunnen nemen. Het gaat om een mix van appartementen en eengezinswoningen.’

Voorts worden ook de bouwblokken aan het nieuwe park aangepakt. ‘We bekijken momenteel de mogelijkheden om in een van die bouwblokken de buurtsporthal onder te brengen. Nu ligt er een masterplan op tafel met een nieuwe sporthal op de plaats van de oude. Maar ons lijkt het beter om die al meteen te voorzien op een andere locatie, zodat er steeds een sporthal is. Zodoende kan deze ook worden gekoppeld aan de buitenruimte in het park. Zo kunnen ook zowel parkbezoekers als sporters de cafetaria gebruiken.’

Voor het ontwerp van een ander bouwblok wil Triple Living een buitenlandse architect

‘Vastgoedinvesteerders in Groene Poort kunnen rekenen op de extra verhuuurservice van Triple Living, die alles voor hen regelt.’

inschakelen. Onder dit bouwblok komt ook een publieke parking voor bezoekers.

BEREIKBARE EN DUURZAME WIJK

Van het openbaar domein zitten de grootste delen bij de stad. Daar is het de bedoeling om midden 2023 ook al te starten met een gedeelte van de aanleg ervan. Twee jaar later zal het openbaar domein van de Slachthuissite reeds klaar zijn.

Langsheen de eerste grote bouwblokken wordt ook een nieuwe toegangsweg aangelegd. Die vormt de verbinding tussen de Slachthuislaan en de nieuwe en bestaande woonwijk en zal daarom zijn uitgerust met verkeersremmende maatregelen. ‘Mobiliteit is een bijzonder aandachtspunt. Een goede bereikbaarheid is belangrijk maar mag geen overlast bezorgen’, zegt Dirk De Roo. ‘De huidige regelgeving verplicht ons nog om heel wat parkeerplaatsen te voorzien, ervan uitgaande dat iedereen nog met de wagen naar het werk gaat. We bekijken momenteel volop opties om nieuwe parkeerplaatsen op termijn ook een andere invulling te kunnen geven. Zoals bijvoorbeeld parkeerplaatsen op het gelijkvloers, die we dan op termijn kunnen wijzigen naar commerciële ruimte.’

Daarnaast wordt ook naar het openbaar vervoer gekeken. ‘Vandaag is er al het metrostation Schijnpoort op 600 à 700 meter. De Lijn plant er zelfs een hub met oog op de bereikbaarheid van het Sportpaleis. Verder zijn we in gesprek met De Lijn om, waar mogelijk, bijkomend openbaar vervoer te voorzien. Onder meer ook voor de nieuwe campus van AP Hogeschool is dat nodig.’

In de nieuwe wijk streeft Triple Living ook naar warmtevoorzieningen. ‘De woningen van de wijk zullen verwarmd worden via een warmtenet met restwarmte van het waterzuiveringsstation. Bovendien zal de wijk zonder gas aangelegd worden.’

NIEUWE SKYLINE

Om het gehele project binnen het RUP van 270.000 vierkante meter af te ronden, gaat Triple Living uit van een duurtijd van 15 tot 20 jaar voor de realisatie. ‘Niet alleen de vernieuwde invulling van de Slachthuissite en omgeving zal het hier dan helemaal anders uitzien. Ook de Oosterweelverbinding zal hier een totaal andere skyline opleveren’, besluit Dirk De Roo.

‘De woningen van de wijk zullen verwarmd worden via een warmtenet met restwarmte van het waterzuiveringsstation.’

www.slachthuis-antwerpen.be www.triple-living.be

Slachthuiswijk in straffe cijfers

• 235.000 m² aan ruimte • 180.000 m² voor wonen • 40.000 m² aan parken, pleinen, waterlandschap en speelzones • Campus voor 2.500 studenten

GET IN TOUCH !

De nieuwe 22-Projecten worden gerenoveerd volgens de 2050-normen. Als nieuwe huiseigenaar en/of investeerder geniet u zodoende bescherming tegen de hoge energieprijzen en is uw vastgoed future-proof.

Afbraak viaduct Merksem kan vanaf 2025

Samen met de ontwikkeling van de Slachthuiswijk staat er ook op vlak van mobiliteit heel wat te gebeuren in AntwerpenNoord en Merksem. Daar luiden de Oosterweelwerken stilaan het einde in van het viaduct van Merksem. In de plaats daarvan komt een ingesleufde, dieperliggende en deels overkapte Ring die extra groen brengt naar dit stadsdeel.

door Jan Van de Poel beeld Lantis

Een beschadigde brugvoeg op het viaduct van Merksem en de nodige herstellingswerken daarvoor zorgden de afgelopen weken voor extra filehinder op de Antwerpse Ring richting Nederland. De verkeerssituatie tijdens de herstellingswerken, met slechts twee versmalde rijstroken beschikbaar en een snelheidsbeperking van 70 km/u, gaf al een indruk van de mogelijke impact van de afbraak van het viaduct, waarover dagelijks zo’n 115.000 voertuigen rijden. De Oosterweelwerken geven het noorden van de stad al vanaf 2025 de kans om letterlijk weer uit de schaduw van dat viaduct te treden.

BYPASS HOUDT ER BEWEGING IN

In afwachting van de realisatie van de verdiepte Ring, legt Lantis als bouwheer van de Oosterweelverbinding eerst naast het viaduct van Merksem een tijdelijke ringweg aan. Die investering van 100 miljoen euro moet tijdens de Oosterweelwerken een zo stabiel mogelijke verkeerssituatie creëren. ‘De bypass is sowieso de belangrijkste Minder Hindermaatregel tijdens de werken. Met dit tijdelijk viaduct houden we het verkeer letterlijk in beweging. Die belofte maken we waar door een maximumsnelheid van 70 km/u in te voeren en een onderdoorgang te bouwen aan de E313. Zo kunnen we weefbewegingen wegwerken, wat in normale omstandigheden de kans op mogelijke vertragingen en incidenten vermindert. Hierdoor kunnen we vlot en veilig verkeer op het viaduct garanderen’, licht Lantis-woordvoerster Annik Dirkx toe. ‘Uiteraard kunnen we verkeershinder als gevolg van zware ongevallen nooit uitsluiten. Daarvoor is het wachten op de ingebruikname van de Oosterweelverbinding én het bereiken van een voldoende modal shift.’

VERGUNNING VRAAGT MEER TIJD

Waar aanvankelijk was voorzien om al dit jaar met de bouw van de bypass te beginnen, zal die pas in de tweede helft van volgend jaar kunnen opstarten. ‘Het opmaken van de vergunning voor dit bouwwerk neemt meer tijd in beslag dan we hadden voorzien. Om het behapbaar te maken, splitsen we het project bovendien op in twee delen: een noordelijk deel en een oostelijk deel’, klinkt het. ‘Vandaag werken we aan de vergunning voor het noordelijk gedeelte van de bypass en de onderdoorgang ter hoogte van de E313. Die zou begin 2023 ingediend moeten worden. Na het doorlopen van het openbaar onderzoek verwachten we dat we in de tweede helft van 2023 van start kunnen gaan met de werkzaamheden. In 2025 moet dit tijdelijk viaduct klaar zijn. Aansluitend breken we het viaduct van Merksem deels af.’ Ondertussen lopen er in deze zone wel al tal van andere werkzaamheden. ‘Zo zijn we al gestart met het verleggen van de Schijnkoker nabij Merksem. En ook de eerste diepwanden voor de verdiepte Ring werden ter hoogte van Merksem al in de grond geduwd.’

RINGPARK LOBROEKDOK MET ZWEMBAD

Door de afbraak van het bijna iconische viaduct van Merksem krijgt het gebied tussen de Antwerpse wijken Dam en Kronenburg en Merksem een heel ander gezicht. Door de Ring deels te overkappen, ontstaan kansen voor een groen, waterrijk park: Ringpark Lobroekdok. Water krijgt daar een hoofdrol. Zo is er bijvoorbeeld ruimte voorzien voor een zwemdok van wel 200 meter lang. Ook de rivier Het Schijn, die nu nog onder de grond loopt, wordt er terug zichtbaar. Op de overkapping aan het Sportpaleis komt een schaduwrijke ligweide die aansluit op het zwemdok en een groene speelstrook langs Het Schijn om te picknicken of te sporten.

www.degroteverbinding.be

Meer info over de Oosterweelwerken in deze zone via onderstaande QRcode. Mobiliteitsvragen bij uw bedrijf? Contacteer steven.roeland@voka.be

Jo De Wolf, CEO Montea:

‘Logistiek vastgoed nestelt zich weer dichter bij de stad’

Sinds 18 oktober is de Belgische webwinkel van Amazon online. Van zijn 180 miljoen aangeboden producten vertrekt een selectie vanuit Antwerpen naar de eindklant. Want op Blue Gate Antwerp realiseerde vastgoedontwikkelaar Montea onlangs het eerste Belgische delivery station voor de Amerikaanse e-commercegigant.

door Ruben Aerts foto’s Montea, Stephanie Fraikin

Op het eco-effectieve bedrijventerrein Blue Gate Antwerp heeft Montea in nauwelijks enkele maanden twee logistieke ontwikkelingen van de nieuwste generatie gerealiseerd. Na eerst een nieuwe CityHub aan DHL Express te hebben opgeleverd, trok de vastgoedontwikkelaar er vervolgens voor Amazon een eerste Belgische last mile hub op.

‘E-commerce is maar rendabel, als je de laatste fase van het traject van verwerkte zendingen goed in de hand kan houden. Daarom zijn alle grote e-commercespelers vandaag op zoek naar geschikte locaties voor verdeelcentra aan de rand van grote wooncentra. Want van daaruit kunnen ze pakjes vlot en snel op een geconsolideerde manier bij de eindklant krijgen’, legt Jo De Wolf uit. ‘Naast de grote fullfimantcentra, waar ze hun eigen producten bewaren, kunnen e-commerceplatformen in deze last-milehubs de verschillende stromen van eigen goederen en deze van grote retailers consolideren. Hierdoor moeten er minder bestelwagens de stad in om de eindklant te bereiken.’

SITES OPTIMALISEREN

Nadat Montea voor Amazon vorig jaar al in Amsterdam zo’n hub heeft gebouwd, voerde het diezelfde opdracht de jongste maanden ook in Antwerpen uit. De eerste fysieke hub van Amazon in België kreeg een plaats op Blue Gate Antwerp, omwille van de strategisch gunstige ligging ten opzichte van het stadscentrum en de bereikbaarheid van de wijdere omgeving van daaruit. Dit project maakt deel uit van een grotere site die Montea momenteel ontwikkelt als een stedelijk logistieke hub. ‘Vorig jaar was fysieke e-commerce in België goed voor een omzet van 8 miljard euro. Volgens een studie van CBRE moet er voor elk miljard euro extra omzet die e-commerce voortbrengt, een miljoen vierkante meter aan logistieke ruimte bijkomen. Met de schaarse beschikbare ruimte voor ontwikkelingen is dat een ongeziene uitdaging. Eerder dan in te zetten op nieuwe locaties, moet de oplossing komen van herontwikkeling en optimalisatie van bestaande sites. Blue Gate Antwerp is daarvan een mooi voorbeeld. Optimalisatie

B’Cover by Baloise zorgt voor een verzekering op maat van elk kantoor- of appartementsgebouw in mede-eigendom

Overname van master broker is nieuwste bouwsteen in het buildingecosysteem van Baloise

Een half jaar nadat Baloise B’Cover heeft overgenomen wil de verzekeraar van B’Cover by Baloise een nationaal merk maken. ‘Als gevolmachtigd onderschrijver bieden we een uniek product aan dat tegemoetkomt aan de wettelijke en statutaire verplichtingen van verenigingen van mede-eigenaars (VME)’, vertelt Steven Vanlaer, general manager van B’Cover by Baloise. ‘Bovendien vullen we het B’Cover-pakket aan met extra diensten waardoor we een totaaloplossing aanbieden om de VME en syndicus volledig te ontzorgen.’

Bert Kathagen (links) en Steven Vanlaer (rechts) Eigenaars van een appartement, een handelspand of kantoorruimtes worden vaak geconfronteerd met verschillende risico’s die via de VME verzekerd moeten worden. Door de overname van B’Cover kan verzekeraar Baloise via het nieuwe dochterbedrijf B’Cover by Baloise nog beter tegemoetkomen aan die specifieke noden.

Wettelijk gezien moet elke VME een verzekering afsluiten tegen bepaalde risico’s, zoals de brandverzekering, burgerrechtelijke en beroepsaansprakelijkheid. De producten van B’Cover by Baloise zijn ontwikkeld vanuit die wettelijke en statutaire verplichtingen. Bij B’Cover by Baloise kan een VME de brandverzekering aanvullen met de bijkomende noodzakelijke verzekeringen zodat elk appartements-, kantoor- of gemengd gebouw op maat beschermd is’, legt Steven Vanlaer uit. Zijn team zorgt voor een vlotte opvolging van de ruim 4.000 verzekerde VME’s en zo’n 8.500 bijkomende polissen.

Nationaal merk uitbouwen met eigen makelaars en B’Cover-experts

Buildingeigenaars die kiezen voor B’Cover by Baloise genieten de expertise van de 600 partnermakelaars en van het B’Cover by Baloise-team en krijgen slechts één allesomvattend jaarlijks vervaldagbericht in de bus. ‘Onze mensen zijn dagelijks bezig met deze specifieke materie waardoor zij samen met de makelaars snel en gericht op elke vraag kunnen antwoorden’, zegt Vanlaer. ‘Bovendien volgt ons team intern ook alle mogelijke wetsaanpassingen op die een invloed kunnen hebben wanneer een verzekeringsproduct aangepast moet worden.’

Dankzij het unieke aanbod van B’Cover en het bestaande makelaarsnetwerk van Baloise wil de verzekeraar B’Cover by Baloise nationaal profileren. Met de acquisitie bouwt het moederbedrijf tegelijk verder aan haar ecosysteem in de buildingmarkt. ‘B’Cover by Baloise geeft een duidelijke meerwaarde op vlak van verzekeringen en wordt mooi aangevuld met de diensten van onze andere partners zoals ImmoPass, Keypoint en Rentio’, zegt Bert Kathagen, directeur Partnerships bij Baloise.

Die eerste zorgt voor technische audits waardoor VME’s een totaalbeeld krijgen van hun gebouw en zo bijvoorbeeld kunnen incalculeren wanneer renovaties nodig zijn. Dat komt de verzekeringspremie ten goede. Is er toch schade, dan kunnen syndicus en makelaar via Keypoint Connect eenvoudig de schade doorgeven en opvolgen. Daarnaast krijgen ze ook toegang tot een netwerk van kwalitatieve en erkende herstellers, wat hen snelheid en zekerheid geeft. Het onlineplatform Rentio ten slotte verlicht de administratieve rompslomp van het (ver)huurproces. ‘Zo kunnen we de syndicus en de VME in elk onderdeel van wonen en verzekeren maximaal ontzorgen’, besluiten Kathagen en Vanlaer.

kan bijvoorbeeld door meer in de hoogte te werken en functies te stapelen of, specifiek dan in Antwerpen, door extra in te zetten op transport over het water. Zo worden ongebruikte sites in de haven meteen interessanter.’

PARKING VOOR 400 BUSJES

Terwijl Montea samen met DPD in Vilvoorde afgelopen voorjaar al het eerste distributiecentrum met twee bouwlagen in België heeft afgeleverd, realiseerde het met de Amazon-ontwikkeling in Antwerpen een andere blikvanger. Naast 5.764 vierkante meter aan magazijnen en 2.157 vierkante meter aan kantoorruimte, springt vooral het parkeergebouw van vijf verdiepingen - in totaal goed voor 40.000 vierkante meter - in het oog.

‘De uitgesproken visie van Amazon op de last mile zit hierin vervat. Vooraan het gebouw zijn slechts enkele losplaatsen voor vrachtwagens die goederen leveren. Het parkinggebouw biedt plaats aan 400 elektrische bestelwagens die de Antwerpse agglomeratie moeten bedienen’, licht Jo De Wolf het concept toe. ‘In de uitvoering daarvan is uiteraard extra aandacht naar brandveiligheid gegaan, bijvoorbeeld naar compartimentering en automatische brandblussystemen.’

Daarnaast is sprake van een heel duurzame ontwikkeling. Dit speelt in op het engagement van Amazon om tegen 2040 koolstofneutraal te zijn. Het gebouw heeft een Excellent-certificering BREEAM (Building Research Establishment Environmental Assessment Method, red.). ‘Zo is, naast gebruik van zonnepanelen en warmtepompen, het grootste deel van de nodige bouwmaterialen aangevoerd over het water. En de gevels zijn zodanig uitgevoerd, dat zowel de panelen als de isolatie later bij een eventuele afbraak te recupereren zijn’, somt de CEO van Montea op. ‘Deze bouwwijze is volledig in lijn met de duurzaamheidsstrategie van Montea, dat zijn toekomstige groei richt op multimodale hubs en stedelijke distributiecentra dichtbij grote steden. Ze komt ook tegemoet aan de uitdaging die wij als vastgoedontwikkelaars aangaan om onze CO2-uitstoot terug te dringen. De vastgoedsector is verantwoordelijk voor 39 % van alle CO2-uitstoot wereldwijd: 11 % daarvan manifesteert zich in de bouwfase, 28 % in de exploitatie. Circulair bouwen kan daarop een grote impact hebben. Al moet de klant daar wel voor openstaan, want dit heeft een prijs. Institutionele investeerders en kredietverschaffers verlangen alleszins dat we erop inzetten.’

VERGUNNINGEN BLIJVEN OUD ZEER

Om zulke ontwikkelingen te financieren, heeft Montea vorig jaar nog voor 220 miljoen euro en dit jaar voor 380 miljoen euro aan groene obligaties uitgeschreven. In zijn duurzaamheidsstrategie geeft de ontwikkelaar ook zelf blijk van een groot geloof in multimodale hubs en distributiecentra dichtbij grote steden. ‘Bijvoorbeeld Tour & Taxis lag 100 jaar geleden aan de rand van de stad, maar werd in de 20ste eeuw door de uitdijende stad ingehaald. Logistiek werd steeds verder uit de stad geduwd naar de goedkoopste beschikbare gronden. Door de evolutie in de e-commerce kan logistiek vastgoed zich evenwel voor het eerst weer dichter bij de stad nestelen’, zegt Jo De Wolf.

Met amper beschikbare terreinen en ook de noden die bijvoorbeeld de Antwerpse haven ondervindt om ruimte te kunnen geven aan de eigen activiteiten, blijft de eerste stap in het bouwproces volgens hem de moeilijkste. ‘Alles begint met de locatie. Die moet je vervolgens zo optimaal mogelijk gebruiken, bijvoorbeeld door in de hoogte te bouwen. Alleen is dat in een stedelijke context niet altijd even evident. Bouwen tot 20 of 30 meter is vaak minder een punt op een industrieterrein. Dat leidt ons automatisch naar een oud zeer: de vergunningsproblematiek. Jammer genoeg duurt het zelfs alsmaar langer om stedenbouwkundige vergunningen te verkrijgen. Het Amazon-project was hier gelukkig een uitzondering op. Tussen het eerste contact met de klant en de oplevering van het gebouw ligt ongeveer 2,5 jaar. In de Belgische vergunningscontext is dat een ongezien efficiënte en snelle realisatie.’

www.montea.com

‘De vastgoedsector is verantwoordelijk voor 39 % van alle CO2-uitstoot wereldwijd. Circulair bouwen kan daarop een grote impact hebben.’

BOTANIC SANCTUARY ANTWERP

Het Antwerpse hotel Botanic Sanctuary Antwerp, dat eind vorig jaar opende op de Elzenveld-site nabij het Mechelseplein, heeft onlangs de kwalificatie ‘vijfsterren superior’ ontvangen. Het gaat om de hoogste comfortclassificatie die een hotel in Europa kan krijgen. Botanic Sanctuary Antwerp is het derde hotel in ons land dat het kwaliteitslabel ontvangt en het eerste dat daar al vrijwel meteen na de opening in slaagt. Botanic Sanctuary Antwerp is een van de twee Antwerpse vijfsterrenhotels. Met het binnenhalen van het hoogste comfortlabel doet het daar dus nog een schepje bovenop. ‘Het superior-niveau zegt iets over de service, de gebruikte materialen, de details’, zegt directeur Marc Alofs. ‘Het verschil zit bij ons vooral bij de gasten. Je kan de muren in zilver of goud maken, maar dat verandert voor mij niets. Voor de gasten zijn vooral de kwaliteit van het hotel en de persoonlijke aandacht die ze krijgen belangrijk.’ Naast 108 kamers verspreid over vijf historische gebouwen telt Botanic Sanctuary Antwerp ook vier restaurants, een bar, een wellness, een congrescentrum, twee winkels, een gym en een whiskyclub. Ook de eeuwenoude Onze-Lieve-Vrouwekapel is onderdeel van de Botanic site.

www.botanicantwerp.be

ANTWERP EUROTERMINAL

Aan de Antwerp Euroterminal (AET), een van de grootste terminals in de haven, is onlangs de grootste indoor single unit parking van België in gebruik genomen. Het gaat om een garage van zes verdiepingen die parkeerruimte biedt aan wel 9.000 voertuigen. De parkeergarage bestaat uit betonnen prefabelementen die vervolgens werden gemonteerd. Er werden zo’n 80 arbeiders tewerkgesteld op de werf. Voor een tijdelijke maatschap van industriebouwers Cordeel en Naessens realiseerden zij de opbouw van de nieuwe parkeergarage in dertien maanden. Het project kreeg financiering van het onderzoek- en innovatieprogramma Horizon 2020 van de Europese Unie. De haventerminal is in handen van de Grimaldi Groep en is gespecialiseerd in diverse cargotypes.

www.aet.be

SWECO BELGIUM

Studiebureau VENAC uit Anderlecht maakt sinds kort deel uit van het ingenieursbureau Sweco Belgium, dat zijn hoofdzetel in Antwerpen heeft. Sweco heeft de aandelen overgenomen van het Brusselse familiebedrijf dat gespecialiseerd is in akoestische studies. Op de Belgische en Luxemburgse bouwmarkt is VENAC momenteel een van de leidende bureaus op dit vlak. ‘De expertise van VENAC in alle facetten rond akoestiek en trillingen is erg gegeerd in de markt en speelt een belangrijke rol in de ontwikkeling van duurzame bouwprojecten. Samen zullen we een van de weinige ingenieursbureaus op de Belgische en Luxemburgse markt zijn die complexe geïntegreerde projecten in alle disciplines kunnen aanbieden’, stelt Erwin Malcorps, managing director van Sweco Belgium. Studiebureau VENAC, wat staat voor Vibrations Engineering & Acoustics Consulting, werd in 1985 door Fernand Vandervorst opgericht. Het familiebedrijf telt vijf experten die gespecialiseerd zijn in bouwakoestiek, zaalakoestiek, geluidsniveaus van technische installaties, milieuakoestiek en het beheersen van trillingen.

www.swecobelgium.be

This article is from: