6 minute read

Nedmag wil af van fossiele brandstoffen Kunstmest

ICL gaat fosfaathoudende reststoffen inzetten als bron bij het maken van fosfaatmeststoffen. Het fosfaat komt uit zuiveringsslib van de waterschappen en beendermeel van slachterijen. ICL zet zo een belangrijke stap naar een volledige fosfaatkringloop.

De circulaire meststof op basis van fosfaat uit vliegas van zuiveringsslib en beendermeel voldoet aan de wet- en regelgeving.

Advertisement

FOTO: ICL

ICL STAP DICHTER BIJ SLUITEN FOSFAATKRINGLOOP CIRCULAIRE KUNSTMEST UIT ZUIVERINGSSLIB

Circulair

‘Wij kunnen in 2030, maar wie weet ook al volgend jaar, een product maken dat volledig is gebaseerd op herwonnen fosfaat’

Meststoffenproducent ICL in Amsterdam is weer een stap dichter bij het sluiten van de fosfaatkringloop. De technische problemen om fosfaatresthoudende stoffen in te zetten als bron voor de productie van fosfaatmeststoffen zijn nagenoeg opgelost. “De komende maanden kunnen we grotere hoeveelheden fosfaatresthoudende meststoffen gebruiken in het proces”, verwacht Anthony Zanelli, vice president ICL Fosfaat Operaties Europa. Tekst: Adriaan van Hooijdonk

ICL opende in maart vorig jaar een nieuwe installatie in Amsterdam. Doel was om hier op grote schaal fosfaatreststoffen uit assen van zuiveringsslib en assen van beendermeel te gaan verwerken. Daar is het nog niet van gekomen. Technische problemen gooiden roet in het eten. “Die hebben we eerst moeten oplossen”, zegt

Anthony Zanelli, vice president ICL

Fosfaat Operaties Europa. Zo waren er problemen met de silo waarin assen uit beendermeel en zuiveringsslib zijn opgeslagen. Vooral de assen uit beendermeel bleven in de silo aan elkaar kleven. ICL koopt het beendermeel, afkomstig van slachterijen, in bij verschillende toeleveranciers. De kwaliteit is, in tegenstelling tot zuiveringsslib, niet altijd even uniform. “Daarom kozen wij ervoor om ons nu vooral op zuiveringsslib te richten. Wij zijn er ook in geslaagd om de problemen met het meng- en doseringssysteem om fosfaatresthoudende reststoffen in het proces toe te voegen op te lossen.”

Overeenkomst ICL tekende in juli vorig jaar een overeenkomst met rioolzuiverings- slibverwerkers SNB en HVC. Samen gaan ze 10 miljoen kilo fosfaatrijke vliegas leveren uit de slibverbrandinginstallaties in Moerdijk en Utrecht. Het slib komt van de waterschappen. Zij produceren jaarlijks ongeveer 1,3 miljoen ton zuiveringsslib, maar het kost steeds meer moeite om het slib kwijt te raken. Nederland heeft te weinig verwerkingscapaciteit en export naar Duitsland is ook niet meer mogelijk. Bovendien komen de zogeheten Energie- en Grondstoffenfabrieken van de waterschappen, die uit het zuiveringsslib onder meer biogas opwekken, maar langzaam van de grond. SNB en HVC hadden een overeenkomst met het bedrijf Ecophos om fosfaat uit het vliegas te halen, maar het bedrijf ging het afgelopen jaar failliet. Daarom verbranden de verwerkers het zuiveringsslib zelf. Afhankelijk van het soort zuiveringsslib blijft er 18 tot 22 procent fosfaat over uit het vliegas dat ICL kan bijmengen in het productieproces om meststoffen te maken. Vooralsnog mikt ICL op een bijmengpercentage van 5 tot 10 procent. Het fosfaat heeft volgens Zanelli weinig waarde. Het is gebonden aan andere metalen en een plant kan er niets mee. “Wij zetten het in ons proces om in een fosfaatverbinding die oplosbaar is, zodat een plant het wel kan opnemen als voedingsstof. Zanelli verwacht dat de productie de komende maanden van start kan gaan. “Wij kunnen in 2030, maar wie weet ook al volgend jaar, een product maken dat volledig is gebaseerd op herwonnen fosfaat. Technisch moet het mogelijk zijn. Dat hebben we op labschaal al aangetoond.”

Concurrerend Kan het product concurreren met de variant op basis van fosfaat uit erts in de fosfaatmijnen? “Dat is afhankelijk van de vraag uit de markt en de behoefte van de klant”, benadrukt Zanelli. “Ik verwacht dat bepaalde afnemers graag iets meer willen betalen voor het ecoproduct. In tegenstelling tot andere producenten richten we ons niet op enorme volumes van één product, zoals andere kunstmestbedrijven, maar hebben een breed portfolio met tientallen producten voor bepaalde nichemarkten.” Zanelli geeft een voorbeeld. “De PKpluS is een zwavelrijke meststof met een behoorlijke dosis fosfaat e

ICL bevindt zich aan de Fosfaatweg in het Westelijk Havengebied van Amsterdam.

‘We leggen momenteel de laatste hand aan het REACH-dossier’

ZONDER FOSFAAT GEEN PLANTENGROEI Planten kunnen niet groeien zonder fosfaat. P2O5 speelt een belangrijke rol bij de groei en de (jeugd) ontwikkeling van de plant. Het is volgens Meststoffen Nederland, de belangenorganisatie van de meststoffensector in Nederland waar ICL ook lid van is, nodig voor de vorming van bepaalde eiwitten en andere organische stoffen. Daarnaast is fosfaat essentieel voor processen als ademhaling en fotosynthese van de plant, de opname van voedingsstoffen en water en goede wortelgroei. “In Nederland hebben we veel te veel dierlijke mest”, zegt Zanelli. “Maar in andere EUlanden, zoals Frankrijk, Duitsland en Polen, is dat niet het geval. Daar is extra bemesting nodig met fosfaatmeststoffen. En vergeet ook niet dat veevoer wordt gemaakt met behulp van meststoffen. Kortom: zonder meststoffen is er niet genoeg voedsel voor de groeiende wereldbevolking.” en kalium. Binnen de EU is hier veel behoefte aan. Vroeger was zwavel overal aanwezig in de bodem, maar sinds het 10 jaar geleden om milieu redenen uit benzine is gehaald, komt het via de lucht niet meer in de bodem en neemt de zwavelbehoefte van de landbouw toe. Zwavel is dus steeds belangrijker en daar spelen wij met onze producten op in.” De nieuwe meststof op basis van fosfaat uit het vliegas van zuiveringsslib en beendermeel voldoet aan de wet- en regelgeving. “We leggen momenteel de laatste hand aan het dossier dat we voor de Europese stoffenwetgeving REACH moeten maken. Binnen een paar maanden verwachten we de goedkeuring van het Europees Agentschap voor chemische stoffen. Dan kunnen we de markt op. Hoe groter de vraag, hoe meer we kunnen produceren.”

Kleinere batches ICL onderscheidt zich volgens hem van andere kunstmestproducenten door de mogelijkheid om jaarlijks driehonderd batches te draaien. “De meeste andere producenten maken maar één soort kunstmest, die voornamelijk is gebaseerd op stikstof. Wij maken jaarlijks tientallen verschillende producten, waarmee we specifiek op de behoefte van onze klanten kunnen inspelen.” ICL is nog een van de weinige bedrijven in Europa die fosfaat voor de kunstmestproductie gebruiken. Alleen in Frankrijk, Spanje en Portugal zitten nog een paar vergelijkbare spelers. Dat komt volgens Zanelli omdat ICL niet alleen al langer verticaal is geïntegreerd, maar ook door de gunstige ligging aan de haven in Amsterdam. “Een vergelijkbaar bedrijf in het binnenland zou veel te veel geld kwijt zijn aan de transportkosten. Wij kunnen onze grondstoffen en meststoffen eenvoudig en kostenefficiënt aanen afvoeren. Bovendien heeft ICL zelf mijnen waar het fosfaat en kalium wint.” p

Geïnteresseerd in de laatste ontwikkelingen in de chemische industrie? NEEM EEN GRATIS ABONNEMENT OP CHEMIE MAGAZINE MAGAZINE

5 emissiebeperkende maatregelen voor de procesindustrie

Oplossingen en technologieën voor het realiseren van toelaatbare concentraties

Verontreinigende stoffen zijn helaas overal te vinden in de geïndustrialiseerde wereld en kunnen schadelijk zijn voor mens en milieu, maar ook materiële schade veroorzaken. Emissiebeheersing is mede daardoor een mijlpaal in de wereldwijde milieubescherming voor mens en dier en voor de aarde zelf.

Lees de 5 oplossingen door de QR-code te scannen!

Mede door de steeds striktere wet- en regelgeving zijn bedrijven op zoek naar oplossingen en hoogwaardige reinigingstechnologieën om de concentratie van verontreinigende stoffen te reduceren.

GEA Nederland, +31 570 66 33 66 gea.com/nederland

This article is from: