Ondernemers 3 - 2012 met Karel Debaere (Leiedal)

Page 1

0 3 17 februari 2012 • Jaargang 20 • Prijs 8 euro • Afgiftekantoor Gent X • Verschijnt tweewekelijks (uitgezonderd juli en augustus)

Karel Debaere - Leiedal

Ik voel me een ondernemer in de publieke sector Centric Oostkamp groeit, innoveert en wil dat blijven doen – Reportage TEDx-conferentie – Dossier Machinebouw & Metaal


Ondernemers 3 17 februari 2012

Renewable Energy Base Oostende (REBO) is klaar voor het ondersteunen van offshore-projecten Haven Oostende plant spectaculaire werken voor tweede fase van Thorntonproject Oostende is klaar voor de grote offshorewerken die zich aandienen. Met het in gebruik nemen van een zwaarlastkade aan het Zeewezendok treedt ‘Renewable Energy Base Oostende’ (REBO) voortaan prominent op de voorgrond. Als eerste klant van REBO zorgt de projectontwikkelaar C-Power in de eerstvolgende weken alvast voor spektakel: met de assemblage van de windturbines voor de tweede fase van het Thorntonproject zullen zowel inwoners van de stad als toeristen zien wat het betekent dat Oostende zich profileert als basis voor de bouw en het onderhoud van offshore-installaties en windmolenparken in Noordwest-Europa. Sedert haar oprichting in 2010 werkte ‘Renewable Energy Base Oostende’ (REBO) in stilte aan haar structuur en organisatie. Het bedrijf investeerde € 15 miljoen in een terminal van 10 ha bij het Zeewezendok in de voorhaven. Op die site werden de kaaimuren verstevigd zodat ze lasten kunnen dragen tot 20 ton per m². Een eerste deelterrein van 4 ha werd deze maand in gebruik genomen. Om de risico’s op zee te beperken, verkiezen offshore-projectontwikkelaars zoveel mogelijk activiteiten en diensten op land te concentreren. Met REBO spelen wij in op die behoefte. Oostende heeft ideale troeven als hub voor dienstverlening en ondersteuning van offshoreprojecten in een straal van 200 km. Met de 3 ha grote site ‘Halve Maan’ beschikte Oostende al over een eerste offshore-terminal. De zwaarlastkade op de tweede offshore-site aan het Zeewezendok heeft een draagkracht die twee keer zo groot is als de kade van ‘Halve Maan.’

© Fotograaf Henderyckx

De REBO-terminal komt zoals gepland net op tijd voor de tweede fase van het C-Power project op de Thortonbank, dat als eerste klant een gebruiksovereenkomst afsloot met REBO. Voor de bouw en het verschepen van zijn eerste zes funderingstorens, gebruikte C-Power de terminal van ‘Halve Maan.’ Maar met wat nu voor de deur staat is een veel grotere locatie vereist. Inwoners van Oostende en toeristen herinneren zich nog het optrekken en het uitvaren van de betonnen funderingstorens voor Thornton-1 – een trekpleister in de zomer van 2008. Wat de volgende weken en maanden wordt gepland is nog grootschaliger en spectaculairder. Vanaf 6 februari monteert de firma Sarens op de REBO-terminal een hijskraan van 100 m hoogte. Daarmee gebeurt de pre-assemblage van de torens, die worden geplaatst boven de vorig jaar al opgetrokken funderings-jackets. Het volgend ogenblik worden op deze site de eigenlijke turbines aangeleverd, elk zo groot als een flatgebouw. De aankomst van de 65 m lange wieken, mogelijk met een wegtransport, wordt al even opzienbarend.

© Fotograaf Henderyckx

Ten slotte zal de waterbouwgroep DEME hier zijn nieuwste hefeiland ‘Neptune’ dopen – het grootste zelfvarend hefeiland in zijn soort dat uiteindelijk de turbinetorens, de wieken en de turbines zal transporteren en monteren in volle zee. Met deze activiteiten die gepland zijn voor de volgende weken en maanden, zal REBO zich op spectaculaire wijze aan de buitenwereld tonen met zijn unieke troeven als hub voor het ondersteunen van offshoreprojecten.

Over REBO ‘Renewable Energy Base Oostende’ (REBO) werd in oktober 2010 opgericht met als opdracht om infrastructuur te bouwen en diensten te ontwikkelen voor constructie, dienstverlening en onderhoud van windmolenparken op zee en andere offshore-activiteiten. REBO richt zich tot gespecialiseerde projectontwikkelaars, constructeurs en aannemers in een straal van 200 km rond Oostende. Als zodanig focust het bedrijf op o.a. offshore windturbineparken in Noord-Frankrijk, vóór de Belgische kust, in de Nederlandse wateren en voornamelijk op de farshore parken in het V.K. .REBO investeerde al € 15 miljoen voor het inrichten en geschikt maken van een 10 ha groot terrein met zwaarlastkade aan het Zeewezendok. Aandeelhouders van REBO zijn de Haven Oostende, DEME Blue Energy (DBE), de groep Artes, Offshore Wind Assistance (OWA) en de ParticipatieMaatschappijVlaanderen (PMV).

Slijkensesteenweg 2 - 8400 OOSTENDE - Tel. 059/340.711 - Fax 059/340.710 e-mail info@portofoostende.be - www.portofoostende.be


STANDPUNT

Stop het bashen Wat een leuk werkwoord is dat toch. Bashen. Ik bash, hij basht, wij bashen. Bashen is een politiek modewoord voor “ongefundeerd en gratuit aanvallen”. Ik kan me niet ontdoen van de indruk dat een aantal politici en vakbonden vandaag het spelletje “bash de ondernemer” spelen. Beginnen we met de fiscale aanvallen op eenieder die in dit land beter verdient en vooral hen die een managementvennootschap hebben. Laat dat duidelijk zijn: fraude is een misdrijf en dient ten allen tijde hard aangepakt te worden. Maar tegenwoordig wordt iedereen over dezelfde kam gescheerd. Managementvennootschappen dienen volgens sommigen alleen maar om belastingen te ontduiken, constructies in New Jersey op te zetten en er riante plezierjachten in het zuiden mee te onderhouden. Als dat zo is, moeten die (en andere sociale) excessen aangepakt worden. Maar de indruk wekken dat ondernemers allemaal potentiële bedriegers en fraudeurs zijn, noemen ze “bashen”. Bashen doen ook de vakbonden. Of hun staking op 30 januari een succes was, laat ik in het midden. Of het iets uitgehaald heeft, evenzeer. Voka staat voor andere oplossingen om de crisis te bestrijden: werken in plaats van staken, groeien en veranderen in plaats van vasthouden aan wat verworven is en niet langer houdbaar. Dat hebben we getoond met onze actie aan de vakbondslokalen in Brugge en Kortrijk op vrijdag 27 januari. De bonden hielden zich aan de beloftes om geen bedrijventerreinen te bezetten en zoveel als mogelijk de werkwilligen aan het werk te laten, waarvoor dank. Maar ondernemers begrijpen niet waarom hun bedrijf geviseerd werd om te protesteren tegen de maatregelen van de regering. Vergist men zich niet van tegenstrever? Ik heb ondernemers ontmoet die er het hart van in zijn dat in hun bedrijf gestaakt werd en de poorten gebarricadeerd waren. In hun bedrijven werd er in de voorbije decennia nog nooit gestaakt, is er sociale vrede en worden problemen uitgepraat met de délégués. En toch stonden er piketten aan hun deur. “Bashen” noemen ze dat. Hetzelfde lot viel kroonjuweel Bekaert te beurt. CEO Bert Degraeve kondigde aan dat er 609 banen verloren gaan in de Belgische vestigingen maar ook 1.250 in China. De oorzaak is duidelijk. Bekaert pro-

duceert zaagdraad om zonnepanelen te snijden. De markt voor zonnepanelen is evenwel helemaal in elkaar gestort en er is een gigantische overcapaciteit. Daarenboven wordt de technologie van Bekaert geïmiteerd door concurrenten. Bedrijfseconomisch neemt Bekaert de juiste beslissingen én vooral tijdig. Niet wachten tot het kalf verdronken is (zoals de overheid zou doen), maar wendbaar reageren op de gewijzigde marktomstandigheden. In het buitenland zou een CEO applaus krijgen voor dergelijke besluitvaardigheid. In dit land niet zo. De inkt van de persmededeling was nog niet droog of er werd al geëist om de Vlaamse innovatiesteun die aan Bekaert toegekend werd, terug te vragen. Met deze steun kan Bekaert in haar R&D-centrum in Deerlijk concurreren met de grootste labs in de wereld en wereldleider blijven. Bert Degraeve reageerde ad rem: “we zullen onze contracten nakomen met de overheid”. Maar weinigen durven te stellen dat Bekaert en alle andere industriële bedrijven in de streek alleen maar zullen overleven door hoogtechnologische innovatie. Dan is 17 miljoen euro innovatiesteun over een aantal jaren peanuts. In één ruk werd er ook aan toegevoegd dat de Bekaert-groep ruimschoots heeft “geprofiteerd” van de notionele intrestaftrek en geen belastingen heeft betaald. “Bashen” noemen ze dat. Bekaert heeft de notionele aftrek niet uitgevonden; alleen maar toegepast. Last but not least, Bekaert heeft inderdaad geïnvesteerd en geprofiteerd (in de echte zin van het woord “profit”) van de zonnepanelen. Maar wie heeft de hype gecreëerd? Wie heeft de zonnepanelen gesubsidieerd op een excessieve en ondoorzichtige manier? Zij die vandaag roepen dat Bekaert “misbruik” heeft gemaakt van de innovatiesteun en de notionele intrestaftrek. Beste lezer, bij het schrijven van dit standpunt word ik écht boos. Ik zou het willen uitschreeuwen: STOP HET BASHEN VAN DE ONDERNEMER! Zal men het ooit begrijpen dat de 2,4 miljoen werknemers in dit land en het miljoen ambtenaren alleen maar kunnen functioneren en leven dankzij onze ondernemers? Hans Maertens Directeur-generaal, Voka West-Vlaanderen

Schreeuw het voor een keer uit via mail Hans.Maertens@voka.be of op twitter Voka_HMaertens

VENETIËLAAN 28 B-8530 HARELBEKE BELGIË • TEL: 056/23 52 61 • FAX: 056/25 95 89 • WWW.ALLBOXNETWORK.BE

Ondernemers 3 17 februari 2012


Ondernemers 3 17 februari 2012

5

7

Standpunt Inhoud Blikvanger 05 I Unilin

Bedrijven

10

8

10 I Vervaeke Fibre 11 I Jeritop 15 I Van Marcke IT 15 I Synhaeve - doe-het-zelf

Reportage

11 15

07 I Centric

08 I TEDx-conferentie Howest

12

Interview 12 I Interview met Karel Debaere - Leiedal

Havennieuws 16 I Treinshuttle tussen Zeebrugge & Dourges

Dossier machinebouw & metaal 17 I BEP Europe 19 I Machinebouwer Dewulf

15 19 17

24

21 I Sedac-Mecobel

Ondernemers & Co 22 I SD Worx 23 I Imposto Advocaten

Voka-nieuws 24 I Bryo 2012

Agenda Prosit

21

Ondernemers verschijnt tweewekelijks en wordt gratis toegestuurd aan alle leden van Voka West-Vlaanderen. ISSN 1378-9511 Verantwoordelijke uitgever: Hans Maertens, Pres. Kennedylaan 9A, 8500 Kortrijk, redactie.ondernemerswvl@voka.be, www.voka.be/ west-vlaanderen - Maatschappelijke zetel: Havenhuis De Caese, Hoogstraat 4, 8000 Brugge, info.wvl@voka.be - Hoofdredacteur: Dirk Van Thuyne - Eindredacteur: Angie De Wreede - Webredacteur: Tinny Capiau - Grafische vormgeving: Bart Vandaele - Mediaregie: Filip Deckmyn, Chris Lens, Marijke Vanthuyne, Meriam Ziane, Marie-Claude Tack (056-24 16 51, marie-claude.tack@voka.be) - Fotografen: Dries Decorte, Kurt Desplenter, Patrick Holderbeke, Michel Vanneuville, Els Verhaeghe - Journalisten: Karel Cambien, Marc Dejonckheere, Patrick Demarest, Johan Depaepe, Stef Dehullu, Roel Jacobus, Ha誰ke Janssens, Bart Vancauwenberghe, Jan Bart Van In - Druk: PurePrint. Lees Ondernemers nu ook online

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen of openbaar gemaakt, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.


BLIKVANGER

Katrien Schotte: “We mikken op het midden- en het highendsegment van de RTA-markt (Ready To Assemble).” Foto JD

Unilin, division Panels uit Izegem lanceert innovatief kliksysteem voor meubels

‘Dit kliksysteem betekent een grote tijdswinst voor installateurs’ Unilin, division Panels uit Izegem heeft op de interieurbeurs IMM in Keulen hoge ogen gegooid met zijn click furniture. Zijn innovatieve kliksysteem, dat al jaren gemeengoed is in de laminaatwereld, heeft Unilin nu ook als eerste toegepast op de montage van meubelen. Het bedrijf wil deze toepassing nu in licentie geven aan enkele streng geselecteerde partners, maar brengt met ‘didit’ ook een eigen meubellijn op de markt. Unilin veroorzaakte 15 jaar geleden met het kliksysteem een revolutie in de laminaat- en parketwereld; het merk QuickStep is inmiddels een begrip en een referentie. Datzelfde systeem gebruikt Unilin nu ook op een innovatieve manier voor de assemblage van meubels. Geen gedoe meer met te kleine schroevendraaiers, schroeven en vijzen, waarvan je er na afloop toch altijd te veel overhoudt. De klikmeubels kunnen vlot, zelfs door de meest onhandige Harry, in elkaar gezet, geschoven en geklikt worden. “We dachten er allang aan om de klikapplicatie te vertalen naar andere toepassingen, en dan met name in de meubelindustrie”, vertelt Katrien Schotte, brand manager van didit. “Unilin, division Panels is altijd al toeleverancier geweest voor de B2B-markt, en in die context is een aantal onderhandelingen met partners die ons vernieuwende kliksysteem voor meubels kunnen gebruiken, in de laatste fase aanbeland. Maar we hebben ook beslist om een eigen meubellijn op de markt te brengen, onder de merknaam ‘didit’, en zo rechtstreeks deze markt te betreden. Die beide kanten van dit verhaal krijgen evenveel aandacht en werken elkaar ook niet tegen. Het zelf produceren van klikmeubelen is noodzakelijk om onze techniek continu kritisch te bekijken en onze partners de juiste ondersteuning te bieden.” In het najaar is Unilin begonnen met het leveren van ‘didit’-meubelen aan de Britse retailgigant John Lewis, die de eerste collectie in een vijftiental winkels aanbiedt. “We mikken duidelijk op het midden- en het high-end segment van de RTA-markt (Ready To Assemble)”, merkt

Schotte op. “Ook twee winkels in Nederland hebben onze klikmeubelen opgesteld, net als Top Interieur in Izegem. Dat is het soort zaak waarin de didit-lijn het beste tot haar recht komt. Onze meubels zijn zeker niet de goedkoopste op de markt, maar dat wordt gecompenseerd door het installatiecomfort.”

49 seconden voor een boekenkast Unilin deed er zowat drie jaar over om het kliksysteem te verfijnen voor meubeltoepassingen en een aantrekkelijke eigen collectie uit te werken. Uiteindelijk kon het bedrijf de click furniture-collectie begin januari officieel voorstellen op IMM in Keulen, een van de belangrijkste Europese vakbeurzen op het vlak van interieurinrichting. Al had het bedrijf in april wel al een ballonnetje opgelaten in Milaan, door het tonen van de toen beschikbare collectie en ontwerpen in een hotel rechtover de grote meubelbeurs daar. “We waren nog niet klaar voor onze grote entree, maar het was wel een mooie gelegenheid om eens te polsen naar de reacties van de markt én van de vakpers”, zegt Katrien Schotte. “Daar konden we ook de eerste commerciële contacten leggen.” In Keulen kon Unilin wel voluit uitpakken met deze innovatie, en sinds die beurs draaien de commerciële medewerkers op volle toeren. De voorbije weken werden contracten afgesloten waardoor didit opgesteld zal worden in meer dan zestig winkels wereldwijd, zelfs tot in Japan. Het succes tijdens en na de beurs komt niet onverwacht want de klikmeubeldemonstraties deden heel wat bezoekers geïnteresseerd halthouden bij de stand van didit. “Het eerste wat ze vaak deden, was controleren of het meubel stevig in elkaar zat”, lacht Katrien Schotte. “Ook leuk om te zien,

was dat er een soort competitie op gang kwam: de snelste installateur zette een boekenkastje op in 49 seconden. Voor professionele installateurs betekent het systeem een grote tijdswinst en veel comfortabelere werkomstandigheden.”

Nog meer kliktoepassingen De ervaring die Unilin met QuickStep opdeed op het vlak van decoren – de ingewerkte prints in het materiaal – en oppervlakte-afwerking, komt nu ook van pas bij de eigen meubellijn ‘didit’. “Een mooi design is altijd belangrijk geweest in dit bedrijf, en ook bij de meubelen hechten we evenveel belang aan het uitzicht als aan het bouwgemak”, benadrukt Katrien Schotte. “Dat uitzicht bepalen en ontwerpen we helemaal zelf. Het is een groot voordeel dat we binnen deze brand nauw kunnen samenwerken met de designers en ontwikkelaars van de vloeren.” In principe kan elk meubel met het ‘Uniclic’-systeem in elkaar worden gestoken: kasten met deuren of met lades, wandkasten, salontafels, tv-meubels… Die zitten of komen allemaal in het ‘didit’-gamma. “We zijn gestart met bureaus, boekenkasten en open wandkasten – die zijn nu al in de genoemde winkels te koop – en werken nu hard aan de volgende fasen”, zegt Schotte. Als bedrijf dat innovatie hoog in het vaandel voert, denkt Unilin inmiddels al na over meer toepassingen van het kliksysteem. Er wordt bijvoorbeeld gesproken over ‘klikvinyl’. Andere ideeën die ongetwijfeld in de kokers van de ontwikkelaars rondwaren, zijn nog niet rijp om met de buitenwereld te delen. (JD)

www.didit-furniture.com www.unilin.com

Ondernemers 3 17 februari 2012


Ondernemers 3 17 februari 2012

Ideeën en oplossingen in rubber

De Goestingmeter Hoe groot is jouw goesting om te ondernemen?

Ben je bright & young, én heb je goesting om te ondernemen? Doe de test op www.goestingmeter.be en misschien kom je wel in aanmerking om samen met andere enthousiastelingen je goesting om te zetten in een vliegende start voor je eigen onderneming.

- - - -

www.goestingmeter.be

celrubber platen en blokken in diverse kwaliteiten ( NR/SBR-EPDM-NBR-CR-PE-... ) antislip rubber: rollen, stroken en kleinere stukken zelfklevende celrubber strips in EPDM & CR waterdoorlatende dak- & terrastegels, matten, boordingen, … in granulaatrubber

S PE

E

R

T 1 968

C I A LI S

SED

NV AQUILES Weverijstraat 28/36 8560 Wevelgem tel: 056 41 40 11 fax: 056 41 93 04 e-mail: info@aquiles.be www.aquiles.be

BBER

•U W

RU

T•

powered by

VEV_02705_08-132x194_vokatribune.indd 1

16/01/12 17:17

NAESSENS-HVAC bvba Maatsch.zetel: Fr. Rooseveltlaan 23 8790 WAREGEM

Burelen & magazijn: Desselgemsesteenweg 39 8540 DEERLIJK

Tel. 056/613.113 Fax. 056/617.242

info@naessenshvac.be www.naessenshvac.be

• AIRCONDITIONING • WARMTEPOMPEN • VENTILATIE • SANITAIR • VERWARMING • ENERGIEZUINIGE TOTAALCONCEPTEN VOOR KANTOREN

Wij garanderen “service & kwaliteit”!


Estafette

BEDRIJVEN

In deze nieuwe rubriek gaan we met een WestVlaamse zaakvoerder op zoek naar de essentie van ondernemen. Hij of zij mag dan de fakkel doorgeven aan een zelfstandige collega, met een persoonlijke vraag erbovenop. Ex-wielrenner Johan Museeuw van Museeuw Bikes en PeakLevel neemt de fakkel over van Greetje Demuelenaere.

Centric uit Oostkamp is grootste IT-speler in Vlaanderen, na integratie van zes bedrijven

‘Centric groeit, innoveert en wil dat blijven doen’ Felgroene letters aan de ingang van het voormalige Sycron-gebouw in de Oostkampse Siemenslaan verwelkomen je in ‘de wereld van innovatie’. In het hoofdkwartier van Centric Belgium wordt zelfs de hartslag van de toekomst bepaald: Centric Oostkamp groeit uit tot kenniscentrum van de Centric-groep. Arne Vandendriessche, marketing manager van Centric Belgium: “We bedienen met 650 werknemers en vestigingen in Oostkamp, Antwerpen en Zaventem een 1.000-tal klanten, van kmo’s tot multinationals, en zijn daarmee het grootste IT-bedrijf in West-Vlaanderen en het vijfde in België. Vanuit Oostkamp sturen we nu ook Centric France.” Het dienstengamma van Centric Belgium is alomvattend: hard- en software én IT-personeel. Arne Vandendriessche: “We ontwikkelen bedrijfssoftware voor de groothandel en bouwbedrijven als Bostoen en Vandewalle Bouwgroep maar ook de magazijnen van kookgerei fabrikant Demeyere worden door onze software gestuurd. Software voor retailbedrijven als Blokker, Bart Smit, Delitraiteur en JBC is dan weer veel internationaler, met een markt in 30 landen. Andere klanten, zoals slagersgroep Renmans, nemen het volledige pakket bij ons af. Daarnaast detacheren wij ook IT’ers. Wij kunnen voor elke sector en elke klant het juiste IT-profiel vinden.”

iTV.Desk, Narrowcasting en Surface Table II In het oog springende innovaties waarmee Centric het verschil wil maken, zijn de iTV.Desk, Narrowcasting en de Surface Table II. Arne Vandendriessche: “De iTV. Desk is een interactief online klantencontactcentrum. De klant maakt thuis via de webcam contact met een servicemedewerker van een bedrijf. Die kan eenvoudige documenten delen en de klok rond informatie geven zonder dat de klant zich moet verplaatsen.” Narrow-

Arne Vandendriessche: “De West-Vlaamse hogescholen zijn belangrijke partners voor ons, omdat ze onze toekomstige werknemers opleiden.” Foto MVN

casting is een digitaal displaysysteem voor winkels. Door de koppeling met prijs- en voorraadgegevens kan altijd de meest recente productinformatie worden geafficheerd. De Surface-tafel kan wel eens een revolutie ontketenen in de vergadercultuur. Groepsoverleg gebeurt rond een centrale touchscreentafel ter grootte van een voetbaltafel. Informatie zoals kaartmateriaal bij rampenplannen of groot formaat bouwtekeningen kan eenvoudig worden opgeroepen, gedeeld en via het scherm zelfs ter plekke aangepast en opgeslagen. Centric ziet ook toepassingen mogelijk bij lokale besturen. Arne Vandendriessche: “In eerste instantie wordt de tafel gebruikt voor het beschikbaar stellen van gemeentelijke informatie, maar ze kan een multifunctionele ontmoetingsruimte tussen burgers en ambtenaren worden. Identificatie gebeurt door je elektronisch paspoort op de tafel te leggen, maar ook de gegevens van een gsm worden door de tafel ingelezen.”

Kot van de toekomst Centric Belgium groeit en wil dat blijven doen. Arne Vandendriessche: “De West-Vlaamse hogescholen zijn dan ook belangrijke partners voor ons, omdat ze onze toekomstige werknemers opleiden. Maar we zijn daarbij niet alleen vràgende partij: zo krijgt ook het Kot van de toekomst (Katho) een Surface-tafel.” (SD)

Wat was uw grootste les op het vlak van ondernemerschap en van wie hebt u die gekregen? “Ik heb geleerd dat zakendoen en wielrennen twee totaal verschillende werelden zijn. Als profsporter wordt alles voor je geregeld, als ondernemer moet je alles zelf doen. De grote gemene deler is dat het altijd knokken is om ergens te geraken. Als concessiehouder van Peugeot had mijn vader me op het hart gedrukt om niet iedere cent die ik tijdens mijn wielercarrière had verdiend, ergens in te investeren. In mijn tweede carrière heb ik snel geleerd dat het belangrijk is je goed te laten omringen. Daarom concentreer ik me nu op de public relations van Museeuw Bikes en mijn taak als zelfstandig fietsconsulent bij het multidisciplinair test- en begeleidingscentrum PeakLevel.” Uit welke fout heeft u persoonlijk het meeste geleerd? “Eerst als sporter en later als zakenman leef je voortdurend in een bepaalde cocon. Velen, ook ik, maken de fout te denken dat er daarbuiten maar niets of weinig is in het leven. Het verheugt me vooral dat ik nu als persoonlijke coach van drie profrenners en 15 jongere coureurs weer het nauwe contact tussen trainer en atleet mag beleven. Ik wil tussen die gasten zitten, met hen meefietsen.” Welke ondernemersdroom heeft u nog? “Niets moet, alles mag. Ik zit in de luxepositie dat ik na 18 jaar als profrenner financieel quasi onafhankelijk ben, maar uiteraard heb ik graag nog iets om handen. Wel weet ik dat ik het pure ondernemerschap en leiderschap niet in het bloed heb, daarom laat ik dat graag aan anderen over.” Volgende estafetteloper: Bart Versluys Vraag van Johan Museeuw: “Hoeveel jaar wil u nog aan deze snelheid blijven leven en business met sport combineren?”

www.centric.eu

Nederlander Gerard Sanderink begon in 1978 met een partner een ICT-bedrijf en voer vanaf 1992 volledig onder eigen vlag met de Sanderink Groep. Sinds 2000 heet het bedrijf Centric en vanaf 2001 werd de Belgische markt veroverd door de overname van KSI International. De voorbije jaren werden ook Infosoft, Locus, Sycron, Orqua, Gecotec en Apem ingelijfd. Die integratie leidde op 1 januari 2010 tot Centric Belgium, een aparte bedrijfsentiteit binnen Centric BV met CEO Luc Lammens (exTransics) aan het roer. (SD)

Johan Museeuw Museeuw Bikes en PeakLevel

Ondernemers 3 17 februari 2012


Ondernemers 3 17 februari 2012

REPORtage TEDx-conferentie

De kans is groot dat de term emergent collectives geen enkel belletje doet rinkelen. Nochtans krijgen we er steeds meer te maken. De TEDxconferentie van de Hogeschool West-Vlaanderen (Howest) in Kortrijk over dit thema was bij momenten verhelderend. Kort gezegd gaat het om samenwerkingsverbanden die gebruikmaken van nieuwe (digitale) technologieën. We pikten er enkele interessante ideeën op, die de geest van vooruitziende ondernemers kunnen prikkelen. Howest organiseert TEDx-conferentie rond emergent collectives

De moderne organisatie is als een mierenkolonie Een flink aantal sprekers, uit Howest en daarbuiten, doet het begrip en de toepassingen van emergent collectives uit de doeken. Onder hen de Amerikaanse professor Charles Petrie, internetpionier, scientist emeritus aan de Stanford University en een van de eersten die de term emergent collectives ingang deed vinden. Geen getheoretiseer van zijn kant: professor Petrie haalt een concrete toepassing van emergent collectives aan op het vlak van rampenbestrijding. Maar daardoor weten we nog niet exact wat er nu mee bedoeld wordt, hoewel het brandend actueel is. Curator van TEDxUHowest Geert Hofman, maar ook onder-

zoeker en lector aan de hogeschool, snelt ons ter hulp. “Het is een vorm van samenwerking, gebaseerd op moderne technologieën, voornamelijk via internet en dan nog met name de sociale netwerken die eruit zijn voortgekomen. Een samenwerking bovendien die flexibel verloopt en niet centraal gestuurd wordt. De actoren in dat collectief kunnen individuen zijn, organisaties of een mix van diverse componenten – die op een al dan niet professionele basis samenwerken.” Belangrijk hierbij is de term emergence, en om die duidelijk te maken, haalt Hofman het voorbeeld van een mierenkolonie aan. “Wat mieren individueel kunnen presteren, is twee keer niks – hun afzonderlijke gedrag geeft nauwelijks blijk van intelligentie – maar een mierenkolonie is samen wel tot grootse dingen in staat.” En met die extra kennis snappen we het verhaal van Charles Petrie iets beter, als hij het heeft over het opzetten van een soort socialmediaplatform om snel en efficiënt hulp te kunnen sturen naar verafgelegen rampgebieden.

Aanpassingsvermogen Maar daar heb je als ondernemer niet veel aan, denk je wellicht. What’s in it for me? Emergent spreker Jan Devos

collectives zijn veeleisend om in te voeren of ze ten minste mogelijk te maken. Ze vragen ook een groot aanpassingsvermogen van traditioneel ingestelde businesses. Maar wie dat kan opbrengen, heeft de komende decennia een voetje voor. Clay Shirky – een Amerikaanse schrijver die zich bezighoudt met de sociale en economische gevolgen van internet, digitale netwerken en sociale media – geeft via een opname van een eerdere TED-conferentie enkele interessante inzichten mee over ‘geïnstitutionaliseerde’ versus ‘spontane’ samenwerkingen. Zijn stelling: het kost massa’s geld om groepen zodanig te organiseren én te coördineren dat ze voor een maximale in- en output zorgen. Geïnstitutionaliseerde samenwerking – bijvoorbeeld binnen een klassiek gestructureerde onderneming – sluit ook bij voorbaat mensen uit. Wel, zoek de oplossing daarvoor niet in de professionele omgeving, maar op internet – bijvoorbeeld Flickr, de site die individuen toelaat om foto’s met elkaar te delen. Sommigen posten er massa’s beelden op, anderen maar één of twee, maar iedereen die dat wil, heeft een gewaardeerde inbreng. “Bedenk een systeem waartoe iedereen naar eigen vermogen kan bijdragen. Beschouw je mensen niet als werknemers, maar als medewerkers. Creëer een platform dat een zekere output moet genereren, maar laat dat vervolgens zijn eigen weg gaan”, stelt Shirky. Emergent collectives kunnen dus ook groeien


Spreker Lies Vanhaelemeesch

en bloeien binnen een duidelijk gedefinieerde organisatie. Daar kun je al iets mee, hoewel het nog vaag is.

Innovatieve speeltuin Een volgende spreker, professor doctor Jan Devos van Howest, maakt de voordelen én valkuilen van emergent collectives nog net iets duidelijker. “Technologische doorbraken doorbreken ook de traditionele waardenketens en supply chains”, steekt hij van wal. “Denk aan het gevecht van de traditionele platenmaatschappijen tegen de downloadcultuur, of tv-stations die zich door YouTube, Apple TV enzovoort overbodig zien worden.” Technologische innovaties kunnen bestaande businesses die zich niet aanpassen, de vernieling in helpen. “Een collectief wordt niet gecontroleerd door één entiteit”, stipt professor Devos aan. “En daar kunnen traditionele businessmodellen vaak niet mee overweg. Creëert dat chaos? Nee. Dat is hoogstens een neveneffect. Wie zich wél kan aanpassen, ziet ontelbaar veel kansen opduiken.” Dat vraagt om meer uitleg, die we krijgen tijdens de drukke koffiepauze. “We zien dat veel bestaande industriële bedrijven vasthouden aan hun aloude model, in eerste instantie om de risico’s te minimaliseren en hun stabiliteit te verzekeren”, zegt professor Jan Devos. “Nieuwe technologieën kun je makkelijk negeren of zelfs ‘doodduwen’. Nu, het innovatieve idee heeft als eigenschap dat het niet meteen geld genereert – en niet veel bedrijven gaan hun cash cows opzij schuiven voor onzekerheid. Wat is dan de oplossing voor die organisaties? We noemen die organisational slack of organisatorische speling: een informele ruimte creëren in het bedrijf voor hun medewerkers om, naast de klassieke winstgevende activiteiten, zich ook bezig te houden met eigen en innovatieve ideeën. Al komt daar maar één idee uit, maar dat de business wel ten goede komt, dan nog is dat geen verspilling van tijd of middelen.” Moeten bedrijven die nieuwe technologieën en het idee

Spreker Jo Caudron

van emergent collectives (nog) niet omarmen, zich grote zorgen maken? Een beetje wel, ja. “Er gaat nogal wat tijd over disruptive innovations, zoals we die noemen”, stelt professor Devos. “Ze zijn sluimerend, maar je kunt ze toch maar beter zo vroeg mogelijk herkennen. De oude businessmodellen zullen volgend jaar evenwel nog niet zijn uitgedoofd. Trouwens, veel innovatieve ideeën die zijn gegroeid uit emergent collectives worden uiteindelijk toch een walled garden: een begrip dat wijst op de bescherming van een applicatie of content door degene die er mee uitpakte en die er geld mee wil verdienen. Denk aan iTunes van Apple.”

Tools voor kmo’s Dat Howest zijn eerste TEDx-conferentie ophangt aan emergent collectives komt niet uit de lucht gevallen. Op dit moment loopt hierover een inleidend en verkennend onderzoeksproject aan de hogeschool af. Onderzoeksleider Geert Hofman: “We waren sowieso van plan om daarover een conferentie te organiseren, maar waren ervoor beducht om het té academisch aan te pakken. Om een zo ruim mogelijk publiek aan te spreken, bleek de TEDx-formule uitermate geschikt.” “Het onderzoek waarover wij spreken, is gefinancierd door de hogeschool zelf, werd mee door studenten uitgevoerd, en had tot doel om te kijken wat er momenteel in de wereld beweegt aan emergent collectives”, vervolgt Hofman. “Bedoeling is om te zien of we daarmee iets kunnen doen dat kan teruggekoppeld worden naar onze economie, de overheden, organisaties, ons sociaal weefsel enzovoort. De komende maanden dienen we enkele concrete projecten in. We willen bijvoorbeeld een soort emergence creëren rond kleine en middelgrote ondernemingen, door ze tools te geven waardoor ze kunnen functioneren in een groter geheel. Met als einddoel meer kunnen bereiken dan dat ze elk apart zouden doen.” (Tekst en foto’s JD)

Spreker Charles Petrie

TED en zijn grote familie TEDx-evenementen maken deel uit van een netwerk onder de vleugels van de internationale TED-organisatie. Het letterwoord staat trouwens voor ‘technology, entertainment, design’. TED begon in 1984 als een conferentie die mensen en ideeën rond die drie polen wilde samenbrengen. Nog steeds worden jaarlijks twee globale conferenties georganiseerd, in de VS en in het Schotse Edinburgh. De x in TEDx wijst erop dat het om een conferentie gaat die onafhankelijk van de moedervereniging wordt georganiseerd, maar er wel door geruggensteund wordt. Er is een klein aantal voorwaarden aan verbonden, zoals een maximaal aantal deelnemers en een duidelijke naamgeving – zoals de toevoeging van ‘U’ als een hogeschool of universiteit zo’n conferentie organiseert. Maar inhoudelijke richtlijnen legt TED niet op, zolang het om één of meerdere van de elementen uit het letterwoord gaat. De TEDxUHowest-conferentie in Kortrijk over ‘emergent collectives’ was de eerste die de hogeschool organiseerde. (JD)

www.ted.com

Ondernemers 3 17 februari 2012


UITGELEZEN BEDRIJVEN

Opleiding windmolentechnicus vanaf 2013 in Oostende Op de site van het wetenschapspark Greenbridge in Oostende zullen leerlingen van het nijverheidsonderwijs een opleiding windmolentechnicus kunnen volgen. De nieuwe opleiding voor jongeren uit de derde graad van het technisch onderwijs zou in september 2013 starten. Het gaat om een primeur in Vlaanderen. De opleiding is een eerste stap naar een zogenaamde ‘Offshore Academy’. (HN, HLN)

Antoine Vervaeke: “Als we met kennis van zaken het gewas intelligent blijven beheren, zal er altijd een markt voor vlasproducten zijn.” Foto Hol

SpanoGroup koopt aflakbedrijf B&M in Merchtem De spaanplatenproducent Spano uit Oostrozebeke koopt B&M uit Merchtem, een aflakbedrijf voor houten plaatmateriaal. B&M werd in 2002 gesticht door Walter Buggenhout & Lieve Vanderstraeten en door Charles Mariën. Ze bouwden B&M uit tot een belangrijke speler in het aflakken van platen in de Benelux. Het bedrijf haalde vorig jaar 3,3 miljoen euro omzet met 12 mensen. B&M zal voortaan ook het plaatmateriaal van Spano aflakken en dat van zijn vroegere klanten Wood-U-Print en Finaspan. Spanogroup zelf haalt 211 miljoen euro omzet met 800 mensen. (DT)

Oudste vlasbedrijf ter wereld Vervaeke Fibre viert 120ste verjaardag

‘Vlasbedrijven worden eigenlijk nooit aan derden overgelaten’

Atcomex levert brandstofvoertuigen aan Spaanse luchthavens Atcomex, met vestigingen in Gullegem en Hamme, heeft een groot contract binnen gehaald voor de levering van 13 ‘hydrant dispensers’, voertuigen die vliegtuigen van brandstof voorzien op de luchthaven. De betankers werden besteld door SLCA, de grootste verdeler van brandstoffen op luchthavens in Spanje. Atcomex is het enige Belgische bedrijf dat dergelijke voertuigen produceert. Bij Atcomex zijn ze bijzonder tevreden met het contract. “Dit project bevestigt onze unieke positie in de wereldwijde markt van de vliegtuigbetanking”, vertelt manager Maarten Vanwalle. “Onze producten worden erkend voor hun sterk innovatief en kwalitatief karakter.” In oktober vorig jaar haalde Atcomex al een groot project binnen op de Duitse markt. Toen mocht het bedrijf 3 dispensers leveren die in de luchthaven van Frankfurt de Airbus A380 van brandstof konden voorzien. (HLN)

Continuïteit door kwaliteit: de leuze geldt in de vlasindustrie nog meer dan in andere nichemarkten. Niemand illustreert dit beter dan Vervaeke Fibre uit Kuurne. Antoine Vervaeke uit Kuurne vertegenwoordigt de vierde generatie en belevert met zijn onderneming vooral de gespecialiseerde papierindustrie. “De complexiteit van vlasproductie is erg groot, het is een gewas dat heel intelligent beheerd moet worden.” De traditie van vlas in (West-)Vlaanderen gaat terug tot circa 1.000 jaar geleden. De antieke wereld maakte er meer dan 4.000 jaar geleden al gebruik van, maar de industrie kreeg - zeker in de voorbije eeuw - rake klappen te verwerken. Daardoor is het aantal bedrijven in deze markt gevoelig geslonken. Vervaeke Fibre (actueel met zes medewerkers) slaagde er wel in met glans te overleven, al 120 jaar lang.

Empirische kennis Uitgelezen: Voka’s socio-economisch persoverzicht, een samenvatting van de belangrijke West-Vlaamse krantenartikels van de voorbije week. U kunt dit overzicht wekelijks via post of mail ontvangen. Wenst u een proefnummer of info over een abonnement? Contacteer Nele Demets tel. 056-23 50 66, nele.demets@voka.be

N\b\c`abj g\

ijfm\iq`Z_k m

Xe MfbX N\jk $McXXe

9\c^` $ 9\c^`hl\ G%9% /,'' Bfiki`ab +&),.

Vervaeke Fibre focust zich nog altijd volledig op vlas en werkt uitsluitend voor exportmarkten. “We beschikken nog over een beperkte eigen productiecapaciteit, maar 90% gebeurt via trading en wordt onder onze begeleiding op andere locaties geproduceerd. Sinds 40 jaar richten wij ons uitsluitend op de gespecialiseerde papierindustrie. Ons vlas wordt vooral ingezet voor de confectie van dollar-

[\i\e (/[\ aXXi^X

e^

m\ijZ_`aek e`\k `e [ \ b\ijkmXbXek`\ \e M\iXeknffi[\c`ab ^\[li\e[\ - n\b \ l`k^\m\i ?Xej D \e `e alc` Xl^ljk 8]q\e[\i MfbX N X\ik\ej lj \jk$McXXe[\i\e# G 8]^`]k\bXekffi / i\j`[\ek B\ee\[p ,'' Bfiki`ab $ G,' cXXe 0X# /,'' Bfik 0('0 i`ab

uitgelezen-09-2009-ok.in

dd 1

18-08-2010

“Mijn overgrootvader vestigde zich hier in 1892. Zelf kwam ik in het bedrijf in 1978 en nam ik de fakkel van mijn vader over in het midden van de jaren 90. Zo gaat het meestal in vlasbedrijven, want eigenlijk worden die nooit aan derden overgelaten. Het is een heel persoonsgebonden beroep waarin ervaring een cruciale rol speelt. Meer nog, ervaring is de schatkist van de vlasindustrie. Dat komt omdat de kennis over het productieproces eerder empirisch dan wetenschappelijk is, en daardoor moeilijk overdraagbaar. In deze stiel moet je permanent een globaal overzicht over de hele sector hebben.”

11:12:22

briefjes en de aanmaak van sigarettenpapier. Hoewel de vraag voor die laatste markt wat gedaald is, blijven heel wat merken voor vlas kiezen omwille van het smaakaspect.”

Klodden De onderneming gebruikt hiervoor uitsluitend de korte vlasvezels, ook wel klodden genoemd. “Mensen denken bij vlas automatisch aan de lange vezels die worden gebruikt voor het spinnen van garen en linnen voor kledij, meubelstoffen en technische toepassingen zoals de versterking van composietmaterialen. De korte vezels worden deels in droogspinnerijen gebruikt en deels machinaal bewerkt voor gebruik in mengsels van bijvoorbeeld katoen en polyester. Het zwaartepunt van de kloddenverwerking en handel situeert zich nog altijd in Zuid-West-Vlaanderen, door de grote toegevoegde waarde die wij de markt kunnen bieden.” De vlassector heeft nooit echt een onoverkomelijk afzetprobleem gekend, maar het aanbod aan klodden is de jongste jaren gevoelig geslonken, onder meer door het wegvallen van de productie in Oost-Europa en het verbeteren van de rassen die geselecteerd worden op de opbrengst van lange vezel. “Daarnaast is deze sector ook onderhevig aan de tendensen die de algemene landbouwsector kenmerken. Zo heeft de kwaliteit van de oogst een enorme invloed op de markt en zorgen de weersomstandigheden van jaar tot jaar ook voor grote fluctuaties op vlak van kwaliteit, kwantiteit en bijgevolg op de prijsvorming.” “De vlassector is een harde wereld, maar ze is erg bepalend geweest voor de uitbouw van het industrieel weefsel in (West-)Vlaanderen. Onze industrie is er eentje van erg veel schakels, waarbij het wegvallen van een van die radertjes erg nefast kan zijn. Toch heb ik een goed oog in de toekomst: als we met kennis van zaken het gewas intelligent blijven beheren, zal er altijd een markt voor vlas zijn. Het stemt me ook positief dat mijn 14-jarige zoon al interesse in en fierheid over dit bedrijf toont, al zal ik hem nooit in deze richting pushen.” (BVC)


Familiaal recyclagebedrijf Jeritop verhuist van Drongen naar Meulebeke

‘Er is geen reden om te twijfelen aan onze groei’ In september 2008 gebruikten Ivan De Kock en zoon Ignace hun opgedane kennis in de afvalen recyclagesector, om een eigen recyclagebedrijf op te starten. Het familiebedrijf verhuist nu van het Oost-Vlaamse Drongen naar Meulebeke om er heel intens de West-Vlaamse markt te kunnen bewerken. Ivan De Kock was heel zijn carrière actief in de afvalsector, maar toen hij bijna 60 werd, was er geen plaats meer voor hem bij zijn toenmalige werkgever. “Ik voelde me te jong om niets meer te doen, had een pak kennis opgedaan en had een grote drang om actief te blijven” zegt Ivan De Kock. “Daarom startte ik in september 2008, samen met mijn zoon Ignace die ook in de sector actief was, Jeritop op. Oorspronkelijk was Jeritop kleinschalig en deden we enkel aan- en verkoop van kunststoffen. Maar spoedig vonden heel veel van onze oude contacten de weg naar ons, waardoor ons klantenbestand bleef stijgen, en Ignace in januari 2010 niet alleen voltijds in de zaak kwam, maar ook het roer van mij overnam.” “Door deze groei werd de nood groter en groter om de producten die wij kochten zelf ook te kunnen verwerken en opslaan. Al snel vond ik in Johan Verkinderen uit Meulebeke een partner om de verwerking op zich te nemen”, zegt De Kock. “Op zeer korte termijn kocht Johan een maalmolen en een schredder aan om de inkomende materialen te breken. De behoefte aan een pers om ons materiaal te persen deed het plaatsgebrek nog toenemen. Daarom besloten we begin vorig jaar om Veko-recycling op te richten in de Meentakstraat in Meulebeke, een joint-venture tussen Verkinderen en Jeritop. Sinds januari dit jaar is de balenpers er operationeel. Zodra het kantoorgebouw afgewerkt is, gaan we ook ons kantoor van Drongen verhuizen. Op 26 april staat er trouwens een officiële opening gepland.” Ivan De Kock, Vicky Van Vlierberghe en Ignace De Kock: “Heel vaak weten klanten niet dat hun kunststoffen te recycleren zijn en daarom gaan wij die ter plaatste bekijken of klanten brengen stalen bij ons binnen.” Foto Kurt

Harde kunststoffen en folies Of het nu gaat om kunststoffen onder de vorm van maalgoed, snijresten, start-stop materiaal, produktieuitval, postconsumer materiaal, rollen of een mix van diverse kunststoffen, voor elk van deze stromen bieden wij een oplossing. In aanvulling van de verwerking van harde kunststoffen, folies en rollen verwerken wij regionaal ook papier en karton. Wij halen de harde kunststoffen en folies op, of de bedrijven leveren ze rechtstreeks bij ons. Na bewerking verkopen wij deze grondstoffen wereldwijd door aan bedrijven die er nieuwe producten van maken.”

Bloempotten en plantentrays “Sedert juli vorig jaar gaat mijn vrouw Vicky de baan op om klanten te bezoeken”, zegt Ignace De Kock.” Samen werken we commerciële projecten uit die zij dan uitvoert. Uiteindelijk werken wij voor een heel grote markt. Bijna zo goed als elk bedrijf heeft heel wat te recycleren kunststoffen. Als volledig onafhankelijke speler willen wij met iedereen zakendoen. Daarom is het voor ons zeer belangrijk dat iedereen bij ons terechtkan, van de kleine zelfstandige tot de multinational. Wij zoeken voor elke stroom de beste oplossing in de kortste tijd. Heel vaak weten klanten niet dat hun kunststoffen te recycleren zijn en daarom gaan wij die ter plaatste bekijken of klanten brengen stalen bij ons binnen. Wij identificeren die voor hen. Ook startten wij recent een recybagophaalronde op waarbij kleine hoeveelheden folies en/of bloempotjes en plantentrays rechtstreeks bij onze klanten opgehaald worden.” “Er is geen reden om te twijfelen aan onze groei”, besluit Ignace De Kock. “West-Vlaanderen is een zeer actieve, producerende regio. Door onze breek-, maal-, pers- en stockageactiviteiten en onze flexibiliteit, kunnen we op korte afstand voor elke klant een flexibele oplossing op maat leveren. En dat moet resulteren in een stabiele samenwerking op lange termijn met de nodige zorg voor kwaliteit.” (PD)

www.jeritop.be

Ondernemers 3 17 februari 2012

11


12

Ondernemers 3 17 februari 2012

Karel Debaere Leiedal

Economie en ecologie verzoenen, het is niet altijd evident. Als topman van Leiedal probeert Karel Debaere al 11 jaar lang de bakens te verzetten. Leiedal is het intergemeentelijk samenwerkingsverband van 13 gemeenten en steden van de regio Kortrijk, dat streeft naar een duurzame uitbouw van de regio tot een optimale streek om te wonen, te werken en te beleven.


INTERVIEW

‘Ik voel me een ondernemer in de publieke sector’ U bent al 11 jaar het hoofd en de benen van Leiedal, bij wie u 36 jaar geleden in dienst trad. Welke veranderingen zijn de meest ingrijpende voor deze regio? Karel Debaere: “Ik stel vast dat deze provincie nog altijd een provincie is van kmo’s. Als er zich zoals nu een crisis voordoet, toont de bedrijfswereld hier een enorme flexibiliteit om problemen om te vormen tot opportuniteiten. Dat zijn constanten. Wat er veranderd is? Anno 2012 is de impact van de diensten – naast de industrie – steeds groter geworden. Meer dan vroeger doen we ook planmatig aan economische ontwikkeling. Ik zeg niet dat er vroeger niet werd nagedacht of dat er niet aan ordening werd gedaan, maar nu wordt dat alles veel fundamenteler aangepakt. Leiedal is trouwens altijd een buitenbeentje geweest op dat vlak. We waren de allereerste Vlaamse intercommunale in het kader van de streekontwikkeling. De foto van Berten De Clerck – de stichter van Leiedal – staat hier niet toevallig op mijn bureau. Maar laat ons zeggen dat het begrip streekontwikkeling nu grondig wordt uitgediept.

Hoe dat komt? Veel heeft met traditie te maken. Maar laat ons ook het breder geheel niet uit het oog verliezen. In de geglobaliseerde wereld die we nu kennen, zit het aandeelhouderschap vaak in vreemde handen. Het zijn zogenaamd Vlaamse kmo’s maar ze worden ook meer en meer van buitenaf aangestuurd. Als je het zo bekijkt, zal de factor buitenland in deze regio ook wel degelijk aanwezig zijn.” In tijden van recessie zou vers buitenlands bloed meer dan welkom zijn, maar dan moet je dit beleidsmatig aanpakken, met verschillende actoren die één koers varen en niet zoals nu. Een beetje POM, een beetje Leiedal, een beetje de steden, een beetje WVI, de FIT, het Agentschap voor Ondernemen. Karel Debaere: “Daar zijn afspraken over gemaakt tussen de verschillende partners. Het komt erop neer dat de POM en de FIT (Flanders Investment & Trade) de ‘leading partners’ zijn voor het aantrekken van buitenlandse investeerders. FIT neemt nu ook expliciet het aanbod van onze

‘Vlaamse ruit of geen ruit, West-Vlamingen blijven nu eenmaal niet snel bij de pakken zitten.’ We kijken niet alleen naar de economische belangen, maar we hebben ook oog voor de maatschappij en de burger die een kwalitatieve leefomgeving wenst. Dit wil zeggen dat we in alle geledingen moeten proberen te scoren: economie, onderwijs, cultuur, leefomgeving, recreatie.”

streek mee bij de prospectie in het buitenland. Dat was al jaren niet meer het geval. Vroeg of laat moet dat resultaten opleveren.”

Het zuiden van West-Vlaanderen is sinds 1945 altijd gekenmerkt geweest door veel endogeen ondernemerschap. Een even opvallende vaststelling: buitenlandse investeerders laten Kortrijk en omgeving al decennialang links liggen. Hoe komt dat toch? Andere regio’s slagen daar wel in. Karel Debaere: “Reeds in de tijd van de eerste algemeen directeur – Marc Van der Stichelen – werd er gezocht naar buitenlandse investeerders, maar ook tevergeefs. Vandaag is 92% van de bedrijven die actief zijn op onze zones, lokaal verankerd. 8% van de bedrijven komt dus van elders, maar niet noodzakelijk uit het buitenland. Bij de aanleg van Evolis hebben we onszelf een expliciete doelstelling opgelegd: 80% lokale bedrijven maar ook 20% buitenlandse bedrijven. Dat blijft het streefdoel, al zijn we er nog niet in geslaagd. Niet op Evolis, maar ook niet elders.

Eind januari werd samen met de KU Leuven een workshop georganiseerd over de ontwikkelingen op Hoog Kortrijk. Wat zijn de belangrijkste conclusies en de belangrijkste knelpunten? Karel Debaere: “In feite werken we nog steeds verder op het gedachtengoed van de Italiaanse urbanist Bernardo Secchi die begin jaren 90 de grote krijtlijnen voor Hoog Kortrijk uittekende. Hoog Kortrijk heeft heel wat te bieden: een ziekenhuis, grote bedrijven, hogescholen en een universiteit, Kortrijk Xpo, …De vraag blijft hoe we van dit gebied een volwaardig stadsdeel kunnen maken dat een link behoudt met het centrum. Uiteraard spreken we dan over mobiliteit en planning. Op 20 jaar tijd zijn deze problemen nooit opgelost geweest. Nu zitten we in een fase waar dat wel zal gebeuren. Ik geef één voorbeeld: nu rijden de bussen van De Lijn vanuit de randgemeenten – maar

De lokroep of de vloek van Evolis?

ook vanuit Hoog Kortrijk - steevast naar eenzelfde eindbestemming en dat is het station van Kortrijk. Daar moeten we van afstappen. Hoog Kortrijk moet, zeker ook vanuit de randgemeenten, een vaste bestemming zijn op alle trajecten.” Het out of the box-denken met het oog op de toekomst, siert Leiedal. Maar er zal bij veel mensen ook een déjà vu-effect spelen. Na de workshop van eind januari kreeg de KU Leuven de opdracht om samen met jonge designers en beloftevolle ontwerpers een paper te schrijven. Doet ons alvast sterk terugdenken aan wat er in 2005 op papier werd gezet in het boek ‘Addicted to Kortrijk’, waar heel wat creatieve ideeën gewoon in de lade bleven steken. Karel Debaere: “In dat werk ontbraken sowieso twee zaken. Een: er werd niet nagedacht over interne mobiliteit. Twee: de betrokken partijen (Voka, ziekenhuis, hogescholen, Kortrijk Xpo) waren te weinig aanwezig. Nu is dat wel het geval. Ze waren zelfs vragende partij om een studie op te starten en mee te helpen financieren. Vergeet ook nooit dat grote structurele dossiers tijd nodig hebben. Over de nieuwe Leie werd al in de jaren 60 gesproken. Nu is de nieuwe Leie een feit en ook een bewezen toegevoegde waarde voor Kortrijk. Geduld is een mooie gave.” Laat ons nog even op Hoog Kortrijk blijven. Over Evolis zijn de meningen verdeeld. De plaatsen geraken maar moeilijk ingevuld. Waarom toch? Is het de fout van de crisis? Karel Debaere: “Ik durf zeggen dat we op schema zitten. Twee bedrijven hebben er al gebouwd en drie andere starten binnenkort. Het is de bedoeling om op een termijn van 15 jaar de zone vol te krijgen. Dat zal lukken ook. Maar Evolis is geen bedrijvenpark als een ander. Vooraf is er grondig en met veel instanties – onder meer Voka - nagedacht over de selectiecriteria en die zijn, toegegeven, streng. Hadden we gewild, dan kon het park nu al vol zitten, maar dat wilden we net niet.” Voka stoort zich in het geval van Evolis aan de té strenge selectiecriteria en aan de wet van twee maten en twee gewichten. Wat voor de ene kan, kan niet voor de andere. Mooie bedrijven als Vandemarliere en Brustor kregen bijvoorbeeld nul op het rekest. Karel Debaere: “Voor Evolis hanteren we 12 selectiecriteria. Niet alleen Leiedal oordeelt of aan de voorwaarden voldaan is, maar ook een objectieve beoordelingscommissie

Ondernemers 3 17 februari 2012

13


14

Ondernemers 3 17 februari 2012

van onafhankelijke experts. De voorwaarden zijn zo scherp mogelijk gedefinieerd. Trouwens, het selectiecomité heeft Vandemarliere of Brustor niet geweerd. Vandemarliere kan er komen mits het voldoet aan een aantal voorwaarden. Het dossier van Brustor was volgens het selectiecomité niet volledig genoeg om een advies te kunnen geven. Evolis is een zeer goed gelegen zone, maar als bedrijven er alleen of hoofdzakelijk komen omdat de ligging langs de autostrade hen wat gratis publiciteit oplevert, dan heb ik daar wel bedenkingen bij.”

‘Ik probeer altijd zaken te doen die maatschappelijk relevant zijn, en probeer alles wat ik doe goed te doen.’ Besteedt Leiedal trouwens niet te veel aandacht aan Evolis of andere paradepaardjes en te weinig aan reguliere terreinen voor kmo’s? Karel Debaere: “Hoegenaamd niet. Kleine of middelgrote bedrijven komen ruimschoots aan hun trekken. Wie wil investeren in de regio, kan dat. De zogenaamde ijzeren voorraad staat op niveau. Er is behoefte aan 20 tot 25 ha per jaar, en we halen dat ook. We maken ook meer en meer werk van de herbestemming van oude zones, en die aanpak loont. Ik denk hier aan de oude Bekaert-site in Zwevegem, het terrein van Bekaert Textiles in Waregem of aan het oude Nelca in Lendelede. Voka heeft wel gelijk als het stelt dat de procedures voor ontsluiting nog veel te traag verlopen.” Bedrijfsleiders ergeren zich dood aan die trage rechtsgang en de weinig ondernemersvriendelijke ambtenarij. Karel Debaere: “Het klopt dat er nog grote verschillen bestaan. Bepaalde steden hebben ambtenaren die perfect meedenken in het discours van ondernemers. Ik denk Waregem als voorbeeld en positief rolmodel te mogen citeren. Maar ik ken ook andere steden en gemeenten waar de inzet voor bedrijven minder groot is. Toch blijf ik optimistisch. De klant – en dat is zowel de burger als het bedrijf – komt steeds meer centraal te staan.”

Knowhow hier, productie elders. Hoezo? Is het Ruimtelijke Structuurplan Vlaanderen en zijn fameuze keuze voor de ‘ruit’ een zegen of een vloek geweest voor deze regio? Karel Debaere: Het is in ieder geval een schok geweest. Ik heb er altijd een dubbel gevoel aan overgehouden. Enerzijds is de ruit een realiteit. Het centrum van Vlaanderen bevindt zich in die ruit, punt uit, en provincies als WestVlaanderen en Limburg liggen daar buiten. Anderzijds had ik bedenkingen bij het axioma als zouden alle nieuwe ontwikkelingen uitsluitend daar moeten plaatsvinden. Onzin toch. In de praktijk stel ik vast dat het perifeer gelegen West-Vlaanderen en het perifeer gelegen Limburg een beetje naar elkaar zijn toegegroeid, en gezamenlijk initiatieven nemen, los van de ruit. Ik kan dat alleen maar toejuichen. Ik denk hier bijvoorbeeld aan de gezamenlijke inspanningen rond het Microsoft Innovation Center of ook aan de gedeelde strategie rond design. Ook op het vlak van postuniversitaire opleidingen of inzake expertise op het vlak van grensoverschrijdende samenwerking (de Eurometropool-gedachte) wordt er overleg gepleegd. Los daarvan

zie ik dat de onderwijswereld meer en meer initiatieven neemt om de provincie West-Vlaanderen op een unieke wijze op de kaart te zetten. Dit werkt als een magneet op jongeren, zoals de cijfers van de hogescholen laten zien. Het is allemaal typisch West-Vlaams zeker? Ruit of geen ruit, we blijven nu eenmaal niet snel bij de pakken zitten.” Geert Noels heeft berekend dat de industriële productie in Vlaanderen gehalveerd is sinds de jaren 70. Moeten we daar deemoedig van worden? Karel Debaere: “Persoonlijk bekijk ik dit soort problematiek op de lange termijn. Dat de industrie nu een versnelde, scherpe terugval beleeft, zie ik ook wel. Maar alles is een tijdelijk fenomeen. China, India en Brazilië kennen nu een ‘boom’ maar de lonen zullen ook daar stijgen. Zien we trouwens niet dat de eerste westerse bedrijven die zich daar gingen vestigen al aan het terugkeren zijn? Sowieso geloof ik niet in een schema waarbij men zegt: productie ginderachter, maar knowhow hier. Wat is me dat voor onzin. Alsof de Chinese of de Indiase ingenieurs niet even competent zouden zijn of met dezelfde ambities zouden rondlopen. Bedrijven die hun productie exporteren en zeggen dat ze de knowhow hier zullen kunnen houden, maken een inschattingsfout. Maar ik pleit ook voor een Vlaams beleid dat de industrie maximaal steunt. Vlaamse bedrijven die sterk zijn in een niche of uniek in hun genre, verdienen een overheid die hen steunt. Dat is nu helaas te weinig het geval.” Hans Maertens schreef onlangs in dit magazine een opgemerkte column over de West-Vlaamse clusters (voeding, nieuwe materialen, energie) en de ‘fabrieken van de toekomst’ als dé wissel op de toekomst. Maar dat vergt ook heel wat herlokalisatie. Hoe staat u daar als streekontwikkelaar tegenover? Karel Debaere: “Ik merk dat de herlokalisatie op het terrein zich stilaan aan het voltrekken is. West-Vlamingen zijn per definitie flexibel, dus dat lukt wel. In sectoren zoals de kunststof of de agro-industrie is die herlokalisatie volop bezig. Clusteren is sowieso een goed idee, want samen ben je veel sterker dan alleen. Maar als er aan herlokalisatie wordt gedaan, pleit ik er nogmaals voor om industrie en knowhow te bundelen. Zo niet maken we onszelf iets wijs.”

‘Bomen groeien nooit tot aan de hemel. In periodes waar het minder goed gaat, moet iedereen de buikriem aantrekken en moeten de lasten rechtvaardig worden verdeeld.’ Tot slot: wat komt er in u op als u terugdenkt aan de recente staking van de vakbond? Karel Debaere: “Ik heb veel respect voor ondernemerschap en voel me zelf een ondernemer in de publieke sector. Dat bedrijven regelmatig hun strategie moeten bijsturen, weet ik ook. Zoals ik ook respect heb voor wat de vakbonden hebben verwezenlijkt. Het lijkt me nochtans aangewezen dat de vakbonden ook hun actiemethodes herzien

want ze worden steeds minder maatschappelijk gedragen. Bomen groeien nooit tot aan de hemel. In periodes waar het minder goed gaat, moet iedereen de buikriem aantrekken en moeten de lasten rechtvaardig worden verdeeld. Ik begrijp de vakbonden wel als ze stellen dat ze niet alles op de werknemers willen afgewenteld zien of als ze eisen dat bedrijven op een normale manier belastingen betalen.” Over een jaar laat u de plaats aan uw opvolger. Wat gaat Karel Debaere dan doen? Karel Debaere: “Over een jaar zal de druk wegvallen. Niets zal nog per se moeten. Maar ik zal bij leven en welzijn blijven werken. Als adviseur denk ik dat ik hier en daar nog goede diensten kan bewijzen. Ik heb nooit mijn carrière gepland, en op mijn 65e zal ik dat dus ook niet meer doen. Ik zie wat er op me afkomt. En voor de rest huldig ik drie principes: ik probeer altijd plezier te vinden in mijn werk, ik probeer altijd zaken te doen die maatschappelijk relevant zijn en ik probeer alles wat ik doe ook goed te doen. Ook dat zal na mijn 65e niet meer veranderen.” (lacht) (Tekst: Karel Cambien – Foto’s: Dries Decorte)


Doe-het-zelf Synhaeve investeert in uitbreiding van stockruimte en parking Doe-het-zelfzaak Synhaeve uit Beveren-Leie viert dit jaar haar 30ste verjaardag en blijft aan de toekomst timmeren met een investering van 750.000 euro. Die wordt integraal besteed aan 2.500 m² extra stockruimte en een verdubbeling van het aantal parkeerplaatsen. “Wij willen niet de goedkoopste zijn, maar ons onderscheiden door betere producten aan competitieve prijzen.” Doe-het-zelf Synhaeve, gelegen langs de drukke Kortrijkseweg, beschikt over een oppervlakte van circa 10.000 m². “Daarvan is nu al 4.000 m² bebouwd. In de zomer starten we met een uitbreiding van de stockruimte: 1.500 m² gelijkvloers, 1.000 m² op de eerste verdieping.”

Betere continuïteit Die ruimte zal integraal worden benut voor de opslag van seizoensartikelen. “In onze branche is het belangrijk om dergelijke producten buiten het seizoen aan te kopen. Zo kopen wij ‘s zomers bijvoorbeeld al ons strooizout en brandhout aan. Dat creëert een win-winsituatie op drie fronten: de fabrikant is tevreden omdat hij een betere continuïteit van zijn productieproces en minder pieken heeft, wij kunnen aan lagere tarieven aankopen en dat vertaalt

BEDRIJVEN

zich ook in betere verkoopprijzen voor de consument. Zelf een grote voorraad aanleggen is noodzakelijk, want fabrikanten stockeren zelf veel minder en door de steeds grotere verkeersdrukte lijkt de tijd van de just-in-timeleveringen in onze sector definitief voorbij.”

Logistieke optimalisatie Ook op andere fronten maakt Synhaeve werk van een betere organisatie. Zo wordt het aantal parkeerplaatsen opgetrokken van 60 naar 120 en is Geert Synhaeve verheugd over de verbreding van de aanpalende Paanderstraat. “Met die investering bewijst stad Waregem lokale kmo’s effectief te ondersteunen. Langs die weg voeren leveranciers onze bestellingen aan. Dankzij de verbreding van 5 naar 6,5m zullen twee vrachtwagens elkaar nu probleemloos kunnen kruisen. De aanleg van een fietssuggestiestrook zal het allemaal nog een stuk veiliger maken.” De laatste jaren zag Geert Synhaeve steeds meer kleine kmo’s uit zijn gemeente verdwijnen. “Dat wij aan die betreurenswaardige evolutie ontsnappen, danken we aan een doordachte strategie. Wij kiezen er bewust voor om het lowbudgetassortiment van de grote ketens uit onze winkel te weren en ons te focussen op het midden- en topsegment van de markt.

Geert Synhaeve: “De tijd van de just-in-timeleveringen in onze sector lijkt definitief voorbij.” Foto Hol

Ons cliënteel heeft de budgetten om deze assortimenten te kunnen aankopen. Daarom voeren wij geen publiciteit via folders. Dat bedrag spendeer ik liever aan kwalitatief personeel, dat instaat voor een degelijke service. Die aanpak is de beste garantie voor een trouw cliënteel.” (BVC)

www.synhaeve.be

Generatiewissel bij Vanmarcke Computers Sinds begin dit jaar heeft Vanmarcke Computers een nieuwe zaakvoerder. Peter Vanmarcke volgde namelijk zijn vader Johan op. “In de toekomst willen we ons nog meer specialiseren”, vertelt de kersverse zaakvoerder. Na 30 jaar komt er een eerste generatiewissel bij Vanmarcke Computers. “Sinds dit jaar sta ik in voor de winkel en de verkoop van de hardware. Maar mijn vader verdwijnt niet uit beeld. Hij blijft namelijk zijn softwarepakket Omnisoft aanbieden aan kmo’s.” Dit ERP-pakket beheert onder andere het kassasysteem, het voorraadbeheer en boekhouding van de bedrijven. Peter Vanmarcke heeft concrete plannen voor de toekomst. “We willen ons vooral richten tot de kustlijn. Zo hebben we een nieuw pand gekocht in Oostende. Het is de bedoeling om er kantoorruimtes en vergaderzalen in te richten, zodat we bedrijven kunnen ontvangen op afspraak. Daarnaast willen we met een team van specialisten naar de bedrijven toe gaan. Zo kunnen we onze kwaliteit en service blijven garanderen.” Peter Vanmarcke: “Wij mikken vooral op kmo’s. We nemen het IT-beheer over zodat zij zich volledig kunnen toeleggen op hun corebusiness.” Foto DD

Vanmarcke probeert zich te onderscheiden van de vele eenmanszaken door middel van zijn hersteldienst. Hij kiest er ook voor om fors te investeren in een grote voorraad zodat

hij de klanten meteen uit de nood kan helpen. Ongeveer evenveel particulieren als bedrijven wenden zich tot Vanmarcke Computers voor hun IT. “Toch mikken wij vooral op kmo’s. We nemen het IT-beheer over zodat zij zich volledig kunnen toeleggen op hun corebusiness”, aldus Peter Vanmarcke. In deze sector is het natuurlijk belangrijk om up-to-date te blijven. “Bijna maandelijks volgen we een bijscholingscursus. Ook kiezen we voor hogeropgeleiden omdat zij over de nodige kennis beschikken om bedrijven te helpen.” Momenteel werken er in de hardwareafdeling bij Vanmarcke Computers acht personen: vier techniekers, een aankoper, twee verkopers en een administrateur. Zes personen, waaronder vier programmeurs, een administrateur en vader Johan, houden zich bezig met de softwareafdeling van de zaak. Vader Johan begon in 1982 met softwareontwikkeling, maar al snel zette hij ook de stap richting hardware. “Het gamma breidt zich telkens uit en er zijn meer producten op de markt. Het is een sector met groeipotentieel en dat zal in de toekomst niet veranderen. Mensen zullen altijd een computer nodig hebben.” (HJ)

www.computercenter.be

Ondernemers 3 17 februari 2012

15


16

Ondernemers 3 17 februari 2012

havennieuws

Havenaanbod breidt uit met drie keer per week een containertrein naar Franse draaischijf Dourges

Containertrein brengt Zeebrugge dichter bij Frankrijk Voortaan vertrekt vanuit Zeebrugge drie keer per week een containertrein heen en terug naar Dourges, een van de belangrijkste multimodale platforms in Frankrijk. “Dit biedt heel wat tijdswinst voor de belangrijke Noord-Franse markt en vergroot tegelijk de Zeebrugse troeven voor bestemmingen in Zuid-Frankrijk en verder”, verduidelijkt Steve Declercq van Inter Ferry Boats (IFB). Op maandag 13 februari startte een regelmatige containershuttle per spoor vanuit Zeebrugge naar de NoordFranse logistieke draaischijf Dourges (tussen Rijsel en Arras). De bedoeling is om elke maandag, woensdag en vrijdag een trein heen en terug te laten rijden. “De transittijd bedraagt slechts twee uur. We mikken op containers afkomstig uit zowel deepsea trafiek – bijvoorbeeld uit Azië – als shortsea – bijvoorbeeld voor de Britse markt”, vertelt Steve Declercq, business unit manager North van IFB. Dat is een Belgische onderneming gespecialiseerd in containervervoer in heel Europa, zowel per spoor als via binnenvaart. IFB maakt deel uit van NMBS Logistics, maar treedt op als neutrale speler. In Zeebrugge laadt en lost de trein bij Container Handling Zeebrugge, APM Terminals en P&O Ferries. “We kunnen de laad- en lostijden sterk beperken door te werken met vaste wagonsets die elk op hun terminal behandeld worden, en pas bij het vertrek samengevoegd worden tot één trein. De dienst staat ter beschikking van de gehele markt.

We kunnen zowel de standaard 20- en 40-voetscontainers meenemen als 20- en 30-voets tankcontainers, maar ook de 45-voets shortseacontainers.” “We kozen het multimodale platform in Dourges omdat daar twee zaken mogelijk zijn. Ten eerste staan er magazijnen voor verdeling op de Noord-Franse markt. Zeebrugge ligt dichter bij deze belangrijke industriële en distributieregio dan de Franse havens. Ten tweede vormt Dourges een draaischijf voor bestemmingen als Parijs, Bordeaux, Lyon, Marseille, Toulouse, en zelfs Barcelona. Voor deze markten wordt Zeebrugge nu heel wat competitiever.” Wat zijn de verwachtingen? “De vraag kwam vanuit de haven en de eerste boekingen zijn al binnen. Sinds de zomer van 2011 hebben we het concept tot in de puntjes voorbereid. We hebben goede ervaringen. Onze dagelijkse trein naar en van Duisburg zit tjokvol, idem voor onze wekelijkse vijf ritten naar Straatsburg. Met de huidige spoorcapaciteit en materiaal kunnen we het behappen. We houden wel goed in de gaten wat de invloed zal worden van de schaalvergroting in de containerschepen.” Kan elk bedrijf zomaar aankloppen voor transport? “Onze klanten zijn enerzijds expediteurs en transporteurs – de zogenaamde merchant haulage – en rederijen – de carrier haulage. Dat is een bewuste keuze. De eindgebruiker kan de treinshuttle benutten via zijn transporteur.” De treinshuttle is een initiatief van PortConnect (dochter van het havenbedrijf MBZ), APM Terminals Zeebrugge, PSA Zeebrugge, IFB en Naviland Cargo.

Steve Declercq: “Onze treinen vanuit Zeebrugge naar Duisburg en Straatsburg zitten tjokvol, we verwachten dus ook veel van de nieuwe containertrein naar het Franse verdeelplatform Dourges.” Foto MVN

Deze laatste twee realiseren het spoorvervoer. Bij NMBS Logistics waait een nieuwe wind, verzekert Oostendenaar Steve Declercq (42). Hij kwam na 20 jaar dienst bij rederijen o.a. in Zeebrugge, Rotterdam, Antwerpen en Londen in 2011 bij IFB (met o.m. een werkzetel in Zeebrugge). “Precies een jaar geleden werd NMBS Logistics zelf ook een zelfstandige logistieke groep met internationale ambities. Daarbij werden twee zelfstandige commerciële filialen opgericht: IFB voor containervervoer en Xpedys voor logistieke oplossingen voor het transport van auto’s, staal, chemie, bulk, enzovoort. De commerciële filialen voeren het contact met de klanten terwijl NMBS Logistics instaat voor de productie.” (RJ)

www.interferryboats.be

Oostendse haven 70% meer binnenvaart In samenwerking met De haven van Oostende kende het afgelopen jaar maar liefst 70% meer binnenvaarttrafiek: van 182.832 naar 310.294 ton. Goed voor het bijkomend equivalent van 6.400 vrachtwagens. “De traditionele sectoren draaiden goed: zand, grind, kolen en kleinere bulktrafieken”, vertelt havenvoorzitter Paul Gerard. “Maar de grootste vooruitgang kwam door drie nieuwe trafieken. We kenden de aanvoer van buispalen voor de funderingen van de windmolens op zee. Daarnaast

verving Electrawinds steeds meer vrachtwagens door binnenschepen voor de aanvoer van voorgedroogd huisvuil voor zijn elektriciteitscentrale. Idem bij verwerker van vervuilde gronden Top-Mix, uit de Groep Verhelst.” Voor 2012 verwacht Gerard een verdere stijging, ondanks de beperkingen van de infrastructuur. “Met slechts één kade is het geen ideale situatie maar de bedrijven hebben nu wel aangetoond dat ze de binnenvaart genegen zijn.” (RJ)

www.apzi.be


BEP Europe uit Brugge lanceert tweede pijler in groene technologie

Dossier Machinebouw & Metaal

‘Recuperatie van industriële restwarmte heeft groot potentieel’ BEP Europe, producent van testmachines voor de automobielindustrie, lanceert een tweede bedrijfstak rond installaties die restwarmte in industriële processen omzetten in elektriciteit. Bij Proviron Basic Chemicals in Oostende levert een eerste machine 1.500 megawatt uur groene elektriciteit op, een equivalent van het jaarlijkse stroomverbruik van 425 gezinnen. BEP Europe is een van die te weinig bekende parels van de West-Vlaamse kennisgedreven industrie. Het bedrijf, dat een erfgenaam is van het vroegere FN-Brugge (later Fabricom), is sinds 1996 actief in de Brugse industriezone Ten Briele aan de rand van het fameuze Lappersfortbos. Al die jaren lag de focus van de machinebouwer op de auto-industrie. Voordat auto’s op het einde van het productieproces de autofabriek uitrijden, worden ze ter plaatse getest op wieluitlijning, lichtafregeling, remkracht, vermogen van de motor e.a. Die handelingen gebeuren via een eindelijntestinstallatie en in die niche is Burke E. Porter (het Amerikaanse familiale moederbedrijf van BEP Europe) een wereldspeler. De fabriek in Brugge (een van de drie productiecentra van de groep in de wereld) fabriceerde en installeerde de jongste 20 jaar honderden testmachines in autofabrieken in gans Europa en ver daarbuiten voor de Europese autoconstructeurs. De producten van BEP Europe zijn het resultaat van ingenieus teamwerk, een samenspel tussen ontwikkelingsingenieurs, CNC-freezers, PLC-programmeurs, schakelkastbouwers en computer- en netwerktechniekers.

Topjaar 2011 Directeur Dannie Van Holm: “De auto-industrie is echter zeer cyclisch en het aantal fabrieken in de wereld heeft stilaan zijn verzadigingspunt bereikt. De economische crisis van 2008-2009, die ook een dieptepunt was voor de autoproductie, hebben we dan ook goed gevoeld. Ons zakencijfer, dat in de beste jaren piekte tot 26 miljoen euro, viel in 2008 terug naar 12 miljoen euro. We waren genoodzaakt om drastisch te besparen op alle kosten en

ons vaste team werd in die periode afgebouwd van 100 naar 80 mensen. 2011 was echter opnieuw een topjaar met een omzet van circa 27 miljoen euro (een nieuw record), een groei van 80 % in vergelijking met 2010. De laatste maanden zijn we weer volop aan het aanwerven en we krijgen ook tijdelijk versterking van een 25-tal technici van onderaannemers. Ook voor 2012 is ons orderboek goed gevuld en dat reeds tot na de zomervakantie.” “Ondertussen heeft ons moederbedrijf een productie-eenheid opgestart in China, waar vandaag een 100-tal mensen actief zijn. In de context van een mondiale strategie is het waarschijnlijk dat onze Chinese collega’s de orders op de verafgelegen markten gaan uitvoeren en wij ons gaan concentreren op de ontwikkeling van nieuwe toepassingen en in belevering en ondersteuning van klanten op de WestEuropese markt. “

Groene diversificatie Dannie Van Holm: “Om in de toekomst minder afhankelijk te zijn van één sector en van één producttype, hebben we in 2009 een diversificatieproject opgestart met steun van het IWT in de sector van de groene energie. We ontwerpen en produceren installaties die restwarmte in industriële processen omzetten in elektriciteit. Dit zonder emissies of bijkomende verbranding van fossiele brandstof. Deze nieuwe afdeling hebben we E-rational gedoopt.” Dat klinkt mooi, maar waarover gaat dat nu concreet? Guy De Graeve business development manager E-Rational: “Restwarmte ontstaat bij een verbrandingsproces van bijvoorbeeld motoren of stookketels. Denk aan rookgassen en koelwater in verbrandingsovens en in chemische processen, warmtenetten, distillaten in de petrochemie, maar ook aan koeling van walsen in de staalindustrie. Uit een Amerikaanse studie uit 2006 blijkt dat er in de industrie meer restwarmte beschikbaar is dan alle alternatieve energieën samen. Die restwarmte kan je het meest efficiënt gebruiken als verwarming, maar een warmtenet aanleggen is duur en bovendien zijn de meeste bedrijven te ver afgelegen van woonwijken en dus verdwijnt de meeste restwarmte in lucht of in water. Voor industriële toepassingen is die restwarmte niet interessant indien ze minder dan 120 gra-

Dannie Van Holm, Guy De Graeve en Hans Vermeulen: “De geproduceerde energie van de machine bij Proviron zal op jaarbasis overeenkomen met het jaarverbruik van 425 gezinnen.” Foto MVN

den Celsius bedraagt. Ons alternatief is om met dat soort restwarmte elektriciteit op te wekken via de Organische Ranking Cyclus (ORC). Dat is een concept van een Schotse ingenieur, dat gebaseerd is op het principe van de opwekking van stoom in elektriciteitscentrales: water wordt opgewarmd tot stoom die een turbine aandrijft die elektriciteit opwekt. Door het water te vervangen door organische vloeistof met een lager kookpunt kan dit procedé ook gebruikt worden op lagere temperaturen. Het rendement van deze toepassing is laag (gemiddeld 10% ) in vergelijking met het rendement van een stoomturbine omdat ze werkt met lage temperaturen. Toch loont het de moeite om deze restwarmte te valoriseren omdat ze 100% groene energie oplevert zonder CO2, emissies of fijn stof.” Na drie jaar ontwikkelen en verfijnen hebben jullie een eerste installatie afgeleverd bij Proviron Basic Chemicals in Oostende? Guy De Graeve: “Ja, dat is een mooi partnerschap. De geproduceerde energie van deze machine zal op jaarbasis minimaal 1.500 MWh bedragen, wat overeenkomt met het jaarverbruik van 425 gezinnen. De ORC-unit zal bijdragen tot een verdere optimalisatie van het energieverbruik bij Proviron Basic Chemicals door o.a. een CO2-vermindering van 1.000 ton per jaar. De units die wij bouwen zijn beschikbaar in een 50 en een 250 kWe-versie en kunnen modulair opgebouwd worden. Ze zijn zo geconcipieerd dat ze in een container passen wat het on site-werk bij de klant reduceert. We mikken in eerste fase op afzetmarkten tot 500 km rond Brugge.”

150.000 ton CO2 minder Hoe groot is het potentieel aan te recupereren industriële lage temperatuur restwarmte in ons land? Guy De Graeve: “Voor ons land of zelfs voor Europa is nog geen onderzoek gebeurd. Maar als we de gegevens uit het Amerikaanse onderzoek extrapoleren naar de cijfers van het energiegebruik in Vlaanderen dan komen we aan 78 Petajoule restwarmte. We schatten dat 10% daarvan in aanmerking komt voor ORC-technologie op basis van lage temperaturen. Dan blijft er 7,8 Petajoule over en met een rendement van 10% levert dat 216 gigawatt elektriciteit per jaar op. Dat komt overeen met het gemiddelde jaarverbruik van ruim 67.000 gezinnen of 570 voetbalvelden vol met zonnepanelen. Dat is zoveel als de productie van 30 grote windturbines van 3MW. Dat laat toe om 150.000 ton CO2 te reduceren. (JBVI)

www.bepco.com www.e-rational.net

Ondernemers 3 17 februari 2012

17


18

Ondernemers 3 17 februari 2012

Staalbouw

Constructions MĂŠtalliques

Machinebouw op maat - Speciale bewerkingsmachines Assemblagemachines - Productie-automatisering Freesmachine : CNC gestuurde freesmachine voor het bewerken van vlak materiaal

metaal op een plaatje

Automatische meerspillige boormachine : machine voor het boren of frezen van gaten in buismateriaal

˜ 616 H /'6'4 .'0)6' ˜ 616 IN 610 ˜ 12 H /'6'4 '0 EKN 610 ˜ 8+# 41$16 g I 56#6+105 Interpress manipulator : voor automatische transfer van plaatmateriaal tussen meerdere persen

˜ ˜ ˜

Schroefmachine : voor het automatisch vastschroeven van metalen behuizing

Krommebeekstraat 24 8930 MENEN

100'$''-5'9') FFE g LMNN '2'4 xGF jNkIK FN FE HK xGF jNkIK FN EJ IH 56'8'05T270%*+0)u525('T$' 999T56'8'05g270%*+0)T$'

BELGIUM phone.: +32 56 52 14 80 info@vaskon.com w w w. v a s k o n . c o m


Willem Decramer, Karel Decramer, Thomas Decan en Hendrik Decramer: “Willen we de omzet van 50 miljoen euro halen, dan zullen we zeker moeten investeren in de uitbreiding van een aantal afdelingen.” Foto Kurt

Machinebouw Dewulf uit Roeselare mag je gerust een wereldspeler noemen op het vlak van wortel- en aardappelrooimachines. Vorig jaar draaiden ze een omzet van 40 miljoen euro. Ze steken hun gedrevenheid niet onder stoelen of banken en mikken zonder blozen op 50 miljoen euro. “Dat moet. De toekomst ziet er goed uit, en we zijn op zoek naar nieuwe, jonge medewerkers”, vertelt Karel Decramer, export manager bij Dewulf. Karel Decramer, export manager: “92 personeelsleden realiseerden in 2011 een omzet van ongeveer 40 miljoen euro. Vijf jaar geleden was dat nog 12 miljoen euro. Onze omzet wordt voor 75% gerealiseerd door de productie van aardappelrooiers. Wortelrooiers zorgen voor 25%. Nicheproducten dus. Wij bieden alles van a tot z aan: ontwerp, productie, verkoop en service. En dat alles wereldwijd. In West-Europa verwezenlijken we 60% van onze omzet, België is goed voor 25%. In België verkopen we vooral aan loonwerkers, in het buitenland gaan onze machines naar telers en producenten. Die loonwerkers hadden en hebben een sterke invloed op de mechanisatie van de landbouw. Zij moeten rendabel en productief zijn en zijn dus vragende partij op het vlak van landbouwmachines. Daarom ontwikkelden wij een twintigtal productietypes, modulair opgebouwd die in verschillende omstandigheden kunnen worden gebruikt.” Machinebouw Dewulf werkt volgens het principe build to order, maar stelt vast dat 80% van hun omzet tussen april en oktober wordt geleverd, de overige 20% tijdens de overige maanden, wat betekent dat ze seizoensgevoelig zijn. Op jaarbasis maken ze 300 machines. De prijs daarvan varieert van 25.000 tot meer dan 500.000 euro.

Grote interne kennis “We proberen het productieproces zoveel mogelijk te automatiseren en dat lukt in de las-, draai- en verspanningsafdeling, maar niet bij de montage”, vervolgt Decramer. “Door het feit dat we seizoensgebonden zijn, dat we ook kleine series maken en dat we verschillende types op de markt brengen, hebben we nood aan een grote interne kennis. Die houden we in stand door te werken met ervaren

Machinebouw Dewulf uit Roeselare gelooft rotsvast in verdere groei

‘In deze sector is Vlaanderen echt competitief’ personeel en door langdurig samen te werken met toeleveranciers. We hadden met Synerom ook nog een afdeling in Roemenië, maar na onze participatie in Shapes werd dat bedrijf daar onder gebracht.”

Familiebedrijf Dewulf is een familiebedrijf dat toe is aan de derde generatie. “Vanuit de intensieve groententeelt in de streek van Roeselare kwam er na Wereldoorlog II een grote vraag naar mechanisatie in de aardappel- en wortelsector”, zegt Decramer. “Dewulf nam de leiding en zo groeide het bedrijf uit tot een wereldspeler op het vlak van aardappel- en wortelrooimachines. In 1985 werd een deel van de oude steenbakkerij van Ostyn-D’Haene aangekocht en in 1987 verhuisde het bedrijf effectief ook van de Vijfwegestraat naar de Moorseelsesteenweg in Roeselare. “De tweede generatie waren vrouwen”, verduidelijkt Karel Decramer. “Eind de jaren 80 kwam mijn moeder Rika Dewulf aan het hoofd en voerde een behoudsgezinde koers. Begin 2000 droeg ze het bedrijf over aan haar drie kinderen en haar schoonzoon. We kregen daarbij alle ruimte. Doordat we gelijkaardige capaciteiten hebben en eenzelfde inzet aan de dag leggen, wordt het bedrijf dan ook via een hecht team bestuurd. Mijn broer Hendrik is verantwoordelijk voor R&D en volgt ook het personeelsbeleid op, Willem doet de aankoop en beheert ook het verder groeiende IT-budget, schoonbroer Thomas Decan regelt de productie en draagt zorg voor het machinepark en ikzelf sta in voor de verkoop

en volg ook de financiën en de verzekeringen op. Op die manier vullen we elkaar perfect aan. Bovendien hebben we ook een raad van bestuur met externen die zes maal per jaar samenkomt en die ons ook elk jaar evalueert. Dat houdt ons scherp.”

Positieve toekomst “De agro- en foodmarkt zijn zeer sterk verankerd in WestEuropa en bovendien zeer competitief. Denk maar aan de diepvriesgroentennijverheid en de aardappelverwerkende bedrijven in de regio. Die zijn zeer sterk gemechaniseerd en geautomatiseerd en kunnen overal de concurrentie aangaan. De landbouw volgt en wordt zeer technisch en hoog geschoold uitgebouwd. Ik durf dan ook zeggen dat in deze sector Vlaanderen echt competitief is. Ook de toekomst ziet er goed uit. We stellen vast dat de twee sectoren die ik daarnet aanhaalde, blijven groeien. Wat betekent dat wij binnenkort moeten in staat zijn om een omzet van 50 miljoen euro te draaien. Dat moet. Daarom moeten we echter gedreven op zoek gaan naar nieuwe, jonge medewerkers. Onze eigen dynamiek steken we dan ook niet onder stoelen of banken en dat helpt alvast om bedienden te vinden. Voor technisch geschoolde arbeiders ligt dat iets moeilijker. En grond en gebouwen vinden in Vlaanderen is ook een probleem. Maar willen we die omzet van 50 miljoen euro halen dan zullen we zeker moeten investeren in de uitbreiding van een aantal afdelingen.” (PD)

www.dewulfgroup.com

Ondernemers 3 17 februari 2012

19


www.vandekerckhove-metaal.be

UW TOELEVERANCIER - oxidisch snijbranden - CNC + halfautomatisch zagen - lasconstructies volgens plan

NIEUW: - Trumpf Trulaser 4 kw lasersnijden tot 20 mm - Trumpf Trubend 130 ton /3000 mm cnc plooien

Industrieweg 21 - B-8800 Roeselare - tel. 00 32 51 20 32 09 - fax 00 32 51 20 22 37 e-mail: ghesquiere.metaal@skynet.be - www.ghesquiere.metaal.be

Havenhuis De Caese in Brugge… de ontvangstplaats bij uitstek voor uw onderneming!

Voor meer informatie: Geertrui Van Ooteghem - Havenbestuur Zeebrugge 050 54 32 11 - gvo@mbz.be Dominique Ameloot - Voka West-Vlaanderen 056 23 50 68 - dominique.ameloot@voka.be

N.V. Ateliers

Flanders Fieldweg 42 8790 Waregem Tel.: 056 60 17 72 www.atelier-vanhoutte.be info@atelier-vanhoutte.be

MATERIAAL STAAL EN INOX

VANHOUTTE

• • • • •

OPSLAGTANKS ALLE PRODUCTEN DRUKVATEN PROCESTANKS SILOBOUW ALLE CONSTRUCTIES OP MAAT


Sedac-Meral uit Wevelgem Europees marktleider in de fabricage van metalen bankbedsystemen

‘Onze bedsystemen zijn gevoelig voor crisistijden’

Dossier Machinebouw & Metaal

Wie een sofabed uitklapt, staat niet meteen stil bij het verborgen hart ervan: de mechaniek. “Nochtans gaat er heel wat creativiteit, vernuftige techniek en ontwikkeling schuil in convertibles of plooibedsystemen”, zegt CEO Stefaan Gantois van producent Sedac-Mecobel in Wevelgem. Het metaalverwerkend bedrijf blijft innoveren om marktaandeel te winnen, maar de zoektocht naar geschikt personeel wordt steeds moeilijker. Waarin bestaat precies de activiteit van Sedac-Mecobel in Wevelgem? Stefaan Gantois: “In Wevelgem produceert SedacMecobel plooibedsystemen, zogenaamde convertibles. Dit zijn metalen bedsystemen die de transformatie mogelijk maken van een sofa in een bed en omgekeerd. Daarvoor gebruiken we als grondstof vooral metalen buizen en bandstaal die intern bewerkt worden. De productie van de buizenstelsels is verregaand geautomatiseerd, dankzij de engineering van Sedac-Technics dat instaat voor automatisering binnen de hele groep. De handenarbeid bestaat nog grotendeels uit rivetteren, bestukken van de lasrobotten, en samenbouwen en afwerken van de mechanieken.” Wat is de plaats van Sedac-Mecobel binnen de groep Sedac-Meral en Mecaseat? Stefaan Gantois: “De groep Mecaseat, de Europese poot van Eurofind, bestaat uit vier grote onderdelen: slaapsystemen voor zetels, bekledingen in kunststof, houten panelen en meubilair voor de contractmarkt, en bedding (matrassen en lattenbodems). Sedac-Mecobel behoort samen met het Franse S.A. Meral tot de eerste afdeling van de slaapsystemen voor zetels. De naam Sedac-Meral ontstond na fusie van de ondernemingen Sedac-Mecobel en Meral in 1988. Zelf hebben wij productie in Shanghai voor de Chinese en Amerikaanse markt. Ons Russisch zusterbedrijf SMV, dat nu Via Ferrata heet, werd verkocht aan een Russische eigenaar, maar werkt met ons patent en onder ons toezicht. Meral heeft ook productie van zetelbedmechanieken in Portugal en Bulgarije, dicht bij de lokale markten.” Kent de modale consument wel het merk Sedac? Stefaan Gantois: “Onze afnemers zijn in de eerste plaats producenten van hoofdzakelijk sofa’s, van grote ketens tot kmo-meubelmakers. We leveren ook rechtstreeks aan Ikea, waarbij de eindconsument zijn sofabed dan zelf bouwt. 90% van onze productie is voor de export bestemd, vooral naar Frankrijk, Duitsland en de UK, maar we exporteren naar meer dan 50 landen wereldwijd. Omdat we toeleverancier van systemen zijn, is naambekendheid bij de eindconsument ook niet echt een must. Zolang de systemen maar kwaliteitsvol en gebruiksvriendelijk zijn. In Rusland en Oost-Europa vragen klanten wél expliciet

Stefaan Gantois van Sedac-Mecobel in Wevelgem heeft alvast de ambitie om extra marktaandeel te winnen met bestaande en nieuwe, innovatieve plooibedsystemen. Foto Hol

naar onze mechaniek. Daar is Sedac, zeker onze Nova, een referentie.” Hoe verloopt de zoektocht naar personeel? Stefaan Gantois: “We hebben nu zo’n 250 mensen in dienst in Wevelgem. De zoektocht naar geschikt personeel blijft een lijdensweg. Zelfs ongeschoolde jongeren zonder kwalificaties voor (vrij lastige) handenarbeid zijn nauwelijks te vinden. Hetzelfde geldt voor technische profielen, jonge ingenieurs of tekenaars. Een deel van de oplossing zal liggen in nog meer doorgedreven automatisering. Een tweede optie is het aantrekken van Oost-Europeanen, als het moet. Meer dan de helft van onze mensen op de vloer zijn nu Noord-Fransen. Het uitdoven van het grensarbeidersstatuut, waarbij ze minder zullen overhouden, zal hen wellicht doen wegblijven.” Zijn bedsystemen een conjunctuurgevoelig product? Stefaan Gantois: “Onze bedsystemen zijn inderdaad gevoelig voor crisistijden. We hebben het vooral vanaf oktober 2008 en in 2009 gevoeld. De sofa’s waarin onze mechanieken geïntegreerd worden, zijn immers voor veel gezinnen een soort investering, net zoals een auto. Als ze in tijden van crisis nog een sofa kopen, dan is het geen convertible meer. De mensen zien dan af van extra’s. Er worden dan zo al minder sofa’s verkocht en zeker minder met bedsystemen. Als een land besparingen doorvoert, dan zien we

dat in onze grafieken, zoals in Engeland in oktober 2011 nog. Vorig jaar draaiden we een omzet van 36 miljoen euro in Wevelgem. Dat is alweer boven het niveau van voor de crisis. Dat is mee te danken aan het succes van ons high profile en gebruiksvriendelijk mechaniek ‘Nova’, dat nu doorbreekt op de Duitse markt, traditioneel een houtmarkt. Het voordeel van de Nova is dat het mechaniek in één keer open en dicht gaat en dat matras en kussens op hun plaats blijven.” Welke zijn de ambities van Sedac-Mecobel voor de toekomst? Stefaan Gantois: “We willen onze positie als marktleider consolideren en nog verstevigen, zowel in het lagere als hogere segment. Tegen eind dit jaar willen we met een nieuw product op de markt komen en een nieuw mechaniek voor Ikea. Constante innovatie blijft de boodschap. Je moet rekenen dat de ontwikkeling drie jaar duurt en nog eens twee jaar van aanpassingen vooraleer je wat omzet maakt. Ons voordeel is dat we met Sedac-Technics gewapend zijn om onze lijnen gradueel op te bouwen, afhankelijk van de toenemende vraag. Verder screenen we nieuwe tendensen op de beurs in Milaan, kijken we constant uit naar nieuwe technologieën en materialen, en gaan we onze producten verder motoriseren.” (MD)

www.sedac-meral.com

Ondernemers 3 17 februari 2012

21


22

Ondernemers 3 17 februari 2012

Di Rupo I en de gevolgen op arbeidsrechtelijk vlak Toen de federale regering eindelijk tot stand kwam, bleek dat het uitgebreide federaal regeerakkoord nog veel vragen onbeantwoord liet en dat er nog veel wijzigingen kunnen gebeuren. Toch doen we hieronder een poging om een aantal van de meest opvallende nieuwe maatregelen op arbeidsrechtelijk vlak samen te vatten. 1. Vervroegd pensioen: verhoging van de minimumleeftijd vanaf 2013 De meest besproken maatregel is zonder enige twijfel die van het vervroegd pensioen. De minimumleeftijd om met vervroegd pensioen te kunnen gaan, bedraagt momenteel 60 jaar. In 2013 zal die leeftijd echter met zes maanden verhoogd worden. De jaren daarna zal die leeftijd telkens met zes maanden stijgen. Tegen 2016 zal de minimumleeftijd dan uiteindelijk 62 jaar bedragen. Deze algemene regel is ondertussen al heel bekend en besproken. Wat ook opmerkelijk is, is dat bij de pensioenberekening ‘werken’ zwaarder doorweegt dan ‘niet werken’: sedert 1 januari 2012 worden er bijzondere modaliteiten voorzien voor bepaalde periodes die gelijkgesteld zijn met arbeid. We hebben het dan over werkloosheid van de derde periode (een begrip dat nog verder moet uitgewerkt worden), over brugpensioen toegekend vóór 60 jaar, over gehele of gedeeltelijke vrijwillige loopbaanonderbreking en tijdskrediet. Elk van deze items tekent dan nog eens voor specifieke uitzonderingen, en uitzonderingen op de uitzonderingen. Echt eenvoudiger is het er dus niet op geworden.

2. Brugpensioen Ook het aanvragen van brugpensioen (nu officieel werkloosheid met bedrijfstoeslag) wordt iets moeilijker: de toelatingsvereisten worden (een beetje) strenger. Tot in 2011 moest men gedurende 37 jaar (voor vrouwen 33 jaar) gewerkt hebben om op 58 jaar met brugpensioen te kunnen gaan, op voorwaarde dat de sector een cao gesloten had die brugpensioen op die leeftijd voorziet (zoals in het PC 218). Vanaf 2012 zou dat 38 jaar (voor vrouwen 35 jaar) worden en in 2015 40 jaar. Volgens het begrotingsakkoord zal die loopbaan van 40 jaar vanaf 1 januari 2012 al gelden, maar en nu komt het,

alleen voor de nieuwe cao’s. Voor de lopende cao’s blijft dat op 38 jaar. De leeftijd zou opgetrokken worden naar 60 jaar, en dat is wel nieuw. In de sectoren die vanaf 1 januari 2012 een nieuwe cao sluiten, zal de leeftijdseis van 60 jaar vanaf die datum gelden. Voor de andere sectoren die al een cao hebben, zal de leeftijd pas naar 60 jaar gaan vanaf 1 januari 2015. De veelbesproken afwijkende regimes voor bedrijven in herstructurering en in moeilijkheden zullen ook lichtjes aangepast worden. Voor bedrijven in moeilijkheden gaat de minimumbrugpensioenleeftijd van 52 jaar naar 55 jaar tegen… 2018. Voor de bedrijven in herstructurering geldt die leeftijdsverhoging naar 55 jaar al vanaf 2013. Het halftijds brugpensioen zal afgeschaft worden, maar daar maakt nauwelijks iemand gebruik van. Nog een nieuwe maatregel is dat de werkgevers voortaan verplicht worden om een werkgelegenheidsplan voor oudere werknemers op te stellen. De wetgeving zou worden aangepast om de werkgevers te verplichten de leeftijdspiramide in het bedrijf te volgen bij collectief ontslag. En bij inbreuk daarop zouden de werkgeversbijdragen in het brugpensioen kunnen stijgen, of zou de werkgever de RSZ-verminderingen moeten terugbetalen.

3. Tijdskrediet Ook het tijdskrediet wordt aangepakt. Het gewone tijdskrediet zal beperkt worden tot één jaar (een jaar voltijds, of twee jaar halftijds, of vijf jaar in een 1/5e regime). Wat nu eigenlijk ook al het geval was, alleen konden de sectoren dat jaar uitbreiden tot vijf jaar. Nu zal aan de sociale partners gevraagd worden die uitbreiding op te heffen. De onderbrekingsuitkeringen voor het voltijdse tijdskrediet werden sowieso nu ook al beperkt tot 12 maanden, zelfs indien de duur van het tijdskrediet werd uitgebreid bij cao. De huidige loopbaanvermindering met 1/5 zal opgeheven worden, maar die bestaat natuurlijk verder onder de vorm van het gewone tijdskrediet. Het enige verschil is dat de huidige 1/5-regeling maximum vijf jaar op een loopbaan kan bedragen. In een nieuwe regeling zal die dus nog maar één jaar kunnen zijn en niet meer naast het gewone tijds-

krediet mogelijk zijn. Verder wordt de anciënniteitsvereiste uitgebreid naar vijf jaar (nu 12 maand), waarvan twee jaar bij de werkgever waar de aanvraag gebeurt. Aan de huidige themaverloven (palliatief verlof, ouderschapsverlof, bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezinslid) zou niet geraakt worden. In het regeerakkoord is er sprake van een beperking tot drie jaar per loopbaan. De huidige themaverloven worden echter in maanden gerekend (bijvoorbeeld 12 maand per ziek gezinslid, of drie maanden per kind). In het tijdskrediet voor de oudere werknemers wordt wel gesnoeid. Nu is het zo dat een werknemer van 50 jaar in een tijdskrediet van 1/5 of halftijds tijdskrediet kan treden en dit voor onbepaalde duur, dus tot aan zijn wettelijk pensioen op 65 jaar (15 jaar). Dat werd nog niet zo lang geleden ingevoerd als een interessant alternatief voor brugpensioen. De onderbrekingsuitkering van dat tijdskrediet haalt zelfs bijna het niveau van de (maximale) aanvullende uitkering brugpensioen. Of deze maatregel inderdaad succes heeft gehad als alternatief voor een uitstap uit het brugpensioen is niet bekend, maar het werkte wel op de zenuwen van de werkgeversorganisaties. De maatregel zal beperkt worden in die zin dat enkel werknemers vanaf 55 jaar er in de toekomst een beroep zullen kunnen op doen.

4. De bedrijfswagen De bedrijfswagen: ook zo’n symbooldossier waarvan steeds nieuwe versies en scenario’s opduiken en waarvan het allesbehalve zeker is of de beoogde meeropbrengst ook zal gerealiseerd worden. Wanneer een onderneming een bedrijfswagen ‘geeft’ aan zijn werknemer, heeft deze een voordeel: een belastbaar voordeel van alle aard, onderworpen aan bedrijfsvoorheffing. Vanaf dit jaar wordt dit voordeel berekend in functie van de cataloguswaarde en de CO2-coëfficiënt. Dat gebeurt volgens de intussen bekende formule: cataloguswaarde x 6/7 x CO2-coëfficiënt. Dit resulteert in hogere bedragen voor het voordeel alle aard, indien de wagen minder milieuvriendelijk is en indien het om een dure wagen gaat. Het werkgeversaandeel in de last vertaalt zich in een bepaald bedrag aan verworpen uitgaven (niet-aftrekbare beroepskosten). Deze verworpen uitgave is gelijk aan 17% van het berekende voordeel alle aard voor de werknemer. Hierop is belasting verschuldigd a rato van 33,99%. Deze belasting is zowel van toepassing op entiteiten die onderworpen zijn aan de vennootschapsbelasting als aan de rechtspersonenbelasting. Renata De Witte, SD Worx Indien u op de hoogte wil blijven van de meest actuele wijzigingen, surf dan naar onze website www.dirupo1.be

)L^HRPUNZÄYTH 29: ^PS LLU ]LPSPN SVVUILSLPK ]HZ[SLNNLU ]VVY KL RVTLUKL QHYLU 1L aVLR[ LLU LJO[L WHY[ULY KPL TLLKLUR[ V]LY OL[ WLYZVULLSZILSLPK ]HU QV\^ 246& SD Worx ^VYRZ 6VR ]VVY QV\^ 246 Win een SD Worx works afterwork party! +VL U\ TLL HHU VUaL ^LKZ[YPQK LU ^PU LLU L_JS\ZPL]L HM[LY^VYR WHY[` ]VVY WLYZVULU *OLJR www.sdworxworks.be *het reglement en de voorwaarden van de wedstrijd kan je lezen op www.sdworxworks.be.

SDW 02723_09 Ondernemers en Co (W-Vla)233x84.indd 1

En nu? ^VYRZ 26/08/11 12:29


Verhuur van kantoren met btw: een opportuniteit? Sinds jaar en dag zijn gewone huurovereenkomsten vrijgesteld van btw. Een ondernemer die een gebouw opricht om het te verhuren, zal dus de btw die hij heeft betaald bij de aankoop, de oprichting of de renovatie ervan niet kunnen aftrekken. De btw maakt dan deel uit van de kostprijs waardoor de uiteindelijke huurkost van het gebouw zal stijgen. Voor de verhuurder is dit niet zo interessant en daarom heeft men naar alternatieven gezocht om het ter beschikking stellen van bedrijfsruimte alsnog aan btw te onderwerpen. Eén van de mogelijke pistes is het ter beschikking stellen van de kantoren, in combinatie met een volledig pakket van nauw verbonden diensten. Er is dan sprake van een bedrijven- of dienstencentrum dat niet alleen kantoren verhuurt, maar ook een omvangrijk pakket van extra diensten aanbiedt aan de gebruikers. Het onderscheid tussen een louter passieve onroerende verhuur (die dus niet onderworpen is aan btw) en een actieve verhuur waarbij de verhuurder een pakket extra diensten aanbiedt (wel onderworpen aan btw) heeft in het verleden al vaak aanleiding gegeven tot discussies tussen de fiscus en de belastingplichtige.

Complexe handeling Btw is een Europese belasting. Op regelmatige basis doet het Hof van Justitie interessante uitspraken over de problematiek van het ter beschikking stellen van ruimtes. Volgens het Hof van Justitie is het denkbaar dat een onroerende verhuur deel uitmaakt van een globaal pakket van andere diensten die wel aan btw zijn onderworpen. Als deze andere diensten belangrijker zijn dan het gebruik van de lokalen en het geheel van diensten onlosmakelijk met elkaar verbonden is, is er sprake van één complexe handeling en die is onderworpen aan btw. Men kan de problematiek echter ook op een andere manier benaderen. Als het ter beschikking stellen van een ruimte deel uitmaakt van een globaal dienstenpakket, kan men zich afvragen of er nog wel sprake is van een onroerende verhuur. In dat verband is er een interessante ontwikkeling geweest in de rechtspraak van het Hof van Justitie. Volgens dit Hof moet men het voorwerp zelf van de overeenkomst analyseren om te bepalen of een handeling al dan niet kan

ONDERNEMING & FISCALITEIT VASTGOED & FISCALITEIT VERMOGEN, SUCCESSIE & FISCALITEIT REGULARISATIES & FISCALITEIT INTERNATIONALE FISCALITEIT GESCHILLEN & FISCALITEIT FAMILIEBEDRIJVEN VENNOOTSCHAPPEN FUSIES & OVERNAMES, TRANSACTIES FRAUDE & FISCALITEIT

ondernemers & co

worden beschouwd als een onroerende verhuur. Indien het in hoofdzaak gaat om het gebruik van een gebouw wordt de handeling gekwalificeerd als een onroerende verhuur die vrijgesteld is van btw. Dit betekent slecht nieuws voor de verhuurder want in dat geval heeft hij geen recht op aftrek. Maar hieruit kan ook afgeleid worden dat er geen sprake is van een onroerende verhuur als de overeenkomst eigenlijk het leveren van een andere prestatie tot voorwerp heeft.

Administratie sluit zich aan bij Europese rechtspraak in circulaire Deze Europese rechtspraak wordt gevolgd door de Belgische rechter. In een circulaire van september 2005 houdt de Belgische fiscus hier ook rekening mee. Deze circulaire verduidelijkt de zienswijze van de administratie omtrent het onderscheid tussen enerzijds onroerende verhuur en anderzijds de handelingen van bedrijven- of dienstencentra. Er is eveneens een positieve tendens in de rechtspraak en in de beslissingen van de rulingdienst. Als er voldoende diensten worden aangeboden, bevestigt de administratie dat er met btw kan gefactureerd worden. Vooreerst vraagt de administratie dat het bedrijven- of dienstencentrum met zijn klanten een contract afsluit waarbij een minimumpakket aan diensten geleverd wordt tegen één forfaitaire prijs voor het ganse pakket. Dit houdt dus ook in dat de klant niet de mogelijkheid heeft om een vermindering van deze forfaitaire prijs te onderhandelen indien hij sommige diensten uit het minimumpakket niet gebruikt. De forfaitaire prijs dient alle lasten, taksen en belastingen met betrekking tot het gebouw en de uitrusting van het bedrijven- of dienstencentrum (verzekeringen, onroerende voorheffing, diverse gewest- en gemeentebelastingen) te dekken. Ook de gebruikelijke kosten voor nutsvoorzieningen dienen deel uit te maken van de forfaitaire prijs.

Minimum vereiste diensten Zoals gezegd dient het bedrijvencentrum enkele minimumdiensten aan te bieden tegen een forfaitaire prijs opdat het geheel aan btw onderworpen zou zijn. Het gaat om de volgende diensten:

• terbeschikkingstelling van één of meer uitgeruste lokalen (het kantoor bevat een minimum aan meubels zoals een bureau, een stoel, een kast, enzovoort); de lokalen kunnen al dan niet exclusief worden gebruikt, maar het contract dient in ieder geval te bepalen dat de klant de inrichting niet mag wijzigen door bijvoorbeeld het lokaal te schilderen) • terbeschikkingstelling van gemeenschappelijke vergaderzalen gedurende een in de overeenkomst voorziene duur • terbeschikkingstelling van gemeenschappelijke ruimten (gangen, sanitair, liften, administratieve lokalen voor kopie- en faxapparaat, enzovoort) • terbeschikkingstelling van gemeenschappelijke burotica (kopie- en faxapparaat, printers, enzovoort) • terbeschikkingstelling van ICT-infrastructuur (bekabeling en aansluiting voor telefonie en internet) alsook de terbeschikkingstelling van één of meer telefoontoestellen Of het aangeboden dienstenpakket voldoende omvangrijk is, dient in de praktijk geval per geval te worden bekeken. Het is steeds mogelijk om nog andere diensten aan te bieden ter vervanging van een in de omzendbrief opgesomde minimumdienst. Uit de beslissingen van de rulingdienst blijkt dat de administratie aan een en ander een pragmatische invulling geeft voor zover wordt aangetoond dat het aangeboden dienstenpakket voldoende belangrijk is in het geheel. Nico Demeyere en Jan Sandra, Imposto

PRESIDENT KENNEDYPARK 41 . 8500 KORTRIJK . T + 32 56 24 13 13 . F + 32 56 24 13 10 . INFO@IMPOSTO.BE . WWW.IMPOSTO.BE

Ondernemers 3 17 februari 2012

23


24

Ondernemers 3 17 februari 2012

Projectverantwoordelijke Levenslang Leren Evy De Bruyker trekt Bryo in West-Vlaanderen. Foto Hol

voka-nieuws

‘We willen ambitieuze jongeren naar een hoger ondernemersniveau tillen’ Eind januari ging in West-Vlaanderen een nieuwe groep van Bryo enthousiast van start. High potentials (18-36 jaar) met ambitie om te ondernemen leren tijdens een traject van twee jaar van ervaren ondernemers en van elkaar. Daarbij kunnen ze gebruik maken van de expertise en het netwerk van Voka. Bryo (Bright & Young) is een prestartersplatform van Voka dat talentvolle jongeren met goesting om een businessidee te ontwikkelen of een zaak over te nemen samenbrengt met anderen, hen stimuleert en begeleidt, en de

toegang vergemakkelijkt tot het juiste netwerk. “Het is de bedoeling om jonge, ambitieuze mensen naar een hoger ondernemersniveau te tillen”, zegt projectverantwoordelijke Levenslang Leren Evy De Bruyker die momenteel drie groepen begeleidt. “In een tweejarig traject komen een 40-tal Bryo’s in maandelijkse themasessies of businessdatesessies met ondernemers samen, die hun eigen beginverhaal vertellen en in kleinere groepen vragen beantwoorden, met tips en feedback. De vraag is er zeker bij jongeren die de stap naar het ondernemerschap overwegen of pas gestart zijn. Bryo geeft ze een extra steuntje in de rug.”

Industrieel ingenieur Nicolas Malfait deed heel wat ervaring op in het technisch beheer van shredderinstallaties, persen en scharen. Met Tiem bvba uit Izegem ondersteunt hij sinds vorig jaar bedrijven in de recyclage- en bulksector als freelance technisch consultant. De voorbije jaren bouwde hij ook heel wat expertise op in stofbeheersing. Later dit jaar wil hij met een vennoot een nieuw bedrijf oprichten, om nieuwe stofbeheersingsinstallaties op de markt te brengen en te commercialiseren. Waarom nam u in 2011 deel aan Bryo? Nicolas Malfait: “Ik heb twee redenen: ik start helemaal alleen. In de familie of vriendenkring zijn er geen ondernemers waar ik ‘de stiel’ kan leren. Ik wil me laten omringen door mensen met ervaring in het ondernemerschap. Daarnaast bezit ik enkel een technische bagage. In het ondernemerschap komen echter veel meer aspecten aan bod waar ik geen enkele notie van heb: marketing, sales, financiën, strategie, …”

Dat de netwerking tussen Bryo-deelnemers ook effectief werkt, illustreert dit voorbeeld: Koen Collier uit Jabbeke, met hr-advieskantoor INcompany, kwam via Bryo in contact met ICT’er Frederick Florizoone van ‘internet architects’ Flozon uit Zonnebeke. Samen ontwikkelden ze www.djoppon.com, een webtool voor bedrijven om op een makkelijke, efficiënte en betaalbare manier werknemers te vinden. Vervolgens stapte Bryo-deelnemer Glynnis Declercq uit Wervik, afgestudeerd in businessmanagement en entrepreneurship en met een bijkomende opleiding personeelsbeleid, mee in INcompany om het opleidingsaanbod verder uit te bouwen. Voka West-Vlaanderen zette Bryo in 2007 als proefproject op de rails, met de steun van het Agentschap Ondernemen. Eind 2010 werd de Bryo-werking over heel Vlaanderen uitgerold, met Voka-VEV als trekker. Alle Voka-entiteiten stapten mee in. De private partners werden BNP Paribas Fortis, Microsoft, Deloitte, SD Worx, naast het Vlaamse Agentschap Ondernemen dat naast het platform ook haalbaarheidsstudies financiert die door Voka West-Vlaanderen voor de Bryo’s uitgevoerd worden. Bryo maakt deel uit van de Startersinitiatieven Vlaanderen van het Agentschap Ondernemen en Vlaanderen in Actie (www.startersinitiatieven.be ),een initiatief dat past in het beleid van de Vlaamse overheid rond prestarters. (MD) Contact: evy.debruyker@voka.be, tel. 056 26 13 87

Jurist Bram De Vos was achtereenvolgens advocaat, communicatie- en marketingprofessional en uitgever. Omdat hij opportuniteiten zag, het netwerk en de skills kon verzamelen en de juiste vennoten vond, richtte hij zes maanden geleden Net Leverage Solutions in Brugge op, gericht op handson, resultaatgedreven onlinemarketing. De white label webshop-tool Vonix is een succesvol product.

www.bryo.be

Foto MVN

Waarom nam u in 2011 deel aan Bryo? Bram De Vos: “Ik wou en wil mezelf steeds confronteren met ondernemers en ondernemers in spe. Die confrontatie inspireert om werk te maken van de eigen ondernemersdroom. Tegelijkertijd wil ik minstens één keer per maand in alle vrijheid kunnen praten over ons businessmodel, zodat ik het kan blijven verbeteren en verfijnen.”

Foto Kurt

Wat verwacht u van Bryo? Nicolas Malfait: “Bijscholing en netwerking zijn voor mij de belangrijkste redenen waarom ik in april 2011 in het Bryo-project ben gestapt.” Wat hebt u er al van opgestoken? Nicolas Malfait: “Na iedere Bryo-sessie rij ik met een ondernemers-boost terug naar huis. Op mijn nota’s staan altijd veel vragen, maar ook de namen bij wie ik terechtkan voor professioneel advies of begeleiding. Daarnaast kom ik in contact met zowel jonge als ervaren ondernemers, waarmee ik de positieve en negatieve ervaringen kan delen.” (MD)

www.tiem.be

Wat verwacht u van Bryo? Bram De Vos: “Ìk verwacht van Bryo dat het me de kans geeft om mensen te leren kennen die interessant kunnen zijn voor mijn business, én mensen voor wiens business ik op mijn manier interessant kan zijn. Ik beschouw Bryo als een netwerk van sterk verschillende, maar gelijk gestemde mensen, die open staan voor win-wins.” Wat hebt u er al van opgestoken? Bram De Vos: “Samenkomen met ambitieuze mensen die dromen én doen is inspirerend. Bryo opende me de ogen op twee punten. Bryo bewijst in de praktijk dat je je niet moet omringen met mensen met een gelijkaardig profiel als het jouwe. De meerwaarde ontstaat pas als je mensen met verschillende talenten en expertise samenbrengt. Bryo leert me ook telkens weer dat dromen niet volstaat. Dromen blijven ijdele praatjes als je jezelf niet dwingt om concreet uit te werken hoe je ze kunt realiseren.” (MD)

www.netlevsolutions.be


EXPORT ROADSHOW 20 maart, MODULAR ROESELARE De Vlaamse Voka-entiteiten willen ondernemers begeleiden bij hun stappen op de buitenlandse markt. Tijdens de maand maart trekt daarom een roadshow voor exporteurs door de vijf Vlaamse provincies. Op 20 maart vindt deze roadshow voor West-Vlaanderen plaats bij Modular in Roeselare. In één namiddag krijgt u een aantal tips die u in het dagelijkse exporteren kunnen helpen bij het overwinnen van typische drempels bij export, gebracht door praktijkervaren experts. Als naslagwerk ontvangt u gratis de Vokaexportwijzer 2012. Info en inschrijven: Griet Witdouck, tel. 056- 26 13 93, griet.witdouck@voka.be

BEURS

Ecobuild 2012 – Londen Van dinsdag 20 tot donderdag 22 maart vindt opnieuw de Ecobuild-beurs plaats in Londen. Dit is wereldwijd het grootste evenement rond duurzame design in woon- en leefomgeving. Voka biedt u de mogelijkheid om deze beurs te bezoeken (dit in het kader van het 2SeasTrade-project). Bovendien kunt u op woensdag 21 maart deelnemen aan het gratis matchmaking event, waarbij u – mits een korte registratie – afspraken kunt vastleggen met deelnemende bedrijven. Tijdens telkens een sessie van 30 minuten kunt u aan tafel zitten met potentiële zakenpartners of decision makers. De toegang tot de beurs is gratis. Voka biedt u ook graag een lunch aan op de beurs.

AGENDA

NIEUW!

BUSINESSCLUB RUSLAND, GOS, CENTRAAL en OOST-EUROPA In deze businessclub staan ervaringsuitwisseling tussen bedrijven die zaken willen doen in Rusland, GOS, Centraal - & Oost-Europa en de uitbouw van een professioneel netwerk centraal. Internationaliseren op deze oostelijke regio is niet altijd even gemakkelijk, maar met het stijgende aantal consumenten bieden deze markten aanzienlijke groeikansen. Om er te slagen is het essentieel om goed voorbereid te zijn. De doelstelling van dit businessnetwerk is door ervaringsuitwisseling belangrijke theoretische en de meest praktische aspecten van het zakendoen op deze markten in de kijker te zetten om er zo de concentratie van uw bedrijf te verstevigen of er activiteiten (import, export of investeringen) op te zetten. Eerste afspraak op donderdagavond 1 maart, bij Deloitte (Roeselare): ‘De toetreding van Rusland tot de WTO: gevolgen voor de Europese markt”, door professor en Rusland-expert Koen Schoors Meer info: Griet Witdouck, tel. 056-26 13 93, griet.witdouck@voka.be

SEMINARIES IN DE KIJKER Conversatie Commercieel Frans Wenst u uw Franstalige klanten vlotter te woord te staan?

27/02

SEO/Google analytics Hoe kan ik mijn websitebezoekers tot mij laten spreken?

28/02

Coachend leiderschap

02/03

Voka Kortrijk

Structurele partners van Voka - West-Vlaanderen 2012

Customer Intimacy Wat is customer intimacy en wat brengt het op?

06/03 PREFAB BETON

TIJDSTIP

Voka Kortrijk

Hoe krijg ik mijn medewerkers gemotiveerd, en hoe blijven ze gemotiveerd?

Wenst u meer info? Contacteer Christ Defoszé, tel. 056-26 14 01, christ.defosze@voka.be

DATUM

Voka Kortrijk

Voka Kortrijk

Info en inschrijven: www.voka.be/west-vlaanderen

ACTIVITEIT

PLAATS

EVENEMENTEN EN ONTMOETINGEN maandag 27 februari

19u00 - 22u00

Voka Young Power meets baron Paul Buysse

La Réserve, Knokke-Heist

dinsdag 6 maart

08u00 - 10u00

Middelgrote ondernemingen ontmoeten elkaar

Kunstateliers Slabbinck nv, Brugge

dinsdag 6 maart

18u30 - 20u30

Infosessie Businessclub International Sales Directors

Voka, Kortrijk

donderdag 8 maart

18u30 - 21u30

Vokafé Roeselare

Kaas en Meer, Roeselare Bel & Bo, Deerlijk

donderdag 8 maart

17u00 - 21u00

Ondertekening West-Vlaams Charter Duurzaam Ondernemen

woensdag 14 maart

12u30 - 14u30

Lunch & Learn China en Taiwan

Voka, Kortrijk

woensdag 14 maart

18u00 - 22u00

Trends Gazellen

La Brugeoise, Brugge

donderdag 15 maart

12u00 - 14u00

Te gast bij Deknudt Mirrors

Deknudt Mirrors, Deerlijk

vrijdag 16 maart

12u00 - 14u00

Lunchdebat / déjeuner débat - Willy Naessens

Naessens, Wortegem - Petegem

maandag 27 februari

12u00 - 14u30

Conversatie Frans

Voka, Kortrijk

dinsdag 28 februari

13u30 - 16u30

Btw en internationale handel , vanuit de btw-aangifte - deel 1

Deloitte, Roeselare

dinsdag 28 februari

16u30 - 20u00

SEO / Google Analytics

Voka, Kortrijk

dinsdag 28 februari

16u30 - 20u00

Distance Management: leiding geven vanop afstand

Voka, Kortrijk

woensdag 29 februari

08u30 - 12u30

Boost your logistics - deel 1

Voka, Kortrijk

donderdag 1 maart

13u00 - 17u00

Lab Productiviteit

Voka, Kortrijk

vrijdag 2 maart

09u00 - 17u00

Coachend leidinggeven

Voka, Kortrijk

dinsdag 6 maart

16u30 - 20u00

Customer intimacy: experience marketing

Voka, Kortrijk

woensdag 7 maart

08u30 - 12u30

HR-Lab Employer Branding

Bedrijvencentrum Wevelgem

donderdag 8 maart

16u30 - 20u00

Voorbereiding en verloop van overnameproces van een onderneming

Voka, Kortrijk

donderdag 8 maart

16u30 - 20u00

Laptopnotuleren

Voka, Kortrijk

vrijdag 9 maart

08u00 - 13u00

Marketing Lab: stel uw bedrijfseigen marketingplan op volgens het ‘marketingwiel’

Bedrijvencentrum Brugge

dinsdag 13 maart

16u30 - 20u00

Rij- en rusttijden

Voka, Kortrijk

woensdag 14 maart

16u30 - 20u00

Customer intimacy: experience marketing

Voka, Kortrijk

donderdag 15 maart

08u00 - 13u00

Lab Social Media 2

Voka, Kortrijk

donderdag 15 maart

16u30 - 20u00

Efficiënt netwerken

Voka, Kortrijk

vrijdag 16 maart

09u00 - 17u00

Assertief zijn kan je leren

Voka, Kortrijk

WORKSHOPS EN SEMINARIES

Info en inschrijvingen op onze website: www.voka.be/west-vlaanderen

Ondernemers 3 17 februari 2012

25


26

Ondernemer 3 17 februari 2012

PROSIT

Roeselare – Nieuwjaarsreceptie Ondernemend Roeselare

Nieuwjaarsreceptie Ondernemend Oostende

Ondernemend Roeselare kwam samen voor de nieuwjaarsreceptie in de designmeubelzaak ‘t Casteelken. Staatssecretaris Hendrik Bogaert (derde van links) is onder andere bevoegd voor de modernisering van de openbare diensten en kwam in deze trendy omgeving alvast wat inspiratie opdoen. Jean-Pierre Vyncke (voorzitter Ondernemend Roeselare), Tom Vandenkendelaere (Ondernemend Roeselare), Stijn Couvreur (Zeefdruk Gerjo), Christine Vanhee (Ondernemend Roeselare), Luc Stragier (ACD), gastvrouw Anne Decruy (‘t Casteelken) en Kris Declercq (schepen van Economie). Foto Kurt

Het centrale thema van deze nieuwjaarsreceptie was de band tussen onderwijs en bedrijfsleven. Het filmpje met kinderen die de job van hun droom uitoefenden, was achteraf hét gespreksonderwerp op de receptie: Paul Gerard (AG Haven Oostende), Yves Goossens (DAB Vloot), Jaak Rutte (C-Power), Eric Van Hal (Noordzee Helikopters Vlaanderen). Foto EV

Kortrijk – Metaal Industrie Gazellen Lichtervelde – Prijs voor Remi Claeys Aluminium Industrie heeft wel een toekomst in Vlaanderen. Dat bewees Remi Claeys Aluminium dat recent een onderscheiding van het moederbedrijf kreeg. CEO Inge Buyse beseft dat de verdienste helemaal bij haar medewerkers ligt en beloonde iedereen met een fiets, natuurlijk van Vlaamse makelij. Foto Kurt

Tijdens Metapro Network Event, het nieuwjaarsevent van de metaalsector, werden de Metaal Industrie Gazellen uitgereikt aan de snelste groeiers. De laureaten op een rijtje: Koen Baeten (Smulders Projects), Jean Yves Renard en Christophe Liègois (Lemmens Company), Steven Thys en Luc Lemmens (Metrotile Europe). Foto Hol

/ experts in bedrijfsvastgoed kantorennetwerk in oost- en west-vlaanderen

www.turner-dewaele.be/kantoren


Aalbeke – Opening nieuwe BMW-garage Niemand minder dan Philipp von Sahr (President & CEO BMW Group Belux, links op de foto) kwam afgezakt naar Aalbeke om er de nieuwe garage van de familie Monserez te openen. De broers Jean-François en Xavier Monserez waren apetrots met zo’n hoge gast. Foto Hol

Roeselare – Collectieve sessie LN Finance&IT en LN Marketing De lerende netwerken van Voka zijn multidisciplinair. Je leert er alles over finance, IT, marketing en ... recepties. Redgy Gilden (Flamar), Wouter Notebaert (Flamar), Wim Boone (Ingenium), Tom Samyn (Modular), Sofie Golaszewski (Voka), Audry Sanders (Logi-Technic), Davy Vanoutryve (Tvh Group) en Tom Roels (Daikin) bekwamen zich in de ideale receptiehouding. Foto Kurt

Ieper – Nieuwe showroom Duran Motors

Zeebrugge – Gassco sponsort MUG-helikopter

Ondanks alle economische onheilstijdingen zijn er gelukkig nog altijd ondernemers die blijven investeren. Zoals de familie Duran die in Ieper een nieuwe showroom opende. Schepen van lokale economie Katrien Desomer kwam Didier Duran en zijn echtgenote feliciteren. Ook Bart Decuyper (Decuyper Motorhomes) en Patrick Deschodt (Boligna Meubelen) waren van de partij. Foto DD

Jaarlijks rukt de provinciale MUG-helikopter zowat 500 keer uit voor dringende medische interventies. Voor een deel van de werkingskosten moet men een beroep doen op partners uit de privésector. Met een cheque ter waarde van 6.000 euro geeft aardgasdistributeur Gassco het goede voorbeeld. Van links naar rechts: Jan Deckmyn, (Gassco), Pierre De Vos (Gassco), Dr. Nicolas Muller (verantw. MUG-Helikopter) en Fanny Dufour (Gassco). Foto MVN

Avelgem – Vierjaarlijkse Prijs voor Architectuur Het werd een spannende strijd voor de Vierjaarlijkse Prijs voor Architectuur van de Provincie West-Vlaanderen. De jury besliste dan maar om twee winnaars aan te duiden: Dierendonck Blancke architecten (voor hun nieuwbouwproject GC Spikkerelle in Avelgem) en noAarchitecten (voor hun renovatieproject Stadhuis in Menen). Schepen Rudi Vandamme van Menen en de architecten Jitse van den Berg, An Fonteyne, Tim Wallyn en Philippe Vierin zijn alvast heel trots op hun prijs. Foto Hol

“mini-MBA” - ondernemerschap de eerste stap naar een nieuw en succesvol bedrijf

Productiviteitsverhoging magazijnmedewerkers Gent, 17 april 2012

WORKSHOPS VOORJAAR 2012

U loopt al een tijdje rond met de idee een nieuw bedrijfje op te richten, maar voelt een beetje koudwatervrees? De economische onheilstijdingen doen u vermoeden dat het niet echt het geschikte moment is om iets nieuws op te starten?

Optimaliseer het rendement in uw magazijnen zonder investeringen

OEE en productiviteit in geautomatiseerde omgevingen Kortrijk, 19 april 2012

Hoe de werkbelasting van machine-operatoren opvolgen en optimaliseren?

The Lean Office

Dan is onze “mini-MBA” ondernemerschap precies wat u zoekt. Surf naar www.innotek.be/evenementen voor meer informatie.

Zwijnaarde, 26 april 2012 Performantiemanagement en kostenbeheersing van administratieve processen

PvO - Partners voor Ondernemers - President Kennedylaan 9C - 8500 Kortrijk tel. 056 21 00 98 - fax 056 21 10 87 - e-mail: info@pvo.be - www.pvo.be

Ondernemers 3 17 februari 2012

27


TOTALE KANTOORINRICHTING

VRAAG GRATIS de catalogus 2012 164 pagina’s met prijzen.

Realisatie Athena Graphics te Roeselare

1000m2 showroom

Gentseweg 518 Q 8793 Waregem Q T. 056 61 52 04 Q info@inofec.be Q www.inofec.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.