M A G A Z I N E N O V. 2 0 1 0
Tornado toerisme steeds populairder “Rijden, wachten en je kop houden�
Elektroshocktherapie Helemaal zo gek nog niet
Stormjagen voor beginners
“ik mag ook wel eens sturen�..........06
Elektroshocktherapie SCRIPTIES
Helemaal zo gek nog niet................10
Huis, tuin en keuken journalistiek Wie maakt het nieuws?..............................15
Lang leve de community Het nut van social media marketing.................18
Jimbo Knows Best.....................................21 Nieuws...............................................23 100 jaar dood........................................25 Boeken & zo..........................................26
Colofon United Academics Magazine Gratis tijdschrift voor alle leden van United Academics Website www.united-academics.org Hoofdredactie Anouk Vleugels
08
Eindredactie Elke Weesjes Redactie Bendert Katier, Kirsten Sleven Vormgeving Michelle Halcomb Marketing Director Ryan McLay Met dank aan: Annemiek Dols, Jan Sterenborg en Simon Wiersma
10
Adverteren Neem contact op via advertising@ united-academics.org Suggesties of vragen Neem contact op via redactie @united-academics.org
06
Redactieadres Warmoesstraat 149, 1 012 JC Amsterdam
Editorial
Desillusies Als kind beschikte ik over een klein stapeltje video’s. De films die erop stonden heb ik –mede omdat het maar zo’n klein stapeltje was- ieder zeker 15 keer gezien. Twee ervan zijn me bijgebleven: One Flew over the Cuckoo’s Nest (1975) en Twister (1996). Respectievelijk leerde ik twee dingen van deze films. 1: elektroshocktherapie is nooit leuk en 2: tornadojagers zijn sexy. Toevallig onderzochten we in dit novembernummer beide onderwerpen. Wat blijkt? Beide aannames waren fout. Elektroshocktherapie is wel degelijk leuk. Althans, voor mensen die langdurig depressief zijn en alle mogelijke medicatie wel zo’n beetje gehad hebben. De behandeling zelf gebeurt netjes onder narcose. Zonder dwangbuis. Zonder Nurse Ratched. Desillusie twee: tornadojagers. Doorgaans zijn deze ruwe bolsters 40+ en langdurig vrijgezel; een verdachte combinatie. Daarnaast hebben ze een ‘buitengewone interesse voor de Natuur’ en -al berust dit op mijn eigen vermoedens- all-youcan-eat steakrestaurants. Kortom: tornadojagers zijn niet sexy. Lees erover op pagina 6. Anouk Vleugels hoofdredacteur United Academics Magazine
“Creativity is so delicate a flower that praise tends to make it bloom, while discouragement often nips it in the bud. Any of us put out more and better ideas if our efforts are truly appreciated.”
ness is welcomed; quantity is wanted; and combination and improvement are sought”, aldus Osborn.
Zijn volgende boek Applied Imagination bouwt voort op deze regels en is inmiddels uitgegroeid tot het meest succesvolle handboek over creatieve denkprocessen. De kern van zijn theorieën? De scheiding van het proces van ideecreatie en “Lekker even brainstormen.” Het is een veel- ideeselectie. De brainstorm of ‘using the brain gebruikte kreet. Studenten, wetenschappers, to storm a problem’ is het proces van ideecrekunstenaars en schrijvers: iedereen past deze atie. De selectieprocedure vindt hierna plaats. techniek wel eens toe. Maar waar komt de brainstorm vandaan? Osborn is van mening dat iedereen twee geesten heeft: een wetende en een denkende In 1952 introduceerde Alexander Osborn de geest. “when it comes to thinking, let’s try to term ‘brainstormen’ in zijn boek Your Creative act as if we were two people – at one time, a Power: How to Use Imagination Hoewel hij als thinker and a producer of ideas; at another, a één van de grondleggers van het brainstormen weigher of ideas”. Volgens Osborn staat creatiwordt gezien, heeft hij deze technieken zelf viteit aan de wieg van alle kennis. Hij sluit zich niet ontwikkeld. Osborn baseerde naar eigen hierin aan bij Einstein die net voor zijn dood zeggen zijn ideeën op de 400 jaar oude nog de gevleugelde woorden: ‘Imagination is Indische Prai-Barshana techniek. Prai-Barsha- the fruit of creativity’. zou hebben gezegd. na betekent letterlijk ‘buiten jezelf vraag’ en werd toegepast door Hindu leraren. De ‘father of brainstorming’ overleed in 1966, maar zijn gedachtegoed leeft voort. WereldOsborn was directeur van een reclamebureau wijd worden mensen nog steeds geen merkte tijdens vergaderingen met zijn cre- stimuleerd door zijn overtuiging dat iedereen atieve team dat veel ideeën al werden bekrihet potentieel heeft om creatief te zijn. tiseerd voordat ze goed en wel werden uitgesproken. Hij kwam met vier grondregels die de basis van onze huidige brainstormmetho- diek vormt. “Judicial judgement is ruled out; wild-
ACHTERGROND Tekst: Anouk Vleugels
Stormjagen voor beginners "ik mag ook wel eens sturen" Violent Skies Tours, Weather Gods Inc. en Extreme Tornado Tours; het is zomaar een greep uit het groeiende aanbod reisbureaus dat gespecialiseerd is in storm chasing tours: het jagen op tornado’s. Recreatief stormjagen wordt steeds populairder en dat is niet zonder gevaar. “Binnenkort gaan er geheid een keer doden vallen.” Sinds de komst van de speelfilm Twister in 1996 en –meer recent- de real life serie Storm Chasers op Discovery Channel, is de interesse voor stormjagen aanzienlijk gegroeid. Vroeger was deze hobby alleen weggelegd voor meteorologen, maar tegenwoordig kan iedereen –voor zo’n 2300 dollar per week- op tornadojacht. De tours vinden doorgaans plaats in ‘Tornado Alley’: een gebied dat delen van Texas, Oklahoma en Kansas beslaat. Eeuwige singles Wie gaan er mee? Dr. Carla Barbieri en Dr. Sonja Wilhelm Stanis, aangesloten bij de afdeling Parks, Recreation & Tourism van de University of Missouri, onderzochten het fenomeen. “De meeste recreationele stormjagers zijn man (62%), vrijgezel (63%) en kinderloos (71%), wat waarschijnlijk te maken heeft met de risico’s die aan stormjagen verbonden zijn. Verrassender is dat de meeste participanten niet meer zo jong waren: de meerderheid is 35+ en 40% van de participanten is zelfs ouder dan 45.” Stormjager Simon Wiersma, die zich al zo’n zeven jaar bezighoudt met deze hobby, herkent zich redelijk in dit profiel. Hij is 51 en heeft geen kinderen. Toch vindt hij het stereotype van de stormjager als eeuwige single niet helemaal kloppen. “Veel maatjes die ik ont-
moet heb tijdens de tours, hadden kinderen en waren getrouwd. Het is misschien iets lastiger voor hen om zo’n vakantie in te plannen, maar zeker niet onmogelijk.” Hoewel Wiersma regelmatig vrouwen tegenkomt tijdens de chase, erkent hij dat stormjagen vooral een mannen-
ding is. “De meeste Nederlandse vrouwelijke chasers zijn meteorologen. Kijk maar naar Helga van Leur. Amerikaanse vrouwen doen het wel als hobby, maar blijven in de minderheid vergeleken met mannen.” Geen thrill seekers Het prototype stormjager is dus man, vrijgezel en zo’n 40 jaar oud. Maar waarom is hij – soms jaar achter jaar- bereid om een behorlijk bedrag neer te tellen voor een weekje tornado’s kijken? Volgens Barbieri en Wilhelm Stanis is dat niet per se een kwestie van waaghalzerij. “Ons onderzoek wees uit dat ‘Taking Risks’ niet zo’n sterke motivatie was voor de deelnemers als ‘Enjoying Nature’ en ‘Learning.’” Leren en observeren is belangrijker dan de spanning.” Brian Barnes, reisleider en eigenaar van StormTours.com, beaamt dit. “Hoewel onze gasten natuurlijk op vakantie zijn, komen ze vooral om dingen te leren. Onze tours zijn daarom deels mysterie, deels educatief
Sommige mensen willen de basistechnieken van het jagen leren, anderen zijn meer geïnteresseerd in het identificeren van verschillende weertypen.” De meeste recreationele stormjagers blijven dus op een veilige afstand van een tornado of zware onweersbui, ook wel supercell genoemd. Ook Wiersma beschouwt zichzelf niet als pure thrill seeker. “Wij proberen altijd buiten de bui te blijven en rijden er alleen doorheen als het echt niet anders kan. Zelf mag ik wel eens sturen, maar als het heftig wordt, ga ik mooi weer achterin zitten. De laptops bedienen enzo. Die gasten van Discovery Channel nemen veel meer risico, maar zijn naar mijn mening hartstikke fout bezig. Hun voorman Reed Timmer noemen we ook wel Dr. Death.” Doe-het-zelvers Wie dus denkt dat stormjagers een soort moderne cowboys zijn, heeft het mis. “Elke ochtend wordt er een target area uitgezocht door de reisleiders,” legt Wiersma uit. “Dat kan 20 kilometer van je hotel zijn, maar ook 1000 kilometer. Je zit tijdens zo’n tour dus vooral in de auto naar buiten te kijken of een boek te lezen. Rijden, wachten en je kop houden, dat is het idee.” Mede hierdoor organiseert Wiersma tegenwoordig vaker zelf tornadojachten met zijn chase buddies. “Op je eigen houtje gaan is natuurlijk veel leuker; dan bepaal je helemaal zelf wat je doet. Je moet wel een bepaalde basiskennis in huis hebben en over de juiste apparatuur beschikken, anders gebeuren er ongelukken. Je kunt niet van de één op de andere dag besluiten dat je stormjager bent.” Barnes juicht het doe-het-zelf stormjagen niet bepaald toe. “Nu stormjagen populairder wordt, komen we steeds jongere, onervaren mensen tegen tijdens het jagen. Met de huidige technologie is het namelijk erg makkelijk geworden om extreem weer te traceren; als je een laptop en internet hebt kom je een heel eind. Maar zonder ervaring en kennis blijft het een gevaarlijke hobby. Ik denk dat er zeer binnenkort een keer doden gaan vallen:
onervaren stormjagers die op het verkeerde moment op de verkeerde plek zijn en geen idee hebben hoe ze weg moeten komen.” Rotte appels Ook de groeiende commercie rond het stormjagen werkt niet bepaald mee. Tornadotoerismebureaus groeien als paddenstoelen uit de grond, waardoor het steeds drukker wordt in Tornado Alley. Wiersma vindt het maar niets. “We hebben verschillende tornado’s moeten laten schieten, omdat we tijdens de chase merkten dat er zo’n 120 man achteraanzat. Dan is er niks meer aan. En het brengt ook de nodige risico’s met zich mee: als het zo druk is op de weg kun je geen kant op als er iets misgaat.” Rivaliteit is er ook. Martin Lisius bijvoorbeeld, directeur van Tempest Tours, is niet erg te spreken zijn concurrenten. ‘Helaas zitten er een hoop rotte appels tussen. Via onze gasten horen we regelmatig horrorverhalen over andere bureaus.” Niet alleen de tornado’s, maar ook de aanwezige vrouwen zijn wel eens onderwerp van strijd; Wiersma herinnert zich een chase waarbij een vrouwelijk groepslid werd lastiggevallen door stormjagers uit andere groepen. “In plaats van tornado’s, stonden ze steeds dat meisje –een nogal knappe verschijning- te fotograferen. Dat vond ze niet leuk natuurlijk. Dus toen ben ik er wel op afgestapt, ja. Je moet zo’n meisje een beetje beschermen tussen al die kerels.” Rivaliteit of niet, uiteindelijk hebben alle stormjagers ook iets belangrijks gemeen: ze worden allemaal hitsig van een goede tornado of onweersbui. “Er is maar een klein groepje professionele stormjagers dat al net zolang meeloopt als ik,” legt Barnes uit. “Dus hoewel we niet altijd even vriendelijk tegen elkaar zijn, respecteren we elkaar wel. Uiteindelijk zijn zij toch de enigen die weten wat ik voel tijdens het stormjagen.”
Meer informatie Lees: Wetenschap achter het stormjagen Kijk: Interview Dr. Death Lees: Blog van Stormjager Simon Kijk: ‘Tornado Vacations?’
ACHTERGROND
Tekst: Elke Weesjes
Elektroshocktherapie In de afgelopen 20 jaar heeft elektroshocktherapie, tegenwoordig beter bekend als electroconvulsietherapie (ECT), een stille comeback gemaakt in de psychiatrie. De behandeling die vaak barbaarse associaties oproept, is nu een veeltoegepaste methode in de bestrijding van ernstige depressies. Toch kampt de methode –onterechtnog steeds met een negatief imago. Wanneer het onderwerp elektroshocktherapie aan de orde komt, denken veel mensen aan Jack Nicholson in One flew over the cuckoo’s nest (1975). De nare scène waarin een hevig stuiptrekkende Nicholson te zien is, heeft sterk bijgedragen aan de jarenlange stigmatisatie van ECT. Maar sinds de jaren ’90 is er sprake van een comeback; ECT is namelijk bijzonder effectief in de bestrijding van ernstige depressies. In Nederland is het aantal ECT-behandelingen daarom verveertigvoudigd in de afgelopen tien jaar. In ongeveer 70 % van de gevallen bleek de methode succesvol. De medische wereld juicht ECT daarom toe, maar lang niet iedereen is overtuigd. Tegenstanders vinden de behandeling nog steeds immoreel, onmenselijk en gevaarlijk. Opkomst en verval Electroshocktherapie werd in 1938 geïntroduceerd door twee Italiaanse neurologen om psychiatrische ziekten als schizofrenie, manie en depressie te behandelen. Deze grondleggers van de moderne ECT gebruikten elektriciteit, om zo epileptische insulten op te wekken. De behandeling bleek bijzonder effectief, maar de bijwerkingen vormden een probleem. Zo
gingen de toegediende stroomstoten gepaard met enorme spiertrekkingen, die botbreuken en andere verwondingen veroorzaakten. Deze problemen werden opgelost in 1948 toen de eerste spierverslappende middelen op de markt kwamen. Met de kwaliteitsverbetering van ECT nam ook de populariteit van de behandeling toe. In de jaren zestig raakte ECT in diskrediet. De behandeling werd misbruikt om lastige patiënten, als McMurphy in ‘One flew’, tot aangepast gedrag te dwingen. Ook de opkomst van psychofarmaca en groeiende twijfels over de effectiviteit van ECT resulteerden in een enorme daling van het aantal behandelingen. In het Nederland van de jaren ’70 en ’80 had ook de antipsychiatriebeweging veel invloed. Deze beweging stelde controversiële psychiatrische behandelingen, zoals shocktherapie en lobotomie, aan de kaak. Het verzet vond plaats op grond van morele overwegingen, schadelijke gevolgen of misbruik van deze methoden. Geïnspireerd door Michel Foucault en zijn beroemde werk Geschiedenis van de Waanzin, vroeg men zich af in hoeverre ‘geestelijk gezond’ en ‘geestelijk gestoord’ maatschappelijke constructies waren.
psychofarmaca en ECT als ‘de belangrijkste behandelmogelijkheden onder dwang’ genoemd. Volgens Pandora, een onafhankelijke stichting die zich inzet voor iedereen met psychische problemen, veroorzaakte deze richtlijn grote onrust onder patiënten. Er werden zelfs Kamervragen over gesteld. Dols legt uit dat het hier om een storm in een glas water gaat: “Jaarlijks worden er tussen de acht en twaalf patiënten onder dwang behandelt
Personal Collection of A. Dols
God spelen Hoewel de antipsychiatriebeweging als zodanig niet meer bestaat, zijn er nog steeds veel mensen die dezelfde vraag stellen: wie zijn wij om te beoordelen wat normaal en wat ziek is? Psycholoog Jan Sterenborg is een van hen. “We worden geconfronteerd met een groep mensen, waar men zich van afvraagt; ‘is er nog sprake van een menswaardig bestaan? Moeten we ingrijpen? Deze mensen vragen niet om hulp, maar wij voelen ons ongemakkelijk omdat deze mensen hele dagen uit het raam kijken. Waar halen we het recht vandaan om te zeggen dat wij inderdaad moeten ingrijpen? En wat zijn de motieven van de artsen die ECT toepassen? Daar hoor je niemand over. Willen ze God spelen?” Psychiater Dr. Annemiek Dols (GGZ inGeest, VUmc Amsterdam) vindt deze redenatie onzin. “Ik ben het niet eens met de insinuatie dat patiënten toestemming geven voor een ECT-behandeling, zonder te weten waar ze ja op zeggen. Daarmee zeg je eigenlijk dat alle psychiatrische patiënten geen individueel vermogen hebben om zelfstandig beslissingen te nemen. In onze kliniek gebruiken wij een stroomschema om te bepalen of iemand wilsbekwaam is. Zo ja, dan informeren wij de patiënt en zijn naasten volledig over de behandeling. Dus er is zeker geen sprake van God spelen.” ECT toepassen onder dwang komt wel voor, maar niet zo vaak als de media suggereren. Behandeling van psychiatrische patiënten onder dwang is niets nieuws, maar de toepassing van dit soort behandelingen moet goed onderbouwd zijn, vindt ook de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP). Om dit te kunnen waarborgen heeft deze vereniging twee jaar geleden de richtlijn ‘Besluitvorming dwang: opname en behandeling’ gepubliceerd. Hierin werden
met ECT. Waarom doen we dat? Omdat die mensen anders dood waren gegaan. Sommige patiënten zijn zo depressief, dat ze niet meer eten en drinken of suïcidaal zijn. In zulke gevallen brengen we gedwongen een sonde in en stellen, in samenwerking met een internist, vast hoelang de patiënt nog heeft. Wanneer dit nog maar enkele dagen of zelfs uren is, mogen we de dwangbehandeling starten.” Trial-and-error De grote effectiviteit van ECT heeft de behandeling dus weer terug op de kaart gezet. Want hoewel de methode bijna nooit de eerste keus is, heeft onderzoek uitgewezen dat ECT beter werkt voor ernstige depressies dan bijvoorbeeld psychofarmaca. Daarnaast is er de laatste jaren grondig onderzoek naar gedaan, waardoor de kwaliteit en veiligheid van de behandeling sterk zijn verbeterd. Maar hoe werkt het nou eigenlijk? Gek genoeg is de wetenschap ruim 60 jaar na de introductie van
ECT nog steeds niet veel wijzer. We weten dus dát het werkt, maar niet hóe. Voor de tegenstanders van ECT blijft dit onaanvaardbaar. “Ik ben tegen ECT omdat het niet theoretisch kan worden onderbouwd, verklaart Sterenborg. “Het is gewoon een trial-and-error situatie en deze werkwijze is fundamenteel fout. Die medicijnmannen denken dat ze zich van alles kunnen veroorloven op dit gebied.” Geheugenverlies De vraag die dus gesteld moet worden; heiligt het doel de middelen? Een bijwerking die sterk heeft bijgedragen aan het slechte imago van ECT, is geheugenverlies. Op websites als Stichtingpandora.nl en Shockmd.com delen patiënten hun persoonlijke ervaringen met ECT. Geheugenverlies is een terugkerend onderwerp. Ook kunstenares Julie Sloane onderging ECT. Zij erkent dat de behandeling geweldige resultaten oplevert in sommige gevallen, maar kreeg achteraf toch spijt van haar keuze voor ECT. “Na de behandeling was ik verward en gedesoriënteerd. Ik had acuut korte termijn geheugenverlies, al kwam het geleidelijk weer terug. Maar het lange termijn geheugenverlies was niet tijdelijk: hele stukken van mijn leven zijn weg. Ik kan niet onder woorden brengen hoe beangstigend dit is. Ik mis mijn herinneringen; ze waren een inspiratie voor mijn kunst”. Julie is niet de enige. Er zijn veel patiënten die problemen hebben met het zogenaamde autobiografisch geheugen. Toch is het onduidelijk in hoeverre dit gerelateerd is aan ECT. Sommige studies claimen dat maar liefst 42% van de patiënten blijvend geheugenverlies ervaren. Dols beaamt dat ECT tijdelijke ge-
heugenproblemen veroorzaakt. Toch kan het ook het vermogen om dingen te onthouden bevorderen. “Wanneer iemand heel erg depressief is, kampt die persoon vaak met geheugenproblemen. Dat hoort bij de depressie. Wij maken gebruik van een standaard vragenlijst voor en na de behandeling, waar mensen 30 punten op kunnen halen. Die wijzen uit dat ECT het geheugen juist verbeterd. De depressie gaat weg en de concentratie en aandacht verbeteren, waardoor hun testresultaten beter Personal Collection of A. Dols zijn na de behandeling.” ECT-patiënt ‘Anke’ herkent dit. Op de website van Pandora, schrijft ze: “Ik kreeg meerdere ECT’s, twee keer per week. Ik knapte heel erg op, het ging ineens een heel stuk beter. M’n wanen werden beter, ik kon helderder denken. Ik had wel korte termijn geheugenverlies, maar dat kwam gelukkig terug.” Patiënten die genezen van hun zware depressie, zoals Anke, nemen de bijkomende geheugenproblemen vaak voor lief. Men vergeet wel eens dat de patiënten die voor deze behandeling in aanmerking komen, zo depressief zijn dat er geen andere uitweg is. ,waardoor ECT vaak hun laatste strohalm is. Tegenstanders, zoals Sterenborg, zijn van mening dat ECT zelfs als laatste redmiddel niet toegepast mag worden. Hij vindt dat ECT veel te gemakkelijk wordt voorgeschreven door overenthousiaste psychiaters. “Ik wil best de dialoog aangaan met een voorstander van ECT, maar laat hem of haar dan eerst zelf debehandeling maar eens ondergaan. En laten we dan maar eens afwachten of de persoon in we dan
maar eens afwachten of de persoon in kwestie nog steeds even enthousiast zal zijn.” Het is duidelijk dat Sterenborg een kloof ziet tussen arts en patiënt. Dat artsen wel degelijk oprecht in ECT geloven en daarom ook zelf de behandeling willen ondergaan in geval van depressie blijkt uit het persoonlijke verhaal van Sherwin Nuland. Deze chirurg onderging ECT in de jaren zestig. Sinsdien is hij een fervent voorstander. Zonder dwangbuis Het negatieve imago van ECT is hardnekkig. Volgens Dols is het de negatieve beeldvorming deels te wijten aan de manier waarop de media over deze behandeling berichten. Als er aandacht aan ECT geschonken wordt op televisie of in de krant, gaat dit altijd gepaard met beeldmateriaal uit de jaren ’30. De media noemen doorgaans de positieve aspecten van deze behandeling, zoals de hoge effectiviteit, minimale bijwerkingen en lage risico’s niet. In deze context zien we een groot contrast tussen wat er vanuit de medische wereld gepubliceerd wordt en wat er door leken wordt geschreven. De medische wetenschap is bijzonder positief; geneeskundestudenten worden overspoeld met succesverhalen, maar vaak worden de bijwerkingen van de behandeling en de impact van deze bijwerkingen op patiënten verwaarloosd. Het ontbreekt dan ook aan goede communicatie over ECT. “Het probleem is dat psychiaters vaak niet de moeite nemen om echt goed uit te leggen wat de behandeling inhoudt en waarom we het doen,” stelt Dols. Zij
vindt dan ook dat er meer transparantie moet zijn en betere voorlichting. Niet alleen aan patiënten en hun familie, maar aan iedereen. Daarnaast is het belangrijk dat er meer onderzoek gedaan wordt naar de bijwerkingen, zoals lange termijn geheugenverlies. Het beeld van de schuimbekkende gek in een dwangbuis is al lang niet meer representatief voor de ECT-patiënt. Sporadisch wordt de behandeling nog onder dwang toegepast; maar alleen wanneer het echt niet anders kan. Hoewel nog onduidelijk wat de behandelwijze precies doet in het brein, liegen de cijfers er niet om: electroconvulsietherapie werkt in veel gevallen. ECT-patiënt ‘Astrid’ omschrijft het als volgt op de website van Pandora: “ De nadelen van ECT wogen ruimschoots op tegen de ellende van een depressie. Tijdens een depressie verlies ik het leven; hele perioden zijn mij ontgaan, ontbreken in mijn geheugen.” Desondanks moeten we wel kritisch blijven, vindt ook Astrid. “Ik vind het lastig om positie te kiezen in de discussie voor of tegen elektroshocks. Ik besef dat ik er niet neutraal in sta, want bij mij werkt het goed. Maar ik wil de discussie wel openbreken en het voorbehoud ter discussie blijven stellen.”
Lees: ‘ECT. Indicaties, effectiviteit, veiligheid en bijwerkingen’ (Annemiek Dols) Lees: ‘Shock Therapie’(Jan Sterenborg)
Deel je scriptie
Na maanden van zuchten, steunen en studieontwijkend gedrag is 'ie af: je scriptie. Je levert 'm in, krijgt een cijfer en rondt je studie af. En je levenswerk verdwijnt voor altijd in de kast. Zonde, vinden wij. Daarom blaast United Academics jouw scriptie een nieuw leven in.
Deze maand: Huis, tuin en keuken journalistiek Wie maakt het nieuws?
Lang leve de community Het nut van social media marketing
Huis, tuin en keuken journalistiek Vroeger was er in de informatiestroom in kranten, radio en tv sprake van eenrichtingsverkeer. Nu delen miljoenen mensen filmpjes op YouTube, foto’s op Flickr of sturen berichtjes de wereld in via Twitter. Zo nu en dan domineert deze user generated content ook het nieuws. Denk aan de beelden van de tsunami in Zuid-Oost Azië, de strandrellen in Hoek van Holland of de aanslagen in Londen. Dankzij deze ontwikkeling werd de term ‘burgerjournalistiek’ halverwege het afgelopen decennium een hype. In 2004 voorspelde Dan Gillmor in zijn boek We the Media dat het nieuws zou veranderen in een gesprek, in plaats van een lezing met een prater en een luisteraar. Het publiek zou niet langer netjes luisteren naar wat de nieuwslezer vertelde, of ’s ochtends klakkeloos aannemen wat er in de krant stond. Nee, het communicatienetwerk -ofwel internet – zou ervoor zorgen dat iedereen zijn zegje zou doen. Voor journalisten zou het publiek daarom een nieuwe geduchte concurrent vormen in nieuwsvoorziening, zo luidde de conclusie van Gillmor. Ook auteur en perscriticus Jay Rosen definieerde het publiek opnieuw: in 2006 werden de
gevestigde media opgeschrikt door zijn pamflet ‘The people, formerly known as the audience.’ Web 2.0 Bovengenoemde voorspellingen waren wat overdreven, zo bleek later. Zo werd de website Skoeps.nl een regelrechte flop. Met deze site uit 2006, zou volgens PCM Uitgevers en Talpa Media elke Nederlander een verslaggever worden. ‘Jij bent het nieuws’, luidde het burgerjournalistieke motto. Mensen konden voortaan zelf het nieuws publiceren. Maar in praktijk bleek dat Nederland niet zo’n behoefte had om zelf het nieuws te maken of te brengen, dus werd Skoe-
ps.nl al na anderhalf jaar uit de lucht gehaald. En wij bleven gewoon bij De Telegraaf, Het Journaal en NU.nl. Toch is er een middenweg. Uit een onuitputtelijke bron als het publiek in combinatie met de mogelijkheden van het Web2.0 moet een hoop bruikbaars te halen zijn. Dat is anno 2010 ook al meermalen gebleken. Er is meer contact tussen journalist en burger. Journalisten lijken meer en meer een beroep te willen doen op hun publiek. ‘We willen je mening horen. We willen tips of ideeën waardoor we nieuwe verhalen kunnen maken. We willen ooggetuigenverslagen. Stuur ons je foto’s en video’s.
Weet je ergens veel van? Schrijf bij ons een weblog.’ Struin de nieuwswebsites af en je komt overal dergelijke oproepen tegen. Het gesprek Heeft Gillmor dan toch gelijk gekregen? In ieder geval deels. De redacties van onze belangrijkste media willen het publiek zichtbaar betrekken bij de nieuwsproductie. Dit gaat verder dan een ingezonden brief in de Volkskrant, een spaarzame voxpop in het RTL Nieuws of het gebruik van amateurbeelden in nieuwsbulletins. Er wordt een gesprek aangegaan. Kortom: de eerder vooronderstelde passiviteit van het publiek in het traditionele journalistieke model is achterhaald. Deze conclusie kwam tot stand aan de hand van een analyse van zeven prominente Nederlandse nieuwsmedia (nos. nl, rtlnieuws.nl, telegraaf.nl, nrc.nl, nrcnext.nl, trouw.nl en nu.nl). Elk van deze websites doet in zekere zin een beroep op zijn publiek om de online inhoud te verrijken, ongeacht of het om de site van een televisie- of krantenmedium gaat. Waarom? Omdat het moet en omdat het kan, zo luidt de unanieme conclusie van de geïnterviewde redacteuren. Reaguurders Er worden verschillende initiatieven genomen om het publiek actief te laten deelnemen aan de informatie-
stroom. Alle bovengenoemde websites bieden hun lezer op een zekere manier de mogelijkheid om te reageren op hun artikelen. Hoewel het bij sommige sites een gelegenheidsfactor is, wordt er belang gehecht aan directe feedback van de lezers. Niet voor niets is ‘reaguurder’ tegenwoordig een ingeburgerd woord. De websitebezoekers kunnen direct op de inhoud van een artikel reageren, maar ook op elkaar. De motivaties verschillen per redactie. Zo wil het NRC op deze manier vooral een discussie ontketenen om te kijken wat er leeft onder de doelgroep. De Telegraaf heeft
juist liever dat er primair op de inhoud wordt gereageerd. De NOS is wegens mogelijke ‘scheldpartijen’ het meest kritisch en maakt reageren alleen mogelijk als ze verwachten er een journalistieke meerwaarde uit te halen (‘vertel ons wat je weet, niet wat je vindt’). Chatten met de NOS Ook online peilingen zijn populair. Mensen kunnen betrekkelijk makkelijk hun stem uitbrengen op een meningsvraag met slechts één muisklik. Een poll is meestal bedoeld als vermaak of een manier om manier om de bezoeker aan het denken te zetten, maar in enkele ge vallen
kan de uitkomst zelfs nieuwswaardig zijn. Zo gebruikt bijvoorbeeld RTL de peilingen in de ochtendbulletins van het Ontbijtnieuws met Jan de Hoop. Omgekeerd kunnen websitebezoekers zelf ook vragen stellen. Vraag- en antwoordmogelijkheden zijn op elke website aanwezig. Bij de weblog van NRC.next niet direct, maar daar is de benaderbaarheid van de redacteuren bij de artikelen erg groot en nemen ze zelfs deel aan het gesprek dat bij de reactiemogelijkheden plaatsvindt. Op de meeste van de onderzochte websites is een Q&A een gelegenheidsfactor en zetten ze het in wanneer daar behoefte aan is. Zo zette de Telegraaf een financieel specialist in tijdens het begin van de kredietcrisis. Andere redacties maken het mogelijk om ‘live’ vragen te stellen door te chatten, zoals bijvoorbeeld de NOS en het NRC. Wat U Zegt User generated content in zijn puurste vorm is inhoud die door het publiek zelf is gecreëerd, zoals eigen teksten en beelden. De redacties van de dagbladen zijn met name geïnteresseerd in geschreven materiaal van hun lezers. Zo geeft NRC haar bezoekers de mogelijkheid om ‘ikjes’ te publiceren, korte stukjes tekst van maximaal 160 woorden, die kunnen bestaan uit minicolumns, nieuwsverhaaltjes
of zelfs gedichten. De Telegraaf biedt haar lezers de kans op het speciaal ingerichte platform WUZ (‘Wat U Zegt’) eigen verhalen te publiceren. En Trouw hoopt lokaal nieuws een stimulans te geven middels ‘Trouw in de Buurt’, waar websitebezoekers nieuws uit eigen regio kunnen publiceren, dat via een geografische kaart van Nederland kan worden opgezocht. Niet verrassend zijn RTL en de NOS, gezien hun audiovisuele wortels, juist geïnteresseerd in de amateurbeelden van hun websitebezoekers. De NOS heeft de applicatie ‘NOS Ooggetuige’ waar mensen uit eigen beweging foto’s of video’s van nieuwsgebeurtenissen kunnen uploaden. RTL heeft een soortgelijke mogelijkheid onder de kop ‘Jouw Inzending’. Work in progress Kortom, er zijn genoeg initiatieven waarbij het publiek actief wordt betrokken bij het vergaren of publiceren van inhoud. Toch is het is onjuist om te stellen dat de traditionele journalistiek er een geduchte concurrent bij heeft gekregen. Het publiek is nog altijd het publiek en geen plaatsvervangende nieuwsvoorziening. Wel mag geconcludeerd worden dat er een verandering is in de rolverdeling tussen de journalist en zijn publiek. Het publiek is veranderd van een passieve nieuwsconsument in een actieve deelnemer aan
de informatiestroom. Voor de journalist is de verandering vooral te merken op de webredactie. Het afgelopen decennium zijn deze redacties gegroeid en volwaardige ‘eilanden’ geworden op de verschillende nieuwsvloeren. Het is dan ook de webredactie waar de journalist het meest te maken krijgt met user generated content en waar het ‘conversatiemodel’ van Dan Gillmor het meest gestalte krijgt. De geïnterviewde webredacteuren erkennen zonder uitzondering de meerwaarde van deze publieksbijdragen. Hoofdredacties bieden individuen dan ook de ruimte om initiatieven te ontwikkelen. Geen van de redacteuren geeft aan ‘er al te zijn’. Het blijft work in progress, maar user generated content is hoe dan ook niet meer weg te denken uit onze nieuwsvoorziening.
Emil van Oers, MA Emil van Oers behaalde zijn Master Journalistiek aan de Universiteit van Groningen en studeerde af in augustus 2010. Tegenwoordig werkt hij als freelance journalist voor de NOS.
Lees: volledige scriptie
Lang leve de community Het WK van 2010 had twee grote winnaars: Spanje en Nike. In mei 2010 lanceerde het sportmerk de commercial ‘Write the Future,’ waarin de toekomstdromen en angstbeelden van bekende voetballers worden getoond. Het filmpje begon als reclameboodschap op Facebook, maar werd al snel als ‘viral’ verspreid door de gebruikers zelf. De campagne kostte een paar miljoen dollar, maar leverde ook wat op: ‘Write the Future’ werd ruim negen miljoen keer bekeken en het aantal Nikefans op Facebook verdubbelde binnen een weekend.
Virtuele boerderij Adverteren op sociale media websites , ofwel Social Media Marketing, stelt gebruikers in staat informatie met elkaar te delen en te becommentariëren via online platforms als weblogs, sociale netwerken en virtuele werelden. Denk bijvoorbeeld aan de populaire social game FarmVille op Facebook waar je een virtuele boerderij onderhoudt, of Reading List op Linkedin waar je je favoriete boeken kunt delen. Social Media Marketing is een van de snelst groeiende specialisaties binnen online marketing en heeft veel voordelen voor marketeers. Wanneer een gebruiker fan wordt van een merk (ofwel het merk ‘liked’), krijgt het bedrijf toegang tot zijn gebruikersprofiel: een bron van waardevolle gegevens. Deze informatie
kan vervolgens weer gebruikt worden voor specifieke doelgroepgerichte marketing. Het is dan ook niet vreemd dat merken als Starbucks, Coca Cola en Blackberry zich op ieder sociaal netwerk manifesteren. Toch zijn veel marketeers nog in de beginfase of experimentele fase van het gebruik van sociale media voor marketingactiviteiten. Een grote groep bedrijven is actief met Social Media Marketing bezig (in augustus 2010 was dat 67 % volgens Social Media Monitor), maar toch zijn er nog steeds merken die achterblijven. De belangrijkste reden hiervoor is dat er nog weinig kennis is vooral over de wat de meest effectieve inzet is om de gewenste doelgroepen te bereiken. Bedrijven zijn nu op vele sociale media ac-
tief, in de hoop de gewenste doelgroep te bereiken, maar er is nog weinig bekend over welke typen personen Social Media Marketing gebruiken en met welke motieven. Geen bejaarden a.u.b. Welke internetgebruikers zijn nu vatbaar voor Social Media Marketing? En belangrijker nog: welke factoren zorgen ervoor dat zij dit zijn? Allereerst is de aanwezigheid van een complete online identity van belang. Het is namelijk gebleken dat wanneer gebruikers meer informatie over zichzelf online plaatsen, ze actiever gebruik maken van sociale media. Dat maakt hen weer aantrekkelijk voor Social Media Marketing, omdat deze personen hier meer voor open staan. Een tweede factor om rekeing mee te houden, is de kans op sociale interactie
online, op zoveel mogelijk. Zo biedt Hyves de mogelijkheid om tot bepaalde groepsnetwerken te behoren, heeft Twitter ‘lists’ die je aan kunt maken om bepaalde onderwerpen te volgen en heeft LinkedIn discussiegroepen. Deze toepassingen zijn niet alleen leuk voor de gebruiker, maar ook voor de marketeer. Wanneer mensen namelijk het idee hebben dat ze bij een groep van gelijkgestemden horen én daarnaast gemakkelijk met elkaar kunnen communiceren, is de kans groter dat ze ook hun merkvoorkeur met elkaar delen. Tot slot kunnen marketeers hun hart ophalen bij de profielgegevens ‘leeftijd’ en ‘opleiding’, want ook deze demografische factoren zijn van belang. Oudere hoogopgeleiden laten zich doorgaans minder snel inpakken door markeringactiviteiten op sociale netwerken dan jonge, laagopgeleide gebruikers. Social Media Marketing kan haar pijlen dus beter richten op Hyves, dan op SeniorWeb. Overigens zijn er per sociaal netwerk ook weer verschillen: volgens een recent onderzoek van Social Media Monitor zijn laagopgeleiden in Nederland vooral te vinden op Hyves, terwijl de hoogopgeleiden meestal lid worden van Facebook. Whopper Sacrifice Naast factoren die te maken hebben met de gebruiker zelf,
zoals leeftijd, opleiding of ervaring, speelt merkidentificatie een grote rol. De effecten van Social Media Marketing zijn hier namelijk sterk van afhankelijk. Wanneer iemand ‘niets heeft’ met een bepaald merk of bedrijf, maakt het niet zoveel uit of diegene wel of geen complete online identity: in beide gevallen is de ge-
vol, dat Facebook zelf besloot de stekker eruit te trekken. Op dat moment hadden zo’n 82.000 gebruikers namelijk al meer dan 230.000 ‘vrienden’ verwijderd. Maar hoe zit het dan als gebruikers zich wél met een merk identificeren? In dat geval zijn leuke beloningen als de gratis Whop-
bruiker niet erg gevoelig voor online campagnes van dat merk. Wel heeft het in dat geval zin om naar de mate van internetgebruik te kijken (hoe meer, hoe beter) en kan het creëren van een beloning een gebruiker over de streep trekken. In 2009 maakte Burger King gebruik van dit principe met haar Whopper Sacrifice campagne. Het idee: als Facebookgebruikers tien ‘vrienden’ zouden verwijderen, kregen ze een gratis Whopper. De ‘vrienden’ kregen vervolgens bericht dat ze waren opgeofferd voor een hamburger. De campagne was zó succes-
per niet noodzakelijk. De ‘fans’ hebben immers al laten weten dat ze het merk leuk of goed vinden, en staan daarom meer open voor informatie. Bij een hoge merkidentificatie heeft de hoeveelheid ervaring met sociale netwerken effect op het gebruik van sociale media marketing. Merken of bedrijven die dus al ‘geliked’ worden door hun doelgroep, hoeven hun ‘fans’ daar niet nogmaals voor te belonen, maar kunnen hun boodschappen het best aanpassen aan de groep met de meeste internetervaring: de jongere gebruikers dus.
Lang leve de community Tot slot geldt: maak gebruik van de community en laat je ‘fans’ zelf het werk doen. Zodra een merk of bedrijf een dit
Toch kan het nog beter: sommige merkcommunities zijn niet alleen zelfvoorzienend, maar ontstaan ook nog eens spontaan en uit eigen initiatief. Zo riep een zelfopgerichte
netwerk natuurlijk ideaal om informatie over nieuwe aanbiedingen, producten of campagnes te verspreiden. Bij die methode geldt wel de stelregel dat de boodschap ‘deel dit met je vrienden’ specifiek moeten worden genoemd. Zo verscheen in augustus 2010 een ogenschijnlijk standaard- filmpje op YouTube, waarin acteur Sylvester Stallone wordt geïnterviewd over zijn film The Expendables. Na een minuut wordt de kijker echter op zeer verassende en explosieve wijze opgeroepen het filmpje te delen. Een succes, want de viral werd meer dan zes miljoen keer bekeken.
Zwitsal community (120.000+ leden) op Hyves haar leden middels een poll op om een parfum te maken van de welbekende babyolie. Hier speelde Zwitsal slim op in: begin dit jaar lanceerde het merk het parfum ‘Eau de Zwitsal’ bij drogist DA. Het luchtje bleek niet aan te slepen. En Zwitsal werd slapend rijk. Marketeers hebben dus op verschillende manieren invloed op het gebruik van marketingcampagnes op sociale media door de doelgroep. Zo kan een bedrijf haar pijlen het beste richten op internetgebruikers die jong zijn, met regelmaat gebruik maken
van sociale netwerken en een zo compleet mogelijk gebruikersprofiel bijhouden. Daarnaast willen gebruikers deel uitmaken van een groep van gelijkgestemden. Het is dus altijd belangrijk dat de sociale media gebruiker zich speciaal en onderdeel van een groep voelt. En tot slot is het nooit te laat om nieuwe ‘vrienden’ te maken; ook gebruikers die ‘niets hebben’ met een bepaald merk, kunnen worden overgehaald fan te worden van een merk of bedrijf. Indien er een beloning tegenover staat natuurlijk. Of een gratis Whopper.
Gabrielle van Leeuwen MSc. Gabrielle van Leeuwen heeft in juni 2010 de master Communicatiewetenschap aan de Universiteit van Amsterdam afgerond. Tijdens haar afstuderen heeft zij onderzoek gedaan naar de determinanten van het gebruik van Social Media Marketing en de invloed van merkidentificatie. Gabrielle werkt nu als Junior Marketeer bij Mercer.
Lees: volledige scriptie
Jimbo knows best James Cook Loomis aka Jimbo “dropped out of teaching math 40 years ago to buy waterfall land in Maui, live out of his gardens, create a Human/Dolphin communication system, and complete Einstein’s quest.”
Self deception Many evolutionary survivors owe their survival to look-alike deception. Moths look like that soot covered wall that deceives birds, octopi mimic the colors of their environment, and some fish deceive their predators posing as some brightly colored poisonous indigestible. Let’s all do it. Let’s all deceive. That seems to be nature’s message. The mind as a self deception auto-immune reaction? Science is the technique for overcoming human nature’s built-in deception. No other creature but us knows we are doing it. And we barely do. Several million years of human evolution wherein survival was enhanced by deception and then… We stumbled onto a way to overcome it: science. The method? Publishing before your peers in increasingly reputable scientific journals. The Industrial Revolution was merely the first result of human’s overcoming their self deception. Changed world. Great marvels of modern communication. Great horrors of billions of tons of unnatural toxic and radioactive chemicals choking our water, air, land and bodies. Oops. Is it too late to return to self deception? No. Hold on. MATHgod beats any god by 10% … or your money back!
Voor vervolgonderwijs in Indonesië
Indonesische jongeren willen ook graag toegang tot wetenschappelijke kennis Help mee! Voor jongeren als Susanah is vervolgonderwijs heel belangrijk. Door te studeren krijgen zij de kans om een sociaal
netwerk op te bouwen en een diploma vergroot hun kansen op de arbeidsmarkt aanzienlijk. Het biedt zelfs de mogelijkheid om een eigen bedrijf op te starten. Vervolgonderwijs zou dus voor iedereen toegankelijk moeten zijn. In Indonesië krijgen veel jongeren deze toegang helaas niet. Slechts 10% van hen gaat naar het hoger onderwijs, omdat het voor de meesten niet betaalbaar is. Veel jongeren blijven daardoor afhankelijk van tijdelijke en slecht betaalde banen. Stichting Heliconia maakt
studeren mogelijk voor getalenteerde jongeren in
Indonesië. Dit doen wij door het aanbieden van Heliconia
Scholarships, waarmee jongeren vier
jaar lang kunnen studeren aan de universiteit. Op die manier krijgen kansarme jongeren zicht op een toekomst met meer bestaanszekerheid en perspectief.
U kunt helpen!
Help Indonesische jongeren te laten studeren! Word
donateur van Stichting Heliconia
en draag zo bij aan de verspreiding van wetenschappelijke kennis en het bouwen aan een zekere toekomst. Ga naar www.stichtingheliconia.nl of doneer direct aan:
Stichting Heliconia giro 5121901 in Amsterdam.
U kunt ook een bijdrage leveren door vrijwilliger te worden! Hebt u een leuk idee voor een actie om donateurs te werven of onze naamsbekendheid te vergroten? Elke vorm van hulp kunnen wij gebruiken. Mail uw plan naar info@stichtingheliconia.nl, dan voorzien wij u van informatie en promotiemateriaal.
www.stichtingheliconia.nl
NIEUWS GENETICA
BIOLOGIE
Een beter mens dankzij genen
Rat met winterdip
Bent u een weldoener? Waarschijnlijk vindt u van wel. Mocht het ook echt zo zijn, dan heeft u dit te danken aan uw genen. Volgens recent onderzoek is een bepaald gen name-lijk verantwoordelijk voor altruïstisch gedrag.
Bijna iedereen heeft wel eens last van een winterdip, maar voor sommige mensen kan de afname van natuurlijk licht echte vervelende gevolgen hebben. Zij worden dan namelijk vatbaar voor seizoensafhankelijke depressies, ook wel winterdepresDe studie, geleid door psycholoog Martin Reu- sies genoemd. Gelukkig hebben zandratten ter, liet een groep studenten komen voor een hetzelfde probleem. dataretentie test. Tijdens het experiment werd hen gevraagd zoveel mogelijk getallen te ontTijdens het onhouden. Als beloning kregen ze € 5,- na afloop. derzoek, dat Deze mochten ze (gedeeltelijk) doneren aan onlangs gepueen goed doel of zelf houden. Deze keuze leek bliceerd werd anoniem te zijn. In werkelijkheid was bekend in het Internatiwelk bedrag er van te voren in de donatiebox onal Journal of zat: de wetenschappers konden dus makkelijk Neuropsychopberekenen hoeveel elke student doneerde. harmacology , Omdat alle par- werden de zandratten verdeeld in twee groeticipanten voor pen. Eén groep werd urenlang blootgesteld het experiment aan UV-straling; de andere kreeg maar een hun wangslijm paar uurtjes licht per dag. Beide groepen rehadden afge- ageerden verschillend op het experiment: de staan voor DNA- tweede groep ratten had meer last van stress o n d e r z o e k , en was minder sociaal. konden de re- Nadat was vastgesteld dat zandratten – sultaten van net als mensen- beter functioneren met meer het experiment zonlicht, konden verschillende soorten behandaarmee vergeleken worden. De focus lag op delingen worden getest. Zo kregen de beesthet zogenaamde COMT-gen, dat te maken jes bepaalde medicijnen en lichttherapie. Met heeft met de uitscheiding van dopamine. Van verassende resultaten, volgens zoöloge Noga dit gen zijn twee varianten mogelijk: COMT-Val Kronfeld –Schor. Vooral de lichttherapie bleek en COMT-Met. De conclusie: studenten met de een uitkomst. “Bij mensen wordt deze meCOMT-val variant bleken tweemaal zo vrijgevig thode al lange tijd gebruikt,” vertelt Kronfeldals hun groepsgenoten met de COMT-Met va- Schor. “Maar men dacht altijd dat het vooral riant. Mocht u dus niet warm of koud worden succesvol was dankzij het placebo-effect. van een Afrikaans kindje met hongeroedeem: Nu we weten dat lichttherapie ook bij dieren wijt het aan uw genen. werkt, kunnen we ervan uitgaan dat dit effect veel minder invloed heeft dan altijd gedacht werd.” Lees: volledig artikel
Kijk: ‘Lichttherapie bij winterdepressie’
PSYCHOLOGIE
TECHNOLOGIE
Angst in kaart gebracht dankzij vogelspin
Snelwegen goed voor het milieu
Tijdens de zomermaanden is het vaak warmer in de stad dan op het nabijgelegen plattenland. De reden: asfalt en steen nemen veel meer warmte op dan gras en aarde, en stoten die vervolgens weer af. Dankzij wetenschappelijk onderzoek van de University of Rhode Island, wordt kan die warmte in de toekomst misschien worden omgezet in iets nuttigs: bijIn het onderzoek voorbeeld straatverlichting. werden twintig deelnemers in Het team, dat geleid werd door milieudeskunMRI-apparaten dige K. Wayne Lee, ontwikkelde verschillende geplaatst, waar- toepassingen om energie op te wekken langs, na ze videobeel- op of onder de snelweg. Het meest simpele den te zien kregen. De beelden waren zo ge- idee gaat uit van zonnepanelen op geluidsmanipuleerd, dat de deelnemers geloofden schermen langs de weg, die vervolgens landat er tijdens het onderzoek een vogelspin bij taarnpalen van energie voorzien. “Dit project hun voeten gezet werd. In werkelijkheid waren is het makkelijkst uit te voeren, omdat de techde beelden al eerder opgenomen. nologie al bestaat,” legt Wayne uit. “Nu de Dankzij de hersenscans kon gemeten worden kwaliteit van zonnepanelen verbeterd is, kan hoe de participanten reageerden op de spin. er –ongeacht de stand van de `zon of het sei“Wanneer de vogelspin dichterbij kwam, ver- zoen- genoeg energie mee worden opgewekt.” hoogde de hersenactiviteit in de ‘angstgedeel- Het meest tes’ van het brein,” legt auteur Dean Mobbs futuristische uit. “Deze delen zijn gelinkt aan uitingen van idee dat het defensief gedrag, bijvoorbeeld paniek.” Als de team bespin alleen bewoog zonder dichterbij te komen, dacht, was werd het deel verbonden aan ‘waakzaamheid’ ook meteen actief. Deze bevinding geeft aan dat verschilhet meest rilende gedeeltes van het brein samenwerken, goureus: zoom een bepaalde dreiging op meerdere ma- veel mogelijk asfalt vervangen met wegen die nieren te interpreteren. gemaakt zijn van zonnepanelen en ledlampen. Ook toonde het experiment aan dat angst leidt Zo kan de weg zichzelf verlichten en van elektot valse impressies. De participanten die na- triciteit voorzien. Een leuk idee, maar helaas melijk het meest bang waren voor vogelspin- erg kostbaar. “Het zal een tijdje duren voordat nen, beschreven de spin als veel groter dan de transportindustrie in deze technologie wil degenen die minder angst hadden. Volgens de investeren,”verwacht Lee. “Maar we gebruiken onderzoekers is deze ‘expectation error’ een onze geasfalteerde snelwegen al zo’n honderd van de belangrijkste elementen bij de ontwik- jaar, dus het wordt wel eens tijd voor verandekeling van fobieën. ring.” Arachnofobie, ofwel spinnenangst, is een van de meest voorkomende fobieën. Logisch dus, dat een team wetenschappers van Cambridge juist vogelspinnen heeft ingezet bij hun onderzoek naar het menselijk angst- mechanisme.
Lees: volledig artikel
Kijk:´Solar Roadways: The Prototype’
HONDERD JAAR DOOD
Ze zijn allebei van groot belang geweest voor de literatuur, te vinden in menig encyclopedie en op dit moment precies honderd jaar dood. Maar wie van hen spreekt het meest tot de verbeelding? Deze maand: Leo Tolstoj versus Wilhelm Raabe.
Wie: Schrijver en dichter Wilhelm Raabe (8 september 1831-15 november 1910) Kent u van: Raabe publiceerde zijn bekendste roman ‘Stopfkuchen’ in 1891. Dit boek vertelt de geschiedenis van de corpulente en onbegrepen Heinrich Schaumann, wiens bijnaam Stopfkuchen (Oliebol) is. Met resultaat? Ja. Raabe wordt ook wel de ‘Duitse Dickens’ genoemd. Anderen beschouwen hem als voorloper van modernisten als Baudelaire en Proust. Zijn boek ‘Stopfkuchen’ wordt door sommigen critici ‘de grootste roman uit de 19e eeuw genoemd’. (++) Kritiek: Raabe was een grote pessimist en raakte al tijdens zijn leven in de vergetelheid, wat hem vreselijk frustreerde. Zijn oeuvre vond rond 1900 nog nauwelijks weerklank. Pas eind 20ste eeuw werden zijn latere romans door een breed publiek gelezen en gewaardeerd. (-) Quote: “Het komt wanneer het komen moet, is het excuus van alle luie mensen.” Onze keus: Leo Tolstoj. In deze literaire strijd wint de ‘giant of Russian literature’ het van de ‘Duitse Dickens’ met 2-0.
Wie: Schrijver en filosoof Leo Tolstoj (28 augustus 1828- 20 november 1910) Kent u van: Schreef zijn epische roman Oorlog & Vrede over het 19de eeuwse Tsaristische Rusland tijdens de Napoleontische oorlogen. Dit boek werd in zes delen gepubliceerd tussen 1863 en 1869. Acht jaar later verscheen zijn volgende meesterwerk, Anna Karenina, een dramatisch liefdesverhaal wat zich afspeelt in Rusland tussen 1875 en 1877. Met resultaat?: Absoluut. Tolstoj was en is razend populair. Hij wordt omschreven als ‘one of the giants of Russian literature’. Bijna honderd jaar na zijn dood, in januari 2007 werd Anna Karenina door Times Magazine uitgeroepen als het beste boek ‘of all times’. In deze top tien, stond Oorlog & Vrede op nummer drie. (+++) Kritiek: Tolstoj bekeerde zich tot een pacifistische sekte binnen het christelijk geloof en werd vervolgens door de Russischorthodoxe Kerk geëxcommuniceerd. Ook besloot Tolstoj afstand te doen van al zijn wereldse bezittingen. Het gevolg was dat zijn hele familie, behalve jongste dochter Alexandra, hem verachtte. (+/-). Quote: ‘Boredom: the desire of desires’.
BOEKEN & ZO The Next 100 Years: A Forecast for the 21st Century
The Greatest Show On Earth: The Evidence For Evolution
George Friedman
Richard Dawkins
Niemand kan de toeMet het boek ‘The Selfkomst voorspellen. Toch ish Gene’ ging evolutieheeft de Amerikaanse bioloog Richard Dawkpoliticus George Friedins in 1976 voor het man zich gewaagd aan eerst de strijd aan met een fascinerende expe‘sentimental human ditie van de 21ste eeuw. nonsense’. Nu, meer “I have no crystal ball. I dan dertig jaar later, do, however, have a wordt het gevecht heromethod that has served pend met een wederom me well, imperfect intri-gerend boek: ‘The though it might be, in understanding the past Greatest Show on Earth’. Zijn betoog: ‘’Er is and anticipating the future.” geen architectonisch plan, er is geen architect.’’ Omdat naties altijd hun eigen belangen najagen, zijn hun acties voorspelbaar. Vanuit dit De evolutietheorie van Charles Darwin staat perspectief onderzoekt Friedman belangrijke als een huis. Desondanks zijn er vandaag geopolitieke, technologische, demografische, de dag miljoenen mensen die deze ontwikén militaire trends van de toekomst. Zo raakt kelingsgang in twijfel trekken. ‘The Greatde VS opnieuw verwikkeld in een koude oor- est Show on Earth’ begint daarom met een log met Rusland, laat China het afweten als uiteenzetting over de georganiseerde onwewereldmacht en herrijzen mondiale spelers tendheid. Hoewel Hawkins soms wat overals Mexico en Japan. Sommige elementen zijn drijft –zijn vergelijking tussen creationisten en geloofwaardig, andere –zoals de ruimte-oorlog Holocaust-ontkenners gaat wat ver- kan ‘Dartussen Japan +Turkije tegen de VS- wat minder. win’s Bulldog’ erg overtuigend zijn. Zolang hij Hoe dan ook: The Next 100 Years verveelt niet. zich maar blijft focussen op de wetenschap.
Wij Zijn Ons Brein: Van Baarmoeder tot Alzheimer
Dick Swaab
The Flight of the Intellectuals
Paul Berman
Succes heeft vele vaders, mislukking is een weeskind. Of niet? Dick Swaab, pleit in zijn boek ‘We Zijn Ons Brein’ voor een meer fysische benadering van succes: ‘’Ons karakter, alles wat we zijn en kunnen, maar ook onze beperkingen, zijn vastgelegd in
Tariq Ramadan; wolf in schaapskleding? Zonder twijfel, meent de Amerikaanse historicus Paul Berman. In ‘The flight of Intellectuals’ illustreert hij hoe het komt dat Westerse media én liberale intellectuelen faliekant falen om een gedegen standpunt in te nemen.
Dit boek maakt inzichtelijk waarom mensen falen, of juist succesvol zijn. Aan de hand vanetenschappelijk onderzoek schetst Swaab een beeld van alles wat in het brein geregeld is. Zoals seksuele geaardheid. “Van homofilie weten we dat het voor 100% is aangeboren, maar over pedofilie hebben we weinig goede gegevens omdat het nog steeds een taboe is om te onderzoeken.” Bent u niet gezegend met een leuk karakter? Dan is er geen hoop meer voor u. “Deficiënties kan men camoufleren, “ schrijft Swaab, “maar het karakter als zodanig blijft bestaan.”
Berman uit forse kritiek op Europa’s bekendste islamoloog Tariq Ramadan. Hij is gefascineerd door de nalatigheid van de Westerse media, die geen gehoor geven aan de radicale boodschap van Ramadan. Ramadan, kleinzoon van Hassan al-Banna, zou aanwijsbaar trouw zijn aan zijn radicale familie. Zo weigert hij zelfmoordterrorisme en het stenigen van overspelige vrouwen ondubbelzinnig te veroordelen. Toch is het Westerse mediabeeld van Ramadan contrasterend rooskleurig, meent Berman. “They don’t want to look.”
het brein.’’