Pf Fotografie Magazine #8 2020

Page 1

FOTOGRAFIE MAGAZINE #8 2020

Dutch National Portrait Prize 2020 Sanne Donders | Persoonlijke chemie Julia Gunther | Moedige vrouwen Linelle Deunk | Veiligheid en acceptatie Sterre Fenna van der Waals | Vrouwbeeld Sander Troelstra | Ontmoetingen Sarah Mei Herman | Intimiteit en relaties

Het portret: van karakter naar verhaal Sony A7C: de compacte fullframe

Losse verkoop â‚Ź 9,99 AP



Inhoud

Fotografie Magazine #8 2020

Portfolio Sanne Donders Persoonlijke chemie

10

Julia Gunther Verhalen van moedige vrouwen

16

Linelle Deunk Veiligheid en acceptatie

22

Sterre Fenna van der Waals Onderzoek naar het vrouwbeeld

28

Sander Troelstra Verzamelaar van ontmoetingen

48

Sarah Mei Herman Intimiteit en relaties

54

Julia Gunther

Linelle Deunk

Fotocultuur Portret Van karakter naar verhaal

34 Sander Troelstra

Rubrieken Concept Cuny Janssen

62

Debuut Jamie van den Heuvel

66

Analoog Alex Timmermans

70

Boeken Heleen Peeters - Horse

74

Presentatie Open over depressiviteit

76

Techniek Sony A7C

78

coverfoto: Sarah Mei Herman

3


Meervoudig winnaar van de TIPA World Award 2013 | 2017 | 2020

“Het beste fotolab ter wereld”

WhiteWall Media GmbH, Europaallee 59, 50226 Frechen , Duitsland © Photo by Marvin Walter

Bekroond door de hoofdredacteuren van 26 internationale fotografie tijdschriften

Geef uw foto’s een plek aan de muur. In galeriekwaliteit van WhiteWall. Uw foto achter acrylglas, ingelijst, of als grote fotoafdruk. Onze producten zijn „Made in Germany“, door liefhebbers van fotografie. Meer dan 100 keer als beste getest en aangeraden, daar zijn we trots op! Simpelweg een foto uploaden en het gewenste formaat instellen, ook met een smartphone.

WhiteWall.nl

Winkels in Berlijn | Londen | New York | Parijs | Wenen | Zürich


Redactioneel Een lange lijst van winnende portretten Bijna twee eeuwen na de uitvinding van de fotografie is het portret nog steeds een van de belangrijkste genres. In de Nederlandse fotografie is het portret altijd sterk vertegenwoordigd geweest, met namen als Rineke Dijkstra en Koos Breukel. Het is daarom ook niet zonder reden dat de organisatie Dutch National Portrait Gallery in het leven is geroepen. De Gallery, gesteund door het Amsterdams Fonds voor de Kunst, het Pictoright Fonds en een bank looft elk jaar twee prijzen uit voor het beste portret, een professionele prijs en een talentprijs. De jury stelde uit bijna vijfhonderd portretten een longlist samen van 32 portretten, waaruit vijf portretten op de shortlist terecht kwamen. Sanne Donders is de winnaar van de Rabo Photographic Portrait Prize 2020 met haar portret van de jonge kunstenaar Lukas Vonk. Zij ontvangt een geldprijs van 10.000 euro. Pf had een interview met haar. Zij zoekt in haar portretten altijd de persoonlijke chemie. Wij brengen in dit nummer ook twee fotografen die op de shortlist staan: Julia Gunther en Sander Troelstra. Julia Gunther fotografeert moedige vrouwen, die zij een stem wil geven. Sander Troelstra zoekt altijd het verhaal achter de persoon. We hadden ook een interview met het talent Sterre Fenna van der Waals, die een serie heeft gemaakt over haar bijzondere broer. Uit de longlist brengen we Linelle Deunk. Zij heeft een buitenexpositie over het thema depressie, waarover wij ook berichten in de rubriek Expositie. Dit thema is een voorbeeld van de vele andere psychologisch beladen thema’s van de portretten die op de longlist zijn beland. Het lijkt dat de maatschappelijke spanningen die deze tijd kenmerken hun weerslag hebben op de autonome portretseries die fotografen dit jaar hebben gemaakt. Hierover heb ik uitgebreid geschreven in het artikel ‘Het portret: van karakter naar verhaal’. Hierin beschrijf ik de overgang van het portret als een poging om het karakter van het model te schetsen naar de huidige werkwijze van het portret als het gezicht van een persoonlijk verhaal. Het narratieve portret heeft bij autonoom werkende fotografen de overhand gekregen. Bij dit artikel hebben wij een groot aantal portretten geplaatst die op de longlist staan. Het blijkt dat daar absoluut geen verliezers bij zijn. Integendeel, het zijn allemaal winnaars, want de kwaliteit van de genomineerde portretten is bijzonder hoog en doet in niets onder voor de winnende portretten of voor de portretten op de shortlist. De Nederlands portretfotografie is van topniveau. Wij brengen ook een portfolio van Sarah Mei Herman, die eveneens op de longlist staat. Zij zoekt naar de andere kant van onze afstandelijke maatschappij. In haar werk spelen liefde, intimiteit en relaties een grote rol. Het portret van een tienermeisje waarmee zij was genomineerd mocht zij van de moeder niet meer publiceren, maar dat wordt grotendeels goedgemaakt door het portret van het meisje Neta, dat wij op de cover plaatsen. Dit portret straalt de warmte en bescherming uit die wij in deze donkere dagen en door de coronapandemie verplichte afstand hard nodig hebben.

Ton Hendriks, hoofdredacteur Pf thendriks@virtumedia.nl

5


De collectie belicht door Marwan Magroun De Rotterdamse fotograaf Marwan Magroun presenteert in de tentoonstelling ‘De collectie belicht’ zijn persoonlijke keuze uit de rijke collectie van het Nederlands Fotomuseum. In totaal heeft Magroun 22 foto’s geselecteerd die hem intrigeren. Net als in zijn eigen werk spreekt uit deze selectie zijn fascinatie voor de stad Rotterdam en haar inwoners. Er zijn onder andere foto’s van Ton den Haan, Robert den Hartogh en Peter Martens te zien, die de harde kant van het Rotterdam uit de jaren ’70 en ’80 blootleggen. Naast foto’s uit de museumcollectie is er ook werk van Magroun zelf te zien. Volgens hem toont de selectie dat migratie en diversiteit geen vastomlijnde concepten zijn, maar continu en razendsnel veranderen: “Voor fotografen uit de collectie was migratie echt een onderwerp. Als kind uit een migrantengezin ben ik nu verteller en kan ik hieraan nieuwe verhalen toevoegen.” Nederlands Fotomuseum | 22 februari 2020 – 17 januari 2021

© Carel van Hees

Infinite Identities. Photography in the Age of Sharing In ‘Infinite Identities. Photography in the Age of Sharing’ is werk van acht kunstenaars en fotografen te zien die Instagram gebruiken om bepaalde aspecten van hun kunst te ontwikkelen en over hun kunstpraktijk te communiceren. De tentoonstelling laat zien hoe deze app een extra laag toevoegt aan de kunstwereld door virtueel de plek in te nemen van een atelier, museum of galerie. Tegelijkertijd is ‘Infinite Identities. Photography in the Age of Sharing’ een tentoonstelling waarin op metaniveau onderwerp en werkwijze zijn samengekomen, want ze is volledig digitaal gemaakt ten tijde van de pandemie. Hoe ingrijpend zullen internet en social media het aloude museale proces in de toekomst veranderen? Huis Marseille | 28 november 2020 – 28 februari 2021

© Myriam Boulos, From the series Post explosion, Lebanon, Beirut, 2020-ongoing

6 | #8 2020


EXPOSITIE

Starring You In het kader van Melkwegs vijftigste verjaardag brengt Melkweg Expo een ode aan haar publiek. Melkweg Expo draait de spotlight om en nodigde fotografen uit om nieuw werk te maken met de bezoeker in de hoofdrol, om zo een glimp op te vangen van wie zij zijn. De Melkweg sluit dan wel de deuren voor publiek tot eind 2020, haar publiek sloot ze eerder al in het hart. De foto’s van de bezoekers zijn elke avond van 20 november tot 31 december te bewonderen aan de hoofdingang van de Melkweg, waar ze geprojecteerd worden op de gevel. In donkere tijden plaatst de Melkweg haar bezoekers letterlijk in de schijnwerpers door hun portretten op de Melkweg te projecteren. ‘Starring You’ is naast een presentatie van het Melkwegpubliek net zo goed een presentatie van talentvolle fotografen, die met hun karakteristieke stijl te werk gaan. Ze zochten de bezoekers uit tijdens concerten in de Melkweg en portretteerden hen later op locatie. De modellen poseerden geduldig, terwijl de grens tussen roem en het dagelijks leven vervaagde. Melkweg | tot 31 december 2020

© Laia Abril

On Rape. A History of Misogyny - Laia Abril Met ‘On Rape. A History of Misogyny’, presenteert Laia Abril een reeks conceptuele portretten en getuigenissen die samen de huidige straffeloosheid van verkrachting symboliseren. De kunstenaar traceert de oorsprong van de verkrachtingscultuur en haar structuren door een reeks visuele en auditieve metaforen te creëren. Op deze manier nodigt ze het publiek uit om haar onderzoeksreis te ervaren. Met haar werk heeft Laia Abril de Foam Paul Huf Award 2020 gewonnen. Deze bestaat uit een geldbedrag van € 20.000,- en een solotentoonstelling bij Foam. Daarnaast wordt haar werk gepubliceerd in het prestigieuze jaarlijkse talentnummer van Foam Magazine. Foam | 6 November 2020 – 10 Januari 2021

© Harmen Meinsma, Sara

7


Arca, onbetwist al 30 jaar uw printerspecialist ! De combinatie bepaalt het resultaat. Printer-Papier-Kleurprofiel

www.Arca.nl 0168-380908

FineArt Paper

Van GROOT tot klein: voor een Epson moet je bij Arca zijn. Printers & Supplies BV

rie HarPlotter

Arca maakt printen geweldig....... Al 15 jaar Epson dealer: maak ook gebruik van onze kennis en ervaring.

Arca Printers & Supplies BV - Plaza 11e - 4782 SL - Moerdijk - shop@Arca.nl - www.Arca.nl

Frank van der Salm NOWHERE – Imagining The Global City 5 feb. – 23 mei 2021 Stedenbouw en architectuur, als expressie van onze tijd, vormen de kern van Van der Salms werk. NOWHERE toont een selectie van zijn foto’s en video’s. Met behulp van artificial intelligence komen op een experimentele manier onderliggende verbanden tussen zijn werk van de afgelopen vijfentwintig jaar naar boven. NOWHERE is een Paradox productie

© Frank van der Salm


© Clara von Waldthausen, Fotorestauratie Atelier VOF, Amsterdam

NIEUWS

Samenwerkingsproject voor conservering fotografie Fotografie is niet weg te denken uit collecties voor hedendaagse en moderne kunst. De behoefte van musea aan kennis over de conservering van zowel analoge als digitale (kleuren)fotografie neemt toe. Dit specialisme ontbreekt in de meeste musea. Het gaat om kennis en onderzoek rond afdrukprocedés, afwerking, dragers en terminologie. Hoe kunnen de prints het beste opgeslagen en gepresenteerd worden met het oog op behoud voor de toekomst? Op initiatief van de Stichting Behoud Moderne Kunst (SBMK) bundelen zestien museale collecties, de Universiteit van Amsterdam (UvA) en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) de krachten in een grootschalig samenwerkingsproject: Project Collectiekennis 2.0/Fotografie. Doel is om de fotografische kunstwerken in Nederlandse museale collecties duurzaam te conserveren en zo toegankelijk te houden voor het publiek. Op basis van toegepast onderzoek wordt een methode ontwikkeld waarmee beheerders en restauratoren zelf een groot deel van de kunstfotografie in hun collecties kunnen identificeren en monitoren, en de benodigde conserveringsmaatregelen kunnen treffen. Het project wordt financieel ondersteund door het Gieskes-Strijbis Fonds, het Mondriaan Fonds, UvA, RCE en het Wertheimer Fonds, beheerd door het Prins Bernhard Cultuur Fonds. Identificatie Deelnemende museummedewerkers leren om foto’s te identificeren aan de hand van hun eigen collecties. Op basis van hun ervaringen wordt een digitale tool ontwikkeld, gevuld en getest, en wordt nader onderzoek gedaan. Ieder deelnemend museum beschikt uiteindelijk over een deelcollectie geïdentificeerde en geregistreerde

fotowerken. Een belangrijk resultaat van het project is het creëren van een digitaal platform met informatie over de meest voorkomende en/of problematische analoge en digitale fotografische procedés, dragers en afwerkingen in combinatie met de digitale tool en de fysieke sample set met referentiematerialen. Jonge professionals Als onderdeel van het project zal de UvA, in samenwerking met het Rijkserfgoedlaboratorium van RCE, twee jonge professionals opleiden die zich specialiseren in de conservering van fotografie. Deelonderzoeken van het project worden uitgevoerd door studenten van de master Conservering en Restauratie aan de UvA. De resultaten van het project zullen breed toepasbaar zijn. Zo komt het online platform met de identificatietool beschikbaar voor iedereen die geïnteresseerd is in het conserveren van fotografie. De resultaten worden aan het eind van het project gepresenteerd tijdens een publiek symposium. Partners Het ‘Project Fotografie’ wordt gecoördineerd door de SBMK in samenwerking met de UvA. Dertien instellingen met een fotografische collectie zijn projectpartner: Amsterdam Museum, Museum Boijmans Van Beuningen, Bonnefanten, De Domijnen, Frans Hals Museum, De Hallen, Het Nieuwe Instituut, Huis Marseille, Kröller-Müller Museum, Kunstmuseum Den Haag / Fotomuseum Den Haag, Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen, Rabo Kunstcollectie, RCE-kunstcollecties en Stedelijk Museum Amsterdam. Ondersteunende/adviserende partners zijn Rijksmuseum, NICAS, Nationaal Archief en Nederlands Fotomuseum. 9


10 | #8 2020


PORTFOLIO

Persoonlijke chemie Sanne Donders Persoonlijke chemie is het belangrijkste ingrediĂŤnt voor het werk van Sanne Donders. Haar portretten ontstaan in wisselwerking met mensen die ze dicht op de huid zit. Het is de reden waarom BN-ers haar maar matig interesseren: die hebben meestal geen zin en tijd om samen een goed beeld te maken. Liever richt ze haar camera op iemand als de achttienjarige Lukas Vonk uit Limburg. Ook de jury van de Rabo Photographic Portrait Prize vond dat een geslaagd portret en kende Donders de prijs toe. door Edo Dijksterhuis

Š Sanne Donders

11


Š Sanne Donders

“

12 | #8 2020

Mijn portretten ontstaan vrijwel altijd als onderdeel van een reportage


PORTFOLIO

© Sanne Donders

Zoals wel vaker werd de beste foto gemaakt op weg naar buiten. Sanne Donders was in een Limburgs kunstenaarsatelier om een reportage te maken en had al flink wat materiaal geschoten in het atelier van Lukas Vonk voordat ze door de gang liep en haar camera nog eens tevoorschijn haalde. Het resulteerde in de foto die haar de Rabo Photographic Portrait Prize 2020 opleverde. “Dat bovenlicht werkt zo goed”, vertelt ze. “Je mag het natuurlijk niet hardop zeggen maar stiekem is het een soort aureool. Het is een beeldgrap zonder dat het grappig is. En dan nog dat vierkante lichtvlak rechts en die rode brandslangkast links – dat zorgt voor een minimale compositie. Het is eigenlijk een anonieme gang, maar met zijn uitstraling vult Lukas de ruimte. Hij is pas achttien jaar oud maar heeft een sterke persoonlijkheid, heel eigengereid, en dat voel je in de foto.” Dat de jongen met de geblondeerde wenkbrauwen en gelakte nagels recht in de lens kijkt, is niet op Donders verzoek. “Dat deed hij uit zichzelf. Hij kijkt mij aan, niet het ding in mijn handen. Ik probeer het ook altijd te voorkomen, dat mensen met de camera bezig zijn. Ik wil als personen tegenover elkaar staan en niet als fotograaf en onderwerp. Alleen dan wordt het echt. Met Lukas klopte het helemaal. Hij knalt echt uit de foto. Dit is geen plaatje, je staat echt tegenover Lukas. Maar dat is vooral gelukt omdat hij er zelf ook zin in had en meewerkte. Een goed portret maak je immers met z’n tweeën.”

Dienstbaar Dat samenwerken lukt niet altijd en soms komt Donders tot de conclusie dat een portret weinig sprekend is, saai zelfs. Een concept of stijlmiddel om op terug te vallen heeft ze niet. “Ik ga er altijd blanco in, het beeld moet ter plekke ontstaan met de omstandigheden zoals ik die aantref. Ik maak geen schets vooraf, neem geen rekwisie-

ten mee en zelfs geen extra licht. Als het nodig is flits ik, maar ik maak het liefste gebruik van natuurlijk licht.” Alleen de technische parameters zijn belangrijk om van tevoren te weten. Is de foto bedoeld voor print of website en vooral: wat is de afmeting? “Voor een kleine foto zit ik dichtbij om contact te kunnen maken met de geportretteerde. Als de foto als spread wordt afgedrukt dan kan ik meer details tonen, bijvoorbeeld een atelier. Ik verschuif dingen en breng soms spullen dichter bij elkaar om een beeld te maken dat je niet in één oogopslag overziet. Je moet een beetje rond kunnen kijken. En zijdelings kan ik zo iets zeggen over de stad, een bepaalde plek of tijd. Het is een extra laag.” “Ik ben heel dienstbaar aan degene die ik fotografeer en dat is misschien ook mijn valkuil want het vergt best veel van die persoon. Als die geen zin of tijd heeft, zie je dat aan het resultaat. Anderzijds zorgt het wel voor veel variatie in mijn werk. Mijn portretten zijn even verschillend als de mensen die ik fotografeer. Ik ben geen kunstenaar die een hoger doel heeft of een eigen verhaal wil vertellen. Ik vertel het verhaal van de persoon voor mijn camera.” Als het portret bij een interview hoort dan leest ze dat graag van tevoren, bij wijze van eerste kennismaking. Maar Donders praat en vraagt zelf ook veel. “Ik wil weten waarom deze persoon gefotografeerd moet worden en waarom nu. Ik ben een slechte interviewer want ik laat niemand uitpraten, maar een gesprek is ook bedoeld om elkaar te leren kennen en een sfeer te creëren waarin je samen dingen kunt testen, doen en terugkijken. Ik hou niet van ongemak en laat mensen liefst zichzelf regisseren.” Donders heeft maar één camera, een Canon 5D Mark 3. “De keuze voor Canon is heel pragmatisch. Toen ik begon had ik niet het geld om alles in één keer te kopen en ik

13


© Sanne Donders

kende toevallig Canon-bezitters waar ik lenzen van kon lenen. Ik gebruik altijd een camera met een zoomlens omdat dit het beste werkt met mijn reportageachtige manier van werken. Omdat ik meepraat en beweeg heb ik mijn sluitertijd extra kort ingesteld, anders wordt het zo slordig.”

Eendjes redden Leren was aan Donders niet besteed. “Als ik fysiek op school was dan was ik er met mijn hoofd niet bij. Maar door een buurman die af en toe zijn badkamer ombouwde tot doka ontdekte ik de fotografie. Vanaf mijn vijftiende zat ik elke zaterdag in een cultureel centrum foto’s af te drukken van negatieven die ik van familie en buren kreeg. Na een fotografieopleiding in Almelo ging ik naar de kunstacademie in Den Haag.” Als Donders geen fotograaf was geworden dan was ze in de thuiszorg gegaan. “Ik ben nieuwsgierig naar hoe mensen leven en kom graag bij veel verschillende mensen in huis om hun verhalen te horen. Dat is deels hetzelfde als fotojournalistiek. Ik ben meteen na de middelbare school stage gaan lopen bij De Gelderlander en deed later ook nog een stage op Curaçao. Ik heb het meeste geleerd in de praktijk.” Jarenlang werkte Donders voor het Rotterdams Dagblad en later het AD. “Regiojournalistiek is het meest geweldige om te doen”, vindt ze. “Het ene moment zit je bij een mevrouw die de eendjes heeft gered, een heel klein wereldje, en het volgende bij een vergadering van de Rotterdamse gemeenteraad die lange tijd gold als graadmeter voor de landelijke politiek. Als fotojournalist sta je altijd aan en ik werkte zeven dagen per week. Het liefste was ik op pad, zoveel mogelijk foto’s maken.

14 | #8 2020

Afwerking vond ik verschrikkelijk, dat stil zitten achter een computer, maar ik heb gaandeweg geleerd dat het belangrijk is voor de leesbaarheid van het beeld.”

Koelkastmagneetjes Tegenwoordig werkt ze nog weinig voor kranten. Twee kinderen dwingen haar tot een minder monomaan bestaan. Donders heeft een paar stappen teruggezet die een volgende stap in haar ontwikkeling mogelijk maakten. De afgelopen jaren fotografeerde ze 33 ‘gewone’maar heel verschillende Rotterdammers in hun dagelijks leven en bundelde de series in het boek Over alles wat nergens op lijkt. “Het is een simpel kader maar het werkt heel goed. Ik volg die mensen een hele dag lang. Zo leer je iemand kennen en kun je echt samenwerken. Een goede foto hangt dan niet af van één moment. Eigenlijk zijn dit uitgebreide portretten, hoewel er geen klassieke headshots tussen zitten. Ook de omgeving, de buren, de koelkastmagneetjes kunnen iets zeggen over een persoon. Het gaat om de connectie die je maakt. En de kijker moet erop kunnen vertrouwen dat de selectie van het beeld klopt. Dat ik iemand op de rug fotografeer terwijl hij voor de tv staat omdat het een belangrijk onderdeel is van zijn dagelijkse routine en niet omdat ikzelf Koffietijd zo’n leuk programma vind.” “Mijn portretten ontstaan vrijwel altijd als onderdeel van een reportage. Ik ben benieuwd of dat door het winnen van de prijs gaat veranderen. Het is erkenning op een groot podium en daar komen verwachtingen bij kijken, ook van mezelf. Maar ik moet eerst meer woorden vinden om mijn werk te beschrijven. Ik merk dat het me verder brengt, benoemen wat ik doe.”


PORTFOLIO

Š Sanne Donders

Sanne Donders (1982) studeerde aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag. In 2016 won ze een Zilveren Camera in de categorie Kunst, Cultuur en Entertainment. Drie jaar later was haar werk te zien in de Kunsthal en kreeg ze samen met Peter Groenendijk de Rotterdamse Persprijs. In 2020 ontving ze een stipendium van Schiedams Water en won ze de Rabo Photographic Portrait Prize.

15


Verhalen van moedige vrouwen Julia Gunther Het liefst fotografeert Julia Gunther mensen die ze bewondert. Dat zijn vaak vrouwen die zich onder moeilijke omstandigheden staande houden, zoals de lesbische en transgender vrouwen die ze in Zuid-Afrika portretteert. En zoals The Black Mambas in Zuid-Afrika en de hondentrainers van de Wildlife Detection Dog Unit in Malawi, die zich inzetten voor het behoud van de natuur en vechten tegen stroperij. Mensen die de moed hebben om zichzelf te laten zien en zich uitspreken over wat voor hen belangrijk is, ook al brengt dat vaak grote risico’s met zich mee. “Ik wil die vrouwen een stem geven en hun verhalen de wereld in sturen, zodat iedereen kan zien wat zij doen en zodat hun doelen en projecten meer bekendheid en steun krijgen.” door Evelien Lindeboom

© Julia Gunther, Mirko Mayer Galerie, Cologne, DE Wildlife Detection Dog Unit handler Martha Ntowa en hond Tim, Kamuzu International Airport, Malawi, 2020. Malawi is het herkomstland van enkele van de grootste onderschepte illegale wilde dieren zendingen aller tijden, waaronder een enkele inbeslagname van zes-en-een-half metrisch ton ivoor in Singapore in 2002.

16 | #8 2020


PORTFOLIO

17


© Julia Gunther, Mirko Mayer Galerie, Cologne, DE Chedino in haar moeders garage, Heideveld, Kaapstad, Zuid-Afrika, 2014 “Het leven als transvrouw in Zuid-Afrika heeft zijn ups en downs (...). Ik heb altijd geweten dat ik anders was, omdat ik nooit interesse heb getoond in dingen die jongens volgens de maatschappij zouden moeten doen. Helaas kon ik pas na mijn afstuderen actief mijn echte ik worden.”

Hoewel ze altijd al fotografeerde, en in haar jeugd zelfs een doka had, begon Julia Gunther haar carrière in de filmwereld. “Ik was met mijn foto’s toegelaten op de filmschool, maar fotografie stond nooit echt op de voorgrond.” Acht jaar lang deed ze de belichting op de sets van films, totdat ze vlak voor haar dertigste realiseerde dat ze niet tevreden was. “Ik liet alles vallen en ging in 2008 een jaar naar Kaapstad.” Daar werkte ze in een productiekantoor als assistent voor producers van commerciële shoots. “Dat was niet de baan voor mij, maar de stad, het land, de mensen, de verhalen en het licht waren dat wel. Dat wilde ik vastleggen!” Ze kocht er haar eerste digitale spiegelreflexcamera.

Positieve kanten In Kaapstad, op het kantoor waar Julia Gunther werkte, ontmoette ze Ruthy, die vertelde over de vele tegenslagen in haar leven, en wat haar kerk en het muziekkorps voor haar betekende. Wat haar daarin zo aansprak, vertelt Gunther, was de positieve kant van een onderwerp dat gewoonlijk alleen maar negatief wordt besproken: “In 2011 ben ik met Ruthy meegegaan naar haar township Manen-

18 | #8 2020

berg. Die buurt is berucht om de criminaliteit en armoede, maar Ruthy en haar churchbrigade verspreiden daar juist een heel positieve boodschap in de gemeenschap. Ik zag dat er, binnen de ellende van zo’n gevaarlijke en arme wijk, ook mooie en liefdevolle gemeenschappen bestaan die voor elkaar zorgen. Die positieve verhalen worden niet vaak gehoord. Daar wil ik aan bijdragen.”

Mannensport Vaak brengt het ene onderwerp haar op het spoor naar het volgende, vertelt Gunther. Dat verklaart ook dat ze zo veel werk maakt in (Zuid-)Afrika. Iemand vertelde haar bijvoorbeeld over een project waarbij meisjes leren om zelf herbruikbaar maandverband te maken, omdat zij anders niet naar school gaan als ze ongesteld zijn. Dus besloot Gunther de organisatie daarachter, de Children’s Fund of Malawi, op te zoeken. Vervolgens hoorde ze de organisator daarvan aan de telefoon praten over het Nationale Vrouwen Cricket Team van Malawi. “Zo’n onderwerp spreekt me aan. Cricket is een typische mannensport dus het is heel bijzonder dat er in Afrika een professioneel vrouwenteam bestaat. Ik ben heel


© Julia Gunther, Mirko Mayer Galerie, Cologne, DE

PORTFOLIO

Terra, Kaapstad, Zuid-Afrika, 2012 “Mijn naam is Terra en ik ben geboren in Kaapstad op 21 april 1989. Ik ben het huis uitgeschopt toen ik 16 jaar oud was, omdat ik lesbisch ben. Tot die tijd leefde ik een geheim lesbisch leven en het leven van een leugen is erg moeilijk; je moet naar buiten komen en jezelf zijn. (…) Ook al haten ze ons, verkrachten ze ons en vermoorden ze ons – het enige wat we hebben is liefde!”

19


Š Julia Gunther, Mirko Mayer Galerie, Cologne, DE Black Mamba Loveness, Balule Nature Reserve, Zuid-Afrika 2017

20 | #8 2020


PORTFOLIO

geïnteresseerd in verhalen van en over vrouwen, vooral de kwetsbare groepen die te weinig aandacht krijgen. Zeker in Afrika hebben vrouwen toch al een grotere maatschappelijke achterstand ten opzichte van mannen.”

Black Mambas In 2015 kreeg Gunther de Black Mambas in het vizier: ongewapende vrouwen die een natuurreservaat bij het Kruger National Park bewaken. “Zij beschermen de natuur tegen jagers en stropers. Daarnaast geven ze voorlichting over de natuur op scholen. Ik had een week om met hen mee te gaan op dag- en nachtpatrouilles. Om ze niet te veel af te leiden van hun werk, maakte ik hun portretten tijdens de lunchbreaks, dus dat moest heel snel en efficiënt.” In 2017 keerde Gunther terug naar de Mamba’s om ze opnieuw te portretteren – zoals ze naar veel van haar projecten terugkeert. Dit keer fotografeerde ze hen op heel verschillende plekken. Maar door met een zwart doek op de achtergrond te werken en steeds hetzelfde kader en licht te gebruiken, bracht ze toch eenheid in de serie. Ook in de gezichten van de vrouwen zien we steeds een vergelijkbare, sterke uitdrukking. “Om de portretten allemaal dezelfde kracht te geven, vroeg ik de vrouwen soms om zich voor te stellen dat ze een verdachte situatie in het park aantreffen. Je ziet in hun ogen de emoties zoals wanneer ze de kofferbak van een truck zouden inspecteren.” Hoewel deze serie meer geënsceneerd is dan de eerdere portretten, is het voor Gunther nog steeds documentaire fotografie. “Het gaat om echte mensen met echte emoties.” In 2018 ging ze voor een derde keer terug, dit keer in opdracht van Apple. “Voor mij is dat het perfecte voorbeeld van hoe mijn persoonlijke werk kan leiden tot meer aandacht voor een bepaald onderwerp. Door die commerciële opdracht zijn de Mambas op de netvliezen van nog veel meer mensen gekomen.”

Vrouwen met lef “Ik fotografeer eigenlijk altijd mensen die ik enorm bewonder en respecteer. Dat zijn vaak vrouwen die zich onder moeilijke omstandigheden staande houden en die het lef hebben om zich te laten zien en horen, ook al nemen ze daarmee risico’s.” Toen Gunther hoorde over de risico’s die vrouwen lopen door openlijk lesbisch te zijn, en dat in townships lesbische vrouwen zelfs worden bedreigd en verkracht om hun geaardheid, ging ze op zoek naar vrouwen die daarmee te maken hebben. “Ik deed voor de serie Rainbowgirls veel onderzoek naar de lgbtqi-gemeenschappen in Afrika. Ondanks de risico’s is er bijvoorbeeld een hele gemeenschap lesbische vrouwen die open en trots is. Ik ontdekte dat zij beauty pageants organiseren. Dit soort bijeenkomsten, waar deze vrouwen zich kunnen laten zien en hun verhalen delen, is heel belangrijk voor die gemeenschap.” Hier fotografeerde Gunther de deelnemers achter de schermen in de kleedkamer. Dat daar weinig ruimte en licht was, was voor Gunther geen probleem. “Om zoveel mogelijk ruimte te creëren, ben ik op de wc gaan zitten.

Het moment was veel belangrijker dan de ideale omstandigheden: je ziet dat zij op het punt staan om iets te doen waar heel veel moed voor nodig is.” Dit is wat het werk van Gunther verbindt: steeds zie je het lef in de gezichten, juist omdat ook onderliggende emoties als angst, spanning en opwinding zichtbaar zijn. Ook Chedino, een transgender artiest en activist die Gunther al jarenlang volgt, weet Gunther op de belangrijkste momenten vast te leggen. Zelfs toen Chedino na lang wachten een geslachtsveranderende operatie onderging, was de fotograaf aanwezig in de operatiekamer. Hoewel ze niet uitsluitend portretten maakt, zijn die wel heel belangrijk voor Gunther. Vaak neemt ze portretfoto’s vanuit een iets lager perspectief waardoor haar modellen fysiek groter lijken dan ze in werkelijkheid zijn. Dat doet ze naar eigen zeggen vooral omdat dat perspectivisch goed werkt, maar het geeft haar foto’s ook iets extra heroïsch dat goed aansluit bij haar verhaal.

Teruggeven Vlak voor het uitbreken van de coronapandemie fotografeerde Gunther de honden en hun begeleiders van de Wildlife Detection Dog Unit in Malawi. “Een belangrijke organisatie omdat Malawi lange tijd een heel zwak beleid voerde tegen smokkel en daardoor een zwakke schakel was in de illegale handel van producten als ivoor en pangolinschubben, maar bijvoorbeeld ook van illegaal gekapt cederhout.” Gunther liep een week mee met de trainingen. “Wat ik mooi vond om te zien was de band tussen de honden en hun begeleider. Zij leerden elkaar op dat moment pas net kennen, dus ik wil dolgraag terug om te zien hoe het nu met ze gaat.” De persoonlijke band die ze tijdens haar werk opbouwt met de mensen voor haar camera, maakt het voor Gunther belangrijk om hen op de hoogte te houden van wat er met de foto’s gebeurt. “Het is mooi om die vrouwen later te kunnen vertellen dat hun foto’s de hele wereld over zijn gegaan, dat ze op grote exposities en in tijdschriften wereldwijd te zien zijn. Soms, als het goed gaat en ik bijvoorbeeld een prijs win met een serie, of als mensen door de foto’s zijn geïnspireerd om te doneren, dan stroomt dat terug.” Zo kon Ruthie bijvoorbeeld van het prijzengeld folders laten drukken en daarvan weer nieuwe instrumenten betalen. En ook het enorme succes met de Mambas leverde geld op voor de organisatie en het reservaat. “Fotografie is een manier om iets te delen. Mensen geven mij heel veel als ze zich laten fotograferen. Ik vind het geweldig als ik dan op een gegeven moment iets kan teruggeven.”

Julia Gunther is een Duitse documentaire fotograaf. Met haar werk onderzoekt ze thema’s als representatie, gender, visuele identiteit en sociaal activisme, in het bijzonder de rol van vrouwen in de samenleving. Haar werk is te zien in internationale publicaties zoals in New York Times Magazine, TIME en The Independent, en wordt tentoongesteld over de hele wereld. www.juliagunther.com

21



PORTFOLIO

Veiligheid en acceptatie Linelle Deunk Linelle Deunks diepste interesse gaat uit naar mensen. Zij beoogt portretten te maken die boekdelen spreken, met ogen die nieuwsgierig zijn naar aspecten van de ziel, in plaats van ‘het perfecte plaatje’ te maken. Ze gaat uit van de basiswaarde dat we allemaal “onder dezelfde maan leven”. Voor haar camera verschijnen regelmatig mensen uit de marge van de samenleving die worstelen met hun identiteit, hun gevoelens of het leven. Deunk probeert hun vaak ongeziene of ongehoorde verhalen in een enkel beeld te vangen. Twee van haar portretten, waarachter aangrijpende verhalen schuilgaan, werden genomineerd voor de Dutch Photographic Portrait Prize 2020. door Claire Hoogakker

© Linelle Deunk, Esmeralda, project ‘OPEN, Open over Depressiviteit’ in samenwerking met Stichting Open Mind, 2020.

23


moeite met het maken van een portret dat alleen maar mooi of ‘vorm’ is. Voor mezelf vind ik het belangrijk dat je iets ervaart of voelt, dat een portret ‘geurt’. Dat het recht doet aan een leven.”

Ik vind het belangrijk dat je iets ervaart of voelt, dat een portret ‘geurt’ en dat het recht doet aan een leven

Voordat Linelle Deunk besloot zich aan de fotografie te gaan wagen, was zij werkzaam in een heel ander veld: de bewegingswetenschappen en epidemiologie. Na een periode vol spanning en een groot verlies besloot zij tijdens een reis naar Zambia het heft, of in dit geval een camera, in eigen hand te nemen. “Na een tijdje thuis te hebben gezeten, ben ik een zesdaagse cursus aan de Fotoacademie gaan volgen. Alles veranderde. Gezichten veranderden. Ik keek anders naar het licht en mijn omgeving. Alsof ik mijn vierde kind kreeg. Ik heb altijd heel erg in beeld gedacht, ook tijdens mijn reizen. Die manier van kijken naar de wereld, in stills, had ik altijd al.” Deze basiscursus ging over in een volledige opleiding aan de Fotoacademie, waar zij in 2010 afstudeerde. Haar fotografiecarrière nam direct een vogelvlucht: met haar afstudeerproject Nestgeur won zij een maand later de Zilveren Camera. “Nestgeur gaat over kinderen tussen de acht en dertien. Ze zijn moeders schoot ontgroeid, al echt individuen, maar spiegelen zich nog niet aan een peer group”.

Tussen kunst en documentair Linelle Deunks werk wordt vertoond op non-profit festivals voor documentaire fotografie. Ze wint fotojournalistieke prijzen én wordt gerepresenteerd door een kunstgalerie. “Ik vind mezelf meer fotograaf dan kunstenaar”, zegt Deunk. “De eerste jaren noemde ik mijn werk ‘geënsceneerde documentaire portretten’. Wat inhoudt dat ik iets heb opgemerkt bij iemand, en dat dan herhaal. De blik is echt; die is niet geveinsd, maar wel gestuurd. Ik heb

24 | #8 2020

Veteraan Marco Met het portret van Marco uit de serie Thuisbasis Veteranen, waarmee zij een Zilveren Camera 2019 prijs won, werd zij genomineerd voor de Dutch­Photographic Portrait Prize 2020. “Ik ben dochter van een beroepsmilitair, dus ik begrijp hun leefwereld. PTSS’ers worden vaak gezien als een gekkie, een eenling. Ze hebben te kampen met agressie, schaamte, onderlinge autoriteitsproblemen, drugs- en alcoholproblemen en relationele problemen. Er is het verlies van je persoonlijke leven, maar ook van geliefden en familieleden door scheidingen.” Marco staart met zijn doordringende, zeeblauwe ogen omringd door donkere wallen recht de lens in; weliswaar wat schuchter, maar met een verbeten blik. “Marco ging vol overtuiging het leger in. Hij is agressief, bitter en wantrouwend naar de maatschappij toe geworden. Ik vond hem heel intrigerend, juist omdat hij wat ongenaakbaar was. Marco had iets heel sterks en intimiderends; een schild waar ik doorheen wilde breken.” Toen Marco vertelde dat hij graag in een kas met plantjes werkte, verzachtte hij, vertelt Deunk. “Zoiets gaat op een natuurlijke manier. Het gaat niet zozeer om het winnen van vertrouwen, je belangstelling moet oprecht zijn.”

Marie Carine Kiemtie was slechts veertien jaar oud toen ze in de gesloten jeugdzorglocatie Midgaard in Den Haag een einde maakte aan haar leven. Het portret dat Deunk maakte van haar moeder, Marie Carine, werd ook genomineerd voor de Portrait Prize. Het is een uitermate sterk portret dat een schrijnend verhaal vertelt over een geadopteerde tienermoeder die haar drie kinderen verliest: één aan de dood, twee aan jeugdzorg. Marie Carine kijkt verschrikt, gespannen en verward de lens in. “Ze vond het zelf niet heel mooi”, vertelt Linelle Deunk. “Dat spookt dan wel door mijn hoofd: hoe doe je iemand recht? Hoe vertel je dit verhaal? Ik voel me daar verantwoordelijk voor.” Ondanks het feit dat Marie Carine haar leven op de rit heeft, zowel financieel als emotioneel, heeft zij haar andere twee kinderen nog steeds niet terug. “Wat doe je kinderen aan?”, verzucht Deunk. “Ze was toen heel jong en in de war, maar ze heeft nu een baan en het gaat naar omstandigheden goed.” Toen Linelle Deunk haar berichtte dat haar portret genomineerd was, schreef ze terug: “Ik ben allang blij dat er aandacht is voor het horrorbedrijf dat jeugdzorg heet. Ik wil dat ze stoppen met de kinderhandel.”


PORTFOLIO

© Linelle Deunk, Fredah, Kampala, Oeganda. Sikkelcelproject ‘The many faces of the moon’, 2020.

25


Š Linelle Deunk, Marie Carine, moeder van Kiemtie, 2020.

26 | #8 2020


PORTFOLIO

Open over depressie Onlangs waren er tientallen billboardgrote zwart-wit portretten van Deunks hand te zien in het Vondelpark, voor het project OPEN over Depressie, dat zij in samenwerking met Mirjam Bekker-Stoop van Stichting Open Mind maakte. Beide vrouwen hebben hun dochters zien worstelen met mentale kwetsbaarheid. “We willen de hoop verspreiden dat het leefbaar is als je je zo voelt”, vertelt Deunk. Ze hebben dertig jongeren geïnterviewd en geportretteerd die ze allemaal individueel recht wilden doen. “Ik wil gelijkwaardigheid. Iedereen is verschillend, maar ook gelijk. Dat is de achterliggende reden waarom je geen kleding ziet, alleen huid. Elk verhaal moet op zichzelf staan, waardoor het onvergelijkbaar wordt, maar ook vergelijkbaar. Het is een soort dwingende neutraliteit.” Daarnaast wil Deunk mensen graag op het hart drukken: “Als één op de vijf mensen iets heeft, is het normaal. Depressie is dus normaal. Al is het natuurlijk niet normaal dat zoveel jongeren het hebben. Het moet wel genormaliseerd worden dat je erover kan praten, het stigma moet weg. Vaak is luisteren stap één.”

De vele gezichten van de maan Momenteel werkt Deunk aan een zelfgefinancierd project over Sikkelcelziekte, met als doel meer bewustwording te creëren over deze ingrijpende aandoening. Sinds twee jaar focust ze zich op de verslaglegging van de verspreiding van deze ziekte, van Rotterdam tot Oeganda en Egypte. “Ik ben eigenlijk gezondheidsvoorlichter, en ik vind dat mensen dit moeten weten. Het is een genetische afwijking van je rode bloedcellen. Er gaan veel kinderen aan dood; 80 procent overlijdt voor het vijfde levensjaar in zuidelijke landen, waar het veel voorkomt”, vertelt Deunk. “Naast het feit dat die kinderen chronisch moe zijn en enorm veel pijn kunnen hebben onder bepaalde leefomstandigheden, krijgen organen stelselmatig minder zuurstof, waardoor de levensverwachting veel lager is.” De titel van het project, The Many Faces of the Moon, kent meerdere betekenissen en interpretaties. “Op het moment dat iemand een stamceltransplantatie heeft ondergaan, heeft deze de vorm van een volle maan. Bij een sikkelvorm heeft diegene een crisis, soms met de dood tot gevolg”, legt Deunk uit. “De ‘faces’ staat voor de kinderen die afhankelijk zijn van de financiële, sociale en psychologische mogelijkheden van hun ouders. Schaamte speelt daarbij nog steeds een grote rol in bepaalde culturen.” De titel heeft ook een symbolische betekenis voor Linelle. “Toen mijn vader overleed en mijn zus in Kenia woonde, belden we regelmatig en zeiden we tegen elkaar dat het zo bijzonder is dat we op zoveel kilometer afstand hetzelfde kunnen zien. De basiswaarde van mijn fotografie is dat we allemaal onder dezelfde maan of zon leven. Uiteindelijk zijn onze wensen en verwachtingen van het leven hetzelfde: veilig en gewenst zijn.”

© Linelle Deunk, James, project ‘This World is (not) Mine’, 2014.

Linelle Deunk (1967) won na haar afstuderen aan de Fotoacademie in 2010 een Zilveren Camera in de categorie ‘Portret’ met een serie uit het project Nestgeur. Sindsdien werkt ze als vaste freelancer voor onder andere de Volkskrant en Psychologie Magazine. Ze is verbonden aan de Kahmann Gallery in Amsterdam. Linelle Deunk won herhaaldelijk de Zilveren Camera in verschillende categorieën, de SO-award en is meermaals genomineerd voor de Nationale Portretprijs. Ze is medeoprichter van The White Cows, een stichting die onderwijs voor kansrijke kansarme meisjes in Oeganda ondersteunt: www.whitecows.org.

27


Onderzoek naar het vrouwbeeld Sterre Fenna van der Waals De portretten van fotograaf Sterre Fenna van der Waals bevinden zich op het raakvlak van mode en documentaire fotografie. Door de vragen die de fotograaf zichzelf stelt, ontstaat er een spanningsveld dat de kijker uitlokt tot zelfreflectie. Opvallende kleding in primaire kleuren vormen een esthetisch verbond met donkere schaduwpartijen. Het model lijkt soms ondergeschikt, maar niets is minder waar. Hier ontpopt zich de inhoudelijke kant van het portret. door Diana Bokje

Š Sterre Fenna van der Waals

28 | #8 2020


PORTFOLIO

29


© Sterre Fenna van der Waals

Wie beter kijkt naar de serie Mijn broer & ik ontdekt dat Jelle, de broer van de fotograaf, in alle foto’s het model is. De vrouwelijke kleding en zijn lange haar vormen een contrast met de mannelijke poses en stoere omgeving. Als kijker vraag je je af wie deze Jelle is en hoe hij zich verhoudt tot de maatschappij. De serie is genomineerd voor de Rabobank portretprijs talent award 2020. Het juryrapport zegt hierover: “Een serie met durf en eigen handschrift én eentje die nog lang na blijft zinderen. We voelen de liefde van de fotograaf voor haar model en tegelijkertijd schuurt en wringt er van alles.”

30 | #8 2020

Van der Waals: “Ik ben heel blij dat mijn werk anderen raakt. Hoewel ik mijn foto’s ensceneer, vind ik authenticiteit heel belangrijk in een portret. Het model moet nog steeds zichzelf kunnen zijn. Daarnaast moet het portret zijn esthetische waarde behouden. Tenslotte moet het iets toevoegen aan alle beelden die er al zijn. Daarom mag het voor mij best excentriek zijn. De basis voor mijn documentaire werkwijze is gelegd op AKV St. Joost en verder ontwikkeld op de Willem de Kooning Academie. Ik bedenk niet alles tot in de puntjes, maar heb een basis van waaruit ik ga fotograferen en kijk dan wat ik tegenkom.


PORTFOLIO

© Sterre Fenna van der Waals

© Sterre Fenna van der Waals

31


© Sterre Fenna van der Waals

Dat geeft ruimte voor het onvoorspelbare. Naast het idee erachter vind ik het belangrijk dat het ook beeldend interessant is voor de kijker. Dat pad leidde me vanzelf in de richting van modefotografie.”

Vragen uit jezelf De vragen die Van der Waals zich stelt zijn zeer persoonlijk. “Ook dat is een gevolg van mijn opleiding. Het is de typische ‘ga naar de kern benadering’ van de kunstacademies. Als de vragen niet uit jezelf komen, kan iedereen die beelden maken.” Het uitgangspunt voor de serie You are not special zijn de vragen: kun je nog gewoon zijn in een tijd waarin iedereen bijzonder wil en moet zijn? En als iedereen bijzonder is, hoe kun je dan nog bijzonder zijn? Het antwoord op deze vragen laat de fotograaf over aan de kijker. “Ik denk dat het interessanter voor de kijker is wanneer je jezelf de vraag kunt stellen wat je eruit kunt halen. De serie Mijn broer & ik kan voor de een

32 | #8 2020

gaan over het vrouwelijke en mannelijke aspect en voor de ander misschien over schoonheidsidealen in het algemeen. Iedereen heeft zijn eigen bagage die hij projecteert op het werk. Het is wel belangrijk om een leidraad mee te geven. Ik doe dat in de vorm van de vragen die ik bij het project stel. Wanneer je de kijker laat zweven, blijft het niet hangen. Door de combinatie van iets wat uit mij komt en wat uit iemand zelf kan voortkomen, heeft het meer impact.”

Schaamte Het uiterlijk speelt een belangrijke rol in het werk van de fotograaf. “Ik heb altijd al een fascinatie gehad voor het uiterlijk. Ik kreeg oude tijdschriften zoals Glamour en Elle van mijn zussen. Alles wat ik mooi of interessant vond knipte ik uit. Ik hing het aan de muur en beplakte mijn schoolboeken ermee. Versiering die me inspireerde om foto’s van mezelf te maken waarbij ik deze beelden als


PORTFOLIO

schaamte. Schaamte wanneer je niet kunt voldoen aan het ideaal. Terwijl de vrouwen in de beelden waarmee ik mezelf vergelijk voor 99 procent met de computer zijn geperfectioneerd, en dus niet meer menselijk zijn maar objecten. Iets wat als mens niet haalbaar is. Wanneer je jezelf ziet als object kun je nooit aan de perfectie voldoen, want je blijft een mens.” “Het was echt een eyeopener om te ontdekken dat ik streefde naar het onmogelijke. Dit fotoproject zorgde ervoor dat ik het een plek kon geven en door kon gaan met de volgende stap. Weg van de schaamte en naar de vraag hoe je hiermee omgaat. Waar zou het dan om moeten draaien? Wat vind ik zelf belangrijk als beeldmaker om toe te voegen aan de fotografiewereld?”

Tussen kwetsbaarheid en kracht

© Sterre Fenna van der Waals

voorbeeld nam. Een besef dat pas tot me doordrong tot ik serieus met fotografie aan de slag ging. Ook de rol van het vrouwbeeld en het respect naar het model toe drong toen pas tot me door. Zonder dat ik het wist, ontbrak dat respect vaak in mijn zelfportretten.” “Op een gegeven moment werd ik me meer bewust van wat die glamourbeelden met je doen. De onzekerheid die dit voedde, vormt nu de basis voor mijn fotografie. Dit komt het meest tot uiting in mijn afstudeerproject Shame on me. De serie gaat over dat de vrouw in deze wereld vaak wordt afgebeeld als lustobject. Kijken vrouwen ook op die manier naar zichzelf? Pas op dat moment realiseerde ik me dat mijn fotografie eigenlijk over mijzelf ging. Een van de dingen die ik heb gedaan om tot de kern te komen en hiermee om te gaan is het schrijven van brieven aan mezelf. Ik zag mijn eigen imperfecties die niet aan de standaard voldoen. Ik kwam tot het inzicht dat het verder ging dan onzekerheid. Het ging echt om

De serie Mijn broer & ik gaat over hoe het voelt om niet volledig te voldoen aan de verwachtingen die de maatschappij stelt aan het uiterlijk. Maakt het je kwetsbaar, of juist ongelofelijk sterk? “Ik fotografeer mijn broer al een langere tijd. Ook hier duurde het best lang voor ik me realiseerde waarom ik hem zo interessant vond als model. We hebben lange gesprekken gevoerd, waarin hij vertelde dat hij altijd al besefte dat hij anders was. Vroeger kreeg hij vaak opmerkingen over zijn lange haar en werd hij regelmatig meisje genoemd. Toch koos hij niet voor de gemakkelijkste weg door zijn haar af te knippen. Hij wilde gewoon zijn wie hij was en doen waar hij zich prettig bij voelde. Ik zag in dat dat was waar ik wilde zijn.” Van der Waals heeft veel onderzoek gedaan naar wanneer een beeld vrouwelijk wordt en het tegelijkertijd mannelijk kan zijn. De kleding die haar broer draagt op de foto’s zijn door Van der Waals uitgezocht. Ze spelen met de associatie dat iets vrouwelijk is, zoals doorschijnende stof of een pofmouw. Tegelijkertijd brengen de poses en uitdrukking zijn mannelijke kant naar voren. De vraag die zij hiermee oproept is of het kwetsbaarheid of kracht is wanneer je authentiek durft te zijn en tegen de geldende normen in durft te gaan. “Onlangs verscheen op de cover van Vogue de eerste man. En dat in een jurk. Een beeld waarin het model ondanks de jurk nog steeds mannelijk was. Dit heeft veel aandacht gekregen in de media. Waarom zou je als man geen jurk aankunnen? Het feit dat het zo opvalt, maakt duidelijk hoeveel het afwijkt van de norm.”

Sterre Fenna van der Waals (1995) studeerde af in fotografie aan de Willem de Kooning Academie in Rotterdam na een start in documentaire fotografie aan de AKV St. Joost in Breda en Fashion photography aan de Falmouth University. Zij is kunstdocent en freelance fotograaf. www.sterrefenna.com

33


Het portret: van karakterschets naar verhaal Meteen na de uitvinding van de fotografie werden er massaal portretten gemaakt. Dit kwam voort uit de behoefte om de gezichten van dierbaren vast te leggen, en het lag in lijn met de traditie van de schilderkunst, waarin het portret altijd al een prominente rol heeft gespeeld. We komen dagelijks portretten tegen in kranten en tijdschriften, maar de portretfotografie wordt ook steeds meer een autonome vorm van fotografie. Daarbij zien we een verandering van portret als karakterschets naar het portret als onderdeel van een groter verhaal. door Ton Hendriks

In de schilderkunst was er al een grote vraag naar portretten, vaak van welgestelde burgers en aristocraten, die hiermee hun familietraditie wilden bevestigen. De fotografie, uitgevonden in 1840, kon als mechanische kunst uitstekend voldoen aan de behoefte om een gelijkend portret te maken. In Amerika en Europa openden al snel vele portretstudio’s hun deuren. De cartes de visites bleken een enorm succes, omdat ze klein en goedkoop waren. Nu kon iedereen een foto van zichzelf laten maken. Het waren vaak gekunstelde en strak geregisseerde afbeeldingen van de persoon. Maar er waren ook portretfotografen die verder gingen dan de gelijkenis. Een van de eerste bekende portretfotografen was de Parijse Nadar. Hij onderscheidde zich door zijn hogere doelstelling die hij als volgt formuleerde: “Een moment van begrip die je in contact brengt met het model, en die je verwijst naar zijn gebruiken, zijn ideeën en karakter. Een echt overtuigend en sympathieke gelijkenis, een intiem portret.” Nadar formuleerde hier voor het eerst de theorie van de openbaring van het karakter dat tot op heden nog steeds deel uitmaakt van de typische eigenschappen van de portretfotografie. Een goed fotografisch portret

34 | #8 2020

zou een ultieme karakterschets zijn van de persoon. Het portret werd in de 19e eeuw ook beoefend als een persoonlijke expressie. Fotografen als Lewis Carol en Julie Margaret Cameron zijn daarvan de grootste voorbeelden. Cameron zocht in haar modellen expressies van hogere morele waarden die zij wilde uiten, waarmee zij in de traditie geplaats kan worden van de prerafaëlieten.

Psychologisch portret De Armeens-Canadese fotograaf Yousuf Karsh belichaamt de typische modernistische portretkunst van de 20e eeuw. Hij fotografeerde zowat alle beroemdheden van zijn tijd, zoals Winston Churchill, Ernest Hemmingway, Albert Einstein, Eleanor Roosevelt, Walt Disney, John F. Kennedy en Picasso. Kenmerkend voor zijn visie is zijn volgende uitspraak: “Er is een kort moment waarop alles wat er in iemands geest en ziel is, wordt weerspiegeld door zijn ogen, zijn handen, zijn houding. Dit is het moment om op te nemen.” Een andere niet minder beroemde portretfotograaf van de 20e eeuw is Arnold Newman. Ook hij had als doel, net zoals Karsh, om het karakter vast te leggen. Maar dat niet

alleen. Zijn portretten werden soms ook politieke statements. Bekend is het voorbeeld van de oud-nazi en staalindustrieel Alfred Krupp. Door de man met een tangbelichting uit te lichten werd Krupp de verschijning van het kwaad. Newman fotografeerde vaak kunstenaars waarbij hij zocht naar symbolen en attributen die hun persoonlijkheid konden personifiëren. “De omgeving moet bijdragen aan de compositie en het begrip van de persoon”, is een uitspraak van hem. Richard Avedon was zowel modefotograaf als portretfotograaf. Ook hij fotografeerde vrijwel alle beroemdheden, van Sophia Loren tot Chet Baker. Typisch voor zijn visie was dat hij vond dat zijn portretten van anderen in wezen zelfportretten waren. Een gevleugelde uitspraak van hem is: “Als elke foto een stukje van de ziel steelt, is het dan niet mogelijk dat ik elke keer dat ik een foto maak, stukken van mij opgeef?” Avedon belichaamde de portrettist die op zoek was naar de diepere identiteit van de persoon, inclusief die van hemzelf. Irving Penn werd bekend door zijn krachtige belichting en strakke composities waarmee hij vele beroemdheden in hun karakter wist te treffen. Over hem schrijft Maria


FOTOCULTUUR

© Corbino De dierbare vriend van de fotograaf Jeroen kreeg eind januari 2020 plotseling te horen dat hij nog twee maanden te leven had. Pittige medicatie zou hem maximaal anderhalf jaar uitstel bieden. Jeroen reageerde vrij rustig, bijna opgewekt, Corbino was enorm van de kaart. Zij zien elkaar als ‘kunstbroers’ en samen besloten ze een ‘document humain’ te maken van zijn laatste levensfase, hoe confronterend ook. Af en toe duikt Corbino bij Jeroen op, soms aangekondigd, soms niet. ‘Dag 47’ is een ‘overval’ van Corbino tijdens de strengste fase van de coronacrisis.

35


© Shinji Otani Dit portret komt uit een serie over de Japanse gemeenschap in Nederland, waartoe ook Otani behoort. Deze bestaat uit in totaal zo’n 8.600 mensen, net iets meer dan de Mexicaanse gemeenschap en iets minder dan de Israëlische. De meeste leden van de Japanse gemeenschap zijn expats, daarnaast is een deel werkzaam in de creatieve industrie.

36 | #8 2020


FOTOCULTUUR

© Jitske Schols Dit is een op zichzelf staand portret van Akwasi. Hij haalde het afgelopen jaar het nieuws, niet alleen als veelzijdig artiest, maar ook als activist.

Morris Hambourg in het omvangrijke boek Irving Penn Centennial: “Penn’s portretten van de late jaren ‘40 met hun kale metafysische klimaat en strategische intensiteit, schijnt aan de modellen hun eigenste essentie te vragen.” Het was een strijd voor Penn om de geportretteerden uit hun maskerade te halen en hun ware aarde te tonen. Hij zette daarvoor veelvuldig zijn charme in bestaande uit zijn zachte stem en zijn magnetische persoonlijkheid. Hij merkte daarover op: “Het is belangrijk om voorbij de publieke façade van het beroemde model te

© Bart Koetsier In opdracht van het UMC Utrecht portretteerde Koetsier psychiatrisch patiënten en behandelaars. Een project waarmee het UMC mensen bewust wil maken van de kwetsbaarheid van deze patiënten en hoe we hier als samenleving anders mee om zouden kunnen gaan. Het UMC wil dat mensen zich welkom, geaccepteerd en veilig voelen – en onderdeel van een samenleving waarin we ons over elkaar ontfermen.

komen die gewapend is met een vast beeld van zichzelf.” De van oorsprong Letse fotograaf Philippe Halsman, die in Parijs zijn carrière begon, en bekend werd door zijn foto van Dali met een zwevende kat, ontwierp zijn eigen tweeogige camera zodat hij, zoals hij in zijn autobiografie vertelt, de persoon achter het gelaat kon vastleggen: “Als gevolg hiervan begon ik geen foto’s te maken van lege uitdrukkingen van mensen die naar een glazen lens staarden, maar uitdrukkingen die de volledige impact van een persoonlijkheid lieten zien.” Halsman

vergeleek zijn werk met dat van een psycholoog, die het karakter van zijn modellen kon openbaren. Je moest het ‘slachtoffer’ uitdagen, was zijn idee.

Van karakter naar verhaal In de traditie van de psychologische, modernistische portretten staat ook de Amerikaanse fotograaf Platon, maar bij hem zien we een nieuwe notie: het verhaal. Platon noemt zichzelf geen fotograaf maar expliciet een storyteller. Hij zoekt altijd de vaak verbogen kant van zijn modellen, niet in het minst van politici. In

37


© Deirdre Daly Daly is geïntrigeerd door verhalen die niet verteld blijven. Dit bracht haar ertoe de Brexit Mothers portretserie te maken tussen november 2019 en januari 2020, in de aanloop naar het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie op 31 januari 2020.

© Merlijn Doomernik Reinbert de Leeuw (1938-2020) was een Nederlands dirigent, pianist, componist en muziekpedagoog. Hij richtte met studenten van het Koninklijk Conservatorium in 1974 het Schönberg Ensemble op. Hij overleed op 14 februari 2020. Het portret van De Leeuw maakte Doomernik in 2019.

© Colette Lukassen Emma is geboren als Gijs. De serie ‘Emma’ bestaat uit portretten van Emma, en Emma samen met haar eerste serieuze verkering, Luca. Met de serie Emma won Colette Lukassen de Rabo Photographic Portrait Talent.

38 | #8 2020


FOTOCULTUUR

39


© Frank Ruiter Ruiter fotografeerde Clarice Gargard (32) naar aanleiding van het verschijnen van haar boek “Drakendochter – Op zoek naar mijn vader, rechterhand van Liberiaanse dictator Charles Taylor”. Ruiter kende haar al langer als columniste die schrijft over sociaal-maatschappelijke kwesties.

40 | #8 2020


FOTOCULTUUR

© Leonie van der Helm Als beginnend fotograaf had Van der Helm door de coronacrisis van de ene op de andere dag geen werk meer. Van der Helm startte een crowdfundingsactie voor ‘Because we carry’, een organisatie die vluchtelingen helpt in Kamp Moria op Lesbos. Voor een donatie vanaf 20 euro maakte Van der Helm een ‘lockdownportret’ aan huis. De geportretteerde stond binnen, Van der Helm buiten, alleen door glas gescheiden. De inzending bestaat uit een selectie van vijf uit de enorme hoeveelheid lockdownportretten.

© Rudi Huisman Het portret is van de Nederlandse zanger Danny Vera. Ineens was hij er met zijn hit Rollercoaster.

© Martijn van de Griendt Dit portret laat de enigszins rauwe, oprechte en in-your-face stijl van Van de Griendt zien. Het portret van schrijver Bart Chabot maakte hij in opdracht van Volkskrant Magazine.

41


© Milan Gies De serie ‘Portretten van B.’ is een langetermijnproject waar Gies al enkele jaren aan werkt. Sinds Gies zijn goede vriend B. leerde kennen, portretteert hij hem. De vriendschap begon toen zij allebei halverwege de twintig waren en op de toneelschool zaten. B. was onconventioneel, eigenzinnig en mysterieus. In de loop der jaren is hij steeds meer gaan worstelen met het leven, en is zijn gemoed steeds zwaarder geworden.

zijn boek Power (2011) verzamelde hij vrijwel alle machtshebbers van die tijd, van Silvio Berlusconi tot Muammar Gaddafi. Hij zei in een interview met CNN: “Van mijn werk is slechts 3 procent fotografie en de rest is psychologie.” Zijn reeks portretten van staatshoofden is vaak ontluisterend in zijn eerlijkheid en openheid. Door zijn charme kon hij Poetin heel dichtbij en heel direct fotografen, hetgeen cynisch genoeg toch resulteerde in een keihard portret van een koele machthebber, dat later door de tegenstanders van Poetin als icoon van het kwaad werd gebruikt.

42 | #8 2020

© Els Zweerink Het portret is van de zoon van de fotograaf, Sammie (19). Sinds 2018 volgt zij hem en zijn vrienden van dichtbij. Zijn 18de verjaardag markeert de dag dat hij voor het eerst legaal een joint mag kopen. Hij is op dat moment in behandeling voor zijn blowgedrag. Als hij een week na zijn 18de verjaardag definitief van school wordt gestuurd vanwege spijbelen en blowen, is Zweerink bang hem kwijt te raken. Ze houdt de connectie met haar zoon vast door hem te fotograferen. Hier staat hij op het balkon om half 5 in de ochtend. Het is koud en hij geniet na van een mooie nacht uit.

In dezelfde traditie kunnen we de van oorsprong Duitse New Yorkse fotograaf Martin Schoeller plaatsen. Hij bedacht een speciale tweezijdige verlichting om ieder model op dezelfde wijze uit te lichten. Deze formalistische benadering toont de invloed van Bernd en Hilla Becher, de grondleggers van de Düsseldorfer Schule. Schoeller zoekt naar de kwetsbaarheid van de mensen, waarbij hij zoals alle portretfotografen uit zijn traditie het ego van het model moet doorbreken. “Ik hoop een serie foto’s te hebben gemaakt die deze vooronderstellingen over onze

ego’s ondervraagt. Ik wil laten zien dat we veel meer op elkaar lijken dan we denken. Ik hoop ook dat de kijker een emotionele connectie met de afgebeelde personen kunnen krijgen. En dat ze die persoon een beetje leren kennen. Een goed portret geeft een gevoel van intimiteit.” Thomas Struth, die aan de kunstacademie in Düsseldorf studeerde, maakte als onderdeel van zijn grote oeuvre veel familieportretten vanuit een psychologische achtergrond. Hij wilde met die portretten zijn eigen familiegeschiedenis begrijpen. Zijn familieportretten zijn studies naar de


FOTOCULTUUR

fotografeert omdat hij wil weten of ze door tegenslagen in hun leven een of andere vorm van letsel hebben opgelopen en of ze hiermee in het reine zijn gekomen.”

Narratieve portret

© Marna Slappendeel Vrouwen camoufleren hun autisme beter dan mannen, waardoor een diagnose vaak langer uitblijft. Zo leren zij zichzelf aan om sociaal gedrag van anderen te spiegelen. Het continu afstemmen van wat sociaal wenselijk is, werkt echter uitputtend en kan zorgen voor stress, burn-out, angstklachten en depressie. Ook kan het constant nabootsen van andermans gedrag ertoe leiden dat de ontwikkeling van de eigen identiteit stagneert.

relaties die we met familie hebben en de onderlinge verbanden. Opvallend is dat zijn portretten ontstonden door samenwerking met een psychoanalyticus, met wie hij familiekiekjes van patiënten analyseerde. In Nederland hebben we een aantal grote voorbeelden van het psychologisch portret. Rineke Dijkstra richt zich met haar portretten op het innerlijke gevoelsleven van de geportretteerde, maar door haar thematische aanpak verschuift de aandacht van het individuele karakter naar algemeen herkenbare, archetypische emoties.

Voor Stephan Vanfleteren is de ontmaskering van de ziel van de geportretteerde een onjuiste beschrijving van zijn werk. Voor hem is het vooral een ontmoeting tussen de geportretteerde en de fotograaf, waarin de foto het verslag is. Bij Koos Breukel zien we ook een combinatie van beide stromingen in de portretfotografie. Hij is niet alleen op zoek naar iemands karakter maar naar het verhaal achter de persoon. Een statement op zijn website is hier duidelijk over: “Het grote verschil tussen andere studiofotografen en Koos Breukel is dat hij mensen

Er is een recente ommezwaai waar te nemen van het psychologische portret naar het verhalende portret. Het verhalende aspect bestond natuurlijk al veel langer, ook bij sommige eerder genoemde fotografen. Ook in de schilderkunst is het narratieve portret een klassieke manier om ideeën uit te beelden. Van de hedendaagse fotografen is de Amerikaan Richard Renaldi een aanprekend voorbeeld. Met zijn boek Touching Strangers zocht hij niet naar de achtergrond van personen maar naar de onderlinge relaties die mensen met elkaar hebben. In dit geval – voor het boek zette hij twee volstrekt vreemden naast elkaar – liet hij zien hoe ongemakkelijk maatschappelijke relaties vaak zijn. Ook Gregory Crewdson gebruikt in zijn uiterst minutieus geënsceneerde foto’s het portret op een uiterst narratieve manier. Zijn geënsceneerde portetten zijn metaforen voor de spanningen in de Amerikaanse maatschappij. Ook bij Alec Soth is storytelling het hart van al zijn portretten. In Nederland zou je Erwin Olaf als de meester van het narratieve portret kunnen beschouwen. Al zijn modellen fotografeert hij met een verhaal op de achtergrond, dat een metafoor is voor zijn zorgen om de maatschappij. Hellen van Meene is ook een goed voorbeeld van iemand die het portret gebruikt om verhalen mee te vertellen. Zij zoekt niet naar de specifieke identiteit van de meisjes die zij in beeld brengt, maar gebruikt ze als modellen voor een verhaal. De geënsceneerde foto’s zijn in wezen niet bedoeld als portretten maar als onderzoek naar sferen en algemene gemoedstoestanden. Het werk van Dana Lixenberg, met name Imperial Courts, is een voorbeeld van het documentaire portret dat het verhaal over een maatschappelijk thema vertelt, in dit geval over een zwarte wijk in Los Angeles, maar

43


© Shody Careman Bij lefgozers denk je snel aan jongens die aan extreme sporten doen. Maar deze jongen doet iets waar minstens zo veel lef voor nodig is: met make-up op naar buiten gaan. Hij durft zichzelf te zijn. Ook al is niet iedereen daar blij mee. Mats van Heusden (13): “Elke week krijg ik wel een stomme reactie. Leerlingen zeggen dan bijvoorbeeld: je hoort hier niet op deze wereld, ga weg. Of: kankerhomo. Dat vond ik eerst heel vervelend, maar ik ga niet veranderen omdat een paar mensen het stom vinden. Ik sta hiervoor. Ik voel me vrolijk als ik me opmaak. Ik ben dan echt mezelf. Als ik me een dag niet opmaak, dan voelt het alsof er iets mis is.”

44 | #8 2020


FOTOCULTUUR

Š Tara Fallaux Lize Korpershoek maakte een intieme film over haar gebrek aan zin in seks. Een controversieel onderwerp, zo blijkt. Lize stelt zich kwetsbaar op – en op die manier wilde Fallaux haar ook portretteren: kwetsbaar, mooi en krachtig tegelijk. Het portret maakte Fallaux in opdracht van Volkskrant Magazine.

45


© Wouter le Duc Welmoed Jonas, onderdeel van de serie ‘Them’. In 2019 vertelde een vriend van portretfotograaf Wouter le Duc (1989) dat hij non-binair is. Non-binaire personen voelen zich man noch vrouw. Vanaf dit moment begon Wouters’ interesse in dit onderwerp te groeien. Hij was gefascineerd door de moedige stap die deze vriend durfde te zetten. In de serie ‘Them’ richt hij zich op het portretteren van non-binaire personen. De titel is ontleend aan de Engelse persoonlijke voornaamwoorden die vaak door non-binaire mensen worden gebruikt: they/them. In het Nederlands worden vaak de persoonlijke voornaamwoorden hen/hun of die/ diens gebruikt. Met deze serie hoopt Wouter le Duc meer zichtbaarheid voor non-binariteit te genereren om zo meer acceptatie en inclusiviteit te creëren.

ook universele waarden toont. Ze vertelde eens aan Pf: “De onderliggende context van mijn serie is discriminatie, de sociale segregatie en de raciale ongelijkheid. De portretten moeten daarnaast een universele waarde kunnen krijgen en buiten de context van de serie een eigen verhaal kunnen vertellen.” Bij Robin de Puy zien we ook dat het verhaal achter het portret de essentie is. Zelf zegt ze op haar website hierover dat haar fotografie voort-

46 | #8 2020

komt uit het verlangen een verhaal te vertellen via de gezichten van anderen. Het is niet altijd duidelijk wanneer een portret overgaat van een psychologisch portret naar een narratief portret. In beide gevallen zien we een afbeelding van een persoon. Bij een narratief portret blijkt het persoonlijk verhaal die aanleiding vormt tot het maken van het portret de belangrijkste motivatie en leidraad. Ook hier zien we zoals in andere vormen

van fotografie dat de visuele storytelling de achtergrond is. Het portret laat niet altijd het verhaal zien maar blijkt vaak een uitnodiging, een aanleiding om het verhaal achter die persoon te onderzoeken.

Longlist van problematiek Het verhaal achter het portret lijkt belangrijker te worden dan de duiding van het karakter van het model. Dit zien we ook in de uitgebreide longlist van de Rabo Photo-


FOTOCULTUUR

© Vera Dam Van Dam ontmoette de modellen van haar serie afgelopen februari in Zuid-Afrika. Gesprekken gingen vooral over vriendschap en hoe sterk en troostend een vriendschap kan zijn.

graphic Portrait Prize 2020. Vele portretten zijn niet van individuen wier karakter wij via de foto moeten ontdekken, maar van situaties, levens, gebeurtenissen waarover de afgebeelde persoon iets vertelt – door de blik, de lichaamshouding of de context waarin de persoon wordt afgebeeld. Vaak gaan de verhalen achter de portretten van de longlist over persoonlijke problematiek. Over zelfmoord van een kind, ongemak van het menselijk lichaam, autisme,

burn-out, albinisme, oorlogstrauma, terminale levensfase, de ziekte van Parkinson, spijbelende pubers, slachtoffers van pesten, zoektocht naar identiteit, transgenders, buitenstaanders, psychiatrische patiënten en non-binariteit. De persoonlijke tragiek van mensen die niet in het maatschappelijk plaatje van geluk en succes passen lijkt de leidraad van het narratief portret. En zo lijkt de cirkel rond. De verhalen achter het hedendaagse portret zijn

psychologisch van aard en daarmee sluit het narratief portret naadloos aan bij het psychologisch portret. De verhalende portretfotografen laten met hun empathische sensibiliteit in de nieuwe vorm van portretten het verborgen leed zien van een maatschappij waarin de façade van geluk domineert.

De hier gepubliceerde portretten zijn ontleend aan de longlist Rabo Photographic Portrait Prize & Talent 2020.

47


Verzamelaar van ontmoetingen Sander Troelstra

Dit jaar behoorde Sander Troelstra tot een van de finalisten van de Rabo Photographic Portrait Prize, maar hij werd niet de winnaar. In deze tijd van afstand houden zijn de prijzen bij de genomineerden thuis uitgereikt door museumdirecteur Bart Rutten. Alle deelnemers vertellen in een filmpje over hun gemaakte foto. Troelstra zegt hierin dat zijn portret een van de tachtig opnamen was die hij tijdens Lowlands 2019 maakte. Hij benadrukt dat het niet uitmaakt hoe lang je over een portret doet. door Elsje van Ree

48 | #8 2020


PORTFOLIO

Š Sander Troelstra, Durban, Straatjongen uit de serie Kinderen van de Nacht

49


© Sander Troelstra, Lowlands portretstudio, Zussen Digna en Ellen

“Ik leef in mijn eigen documentaire. Dat is wat fotografie voor mij is gaan betekenen. Ik verzamel ontmoetingen en verhalen om me heen in de vorm van portretten. Dat blijft zich ontwikkelen. Bij tentoonstellingen combineer ik die met archiefmateriaal, en kunst, audio en video.” Met deze woorden geeft Sander Troelstra antwoord op de vraag waarom hij portretten maakt in plaats van verhalen te vertellen in de vorm van documentaire fotografie. Een goed portret kan een goed gelijkende foto zijn van een persoon, maar het kan tegelijkertijd ook een verhaal vertellen. Als we de portretten van Troelstra vergelijken

50 | #8 2020

met die van August Sander dan zien we dat August Sander mensen portretteerde alsof zij een onderdeel zijn van een catalogus van de menselijke soort. Hiertegenover staan de foto’s van Nan Goldin in haar boek I’ll be your Mirror. Goldin was als een spiegel voor de mensen met wie ze omging. Ze fotografeerde alles en iedereen, ongeacht de situatie, compromitterend, droefgeestig, emotioneel geladen. Twee uitersten in portretfotografie. Ook Troelstra ziet zichzelf als een spiegel waarin de ander reflecteert. Hij is niet zo zichtbaar als deelnemer zoals Goldin in sommige van haar foto’s, maar hij neemt wel deel aan


PORTFOLIO

© Sander Troelstra, Cor Jaring, in de carwash

het proces dat leidt tot het ontstaan van het portret. Hij ziet zichzelf als spiegel maar ook als jager. Maar waar jaagt Troelstra op?

Manier van schrijven “Ik ben technisch helemaal niet zo goed hoor. Ik fotografeer zowel analoog als digitaal, afhankelijk van de omstandigheden en het budget. Maar de doka heb ik een beetje overgeslagen. Wat ik doe is technisch gezien hybride, ik scan de negatieven en print ze digitaal. Eigenlijk is mijn leven steeds een zoektocht naar wat bij

De meeste projecten komen uit mijzelf voort, uit mijn eigen nieuwsgierigheid naar wie we zijn

51


52 | #8 2020


PORTFOLIO

mij past. Ik heb eerst Marketing Management gestudeerd, NIMA A en NIMA B. Toen ik hiermee klaar was volgde ik een cursus van tien lessen bij Fotogram. Je kreeg wat opdrachten en het werk dat ik voorlegde was anders dan dat van de anderen. Er zat meer intensiteit in. Han Sieveking stelde voor dat ik de opleiding kwam doen, maar daar zat wel een prijskaartje aan vast en ik had net een opleiding afgerond. Dus ik ben eerst gaan werken.” De omslag kwam na het plotseling overlijden van zijn vader. “De keuze voor de Fotoacademie had met praktische overwegingen te maken. Ik wilde in Amsterdam blijven. De parttime opleiding is vooral gericht op het leren beheersen van de techniek, toegepaste fotografie. Bij Fotofestival Naarden hing mijn afstudeerwerk, een portret. Daar heb ik Koos Breukel leren kennen. Ik ben een aantal jaren bij Koos Breukel gaan werken en heb meegedaan aan het project PS Camera. Daarbij kreeg ik de camera van Cor Jaring. Daar is het project Cor Was Hier mee gestart waarmee ik later een tentoonstelling heb gehad bij Huis Marseille en een boek heb gemaakt. In datzelfde jaar, in 2011, won ik bij de Zilveren Camera een eerste prijs met mijn afstudeerwerk. Dat was een goed gevoel, een goede start. Bij Koos Breukel heb ik veel geleerd. Fotografie is mijn manier van schrijven geworden. Een bevrijding. Ik heb de handvatten gekregen om mijn gevoel van vrijheid in banen te leiden.”

Leeggeruimde straten “De meeste projecten komen uit mijzelf voort, uit mijn eigen nieuwsgierigheid naar wie we zijn. Levensvragen die onderliggend zijn aan al mijn werk. Het eerste project na mijn afstuderen was Children of the Night in Zuid-Afrika. Ik dacht toen nog dat ik van huis moest om een verhaal te kunnen vertellen en ben met een ngo naar Durban gegaan. Dat was bijzonder leerzaam want ik kwam vooral dichtbij mezelf terecht. Er opende zich iets in mij dat ik nog niet kende. We waren daar ten tijde van het Wereldkampioenschap voetballen. De straten werden letterlijk leeggeruimd van wat niet gezien mocht worden als er bussen met officials kwamen. Ik leerde door naar anderen te kijken. Ik word getriggerd als het leven begint te schuren. Als het gaat om overleven. Later is dat subtieler geworden en blijf ik dichter bij mezelf om verhalen te maken. Ik ontmoet anderen, raak verzeild in gesprekken en soms wordt het dan een project. Zuid-Afrika is geen documentaire serie geworden omdat ik op een of andere manier steeds focus op het individu.” Wat maakt fotografische portretten interessant? De algemene standaard is dat een portret moet lijken op de geportretteerde. Maar waarin zit die gelijkenis? Het portret wordt pas interessant als er iets in het portret is, iets karakteristieks waardoor het boven de oppervlakkige gelijkenis uitstijgt. In feite fotografeert de fotograaf altijd

© Sander Troelstra, Niels Blenderman, Outsider kunstenaar

iets van zichzelf mee. Bij de opening van de tentoonstelling ‘Nieuwe Meesters’ in het Outsider Art Museum las Troelstra een door hem zelf opgesteld ‘Manifest van een jager’ voor. Daarin noemt hij zichzelf en andere portretfotografen ‘gevoelige jagers’ die altijd op scherp staan, altijd naar mensen kijken als door een ‘multidimensionaal vizier’. “Als ik een portret maak zit er natuurlijk wel een spanningsboog op. Ik wil met iets goeds thuis komen. Het oog van de fotograaf is vlijmscherp en soms moet je iets openbreken voor je bij de kern komt. Je moet jagen met gevoel en intuïtie.”

Universele verbeelding Sander Troelstra is niet de fotograaf met een prachtige studio waar mooie portretten worden gemaakt. Troelstra maakt projecten, soms langlopend, soms iets korter. Het project Death People Clothing speelt zich af in Glasgow. De kleding van overledenen wordt verkocht aan de allerarmsten. Circus Buffalo is een zigeunercircus waar Troelstra in Frankrijk is meegereisd in zijn camper. “Het project Cor Was Hier ligt me zeer aan het hart. Het is veel groter geworden dan bedoeld, uiteindelijk ging het over hem en over mij. Ik kwam een ouder iemand tegen die weet dat zijn leven afloopt. Rustig kijken, een soort rust om het leven te zien aflopen. Zo is het leven toch? Er zit iets waardoor het zo moet lopen. Dat moet dan zo gaan. Projecten komen uit mezelf. Door de ontmoetingen en verhalen ontwikkelt zich mijn eigen documentaire serie. Ik zoek naar het universele dat we met elkaar delen. We hebben als mens meer overeenkomsten dan we vaak willen toegeven. Het is de jacht naar het beeld van de mens, de universele verbeelding van jezelf in de ander weerspiegeld.”

Sander Troelstra (1976) woont en werkt in Amsterdam. Na het beeïndigen van de Fotoacademie in Amsterdam won hij in datzelfde jaar de eerste prijs bij de Zilveren Camera voor Portrait Series en de tweede prijs voor Portrait Single. Ook in 2013, 2016 en 2017 won hij prijzen bij de Zilveren Camera. In 2016 was hij een winnaar van de Lens Culture Portrait Award en van de Dutch National Portrait Award. Hij publiceerde diverse boeken waaronder ‘Cor was here’ (2015). Zijn werk is geëxposeerd in Nederland, de Verenigde Staten, Engeland, Frankrijk en Duitsland. www.sandertroelstra.nl Instagram: @sandertroelstra

53


Intimiteit en relaties Sarah Mei Herman Met een portret van een tienermeisje was Sarah Mei Herman genomineerd voor de Rabo Photographic Portrait Prize. In haar werk spelen liefde, (familie)relaties en opgroeien een belangrijke rol. Ze volgt haar onderwerpen voor een langere periode. Intimiteit en relaties, onder meer tussen broer en zus, intrigeren haar. “De fysieke nabijheid van de ander is voor ons noodzakelijk, het is een deel van onze identiteit. Ik was enig kind, en heb me altijd afgevraagd hoe het zou zijn om een broer of zus te hebben.”

54 | #8 2020

© Sarah Mei Herman

door Naomi Heidinga


PORTFOLIO

55


© Sarah Mei Herman

In haar fotoseries onderzoekt Sarah Mei Herman de band tussen broers en zussen. Door hen te fotograferen, krijgt ze een beter begrip van deze band, en de intimiteit tussen de gezinsleden. “Ik heb lange tijd geen broer of zus gehad. Mijn ouders zijn niet meer bij elkaar, maar ze hebben nog steeds een liefdevolle band en mijn relatie met hen is goed. Toch mis ik iemand om mijn zorgen over mijn ouders te delen, iemand waarmee ik over hen kan praten. Ze worden immers ouder. Dat kan niet echt met vrienden, maar wel met iemand waarmee je dezelfde liefde deelt.” Haar vader kreeg later een zoon, en daarmee kreeg Sarah Mei Herman een halfbroer. “We schelen 21 jaar, ik was het huis al uit toen hij werd geboren. Hij kreeg mijn oude kamer. In het begin vond ik het lastig om me tot het idee te verhouden, een nieuwe vrouw en een kind. Later zag ik de voordelen: ik stelde me een knuffelig broertje voor. Dat is hij nooit geworden. Hij is best afstandelijk, ongrijpbaar. Interessant voor foto’s, dat wel. Op zijn vierde ben ik begonnen met hem te fotograferen, samen met mijn vader.

56 | #8 2020

Daardoor heb ik een nauwere band met hem gekregen. Dit project, Julian & Jonathan, loopt nog steeds. Ik ben bezig met een boek.” Het is een van haar langlopende series. Ze volgt daarnaast een aantal (tweeling)zusjes. “Ik zie hen opgroeien, zie de veranderingen die ze doormaken in de weg naar volwassenheid. Het vormen van hun identiteit en de worsteling die hieraan ten grondslag ligt. Hun onderlinge relatie en liefde voor elkaar en hoe deze soms onder druk staat. Als ik hen fotografeer, heb ik het gevoel even deel uit te maken van hun onderlinge relatie.”

Aanraken Herman fotografeert niet alleen familieleden, maar ook geliefden. Dat deed ze onder meer in Xiamen, China, waar ze in 2014 vier maanden als artist in residence verbleef. Ze ging een aantal maal terug, met als resultaat de serie Touch. Hoe is het om als fotograaf er zo met je neus bovenop te staan? “Ik ben me bewust van de dynamiek


PORTFOLIO

© Sarah Mei Herman

tussen mij en de geportretteerden. Ik vind het bijzonder hoe mensen me toelaten. Mensen vertrouwen me makkelijk. Ik spreek geen Chinees en zij weinig Engels, dus in China ging het vooral via woordeloze communicatie. Dat maakt het nog bijzonderder. Tijdens het fotograferen zeg ik sowieso weinig. Ik laat het gebeuren. Ik zoek wel een plek uit, en kijk naar het licht. Dat maakt het voor duo’s makkelijker dan wanneer ik iemand alleen fotografeer: zij hebben elkaar nog, ik ben dan meer een buitenstaander. Ze lachen naar elkaar, of raken elkaar aan en letten daarbij minder op mij.” Sinds maart leven we in een afstandsmaatschappij. Intimiteit tussen vrienden is niet vanzelfsprekend. Toch heeft Herman de afgelopen maanden wel gefotografeerd, al liepen sommige projecten vertraging op. “Ik zou in maart of april naar Xiamen gaan, om mensen uit de lgbtqi-gemeenschap te fotograferen voor een boek. Dit boek laat de lgbtqi-gemeenschap in verschillende landen zien. Ik neem China voor mijn rekening. In 2019 heb ik de

In mijn fotografie werk ik intuïtief, niet vanuit een vooropgezet plan

57


© Sarah Mei Herman

eerste foto’s voor dit project gemaakt. Het was de bedoeling om dezelfde stelletjes na een maand of vier opnieuw te fotograferen. In plaats van vier maanden wordt dat nu na anderhalf tot twee jaar. Enerzijds jammer, maar aan de andere kant zijn er tegen die tijd wel meer dingen veranderd. Stelletjes zijn wellicht uit elkaar en de jongeren zijn zichtbaar ouder geworden. Dat is de positieve kant van de medaille.”

Vrije kaders Voor het UMC heeft ze de opdracht gekregen om de afstandsmaatschappij te verbeelden. “Zo’n opdracht vind ik best een uitdaging en veel uiteenlopende ideeën dwalen dan door mijn hoofd, maar uiteindelijk vallen de puzzelstukken toch in elkaar. In mijn fotografie werk ik intuïtief, niet vanuit een vooropgezet plan. Dat maakt het werken in opdracht lastiger. Ik heb vrije kaders nodig.

58 | #8 2020

Maar als ik die krijg, komt het vrijwel altijd goed. Ik doe weleens iets in opdracht, maar alleen als ik daarbinnen de vrije hand krijg. Zo ben ik in gesprek met Stichting Kiem over een serie portretten van mensen met diverse eetstoornissen. Ze hebben wel richtlijnen meegegeven, maar daarbinnen mag ik alles zelf bepalen. Naar aanleiding van het winnen van de American Vintage Portrait Prize heb ik een opdracht voor American Vintage gedaan, een modemerk. Ik mocht hierbij mijn eigen modellen gebruiken. Bij een opdracht voor Lacoste was dat anders, daar kwamen professionele modellen en stylisten bij aan te pas. Omdat ik ook hier de vrije hand kreeg, werkte het wel. Op deze wijze zou ik wel meer modeseries willen maken.” Dit jaar was haar werk onder meer te zien bij een tentoonstelling in het Joods Historisch Museum. Het ging om een expositie van haar serie Germano. De expo zou daarna te zien zijn in Kaunas, de tweede stad van Litouwen, maar dat ging niet door. “Achteraf misschien maar beter ook, het zou een gekkenhuis geweest zijn. Ik zou bij aankomst in quarantaine moeten en zou eigenlijk niet bij de opening aanwezig mogen zijn. De expo is nu uitgesteld naar volgend jaar. Wat betreft werk mag ik trouwens niet klagen. Coronacrisis of niet: sinds 2018 loopt bij mij het werk door. Ik heb een aantal beurzen gekregen van onder meer het Mondriaan Fonds, daardoor kan ik mijn eigen series blijven maken.” Germano is het resultaat van een zoektocht naar de oorsprong van haar familie. Aanleiding was een vondst van een doos met foto’s, gemaakt door haar opa Mordechai. Hij runde samen met zijn jongste broer een fotostudio in Kaunas, Litouwen. De studio heette Foto Germano, Litouws voor Herman, en was gespecialiseerd in familieportretten. “Ik wist wel dat mijn opa fotograaf was, maar was me er lange tijd niet echt van bewust. In zijn werk herken ik mijn eigen stijl: qua compositie, de verstilde gezichten en de ingetogen blikken.” De vondst was het startpunt voor een onderzoek naar de voor- en naoorlogse geschiedenis van de familie Germano. Tijdens een verblijf in Kaunas deed ze archiefonderzoek en verkende de plaatsen waar haar familieleden woonden en werkten.

Stilte in het hoofd Herman werkt analoog. “Dat is voor mij een groot voordeel, het geeft me rust en het levert minder beelden op. Mijn gedachten gaan heel snel. Deze manier van fotograferen zorgt voor stilte in mijn hoofd. Het dwingt me om de tijd te nemen: om te kijken, het statief neer te zetten. Ik schiet meestal op middenformaat. Dat is wel kostbaar, maar het levert voor mijn gevoel de mooiste beelden op.” Ze werkt gelijktijdig aan meerdere langlopende series. “Dat is soms rommelig. En het vraagt veel energie, want je moet met iedereen het contact onderhouden. Het levert soms onrust op. Ik kwam erachter dat ik mijn vader en broer nog niet had gefotografeerd dit jaar, dus dat heb ik onlangs gedaan. Als fotograaf heb ik een herkenbare stijl, die ik in al mijn series terugzie. Al maak ik niet alleen foto’s: bij Germano heb ik ook audio en video’s gebruikt.


PORTFOLIO

© Sarah Mei Herman

Die afwisseling is goed. Maar uiteindelijk fotografeer ik het liefst mensen.” De foto waarmee ze genomineerd was voor de Rabo Photographic Portrait Prize is niet te zien bij dit artikel. De moeder van het meisje gaf daarvoor geen toestemming. Een situatie die ze nog niet eerder bij de hand heeft gehad. “Ik heb haar vaker gefotografeerd, eerder was het geen probleem.” Werken met een contract, dat wil ze echter niet. “Ik werk op basis van vertrouwen. Als mensen zich niet prettig voelen bij een foto kunnen ze dat aangeven, dan gebruik ik hem niet.”

Sarah Mei Herman is een Nederlandse kunstenaar en fotograaf. Ze studeerde aan de Royal Academy of Fine Art in Den Haag en haalde in 2010 haar Master in Fotografie aan The Royal College of Art in Londen. Herman ontving verschillende beurzen. Haar werk is internationaal vertoond, onder meer in The National Portrait Gallery in Londen. In 2018 won ze de Rabobank Nationale Portretprijs. www.sarahmeiherman.nl.

59


Orde vanuit de hoogte Barcelona, Dubai, Menton, Genk. Fotograaf Ewout Pahud reist de laatste jaren met zijn drone de wereld over op zoek naar beelden die ver boven het maaiveld uitkomen. Daarbij manoeuvreert hij zijn gevleugelde camera het liefst boven complexe constructies en stedenbouwkundige hoogstandjes. Maar ook tennisbanen komen loodrecht onder zijn Mavic 2 Pro met Hasselblad-lens voorbij. Inmiddels verkoopt hij zoveel werk, dat hij zijn vroegere baan vaarwel heeft gezegd en fulltime fotograaf is geworden. door Redactie

De luchtvaartwereld was al langer bekend voor Ewout Pahud de Mortanges (29), zoals hij voluit heet. Zijn moeder was stewardess. Zelf werkte hij als hockeycoach voor Bloemendaal, totdat hij in 2019 het roer omgooide en fulltime fotograaf werd. “Ik had toen mijn drone al gekocht, in eerste instantie uit liefhebberij”, legt hij uit. “Ik had echter direct prima resultaten en verkocht al snel de eerste werken. Toen ik vorig jaar tijdens een training een hockeybal tegen mijn hoofd kreeg, liep ik dermate veel letsel op dat ik mijn werk als coach onmogelijk kon voortzetten. Toen was de keuze simpel en ben ik vol voor de fotografie gegaan. Inmiddels heb ik alle benodigde certificaten behaald om overal veilig te kunnen vliegen.” Pahud vliegt nu veel voor makelaars en mediabureaus (dronefoto’s en -video’s). Zijn corebusiness is echter het verkopen van prints met drone-beeld van bijzondere plekken over de hele wereld.

Dynamische structuren Pahud verwondert zich over de vernuftigheid waarmee sommige steden qua structuur zijn opgebouwd. “Ik zit met veel plezier urenlang achter mijn laptop, en dan specifiek Google Earth, om me te vergapen aan alles dat vanuit de lucht te zien is in de wereld. Ik plaats gps-pinnetjes op elke plek die ik interessant vind. Als ik in de betreffende stad ben, hoef ik alleen nog maar de plek van de pin op te zoeken en mijn drone de lucht in te laten.”

60 | #8 2020

Barcelona Prahud laat zijn drone middenin wereldsteden als Parijs en Barcelona de lucht in. “Dat is niet overal toegestaan”, vertelt hij. “Ik kijk altijd goed uit of er helikopters of andere obstakels in de lucht zijn, dan haal ik ‘m direct naar beneden.” In het geval van Barcelona liet Pahud zijn drone tot boven de toegestane hoogte stijgen. “Ik zoek de grenzen op, dat realiseer ik me.”

Sacrada Familia Op die manier legt Pahud wel de dynamische structuren van een stad bloot. “Ik vind het heel bijzonder hoe geordend zo’n stad als Barcelona er van die hoogte uitziet. Keurige blokken met een grote diagonale lijn erdoor. En dan de machtige Sagrada Familia als kleine imperfectie daartussen. Daar hou ik van.” Pahud maakte ook beelden in Menton, waar de huizen vanaf die hoogte op poppenhuisjes lijken met hun opvallende kleuren. ”Er zijn nog enorm veel plekken waar ik met m’n drone graag zou vliegen. Vorig jaar in Dubai bijvoorbeeld, daar kon ik met zand overgoten wegen fotograferen, dat zie je alleen vanuit de lucht.” Overigens waren de Verenigde Arabische Emiraten wel een extra uitdaging voor de fotograaf. “Ik meen dat er forse gevangenisstraffen staan op het vliegen met een drone daar.”

Dibond en plexiglas Alle prints die Pahud verkoopt laat hij maken door Gallery Color. “Het

liefste laat ik alles plexificeren; eerst op ambachtelijke manier afdrukken op fotopapier, en dan verlijmen op dibond met daaroverheen plexiglas. Zo komt de kwaliteit van de beelden het best naar boven”. Pahud heeft in het begin alle varianten getest, op aanraden en medewerking van Gallery Color. “Daar denken ze prima in mee, ik heb alle varianten gezien en echt de juiste keuze kunnen maken.” Werk van Ewout Pahud de Mortanges wordt verkocht via zijn website, www.ewoutpahud.com.

Professional fotovaklab Gallery Color werkt enkel met de beste fine-art printers (Epson) en fotobelichters, zoals de allerbeste LED fotobelichter die er op dit moment is (Chromira 5x50). Van superklein tot megagroot, bijna elk formaat is wel mogelijk. Meer informatie over alle professionele print-, inlijst- en afwerkmogelijkheden bij ‘s lands beste fotovaklab? Neem dan contact met ons op.

Gallery Color Lab: Losplaatsweg 22, 2201 CV Noordwijk Office/gallery/showroom: Middenweg 105-107, 1098 AH Amsterdam 020-8208788 www.gallerycolor.nl


Gallery COLOR GALLERY Color

© Ewout Pahud de Mortanges, Barcelona bij dag.

61


Humane kinderportretten Intense momenten kunnen je stil laten staan bij wat het leven voor je betekent. Cuny Janssen probeert die ervaring op te roepen met haar foto’s. Janssen fotografeerde in veel verschillende landen. Ze is gefascineerd door het idee dat we ondanks grote verschillen meer delen dan op het eerste gezicht lijkt. door Pieter van Leeuwen

De een zit in alle rust onder een boom, voelt een briesje langs zijn wang gaan en ervaart ‘het’. Een ander moet er 150 km voor over de snelweg rijden met hard rock op standje tien. Het effect kan hetzelfde zijn: het gevoel bewust te zijn dat jij en alles om je heen lijkt te léven, en dat dat het is waar het allemaal om draait. Een nadrukkelijk moment waar je later misschien aan terugdenkt. In een lang gesprek met Cuny Janssen doemt op dat dat de kern is waar het bij haar om gaat. Janssen studeerde in 2000 af aan de HKU, de kunstacademie in Utrecht, en begon portretten van kinderen over de hele wereld te maken. Al snel kwamen daar bomen bij, later werd het spectrum verbreed met landschappen, gebeurtenissen en portretten van volwassenen. Maar het maakt niet uit welk onderwerp ze voor de lens kiest, het intensief gevoelde moment is altijd het begin. In haar voorlaatste boek, There was a Child Went Forth, heeft ze het in woorden benoemd. De titel komt uit een gedicht van Walt Witman dat beschrijft hoe dergelijke ervaringen als kind je leven lang kunnen beklijven. Imprints noemt ze ze. De kunst voor Janssen is die op foto voelbaar maken. Het is een proces dat in het begin zoeken was. In de beginjaren, tijdens haar verblijf in India, hield ze zestien portretten die aan het criterium voldoen over uit honderden volgeschoten rol films. Maar door vergaarde kunde en wijsheid gaat ze nu recht op haar doel af. Laatst lukte het haar met twee opnames. De manier waarop ze fotografeert – na India met een

62 | #8 2020

technische camera – is tijdrovend en omslachtig. Het sleutelmoment pakken (met iedere camera moeilijk) is er vrijwel onmogelijk mee. De camera moet worden op- en ingesteld, mensen moeten noodgedwongen poseren, alleen al om in de scherpte te blijven. Het regenereren van een sleutelmoment is vaak onmogelijk, maar het gevoel dezelfde intensiteit opnieuw op te roepen lukt. Het zit hem bij de portretten in zaken als lichaamshouding, gezichtsuitdrukking en oogopslag. De langzame camera laat hier zijn positieve kant zien. Hij dwingt respect af. Iedere foto is een project. Het drukken op de ontspanknop is geen terloopse aangelegenheid. Fotografe en gefotografeerden werken daar samen langzaam naar toe. Zit je voor de lens dan weet je dat de opname telt. Dat zorgt voor concentratie. Tegelijkertijd veroorzaakt de druk op de knop een spanning die Janssen in haar portretten zo weet te keren dat ze kracht aan de foto geven. Daarbovenop heeft het langzame werken een verstillend effect op de foto. De tijd lijkt in Janssens foto’s nadrukkelijker te zijn stilgezet dan we van foto’s gewend zijn.

Family of man Het fotograferen in verre landen geeft haar foto’s iets exotisch mee, maar als Janssen een kind fotografeert staat het eigenlijk voor alle kinderen. Verbondenheid en gedeelde waarden spelen voor haar een belangrijkere rol. Ze legt daarbij sterke nadruk op het positieve, net als in de Family of Man tentoonstelling en boek uit de jaren ’50. Een initiatief

waar Janssen met foto’s van fotografen van nu graag nieuw leven in wil blazen. Het destijds bijzonder populaire project werd achteraf een politieke speelbal. Het kreeg als kritiek een versimpeld wereldbeeld ut te dragen waarin de morele meetlat erg sterk op christelijke en westerse leest geschoeid was. Janssen is gefascineerd door het idee dat we ondanks grote verschillen meer delen dan op het eerste gezicht lijkt. Ze legt de nadruk op die verschillen door mensen te fotograferen die ver weg onder totaal andere omstandigheden leven dan wij gewend zijn. Ze fotografeerde bijvoorbeeld in Macedonië in vluchtelingenkampen, in India over armoede, ze legde paren vast van gearrangeerde huwelijken met een kwetsbare rol voor de vrouw. Toch legt ze geen nadruk op de problematiek. Zou ze dat wel doen, dan gaat dat met de foto’s aan de haal. In de achtergrond speelt het wel mee, maar de nadruk in haar portretten ligt op het positieve en het humane.

Vertelkracht De maatschappelijke situatie die in een losse foto op de achtergrond speelt komt naar voren in haar boeken. Eén foto zegt niets, twee foto’s al meer en met drie creëer je context en heb je taal in beeld, aldus Janssen. In haar boeken wordt de kracht van het losse beeld aangevuld met de vertelkracht van de serie. Zo krijgen de politieke situatie in Macedonië, apartheid in Zuid-Afrika, de armoede in India en het grote contrast tussen arm en rijk in Napels een betekenis die ze als losse beelden niet hebben.


CONCEPT concept

© Cuny Janssen

Ze heeft tot nu toe tien boeken uitgebracht, waarvan acht in samenwerking met boekontwerper Sybren Kuiper. Als fotograaf werk je normaal gesproken solo en liggen alle creatieve keuzes bij jou. Het samen laten smelten van de foto’s tot een geheel bleek een lastige puzzel voor een intuïtief werkende fotografe als Janssen. Daarbij komt Kuiper om de hoek kijken. Met een boekenmaker zit je ineens in een team waarbij een ander resolute keuzes maakt over jouw werk. Ook Kuiper werkt intuïtief, daarom moet er een klik en

vertrouwen zijn, en die is er. Door zijn selecties en keuzes in presentatie werd de som meer dan de delen. De laatste twee boeken maakte Janssen zonder Kuiper omdat ze een duidelijk idee had hoe ze gestructureerd moesten worden. Door een groeiend inzicht in haar drijfveren en aanpak, en door de samenwerking wijzer geworden, is de opzet van de boeken al vooraf duidelijk.

Zichtbare relaties Je hoeft niet naar een ver land om mensen met verschillen te vinden.

Dichtbij vind je die ook. Janssen maakt al een tijd geen wereldreizen meer voor haar fotografie. Ze heeft een boek gemaakt rond de school van haar kinderen. Maar verschillen vind je in nog kleinere kring, bijvoorbeeld in families. Die vormen de rode draad in de serie waaraan ze nu werkt. Een belangrijk beeld daarin is dat van haar dochter op schoot bij haar schoonmoeder. Alleen al door de generatiekloof is het verschil levensgroot, maar zoals we waarschijnlijk uit eigen ervaring weten – en op de foto zien – heel makkelijk te overbrug-

63


© Cuny Janssen

gen. Ze maakt veel groepsportretten van families en op families lijkende verbanden van mensen met een duidelijk verschillende achtergrond. In haar ‘family of man’ is het gezin veel gevarieerder dan in het origineel. Draait het bij Janssen vooral om houding, gezichtsuitdrukking, blik en expressie, in haar groepsportretten werkt dat in meervoud en maken ze relaties zichtbaar. Dat laatste is het

64 | #8 2020

thema geworden. Maar eigenlijk zat dat er altijd al in. Na haar bezoek aan India in het prille begin trad ze met kinderportretten naar buiten, en onlangs heeft ze Whatever Works uitgebracht, met portretten van echtparen die ze tijdens dezelfde reis maakte vanuit haar fascinatie voor het gearrangeerde huwelijk. De foto’s stonden verborgen op de honderden filmpjes

die ze daar schoot. Ze was er al mee bezig, maar had nog niet het besef dat ze later zoveel betekenis voor haar zouden krijgen. Cuny Janssen wordt vertegenwoordigd door Andriesse~Eyck gallery in Amsterdam. Haar boeken zijn te zien en te koop op www.cunyjanssen.nl.


NU TOT €700 * BUNDELVOORDEEL ‘s werelds grootste line-up systeemcamera’s voor filmopnames in 4:2:2 10 bit *In combinatie met geselecteerde Lumix S of Lumix G lenzen. Ga voor alle deelnemende producten en voorwaarden naar kamera-express.nl. Actieperiode 1 november 2020 t/m 31 januari 2021.


Afscheid van Dieneke Na het afstuderen aan de Fotovakschool van de Nederlandse Academie voor Beeldcreatie stond Jamie van den Heuvel al op de longlist van de Rabo Dutch National Portrait 2020, met haar documentaire project 18032020 waarvoor zij Dieneke heeft geportretteerd. Haar serie gaat over tijd, vergankelijkheid en het loslaten van een dierbare uit haar leven. De emotionele titel 18032020 staat voor de euthanasiedatum van Dieneke. door Merel Huisink

Jamie van den Heuvel heeft voor haar documentaire projecten 18032020 en After Treatment Dieneke gefotografeerd, een van de belangrijkste personen uit haar leven. De fotoseries zijn op zichzelf staande verhalen maar hebben allebei Dieneke als hoofdrolspeelster. Haar afstudeerproject 18032020 is tevens in een kleine oplage als boek uitgekomen. “Ik heb ongeveer tien jaar lang bij Dieneke in huis gewoond en kwam daarvoor al vaak bij haar over de vloer. Zij leerde mij veel over kunst en cultuur en onze band werd in korte tijd ontzettend hecht. We reisden samen de wereld rond en deelden vrijwel alles met elkaar. Vlak na thuiskomst van onze laatste backpack reis in Sri Lanka in 2017 werd Dieneke gediagnosticeerd met een vergevorderd stadium van keelkanker. Vanaf dat moment stond ons leven helemaal op z’n kop, maar ik besloot vrijwel direct dat ik er alles aan ging doen om het in deze zware periode voor haar zo comfortabel mogelijk te maken. Na drie jaar lang haar mantelzorger te zijn geweest gedurende haar ziekte, betekende de beslissing van haar euthanasie een nieuw hoofdstuk in ons leven samen. Een hoofdstuk waarin onze intieme band ongekend sterk werd, maar waarin we ook op emotioneel vlak gedwongen werden ieder ons eigen pad te bewandelen.”

Vergankelijk De serie After Treatment is tot stand gekomen tijdens en na de behandeling van de ziekte van Dieneke in 2017/2018. In dit project heeft Van den Heuvel de focus gelegd op het fysieke

66 | #8 2020

herstel en tegelijkertijd de innerlijke strijd die Dieneke voerde tijdens haar ziekte. “Ik vond het heel intrigerend om te zien wat een ernstige ziekte met een mens kan doen. Nadat het project After Treatment was afgerond stopte ik ongeveer anderhalf jaar met Dieneke te fotograferen. Vorig jaar oktober in 2019 besloot Dieneke om definitief het euthanasietraject in te gaan. In die periode heb ik het fotograferen van Dieneke weer opgepakt en begon met mijn fotoserie 18032020. Tijdens het portretteren heb ik mij gefocust op de thema’s tijd en vergankelijkheid. Ondertussen probeerde ik thuis ook het een en ander te fotograferen, wat uiteindelijk resulteerde in een reeks portretten en stillevens. Ik raakte in de war van het feit dat de tijd die ik had om te haar te kunnen fotograferen beperkt was, aangezien we wisten dat ze zou sterven. Hierdoor greep ik alles aan wat ik van haar kon fotograferen, waardoor ik totaal verstrikt raakte in wat ik wilde vertellen en verbeelden. Gelukkig begon op dat moment het afstudeertraject van mijn opleiding op de Fotovakschool en kon ik rekenen op intensieve begeleiding van de docenten en medestudenten. Dit hielp mij enorm om grip te krijgen op mijn verhaal en te focussen op wat ik wilde vertellen. Dit leidde uiteindelijk tot het boek 18032020 in combinatie met een levensgroot duoportret van ons samen waarmee ik afgelopen juli cum laude ben afgestudeerd.”

Vorm en beeld Tijdens haar studie grafische vormgeving aan het Nimeto in

Utrecht, die zij in 2014 had afgerond, kwam Jamie van den Heuvel erachter dat een studie met vele uren achter een computerscherm zitten niet voor haar was weggelegd. Voor haar hbo-vervolgopleiding koos ze daarom voor een creatieve opleiding met veel afwisseling. Ze besloot door te studeren aan de Nederlandse Academie voor Beeldcreatie aan de afdeling Fotovakschool. “Veertig uur per week op een bureaustoel achter een computerscherm doorbrengen was niets voor mij. Fotografie begon mij steeds meer te trekken en het bezig zijn met vorm en beeld sprak mij erg aan, dus besloot ik me in te schrijven aan de Fotovakschool. Zonder enige ervaring met een camera of in het bezit van een fotografisch portfolio ben ik het intakegesprek ingegaan.” Jamie van den Heuvel ging aan de Fotovakschool studeren met het idee om modefotografe te worden. Tijdens de studie verschoof de voorkeur richting portret en documentaire fotografie. “Doordat we drie jaar lang alle disciplines hebben behandeld, was er in mijn ogen weinig ruimte om mezelf te kunnen specialiseren in documentaire fotografie. Ik had hier graag meer tijd aan willen besteden. Wat ik wel fijn vond aan de opleiding was dat er veel aandacht werd besteed aan kunstgeschiedenis. Zo heb ik veel geleerd over onder andere concepten in kunst en fotografie.”

Open houding Voor het schrijven van haar scriptie benaderde ze Henk Wildschut voor een interview. Hieruit vloeide tevens haar stage voort. “Mijn scriptie had


DEBUUT debuut

© Jamie van den Heuvel

67


© Jamie van den Heuvel

68 | #8 2020


debuut

het plan van aanpak werd van de docenten verwacht dat je gedetailleerd kon omschrijven hoe je het fotografisch ging aanpakken, welke beelden je ging maken en welke techniek je ging gebruiken. Ik vond dit altijd een vervelend onderdeel van de opleiding. Ik wilde nooit van tevoren met een vast plan te werk gaan. De grote lijnen van wat ik wilde vastleggen waren er natuurlijk wel, maar het fotograferen gebeurt ter plekke op de locatie zelf. Ik moet altijd eerst de omgeving zien, voelen en ruiken om erachter te komen wat ik interessant vind om vast te leggen. Ik merkte tijdens mijn stage bij Henk dat hij op vrijwel dezelfde vrije manier te werk gaat en dat gaf mij bevestiging en voldoening.”

Eigen onderneming

© Jamie van den Heuvel

betrekking op stereotypering van nieuwkomers in Nederland. Henk Wildschut werkt al jarenlang aan projecten rondom vluchtelingenproblematiek. Het interview met Henk Wildschut was voor mij erg verhelderend en bracht mij zoveel dat de keuze om bij hem stage te willen lopen snel was gemaakt. Gedurende mijn stage heb ik samen met hem gewerkt aan een project over de sluiting van de Hemweg-8 Centrale in

Amsterdam. We hebben portretten en sfeerbeelden geschoten om het leven op de Centrale vast te leggen. Ik heb veel geleerd van de interactie tussen Henk Wildschut en de geportretteerden. Door zijn open houding en zijn sociale karakter creëert hij een heel fijne sfeer. Zijn werkwijze beviel mij enorm, vooral omdat ik op de Foto­ vakschool had geleerd om vooraf een concept te bedenken en vervolgens een plan van aanpak op te stellen. In

Voor de meeste beginnende ondernemers is het lastig om houvast te vinden. Hoe zet je jezelf op de kaart als fotograaf en hoe kun je overleven als fotograaf? Net afgestudeerde creatieve fotografen staan er aan het begin van hun carrière vaak alleen voor. Om rond te kunnen komen nemen startende fotografen een bijbaan of klussen bij met commerciële opdrachten naast hun autonome projecten. “Ik ben op dit moment bezig met het opzetten van een eigen onderneming, al moet ik eerlijk bekennen dat ik het best een beetje spannend vind. Na het afstuderen merk ik wel dat ik mijn houvast kwijt ben. Sinds enkele maanden heb ik een website opgezet en daarnaast plaats ik met regelmaat foto’s op Instagram. Ik wil de komende tijd meer aan mijn eigen PR doen. Voor advies hierover heb ik contact opgenomen met andere documentaire fotografen. Op dit moment ben ik ook bezig met commerciële klussen om zo in ieder geval een inkomstenbron te hebben. Mijn droom is natuurlijk om bekend te worden als documentair fotograaf en regelmatig te kunnen exposeren met mijn werk. Daarnaast is het uitbrengen van boeken voor mij ook echt een leuke uitdaging binnen de documentaire fotografie.” www.jamievdheuvel.com

69


Lange belichtingstijden met het natte plaat procedé Alex Timmermans – Alchemist, staat er op de website van Alex Timmermans te lezen. In vroeger tijden probeerden alchemisten de steen der wijzen te maken om zo gewone metalen in goud om te zetten. Maar de alchemie was ook de voorloper van de moderne scheikunde. Alchemisten konden met het mengen van chemicaliën iets bijzonders doen. “Ik vind het zo’n fascinerend proces dat je met redelijk simpele chemie zulke gedetailleerde beelden kunt maken”, aldus Alex Timmermans. door Werner Pellis

Alex Timmermans kreeg op zijn vijftiende zijn eerste camera van zijn vader, een Nikkormat. Niet dat fotografie een gedeelde hobby was. Zijn vader was antiekhandelaar en had de camera nodig om de klokken die hij in- en verkocht te fotograferen. Jarenlang was fotografie slechts een hobby voor Timmermans. In 2002 schakelde hij van fotograferen op film over op digitaal fotograferen. Hij hield zich op dat moment vooral bezig met Urbex fotografie, het fotograferen van verlaten gebouwen. “Dat was in een tijd dat je in België nog veel interessante locaties kon vinden die nog niet echt aangetast waren. Op een gegeven moment werd het ‘urbexen’ zo populair dat je zag dat de locaties steeds meer te lijden hadden van vandalisme. Ik merkte dat ik uitgekeken raakte op die vorm van fotografie. Maar ook op de digitale fotografie en het proces ervan.”

Sally Mann “In Den Haag bezocht ik een tentoonstelling van Sally Mann. Krachtige beelden gemaakt met de natte plaat techniek. Het waren prachtige foto’s die in één keer goed moesten zijn, in plaats van dat je werkt met honderd digitale bestanden. Daar was ik zo van onder de indruk, dat wilde ik ook. Dus dat ben ik toen gaan doen”, vertelt Alex Timmermans. Hij deed zijn digitale camera weg, kocht een oude platen camera en verdiepte zich in de techniek ervan. Waarom koos hij voor dit moeilijke proces? “Ik ga

70 | #8 2020

graag uitdagingen aan. Ik vind het boeiend om van niets iets te maken, iets te creëren. Digitaal zou het een stuk makkelijker kunnen, maar dan is het niet zo bijzonder.” De beelden van Timmermans zijn heel filmisch, alsof het stills zijn uit oude films. Belichtingstijden van twintig tot dertig seconden helpen daar wel bij. “Soms is het een uitdaging. Aan de foto met de struisvogel in de zijspan wilde ik de illusie van snelheid meegeven. De sjaal is met ijzerdraad vastgezet zodat hij door de wind naar achteren lijkt te wapperen.” Timmermans’ beelden zitten vol bijzondere attributen en zijn vaak gemaakt op bijzondere locaties. In zijn busje heeft Timmermans een doka gemaakt. Toch loopt hij tegen beperkingen aan. “Als ik een foto wil maken aan zee en ik kan daar met mijn bus niet komen, dan moet ik die manshoge zware camera met glasplaten door het zand naar zee slepen. Na elke opname met de glasplaat moet ik op en neer naar de bus om uiteindelijk na alle opnamen die camera weer op te halen. Dat is verre van praktisch. Er zijn heel veel mooie plekken waar ik met de camera of met de bus niet kan komen. De chemie heeft trouwens ook beperkingen, ik zou graag in het buitenland fotograferen, maar de chemicaliën krijgt ik het vliegtuig niet in.”

voor nog andere problemen. Zo kunnen modellen niet heel lang stil blijven zitten. Om ze daarmee te helpen gebruikt Timmermans een speciale hoofdsteun die het hoofd fixeert. Hij is 160 jaar oud en hij heeft hem ooit in Parijs gekocht. Het apparaat is speciaal voor dat doel gemaakt en is een van de weinige complete hoofdsteunen die er nog zijn. Het natte plaat proces is niet altijd gemakkelijk. “Soms vervloek ik het proces. Je bent van zoveel dingen afhankelijk. De apparatuur, de chemie, het weer. Vooral dat laatste is snel een spelbreker. Regen is niet handig, maar te mooi weer zorgt voor te snelle sluitertijden en ik kan alleen maar belichten door de dop van de lens af te halen. Dus te korte belichtingstijden zijn niet werkbaar. Je moet alle handelingen goed beheersen. Je moet over elk detail van tevoren nadenken. En omdat elke glasplaat bewerkelijk en kostbaar is denk je wel tien keer na voordat je de foto’s maakt. Eigenlijk moet je gek zijn om met dit proces te werken. Mijn assistent zou zelf nooit met dit proces aan de slag gaan, heeft hij me ooit toevertrouwd. Dat komt ook door het formaat dat ik gekozen heb: 11x11 inch, dus bijna 30x30 cm, dan heb je dus een behoorlijk flinke glasplaat vast.”

Schaarste Hoofdsteun De lange belichtingstijden zorgen

In 2012 is Alex Timmermans begonnen met het natte plaat procedé. Met


ANALOOG analoog

een productie van zo’n 7 á 8 beelden per jaar betekent dat dat hij sindsdien niet veel meer dan 50 foto’s heeft gemaakt. Van elk beeld zijn in verschillende formaten 27 foto’s te bestellen. De werken worden verkocht via tien galeries, voornamelijk in Noord-Amerika en Europa. Dit betekent dat er schaarste kan optreden in de beelden van Timmermans. “Meerdere beelden zijn inmiddels uitverkocht. Dat is een luxe-probleem natuurlijk. Het is verleidelijk om nog een vergelijkbaar beeld te maken. Maar dat doe ik niet. Uitverkocht is uitverkocht.” Het werk van Timmermans sloeg al vrij snel aan. Een combinatie van kwaliteit en, volgens Timmermans zelf, ook geluk. “Ik had niet lang nadat ik met dit proces was gestart een galerie in Nederland. Op een gegeven moment werd ik door twee galeries uit de Verenigde Staten benaderd die mijn werken hadden gezien. Ik twijfelde om te gaan samenwerken en daarin te investeren. Mijn model en goede vriend zei toen: ‘Wat heb je te verliezen? Doe het.’ Een van die galeriehouders wilde mijn werk op Paris Photo LA. Dat is niet echt gemakkelijk en ik dacht dat ik er niets meer over zou horen. Maar twee weken later kreeg ik bericht dat mijn werk daar geaccepteerd was. Dat heeft me veel gebracht en veel in gang gezet. Mijn werk is daarna op festivals in Nederland, Turkije en Colombia gepresenteerd en ook wereldwijd op verschillende art fairs. De fotografie heeft me op veel mooie plekken gebracht en ik heb er veel mensen door mogen ontmoeten.”

Humor Uniek aan het werk van Timmermans is de humor. Er zijn weinig fotografen die humor in hun foto’s verwerken, en al helemaal niet fotografen die met een edel procedé werken zoals hij. Zijn foto’s hebben een 19e-eeuwse sfeer. Dat zit in de techniek en in het filmische van de beelden. De beelden doen ook denken aan films van Charlie Chaplin en Buster Keaton. Zien we de fantasiewereld van Alex Timmermans? “Nee, niet per se. Maar

© Alex Timmermans, Rhapsody in Black

ik zoek wel naar iets raars, iets vervreemdend in mijn foto’s. Ik maak graag beelden die iets onmogelijks hebben. Mijn inspiratie komt vaak van muziek, de titel van een boek, maar het kan ook de locatie of een object zijn waar ik iets mee wil. Uiteindelijk moeten al die elementen op zijn plaats vallen. Het kan soms een jaar duren voordat ik het idee helemaal compleet heb in mijn hoofd. De struisvogel heeft twee jaar in mijn studio gehangen voordat ik wist wat ik ermee wilde doen. Nu staat er een oude botsauto in mijn studio. Daar wil ik ook nog wel eens iets mee doen. Ja, ik heb veel opslagruimte nodig.” Als het concept en de attributen er zijn, is er nog geen foto. Tijdens het

maken zijn er heleboel details die een rol spelen om tot het uiteindelijke beeld te komen dat Timmermans voor ogen heeft. “Bijvoorbeeld, het idee van de vleugel op het water. Op de dag van de fotosessie ging alles goed. De vleugel en het model stonden op hun plaats, het weer, de chemie, alles werkte mee. Dan is het nog de grote uitdaging om de beweging in het beeld te krijgen, de suggestie dat de man aan het spelen is. Met een lange belichtingstijd moet die hand ook weer niet te snel bewegen, want dan zie je niets meer. Ik heb die dag vier platen gemaakt, vier opnamen om te zorgen dat er precies de goede beweging in zit. Als dat lukt ben ik een gelukkig man.”

71


Pf Fotografie Magazine: voor iedereen met een passie voor fotografie

8

1 jaar nummers

â‚Ź 39,99

nu met 2 extra nummers

Pf.nl/abonneren


DE NIEUWE STANDAARD IN SYSTEEMCAMERA’S

FOTO: HIENZ ZAK | HEINZZAK.COM

BIJ AANSCHAF VAN EEN VG-XT4 i.C.M. EEN X-T4* 02.11.2020 t/m 17.01.2021

*Meer informatie in de winkel of online. Algemene voorwaarden zijn van toepassing.

26.1 MEGAPIXEL | X-TRANS CMOS 4 SENSOR | X PROCESSOR 4 | GROTE ELEKTRONISCHE ZOEKER PROFESSIONELE VIDEO RECORDING IN 4K | 4:2:2 10-BIT | IBIS TOT 6.5 STOPS

FUJIFILM-X.COM

73


Ian Brown - American Dreams Wat is er in het diep verdeelde Amerika nog over van de ‘American Dream’? Of beter: wat behelst dat begrip vandaag de dag voor de zeer diverse Amerikaanse bevolking? De Canadese fotograaf Ian Brown zocht het uit en paarde een selectie van 170 portretfoto’s aan handgeschreven persoonlijke toelichtingen. door Rob Becker

Halverwege de jaren ‘90 reisde Ian Brown per auto voor het eerst daadwerkelijk én bewust ‘door’ de Verenigde Staten. Tot dan toe was hij alleen wel eens ‘s winters naar familie in Florida gevlogen. Met de blik van een Canadese buitenstaander zag hij grote sociale en economische verschillen: de Staten van zijn benedenburen bleken allerminst ‘Verenigd’. Toen bij de presidentsverkiezingen van 2000 (Bush vs. Gore) door kandidaten, media en adverteerders in toenemende mate de oude, haast mythologische term American Dream van stal werd gehaald, ontwikkelde Brown een fascinatie voor de verwachtingen, hoop en ironie die in dit begrip verborgen zitten. Hij vroeg zich af wat deze droom, die niet in de grondwet, noch in enig ander officieel document is beschreven, nu eigenlijk inhoudt. En hoe kan het dat een premisse als de American Dream voor een heel land geldt?

Getuigenissen In 2006 besloot Brown ter plekke te gaan onderzoeken wat er nog over was van die American Dream door willekeurige mensen ernaar te vragen en ze daarbij te fotograferen. Het bleek geen onmiddellijk succes: de Amerikanen voelden zich overvallen en aarzelden om zich uit te spreken. Sleutel om het project vlot te trekken, en hun ideeën over de American Dream en het leven in de Verenigde Staten meer valide te maken, bleek het verzoek die op te schrijven. De naast de foto’s afgedrukte handgeschreven getuigenissen doen denken aan het pionierswerk van Jim Goldberg: die

74 | #8 2020

© Ian Brown

laat al sinds het begin van zijn carrière (zo’n 45 jaar geleden) mensen die hij portretteert iets over zichzelf op de polaroid of foto schrijven. Deze persoonlijke ‘tweede laag’ – de geportretteerde levert vanuit zijn positie meteen commentaar – maakt ook dit project sterk: de toelichtingen in uiteenlopende handschriften zorgen voor een grotere betrokkenheid van de kijker. Soms zijn het weinig woorden (“My American Dream is to have running water”), dan weer hele epistels. De variatie in stijl is groot: van gevat in een gedicht tot in het Spaans, en afwisselend boos, berustend, blij of bedroefd.

Compassie Brown heeft geen half werk geleverd. Voor zijn grotendeels analoge portretten reisde hij door alle 50 staten van Amerika: een afstand van opgeteld ruim 80.000 mijl, verdeeld over dertien jaar. Slechts enkele portretten zijn close-up, of binnenshuis gemaakt. Brown positioneert de mensen in hun meestal rurale of suburban leefomgeving. Het is gedegen, smaakvolle, mooi belichte fotografie, doorgaans bij bestaand licht en soms ingeflitst. Hoe fraai ook: de kijk op de Amerikaanse samenleving wordt er door de getuigenissen bepaald niet optimistischer op. Het zwaartepunt van het boek ligt immers bij mensen


BOEKEN

die het in economische en/of sociale zin moeilijk hebben: alleenstaande moeders, oorlogs­ veteranen, mensen die onder de armoedegrens leven, gevangenen, vuurwapenfetisjisten, vluchtelingen, mensen die worstelen met opiatenverslavingen, en opvallend veel gekrenkte native americans. Browns foto’s tonen empathie en compassie door de manier waarop hij de mensen optimistisch of gedesillusioneerd, tevreden of in tranen, gevangen of onafhankelijk, maar altijd waardig portretteert.

Fantasieloos Hoe overtuigend het project ook is, het fysieke boek doet net te weinig recht aan deze lovenswaardige serie. Het grafisch ontwerp is functioneel maar wat fantasieloos. Meest frivool is een incompleet tekstfragment in UV-lak op de voorkant, maar dat voelt er een beetje met de haren bijgesleept. Het drukwerk is niet altijd optimaal: gezichten en huidtonen ogen soms vreemd vlak en contrastarm. De binding is goed, alleen het papier is aan de dunne kant. Maar dat is gezien het grote aantal pagina’s een budgettair te verdedigen keuze.

Ian Brown, American Dreams, uitgeverij Ten Speed Press/Penguin Random House, 368 pagina’s, gebonden, 28,5 x 22 cm, hardcover, kleur en zwart-wit, Engels, € 35,00

Heleen Peeters - Horse

Rankin - Pl>y

Heleen Peeters bewijst dat je over een obscuur onderwerp als hippofagie – het eten van paardenvlees – een fantastisch fotoboek kunt maken. Ze bereisde tien landen in CentraalAzië, Noord- en Zuid-Amerika, en Oost- en West-Europa, en maakte een documentaire reeks over gebruiken en taboes rond paardenvlees en de geschiedenis en actuele status van de lokale paardensoorten. Peeters schreef er teksten bij met paardenvleesrecepten en fijne weetjes: “In Kirgizië speelt men Kökbörü: rugby te paard waarin teams van twaalf ruiters een dierenkarkas in het doel van de tegenstander proberen te gooien.” Door stijlvolle, onopdringerige en precieze fotografie met mild contrast en kleurgebruik weet ze het onderwerp aanstekelijk te brengen. Veel foto’s hebben door afgebeelde ouderwetse slagerijtjes en paarden en ruiters in weidse, dan wel winterse landschappen iets nostalgisch; het is de moderne apparatuur in cleane slachthuizen die de actualiteit verraadt. Bonus zijn subliem drukwerk en ontwerp van het boek: fraai mat papier, uitgesproken typografie, ondersteunende historische beelden, sterke lay-out en een geavanceerde binding met open rug en slim gesneden extra kaft, met daar ingestoken een apart katern met alle naar het Nederlands vertaalde tekst. Een van de beste fotoboeken van 2020.

De Britse portret- en modefotograaf, filmer en bladenmaker Rankin bracht al een brede plank fotoboeken uit, maar dit is het eerste met louter portretten van muzikale artiesten. Je zou zo’n bundeling veel eerder verwachten. De (vanaf 1991) door hemzelf opgerichte en gedirigeerde c.q. geproduceerde succestijdschriften – Dazed & Confused, AnOther Magazine, Hunger – verbeelden immers actuele mode, kunst en cultuur waarbinnen (pop)muziek altijd een nadrukkelijke rol speelt. In Pl>y (met slim typografisch gebruik van het afspeel-symbool in de titel) is de tijdschriftenmaker in Rankin nadrukkelijk aanwezig. In zijn schijnbaar eenvoudige ontwerp gebruikt de gerenommeerde Jonathan Barnbrook overdreven grote Italic kapitalen, veel witruimte en experimentele typografie. Rankins fotografie is blits: veel studiowerk en (ring)flitslicht en uitbundige, soms kunstzinnige make-up. De invloed van David Bailey – Rankins held – is zichtbaar: de fotografie is Brits-ondeugend, technisch vlekkeloos, swingend en sexy, zij het veel braver en minder uitgesproken dan in Rankins meeste andere boeken. Zes hoofdstukken beslaan de 25 jaar van zijn eerste shoot ooit voor een platenlabel met Björk (1994) tot die met Celeste voor Hunger (2019). De slappe kaft en het bescheiden formaat bladeren prettig (als een tijdschrift!) en Rankin hield de prijs laag “opdat het boek ook voor een jonge generatie betaalbaar blijft”.

Heleen Peeters, Horse, uitgeverij The Eriskay Connection, ontwerp: Rob van Hoesel, gebonden, open rug, los gevouwen omslag, 20 x 30,5 cm, 232 pagina’s, kleur, Engels met inlay Nederlandse tekst, € 40,00

Rankin, Pl>y, uitgeverij Rizzoli, 208 pagina’s, 21,6 x 26 cm, paperback, kleur, engels, € 35,00

75


Billboards over depressie In Nederland hebben jaarlijks circa een miljoen mensen last van depressie. Volgens voorspellingen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) wordt het volksziekte nummer één. Producent Mirjam Bekker-Stoop (van de stichting Open mind) en fotograaf Linelle Deunk zagen hoe hun dochters vochten met hun demonen, maar ook hoe ze ermee leerden omgaan. Zij besloten hun eigen ervaringen te delen, en dit aan te vullen met verhalen van anderen. Ze reisden door Nederland om een zo divers mogelijke groep jonge ‘ervaringsdeskundigen’ te portretteren en hun verhalen op te nemen. door Jeroen Jazet

‘OPEN over depressiviteit’ is een uitermate persoonlijk project van Bekker-Stoop en Deunk. Uit de ervaringen met hun dochters zagen ze het taboe dat rond de ziekte heerst, en het onbegrip. “Als je een been breekt word je direct geholpen, maar als je depressief raakt, loop je tegen allerlei muren aan”, vertelt Bekker-Stoop. “De wachtlijsten zijn enorm, de hulpverleners wisselen elkaar af, telkens opnieuw moet je het hele verhaal opnieuw doen. Bovendien wordt er niet over depressiviteit gesproken. Een van de jongeren die we geportretteerd hebben werd ontslagen toen hij aangaf depressief te zijn.”

Taboe Uit onderzoek blijkt dat één op de vijf jongeren te maken krijgt met een depressie. Daarmee krijgt deze groep zelfs vaker met depressiviteit te maken dan volwassenen. Vooral jongeren stellen dat er een groot taboe op rust om erover te praten. Om dit te veranderen wil Open mind het thema bij het grote publiek onder de aandacht brengen en beter bespreekbaar maken. Het werd een bijzondere reis waarin BekkerStoop en Deunk gevoelige, maar vooral verrassend sterke jonge mensen spraken, waarvan ze ontzettend veel leerden. In persoonlijke portretten en verhalen vertellen zij hoe zij hun depressie erva-

76 | #8 2020

ren, hoe ze hiermee omgaan en wat hun omgeving daarin betekent.

deze manier zijn ze ineens onder ons in de openbare ruimte.”

In totaal zijn er dertig portretten gemaakt, in woord en beeld. De foto’s van Deunk zijn puur en eerlijk geschoten. Ze maakte ze in daglicht (met soms het silhouet van de fotograaf in de ogen zichtbaar), waarbij de mensen met een schijnbaar uitdrukkingsloos gezicht in de camera kijken. De ogen staan centraal en verraden vaak de onderliggende levenservaring. Deunk koos ervoor de mensen zonder kleding en zonder achtergrond te fotograferen. “Ik wilde daarmee laten zien dat het iedereen zou kunnen zijn”, vertelt ze. “De portretten laten een doorsnee van de samenleving zien.”

De afgelopen tijd stond de rij billboards onder andere in het Vondelpark in Amsterdam; inmiddels is het geheel verplaatst naar het stadsplein in Eindhoven. ”We laten door de grote foto’s op drukbezochte plekken letterlijk zien: je mag er zijn als je depressief bent”, aldus Bekker-Stoop. Logistiek gezien heeft dit rondtrekkende circus nogal wat voeten in de aarde. “We hebben een grote vrachtwagen met aanhanger die de billboards vervoert van de oude naar de nieuwe locatie. Dat is bewerkelijk, maar daardoor ook uniek en opvallend.”

Reizende tentoonstelling Het resultaat van het gezamenlijke project is een bijzondere tentoonstelling geworden, die uit maar liefst vijf uitingen bestaat. Zo is er een reizende buitententoonstelling, bestaande uit zestien enorme billboards met daarop de dertig portretten en een uitlegbord. Als voorbijganger kun je er bijna niet omheen om ze te bekijken en te lezen. “Dat is natuurlijk een bewuste keuze”, aldus Deunk. “We willen het gesprek op gang brengen, de discussie starten. Maar vooral de mensen met een depressieve achtergrond een gezicht geven. Op

Zorgcentra Daarnaast is er een reizende binnententoonstelling, zeg maar de klassieke expositie. De locaties zijn dan weer verre van klassiek; de werken hangen onder meer in zorgcentra. “We proberen ons met de binnententoonstelling te richten op de specifieke doelgroep waar de problemen liggen”, aldus BekkerStoop. “Hopelijk halen we ook bij hen het taboe eraf als ze de expositie zien.” Helaas is het binnen momenteel lastig exposeren vanwege de corona maatregelen. “Normaal gesproken proberen we in de stad waar we buiten exposeren ook een bijpassende binnenlocatie te vinden, maar de gemeente


PRESENTATIE presentatie

© Miriam Bekker-Stoop, de billboards van ‘OPEN over depressiviteit’ in het Vondelpark.

Eindhoven vindt dat, heel begrijpelijk, momenteel niet verantwoord. Hopelijk kunnen we in het voorjaar wel weer binnen terecht.”

Korte films en podcast Bij de buitententoonstelling staan QR codes op de billboards. Die leiden naar video’s van Deunk, die overigens ook op Vimeo te bekijken zijn. De korte films zijn bewegende varianten van de foto’s, met daaronder ingesproken tekst van de geportretteerden. De impact hiervan is weer anders dan wanneer je de foto’s bekijkt en de teksten leest.

Dan is er nog een fotokrant, waarin de foto’s paginagroot gepresenteerd worden. “Deze verspreiden we via gemeentehuizen, zorginstellingen en kapsalons. Dat zijn plekken waar eenzame mensen komen, en daarmee bereiken we hen ook zelf”, aldus Bekker-Stoop. Tot slot is er nog een podcast, waarin Deunk en Metter-Stoop hun beweegredenen uit de doeken doen en slachtoffers aan het woord komen. “We wilden het echt zo breed mogelijk insteken, zodat we een heel diverse doelgroep zouden bereiken. Multimediaal werken is daarvoor

dan uitermate geschikt.” Open Mind werkte al op eenzelfde manier met exposities over onder andere mensenhandel en seksueel geweld. Het geheel moet minstens een jaar gaan rondtrekken. Metter-Stoop: “Na Eindhoven komen we onder andere nog in Leiden, Utrecht, Almere, Zeeland, eigenlijk overal.” www.stichtingopenmind.nl www.heyhetisoke.nl

77


Sony A7C: compacte fullframe Het gebeurt niet vaak dat een fabrikant komt met een nieuw type camera. Sony deed het in 2013 en veroorzaakte een revolutie in cameraland met de introductie van de A7 en A7R. Inmiddels zijn we zeven jaar verder en alweer toe aan het twaalfde model in deze reeks met de A7S III. Samen met de A7 III, de A7R IV en de A9 II vormen ze een familie van camera’s die op het eerste gezicht nauwelijks van elkaar te onderscheiden zijn. De nieuwe Sony A7C is duidelijk anders. Het is een camera die op papier opwindend en teleurstellend tegelijk is. Maar hoe is hij in de praktijk? door Jan Paul Mioulet

Wat de A7C bijzonder maakt, zijn vooral zijn vormgeving en afmetingen. Waar de andere A7-modellen lijken op een traditionele spiegelreflex, heeft de A7C een zogeheten meetzoeker vormgeving met een bijna vlakke bovenkap en een zoeker op de linkerschouder. De overige A7 modellen zijn zeker niet groot, maar de A7C is nog beduidend kleiner. Sony claimt zelfs dat het de kleinste full frame spiegelloze systeemcamera is. Daar horen dan wel wat disclaimers bij, zoals: met ingebouwde beeldstabilisatie, of met een zoeker. De Sigma FP is namelijk nog iets kleiner, maar biedt dan ook niet alles dat de A7C heeft. De A7C heeft de vormgeving en uitstraling van Sony’s APS-C modellen. In de hand voelt hij wel wat steviger en forser dan bijvoorbeeld een A6600, vooral door de extra dikte van de body. Vergeleken met andere full frame camera’s is de A7C inderdaad erg compact. Wat de camera helemaal af maakt, is de nieuwe, inschuifbare kitlens, de Sony EF 28-60mm F4-5.6. Anders dan de oude FE 28-70mm F3.5-5.6 is de nieuwe zoom optisch echt goed en al bij volle opening scherp in de hoeken. In combinatie met de beproefde 24 megapixel sensor die we ook kennen van bijvoorbeeld de A7 III, levert de A7C de beeldkwaliteit die je verwacht van een full frame, maar dan in een handzame verpakking en met een gewicht van nog geen 700 gram voor camera en objectief samen. En waar het objectief grotendeels van kunststof is, geldt dat niet voor de camera. Die is vrijwel geheel uit een enkel stuk metaal gemaakt. Wat een bekend computermerk een unibody noemt.

78 | #8 2020

© Sony A7C met de 28-60 mm lens

© Sony A7C bovenaanzicht


TECHNIEK Techniek

Zowel de camera als het objectief zijn ook nog eens weerbestendig en de camera is zelfs pas het tweede model, na de A7S III, met een volledig draai- en kantelbaar scherm. Tot zover het goede nieuws.

Niet aanraken Dat laatste, dat draaibare scherm, wekte de verwachting dat de camera een soort mini-A7S III zou zijn, inclusief het volledig nieuwe menu van de A7S III, mogelijk zelfs 10 bit video en volledige touchbediening. Dat is helaas niet het geval. De menu’s op de A7C zijn niet aanraakgevoelig. De A7C heeft onderhuids veel overgenomen van de A7III, van de goede sensor tot de processor en de veel bekritiseerde menu’s. Maar waar de A7 III nog de mogelijkheid biedt om het menu te vermijden door een aantal functietoetsen te programmeren, ontbreken extra functieknoppen vrijwel geheel op de A7C. Op de A7C ontbreken ook het voorste instelwiel en de AF-joystick van de A7 III en het verplaatsen van autofocusvelden via aanraking van het scherm lijkt op de A7C wat minder gevoelig dan op andere recente A7-modellen. Wat op een zo compacte camera ook geen verrassing zal wekken, is de vrij magere zoekervergroting van 0,59x. Ter vergelijking: de Sony A7 III heeft een vergroting van 0,78x. De zoekerresolutie is op beide gelijk: 2,36 miljoen beeldpunten. Naar moderne maatstaven is dat inmiddels bescheiden. Het is de helft van wat de A7R IV biedt en bijna een kwart van het aantal beeldpunten van de A7S III. Zou de A7C een paar maanden voor de A7S III zijn geïntroduceerd, dan zou het enthousiasme over de afmetingen en het nieuwe scherm groter zijn geweest. Na de introductie van de A7S III, die duidelijk laat zien wat de toekomst van het A7-systeem wordt, lijkt de A7C een camera vol gemiste kansen. Maar voelt dat ook zo in de praktijk?

Real Time Tracking De Sony A7C is niet helemaal een A7 III in een kleinere verpakking. Het grootste verschil tussen beide modellen is de Real Time Tracking

© Jan Paul Mioulet, opname met de Sony A7C en de 28-60mm, 1/160, f/8.0, ISO 100, 36 mm

autofocus, die Sony pas na het uitbrengen van de A7 III heeft ontwikkeld. En dat maakt veel verschil in het gebruik. Dankzij dit systeem is het verplaatsen van het autofocuspunt veel minder nodig, omdat de camera dat vaak feilloos zelf kan. Scherpstellen is hiermee een kwestie van het (middelste) autofocuspunt op het onderwerp richten, de AF-On knop indrukken en de camera verdraaien om de

compositie te bepalen. De Real Time Tracking zorgt er ondertussen voor dat het gekozen onderwerp scherp blijft, hoe je de camera ook beweegt. Deze manier van werken ondervangt het ontbreken van de joystick. Overigens is het mogelijk om het instelwiel op de achterzijde te gebruiken als joystick, door eenmaal op de Set-knop te drukken. Meer zaken vallen in de praktijk reuze mee. Het ontbreken van het voorste

79


© Jan Paul Mioulet, opname met de Sony A7C en de 28-60mm, 1/25, f/5.6, ISO 800, 46mm

instelwiel is enkel onhandig voor wie volledig handmatig wil werken. In de (semi)automatische standen is het achterste instelwiel in combinatie met de aparte draaiknop voor de belichtingscorrectie voldoende. De geringe zoekervergroting heeft als voordeel dat de zoeker behoorlijk scherp oogt en er is er goed mee te werken. Alleen brildragers zullen er een probleem mee hebben, omdat je je oog dicht bij de camera moet brengen om het hele beeld te overzien. De kleine body voelt heel degelijk en ligt fijn in de hand, ook al is de ruimte tussen grip en objectief wat klein. En de batterij, met een CIPA-score van 740 opnames bij gebruik van het scherm en 680 bij gebruik van de zoeker, houdt het gemakkelijk een hele dag vol. De camera heeft een USB-C poort die gebruikt kan worden om de batterij bij te laden en het klepje aan de linkerkant voor de geheugenkaart is ook handig. Sony heeft er gelukkig niet voor gekozen om de SD-kaart niet naast de accu te plaatsen, waardoor hij onbereikbaar zou zijn wanneer de camera op een statief of een gimbal gebruikt wordt.

80 | #8 2020

Voor fotografen en vloggers Sony promoot de A7C nadrukkelijk als vlogcamera. Dankzij het draai- en kantelbare scherm is dit een prima camera om mee te vloggen of andere videocontent mee te creëren. Door het lage gewicht en de kleine afmetingen past de A7C zelfs op een lichte gimbal als de Zhiyun M2. De A7C is bruikbaar met de digitale microfoons van Sony, die geen kabel nodig hebben, hij heeft een koptelefoonuitgang en er is een handgreep leverbaar die via Bluetooth de camera aan kan sturen. De A7C kan filmen in HLG (hybrid log gamma) en slowmotion filmen in Full HD tot 120 beelden per seconde. De camera registreert de data van de gyroscopen van de beeldstabilisatie, waardoor opnames naderhand nog elektronisch kunnen worden gestabiliseerd met Sony’s Catalyst Browse software. Maar het had nog mooier gekund. Al is voor YouTube content 8 bit meestal voldoende, met video in 10-bit zou de camera beter hebben gepresteerd in S-log3 en een groter dynamisch bereik hebben aangekund. Wat, alweer na de introductie van de A7S III, meer

steekt is dat het wisselen tussen fotografie en film op de A7C nog altijd een vrij omslachtig proces is. Waar beide functies op de A7S III strikt gescheiden zijn en eenvoudig het verdraaien van de keuzeknop boven op de camera van film naar M, A, S of P voldoende is, onthoudt de A7C alle keuzes als Picture Profile 7, APS-C en langzame autofocus of handmatige scherpstelling ook bij het wisselen van film naar fotografie en moeten al die instellingen handmatig worden terug gezet. De A7C is dus een goede camera om mee te filmen of om mee te fotograferen, maar niet om beide activiteiten af te wisselen. En voor wie ermee wil vloggen, is de 28mm groothoek van de zoomlens ook niet echt voldoende. Het is daarom te hopen dat Sony naast de FE 28-60mm F4-5.6 nog een compacte, inschuifbare groothoekzoom of telezoom uitbrengt zodat je als fotograaf over een hele set kan beschikken die makkelijk mee te nemen is. Al met al blijkt de A7C een prima camera voor wie wel de kwaliteit wil van een full frame camera, maar niet (altijd) de afmetingen of het gewicht.


Zonder titel, 2020 © Popel Coumou, courtesy TORCH gallery.

Reserveer kaarten op fotomuseumdenhaag.nl

07 nov 2020 ——— 18 apr 2021

Popel Coumou PAPIER EN LICHT


Colofon Pf Fotografie Magazine Jaargang 37 Redactie: Pf Fotografie Magazine Postbus 595 3700 AN Zeist T : + 31(0)30-69 20677 E : redactie@pf.nl W : www.pf.nl Hoofdredacteur: Ton H ­ endriks ­ E: thendriks@virtumedia.nl T: +31(0)20-6144456 Eindredactie: Martijn van Lieshout Redactiemedewerkers: Rob Becker, Diana Bokje, Edo Dijksterhuis, Naomi Heidinga, Claire Hoogakker, Merel Huisink, Astrid Hulsmann, Jeroen Jazet, Pieter van Leeuwen, Evelien Lindeboom, Jan Paul Mioulet, Werner Pellis, Elsje van Ree Marketing: Rob van der Linden T : +31(0)30-3031295 E : rvanderlinden@virtumedia.nl Sales: Henk Lorsé T : +31(0)30-6933192 E : hlorse@virtumedia.nl W : www.pf.nl/adverteren Traffic Virtùmedia E: traffic@virtumedia.nl Abonnementen: Abonnementen kunnen ieder moment ingaan. Opzegging dient telefonisch, schriftelijk of per mail, minimaal twee maanden voor het einde van de abonnementsperiode te geschieden. Abonnementsgeld dient vooruit te worden betaald. Voor betaling per factuur rekenen wij een toeslag van € 4,45. Uw abonnement wordt steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Virtùmedia legt van abonnees gegevens vast voor de uitvoering van de (abonnements)overeenkomst. Deze gegevens kunnen gebruikt worden om u te informeren over relevante diensten en producten. Abonnementsprijzen Jaarabonnement Nederland € 105,50 | Jaarabonnement België € 119,50 Studentenabonnement € 49,75 | Studentenabonnement België € 54,75 Abonnementen voor overige landen op aanvraag. Abonnementenadministratie: Virtùmedia abonnementenservice T: +31(0)85 0407400 E: klantenservice@virtumedia.nl Verschijningsfrequentie: 8 keer per jaar Grafische vormgeving: Twin Media | Joke Boer Druk: Veldhuis Media BV, Raalte © Copyright 2020 Virtùmedia Leveringsvoorwaarden: www.virtumedia.nl Reproductie Alle rechten voorbeheouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/ of overgenomen in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs verklaren dat dit blad op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld, evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze ­instaan voor de juistheid en/of volledigheid van de informatie. Uitgever en a­ uteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die ­gebaseerd zijn op bedoelde informatie. Gebruikers van dit blad wordt met ­nadruk aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te gebruiken, maar af te gaan op hun professionele kennis en ervaring en de te gebruiken ­informatie te controleren. Uitgever: Pepijn Dobbelaer Uitgave van: Virtùmedia B.V. Postbus 595 3700 AN Zeist + 31 (0) 30 6920 677 info@virtumedia.nl www.virtumedia.nl

losse nummers: www.pf.nl/shop


30 PUBLICATIONS 14 COUNTRIES 10 LANGUAGES

Since 1991, the TIPA World Awards logos have shown which are the best photographic, video and imaging products each year. For over 25 years, the TIPA World Awards have been judged on quality, performance and value, making them the independent photo and imaging awards you can trust. In cooperation with the Camera Journal Press Club of Japan. www.tipa.com


Tamron staat al meer dan 70 jaar bekend om haar hoge kwaliteit objectieven. Speciaal voor de meest populaire Tamron staat al meer dan 70 jaar bekend om haar hoge kwaliteit objectieven. Speciaal voor de meest populaire mirrorless objectieven en APS-C Sony hoge E-mount camera's biedt Tamron Nederland nu een aantrekkelijk Tamron staat al meer voor dan Full-Frame 70 jaar bekend om haar kwaliteit objectieven. Speciaal voor de meest populaire mirrorless objectieven voor Full-Frame en APS-C Sony E-mount camera's biedt Tamron Nederland nu een aantrekkelijk winter voordeel. Bespaar totFull-Frame € 100,- op deze award winnende FE biedt objectieven: All-in-One 28-200mm mirrorless objectieven voor APS-C Sony E-mountTamron camera's Tamron de Nederland nu zoom een aantrekkelijk winter voordeel. Bespaar tot € 100,- opendeze award winnende Tamron FE objectieven: de All-in-One zoom 28-200mm F/2.8-5.6 Di III RXD, de ultra-groothoek zoom 17-28mm F/2.8 Di III RXD en de telezoom 70-180mm F/2.8 Di III VXD. winter voordeel. Bespaar tot € 100,- op deze winnende FE en objectieven: de All-in-One F/2.8-5.6 Di III RXD, de ultra-groothoek zoomaward 17-28mm F/2.8 Tamron Di III RXD de telezoom 70-180mmzoom F/2.8 28-200mm Di III VXD. Maak nu jouw van de deelnemende Tamron dealers vantelezoom dit tijdelijke cashbackF/2.8 voordeel. F/2.8-5.6 Di IIIkeuze RXD, bij de een ultra-groothoek zoom 17-28mm F/2.8 Dien III profiteer RXD en de 70-180mm Di III Deze VXD. Maak nu jouw keuze bij een van de deelnemende Tamron dealers en profiteer van dit tijdelijke cashback voordeel. Deze promotie looptkeuze van 15 november 2020 tot 15 januari 2021.dealers en profiteer van dit tijdelijke cashback voordeel. Deze Maak nu jouw een van de deelnemende Tamron promotie loopt van 15bijnovember 2020 tot 15 januari 2021. promotie loopt van 15 november 2020 tot 15 januari 2021.

NL

Ga voor alle details naar: www.transcontinenta.nl/promoties Ga voor alle details naar: www.transcontinenta.nl/promoties Ga voor alle details naar: www.transcontinenta.nl/promoties

Transcontinenta B.V. | Distributeur Tamron Nederland | www.tamron.nl Transcontinenta B.V. | Distributeur Tamron Nederland | www.tamron.nl

VOOR GRATIS 5 JAAR GARANTIE

REGISTER NOW FOR FREE REGISTER 5NOW YEAR FOR FREE WARRANTY 5 YEAR REGISTER 5years.tamron.eu WARRANTY NOW FOR FREE 5years.tamron.eu 5 YEAR WARRANTY

5years.tamron.eu

5years.tamron.eu

NU REGISTREREN NL

GRATIS NUVOOR REGISTREREN

NL

5 JAAR VOOR GRATIS GARANTIE 5 JAAR

NU REGISTREREN 5years.tamron.eu GARANTIE 5years.tamron.eu


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.